Notitie bijdrage pilots aan eindadvies mei 2016
|
|
- Pieter de Graaf
- 7 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Notitie bijdrage pilots aan eindadvies mei 2016 Aan Werkgroep O&O-leden Afzender Salah Al-Haidari Datum Leidschendam-Voorburg, 26 mei 2016 Aanleiding In de bijeenkomst van de werkgroep O&O op maandag 18 april bleken enkele leden van de werkgroep O&O de behoefte te hebben om duidelijkheid te verkrijgen over waar de werkgroep nu staat, waar de werkgroep precies naar toe gaat en hoe de pilots daaraan bijdragen. Daarom is besloten om een notitie op te stellen die inzicht geeft in het proces tot nu toe, in de huidige stand van zaken en in wat de vervolgstappen zijn. Deze aparte notitie gaat dieper in op welke rol de pilots hierin spelen en op welke manier ze bijdragen aan het beantwoorden van de onderzoeksvraag. Deze notities zijn opgesteld ter bespreking tijdens de bijeenkomst van de werkgroep op maandag 30 mei en eventueel te gebruiken bij het informeren van raadsleden. Achtergrond Het komende jaar voeren een aantal dienstverleners binnen de H6-gemeenten verschillende pilots uit rondom resultaatgericht werken en bekostigen. De pilots beogen belangrijke bouwstenen te leveren voor de resultaatgerichte bekostigingssystematiek en de onderbouwing van het eindadvies dat in juni 2017 wordt opgeleverd. In de voorbereidingsfase is het belangrijk om per pilot expliciet aandacht te besteden aan welke informatie elke pilot moet opleveren en welke vragen ze moet beantwoorden. Op die manier is het voor de dienstverleners en gemeenten duidelijk welke informatie ze vanaf de start van de pilots moeten verzamelen, waarop ze de voortgang van de pilot kunnen monitoren en welke rode draad ze moeten bewaken. Deze notitie beschrijft daarom de algemene doelen waaraan de pilots moeten bijdragen. Hierna geeft de notitie per pilot aan (1) welke belangrijke bouwstenen het voor de resultaatgerichte bekostigingssystematiek levert, (2) wat de beoogde veranderingen en beoogde effecten zijn en (3) op welke mogelijke KPI s de pilots informatie leveren om de voortgang van de pilots te monitoren. Voordat de notitie hierop ingaat, beschrijven we eerst kort de opzet en het proces van de pilots. Opzet en proces van de pilots De dienstverleners zullen een jaar lang de pilots uitvoeren. Bij de uitvoering van de pilots wordt de volgende opzet gehanteerd: i. Per pilot is er een projectleider vanuit de dienstverlener(s) aangesteld en vanuit de gemeente. ii. De projectleiders monitoren nauwlettend de voortgang van de pilots en bewaken de rode draad. Ze zijn verantwoordelijk voor het verzamelen van relevante informatie en het terugkoppelen van ervaringen en resultaten aan de werkgroep pilots.
2 iii. De ontwikkelde concept-systematiek met resultaatgebieden en de daaraan gekoppelde bekostiging fungeert als uitgangspunt voor de verschillende pilots. iv. Gemeentelijke Wmo-consulenten / regisseurs behouden de huidige verantwoordelijkheden voor vraagverheldering, toeleiding en regie. v. De gemeente beslist over de toewijzing van het wat : welke maatwerkvoorziening wordt aan een burger toegewezen, welke resultaten moeten worden bereikt en wat hiervoor de passende beschikking (budget) is. vi. De dienstverlener beslist over het hoe en heeft optimale vrijheid in hoe ze de beoogde afgesproken resultaten gaat bereiken. De dienstverlener hoeft geen inzet te verantwoorden. vii. De cliënt houdt keuzevrijheid voor selectie van een dienstverlener. viii. De pilotscliënten zullen voornamelijk bestaan uit bestaande cliënten. Het is aan dienstverleners om hun huidige klanten te verleiden mee te doen aan de pilot. Hierin moeten dienstverleners streven naar een redelijke omvang van de pilots. ix. De gemeente handhaaft bestaande beschikkingen en uitbetalingen om de pilots niet onnodig ingewikkeld te maken. Een belangrijk verschil met de huidige werkwijze is dat gemeenten de P*Q verantwoording voor pilotcliënten loslaten en dat dienstverleners een resultaatgericht zorgplan samen met de klant opstellen en dit voorleggen aan de gemeente ter accordering. x. De hoogte van de vergoeding aan de dienstverlener hangt niet af van de mate waarin de dienstverlener de resultaten bereikt. Als de dienstverlener resultaten niet (voldoende) bereikt, treden gemeente en dienstverlener met elkaar in gesprek over oorzaak en mogelijke verbetering. xi. Dienstverleners ontvangen geen extra geld voor het uitvoeren van de pilots. De financiering komt uit de bestaande middelen voor de maatwerkvoorziening Begeleiding. Op 23 mei vindt de kick-off bijeenkomst voor de pilots plaats met de betreffende projectleiders vanuit de gemeenten en dienstverleners. Het doel van deze kick-off bijeenkomst is om de start van de pilots te markeren en de projectleiders op vlieghoogte te brengen van zowel het proces als de te volgen werkwijze om daarmee een gezamenlijk vertrekpunt te formuleren. Na ongeveer een half jaar vindt er een tussentijdse evaluatie van de pilots plaats en na een jaar de eindevaluatie. Algemene doelen waaraan de pilots moeten bijdragen De bestuurders van H6-gemeenten willen met de pilots een resultaatgerichte bekostigingssystematiek in de praktijk werkend zien. De pilots dienen globaal twee doelen: i. het in de praktijk toetsen of de ontwikkelde concept-systematiek met resultaatgebieden daadwerkelijk toestaat om meer op resultaat te sturen en te ervaren wat de consequenties zijn van een nieuwe bekostigingssystematiek. ii. het opsporen van knelpunten in de bekostigingssystematiek, het verder fijn slijpen van de concept-systematiek en het leren en opdoen van ervaringen met resultaatgericht bekostigen en sturen voordat ze breed geïmplementeerd wordt. Uiteindelijk is het doel dat de pilots belangrijke bouwstenen leveren voor de resultaatgerichte bekostigingssystematiek en de onderbouwing van het eindadvies dat in juni 2017 wordt opgeleverd. De volgende bouwstenen zijn te onderscheiden. Pagina 2 van 12
3 Vraaggerichtheid In een voortdurende, open dialoog komen inwoner en professional samen tot de beste aanpak voor maatwerk waarbij de ondersteuningsbehoefte op het gebied van participatie en zelfredzaamheid van de inwoner centraal staat. Het persoonlijke ondersteuningsplan speelt hierin een belangrijke rol. Het plan is specifiek gericht op de doelen zelfredzaamheid en participatie en wordt gebaseerd op de persoonlijke situatie en leefomgeving van de cliënt. Bij het vaststellen van de ondersteuningsbehoefte (vraagverheldering) maakt de regisseur gebruik van de Zelfredzaamheidsmatrix (ZRM) om een integraal beeld te vormen van de cliënt. De pilots moeten leerpunten en ervaringen opleveren omtrent het opstellen van het ondersteuningsplan waarbij wordt gekeken naar de ervaringen in het gebruik van de ZRM en in hoeverre het opgestelde ondersteuningsplan: i. gericht is op de doelen zelfredzaamheid en participatie; ii. de eigen kracht van de cliënt en zijn/haar omgeving als vertrekpunt heeft; iii. vraaggericht is; iv. maatwerk borgt. Werking resultaatgebieden Het ondersteuningsplan beschrijft de resultaten die een cliënt wil bereiken en de ondersteuning die ingezet wordt om dat mogelijk te maken. De ontwikkelde concept-systematiek met de zes resultaatgebieden met subresultaten wordt gebruikt om te beschrijven welke resultaten die cliënt wil bereiken en fungeert als uitgangspunt van de verschillende pilots. Het werken met resultaatgebieden beoogt het loslaten van de oude PxQ werkwijze. De pilots moeten leerpunten en ervaringen opleveren omtrent het werken met de resultaatgebieden waarbij wordt gekeken naar in hoeverre: i. de zes resultaatgebieden de benodigde professionele ondersteuning van cliënten dekken (match vraag en aanbod); ii. de resultaatgebieden zo zijn ingedeeld dat elk resultaatgebied op zinnige wijze als aparte maatwerkvoorziening aan een cliënt kan worden gegeven; iii. de subresultaten binnen elk resultaatgebied logisch met elkaar samenhangen; iv. de drie ondersteuningsniveaus per resultaatgebieden passend zijn; v. de resultaatgebieden de zorgverlening ontschotten en integrale dienstverlening mogelijk maken; vi. het werken met resultaatgebieden leidt tot resultaatgericht werken; vii. het werken met resultaatgebieden tot een andere hoeveelheid inzet van uren leidt. Substitutie Substitutie is het doelbewust en doelgericht vervangen van een type ondersteuning door een andere of nieuwe type ondersteuning met behoud van de oorspronkelijke resultaatafspraken. Substitutie streeft naar doelmatigheid onder gelijkblijvende kwaliteit. Substitutie kan betekenen dat maatwerkvoorzieningen worden omgezet naar algemene voorzieningen, maar kan ook betekenen dat er sneller doorverwezen wordt naar maatwerkvoorzieningen wanneer dit doelmatiger is. Pagina 3 van 12
4 De pilots moeten leerpunten en ervaringen opleveren over hoe een type ondersteuning doelbewust en doelgericht vervangen kan worden door een nieuwe type ondersteuning met behoud van de oorspronkelijke resultaatafspraken. De pilots moeten informatie opleveren over in hoeverre de verschillende mogelijkheden om maatwerkvoorzieningen om te zetten naar algemene voorzieningen in de praktijk leiden tot een toename van deelname aan algemene voorzieningen en een afname van doorverwijzingen naar (of inschakelen van) maatwerkvoorzieningen. Monitoring, verantwoording en sturing Om adequaat te kunnen sturen, is het nodig om de voortgang van de ondersteuning te monitoren. Om effectief te kunnen monitoren, is het nodig om duidelijk vast te stellen wat je wilt/moet weten. Rondom de individuele cliënt willen de gemeente en dienstverlener weten in hoeverre de vooraf afgesproken subresultaten worden behaald om te bepalen of de dienstverlener het goed doet. Dit kan de dienstverlener meten met behulp van de ZRM. De gemeente wil hierbij de levering controleren en op de hoogte gehouden worden van de voortgang. Bij de verantwoording vanuit de dienstverlener aan de gemeente is het uitgangspunt het beperken van de administratieve lasten tot een minimum. De pilots moeten leerpunten en ervaringen opleveren omtrent het monitoren van de resultaten en het vervolgens sturen op basis van deze resultaten waarbij wordt gekeken naar in hoeverre: i. administratieve lasten tot een minimum beperkt worden; ii. dienstverleners inzichtelijk (kunnen) maken waar een cliënt staat ten opzichte van de vooraf afgesproken te behalen resultaten (=doelrealisatie); iii. dienstverleners inzichtelijk (kunnen) maken wat de kwaliteit is; iv. dienstverleners inzichtelijk (kunnen) maken wat de effectiviteit is (snelheid, cliëntervaring en werkwijze); v. dienstverleners de cliënttevredenheid inzichtelijk (kunnen) maken (de mate waarin de bevraagden in de doelgroep het nut / het effect van de hulp als voldoende / positief ervaren of beoordelen); vi. dienstverleners inzichtelijk (kunnen) maken wat de uitval is (de mate waarin de leden van de doelgroep uitvallen in een hulpverleningssituatie uitgesplitst in vroegtijdig beëindigen en niet meer komen opdagen); vii. gemeenten dienstverleners aanspreken op de behaalde resultaten. Toegang en toeleiding Een van de doelen van de pilots is om te ervaren wat de consequenties zijn van een nieuwe bekostigingssystematiek. Resultaatgericht werken heeft consequenties voor de toegang en toeleiding. De pilots moeten informatie opleveren over wat de gevolgen zijn van de werkwijze in de pilot voor de toegang en toeleiding naar vormen van ondersteuning. Ook het oprekken van de algemene voorzieningen en het vervlechten van algemene voorzieningen met maatwerkvoorzieningen heeft invloed op de toegang en toeleiding. De pilots moeten hierover leerpunten en ervaringen opleveren. Het uitgangspunt van de pilots blijft wel dat de gemeentelijke Wmo-consulenten / regisseurs de huidige verantwoordelijkheden behouden voor vraagverheldering, toeleiding en regie. Pagina 4 van 12
5 Juridische (on)mogelijkheden Bij het implementeren van nieuwe werkwijzen zoals resultaatgericht werken en bekostigen is het belangrijk om aandacht te besteden aan de juridische (on)mogelijkheden en juridische risico s. De pilots moeten leerpunten en ervaringen opleveren over wat wel en niet mogelijk is binnen de wet- en regelgeving op het gebied van resultaatgericht werken en bekostigen. Richting de implementatie is dit van belang om te weten zodat duidelijk is wat de gevolgen zijn voor de inkoop- en contractafspraken. Bijdrage pilots Samenwerkingsverband Seghwaert Titel Seghwaert samen! Korte omschrijving In de pilot is er een integrale benadering van geestelijke en fysieke gezondheid, wonen, werken, leven en vrije tijd die vraagt om samenwerking tussen professionals op wijkniveau. De pilot beoogt daarom een wijk- /gebiedsgerichte benadering waarbij professionals vanuit bestaande dienstverleners in de stad met de wijkbewoners en elkaar één team vormen in een wijk: een zorgcorporatie van organisaties dat bestaat uit een compleet palet van eerstelijns- en tweedelijnsorganisaties met een breed spectrum van expertises (maatschappelijk werk, woonbegeleiding, psychiatrie, ouderenzorg, thuiszorg, welzijnswerk, gehandicaptenzorg, participatie/ dagbesteding en gemeentelijke voorzieningen). In de pilot gaat het primair om het inzetten van algemene voorzieningen, de huishoudelijke hulp en de maatwerkvoorzieningen (begeleiding, dagbesteding, vervoer), zoveel mogelijk in collectieve vorm, vanuit wensen en talenten van wijkbewoners. De professionals vertegenwoordigen niet meer hun oorspronkelijke organisatie, maar zijn met hun expertise en ervaring deelnemer in het team als generalist (en als specialist vooral op afroep). De pilot streeft naar een verdere ontschotting tussen dienstverleners en het creëren van nieuwe vormen van dienstverlening ten behoeve van thuisondersteuning in de wijk en in de straat. De focus ligt hierbij op volwassenen. Voor de pilot is een tijdsperiode van minimaal 3 jaar nodig. De pilot wordt uitgevoerd in Zoetermeer. Bijdrage van de pilot De pilot levert ervaringen en leerpunten op voor het opzetten van een samenwerkingsverband zoals beschreven in deze pilot, voor het ontschotten van de dienstverlening, voor het benaderen en duurzaam betrekken van wijkbewoners, voor het formuleren van resultaten vanuit het perspectief van wijkbewoners (wat willen zij bereiken) en voor het afleggen van verantwoording over resultaten. De pilot levert een aantal bouwstenen op voor de ontwikkelde concept-bekostigingssystematiek: i. Bouwsteen Vraaggerichtheid : in de pilots wordt ingezet op ondersteuning van wijkbewoners vanuit behoefte, krachten en talenten en niet vanuit het aanbod. Daarmee staat de ondersteuningsbehoefte op het gebied van participatie en zelfredzaamheid van de inwoner Pagina 5 van 12
6 centraal. Binnen de pilot zal er op individueel niveau met een ondersteuningsplan gewerkt worden waarin de resultaatgebieden een duidelijke rol hebben. ii. Bouwsteen Werking resultaatgebieden : wanneer de pilots worden toegepast inclusief de resultaatgebieden, levert het nuttige informatie op over / worden ervaringen opgedaan in het werken met de resultaatgebieden. De voorgestelde bekostiging is op basis van een afgesproken budget en concrete, meetbare resultaten waardoor de pilot bijdraagt aan een resultaatgerichte bekostigingssystematiek. iii. Bouwsteen Substitutie : in de pilots wordt gekeken naar mogelijkheden om maatwerkvoorzieningen om te zetten naar algemene voorzieningen. De buurt wordt bijvoorbeeld zoveel mogelijk ingezet voor oplossingen, waardoor burgers op langere termijn minder aanspraak doen op specialistische voorzieningen. De pilots leveren daarmee informatie op over in hoeverre deze mogelijkheden leiden tot een toename van deelname aan algemene voorzieningen en een afname van beschikkingen die een beroep doen op maatwerkvoorzieningen. iv. Bouwsteen Monitoring en sturing : in de pilot wordt de Zelfraadzaamheidsmatrix (ZRM) gebruikt om de verbetering van de mate van zelfredzaamheid van de wijkbewoners te meten ten opzichte van een nulmeting. v. Bouwsteen Toegang en toeleiding : Het feit dat individuele organisaties niet meer herkenbaar zijn in de wijk, maar opgaan in een samenwerkingsverband heeft invloed op de toegang en toeleiding. Het oprekken van de algemene voorzieningen en het beslechten van het onderscheid tussen algemene voorzieningen en maatwerkvoorzieningen heeft hier ook invloed op. De pilot beoogt daarnaast de verantwoordelijkheid voor de toegang vanuit de gemeente te verleggen naar de buurtteams. Monitoring van de pilot Om effectief de voortgang van de pilot te kunnen monitoren, is het ten eerste belangrijk scherp te hebben wat de beoogde verandering is (wat zal er binnen de pilots daadwerkelijk anders gaan ten opzichte van de huidige situatie) en wat de beoogde effecten zijn. De beoogde veranderingen van de pilot zijn: i. Integrale benadering van geestelijke en fysieke gezondheid, wonen, werken, leven en vrije tijd: er vindt verdere ontschotting plaats tussen dienstverleners en nieuwe vormen van dienstverlening worden gecreëerd ten behoeve van thuisondersteuning in de wijk en in de straat. ii. De wijkbewoner voert steeds meer regie over de eigen zorg- en hulpvraag gericht op welzijn in de samenleving en maakt steeds meer gebruik van (digitale) mogelijkheden daartoe (in plaats van dat de professional deze taken uitvoert) door de burger in zijn kracht te zetten en zijn talenten optimaal te benutten. Het adagium wordt zorgen dat in plaats van zorgen voor. iii. Professionals vanuit bestaande dienstverleners in de stad vormen met de wijkbewoners en elkaar één team in een wijk. Er is samenwerking tussen professionals op wijkniveau en gezamenlijke besluitvorming tussen professionals, mantelzorg en de wijkbewoner zelf. De beoogde effecten van de pilot zijn: i. Zorgvragen worden in de wijk opgelost met behulp van het talent van de wijkbewoners; ii. Leefomstandigheden van wijkbewoners, inclusief sociale cohesie, worden verbeterd; iii. De eigen kracht van wijkbewoners wordt versterkt door daling van de zorgvraag; Pagina 6 van 12
7 iv. Meer participatie door toename van vrijwilligers in de wijk; v. Reductie van bureaucratie; vi. Meer bereikbaarheid en aanwezigheid in de wijk; vii. Duidelijke regie rond complexe problematiek; viii. Verbetering van de samenwerking en relatie tussen ketenpartners; ix. Een verdere ontschotting tussen dienstverleners; x. Verhoging van het veiligheidsgevoel bij wijkbewoners; xi. Toename van preventief handelen doordat het team proactief opereert in de wijk. Het is van belang om in gesprekken met de projectleiders van de pilot scherp te krijgen in hoeverre ze bepaalde onderdelen al wel doen en wat ze straks anders gaan doen. Dit is nodig om een duidelijke startsituatie te hebben van waaruit we kunnen kijken of de beoogde verandering zichtbaar is. Hieraan kunnen we de monitorinformatie voor de pilot koppelen. Mogelijke vragen die we kunnen stellen: i. Vraaggerichtheid: in hoeverre staan nu niet de behoefte, krachten en talenten van de burger centraal en is de ondersteuning niet gericht op de doelen zelfredzaamheid en participatie? ii. Substitutie: in hoeverre wordt er nu niet gekeken naar mogelijkheden om maatwerkvoorzieningen om te zetten naar algemene voorzieningen (door bijvoorbeeld door buurt in te zetten voor oplossingen)? iii. In hoeverre is er nu niet een integrale benadering van geestelijke en fysieke gezondheid, wonen, werken, leven en vrije tijd? iv. In hoeverre is er nu geen samenwerking tussen professionals op wijkniveau en gezamenlijke besluitvorming tussen professionals, mantelzorg en de wijkbewoner zelf? Om effectief de voortgang van de pilot te kunnen monitoren, is het ten tweede belangrijk dat de projectleiders weten wat ze willen/moeten weten. Hiervoor zijn goed geformuleerde Key Performance Indicators (KPI s) nodig. Gezamenlijk met de projectleiders van de pilot moeten we vaststellen op welke KPI s ze informatie gaan verzamelen. Mogelijke KPI s om informatie over te verzamelen voor de monitoring van de pilot zijn: i. Versterking van de eigen kracht door daling zorgvraag en versterken van (gevoel van) veiligheid. ii. Realisatie van minimaal tien ambassadeurs (wijkbewoners) in de wijk om laagdrempeligheid en contact met wijkbewoners te realiseren en om mee te denken met het samenwerkingsverband. i. Verbetering van het woon- en leefplezier in de wijk alsmede het gevoel van veiligheid. ii. Toename van sociale cohesie in de wijk (samenwerking tussen wijkbewoners om vraag van een mede-wijkbewoner op te lossen dan wel zelf activiteiten op te zetten) iii. Toename van de mate waarin wijkbewoners zich betrokken voelen bij elkaar en de wijk. iv. Verbetering van de mate van zelfredzaamheid van wijkbewoners. v. Toename van participatiegraad van wijkbewoners. vi. Toename van deelname aan algemene (collectieve) voorzieningen. vii. Afname van beschikkingen die een beroep doen op de maatwerkvoorzieningen. Pagina 7 van 12
8 Bijdrage pilot Resultaatgerichte brede ondersteuning 1 Korte omschrijving De pilot beoogt een integraal aanbod te doen voor alle doelgroepen binnen de Wmo: ouderenzorg, GGZ, gehandicaptenzorg, begeleiding en ondersteuning voor mensen met niet aangeboren hersenletsel, ondersteuning en begeleiding van jongeren die uitstromen uit de jeugdzorg en welzijn. De pilot wil werken met verantwoording op basis van KPI s die sterk samenhangen met de zes resultaatgebieden. De werkwijze binnen de pilot ligt in het cliëntgericht werken aan resultaten waarbij producten en doelgroepen in de financiering en het classificeren zoveel mogelijk wordt losgelaten. Naast de resultaatgebieden werkt de pilot met een combinatie van algemene voorziening en licht chronisch maatwerk. Door het loslaten van barrières tussen de verschillende soorten ondersteuning wordt het eenvoudiger om passende ondersteuning te bieden. De pilot streeft ernaar algemene voorzieningen en maatwerkvoorzieningen met elkaar te vervlochten. Daarmee werkt de pilot voor cliënten die een beroep moeten doen op een maatwerkvoorziening / specialistische zorg met de zes resultaatgebieden, voor cliënten die lichte begeleiding nodig hebben met chronisch maatwerk en voor cliënten die geen specifieke of een zeer beperkte ondersteuningsbehoefte hebben met algemene voorzieningen. Een ander onderdeel van de pilot is de uitvoering van het doelgroepenvervoer: De pilot beoogt de vervoersbijdrage van de gemeente te versleutelen in de resultaatgebieden. Bijdrage van de pilot De kracht en innovatie van de werkwijze binnen de pilot ligt in het cliëntgericht werken aan resultaten waarbij producten en doelgroepen in de financiering en het classificeren zoveel mogelijk wordt losgelaten. Een andere bijdrage is het vervlechten van de algemene voorzieningen en maatwerkvoorzieningen. De pilot levert leerpunten en ervaringen op voor onder andere: i. hoe de gemeente en dienstverleners zorg eenvoudiger kunnen organiseren; ii. hoe dienstverleners kostenbesparend kunnen werken; iii. hoe dienstverleners efficiënter gebruik kunnen maken van middelen (bijvoorbeeld gebouwen en vervoersmiddelen); iv. hoe dienstverleners de samenwerking met elkaar kunnen versterken; v. hoe dienstverleners de samenwerking met de toegang kunnen versterken. De pilot levert een aantal bouwstenen op voor de ontwikkelde concept-bekostigingssystematiek: i. Bouwsteen Vraaggerichtheid : door de expertisemix binnen de pilot en de wijze van financieren en verantwoorden komen de vragen, wensen en doelen van de inwoner met een ondersteuningsvraag centraal te staan. Binnen de pilot zal er op individueel niveau met een ondersteuningsplan gewerkt worden waarin de resultaatgebieden een duidelijke rol hebben. 1 De beschrijving van de pilot in dit document is gebaseerd op de eerste versie van de pilot beschrijving. Inmiddels is de pilot beschrijving aangepast op basis van de reactie van de gemeente. Pagina 8 van 12
9 ii. Bouwsteen Werking resultaatgebieden : de pilot levert nuttige informatie op over / er worden ervaringen opgedaan in het werken met de resultaatgebieden. De financiering binnen de pilot is opgebouwd op basis van de doelen en complexiteit van de ondersteuningsvraag van de cliënt. Hierbij worden de resultaatsgebieden gebruikt. iii. Bouwsteen Substitutie : de pilot beoogt algemene voorzieningen en maatwerkvoorzieningen te vervlechten. Dit werkt drempelverlagend: niet alleen komen inwoners met een hulpvraag eerder in beeld, het afschalen naar algemene voorzieningen verloopt ook sneller en soepeler. Het wordt eenvoudiger om te switchen tussen maatwerkvoorziening en algemene voorzieningen. Zowel cliënten als professionals zijn eerder bereid om minder intensieve ondersteuning in te zetten. iv. Bouwsteen Monitoring en sturing : de pilot werkt in het monitoren van de resultaten met KPI s die sterk samenhangen met de zes resultaatsgebieden. Sturing vindt plaats op basis van de KPI s. De pilot monitort de resultaten naast de huidige verantwoording doordat ze formeel blijven werken met de P*Q-systematiek. v. Bouwsteen Toegang en toeleiding : Het werken met resultaatgebieden heeft invloed op de toegang en toeleiding. De gemeente moet een beschikking geven wanneer er ondersteuningsbehoefte is op één van de resultaatgebieden. Het vervlechten van algemene voorzieningen met maatwerkvoorzieningen heeft ook invloed op de toegang en toeleiding. In de pilot is er een combinatie van algemene voorzieningen met licht chronisch maatwerk waarbij de inloop geheel vrij is en de samenwerkende partners de toegang beoordelen. De pilot levert hierover leerpunten en ervaringen op. Monitoring van de pilot Om effectief de voortgang van de pilot te kunnen monitoren, is het ten eerste belangrijk scherp te hebben wat de beoogde verandering is (wat zal er binnen de pilots daadwerkelijk anders gaan ten opzichte van de huidige situatie) en wat de beoogde effecten zijn. De beoogde veranderingen van de pilot zijn: i. Het loslaten van de huidige producten en het werken met resultaatgebieden; ii. Het opheffen van het onderscheid tussen groepsbegeleiding en individuele begeleiding; iii. Het cliëntgericht werken aan resultaten door toepassing van de resultaatsgebieden; iv. Het combineren van algemene voorzieningen met licht chronisch maatwerk; v. Het vervlechten van algemene voorzieningen en maatwerkvoorzieningen; vi. Het versleutelen van de vervoersbijdrage van gemeenten in de resultaatgebieden; vii. Het opbouwen van de financiering op basis van de doelen en complexiteit van de ondersteuningsvraag van de cliënt (in plaats van volume of type ondersteuning die een cliënt ontvangt). De beoogde effecten van de pilots zijn: i. Dienstverleners werken meer resultaatgericht; ii. Het is eenvoudiger om de best passende ondersteuning in te zetten; iii. Cliënten ervaren deelname aan de pilot als op het individu afgestemde ondersteuning; iv. Er is een prikkel om vooruitgang te boeken op de resultaatsgebieden waarmee dienstverleners inwoners helpen om meer zelfredzaam te zijn en minder afhankelijk van professionele zorg; Pagina 9 van 12
10 v. De vervoersbewegingen nemen af, ondersteuning wordt dichter bij huis geboden en het vinden van alternatieve oplossingen wordt gestimuleerd (bekijken van mogelijkheden in de eigen omgeving van de cliënt zowel qua vervoer als qua locatie van de ondersteuning); vi. Het vervlechten van algemene voorzieningen en maatwerkvoorzieningen werkt drempelverlagend: inwoners met een hulpvraag komen eerder in beeld en het is eenvoudiger om op- en af te schalen tussen algemene - en maatwerkvoorzieningen; vii. Mantelzorgers voelen zich ontlast door de ondersteuning. Ook bij deze pilot is het van belang om in gesprekken met de projectleiders van de pilots scherp te krijgen in hoeverre ze bepaalde onderdelen al wel doen en wat ze straks anders gaan doen. Mogelijke vragen die we projectleiders kunnen stellen zijn In hoeverre werken dienstverleners nu niet resultaatgericht?, In hoeverre is het nu niet mogelijk om makkelijk op- en af te schalen tussen algemene en maatwerkvoorzieningen? Om effectief de voortgang van de pilots te kunnen monitoren, is het ten tweede belangrijk dat de projectleiders weten wat ze willen/moeten weten. Hiervoor zijn goed geformuleerde Key Performance Indicators (KPI s) nodig. Gezamenlijk met de projectleiders van de pilots moeten we vaststellen op welke KPI s ze informatie gaan verzamelen. Mogelijke KPI s om informatie over te verzamelen om de voortgang van de pilots te monitoren: i. 80% van de cliënten en mantelzorgers geven aan dat de ondersteuning aansluit bij de persoonlijke wensen en vragen; ii. 75% van de cliënten stijgt of stabiliseert op één of meer van de resultaatgebieden; iii. 80% van de mantelzorgers voelt zich ontlast door de in de pilot geboden ondersteuning; iv. Het aantal cliënten dat door middel van doelgroepenvervoer naar de locatie komt, neemt met 20% af; v. 80% van de dienstverleners geeft aan dat het eenvoudiger is om op- en af te schalen tussen algemene en maatwerkvoorzieningen. vi. Er is een toename van deelname aan algemene (collectieve) voorzieningen; vii. Afname van beschikkingen die een beroep doen op de maatwerkvoorzieningen. viii. 80% van de dienstverleners geeft aan dat het werken met resultaatgebieden de zorgverlening ontschot en integrale dienstverlening mogelijk maakt. Bijdrage pilot Samenwerkingsinitiatief Prins Hendrikstraat Korte omschrijving De pilot betreft het ontwikkelen en aanbieden van een breed participatieaanbod voor verschillende doelgroepen zoals VG, GGZ en in het algemeen de doelgroep met afstand tot de arbeidsmarkt. Het doel is om innovatie en ontschotting van de Wmo en Participatiewet te realiseren. De pilot beoogt dit via verschillende manieren te doen zoals het creëren van een inloop / ontmoetingsplek en uitvalsbasis Buurt & ZO, het ontwikkelen en aanbieden van arbeidsmatige werkplekken, het ontwikkelen van diensten aan, voor en met de buurt, het creëren van trainingen, preventie en educatie, het ontwikkelen van een steunpuntfunctie en het realiseren van individuele trajectbegeleiding (ITB). De pilot vindt plaats in Pijnacker-Nootdorp. Pagina 10 van 12
11 Bijdrage van de pilot De pilot betreft een vorm van ondersteuning, ontwikkeling en dienstenaanbod wat past binnen een concept van ontschotting waarbij een brede range in aanbod en deskundigheid eenvoudig toegankelijk is. De bijdrage van de pilot ligt naast de ontschotting ook in het feit dat het een laagdrempelige instroom mogelijkheid biedt met betrekking tot participatie, re-integratie en tegenprestatie. Door de toegankelijke vorm van ondersteuning kunnen inwoners snel en adequaat een passend antwoord vinden op hun ondersteuningsvragen. Hierdoor is er een grotere integratie in de buurt. Daarnaast is er meer samenwerking binnen het netwerk van cliënt, dienstverleners en reguliere ondernemers. De pilot levert een aantal bouwstenen op voor de ontwikkelde concept-bekostigingssystematiek: i. Bouwsteen Vraaggerichtheid : binnen de pilot zal er op individueel niveau met een ondersteuningsplan gewerkt worden waarin de resultaatgebieden een duidelijke rol hebben. ii. Bouwsteen Werking resultaatgebieden : wanneer de pilot wordt toegepast inclusief de resultaatgebieden, levert het nuttige informatie op over / worden ervaringen opgedaan in het werken met de resultaatgebieden. iii. Bouwsteen Substitutie : het brede palet aan ondersteuningsmogelijkheden tussen re-integratie / participatie / tegenprestatie / individuele ondersteuning geboden door een samenwerkingsorganisatie met een brede basis geeft veel mogelijkheden tot substitutie binnen het totaalpakket. De pilot verwacht minimaal 30% verschuiving van individuele (ambulante begeleiding) naar groepsgerichte ondersteuning. iv. Bouwsteen Monitoring en sturing : de pilot monitort in hoeverre de resultaten worden gerealiseerd met behulp van de ZRM, de Participatieladder, klanttevredenheid en verschuiving van individuele naar collectieve ondersteuning. Monitoring van de pilot Om effectief de voortgang van de pilots te kunnen monitoren, is het ten eerste belangrijk scherp te hebben wat de beoogde verandering is (wat zal er binnen de pilots daadwerkelijk anders gaan ten opzichte van de huidige situatie) en wat de beoogde effecten zijn. De beoogde veranderingen van de pilots zijn: i. Ontschotting van de Wmo en de Participatiewet; ii. Inloop / ontmoetingsplek en uitvalbasis Buurt & ZO; iii. Ontwikkelen en aanbieden van arbeidsmatige werkplekken; iv. Ontwikkelen diensten aan, voor en met de buurt; v. Trainingen, preventie en educatie; vi. Steunpunt functie, gekoppeld aan individuele ondersteuning plus pilot beeldbellen; vii. Individuele trajectbegeleiding ITB. De beoogde effecten van de pilots zijn: i. Ontschotting van de doelgroepen waarbij de samengevoegde specifieke deskundigheid voor een brede doelgroep beschikbaar is waardoor er een meer passende aansluiting binnen deze zorg en ondersteuningsketen wordt gerealiseerd; ii. Stijging van cliënttevredenheid; Pagina 11 van 12
12 iii. Verschuiving van individuele (ambulante begeleiding) naar groepsgerichte ondersteuning (substitutie); iv. Breder participatieaanbod voor de verschillende doelgroepen; v. Een laagdrempeligere instroom die mogelijkheden biedt met betrekking tot participatie, reintegratie en tegenprestatie; vi. Inwoners vinden sneller en adequater een passend antwoord op hun ondersteuningsvragen; vii. Een grotere integratie in de buurt; viii. Meer samenwerking binnen het netwerk van cliënt, dienstverleners en reguliere ondernemers. Ook bij deze pilot is het van belang om in gesprekken met de projectleiders van de pilots scherp te krijgen in hoeverre ze bepaalde onderdelen al wel doen en wat ze straks anders gaan doen. Mogelijke vragen die we projectleiders kunnen stellen zijn In hoeverre wordt er nu geen passende aansluiting binnen de zorg en ondersteuningsketen gerealiseerd? en In hoeverre is er nu geen laagdrempelige instroom die mogelijkheden biedt met betrekking tot participatie, integratie en tegenprestatie?. Om effectief de voortgang van de pilots te kunnen monitoren, is het ten tweede belangrijk dat de projectleiders weten wat ze willen/moeten weten. Hiervoor zijn goed geformuleerde Key Performance Indicators (KPI s) nodig. Gezamenlijk met de projectleiders van de pilots moeten we vaststellen op welke KPI s ze informatie gaan verzamelen. Mogelijke KPI s om informatie over te verzamelen om de voortgang van de pilots te monitoren: i. Cliënt heeft een positief resultaat op de ZRM; ii. Cliënt heeft een positief resultaat op de Participatie (werk) ladder; iii. Cliënt ervaart een laagdrempelige instroom met betrekking tot participatie, re-integratie en tegenprestatie; iv. Cliënt, dienstverlener en ondernemers ervaren meer samenwerking binnen het netwerk; v. Er is een x toename van arbeidsmatige werkplekken; vi. Er is een x toename van diensten aan, voor en met de buurt; vii. Er is een uitbreiding van x activiteiten in de wijk en Buurt & Zo; viii. Er is 30% verschuiving van individuele (ambulante begeleiding) naar groepsgerichte ondersteuning. Vervolgstappen pilots Zoals in het voorgaande is benoemd, is een eerste vervolgstap het voeren van gesprekken met de projectleiders van de pilots om scherp te krijgen in hoeverre ze bepaalde onderdelen van de pilot al wel doen en wat ze straks anders gaan doen. Hiermee krijgen we een duidelijke startsituatie van waaruit we kunnen kijken of de beoogde verandering zichtbaar is. Hieraan kunnen we de monitorinformatie voor de pilots koppelen. Een belangrijke vervolgstap is om vervolgens per pilot een monitorplan op te stellen. Dit monitorplan gaat ten eerste in op welke informatie, ervaringen en leerpunten de pilot gaat verzamelen. Per pilot hebben we een aanzet gedaan op welke KPI s de pilots informatie gaan verzamelen. Ten tweede gaat dit plan in op de wijze waarop we deze informatie gaan verzamelen (middels gesprekken, enquêtes, systemen etc.) en wanneer. Pagina 12 van 12
Een voorbeeld van de samenwerking tussen de partners.
Bijlage 1. Een voorbeeld van de samenwerking tussen de partners. Korte toelichting In het projectplan van de pilot worden drie arrangementen beschreven; 1. Kort herstel; voor mensen die tijdelijke begeleiding
Nadere informatieHieronder beschrijven we diverse vormen van bekostiging en hun effecten.
Bekostiging inkoop Wmo-producten Limburg Noord Werkgroep bekostiging 25 maart 2016 John Reijnders Yvonne Hellegers Marloes Geraedts John Bankers Bart van Oort PSW SGL Zorg Proteion Gemeente Beesel Gemeente
Nadere informatieDOEN WE HET IN ARNHEM
ZO DOEN WE HET IN ARNHEM 1 1. Inleiding Op 1 januari 2017 gaat de Stichting Sociale Wijkteams Arnhem formeel van kracht. Daarmee kiest de gemeente Arnhem voor het oprichten van een onafhankelijke juridische
Nadere informatieMet elkaar voor elkaar
Met elkaar voor elkaar Publiekssamenvatting Oktober 2013 1 1 Inleiding Met elkaar, voor elkaar. De titel van deze notitie is ook ons motto voor de komende jaren. Samen met u (inwoners en beroepskrachten)
Nadere informatieInstructie cliëntprofielen
Bijlage 4 Instructie cliëntprofielen Dit document beschrijft: 1. Inleiding cliëntprofielen 2. Proces ontwikkeling cliëntprofielen 3. Definitie cliëntprofielen 4. De cliëntprofielen op hoofdlijnen 5. De
Nadere informatieTussen droom en daad. Rudy Bonnet projectleider. Inspirerend Betrokken Effectief 1
Tussen droom en daad Rudy Bonnet projectleider 1 Wensen deelnemers Vraagstelling: welke knelpunten ervaart u bij de huidige PGB s? Op welke manier kan het beter (qua organisatie, indicatiestelling, verantwoording,
Nadere informatieEén. contract. Eén. opdracht. Eén. missie. Meer dan 100 partners Meer dan 1000 professionals
Eén opdracht Eén contract Meer dan 100 partners Meer dan 1000 professionals Eén missie 1 Het gewone leven Vrijwilligers- & Verenigingswerk Ons speelveld Mantelzorg & Welzijn Participatie & Inkomen & Schuldhulpverlening
Nadere informatieRegionale visie op welzijn. Brabant Noordoost-oost
Regionale visie op welzijn Brabant Noordoost-oost Inleiding Als gemeenten willen we samen met burgers, organisaties en instellingen inspelen op de wensen en behoeften van de steeds veranderende samenleving.
Nadere informatieGemeenten krijgen vanaf 2015 veel meer verantwoordelijkheid:
2 juni 2014 Sociaal Domein Gemeenten krijgen vanaf 2015 veel meer verantwoordelijkheid: Jeugdzorg, AWBZ-begeleiding naar Wmo, Participatiewet. Samenhang met ontwikkelingen Publieke Gezondheidszorg en Passend
Nadere informatieStand van zaken Sociaal Domein
Stand van zaken Sociaal Domein Van transitie naar transformatie Gemeenteraad 27 oktober 2016 Voorbereiding Inhoud 2013 2020 Implementatie en borging Transformatie 1-1-2015 transitie heden Waar staan we
Nadere informatieopdrachtformulering subsidiëring MEE 2017
opdrachtformulering subsidiëring MEE 2017 Aanleiding Met ingang van 1 januari 2015 zijn de gemeenten verantwoordelijk voor de cliëntondersteuning voor alle inwoners, voorheen was dit een verantwoordelijkheid
Nadere informatieWMO Rotterdam. Van verzorgingstaat naar - stad en - straat
WMO Rotterdam Van verzorgingstaat naar - stad en - straat Beleidskader Wmo: voor wie? Inwoners van Rotterdam Circa 525.00 zelfredzame burgers Circa 62.000 beperkt zelfredzame burgers Circa 30.000 kwetsbare
Nadere informatieSubsidie uitvraag Welzijnswerk 2017
Subsidie uitvraag Welzijnswerk 2017 In beweging komen Ontwikkelen Meedoen Met lef! Oktober, 2016 1. Inleiding In 2015 en 2016 gingen wij Meiinoar op reis en die reis gaat verder. De reis wordt intensiever
Nadere informatiejanuari 2015 - L.M. Sluys Tympaan Instituut Sociale wijkteams Krimpenerwaard - Tympaan Instituut - info@tympaan.nl
januari 2015 - L.M. Sluys Tympaan Instituut I Inhoud blz 1 Inleiding 1.1 Aanleiding 1 1.2 Vraagstelling 1 1.3 Aanpak en leeswijzer 1 2 Doelen 2.1 Doelen van beleid 3 2.2 Doelen van sociale wijkteams Krimpenerwaard
Nadere informatieZorgaanbieder Verbinding
Gezamenlijk werkproces Sociaal Wijkteam en zorgaanbieders DIAH In de werkgroep is afgesproken om het werkproces van het sociaal wijkteam en de zorgaanbieders DIAH in kaart te brengen. En dan met name waar
Nadere informatieToegang Sociaal Domein & Sociaal wijkteam Velsen
Toegang Sociaal Domein & Sociaal wijkteam Velsen Toegang (Harry Verheul, senior beleidsadviseur Werk, Inkomen en Zorg) Sociaal wijkteams (Inger Poorta, projectleider) Toegang sociaal domein in de gemeente
Nadere informatieTrends in dagbesteding. Charlotte Hanzon, 9 maart 2017
Trends in dagbesteding Charlotte Hanzon, 9 maart 2017 Trends in dagbesteding Voorbeeldtekst Voorbeeldtekst Wat is dagbesteding? Definitie dagbesteding wordt breder: Dagbestedingsvormen die door de overheid
Nadere informatiePARTICIPATIERAADHAARLEM
Uitkomsten werkgroepen Netwerkbijeenkomst 19 februari 2014 De deelnemers aan de werkgroepen vertegenwoordigen met elkaar het brede sociale domein van Haarlem. Samen met de leden van de Participatieraad
Nadere informatieStadskanaal: Samen met de burger Integraal beleidskader Sociaal Domein
Stadskanaal: Samen met de burger Integraal beleidskader Sociaal Domein Versie: 31 maart 2014 1. Inleiding: Wij kunnen ons in Nederland gelukkig prijzen met een van de sterkste sociale stelsels ter wereld.
Nadere informatieRaad op zaterdag 24 september 2016
Raad op zaterdag 24 september 2016 Astrid Jansen, projectleider jeugd VNG Afke Donker, Nederlands Jeugdinstituut Gespecialiseerde jeugdhulp en meten van effecten Hoe weet u of uw beleid effect heeft? Programma
Nadere informatieMarktconsultatie Beschermd Wonen
SAMEN, VOOR ELKAAR Marktconsultatie Beschermd Wonen 5 oktober 2017 Agenda 1. Uitgangspunten 2. Proces tot nu toe 3. Producten 4. Programma van eisen 5. Tarieven 6. Vervolg Visie regio Centraal Gelderland
Nadere informatieHoe regelt Heerlen de toegang tot zorg?
Hoe regelt Heerlen de toegang tot zorg? Zo regelt Heerlen de toegang tot de Wmo, jeugdhulp en participatie Bent u professional in de zorg of heeft u in uw (vrijwilligers)werk met de zorg te maken? Wilt
Nadere informatieBijlage 1 Snelkookpansessie gebiedsgericht financieren en organiseren
Bijlage 1 Snelkookpansessie gebiedsgericht financieren en organiseren 7 juni 2016 De Post-It s per ingrediënt 1. Van opdrachten per aanbieder naar één wijkopdracht Ruwaard Iets met basisinkomen doen De
Nadere informatie1. Inleiding. 2. Drie typen dagbesteding
1. Inleiding In het transformatieprogramma sociaal domein 1 is één van de vragen hoe we de zorg en ondersteuning weer dichter bij de burger in zijn eigen omgeving kunnen organiseren. De term die wij hiervoor
Nadere informatieAanvraag VEZN Pro Vita
Aanvraag VEZN Pro Vita Projectinformatie en resultaten In 2013 is het Centrum voor gezondheidszorg Pro Vita opgericht. Een centrum met zorgprofessionals die (deels in samenwerking met elkaar) goede zorg
Nadere informatieUitvoeringsplan Wmo-beleid
Uitvoeringsplan Wmo-beleid 2016-2019 In onderstaand overzicht is per inwonergroep aangegeven welke nieuwe activiteiten worden ondernomen om de in het Wmo-beleidsplan opgenomen doelstellingen te realiseren.
Nadere informatieUITGEWERKT VOORSTEL Inkoop Wmo
UITGEWERKT VOORSTEL Inkoop Wmo Het voorliggende document beoogt: 1. inhoudelijk invulling te geven aan de te leveren diensten 2. een voorstel te doen voor eventuele technische omzetting naar nieuwe dienstverlening
Nadere informatieOude en nieuwe Wmo. ondersteuning. 2 Deze resultaatgebieden zijn: a. een huishouden te voeren; b. zich te verplaatsen in en om de woning;
Oude en nieuwe Wmo De Tweede Kamer is akkoord met het Voorstel van wet Wmo 2015. Na behandeling in de Eerste Kamer zal dit voorstel eind 2014 de huidige Wmo gaan vervangen. Tussen de huidige Wmo en het
Nadere informatieWAT ZIJN DE UITGANGSPUNTEN
WAT ZIJN DE UITGANGSPUNTEN Bekijk de visie en beantwoord de volgende vragen In welke mate er aandacht is voor andere partijen, burgers, vrijwilligers, mantelzorg Wat staat er vermeld over de eigen kracht
Nadere informatieSturen op uitkomsten in de Wmo. Investeren in maatschappelijke participatie
Investeren in maatschappelijke participatie November 2013 Kernboodschappen voor sturing op uitkomsten in de Wmo 1 Stel de beoogde uitkomsten centraal bij de inkoop van zorg en ondersteuning Om zichtbaar
Nadere informatieCONCEPT Inkoopplan Wmo 2017. Midden-Delfland
CONCEPT Inkoopplan Wmo 2017 Midden-Delfland Inhoudsopgave 1. Inleiding... 3 1.1 Totstandkoming inkoopkader... 3 1.2 Looptijd inkoopkader... 3 1.3 Verbinding Wmo contracten en Jeugdhulp... 3 2. Analyse
Nadere informatieBekostiging specialistische jeugdhulp naar een nieuw model in 2018
Bekostiging specialistische jeugdhulp naar een nieuw model in 2018 Voorlichtingsbijeenkomst 27 september 2016 Even voorstellen De GRJR is één van de 42 regio s voor jeugdhulp Verantwoordelijk voor het
Nadere informatieZozijn en de Stelselwijzigingen. Zozijn participeert!
Zozijn en de Stelselwijzigingen Zozijn participeert! Doel van deze bijeenkomst Informeren over belangrijke veranderingen De impact hiervan op de dienstverlening en cliënten De aanpak van Zozijn Vragen
Nadere informatieDECENTRALISATIES SOCIAAL DOMEIN. Raadsvoorstellen 2014
DECENTRALISATIES SOCIAAL DOMEIN Raadsvoorstellen 2014 Presentatie: 11-12 12-20132013 Planning raadsbesluiten Beleidskader (nieuwe Wmo en Jeugdwet): januari 2014 Transitiearrangement Zorg voor Jeugd: :
Nadere informatieThemabijeenkomst Keuzes in het kader van de drie transities. 1 september 2014
Themabijeenkomst Keuzes in het kader van de drie transities 1 september 2014 Inhoud presentatie Opening en inleiding Achtergrond en breder kader Stand van zaken in de voorbereiding op de drie transities
Nadere informatieInnovatiebudget Sociaal Domein gemeente Arnhem
Innovatiebudget Sociaal Domein gemeente Arnhem Eind juli is de eerste ronde afgerond voor de besteding van het regionale Innovatiebudget Sociaal Domein. In deze ronde is niet het volledige beschikbare
Nadere informatiesociale teams In de stad Groningen
sociale teams In de stad Groningen 11 november 2013 Samenwerken in de buurt Cjg Huisartsen Stip Buurtwerkers Corporaties Politie Wijkbewoners scholen Onze partners Visie Stad Groningen In de kern betreft
Nadere informatieVoor u ligt een opzet van de Wmo-arrangementen GGZ, zoals voorbereid in de werkgroep BW van 24 augustus en 15 september jl.
V02 Wmo arrangementen GGZ - Werkgroep Beschermd Wonen (BW) Aan : Fysieke overlegtafel Beschermd Wonen 20 september 2016 Van : Werkgroep Beschermd Wonen Datum : 16 september 2016 Inleiding De Wmo-arrangementen
Nadere informatie88% Inwoner enquête (onderzoek)
Bijlage 1. Sturing en monitoring Meedoen naar Vermogen Niveau 1: Maatschappelijke effecten Wat? Norm Bron Rapportage Percentage inwoners dat zich verantwoordelijk voelt voor de buurt 88% Inwoner enquête
Nadere informatieGemeente Oss. Pilot Duurzame Financiële Dienstverlening
Gemeente Oss Pilot Duurzame Financiële Dienstverlening Robert Peters Neeltje van Haandel 3 december 2017 Duurzame Financiële Dienstverlening voor de inwoners van Oss 1. Aanleiding: de kosten en kwaliteit
Nadere informatieEr komt zo snel mogelijk, na vaststelling van de verordening, een publieksversie, waarin de verschillende onderdelen worden uitgewerkt.
Opmerkingen/verzoeken Meer leesbare versie Graag zouden we zien dat er een meer leesbare/publieksvriendelijkere versie van de verordening komt. Er wordt in dit stuk er al wel vanuit gegaan dat iedereen
Nadere informatieAlternatief voor Regeerakkoord Regie in eigen hand door persoonsgebonden en persoonsvolgende bekostiging
13-0010/mh/rs/ph Alternatief voor Regeerakkoord Regie in eigen hand door persoonsgebonden en persoonsvolgende bekostiging Gevraagde actie: - Deelt u de filosofie van Regie in eigen hand? - Bent u bereid
Nadere informatieInnovatiebudget Sociaal Domein regio Arnhem
Innovatiebudget Sociaal Domein regio Arnhem Eind juli is de eerste ronde afgerond voor de besteding van het regionale Innovatiebudget Sociaal Domein. In deze ronde is niet het volledige beschikbare budget
Nadere informatieDe slimste route? Vormgeven toegang
De slimste route? Vormgeven toegang Grote veranderingen in zorg en ondersteuning Taken vanuit AWBZ, Jeugdzorg, Werk en inkomen. Passend onderwijs (toegang tot onderwijs) De slimste route (voor Hengelo)
Nadere informatieHuis van Renkum. Doelen waaraan wordt bijgedragen
Huis van Renkum Doelen waaraan wordt bijgedragen Het Huis van Renkum draagt in de meest brede zin bij aan het hoofddoel van de gemeente Renkum: het vergroten van de zelfredzaamheid, het sociaal functioneren
Nadere informatieUITGEWERKT VOORSTEL Inkoop WMO begeleiding
Het voorliggende document beoogt: UITGEWERKT VOORSTEL Inkoop WMO begeleiding Met opmerkingen [j1]: Onder welke noemer willen we dit laten vallen? Begeleiding (geen eigen bijdrage cliënt) of onder HO (wel
Nadere informatieRaad op zaterdag Eindhoven 28 januari 2017 Ronde 1 van uur
Raad op zaterdag Eindhoven 28 januari 2017 Ronde 1 van 10.30-11.45 uur Astrid Jansen, projectleider jeugd VNG Afke Donker, Nederlands Jeugdinstituut Gespecialiseerde jeugdhulp en meten van effecten Hoe
Nadere informatieVerwerving opvang, wonen en herstel terugblik en vooruitblik - 24 april 2017
Verwerving opvang, wonen en herstel terugblik en vooruitblik - 24 april 2017 Agenda Terugblik; arrangementen op basis van resultaatgebieden marktconsultaties Vooruitblik verlenging overeenkomst marktconsultaties
Nadere informatieHet verhaal van Careyn Het Dorp
Het verhaal van Careyn Het Dorp Het Dorp staat voor een nieuwe manier van werken. Een werkwijze die de klant en kwaliteit van leven centraal stelt en waarbij onze zorgprofessional aan zet is. Het Dorp
Nadere informatieStartnotitie Integraal beleidsplan sociaal domein
Startnotitie Integraal beleidsplan sociaal domein Voorwoord Versie: 27 januari 2017 In De kracht van Coevorden hebben we beschreven wat onze visie is op het Sociaal Domein en hoe het sociaal domein in
Nadere informatieToeleg Meedoen & Samenwerken in Breda
Toeleg Meedoen & Samenwerken in Breda 2012-2013 Inleiding M&S Breda bestaat uit acht organisaties die er voor willen zorgen dat de kwetsbare burger in Breda mee kan doen. De deelnemers in M&S Breda delen
Nadere informatieWmo begeleiding WF6 2017
Wmo begeleiding WF6 2017 Perceelbeschrijving Dagbesteding - Arbeidsmatig & Belevingsgericht Drechterland, Enkhuizen, Koggenland, Medemblik, Opmeer, Stede Broec. Perceelbeschrijving dagbesteding arbeidsmatig
Nadere informatieWat weet u na vanavond?
ROADSHOW Wijkzorg Wat weet u na vanavond?.wat er nu eigenlijk verandert en waarom Hoe bestaande samenwerking goed kan worden benut als basis voor Wijkzorg.Wat kansen zijn om welzijn en informele zorg aan
Nadere informatieStichting VraagWijzer Nederland. Notitie Resultaatgericht werken in het Sociale Domein
Stichting VraagWijzer Nederland Notitie Resultaatgericht werken in het Sociale Domein Per 1 januari 2015 hebben de Jeugdwet, de Participatiewet en de Wmo 2015 hun intrede gedaan. De invoering van deze
Nadere informatieEnquête onder de vijftien gemeenten in de Leidse regio.
Enquête onder de vijftien gemeenten in de Leidse regio. Vragen: 1. Hoeveel inwoners krijgen dit jaar huishoudelijke hulp via de gemeente? De verwachting is dat in 2017 ruim 900 mensen gebruik gaan maken
Nadere informatieSamenwerken aan welzijn
Samenwerken aan welzijn Richting en houvast 17 november 2017 Het organiseren van welzijn Het afgelopen jaar hebben we met veel inwoners en maatschappelijke partners gesproken. Hiermee hebben we informatie
Nadere informatieMantelzorgers worden voldoende ondersteund. We spreken niet over mensen, maar met mensen
Vanuit welke rol vult u deze enquête in SAMENVATTING ENQUÊTE Evaluatie sociaal domein Met welke doelgroep werkt u het meeste samen Met wie werkt u het meeste samen Anders: van 6 tot 100+, wisselt per week
Nadere informatieBijeenkomst advies- & cliëntenraden Inkoop 2018 Jeugdhulp & Wmo (inclusief Beschermd Wonen) Welkom!
Bijeenkomst advies- & cliëntenraden Inkoop 2018 Jeugdhulp & Wmo (inclusief Beschermd Wonen) Welkom! Opening Jannette Nieboer Wethouder gemeente Waddinxveen & Bestuurlijk Trekker Inkoop 2018 Agenda 18:30
Nadere informatieOp het snijvlak van Zorg en Welzijn. De eerste lijn, alle facetten in beeld leergang Jan van Es instituut 5 januari 2015
Op het snijvlak van Zorg en Welzijn De eerste lijn, alle facetten in beeld leergang Jan van Es instituut 5 januari 2015 Even voorstellen Bureau Meulmeester & Veltman Kernthema s: samenwerking, kwaliteit
Nadere informatieverwijzers Behandeling en begeleiding Forensische zorg voor mensen met een LVB
verwijzers Behandeling en begeleiding Forensische zorg voor mensen met een LVB Forensische cliënten met een licht verstandelijke beperking (LVB) hebben na een delict strafrechtelijk zorg opgelegd gekregen.
Nadere informatieInkoop en bekostiging jeugdhulp. Informatiebijeenkomst de Kuip 16 februari 2016
Inkoop en bekostiging jeugdhulp Informatiebijeenkomst de Kuip 16 februari 2016 Doelstelling bijeenkomst vandaag Straks weet u: Wat de nieuwe, resultaatgerichte werkwijze inhoudt Wat de verschillende percelen
Nadere informatieNieuw model voor Maatschappelijke Ondersteuning. Hans Weggemans 12 november 2014
Nieuw model voor Maatschappelijke Ondersteuning Hans Weggemans 12 november 2014 1 Decentralisaties Participatiewet 2015 (- ca. 20%) Wmo: Begeleiding en verzorging 2015 (-25% resp. -15%) Jeugdzorg 2015
Nadere informatieDecentralisaties Ook de gemeente Waddinxveen heeft er mee te maken. Wat houden de decentralisaties in? Waar komt het vandaan? Waarom? 7 Oktober 2014 Waar komt het vandaan? Samen voor elkaar: de samenleving
Nadere informatieBetere ondersteuning en zorg door een goed inkoopbeleid
Barbara de Groen en Lian Stouthard, Vilans Betere ondersteuning en zorg door een goed inkoopbeleid De geleerde lessen over gemeentelijke inkoop van ondersteuning en zorg Sinds 2015 zijn gemeenten verantwoordelijk
Nadere informatieIntegrale toegang Best, Oirschot en Veldhoven
Integrale toegang Best, Oirschot en Veldhoven Integrale toegang vanuit perspectief inwoners Laagdrempelige toegang voor hulpvragen 1 contactpersoon (casemanager) Inwoner behoudt zelf de regie Snel hulp,
Nadere informatieSociale Gebiedsteams gemeente Nijkerk. 16 maart 2016
Sociale Gebiedsteams gemeente Nijkerk 16 maart 2016 1 Professionals vanuit verschillende moederorganisaties Amaris Lindenhout Stimenz Icare Welzin / Beweging 3.0 MEE Veluwe Sustvarius Philadelphia Ambulante
Nadere informatieTevredenheids- en ervaringsonderzoek Wmo over 2010 Klanten hulp bij het huishouden, mantelzorgondersteuning en andere individuele voorzieningen
Tevredenheids- en ervaringsonderzoek Wmo over 2010 Klanten hulp bij het huishouden, mantelzorgondersteuning en andere individuele voorzieningen Gemeente Huizen Inleiding... 3 1. Verantwoording onderzoek...
Nadere informatieHandreiking Zorg- & Welzijnsarrangement
Handreiking Zorg- & Welzijnsarrangement voor duidelijke afspraken in samenwerking tussen formele en informele partijen rondom een persoon met ondersteuningsvraag versie januari 2018 Hoe kom je tot een
Nadere informatieGeachte voorzitter, RIS Aan de leden van de Commissie Samenleving. Sociale Zaken en Werkgelegenheidsprojecten. Beleid
Typ teksttyp teksttyp tekst drs. K.P. Klein Wethouder van Stedelijke Economie, Zorg en Havens 030 Retouradres: Postbus 12600, 2500 DJ Den Haag Aan de leden van de Commissie Samenleving r- RIS296071 Contactpersoon
Nadere informatieOktober Informatiebijeenkomst Inkoop Langdurige Zorg in Rotterdam
Oktober 2013 Informatiebijeenkomst Inkoop Langdurige Zorg in Rotterdam Doel informatiebijeenkomst 1. Informeren marktpartijen over inkoopplannen gemeente 2. Toetsen op uitvoerbaarheid 3. Uitnodigen om
Nadere informatieBekostiging en opdrachtgeverschap jeugdhulp naar een nieuw model in 2018
Bekostiging en opdrachtgeverschap jeugdhulp naar een nieuw model in 2018 Aanleiding Huidige bekostiging niet ideaal Meer samenhang gewenst in hulpverlening Integratie met Wmo wens van aantal gemeenten
Nadere informatieProductbeschrijving Wmo contract 2016
Productbeschrijving Wmo contract 2016 In dit document worden de ingekochte producten beschreven. Het is bedoeld als handreiking bij de beoordeling van de in te zetten ondersteuning. Geen vaste criteria
Nadere informatieVerbeteren door vernieuwen en verbinden
Verbeteren door vernieuwen en verbinden Visie op het sociaal domein Hoeksche Waard tot stand gekomen met medewerking van professionele organisaties, vrijwilligersorganisaties en organisaties van zorgvragers
Nadere informatieAAN DE RAAD. Raadsvergadering d.d. : 26 juni 2014 Voorstelnummer : Portefeuillehouder : E. Hollenberg Carrousel d.d.
AAN DE RAAD Raadsvergadering d.d. : 26 juni 2014 Voorstelnummer : Portefeuillehouder : E. Hollenberg Carrousel d.d. : 12 juni 2014 Afdeling : Welzijn Opsteller : I. Sneekes Onderwerp : De inrichting van
Nadere informatieDomein 6 Maatwerkdiensten participatie
Domein 6 Maatwerkdiensten participatie Algemene beschrijving en perceelindeling De instrumenten in het kader van de Participatiewet worden grotendeels via de inzet van publieke dienstverlening vormgegeven,
Nadere informatieAmbulante Begeleiding. Harmoniseren diensten
Ambulante Begeleiding Harmoniseren diensten 2 Waarom? Een versimpelde (qua facturatie administratie, bureaucratie) bekostigingssystematiek die duurzaam is op regionaal niveau (Midden-Holland) en die innovatie,
Nadere informatie!7": ZORG 'EHANDICAPTENZORG
!7": ZORG 'EHANDICAPTENZORG )NKOOPBELEID,ANGDURIGE :ORG +LANTVERSIE De inkoop van gehandicaptenzorg in 2015 1 Als het nodig is heb je recht op langdurige zorg. Denk aan thuiszorg, verblijf in een verpleeg-
Nadere informatieDatum: 14 januari 2014 Kenmerk: /AW/FO/MdJ Onderwerp: reactie op Eerste fase uitvoeringsbesluiten Amsterdamse Zorg, Noodzaak voorop.
Gemeente Amsterdam t.a.v. de wethouder Zorg, de heer E. van der Burg Postbus 202 1000 AE AMSTERDAM Datum: 14 januari 2014 Kenmerk: 14-0009/AW/FO/MdJ Onderwerp: reactie op Eerste fase uitvoeringsbesluiten
Nadere informatieNieuwe taken naar gemeenten. de mens centraal. 21 mei 2012
Nieuwe taken naar gemeenten de mens centraal 21 mei 2012 1 Visie gemeente Den Helder Strategische Visie Sociale Structuurvisie Woon / Leefklimaat Integrale Participatie Onderwijs Ontwikkeling Beeld van
Nadere informatiePagina 1 van 5 Versie Nr. 2 Registratienr.: 2012I01086 Agendapunt 12
Pagina 1 van 5 Versie Nr. 2 Afdeling: Beleid Leiderdorp, 26-06-2012 Onderwerp: Beleidsplan gemeentelijke schuldhulpverlening Aan de raad. Beslispunten 1. Het beleidsplan gemeentelijke schuldhulpverlening
Nadere informatieRaadsvoorstel. Geachte raad,
Raadsvoorstel Nummer: 165140 Behandeld door: J. van Dijk Agendapunt: 27 juni 2017 Onderwerp: Voorlopige voorkeur uitvoeringsvariant Participatiewet Geachte raad, Samenvatting: In opdracht van het algemeen
Nadere informatieMonitoring. Meetbare effecten van beleid. Hoofdlijnen. Bestuurlijk contracteren
Monitoring De concretisering van beleid wordt in beeld gebracht en zo veel mogelijk gemeten om tijdig bij te kunnen sturen. Wanneer beleid ingezet wordt dient de outcome (effecten en resultaten) gemeten
Nadere informatieIntegrale dienstverlening in wijken: werk, inkomen, zorg en opvoeden
Integrale dienstverlening in wijken: werk, inkomen, zorg en opvoeden Divosa workshop Hans Weggemans Directeur wijkontwikkeling, zorg en welzijn Enschede, 6 juni 2013 Regeerakkoord Participatiewet WMO:Begelei
Nadere informatieSTANDPUNT EN PLEIDOOI OVER EXTRAMURALE BEGELEIDING
VERENIGING BEDRIJFSTAK ZORG 400.11/me november 2011 STANDPUNT EN PLEIDOOI OVER EXTRAMURALE BEGELEIDING De verplaatsing van (extramurale) begeleiding van de AWBZ naar de WMO en dus de gemeenten biedt nieuwe
Nadere informatieSociaal domein. Decentralisatie AWBZ-Wmo. Hoofdlijnen nieuwe Wmo KIDL 27-11-2014. H. Leunessen, gem. Landgraaf 1. Wmo / Jeugzorg / Participatiewet
Sociaal domein Wmo / Jeugzorg / Participatiewet Wat verandert er per 1 januari 2015? Hoofdlijnen nieuwe Wmo Wmo 2007: 1. Welzijnswet 2. Wet voorzieningen Gehandicapten 3. Hulp bij het Huishouden (HbH)
Nadere informatieMet het nieuwe welzijnsbeleid werkt de gemeente Tiel vanuit de volgende uitgangspunten:
Opdrachtformulering kwartiermaker integrale welzijnsopdracht Aanleiding De gemeenteraad van de gemeente Tiel heeft in haar vergadering van juli 2014 het besluit genomen om een inhoudelijke discussie te
Nadere informatieInformerend overleg over de transitie Jeugd in Midden-Holland
Informerend overleg over de transitie Jeugd in Midden-Holland Friso van Abbema, transitiemanager Anneke Ros, inkoop 18 november 2014 Agenda 1. Welkom, voorstellen, doel bijeenkomst 2. Uitgangspunten en
Nadere informatieWelkom. Wmo beleidsplan 2015 2018 Drechtsteden. Papendrecht
Welkom Wmo beleidsplan 2015 2018 Drechtsteden Papendrecht Bevorderen van sociale samenhang, mantelzorg, vrijwilligerswerk en veiligheid en leefbaarheid in de gemeente, alsmede het van voorkomen en bestrijden
Nadere informatieAan het college van Burgemeester en Wethouders van Haarlem
Aan het college van Burgemeester en Wethouders van Haarlem Datum Ons kenmerk Contactpersoon Doorkiesnummer E-mail Kopie aan Onderwerp 3 november 2016 2016/18 S.K. Augustin 023-511 5273 augustsk@haarlem.nl
Nadere informatieMarktconsultatie Algemeen Maatschappelijk Werk. Consultatiedocument Gemeente Renkum 2016
Marktconsultatie Algemeen Maatschappelijk Werk Consultatiedocument Gemeente Renkum 2016 1. Consultatiedocument 1.1 Aanleiding Vanaf 2015 is de gemeente Renkum verantwoordelijk voor een breed pakket aan
Nadere informatieFoto: halfpoint. 123rf.com. methodisch werken
1 Foto: halfpoint. 123rf.com methodisch werken Methodisch werken 1 Als zorgprofessional doe je nooit zomaar iets. Je werkt volgens bepaalde methodes en procedures. In dit hoofdstuk leer je wat methodisch
Nadere informatieWe worden steeds ouder. Notitie Ouderen
We worden steeds ouder Notitie Ouderen Apeldoorn, maart 2018 We worden steeds ouder We worden steeds ouder en we blijven langer thuis wonen. Ouder worden kent verschillende fases. De 65+er van nu is actief
Nadere informatieWat zijn mogelijke oorzaken voor de toename?
Netwerk Sociaal Domein/Wmo Oosterschelderegio Wat zijn mogelijke oorzaken voor de toename? Nadere analyse maatwerkvoorziening dagbesteding en begeleiding Onderzoeksvraag In de periode 2015-2016 zien we
Nadere informatieDoel. 1 Gemeenten kunnen met de voorziening beschut werken mensen in een dienstbetrekking laten werken. Het
Naam De ontwikkeling van arbeidsmatige dagbesteding Opdrachtgever Raad/college Trekker Sanne Bloemen Datum 13 januari 2015 Inleiding Vanuit de Wmo 2015 is de opdracht voor de gemeente het bieden van ondersteuning
Nadere informatieOntwikkelingen. in zorg en welzijn. Wij houden daarbij onverkort vast aan de Koers 2010-2013,
KOERS 2014-2015 3 Het (zorg)landschap waarin wij opereren verandert ingrijpend. De kern hiervan is de Kanteling, wat inhoudt dat de eigen kracht van burgers over de hele breedte van de samenleving uitgangspunt
Nadere informatieVOORLOPIG VOORSTEL Inkoop WMO begeleiding
VOORLOPIG VOORSTEL Inkoop WMO begeleiding Binnen de overeengekomen basisovereenkomst ten behoeve van dienstverlening voor Wmo zullen er deelovereenkomsten rondom nieuwe producten, diensten, processen en
Nadere informatieVoorbereiden door krachten te bundelen... 2. Visie op nieuwe taken... 2. Vernieuwingen in welzijn, (jeugd)zorg en werk... 2
Nieuwsbrief sociaal domein, #1 Vernieuwing welzijn, (jeugd)zorg en werk Inhoud Voorbereiden door krachten te bundelen... 2 Visie op nieuwe taken... 2 Vernieuwingen in welzijn, (jeugd)zorg en werk... 2
Nadere informatieSamen krachtig verder
Titel beleidsnota onder titel (optioneel) Samen krachtig verder Position Paper Sociaal Domein Hoe zien de gemeenten Littenseradiel en Súdwest-Fryslân hun rol in de samenleving? Waar staan ze voor en welke
Nadere informatieRaad op zaterdag 30 januari 2016
Raad op zaterdag 30 januari 2016 Astrid Jansen, projectleider jeugd VNG Afke Donker, Nederlands Jeugdinstituut Gespecialiseerde jeugdhulp en meten van effecten Hoe weet u of uw beleid effect heeft? Programma
Nadere informatieTransitie AWBZ en Jeugdzorg Regio Nijmegen. Bas Linders, Sander Otto, Erik van Aalzum Team contractering Regio Nijmegen Mei 2014
Transitie AWBZ en Jeugdzorg Regio Nijmegen Bas Linders, Sander Otto, Erik van Aalzum Team contractering Regio Nijmegen Mei 2014 1. Samenwerking Regio 2. Traject 3. Inkoop- en subsidiemodel 4. Sturings-
Nadere informatie