2. Hoeveel van hen krijgen hulp via een algemene voorziening en hoeveel via een maatwerkvoorziening?

Transcriptie

1 Enquête onder de vijftien gemeenten in de Leidse regio. Vragen: 1. Hoeveel inwoners krijgen dit jaar huishoudelijke hulp via de gemeente? Cijfers derde kwartaal 2016: Hoeveel van hen krijgen hulp via een algemene voorziening en hoeveel via een maatwerkvoorziening? Dit is allemaal maatwerk, zowel zorg in natura als pgb 3. Hoeveel inwoners kregen in 2014 nog hulp via de gemeente? Cijfers 31/12/2014: Hoe verklaart u de toe- of afname? Door de invoering van de WMO 2015 is bij elke aanvraag van inwoners eerst goed gekeken of wat de inwoner zelf nog kan, of er mantelzorg beschikbaar is, of er voorliggende (boodschappendienst supermarkt) voorzieningen zijn of algemene voorzieningen (was- en strijkservice/boodschappendienst/tafeltje dekje). Pas daarna wordt indien nodig nog een indicatie gegeven voor maatwerk huishoudelijke hulp. 5. Wie bepaalt of en hoeveel uren er bij iemand wordt schoongemaakt? Of er wordt schoongemaakt bepaalt de gemeente, die dit in mandaat bij haar uitvoeringsorganisatie Participe heeft neergelegd. Participe geeft aan de aanbieder huishoudelijk hulp door wat klant zelf kan en wat er van de aanbieder wordt verwacht op hoofdlijnen. De aanbieder (meestal een coach/manager, niet de hulp zelf) stelt met de klant een ondersteuningsplan op, waar in staat wat er schoongemaakt moet worden, in welke ruimtes, op welke wijze en met welke frequentie. De aanbieder deelt hier vervolgens medewerkers op in voor een bepaald aantal uren. Doel is niet het aantal uren halen, maar het plan volledig uitvoeren. Participe toetst vervolgens het ondersteuningsplan om te controleren of dit voldoet aan de wet en het beleid van de gemeente en de gegevens uit het gesprek met de klant dat bij Participe is gevoerd.

2 6. Hoeveel thuiszorgaanbieders zijn er dit jaar actief in uw gemeente en hoeveel waren dat er drie jaar geleden? Wat is volgens u de verklaring voor de af- of toename? In 2014 zijn 11 aanbieders actief geweest In 2017 zijn er formeel 12 aanbieders actief. 1 aanbieder is afgevallen vanwege faillissement: TSN (was in Alphen heel klein) Twee aanbieders zijn toegetreden in 2015 en Hoe hoog is het uurtarief dat u in 2015, 2016 en 2017 met de aanbieders, voor het leveren van huishoudelijke hulp, hebt afgesproken? De gemeente heeft geen uurtarieven, maar periodetarieven per klant. Deze tarieven zijn per periode van 4 weken. 2015: hh1: 197 hh2: : hh1: 198,58 Hh2: 301, : hh1: 201,83 Hh2: 306,32 8 A. Hoeveel inwoners in uw gemeente zijn sinds de veranderingen in 2015 een bezwarenprocedure begonnen over de toekenning van het aantal uren hulp? 38 bezwaren in 2015 en 11 in b. Hoeveel bezwaren waren gegrond? En ongegrond? In 2015 waren er 8 ongegrond en 2 gegrond. In 2016 waren er 3 ongegrond 2015: 8 ongegrond en 2 gegrond. 2016: 3 ongegrond.

3 Daarnaast waren bezwaarschriften niet ontvankelijk (te laat), ingetrokken en heeft mediation een oplossing geboden. Bij mediation krijgen klanten een nieuw primair besluit. c. Wat heeft de gemeente gedaan met de klachten die gegrond waren? We gaan er in de beantwoording van uit dat hier niet klachten wordt bedoeld, maar bezwaren, aangezien deze vragen allen over bezwaren gaan. Bemiddeld tussen thuiszorg en de klant. Dit heeft ertoe geleid dat de thuiszorg meer taken voor de betreffende klant uitvoert. d. Hoeveel mensen zijn er na een ongegrondverklaring door de gemeente, naar de rechter gestapt? 1 klant, maar dit was een afwijzing van de aanvraag voor Huishoudelijke hulp en andere wmovoorzieningen. Uit medisch advies bleek dat er geen noodzaak was om Wmo voorzieningen in te zetten. 8. Heeft uw gemeente beleid bijgesteld (moeten bijstellen) naar aanleiding van uitspraken van diverse rechtbanken en de Centrale Raad van Beroep? De gemeente heeft naar aanleiding hiervan nogmaals bij de aanbieders gestuurd op het goed invullen van het ondersteuningsplan: het soort activiteiten en frequentie. Dit moet voor elke klant duidelijk zijn. Daarnaast is de verordening op een aantal punten aangepast, waarbij de resultaatgebieden huishoudelijke hulp zijn verschoven van de nadere regels (door het college vast te stellen) naar de verordening (door de raad vast te stellen) 9. A. Hoe hoog was het budget in uw gemeente voor huishoudelijke hulp in 2014, 2015, 2016 en 2017? Begroot in 2014: : : :

4 B. Hoeveel geld gaf de gemeente uit aan huishoudelijke hulp in 2014, 2015 en 2016? 2014: : : dit is een inschatting op basis van het derde kwartaal Eigen bijdrage:. a. Hoe hoog was de eigen bijdrage van de inwoners voor de algemene voorziening in 2014, 2015, 2016 en 2017? Deze bedragen zijn bekend bij Tom in de buurt. Op de website van Tom ( staat bijvoorbeeld dat de boodschappenplusbus 4 kost per uitstap. De maaltijdvoorziening via Tafeltje Dekje kost rond de 5. Kan variëren per maaltijd, afhankelijk van of je een complete maaltijd bestelt of zonder toetje/voorafje. De insteek is dat de algemene voorziening tegen kostprijs wordt geleverd. b. Bij een maatwerkvoorziening bepaalt het CAK de hoogte van de eigen bijdrage. Heeft u zicht op de gemiddelde hoogte van de eigen bijdrage? Zo ja, wat is de gemiddelde hoogte van de eigen bijdrage? In 2016 was de eigen bijdrage gebaseerd op 21,76 per uur voor hh1 en 25,71 per uur voor hh2. De minimale eigen bijdrage is 19,40 per periode voor een eenpersoonshuishouden en 27,80 voor een meerpersoonshuishouden. Er is geen zicht op gemiddelden. Mede omdat er ook een cumulatie kan zijn van meerdere wmo-voorzieningen waarvoor een eigen bijdrage wordt gevraagd en klanten al aan een maximale eigen bijdrage kunnen zitten hiervoor. Ter nadere informatie: Het college heeft in 2016 besloten de maximale eigen bijdrage voor de Wmo maatwerkvoorzieningen te verlagen. De afgelopen periode was er veel aandacht in de media geweest over de hoogte van de Wmo eigen bijdrage en het gevaar dat mensen afzien van noodzakelijke zorg. Naast belangenorganisaties als het voormalig APG en de OSO is ook vanuit de gemeenteraad aandacht gevraagd voor de hoogte van de maximale eigen bijdragen. Vooral bij de middeninkomens dreigde het gevaar van stapeling van kosten door allerlei maatregelen die grotendeels door de Rijksoverheid zijn genomen (afschaffen Wtcg, verhoging eigen risico,

5 hogere zorgpremies, bijdragen op medicijnen). Juist deze groep valt buiten regelingen voor minima en mensen met een inkomen tot 130%. Per 1 januari 2017 zal deze inkomensgroep gecompenseerd gaan worden door het verlagen van het marginaal tarief waardoor de maximale eigen bijdrage van mensen daalt. De maatregel is bedoeld om de inwoners te compenseren die door een grote zorgvraag veel kosten maken en hierdoor hun maximale eigen bijdrage betalen. 10. Maakt u in geval van een maatwerkvoorziening gebruik van de systematiek resultaatgericht sturen? ja a. Wilt u de twee onderdelen resultaat gericht indiceren en resultaat gericht financieren kort toelichten? We indiceren voor een klant vijf verschillende resultaatgebieden: 1. de inwoner woont in een schoon en leefbaar huis; 2. de inwoner beschikt over goederen voor primaire levensbehoeften; 3. de inwoner beschikt over schone, draagbare en doelmatige kleding en beddengoed; 4. de inwoner zorgt thuis voor kinderen die tot het gezin behoren; 5. de inwoner voert een gestructureerd huishouden. Op basis van deze resultaatgebieden maakt de aanbieder een ondersteuningsplan, zodat het voor de klant concreet is welke dienstverlening hij krijgt en hoe vaak. We financieren de aanbieders voor het bereiken van het resultaat per klant. Dat betekent dat de aanbieders een standaardtarief ontvangen per klant per periode van 4 weken. b. Welk bedrag krijgt de aanbieder per periode (van 4 weken) per cliënt voor het realiseren van een schoon en leefbaar huis dit jaar en hoe hoog was dat bedrag de afgelopen drie jaar? Zie vraag 7 c. Hoeveel uur (gezien het uurtarief zie vraag 7) kan daarvoor gemiddeld per week aan de cliënt geleverd worden? Dat is aan de aanbieder zelf om te verdelen. Elke aanbieder zal voor zichzelf de rekensom maken met hoeveel uur gemiddeld per klant hij uit kan komen. Echter zal elke aanbieder niet dit gemiddelde aantal uren moeten indelen, maar per plan/klant moeten kijken hoeveel uur daar nodig is.

6 d. Is het budget dat aanbieders ontvangen voldoende om als zorgaanbieder de zorg te leveren die leidt tot het resultaat een schoon en leefbaar huis? Wij voeren regelmatig gesprekken met aanbieders, ook over dit onderwerp. Op basis van hun signalen kunnen we zeggen dat er een gedifferentieerd beeld is. De meeste aanbieders komen uit met het bedrag. Het wordt spannender op het moment dat een aanbieder minder klanten heeft en veel klanten die een uitgebreid ondersteuningsplan hebben. Aanbieders met veel verschillende soorten klanten kunnen beter de klanten die zwaardere ondersteuning nodig hebben, middelen met de klanten die lichtere ondersteuning nodig hebben. Ook zijn er aanbieders die kleiner zijn, met een lage overhead. Ook zij hebben voordeel hierdoor. e. Hebt u het resultaat een schoon en leefbaar huis geobjectiveerd in beleidsregels? Van welke normering maakt u gebruik? In de bijlage bij de nadere regels sociaal domein Gemeente Alphen aan den Rijn 2017 staat: De inwoner woont in een schoon en leefbaar huis De inwoner woont in een schoon huis dat niet vervuilt. Het huis wordt periodiek schoongemaakt tot een algemeen aanvaard basisniveau volgens algemeen gebruikelijke hygiënische normen. Bij schoon en leefbaar huis gaat het om de dagelijks in gebruik zijnde ruimtes in het huis. De inwoner kan gebruik maken van een schone gang, woonkamer, keuken, in gebruik zijnde slaapkamer, badkamer en toilet. Leefbaar staat voor opgeruimd en functioneel, bijvoorbeeld om vallen te voorkomen. Om het resultaat een schoon en leefbaar huis te realiseren worden handelingen verricht: - Lichte taken als afwassen, afstoffen en opruimen. - Zware taken als stofzuigen, nat schoonmaken, bed verschonen, afval opruimen en ramen zemen. Deze taken worden uitgevoerd in de (trappen)gang, woonkamer, keuken, in gebruik zijnde (slaap)kamer(s), badkamer en het toilet. De frequentie waarin wordt schoongemaakt hangt af van het gebruik. Niet onder het bereiken van het resultaat schoon en leefbaar vallen de grote schoonmaak van alle kasten aan de binnenkant, de ramen aan de buitenkant, het onderhouden van vloeren en meubels, het onderhouden van koper en zilver en ruimtes buiten de woning als de tuin, de galerij, schuren en garages. f. Met wie stelt de cliënt het ondersteuningsplan voor een schoon en leefbaar huis op? Met de aanbieder, zie ook antwoord bij vraag 5 g. Geeft het ondersteuningsplan aan welke activiteiten worden geleverd?

7 Ja h. Noemt het ondersteuningsplan de frequentie van deze activiteiten? Ja i. wie controleert of het ondersteuningsplan bijdraagt aan de zelfredzaamheid en participatie van de cliënt? Participe