HOOFDSTUK 1 ALGEMEEN HOOFDSTUK 2 BASISPAKKET. Het College van Burgemeester en Wethouders,

Transcriptie

1 Het College van Burgemeester en Wethouders, gelet op artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht, de artikelen 1.2.1, en van de Wet Maatschappelijke Ondersteuning 2015 en de artikelen 5.1, 7.2 en 9.1 van de Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Enschede, overwegende dat het wenselijk is om een beleidsregel vast te stellen waarin nadere invulling wordt gegeven aan het begrip ondersteuning in het huishouden, besluit: vast te stellen de: BELEIDSREGEL ONDERSTEUNING HUISHOUDEN HOOFDSTUK 1 ALGEMEEN Artikel 1 begripsbepalingen Alle begrippen die in deze beleidsregel worden gebruikt en niet nader worden omschreven hebben dezelfde betekenis als in de Algemene wet bestuursrecht, de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 en de Verordening maatschappelijke ondersteuning Zorgplan: een door de aanbieder in afstemming met de cliënt opgesteld en door beide partijen ondertekend plan, dat aangeeft hoe invulling wordt gegeven aan de huishoudelijke ondersteuning. Artikel 2. Resultaatgebieden ondersteuning huishouden De Wmo heeft als doel dat de cliënt ondersteund wordt in zijn zelfredzaamheid en kan participeren in de samenleving. De inzet van ondersteuning in het huishouden kan op één of meerdere specifieke resultaatsgebieden van het huishouden plaatsvinden waardoor de cliënt en eventuele gezinsleden ondersteund worden in het voeren van het huishouden. Artikel 3. Proces ondersteuning huishouden 1. Op basis van de gemeentelijke indicatie en het ondersteuningsplan wordt door de zorgaanbieder een opgesteld (bij zorg in natura) of een uitvoeringsplan door de inwoner (bij pgb). Deze plannen zijn aanvullend op de gemeentelijke indicatie en het ondersteuningsplan. 2. Het of het uitvoeringsplan geeft aan op welke wijze invulling wordt gegeven aan het behalen van de resultaten. HOOFDSTUK 2 BASISPAKKET 2.1 SCHOON EN LEEFBAAR HUISHOUDEN Artikel 1. Schoon en leefbare woning 1. Het resultaat schoon en leefbaar huishouden moet leiden tot een passende bijdrage aan het verkrijgen van een mate van zelfregie op het voeren van het zelfstandig huishouden van de cliënt. 2. Het kunnen beschikken over een schoon en leefbaar huishouden houdt in dat de woning schoon moet zijn volgens algemeen gebruikelijke hygiënische normen. Iedereen in de leefeenheid moet gebruik kunnen maken van schone ruimten zoals hieronder benoemd. Daarnaast moet het huis opgeruimd en functioneel zijn, bijvoorbeeld om vallen te voorkomen. 3. Van de cliënt wordt verwacht dat de huishouding zo wordt ingericht dat een schoon en leefbaar huishouden zo efficiënt mogelijk gerealiseerd kan worden. 4. Uitgangspunt is dat de beperkingen van de cliënt dusdanig zijn dat er geen aanvaardbaar basisniveau schoon en leefbaar huishouden optreedt en dat de ondersteuning door de gebruikelijke aanwezig schoonmaak niet meer toereikend is.

2 Artikel 2. Ruimten 1. Het kunnen beschikken over een schoon en leefbaar huishouden heeft betrekking op de ruimten die nodig zijn voor het normale gebruik van de woning en die daadwerkelijk dagelijks in gebruik zijn. 2. Ruimten die in principe onder dagelijks gebruik worden verstaan zijn: - Woonkamer; - Keuken; - Slaapkamer(s), in gebruik door personen binnen de gezamenlijke huishouding; - Verkeerruimten, zoals hal, overloop, bijkeuken; - Badkamer; - Toilet; - Trap, mits één van de hierboven genoemde ruimten zich op een andere etage bevinden. 3. Uitgezonderd zijn de ruimten zoals een berging, logeerkamer, zolder en buitenruimten. Artikel 3. Activiteiten 1. Om te kunnen beschikken over een schoon en leefbaar huis worden, niet limitatief, de volgende activiteiten in de in artikel 2 genoemde ruimten uitgevoerd: - Opruimen, inclusief het huishoudelijke afval; - Stof afnemen van oppervlakten die nodig zijn voor het dagelijkse gebruik; - Nat afnemen van oppervlakten de nodig zijn voor het dagelijkse gebruik; - Stofzuigen; - Schrobben en dweilen van harde vloeren; - Bedden verschonen; - Schoonmaken kookomgeving- en keukenapparatuur. - Schoonmaken toiletruimte; - Schoonmaken doucheruimte en wasbakken (en/ of de badruimte indien dit noodzakelijk is) - Ramen lappen binnenzijde. 2. Uitgezonderd zijn de zorg voor dieren, werkzaamheden die buiten de woning plaats vinden zoals tuinonderhoud of ramen lappen aan de buitenkant of de grote schoonmaak. 2.2 HET BESCHIKKEN OVER DE BENODIGDE DAGELIJKSE MAALTIJDEN Artikel 1. Benodigde dagelijkse maaltijden 1. Het kunnen beschikken over de benodigde dagelijkse maaltijden houdt in dat, indien nodig, iemand ondersteuning ontvangt zodat deze over de benodigde maaltijden kan beschikken. 2. De kosten voor de aanschaf van de maaltijden c.q. de maaltijdvoorziening komen ten laste van de inwoner. Artikel 2. Activiteiten 1. Om te kunnen beschikken over de benodigde dagelijkse maaltijden worden, niet limitatief, de volgende activiteiten uitgevoerd: - Broodmaaltijd bereiden; - Warme maaltijd opwarmen; - Maaltijd en benodigdheden klaarzetten, afruimen; - Benodigdheden afruimen en afwassen c.q. vaatwasser in- en uitpakken. 2. Het verzorgen van de boodschappen en de bereiding van de warme maaltijd behoort niet tot de uit te voeren activiteiten. 2.3 HET BESCHIKKEN OVER SCHONE EN DRAAGBARE KLEDING Artikel 1. Schone en draagbare kleding 1. Het kunnen beschikken over schone en draagbare kleding houdt in dat, indien nodig, de cliënt ondersteuning ontvangt zodat deze over schone en draagbare kleding kan beschikken. 2. Onder schone en draagbare kleding wordt ook het bed- en linnengoed verstaan. Artikel 2. Activiteiten 1. Om te kunnen beschikken over schone en draagbare kleding, niet limitatief, kunnen de volgende activiteiten uitgevoerd worden, : - Wasgoed sorteren en in de daarvoor benodigde machines plaatsen;

3 - Wasgoed opvouwen en opbergen; - Strijken, indien kledingstukken dit vereisen. HOOFDSTUK 3 PLUSPAKKET Artikel 1. Aanvulling ondersteuning huishouden Aanvullend op het basispakket kan een pluspakket worden ingezet. Dit pluspakket wordt ingezet indien er problematiek is bij het thuis kunnen zorgen voor de minderjarige kinderen en/of er sprake is van regieproblematiek ten aanzien van het huishouden. Artikel 2. Ondersteuning bij zorg voor minderjarige kinderen 1. De verantwoordelijkheid voor het thuis kunnen zorgen voor minderjarige kinderen ligt primair bij de ouder(s)/voogd(en). Kan/kunnen de ouder(s/voogd(en) tijdelijk deze rol niet vervullen, dan kan ondersteuning ingezet worden. De noodzakelijke activiteiten die leiden tot ondersteuning bij de zorg voor minderjarige kinderen, en de frequentie van deze, is maatwerk 2. Benodigde activiteiten zullen zich voornamelijk afspelen op ondersteuning bij de persoonlijke hygiëne, aan- en uitkleden en maaltijdondersteuning van het minderjarige kind. Artikel 3. Ondersteuning regievoering op het huishouden 1. Indien er sprake is van (gedeeltelijk) disfunctioneren in bijvoorbeeld de organisatie van het huishouden kan ondersteuning geleverd worden. De noodzakelijke activiteiten die leiden tot ondersteuning regievoering op het huishouden, en de frequentie van deze, is maatwerk 2. Benodigde activiteiten zullen zich voornamelijk afspelen bij administratieve werkzaamheden en organisatorische bezigheden ten behoeve van de cliënt met betrekking tot het huishouden. HOOFDSTUK 4 FREQUENTIE Artikel De frequentie van alle activiteiten in de resultaatgebieden van het basis- en pluspakket, is maatwerk en vormt zich in samenspraak tussen cliënt en zorgaanbieder. In artikel 2 is een richtlijn ondersteuning huishouden opgenomen. 2. Afhankelijk van de cliëntsituatie is het denkbaar dat er gemotiveerd afgeweken wordt van de normtijden en dat er meer of minder tijd beschikbaar wordt gesteld. Derhalve is de benoemde frequentie niet bindend maar een richtlijn. Artikel 2. Richtlijn Taak schoon en leefbaar huishouden Opruimen, genoemde ruimten inclusief het huishoudelijke afval Stof afnemen van oppervlakten die nodig zijn voor het dagelijkse gebruik Nat afnemen van oppervlakten de nodig zijn voor het dagelijkse gebruik Stofzuigen Schrobben en dweilen van harde vloeren Schoonmaken kookomgeving- en keukenapparatuur. Bedden verschonen Eenmaal per vier weken of het aantal keer zoals is

4 Schoonmaken toiletruimte Schoonmaken doucheruimte (en/ of de badruimte indien dit noodzakelijk is) en wasbakken Ramen lappen binnenzijde Taken benodigde dagelijkse maaltijden Broodmaaltijden bereiden (brood smeren, maaltijd klaarzetten, tafel dekken en afruimen, koffie/thee zetten) Warme maaltijden (opwarmen, tafel dekken en afruimen en afwassen) Afwassen of vaatwasser in- en uitpakken Taken schone en draagbare kleding Wasgoed sorteren en in de daarvoor benodigde machines plaatsen Wasgoed opvouwen en opbergen Strijken, indien kledingstukken dit vereisen Eenmaal per zes weken of het aantal keer zoals is Zeven maal per week, één maal per dag of het aantal keer zoals is overeengekomen met cliënt en Zeven per week, één maal per dag of het aantal keer zoals is overeengekomen met cliënt en vastgelegd Eenmaal per week of het aantal keer zoals is overeengekomen met cliënt en vastgelegd in het Drie maal per week of het aantal keer zoals is overeengekomen met cliënt en vastgelegd Eenmaal per week, of het aantal keren zoals is, Eenmaal per week, of het aantal keren zoals is, Eenmaal per twee weken, of het aantal keren zoals is, HOOFDSTUK 3 SLOTBEPALINGEN Artikel 1 Citeertitel Deze beleidsregel wordt aangehaald als Beleidsregel ondersteuning huishouden. Artikel 8 Inwerkingtreding Deze beleidsregel treedt in werking op (datum) Vastgesteld op in de vergadering van het College van Burgemeester en Wethouders van gemeente Enschede,

5 Toelichting op de Beleidsregel ondersteuning huishouden Aanleiding De gemeente verstrekt ondersteuning bij het huishouden aan inwoners die niet op eigen kracht, met gebruikelijke ondersteuning, met mantelzorg of met hulp van andere personen uit het sociale netwerk, dan wel met gebruikmaking van algemene voorzieningen beperkingen ondervinden om een huishouden uit te voeren. Daarmee gaat de gemeente verder dan haar wettelijke verplichting om uitsluitend voor ondersteuning zorg te dragen aan inwoners die niet in staat zijn structuur in het huishouden aan te brengen. De gemeente verstrekt aan iedere inwoner die voor ondersteuning in het huishouden in aanmerking komt, in ieder geval het zogenaamde basispakket. Het pluspakket is een onderdeel binnen de maatwerkvoorziening dat aanvullend is op het onderdeel ondersteuning bij het huishouden. Het pluspakket wordt verstrekt aan inwoners die beperkingen ondervinden om voor minderjarige kinderen zorg te dragen en/of die beperkingen ondervinden met het voeren van regie over het huishouden. Er is dan sprake van een toeslag op het tarief voor het basispakket. Recente jurisprudentie vereist dat de definiëring van het resultaat schoon en leefbaar huishouden nader geobjectiveerd dient te worden. Door het opstellen van de Beleidsregel ondersteuning huishouden is hier gehoor aan gegeven. In de Beleidsregel wordt beschreven wat, naar algemene aanvaarde opvattingen, in redelijkheid nodig is om de bovenstaande resultaten te bereiken. Het uitgangspunt blijft maatwerk.