Voor het volgende onderzoek wordt een vergunning aangevraagd:

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Voor het volgende onderzoek wordt een vergunning aangevraagd:"

Transcriptie

1 Utrecht, 27 juni 2002 ADVIES COMMISSIE BIOTECHNOLOGIE BIJ DIEREN Naar aanleiding van het verzoek om advies van de Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij betreffende de vergunningaanvraag met kenmerk VVA/BD (F08) van de Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen omschreven als De rol van nucleaire receptoren in embryonale ontwikkeling en ziekte kan de Commissie biotechnologie bij dieren (verder de Commissie) het volgende mededelen. De Commissie heeft geconstateerd dat de aanvraag betrekking heeft op onderzoek waarbij biotechnologische handelingen bij dieren worden uitgevoerd. Nadat deze aanvraag door de Commissie in behandeling is genomen, heeft zij de aanvrager een aantal vragen gesteld om nadere toelichting te verschaffen. Deze vragen zijn vervolgens door hem beantwoord, waarop de Commissie de aanvraag opnieuw ter advisering in bespreking heeft genomen. Het advies van de Commissie valt uiteen in twee delen; deel I beschrijft het onderzoek waarvoor een aanvraag is ingediend, deel II geeft de overwegingen weer van de Commissie die hebben geleid tot onderstaand advies. Deel I. Voor het volgende onderzoek wordt een vergunning aangevraagd: - het doel van het onderzoek is het verkrijgen van fundamenteel wetenschappelijk inzicht in de rol van nucleaire receptoren in de normale embryonale ontwikkeling en de eventuele gevolgen van defecten in dat mechanisme voor het latere leven; - bij dat onderzoek worden biotechnologische handelingen bij dieren toegepast te weten: a. injectie van gemodificeerde embryonale stamcellen in blastocysten, dan wel aggregatie van gemodificeerde embryonale stamcellen met morula s (een ander embryonaal stadium), b. het injecteren van DNA in de kern van een bevruchte eicel (zygote); 1

2 - daarbij wordt gebruik gemaakt van de volgende genen en genconstructen:!" ERE, ERRE, PPARE, RARE, NFκB-elementen!" Expressieconstructen voor gemuteerde ER, ERR, en PPAR!" PHX!" tevens zal gebruik gemaakt worden van genconstructen uit het moleculaire standaardinstrumentarium (zie bijlage 1); - als te verwachten effect van het onderzoek wordt door de aanvrager (onder andere op basis van eigen ervaring) aangegeven dat er weinig of geen nadelige gevolgen zullen optreden. In kruisingen, homozygoten en zogenaamde dubbelmutanten, kan wel een aangetast fenotype optreden, maar deze zullen in veel gevallen slechts in een vroeg embryonaal stadium worden onderzocht. - bij dit onderzoek zullen in een periode van vijf jaar maximaal 1800 muizen nodig zijn voor het genereren van 10 transgene lijnen. Verder zijn er maximaal 840 muizen nodig voor het genereren van 8 lijnen (2 lijnen per construct) door middel van het inbrengen van ES-cellen in embryo s en maximaal 300 muizen voor het genereren van transiënte transgenen (genetische gemodificeerde embryo s). - de dieren zullen na afloop van het onderzoek worden gedood. Lijnen die waardevol zijn, zullen behouden blijven door middel van cryopreservatie. De dieren zullen onder voorwaarden ter beschikking worden gesteld aan andere onderzoekers; - de biotechnologische handelingen zullen worden uitgevoerd gedurende onbepaalde tijd. Deel II. Bij het onderzoek waarvoor een vergunning is aangevraagd wordt gebruik gemaakt van twee onderscheiden technieken om dieren genetisch te modificeren. Deze technieken zijn: injectie van gemodificeerde ES-cellen in blastocysten, dan wel aggregatie van gemodificeerde embryonale stamcellen met morula s (een ander embryonaal stadium), en micro-injectie van DNA-constructen in bevruchte eicellen. Zowel wat betreft de kans dat de modificatie slaagt, als wat betreft de mogelijke uitwerking op de te genereren dieren, verschillen zij niet van elkaar. Bovendien wordt op het niveau van het DNA in de cel dezelfde handeling gepleegd, namelijk het inbrengen van een genconstruct in het genoom van de dieren. De Commissie acht deze technieken daarom in moreel opzicht vergelijkbaar Hoewel deze handelingen verschillende effecten hebben, namelijk enerzijds het uitschakelen van de functie van een bestaand gen en anderzijds het inbrengen van een nieuw gen met een nieuwe functie, acht de Commissie deze handelingen voldoende vergelijkbaar om deze aanvraag als één vergunningaanvraag te behandelen. De gezondheid en het welzijn van de 2

3 dieren worden door deze technieken potentieel op dezelfde manier beïnvloed, ook al kan de schade daaraan per gegenereerde muizenlijn verschillen. Indien er een goede reden zou zijn om verschillende verwachtingen te hebben omtrent de gezondheids- en welzijnseffecten van de verschillende technieken dan zou dat een reden zijn waarom de technieken niet vergelijkbaar zouden zijn. Die reden is er echter niet, de verwachtingen omtrent genoemde effecten zijn hetzelfde. Daarom kunnen deze handelingen ook in dit geval als een toetsbare eenheid beschouwd worden, temeer daar de ethische aspecten per saldo dezelfde lijken te zijn. Bij de ethische beoordeling van de vergunningaanvraag wordt door de Commissie beoordeeld of: 1. de handelingen onaanvaardbare gevolgen hebben voor de gezondheid en het welzijn van dieren, 2. tegen de handelingen ethische bezwaren bestaan (art. 66 lid 3 GWWD). De Commissie heeft de volgende overwegingen: 1. Met betrekking tot de doelstelling De hoofddoelstelling is het verwerven van kennis op moleculair niveau over de rol van de zogenaamde nucleaire receptoren bij de ontwikkeling van het embryo. Nucleaire receptoren zijn in het algemeen eiwitten die, na de binding van een zogenaamd ligand, in de kern van de cel zorg dragen voor het aansturen van de afschrijving (het proces waarbij een eiwit wordt gemaakt op basis van de genetische code) van specifieke genen. Een aantal van deze receptoren is betrokken bij belangrijke fysiologische processen, zoals de vetstapeling en het cholesterolmetabolisme. Met name over de werking van deze receptoren tijdens de embryonale ontwikkeling, wanneer het embryo via de moeder wordt blootgesteld aan bepaalde hormoonachtige stoffen, is echter nog veel onbekend. De blootstelling aan deze stoffen kan bij jong-volwassenen tot afwijkingen en ziekten leiden. Verder is het mogelijk dat door een defect in een enzym dat een rol speelt bij het metabolisme (stofwisseling) van de liganden voor deze receptoren, de stofwisselingsproducten zich ophopen en een schadelijk effect veroorzaken. Dat gebeurt bijvoorbeeld bij de ziekte van Refsum, waarbij zich in de loop der jaren phytaanzuur ophoopt in de weefsels en lichaamsvloeistoffen van de patiënt en op een bepaald moment een toxische grens overschreden wordt. Het onderliggende mechanisme is nog niet exact opgehelderd, maar wel is bekend dat de stapelende vetzuren membraanstructuren verstoren, leidend tot onder meer problemen in het zenuwstelsel. Dit is een ernstig progressief ziektebeeld, dat op dit moment onbehandelbaar is. De enige manier om het ziekteproces te vertragen is een een phytaanzuurvrij diëet, wat echter zeer moeilijk te realiseren is, omdat in vrijwel al het voedsel van plantaardige oorsprong phytaanzuur aanwezig is. De aanvrager wil voor deze ziekte een muismodel ontwikkelen, teneinde de aandoening beter te begrijpen en een bijdrage te leveren aan het ontwikkelen van een therapie. De aanvrager denkt daarnaast met behulp van een ER-mutant te kunnen laten zien dat de beschermende werking van oestrogeen bij bijvoorbeeld botontkalking (osteoporose) verklaard kan worden uit de remmende werking van oestrogeen op bepaalde genen waarvan de expressie juist bijdraagt aan botontkalking. 3

4 Wetenschappelijk acht de Commissie het onderzoek van belang, omdat het mogelijk inzicht oplevert in de rol van de zogenaamde nucleaire receptoren bij de ontwikkeling van het embryo. Maatschappelijk is het onderzoek van belang om het kan bijdragen aan het verwerven van meer kennis over afwijkingen veroorzaakt door blootstelling aan hormoonachtige stoffen tijdens de zwangerschap, de ziekte van Refsum en de rol van oestrogeen bij de preventie van botontkalking. In dit onderzoek wordt onder andere gebruik gemaakt van zogenaamde knock-out dieren met als hypothese dat het ontbreken van de betreffende genproducten bepaalde fenotypische veranderingen teweeg zal brengen. Uit eerder onderzoek met knock-out dieren is gebleken dat deze vooral kunnen bijdragen aan de vermeerdering van kennis over de rol van een genproduct, wanneer de dieren nauwkeurig worden onderzocht. Door zorgvuldig vervolgonderzoek ontdekt men namelijk nogal eens fenotypische afwijkingen die men vooraf niet verwacht had. Om de kans dat het onderhavige onderzoek resultaat op kan leveren te optimaliseren, meent de Commissie dat voldaan moet worden aan een aantal zorgvuldigheidseisen. Daaraan is naar de mening van de Commissie voldaan. De aanvrager heeft voor goede onderzoekscondities gezorgd. Binnen het Hubrecht Laboratorium van de KNAW zijn alle voorzieningen aanwezig om de dieren adequaat te onderzoeken. 2. Met betrekking tot de beschikbaarheid van reële alternatieven Voor een nadere bepaling van de rol van de te bestuderen genproducten in de embryologische ontwikkeling van zoogdieren is onderzoek buiten een intact biologisch systeem slechts van beperkte waarde. Onderzoek in de reageerbuis of in cellijnen zal slechts informatie op kunnen leveren over de biochemische eigenschappen van de gecodeerde eiwitten en hun onderlinge interacties. Dergelijk in vitro onderzoek wordt door de aanvrager ook uitgevoerd als onderdeel van zijn onderzoeksproject. In vivo onderzoek vormt echter een onmisbaar onderdeel van een dergelijk project, omdat alleen zo de fysiologische relevantie van waarnemingen die in vitro zijn gedaan, gecontroleerd kan worden. Een zoogdiersysteem is dan om een aantal redenen de beste optie. De embryonale ontwikkeling lijkt bij zoogdieren voldoende op die van de mens de mens, in tegenstelling tot bij lagere vertebraten. Bij zoogdieren, met name de muis, zijn de mogelijkheden voor genetische modificatie (o.a. gene-targeting) veel verder ontwikkeld. Muizen zijn als diermodel voor dit soort genetisch onderzoek een geschikte kandidaat gebleken 1. Onderzoek bij niet-genetisch gemodificeerde muizen is niet mogelijk, omdat er geen muizenstammen bekend zijn met de gewenste mutaties in de voor dit onderzoek relevante genen. Gelet op de doelstelling van de biotechnologische handelingen zijn er, in het licht van de stand van het wetenschappelijk en technologisch onderzoek, naar de mening van de Commissie op dit moment geen reële alternatieven beschikbaar. 1 Mary A. Bedell, Nancy A. Jenkins and Neal G. Copeland, Mouse models of human disease. Part I and Part II, Genes and Development 11, 1997 pag

5 De Commissie wenst echter wel op te merken dat de aanvrager nauwlettend in de gaten dient te houden of, op het ogenblik dat de biotechnologische handelingen uitgevoerd gaan worden om een bepaalde muizenlijn te maken, een dergelijke muizenlijn elders al niet aanwezig en beschikbaar is. Indien elders een relevante muizenlijn beschikbaar is, dan is de Commissie van mening dat er een reëel alternatief bestaat en dient de aanvrager de houder van die muizenlijn te verzoeken om daarvan gebruik te mogen maken. Indien de muizenlijn beschikbaar is, mag deze niet meer in het kader van deze aanvraag gegenereerd worden. De Commissie wenst daarmee aan te geven dat doublures in de biotechnologische handelingen bij dieren zoveel mogelijk voorkomen dienen te worden. 3. Met betrekking tot de schade aan de gezondheid en het welzijn van de dieren De aanvrager geeft aan dat nadelige effecten op de gezondheid en het welzijn van de transgene muizen niet te verwachten zijn. Gelet op de genen die worden gebruikt, is de Commissie van mening dat die verwachting gerechtvaardigd is. De gemodificeerde muizen waarmee gefokt wordt zijn heterozygoot en hun fenotype zal niet (of slechts in lichte mate) zijn aangetast. De kruisingen (homozygoten, dubbelmutanten) die met deze muizen worden gegenereerd kunnen wel afwijkingen hebben. Veel daarvan zullen in een embryonaal stadium gedood en geanalyseerd worden, waardoor van ongerief geen sprake zal zijn. Voor de dieren die wel volwassen worden geldt dat de aanvrager deze zal doden indien ernstig ongerief op mocht treden. Bij de muizen die als model dienen voor de ziekte van Refsum kunnen verschijnselen optreden die overeenkomen met de verschijnselen van deze ziekte bij de mens. Het gaat om stapeling van phytaanzuur, wat uiteindelijke kan leiden tot verstoring van membraanstructuren en problemen met het zenuwstelsel. Bij de mens is dit een andoening die na langere tijd (omdat het een stapelingsziekte is) ernstige vormen aanneemt. Muizen leven echter dermate kort dat het minder waarschijnlijk is dat de verschijnselen dezelfde ernstige vorm aan zullen nemen. Door het dieet van de muizen zoveel mogelijk phytaanzuurarm te maken kan het ziekteproces mogelijk nog verder geremd worden. Ook zullen bij deze muizen toevoegingen aan het voer getest worden waarmee getracht wordt om te voorkomen dat zich afwijkingen manifesteren. De ER-mutant knock-in die gebruikt wordt om de activerende functies en de repressieve functies van ER te scheiden (bijvoorbeeld bij botontkalking), zal naar verwachting geen of weinig gevolgen daarvan ondervinden, omdat ook de volledige knock-out van ER relatief weinig gevolgen heeft voor het dier. De Commissie wenst op te merken dat indien als gevolg van de biotechnologische handelingen, voorzien of onvoorzien, ernstig ongerief optreedt, de dieren onverwijld dienen te worden gedood, zodat de schade aan de gezondheid en het welzijn van de dieren van korte duur zal zijn. 5

6 Om de schade aan de gezondheid en het welzijn, die bij dit onderzoek eventueel optreedt, vast te kunnen stellen, meent de Commissie dat door de onderzoekers een welzijnsdagboek conform het gestelde in de Code of Practice welzijnsbewaking van proefdieren van de Keuringsdienst van Waren dient te worden bijgehouden waarin het verloop van het welzijn alsmede de genomen maatregelen en uitgevoerde ingrepen worden vastgelegd. Het doel van het vastleggen van deze gegevens is dat de Commissie hoopt dat met behulp van die gegevens in de toekomst een meer adequaat oordeel geveld zal kunnen worden aangaande de gevolgen voor gezondheid en welzijn bij een vervolgaanvraag. Ze hoopt daardoor te komen in een proces van voortschrijdend inzicht. 4. Met betrekking tot de mate van aantasting van de integriteit van de dieren In het Nee, tenzij beleid ten aanzien van biotechnologie bij dieren zijn biotechnologische handelingen bij dieren niet alleen problematisch vanwege de mogelijke effecten op de gezondheid en welzijn van de dieren, maar ook omdat door middel van het veranderen van genetisch materiaal de eigenheid van het dier door de mens wordt veranderd. Door het genetisch modificeren van dieren, zoals hier wordt bedoeld, worden hun eigenschappen doelbewust en gericht gewijzigd ten nutte van de mens. Deze genetische modificaties worden omschreven als een aantasting van de integriteit van het dier. In dit onderzoek worden aan het genoom van de muis DNA constructen toegevoegd. Hierdoor zal de genotypische integriteit van het dier aangetast worden. Om vervolgens de mate van aantasting van die integriteit te beoordelen let de Commissie vooral op de aard en de omvang van de veranderingen in fenotypische kenmerken zoals het gedrag, het uiterlijk, de mate van zelfredzaamheid van het dier, de fenotypische identiteit en de (toegenomen) bevattelijkheid voor ziekten van het dier. Gelet op de genen die door de biotechnologische handelingen worden ingebouwd, meent de Commissie dat niet uit te sluiten is dat met name de zelfredzaamheid van een deel van de muizen (namelijk die muizen die afhankelijk worden van een speciaal dieet om te voorkomen dat de symptomen van de ziekte van Refsum zich nadrukkelijk manifesteert) kan worden aangetast. Aangezien het bij het verrichten van biotechnologische handelingen bij dieren niet altijd voorspelbaar is waar het genconstruct precies terechtkomt en hoe het wordt afgelezen, dient naar de mening van de Commissie, mede op grond van het zojuist gestelde, ook rekening te worden gehouden met een aantasting van de integriteit bij in ieder geval een deel van de dieren. Verder is een direct en bedoeld effect van de biotechnologische handelingen het creëren van muizenembryo s die voor een deel dusdanig in hun ontwikkeling gestoord zijn dat ze niet levend geboren kunnen worden. De Commissie wenst dit ook te beschouwen als een vorm van aantasting van de fenotypische integriteit van de muizenembryo s. De Commissie merkt, wellicht ten overvloede, op dat het bij de beoordeling van de aantasting 6

7 van de integriteit gaat om andere zaken dan die bij de aantasting van de gezondheid en het welzijn beoordeeld zijn. 5. Finale afweging met betrekking tot de morele aanvaardbaarheid van de biotechnologische handeling Samenvattend meent de Commissie dat de aanvraag een onderzoek betreft dat wetenschappelijk van belang is omdat het mogelijk inzicht oplevert in de rol van de zogenaamde nucleaire receptoren bij de ontwikkeling van het embryo. Maatschappelijk is het onderzoek van belang om het kan bijdragen aan het verwerven van meer kennis over afwijkingen veroorzaakt door blootstelling aan hormoonachtige stoffen tijdens de zwangerschap, de ziekte van Refsum en de rol van oestrogeen bij de preventie van botontkalking. Verder stelt de Commissie vast dat het onderzoek mede wordt gefinancierd door NWO, NOW-NDRF, en de EU. Deze organisaties maken bij het toekennen van subsidies en financiering voor onderzoek gebruik van onafhankelijke vakgenoten die het onderzoek beoordelen. Voor de Commissie is dat een reden om aan te nemen dat het onderzoek wetenschappelijk van belang, van goede kwaliteit en haalbaar is. Op grond van al hetgeen hiervoor is gesteld, is de Commissie van mening dat het hier gaat om onderzoek dat van een dusdanig substantieel belang is, dat in beginsel het verbod op het verrichten van biotechnologische handelingen, zoals dat is omschreven in de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren, voor dit specifieke onderzoek kan worden opgeheven. De Commissie is vervolgens nagegaan of er reële alternatieven voor dit onderzoek bestaan omdat de vraag naar het bestaan van eventuele alternatieven onderdeel uitmaakt van de ethische toets die de Commissie op grond van de wet dient uit te voeren. Ze heeft geconstateerd dat er geen reële alternatieven voorhanden zijn, omdat de fysiologische relevantie van in vitro waargenomen mechanismen die een rol spelen bij de embryonale ontwikkeling slechts in een geheel (intact) dier bestudeerd kan worden. De Commissie heeft ook bekeken of de dieren als gevolg van de biotechnologische handelingen eventueel schade aan gezondheid en welzijn zullen ondervinden. Ze heeft geconstateerd dat die mogelijkheid bestaat. Die eventuele gevolgen voor gezondheid en welzijn acht de Commissie onvermijdelijk en inherent aan het onderzoek. Ze meent dat deze schade, gelet op het belang van de doelstelling van het onderzoek, moreel aanvaardbaar is, mits de onderzoekers de muizen intensief observeren en, in het geval ernstig ongerief optreedt, doden. De Commissie heeft verder bekeken of door de biotechnologische handelingen de genotypische en fenotypische integriteit aangetast zullen worden. Ze constateert dat bij een deel van de volwassen muizen een aantasting van zowel de fenotypische als de genotypische integriteit op zou kunnen treden. Verder beschouwt zij het bewust verstoren van de ontwikkeling van 7

8 muizenembryo s als een aantasting van de fenotypische integriteit. Hoewel de Commissie bij haar oordeel rekening houdt met het feit dat er in de samenleving reële zorgen bestaan omtrent biotechnologische handelingen die bij dieren worden uitgevoerd - zorgen die voor een deel berusten op ethische overwegingen en die hebben geleid tot wettelijke maatregelen op dit punt - constateert ze dat er, in verband met biotechnologische handelingen bij dieren, altijd ethische bezwaren kunnen worden aangevoerd. Waar het naar de mening van de Commissie echter om gaat is of deze ethische bezwaren doorslaggevend zijn, met andere woorden in moreel opzicht van groter gewicht zijn dan de waarde van de te verwachten baten. De Commissie meent dat het criterium genoemd in artikel 66, lid 3 onder b van de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren aldus dient te worden uitgelegd. In dit geval gaat het daarbij om het verkrijgen van een verbeterd inzicht in de rol van de zogenaamde nucleaire receptoren bij de ontwikkeling van het embryo en om de bijdrage die het onderzoek kan leveren aan het verwerven van meer kennis over afwijkingen veroorzaakt door blootstelling aan hormoonachtige stoffen tijdens de zwangerschap, de ziekte van Refsum en de rol van oestrogeen bij de preventie van botontkalking.. Op grond van het voorgaande komt de Commissie tot de conclusie dat het in de onderhavige aanvraag gaat om een toetsbare eenheid, om onderzoek dat zowel wetenschappelijk als maatschappelijk van belang is en waarvoor geen reële alternatieven bestaan. Verder heeft ze geconstateerd dat de gezondheid, het welzijn en de integriteit van de dieren die genetisch gemodificeerd worden naar verwachting zullen worden aangetast, maar niet in die mate dat ze moreel zwaarder wegen dan het doel van het onderzoek. De meerderheid van de Commissie acht derhalve de biotechnologische handelingen waarvoor vergunning is aangevraagd moreel aanvaardbaar en meent dat het verbod op het verrichten van biotechnologische handelingen bij dieren, zoals omschreven in art. 66 lid 1 van de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren, kan worden opgeheven. Aanvullend wil de Commissie nog opmerken dat de hiervoor uiteengezette afweging met betrekking tot de aanvaardbaarheid van de biotechnologische handelingen uitsluitend betrekking heeft op het onderzoek waarvoor de aanvraag is ingediend. Ze is zich echter bewust van de mogelijkheid dat de aanvragers de gegenereerde muizenlijnen voor andersoortig onderzoek beschikbaar zullen stellen aan derden. Ze heeft daar in beginsel geen bezwaar tegen, omdat op die manier voorkomen kan worden dat dezelfde muizenlijn door anderen opnieuw gegenereerd wordt. Aangezien dit andersoortige onderzoeksdoel niet door de Commissie getoetst is, acht ze het echter wel van belang om op de hoogte te worden gesteld indien de gegenereerde muizenlijnen aan derden ter beschikking worden gesteld en voor welk doel dit geschiedt. De Commissie meent derhalve dat als voorwaarde in de vergunning opgenomen zou moeten worden dat, indien de gegenereerde muizenlijnen aan derden te beschikking worden gesteld, de vergunninghouder dit dient te melden. 6. Met betrekking tot de aantallen dieren. 8

9 De aanvrager geeft aan dat hij voor het genereren van een transgene lijn maximaal 180 dieren per lijn nodig heeft. De Commissie gaat vanuit dat er bij de huidige stand van de techniek gemiddeld 150 muizen nodig zijn voor het genereren van een transgene lijn. Slechts indien bij het genereren van een lijn gebruik gemaakt wordt van andere ES-cellijnen dan de gebruikelijke ola en sv, bijvoorbeeld C57BL6, acht de Commissie het aannemelijk en aanvaardbaar dat er gemiddeld per lijn meer dieren nodig zijn. Op grond van ervaringen met de C57Bl6 lijn wenst ze dat te beperken tot een maximum van 175 dieren per te genereren lijn. De Commissie constateert daarnaast dat de aanvrager aangeeft dat hij voor het genereren van een lijn met behulp van de ES-cel technologie in dit geval gemiddeld 105 dieren per lijn nodig heeft. De Commisdsie adviseert om vergunning te verlenen voor gemiddeld 105 dieren per lijjn en dus niet voor de gebruikelijke 150 dieren per lijn. 7. Met betrekking tot de duur van het biotechnologisch onderzoek Uit de vergunningaanvraag blijkt dat de periode, waarin de biotechnologische handelingen verricht zullen worden, zich zal uitstrekken tot tenminste Het gaat in deze aanvragen voor een belangrijk deel om innovatief en exploratief wetenschappelijk onderzoek, waarvoor geldt dat niet vooraf aangegeven kan worden wanneer het onderzoek klaar is. De Commissie heeft daar begrip voor, maar de Commissie meent dat de periode waarvoor een vergunning afgegeven wordt, beperkt dient te worden. Het project is dermate veelomvattend dat er na enige tijd geoordeeld dient te worden over de voortgang en de richting waarin het zich verder gaat bewegen. Indien de duur van de vergunning ingeperkt wordt, dan mag een vervolgaanvraag verwacht worden. Bij een nieuwe vergunningaanvraag zal op grond van de dan behaalde resultaten beoordeeld moeten worden of de claims met betrekkingen tot de haalbaarheid van de doelstellingen voldoende realistisch zijn. Ook zal dan opnieuw bezien worden of de verwachtingen die zijn uitgesproken met betrekking tot de gevolgen van de modificaties voor de dieren juist waren. Hoewel in het algemeen twee à drie jaar voldoende zijn om een genetisch gemodificeerde lijn te verkrijgen, meent de Commissie dat een zinvolle beoordeling van de behaalde resultaten en de effecten op de dieren slechts mogelijk is nadat de onderzoekers in vaktijdschriften hebben gepubliceerd over hun onderzoek met de gegenereerde muizen. Dan wordt namelijk ook enigszins duidelijk hoe deze resultaten door collega-onderzoekers zijn ontvangen. De Commissie meent dat de aanvrager voor het maken van de genconstructen, het genereren van enkele lijnen (inclusief de daaropvolgende fok), het uitvoeren van één of meer experimenten met de dieren en het evalueren en publiceren van de behaalde resultaten minimaal ca. vier jaar nodig heeft. In veel gevallen zal het nodig zijn om de resultaten van verschillende lijnen in hun onderlinge verband te presenteren. Dat betekent dat naar verwachting op zijn laatst na ongeveer vijf jaar de resultaten van het onderzoek met enkele van de lijnen gepubliceerd zullen zijn. Een aanvullende argument voor een termijn van vijf jaar is dat ook de subsidieverlenende instanties (bijvoorbeeld NWO of het KWF) een evaluatiecyclus van vijf jaar hanteren. Na vijf jaar vindt vaak een tussentijdse evaluatie plaats, waarop een beslissing over verdere financiering van het onderzoeksprogramma gebaseerd wordt. 9

10 Verder is het zo dat op het gebied waarop dit wetenschappelijk onderzoek zich richt, nogal wat ontwikkelingen plaatsvinden. Ook de wijze waarop transgene dieren gegenereerd worden zal zich naar verwachting de komende jaren verder ontwikkelen. Een belangrijke overweging is ook dat de ethiek met betrekking tot de beoordeling van biotechnologische handelingen bij dieren zich de komende jaren verder zal ontwikkelen. Deze ontwikkeling vloeit voort uit de aard van de toegepaste ethiek, dat immers een vakgebied is dat in reactie op ontwikkelingen in de samenleving ontstaat. Juist omdat het vakgebied dat hier getoetst wordt sterk in ontwikkeling is, kan de ethiek van dit vakgebied eveneens aan veranderingen onderhevig zijn. Concluderend meent de Commissie dat gelet op de te verwachten ontwikkelingen in het onderzoek, de ontwikkeling aangaande de biotechnologische handelingen bij dieren en de daarmee verband houdende ontwikkeling in de ethische beoordeling, geen vergunning afgegeven moet worden voor een periode van onbepaalde tijd. Ze acht in dit geval een periode van vijf jaar een redelijke termijn voor het uitvoeren van een eerste fase van het onderzoek waarvan de biotechnologische handelingen deel uitmaken. De Commissie wijst er daarbij op dat ook de aanvrager zelf in de correspondentie over de aanvraag aangeeft dat de concrete informatie die hij verstrekt met betrekking tot de te gebruiken genen en het aantal lijnen dat hij wenst te maken, betrekking heeft op de komende vijf jaar. De Commissie adviseert dan ook de termijn van de vergunningverlening te beperken tot vijf jaar na afgifte van de vergunning. 10

11 Advies van de Commissie biotechnologie bij dieren De Commissie biotechnologie bij dieren adviseert met betrekking tot de vergunningaanvraag met als kenmerk VVA/BD (F08), zoals samengevat in deel I van dit advies, in het kader van artikel 66, lid 3 Gezondheids- en welzijnswet voor dieren, op grond van de overwegingen zoals verwoord in deel II, een vergunning te verlenen onder de volgende voorwaarden: - de dieren dienen indien ernstig ongerief ontstaat onverwijld te worden gedood; - ten behoeve van het vaststellen van de schade aan de gezondheid en het welzijn van de dieren als gevolg van het onderzoek, dient een welzijnsdagboek conform het gestelde in de Code of Practice welzijnsbewaking proefdieren te worden bijgehouden; - indien blijkt dat er elders een muizenlijn, die de aanvrager wenst te genereren, beschikbaar is, dan mag deze muizenlijn niet meer door de aanvrager gegenereerd worden; - indien de dieren aan derden ter beschikking worden gesteld, dan dient de vergunninghouder dit te melden. en onder de volgende beperkingen: - de biotechnologische handelingen mogen gedurende vijf jaar na afgifte van de vergunning worden uitgevoerd; - voor het genereren van een transgene lijn mogen slechts 150 muizen gebruikt worden tenzij gebruik wordt gemaakt van de C57BL6 muizenlijn. In dat laatste geval mogen maximaal 175 muizen gebruikt worden om een transgene lijn te genereren. De Voorzitter, De Adjunct Secretaris, Prof. dr. E. Schroten Drs. R. Tramper 11

12 Bijlage 1 Genconstructen uit het moleculaire standaardinstrumentarium te weten: 1. Merkergenen!" luciferase!" beta-galactosidase!" fluorescent proteïnen 2. Selectie-genen!" antibiotica-resistentie genen!" thymidine kinase!" neomycine fosfotransferase!" HmB fosfotransferase 3. Reporterconstructen 4. Weefselspecifieke promotoren 5. Cre/LoxP en Flp recombinase systeem 6. Intronsequenties en transcriptieterminatie sequenties zoals het bovine growth hormone (BGH) gen 12

Utrecht, 25 september 2002 ADVIES COMMISSIE BIOTECHNOLOGIE BIJ DIEREN

Utrecht, 25 september 2002 ADVIES COMMISSIE BIOTECHNOLOGIE BIJ DIEREN Utrecht, 25 september 2002 ADVIES COMMISSIE BIOTECHNOLOGIE BIJ DIEREN Naar aanleiding van het verzoek om advies van de Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij betreffende de vergunningsaanvraag

Nadere informatie

Voor het volgende onderzoek wordt een vergunning aangevraagd:

Voor het volgende onderzoek wordt een vergunning aangevraagd: Utrecht, 27 februari 2002 ADVIES COMMISSIE BIOTECHNOLOGIE BIJ DIEREN Naar aanleiding van het verzoek om advies van de Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij betreffende de vergunningsaanvraag

Nadere informatie

Voor het volgende onderzoek wordt een vergunning aangevraagd:

Voor het volgende onderzoek wordt een vergunning aangevraagd: Utrecht, 1 mei 2002 ADVIES COMMISSIE BIOTECHNOLOGIE BIJ DIEREN Naar aanleiding van het verzoek om advies van de Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij betreffende de vergunningsaanvraag met kenmerk

Nadere informatie

Voor het volgende onderzoek wordt een vergunning aangevraagd:

Voor het volgende onderzoek wordt een vergunning aangevraagd: Utrecht, 27 november 2002 ADVIES COMMISSIE BIOTECHNOLOGIE BIJ DIEREN Op 15 oktober 2002 verzocht de Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij de Commissie biotechnologie bij dieren om opnieuw advies

Nadere informatie

Deel I. Beschrijving van het onderzoek waarvoor vergunning wordt gevraagd. Voor het volgende onderzoek wordt een vergunning aangevraagd.

Deel I. Beschrijving van het onderzoek waarvoor vergunning wordt gevraagd. Voor het volgende onderzoek wordt een vergunning aangevraagd. Utrecht, 11 september 2002 ADVIES COMMISSIE BIOTECHNOLOGIE BIJ DIEREN Naar aanleiding van het verzoek om advies van de Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij betreffende de vergunningaanvraag

Nadere informatie

Voor het volgende onderzoek wordt een vergunning aangevraagd:

Voor het volgende onderzoek wordt een vergunning aangevraagd: Utrecht, 25 juni 2003 ADVIES COMMISSIE BIOTECHNOLOGIE BIJ DIEREN Naar aanleiding van het verzoek om advies van de Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij betreffende de vergunningaanvraag met kenmerk

Nadere informatie

ADVIES COMMIS S IE BIOTECHNOLOGIE BIJ DIEREN

ADVIES COMMIS S IE BIOTECHNOLOGIE BIJ DIEREN 11-02-2004 Utrecht, 28 januari 2004 ADVIES COMMIS S IE BIOTECHNOLOGIE BIJ DIEREN Naar aanleiding van het verzoek om advies van de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit betreffende de vergunningaanvraag

Nadere informatie

Deel I. Beschrijving van het onderzoek waarvoor vergunning wordt gevraagd. Voor het volgende onderzoek wordt een vergunning aangevraagd:

Deel I. Beschrijving van het onderzoek waarvoor vergunning wordt gevraagd. Voor het volgende onderzoek wordt een vergunning aangevraagd: Utrecht, 1 mei 2002 ADVIES COMMISSIE BIOTECHNOLOGIE BIJ DIEREN Naar aanleiding van het verzoek om advies van de Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij betreffende de vergunningsaanvraag met kenmerk

Nadere informatie

Voor het volgende onderzoek wordt een vergunning aangevraagd:

Voor het volgende onderzoek wordt een vergunning aangevraagd: Utrecht, 26 maart 2003 ADVIES COMMISSIE BIOTECHNOLOGIE BIJ DIEREN Naar aanleiding van het verzoek om advies van de Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij betreffende de vergunningaanvraag met

Nadere informatie

Voor het volgende onderzoek wordt een vergunning aangevraagd:

Voor het volgende onderzoek wordt een vergunning aangevraagd: Utrecht, 4 september 2002 ADVIES COMMISSIE BIOTECHNOLOGIE BIJ DIEREN Naar aanleiding van het verzoek om advies van de Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij betreffende de vergunningsaanvraag

Nadere informatie

Voor het volgende onderzoek wordt een vergunning aangevraagd:

Voor het volgende onderzoek wordt een vergunning aangevraagd: Utrecht, 4 september 2002 ADVIES COMMISSIE BIOTECHNOLOGIE BIJ DIEREN Naar aanleiding van het verzoek om advies van de Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij betreffende de vergunningsaanvraag

Nadere informatie

Gelet op de feiten en overwegingen als opgenomen in bijlage I bij deze beschikking,

Gelet op de feiten en overwegingen als opgenomen in bijlage I bij deze beschikking, ONTWERPBESLUIT BD nr. 01. 262 (E20) Gelet op!" de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren alsmede het Besluit biotechnologie bij dieren en de Regeling vergunning biotechnologie bij dieren;!" de aanvraag

Nadere informatie

Gelet op de feiten en overwegingen als opgenomen in bijlage I bij deze beschikking,

Gelet op de feiten en overwegingen als opgenomen in bijlage I bij deze beschikking, BESLUIT BD nr. 01.284 (E21) Gelet op!" de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren alsmede het Besluit biotechnologie bij dieren en de Regeling vergunning biotechnologie bij dieren;!" de aanvraag d.d. 10

Nadere informatie

Voor het volgende onderzoek wordt een vergunning aangevraagd:

Voor het volgende onderzoek wordt een vergunning aangevraagd: Utrecht, 4 september 2002 ADVIES COMMISSIE BIOTECHNOLOGIE BIJ DIEREN Naar aanleiding van het verzoek om advies van de Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij betreffende de vergunningsaanvraag

Nadere informatie

Gelet op de feiten en overwegingen als opgenomen in bijlage I bij deze beschikking,

Gelet op de feiten en overwegingen als opgenomen in bijlage I bij deze beschikking, ONTWERPBESLUIT BD nr. 01.235 (E07) Gelet op!" de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren alsmede het Besluit biotechnologie bij dieren en de Regeling vergunning biotechnologie bij dieren;!" de aanvraag

Nadere informatie

Gelet op de feiten en overwegingen als opgenomen in bijlage I bij deze beschikking,

Gelet op de feiten en overwegingen als opgenomen in bijlage I bij deze beschikking, BESLUIT BD nr. 02.190 (F09) Gelet op!" de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren alsmede het Besluit biotechnologie bij dieren en de Regeling vergunning biotechnologie bij dieren;!" de aanvraag d.d. 22

Nadere informatie

Bijlage I bij ontwerpbesluit RBD0213(M05)

Bijlage I bij ontwerpbesluit RBD0213(M05) Bijlage I bij ontwerpbesluit RBD0213(M05) Gelezen de aanvraag van de Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen te Amsterdam van 10 juli 2008 met de aanvulling hierop van 28 augustus 2008 met het

Nadere informatie

Gelet op de feiten en overwegingen als opgenomen in bijlage I bij deze beschikking, BESLUIT:

Gelet op de feiten en overwegingen als opgenomen in bijlage I bij deze beschikking, BESLUIT: ONTWERPBESLUIT BD nr 02.448 (F12) Gelet op de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren alsmede het Besluit biotechnologie bij dieren en de Regeling vergunning biotechnologie bij dieren; de aanvraag d.d.

Nadere informatie

Gelet op de feiten en overwegingen als opgenomen in bijlage I bij deze beschikking,

Gelet op de feiten en overwegingen als opgenomen in bijlage I bij deze beschikking, ONTWERPBESLUIT BD nr. 01.151 (E12) Gelet op!" de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren alsmede het Besluit biotechnologie bij dieren en de Regeling vergunning biotechnologie bij dieren;!" de aanvraag

Nadere informatie

Gelet op de feiten en overwegingen als opgenomen in bijlage I bij deze beschikking,

Gelet op de feiten en overwegingen als opgenomen in bijlage I bij deze beschikking, BESLUIT BD nr. 01. 241 (E17) Gelet op!" de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren alsmede het Besluit biotechnologie bij dieren en de Regeling vergunning biotechnologie bij dieren;!" de aanvraag d.d.

Nadere informatie

Bijlage I bij besluit RBD0217(M09)

Bijlage I bij besluit RBD0217(M09) Bijlage I bij besluit RBD0217(M09) Gelezen de aanvraag van de Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen te Amsterdam van 31 oktober 2008 met de aanvulling hierop van 19 januari 2009 met het verzoek

Nadere informatie

II. Procedure De procedure is conform en krachtens het bepaalde in het Besluit biotechnologie bij dieren uitgevoerd.

II. Procedure De procedure is conform en krachtens het bepaalde in het Besluit biotechnologie bij dieren uitgevoerd. Bijlage I bij ontwerpbesluit RBD0212(M04) Gelezen de aanvraag van het Leids Universitair Medisch Centrum te Leiden van 10 juni 2008 met de aanvulling hierop van 29 juli 2008 met het verzoek om een vergunning

Nadere informatie

Gelet op de feiten en overwegingen als opgenomen in bijlage I bij deze beschikking, BESLUIT:

Gelet op de feiten en overwegingen als opgenomen in bijlage I bij deze beschikking, BESLUIT: 26 april 2006 ONTWERPBESLUIT RBD0184(K01) Gelet op de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren, alsmede op het Besluit biotechnologie bij dieren en de Regeling vergunning biotechnologie bij dieren; de aanvraag

Nadere informatie

Gelet op de feiten en overwegingen als opgenomen in bijlage I bij deze beschikking,

Gelet op de feiten en overwegingen als opgenomen in bijlage I bij deze beschikking, BESLUIT BD nr. 01. 242 (E18) Gelet op!" de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren alsmede het Besluit biotechnologie bij dieren en de Regeling vergunning biotechnologie bij dieren;!" de aanvraag d.d.

Nadere informatie

Gelet op de feiten en overwegingen als opgenomen in bijlage I bij deze beschikking, BESLUIT:

Gelet op de feiten en overwegingen als opgenomen in bijlage I bij deze beschikking, BESLUIT: 19 februari 2008 ONTWERPBESLUIT RBD0206(L08) Gelet op de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren, alsmede op het Besluit biotechnologie bij dieren en de Regeling vergunning biotechnologie bij dieren; de

Nadere informatie

Gelet op de feiten en overwegingen als opgenomen in bijlage I bij deze beschikking, BESLUIT:

Gelet op de feiten en overwegingen als opgenomen in bijlage I bij deze beschikking, BESLUIT: 13 april 2006 ONTWERPBESLUIT RBD0182(J07) Gelet op de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren, alsmede op het Besluit biotechnologie bij dieren en de Regeling vergunning biotechnologie bij dieren; de aanvraag

Nadere informatie

146

146 145 146 Bij genetische modificatie door middel van transgenese worden met behulp van biotechnologische technieken erfelijke eigenschappen veranderd of van het ene naar het andere organisme overgebracht.

Nadere informatie

II. Procedure De procedure is conform en krachtens het bepaalde in het Besluit biotechnologie bij dieren uitgevoerd.

II. Procedure De procedure is conform en krachtens het bepaalde in het Besluit biotechnologie bij dieren uitgevoerd. Bijlage I bij ontwerpbesluit RBD0215(M07) Gelezen de aanvraag van de Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen te Amsterdam van 14 juli 2008 met het verzoek om een vergunning als bedoeld in artikel

Nadere informatie

Gelet op de feiten en overwegingen als opgenomen in bijlage I bij deze beschikking,

Gelet op de feiten en overwegingen als opgenomen in bijlage I bij deze beschikking, 29-10-2002 BESLUIT BD nr. 02.132 (F07) Gelet op!" de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren alsmede het Besluit biotechnologie bij dieren en de Regeling vergunning biotechnologie bij dieren;!" de aanvraag

Nadere informatie

Gelet op de feiten en overwegingen als opgenomen in bijlage I bij deze beschikking, BESLUIT:

Gelet op de feiten en overwegingen als opgenomen in bijlage I bij deze beschikking, BESLUIT: 27 juni 2005 BESLUIT RBD0165(H09) Gelet op: de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren, alsmede op het Besluit biotechnologie bij dieren en de Regeling vergunning biotechnologie bij dieren; de aanvraag

Nadere informatie

Gelet op de feiten en overwegingen als opgenomen in bijlage I bij deze beschikking, BESLUIT:

Gelet op de feiten en overwegingen als opgenomen in bijlage I bij deze beschikking, BESLUIT: 15-07-2003 ONTWERP-BESLUIT BD nr. 03.47(G02) Gelet op de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren alsmede het Besluit biotechnologie bij dieren en de Regeling vergunning biotechnologie bij dieren; de aanvraag

Nadere informatie

Bijlage I bij ontwerpbesluit RBD0220(N03)

Bijlage I bij ontwerpbesluit RBD0220(N03) Bijlage I bij ontwerpbesluit RBD0220(N03) Gelezen de aanvraag van het Academisch Medisch Centrum bij de Universiteit van Amsterdam te Amsterdam van 23 april 2009 met het verzoek om een vergunning als bedoeld

Nadere informatie

Gelet op de feiten en overwegingen als opgenomen in bijlage I bij deze beschikking, BESLUIT:

Gelet op de feiten en overwegingen als opgenomen in bijlage I bij deze beschikking, BESLUIT: 28 mei 2008 BESLUIT RBD0210(M02) Gelet op de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren, alsmede op het Besluit biotechnologie bij dieren en de Regeling vergunning biotechnologie bij dieren; de aanvraag van

Nadere informatie

Gelet op de feiten en overwegingen als opgenomen in bijlage I bij deze beschikking, BESLUIT:

Gelet op de feiten en overwegingen als opgenomen in bijlage I bij deze beschikking, BESLUIT: 25 januari 2007 ONTWERPBESLUIT RBD0195(K11) Gelet op de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren, alsmede op het Besluit biotechnologie bij dieren en de Regeling vergunning biotechnologie bij dieren; de

Nadere informatie

Gelet op de feiten en overwegingen als opgenomen in bijlage I bij deze beschikking, BESLUIT:

Gelet op de feiten en overwegingen als opgenomen in bijlage I bij deze beschikking, BESLUIT: 17 september 2004 ONTWERPBESLUIT RBD0157/o Inboeknummer VVA/BD04.134(H05) Gelet op de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren, alsmede op het Besluit biotechnologie bij dieren en de Regeling vergunning

Nadere informatie

Gelet op de feiten en overwegingen als opgenomen in bijlage I bij deze beschikking, BESLUIT:

Gelet op de feiten en overwegingen als opgenomen in bijlage I bij deze beschikking, BESLUIT: 13 april 2006 ONTWERPBESLUIT RBD0186(K03) Gelet op de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren, alsmede op het Besluit biotechnologie bij dieren en de Regeling vergunning biotechnologie bij dieren; de aanvraag

Nadere informatie

Gelet op de feiten en overwegingen als opgenomen in bijlage I bij deze beschikking, BESLUIT:

Gelet op de feiten en overwegingen als opgenomen in bijlage I bij deze beschikking, BESLUIT: 19 december 2007 BESLUIT RBD0202(L04) Gelet op de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren, alsmede op het Besluit biotechnologie bij dieren en de Regeling vergunning biotechnologie bij dieren; de aanvraag

Nadere informatie

Gelet op de feiten en overwegingen als opgenomen in bijlage I bij deze beschikking,

Gelet op de feiten en overwegingen als opgenomen in bijlage I bij deze beschikking, 17 september 2003 BESLUIT BD nr. 02.469 (F13) Gelet op: de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren alsmede het Besluit biotechnologie bij dieren en de Regeling vergunning biotechnologie bij dieren; de

Nadere informatie

Gelet op de feiten en overwegingen als opgenomen in bijlage I bij deze beschikking, BESLUIT:

Gelet op de feiten en overwegingen als opgenomen in bijlage I bij deze beschikking, BESLUIT: BESLUIT BD nr. 02.7 (F01) Gelet op!" de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren alsmede het Besluit biotechnologie bij dieren en de Regeling vergunning biotechnologie bij dieren;!" de aanvraag d.d. 8 januari

Nadere informatie

Utrecht, 11 maart 2005 ADVIES COMMISSIE BIOTECHNOLOGIE BIJ DIEREN

Utrecht, 11 maart 2005 ADVIES COMMISSIE BIOTECHNOLOGIE BIJ DIEREN Utrecht, 11 maart 2005 ADVIES COMMISSIE BIOTECHNOLOGIE BIJ DIEREN Naar aanleiding van het verzoek om advies van de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit met nummer RBD 0107, betreffende een

Nadere informatie

Biotechnologie bij dieren

Biotechnologie bij dieren Hieronder treft u de tekst aan uit de brochure biotechnologie bij dieren. De brochure kunt u bestellen bij de infotiek van het ministerie LNV Email: infotiek@dv.agro.nl Telefoon infotiek: 070-3784062 Biotechnologie

Nadere informatie

Niet-technische samenvatting 2015245. 1 Algemene gegevens. 2 Categorie van het project

Niet-technische samenvatting 2015245. 1 Algemene gegevens. 2 Categorie van het project Niet-technische samenvatting 2015245 1 Algemene gegevens 1.1 Titel van het project De rol van Nucleaire Hormoon Receptoren in de regulatie van het glucose- en lipidemetabolisme en de ontwikkeling van type

Nadere informatie

Niet-technische samenvatting Algemene gegevens. 2 Categorie van het project

Niet-technische samenvatting Algemene gegevens. 2 Categorie van het project Niet-technische samenvatting 2015246 1 Algemene gegevens 1.1 Titel van het project Het ontrafelen van de rol die darmflora speelt in het ontstaan van hart- en vaatziekten 1.2 Looptijd van het project 1.3

Nadere informatie

Ministerie van LNV, De directeur VVA, Dr. Ir. H. Paul Postbus 20401, 2500 EK 's-gravenhage.

Ministerie van LNV, De directeur VVA, Dr. Ir. H. Paul Postbus 20401, 2500 EK 's-gravenhage. Ministerie van LNV, De directeur VVA, Dr. Ir. H. Paul Postbus 20401, 2500 EK 's-gravenhage. 11-09-2003 BD 03.251/JT CBD/03.200/HL 29-09-2003 Nader advies BD 03.47 (G02), BD 03.90 (G03) 1 Hierbij doe ik

Nadere informatie

Gelet op de feiten en overwegingen als opgenomen in bijlage I bij deze beschikking,

Gelet op de feiten en overwegingen als opgenomen in bijlage I bij deze beschikking, BESLUIT BD nr. 01.89 (E04) Gelet op!" de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren alsmede het Besluit biotechnologie bij dieren en de Regeling vergunning biotechnologie bij dieren;!" de aanvraag d.d. 24

Nadere informatie

Gelet op de feiten en overwegingen als opgenomen in bijlage I bij deze beschikking, BESLUIT:

Gelet op de feiten en overwegingen als opgenomen in bijlage I bij deze beschikking, BESLUIT: 19 december 2007 ONTWERPBESLUIT RBD0204(L06) Gelet op de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren, alsmede op het Besluit biotechnologie bij dieren en de Regeling vergunning biotechnologie bij dieren; de

Nadere informatie

Niet-technische samenvatting. Taalontwikkeling, cellen, hersenactiviteit, ziekte, muismodel

Niet-technische samenvatting. Taalontwikkeling, cellen, hersenactiviteit, ziekte, muismodel Niet-technische samenvatting 1 Algemene gegevens 1.1 Titel van het project onderzoek naar de invloed van taalgenen op de hersenontwikkeling en hersenfunctie 1.2 Looptijd van het project 1-9-2015-1-9-2020

Nadere informatie

Gelet op de feiten en overwegingen als opgenomen in bijlage I bij deze beschikking, BESLUIT:

Gelet op de feiten en overwegingen als opgenomen in bijlage I bij deze beschikking, BESLUIT: 24 augustus 2007 ONTWERPBESLUIT RBD0201(L03) Gelet op de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren, alsmede op het Besluit biotechnologie bij dieren en de Regeling vergunning biotechnologie bij dieren; de

Nadere informatie

Ministerie van LNV, De directeur VVA, Ir. G.A. Koopstra Postbus 20401, 2500 EK 's-gravenhage.

Ministerie van LNV, De directeur VVA, Ir. G.A. Koopstra Postbus 20401, 2500 EK 's-gravenhage. Ministerie van LNV, De directeur VVA, Ir. G.A. Koopstra Postbus 20401, 2500 EK 's-gravenhage. 03-06-2002 BD02.267 CBD/02.199/RT 27-06-2002 Nader advies BD 01.367 (E22) en BD 01.409 (E23) 2 Hierbij doe

Nadere informatie

Niet-technische samenvatting Algemene gegevens. 2 Categorie van het project

Niet-technische samenvatting Algemene gegevens. 2 Categorie van het project Niet-technische samenvatting 2016490 1 Algemene gegevens 1.1 Titel van het project Kleine diermodellen om de oorzaken van artrose te bestuderen 1.2 Looptijd van het project 1.3 Trefwoorden (maximaal 5)

Nadere informatie

Gelet op de feiten en overwegingen als opgenomen in bijlage I bij deze beschikking, BESLUIT:

Gelet op de feiten en overwegingen als opgenomen in bijlage I bij deze beschikking, BESLUIT: 10 januari 2005 BESLUIT VVA/BD 04.126 (H02) Gelet op de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren alsmede op het Besluit biotechnologie bij dieren en de Regeling vergunning biotechnologie bij dieren; de

Nadere informatie

de aanvraag van 8 november 2004 met de aanvu ling hierop van 21 januari 2005 van de Radboud

de aanvraag van 8 november 2004 met de aanvu ling hierop van 21 januari 2005 van de Radboud 8 april 2005 ONTWERPBESLUIT RBD0166 (H10) Gelet op: de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren, alsmede op het Besluit biotechnologie bij dieren en de Regeling vergunning biotechnologie bij dieren; de

Nadere informatie

antidepressivum, rat, overerfbaar, mechanismen, gedrag

antidepressivum, rat, overerfbaar, mechanismen, gedrag 1 Algemene gegevens 1.1 Titel van het project Effecten van het antidepressivum vortioxetine op hersenmechanismen in genetische diermodellen voor depressie 1.2 Looptijd van het project 1.3 Trefwoorden (maximaal

Nadere informatie

157 De ontdekking van de natuurlijke aanwezigheid van antisense oligonucleotiden in eukaryote cellen, die de expressie van specifieke eiwitten kunnen reguleren, heeft in de afgelopen tientallen jaren gezorgd

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2005 147 Besluit van 3 maart 2005, houdende wijziging van het Besluit biotechnologie bij dieren (Handelingen met betrekking tot dieren waar geen vergunning

Nadere informatie

Afweer systeem tegen ziektes, moederlijk hormoon,ontwikkeling, vogels, testosteron

Afweer systeem tegen ziektes, moederlijk hormoon,ontwikkeling, vogels, testosteron Niet-technische samenvatting 2015311 1 Algemene gegevens 1.1 Titel van het project Heeft de kwaliteit van het afweer systeem bij de vader een invloed on de kwetsbaarheid van de kinderen voor moederlijk

Nadere informatie

ECLI:NL:CBB:2001:AD7620

ECLI:NL:CBB:2001:AD7620 ECLI:NL:CBB:2001:AD7620 Instantie College van Beroep voor het bedrijfsleven Datum uitspraak 22-11-2001 Datum publicatie 27-12-2001 Zaaknummer AWB 00/285 Rechtsgebieden Bestuursrecht Bijzondere kenmerken

Nadere informatie

Niet-technische samenvatting Algemene gegevens. 2 Categorie van het project

Niet-technische samenvatting Algemene gegevens. 2 Categorie van het project Niet-technische samenvatting 2015307 1 Algemene gegevens 1.1 Titel van het project Nieuwe behandelingen voor gewrichtsschade bij paarden 1.2 Looptijd van het project 1.3 Trefwoorden (maximaal 5) 2015-2020

Nadere informatie

Biodistributie, kinetiek, centraal zenuwstelsel, oogziekten, huidaandoeningen

Biodistributie, kinetiek, centraal zenuwstelsel, oogziekten, huidaandoeningen Niet-technische samenvatting 2016788 1 Algemene gegevens 1.1 Titel van het project Onderzoek naar de biodistributie van nieuwe, op oligonucleotiden gebaseerde, teststoffen voor de behandeling van zeer

Nadere informatie

Ministerie van LNV, De Directeur VVA Dr. Ir. H. Paul Postbus 20401 2500 EK 's-gravenhage.

Ministerie van LNV, De Directeur VVA Dr. Ir. H. Paul Postbus 20401 2500 EK 's-gravenhage. Ministerie van LNV, De Directeur VVA Dr. Ir. H. Paul Postbus 20401 2500 EK 's-gravenhage. 01-04-2004 BD 04.98/JT(G07) CBD/04.105/RT 06-05-2004 Bedenkingen BD 03.274 (G07) Hierbij doe ik u toekomen de reacties

Nadere informatie

Ministerie van LNV, De Directeur VVA Dr. Ir. H. Paul Postbus EK 's-gravenhage.

Ministerie van LNV, De Directeur VVA Dr. Ir. H. Paul Postbus EK 's-gravenhage. Ministerie van LNV, De Directeur VVA Dr. Ir. H. Paul Postbus 20401 2500 EK 's-gravenhage. 01-04-2004 BD 04.97/JT (G05) CBD/04.104/RT 06-05-2004 Bedenkingen BD 03.183 (G05) Hierbij doe ik u toekomen de

Nadere informatie

O 8OKT 2015 Het tentoonstellen van genetisch gemodificeerde organismen

O 8OKT 2015 Het tentoonstellen van genetisch gemodificeerde organismen Ministerie van Economische Zaken > Retouradres Postbus 20401 2500 EK Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 2513 AA 's-gravenhage Datum Betreft O 8OKT 2015 Het tentoonstellen

Nadere informatie

Niet-technische samenvatting Algemene gegevens. 2 Categorie van het project. 3 Projectbeschrijving

Niet-technische samenvatting Algemene gegevens. 2 Categorie van het project. 3 Projectbeschrijving Niet-technische samenvatting 2016491-2 1 Algemene gegevens 1.1 Titel van het project Effecten van ijzer op een hormoon dat betrokken is bij het calcium- en fosfaatmetabolisme (FGF23) bij chronische nierpatiënten.

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Nederlandse samenvatting Nederlandse samenvatting Multiple sclerose (MS) is een chronische ontstekingsziekte van het centraal zenuwstelsel (CZS) die zich vooral openbaart bij jong volwassenen (20-40 jaar).

Nadere informatie

Proefdieren in de wetenschap VU & VUmc

Proefdieren in de wetenschap VU & VUmc Proefdieren in de wetenschap VU & VUmc jaarverslag dierproeven 2013 De VU en VUmc doen onderzoek met behulp van proefdieren. Dat gebeurt met zeer goede redenen en op een verantwoorde manier. Over het gebruik

Nadere informatie

vetreserves worden aangemaakt door de gastheer. Het eerste aspect met betrekking tot deze hypothese berust op het verband tussen deze metabolische

vetreserves worden aangemaakt door de gastheer. Het eerste aspect met betrekking tot deze hypothese berust op het verband tussen deze metabolische Het verlies van eigenschappen is een belangrijk proces dat bijdraagt aan evolutionaire veranderingen van organismen. Desondanks heeft onderzoek op dit gebied relatief weinig aandacht gekregen en wordt

Nadere informatie

Laser vestiging Dordrecht Team Projectsubsidies. Postbus BD Dordrecht

Laser vestiging Dordrecht Team Projectsubsidies. Postbus BD Dordrecht Laser vestiging Dordrecht Team Projectsubsidies Postbus 1191 3300 BD Dordrecht 02-09-2004 info bdk (CBD) CBD/04.202/RT 27-09-2004 Bedenkingen BD04.44(H03) Hierbij doe ik u toekomen de reacties op de bedenkingen

Nadere informatie

iet-technischesamenvatting

iet-technischesamenvatting iet-technischesamenvatting 1 Algemenegegevens 1.1 Titel van het project Verbetering van dendritische cel functies in anti-kanker therapieen 1.2 Looptijd van het project 1-9-2015-1-9-2020 1.3 Trefwoorden

Nadere informatie

Galzouten, darmontsteking, leverkanker, ernstig overgewicht, nieuwe therapie

Galzouten, darmontsteking, leverkanker, ernstig overgewicht, nieuwe therapie 1 Algemene gegevens 1.1 Titel van het project De functie van galzouten in ziekte en gezondheid 1.2 Looptijd van het project 1.3 Trefwoorden (maximaal 5) 5 jaar Galzouten, darmontsteking, leverkanker, ernstig

Nadere informatie

F Niet-technische samenvatting 2015301

F Niet-technische samenvatting 2015301 F Niet-technische samenvatting 2015301 1 Algemene gegevens 1.1 Titel van het project Op naar begrip van en behandeling voor bijniertumoren 1.2 Looptijd van het project 1-12-2015-1-12-2020 1.3 Trefwoorden

Nadere informatie

Gelet op de feiten en overwegingen als opgenomen in bijlage I bij deze beschikking, BESLUIT:

Gelet op de feiten en overwegingen als opgenomen in bijlage I bij deze beschikking, BESLUIT: 1 september 2005 BESLUIT RBD0166(H10) Gelet op de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren, alsmede op het Besluit biotechnologie bij dieren en de Regeling vergunning biotechnologie bij dieren; de aanvraag

Nadere informatie

II. Procedure De procedure is conform en krachtens het bepaalde in het besluit biotechnologie bij dieren uitgevoerd.

II. Procedure De procedure is conform en krachtens het bepaalde in het besluit biotechnologie bij dieren uitgevoerd. Bijlage 1 bij ontwerpbesluit RBD222 (P01) Gelezen de aanvraag van de Stichting Dienst Landbouwkundig Onderzoek te Lelystad van 21 februari 2012 met het verzoek om een vergunning als bedoeld in artikel

Nadere informatie

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation

Cover Page. The handle   holds various files of this Leiden University dissertation Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/24600 holds various files of this Leiden University dissertation Author: Mariman, Rob Title: Probiotic bacteria and the immune system : mechanistic insights

Nadere informatie

JAARVERSLAG DIEREXPERIMENTENCOMMISSIE UNIVERSITEIT LEIDEN. Universiteit Leiden

JAARVERSLAG DIEREXPERIMENTENCOMMISSIE UNIVERSITEIT LEIDEN. Universiteit Leiden JAARVERSLAG 2011 DIEREXPERIMENTENCOMMISSIE UNIVERSITEIT LEIDEN Universiteit Leiden Inleiding De Dierexperimentencommissie (UDEC) toetst de onderzoeksplannen van de Universiteit Leiden waarbij sprake is

Nadere informatie

Niet-technische samenvatting Algemene gegevens. 2 Categorie van het project

Niet-technische samenvatting Algemene gegevens. 2 Categorie van het project Niet-technische samenvatting 2015185 1 Algemene gegevens 1.1 Titel van het project Ontwikkeling van vaccins voor de behandeling en ter voorkoming van human papilloma virus (HPV) infecties en HPVgerelateerde

Nadere informatie

Niet-technische samenvatting 2016489

Niet-technische samenvatting 2016489 Niet-technische samenvatting 2016489 1 Algemene gegevens 1.1 Titel van het project Van buik naar brein: de rol van darm-bacteriën in autisme en attentie-stoornissen. 1.2 Looptijd van het project 21-4-2016-21-4-2021

Nadere informatie

Laser vestiging Dordrecht Team Projectsubsidies Mw. Ir. W.J. Bezem Postbus 1191 3300 BD Dordrecht

Laser vestiging Dordrecht Team Projectsubsidies Mw. Ir. W.J. Bezem Postbus 1191 3300 BD Dordrecht Laser vestiging Dordrecht Team Projectsubsidies Mw. Ir. W.J. Bezem Postbus 1191 3300 BD Dordrecht 19-11-2004 bdk (CBD) CBD/04.305/RT 24-12-2004 Bedenkingen Advies H04A Hierbij doe ik u toekomen de reacties

Nadere informatie

Niet-technische samenvatting Algemene gegevens. 2 Categorie van het project. weefselconstructie, bloedvaten, nierfalen

Niet-technische samenvatting Algemene gegevens. 2 Categorie van het project. weefselconstructie, bloedvaten, nierfalen Niet-technische samenvatting 2015310 1 Algemene gegevens 1.1 Titel van het project De invloed van nierfalen op weefselconstructie van bloedvaten 1.2 Looptijd van het project 1.3 Trefwoorden (maximaal 5)

Nadere informatie

Niet-technische samenvatting Algemene gegevens. 2 Categorie van het project. Voedselallergie, melk, preventie, behandeling

Niet-technische samenvatting Algemene gegevens. 2 Categorie van het project. Voedselallergie, melk, preventie, behandeling Niet-technische samenvatting 2016605 1 Algemene gegevens 1.1 Titel van het project Het identificeren en karakteriseren van nieuwe concepten voor koemelkallergische patienten. 1.2 Looptijd van het project

Nadere informatie

MYCOBACTERIËLE FACTOREN BETROKKEN BIJ GRANULOOMVORMING

MYCOBACTERIËLE FACTOREN BETROKKEN BIJ GRANULOOMVORMING Nederlandse samenvatting MYCOBACTERIËLE FACTOREN BETROKKEN BIJ GRANULOOMVORMING Tuberculose Tuberculose (TBC) is een infectieziekte die wordt veroorzaakt door de bacterie Mycobacterium tuberculosis. Infectie

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting. Inleiding

Nederlandse samenvatting. Inleiding Nederlandse samenvatting 157 Inleiding Het immuunsysteem (afweersysteem) is een systeem in het lichaam dat werkt om infecties en ziekten af te weren. Het Latijnse woord immunis betekent vrijgesteld, een

Nadere informatie

Cover Page. The handle http://hdl.handle.net/1887/35942 holds various files of this Leiden University dissertation

Cover Page. The handle http://hdl.handle.net/1887/35942 holds various files of this Leiden University dissertation Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/35942 holds various files of this Leiden University dissertation Author: Ent, Wietske van der Title: In vivo modelling of Ewing sarcoma in zebrafish Issue

Nadere informatie

Verkoudheid; virale infectie; respiratoir syncytieel virus; vaccins; antivirale middelen

Verkoudheid; virale infectie; respiratoir syncytieel virus; vaccins; antivirale middelen Niet-technische samenvatting 2015107 1 Algemene gegevens 1.1 Titel van het project Dierstudies in het kader van ontwikkeling van medicijnen voor het behandelen en voorkomen van virale infecties aan de

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 8037 14 februari 2017 Besluit van de Centrale Commissie Dierproeven van 28 oktober 2016, ref CCD 16-15-09, houdende regels

Nadere informatie

Gelet op de feiten en overwegingen als opgenomen in bijlage I bij deze beschikking, BESLUIT:

Gelet op de feiten en overwegingen als opgenomen in bijlage I bij deze beschikking, BESLUIT: 7 februari 2008 BESLUIT RBD0203(L05) Gelet op de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren, alsmede op het Besluit biotechnologie bij dieren en de Regeling vergunning biotechnologie bij dieren; de aanvraag

Nadere informatie

afweerbalans; virusinfecties in luchtwegen; auto-immuunziektes; ontstekingsziekten

afweerbalans; virusinfecties in luchtwegen; auto-immuunziektes; ontstekingsziekten Niet-technische samenvatting 2015322 1 Algemene gegevens 1.1 Titel van het project Nieuwe behandelmethoden voor schadelijke afweerreacties 1.2 Looptijd van het project 1.3 Trefwoorden (maximaal 5) 5 jaar

Nadere informatie

Beleidsregels Meldingen in het kader van een projectvergunning

Beleidsregels Meldingen in het kader van een projectvergunning Beleidsregels Meldingen in het kader van een projectvergunning Deze beleidsregels in de zin van artikel 1:3 lid 4 van de Algemene wet bestuursrecht zijn vastgesteld door de Centrale Commissie Dierproeven

Nadere informatie

DEC-advies A. Algemene gegevens over de procedure 1. Aanvraagnummer:2015-0046 2. Titel van het project: Bioequivalentiestudies tbv markttoelating van diergeneesmiddelen 3. Titel van de NTS: Bioequivalentiestudies

Nadere informatie

Bijlage II. Een genetisch gemodificeerd micro-organisme wordt ondergebracht in risicoklasse 1 als aan alle volgende criteria voldaan is :

Bijlage II. Een genetisch gemodificeerd micro-organisme wordt ondergebracht in risicoklasse 1 als aan alle volgende criteria voldaan is : Bijlage II " Bijlage 5.51.2 Criteria voor de indeling van genetisch gemodificeerde micro-organismen en organismen in risicoklasse 1 (artikel 5.51.2.1, 2, a) van titel II van het VLAREM) A. Micro-organismen

Nadere informatie

Dit proefschrift beschrijft de rol van genetische factoren in het ontstaan van de ziekte van

Dit proefschrift beschrijft de rol van genetische factoren in het ontstaan van de ziekte van Samenvatting Dit proefschrift beschrijft de rol van genetische factoren in het ontstaan van de ziekte van Hirschsprung (ook wel afgekort als HSCR). HSCR is een aangeboren afwijking gekenmerkt door de afwezigheid

Nadere informatie

Chapter 6. Nederlandse samenvatting

Chapter 6. Nederlandse samenvatting Chapter 6 Nederlandse samenvatting Chapter 6 122 Nederlandse samenvatting Het immuunsysteem Het immuunsysteem (of afweersysteem) beschermt het lichaam tegen lichaamsvreemde en ziekmakende organismen zoals

Nadere informatie

Aanvraagformulier voor een vergunning Biotechnologie bij dieren, versie juli 2007 pagina 1 van 18

Aanvraagformulier voor een vergunning Biotechnologie bij dieren, versie juli 2007 pagina 1 van 18 Aanvraagformulier voor een vergunning Biotechnologie bij dieren, versie juli 2007 pagina 1 van 18 AANVRAAGFORMULIER VERGUNNING Besluit biotechnologie bij dieren (Besluit van 9 december 1996, Stb. 1997,

Nadere informatie

Summary in Dutch (Nederlandse samenvatting voor leken)

Summary in Dutch (Nederlandse samenvatting voor leken) Summary in Dutch (Nederlandse samenvatting voor leken) 13_Smakman.indd 173 10-02-2006 11:30:37 Het menselijk lichaam bestaat uit een groot aantal organen en weefsels die zijn opgebouwd uit miljarden cellen.

Nadere informatie

Niet-technische samenvatting

Niet-technische samenvatting Niet-technische samenvatting 2016403 1 Algemene gegevens 1.1 Titel van het project Geneesmiddelenontwikkeling voor malaria 1.2 Looptijd van het project 1-4-2016-1-4-2021 1.3 Trefwoorden (maximaal 5) malaria,

Nadere informatie

Handreiking Invulling definitie project'

Handreiking Invulling definitie project' Handreiking Invulling definitie project' Inleiding In de wet op de dierproeven, artikel 1 lid b, wordt de volgende definitie van een project gegeven: een werkprogramma met een welomschreven doel dat een

Nadere informatie

Type 2 diabetes, obesitas, metabool syndroom, epigenetica, metabool programmeren

Type 2 diabetes, obesitas, metabool syndroom, epigenetica, metabool programmeren Niet-technische samenvatting 2016484 1 Algemene gegevens 1.1 Titel van het project Het ontrafelen van het mechanisme achter metabool programmeren door voeding vroeg in het leven 1.2 Looptijd van het project

Nadere informatie

Gelet op de feiten en overwegingen als opgenomen in bijlage I bij deze beschikking, BESLUIT:

Gelet op de feiten en overwegingen als opgenomen in bijlage I bij deze beschikking, BESLUIT: 28 juni 2006 BESLUIT RBD0183(J08) Gelet op de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren alsmede op het Besluit biotechnologie bij dieren en de Regeling vergunning biotechnologie bij dieren; de aanvraag van

Nadere informatie

Eindexamen biologie vwo I

Eindexamen biologie vwo I Eendagshaantjes In de pluimveehouderij worden in Nederland jaarlijks tientallen miljoenen eendagshaantjes gedood. Dit cijfer is te vinden in het rapport Alternatieven voor doding van eendagskuikens, in

Nadere informatie

Genen & embryo s. Wat kan, wat mag, wat willen we? René Fransen

Genen & embryo s. Wat kan, wat mag, wat willen we? René Fransen Genen & embryo s Wat kan, wat mag, wat willen we? René Fransen Genen en embryo s Deze lezing: Introductie genen en gentechnologie Meer gentechnologie: crispr/cas9 Genetische modificatie van embryo s Drie-ouder

Nadere informatie

1. Voorwoord De werkzaamheden De procedure De werkzaamheden in het kader van de vergunningprocedure Algemene gegevens 6

1. Voorwoord De werkzaamheden De procedure De werkzaamheden in het kader van de vergunningprocedure Algemene gegevens 6 Inhoudsopgave 1. Voorwoord 3 2. Inleiding 5 3. De werkzaamheden 6 3.1 De procedure 6 3.2 De werkzaamheden in het kader van de vergunningprocedure 6 3.2.1 Algemene gegevens 6 3.2.2 De adviezen 7 3.2.3 Aanvullende

Nadere informatie