Bedankt voor het downloaden van dit rekenwerkboekje bij het thema Sinterklaas.

Transcriptie

1 Hallo, Bedankt voor het downloaden van dit rekenwerkboekje bij het thema Sinterklaas. Je mag dit document vrij gebruiken in je klas. Wil je het document aanraden bij collega s? GRAAG!! Vermeld dan dat het te vinden is op Veel plezier!

2 Rekenen met Sinterklaas Groep 5 Naam:

3 Opdracht 1: Klokken-Piet vind klokkijken best lastig. Hij vraagt jou hem te helpen. Kleur het kwartier wanneer we voor zeggen, geel. Kleur het kwartier wanneer we over zeggen rood. Kleur het kwartier voor half groen. Kleur het kwartier over half blauw. Opdracht 2: 9 + = = = = = = = = = = = = 9 Opdracht 3: Kluns-Piet heeft de getalkaarten laten vallen. Welke getallen kun jij allemaal maken met: Kleur in beide tabellen het kleinste getal blauw. Kleur het grootste getal groen. Opdracht 4: Er was onderweg van Spanje naar Nederland storm op zee! De klokken met de tijden zijn helemaal in de war geraakt. Kleur de digitale klok en de goede tijd in dezelfde kleur. 10 voor 12 5 over 1 5 over half 1 10 voor half 3 Kwart over 4 5 voor 11 5 voor half 8 Kwart voor 7 10 over half 5 Kwart voor 2 Kwart voor elf Opdracht 5: = = = = = = = = = = = = = = = = = = = =

4 Opdracht 6: a. Als er nog twee cadeautjes bijkomen hebben we precies vierhonderd pakjes op de stoomboot. Dus hoeveel pakjes hebben we nu? pakjes b. Computer-Piet spaart voor een nieuwe computer. Hij heeft al 630 euro gespaard. Hoeveel euro komt hij tekort?.. euro. 900 c. Snoep-Piet koopt een snoepje voor 40 eurocent. Hij betaalt met een 2 euro. Hoeveel krijgt hij terug?. eurocent. d. Piet scheurt een kalenderblaadje af, waar maandag 10 december op staat. Wat staat er op het nieuwe blaadje? a) Zondag 9 december b) Maandag 10 januari c) Dinsdag 10 december d) Dinsdag 11 december Opdracht 7: 6 x 7 = 7 x 8 = 3 x 9 = 7 x 3 = 5 x 8 = 8 x 6 = 6 x 5 = 9 x 8 = 7 x 7 = 8 x 4 = 4 x 9 = 5 x 7 = 9 x 5 = 8 x 3 = 8 x 8 = 2 x 5 = 4 x 5 = 5 x 5 = 7 x 5 = 9 x 5 = 2 x 50 = 4 x 50 = 5 x 50 = 7 x 50 = 9 x 50 = x 2 = 6 x 2 = 10 x 2 = 14 x 2 = 18 x 2 = 20 x 20 = 60 x 20 = 100 x 20 = 140 x 20 = 180 x 20 = 200 Opdracht 8: In 1 zak gaan 8 pakjes. Hoeveel zakken heb je nodig? 32 pakjes. 16 pakjes. 48 pakjes. 64 pakjes. 32 = x 8 16 = 48 =.. x 64 =.. x 32 : 8 = 16 : = 48 : = 64 : = Opdracht 9: Schrijf de tijd in woorden.

5 Opdracht 10: Pietje Paniek is helemaal in paniek. Hij heeft jouw hulp nodig! Hij moet sommen maken voor zijn Pieten Examen en hij heeft meerkeuze vragen. Kleur jij het goede antwoord maar voor hem. 7 x 7 = x 9 = x 8 = x 6 = x 9 = x 6 = x 8 = x 7 = x 6 = x 8 = Opdracht 11: Van het beginpunt naar de eerste schoorsteen is 5 km. a. Over 1 km loopt de Piet 20 minuten. Hoe lang loopt Piet? 1 km 2 km 3 km 4 km 5 km 20 min. min min min min Piet vertrekt om 9.00 uur. Hoe laat komt hij aan? b. Over 1 km fiets Pietje 5 km. Hoeveel tijd heeft Pietje nodig om naar de volgende schoorsteen te fietsen? 1 km 2 km 3 km 4 km 5 km 5 min. min min min min Pietje vertrekt om uur. Hoe laat komt hij aan? Opdracht 12: Schrijf de 2 digitale tijden op. a. b. 5 voor 9 10 over 6 Kwart voor 7 Half 8 11 uur

6 Opdracht 13: Pieten moeten ver kunnen springen over de daken. a. b. Sprongen van 10 Sprongen van Opdracht 14: In 1 strooihand gaan 6 schuimpjes. Hoeveel strooihanden moeten er gegooid worden? 12 schuimpjes. 24 schuimpjes. 48 schuimpjes. 54 schuimpjes. 12 =. X 6 24 = 48 = 54 = 12 : 6 = 24 : = 48 : 54 : =. Opdracht 15: a. Aan het begin van de week zijn er op de stoomboot 46 knuffeldieren. Deze week zijn er 18 knuffels in de schoen gestopt en 12 op de boot gebracht. Hoeveel knuffels zijn er aan het einde van de week op de stoomboot?. Knuffeldieren b. De stoomboot is precies 4 meter hoog. Hoeveel centimeter is dat? centimeter c. Er passen precies 45 pepernoten in een zak. Er zitten nu nog 23 pepernoten in de zak. Hoeveel pepernoten moeten erbij om de zak vol te maken? pepernoten d. Speel-Piet, Knuffel-Piet, Ziele-Piet en Rommel-Piet hebben met een een briefje van 20 euro precies genoeg om vier toegangskaartjes te betalen. Hoeveel euro kost één entreekaartje? euro Opdracht 16: Maak de sommen (+ antwoorden). 5 zakjes met 6 pepernoten. 7 Pietjes met 8 krullen. 3 cadeautjes met 9 linten. 9 Pieten met 2 oorbellen. 7 paarden met 4 benen.

7 Opdracht 17: Reken uit. 3 x 7 = 3 x 9 = 9 x 8 = 8 x 6 = 6 x 7 = 6 x 9 = 7 x 7 = 9 x 9 = 5 x 8 = 5 x 6 = 4 x 8 = 4 x 9 = 3 x 8 = 4 x 4 = 3 x 6 = 5 x 7 = 6 x 8 = 5 x 9 = 7 x 9 = 2 x 8 = Opdracht 18: Opdracht 19: Geef de klokken met dezelfde tijd, dezelfde kleur. Opdracht 20: = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = =

8 Opdracht 21: : 3 = 24 : 3 = 30 : 5 = : 7 = 72 : 8 = 32 : 4 = : 6 = 18 : 6 = 36 : 4 = Opdracht 22: Kleur de goede klok: Geel: Pietengym is om 10 over 3. Rood: Pepernoten tellen is om 14:15 uur. Blauw: Inpakles is om 5 voor half 5. Groen: Om 10:20 uur leren de Pieten verhalen vertellen. Oranje: Tijd om naar bed te gaan is om 20:55 uur Opdracht 23: a. Bak-Piet maakt pepernoten. Per bakplaat komen 4 rijen met 6 pepernoten. Hoeveel pepernoten maakt Pak-Piet per bakplaat?.. pepernoten b. Opa-Piet is bijna jarig. De andere 20 Pieten willen een cadeau kopen. Zij brengen allemaal 50 cent mee. Hoeveel euro is dat samen?. Euro. Opdracht 24: = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = =

9 Opdracht 25: Tijdens het tweede Pieten Examen moet Pietje-Paniek weer keersommen maken. Help jij hem? 7 x 6 = x 90 = x 7 = x 60 = x 8 = x 60 = x 7 = x 70 = x 8 = x 80 = Opdracht 26: a. Museum-Piet gaat naar het museum. Hij betaalt 10 euro toegang. Hij koopt ook een boek voor 15 euro. Hoeveel geld heeft Museum-Piet uigegeven?.. euro b. Game-Piet heeft 51 euro. Hij koopt een spel voor 35 euro. Hoeveel geld houdt Game- Piet over? euro. c. Verzorg-Piet koop 3 balen hooi. Eén baal kost 9 euro. Hoeveel moet Verzorg-Piet betalen?. Euro. d. Klusjes-Piet doet klusjes voor Sinterklaas. Voor het borstelen van Amerigo krijgt hij 3 euro. Voor het maaien van het gras krijgt hij 8 euro. Hoeveel euro heeft Klusjes-Piet gekregen?. Euro e. Inkoop-Piet heeft 75 euro. Hij koopt een trui van 56 euro. Voor hoeveel geld kan Inkoop-Piet nog kopen?.. euro. Opdracht 27: Grapjes-Piet heeft de klokken in de war gemaakt. Maak jij het weer goed? Kleur de 2 digitale tijden en de goede tijd (in woorden) in dezelfde kleur. Kwart voor 2 10 over half 3 5 voor 6 10 over 4 Kwart over 3 Opdracht 28:

10 Opdracht 29: Bedenk bij elk getal 4 keersommen Opdracht 30: In een mand zitten 8 schuimpjes. Hoeveel schuimpjes zijn er? 16 schuimpjes. 24 schuimpjes. 64 schuimpjes. 56 schuimpjes. 16 =. X 8 24 = 64 = 56 = 16 : 6 = 24 : = 64 : 56 : =. Opdracht 31: Hoe laat is het op Sinterklaas zijn horloge? Schrijf de 2 digitale tijden op. Opdracht 32: Opdracht 33: = = = = = = = = = = = = = = = 600

11 Opdracht 34: Geef de 3 dezelfde tijden, dezelfde kleur. 5 over half 3 10 over 5 5 voor half voor 1 Half 6 Kwart voor 4 Opdracht 35: Hoeveel pepernoten gaan er in elk mandje? 27 pepernoten in 3 mandjes. 24 pepernoten in 8 mandjes. 27 =. x 3 24 = 27 : 3 = 24 : = 48 pepernoten in 6 mandjes. 72 pepernoten in 9 mandjes. 48 =. x 72= : = : = Opdracht 36: a. Uitdeel-Piet heeft 36 zakjes met 10 pepernoten. Hoeveel pepernoten zijn dat samen?.. pepernoten b. Piet moet 2,- betalen. Hij heeft alleen munten van 50 eurocent. Hoeveel van deze munten heeft hij nodig?.. munten c. Amira begint om 1 uur te kijken naar de intocht van Sinterklaas. De intocht duurt 45 minuten. Hoe laat is de film afgelopen? a) Kwart voor 1 c) kwart voor 2 b) Kwart over 1 d) kwart over 2 d. Manisha is precies een week na vrijdag 5 december jarig. Welke datum is het dan? e. Mees koopt een voetbal van 25. Hij heeft 40. Hoeveel geld houdt hij over?.. euro.

12 Opdracht 37: x x x Opdracht 38: Schrijf de deelsommen op. a. 40 pepernoten in 10 zakjes. b. 45 repen chocola in plakjes van 5. c. 54 dropjes in rolletjes van 6. d. 18 bonbons in pakjes van 3. e. 56 mandarijnen in netjes van 7. f. 28 appels in zakken van 4. Opdracht 39: Schrijf de tijd in woorden. Opdracht 40: Kleur het goede antwoord. Wat is meer? Wat is meer? Wat is meer? 40 of 6 x 8 5 x 6 of 9 x 4 7 x 3 of of 5 x 7 6 x 7 of 8 x 5 3 x 3 of 8 30 of 9 x 3 2 x 7 of 3 x 6 8 x 6 of of 4 x 6 8 x 3 of 6 x 4 5 x 7 of of 5 x 7 4 x 4 of 5 x 3 6 x 7 of of 9 x 4 4 x 9 of 8 x 5 9 x 6 of of 7 x 8 9 x 7 of 8 x 8 4 x 7 of 32

13 Klaaropdracht 1: Zoek hieronder 28 tafelsommen. Ze kunnen horizontaal ( ) of vertikaal ( ) staan.

14 Klaaropdracht 2: - Reken de keersommen uit. Zet de antwoorden in de hokjes. - Het kleinste antwoord is 10, het op één na kleinste antwoord is Teken een lijn met potlood en liniaal van de stip bij 10, naar de stip bij Trek zo steeds een lijn naar de stip van een iets groter antwoord. - Klaar? Trek nog een lijn van het grootste antwoord, naar het kleinste.

15 Klaaropdracht 3: De Pieten hebben een probleem! Ze hebben je hulp nodig om uit te vinden welk gezin in welk huis woont. Jij kunt ze vast helpen! Deze informatie weten de Pieten: - De familie Jacobs woont in het midden. - De familie Grocek woont op het nummer dat je door 11 kunt delen. - De familie Lopez woont op het nummer = - De familie Janssen woont op het nummer waarvan de helft 56 is. - De familie Ramzi woont op het eerst huis dat je met drie cijfers schrijft. - De familie Ramos woont in =. + 4 = - De familie Brijde woont op het nummer waarvan de cijfers opgeteld samen 3 zijn. Familie Jacobs Grocek Lopez Janssen Ramzi Ramos Brijde Huisnummer