Notulen van de raad voor maatschappelijk welzijn

Transcriptie

1 PROVINCIE LIMBURG ARRONDISSEMENT MAASEIK OCMW HOUTHALEN-HELCHTEREN Notulen van de raad voor maatschappelijk welzijn Zitting van: 19/01/2017 om uur Aanwezig: Mustafa Aytar, voorzitter Göksal Kanli, ondervoorzitter Monique Ceyssens, Luc Derwae, Sandra Dudek, Josiane Kellens, Carel Egbert La Lau, Brigitte Satory, Monique Verstraeten, Reinhilde Wijckmans, René Van Wetswinkel, raadsleden Marc Doumen, secretaris De voorzitter opent de vergadering om uur. De vraag van de voorzitter om 4 agendapunten omwille van spoedeisendheid toe te voegen aan de dagorde in de besloten zitting, wordt met algemene stemmen aanvaard. Openbare zitting 1. Notulen van de openbare zitting van de raad voor maatschappelijk welzijn van 21 december goedkeuring. Wetgeving Art. 44, 181 en 182 van het OCMW-decreet van 19 december Art. 33 en 34 van het huishoudelijk reglement van de OCMW-bestuursorganen, laatst gewijzigd bij beslissing van de raad voor maatschappelijk welzijn van 23 oktober Feiten en context De notulen van de vergadering van de raad voor maatschappelijk welzijn van 21 december Art. 44, 3de en 4de lid van het OCMW-decreet bepaalt als volgt: Elk lid van de raad voor maatschappelijk welzijn heeft het recht tijdens de vergadering opmerkingen te maken over de redactie van de notulen van de vorige vergadering. Als die opmerkingen door de raad voor maatschappelijk welzijn worden aangenomen, worden de notulen in die zin aangepast. Als er geen opmerkingen worden gemaakt over de notulen van de vorige vergadering, worden de notulen als goedgekeurd beschouwd en worden ze ondertekend door de voorzitter van de raad voor maatschappelijk welzijn en de secretaris van het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn. Besluit de raad met algemene stemmen: Artikel 1 De notulen van de vorige vergadering van de raad voor maatschappelijk welzijn van 21 december openbare zitting - worden goedgekeurd. 2. Aanstelling als werkend raadslid en als ondervoorzitter van het OCMW - kennisneming. Wetgeving Artikel 10, 26, 53, 54, 56 en 59 van het decreet van 19 december 2008 betreffende de organisatie van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn, zoals gewijzigd. Notulen raad voor maatschappelijk welzijn 19 januari /24

2 Artikel 45 van het huishoudelijk reglement van de OCMW-bestuursorganen, vastgesteld bij besluit dd van de raad voor maatschappelijk welzijn. Feiten en context Het gemeenteraadsbesluit van 2 januari 2013 : verkiezing tot werkend OCMW-raadslid en het onderzoek van de geloofsbrieven Het besluit van de OCMW-raad van 7 januari 2013 : verkiezing van de ondervoorzitter. Het mandaat als raadslid en ondervoorzitter van de heer Ludo Vanoppen is beëindigd op 31 december 2016 en de voordrachtsakte vermeldt dat hij wordt opgevolgd als raadslid en als ondervoorzitter door de heer Göksal Kanli. De heer Göksal Kanli wordt aangesteld als werkend raadslid van het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn om het opengevallen mandaat te voleindigen. De heer Göksal Kanli heeft de voorgeschreven eed in handen van de voorzitter van de gemeenteraad heeft afgelegd op 22 december 2016, in aanwezigheid van de gemeentesecretaris. De heer Göksal Kanli voldoet aan de vereisten van verkiesbaarheid en bevindt zich niet in een geval van onverenigbaarheid. De voorzitter van de raad voor maatschappelijk welzijn is verplicht om op de installatievergadering een vervanger aan te wijzen. Hij kan meerdere vervangers aanwijzen volgens een rangorde. Als de OCMW-voorzitter verhinderd of tijdelijk afwezig is of als hij bij een welbepaalde aangelegenheid betrokken partij is, wordt hij in eerste instantie vervangen door de ondervoorzitter. De voorzitter van de raad voor maatschappelijk welzijn kan binnen de grenzen bepaald door de raad, bij besluit bepaalde van zijn bevoegdheden toevertrouwen aan de ondervoorzitter. De overdrachten van bevoegdheden kunnen echter op elk moment herroepen worden. In het huishoudelijk reglement van de OCMW-raad Houthalen-Helchteren is deze bevoegheidsdelegatie en bevoegdheidsverdeling tussen de voorzitter en de ondervoorzitter omschreven. Besluit de raad met algemene stemmen: Artikel 1 Kennis wordt genomen van de aanstelling als werkend OCMW-raadslid van de heer Göksal Kanli in opvolging van de heer Ludo Vanoppen. Voornoemde heeft de eed afgelegd in handen van de voorzitter van de gemeenteraad op 22 december Artikel 2 Kennis wordt genomen van de eerdere voordracht en de verkiezing tijdens de installatievergadering van de heer Göksal Kanli als ondervoorzitter van de raad voor maatschappelijk welzijn met ingang van 1 januari 2017, in opvolging van de heer Ludo Vanoppen. Artikel 3 Kennis wordt genomen van de aanwijzing van de heer Göksal Kanli als eerste plaatsvervangend voorzitter van de raad voor maatschappelijk welzijn, en van de bevoegdheidsdelegatie en bevoegdheidsverdeling voorzitter/ondervoorzitter zoals eerder vastgesteld in het huishoudelijk reglement van de OCMW-bestuursorganen. 3. Tussentijds ontslag van een raadslid uit het bijzonder comité voor de sociale dienst - kennisneming. Wetgeving Artikel 60 5 van het decreet van 19 december 2008 betreffende de organisatie van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn, zoals gewijzigd. Feiten en context Tijdens de installatievergadering van de OCMW-raad dd werd het bijzonder comité voor de sociale dienst opgericht en vervolgens via geheime stemming nominatief samengesteld, met o.m. raadslid René Van Wetswinkel als effectief lid. In principe blijft men Notulen raad voor maatschappelijk welzijn 19 januari /24

3 lid van het bijzonder comité voor de ganse duur, dus tot aan de algehele vernieuwing van de OCMW-raad. Op 6 januari 2017 heeft raadslid René Van Wetswinkel schriftelijk aan de OCMW-voorzitter laten weten dat hij omwille van eerdere afspraken binnen de voordragende fractie met onmiddellijke ingang ontslag wenst te nemen als effectief lid van het bijzonder comité voor de sociale dienst, zonder evenwel ontslag te willen nemen als lid van de raad voor maatschappelijk welzijn. Het OCMW-decreet voorziet dat de leden van het bijzonder comité voor de sociale dienst tussentijds ontslag kunnen nemen uit dit bestuursorgaan zonder ontslag als lid van de raad voor maatschappelijk welzijn te nemen. Een lid van de OCMW-raad dat ontslag wil nemen als lid van het bijzonder comité waarin men zitting heeft, deelt dat schriftelijk mee aan de OCMWvoorzitter. Het ontslag is definitief na de ontvangst van die kennisgeving door de OCMWvoorzitter. Het betrokken ontslagnemend raadslid blijft deel uitmaken van het bijzonder comité tot zijn opvolger is aangewezen of verkozen. Besluit de raad met algemene stemmen: Artikel 1 De raad voor maatschappelijk welzijn neemt kennis van het tussentijdse ontslag van raadslid René Van Wetswinkel als effectief lid van het bijzonder comité voor de sociale dienst. Het ontslag is ingegaan op vrijdag 6 januari Aanduiding van nieuw effectief lid van het bijzonder comité voor de sociale dienst kennisneming. Wetgeving Artikel 60 3 van het decreet van 19 december 2008 betreffende de organisatie van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn, zoals gewijzigd. Feiten en context De raad voor maatschappelijk welzijn nam heden kennis van het tussentijdse ontslag van raadslid René Van Wetswinkel als effectief lid van het bijzonder comité voor de sociale dienst. Het ontslag is ingegaan op vrijdag 6 januari Op maandagmorgen ontving de OCMW-secretaris een schriftelijke mededeling waarin de raadsleden R. Van Wetswinkel, S. Dudek en M. Verstraeten verklaren dat raadslid Sandra Dudek aangewezen wordt als nieuw effectief lid van het bijzonder comité voor de sociale dienst, en dit ter opvulling van het vrijgekomen mandaat van raadslid Van Wetswinkel. De leden van een bijzonder comité, met uitzondering van hun voorzitter, worden bij geheime stemming en in één enkele stemronde aangeduid, waarbij elk OCMW-raadslid over één stem beschikt. Echter, bij langdurige verhindering of als het mandaat als lid van een bijzonder comité een einde neemt, voorziet het OCMW-decreet in de mogelijkheid dat de leden van de raad voor maatschappelijk welzijn die voorkomen op dezelfde voordrachtsakte (cfr. waarop men oorspronkelijk als lid van de raad is verkozen, zie artikel 10 1 OCMW-decreet) onder hun leden een vervanger aanduiden (behalve als het lid in het bijzonder comité was verkozen als jongste in jaren bij staking van stemmen). De aanduiding van dat lid wordt medegedeeld met een door de meerderheid van de OCMW-raadsleden die voorkomen op dezelfde voordrachtsakte ondertekende verklaring afgegeven tegen ontvangstbewijs aan de OCMWsecretaris. De aanduiding is definitief vanaf de datum vermeld op het ontvangstbewijs. De OCMW-secretaris dient de leden van de raad voor maatschappelijk welzijn in kennis te stellen van de door hem dd in ontvangst genomen verklaring. Besluit de raad met algemene stemmen: Artikel 1 De raad voor maatschappelijk welzijn neemt kennis van de aanduiding op maandag van mevrouw Sandra Dudek als nieuw lid van het bijzonder comité voor de sociale dienst, en dit ter opvolging van de heer René Van Wetswinkel. Notulen raad voor maatschappelijk welzijn 19 januari /24

4 5. Verkiezing van plaatsvervangend lid van het bijzonder comité voor de sociale dienst goedkeuring. Wetgeving Artikel 60 1 van het decreet van 19 december 2008 betreffende de organisatie van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn, zoals gewijzigd. Artikel 38 2 van het huishoudelijk reglement van de OCMW-bestuursorganen, vastgesteld bij besluit dd van de raad voor maatschappelijk welzijn. Feiten en context Op ontving de OCMW-secretaris een schriftelijke mededeling waarin de raadsleden R. Van Wetswinkel, S. Dudek en M. Verstraeten verklaren dat zij raadslid René Van Wetswinkel voordragen als plaatsvervangend lid indien van het bijzonder comité voor de sociale dienst, en dit ter opvulling van het vrijgekomen mandaat van raadslid R. Van Wetswinkel. Het OCMW-decreet bepaalt dat de raad voor maatschappelijk welzijn in zijn huishoudelijk reglement kan voorzien in de aanwijzing van plaatsvervangers die de effectieve leden van de bijzondere comités mogen vervangen als die belet zijn. De plaatsvervangers moeten op dezelfde voordrachtsakte (cfr. waarop men oorspronkelijk als lid van de raad is verkozen, zie artikel 10 1 OCMW-decreet) voorkomen als de betrokken effectieve leden. Het huishoudelijk reglement van het OCMW Houthalen-Helchteren voorziet in de aanduiding van bedoelde plaatsvervangers, wat het voorwerp dient uit te maken van een specifiek en afzonderlijk raadsbesluit. Verrichtingen van de geheime stemming en de stemopneming waarbij de twee, in leeftijd, jongste raadsleden de voorzitter bijstaan. Uitslag van de geheime stemming: Aantal stemmers: 11 Aantal stembiljetten: 11 Rene Van Wetswinkel behaalt 11 stemmen Er zijn geen blanco stembiljetten en geen onthoudingen De stembiljetten worden vernietigd. Besluit de raad met 11 stemmen voor, 0 stemmen tegen, 0 onthoudingen: Artikel 1 De heer Rene Van Wetswinkel wordt aangeduid als plaatsvervangend lid van het bijzonder comité voor de sociale dienst om het effectieve lid, mevrouw Sandra Dudek, te vervangen als zij belet is. 6. Verzoeken en mededelingen aan de raad - kennisneming. Feiten en context Mededeling 1: Het proces-verbaal van de gewone vergadering van 9 december 2016 van de Algemene Vergadering van IGL wordt ter kennisneming voorgelegd. Besluit de raad: Artikel 1 De raad voor maatschappelijk welzijn neemt zonder opmerkingen kennis van de mededeling. 7. Rapportage over bijgewoonde vergaderingen van externe organisaties door afgevaardigde raadsleden. Feiten en context Aan de raadsleden welke afgevaardigd zijn in diverse instanties, organisaties en overlegorganen, wordt gevraagd om verslag uit te brengen over de laatste door hen bijgewoonde vergadering, (raad van beheer, algemene vergadering, dagelijks bestuur,...) Notulen raad voor maatschappelijk welzijn 19 januari /24

5 Besluit de raad: De raad voor maatschappelijk welzijn gaat akkoord om dit agendapunt van de dagorde af te voeren, aangezien er in de afgelopen periode geen vergaderingen hebben plaatsgevonden en/of niet bijgewoond werden waarover de raadsleden kunnen rapporteren. 8. Optimalisatie van het debiteurenbeheer sociale dienst - tussentijdse rapportering door TriFinance (presentatie). Wetgeving Wet van 2 april 1965 betreffende het ten laste nemen van steun verleend door de openbare centra voor maatschappelijk welzijn, zoals gewijzigd. Organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn, zoals gewijzigd. Wet van 26 mei 2002 betreffende het recht op maatschappelijke participatie, zoals gewijzigd. Decreet van 19 december 2008 betreffende de organisatie van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn, zoals gewijzigd, inzonderheid de artikelen 91-94, , Huishoudelijk reglement van de OCMW-bestuursorganen, vastgesteld bij besluit dd van de raad voor maatschappelijk welzijn, inzonderheid artikel 40: bevoegdheden van het bijzonder comité voor de sociale dienst. Feiten en context Het debiteurenbeheer van terugvorderbare steunverlening binnen het OCMW Houthalen- Helchteren is reeds jarenlang een aandachtspunt voor beleid en management. Globaal gezien is het debiteurenbeheer binnen een OCMW niet evident, omwille van verschillende redenen: o Terugvordering van steun dient door de cliënten meestal in schijven terugbetaald te worden. o De cliënten bevinden zich vaak in een precaire financiële situatie, met als gevolg dat openstaande facturen met vertraging of niet meer kunnen terugbetaald worden. o OCMW-cliënten kunnen onder de collectieve schuldenregeling vallen; hierdoor verkrijgt de cliënt uitstel van betaling van de terugvordering van maatschappelijke dienstverlening. o Deze vorderingen worden niet altijd door de cliënt zelf betaald, maar door terugbetalingsinstanties zoals mutualiteiten en vakbonden. o In de tweede helft van 2016 gaf het bestuur onder impuls van de nieuwe financieel beheerder opdracht aan het deskundige bureau TriFinance om het debiteurenbeheer met betrekking tot inzonderheid terugvorderbare steunverlening door te lichten, en vervolgens te optimaliseren. Voor deze opdracht aan TriFinance werden volgende doelstellingen voorop gesteld: o Een procedure en werkwijze formuleren om het aantal vervallen vorderingen stapsgewijs te verwerken. o De bewustwording vergroten van de administratieve en financiële gevolgen van het terugvorderen van toegekende steun bij cliënten met een beperkte tot geen terugbetalingscapaciteit (steunnormering). o Het proces verwerken en opvolgen van vorderingen verder stroomlijnen en versterken. o Het versterken van de samenwerking en communicatie tussen de sociale dienst (Sociaal Huis) en de financiële dienst. o Formuleren van aanbevelingen m.b.t. de benodigde competenties om het bovenstaande te kunnen realiseren. Het tussentijds rapport van TriFinance is concreet opgebouwd als een analyse van de huidige situatie ( AS IS ) enerzijds en als oplossingsgericht voorstel ( TO BE ) anderzijds, en dit telkens rond 5 items: o De historische achterstand in het debiteurenbeheer o Het steunnormeringskader o Het proces i.v.m. verwerken en opvolgen van vorderingen Notulen raad voor maatschappelijk welzijn 19 januari /24

6 o De samenwerking en communicatie tussen de sociale dienst en de financiële dienst o De medewerkers en hun competenties Voormeld rapport werd op uitgebreid toegelicht door de heer Bert Celis, consultant van TriFinance, ten overstaan van Martine Coonen, Wim Haest en Marc Doumen, en globaal positief beoordeeld als stevige werknota waarvan de krachtlijnen eerst en vooral ter kennis moeten gegeven worden aan de raad voor maatschappelijk welzijn. De OCMW-raad is tenslotte het bevoegd bestuursorgaan voor aangelegenheden zoals de vaststelling en de evaluatie van het steunnormingkader (uitvoering door bijzonder comité voor de sociale dienst), het oninbaar verklaren van openstaande vorderingen (vaststelling van waarderingsregels), enz. Ook aangaande de te hanteren methodiek voor het wegwerken op korte termijn van de historische achterstand in het debiteurenbeheer dient het standpunt van de raadsleden gekend te zijn. De nota wordt staande de raadszitting voorgesteld onder de vorm van een powerpoint presentatie door de heer Celis van TriFinance, die op vraag van raadslid B. La Lau, na huidige raadszitting doorgestuurd zal worden naar alle raadsleden. Besluit de raad met algemene stemmen: Artikel 1 De raad voor maatschappelijk welzijn neemt uitgebreid kennis van de krachtlijnen van het tussentijdse rapport van het deskundig bureau TriFinance met het oog op de optimalisatie van het debiteurenbeheer sociale dienst (analyse van huidige situatie en verbetervoorstellen). 9. Aanpassing van reglement weekgelden in het kader van het Lokaal Opvanginitiatief - goedkeuring. Wetgeving brief van Fedasil "nieuw opvangmodel" van 20 juli 2016 omzendbrief van Fedasil van 28 maart 2016 instructie Fedasil "transitie van materiële opvang naar maatschappelijke dienstverlening" van 20 juli 2016 Feiten en context De raad voor maatschappelijk welzijn keurde tijdens de zitting van 21 september 2000 de oprichting van een lokaal opvanginitiatief (LOI) in Houthalen-Helchteren goed. Momenteel heeft het OCMW van Houthalen-Helchteren in deze opvangstructuur 2 woonpanden met een totale capaciteit van 22 opvangplaatsen (Pastorijstraat 7-9, Elzenstraat 14). Het nieuw opvangmodel van Fedasil dat van kracht is vanaf augustus 2016, bepaalt dat asielzoekers mèt een statuut (erkenning of subsidiaire bescherming) ook kunnen toegewezen worden aan LOI's. Deze mensen hebben na het verwerven van hun statuut slechts een beperkt verblijfsrecht in de materiële opvang, nl. basistermijn van 2 maanden met verlengingsmogelijkheid tot maximum 5 maanden. Gevolg: groter verloop in het LOI o.w.v. kortstondig verblijfsrecht. Om deze reden wensen wij het halfjaarlijks kledijgeld, zijnde 75 euro per persoon voor zomerkleding en 115 euro per persoon voor winterkleding af te schaffen en te integreren in een verhoogd weekgeld voor onze LOI-bewoners. Tijdens de zittingen van 16 november 2000, 18 november 2001, 19 juni 2003, 15 mei 2008 en 18 juni 2009 keurde de raad voor maatschappelijk welzijn de bedragen van de leefgelden en diverse vergoedingen goed. Fedasil stelt jaarlijks de geïndexeerde richtbedragen voor leefgeld in een LOI vast. De berekening van deze bedragen is gebaseerd op de evolutie van de forfaitaire subsidie per dag en per opvangplaats (MB van ). De richtbedragen zijn ondermeer bedoeld om de éénvormigheid tussen de vele lokale opvanginitiatieven te bevorderen. Voorstel verhoging LOI-weekgelden: 5 euro per week volwassenen: 50 euro --> 55 euro alleenstaande ouder: 60 euro --> 65 euro Notulen raad voor maatschappelijk welzijn 19 januari /24

7 kind + 12 jaar: 30 euro --> 35 euro kind 12 jaar: 25 euro --> 30 euro De voorgestelde verhoging van het weekgeld zou een maximale meeruitgave betekenen van 125 euro per week (22 cliënten x 5 euro). Op jaarbasis betekent een maximale meeruitgave van 52 weken x 125 euro = 6500 euro De nodige kredieten voor de voorgestelde verhoging van het LOI-weekgeld werden reeds voorzien in het goedgekeurd OCMW-budget 2017 (1419/002/004/007/ ) Adviezen gunstig advies van het OCMW-managementteam van woensdag 28 september 2016 goedkeuring OCMW-budget door OCMW-raad van 21 december 2016 (verhoging budget weekgelden van naar euro). Financieel advies Actienumme r Vastleggingsnummer Algemene rekening Beleidsveld /002/ 004/007 Advie s (G/O) Opmerkingen Datum Besluit de raad met algemene stemmen: Artikel 1 De raad voor maatschappelijk welzijn gaat akkoord met de voorgestelde verhoging van het weekgeld en de integratie van het kledijgeld in het verhoogd weekgeld voor LOI-bewoners, met ingang vanaf 1 februari Gunning van de opdracht voor de renovatiewerken keukens bejaardenwoningen Abelenstraat - goedkeuring. De wet van 15 juni 2006 betreffende de overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 26, 1, 1 a (limiet van ,00 excl. btw niet overschreden). De wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten. Het koninklijk besluit van 15 juli 2011 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 105. Het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken, en latere wijzigingen. Het decreet van 19 december 2008 betreffende de organisatie van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn, meer bepaald artikels 51 en 52, betreffende de bevoegdheden van de raad voor maatschappelijk welzijn. Het Besluit van de Vlaamse Regering van 3 april 2009 houdende de uitvoering en inwerkingtreding van het decreet van 19 december 2008 betreffende de organisatie van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn en houdende diverse bepalingen betreffende het personeel, de financiën en de organisatie van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn. De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen. Het decreet van 26 maart 2004 betreffende de openbaarheid van bestuur. Notulen raad voor maatschappelijk welzijn 19 januari /24

8 Het decreet van 19 december 2008 betreffende de organisatie van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn, meer bepaald artikels 248 tot en met 264 betreffende het bestuurlijk toezicht. De aanpassing van het meerjarenplan 2014 tot 2019, opgemaakt volgens de regels van de Beleids- en Beheerscyclus, werd goedgekeurd door de OCMW-raad op 21 december 2016; Het budget 2017 werd goedgekeurd door de OCMW-raad op 21 december 2016; In het kader van de opdracht Algehele renovatie keukens bejaardenwoningen Abelenstraat werd een bestek met nr. 2016/1760 opgesteld door Beleidsdomein Beleidsondersteuning - Team Overheidsopdrachten. De uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op ,47 excl. btw of ,00 incl. 21% btw. De raad voor maatschappelijk welzijn verleende in zitting van 17 november 2016 goedkeuring aan de lastvoorwaarden, de raming en de gunningswijze van deze opdracht, met name de onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking. De raad voor maatschappelijk welzijn besliste in zitting van 17 november 2016 om de plaatsingsprocedure te starten en volgende firma s uit te nodigen om deel te nemen aan de onderhandelingsprocedure: - JANSEN DOE-HET-ZELF NV, Peerderbaan 45 te 3670 Meeuwen-Gruitrode; - Keukens Geusens, Kazernelaan 323 te 3530 Houthalen-Helchteren; - Guney M., Koolmijnlaan 94 te 3530 Houthalen-Helchteren; - Vanoppen Marcel, Rafnusstraat 75 te 3530 Houthalen-Helchteren; - LEDRO Keukens, Europarklaan 2027 te 3530 Houthalen-Helchteren; - Klados Algemene Schrijnwerkerij, Centrum Zuid 3037 te 3530 Houthalen-Helchteren. De offertes dienden het bestuur ten laatste op 5 december 2016 te bereiken. De verbintenistermijn van 90 kalenderdagen eindigt op 5 maart Er werden 4 offertes ontvangen: - Guney M., Koolmijnlaan 94 te 3530 Houthalen-Helchteren ( ,00 excl. btw of ,80 incl. 21% btw); - Keukens Geusens, Kazernelaan 323 te 3530 Houthalen-Helchteren ( ,18 excl. btw of ,00 incl. 21% btw); - JANSEN DOE-HET-ZELF NV, Peerderbaan 45 te 3670 Meeuwen-Gruitrode ( ,42 excl. btw of ,76 incl. 21% btw); - Vanoppen Marcel, Rafnusstraat 75 te 3530 Houthalen-Helchteren ( ,59 excl. btw of ,57 incl. 21% btw); Op 20 december 2016 stelde Beleidsdomein Beleidsondersteuning - Team Overheidsopdrachten het verslag van nazicht van de offertes op, waaruit het onderstaande bleek: 1. Kwalitatieve selectie van de inschrijvingen Uitsluitingscriteria: juridische situatie: Door in te schrijven op deze opdracht verklaart de inschrijver zich niet in een toestand van uitsluiting te bevinden, zoals bedoeld in artikel 20 1 en 1/1 van de wet van 15 juni 2006 betreffende overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en artikel 61 tot en met 66 van het koninklijk besluit van 15 juli 2011 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren. Samenvatting van het nazicht van de inschrijvers Notulen raad voor maatschappelijk welzijn 19 januari /24

9 Volgende inschrijvers worden geselecteerd (eventuele tekortkomingen zijn niet essentieel): Naam Motivering JANSEN DOE-HET-ZELF NV Geselecteerd op basis van een verklaring op eer Keukens Geusens Geselecteerd op basis van een verklaring op eer Guney M. Geselecteerd op basis van een verklaring op eer Vanoppen Marcel Geselecteerd op basis van een verklaring op eer 2. Formeel en materieel nazicht van de offertes van kwalitatief geselecteerde kandidaten Formeel nazicht Nr. Naam Status Opmerkingen Plaatsbez.¹ 1 Guney M. OK In orde OK 2 Keukens Geusens OK In orde OK 3 JANSEN DOE-HET-ZELF NV OK In orde OK 4 Vanoppen Marcel OK In orde OK ¹ Plaatsbezoek Materieel nazicht van de offertes Nr. Naam Status Opmerkingen 1 Guney M. OK In orde 2 Keukens Geusens OK In orde 3 JANSEN DOE-HET-ZELF NV OK In orde 4 Vanoppen Marcel OK In orde Besluit van het formeel en materieel nazicht van de offertes De volgende offertes worden door het bestuur als regelmatig beschouwd omdat eventuele onregelmatigheden niet essentieel zijn: Nr. Naam Motivering 1 Guney M. In orde 2 Keukens Geusens In orde 3 JANSEN DOE-HET-ZELF NV In orde 4 Vanoppen Marcel In orde 3. Vergelijking van de offertes Finale rangschikking regelmatige offertes (gerangschikt volgens prijs incl. btw) Nr. Naam Prijs incl. btw* 4 Vanoppen Marcel ,57 3 JANSEN DOE-HET-ZELF NV ,76 1 Guney M ,80 2 Keukens Geusens ,00 * Nagerekende bedragen Beleidsdomein Patrimoniumbeheer stelt voor om, rekening houdende met het voorgaande, deze opdracht te gunnen aan de economisch meest voordelige bieder, zijnde Vanoppen Marcel, Rafnusstraat 75 te 3530 Houthalen-Helchteren, tegen het nagerekende inschrijvingsbedrag van ,59 excl. btw of ,57 incl. btw, zijnde: - Ep: 4.605,55 excl. btw of 5.572,72 incl. 21% btw (zie verdere uitwerking in bijlage) De uitgave voor deze opdracht is voorzien in het investeringsbudget 2017, , actienr. 1419/002/005/008/022. Notulen raad voor maatschappelijk welzijn 19 januari /24

10 Het advies van beleidscoördinator Patrimoniumbeheer, Jos Vanherck van : gunstig. Het advies van OCMW-secretaris/ beleidscoördinator Welzijn, Marc Doumen van : gunstig. Het financiële advies van : gunstig. Besluit de raad met algemene stemmen: Artikel 1. De inschrijvers JANSEN DOE-HET-ZELF NV, Keukens Geusens, Guney M. en Vanoppen Marcel voldoen aan de criteria van de kwalitatieve selectie en worden geselecteerd. Artikel 2. De offertes van Guney M., Keukens Geusens, JANSEN DOE-HET-ZELF NV en Vanoppen Marcel worden als volledig en regelmatig beschouwd. Artikel 3. Goedkeuring wordt verleend aan het verslag van nazicht van de offertes van 20 december 2016, opgesteld door Beleidsdomein Patrimoniumbeheer. Artikel 4. De opdracht Algehele renovatie keukens bejaardenwoningen Abelenstraat wordt gegund aan de economisch meest voordelige bieder, zijnde Vanoppen Marcel, Rafnusstraat 75 te 3530 Houthalen- Helchteren, tegen het nagerekende inschrijvingsbedrag van ,59 excl. btw of ,57 incl. btw, zijnde: - Ep: 4.605,55 excl. btw of 5.572,72 incl. 21% btw (zie verdere uitwerking in bijlage) Artikel 5. De uitvoering moet gebeuren overeenkomstig de lastvoorwaarden vastgelegd in het bestek met nr. 2016/ Gunning van de opdracht voor de levering van digitale Multi-TV ten behoeve van het woonzorgcentrum Vinkenhof - goedkeuring. De wet van 15 juni 2006 betreffende de overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 26, 1, 1 a (limiet van ,00 excl. btw niet overschreden). De wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten. Het koninklijk besluit van 15 juli 2011 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 105. Het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken, en latere wijzigingen. Het decreet van 19 december 2008 betreffende de organisatie van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn, meer bepaald artikels 51 en 52, betreffende de bevoegdheden van de raad voor maatschappelijk welzijn. Het Besluit van de Vlaamse Regering van 3 april 2009 houdende de uitvoering en inwerkingtreding van het decreet van 19 december 2008 betreffende de organisatie van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn en houdende diverse bepalingen betreffende het personeel, de financiën en de organisatie van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn. De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen. Notulen raad voor maatschappelijk welzijn 19 januari /24

11 Het decreet van 26 maart 2004 betreffende de openbaarheid van bestuur. Het decreet van 19 december 2008 betreffende de organisatie van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn, meer bepaald artikels 248 tot en met 264 betreffende het bestuurlijk toezicht. De aanpassing van het meerjarenplan 2014 tot 2019, opgemaakt volgens de regels van de Beleids- en Beheerscyclus, werd goedgekeurd door de OCMW-raad op 21 december 2016; Het budget 2017 werd goedgekeurd door de OCMW-raad op 21 december 2016; In de raad voor maatschappelijk welzijn van 20 oktober 2016 werd de principiële aanstelling van het Zorgbedrijf Antwerpen goedgekeurd. De ontwerper stelt voor om, rekening houdende met het voorgaande, deze opdracht te gunnen aan SCREEN SERVICES SA, KBO nr , Avenue Huart Hamoir 55 te 1030 Schaerbeek, tegen het nagerekende inschrijvingsbedrag van: - Investering: ,74 excl. btw of ,09 incl. 21% btw - Exploitatie: 129,90 excl. btw/maand of 157,18 incl. 21% btw/maand 72 maanden: 9.352,80 excl. btw of ,89 incl. 21% btw De uitgave voor deze opdracht is voorzien in het investeringsbudget 2017, /0190, actienr. 1419/003/008/013/038. Notulen raad voor maatschappelijk welzijn 19 januari /24

12 De uitgave voor het onderhoud van deze opdracht is voorzien in het exploitatiebudget 2017, /0190, actienr. 1419/003/008/013/038. Het gunstig advies van dossierverantwoordelijke, Ludo Dreesen op 29 december Het gunstig financieel advies van 03 januari Besluit de raad met algemene stemmen: Artikel 1: Goedkeuring wordt verleend aan het gunningsvoorstel, opgesteld door de ontwerper. Artikel 2: De opdracht Digitale Multi-TV ten behoeve van het woonzorgcentrum Vinkenhof wordt gegund aan SCREEN SERVICES SA, KBO nr , Avenue Huart Hamoir 55 te 1030 Schaerbeek, tegen het nagerekende inschrijvingsbedrag van: - Investering: ,74 excl. btw of ,09 incl. 21% btw - Exploitatie: 129,90 excl. btw/maand of 157,18 incl. 21% btw/maand 72 maanden: 9.352,80 excl. btw of ,89 incl. 21% btw Artikel 3: De uitvoering moet gebeuren overeenkomstig de lastvoorwaarden vastgelegd in het bestek met nr. 2016/1804. Notulen raad voor maatschappelijk welzijn 19 januari /24

13 Artikel 4: De betaling zal gebeuren met het krediet ingeschreven in - het investeringsbudget 2017, /0190, actienr. 1419/003/008/013/ het exploitatiebudget 2017, /0190, actienr. 1419/003/008/013/ Uitvoering exploitatiebudget 2016 en goedkeuring van bestelbonnen. Wetgeving Art. 160 en 161 van het OCMW-decreet van 19 december 2008 Het besluit van de Vlaamse Regering dd. 25 juni 2010 betreffende de beleids- en beheerscyclus van de gemeenten, OCMW's en de provincies, van toepassing op alle besturen vanaf 1 januari 2014 Het meerjarenplan , goedgekeurd door de OCMW-raad dd. 16 december 2015 en de goedkeuring ervan door de gemeenteraad dd. 17 december 2015 Het budget 2016, goedgekeurd door de OCMW-raad dd. 16 december 2015 en de kennisneming ervan door de gemeenteraad dd. 17 december 2015 Het aangepast meerjarenplan , goedgekeurd door de OCMW-raad dd. 21 december 2016 en de goedkeuring ervan door de gemeenteraad dd. 22 december 2016 Het budget 2017, goedgekeurd door de OCMW-raad dd. 21 december 2016 en de kennisneming ervan door de gemeenteraad dd. 22 december Feiten en context Goedkeuring van de bestelbonnen, de nummers tot en met met betrekking tot het dienstjaar Goedkeuring van de bestelbonnen, de nummers tot en met met betrekking tot het dienstjaar Besluit de raad met algemene stemmen: Artikel 1 De bestelbonnen met de nummers tot en met met betrekking tot het dienstjaar 2016, worden goedgekeurd. De bestelbonnen met de nummers tot en met met betrekking tot het dienstjaar 2017, worden goedgekeurd. 13. Uitvoering exploitatiebudget 2016 en betaalbaarstelling van facturen. Wetgeving Art. 160 en 161 van het OCMW-decreet van 19 december 2008 Het besluit van de Vlaamse Regering dd. 25 juni 2010 betreffende de beleids- en beheerscyclus van de gemeenten, OCMW's en de provincies, van toepassing op alle besturen vanaf 1 januari 2014 Het meerjarenplan , goedgekeurd door de OCMW-raad dd. 16 december 2015 en de goedkeuring ervan door de gemeenteraad dd. 17 december 2015 Het budget 2016, goedgekeurd door de OCMW-raad dd. 16 december 2015 en de kennisneming ervan door de gemeenteraad dd. 17 december 2015 Het aangepaste meerjarenplan , goedgekeurd door de OCMW-raad dd. 21 december 2016 en de goedkeuring ervan door de gemeenteraad dd. 22 december 2016 Het budget 2017, goedgekeurd door de OCMW-raad dd. 21 december 2016 en de kennisneming ervan door de gemeenteraad dd. 22 december 2016 Feiten en context Goedkeuring van de betaalbaarstelling van de facturen, de mandaten met de nummers tot en met de nummers met betrekking tot het dienstjaar Notulen raad voor maatschappelijk welzijn 19 januari /24

14 Goedkeuring van de betaalbaarstelling van de facturen, de mandaten met de nummers tot en met de nummers met betrekking tot het dienstjaar Besluit de raad met algemene stemmen: Artikel 1 De betaalbaarstelling van de facturen, de mandaten met de nummers tot en met de nummers met betrekking tot het dienstjaar 2016, wordt goedgekeurd. De betaalbaarstelling van de facturen, de mandaten met de nummers tot en met de nummers met betrekking tot het dienstjaar 2017, wordt goedgekeurd. 14. Aanpassing van reglement maaltijdcheques voor het voltallig OCMW-personeel - goedkeuring. Wetgeving Wet van 29 juli 1991: alle bestuurshandelingen moeten uitdrukkelijk gemotiveerd worden. OCMW-decreet van 19 december 2008 betreffende de organisatie van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn, en latere wijzigingen. OCMW-raad van 16 juni 2011: -de rechtspositieregeling voor het gemeentepersoneel en voor het OCMW-personeel zoals vastgesteld in artikel de rechtspositieregeling voor het specifiek OCMW-personeel niet tewerkgesteld in de bijzondere diensten zoals vastgesteld in artikel de rechtspositieregeling voor het specifiek OCMW-personeel tewerkgesteld in de bijzondere diensten zoals vastgesteld in artikel OCMW-raad van 18 februari 2016 waarbij voor het OCMW-personeel de zichtwaarde van een maaltijdcheque als volgt is vastgesteld: -voor het OCMW-personeel dat niet onder het toepassingsgebied gesteld is van het federaal gezondheidsakkoord bedraagt de zichtwaarde van een maaltijdcheque 7,00 euro waarvan 5,90 euro werkgeversbijdrage en 1,10 euro werknemersbijdrage; -voor het OCMW-personeel dat onder het toepassingsgebied gesteld is van het federaal gezondheidsakkoord bedraagt de zichtwaarde van een maaltijdcheque 6,08 euro waarvan 4,98 euro werkgeversbijdrage en 1,10 euro werknemersbijdrage; OCMW-raad van 21 december 2016: goedkeuring van de aanpassing van het meerjarenplan van 2014 tot 2019, opgemaakt volgens de regels van de Beleids- en Beheerscyclus. OCMW-raad van 21 december 2016: goedkeuring van het budget Feiten en context Het gemeentepersoneel en een gedeelte van het OCMW-personeel heeft momenteel maaltijdcheques met een zichtwaarde van 7,00 euro per cheque, waarvan 1,10 euro persoonlijke bijdrage en 5,90 Euro werkgeversbijdrage. De personeelsleden van het dagverzorgingscentrum en woonzorgcentrum Vinkenhof ressorteren onder het federaal gezondheidsakkoord waardoor hun maaltijdcheques momenteel een zichtwaarde hebben van 6,08 euro waarvan 1,10 euro persoonlijke bijdrage en 4,98 euro werkgeversbijdrage. Op het schepencollege van 12 december 2016 is het voorstel tot verhoging van de nominale waarde van een maaltijdcheque met 1 euro met ingang van 01 januari 2017 voor de voltallige personeelsgroep van het gemeentebestuur en het OCMW-bestuur gunstig geadviseerd. Notulen raad voor maatschappelijk welzijn 19 januari /24

15 In navolging hiervan dienen aan de respectievelijke raden (gemeente en OCMW) voornoemde verhoging ter goedkeuring voorgelegd worden. De ingangsdatum van de verhoging met 1 euro is vastgeklikt op 01 januari Derhalve wordt heden aan de raad voor maatschappelijk welzijn voorgesteld om voor de voltallige OCMW- personeelsgroep de zichtwaarde van de maaltijdcheques te verhogen met 1 euro en de respectievelijke rechtspositieregelingen van het OCMW-personeel in deze zin aan te passen. In het goedgekeurde budget 2016 en de aangepaste MJP is er een extra budget voorzien om de zichtwaarde van de maaltijdcheques vanaf 2017 te verhogen met 1 euro. De meerkost voor de verhoging van de maaltijdcheques met 1 euro wordt geraamd op euro waarbij dit bedrag op jaarbasis extra werd voorzien in de personeelsbegroting 2017 en de aangepaste MJP onder het actienummer 1419/002/005/008/024 beleidsveld 0953 ARK nummer Via een begrotingswijziging en of kredietverschuiving dient voornoemd bedrag van euro verdeeld te worden op basis van de verdeling van de personeelskost die voor het OCMW is opgenomen onder diverse actienummers. De gemeenteraad van 22 december 2016 heeft een voorstel ter goedkeuring voorgelegd tot de wijziging van artikel 224 van de rechtspositieregeling van het gemeentepersoneel op basis waarvan ook wordt overgegaan tot de wijziging van het reglement maaltijdcheques met betrekking tot de verhoging van de waarde van de maaltijdcheque met 1,00 euro per cheque met ingang van 1 januari 2017 en dit voor alle personeelsgroepen van de gemeente. Op basis van de bepalingen opgenomen in voornoemd uitvoeringsbesluit van de Vlaamse Regering van 3 april 2009, naar analogie van het voorstel tot besluit dat aan de gemeenteraad van 25 februari 2016 ter goedkeuring wordt voorgelegd, de verhoging van de maaltijdcheque met 1,00 euro per cheque ook dient toegepast te worden op het voltallig OCMW-personeel. De financieel beheerder geeft een positief financieel advies voor deze verhoging van de maaltijdcheques aangezien in het vastgesteld budget 2017 en de aangepaste meerjarenplanning de nodige middelen hiertoe zijn voorzien. Ten gevolge van de verhoging van de zichtwaarde van de maaltijdcheques moeten de drie rechtspositieregelingen van het OCMW-personeel gewijzigd worden. Op voorstel van de voorzitter. Besluit de raad met algemene stemmen: Artikel 1 De verhoging van de zichtwaarde maaltijdscheques met 1 euro en de aanpassing van de overeenstemmende bijlagen van de rechtspositieregelingen artikel 104 1, artikel en artikel van het OCMW-personeel, worden goedgekeurd. Artikel 2 Aanpassing rechtspositieregeling voor het OCMW-personeel artikel TITEL IX DE TOELAGEN, VERGOEDINGEN EN SOCIALE VOORDELEN AFDELING VI: DE SOCIALE VOORDELEN HOOFDSTUK I. DE MAALTIJDCHEQUES Art Het personeelslid heeft recht op maaltijdcheques. De waarde van één maaltijdcheque bedraagt 8 Euro. De werkgeversbijdrage bedraagt 6,90 Euro per cheque. De Notulen raad voor maatschappelijk welzijn 19 januari /24

16 uitvoeringsmodaliteiten zijn opgenomen in het reglement maaltijdcheques (opgenomen in bijlage IX) Bijlage 9 bij de rechtspositieregeling voor het OCMW-personeel artikel Artikel 1: Wetgevend kader Reglement toekenning maaltijdcheques Het reglement wordt opgesteld in overeenstemming met het koninklijk besluit van 3 februari 1998 betreffende de maaltijdcheques en de daarop volgende wijzigingen. Artikel 2: Toepassingsgebied Dit reglement is van toepassing op het OCMW-personeel zoals vermeld in artikel 1 van de rechtspositieregeling voor het OCMW-personeel. Het betreft aldus: de statutaire personeelsleden de personeelsleden aangeworven met een arbeidsovereenkomst. Het is niet van toepassing op de mandatarissen. Artikel 3: Toekenningsmodaliteiten 1. Maaltijdcheques worden toegekend voor de perioden (dagen of uren) waarin het personeelslid effectieve arbeidsprestaties levert. Onder de term effectieve arbeidsprestaties wordt verstaan: de perioden waarin het personeelslid effectief op de normale arbeidsplaats aanwezig is of in opdracht van de werkgever elders arbeidsprestaties levert. 2. Worden gelijkgesteld met arbeidsprestaties: opleiding, studiedagen en vergaderingen. Extra uren gepresteerd bovenop de normaal te presteren uren worden nadien gerecupereerd via vrijaf van gelijke duur en worden gelijkgesteld met arbeidsprestaties. De effectieve arbeidsprestaties moeten blijken uit de dagelijkse aanwezigheidsregistratie. 3. Geven geen recht op een maaltijdcheque: volledige wettelijke verlofdagen, dagen van omstandigheidsverlof, ziektedagen, dagen afwezigheid ten gevolge van arbeidsongeval, dienstvrijstellingen zoals opgenomen in de rechtspositieregeling van het OCMW-personeel. 4. Het aantal maaltijdcheques dat voor een bepaalde maand aan een personeelslid wordt toegekend, wordt bepaald door het totaal aantal effectief en regulier gepresteerde uren in de loop van de maand te delen door het normale aantal arbeidsuren per dag. Extra uren gepresteerd bovenop de normaal te presteren uren genereren maaltijdcheques in de maand waarop de uren teruggenomen worden in de vorm van vrijaf en dit volgens dezelfde berekeningswijze. 5. Deeltijdse tewerkstelling: deeltijds tewerkgestelde personeelsleden bekomen een aantal maaltijdcheques dat proportioneel is met de verhouding van hun prestaties tot deze van een voltijds personeelslid (pro-rata regeling). Indien deze bewerking een decimaal getal oplevert, wordt afgerond op de lagere eenheid. Het overschot wordt telkens bijgehouden en verrekend op het ogenblik dan de som van de maandelijkse overschotten een volle eenheid overschrijdt. Op dat ogenblik wordt een extra maaltijdcheque toegekend. Het aantal toegekende maaltijdcheques per kwartaal mag nooit hoger zijn dan het maximum aantal arbeidsdagen dat tijdens het kwartaal gepresteerd kan worden door een voltijds personeelslid. 6. Voor de berekeningen waarvan sprake in 4 gelden volgende elementen: het dagelijks normale aantal arbeidsuren in de betreffende periode het maximum aantal dagen dat een voltijds personeelslid per kwartaal kan presteren, stemt overeen met het aantal werkdagen in het regime van de vijfdagenweek, die in het kwartaal vallen (d.i. Notulen raad voor maatschappelijk welzijn 19 januari /24

17 het aantal kalenderdagen in het kwartaal, verminderd met het aantal zaterdagen en zondagen en het aantal wettelijke feestdagen). Artikel 4: Bedragen Vanaf refertedatum 01/01/2007: - de tegemoetkoming van de werkgever in de kostprijs van de maaltijdcheque wordt vastgesteld op 3,82 Euro werkgeversbijdrage. - De werknemersbijdrage bedraagt 1,1 Euro. - Het nominaal chequebedrag is aldus 4,92 Euro. Vanaf refertedatum 01/07/2014: - de tegemoetkoming van de werkgever in de kostprijs van de maaltijdcheque wordt vastgesteld op 4,9 Euro werkgeversbijdrage. - De werknemersbijdrage bedraagt 1,1 Euro. - Het nominaal chequebedrag is aldus 6 Euro. Vanaf refertedatum 01/03/2016: - de tegemoetkoming van de werkgever in de kostprijs van de maaltijdcheque wordt vastgesteld op 5,90 Euro werkgeversbijdrage. - De werknemersbijdrage bedraagt 1,1 Euro. - Het nominaal chequebedrag is aldus 7 Euro. Vanaf refertedatum 01/01/2017: - de tegemoetkoming van de werkgever in de kostprijs van de maaltijdcheque wordt vastgesteld op 6,90 Euro werkgeversbijdrage. - De werknemersbijdrage bedraagt 1,1 Euro. - Het nominaal chequebedrag is aldus 8 Euro. Artikel 5: Maaltijdcheques in elektronische vorm De maaltijdcheques worden toegekend in elektronische vorm. De maaltijdcheques worden iedere 2de maand volgend op de refertemaand op de persoonlijke maaltijdcheque-rekening van de werknemer gestort volgens de modaliteiten opgenomen in artikel 3 en 4 in functie van het aantal dagen van die maand waarop hij effectief arbeidsprestaties leverde. Om zijn maaltijdchequerekening te kunnen gebruiken, ontvangt het personeelslid gratis elektronische betaalkaart op naam. Samen met deze kaart ontvangt het personeelslid een praktische gids voor het gebruik van de betaalkaart en de algemene gebruiksvoorwaarden. Artikel 6: Geldigheid van de elektronische maaltijdcheque De maaltijdcheques in elektronische vorm hebben een geldigheidsduur van 1 jaar vanaf het ogenblik dat de maaltijdchequerekening van de werknemer ervoor wordt gecrediteerd. De maaltijdcheques in elektronische vorm zijn splitsbaar op het ogenblik dat zij worden gebruikt en kunnen enkel worden gebruikt voor de betaling van een maaltijd of voor de aankoop van verbruiksklare voedingsmiddelen. Artikel 7: Verplichtingen van het personeelslid m.b.t het gebruik van de elektronische maaltijdcheque 1. Gebruik elektronische maaltijdcheque Het personeelslid verbindt er zich toe de maaltijdchequebetaalkaart als een goed huisvader te gebruiken en te bewaren overeenkomstig de algemene gebruiksvoorwaarden en verbindt er zich toe het OCMW-bestuur of de uitgever van de maaltijdcheques onmiddellijk op de hoogte te stellen van elke onregelmatigheid of bedrog met behulp van de maaltijdchequebetaalkaart Indien na onderzoek blijkt dat het personeelslid actief heeft deelgenomen aan het bedrog of de onregelmatigheden heeft vergemakkelijkt, zal het personeelslid hoofdelijk aansprakelijk worden gesteld voor alle daaruit voortvloeiende schade. Bovendien zullen alle transacties onmiddellijk worden geblokkeerd of afgesloten. Notulen raad voor maatschappelijk welzijn 19 januari /24

18 2. Verlies of diefstal elektronische maaltijdchequebetaalkaart In geval van verlies of diefstal van zijn elektronische maaltijdchequebetaalkaart is het personeelslid ertoe gehouden CARDSTOP ( ) onmiddellijk daarvan op de hoogte te stellen. Alle transacties die vóór de aangifte van het verlies of diefstal worden uitgevoerd, zijn onherroepelijk zonder mogelijkheid van verhaal van het personeelslid op het OCMW-bestuur of op de uitgever van de maaltijdcheque. Na de aangifte van verlies of diefstal zal de uitgever van de maaltijdcheques voor het personeelslid een nieuwe maaltijdchequebetaalkaart uitgeven. Het aantal maaltijdcheques dat op zijn maaltijdchequerekening beschikbaar is, blijft ongewijzigd, maar de geldigheidsduur wordt verlengd met de wettelijke termijn. Voor deze vervanging van de maaltijdchequebetaalkaart wegens verlies of diefstal is het personeelslid een bedrag van 8 Euro verschuldigd aan het OCMW-bestuur (levering van de kaart en de geheime code in twee aparte zendingen inbegrepen). Het personeelslid betaalt deze kost cash aan het OCMWbestuur of op basis van een factuur van het OCMW-bestuur. Artikel 8: Op de jaarlijkse individuele rekening van het personeelslid wordt vermeld: het aantal toegekende maaltijdcheques en het brutobedrag van de maaltijdcheques verminderd met de persoonlijke bijdrage van het personeelslid. Artikel 9 Dit reglement treedt in werking op 01/01/2017 en vervangt het vorige. Artikel 3: Over te gaan tot de wijzigingen van de rechtspositieregeling voor het specifiek OCMW-personeel niet tewerkgesteld in de bijzondere diensten in toepassing van artikel van het OCMW-decreet zoals voorgesteld tot invoering van de verhoging van de maaltijdcheques zoals opgenomen in artikel 1 van dit besluit: Aanpassing rechtspositieregeling voor het OCMW-personeel artikel TITEL IX DE TOELAGEN, VERGOEDINGEN EN SOCIALE VOORDELEN AFDELING VI: DE SOCIALE VOORDELEN HOOFDSTUK I. DE MAALTIJDCHEQUES Art Het personeelslid heeft recht op maaltijdcheques. De waarde van één maaltijdcheque bedraagt 8 Euro. De werkgeversbijdrage bedraagt 6,9 Euro per cheque. De uitvoeringsmodaliteiten zijn opgenomen in het reglement maaltijdcheques (opgenomen in bijlage XI) Bijlage 11 bij de rechtspositieregeling voor het OCMW-personeel artikel Artikel 1: Wetgevend kader Reglement toekenning maaltijdcheques Het reglement wordt opgesteld in overeenstemming met het koninklijk besluit van 3 februari 1998 betreffende de maaltijdcheques en de daarop volgende wijzigingen. Artikel 2: Toepassingsgebied Dit reglement is van toepassing op het OCMW-personeel zoals vermeld in artikel 1 van de rechtspositieregeling voor het OCMW-personeel artikel Het betreft aldus: de statutaire personeelsleden de personeelsleden aangeworven met een arbeidsovereenkomst. Het is niet van toepassing op de mandatarissen. Notulen raad voor maatschappelijk welzijn 19 januari /24

19 Artikel 3: Toekenningsmodaliteiten 1. Maaltijdcheques worden toegekend voor de perioden (dagen of uren) waarin het personeelslid effectieve arbeidsprestaties levert. Onder de term effectieve arbeidsprestaties wordt verstaan: de perioden waarin het personeelslid effectief op de normale arbeidsplaats aanwezig is of in opdracht van de werkgever elders arbeidsprestaties levert. 2. Worden gelijkgesteld met arbeidsprestaties: opleiding, studiedagen en vergaderingen. Extra uren gepresteerd bovenop de normaal te presteren uren worden nadien gerecupereerd via vrijaf van gelijke duur en worden gelijkgesteld met arbeidsprestaties. De effectieve arbeidsprestaties moeten blijken uit de dagelijkse aanwezigheidsregistratie. 3. Geven geen recht op een maaltijdcheque: volledige wettelijke verlofdagen, dagen van omstandigheidsverlof, ziektedagen, dagen afwezigheid ten gevolge van arbeidsongeval, dienstvrijstellingen zoals opgenomen in de rechtspositieregeling van het gemeentepersoneel. 4. Het aantal maaltijdcheques dat voor een bepaalde maand aan een personeelslid wordt toegekend, wordt bepaald door het totaal aantal effectief en regulier gepresteerde uren in de loop van de maand te delen door het normale aantal arbeidsuren per dag. Extra uren gepresteerd bovenop de normaal te presteren uren genereren maaltijdcheques in de maand waarop de uren teruggenomen worden in de vorm van vrijaf en dit volgens dezelfde berekeningswijze. 5. Deeltijdse tewerkstelling: deeltijds tewerkgestelde personeelsleden bekomen een aantal maaltijdcheques dat proportioneel is met de verhouding van hun prestaties tot deze van een voltijds personeelslid (pro-rata regeling). Indien deze bewerking een decimaal getal oplevert, wordt afgerond op de lagere eenheid. Het overschot wordt telkens bijgehouden en verrekend op het ogenblik dan de som van de maandelijkse overschotten een volle eenheid overschrijdt. Op dat ogenblik wordt een extra maaltijdcheque toegekend. Het aantal toegekende maaltijdcheques per kwartaal mag nooit hoger zijn dan het maximum aantal arbeidsdagen dat tijdens het kwartaal gepresteerd kan worden door een voltijds personeelslid. 6. Voor de berekeningen waarvan sprake in 4 gelden volgende elementen: het dagelijks normale aantal arbeidsuren in de betreffende periode het maximum aantal dagen dat een voltijds personeelslid per kwartaal kan presteren, stemt overeen met het aantal werkdagen in het regime van de vijfdagenweek, die in het kwartaal vallen (d.i. het aantal kalenderdagen in het kwartaal, verminderd met het aantal zaterdagen en zondagen en het aantal wettelijke feestdagen). Artikel 4: Bedragen Vanaf refertedatum 01/01/2007: - de tegemoetkoming van de werkgever in de kostprijs van de maaltijdcheque wordt vastgesteld op 3,82 Euro werkgeversbijdrage. - De werknemersbijdrage bedraagt 1,1 Euro. - Het nominaal chequebedrag is aldus 4,92 Euro. Vanaf refertedatum 01/07/2014: - de tegemoetkoming van de werkgever in de kostprijs van de maaltijdcheque wordt vastgesteld op 4,9 Euro werkgeversbijdrage. - De werknemersbijdrage bedraagt 1,1 Euro. - Het nominaal chequebedrag is aldus 6 Euro. Vanaf refertedatum 01/03/2016: - de tegemoetkoming van de werkgever in de kostprijs van de maaltijdcheque wordt vastgesteld op 5,90 Euro werkgeversbijdrage. - De werknemersbijdrage bedraagt 1,1 Euro. - Het nominaal chequebedrag is aldus 7 Euro. Vanaf refertedatum 01/01/2017: - de tegemoetkoming van de werkgever in de kostprijs van de maaltijdcheque wordt Notulen raad voor maatschappelijk welzijn 19 januari /24

20 vastgesteld op 6,90 Euro werkgeversbijdrage. - De werknemersbijdrage bedraagt 1,1 Euro. - Het nominaal chequebedrag is aldus 8 Euro. Artikel 5: Maaltijdcheques in elektronische vorm De maaltijdcheques worden toegekend in elektronische vorm. De maaltijdcheques worden iedere 2de maand volgend op de refertemaand op de persoonlijke maaltijdcheque-rekening van de werknemer gestort volgens de modaliteiten opgenomen in artikel 3 en 4 in functie van het aantal dagen van die maand waarop hij effectief arbeidsprestaties leverde. Om zijn maaltijdchequerekening te kunnen gebruiken, ontvangt het personeelslid gratis een beveiligde elektronische betaalkaart op naam. Samen met deze kaart ontvangt het personeelslid een praktische gids voor het gebruik van de betaalkaart en de algemene gebruiksvoorwaarden. Artikel 6: Geldigheid van de elektronische maaltijdcheque De maaltijdcheques in elektronische vorm hebben een geldigheidsduur van 1 jaar vanaf het ogenblik dat de maaltijdchequerekening van de werknemer ervoor wordt gecrediteerd. De maaltijdcheques in elektronische vorm zijn splitsbaar op het ogenblik dat zij worden gebruikt en kunnen enkel worden gebruikt voor de betaling van een maaltijd of voor de aankoop van verbruiksklare voedingsmiddelen. Artikel 7: Verplichtingen van het personeelslid m.b.t het gebruik van de elektronische maaltijdcheque 1. Gebruik elektronische maaltijdcheque Het personeelslid verbindt er zich toe de maaltijdchequebetaalkaart als een goed huisvader te gebruiken en te bewaren overeenkomstig de algemene gebruiksvoorwaarden en verbindt er zich toe het gemeentebestuur of de uitgever van de maaltijdcheques onmiddellijk op de hoogte te stellen van elke onregelmatigheid of bedrog met behulp van de maaltijdchequebetaalkaart Indien na onderzoek blijkt dat het personeelslid actief heeft deelgenomen aan het bedrog of de onregelmatigheden heeft vergemakkelijkt, zal het personeelslid hoofdelijk aansprakelijk worden gesteld voor alle daaruit voortvloeiende schade. Bovendien zullen alle transacties onmiddellijk worden geblokkeerd of afgesloten. 2. Verlies of diefstal elektronische maaltijdchequebetaalkaart In geval van verlies of diefstal van zijn elektronische maaltijdchequebetaalkaart is het personeelslid ertoe gehouden CARDSTOP ( ) onmiddellijk daarvan op de hoogte te stellen. Alle transacties die vóór de aangifte van het verlies of diefstal worden uitgevoerd, zijn onherroepelijk zonder mogelijkheid van verhaal van het personeelslid op het gemeentebestuur of op de uitgever van de maaltijdcheque. Na de aangifte van verlies of diefstal zal de uitgever van de maaltijdcheques voor het personeelslid een nieuwe maaltijdchequebetaalkaart uitgeven. Het aantal maaltijdcheques dat op zijn maaltijdchequerekening beschikbaar is, blijft ongewijzigd, maar de geldigheidsduur wordt verlengd met de wettelijke termijn. Voor deze vervanging van de maaltijdchequebetaalkaart wegens verlies of diefstal is het personeelslid een bedrag van 8 euro verschuldigd aan het OCMW-bestuur (levering van de kaart en de geheime code in twee aparte zendingen inbegrepen). Het personeelslid betaalt deze kost cash aan het OCMWbestuur of op basis van een factuur van het OCMW-bestuur. Artikel 8: Op de jaarlijkse individuele rekening van het personeelslid wordt vermeld: het aantal toegekende maaltijdcheques en het brutobedrag van de maaltijdcheques verminderd met de persoonlijke bijdrage van het personeelslid. Notulen raad voor maatschappelijk welzijn 19 januari /24

21 Artikel 9 Dit reglement treedt in werking op 01/01/2017 en vervangt het vorige. Artikel 4: Over te gaan tot de wijzigingen van de rechtspositieregeling voor het specifiek OCMW-personeel tewerkgesteld in de bijzondere diensten in toepassing van artikel van het OCMW-decreet zoals voorgesteld tot invoering van de verhoging van de maaltijdcheques zoals opgenomen in artikel 1 van dit besluit: Aanpassing rechtspositieregeling voor het OCMW-personeel artikel TITEL IX DE TOELAGEN, VERGOEDINGEN EN SOCIALE VOORDELEN AFDELING VI: DE SOCIALE VOORDELEN HOOFDSTUK I. DE MAALTIJDCHEQUES Art Het personeelslid heeft recht op maaltijdcheques. De waarde van één maaltijdcheque bedraagt 8,00 Euro. De werkgeversbijdrage bedraagt 6,90 Euro per cheque. In afwijking van het eerste lid bedraagt voor de personeelsleden van de federaal gefinancierde instellingen de waarde van één maaltijdcheque 7,08 Euro per cheque. De werkgeversbijdrage bedraagt 5,98 Euro per cheque. De uitvoeringsmodaliteiten zijn opgenomen in het reglement maaltijdcheques (opgenomen in bijlage IX). Bijlage 9 bij de rechtspositieregeling voor het OCMW-personeel artikel Artikel 1: Wetgevend kader Reglement toekenning maaltijdcheques Het reglement wordt opgesteld in overeenstemming met het koninklijk besluit van 3 februari 1998 betreffende de maaltijdcheques en de daarop volgende wijzigingen. Artikel 2: Toepassingsgebied Dit reglement is van toepassing op het OCMW-personeel zoals vermeld in artikel 1 van de rechtspositieregeling voor het OCMW-personeel artikel Het betreft aldus: de statutaire personeelsleden de personeelsleden aangeworven met een arbeidsovereenkomst. Het is niet van toepassing op de mandatarissen. Artikel 3: Toekenningsmodaliteiten 1. Maaltijdcheques worden toegekend voor de perioden (dagen of uren) waarin het personeelslid effectieve arbeidsprestaties levert. Onder de term effectieve arbeidsprestaties wordt verstaan: de perioden waarin het personeelslid effectief op de normale arbeidsplaats aanwezig is of in opdracht van de werkgever elders arbeidsprestaties levert. 2. Worden gelijkgesteld met arbeidsprestaties: opleiding, studiedagen en vergaderingen. Extra uren gepresteerd bovenop de normaal te presteren uren worden nadien gerecupereerd via vrijaf van gelijke duur en worden gelijkgesteld met arbeidsprestaties. De effectieve arbeidsprestaties moeten blijken uit de dagelijkse aanwezigheidsregistratie. Notulen raad voor maatschappelijk welzijn 19 januari /24

22 3. Geven geen recht op een maaltijdcheque: volledige wettelijke verlofdagen, dagen van omstandigheidsverlof, ziektedagen, dagen afwezigheid ten gevolge van arbeidsongeval, dienstvrijstellingen zoals opgenomen in de rechtspositieregeling van het gemeentepersoneel. 4. Het aantal maaltijdcheques dat voor een bepaalde maand aan een personeelslid wordt toegekend, wordt bepaald door het totaal aantal effectief en regulier gepresteerde uren in de loop van de maand te delen door het normale aantal arbeidsuren per dag. Extra uren gepresteerd bovenop de normaal te presteren uren genereren maaltijdcheques in de maand waarop de uren teruggenomen worden in de vorm van vrijaf en dit volgens dezelfde berekeningswijze. 5. Deeltijdse tewerkstelling: deeltijds tewerkgestelde personeelsleden bekomen een aantal maaltijdcheques dat proportioneel is met de verhouding van hun prestaties tot deze van een voltijds personeelslid (pro-rata regeling). Indien deze bewerking een decimaal getal oplevert, wordt afgerond op de lagere eenheid. Het overschot wordt telkens bijgehouden en verrekend op het ogenblik dan de som van de maandelijkse overschotten een volle eenheid overschrijdt. Op dat ogenblik wordt een extra maaltijdcheque toegekend. Het aantal toegekende maaltijdcheques per kwartaal mag nooit hoger zijn dan het maximum aantal arbeidsdagen dat tijdens het kwartaal gepresteerd kan worden door een voltijds personeelslid. 6. Voor de berekeningen waarvan sprake in 4 gelden volgende elementen: het dagelijks normale aantal arbeidsuren in de betreffende periode het maximum aantal dagen dat een voltijds personeelslid per kwartaal kan presteren, stemt overeen met het aantal werkdagen in het regime van de vijfdagenweek, die in het kwartaal vallen (d.i. het aantal kalenderdagen in het kwartaal, verminderd met het aantal zaterdagen en zondagen en het aantal wettelijke feestdagen). Artikel 4: Bedragen - Voor de OCMW-personeelsgroep, die niet tot het toepassingsgebied van het federaal gezondheidsakkoord behoren: Vanaf refertedatum 01/01/2007: - de tegemoetkoming van de werkgever in de kostprijs van de maaltijdcheque wordt vastgesteld op 3,82 Euro werkgeversbijdrage. - De werknemersbijdrage bedraagt 1,1 Euro. - Het nominaal chequebedrag is aldus 4,92 Euro. Vanaf refertedatum 01/07/2014: - de tegemoetkoming van de werkgever in de kostprijs van de maaltijdcheque wordt vastgesteld op 4,9 Euro werkgeversbijdrage. - De werknemersbijdrage bedraagt 1,1 Euro. - Het nominaal chequebedrag is aldus 6 Euro. Vanaf refertedatum 01/03/2016: - de tegemoetkoming van de werkgever in de kostprijs van de maaltijdcheque wordt vastgesteld op 5,90 Euro werkgeversbijdrage. - De werknemersbijdrage bedraagt 1,1 Euro. - Het nominaal chequebedrag is aldus 7 Euro. Vanaf refertedatum 01/01/2017: - de tegemoetkoming van de werkgever in de kostprijs van de maaltijdcheque wordt vastgesteld op 6,90 Euro werkgeversbijdrage. - De werknemersbijdrage bedraagt 1,1 Euro. - Het nominaal chequebedrag is aldus 8 Euro. - Voor de OCMW-personeelsgroep, die tot het toepassingsgebied van het federaal gezondheidsakkoord behoren: Vanaf refertedatum 01/01/2005: - De tegemoetkoming van de werkgever in de kostprijs van de maaltijdcheque wordt vastgesteld op 2,90 werkgeversbijdrage. - De werknemersbijdrage bedraagt 1,1 euro. Notulen raad voor maatschappelijk welzijn 19 januari /24

23 - Het nominaal chequebedrag is aldus 4,00 euro. Vanaf refertedatum 01/07/2014: - De tegemoetkoming van de werkgever in de kostprijs van de maaltijdcheque wordt vastgesteld op 3,98 Euro werkgeverbijdrage. - De werknemersbijdrage bedraagt 1,10 Euro. - Het nominaal chequebedrag is aldus 5,08 euro. Vanaf refertedatum 01/03/2016: - De tegemoetkoming van de werkgever in de kostprijs van de maaltijdcheque wordt vastgesteld op 4,98 Euro werkgeversbijdrage. - De werknemersbijdrage bedraagt 1,10 Euro. - Het nominaal chequebedrag is aldus 6,08 Euro. Vanaf refertedatum 01/01/2017: - De tegemoetkoming van de werkgever in de kostprijs van de maaltijdcheque wordt vastgesteld op 5,98 Euro werkgeversbijdrage. - De werknemersbijdrage bedraagt 1,10 Euro. - Het nominaal chequebedrag is aldus 7,08 Euro. Artikel 5: Maaltijdcheques in elektronische vorm De maaltijdcheques worden toegekend in elektronische vorm. De maaltijdcheques worden iedere 2de maand volgend op de refertemaand op de persoonlijke maaltijdcheque-rekening van de werknemer gestort volgens de modaliteiten opgenomen in artikel 3 en 4 in functie van het aantal dagen van die maand waarop hij effectief arbeidsprestaties leverde. Om zijn maaltijdchequerekening te kunnen gebruiken, ontvangt het personeelslid gratis een beveiligde elektronische betaalkaart op naam. Samen met deze kaart ontvangt het personeelslid een praktische gids voor het gebruik van de betaalkaart en de algemene gebruiksvoorwaarden. Artikel 6: Geldigheid van de elektronische maaltijdcheque De maaltijdcheques in elektronische vorm hebben een geldigheidsduur van 1 jaar vanaf het ogenblik dat de maaltijdchequerekening van de werknemer ervoor wordt gecrediteerd. De maaltijdcheques in elektronische vorm zijn splitsbaar op het ogenblik dat zij worden gebruikt en kunnen enkel worden gebruikt voor de betaling van een maaltijd of voor de aankoop van verbruiksklare voedingsmiddelen. Artikel 7: Verplichtingen van het personeelslid m.b.t het gebruik van de elektronische maaltijdcheque 1. Gebruik elektronische maaltijdcheque Het personeelslid verbindt er zich toe de maaltijdchequebetaalkaart als een goed huisvader te gebruiken en te bewaren overeenkomstig de algemene gebruiksvoorwaarden en verbindt er zich toe het gemeentebestuur of de uitgever van de maaltijdcheques onmiddellijk op de hoogte te stellen van elke onregelmatigheid of bedrog met behulp van de maaltijdchequebetaalkaart Indien na onderzoek blijkt dat het personeelslid actief heeft deelgenomen aan het bedrog of de onregelmatigheden heeft vergemakkelijkt, zal het personeelslid hoofdelijk aansprakelijk worden gesteld voor alle daaruit voortvloeiende schade. Bovendien zullen alle transacties onmiddellijk worden geblokkeerd of afgesloten. 2. Verlies of diefstal elektronische maaltijdchequebetaalkaart In geval van verlies of diefstal van zijn elektronische maaltijdchequebetaalkaart is het personeelslid ertoe gehouden CARDSTOP ( ) onmiddellijk daarvan op de hoogte te stellen. Alle transacties die vóór de aangifte van het verlies of diefstal worden uitgevoerd, zijn onherroepelijk zonder mogelijkheid van verhaal van het personeelslid op het gemeentebestuur of op de uitgever van de maaltijdcheque. Na de aangifte van verlies of diefstal zal de uitgever van de maaltijdcheques voor het personeelslid een nieuwe maaltijdchequebetaalkaart uitgeven. Het aantal maaltijdcheques dat op zijn Notulen raad voor maatschappelijk welzijn 19 januari /24

24 maaltijdchequerekening beschikbaar is, blijft ongewijzigd, maar de geldigheidsduur wordt verlengd met de wettelijke termijn. Voor deze vervanging van de maaltijdchequebetaalkaart wegens verlies of diefstal is het personeelslid een bedrag van 8 Euro verschuldigd aan het OCMW-bestuur (levering van de kaart en de geheime code in twee aparte zendingen inbegrepen). Het personeelslid betaalt deze kost cash aan het OCMWbestuur of op basis van een factuur van het OCMW-bestuur. Artikel 8: Op de jaarlijkse individuele rekening van het personeelslid wordt vermeld: het aantal toegekende maaltijdcheques en het brutobedrag van de maaltijdcheques verminderd met de persoonlijke bijdrage van het personeelslid. Artikel 9 Dit reglement treedt in werking op 01/01/2017 en vervangt het vorige. 15. Vragen van raadsleden aan de voorzitter en ondervoorzitter. Vragen door de raadsleden aan de voorzitter en ondervoorzitter Art. 43 van het decreet van 19 december 2008 betreffende de organisatie van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn Art. 12 van het huishoudelijk reglement van de OCMW-bestuursorganen Besluit: De leden van de raad voor maatschappelijk welzijn hebben het recht om aan de voorzitter van de raad voor maatschappelijk welzijn en aan de ondervoorzitter, mondelinge en schriftelijke vragen te stellen. De raad gaat akkoord om dit agendapunt af te voeren aangezien er geen vragen zijn. Besloten zitting. Namens de OCMW-raad: secretaris, Marc Doumen voorzitter, Mustafa Aytar Notulen raad voor maatschappelijk welzijn 19 januari /24