VBC Aa en Maas. Visplan Aa en Maas. & Brabantse kanalen

Transcriptie

1 VBC Aa en Maas Visplan Aa en Maas & Brabantse kanalen

2

3 Statuspagina Titel Samenstelling Homepage Visplan Aa en Maas & Brabantse kanalen VBC Aa en Maas Biesboschweg 4a 4924 BB Drimmelen aa-en-maas.visstandbeheercommissie.nl Bibliografische referentie: VBC Aa en Maas, Visplan Aa en Maas & Brabantse kanalen. VBC Aa en Maas te Drimmelen. Sportvisserij Nederland (Bilthoven ) en Sportvisserij Zuidwest Nederland (Drimmelen) Niets uit dit rapport mag worden vermenigvuldigd door middel van druk, fotokopie, microfilm of op welke andere wijze dan ook zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de copyright-houder.

4

5 Inhoudsopgave 1 Inleiding Huidige situatie gebied en beleid Gebiedsbeschrijving en begrenzing Beleid en beheer visstand, visserij en watersystemen Plannen en projecten Huidige situatie visserij, visserijbeheer en visstand Visrechten en visserijgebruik Visstand en viswatertype Visuitzettingen Visonttrekking Vismortaliteit Visserijkundig onderzoek, monitoring en vangstregistratie Regelgeving Controle en handhaving Bereikbaarheid en bevisbaarheid Voorgenomen maatregelen Visrechten en visserijgebruik Visstand en viswatertype Visuitzettingen Visonttrekking Vismortaliteit Visserijkundig onderzoek, monitoring en vangstregistratie Regelgeving Controle en handhaving Bereikbaarheid en bevisbaarheid Toetsing voorgenomen maatregelen en uitvoeringsprogramma Evaluatie, communicatie en overig Evaluatie Communicatie Bijlagen

6

7 - Inleiding - 1 Inleiding GEWIJZIGD 26 APRIL 2011 In lijn met het Beleidsbesluit Binnenvisserij en de Beleidsnota Visstanden visserijbeheer van het waterschap Aa en Maas geeft de Vistandbeheercommissie (VBC) Aa en Maas vorm aan een planmatig visserijbeheer. Verplicht hiervoor is het opstellen van een visplan. Hiermee voldoet de VBC aan de door het Ministerie van EL&I (voormalig LNV) en het Waterschap Aa en Maas gestelde bijzondere voorwaarde in de huurovereenkomsten voor het visrecht. In het Visplan wordt beschreven hoe de visrechthebbende hengelsportverenigingen in het beheergebied van Waterschap Aa en Maas en de Brabantse kanalen (Rijkswateren) het visstandbeheer willen uitvoeren. Het plan is in samenwerking met betrokken partijen binnen de VBC opgesteld. Het is echter geen VBC-plan, maar een plan van de visrechthebbenden binnen de VBC. Bij het visstandbeheer en visserijbeheer moet rekening worden gehouden met de doelen van Europese Kaderrichtlijn Water (KRW). Dit visplan heeft uitsluitend betrekking op de waterschapswateren en rijkswateren. Wateren van andere partijen (gemeenten, particulieren) worden vooralsnog niet in het visplan meegenomen. Het visplan is een groeidocument, waarin prioriteit gegeven aan wateren waarvoor een visplanverplichting geldt VBC Aa en Maas

8 - Visplan Aa en Maas & Brabantse Kanalen - Naast een goede visstand zijn voor de sportvisserij ook een goede bereikbaarheid en bevisbaarheid van de wateren van groot belang. In het visplan wordt daarom beschreven hoe het op dit moment met de bereikbaarheid en bevisbaarheid is gesteld. Ook wordt aangegeven hoe geprobeerd zal worden om knelpunten met betrekking tot deze aspecten op te lossen. Dit visplan is een groeidocument, dat in de komende jaren verder kan worden aangevuld en geconcretiseerd. Leeswijzer In hoofdstuk 2 wordt de huidige situatie van het gebied en het beleid dat betrekking heeft op visstandbeheer en visserij beschreven. In hoofdstuk 3 wordt de huidige situatie van de sportvisserij, het visserijbeheer en de visstand beschreven. Onder andere een overzicht van visrechten, visuitzetting en visonttrekkingen komen aan de orde. De voorgenomen maatregelen om de gewenste situatie en streefbeelden voor de visstand en visserij te bereiken worden in hoofdstuk 4 beschreven. In hoofdstuk 5 worden de voorgenomen maatregelen getoetst. En tot slot is in hoofdstuk 6 een uitvoeringsprogramma opgenomen, om de maatregelen ook daadwerkelijk te realiseren. Het Visplan wordt besloten met bijlagen VBC Aa en Maas 1-2

9 2 Huidige situatie gebied en beleid - Huidige situatie gebied en beleid - GEWIJZIGD 26 APRIL Gebiedsbeschrijving en begrenzing Dit visplan heeft betrekking op het beheergebied van Waterschap Aa en Maas. Daarnaast worden ook de Rijkswateren Zuid-Willemsvaart, Wilhelminakanaal en Markkanaal in dit visplan meegenomen. Deze wateren staan bekend als Brabantse kanalen. In figuur 2.1 is het gebied weergegeven. Op deze kaart zijn ook de sluizen met bijbehorende nummers opgenomen. De Kanaaltak Amer-Oosterhout wordt opgenomen in het Visplan Benedenrivieren, vanwege de directe verbinding met de Amer en de visrechtensituatie (zie paragraaf 3.1). De Donge is onderdeel van VBC Brabantse Delta. De Kanaaltak Amer-Oosterhout en de Donge worden niet in dit visplan opgenomen. Figuur 2.1 Topografische ondergrond: Topografische Dienst, Emmen Overzichtskaart plangebied Waterschap Aa en Maas heeft het beheergebied ingedeeld in vier districten, namelijk Beneden Aa, Boven Aa, Hertogswetering en Raam. Voor meer informatie wordt verwezen naar het Waterbeheerplan Dit plan is te downloaden op de website van het waterschap: Meer informatie over de Brabantse kanalen is te vinden op de website van Rijkswaterstaat, door te klikken op de naam van het betreffende water: Water Feiten en cijfers; Vaarwegenoverzicht VBC Aa en Maas

10 - Visplan Aa en Maas & Brabantse Kanalen Beleid en beheer visstand, visserij en watersystemen Gebiedsvisie Sportvisserij Oost-Brabant In 2004 is de Gebiedsvisie Sportvisserij Oost-Brabant verschenen. Deze visie werd opgesteld in opdracht van Sportvisserij Zuidwest Nederland en is bedoeld om het visstandbeheer in Oost-Brabant gestructureerd vorm te geven. Hiervoor wordt in de visie een voorstel gedaan voor jaarlijks overleg tussen waterbeheerders, natuurbeheerders en visstandbeheerders. Hiermee werd een voorzet gedaan op de instelling van de VBC s, zoals die er op dit moment zijn in de waterschapsgebieden van Aa en Maas en De Dommel. In de gebiedsvisie worden negen verschillende watertypen onderscheiden die elk hun eigen sportvisserijfunctie hebben en hun eigen kansen en bedreigingen kennen. De visie wordt afgesloten met de formulering van een aantal concrete projecten, waarin de sportvisserij het voortouw neemt. Verschillende van deze projecten zijn nog niet uitgevoerd, maar zijn nog wel steeds actueel. Deze relevante projecten zijn opgenomen in hoofdstuk 4; Voorgenomen maatregelen van dit visplan. Beleid waterschap Aa en Maas In het waterbeheerplan staat aangegeven wat waterschap Aa en Maas in de periode 2010 tot 2015 gaat uitvoeren. Het waterschap stelt zijn eigendommen langs waterlopen open voor recreatief medegebruik en daarmee dus ook sportvisserij. Uiteraard moeten de negatieve effecten daarvan beperkt blijven. Wat betreft de sportvisserij wil het waterschap de sportvissers voldoende ruimte bieden om hun sport uit te kunnen oefenen. Bij het uitvoeren van zijn taken houdt het waterschap rekening met o.a. recreatief medegebruik. Als partijen met goede initiatieven komen, doet het waterschap mee. Sportvisserij Water dat waterschap Aa en Maas in eigendom heeft, wordt verhuurd aan overkoepelende organisaties van hengelsportverenigingen. Het waterschap ziet deze organisaties als belangrijke partners om te komen tot een gezonde visstand. Onderlinge afstemming vindt plaats in de Visstandbeheercommissie Aa en Maas. Visstandbeheer Waterschap Aa en Maas streeft naar duurzame en veerkrachtige watersystemen. Dat betekent dat er voldoende water is (niet te veel en niet te weinig) van goede kwaliteit en dat mensen op een duurzame manier gebruik kunnen maken en kunnen genieten van het water. Voor alle wateren streeft het waterschap naar een gezonde en duurzame visstand. Dat wil zeggen dat de soorten die van nature in de oppervlaktewateren thuishoren er in natuurlijke aantallen en leeftijdsopbouw voorkomen. De KRW is daarbij bepalend. Een gedetailleerde beschrijving van het visstand- en visserijbeheer van waterschap is aangegeven in de nota Visstand- en visserijbeheer waterschap Aa en Maas, VBC Aa en Maas 2-2

11 - Huidige situatie gebied en beleid - Kaderrichtlijn Water (KRW) Waterschapwateren Door het waterschap Aa en Maas zijn verschillende KRW-waterlichamen aangewezen. De volgende typen komen in het waterschapsgebied voor: Code M1a M3 M6a M6b R4 R5 R6 R14 Naam Zoete gebufferde sloten (overgangssloten, sloten in rivierengebied) Gebufferde (regionale) kanalen Grote ondiepe kanalen zonder scheepvaart Grote ondiepe kanalen met scheepvaart Permanent langzaam stromende bovenloop op zand Langzaam stromende midden/benedenloop op zand Langzaam stromend riviertje op zand/klei Snelstromende midden/benedenloop op zand Figuur 2.2 KRW Waterlichamen Een lijst van de KRW-waterlichamen is opgenomen in bijlage II. Hierbij wordt door het waterschap onderscheid gemaakt in verschillende subtypen binnen de R-typen, namelijk voor wateren met een landbouwfunctie (LB), een natuurfunctie (N) en wateren in bebouwd gebied (BB). De maatlatten voor de verschillende KRW-typen zijn ook opgenomen in bijlage II. Meer informatie is te vinden in het rapport Ontwerp ecologische doelen Kaderrichtlijn Water; Technisch Achtergronddocument (Waterschap Aa en Maas, 2008) VBC Aa en Maas

12 - Visplan Aa en Maas & Brabantse Kanalen - Brabantse kanalen De Brabantse kanalen zijn getypeerd als het KRW-watertype M6 (grote ondiepe kanalen). Deze maatlat is onderverdeeld in M6a (kanalen zonder scheepvaart) en M6b (Kanalen met scheepvaart). De Brabantse kanalen behoren dus tot deze laatste categorie. Kanalen hebben de status kunstmatig. Deze status houdt in dat de visstand niet kan voldoen aan de maatlatten voor natuurlijke wateren. Daarom is voor de kanalen een afgeleide maatlat opgesteld, waarbij rekening is gehouden met de kunstmatige inrichting. In onderstaande tabel is de landelijk vastgestelde KRW-maatlat voor het watertype M6B weergegeven. Bij de Brabantse kanalen wordt gestreefd naar het behalen van een goed ecologisch potentieel (GEP). Dit houdt in dat om te voldoen aan de maatlat maximaal 65% van de visbiomassa mag bestaan uit brasem en karper. Minimaal 5% van de biomassa moet bestaan uit plantenminnende vis en er moeten minimaal 4 soorten plantenminnende en/of migrerende vissoorten aanwezig doen. Momenteel voldoet de visstand in de Brabantse kanalen net niet aan de maatlat (score is 0,56, terwijl deze minimaal 0,6 moet zijn). Meer informatie over de typering en de huidige toestand van de Brabantse kanalen is te vinden in het Brondocument Midden Limburgse en Noord Brabantse kanalen 2009, dat behoort bij het Beheerplan Rijkswateren Dit beheerplan en het brondocument zijn te downloaden via deze link: Water Plannen en projecten; Beheerplan voor de Rijkswateren Documenten Meer informatie over de maatlatten voor sloten en kanalen is te vinden op de website van Stowa via de al eerder bij de waterschapswateren genoemde link Natura 2000 In het plangebied zijn enkele gebieden aangewezen als Natura 2000 gebied. Het gaat hier om de gebieden Oeffelter Meent, Deurnsche Peel & Mariapeel, Groote Peel, Strabrechtse Heide & Beuven, en het gebied Vlijmens Ven, Moerputten & Bossche Broek. Uitgebreide informatie te vinden via deze link: Natuur Gebiedsbescherming Natura 2000 Gebiedendatabase VBC Aa en Maas 2-4

13 - Huidige situatie gebied en beleid - Figuur 2.3 Topografische ondergrond: Topografische Dienst, Emmen Overzicht Natura 2000 gebieden In enkele van de Natura 2000-gebieden zijn KRW waterlichamen aanwezig. In deze gebieden vind mogelijk dus ook sportvisserij plaats. In onderstaande tabel worden de Natura 2000-gebieden met de daarin liggende KRW waterlichamen genoemd. Detailkaartjes zijn opgenomen in bijlage III. Natura 2000-gebied Oeffelter Meent Deurnsche Peel & Mariapeel Groote Peel Stabrechtse Heide & Beuven Vlijmens Ven, Moerputten & Bossche Broek KRW waterlichaam Virdsche Graaf en Viltsche Graaf, Oeffeltsche Raam Peelkanalen Eeuwselse Loop Geen Nieuwe Boschesloot en Vlijmense Hoofdloop, Drongelens Kanaal Nederlands aalbeheerplan In 2009 is het Nederlands aalbeheerplan goedgekeurd door de Europese Commissie. Het plan zet in op een herstel van de Europese aalstand met behoud van een gereguleerde aalvisserij. Concreet houdt dit in dat sportvissers alle gevangen aal direct in hetzelfde water terug moeten zetten (deze regel is door Sportvisserij Nederland al per 1 januari 2009 ingevoerd) en dat de beroepsvissers vanaf 2010 niet meer op aal mogen vissen in de maanden september, oktober en november (in 2009 was dit oktober en november). Ook zal in de komende jaren worden gewerkt aan aalherstel door VBC Aa en Maas

14 - Visplan Aa en Maas & Brabantse Kanalen - maatregelen als de uitzet van glasaal en het opheffen van migratiebarrières (bijvoorbeeld gemalen en waterkrachtcentrales) voor schieraal. 2.3 Plannen en projecten Er zijn diverse relevante plannen en projecten die van invloed kunnen zijn op de sportvisserijmogelijkheden en/of de visstand in het projectgebied. Enkele belangrijke projecten zijn: - Omleiding Zuid Willemsvaart rond Den Bosch: Waarschijnlijk wordt in 2011 gestart met de aanleg van dit nieuwe stuk kanaal. Dit kanaal zal kruisen met de Aa, die door middel van een sifon met een lengte van circa 100 meter onder het kanaal door geleid zal worden. Een randvoorwaarde bij het ontwerp is dat de sifon vispasseerbaar is. Dit omdat het beleid van het waterschap is dat er geen nieuwe barrières voor de vismigratie ontstaan. Een belangrijke wens van de sportvisserij is dat de omleiding bereikbaar en bevisbaar wordt voor sportvissers. - Waterkrachtcentrales: Er zijn diverse ideeën voor de bouw van kleine waterkrachtcentrales in de Aa en de Brabantse Kanalen. Ook hierbij geldt het beleid van het waterschap dat er geen nieuwe migratiebarrières mogen komen. De waterkrachtcentrales zullen dus passeerbaar voor vis en visvriendelijk moeten zijn. - Waterbeheerplan : In het Waterbeheerplan van het Waterschap Aa en Maas worden diverse visgerelateerde inrichtingsmaatregelen genoemd. Dit zijn beekherstel, aanleg van ecologische verbindingszones langs waterlopen, aanleggen natuurvriendelijke oevers, ecologisch beheer (ambitie 1100 km waterloop) en het realiseren van vispassages. - Gebiedsvisie Sportvisserij Oost Brabant: De relevante plannen en projecten uit de gebiedsvisie zijn opgenomen in hoofdstuk 4 van dit visplan VBC Aa en Maas 2-6

15 - Huidige situatie visserij, visserijbeheer en visstand - GEWIJZIGD 26 APRIL Huidige situatie visserij, visserijbeheer en visstand LET OP! Bij onderstaande paragrafen wordt bij diverse paragrafen onderscheid gemaakt tussen de waterschapswateren en de Brabantse kanalen. 3.1 Visrechten en visserijgebruik Visrechten Waterschapswateren De visrechten van de waterschapswateren zijn voor het grootste deel in handen van drie partijen. Het volledige visrecht van wateren in de districten Hertogswetering en Raam (voormalig waterschap De Maaskant) wordt verhuurd aan Sportvisserij Zuidwest Nederland. Deze wateren zijn opgenomen in de Landelijke Lijst van Viswateren, zodat elke VISpashouder hier mag vissen. Een uitzondering is het Drongelens Kanaal waarvoor een exclusieve machtiging is gegeven aan vijf hengelsportverenigingen. De visrechten van de wateren in de districten Boven Aa en Beneden Aa (voormalig waterschap De Aa) worden verhuurd aan de Beheereenheid Stroomgebied De Aa en HSV Ons Genoegen uit Asten. De wateren die door HSV Ons genoegen worden gehuurd, zijn opgenomen in de lijst van viswateren van de beheereenheid. Bij de Beheereenheid Stroomgebied de Aa zijn diverse hengelsportverenigingen uit de regio aangesloten (de afzonderlijke hengelsportverenigingen zijn ook allemaal aangesloten bij Sportvisserij Zuidwest Nederland). De betreffende wateren zijn niet opgenomen in de Landelijke of Federatieve Lijst van Viswateren. Wel vindt uitwisseling van wateren plaats met Dommelvisrecht. Brabantse kanalen De visrechten op de Brabantse kanalen zijn door de Staat uitgegeven aan Sportvisserij Zuidwest Nederland en verschillende hengelsportverenigingen. Bij de Kanaaltak Amer-Oosterhout gaat het hierbij alleen om het schubvisrecht. Het aalvisrecht wordt uitgegeven aan Visserijbedrijf Klop. De Kanaaltak Amer-Oosterhout wordt opgenomen in het Visplan voor de Benedenrivieren. Bij de overige kanalen is het volledige visrecht van de sportvisserij. De kanalen zijn opgenomen in de Landelijke lijst van Viswateren bij de VISpas. Voor het gedeelte van KEHV De Ruischvoorn is als beperking opgenomen dat slechts met één hengel met de aangenomen aassoorten mag worden gevist en dat het verboden is om gevangen vis mee te nemen. Op de kaart op de volgende bladzijde is de visrechtensituatie weergegeven. In bijlage IV is een lijst opgenomen met een overzicht van de visrechtensituatie VBC Aa en Maas

16 - Visplan Aa en Maas & Brabantse Kanalen - De Dieze, die de verbinding vormt tussen de Zuid-Willemsvaart en de Maas, is geen Staatswater. Op het Stadskantoor van Den Bosch zijn schriftelijke toestemmingen voor sportvissers verkrijgbaar. Topografische ondergrond: Topografische Dienst, Emmen Figuur 3.1 Overzicht visrechten Aa en Maas & Brabantse kanalen Visserijgebruik In de Gebiedsvisie Sportvisserij Oost-Brabant (Kamman, 2004) die betrekking heeft op de beheersgebieden van de waterschappen Aa en Maas en De Dommel, is een beschrijving gegeven van het sportvisserijgebruik in dit gebied. In onderstaande tabel is aangegeven in welk percentage de verschillende sportvistypen zijn vertegenwoordigd. Ook wordt per sportvistype aangegeven welke wateren zij in het algemeen bevissen. Voor uitgebreidere informatie wordt verwezen naar de Gebiedsvisie. Hoofdzakelijk karpervissers maken gebruik van de mogelijkheid om s nachts te vissen. Vooral in stadswateren leidt dit in sommige gevallen tot overlast voor buurtbewoners VBC Aa en Maas 3-2

17 - Huidige situatie visserij, visserijbeheer en visstand - Percentage Scheepvaartkanalen Oude Kanalen Recreatievisser 69 X X X X X X X X X Wedstrijdvisser 22 X X X Karpervisser 15 X X X X X X Snoekvisser 14 X X X X X X X Snoekbaarsvisser 14 X X Vliegvisser 2 X X X Weteringen en sloten Beken Afgesloten meanders Stadwateren Wielen Zandwinputten Visvijvers 3.2 Visstand en viswatertype Visstand Waterschapswateren In 2006 zijn 22 wateren in het de districten Beneden Aa en Boven Aa bemonsterd. In 2009 is een KRW-bemonstering uitgevoerd in de districten Hertogswetering en Raam. De samenvattingen van deze bemonsteringen zijn opgenomen in bijlage V. Brabantse Kanalen In de Brabantse Kanalen hebben geen recente visstandbemonsteringen plaats gevonden, waardoor geen goed beeld van de huidige visstand gevormd kan worden. Viswatertype In onderstaande tabel is weergegeven tot welke viswatertypen de verschillende wateren in het gebied behoren. Deze informatie is afkomstig uit de Gebiedsvisie Sportvisserij Oost-Brabant (Kamman, 2004). Voor meer informatie en een beschrijving van de viswatertypen wordt verwezen naar deze visie VBC Aa en Maas

18 - Visplan Aa en Maas & Brabantse Kanalen - Scheepvaartkanalen ruisvoorn-snoek X X X snoek-blankvoorn X X X X X blankvoorn-brasem X X X brasem-snoekbaars X X X X X X X blankvoorn-brasem diep X X brasem-snoekbaars diep X X * Niet ingedeeld. Typering alleen bruikbaar voor stilstaande wateren Oude Kanalen Weteringen en sloten Beken* Afgesloten meanders Stadwateren Wielen Zandwinputten Visvijvers 3.3 Visuitzettingen Waterschapswateren Er is in de afgelopen 10 jaar door Sportvisserij Zuidwest Nederland en Beheerseenheid Stroomgebied de Aa geen vis uitgezet in de waterschapswateren waar deze partijen visrechthebbende zijn. Brabantse kanalen In de Brabantse kanalen worden enkele spiegelkarperprojecten uitgevoerd. Onderstaand zijn de gegevens opgenomen. Zuid Willemsvaart In de jaren 2005 tot en met 2007 zijn er spiegelkarpers uitgezet in de Zuid Willemsvaart. In onderstaande tabel zijn de uitgezette aantallen per jaar en per kanaalpand weergegeven. Hierbij is geen rekening gehouden met een uitzetsterfte van 25% en een jaarlijkse sterfte van 5%, waardoor de in werkelijkheid aanwezige hoeveelheid spiegelkarpers per hectare lager zal zijn. Zuid Willemsvaart Sluis 0-3 Zuid Willemsvaart Sluis 3-4 Zuid Willemsvaart Sluis TOTAAL PER PAND Oppervlakte pand (ha) AANTAL PER HECTARE TOTAAL PER JAAR 2011 VBC Aa en Maas 3-4

19 - Huidige situatie visserij, visserijbeheer en visstand - Wilhelminakanaal In 2009 en 2010 zijn spiegelkarpers uitgezet in het Wilhelminakanaal. In onderstaande tabel zijn de uitgezette aantallen per jaar en per kanaalpand weergegeven. Hierbij is geen rekening gehouden met een uitzetsterfte van 25% en een jaarlijkse sterfte van 5%, waardoor de in werkelijkheid aanwezige hoeveelheid spiegelkarpers per hectare lager zal zijn. Tussen sluis 1 en 2 zullen in november 2010 nogmaals circa 50 spiegelkarpers worden uitgezet. Over het vervolg van de uitzettingen tussen sluis 3 en 4 zal de Karperafdeling Tilburg nog overleggen met KEHV De Ruischvoorn. Wilhelminakanaal Sluis 1-2 Wilhelminakanaal Sluis (planning) TOTAAL PER PAND Oppervlakte pand (ha) AANTAL PER HECTARE TOTAAL PER JAAR 3.4 Visonttrekking Sportvisserij Visonttrekking door sportvissers bestaat vrijwel uitsluitend uit snoekbaars, vanwege zijn goede kwaliteiten als consumptievis. Er zijn geen gegevens over de omvang van de snoekbaarsonttrekking in het plangebied. Vanwege het heldere water komt in de meeste wateren slechts weinig snoekbaars voor, waardoor er dus ook weinig tot niet gericht op snoekbaars wordt gevist. De onttrekking van vis is daarom te verwaarlozen. Een uitzondering hierop vormen de Rijkskanalen die vanwege de scheepvaart meestal redelijk troebel zijn. Hier komt waarschijnlijk meer snoekbaars voor en wordt mogelijk dus ook meer snoekbaars door sportvissers onttrokken. De snoekbaarsonttrekking wordt gereguleerd door de geldende meeneemlimiet van 3 maatse snoekbaarzen per vissessie. Nadere gegevens over de snoekbaarsontrekking zullen in de loop van 2011 beschikbaar komen. Hiervoor wordt momenteel een landelijk onderzoek uitgevoerd door IMARES. Een schatting van het aanwezige snoekbaarsbestand kan niet worden gemaakt, omdat er in de afgelopen jaren geen visstandbemonsteringen in de Brabantse Kanalen hebben plaatsgevonden. Vanaf 2009 is het voor de leden van een bij Sportvisserij Nederland aangesloten hengelsportvereniging niet meer toegestaan om paling mee te nemen. Elke gevangen aal moet direct in hetzelfde water worden VBC Aa en Maas

20 - Visplan Aa en Maas & Brabantse Kanalen - teruggezet. Naast de hierboven genoemde soorten geldt voor de soorten snoek, karper en forel een terugzetverplichting. In totaal mag een sportvisser niet meer dan 15 dode zoetwatervissen groter dan 15 centimeter in zijn bezit hebben. Beroepsvisserij Het aalvisrecht in de Kanaaltak Amer-Oosterhout is verhuurd aan Visserijbedrijf Klop. Deze beroepsvisser mag aal onttrekken binnen de daarvoor geldende voorwaarden in de huurovereenkomst en binnen de kaders van het Nederlands aalbeheerplan. De beroepsvisserij voor dit kleine stukje water wordt niet opgenomen te nemen in dit visplan, maar wordt meegenomen in het Visplan voor de Benedenrivieren, waar Visserijbedrijf Klop meer visrechten heeft. Stroperij Stroperij kan van invloed zijn op de visstand. Er is geen inschatting te maken van de omvang van stroperij. Zo nodig wordt er gecontroleerd en gehandhaafd op ongeoorloofde visserijactiviteiten. 3.5 Vismortaliteit Er zijn geen specifieke gegevens voor dit gebied bekend over vismortaliteit door gemalen, stroperij enzovoorts. Ook met betrekking tot predatie door aalscholvers zijn geen kwantitatieve gegevens bekend. Wel is de indruk dat de aalscholverpredatie in diverse wateren een significant negatief effect heeft op de visstand. Dit kan worden afgeleid uit de resultaten van diverse visstandbemonsteringen die door Sportvisserij Nederland in de afgelopen jaren zijn uitgevoerd. Voor meer informatie wordt verwezen naar het rapport Effecten van aalscholvers op visbestanden (De Laak & Aarts, 2008). Onderhoud watergangen De visrechthebbenden zijn van mening dat onderhoud van watergangen (maaien en baggeren) soms op een voor de vis niet optimale manier gebeurt, waardoor onnodige vissterfte op kan treden. Vissterfte als gevolg van maaiwerkzaamheden kan optreden doordat vissen met het maaisel op de oever terecht komen, of doordat zuurstofarme omstandigheden ontstaan als maaiafval niet uit het water wordt verwijderd. Er is een achterstand in baggerwerkzaamheden, waardoor sommige watergangen ondiep zijn. Dit kan vooral in warme zomers en tijdens ijsvorming in de winter leiden tot vissterfte. Vooral de combinatie van ijs en sneeuw is gevaarlijk, omdat in dat geval vaak zuurstofloze omstandigheden onder het ijs ontstaan. Momenteel werken het waterschap en Rijkswaterstaat aan het inhalen van achterstallig baggerwerk, wat een positief effect kan hebben op de visstand. Riooloverstorten Riooloverstorten kunnen in sommige gevallen leiden tot vissterfte. Het waterschap spant zich in om riooloverstorten te verminderen. De mogelijkheden voor optimalisatie van het rioolsysteem en terugdringen 2011 VBC Aa en Maas 3-6

21 - Huidige situatie visserij, visserijbeheer en visstand - van het aantal overstorten worden zoveel mogelijk benut, waardoor vissterfte in de toekomst zoveel mogelijk kan worden voorkomen. Als toch overstorten optreden, worden maatregelen genomen die gericht zijn op het voorkomen/beperken van vissterfte. 3.6 Visserijkundig onderzoek, monitoring en vangstregistratie Waterschapswateren Het Waterschap Aa en Maas voert diverse visstandbemonsteringen uit. In de eerste plaats is dit zogenaamde toestand en trendmonitoring die één keer in de zes jaar wordt uitgevoerd. Zoals in paragraaf 3.2 al is genoemd, zijn de samenvattingen van de meest recente onderzoeken opgenomen in bijlage V. Daarnaast vindt gerichte monitoring (zogenaamde effectmonitoring) plaats naar onder anderen: - het effect van (integraal) uitgevoerde inrichtingsmaatregelen; - specifieke maatregelen voor de visstand uit het Uitvoeringsprogramma (bijvoorbeeld vishevels); - andere maatregelen die effect hebben op de visstand (bijvoorbeeld het uitvoeren van peilbeheer (stuwstanden) en het regulieronderhoud (maaiwerk). De samenvatting van een onderzoek naar migratie door enkele vispassages in de Hertogswetering is opgenomen in bijlage V. Meer informatie is te vinden in de Nota Visstand- en visserijbeheer Waterschap Aa en Maas. Deze nota is te downloaden via deze link: _en_visserijbeheer_waterschap_aa_en_maas. Brabantse kanalen Om te voldoen aan de voorwaarden van de KRW moet de visstand in de Brabantse kanalen 1 keer in de 6 jaar bemonsterd worden. Operationele monitoring (vergelijkbaar met effectmonitoring van het waterschap) vindt 1 keer per jaar plaats (Brondocument Midden Limburgse en Noord Brabantse kanalen 2009). In tegenstelling tot de genoemde termijnen in het brondocument, zijn in de afgelopen jaren echter geen KRWbemonsteringen uitgevoerd. Hengelvangstregistratie Voor individuele sportvissers is er de mogelijkheid om vangsten in te voeren op Momenteel zijn er nog te weinig deelnemende sportvissers om bruikbare informatie te verkrijgen. Bij een toename van het aantal registrerende sportvissers kunnen de hengelvangstgegevens nuttige kwalitatieve informatie over de visstand opleveren. 3.7 Regelgeving De visrechthebbenden dienen zich te houden aan de voorwaarden van de huurovereenkomst. Individuele sportvissers moeten zich houden aan de algemene voorwaarden en aan de aanvullende voorwaarden van Sportvisserij VBC Aa en Maas

22 - Visplan Aa en Maas & Brabantse Kanalen - Zuidwest Nederland die zijn opgenomen in de Landelijke lijst van Viswateren bij de VISpas. Daarnaast kan elke hengelsportvereniging echter aanvullende voorwaarden opnemen in de schriftelijke toestemming die zij uitgeven. Een gevolg hiervan is dat de regelgeving per water van elkaar kan verschillen. Nachtvissen In enkele wateren mag het hele jaar door s nachts gevist worden. Dit geldt voor de volgende wateren: In de regio Eindhoven: het Eindhovens Kanaal vanaf km.paal 76 tot aan de aansluiting van de Zuid-Willemsvaart, het Wilhelminakanaal vanaf de grens tussen de gemeente Son en Breugel en de gemeente Nuenen tot de sluis in de gemeente Lieshout, het Wilhelminakanaal vanaf de voormalige brug onder de gemeente Best tot de grens tussen de gemeente Son en Breugel en de gemeente Nuenen, het Wilhelminakanaal vanaf sluis 4 onder de gemeente Oost-West en Middelbeers tot de Aerlese brug onder Best, het ten zuiden van het Wilhelminakanaal bij sluis 4 te Diessen gelegen zijkanaal vanaf de stuw bij de Emmerscheweg oostwaarts tot aan de uitmonding in het Wilhelminakanaal uitmakende een gedeelte van het perceel, kadastraal bekend gemeente Diessen, sectie B, nr In de regio Helmond: de Zuid-Willemsvaart vanaf sluis 10 tot aan sluis 6 onder de gemeenten Asten, Lierop, Helmond, Aarle-Rixtel en Beek en Donk, het Wilhelminakanaal vanaf sluis 5 tot aan de uitmonding in de Zuid-Willemsvaart. In de regio Veghel: de Zuid-Willemsvaart vanaf sluis 5 nabij kmr te Erp tot aan de instroming in de rivier de Dieze onder de gemeente s- Hertogenbosch. Visserij bij kunstwerken In de huurovereenkomsten van het waterschap Aa en Maas staan met betrekking tot visserij bij kunstwerken de volgende regels: - Het is verboden op het viswater te vissen binnen een afstand van 50 meter bovenstrooms en 50 meter benedenstrooms vanaf een gemaal; - Het is verboden te vissen 5 meter bovenstrooms en 5 meter benedenstrooms stuwen en bruggen; - Het is verboden te vissen op 50 meter voor en 50 meter na een vistrap. In de huurovereenkomsten van Rijkswaterstaat zijn geen regels met betrekking tot de visserij bij kunstwerken opgenomen. 3.8 Controle en handhaving Bij Sportvisserij Zuidwest Nederland zijn 35 BOA s actief, een deel hiervan wordt ingezet voor controles in het gebied van de VBC Aa en Maas. KEHV de Ruischvoorn heeft ook een eigen BOA in dienst. Daarnaast beschikken diverse hengelsportverenigingen over verenigingscontroleurs. Deze controleurs hebben geen bevoegdheid om sportvissers te bekeuren, maar kunnen zo nodig wel hulp inschakelen van een BOA of van de politie. Op de website van Sportvisserij Nederland is informatie te vinden over de geldende boetebedragen voor verschillende overtredingen van de Visserijwet en vergunningvoorwaarden. Zie VBC Aa en Maas 3-8

23 - Huidige situatie visserij, visserijbeheer en visstand - VISpas Visserijwet en regels Binnenwater Overtredingen, feitcodes en boetebedragen. In 2010 zijn in het gebied van de VBC Aa en Maas controles ingevoerd in het online BOA-Registratiesysteem (BRS). Hierbij zijn 135 processen verbaal uitgeschreven en 41 waarschuwingen gegeven. In figuur 3.2 is een overzicht van de uitgevoerde controles in 2010 opgenomen. Hierbij valt op dat de meeste controles werden uitgevoerd op de Rijkskanalen. Topografische ondergrond: Topografische Dienst, Emmen Figuur 3.2 Overzicht controles Aa en Maas & Brabantse kanalen 3.9 Bereikbaarheid en bevisbaarheid Er zijn naar beleving van de sportvisserij nog vele mogelijkheden om tot verbetering van de bereikbaarheid en bevisbaarheid van diverse stekken te komen. Sommige visstekken verkeren in slechte staat. De sportvisserij streeft er naar om via samenwerking en afstemming tot verbetering te komen. Mogelijkheden van verbetering zijn: - Toegankelijk maken van afgesloten schouwpaden en wegen; - Verbeteren begaanbaarheid van onverharde paden; - Bereikbaar/bevisbaar maken vooroevers; - Voorkomen overdadige plantengroei; - Bevisbaar/bereikbaar maken natuurvriendelijke oevers/ecologische verbindingszones. Bij de aanleg van natuurvriendelijke oevers en ecologische VBC Aa en Maas

24 - Visplan Aa en Maas & Brabantse Kanalen - verbindingszones besteedt het waterschap wel aandacht aan het behouden van visstekken. Om in te kunnen spelen op de wensen van sportvissers is het echter wel van belang dat er een goed beeld is van het sportvisserijgebruik van de betreffende wateren. Op 29 juni 2010 is een intekenavond georganiseerd waar hengelsportverenigingen de gelegenheid kregen om de belangrijke trajecten voor de hengelsport en eventuele knelpunten op kaarten in te tekenen. Deze avond vormde een eerste aanzet om tot een zo volledig mogelijk beeld van het sportvisserijgebruik te komen. Vanwege de geringe opkomst zal het sportvisserijgebruik in de toekomst beter in kaart gebracht moeten worden. De verzamelde informatie is weergegeven in figuur 3.3. Hierbij is onderscheid gemaakt in algemene hengelsporttrajecten en wedstrijdtrajecten. Natuurlijk kunnen deze wedstrijdtrajecten ook door individuele sportvissers gebruikt worden, maar de benaming geeft aan dat deze stekken voldoen aan de eisen die gesteld worden aan een wedstrijdtraject. In bijlage VI is opgenomen welke eisen verschillende sportvistypen stellen aan hun visstek. In de tabel onder de figuur worden de ingetekende stekken benoemd. De figuur is aangevuld met bestaande en gewenste oevers voor de wedstrijdvisserij uit sportvisserijvisies uit het verleden. Van deze informatie uit het verleden is nog niet bekeken of dit overeenkomt met de huidige situatie. Deze kaart is een tussenproduct dat naar aanleiding van de intekenavond op 29 juni 2010 is gemaakt. De kaart is verre van volledig en moet nog verder worden ingevuld (zie hiervoor paragraaf 4.9) Figuur 3.3 Hengelsporttrajecten Topografische ondergrond: Topografische Dienst, Emmen 2011 VBC Aa en Maas 3-10

25 - Huidige situatie visserij, visserijbeheer en visstand - Nr. Naam Lengte Toelichting 1 Amertak 1 km Goed bereikbare stek 2 Wilhelminakanaal 200 m Vooraan parkeren 3 Wilhelminakanaal 500 m -- 4 Groote Wetering 1,2 km -- 5 Leigraaf 300 m -- 6 Leigraaf 400 m -- 7 Zuid Willemsvaart 800 m -- 8 Zuid Willemsvaart 500 m Industrieterrein Veghel 9 Zuid Willemsvaart 800 m Zuid Willemsvaart 1 km Lastig bevisbaar door waterplantengroei 11 Zuid Willemsvaart 500 m Zuid Willemsvaart 500 m Wordt soms gebruikt voor clubwedstrijden 13 Omleiding Z Wvaart 1,5 km -- 1 Amertak 1,5 km Lastig te betreden; grote basaltblokken 2 Wilhelminakanaal 2 km -- 3 Wilhelminakanaal 750 m -- 4 Wilhelminakanaal 1 km Zwaaikom niet bevisbaar 5 Omleiding Z Wvaart 1 km -- 6 Omleiding Z Wvaart 2 km -- 7 Zuid Willemsvaart 1,5 km -- Looprechten Om te kunnen en mogen vissen is het belangrijk dat sportvissers looprecht langs het viswater hebben. In de huurovereenkomst van het waterschap zijn met betrekking tot looprechten de volgende regels opgenomen: - Degene die een schriftelijke toestemming heeft, heeft, voor zolang deze van kracht is, automatisch toestemming tot het lopen over eigendommen van het waterschap, voor zover dit voor de uitoefening van de hengelsport noodzakelijk is, onverminderd hetgeen in de overige artikelen is bepaald. - Dijken en kaden mogen niet betreden worden waar beweiding plaatsvindt en waar deze afgerasterd zijn. - Op gedeeltes van het viswater met een functie ecologische verbindingszone is het slechts toegestaan te vissen aan die zijde die niet als ecologische verbindingszone is ingericht. In de huurovereenkomst van Rijkswaterstaat zijn geen regels met betrekking tot looprechten opgenomen. Het is niet bekend of er vanuit de sportvisserij wensen voor verbetering van de looprechtensituatie zijn. Dit zal in een uit te voeren inventarisatie van visstekken in beeld gebracht moeten worden (zie paragraaf 4.9) VBC Aa en Maas

26

27 4 Voorgenomen maatregelen - Voorgenomen maatregelen - GEWIJZIGD 26 APRIL 2011 Onderstaande maatregelen zijn een selectie van de genoemde maatregelen in de Gebiedsvisie Sportvisserij Oost-Brabant en de verschillende visstand- en sportvisserijbeheerplannen die in het verleden voor (delen van) het plangebied zijn geschreven (zie hiervoor bijlage 1; literatuur/gebruikte informatie). Zo nodig zijn de maatregelen toegespitst op de VBC Aa en Maas. Daarnaast zijn enkele nieuwe maatregelen opgenomen. Verschillende maatregelen zullen in de komende jaren worden geconcretiseerd. Ook worden maatregelen genoemd die door het waterschap en Rijkswaterstaat uitgevoerd (moeten) worden, waarbij het standpunt van de visrechthebbenden wordt verwoord. Verspreid door het hoofdstuk zijn streefbeelden voor verschillende watertypen opgenomen, die afkomstig zijn uit de Gebiedsvisie Sportvisserij Oost-Brabant. 1 Communicatie en stimulering vrijwilligers Voor een optimale belangenbehartiging (bijvoorbeeld voor het behouden van bereikbaarheid en bevisbaarheid) is de inzet van vrijwilligers zeer belangrijk. Mogelijkheden om de betrokkenheid te vergroten zijn: - Specifieke gebiedsgerichte visstandbeheer-cursussen; - 2-jaarlijkse informatieavond; - Voorlichting en informatieverstrekking via de website van VBC Aa en Maas en via bestaande communicatiemiddelen als Hét Visblad, de Piscator en de websites van Sportvisserij Nederland en Sportvisserij Zuidwest Nederland. 2 Verminderen van zwerfvuil Om het achterlaten van vuil door sportvissers te voorkomen kunnen de volgende acties worden ondernomen: - Aanbrengen afvalbakken op intensief gebruikte visstekken; - Bij sportvisserijcontroles ook letten op afval; - Voorlichting aan sportvissers; - Opruimacties; - Sanctionering. 4.1 Visrechten en visserijgebruik Waterschap Aa en Maas en Rijkswaterstaat streven ernaar om alle visrechten aan één partij te verhuren en het visrecht in te brengen in de Federatieve of Landelijke lijst van Viswateren bij de VISpas. De mogelijkheden hiervoor zullen worden onderzocht. Advies van de VBC is om vrijliggende visrechten en het visrecht van nieuwe wateren, zoals de omleiding van de Zuid-Willemsvaart bij Den Bosch te verhuren aan Sportvisserij Zuidwest Nederland, zodat een verdere versnippering van visrechten wordt tegengegaan VBC Aa en Maas

28 - Visplan Aa en Maas & Brabantse Kanalen - Voeren Er is geen aanleiding om een voerlimiet in te stellen. Uit een in 2009 door Sportvisserij Nederland uitgevoerd onderzoek blijkt dat het effect van voeren op de waterkwaliteit voor de meeste wateren verwaarloosbaar klein is (Van Emmerik & Peters, 2009). 4.2 Visstand en viswatertype Waterschap Aa en Maas en Rijkswaterstaat voeren diverse maatregelen uit die een positief effect hebben op de visstand. Voorbeelden zijn herinrichting van beken, aanleg natuurvriendelijke oevers en het opheffen van migratiebarrières. Gelet op dit laatste punt kijken de sportvisserijvertegenwoordigers kritisch de ideeën voor bouw van waterkrachtcentrales (WKC s). De sportvisserij gaat er vanuit dat bij de eventuele bouw van WKC s gezorgd wordt voor goed werkende vispassages en -geleidingssystemen. Dit is in lijn met het beleid van het waterschap dat er geen nieuwe migratiebarrières mogen komen. Hetzelfde geldt voor de aanleg van een 100 meter lange sifon die de Aa onder de omleiding van de Zuid-Willemsvaart bij Den Bosch door zal leiden. Ook hier moet vismigratie mogelijk zijn. Voor het waterschap is dit een randvoorwaarde bij het ontwerp. Met betrekking tot WKC s is het standpunt van de sportvisserij dat deze niet gebouwd moeten worden, omdat de ecologische nadelen zwaarder wegen dan de kleine hoeveelheid elektriciteit die opgewekt zal worden. Met betrekking tot de sifon verlangt de sportvisserij dat voldoende gegarandeerd kan worden dat dit geen migratiebelemmering vormt. Bij de in diverse kanalen aangelegde vooroevers valt op dat het water tussen de oever en de vooroever de eerste jaren na aanleg veel wordt gebruikt door jonge vis. Daarna groeien de oevers vaak voor een groot deel dicht met riet, waardoor de waarde voor vis sterk afneemt. De visrechthebbenden zijn van mening dat er regelmatig, gefaseerd onderhoud plaats moet vinden, zodat de vooroevers hun functie als paaien opgroeigebied voor vis behouden. 4.3 Visuitzettingen 3 Spiegelkarperproject Door middel van het uitzetten van spiegelkarpers moet het karperbestand in de Brabantse kanalen interessanter worden gemaakt voor de sportvisser. Dit project is al uitgevoerd. Wel is het noodzakelijk om het karperbestand door middel van onderhoudsuitzettingen op peil te houden. Als een karperbestand van 25 kilo per hectare wordt nagestreefd (= richtlijn Rijkswaterstaat) kan er een hoeveelheid van 0,54 karpers per hectare per jaar worden uitgezet (zie bijlage VII voor de rekenhulp). Dit betekent voor het Wilhelminakanaal, dat een totale oppervlakte heeft van circa 230 hectare, dat er per jaar 124 karpers uitgezet kunnen worden. Hierbij wordt uitgegaan van een uitzetgewicht van 1 tot 1,5 kilo per karper. Ook de Zuid-Willemsvaart tussen sluis 0 en sluis 13 (laatste sluis in het Waterschapsgebied) heeft een oppervlakte van circa 230 hectare. Hier dus evenveel karpers worden uitgezet dan in het Wilhelminakanaal VBC Aa en Maas 4-2

29 - Voorgenomen maatregelen - In plaats van het jaarlijks uitzetten van karpers, kan ook bijvoorbeeld één keer per 3 of per 5 jaar een uitzetting plaatsvinden. De uit te zetten hoeveelheid is dan 3 of 5 keer zo hoog dan bij jaarlijkse uitzet. In onderstaande tabel zijn de uit te zetten hoeveelheden bij uitzetting per jaar, per 3 jaar en per 5 jaar opgenomen. Uitzetfrequentie Wilhelminakanaal (opp. 230 ha) Zuid-Willemsvaart (opp. 230 ha) Jaarlijks Om de 3 jaar Om de 5 jaar Toekomstbeeld scheepvaartkanalen Het goederenvervoer over het water is toegenomen. Dit hindert echter de hengelsport niet. Overal zijn individuele hengelaars te vinden die een hengeltje uitwerpen. Minimaal twee trajecten zijn geschikt om internationale wedstrijden met meer dan 150 deelnemers te vissen. Verder zijn verspreid over de kanalen trajecten voor kleinere wedstrijden aanwezig. Verschillende wegen langs het kanaal zijn verkeersluw gemaakt, maar niet afgesloten. Door natuurvriendelijke oevers zijn verbindingen tot stand gekomen tussen natuurgebieden, maar door vroegtijdig overleg en technische maatregelen hinderen deze oevers geen sportvissers. Bepaalde kanaalpanden zijn door een uitgekiend beheer van de (spiegel)karperstand bijzonder in trek bij karpervissers. 4 Ontwikkelen aalreservaat Het stroomgebied van de Aa is vanwege de ligging in de nabijheid van de Maas (uittrekroute naar zee) een goede locatie voor een aalreservaat. Door middel van de uitzet van pootaal en/of glasaal in dit gebied zonder beroepsvisserij, kan worden bijgedragen aan herstel van de aalstand. Enkele belangrijke voorwaarden voor dit project zijn: - Aanwezige migratiebarrières voor aal moeten worden opgeheven; - Eventueel vervuilde bodems van watergangen worden gesaneerd; - Er wordt gewerkt met gebiedseigen poot- of glasaal (bijvoorbeeld uit de Benedenrivieren). Op dit moment vormt de beschikbaarheid van gebiedseigen aal een knelpunt. Zodra deze pootaal wel beschikbaar is en er meer informatie is over het instellen van aalreservaten in andere gebieden, zal een concreet plan worden opgesteld VBC Aa en Maas

30 - Visplan Aa en Maas & Brabantse Kanalen - Visuitzet en overzetten van vis bij calamiteiten en baggerwerkzaamheden Bij calamiteiten en baggerwerkzaamheden kan het noodzakelijk zijn dat vis wordt overgezet naar een ander water. Ook kan het nodig zijn om na een vissterfte nieuwe vis uit te zetten. Als deze situaties zich voordoen wordt dit tussen de visrechthebbende en de eigenaar van het water afgestemd Overige visuitzet Er zijn verder geen concrete plannen voor visuitzet. Als het vanuit sportvisserijoogpunt noodzakelijk wordt geacht om vis uit te zetten, wordt dit in de VBC besproken. Toekomstbeeld oude kanalen De oude kanalen ondergaan een langzame ontwikkeling, waarbij meer plantenrijke zones ontstaan. De visstand verandert mee en bestaat uit een grote variatie aan vissoorten. Op de meeste plekken kunnen sportvissers terecht. Bij goed toegankelijke plekken, zoals bij bruggen zijn kleinschalige voorzieningen zoals parkeerplaatsen, visplekken en waar nodig taludtrappen aanwezig. Met name de grootste groep sportvissers, de recreatievissers zijn langs deze landschappelijk mooie wateren te vinden. Hoewel er geen scheepvaart is of ander grootschalig gebruik, worden deze kanalen toch onderhouden. Bijvoorbeeld de aanwezige kunstwerken, maar zo nodig wordt er ook gebaggerd. 4.4 Visonttrekking Met betrekking tot visonttrekking zijn er geen wensen of maatregelen. Visonttrekking door de sportvisserij wordt gereguleerd door de landelijk en federatief geldende regels (minimummaten; meeneemverbod snoek, karper, forel en paling; meeneemlimiet voor snoekbaars van drie stuks, maximaal 15 dode zoetwatervissen boven de 15 centimeter in bezit). Als uit hengelvangstregistratie blijkt dat de snoekbaarsvangsten sterk teruglopen, kan de visonttrekking nader worden gereguleerd door bijstelling van de meeneemlimiet. Het waterschap volgt het beleid dat actief biologisch beheer (ABB)alleen in combinatie met andere herstelmaatregelen plaats mag vinden. De visrechthebbenden hebben als standpunt dat ABB een vorm van 2011 VBC Aa en Maas 4-4

31 - Voorgenomen maatregelen - symptoombestrijding is en haaks staat op het streven naar een ecologisch gezonde en duurzame visstand. Alleen als alle mogelijke inrichtings- en herstelmaatregelen zijn uitgevoerd en er na enkele jaren nog steeds geen veranderingen in de visstand zichtbaar zijn, zou het eenmalig wegvangen van een hoeveelheid brasem overwogen kunnen worden. 4.5 Vismortaliteit Om vissterfte als gevolg van het rigoureus maaien van waterplanten te voorkomen worden de volgende voorstellen gedaan: - Niet geheel verwijderen van water- en oeverplanten; - Kleinschalig en gespreid (in tijd en ruimte) maaien; - Zo spoedig mogelijk verwijderen van maaisel uit het water. Ook kunnen vrijwilligers (van hengelsportverenigingen) meelopen bij het schonen van watergangen op om het land terecht gekomen vissen terug te zetten. In overleg tussen het waterschap en de visrechthebbenden kunnen bovenstaande wensen verder worden vormgegeven. Kleinschalig en verspreid maaien wordt door Rijkswaterstaat reeds toegepast in de bestaande prestatiecontracten. Hierin wordt ecologisch maaien toegepast waarbij men de visie op de ecologische functie van de Rijkskanalen meeneemt. De visrechthebbenden pleiten voor het regelmatig en gefaseerd baggeren van watergangen, om te voorkomen dat wateren te ondiep worden. De visrechthebbenden zijn positief over de inhaalslag van de baggerwerkzaamheden waar het waterschap en Rijkswaterstaat momenteel mee bezig zijn. Toekomstbeeld weteringen en sloten De weteringen en sloten vertonen een grote variatie met de daarbij behorende gevarieerde visstand. Door waterconserverende maatregelen in het gebied hoeft het (gebiedseigen) water niet meer zo snel te worden afgevoerd om vervolgens gebiedsvreemd water aan te in droge periodes. Door inrichtingsmaatregelen is meer variatie ontstaan in de morfologie van de weteringen en sloten. Voorbeelden van maatregelen zijn het aanleggen van overwinterings- en paaiplekken. Verder kan de vis, met name het broed, luwe plekken vinden zodat er niet meer zoveel vis uitspoelt. Voor sportvissers is het prettig toeven langs één van de vele weteringen of sloten. Met name in de directe omgeving van toegangswegen zijn veel visstekken aanwezig. Op een klein aantal plekken worden (kleinere) viswedstrijden gehouden. Verder zijn vliegvissers en snoekvissers actief, lopend langs de waterkant op zoek naar vis VBC Aa en Maas

32 - Visplan Aa en Maas & Brabantse Kanalen Visserijkundig onderzoek, monitoring en vangstregistratie Door het Waterschap Aa en Maas worden regelmatig KRWbemonsteringen uitgevoerd. In de Rijkskanalen is dit in de afgelopen jaren niet gebeurd. De visrechthebbenden zullen er bij Rijkswaterstaat op aan dringen om aan hun KRW-verplichting te voldoen en één maal in de zes jaar een bemonstering uit te voeren. 5 Opzetten hengelvangstregistratie In het Sportvisserijplan en visstandbeheerplan Brabantse Kanalen wordt het opzetten van een systeem van hengelvangstregistratie genoemd. Hiervoor zullen sportvissers worden gezocht die mee willen werken aan de vangstenregistratie. De vangsten kunnen worden opgestuurd naar een centraal meldpunt dat de gegevens jaarlijks verwerkt. Momenteel kunnen sportvissers hun vangsten invoeren op Om deze vangstenregistratie beter van de grond te krijgen zullen één of enkele coördinatoren moeten worden aangesteld, die sportvissers kunnen stimuleren om hun vangsten in te voeren. Een start kan zijn om hengelvangstregistratie bij wedstrijden in te voeren (dit is bij wedstrijden in wateren van Sportvisserij Zuidwest Nederland verplicht!). Hengelvangstregistratie is gericht op alle met de hengel vangbare vissoorten. Ook zeldzame vissoorten zullen worden gemeld, zodat inzicht in het voorkomen van deze soorten wordt verkregen. 4.7 Regelgeving Nachtvissen Vooral vanuit de karpervisserij is er de wens voor uitbreiding van het nachtvisseizoen. Op landelijk niveau wordt gewerkt aan wijziging van de Visserijwet. Waarschijnlijk is nachtvissen vanaf 2012 overal jaarrond toegestaan. Binnen de VBC zal een regionale afweging worden gemaakt over waar nachtvissen wel en niet wenselijk is. Visserij bij kunstwerken Vanuit sportvisserijoogpunt zijn visserijvrije zones bij kunstwerken als bruggen, sluizen en gemalen niet wenselijk. Deze obstakels hebben vaak een grote aantrekkingskracht op vis, waardoor het voor sportvissers goede visstekken zijn. Met betrekking tot de sportvisserij bij vispassages is het standpunt van de georganiseerde sportvisserij dat hier geen visserijvrije zones moeten worden ingesteld, maar onttrekkingvrije zones. In dit geval wordt de sportvisserij niet onnodig beperkt, maar kan wel worden voorkomen dat de vispassages hun nut verliezen doordat passerende vis uit het water wordt onttrokken VBC Aa en Maas 4-6

33 - Voorgenomen maatregelen Controle en handhaving Controles op het naleven van de Visserijwet en de vergunningvoorwaarden vinden plaats volgens de hiervoor geldende regels en feitcodes. Jaarlijks zal een rapportage van de uitgevoerde handhavingactiviteiten aan de VBC beschikbaar worden gesteld. 6 Controleproject Als dit wenselijk wordt geacht, kan een integrale controleactie worden opgezet, waarbij federatieve BOA s en verenigingscontroleurs in samenwerking met politie, gemeenten en groene BOA s één of enkele keren per jaar een grootschalige controle uitvoeren. Toekomstbeeld beken Veel van de beken zijn weer in oude luister hersteld. Het dynamische karakter is hersteld. Grote delen van de beken hebben weer de vrijheid gekregen om te meanderen. In natte perioden treden de beken buiten hun oevers. In droge periodes is er nog voldoende waterafvoer doordat regenwater wordt vastgehouden en langzaam vrijkomt. Migratieroutes voor vis zijn hersteld. Vanuit de Maas kunnen vissen vrij de beken intrekken tot ver in de bovenlopen. Specifieke beek- en trekvissen als kopvoorn, serpeling en winde komen algemeen voor. Doordat grote delen van beken zijn heringericht zijn robuuste natuurgebieden ontstaan waarin extensieve recreatie, zoals de sportvisserij, op het overgrote deel probleemloos kan plaatsvinden. 4.9 Bereikbaarheid en bevisbaarheid 7 Inventarisatie visstekken Inventarisatie van visstekken, wedstrijdtrajecten, looprechten en trailerhellingen. Dit project kan worden onderverdeeld in enkele deelprojecten. 7A Visstekkenkaart Opstellen visstekkenkaart waarop alle bestaande visstekken, wedstrijdtrajecten en looprechten staan weergegeven. Handig voor sportvissers en bruikbaar om richting de waterbeheerders duidelijk te maken hoe het sportvisserijgebruik in het gebied is. Een visstekkenkaart is noodzakelijk als input voor het uitvoeringsprogramma van het waterschap en de discussie over ecologische verbindingszones (EVZ s) en sportvisserijmogelijkheden. 7B Verbeteren bereikbaarheid en bevisbaarheid Opstellen van concrete voorstellen ter verbetering van de bereikbaarheid en bevisbaarheid van visstekken, waarbij een afweging wordt gemaakt VBC Aa en Maas

34 - Visplan Aa en Maas & Brabantse Kanalen - met andere belangen. Deze voorstellen kunnen worden opgenomen in een ambitiekaart. Voorbeelden zijn: - Maken van overstapjes over prikkeldraadhekken; - Afspraken maken met boeren over betreding van akker- en weilanden (uitbreiding looprechten); - Aanleggen vissteigers of andere visstekken; - Aanleg en onderhoud van paden en wegen; - Aanleg parkeermogelijkheden, bijvoorbeeld bij bruggen waar het water vaak goed toegankelijk is; - Aanleggen van veilige visplaatsen op basaltoever Amertak; - Inrichten wedstrijdtraject bij nieuw aan te leggen omleiding van de Zuid Willemsvaart rond Den Bosch; - Aanleggen van trailerhellingen langs de kanalen voor bootvissers; - Bevisbaar maken van natuurvriendelijke oevers (zie toelichting); - Toegankelijk maken van afgesloten schouwpaden langs Rijkskanalen (zie toelichting). Toelichting natuurvriendelijke oevers / EVZ s Door de aanleg van vooroevers zijn diverse delen van de kanalen en weteringen niet meer bevisbaar. Door het aanleggen van vissteigers of gronddammen kan de ruimte tussen de oever en de vooroever overbrugd worden, waardoor er wel op deze locaties gevist kan worden. Toelichting schouwpaden Rijkskanalen (Zuid Willemsvaart) Het voor sportvissers met de auto toegankelijk maken van afgesloten schouwpaden. Dit door het verwijderen van de afsluitbomen aan beide zijden van het pad. In plaats daarvan kan één boom halverwege het schouwpad worden aangebracht. Ongewenst sluipverkeer wordt zo geweerd, maar het pad is wel toegankelijk voor bestemmingsverkeer waaronder sportvissers VBC Aa en Maas 4-8

35 - Toetsing voorgenomen maatregelen en uitvoeringsprogramma - GEWIJZIGD 26 APRIL Toetsing voorgenomen maatregelen en uitvoeringsprogramma In de onderstaande tabel worden voorgenomen visserijmaatregelen beoordeeld aan de hand van de KRW. Deze voortoetst is uitgevoerd door de VBC zelf. Beoordelings-/toetsingstabel Visplan Aa en Maas & Brabantse kanalen Voorgenomen maatregelen Toetsing aan KRW* Algemeen 1 Communicatie en stimulering vrijwilligers A 2 Verminderen van zwerfvuil A Visuitzettingen 3 Onderhoudsuitzettingen karper A 4 Ontwikkelen aalreservaat D Onderzoek en monitoring visstand 5 Opzetten hengelvangstregistratie (HVR) A. HVR bij wedstrijden B. Stimuleren HVR individuele sportvissers C. Aanstellen coördinatoren Controle en handhaving 6 Controleproject A Bereikbaarheid en bevisbaarheid 7 Inventarisatie visstekken A. Visstekkenkaart B. Verbeteren bereikbaarheid en bevisbaarheid A A A A A A A Wanneer? Heden * A = geen effect, B = mogelijk negatief effect, C = negatief effect, D = mogelijk positief effect, E = Positief effect VBC Aa en Maas

36

37 - Evaluatie, communicatie en overig - GEWIJZIGD 26 APRIL Evaluatie, communicatie en overig 6.1 Evaluatie De VBC evalueert jaarlijks in juni het visserijbeheer op basis van de vangstgegevens, de monitoring en de terugkoppeling van de controleactiviteiten. Op basis van de hiervoor genoemde gegevens kunnen veranderingen in de visstand worden geconstateerd. Dit kan aanleiding zijn het visplan (deels) aan te passen. Veranderingen in het gebied alsmede aanvullende informatie die de visserij raken zijn eveneens reden om dit visplan bij te stellen. 6.2 Communicatie Er dient goede communicatie plaats te vinden tussen Waterschap Aa en Maas en Rijkswaterstaat als waterbeheerders, controlerende instanties en VBC Aa en Maas als platform van de visrechthebbenden. In de huidige situatie is de communicatie met de waterbeheerders gewaarborgd, doordat zij vertegenwoordigd zijn in de VBC. Ook een goede communicatie met de achterban van VBC Aa en Maas, dat wil zeggen de verenigingen namens wie de VBC-leden deelnemen aan de VBC alsmede de visrechthebbenden die niet direct deelnemen aan de VBC is van groot belang. Daarom wordt door de secretaris regelmatig actuele informatie op de VBC-website (aa-en-maas.visstandbeheercommissie.nl ) geplaatst. De besturen van de hengelsportverenigingen worden hiervan via de mail op de hoogte gesteld. Daarnaast wordt eens per twee jaar een brede VBC-achterbanvergadering georganiseerd VBC Aa en Maas

38 - Visplan Aa en Maas & Brabantse Kanalen - 7 Bijlagen Bijlage I Literatuur/gebruikte informatie Bijlage II Overzicht KRW-waterlichamen Aa en Maas Bijlage III Informatie Natura 2000 gebieden Bijlage IV Lijst visrechten Brabantse Kanalen Bijlage V Samenvatting visstandbemonsteringen Bijlage VI Sportvisserijtypen en eisen Bijlage VII Rekenhulp karperuitzet VBC Aa en Maas 7-2

39 - Bijlagen - Bijlage I Literatuur/gebruikte informatie Aarts, T.P.W.M., Visstandbeheerplan voor het stroomgebied van de Aa OVB in opdracht van Beheerseenheid de Aa, Beheerseenheid Groote Wetering, Nieuwe Aa en Leijgraaf en Waterschap de Aa. Aarts, T.P.W.M., Visstandbeheerplan voor het stroomgebied van de Aa ; BIJLAGENRAPPORT. OVB in opdracht van Beheerseenheid de Aa, Beheerseenheid Groote Wetering, Nieuwe Aa en Leijgraaf en Waterschap de Aa. Adviesbureau Natuurbalans Limes Divergens, Visstandonderzoek 2006 Districten Beneden Aa en Boven Aa (+ Drongelens Kanaal). Natuurbalans Limes Divergens in opdracht van Waterschap Aa en Maas. Bosman, D.A.F., M. van Breugel & T.W.P.M Aarts, Visstand- en sportvisserijgebruiksplan de Maaskant OVB in opdracht van Federatie Zuidwest Nederland i.s.m. Waterschap De Maaskant. Breugel, M. van., D.A.F. Bosman & T.W.P.M Aarts, Visstand- en sportvisserijgebruiksplan de Maaskant ; Praktische uitwerking Drongelens Kanaal & Hertogswetering. OVB in opdracht van Federatie Zuidwest Nederland i.s.m. Waterschap De Maaskant. Breugel, M. van. & J. Kranenbarg, Visstand- en visserijbeheerplan Brabantse Kanalen West OVB in opdracht van Samenwerkingsverband Visstandbeheer Brabantse Kanalen West. Broeckx, P.B., J.H. Bergsma en J.L. Spier, Vismigratie onderzoek Hertogswetering; Hevelpassages en De Wit passage in beheergebied Waterschap Aa en Maas. Rapport nr Bureau Waardenburg in opdracht van Waterschap Aa en Maas. Dijkstra, M., Sportvisserijplan en Visstandbeheerplan Brabantse kanalen; juli Urban van Aar, Bureau voor Water en Landschapsarchitectuur in opdracht van de Federatie van Hengelsportverenigingen Oost Brabant. Dijkstra, M., Bijlagen sportvisserijplan en Visstandbeheerplan Brabantse kanalen; juli Urban van Aar, Bureau voor Water en Landschapsarchitectuur in opdracht van de Federatie van Hengelsportverenigingen Oost Brabant. Emmerik, W.A.M. van. En J.S. Peters, Invloed lokvoer op waterkwaliteit. Sportvisserij Nederland, Bilthoven. Evers, C.H.M., Omschrijving MEP en maatlatten voor sloten en kanalen voor de Kaderrichtlijn Water. Stowa-rapportnummer b RWS-WD rapportnummer ISBN Te downloaden op: en.aspx?mid=7213&rid=817. Hop, J., KRW visstandonderzoek Aa en Maas (2009). Rapportnummer ATKB en VisAdvies in opdracht van Waterschap Aa en Maas VBC Aa en Maas

40 - Visplan Aa en Maas & Brabantse Kanalen - Kamman, J., Gebiedsvisie Sportvisserij Oost Brabant; Sportvisserij en viswater in Oost-Brabant. NVVS in opdacht van Federatie van hengelsportverenigingen Zuidwest Nederland. Laak, G.A.J. de. en T.P.W.M. Aarts, Effecten van aalscholvers op visbestanden. Sportvisserij Nedeland, Bilthoven. Molen, D.T. van der. e.a., Referenties en maatlatten voor de natuurlijke watertypen voor de Kaderrichtlijn Water. STOWArapportnummer RWS-WD rapportnummer ISBN Te downloaden op: Te downloaden op: en.aspx?mid=7213&rid=817. Plompen. N. & M. Kits., Beleidsnota Visstand- en visserijbeheer waterschap Aa en Maas; Basis voor visstand- en visserijbeheer onder de Kaderrichtlijn Water. Te downloaden op: eer. Rijkswaterstaat, Beheer en Ontwikkelplan voor de Rijkswateren (BPRW) Te downloaden op: Verhagen, F.J.C., Sportvisserij in de Aa. Bijlagenrapport II Sportvisserijgebruik ten behoeve van het Visstandbeheerplan de Aa. NVVS met medewerking van Beheerseenheid de Aa en Beheerscommissie Groote Wetering, Nieuwe Aa en Leijgraaf. Waterschap Aa en Maas, Afdeling Onderzoek & Monitoring, Ontwerp ecologische doelen Kaderrichtlijn Water; Technisch Achtergronddocument. Waterschap Aa en Maas, s-hertogenbosch. Waterschap Aa en Maas, Waterbeheerplan ; Werken met water. Voor nu en later. Te downloaden op: terbeheerplan VBC Aa en Maas 7-4

41 - Bijlagen - Bijlage II Overzicht KRW-waterlichamen Aa en Maas VBC Aa en Maas

42 - Visplan Aa en Maas & Brabantse Kanalen VBC Aa en Maas 7-6

43 - Bijlagen VBC Aa en Maas

44 - Visplan Aa en Maas & Brabantse Kanalen VBC Aa en Maas 7-8

45 - Bijlagen VBC Aa en Maas

46 - Visplan Aa en Maas & Brabantse Kanalen VBC Aa en Maas 7-10

47 - Bijlagen VBC Aa en Maas

48 - Visplan Aa en Maas & Brabantse Kanalen VBC Aa en Maas 7-12

49 - Bijlagen VBC Aa en Maas

50 - Visplan Aa en Maas & Brabantse Kanalen VBC Aa en Maas 7-14

51 - Bijlagen - Bijlage III Informatie Natura 2000 gebieden In onderstaande kaartjes is een overzicht gegeven van de Natura gebieden en de daarin liggende KRW Waterlichamen in het beheergebied van Waterschap Aa en Maas. Oefelter Meent Topografische ondergrond: Topografische Dienst, Emmen Deurnsche Peel en Mariapeel Topografische ondergrond: Topografische Dienst, Emmen VBC Aa en Maas

52 - Visplan Aa en Maas & Brabantse Kanalen - Groote Peel Topografische ondergrond: Topografische Dienst, Emmen Vlijmens Ven, Moerputten & Bossche Broek Topografische ondergrond: Topografische Dienst, Emmen 2011 VBC Aa en Maas 7-16

53 - Bijlagen - Bijlage IV Lijst visrechten Brabantse Kanalen Naam water Omschrijving Visrechthebbende Kanaaltak Amer-Oosterhout Amer - Wilhelminakanaal Sportvisserij Zuidwest Nederland Wilhelminakanaal Buitenpand KEHV De Ruischvoorn, Tilburg Wilhelminakanaal Sluis 1 - grens Dongen-Tilburg KEHSV Dongen Wilhelminakanaal grens Dongen-Tilburg - sluis 4 KEHV De Ruischvoorn, Tilburg Wilhelminakanaal sluis 4 - Zuid-Willemsvaart Philips HSV, Eindhoven en Eindhovense HV HSV Ons Genoegen, Asten en HSV De Zuid-Willemsvaart Limburgse grens - Sluis 10 Verenigde Hengelaars Zuid-Willemsvaart Sluis 10 - sluis 6 Sportvisserij Zuidwest Nederland Zuid-Willemsvaart omleiding om Helmond machtiging Sportvisserij Zuidwest Nederland Zuid-Willemsvaart "oude" kanaal door Helmond HSV De Helmondse Sportvissers Zuid-Willemsvaart sluis 6 - sluis 5 HSV Het Geduld, Beek en Donk Zuid-Willemsvaart sluis 5 - sluis 4 HSV Veghel Zuid-Willemsvaart sluis 4 - Dieze Sportvisserij Zuidwest Nederland Donge Amer - Wilhelminakanaal Sportvisserij Zuidwest Nederland Markkanaal Wilhelminakanaal - Mark KEHV De Ruischvoorn, Tilburg VBC Aa en Maas

54 - Visplan Aa en Maas & Brabantse Kanalen - Bijlage V Samenvatting visstandbemonsteringen KRW VBC Aa en Maas 7-18

55 - Bijlagen VBC Aa en Maas

56 - Visplan Aa en Maas & Brabantse Kanalen VBC Aa en Maas 7-20

57 - Bijlagen VBC Aa en Maas

58 - Visplan Aa en Maas & Brabantse Kanalen - KRW VBC Aa en Maas 7-22

59 - Bijlagen VBC Aa en Maas

60 - Visplan Aa en Maas & Brabantse Kanalen VBC Aa en Maas 7-24

61 - Bijlagen - Vispassages VBC Aa en Maas

62 - Visplan Aa en Maas & Brabantse Kanalen - Bijlage VI Sportvisserijtypen en eisen Karpervisser Karpervissen is een vorm van visserij die plaats vind op vrijwel alle soorten water, waarbij vanaf de kant met een werphengel, statisch op specifiek karper wordt gevist. De eisen die een karpervisser aan het water stelt zijn over het algemeen niet hoog. Alleen een redelijke diepte (1 tot 3 meter) en een begroeide oever, met riet, bomen en struiken met kleine open plekken zijn gewenst. De bereikbaarheid van de visplaats is vaak van ondergeschikt belang. Een groot deel van de karpervissers vist regelmatig s nachts. Snoekvisser De snoekvisser vist bij voorkeur in polderwater, zand-, klei- of grindgaten, meren of plassen en rivieren. Er wordt gericht gevist op snoek, maar bijvangsten van baars en snoekbaars worden gewaardeerd. Er wordt gevist met een werphengel vanaf de kant of vanuit een boot, waarbij de visser zich steeds verplaatst. Als eisen worden aan het viswater gesteld een minimale diepte van 1,5 meter, een minimale breedte van 3 meter en een minimale zichtdiepte van 50 centimeter. Het bedekkingspercentage met waterplanten bedraagt 10 tot 25 %. De oevers zijn bij voorkeur natuurlijk en grillig van vorm en begroeid met riet, bomen en struiken met kleine open plekken. De bereikbaarheid van het water is niet van belang. Voor de bootvissende snoekvisser zijn een trailerhelling en botenverhuur gewenst. Snoekbaarsvisser 2011 VBC Aa en Maas 7-26

63 - Bijlagen - Het vissen op snoekbaars vindt plaats in meren, rivieren, zand-, klei-, en grindgaten en (grote) kanalen. De snoekbaars wordt met een werphengel vanuit de boot of vanaf de kant bevist. De visser verplaatst zich hierbij lopend langs, dan wel varend over, het water. De snoekbaarsvisser stelt als eisen aan het water dat het een minimale diepte heeft van 2 meter en dat de breedte van het water minimaal 5 meter is. Doorzicht speelt geen belangrijke rol. Het bedekkingspercentage met waterplanten ligt tussen de 0 en 10 %. Verder heeft de snoekbaarsvisser als wensen natuurlijke grillige, oevers begroeit met struiken met kleine open plekken. Een goede bereikbaarheid van de visplaats is niet van belang. Ook hier geld voor de bootvissende snoekbaarsvisser dat een trailerhelling en/of een botenverhuur gewenst is. Wedstijdvisser De wedstrijdvisser vist over het algemeen in kanalen en rivieren. Hierbij wordt vooral gevist met een vaste hengel of feeder (soort werphengel) vanaf de kant op brasem en blankvoorn. De visser verplaatst zich tijdens het vissen niet. Als eisen stelt een wedstrijdvisser aan het water een maximale diepte van 3 tot 5 meter (minimaal 1 meter langs de oevers) en een breedte van minimaal 20 meter. De zichtdiepte van het water is niet van belang. Het bedekkingspercentage waterplanten is 0 tot 10 %. Als wensen heeft de wedstrijdvisser een rechte, uniforme oever met zo weinig mogelijk begroeiing. De afstand van de parkeerplaats naar de visplaats is maximaal 50 tot 100 meter. De visplaats dient redelijk goed bereikbaar te zijn, door de aanwezigheid van paden en vrijwel geen hindernissen, zoals prikkeldraad, hekken en sloten. Vliegvisser VBC Aa en Maas

64 - Visplan Aa en Maas & Brabantse Kanalen - Vliegvissen wordt voornamelijk gedaan in beken, polderwater, meren en rivieren. De vliegvisser vist met een speciale vliegenhengel vanaf de kant op forel, ruisvoorn, snoek en winde. Tijdens het vissen zal de vliegvisser zich langs de oever verplaatsen. Als eisen aan het water stelt de vliegvisser een diepte van 1 tot 3 meter en een doorzicht van minimaal één meter. Het bedekkingspercentage met waterplanten is 25 tot 50 %. De vliegvisser geeft de voorkeur aan een natuurlijke, grillige oever begroeit met riet, bomen en struiken met open plekken. Hierbij verlangt de visser een visplek met een breedte van 1 tot 5 meter en een diepte van 5 tot 10 meter, zodat er voldoende ruimte is om te werpen. De bereikbaarheid van de visplaats speelt geen rol. Recreatievisser De recreatievisser vist in stadswateren, visvijvers, kanalen, rivieren en meren, kortom vrijwel overal. Er wordt vanaf de kant met een vaste stok of werphengel gevist op brasem, blankvoorn, kolblei, ruisvoorn en zeelt (vrijwel alle vissoorten worden bevist). Als eisen aan het water stelt de recreatievisser een diepte van maximaal 3 tot 5 meter met een bedekkingspercentage van waterplanten van 0 tot 10 %. De oever is bij voorkeur natuurlijk en grillig met een begroeiing van riet, bomen en struiken met minimaal om de 5 tot 10 meter open plekken. De afstand van de parkeerplaats naar de visplaats mag maximaal 100 meter bedragen. De bereikbaarheid van de visplaats door paden is gewenst. Hindernissen vormen geen bezwaar. De beleving van het vissen vormt voor de recreatievisser de belangrijkste drijfveer. Jeugdige visser 2011 VBC Aa en Maas 7-28

65 - Bijlagen - Voor jeugdige sportvissers gelden bijzondere eisen voor wat betreft de veiligheid aan en rondom het viswater. Geschikt viswater voor de jeugd ligt in een goed bereikbare omgeving. Een gevarieerde visstand met makkelijk vangbare vissen is uiteraard een voordeel. Mindervalide visser Mindervalide sportvissers zijn binnen alle sportvisserijtypen aan te treffen. De wensen en eisen van deze groep sportvissers aan het viswater stelt komen overeen met de wensen en eisen van de beschreven sportvisserijtypen. Met betrekking tot de toegankelijkheid en veiligheid van de visplaats en de bevisbaarheid van de oever stelt deze groep echter specifieke eisen (NVVS, 2001). Een aangepaste visplaats wordt door de NVVS gedefinieerd als: een plaats aan een viswater, die met behulp van eenvoudige technische hulpmiddelen zodanig wordt ingericht, dat op een, bij voorkeur beschutte plaats een sportvisserijmogelijkheid voor gehandicapten wordt gecreëerd (NVVS, 1995) VBC Aa en Maas

66 - Visplan Aa en Maas & Brabantse Kanalen - Bijlage VII Rekenhulp karperuitzet Invulblad Rekenhulp karperuitzet Vul hier de oppervlakte van het water in hectare in: 1000 Vul hier het aantal uit te zetten karpers per jaar in: 540 Uitzethoeveelheid per hectare per jaar is: 0,54 Dit leidt tot een uiteindelijk bestand van: 4,3 exemplaren per hectare 25,0 kilogram karper per hectare NB: We zijn uitgegaan van een jaarlijkse uitzet. Verder is uitgegaan van een gemiddelde groeisnelheid (kennisdoc karper). Daarnaast is de aanname dat door de jaarlijkse uitzetting een gevarieerde bestandsopbouw aanwezig is, dat er jaarlijks een zelfde absolute sterfte is per jaarklasse (5% van de uitgezette hoeveelheid), dat er sprake is van een sterfte van 25% bij uitzet en dat de uit te zetten vis 3 jaar is van gemiddeld 1 kg per stuk. Rekenblad 2011 VBC Aa en Maas 7-30