Onderzoek Adolescenten en Gezinnen Vragenlijst voor leerlingen

Transcriptie

1 nderzoek Adolescenten en Gezinnen Vragenlijst voor leerlingen 2009 Dit onderzoek wordt uitgevoerd door studenten en medewerkers bij de nderzoeksgroep Gezin en Bevolking van de Faculteit Sociale Wetenschappen van de Katholieke Universiteit Leuven. 1

2 Lees dit voor je start. Beste deelnemer / ster Deze vragenlijst wordt afgenomen in het kader van een onderzoek over jongeren, hun relaties, hun gedrag en hun houdingen. Wij stellen het heel erg op prijs dat jij deze vragenlijst in wilt vullen! Dit is een anonieme vragenlijst. Er wordt nooit naar jouw naam gevraagd. Schrijf dus nergens je naam op dit formulier. Niemand, dus ook niet je ouders, zal ooit te weten komen wat jij hebt ingevuld. Geen enkel onderzoeksrapport zal resultaten van individuele leerlingen, klassen of scholen apart bevatten. m de studie te doen slagen, is het belangrijk dat je elke vraag goed leest en zo goed en eerlijk mogelijk beantwoordt. Er zijn echter geen correcte of verkeerde antwoorden. Het gaat om jouw situatie of mening! Als je geen antwoord vindt dat jouw situatie of mening perfect omschrijft, kies dan datgene wat er het dichtst bij aansluit. Deze studie is volledig gebaseerd op jouw vrijwillige medewerking. Als er een vraag is die je om de een of andere reden niet wil invullen, laat ze dan blanco. Wel willen we vragen om op zo veel mogelijk vragen eerlijk te antwoorden. Het invullen: - Lees altijd goed de instructie! - Meestal zal je gevraagd worden om een antwoord aan te kruisen of om een cijfer te omcirkelen. Hierbij kan je meestal maar één vakje of rondje aanstrepen. Als je meer antwoorden kunt aanstrepen, dan staat dat erbij. - Als je een vakje/rondje hebt aangekruist en je wilt dit veranderen, dan moet je het foute antwoord doorstrepen. Je kunt dan gewoon weer een ander vakje/rondje aankruisen. - Vragen die voor jou niet van toepassing zijn, mag je overslaan. - De vragenlijst bevat 3 grote delen, waarvan je er slechts 2 moet invullen naargelang je ouderlijke thuissituatie: o Deel A: door iedereen in te vullen o Deel B: in te vullen indien je ouders gescheiden zijn. o Deel C: in te vullen indien je ouders gehuwd/samenwonend zijn. Deel B en C bevatten heel wat gemeenschappelijke vragen, maar zijn anders gesteld naargelang jouw ouders nog al dan niet samenleven. - verleg tijdens het invullen niet met anderen: het gaat om jouw situatie of mening! - Na het invullen mag je de vragenlijst in de bijhorende envelop stoppen, die je vervolgens dicht kleeft. Zo kan ook na het afgeven van de vragenlijst niemand anders dan de onderzoekers jouw gegevens analyseren en wordt de anonimiteit van jouw antwoorden gegarandeerd. - Aan het einde van deel B en C is ruimte voorzien waarin je opmerkingen, vragen, bij het onderzoek kwijt kan. Alvast heel erg bedankt voor het invullen van de vragenlijst!. NB sommige vragen uit deze vragenlijst kunnen moeilijk zijn om in te vullen en/of pijnlijke gevoelens naar boven brengen. Mocht je naar aanleiding daarvan de behoefte hebben om hierover te praten, of met andere vragen zitten over dit onderzoek, dan kan je bellen of mailen met een van de onderzoekers van dit project: / sofie.vanassche@soc.kuleuven.be/ ankatrien.sodermans@soc.kuleuven.be 2

3 A. VRAGEN VR IEDEREEN 1 Wat is de datum van vandaag?.../.../ Wat is je leeftijd?...jaar 3 In welk jaar van het secundair onderwijs zit je? (omcirkel het juiste antwoord aub) 4 Welke opleiding volg je nu? EERSTE GRAAD 1ste leerjaar A / 2de leerjaar van de 1ste graad (AS, TS, KS) 1ste leerjaar B / Beroepsvoorbereidend leerjaar (BS) TWEEDE, DERDE en VIERDE GRAAD KS (Kunst Secundair nderwijs) BS (Beroeps Secundair nderwijs) TS (Technisch Secundair nderwijs) AS (Algemeen Secundair nderwijs) 5 Ben je? Een jongen Een meisje 6 Wat is je nationaliteit? Belg Andere, namelijk:...(invullen aub) 7 Wat is je geloof? Katholiek Protestant Islam Ik heb geen geloof Andere, namelijk:...(invullen aub) 8 Hoe gelovig ben je? Plaats jezelf op een schaal van 0 (helemaal niet gelovig) tot 10 (heel gelovig) (omcirkel het juiste antwoord aub) 9 Is je biologische moeder nog in leven? Ja Nee 3

4 10 Is je biologische vader nog in leven? Ja Nee 11 Zijn je biologische ouders getrouwd, wonen ze samen of zijn ze gescheiden? Mijn ouders zijn getrouwd en wonen samen Mijn ouders wonen samen, maar zijn niet getrouwd Mijn ouders waren vroeger getrouwd, maar zijn nu gescheiden Mijn ouders woonden vroeger ongehuwd samen, maar zijn nu uit elkaar. Mijn ouders zijn nog steeds gehuwd maar wonen niet meer samen Mijn ouders hebben nooit samengewoond Niet van toepassing: Mijn moeder en/of vader is overleden 12 Hoeveel broers en zussen heb je in het totaal? UITLEG: ook broers en zussen waarmee je niet beide ouders gemeenschappelijk hebt (bv. stief-, half- of adoptiebroers en zussen) mag je meetellen of meer (omcirkel het juiste antwoord aub) (indien je 0 hebt geantwoord, ga naar vraag 14) 13. Hier maak je een lijstje van al je broers en zussen. Je vermeldt telkens de voornaam, of het om een broer of zus gaat, het type broer/zus (biologisch, half-, stief- en adoptie), de leeftijd en de woonplaats van die broer/zus (bij mama, bij papa, afwisselend bij mama en papa, alleen, andere). UITLEG: Biologische broers en zussen hebben beide ouders gemeenschappelijk met jou. Halfbroers en zussen hebben één ouder gemeenschappelijk met jou. Stiefbroers en zussen hebben geen biologische banden met jou, maar wonen door een nieuwe relatie van je vader of moeder bij jouw thuis. Adoptiebroers en zussen hebben geen biologische banden met jou, maar zijn door jouw ouders geadopteerd. Voornaam Broer/zus (schrap wat niet past) Type broer/zus (schrap wat niet past) Leeftijd Woonplaats (schrap wat niet past) 1 Broer / Zus Biologisch / Stief / Half / Adoptie 2 Broer / Zus Biologisch / Stief / Half / Adoptie Bij mama en papa / Bij mama / Bij papa / Afwisselend bij mama en papa / Woont alleen / Andere, namelijk:... (invullen) Bij mama en papa / Bij mama / Bij papa / Afwisselend bij mama en papa / Woont alleen / Andere, namelijk:... (invullen) 4

5 Voornaam Broer/zus (schrap wat niet past) Type broer/zus (schrap wat niet past) Leeftijd Woonplaats (schrap wat niet past) 3 Broer / Zus Biologisch / Stief / Half / Adoptie 4 Broer / Zus Biologisch / Stief / Half / Adoptie 5 Broer / Zus Biologisch / Stief / Half / Adoptie 6 Broer / Zus Biologisch / Stief / Half / Adoptie 7 Broer / Zus Biologisch / Stief / Half / Adoptie 8 Broer / Zus Biologisch / Stief / Half / Adoptie Bij mama en papa / Bij mama / Bij papa / Afwisselend bij mama en papa / Woont alleen / Andere, namelijk:... (invullen) Bij mama en papa / Bij mama / Bij papa / Afwisselend bij mama en papa / Woont alleen / Andere, namelijk:... (invullen) Bij mama en papa / Bij mama / Bij papa / Afwisselend bij mama en papa / Woont alleen / Andere, namelijk:... (invullen) Bij mama en papa / Bij mama / Bij papa / Afwisselend bij mama en papa / Woont alleen / Andere, namelijk:... (invullen) Bij mama en papa / Bij mama / Bij papa / Afwisselend bij mama en papa / Woont alleen / Andere, namelijk:... (invullen) Bij mama en papa / Bij mama / Bij papa / Afwisselend bij mama en papa / Woont alleen / Andere, namelijk:... (invullen) 14 Hoeveel kinderen vind jij in het algemeen ideaal voor een gezin? of meer (omcirkel het juiste antwoord aub) 15 Hoeveel kinderen zou je willen in het gezin dat je later zelf kan stichten? of meer (omcirkel het juiste antwoord aub) 116. Deze stellingen gaan over verschillende houdingen en gedragingen van ouders. Duid voor elke stelling de meest gepaste categorie aan voor je biologische (of adoptief) moeder en voor je biologische (of adoptief) vader. 1. Mijn moeder laat me de dingen doen die ik graag doe. 2. En mijn vader. 3. Mijn moeder wil dat ik mijn eigen beslissingen neem. 4. En mijn vader. Helemaal niet Eerder niet Eerder wel Helemaal 5

6 Helemaal niet Eerder niet Eerder wel Helemaal 5. Mijn moeder wil niet dat ik volwassen word. 6. En mijn vader. 7. Mijn moeder probeert alles wat ik doe te controleren. 8. En mijn vader. 9. Mijn moeder respecteert mijn privacy niet. 10. En mijn vader. 11. Mijn moeder behandelt me soms als een klein kind. 12. En mijn vader. 13. Mijn moeder laat me dingen zelf beslissen. 14. En mijn vader. 15. Mijn moeder probeert me afhankelijk te maken van haar 16. En mijn vader. 17. Mijn moeder heeft het gevoel dat ik niet voor mezelf kan zorgen tenzij zij aanwezig is. 18. En mijn vader. 19. Mijn moeder geeft me zoveel vrijheid als ik wil. 20. En mijn vader. 21. Mijn moeder laat me zo vaak als ik wil de deur uitgaan 22. En mijn vader. 23. Mijn moeder overbeschermt mij. 24. En mijn vader. 25. Mijn moeder laat me gekleed gaan op om het even welke wijze ik graag wil. 26. En mijn vader. 17. Beantwoord nu de onderstaande vragen over je biologische (of adoptief) moeder en biologische (of adoptief) vader. Niet of weinig Een beetje Veel Heel erg veel Meer kan niet 1. Bewondert en respecteert je moeder je? 2. En je vader? 3. Hoeveel trek je op en maak je plezier met je moeder? 4. En met je vader? 5. Deel jij je geheimen en persoonlijke gevoelens met je moeder? 6. En met je vader? 6

7 Niet of weinig Een beetje Veel Heel erg veel Meer kan niet 7. Hoeveel geeft je moeder om je? 8. En je vader? 9. Geef je veel om je moeder? 10. En om je vader? 11. Waardeert je moeder de dingen die je doet? 12. En je vader? 13. Vindt je moeder het de moeite waard om naar je te luisteren? 14. En je vader? 15. Vindt je moeder dat je goede ideeën hebt? 16. En je vader? 17. Vindt je moeder dat zij veel van je kan leren? 18. En je vader? 18 Krijg je zakgeld? Ja Nee (ga naar vraag 20) 19 Hoeveel zakgeld krijg je ongeveer per week (in euro s)? Als je het zakgeld niet per week krijgt, maak dan een schatting. Indien je ouders gescheiden zijn, geef dan aan hoeveel je krijgt van je moeder en hoeveel je krijgt van je vader. Niet-gescheiden ouders:...euro per week Gescheiden ouders:...euro per week van mijn moeder...euro per week van mijn vader 20 Verdien je geld bij tijdens dit schooljaar? Ja (geen vakantiewerk) Nee (ga naar vraag 22) 21 Hoeveel verdien je gemiddeld per week tijdens dit schooljaar (zonder je zakgeld)? Indien je niet wekelijks werkt, maak dan een schatting van hoeveel je ongeveer per week zou verdienen....euro per week 22 Verdiende je geld bij tijdens de voorbije zomervakantie? Ja Nee (ga naar vraag 24) 7

8 23 Hoeveel verdiende je gemiddeld per week tijdens de voorbije zomervakantie? Indien je niet wekelijks werkte, maak dan een schatting van hoeveel je ongeveer per week verdiende....euro per week 24 In welke mate ben je tevreden met je huidige materiële omstandigheden? Zet telkens een kruisje in de kolom die volgens jou het beste aansluit bij je huidige situatie. Helemaal ontevreden ntevreden Eerder ontevreden Eerder tevreden Tevreden Helemaal tevreden Huisvesting Woonomgeving Gezinsbezittingen Eigen bezittingen Zakgeld Totaal 25. Wij willen graag weten hoe jij je voelt. Het is de bedoeling dat je dat aangeeft door een cijfer te omcirkelen. Een 1 betekent dat het erg slecht met je gaat, een 10 betekent dat het erg goed met je gaat. mcirkel het cijfer dat het meest op jou van toepassing is. Slecht Goed Hieronder vind je een aantal uitspraken over hoe je je gevoeld of gedragen zou kunnen hebben de afgelopen week. Duid voor elke uitspraak aan hoe vaak gedurende de voorbije week Zelden of nooit Soms Vaak Altijd of bijna altijd 1. Je je gedeprimeerd/depressief voelde of in de put zat 2. Je voelde dat alles wat je deed met moeite ging 3. Je slecht geslapen hebt 4. Je gelukkig was 5. Je je eenzaam voelde 6. Je van het leven genoot 7. Je je droevig voelde 8. Je niet op gang kon komen of je geen zin had om de dag te beginnen. 8

9 27. Hieronder staan uitspraken die allemaal te maken hebben met bepaalde gevoelens, zoals bijvoorbeeld bang zijn. Er zijn geen goede of foute antwoorden. Zeg eerlijk hoe jij je meestal voelt. 1. Ik maak me zorgen of anderen mij wel aardig vinden. Helemaal oneens neens Noch eens, noch oneens Eens Helemaal eens 2. Ik ben zenuwachtig. 3. Ik maak me zorgen of ik even goed ben als andere kinderen. 4. Ik maak me zorgen of het wel goed met me zal gaan. 5. Ik ben iemand die zich veel zorgen maakt. 6. Mensen zeggen tegen me dat ik me teveel zorgen maak. 7. Ik maak me zorgen over de toekomst. 8. Ik maak me zorgen over hoe goed ik dingen doe. 9. Ik maak me zorgen over dingen die vroeger gebeurd zijn. 28. Nu willen we graag wat meer weten over jouw relatie met één van je broers of zussen. Beantwoord de volgende stellingen over de relatie tussen jou en de biologische broer of zus die het dichtst bij jou in leeftijd staat. De biologische broer of zus die het dichtst bij me staat in leeftijd is...(vul hier zijn/haar naam in) (Indien een meerling, kies dan zelf één uit) Als je geen broers of zussen hebt mag je doorgaan naar vraag 30. nwaar Beetje onwaar Beetje waar Waar 1. Mijn broer/zus en ik lachen vaak samen. 2. Mijn broer/zus speelt vaak samen met mij. 3. Mijn broer/zus heeft mij graag 4. Mijn broer/zus mist mij wanneer ik er niet ben 5. Als hij/zij iets heeft wat ik graag wil, deelt mijn broer/zus het met mij 6. Mijn broer/zus wilt vaak mijn hulp bij dingen die hij/zij zelf niet kan 7. Mijn broer/zus vertelt me alles 8.Mijn broer/zus laat me toe hem/haar te helpen. 9

10 nwaar Beetje onwaar Beetje waar Waar 9. Mijn broer/zus is vaak kwaad op mij 10. Mijn broer/zus wil dat ik hem/haar alleen laat 11. Mijn broer/zus vindt het leuk als ik uitgescholden word 12. Mijn broer/zus doet vaak alsof hij/zij me niet ziet. 13. Mijn broer/zus zegt me dat ik moet oprotten. 14. Mijn broer/zus gooit mijn spullen met opzet door elkaar. Als je ouders niet gescheiden zijn, ga naar vraag Denk opnieuw aan dezelfde broer of zus als in de vorige vraag. Hoe is deze relatie veranderd door de scheiding van je ouders? nze relatie is Beter geworden Een beetje beter geworden Hetzelfde gebleven Een beetje slechter geworden Slechter geworden 30. Kan je in volgende tabel voor ieder jaar van het secundair onderwijs aangeven in welke onderwijsvorm je zat op het einde van dat jaar (dus voor welke richting je geslaagd was)? Je zet voor ieder jaar steeds een kruisje onder de juiste onderwijsvorm. Vul in tot en met het vorige schooljaar. 1ste leerjaar A / 2de leerjaar (AS, TS, KS) 1ste leerjaar B / het beroepsvoorbereidend leerjaar (BS) 1. In het eerste middelbaar 2. In het tweede middelbaar AS TS BS KS 3. In het derde middelbaar 4. In het vierde middelbaar 5. In het vijfde middelbaar 6. In het zesde middelbaar 7. In het zevende middelbaar (indien van toepassing) 10

11 31. Kan je in volgende tabel voor ieder jaar van je schoolcarrière omcirkelen hoeveel keer je bent blijven zitten? Vul in tot en met het huidige schooljaar. 1. In de kleuterschool of meer 2. In het eerste leerjaar van de basisschool of meer 3. In het tweede leerjaar van de basisschool of meer 4. In het derde leerjaar van de basisschool of meer 5. In het vierde leerjaar van de basisschool of meer 6. In het vijfde leerjaar van de basisschool of meer 7. In het zesde leerjaar van de basisschool of meer 8. In het eerste middelbaar of meer 9. In het tweede middelbaar of meer 10. In het derde middelbaar of meer 11. In het vierde middelbaar of meer 12. In het vijfde middelbaar of meer 13. In het zesde middelbaar of meer 14. In het zevende middelbaar (indien van toepassing) of meer 32 Geef op basis van je laatste rapport je globaal puntenpercentage en je puntenpercentage voor Nederlands, wiskunde en/of PAV. Indien je een bepaald vak niet volgt, moet je niets invullen. 1. Algemeen puntenpercentage % 2. % voor Nederlands 3. % voor wiskunde %...% 4. % voor PAV (Project Algemene vakken)...% 33 Voortgaande op de huidige leerlingenrangschikking van je klas, waar zou je jezelf plaatsten t.o.v. de andere leerlingen van je klas als het gaat over je schoolresultaten? Bij de eersten Iets boven het gemiddelde p het gemiddelde Iets onder het gemiddelde Bij de laatsten 34 Welk van de volgende mogelijkheden in verband met studeren en het behalen van punten komt het best overeen met wat jij over jezelf denkt? Als ik harder zou werken, dan zou ik zeker betere punten halen. m de punten te behalen die ik nu heb, moet ik reeds zeer hard werken. De punten die ik behaal, komen ongeveer overeen met mijn mogelijkheden. 11

12 35. De uitspraken in deze vraag gaan over studeren. Gelieve jouw mening aan te kruisen. Absoluut niet Niet nzeker Akkoord Volledig 1. Hoe meer ik leer, hoe nieuwsgieriger ik word om nog meer dingen te leren. 2. Wanneer ik s avonds naar huis ga, heb ik meestal het gevoel werkelijk iets bijgeleerd te hebben. 3. Studeren is meestal tijdverlies. 4. Er zijn heel wat zaken in het leven die ik belangrijker vind dan studeren 5. Voor mij is studeren heel belangrijk omdat men zich zo ontwikkelt. 6. Ik begrijp niet waarom studeren belangrijk is voor mijn verdere leven. 7. Studeren op zichzelf is een nutteloze bezigheid. 8. Ik studeer niet graag. 9. Wanneer ik een oplossing van een studieprobleem niet vind, dan zoek ik verder tot ik de oplossing gevonden heb. 10. Ik zoek graag bijkomende documentatie voor mijn schoolvakken. 11. Ik zit dikwijls te dromen in de klas. 12. Indien ik op voorhand zou weten dat de leerkracht de lessen niet zou overhoren, dan zou ik ze niet instuderen. 36 Welke verwachtingen heb je over jouw schoolprestaties? Ik zal nooit een diploma behalen. Ik zal enkel een diploma middelbaar onderwijs halen Ik zal een hogeschool diploma behalen. Ik zal een universitair diploma behalen. Ik weet het nog niet. 12

13 37. Hier volgen een aantal vragen i.v.m. je biologische (of adoptief) vader/moeder. Geef aan in welke mate je met deze stellingen gaat. 1. Mijn moeder heeft niet echt graag dat ik mijn problemen aan haar vertel. 2. En mijn vader 3. Mijn moeder geeft me bijna nooit een compliment wanneer ik iets goed doe. 4. En mijn vader 5. Ik kan op de hulp van mijn moeder rekenen, zelfs wanneer ik problemen heb. 6. En mijn vader 7. Mijn moeder neemt haar tijd om gewoon met me te praten. 8. En mijn vader 9. Mijn moeder en ik doen samen dingen die leuk zijn. 10. En mijn vader 11. Mijn moeder zegt dat haar ideeën juist zijn en dat ik ze niet in vraag moet stellen. 12. En mijn vader 13. Mijn moeder respecteert mijn privacy. 14. En mijn vader 15. Mijn moeder geeft me veel vrijheid. 16. En mijn vader 17. Mijn moeder neemt de meeste beslissingen over wat ik mag doen. 18. En mijn vader 19. Mijn moeder vindt dat ik recht heb op een eigen mening. 20. En mijn vader 21. Mijn moeder verwacht echt dat ik me aan de regels van het gezin houd. 22. En mijn vader 23. Mijn moeder zegt er soms niets van als ik iets doe wat niet mag. 24. En mijn vader 25. Als ik me niet gedraag, straft mijn moeder me 26. En mijn vader 27. Mijn moeder zegt mij hoe ik dingen beter kan doen. 28. En mijn vader 29. Wanneer ik iets verkeerds doe, straft mijn moeder me niet. 30. En mijn vader Helemaal niet Niet Noch noch niet Akkoord Helemaal 13

14 38 Wat is het hoogst behaalde diploma van jouw biologische (of adoptief) vader? Lagere school Middelbaar onderwijs Hoger onderwijs niet-universitair Hoger onderwijs universitair 39 Wat is het hoogst behaalde diploma van jouw biologische (of adoptief) moeder? Lagere school Middelbaar onderwijs Hoger onderwijs niet-universitair Hoger onderwijs universitair Zijn je ouders gescheiden, vul dan Deel B in (zie volgende pagina) Zijn je ouders niet gescheiden, vul dan Deel C in (zie pagina 24) 14

15 B. VRAGEN VR SCHLIEREN MET GESCHEIDEN UDERS 40 Hoe oud was je toen je biologische (of adoptief) ouders uit elkaar gingen?...jaar 41 Heeft je biologische (of adoptief) moeder momenteel een nieuwe partner waarmee ze samenwoont/gehuwd is? Mijn moeder heeft geen nieuwe partner. Mijn moeder heeft een nieuwe partner, maar ze woont er niet mee samen. Mijn moeder woont samen met een nieuwe partner, maar is er niet mee getrouwd. Mijn moeder woont samen met een nieuwe partner en is er mee getrouwd. 42 Heeft je biologische (of adoptief) vader momenteel een nieuwe partner waarmee hij samenwoont/gehuwd is? Mijn vader heeft geen nieuwe partner. Mijn vader heeft een nieuwe partner, maar hij woont er niet mee samen. Mijn vader woont samen met een nieuwe partner, maar is er niet mee getrouwd. Mijn vader woont samen met een nieuwe partner en is er mee getrouwd. 43 Waar woon jij zelf? Bij mijn moeder Bij mijn vader Afwisselend bij mijn moeder en bij mijn vader Meestal bij mijn moeder, soms bij mijn vader Meestal bij mijn vader, soms bij mijn moeder Andere, namelijk:...(invullen aub) 15

16 44. Elk gezin is uniek en heeft zijn eigen manier om dingen te doen. In welke mate ben je het eens met volgende stellingen over je huidige gezin? Beantwoord de stellingen steeds voor het gezin bij biologische moeder en voor het gezin bij biologische vader. 1. In het gezin van moeder zijn de gezinsleden doorgaans gevoelig voor elkaars emoties. 2. En in het gezin van vader. 3. In het gezin van moeder is de sfeer kil en negatief. 4. En in het gezin van vader. 5. Het gezin van moeder is warm en begrijpend 6. En het gezin van vader. 7. Binnen het gezin van moeder kunnen we meestal conflicten wel oplossen. 8. En binnen het gezin van vader. 9. In het gezin van moeder worden conflicten zelden opgelost. 10. En in het gezin van vader. 11. In het gezin van moeder is de sfeer meestal onaangenaam. 12. En in het gezin van vader. 13. In het gezin van moeder geeft niemand om de gevoelens van de gezinsleden. 14. En in het gezin van vader. 15. In het gezin van moeder neemt iedereen de verantwoordelijkheid voor zijn daden. 16. En in het gezin van vader. 17. In het gezin van moeder worden de gezinsleden aangemoedigd om naar elkaar te luisteren 18. En in het gezin van vader. 19. Binnen het gezin van moeder zijn de maaltijden meestal een vriendelijke en gezellige aangelegenheid. 20. En binnen het gezin van vader. Helemaal oneens neens Noch eens, noch oneens Eens Helemaal eens 45. De volgende vragen gaan over de woning(en) waar je momenteel verblijft. Beantwoord de vragen zowel voor de woning van je vader als voor de woning van je moeder. Moeder Vader Ja Nee Ja Nee 1. Heb je een eigen slaapkamer? 2. Heb je het gevoel dat er in de woning te weinig ruimte is? 16

17 46 Welke omschrijving past het beste bij de huidige situatie. Beantwoord de vraag zowel voor de woning van je vader als voor de woning van je moeder. Moeder Vader 1. Eigen huis 2. Eigen appartement 3. Gehuurd huis 4. Gehuurd appartement 5. Andere 47. Wanneer je de omgeving van de woning van je moeder en je vader bekijkt, hoe vaak tref je volgende zaken aan? Nooit Zelden Soms Vaak Beschadigingen aan of graffititekeningen op de publieke faciliteiten (bushaltes, lantaarnpalen, voetpaden,...) 1. bij moeder 2. bij vader mgevingslawaai (burenlawaai, verkeerslawaai en straatlawaai 3. bij moeder 4. bij vader Vuilnis en rommel op de voetpaden en/of straten 5. bij moeder 6. bij vader Misdaad of geweld 7. bij moeder 8. bij vader 48 De volgende vragen gaan over de financiële situatie van je moeder en je vader 1. Heb je het gevoel dat je moeder het moeilijk heeft om rond te komen? Nooit Zelden Soms Altijd 2. Heb je het gevoel dat je vader het moeilijk heeft om rond te komen? 17

18 49. Deze vraag peilt naar de gezinsvoorzieningen en de gezinsactiviteiten. Wanneer je een bepaalde activiteit niet doet of een gezinsbezitting niet hebt, geef dan aan waarom niet. Zet telkens een kruisje in de kolom die volgens jou het beste past bij de huidige situatie. Gezin met vader Gezin met moeder Ja Nee Ja Nee We kunnen het niet betalen mwille van een andere reden We kunnen het niet betalen mwille van een andere reden Jaarlijks minstens een week op vakantie Computer Internet 50. Deze vraag gaat over je eigen bezittingen (en dus niet over de goederen die je met het ganse gezin bezit). Duid telkens aan of je het goed bezit of niet. Wanneer je het niet bezit, geef dan aan waarom niet. Wanneer je het goed wel bezit, moet je aangeven van wie je het gekregen hebt. Wanneer je het goed tweemaal bezit, duid dan telkens aan van wie je het gekregen hebt. We kunnen het niet betalen Nee mwille van een andere reden Gekregen van beide ouders Gekregen van je moeder Ja Gekregen van je vader Gekregen van iemand anders Zelf gekocht 1. Mp3-speler + ipod 2. Eigen televisie 3. GSM 4. Eigen computer/laptop 5. Bromfiets 6. Fiets 7. Muziekinstallatie 8. Eigen gameconsole 18

19 51. Zijn de volgende aspecten veranderd wanneer je de situatie voor de scheiding vergelijkt met de situatie na de scheiding. Het gaat hierbij over hoe jij de situatie ervaart. Zet telkens een kruisje in de kolom die volgens jou het beste past Bij vader Bij moeder Verbeterd Gelijk gebleven Verslechterd Verbeterd Gelijk gebleven Verslechterd 1. Huisvesting 2. Woonomgeving 3. Gezinsbezittingen 4. Eigen bezittingen 5. Zakgeld 6. Totaal 52. Beantwoord de volgende vragen over de situatie voordat je biologische (of adoptief) ouders uit elkaar gingen. Denk terug aan hoe het toen was Nooit Zelden Soms Vaak Voortdurend 1. Hoe vaak maakten je ouders - voor zover je weet - ruzie over geld? 2. hoe vaak maakten je moeder en vader - voor zover je weet - ruzie over de opvoeding? 3. Hoe vaak maakten je moeder en vader - voor zover je weet - ruzie over de kinderen? 4. Hoe vaak waren je moeder en vader het - voor zover je weet - absoluut niet eens met elkaar? 5. Hadden je ouders - voor zover je weet - wel eens ernstige conflicten? 19

20 53. Hieronder zie je een schematische voorstelling van een periode van 4 weken tijdens het schooljaar. Geef voor elke dag weer of je bij je vader of moeder verblijft. Een V voor vader, een M voor moeder. Er wordt een onderscheid gemaakt tussen de dag en de nacht. Bij dag geef je weer bij wie van de twee je het meeste tijd hebt doorgebracht die dag. Bij de nacht vul je in bij wie je sliep. Wanneer de regeling elke week hetzelfde is hoef je slechts 1 week in te vullen. Als ze per 2 weken hetzelfde is hoef je slechts de eerste 2 weken in te vullen. VRBEELD Mieke is ongeveer evenveel bij haar vader als bij haar moeder. p woensdagavond maakt ze de verhuis van vader naar moeder. In de weekends is ze het ene weekend bij haar vader en het andere bij haar moeder. Deze regeling herhaalt zich elke 2 weken, dus hoeft ze maar 2 weken in te vullen. maandag dinsdag woensdag donderdag vrijdag zaterdag zondag week 1 V V V V V M M M M V V V V M week 2 M M M M M V V V V M M M M V week 3 week 4 Vul nu voor jezelf de kalender in (V=vader M=moeder). Hou geen rekening met vakantieperiodes maandag dinsdag woensdag donderdag vrijdag zaterdag zondag week 1 week 2 week 3 week 4 20

21 54 Is deze regeling steeds hetzelfde gebleven of is ze al eens aangepast? Ja, al eens aangepast. Nee, hetzelfde gebleven. (ga naar vraag 56) Weet niet. (ga naar vraag 56) 55. Als de regeling als eens aangepast is, hoe oud was je dan bij deze wijziging en wat was de reden? Hierna worden verschillende mogelijke redenen gegeven. 1. aangepast door mijn leeftijd 2. aangepast door verhuis ouder(s) 3. aangepast door overlijden ouder(s) 4. aangepast door nieuwe partner ouder(s) 5. aangepast om praktische redenen 6. andere :... (vul reden in) In het vakje van leeftijd vul je je leeftijd in op het moment van de aanpassing. Bij reden omcirkel je het cijfer dat overeenkomt met een van de redenen uit het lijstje. Wanneer je 6 antwoordt, geef je bij andere ook nog een korte omschrijving van de reden. Leeftijd Reden Aanpassing 1 Cijfer: (omcirkel het juiste antwoord aub, meerdere antwoorden zijn mogelijk) Andere : Aanpassing 2 Cijfer: (omcirkel het juiste antwoord aub, meerdere antwoorden zijn mogelijk) Andere: Aanpassing 3 Cijfer: (omcirkel het juiste antwoord aub, meerdere antwoorden zijn mogelijk) Andere: Aanpassing 4 Cijfer: (omcirkel het juiste antwoord aub, meerdere antwoorden zijn mogelijk) Andere: Aanpassing 5 Cijfer: (omcirkel het juiste antwoord aub, meerdere antwoorden zijn mogelijk) Andere: 56 Is er gevraagd naar jouw mening bij het uitwerken van de verblijfsregeling? Ja Nee 21

22 57 Wat was jouw voorkeur over hoe de regeling er zou uitzien? Een gelijke verdeling, ongeveer evenveel tijd bij beide ouders Meer bij vader dan bij moeder Meer bij moeder dan bij vader Uitsluitend bij vader Uitsluitend bij moeder Andere 58 Hoe maak je meestal de verplaatsing van de ene ouder naar de andere? Met de fiets Met de auto Te voet Met het openbaar vervoer Andere 59 Hoelang duurt deze verplaatsing ongeveer onder normale omstandigheden? (met het vervoermiddel aangegeven in vraag 58) Meer dan 3 uur Tussen 2 en 3 uur ngeveer 2 uur ngeveer 1 uur Minder dan 1 uur Minder dan een half uur Minder dan een kwartier 60. Hoe vaak zie je tegenwoordig je biologische (of adoptief) moeder en je biologische (of adoptief) vader? Vul daarnaast in hoe vaak je biologische (of adoptief) ouders elkaar tegenwoordig zien. Moeder Vader nderling contact ouders Zelden Helemaal niet. Een paar keer per jaar. (ngeveer) 11 keer per jaar. (ngeveer) 1 keer per maand. (ngeveer) 2 of 3 keer per maand. (ngeveer) 1 keer per week. Meerdere keren per week. Elke dag. 22

23 61. Beantwoord de volgende vragen over de huidige situatie dus hoe het nu is. ok indien je biologische ouders niet meer samenwonen. Het is de bedoeling dat je enkel de items beantwoordt die voor jou van toepassing zijn. Nooit Zelden Soms Vaak Voortdurend 1. Hoe vaak maken je ouders - voor zover je weet- ruzie over geld? 2. Hoe vaak maken je moeder en haar nieuwe partner - voor zover je weet- ruzie over geld? 3. Hoe vaak maken je vader en zijn nieuwe partner - voor zover je weet- ruzie over geld? 4. hoe vaak maken je moeder en vader- voor zover je weet - ruzie over de opvoeding? 5. En jouw moeder en haar nieuwe partner? 6. En jouw vader en zijn nieuwe partner? 7. Hoe vaak maken je moeder en vader - voor zover je weet - ruzie over de kinderen? 8. En jouw moeder en haar nieuwe partner? 9. En jouw vader en zijn nieuwe partner? 10. Hoe vaak zijn je moeder en vader het - voor zover je weet - absoluut niet eens met elkaar? 11. En jouw moeder en haar nieuwe partner? 12. En jouw vader en zijn nieuwe partner? 13. Hebben je ouders - voor zover je weet - wel eens ernstige conflicten? 14. En jouw moeder en haar nieuwe partner? 15. En jouw vader en zijn nieuwe partner? Je bent nu klaar met het invullen van de vragenlijst. Wil je voor de zekerheid nagaan of je alle vragen hebt ingevuld? Als je nog op of aanmerkingen hebt over het onderzoek of de vragenlijst kun je die hieronder kwijt! Hartelijk dank voor je medewerking! 23

24 C. VRAGEN VR SCHLIEREN MET NIET-GESCHEIDEN UDERS 62. Wat is de werksituatie van je biologische ouders? Moeder Vader 1. Voltijds werken (28 uren per week of meer) 2. Deeltijds werken (minder dan 28uren per week) 3. Huisvrouw/huisman 4. Werkloos 5. Andere. (invullen) (invullen) 63. Deze vraag gaat over de taakverdeling tussen man en vrouw inzake huishouden en zorg voor de kinderen. We zijn zowel geïnteresseerd in de taakverdeling van je eigen ouders als in de taakverdeling die je zelf later wenst. nderstaande tekeningen stellen 9 mogelijke taakverdelingen binnen een gezin voor. De tekeningen zijn samengesteld uit twee driehoeken. De driehoek linksonder stelt de huishoudelijke taken voor. De driehoek rechtsboven de zorg voor de kinderen. Welke tekening omschrijft het best: de taakverdeling in het gezin van je ouders:...(geef nummer van de tekening) de taakverdeling die je later zelf verkiest:...(geef nummer van de tekening) Mama Papa Mama Papa Papa Mama Papa

25 Mama Mama Papa Mama Papa Papa Papa Mama 5. Mama Papa 6. Mama Mama 7. Papa Mama Papa 8. 25

26 Nu volgen er een aantal stellingen in verband met de rol van man en vrouw binnen het gezin en in de maatschappij. Kan je steeds aangeven in welke mate je of niet gaat met de volgende stellingen. Helemaal niet Niet Noch, noch niet Akkoord Helemaal 1. Kinderverzorging is evengoed de verantwoordelijkheid van de man als van de vrouw. 2. Man en vrouw moeten het huishoudelijk werk gelijk onder elkaar verdelen. 3. Het verzorgen van een gezin is voor een vrouw belangrijker dan buitenshuis werken. 4. Een vrouw is geschikter om kleine kinderen op te voeden dan een man. 5. Het is logisch dat een man wat minder in het huishouden doet dan een vrouw. 26

27 65. Elk gezin is uniek en heeft zijn eigen manier om dingen te doen. In welke mate ben je het eens met volgende stellingen over je huidige gezin? 1. Mijn gezinsleden zijn doorgaans gevoelig voor elkaars emoties. Helemaal oneens neens Noch eens, noch oneens Eens Helemaal eens 2. De sfeer binnen ons gezin is kil en negatief. 3. ns gezin is warm en begrijpend. 4. Meestal kunnen we conflicten binnen ons gezin wel oplossen. 5. Conflicten worden in ons gezin zelden opgelost. 6. De sfeer in ons gezin is meestal onaangenaam. 7. In ons gezin geeft niemand om de gevoelens van de gezinsleden. 8. In ons gezin neemt iedereen de verantwoordelijkheid voor zijn daden. 9. Mijn ouders moedigen de gezinsleden aan naar elkaar te luisteren. 10. De maaltijden bij ons thuis zijn meestal een vriendelijke en gezellige aangelegenheid. 66. De volgende vragen gaan over de woning waar je momenteel verblijft. Ja Nee 1. Heb je een eigen slaapkamer? 2. Heb je het gevoel dat er in de woning te weinig ruimte is? 67 Welke omschrijving past het beste bij de huidige situatie? Eigen huis Eigen appartement Gehuurd huis Gehuurd appartement Andere 27

28 68. Wanneer je de omgeving van je woning bekijkt, hoe vaak tref je volgende zaken aan? Nooit Zelden Soms Vaak 1. beschadigingen aan of graffititekeningen op de publieke faciliteiten (bushaltes, lantaarnpalen, voetpaden,...) 2. omgevingslawaai (burenlawaai, verkeerslawaai en straatlawaai 3. vuilnis en rommel op de voetpaden en/of straten 4. misdaad of geweld 69 De volgende vraag gaat over de financiële situatie van je gezin. Heb je het gevoel dat je gezin het moeilijk heeft om rond te komen? Nooit Zelden Soms Altijd 70. Deze vraag peilt naar de gezinsvoorzieningen en de gezinsactiviteiten. Wanneer je een bepaalde activiteit niet doet of een gezinsbezitting niet hebt, geef dan aan waarom niet. Zet telkens een kruisje in de kolom die volgens jou het beste past bij de huidige situatie. 1. Jaarlijks minstens een week op vakantie Ja mdat we het niet kunnen betalen Nee mwille van een andere reden 2. Computer 3. Internet 28

29 71. Deze vraag gaat over je eigen bezittingen (en dus niet over de goederen die je met het ganse gezin bezit). Duid telkens aan of je het goed bezit of niet. Wanneer je het niet bezit, geef dan aan waarom niet. Wanneer je het goed wel bezit, moet je aangeven van wie je het gekregen hebt. Wanneer je het goed tweemaal bezit, duid dan telkens aan van wie je het gekregen hebt. We kunnen het niet betalen Nee Andere reden Gekregen van beide ouders Ja Gekregen van iemand anders Zelf gekocht 1. Mp3-speler + ipod 2. Eigen televisie 3. GSM 4. Eigen computer/laptop 5. Bromfiets 6. Fiets 7. Muziekinstallatie 8. Eigen gameconsole 72. Beantwoord de volgende vragen over de huidige situatie, dus hoe het nu is. Nooit Zelden Soms Vaak Voortdurend 1. Hoe vaak maken je ouders - voor zover je weet - ruzie over geld? 2. Hoe vaak zijn je ouders - voor zover je weethet niet eens met elkaar? 3. Zijn je ouders - voor zover je weet - ontevreden over hun relatie? 4. Hebben je ouders - voor zover je weet - wel eens ernstige conflicten? 5. Hebben je ouders er - voor zover je weet - in het laatste jaar wel eens over gedacht om uit elkaar te gaan? 73 Lezen jullie een krant thuis? Ja Neen 29

30 73 Enkel indien je ja hebt geantwoord op vraag 73, vul je deze vraag in. Welke krant lezen jullie thuis? Je mag meerdere kranten aanduiden. Het Laatste Nieuws De Standaard De Gazet van Antwerpen Het Nieuwsblad De Morgen Belang van Limburg De Tijd De Gentenaar Andere (invullen welke krant):... Je bent nu klaar met het invullen van de vragenlijst. Wil je voor de zekerheid nagaan of je alle vragen hebt ingevuld? Als je nog op of aanmerkingen hebt over het onderzoek of de vragenlijst kun je die hieronder kwijt! Hartelijk dank voor je medewerking! 30