THEMANUMMER. Uitzendondernemingen in het Polderlandschap van Bedrijfstak (Cao en Pensioen) Regelingen in Nederland REDACTIE:

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "THEMANUMMER. Uitzendondernemingen in het Polderlandschap van Bedrijfstak (Cao en Pensioen) Regelingen in Nederland REDACTIE:"

Transcriptie

1 REDACTIE: Mw. mr. L. Porsius Inspecteur loonheffingen, Belastingdienst te Amsterdam THEMANUMMER Mr. C.F.M. Berkhout Senior wetgevingsjurist, ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid te Den Haag Mr. J.J. de Nooy Belastingadviseur Loonheffingen, IJ-LAND Belastingadvies te Amsterdam F.E. Dekker Belastingadviseur, Loyens & Loeff Advocaten, belastingadviseurs en notarissen, kantoor Rotterdam Drs. J.M. de Vreede Senior adviseur, Ernst & Young Belastingadviseurs, kantoor Den Haag ABONNEMENTEN: Fiscaal up to Date Postbus AC Eindhoven Tel: Uitzendondernemingen in het Polderlandschap van Bedrijfstak (Cao en Pensioen) Regelingen in Nederland Bezien vanuit het perspectief van de Metaal en Techniek Abonnementen kunnen op elk gewenst tijdstip ingaan en lopen automatisch door, indien zij niet 2 maanden voor het verstrijken van de abonnementstermijn schriftelijk zijn opgezegd. Hoewel uiterste zorg is besteed aan de inhoud van Beloning & Belasting, aanvaardt de uitgever noch de redactie enige aansprakelijkheid voor onvolledigheid of onjuistheid of voor gevolgen daarvan. Verveelvoudigen en openbaarmaking van Beloning & Belasting is slechts toegestaan na voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. ISSN:

2 Pagina 2 27 maart 2014 VOORWOORD De maaltijd die u met dit themanummer wordt voorgeschoteld, betreft op het eerste oog geen dagelijkse kost. Desondanks hebben uitzendondernemingen (en hun adviseurs) er dagelijks mee te maken. Ook betreft het een maaltijd die altijd op de menukaart staat vermeld van werkgevers- en werknemersverenigingen (Sociale Partners) die betrokken zijn bij de Bedrijfstakregelingen voor de Uitzendbranche. Het gaat hier om een Bedrijfstakpensioenregeling en Bedrijfstakcao-regelingen voor de Uitzendbranche, die op verzoek van de Sociale Partners door de Minister (wettelijk) verplicht gesteld zijn voor de Bedrijfstak van de Uitzendbranche. Alle uitzendwerkgevers in Nederland krijgen hierdoor op de ene of de andere wijze de in dit themanummer geschetste problematiek met betrekking tot Bedrijfstak (Cao en Pensioen) Regelingen in de Uitzendbranche voorgeschoteld. Indien een uitzendwerkgever ook nog eens gespecialiseerd is in een bepaalde andere Bedrijfstak, bijvoorbeeld de Metaal en Techniek, de Bouwnijverheid of het Beroepsvervoer over de Weg, dan kan de maaltijd als zeer taai (zo niet onverteerbaar) worden ervaren. Er dient dan namelijk te worden vastgesteld of deze uitzendwerkgever verplicht is tot deelneming in de Bedrijfstak (Cao en Pensioen) Regelingen voor ofwel de Uitzendbranche, ofwel enige andere Bedrijfstak. De spreekwoordelijke kok die kan koken voor alle monden, is helaas nog steeds niet gevonden. Daarom wordt in dit themanummer deze problematiek (slechts) uitgelegd vanuit het perspectief van de Bedrijfstak (Cao en Pensioen) Regelingen in de Metaal en Techniek en niet tevens vanuit het perspectief van alle andere Bedrijfstakken. Dit laatste zou namelijk een boekwerk opleveren waar menigeen zijn tanden op stuk zou bijten. Via de gekozen weg wordt inzichtelijk gemaakt waarop gelet moet worden bij de beantwoording van de vraag of een uitzendwerkgever kwalificeert als een Werkgever in de Bedrijfstak voor de Uitzendbranche, of als een Werkgever in een andere Bedrijfstak, in dit geval de Metaal en Techniek. Dient de betreffende uitzendwerkgever de Bedrijfstak (Cao en Pensioen) Regelingen in de Uitzendbranche, of die van de andere Bedrijfstak toe te passen? Welke arbeidsvoorwaarden zijn van toepassing? Aan welke Bedrijfstakfondsen dient de uitzendwerkgever pensioenpremies en cao-bijdragen te voldoen? Dit zijn voor werkgevers en werknemers belangrijke vragen, waarop in dit themanummer antwoord wordt gegeven. In paragraaf 1 en 2 van dit themanummer wordt het systeem van verbindendverklaring door de Minister van Bedrijfstak (Cao en Pensioen) Regelingen uitgelegd. Vervolgens worden in paragraaf 3 en 4 achtereenvolgens de Bedrijfstak (Cao en Pensioen) Regelingen in enerzijds de Uitzendbranche en anderzijds de Metaal en Techniek toegelicht. In paragraaf 5, 6 en 7 wordt uiteengezet dat het ontgaan door een in de Metaal en Techniek gespecialiseerde uitzendwerkgever van de toepasselijkheid van beide Bedrijfstakregelingen niet tot de mogelijkheden behoort. Daarna wordt in paragraaf 8 en 9 de in deze Bedrijfstakregelingen vermelde samenloopbepaling behandeld, die voorkomt dat een uitzendwerkgever verplicht kan worden deel te nemen in de Bedrijfstak (Cao en Pensioen) Regelingen van zowel de Metaal en Techniek als de Uitzendbranche. Dit themanummer wordt in paragraaf 10 afgesloten met een viertal bondige conclusies, die samen enig houvast bieden bij het beantwoorden van de vraag of een werkgever onder de werkingssfeer van de Bedrijfstak (Cao en Pensioen) Regelingen in de Metaal en Techniek, dan wel die van de Bedrijfstak (Cao en Pensioen) Regelingen in de Uitzendbranche valt. Deze, in paragraaf 10, vermelde conclusies kunnen tevens enig houvast bieden voor de beoordeling van grensgeschillen tussen de Bedrijfstak (Cao en Pensioen) Regelingen van de Uitzendbranche met andere Bedrijfstakken dan de Metaal en Techniek. Het verdient derhalve aanbeveling in ieder geval dit toetje, bestaande uit vier korte alinea s achterin dit themanummer, te nuttigen. Ten slotte zult u bij lezing van dit themanummer vaststellen dat daarin vele bronnen zoals wetgeving, literatuur en gerechtelijke uitspraken worden geciteerd. Deze citaten worden geserveerd aan de fijnproever en kunt u desgewenst bij het lezen van dit themanummer buiten beschouwing laten. In ieder geval wens ik u veel leesplezier toe. M.J.H. Halsema. 1

3 27 maart 2014 Pagina 3 INHOUD 1. Inleiding Systeem van verbindendverklaring van Bedrijfstakregelingen De werkingssfeerbepaling is relevant Uitlegregels van de Hoge Raad 8 2. Geen overlap van werkingssferen De Stichting van de Arbeid Algemeen verbindendverklaring van Bedrijfstakcao-regelingen Verbindendverklaring van Bedrijfstakpensioenregelingen De Bedrijfstak (Cao en Pensioen) Regelingen in de Uitzendbranche StiPP NBBU, ABU en NVUB Drie conclusies De eerste conclusie: Cao-regelingen Uitzendbedrijfstak De tweede conclusie: Pensioenregeling Uitzendbedrijfstak De derde conclusie: Bedrijfstak (Cao en Pensioen) Regelingen Uitzendbranche De Bedrijfstak (Cao en Pensioen) Regelingen in de Metaal en Techniek Een arbeidsovereenkomst Werkgever in de Metaal en Techniek & Werkgever in de Bedrijfstak Betrokkenheid bij werkzaamheden in de Metaal en Techniek Zijn er mogelijkheden tot het ontgaan van Bedrijfstakregelingen? Aanknopingspunten tegen het ontgaan van Bedrijfstakregelingen Kantonrechter Arnhem: fictieve werkvloer Hof Den Bosch: werkvloercriterium Hoge Raad: activiteitencriterium Conclusie De ratio van de beginselen van de relatieve hoofdzaak en de fictieve werkvloer De samenloopbepaling ter voorkoming van overlappende werkingssferen De 75/25%-norm van de samenloopbepaling nader bezien Conclusies 35 Noten 36 Auteur: M.J.H. Halsema Advocaat bij Loyens & Loeff N.V., Advocaten, Belastingadviseurs en Notarissen, kantoor te Rotterdam. Mr. Halsema is als advocaat betrokken geweest bij meerdere zaken die in dit themanummer worden behandeld. Dit themanummer is op persoonlijke titel door mr. Halsema geschreven.

4 Pagina 4 27 maart INLEIDING Nederland kent een polderlandschap. 2 Dit geldt niet alleen voor haar door sloten gescheiden grazige, vlakke weiden met koeien en windmolens. Er is ook een vlak landschap op het gebied van arbeidsvoorwaarden gecreëerd door werkgeversverenigingen en werknemersverenigingen binnen te onderscheiden Bedrijfstakken. Dit noemen wij dan populair het level playing field dat dient te voorkomen dat er binnen die Bedrijfstakken op arbeidsvoorwaarden met elkaar wordt geconcurreerd. Een tweetal Nederlandse wetten maakt het mogelijk om afspraken van representatieve verenigingen van werkgevers en werknemers in een bepaalde Bedrijfstak over een pensioenregeling en cao-regelingen, aan die Bedrijfstak dwingend op te leggen, zodat deze ook gelden voor werkgevers en werknemers die niet zijn aangesloten bij een werkgeversvereniging of een werknemersvereniging. Deze twee wetten betreffen de Wet verplichte deelneming in een Bedrijfstakpensioenfonds 2000 en de Wet op het Algemeen verbindend en het onverbindend verklaren van bepalingen van Collectieve arbeidsovereenkomsten. De Minister verklaart dan op verzoek van de representatieve werknemersverenigingen en werkgeversverenigingen Bedrijfstak (Cao en Pensioen) Regelingen verbindend voor de gehele Bedrijfstak. In geval van het door de Minister op verzoek van de werknemersverenigingen en werkgeversverenigingen (hierna: de Sociale Partners) verbindend verklaren van dergelijke regelingen, dienen de werkgevers binnen een Bedrijfstak verplicht (a) de algemeen verbindend verklaarde bepalingen van de Collectieve arbeidsovereenkomst binnen de Bedrijfstak toe te passen, (b) cao-bijdragen op grond van algemeen verbindend verklaarde fondsenbepalingen in een Collectieve arbeidsovereenkomst aan een of meer Bedrijfstakcao-fondsen te voldoen en (c) werknemers aan te melden bij en pensioenpremies te voldoen aan het door de Minister verplicht gestelde Bedrijfstakpensioenfonds. Ook is Nederland het land van de zogenaamde ruilverkaveling, ook wel kavelruil genoemd. Dit is een proces waarbij eigenaren van een stuk land, de grondgebruikers, kavels met elkaar ruilen. De grondgedachte daarachter is dat alle grondgebruikers hun grondpositie daardoor beter op orde hebben. Iets vergelijkbaars heeft zich de afgelopen jaren afgespeeld binnen het zojuist beschreven level playing field op arbeidsvoorwaarden. Oorzaken daarvan zijn enerzijds het ontwikkelen van uitzendwerkgevers tot specialistische aanbieders van werknemers binnen één Bedrijfstak en anderzijds het ontwikkelen van Bedrijfstakwerkgevers tot uitzendwerkgevers binnen of buiten de eigen Bedrijfstak. Dit leidde tot een verstoring van het level playing field binnen de verschillende Bedrijfstakken, waaronder de Metaal en Techniek. Om die reden zijn de Sociale Partners die betrokken zijn bij de Bedrijfstakregelingen in enerzijds de Uitzendbranche en anderzijds de Metaal en Techniek tot ruilverkaveling overgegaan. Met andere woorden: deze Sociale Partners hebben afspraken gemaakt om toekomstige grensgeschillen te voorkomen door de scheiding tussen hun grondgebieden te herdefiniëren. Inmiddels zijn er de nodige gerechtelijke procedures gevoerd over de precieze uitleg van deze herdefiniëring van de grondgebieden. Als gevolg van deze gerechtelijke procedures is er (meer) duidelijkheid ontstaan over de contouren en grenzen van het polderlandschap. Daarover gaat dit themanummer. Allereerst volgen hierna enkele inleidende opmerkingen met betrekking tot het systeem van verbindend verklaren van Bedrijfstak (Cao en Pensioen) Regelingen en de uitleg van de daarin vermelde werkingssfeerbepalingen, die de reikwijdte bepalen van het grondgebied van de Bedrijfstak (Cao en Pensioen) Regelingen voor enerzijds de Metaal en Techniek en anderzijds de Uitzendbranche. 1.1 Systeem van verbindendverklaring van Bedrijfstakregelingen Als gezegd, biedt de Wet verplichte deelneming in een Bedrijfstakpensioenfonds 2000 de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid de mogelijkheid op verzoek van Sociale Partners binnen een bepaalde Bedrijfstak deelneming in een Bedrijfstakpensioenfonds verplicht te stellen. Op grond van artikel 2 lid 1 van de Wet verplichte deelneming in een Bedrijfstakpensioenfonds 2000 kan de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid letterlijk (Wet verplichte deelneming in een Bedrijfstakpensioenfonds 2000 van 21 december 2000, Stb. 628, hierna: Wet Bpf): 3

5 27 maart 2014 Pagina 5 op aanvraag van het georganiseerde bedrijfsleven binnen een bedrijfstak dat naar zijn oordeel een belangrijke meerderheid van de in die bedrijfstak werkzame personen vertegenwoordigt, deelneming in een bedrijfstakpensioenfonds voor een of meer bepaalde groepen van personen die in de betrokken bedrijfstak werkzaam zijn, verplicht stellen. Een Besluit van de Minister tot verplichtstelling van deelneming in een Bedrijfstakpensioenfonds geldt in beginsel voor onbepaalde tijd. Een dergelijk Besluit wordt ook wel een Verplichtstellingsbeschikking genoemd. Het is belangrijk zich te realiseren dat een later door Sociale Partners in de ene Bedrijfstak ingediende aanvraag om verplichtstelling dient te worden afgebakend van een eerder ingediende aanvraag om verplichtstelling in een andere Bedrijfstak. Dienaangaand vermelden de Beleidsregels Toetsingskader Wet Bpf 2000 het navolgende (Staatscourant 15 december 2011, nummer 22535, hierna: Toetsingskader Wet Bpf): Met het Toetsingskader Wet Bpf 2000 werd aangesloten bij het in 1998 tot stand gekomen Toetsingskader Algemeen Verbindend Verklaring van CAO-bepalingen (Toetsingskader AVV, Stcrt. 1998, nr. 240, laatstelijk gewijzigd per 1 oktober 2010, Stcrt. 2010, 13489). Omdat de duur en betekenis van een besluit tot verplichtstelling (in beginsel voor onbepaalde tijd) een andere is dan bij een besluit tot algemeen verbindend verklaring (bepaalde tijd met een maximum van vijf jaar voor fonds-cao s), zijn de procedures niet helemaal gelijk. Daar waar mogelijk is, wordt in het Toetsingskader Wet Bpf 2000 aansluiting gezocht bij het Toetsingskader AVV. Het is mogelijk dat de werkingssferen van twee verschillende bedrijfstakpensioenfondsen elkaar overlappen. Zo n overlap van werkingssferen komt meestal aan het licht via ingediende zienswijzen. Wanneer deelname in een van de betrokken bpf-en al verplicht gesteld is zal dit ertoe leiden dat een later ingediende aanvraag om verplichtstelling daarvan afgebakend moet worden. Het uitgangspunt van de hierboven vermelde wetgeving, te weten de Wet Bpf en het Toetsingskader Wet Bpf, is derhalve dat de werkingssferen van de verschillende Besluiten van de Minister tot verplichte deelneming in enig Bedrijfstakpensioenfonds dusdanig van elkaar zijn afgebakend dat er geen overlap (ook wel genoemd samenloop) van deze werkingssferen bestaat. Het is niet de bedoeling dat een werknemer verplicht wordt tot deelneming in twee te onderscheiden Bedrijfstakpensioenfondsen en zijn werkgever verplicht wordt tot afdracht van pensioenpremies aan twee verschillende Bedrijfstakpensioenfondsen voor dezelfde werknemer. De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid kan, als gezegd op verzoek van Sociale Partners, ook bepalingen van een Collectieve arbeidsovereenkomst binnen een Bedrijfstak algemeen verbindend verklaren. Artikel 2 lid 1 van de Wet op het Algemeen verbindend en het onverbindend verklaren van bepalingen van Collectieve arbeidsovereenkomsten vermeldt in dit verband het navolgende (Wet van 25 mei 1937, Stb. 1937, 801, hierna: Wet Avv Cao): 4 Onze Minister kan bepalingen van eene collectieve arbeidsovereenkomst, die in het geheele land of in een gedeelte des lands voor eene - naar zijn oordeel belangrijke - meerderheid van de in een bedrijf werkzame personen gelden, in het geheele land of in dat gedeelte des lands algemeen verbindend verklaren. Deze bepalingen zijn dan, behalve in de gevallen door Onzen Minister uitgezonderd, binnen dat gebied verbindend voor alle werkgevers en werknemers ten aanzien van arbeidsovereenkomsten, die naar den aard van den arbeid, waarop zij betrekking hebben, onder de collectieve arbeidsovereenkomst vallen of zouden vallen, hetzij deze arbeidsovereenkomsten op het tijdstip, waarop de werking der verbindendverklaring aanvangt, reeds gesloten zijn, hetzij zij daarna gesloten worden. Ook het door de Minister algemeen verbindend verklaren van bepalingen van een Collectieve arbeidsovereenkomst is aan de nodige spelregels gebonden. Het Toetsingskader Algemeen verbindend verklaring van bepalingen van een Collectieve arbeidsovereenkomst vermeldt in dit verband bijvoorbeeld dat arbeidsvoorwaardenbepalingen van een Collectieve arbeidsovereenkomst maximaal voor een periode van twee jaar en fondsenbepalingen van een Collectieve arbeidsovereenkomst maximaal vijf jaar algemeen verbindend mogen worden verklaard (Staatscourant 6 december 2013, nummer 34009, onder 4.3., 4.4. en , hierna: Toetsingskader Avv Cao):

6 Pagina 6 27 maart 2014 Niet voor avv in aanmerking komen ( ) 4. cao-bepalingen over pensioenen. Pensioenen zijn voorzieningen met een eigen, door de Pensioenwet bepaald regime. Voor pensioenen bestaat analoog aan het algemeen verbindend verklaren van CAObepalingen de verplichte deelname op basis van de wet betreffende verplichte deelneming in een bedrijfstakpensioenfonds (WBpf 2000). en De maximale looptijd van een besluit tot avv bedraagt twee jaar, met uitzondering van bepalingen ten aanzien van fondsen (artikel 2, tweede lid, Wet avv). Een avv-besluit met betrekking tot fondsen kan voor een maximale looptijd van vijf jaar gelden (artikel 2, tweede lid, Wet avv juncto artikel 18, Wet CAO). en Bepalingen inzake de werkingssfeer die geen duidelijke afbakening van de rechtsgebieden bevatten of die overlapping met een of meer andere cao s waarvan bepalingen algemeen verbindend zijn verklaard of doorgaans algemeen verbindend worden verklaard teweeg brengen, worden niet algemeen verbindend verklaard. Net als bij een Besluit van de Minister tot verplichte deelneming in een Bedrijfstakpensioenfonds, geldt voor een Besluit van de Minister tot algemeenverbindendverklaring van Caobepalingen dat werkingssfeerbepalingen die geen duidelijke afbakening met andere Bedrijfstakken bevatten, niet door de Minister algemeen verbindend worden verklaard. Het is dus belangrijk zich te realiseren dat het systeem van verbindendverklaring door de Minister van Bedrijfstak (Cao en Pensioen) Regelingen tot uitgangspunt heeft dat er geen overlap bestaat tussen de werkingssferen van de verschillende Bedrijfstakken. De verschillende werkingssfeerbepalingen in te onderscheiden Bedrijfstak (Cao en Pensioen) Regelingen zijn derhalve van groot belang. De Bedrijfstakkavels binnen het Nederlandse polderlandschap dienen derhalve duidelijk van elkaar te zijn afgebakend. 1.2 De werkingssfeerbepaling is relevant De Hoge Raad oordeelde al in zijn arrest van 6 januari 1995 in de zaak Derksen/Iselmar Recreatie B.V. 5 dat de vraag naar de toepasselijkheid van een Bedrijfstakregeling zal moeten worden beantwoord aan de hand van de werkingssfeerbepaling in de betreffende regeling. De tekst van de werkingssfeerbepaling is derhalve van groot belang. Prof. mr. P.A. Stein signaleert in zijn noot 6 bij laatstgenoemd arrest (terecht) dat de werkingssfeerbepaling prevaleert boven de wettelijke maatstaf van de aard van de te verrichten werkzaamheden zoals vermeld in artikel 2 lid 1 Wet Avv Cao (met betrekking tot algemeen verbindend verklaarde bepalingen van Collectieve arbeidsovereenkomsten, NJ 1995, 549): Wanneer een CAO algemeen verbindend wordt verklaard, doet zich de vraag voor wat beslissend is voor de omvang van haar werking: het bedrijf waar de arbeid wordt verricht of de aard van de te verrichten arbeid. Terwijl de aard van de arbeid het wettelijk uitgangspunt is (art. 2 lid 1 van de Wet Algemeen Verbindend Verklaring), richt de praktijk zich tegenwoordig meer op de werkingssfeer-bepaling in de CAO, die niet naar de aard van de werkzaamheden pleegt te verwijzen, maar naar de bedrijven waarin de CAO moet worden toegepast; naar men mag aannemen ter voorkoming van onzekerheid. De werkingssfeer-bepaling in de algemeen-verbindend-verklaring (avv) berust op art. 8.5 lid 3 onder c van de wet. Het bovenstaande arrest sluit bij die ontwikkeling aan door te beslissen dat de werkingssfeer-bepaling in de beschikking tot algemeen-verbindendverklaren prevaleert boven de wettelijke maatstaf van de aard van de te verrichten werkzaamheden.

7 27 maart 2014 Pagina 7 Deze zaak Derksen/Iselmar Recreatie B.V. betreft het al dan niet toepasselijk zijn van algemeen verbindend verklaarde bepalingen van een Collectieve arbeidsovereenkomst met arbeidsvoorwaarden. Mevrouw Derksen stelt in deze zaak namelijk dat er loonsuppletie door Iselmar Recreatie B.V. moet plaatsvinden, nu naar haar mening de algemeen verbindend verklaarde bepalingen van de Horeca-Cao, in plaats van de algemeen verbindend verklaarde bepalingen van de Metaalbewerkingsbedrijf-Cao, van toepassing zijn. De Hoge Raad oordeelt (als gezegd) dat deze vraag aan de hand van de relevante werkingssfeerbepalingen van enerzijds de Horeca-Cao en anderzijds de Metaalbewerkingsbedrijf-Cao moet worden beantwoord. De aard van de door mevrouw Derksen verrichte arbeid is voor het antwoord op het werkingssfeervraagstuk, te weten of de Metaalbewerkingsbedrijf-Cao dan wel de Horeca- Cao van toepassing is, niet van primair belang. Het gaat om te beginnen om de tekst van de verschillende werkingssfeerbepalingen. De Hoge Raad acht in zijn arrest van 27 mei 2011 (mede) relevant voor de uitleg van werkingssfeerbepalingen dat er geacht wordt geen sprake te zijn van overlappende werkingssferen tussen te onderscheiden Bedrijfstakken. In dat verband oordeelt de Hoge Raad ter zake de werkingssfeer van enerzijds de Bedrijfstak (Cao en Pensioen) Regelingen in de Bouwnijverheid en anderzijds de Bedrijfstak (Cao en Pensioen) Regelingen in de Metaal en Techniek dat het (MT-Fondsen en Mn Services N.V./BAM Geleiderail B.V. en Cordares Diensten B.V., r.o ): 7 (...) aannemelijk is dat beide CAO s aldus zijn geformuleerd dat een overlapping van de werkingssfeer daarvan zoveel mogelijk wordt voorkomen. In dat verband komt mede betekenis toe aan het feit dat werkingssfeerbepalingen van een CAO die overlappen met dergelijke bepalingen van een andere CAO, blijkens de beleidsregels van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, neergelegd in het Toetsingskader Algemeen Verbindend Verklaring CAO-bepalingen (laatstelijk Stcrt. 2010, nr ) niet algemeen verbindend worden verklaard, terwijl een overeenkomstig beleid wordt gevoerd voor de verplichte deelneming in een bedrijfstakpensioenfonds. In deze BAM Geleiderail-zaak gaat het om het antwoord op de vraag of geleiderailwerkzaamheden (werkzaamheden aan vangrails) kwalificeren als metaalbewerkingswerkzaamheden (die onder de werkingssfeer van de Bedrijfstakregelingen in de Metaal en Techniek vallen) of als civieltechnische werkzaamheden (die onder de werkingssfeer van de Bedrijfstakregelingen in de Bouwnijverheid vallen). De Hoge Raad oordeelt dat dergelijke werkzaamheden worden uitgesloten van de werkingssfeer van de Bedrijfstakregelingen in de Bouwnijverheid en worden ingesloten door de werkingssfeer van de Bedrijfstakregelingen in de Metaal en Techniek. 8 In de noot bij dit arrest schrijft mr. dr. E. Koot-van der Putte het navolgende (JAR 2011, 172): Deze uitspraak maakt pijnlijk duidelijk hoe lastig het is zekerheid te verschaffen over de uitleg van werkingssfeerbepalingen van een CAO. Dit is wel wat regelmatig wordt gevraagd door cliënten. Echter, vergif kan men er niet op innemen, en men moet niet te gevoelig zijn voor slapeloze nachten. In de hierboven weergegeven arresten van de Hoge Raad van 6 januari 1995 en 27 mei 2011 komt de relatie van de Bedrijfstakregelingen in de Metaal en Techniek tot andere Bedrijfstakregelingen (zoals de Bedrijfstak Horeca & Catering en de Bedrijfstak Bouwnijverheid) aan de orde. De Bedrijfstak (Cao en Pensioen) Regelingen in de Metaal en Techniek vormen 9 niet alleen een materieel-wettelijk systeem zonder overlappende werkingssferen met (bijvoorbeeld) de Bedrijfstak (Cao en Pensioen) Regelingen in de Bouwnijverheid, maar tevens met de Bedrijfstak (Cao en Pensioen) Regelingen in de Uitzendbranche. Ter beperking van eventuele slapeloze nachten worden hierna in paragraaf 2 van dit themanummer de Bedrijfstak (Cao en Pensioen) Regelingen in de Uitzendbranche uitgelegd in het perspectief van de Bedrijfstak (Cao en Pensioen) Regelingen in de Metaal en Techniek. Dergelijke Bedrijfstakregelingen dienen te worden uitgelegd aan de hand van de door de Hoge Raad geformuleerde cao-norm. 10 Deze cao-norm wordt hierna eerst toegelicht aan de hand van een citaat van Advocaat-Generaal prof. mr. D.W.F. Verkade uit diens Conclusie bij een voor dit themanummer relevant standaardarrest van de Hoge Raad. 11

8 Pagina 8 27 maart Uitlegregels van de Hoge Raad Bij de uitleg van bepalingen van Bedrijfstak (Cao en Pensioen) Regelingen gaat het in beginsel om een objectieve uitleg van de tekst van die bepaling; de cao-norm. Deze geldt dus ook voor de uitleg van werkingssfeerbepalingen in dergelijke Bedrijfstakregelingen. De voor de uitleg van Bedrijfstak (Cao en Pensioen) Regelingen relevante cao-norm is als volgt samengevat door de Advocaat-Generaal bij de Hoge Raad, prof. mr. Verkade, in zijn Conclusie bij het arrest van de Hoge Raad in de zaak tussen Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Landbouw en Agrarisch Loonbedrijf Geert van den Berg B.V. (Hoge Raad 20 mei 2005, JAR 2005, nummer 154, Conclusie A-G, onder 3.8). In het arrest wordt in herinnering gebracht dat de CAO-norm een uitleg naar objectieve maatstaven inhoudt, waarbij als te hanteren gezichtspunten kunnen fungeren (i) de elders in de CAO gebruikte formuleringen, (ii) de aannemelijkheid van de rechtsgevolgen van de verschillende mogelijke interpretaties, (iii) de bewoordingen van de eventueel bij de CAO behorende schriftelijke toelichting 12 en (iv) de kenbare bedoelingen bij de uit te leggen bepaling. 13 Uit het arrest DSM-Chemie/Fox volgt voorts dat de Hoge Raad niet uitgesloten acht dat bij de CAO-uitlegmaatstaf een rol kunnen spelen: (v) de ratio van de betreffende regeling, (vi) de redelijkheid van (de uitkomst van) de verschillende interpretaties en (vii) de mate waarin de verschillende mogelijke interpretaties passen binnen het systeem van de gehele regeling. 3.9 Andere - deels overlappende - mogelijk te hanteren objectieve maatstaven zijn, blijkens verdere arresten van de Hoge Raad: viii. de vorige CAO, 14 ix. de vraag of bepaalde situaties met de in de CAO-bepaling genoemde gevallen kunnen worden gelijkgesteld; 15 x. de aard van de bestreken arbeid 16 en (xi) de (schriftelijke toelichting bij een) latere versie van de uit te leggen CAO. 17 Daarbij heeft het Hof Den Bosch (bij arrest van 13 mei 2003) al eerder geoordeeld dat [JAR 2003, nummer 200, Xerox/Verheyen (r.o. 4.4)]: Niet wordt uitgesloten dat bij de uitleg van een CAO beding ook aan andere objectief vast te stellen omstandigheden betekenis kan worden toegekend in het bijzonder aan de wet, het systeem van de wet en overeenkomstige regelingen die voorkomen in andere CAO s. Voorts heeft de Hoge Raad geoordeeld dat (a) zelfs een taalkundig eenduidige Cao-bepaling tegen de letterlijke betekenis in kan worden uitgelegd wanneer duidelijk is dat de bedoeling van Cao-partijen afwijkt van de letterlijke tekst van de Cao-bepaling 18 en voorts (b) een taalkundig eenduidige bepaling op grond van de aard van de gehele regeling tegen haar letterlijke betekenis in kan worden uitgelegd. 19 In beginsel gaat het bij de uitleg van werkingssfeerbepalingen van Bedrijfstak (Cao en Pensioen) Regelingen kort gezegd om een objectief taalkundige uitleg, waarbij tevens aan andere objectief kenbare omstandigheden betekenis kan worden toegekend, terwijl de redelijkheid en billijkheid bij deze uitleg ook een rol kunnen spelen. Kort samengevat zal het (inmiddels) duidelijk zijn dat de uitleg van werkingssfeerbepalingen van Bedrijfstakregelingen bepaald niet altijd een eenvoudige zaak is. Ten slotte acht de Hoge Raad het blijkens het eerder genoemde BAM Geleiderail-arrest 20 voor de uitleg van de werkingssfeer van Bedrijfstak (Cao en Pensioen) Regelingen van belang dat het systeem van verbindendverklaring door de Minister naar de aard geen overlap van werkingssfeerbepalingen met zich meebrengt. Prof. mr. C.J. Loonstra merkt over het BAM Geleiderail-arrest op: 21

9 27 maart 2014 Pagina 9 De Hoge Raad betrok in een arrest uit 2011 bij de uitleg van de werkingssfeer van cao s voor het eerst in de rechtspraak het feit dat cao s op dusdanige wijze worden geformuleerd dat overlapping van de werkingssfeer daarvan zo veel mogelijk wordt voorkomen en dat het voorkomen van overlappende werkingssferen ook onderdeel is van het door de minister van SZW te voeren avv-beleid. De Hoge Raad gaat blijkens het BAM Geleiderail-arrest uitdrukkelijk in op de (uitsluitend uit objectieve bronnen zoals het Toetsingskader Avv Cao en het Toetsingskader Wet Bpf kenbare) bedoeling (ook van Sociale Partners), te weten dat er geen overlap van werkingssferen tussen te onderscheiden Bedrijfstak (Cao en Pensioen) Regelingen binnen de Nederlandse polder bestaat.

10 Pagina maart GEEN OVERLAP VAN WERKINGSSFEREN Geruime tijd geleden is binnen het baken van onze Nederlandse polder, te weten de Stichting van de Arbeid, het probleem van overlappende werkingssferen van Bedrijfstakregelingen gesignaleerd die een uitzendonderneming kunnen binden. Dit is, als gezegd, uiteindelijk de reden geweest om tot ruilverkaveling binnen de Nederlandse Bedrijfstakpolder over te gaan. Daarop wordt hierna nader ingegaan. 2.1 De Stichting van de Arbeid De Stichting van de Arbeid (STAR) 22 is het landelijk overlegorgaan voor de centrale organisaties van zowel werkgevers als werknemers in Nederland. De STAR signaleert reeds in haar Nota van 17 oktober het probleem van overlappende werkingssferen van Bedrijfstakregelingen die een uitzendonderneming kunnen binden. 24 De STAR ziet drie situaties die een dergelijke overlap tot gevolg kunnen hebben, te weten (a) de definitie van de werkingssfeer in de verschillende Bedrijfstakregelingen, (b) de wettelijke kwalificatie van de uitzendovereenkomst als een arbeidsovereenkomst en (c) de opkomst van gespecialiseerde uitzendondernemingen in de verschillende Bedrijfstakken: 25 De eerste situatie is het gevolg van historisch gegroeide verschillen in werkingssfeeromschrijving. Sommige sectoren definiëren hun werkingssfeer op basis van de economische activiteiten van ondernemingen en andere op basis van het type werkzaamheden dat door werknemers wordt verricht, ongeacht de arbeidsrelatie die daaraan ten grondslag ligt. Dit laatste kan betekenen dat (soms als onbedoeld gevolg) een uitzendonderneming die uitzendwerknemers in de desbetreffende sector tewerk stelt om arbeid als benoemd in de werkingssfeer van de sector-cao te verrichten, in beginsel ook onder de werkingssfeer van die CAO komt te vallen. Wanneer deze sector-cao algemeen verbindend is verklaard, gelden de desbetreffende bepalingen ook voor de uitzendonderneming en haar werknemers. De tweede situatie is het gevolg van de wetgeving Flexibiliteit en Zekerheid. 26 Daarin wordt de uitzendovereenkomst wettelijk gedefinieerd als een arbeidsovereenkomst, waarbij de werknemer (uitzendkracht) door zijn werkgever (de uitzendonderneming) aan een derde (de inlener) ter beschikking wordt gesteld om onder toezicht en leiding van die derde arbeid te verrichten (artikel 7:690 BW). 27 In aansluiting op de wetswijzigingen werd ook de werkingssfeer van de uitzend-cao( s) herzien. Als gevolg van die nieuwe juridische werkelijkheid en de daarop geënte nieuwe werkingssfeer van de uitzend-cao( s) werden detacheringsbedrijven, die tot dan toe veelal geacht werden niet onder de uitzend- CAO te vallen en vaak wel vanwege hun specialistische karakter onder bedrijfstak-cao s vielen, geconfronteerd met een situatie waarin zij potentieel onder de werkingssfeer van meer dan één CAO vallen. Ook worden bedrijfstakken geconfronteerd met de vraag of zij deze detacheerders nu wel of niet als werkgevers in de bedrijfstak willen (blijven) beschouwen. De derde situatie doet zich voor in bedrijfstakken waar in toenemende mate gespecialiseerde uitzendondernemingen werkzaam zijn, en waar soms de behoefte bestaat om - vanwege dit specialistische karakter en de binding aan een specifieke sector of samenhangende cluster van sectoren - deze gespecialiseerde uitzenders in de werkingssfeer expliciet aan te duiden als werkgever in de bedrijfstak. Vervolgens signaleert de STAR in haar Nota van 2001 dat, 28 mede als gevolg van de wetgeving inzake Flexibiliteit en Zekerheid, de grenzen vervagen tussen uitzendondernemingen en andere ondernemingen. In dit verband wijst de STAR erop dat (a) uitzendwerkgevers zich ontwikkelen tot specialistische aanbieders van werknemers binnen een Bedrijfstak, (b) Bedrijfstakwerkgevers binnen en buiten de eigen Bedrijfstak werknemers gaan uitzenden en (c) detacheringsbureaus zich op het grensvlak van Bedrijfstakken bewegen, hetgeen tot een verstoring van het level playing field op arbeidsvoorwaarden leidt (pagina 16 en verder):

11 27 maart 2014 Pagina 11 Sommige uitzendondernemingen ontwikkelen zich tot specialistische aanbieders van personeelsdiensten binnen één sector of enkele nauw samenhangende sectoren. Ondernemingen binnen een bedrijfstak gaan een deel van hun personeel uitzenden binnen of buiten de eigen bedrijfstak. 29 Detacheringsbureaus bewegen zich op het grensvlak van enkele sectoren en zijn soms nauwelijks te onderscheiden van (onder) aannemers. Het vorenstaande maakt een herbezinning op en herdefiniëring van werkingssfeerdefinities in CAO s gewenst, mede met het oog op het voorkomen van mogelijke verstoringen van concurrentieverhoudingen. Met name op dit terrein luisteren de te kiezen oplossingen zeer nauw. Immers, er is pas geen sprake meer van overlapping van werkingssferen als werkingssfeerbepalingen in bedrijfstak-cao en uitzend-cao elkaar zeer precies en spiegelbeeldig uitsluiten. De door de STAR gesignaleerde (mogelijke) verstoring van het level playing field op arbeidsvoorwaarden en daarmee van de concurrentieverhoudingen binnen de polder, is voor de STAR aanleiding aanbevelingen te doen ter voorkoming van overlapping van werkingssferen van de Bedrijfstakregelingen voor de Uitzendbranche met andere Bedrijfstakken. Uiteindelijk komt de STAR in haar Nota van 17 oktober 2001 tot aanbevelingen voor een adequate afbakening en regulering van Bedrijfstakcao-regelingen die van toepassing kunnen zijn op uitzendwerknemers en uitzendondernemingen. Inmiddels vermelden de Bedrijfstak (Cao en Pensioen) Regelingen in enerzijds de Metaal en Techniek en anderzijds de Uitzendbranche geruime tijd weliswaar spiegelbeeldige samenloopbepalingen ter voorkoming van overlappende werkingssferen, zoals door de Stichting van de Arbeid aanbevolen, maar is er de afgelopen jaren toch een aantal gerechtelijke procedures gevoerd waarbij de uitleg van (onder meer) die samenloopbepalingen aan de orde is gekomen. Daarom wordt in dit themanummer (vele jaren na de Nota van de Stichting van de Arbeid) aandacht besteed aan de uitleg van de werkingssfeerbepalingen (waaronder de samenloopbepalingen) in enerzijds de Bedrijfstak (Cao en Pensioen) Regelingen in de Metaal en Techniek en anderzijds de Bedrijfstak (Cao en Pensioen) Regelingen in de Uitzendbranche. 30 Allereerst wordt hierna nog even kort ingegaan op het systeem van verbindend verklaren van Bedrijfstakcao-regelingen (paragraaf 2.2) en het systeem van verbindend verklaren van Bedrijfstakpensioenregelingen (paragraaf 2.3). Daarna wordt in paragraaf 3 ingegaan op de Bedrijfstak (Cao en Pensioen) Regelingen van de Uitzendbranche. 2.2 Algemeen verbindendverklaring van Bedrijfstakcao-regelingen Zoals gezegd, kunnen bepalingen van Collectieve arbeidsovereenkomsten door de Minister op verzoek van Sociale Partners algemeen verbindend worden verklaard. De maximale looptijd van een Besluit tot algemeenverbindendverklaring van arbeidsvoorwaardenbepalingen bedraagt twee jaar. Bepalingen met betrekking tot Bedrijfstakcao-fondsen kunnen voor maximaal vijf jaar algemeen verbindend worden verklaard. 31 Prof. mr. H.L. Bakels heeft het systeem van gebondenheid aan bepalingen van Collectieve arbeidsovereenkomsten als volgt op eenvoudige wijze in zijn handboek Schets van het Nederlandse arbeidsrecht weergegeven.

12 Pagina maart 2014 Schets van het Nederlandse arbeidsrecht, Prof. mr. H.L. Bakels 32 In het licht van het bovenstaande, is het op 28 september 2009 tussen de Fondsen in de Metaal en Techniek en Pro-techno Zevenaar B.V. uitgesproken vonnis door de Rechtbank Arnhem (Sector Kanton, Locatie Arnhem) illustratief. 33 In deze zaak (a) had de betreffende uitzendwerkgever, te weten Pro-techno Zevenaar B.V. een lidmaatschap afgesloten bij een werkgeversvereniging, te weten de Nederlandse Bond voor Bemiddelings- en Uitzendbedrijven (hierna ook: NBBU), die niet betrokken is bij de Bedrijfstak (Cao en Pensioen) Regelingen in de Metaal en Techniek, (b) paste Pro-techno Zevenaar B.V. ook nog de Bedrijfstak (Cao en Pensioen) Regelingen voor de Uitzendbranche toe, maar (c) oordeelde de Rechtbank desondanks (in overeenstemming met vaste rechtspraak en literatuur) dat de werkingssfeer van de Bedrijfstak (Cao en Pensioen) Regelingen in de Metaal en Techniek op deze uitzendwerkgever Por-techno Zevenaar B.V. van toepassing is. Hieruit volgt wederom dat de formulering van de (algemeen verbindend verklaarde) werkingssfeerbepaling van cruciaal belang is voor het antwoord op de vraag of een werkgever onder de werkingssfeer van de door de Minister algemeen verbindend verklaarde Bedrijfstakcao-regelingen valt. De zaak tegen Pro-techno Zevenaar B.V. (hierna ook: Pro-techno) komt in dit verband verderop in dit themanummer nogmaals aan de orde. 2.3 Verbindendverklaring van Bedrijfstakpensioenregelingen Als gezegd, kunnen Bedrijfstakpensioenregelingen bij Besluit van de Minister (in beginsel voor onbepaalde tijd) verplicht gesteld worden. Hieronder staat een (globale) opsomming weergegeven van de circa 60 Bedrijfstakken waarvan de Bedrijfstakpensioenregeling momenteel bij Besluit van de Minister verplicht is gesteld. Metaal en Techniek Handel in Bouwmaterialen Wonen Schoonmaak- en Glazenwassersbedrijf Metalektro Houthandel Vleeswaren- en Gemaksvoedingindustrie Woningcorporaties Koopvaardij Meubelindustrie en Meubileringsbedrijven Technische Groothandel Textielverzorging Horeca & Catering Reisbranche Nederlandse Groothandel Beroepsvervoer over de Weg Betonproductenindustrie Schoenmakerij Mode-, Interieur-, Tapijt- en Textielindustrie Zeevisserij

13 27 maart 2014 Pagina 13 Detailhandel Media PNO Brandstoffenbedrijf Bakkersbedrijf Levensmiddelenbedrijf Zoetwarenindustrie Groothandel in Levensmiddelen Sigarenindustrie Kappersbedrijf Groothandel in Textielgoederen en Aanverwante Artikelen Medewerkers in het Notariaat ABP Landbouw Vlees, Vleeswaren, Gemaksvoeding en Pluimveevlees Groothandel in Vlakglas, de Groothandel in Verf, het Glasbewerkings- en het Glazeniersbedrijf Werk en (re)integratie Particuliere Beveiliging Slagersbedrijf Schoen-, Leder- en Lederwarenindustrie Waterbouw Rijn- en Binnenvaart Molenaars Openbare Bibliotheken Grafische Bedrijven Houtverwerkende Industrie en Jachtbouw Recreatie Bitumineuze en Kunststof Dakbedekkingsbedrijven Agrarische en voedselvoorzieningshandel Banden- en Wielenbranche Architectenbureaus Bouwnijverheid Drankindustrie Groenten- en Fruitverwerkende Industrie Tandtechniek Schilders-, Afwerkings- en Glaszetbedrijf Zorg en Welzijn Medewerkers Apotheken Personeelsdiensten (StiPP) Baksteenindustrie Een van de hierboven genoemde Bedrijfstakpensioenfondsen, te weten Stichting Pensioenfonds voor Personeelsdiensten, ook wel kort aangeduid als StiPP, betreft het Bedrijfstakpensioenfonds voor de Uitzendbranche. Dit Bedrijfstakpensioenfonds heeft inmiddels de overlap van de werkingssfeer van haar pensioenregeling met een aantal andere hierboven weergegeven Bedrijfstakpensioenfondsen voorkomen, door met hen spiegelbeeldige samenloopbepalingen overeen te komen. Een van deze andere Bedrijfstakpensioenfondsen is Stichting Pensioenfonds Metaal en Techniek. Als gezegd, vermelden de Bedrijfstak (Cao en Pensioen) Regelingen in enerzijds de Uitzendbranche en anderzijds de Metaal en Techniek inmiddels spiegelbeeldige samenloopbepalingen die de overlap van werkingssferen van de verschillende Bedrijfstakregelingen beogen te voorkomen. Hierna wordt in paragraaf 3 ingegaan op de Bedrijfstak (Cao en Pensioen) Regelingen in de Uitzendbranche. Vervolgens zal in paragraaf 4 worden ingegaan op de Bedrijfstak (Cao en Pensioen) Regelingen in de Metaal en Techniek.

14 Pagina maart DE BEDRIJFSTAK (CAO EN PENSIOEN) REGELINGEN IN DE UITZENDBRANCHE Sinds 1 januari 1999 is er weliswaar een pensioenregeling voor uitzendkrachten die wordt uitgevoerd door (thans) Stichting Pensioenfonds voor Personeelsdiensten (hierna ook: StiPP), maar tot 1 januari 2004 waren alleen bij de werkgeversvereniging, te weten de Algemene Bond van Uitzendondernemingen (hierna: ABU), aangesloten ondernemingen verplicht hun uitzendkrachten deel te laten nemen aan deze pensioenregeling. 3.1 StiPP Bij het Besluit van de Staatssecretaris van 19 december is de StiPP-regeling per 1 januari 2004 verplicht gesteld voor alle uitzendkrachten. Per die datum is er een bepaling in deze Verplichtstellingsbeschikking voor StiPP opgenomen ter voorkoming van overlappende werkingssferen met andere Verplichtstellingsbeschikkingen voor Bedrijfstakpensioenfondsen, zoals Stichting Pensioenfonds Metaal en Techniek. 35 Deze samenloopbepaling vermeldt een aantal cumulatieve vereisten op grond waarvan een Bedrijfstakwerkgever in de Metaal en Techniek alsnog als een Bedrijfstakwerkgever in de Uitzendbranche wordt gekwalificeerd, waarop verderop in dit themanummer zal worden ingegaan. Deze samenloopbepaling komt verderop in dit themanummer nader aan de orde en luidt als volgt (Bekendmaking wijziging van de verplichtstelling tot deelneming in het Bedrijfstakpensioenfonds voor Personeelsdiensten, Staatscourant 2009, 3 februari 2009, nummer 1645): Het deelnemen in de Stichting Pensioenfonds voor Personeelsdiensten is verplicht gesteld voor uitzendkrachten die op basis van een uitzendovereenkomst werkzaam zijn voor een uitzendonderneming, vanaf de eerste dag van de maand waarin zij de leeftijd van 21 jaar bereiken tot de eerste dag van de maand waarin zij de leeftijd van 65 jaar bereiken. Hierbij wordt verstaan onder: Uitzendonderneming: de natuurlijke of rechtspersoon die voor tenminste 50 procent van het totale premieplichtig loon op jaarbasis uitzendkrachten ter beschikking stelt van (uitzendt naar) opdrachtgevers, zijnde de werkgever in de zin van artikel 7:690 van het Burgerlijk Wetboek. Uitzendovereenkomst: de arbeidsovereenkomst, waarbij de ene partij als werknemer door de andere partij als werkgever in het kader van de uitoefening van het beroep of bedrijf van die werkgever ter beschikking wordt gesteld van een derde om krachtens een door deze aan die werkgever verstrekte opdracht arbeid te verrichten onder toezicht en leiding van de derde. Alles met dien verstande, dat: 1. De verplichtstelling van toepassing is op uitzendkrachten die activiteiten ontplooien zoals omschreven in de werkingssfeerbepaling van Stichting Pensioenfonds Metaal en Techniek indien de uitzendonderneming met wie de desbetreffende uitzendkrachten een uitzendovereenkomst hebben, voldoet aan de volgende cumulatieve vereisten: a. de bedrijfstakactiviteiten van de uitzendondernemingen bestaan uitsluitend uit het ter beschikking stellen van arbeidskrachten als bedoeld in artikel 7:690 Burgerlijk Wetboek, én b. het aantal overeengekomen arbeidsuren van de bij deze uitzendonderneming in dienst zijnde uitzendkrachten die betrokken zijn bij de in de Verplichtstellingsbeschikking van Stichting Pensioenfonds Metaal en Techniek, onder 1 t/m 19 genoemde werkzaamheden - zoals gepubliceerd in de Staatscourant 1999, bedraagt minder dan 75% van het totaal aantal overeengekomen arbeidsuren van de in dienst zijnde uitzendkrachten, d.w.z. dat ten minste 25% van het aantal arbeidsuren van de in dienst zijnde uitzendkrachten betrekking heeft op werkzaamheden uitgeoefend in enige andere tak van bedrijf, én c. de uitzendonderneming zendt voor tenminste 15% 36 van het totale premieplichtig loon op jaarbasis uit op basis van uitzendovereenkomsten met uitzendbeding als bedoeld in artikel 7:691 lid 2 Burgerlijk Wetboek, zoals nader gedefinieerd in artikel 1, lid 1 en 2, en artikel 2 van het Besluit Indeling Uitzendbedrijven van het LISV d.d. 6 oktober 1999, gepubliceerd in de Staatscourant nummer 49 van 9 maart De uitzendonderneming heeft aan dit criterium

15 27 maart 2014 Pagina 15 voldaan, indien en voor zover dit door de uitvoeringsinstelling dan wel het LISV/ UWV is vastgesteld, én d. de uitzendonderneming is geen onderdeel van een concern dat rechtstreeks of door de onderhavige verplichtstelling gebonden is aan de Stichting Pensioenfonds Metaal en Techniek, én e. de uitzendonderneming is geen paritair afgesproken arbeidspool. Het in dit lid bepaalde is niet van toepassing op de uitzendkrachten in dienst van een uitzendonderneming die op 1 januari 2001 verplicht dan wel vrijwillig was aangesloten bij de Stichting Pensioenfonds Metaal en Techniek. Deze Bekendmaking van de wijziging van de verplichtstelling tot deelneming in het Bedrijfstakpensioenfonds voor Personeelsdiensten 37 (StiPP) vermeldt dat de naamswijziging van het Bedrijfstakpensioenfonds is ingegeven door de opkomst van het fenomeen pay-rolling. Naar aanleiding van ingediende zienswijzen tegen de wijziging van de verplichtstelling tot deelneming in dit Bedrijfstakpensioenfonds voor Personeelsdiensten, stellen de Sociale Partners die betrokken zijn bij dit Bedrijfstakpensioenfonds dat payroll-ondernemingen al onder de oude verplichtstelling vielen en in die zin is er dan ook geen sprake van een uitbreiding van de werkingssfeer. 38 In paragraaf 8 en paragraaf 9 van dit themanummer wordt nader ingegaan op deze samenloopbepaling. Hierna wordt ingegaan op de van kracht zijnde Collectieve arbeidsovereenkomsten in de Uitzendbranche met (eventuele) samenloopbepalingen. 3.2 NBBU, ABU en NVUB Binnen de Bedrijfstak voor de Uitzendbranche zijn drie werknemersverenigingen actief, met alle drie een eigen Collectieve arbeidsovereenkomst. Het betreft de ABU, de NBBU en de Nederlandse Vereniging van Uitzend- en Bemiddelingsbedrijven (voorheen de NVUB, inmiddels omgedoopt in Continuflex, hierna: NVUB). De Collectieve arbeidsovereenkomst van de Nederlandse Bond van Bemiddelings- en Uitzendondernemingen (NBBU) heeft een geldingsduur van 1 januari 2014 tot en met 31 mei Er zijn geen bepalingen van deze NBBU-Cao algemeen verbindend verklaard. De relevante werkingssfeerbepaling van de NBBU-Cao luidt (artikel 1 lid 1 NBBU-Cao): Deze Collectieve Arbeidsovereenkomst (CAO) geldt voor werkgevers die werkzaam zijn in het midden- en kleinbedrijf van de bemiddelings- en uitzendbranche en als lid zijn aangesloten bij de Nederlandse Bond van Bemiddelings- en Uitzendondernemingen (NBBU). Artikel 1 lid 4 NBBU-Cao verwijst naar bijlage 7 van deze Cao waarin een samenloopbepaling is opgenomen met (nagenoeg) dezelfde cumulatieve voorwaarden als vermeld in de Bedrijfstakpensioenregeling voor StiPP. Uitsluitend sub b van de samenloopbepaling is anders geformuleerd, en wel op de volgende wijze: b. Het aantal overeengekomen arbeidsuren van de bij deze werkgever in dienst zijnde werknemers die betrokken zijn bij de werkzaamheden zoals omschreven in de CAO Metaalbewerkingsbedrijf, CAO Carrosseriebedrijf, CAO Motorvoertuigenbedrijf en Tweewielerbedrijf, CAO Goud- en Zilvernijverheid, CAO Isolatiebedrijf, CAO Elektrotechnisch bedrijf en/of CAO Loodgieters-, Fitters-, Centrale Verwarmingsbedrijf en Koeltechnisch Installatiebedrijf, bedraagt minder dan 75% van het totaal aantal overeengekomen arbeidsuren van de in dienst zijnde werknemers, dat wil zeggen dat ten minste 25% van het aantal arbeidsuren van de in dienst zijnde werknemers betrekking heeft op werkzaamheden uitgeoefend in enige andere tak van bedrijf dan in artikel 3 van genoemde CAO s. Het hierboven afgedrukte onderdeel van de samenloopbepaling in de NBBU-Cao vermeldt Bedrijfstakken die tot de Metaal en Techniek behoren, waarover meer in paragraaf 4 van dit themanummer. Anders dan bij de NBBU-Cao, zijn bepalingen van de Collectieve arbeidsovereenkomst van de Algemene Bond voor Uitzendkrachten (ABU-Cao) wel algemeen verbindend verklaard. 40 De relevante algemeen verbindend verklaarde werkingssfeerbepaling van de door de ABU 41 gesloten Collectieve arbeidsovereenkomst voor Uitzendkrachten, luidt als volgt (artikel 2 lid 1 ABU-Cao):

16 Pagina maart De CAO is van toepassing op de uitzendovereenkomsten tussen uitzendkrachten en een uitzendonderneming, indien en voor zover de omvang van de uitzendloonsom tenminste 50% van het totale premieplichtig loon op jaarbasis van die uitzendonderneming, behoudens dispensatie op grond van artikel 4 van de CAO. 2. De CAO is niet van toepassing op de werkgever die als lid is toegelaten bij de Nederlandse Bond van Bemiddelings- en Uitzendondernemingen (NBBU). Een overzicht van deze leden is te vinden op de website van de NBBU. 3. De CAO is niet van toepassing op de uitzendonderneming die valt onder de werkingssfeeromschrijving van een andere bedrijfstak-cao, tenzij die uitzendonderneming voldoet aan de in lid 4 genoemde cumulatieve vereisten. De in artikel 2 lid 4, sub a tot en met sub e van de ABU-Cao vermelde cumulatieve voorwaarden zijn nagenoeg gelijk aan de cumulatieve voorwaarden in de samenloopbepaling van de Bedrijfstakpensioenregeling voor StiPP. Sub b van de samenloopbepaling is net iets anders geformuleerd, te weten als volgt (artikel 2 lid 4 sub b ABU-Cao): b. De arbeidskrachten (uitzendkrachten) van die werkgever zijn voor ten minste 25 procent van de loonsom, of althans van het in de betreffende CAO gehanteerde relevante kwantitatieve criterium (zoals arbeidsuren), betrokken bij werkzaamheden uitgeoefend in enige andere tak van bedrijf dan in de werkingssfeer van die andere CAO omschreven. Voldoet een uitzendwerkgever aan de in de NBBU-Cao 42 c.q. de ABU-Cao 43 vermelde (cumulatieve voorwaarden van de) samenloopbepaling, dan valt deze uitzendwerkgever derhalve onder de werkingssfeer van de NBBU-Cao, dan wel de ABU-Cao. De ABU-Cao is niet van toepassing op de werkgever die lid is van de NBBU. Daardoor kan de werkgever niet tegelijkertijd aan zowel de ABU-Cao als de NBBU-Cao gebonden zijn. Met het oog op de periode van 1 januari 2007 tot en met 31 december 2014 kan ook de NVUB- Cao 44 toegevoegd worden aan de mogelijk toepasselijke Collectieve arbeidsovereenkomsten voor de Uitzendbranche. De relevante werkingssfeerbepaling van de door de NVUB gesloten Collectieve arbeidsovereenkomst voor Uitzendkrachten luidt als volgt (artikel 1 lid 1 NVUB- Cao): 45 Deze collectieve arbeidsovereenkomst (CAO) geldt voor werkgevers die werkzaam zijn in de uitzend- en bemiddelingsbranche en die als lid zijn aangesloten bij de Nederlandse Vereniging van Uitzend- en Bemiddelingsbedrijven (NVUB). Anders dan de ABU-Cao en de NBBU-Cao, bevat de NVUB-Cao (van welke laatste twee Cao s nimmer bepalingen algemeen verbindend zijn verklaard) geen samenloopbepaling die de eventuele overlap van werkingssferen met andere Bedrijfstak-Cao s voorkomt. Een werkgever die lid is van de NVUB kan dan te maken krijgen met de algemeen verbindend verklaarde bepalingen van de ABU-Cao, dan wel de algemeen verbindend verklaarde bepalingen van andere Bedrijfstak-Cao s, zoals in de Metaal en Techniek. Voorts heeft de Minister bij Besluit van 27 mei 2011 met het oog op de periode 2 juni 2011 tot 29 maart 2014 de bepalingen van de Collectieve arbeidsovereenkomst Sociaal Fonds voor de Uitzendbranche algemeen verbindend verklaard (hierna: SFU-Cao). 46 Het algemeen verbindend verklaarde artikel 2 van deze SFU-Cao vermeldt dezelfde samenloopbepaling als de ABU-Cao. Artikel 3 lid 5 van de SFU-Cao vermeldt ter zake de financiering en opbrengsten van het Sociaal Fonds voor de Uitzendbranche;

17 27 maart 2014 Pagina 17 Naast financiering van SFU strekt de opbrengst der bijdragen, genoemd in lid 4, tot financiering door de SFU van de kosten voor activiteiten van de Stichting Opleiding & Ontwikkeling Flexbranche (STOOF); activiteiten voortvloeiend uit artikel 3 sub a en b van de statuten van de Stichting Naleving CAO voor Uitzendkrachten (SNCU); Activiteiten van de Stichting Arbo Flexbranche (STAF). De statuten en reglementen van STOOF, SNCU en STAF maken integraal onderdeel uit van deze CAO. Kort samengevat is een Bedrijfstakwerkgever in de Uitzendbranche (die voldoet aan de cumulatieve vereisten van de samenloopbepaling en behoudens vrijstelling 47 c.q. dispensatie 48 ) derhalve (a) verplicht tot deelneming in en het betalen van pensioenbijdragen aan Stichting Pensioenfonds voor Personeelsdiensten (StiPP) en in geval van algemeenverbindendverklaring (b) verplicht de bepalingen van de ABU-Cao toe te passen (tenzij er sprake is van een lidmaatschap van de NBBU) en (c) cao-bijdragen aan het Sociaal Fonds voor de Uitzendbranche te voldoen. 3.3 Drie conclusies Met het oog op het bovenstaande vallen er drie conclusies te trekken met betrekking tot (a) de Bedrijfstakcao-regelingen in de Uitzendbranche en (b) de Bedrijfstakpensioenregeling in de Uitzendbranche De eerste conclusie: Cao-regelingen Uitzendbedrijfstak De ABU-Cao sluit NBBU-leden van haar werkingssfeer uit. Noch de ABU-Cao, noch de NBBU- Cao sluiten leden van de NVUB uit. Bij algemeenverbindendverklaring van bepalingen van de ABU-Cao zullen derhalve leden van de NVUB (net als uitzendwerkgevers die geen lid van enige werkgeversvereniging zijn) kunnen worden gebonden aan deze bepalingen van de ABU-Cao. De NVUB-Cao kent, anders dan de ABU-Cao en de NBBU-Cao, geen samenloopbepaling. Hierdoor kan het voorkomen dat een uitzendwerkgever, tevens NVUB-lid, die zijn werknemers voornamelijk uitzendt naar een bepaalde Bedrijfstak, zowel onder de werkingssfeer van de NVUB-Cao als onder de werkingssfeer van de betreffende Bedrijfstak-Cao valt. Indien uitsluitend bepalingen van de Bedrijfstak-Cao algemeen verbindend zijn verklaard en deze Bedrijfstak-Cao tevens geen samenloopbepaling kent, gaan de algemeen verbindend verklaarde bepalingen van de Bedrijfstak-Cao vóór op de NVUB-Cao. Om de overlappende werkingssfeer van de NVUB-Cao met een Bedrijfstak-Cao te voorkomen, lijkt het de voorkeur te verdienen (a) in de NVUB-Cao een samenloopbepaling zoals vermeld in de ABU-Cao op te nemen en (b) dat alle Bedrijfstak-Cao s een spiegelbeeldige samenloopbepaling vermelden. Dit laatste geldt in feite ook voor de NBBU-Cao. Het valt immers op dat artikel 1 lid 4 juncto bijlage 7 onder b van de NBBU-Cao uitsluitend de samenloop met de Bedrijfstak-Cao s in de Metaal en Techniek voorkomt en artikel 2 lid 4 sub b van de ABU-Cao de samenloop (middels een neutraal geformuleerde bepaling) met alle Bedrijfstak-Cao s beoogt te voorkomen De tweede conclusie: Pensioenregeling Uitzendbedrijfstak De Bedrijfstakcao-regelingen van de ABU, de NBBU en de NVUB hangen allemaal samen met de Bedrijfstakpensioenregeling van StiPP. De ABU-Cao (artikel 42), de NBBU-Cao (artikel 31) en de NVUB-Cao (artikel 33) verklaren allemaal de Bedrijfstakpensioenregeling van StiPP van toepassing. De Verplichtstellingsbeschikking van de Minister voor StiPP vermeldt een samenloopbepaling met betrekking tot een zestal Bedrijfstakpensioenfondsen. 49 De Bedrijfstakpensioenregeling van StiPP vermeldt (derhalve) geen neutraal geformuleerde samenloopbepaling zoals vermeld in de ABU-Cao. Het kan dan (in ieder geval in theorie) voorkomen dat een werkgever verplicht wordt aan zowel StiPP als een ander Bedrijfstakpensioenfonds (waarmee de samen-

18 Pagina maart 2014 loop niet uitdrukkelijk is geregeld) pensioenpremies af te dragen; 50 dit kan gezien het eerder genoemde Toetsingskader Wet Bpf niet de bedoeling zijn. Deze situatie kan worden voorkomen door de Verplichtstellingsbeschikking van StiPP aan te passen. In plaats van de overlappende werkingssfeer van StiPP met slechts zes (van de in totaal ongeveer 60) andere Verplichtstellingsbeschikkingen voor Bedrijfstakpensioenfondsen te voorkomen, lijkt het praktischer om een neutrale samenloopbepaling op te nemen (zoals in de ABU-Cao vermeld) die in feite de samenloop met alle andere Bedrijfstakken beoogt te voorkomen. Het zou (nu zulks niet is gebeurd) zo kunnen zijn dat het een probleem is hierover overeenstemming te bereiken met álle Sociale Partners die bij de (ongeveer 60) Bedrijfstakpensioenfondsen betrokken zijn. Anders gezegd; binnen de sloten van de Nederlandse Bedrijfstakpolder lijkt nog geen eenduidige koers te worden gevaren De derde conclusie: Bedrijfstak (Cao en Pensioen) Regelingen Uitzendbranche Door zowel de NVUB-Cao, de NBBU-Cao als de StiPP-regeling aan te passen, kunnen de Bedrijfstak (Cao en Pensioen) Regelingen voor de Uitzendbranche mogelijk zodanig dichtgetimmerd worden dat ogenschijnlijk overlappende werkingssferen met (andere) Bedrijfstak (Cao en Pensioen) Regelingen niet meer, althans minder voor zullen komen. 51 In ieder geval kan van de StiPP-Bedrijfstakpensioenregeling, de ABU-Cao en de NBBU-Cao worden gezegd dat deze de overlap van werkingssferen met de Bedrijfstak (Cao en Pensioen) Regelingen in de Metaal en Techniek middels een samenloopbepaling voorkomen. Hierna worden uitzendondernemingen in het perspectief van de Bedrijfstak (Cao en Pensioen) Regelingen van de Metaal en Techniek behandeld. Het zal dan blijken dat de spiegelbeeldige samenloopbepalingen in enerzijds de Bedrijfstak (Cao en Pensioen) Regelingen in de Metaal en Techniek en anderzijds de Bedrijfstak (Cao en Pensioen) Regelingen in de Uitzendbranche daadwerkelijk op eenzelfde wijze kunnen worden uitgelegd.

19 27 maart 2014 Pagina DE BEDRIJFSTAK (CAO EN PENSIOEN) REGELINGEN IN DE METAAL EN TECHNIEK De Bedrijfstak (Cao en Pensioen) Regelingen in de Metaal en Techniek bestaan (onder meer) uit (a) een Beschikking van de Minister tot verplichte deelneming in Stichting Pensioenfonds Metaal en Techniek, (b) Besluiten van de Minister tot Algemeenverbindendverklaring van bepalingen van Collectieve arbeidsovereenkomsten voor de Bedrijfstakcao-fondsen in de Metaal en Techniek 52 en (c) Besluiten van de Minister tot Algemeenverbindendverklaring van bepalingen van de Collectieve arbeidsovereenkomsten met arbeidsvoorwaarden voor de Bedrijfstakken binnen de Metaal en Techniek. Enkele Bedrijfstakken binnen de Metaal en Techniek zijn bijvoorbeeld: (a) (b) (c) (d) (e) (f) (g) Metaalbewerkingsbedrijf; Technisch Installatiebedrijf; Goud- en Zilvernijverheid; Isolatiebedrijf; Carrosseriebedrijf; Motorvoertuigenbedrijf en Tweewielerbedrijf; Goud- en Zilvernijverheid. De Beschikking van de Minister voor Stichting Pensioenfonds Metaal en Techniek is (net als de Reglementen en Statuten van Stichting Pensioenfonds Metaal en Techniek) volgens vaste rechtspraak zogenaamd objectief recht. 53 Voor de Besluiten van de Minister tot Algemeenverbindendverklaring van bepalingen van de Collectieve arbeidsovereenkomsten (alsook de Reglementen en Statuten van de Bedrijfstakcao-fondsen) in de Metaal en Techniek, geldt hetzelfde. 54 Wat betekent dit nu precies? Bij werkingssfeervraagstukken zijn (vaak) de relevante rechtsfeiten (a) het door werknemers van een werkgever op basis van een arbeidsovereenkomst (b) uitsluitend of in hoofdzaak (c) betrokken zijn bij werkzaamheden in de Metaal en Techniek. Het objectief recht (te weten de Wet Bpf, de Beschikking van de Minister, de Wet Avv, de Besluiten van de Minister tot Algemeenverbindendverklaring, de Reglementen en de Statuten van de Fondsen in de Metaal en Techniek) verbindt aan deze rechtsfeiten dan (onder meer) het rechtsgevolg dat een werkgever kwalificeert als een Werkgever in de Metaal en Techniek. Dit betekent dat deze werkgever als Bedrijfstakwerkgever (a) zijn werknemers bij de Fondsen in de Metaal en Techniek dient aan te melden, (b) werknemersgegevens aan de Fondsen in de Metaal en Techniek dient te verstrekken, (c) op basis van deze werknemersgegevens berekende pensioenpremies en cao-bijdragen aan de Fondsen in de Metaal en Techniek dient te voldoen 55 en (d) ten slotte de arbeidsvoorwaarden zoals vermeld in de algemeen verbindend verklaarde bepalingen van de Collectieve arbeidsovereenkomsten binnen de Metaal en Techniek dient toe te passen. 4.1 Een arbeidsovereenkomst Hierna wordt toegelicht dat voor de toepasselijkheid van de werkingssfeer van de Bedrijfstak (Cao en Pensioen) Regelingen in de Metaal en Techniek de aanwezigheid van een arbeidsovereenkomst essentieel is. De Beschikking van de Minister knoopt voor Stichting Pensioenfonds Metaal en Techniek op de volgende wijze aan bij de civielrechtelijke arbeidsovereenkomst (de Beschikking van de Minister van 12 januari 2010, Staatscourant 2010, nummer 576, artikel 23): Onder werknemer wordt verstaan degene die in dienst van een werkgever tegen salaris arbeid verricht, tenzij in de hierna volgende artikelen anders is bepaald. In dit verband kwalificeert artikel I.1.7 van het Pensioenreglement van Stichting Pensioenfonds Metaal en Techniek een dienstbetrekking als volgt (januari 2014): 56 De rechtsbetrekking tussen Werkgever en Werknemer als gevolg van de arbeidsovereenkomst. Artikel I.1.32 van het Pensioenreglement van Stichting Pensioenfonds Metaal en Techniek kwalificeert een werknemer als volgt:

20 Pagina maart 2014 De persoon die een arbeidsovereenkomst in de zin van het Burgerlijk Wetboek met de Werkgever heeft. De algemeen verbindend verklaarde bepalingen van de Collectieve arbeidsovereenkomsten in de Metaal en Techniek knopen voor het begrip werknemer eveneens aan bij de civielrechtelijke arbeidsovereenkomst. Zo kwalificeert artikel 1 onder C van de Collectieve arbeidsovereenkomst Werkgeversbijdrage Sociaal Fonds Metaal en Techniek bijvoorbeeld een werknemer als (Avv-Besluit 2009/2013 Cao-SFM, Staatscourant 22 december 2008, nummer 248): degene die in dienst van een werkgever tegen salaris arbeid verricht. Het is derhalve voor de toepasselijkheid van de werkingssfeer van de Bedrijfstak (Cao en Pensioen) Regelingen in de Metaal en Techniek van belang dat de werknemers bij een bepaalde werkgever op basis van een arbeidsovereenkomst werkzaam zijn. Voorts is van belang dat de Beschikking van de Minister voor Stichting Pensioenfonds Metaal en Techniek de volgende ruime definitie van het begrip werkgever geeft (Staatscourant 2010, nummer 576, pagina 6, artikel 21): Onder Werkgever wordt verstaan de in Nederland wonende natuurlijke persoon of de in Nederland gevestigde rechtspersoon, dan wel de maatschap, de vennootschap onder firma of de commanditaire vennootschap gevormd door twee of meer zodanige natuurlijke en/of rechtspersonen gezamenlijk, alsmede de in het Rijk in Europa gevestigde nevenvestiging van een daarbuiten wonende natuurlijke persoon en/of daarbuiten gevestigde rechtspersoon, waarvoor op grond van de Handelsregisterwet 1996 (Wet van 8 februari 1996, Staatsblad 1996, 181, zoals laatstelijk gewijzigd op 14 december 2005, Staatsblad 2005, 727) een verplichting tot inschrijving in het Handelsregister bestaat. Met betrekking tot de werknemers vermeldt de Beschikking van de Minister voor Stichting Pensioenfonds Metaal en Techniek (Staatscourant 2010 nummer 576, pagina 1, onder I): De werknemers ( ) die werkzaam zijn in ondernemingen, in welke ongeacht de economische functie, uitsluitend of in hoofdzaak één of meer van de hierna onder sub 1 tot en met 17 genoemde werkzaamheden (MH: in de Metaal en Techniek) worden uitgeoefend. Voorts omschrijft de Beschikking van de Minister voor Stichting Pensioenfonds Metaal en Techniek een Werkgever in de Metaal en Techniek als volgt (Staatscourant 2010, nummer 576, pagina 6, artikel 22): Onder Werkgever in de Metaal en Techniek wordt in deze verplichtstelling verstaan de werkgever bij wie het aantal overeengekomen arbeidsuren van de in dienst zijnde werknemers die betrokken zijn bij werkzaamheden zoals uitgeoefend in de in artikel 1 t/m 17 genoemde takken van bedrijf, groter is dan het aantal overeengekomen arbeidsuren 57 van de in dienst zijnde werknemers die betrokken 58 zijn bij werkzaamheden uitgeoefend in enige 59 andere tak van bedrijf, blijvende bij de hier voren omschreven vergelijking de economische functie van elk der werkzaamheden buiten beschouwing. De bij Besluit van de Minister algemeen verbindend verklaarde bepalingen van de Collectieve arbeidsovereenkomsten in de Metaal en Techniek kwalificeren een Werkgever in de Metaal en Techniek op dezelfde wijze. 60 De hierboven afgedrukte definitie van het begrip Werkgever in de Metaal en Techniek vormt de denkbeeldige toegangspoort tot het Bedrijfstaklandschap van de Metaal en Techniek. Op dit belangrijke kernbegrip van de Bedrijfstak (Cao en Pensioen) Regelingen in de Metaal en Techniek wordt hierna ingegaan. 4.2 Werkgever in de Metaal en Techniek & Werkgever in de Bedrijfstak Voor het antwoord op de vraag of een werkgever kwalificeert als een Werkgever in de Metaal en Techniek dient blijkens de hierboven afgedrukte definitie daarvan de omvang van de bij de Metaal en Techniek betrokken werkzaamheden kwantitatief (er staat: het aantal ( ) groter is dan het aantal ) te worden vergeleken met de omvang van de bij enige andere Bedrijfstak 61

Z-score 2010 en P-toets

Z-score 2010 en P-toets Z-score 2010 en P-toets 2006-2010 FONDS z-score 2009¹ P-toets 2005-z-score 2009 2010, cijfers (inclusief DNB 1,28)¹ P-toets 2006-2010, cijfers DNB P-toets 2006-2010 (inclusief 1,28) ABP, Pensioenfonds

Nadere informatie

Werkingssfeerzaken & publicaties

Werkingssfeerzaken & publicaties Team Werkingssfeer Het Team Werkingssfeer is gespecialiseerd in het voeren van gerechtelijke procedures alsook het adviseren over de werkings sfeer van bedrijfstak(cao- en pensioen)regelingen, zoals collectieve

Nadere informatie

Fact sheet avv-loze periode ABU-cao

Fact sheet avv-loze periode ABU-cao Fact sheet avv-loze periode ABU-cao INLEIDING De CAO voor Uitzendkrachten (hierna nader te noemen de ABU-CAO ) is op dit moment niet algemeen verbindend verklaard. Dit wordt ook wel de avv-loze periode

Nadere informatie

Onderzoek naar verplichting tot aansluiting

Onderzoek naar verplichting tot aansluiting Onderzoek naar verplichting tot aansluiting Vragenformulier Naam onderneming KvK-nummer Loonheffingennummer(s)* Adres Postcode en woonplaats * Vul hier alle loonheffingennummers van uw onderneming in (als

Nadere informatie

Hoge Raad der Nederlanden

Hoge Raad der Nederlanden 4 november 2016 Eerste Kamer 15/00920 LZ/IF Hoge Raad der Nederlanden Arrest in de zaak van: tegen STICHTING PENSIOENFONDS PERSONEELSDIENSTEN, gevestigd te Amsterdam, VOOR VERWEERSTER in cassatie, advocaat:

Nadere informatie

Uitleg van de werkingssfeer van cao s CAO S IN DE PRAKTIJK. Workshop. Mr. dr. Esther Koot-van der Putte www.cao-recht.

Uitleg van de werkingssfeer van cao s CAO S IN DE PRAKTIJK. Workshop. Mr. dr. Esther Koot-van der Putte www.cao-recht. CAO S IN DE PRAKTIJK Uitleg van de werkingssfeer van cao s Workshop Mr. dr. Esther Koot-van der Putte www.cao-recht.nl 23 juni 2015 Het Adimac-arrest Viel Adimec onder Cao Metalektro? Adimec is een onderneming

Nadere informatie

Vragenformulier Onderzoek naar verplichting tot aansluiting.

Vragenformulier Onderzoek naar verplichting tot aansluiting. Onderzoek naar verplichting tot aansluiting. Stichting Pensioenfonds voor Personeelsdiensten en Stichting Fonds Uitzendbranche Naam onderneming KvK-nummer Loonheffingsnummer Adres Postcode en woonplaats

Nadere informatie

Wat betekent de AVV loze periode voor het uitzendbureau?

Wat betekent de AVV loze periode voor het uitzendbureau? Wat betekent de AVV loze periode voor het uitzendbureau? Vanaf 1 april 2012 is er sprake van een onderbreking van de Algemeen Verbindend Verklaring (AVV) van de Cao voor Uitzendkrachten. Dit kan grote

Nadere informatie

Wat betekent de AVV loze periode voor het uitzendbureau?

Wat betekent de AVV loze periode voor het uitzendbureau? Wat betekent de AVV loze periode voor het uitzendbureau? Een onderbreking van de Algemeen Verbindend Verklaring (AVV) van de Cao voor Uitzendkrachten kan grote gevolgen hebben voor uitzendbureaus die niet

Nadere informatie

Verplichte deelneming directeur in pensioenfonds PGGM

Verplichte deelneming directeur in pensioenfonds PGGM Verplichte deelneming directeur in pensioenfonds PGGM Mr. Z. Kasim 1 HR 13 juli 2007, nr. C05/331, LJN BA231 Verplichte deelneming pensioenfonds, criteria arbeidsovereenkomst BW artikel 7: 610, artikel

Nadere informatie

Vragenformulier Onderzoek naar verplichting tot aansluiting.

Vragenformulier Onderzoek naar verplichting tot aansluiting. Geef hier eventueel wijzigingen aan: Naam onderneming : KvK-nummer : Loonheffingnummer : Adres : Postcode en woonplaats : Alle onderstaande vragen hebben betrekking op de onderneming die hierboven wordt

Nadere informatie

ABU leden Een uitzendbureau dat lid is van de ABU ondervindt per 5 november 2017 geen veranderingen als

ABU leden Een uitzendbureau dat lid is van de ABU ondervindt per 5 november 2017 geen veranderingen als Wat betekent de AVV loze periode voor het uitzendbureau? Vanaf 5 november 2017 is er sprake van een onderbreking van de algemeen verbindendverklaring (AVV) van de Cao voor Uitzendkrachten. Dit kan grote

Nadere informatie

Wat betekent de AVV loze periode voor jou als uitzendkracht? Is jouw uitzendbureau lid van brancheorganisatie ABU of de NBBU?

Wat betekent de AVV loze periode voor jou als uitzendkracht? Is jouw uitzendbureau lid van brancheorganisatie ABU of de NBBU? Wat betekent de AVV loze periode voor jou als uitzendkracht? Einde van de Algemeen Verbindend Verklaring (AVV) van de Cao voor Uitzendkrachten kan grote gevolgen hebben voor uitzendkrachten die werken

Nadere informatie

Kan een payrollbedrijf gebruik maken van de uitzendovereenkomst?

Kan een payrollbedrijf gebruik maken van de uitzendovereenkomst? Van: NOAB Adviesgroeplid Kantoor Mr. van Zijl Datum: juni 2017 Onderwerp: Kan een payrollbedrijf gebruik maken van de uitzendovereenkomst? 1. Inleiding De Hoge Raad heeft duidelijkheid gegeven over de

Nadere informatie

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID Horecabedrijf Stichting Aanvullende Voorzieningen bij Arbeidsongeschiktheid 2000 Verbindendverklaring gewijzigde CAO-bepalingen MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID AI Nr. 9408 Bijvoegsel Stcrt.

Nadere informatie

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE > Retouradres Postbus 90801 2509 LV Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE 2513AA22XA Postbus 90801 2509 LV Den Haag Anna van Hannoverstraat 4

Nadere informatie

Wat betekent de AVV loze periode voor mij als uitzendkracht?

Wat betekent de AVV loze periode voor mij als uitzendkracht? Wat betekent de AVV loze periode voor mij als uitzendkracht? Een onderbreking van de Algemeen Verbindend Verklaring (AVV) van de Cao voor Uitzendkrachten kan grote gevolgen hebben voor uitzendkrachten

Nadere informatie

Wat betekent de AVV loze periode voor het uitzendbureau?

Wat betekent de AVV loze periode voor het uitzendbureau? Wat betekent de AVV loze periode voor het uitzendbureau? Vanaf 1 april 2012 is er sprake van een onderbreking van de Algemeen Verbindend Verklaring (AVV) van de CAO voor Uitzendkrachten. Dit kan grote

Nadere informatie

Jaarverslagen avv'de cao-fondsen boekjaar 2006

Jaarverslagen avv'de cao-fondsen boekjaar 2006 Jaarverslagen avv'de cao-fondsen boekjaar 2006 CAO NAAM NAAM FONDS AARDAPPELEN GROENTEN EN FRUIT, DETAILHANDEL SF Stichting Sociaal Fonds Detailhandel in Aardappelen, Groenten en Fruit AARDAPPELEN GROENTEN

Nadere informatie

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE > Retouradres Postbus 90801 2509 LV Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE 2513AA22XA Postbus 90801 2509 LV Den Haag Parnassusplein 5 T 070 333

Nadere informatie

Wat betekent de AVV loze periode voor mij als uitzendkracht?

Wat betekent de AVV loze periode voor mij als uitzendkracht? Wat betekent de AVV loze periode voor mij als uitzendkracht? Vanaf 1 april 2012 is er sprake van een onderbreking van de Algemeen Verbindend Verklaring (AVV) van de CAO voor Uitzendkrachten. Dit kan grote

Nadere informatie

DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID Directie Uitvoeringstaken Arbeidsvoorwaardenwetgeving Afdeling Collectieve Arbeidsvoorwaarden Nr. : UAW/CAV/05/102048/07 DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN

Nadere informatie

ECLI:NL:HR:2016:2356. Uitspraak. Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 15/00920

ECLI:NL:HR:2016:2356. Uitspraak. Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 15/00920 ECLI:NL:HR:2016:2356 Instantie Hoge Raad Datum uitspraak 04-11-2016 Datum publicatie 04-11-2016 Zaaknummer 15/00920 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Conclusie: ECLI:NL:PHR:2016:238,

Nadere informatie

CONVENANT SAMENWERKING

CONVENANT SAMENWERKING CONVENANT SAMENWERKING 1. de stichting Technisch Bureau Bouwnijverheid (hierna TBB), gevestigd in Harderwijk, ten deze rechtsgeldig vertegenwoordigd door mevrouw drs. M.B. van Veldhuizen (voorzitter) en

Nadere informatie

266. De grondpositie van de gespecialiseerde in de Nederlandse polder

266. De grondpositie van de gespecialiseerde in de Nederlandse polder 266. De grondpositie van de gespecialiseerde uitzendwerkgever in de Nederlandse polder MR. M.J.H. HALSEMA Het is voor de vaststelling van de op een uitzendwerkgever toepasselijke werkingssfeer van bedrijfstak(caoen

Nadere informatie

Aan de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid mr. A.J. de Geus Postbus 90801 2509 LV Den Haag. Geachte heer De Geus,

Aan de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid mr. A.J. de Geus Postbus 90801 2509 LV Den Haag. Geachte heer De Geus, Bezuidenhoutseweg 60 postbus 90405 2509 LK Den Haag tel. 070-3499 577 fax 070-3499 796 e-mail: j.hamaker@ser.nl Aan de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid mr. A.J. de Geus Postbus 90801 2509

Nadere informatie

Voor wie geldt de inlenersbeloning. Wettelijke basis voor inlenersbeloning - WAADI - WAS. Welke elementen vallen onder de inlenersbeloning

Voor wie geldt de inlenersbeloning. Wettelijke basis voor inlenersbeloning - WAADI - WAS. Welke elementen vallen onder de inlenersbeloning Inlenersbeloning Inhoudsopgave Voor wie geldt de inlenersbeloning Voor wie niet van toepassing Wettelijke basis voor inlenersbeloning - WAADI - WAS Definitie van inlenersbeloning Welke elementen vallen

Nadere informatie

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, pagina: 1 Bijlage 1 Conceptbesluit tot wijziging van het Besluit aanmelding van CAO s en het aanvragen van AVV Regeling van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van, directie Arbeidsverhoudingen,

Nadere informatie

Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid AV/IR/2003/20105. Datum 10 maart 2003

Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid AV/IR/2003/20105. Datum 10 maart 2003 Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1a DEN HAAG Postbus 90801 2509 LV Den Haag Anna van Hannoverstraat 4 Telefoon (070) 333

Nadere informatie

Personeelsvennootschap en sectorindeling. P.I.T. Sassen

Personeelsvennootschap en sectorindeling. P.I.T. Sassen Personeelsvennootschap en sectorindeling P.I.T. Sassen s o c i a l e z e k e r h e i d Personeelsvennootschap en sectorindeling Veel concerns maken gebruik van een personeelsvennootschap die optreedt als

Nadere informatie

Jaarverslagen avv'de cao-fondsen boekjaar 2008

Jaarverslagen avv'de cao-fondsen boekjaar 2008 Jaarverslagen avv'de cao-fondsen boekjaar 2008 CAO NAAM NAAM FONDS AARDAPPELEN GROENTEN EN FRUIT, DETAILHANDEL SF AARDAPPELEN GROENTEN EN FRUIT, GROOTHANDEL AARDAPPELEN GROENTEN EN FRUIT, GROOTHANDEL AGRARISCHE

Nadere informatie

Foederer. Advieswijzer Sectorindeling CAO BPF. Pension & Benefits Consultants Member Crowe Horwath International

Foederer. Advieswijzer Sectorindeling CAO BPF. Pension & Benefits Consultants Member Crowe Horwath International Advieswijzer Sectorindeling CAO BPF Inleiding Past u nog wel de juiste sectorindeling, collectieve arbeidsovereenkomst en verplicht gesteld (bedrijfstak)pensioenfonds toe? Lees in deze Advieswijzer wat

Nadere informatie

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID I-SZW Nr. 8553 Bijvoegsel Stcrt. d.d. 2-5-1996, nr. 84 ALGEMEEN VERBINDENDVERKLARING VAN GEWIJZIGDE BEPALINGEN VAN DE COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST VOOR

Nadere informatie

Foederer. Advieswijzer Sectorindeling CAO BPF. Pension & Benefits Consultants Member Crowe Horwath International

Foederer. Advieswijzer Sectorindeling CAO BPF. Pension & Benefits Consultants Member Crowe Horwath International Advieswijzer Sectorindeling CAO BPF Inleiding Past u nog wel de juiste sectorindeling, collectieve arbeidsovereenkomst en verplicht gesteld (bedrijfstak)pensioenfonds toe? Lees in deze Advieswijzer wat

Nadere informatie

Bijlage: overzichten van de baten, lasten en reserves

Bijlage: overzichten van de baten, lasten en reserves Bijlage: overzichten van de baten, lasten en Overzicht van baten, lasten en van de onderzochte avv'de cao-fondsen in 205 (x mln, N=85) * baten/lasten in % van de baten/lasten totaalbedragen (x mln) baten:

Nadere informatie

Tijd om even een beknopte boom op te zetten

Tijd om even een beknopte boom op te zetten Beknopt Handboek Bedrijfstakpensioenfondsen Tijd om even een beknopte boom op te zetten 1 Inleiding Het Bedrijfstakpensioenfonds - Welke ondernemingen krijgen er mee te maken en wat zijn de (financiële)

Nadere informatie

Stichting^ van de Arbeid

Stichting^ van de Arbeid Stichting^ van de Arbeid ARBEIDSVOORWAARDEN VAN UITZEND WERK- NEMERS. De verhoudingen tussen uitzend-cao's en CAO's van inlenende ondernemingen 17 oktober 2001, Publicatienr. 10/01 Bezuidenhoutseweg 60,

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2013:BZ9044

ECLI:NL:RVS:2013:BZ9044 ECLI:NL:RVS:2013:BZ9044 Instantie Raad van State Datum uitspraak 01-05-2013 Datum publicatie 01-05-2013 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201201947/1/A3 Bestuursrecht Hoger

Nadere informatie

Inhoud. Voorwoord / 11

Inhoud. Voorwoord / 11 Voorwoord / 11 1. Agrocultuur / 13 1.1. Landbouw / 13 1.1.1. Bedrijfsverzorgingsdiensten voor land- en tuinbouw / 13 1.1.2. Glastuinbouw / 15 1.1.3. Bos en Natuur raam-cao / 16 1.1.4. Hoveniersbedrijf

Nadere informatie

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE > Retouradres Postbus 90801 2509 LV Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE 2513AA22XA Postbus 90801 2509 LV Den Haag Parnassusplein 5 T 070 333

Nadere informatie

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID I-SZW Nr. 8446 Bijvoegsel Stcrt. d.d. 04-01-1996, nr. 3 ALGEMEEN VERBINDENDVERKLARING VAN GEWIJZIGDE BEPALINGEN VAN DE COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST IN

Nadere informatie

ECLI:NL:GHDHA:2014:3035

ECLI:NL:GHDHA:2014:3035 ECLI:NL:GHDHA:2014:3035 Instantie Gerechtshof Den Haag Datum uitspraak 30-09-2014 Datum publicatie 21-10-2014 Zaaknummer 200.128.231-01 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel recht

Nadere informatie

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID ALGEMEEN VERBINDEND VERKLARING VAN GEWIJZIGDE BEPALINGEN VAN DE COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST IN HET SCHOONMAAK- EN GLAZENWASSERSBEDRIJF INZAKE VRIJWILLIG

Nadere informatie

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID AI Nr. 9552 Bijvoegsel Stcrt. d.d. 08-05-2001, nr. 88 ALGEMEEN VERBINDENDVERKLARING VAN GEWIJZIGDE BEPALINGEN VAN DE COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST VOOR

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 11351 18 april 2014 Bekendmaking wijziging en gedeeltelijke intrekking van de verplichtstelling tot deelneming in het

Nadere informatie

ECLI:NL:GHAMS:2014:4547

ECLI:NL:GHAMS:2014:4547 ECLI:NL:GHAMS:2014:4547 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 28-10-2014 Datum publicatie 12-03-2015 Zaaknummer 200.134.988-01 Rechtsgebieden Civiel recht Bijzondere kenmerken Hoger beroep Inhoudsindicatie

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 10137 28 juni 2010 Bekendmaking wijziging van de verplichtstelling tot deelneming in de stichting bedrijfstakpensioenfondsvoor

Nadere informatie

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID Wonen Vervroegd Uittreden 2005 Verbindendverklaring gewijzigde CAO-bepalingen MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID ALGEMEEN VERBINDENDVERKLARING VAN GEWIJZIGDE BEPALINGEN VAN DE COLLECTIEVE

Nadere informatie

Tekstaanpassingen CAO Bakkersbedrijf ( t/m ) in verband met de procedure voor algemeen verbindend verklaring

Tekstaanpassingen CAO Bakkersbedrijf ( t/m ) in verband met de procedure voor algemeen verbindend verklaring GO Bakkersbedrijf Secretaris: mr. P.F. Passchier T: 0182 69 30 35 (doorkiesnummer) M: 06-519 54 530 E: passchier@nbov.nl Postbus 332 2800 AH Gouda Tekstaanpassingen CAO Bakkersbedrijf (01-04-2014 t/m 31-03-2015)

Nadere informatie

Gelet op de artikelen 38, derde lid, 38c, en 95, eerste lid, van de Wet financiering sociale verzekeringen;

Gelet op de artikelen 38, derde lid, 38c, en 95, eerste lid, van de Wet financiering sociale verzekeringen; Regeling van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van, nr. 2018-0000062701, tot wijziging van de Regeling Wfsv in verband met aanpassing van de premiedifferentiatie voor werknemersverzekeringen

Nadere informatie

Besluit aanmelding van collectieve arbeidsovereenkomsten en het aanvragen van algemeen verbindend verklaring

Besluit aanmelding van collectieve arbeidsovereenkomsten en het aanvragen van algemeen verbindend verklaring (Tekst geldend vanaf: 10-01-2012) Besluit aanmelding van collectieve arbeidsovereenkomsten en het aanvragen van algemeen verbindend verklaring De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid; Gelet op

Nadere informatie

Beleid methodiek (forfaitaire) schadevergoeding SNCU

Beleid methodiek (forfaitaire) schadevergoeding SNCU Beleid methodiek (forfaitaire) schadevergoeding SNCU Achtergrond Vanaf het najaar 2005 vindt door de SNCU in de uitzendbranche controle plaats op de naleving van de CAO voor Uitzendkrachten en sinds 2009

Nadere informatie

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID I SZW Nr. 8298 Bijvoegsel Stcrt. d.d. 18-07-1995, nr. 136 ALGEMEEN VERBINDENDVERKLARING VAN GEWIJZIGDE BEPALINGEN VAN DE COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST

Nadere informatie

Ambulancezorg Nederland, hierna te noemen de werkgeversvertegenwoordiging, enerzijds

Ambulancezorg Nederland, hierna te noemen de werkgeversvertegenwoordiging, enerzijds Advies over het verschil van mening tussen Ambulancezorg Nederland, hierna te noemen de werkgeversvertegenwoordiging, enerzijds en FNV (Zorg en Welzijn) en CNV (Zorg & Welzijn) anderzijds, hierna gezamenlijk

Nadere informatie

Handleiding Modelopgaaf werkingssfeer CAO voor Uitzendkrachten

Handleiding Modelopgaaf werkingssfeer CAO voor Uitzendkrachten Gebruik handleiding De is opgesteld teneinde een oordeel te kunnen v ormen over de verplichte toepassing van de CAO voor Uitzendkrachten door de onderneming. Deze handleiding is bedoeld ten behoeve van

Nadere informatie

Jaarverslagen avv'de cao-fondsen boekjaar 2007

Jaarverslagen avv'de cao-fondsen boekjaar 2007 Jaarverslagen avv'de cao-fondsen boekjaar 2007 CAO NAAM NAAM FONDS AARDAPPELEN GROENTEN EN FRUIT, DETAILHANDEL SF AARDAPPELEN GROENTEN EN FRUIT, GROOTHANDEL AARDAPPELEN GROENTEN EN FRUIT, GROOTHANDEL Detailhandel

Nadere informatie

Workshop flexibiliteit in het arbeidsrecht 19 september 2013 Hoe flexibel is flexibel?!"

Workshop flexibiliteit in het arbeidsrecht 19 september 2013 Hoe flexibel is flexibel?! Workshop flexibiliteit in het arbeidsrecht 19 september 2013 Hoe flexibel is flexibel?!" Mr. G.W. (Geert) Rouwet sectie arbeidsrecht 1 2 Agenda 1. inleiding 2. feiten en ontwikkelingen 3. actualiteiten

Nadere informatie

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID AI Nr. 9705 Bijvoegsel Stcrt. d.d. 16-01-2002, nr. 11 ALGEMEEN VERBINDENDVERKLARING VAN GEWIJZIGDE BEPALINGEN VAN DE COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST VOOR

Nadere informatie

Over ontslagvergoeding: ontbinding of opzegging?

Over ontslagvergoeding: ontbinding of opzegging? Over ontslagvergoeding: ontbinding of opzegging? september 2009 mr J. Brouwer De auteur heeft grote zorgvuldigheid betracht in het weergeven van delen uit het geldende recht. Evenwel noch de auteur noch

Nadere informatie

Hierna geef ik een toelichting op mijn beoordeling. Hierbij komen de volgende onderwerpen aan de orde:

Hierna geef ik een toelichting op mijn beoordeling. Hierbij komen de volgende onderwerpen aan de orde: Belastingdienst Belastingdienst, Postbus 10014, 8000 GA Zwolle Advinsure BV T.a.v. mr. P.H.T.M. de Keijzer Europa-allee lob 8265 VB KAMPEN Betreft: Beoordeling overeenkomst Advinsure B.V. Geachte heer

Nadere informatie

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID AI Nr. 8639 Bijvoegsel Stcrt. d.d. 14-11-1996, nr. 221 ALGEMEEN VERBINDENDVERKLARING VAN GEWIJZIGDE BEPALINGEN VAN DE COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST VRIJWILLIG

Nadere informatie

Besluit aanmelding van collectieve arbeidsovereenkomsten en het aanvragen van algemeen verbindend verklaring

Besluit aanmelding van collectieve arbeidsovereenkomsten en het aanvragen van algemeen verbindend verklaring (Tekst geldend op: 01-10-2010) Besluit aanmelding van collectieve arbeidsovereenkomsten en het aanvragen van algemeen verbindend verklaring De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid; Gelet op de

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 706 31 januari 2018 Metaal en Techniek Goud- en Zilvernijverheid 2018/2019 Verbindendverklaring gewijzigde CAO-bepalingen

Nadere informatie

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID Metaal en Techniek Goud- en Zilvernijverheid 2006/2007 Verbindendverklaring gewijzigde CAO-bepalingen MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID BESLUIT VAN DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

Nadere informatie

VB-overzicht indexering 2003.

VB-overzicht indexering 2003. VB-overzicht inxering 2003 Persbericht VB-overzicht inxering 2003. NB cijfers uit ze tabel zijn niet onrling vergelijkbaar. Lees toelichting. Pensioenfonds Inxatie gepensioneern en slapers (%) Inxatie

Nadere informatie

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID AI Nr. 9038 Bijvoegsel Stcrt. d.d. 04-08-1998, nr. 145 ALGEMEEN VERBINDENDVERKLARING VAN GEWIJZIGDE BEPALINGEN VAN DE COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST VOOR

Nadere informatie

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID Bouwbedrijf 2003/2005 Bedrijfstakeigen Regelingen Verbindendverklaring gewijzigde CAO-bepalingen MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID AI Nr. 9993 Bijvoegsel Stcrt. d.d. 29-09-2003, nr. 187 ALGEMEEN

Nadere informatie

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID I-SZW Nr. 8560 Bijvoegsel Stcrt. d.d. 4-6-1996, nr. 104 ALGEMEEN VERBINDENDVERKLARING VAN GEWIJZIGDE BEPALINGEN VAN DE COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST INZAKE

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2016:2645

ECLI:NL:CRVB:2016:2645 ECLI:NL:CRVB:2016:2645 Instantie Datum uitspraak 13-07-2016 Datum publicatie 14-07-2016 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 14/4866 ZW Socialezekerheidsrecht

Nadere informatie

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID AI Nr. 9911 Bijvoegsel Stcrt. d.d. 14-04-2003, nr. 73 ALGEMEEN VERBINDENDVERKLARING VAN GEWIJZIGDE BEPALINGEN VAN DE COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST INZAKE

Nadere informatie

UITZENDBEPALINGEN IN CAO S IN 2013

UITZENDBEPALINGEN IN CAO S IN 2013 UITZENDBEPALINGEN IN CAO S IN 2013 Een onderzoek naar aantal en soort afspraken in cao s over uitzendkrachten en ondernemingen. OKTOBER 2013 N.Y. Kuiper J. de la Croix A.J. Machiels van Es INHOUDSOPGAVE

Nadere informatie

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID AI Nr. 9720 Bijvoegsel Stcrt. d.d. 01-02-2002, nr. 23 ALGEMEEN VERBINDENDVERKLARING VAN GEWIJZIGDE BEPALINGEN VAN DE COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST VOOR

Nadere informatie

Arbeidsrecht Actueel. In deze uitgave: Bescherming van flexwerkers. Jaargang 19 (2014) november nr. 234

Arbeidsrecht Actueel. In deze uitgave: Bescherming van flexwerkers. Jaargang 19 (2014) november nr. 234 In deze uitgave: Jaargang 19 (2014) november nr. 234 Arbeidsrecht Actueel Bescherming van flexwerkers Arbeidsovereenkomsten voor bepaalde tijd Proeftijd Concurrentiebeding Uitzendbeding Nulurencontracten

Nadere informatie

afspraken die in het Najaarsoverleg 2008 zijn gemaakt. Volstaan wordt dan ook met hiernaar te verwijzen.

afspraken die in het Najaarsoverleg 2008 zijn gemaakt. Volstaan wordt dan ook met hiernaar te verwijzen. Reactie op de brief van de Nederlandse Orde van Advocaten (NOvA) inzake het wetsvoorstel tot wijziging van Boek 7, titel 10, van het Burgerlijk Wetboek in verband met het limiteren van de hoogte van de

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 24321 26 augustus 2014 Schilders- en Onderhoudsbedrijf in Nederland Bedrijfstakeigenregelingen 2014/2015 Verbindendverklaring

Nadere informatie

BESLUIT. Zaaknummer 1587/30 ATG vs St. OOMT Betreft zaak: ATG vs. SOOMT. I. Inleiding

BESLUIT. Zaaknummer 1587/30 ATG vs St. OOMT Betreft zaak: ATG vs. SOOMT. I. Inleiding BESLUIT Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit tot afwijzing van een aanvraag tot het nemen van een besluit op grond van artikel 56, eerste lid, van de Mededingingswet.

Nadere informatie

Vrijwillige premie beroepspensioenregeling werknemer

Vrijwillige premie beroepspensioenregeling werknemer Vrijwillige premie beroepspensioenregeling werknemer Inleiding Dit memo bevat de argumenten voor de fiscale aftrek van de premie betreffende het vrijwillige gedeelte van een beroepspensioenregeling bij

Nadere informatie

Casus 3 Het zal je werk maar zijn

Casus 3 Het zal je werk maar zijn Casus 3 Het zal je werk maar zijn Het CAO-recht is lastig. Veel partijen zijn namelijk bij een CAO betrokken: vakbonden, werkgevers(organisaties), werknemers die lid zijn van een vakbond die aan de CAO

Nadere informatie

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID I-SZW Nr. 8559 Bijvoegsel Stcrt. d.d. 04-06-1996, nr. 104 ALGEMEEN VERBINDENDVERKLARING VAN GEWIJZIGDE BEPALINGEN VAN DE COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST

Nadere informatie

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID Contractcateringbranche Vrijwillig Vervroegd Uittreden 2004/2008 Verbindendverklaring gewijzigde CAO-bepalingen MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID BESLUIT VAN DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 1402 20 januari 2012 Uitzendkrachten 2012 Verbindendverklaring gewijzigde CAO-bepalingen MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN

Nadere informatie

Online Seminar Pensioen

Online Seminar Pensioen Online Seminar Pensioen mr. Allard Bekius 23 april 2018 Inhoudsopgave 1. Verplichte deelneming pensioenfonds 2. Wijziging van de pensioenregeling 3. Het pensioenontslagbeding 4. Wijziging van de WOR 5.

Nadere informatie

Toetsingskader Wet Bpf 2000

Toetsingskader Wet Bpf 2000 SZW Toetsingskader Wet Bpf 2000 24 augustus 2001/ SV/V&P/2001/49697 Directie Sociale Verzekering De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (J.F. Hoogervorst), maakt bekend: gehoord hebbende

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 46193 28 september 2016 Metaal en Techniek Goud- en Zilvernijverheid 2016/2017 Verbindendverklaring gewijzigde CAO-bepalingen

Nadere informatie

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID Gevestigde Bloemendetailhandel Inzake Sociaal Fonds 2003 Verbindendverklaring gewijzigde CAO-bepalingen MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID AI Nr. 9871 Bijvoegsel Stcrt. d.d. 21-01-2003, nr.

Nadere informatie

Advies Aanpassingswet normalisering rechtspositie ambtenaren

Advies Aanpassingswet normalisering rechtspositie ambtenaren Advies Aanpassingswet normalisering rechtspositie ambtenaren Dit document bevat de alternatieve tekst van het origineel. Dit document is bedoeld voor mensen met een visuele beperking, zoals slechtzienden

Nadere informatie

Q&A Algemeen Wat is SFU? Wat is de SFU cao? Hoe word ik aangemeld bij SFU? Wie zijn aangesloten bij SFU?

Q&A Algemeen Wat is SFU? Wat is de SFU cao? Hoe word ik aangemeld bij SFU? Wie zijn aangesloten bij SFU? Q&A Algemeen Wat is SFU? Stichting Fonds Uitzendbranche (SFU): een begrip in de uitzendbranche. De stichting is per 1 januari 2007 in het leven geroepen. Het sociaal fonds voor de uitzendbranche (SFU)

Nadere informatie

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE > Retouradres Postbus 90801 2509 LV Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE 2513AA22XA Postbus 90801 2509 LV Den Haag Parnassusplein 5 T 070 333

Nadere informatie

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID Timmerfabrieken in Nederland Voorziening bij Ongeval 1998/1999 Verbindendverklaring CAO-bepalingen MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID AI Nr. 9032 Bijvoegsel Stcrt. d.d. 14-07-1998, nr. 130

Nadere informatie

BESLUIT. 3. De Raad heeft wegens de hiervoor in randnummer 1 genoemde overtreding aan Bouwbedrijf P. Moll B.V. een boete opgelegd.

BESLUIT. 3. De Raad heeft wegens de hiervoor in randnummer 1 genoemde overtreding aan Bouwbedrijf P. Moll B.V. een boete opgelegd. Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Nummer 3938_650/35 Betreft zaak: B&U-sector / Beheermaatschappij P. Moll Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit op de bezwaren

Nadere informatie

VRIJSTELLINGSBELEID. Stichting Pensioenfonds voor Personeelsdiensten

VRIJSTELLINGSBELEID. Stichting Pensioenfonds voor Personeelsdiensten VRIJSTELLINGSBELEID Stichting Pensioenfonds voor Personeelsdiensten Vrijstellingsbeleid Stichting Pensioenfonds voor Personeelsdiensten 1. Inleiding Het bestuur van Stichting Pensioenfonds voor Personeelsdiensten

Nadere informatie

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID BESLUIT VAN DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID VAN 1 DECEMBER 2003 TOT WIJZIGING VAN HET BESLUIT TOT VERBINDENDVERKLARING VAN BEPALINGEN VAN

Nadere informatie

Payrollconstructie - en andere driehoeksrelaties - doorgeprikt?

Payrollconstructie - en andere driehoeksrelaties - doorgeprikt? Payrollconstructie - en andere driehoeksrelaties - doorgeprikt? Stand van zaken wetgeving en jurisprudentie 16 januari 2014 Iris Hoen Inleiding 1. Payrolling 2. Relatie tussen payrollonderneming en werknemer

Nadere informatie

ECLI:NL:RBZWB:2014:7769

ECLI:NL:RBZWB:2014:7769 ECLI:NL:RBZWB:2014:7769 Instantie Datum uitspraak 12-11-2014 Datum publicatie 24-11-2014 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Rechtbank Zeeland-West-Brabant 2807368_E12112014

Nadere informatie

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID BESLUIT VAN DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID VAN 15 AUGUSTUS 2006 TOT WIJZIGING VAN HET BESLUIT TOT VERBINDENDVERKLARING VAN BEPALINGEN VAN

Nadere informatie

Stichting Pensioenfonds voor Personeelsdiensten Circulaire 2011

Stichting Pensioenfonds voor Personeelsdiensten Circulaire 2011 Stichting Pensioenfonds voor Personeelsdiensten Circulaire 2011 StiPP wenst u prettige feestdagen en een voorspoedig 2011 Deze circulaire verschijnt jaarlijks en is bestemd voor alle werkgevers die aangesloten

Nadere informatie

Aan decentrale cao-partijen. Geachte mevrouw, heer,

Aan decentrale cao-partijen. Geachte mevrouw, heer, Aan decentrale cao-partijen Den Haag : 6 februari 2014 Ons kenmerk Uw kenmerk : Betreft : S.A.14.004.27 JM/JS : Heroverweging cao-bepalingen over uitzendkrachten naar aanleiding van SZW-onderzoek 2013

Nadere informatie

Casus 4 Een dagje ouder

Casus 4 Een dagje ouder Casus 4 Een dagje ouder CAO s zijn overeenkomsten en hebben daardoor een bepaalde looptijd. Houdt hun werking op als de tijd verstreken is en CAOpartijen (nog) geen nieuwe CAO hebben kunnen afsluiten?

Nadere informatie

3. Werknemers die niet deelnemen aan de pensioenregeling van de werkgever

3. Werknemers die niet deelnemen aan de pensioenregeling van de werkgever 3. Werknemers die niet deelnemen aan de pensioenregeling van de werkgever 3.1 Inleiding Er kunnen verschillende redenen zijn waarom een werknemer niet deelneemt aan de pensioenregeling van zijn werkgever.

Nadere informatie