GEMEENTE KNOKKE-HEIST VERZOEK TOT RAADPLEGING RUP KERN OUD-ZOUTE

Transcriptie

1 06277 GEMEENTE KNOKKE-HEIST VERZOEK TOT RAADPLEGING RUP KERN OUD-ZOUTE FEBRUARI 2016 Verzoek tot raadpleging plan.id. 0214_00025_00001 WVI BARON RUZETTELAAN BRUGGE T E wvi@wvi.be

2 1 inlichtingen en coördinaten van de initiatiefnemer beschrijving en verduidelijking van het voorgenomen plan en in voorkomend geval redelijke alternatieven voor het plan of onderdelen ervan doelstelling situering van het plangebied mogelijke alternatieven - nulalternatief mogelijke alternatieven nulalternatief afbakening van het toepassings gebied en de plan-merplicht een beschrijving en een inschatting van de mogelijke aanzienlijke milieu-effecten van het voorgenomen plan of programma de gezondheid en de veiligheid van de mens de ruimtelijke ordening de biodiversiteit, de fauna en de flora de energie- en grondstoffenvoorraden de bodem het water de atmosfeer en de klimatologische factoren het geluid het licht de stoffelijke goederen het cultureel erfgoed, met inbegrip van het architectonisch en archeologisch erfgoed het landschap de mobiliteit de samenhang tussen de genoemde factoren relevante gegevens met inbegrip van de redenen waarom de initiatiefnemer meent geen plan-mer te moeten opmaken overeenkomstig art , 1, 5 van het DABM in voorkomend geval een beoordeling of het voorgenomen plan of programma grensoverschrijdende of gewestgrensoverschrijdende aanzienlijke milieu effecten kan hebben...15

3 1 inlichtingen en coördinaten van de initiatiefnemer initiatiefnemer: Gemeente Knokke-Heist Alfred Verweeplein Knokke-Heist contactpersoon: Christel Vannoppen : christel.vannoppen@knokkeheist.be Jan Vancoillie : jan.vancoillie@knokke-heist.be opdrachthouder: WVI Baron Ruzettelaan Assebroek contactpersoon: Ann Van Ackere a.vanackere@wvi.be Katrien Vervaet : k.vervaet@wvi.be WV I f eb 16 verzoek tot raadpleging beschrijving en verduidelijking van het voorgenomen plan en in voorkomend geval redelijke alternatieven voor het plan of onderdelen ervan 2.2 situering van het plangebied het plangebied wordt begrensd door: in het noorden: Emile Verhaerenlaan in het oosten: Sparrendreef in het westen + zuiden: Amerikapad 2.1 doelstelling Het plangebied situeert zich ter hoogte van de villawijk van het Zoute, bestaande uit een gesloten bouwblok als een aparte entiteit t.a.v. de omliggende open structuur. De doelstelling van het RUP Kern Oud-Zoute is het behoud garanderen van het kleinhandelsapparaat, het aanbod gevarieerd te houden en het behoud van horecazaken te stimuleren, teneinde de uitstraling van het oudsher bruisende Zoute niet verloren te laten gaan. kaart : luchtfoto kaart : situering plangebied het op te maken RUP bestrijkt een gebied van 0 ha 79 a en 75 ca zone 1: zone voor gesloten bouwblokken zone 2 : zone voor openbaar domein 3

4 2.3 mogelijke alternatieven - nulalternatief mogelijke alternatieven De opmaak van het RUP kadert binnen het GRS, definitief aanvaard en goedgekeurd door de Bestendige Deputatie van 02/12/2004 (BS 22/02/2005). Aangezien het plangebied zeer beperkt is en het duidelijk de bedoeling is om de bestaande activiteiten binnen het weefsel te bestendigen, werden geen alternatieven onderzocht nulalternatief Indien het RUP niet wordt opgemaakt blijft de bepaling van het onderliggend BPA van toepassing, nl. de gedeeltelijke wijziging van het BPA Wijk Prins Karellaan (BS 26/02/2004) De kern van het Oude Zoute vormt een belangrijke concentratie aan (detail)handel en horeca. Voor de panden die vervangen worden door nieuwbouw en/of die verkocht worden, bestaat de laatste jaren de trend dat in de basisakte stelselmatig wordt opgenomen dat horeca en/of voeding (slager, bakker, traiteur,...) niet meer toegelaten is. De bestaande horecazaken en voedingszaken worden dus verplicht om hun activiteiten stop te zetten. Indien het rup niet wordt opgemaakt om dergelijke praktijken een halt toe te roepen, zullen de bestaande activiteiten gestaag verdwijnen en wordt er geen nieuwe dynamiek meer gecreëerd, welke dit weefsel juist zo boeiend maakt. 2.4 afbakening van het toepassings gebied en de plan-merplicht afbakening van het toepassingsgebied en de plan- MER-plicht fase 3: bepaling van de plicht tot opmaak van een plan-mer Bij plannen en programma s die van rechtswege onderworpen zijn aan de plan-mer-plicht is er geen voorafgaande toetsing vereist daar er op onweerlegbare wijze wordt vermoed dat deze plannen en programma s aanzienlijke milieueffecten kunnen hebben. Men onderscheidt twee groepen van plannen en programma s: plannen en programma s, of de wijziging ervan, die tegelijkertijd een kader vormen voor de toekenning van een vergunning voor de in bijlagen I, II en III van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004 opgesomde projecten niet het gebruik regelen van een klein gebied op lokaal niveau, noch een kleine wijziging inhouden betrekking hebben op landbouw, bosbouw, visserij, energie, industrie, vervoer, afvalstoffenbeheer, waterbeheer, telecommunicatie, toerisme en ruimtelijke ordening of grondgebruik (artikel 4.2.3, 2, 1 D.A.B.M.); plannen en programma s of de wijziging ervan waarvoor, gelet op de mogelijke betekenisvolle effecten op speciale beschermingszones, een passende beoordeling vereist is uit hoofde van art. 36ter, 3, eerste lid, van het decreet van 21 oktober 1997 betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu (artikel 4.2.1, tweede lid D.A.B.M.) die niet het gebruik regelen van een klein gebied op lokaal niveau, noch een kleine wijziging inhouden. Voor een plan of programma dat overeenkomstig art plan-mer-plichtig is, en dat het gebruik bepaalt van een klein gebied op lokaal niveau of een kleine wijziging inhoudt, moet geen plan-mer worden opgemaakt voor zover de initiatiefnemer aantoont dat het plan of programma geen aanzienlijke milieu-effecten kan hebben (art D.A.B.M.) De administratie kan een plan dat van rechtswege plan-mer-plichtig is na een gemotiveerd verzoek van de initiatiefnemer het voorgenomen plan of programma ontheffen van de verplichtingen inzake milieueffectrapportage als de administratie oordeelt dat: Het voorgenomen plan of programma een uitwerking, wijziging, herziening of voortzetting inhoudt van een plan of programma waarvoor er reeds eerder een plan-mer werd goedgekeurd en een nieuw plan-mer redelijkerwijze geen nieuwe of extra gegevens betreffende aanzienlijke milieu-effecten kan bevatten; of Indien in het kader van andere rapportages of beoordelingen reeds een systematische en wetenschappelijk verantwoord analyse en evaluatie van de te verwachten gevolgen voor mens en milieu gemaakt werd die voldoet aan de essentiële kenmerken van een plan-mer. (art bis D.A.B.M.) Het RUP vormt het kader voor de toekenning van een vergunning voor een project opgesomd in bijlage I, II verzoek tot raadpleging feb 16 WVI

5 of III van het Besluit van de Vlaamse Regering van , nl. een stadsontwikkelingsproject zoals vermeld in rubriek 10b van bijlage III. Het RUP tracht aan de hand van voorschriften het behoud te garanderen van het bestaande nog levendig weefsel gevormd door horeca, detailhandel en speciaalzaken, afgewisseld met kantoren en diensten. Het RUP regelt echter het gebruik van een relatief klein gebied op lokaal niveau (totale oppervlakte RUP is 00 ha 79 a 75 ca, het houdt een kleine wijziging in (grotendeels het behoud van de bestaande toestand) en het heeft betrekking op de ruimtelijke ordening. Het plangebied bevindt zich in het centrum van Het Zoute op ruim 1100 m van het Vogelrichtlijngebied Het Zwin en op ruim 300 m van het Habitatrichtlijngebied Duingebieden incl. IJzermonding en Zwin. Aangezien het plangebied zo goed als volledig ontwikkeld is en in het centrum van het Zoute is gelegen, worden geen effecten verwacht op een Vogel- of Habitatrichtlijngebied en is een passende oordeling niet vereist : Het RUP valt onder de screeningsplicht. 3 een beschrijving en een inschatting van de mogelijke aanzienlijke milieueffecten van het voorgenomen plan of programma Hier wordt een overzicht gevraagd van de mogelijke aanzienlijke milieueffecten van het plan of programma op: de gezondheid en veiligheid van de mens de ruimtelijke ordening de biodiversiteit de fauna en flora de energie- en grondstoffenvoorraden de bodem het water de atmosfeer de klimatologische factoren het geluid het licht de stoffelijke goederen het cultureel erfgoed, met inbegrip van het architectonisch en archeologisch erfgoed het landschap de mobiliteit de samenhang tussen de genoemde factoren Er wordt gebruik gemaakt van een ingreepeffectenschema. De effecten waarvan vermoed wordt dat ze waarschijnlijk significant zijn worden verder in detail onderzocht. Op de effecten die vermoedelijk niet significant zijn wordt minder diep ingegaan. WVI feb 16 verzoek tot raadpleging

6 Ingreepeffectenschema ingreep Aanlegfase Het RUP streeft grotendeels het behoud van de bestaande toestand na. Er worden geen ingrepen gepland. Werken aan gebouwen of infrastructuur zijn niet uitgesloten. omvang in ruimte en tijd Opp (m²) Duur mens gezondheid mens ruimt. aspecten lucht geluid en trillingen licht, warmte stralingen bodem water geur landschap mobiliteit fauna en flora Tijdelijk N* N T/N* T/N* N P/N* P/N* N N* N N* N* Exploitatiefase kleinhandel Permanent N N N N N* N N* N N N* N N horeca N N N N* N* N N* N N N* N N wonen N N N N N* N N* N N N* N N erfgoed + archeologie N: niet significant effect N*: waarschijnlijk niet significant effect, effect zeer beperkt in ruimte en omvang, zeer lokaal effect S: (waarschijnlijk) significant effect T: tijdelijk effect P: permanent effect O: positief effect V: verder onderzoek noodzakelijk bij vergunningsaanvraag verzoek tot raadpleging feb 16 WVI

7 3.1 de gezondheid en de veiligheid van de mens Het doel van het RUP is om een kader te creëren teneinde het behoud van de bestaande activiteiten binnen het plangebied (horeca en dergelijke) te garanderen. Het plangebied is een gebied met een residentiële functie, in combinatie met horeca en detailhandel. Er zijn geen Seveso-inrichtingen binnen het plangebied aanwezig. Binnen een perimeter van 2 km rond het plangebied zijn geen Seveso-inrichtingen aanwezig. Het RUP vormt niet het kader voor de oprichting van Seveso-bedrijven, zodat de omwonenden niet blootgesteld worden aan de risico s die dergelijke bedrijven met zich meebrengen. In de omgeving van het RUP liggen geen Sevesobedrijven, het RUP vormt bovendien niet het kader voor de oprichting van Seveso-bedrijven, zodat in beide gevallen de omwonenden niet blootgesteld worden aan de risico s die dergelijke bedrijven met zich meebrengen. De uitvoering van het RUP zal geen bijkomende risico s voor de gezondheid en de veiligheid van de omwonenden opleveren. 3.2 de ruimtelijke ordening Volgens de bepalingen van het gewestplan Brugge - Oostkust (KB ) is het plangebied gelegen in woongebied. Het rup is een herziening van de gedeeltelijke wijziging van het BPA Wijk Prins Karellaan BPA (BS 26/02/2004) Het plangebied omvat het gesloten bouwblok gelegen langs de Sparrendreef, te midden van de wijk Prins Karellaan. Het gesloten bouwblok kenmerkt zich door kleinhandelszaken en horeca, die verzorgend zijn op wijkniveau. Het vormt de enige gesloten bouwblok in deze open en groene villawijk. Het plangebied maakt deel uit van het kaart : gewestplan kaart : uittreksel BPA WVI feb 16 verzoek tot raadpleging

8 masterplan ontworpen door de urbanist Jozef Stübben. De gedeeltelijke herziening van het BPA Wijk Prins Karellaan beoogde de eigenheid en het karakter van dit bouwblokje te behouden. Dit onder meer door het opstellen van meer geëigende stedenbouwkundige voorschriften, om een aantal ontstane negatieve trends te kunnen afremmen en zelfs ombuigen. Ondermeer werd de bouwhoogte beperkt tot maximum 2 bouwlagen en dak en werden specifieke voorschriften inzake ruimtelijk voorkomen en architecturale kwaliteit en bepalingen rond meergezinswoningen en garagepoorten ingeschreven. Het gemeentelijk RUP geeft uitvoering aan het GRS en staat onderaan de hiërarchie van de ruimtelijke uitvoeringsplannen. De kern van het Oude Zoute vormt een belangrijke concentratie aan (detail)handel en horeca. Voor de panden die vervangen worden door nieuwbouw en/of die verkocht worden, bestaat de laatste jaren de trend dat in de basisakte stelselmatig wordt opgenomen dat horeca en/of voeding (slager, bakker, traiteur,...) niet meer toegelaten is. De bestaande horecazaken en voedingszaken worden dus verplicht om hun activiteiten stop te zetten. Om dergelijke praktijken een halt toe te roepen, worden bijgevolg de bestaande zaken binnen het RUP effectief bestemd i.f.v. horeca - of voeding- en speciaalzaken en wordt er een verplichting tot nevenbestemming bij nieuwbouw opgelegd. De andere beleidsopties binnen het bestaand BPA worden grotendeels overgenomen, zoals het maximale gabariet ( maximale bouwhoogte, aantal bouwlagen, toegelaten bezetting, dakvorm,...), inplanting, normen rond parkeren, architecturaal voorkomen en materiaalgebruik. plangeïntegreerde maatregelen De plangeïntegreerde maatregelen vertalen zich binnen het rup in hoofdzaak naar de bestemmingsvoorschriften, nl. in een verplichte nevenbestemming op het gelijkvloers bij nieuwbouw van detailhandel, diensten, horeca, kantoren en vrije beroepen t.h.v. de Emile Verhaerenlaan en Sparrendreef. T.h.v. het Amerikapad is enkel de woonbestemming toegelaten. Bestaande horeca - of voeding- en speciaalzaken worden op het bestemmingsplan specifiek aangeduid i.f.v. behoud van bestemming. geen aanzienlijk effect 3.3 de biodiversiteit, de fauna en de flora Binnen het plangebied van onderhavig RUP zijn geen biologisch waardevolle gebieden gelegen Er bevinden zich geen habitat- of vogelrichtlijngebieden in de onmiddellijke omgeving. Het plangebied ligt niet in de omgeving van een gebied van het VEN/IVON Het habitatrichtlijngebied Duingebieden, inclusief IJzermonding en het Zwin, bevindt zich op ongeveer 270 m van het plangebied. De afstand tot het Vogelrichtlijngebied Het Zwin bedraagt ongeveer m. Het plangebied is gelegen op ongeveer 750 m van het GEN Het Zwin. kaart : biologische waarderingskaart verzoek tot raadpleging feb 16 WVI

9 Het plangebied is niet aangeduid op de biologische waarderingskaart. Het plangebied bevindt zich in de kern van het Zoute en is volledig gerealiseerd. Er worden geen significante effecten verwacht op de waardevolle natuur in de ruimere omgeving van het plangebied. plangeïntegreerde maatregelen Het doel van het plan is om de bestaande toestand (zijnde typologie en morfologie) te behouden. Werken aan gebouwen zijn evenwel niet uitgesloten. 3.4 de energie- en grondstoffenvoorraden In de omgeving van het plangebied liggen geen ontginningsgebieden. De ontwikkeling van het plangebied heeft geen gevolgen voor de verdere exploitatie van enige ontginningsgebieden. Geen aanzienlijk effect. 3.5 de bodem In het plangebied bevinden zich geen waardevolle fauna of flora die verloren dreigen te gaan bij de realisatie van het RUP. Er worden ook geen aanzienlijke effecten verwacht op de natuur in de omgeving van het plangebied. Het plangebied is momenteel volledig volgebouwd bodemkaart: antropogeen landbouwtyperingskaart: niet van toepassing GAS-kaart: Het plangebied behoort niet tot de gewenste agrarische structuur erosiekaarten: niet-gevoelig VLAREBO-activiteiten: Er zijn geen VLAREBOactiviteiten gekend in het plangebied. In het studiegebied zijn geen bedrijven of activiteiten gevestigd onderworpen aan de milieuvergunningsplicht klasse 1 en waarvoor OVAM adviesbevoegdheid heeft. Er zijn bij de gemeentediensten geen gegevens bekend over gronden binnen het plangebied die zijn opgenomen in het register van verontreinigde gronden of het Gronden- en Informatieregister. Centraal in het plangebied is er een OBO (1999 dossiernummer ) gekend. kaart 1: Gewenste agrarische structuur (GAS) kaart : erosiegevoeligheid beschrijving van het effect Het rup bestendigt grotendeels de bestaande toestand. Er gaat geen landbouwareaal verloren. Er zullen zich waarschijnlijk geen nieuwe Vlareboactiviteiten vestigen in het plangebied. wettelijke randvoorwaarden die de effecten beperken De Vlarem-wetgeving legt aan een aantal activiteiten maatregelen op om bodemverontreiniging te voorkomen (bv. bij mazouttanks). De Vlarebo-wetgeving verplicht een aantal activiteiten om de kwaliteit van de bodem op te volgen. WVI feb 16 verzoek tot raadpleging

10 Geen aanzienlijke effecten. 3.6 het water Door het plangebied stroomt geen geklasseerde onbevaarbare of een bevaarbare waterloop. Het plangebied behoort tot het bekken van de Brugse Polders. Binnen het plangebied bevinden zich geen lokaliseerbare acties van het bekkenbeheerplan. In de ruime omgeving, nl. ter hoogte van de haven van Zeebrugge, is de volgende lokaliseerbare actie aangeduid, nl. actienr Brittaniadok, met name de haalbaarheid voor de herinrichting (gedeeltelijke opvulling) van het Brittanniadok. Binnen het plangebied bevinden zich geen waterwingebieden en beschermingszones type I, II of III, afgebakend volgens het Besluit van de Vlaamse Regering van houdende nadere regels voor de afbakening van waterwingebieden en de beschermingszones. Op ruim 2 km van het plangebied bevindt zich een beschermingszone type III (ter hoogte van Duinenwater). Het plangebied ligt niet in een oppervlaktewaterwingebied. In het plangebied liggen geen waterlopen die moeten voldoen aan de waterkwaliteitsnormen voor water bestemd voor drinkwaterproductie. Het gemeentelijk waterbedrijf van Knokke - Heist heeft grondwaterwinningen ter hoogte van de Put Decloedt (beschermingszone type III) en de Golf en heeft ook plannen voor de winning van oppervlaktewater uit het Leopoldkanaal (waterkwaliteitsdoelstellingen drinkwater), voor de productie van drinkwater. Er zijn geen waterkwaliteitsgegevens beschikbaar over de waterlopen in de onmiddellijke omgeving. In de wijdere omgeving van het plangebied zijn er geen relevante meetpunten van de VMM of van het gemeentebestuur Knokke-Heist. kaart : overstromingsgevoelige gebieden overstromingskaarten: Het RUP is niet gelegen in een risicozone voor overstromingen en niet in een recent overstroomd gebied (ROG). Het RUP is gelegen in een van nature overstroombaar gebied (NOG), namelijk een gebied dat van nature overstroombaar is vanuit zee (zeepolder). watertoetskaarten: Het RUP is niet gelegen in een effectief overstromingsgevoelig gebied. Het RUP ligt in een zone die is ingekleurd als zeer gevoelig voor grondwaterstroming. Het plangebied is niet gecategoriseerd als infiltratiegevoelig gebied Het plangebied behoort niet tot het winterbed van een grote rivier verzoek tot raadpleging feb 16 WVI

11 Het RUP beperkt zich tot een klein plangebied, welke nu reeds gekenmerkt wordt door verharding en gebouwen. Door de aanleg van bijkomende verhardingen zal er enerzijds minder water in de bodem sijpelen, wat aanleiding geeft tot verdroging en anderzijds zal het hemelwater versneld van afgevoerd worden, wat aanleiding geeft tot een hogere belasting van de ontvangende waterlopen. Aangezien het plangebied zo goed als volledig verhard of bebouwd is, zal het effect van bijkomende constructies en verhardingen beperkt zijn. signaalgebieden: Het plangebied is niet gelegen in een signaalgebied. zoneringsplan: Volgens het zoneringsplan van de gemeente Knokkeheist ligt het plangebied in het centrale gebied. verziltingskaart: Het plangebied ligt niet in een verzilt gebied. Op minder dan 200 m van het plangebied bevindt zich wel verzelt grondwater. kaart : grondwaterstromingsgevoelige gebieden plangeïntegreerde maatregelen Het RUP vormt niet het kader voor de aanleg van grote ondergrondse constructies die de grondwaterstroming kunnen verstoren. Ondergrondse constructie zijn echter niet uitgesloten. Het RUP bestendigt grotendeels de bestaande context. wettelijke randvoorwaarden die de effecten beperken De gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, buffer- en infiltratievoorzieningen en de gescheiden afvoer van afvalwater en hemelwater legt op dat het opgevangen hemelwater in eerste instantie nuttig moet toegepast worden (hemelwaterput) en indien dit niet kan, ter plaatse geïnfiltreerd of als laatste keuze gebufferd en vertraagd afgevoerd. kaart : NOG-kaart WV I f eb 16 verzoek tot raadpleging kaart : infiltratiegevoelige gebieden Er worden geen aanzienlijke effecten, mits het nemen van de voorgestelde maatregelen 11

12 3.7 de atmosfeer en de klimatologische factoren Het plangebied is momenteel in gebruik als residentiëel gebied en aanverwante voorzieningen (met name horeca en (detail)handel). Het geoloket VMM advisering RUP-thema Lucht geeft volgende waarden voor het plangebied (gemiddelden ): Het aantal overschrijdingen van de norm voor PM10-daggemiddelde (fijn stof) van 50 µg/m³ bedraagt 28 Het PM10-jaargemiddelde bedraagt 27 µg/m³ Het NO2-jaargemiddelde bedraagt 25 µg/m³. De totale index bedraagt 6 (middelmatig) De luchtkwaliteit in het plangebied stelt momenteel geen problemen. Tijdelijke stofhinder bij nieuwbouw, verbouwingen, afbraak en dergelijke. Luchtverontreiniging door verwarming van de gebouwen. Aangezien het gebied reeds bebouwd is en nog slechts beperkt kan worden verdicht, zal dit effect niet veel groter zijn dan bij een autonome evolutie van het gebied. Luchtverontreiniging door het verkeer afkomstig van de bezoekers : het plangebied wordt bestendigd als één- en meergezinswoningen, in nevenbestemming zijn detailhandel, diensten, horeca, kantoren en vrije beroepen verplicht op het gelijkvloers bij nieuwbouw. Dit t.h.v. de Emile Veraherenlaan en de Sparrendreef. De bestaande horeca- of voedingszaken op het gelijkvloers worden op het bestemmingsplan aangeduid i.f.v. behoud, dit om transformaties naar een zuivere woonbestemmingtegen te gaan. Aangezien de bestaande toestand dus grotendeels wordt bestendigd en slechts beperkt bijkomende activiteiten zullen gegenereerd worden, zal dit effect niet veel groter zijn dan bij een autonome evolutie van het gebied. wettelijke randvoorwaarden die de effecten beperken EPB-regelgeving wettelijke voorschriften onderhoud stookolie- en gasketels Dit effect is eerder kleinschalig. 3.8 het geluid Het plangebied is momenteel in gebruik als residentieel gebied en aanverwante voorzieningen (met name horeca en (detail)handel). Tijdelijke geluidshinder bij nieuwbouw / afbraak en dergelijke. Lawaaihinder door het verkeer afkomstig van de bezoekers: aangezien de bestaande toestand grotendeels wordt bestendigd en slechts beperkt bijkomende activiteiten zullen gegenereerd worden, zal dit effect niet veel groter zijn dan bij een autonome evolutie van het gebied. plangeïntegreerde maatregelen Het plangebied is reeds volledig bebouwd, de zone wordt bestemd i.f.v. de bestaande activiteiten. De bouwmogelijkheden i.f.v. nieuwe ontwikkelingen zijn beperkt. Dit effect is eerder kleinschalig. 3.9 het licht Het plangebied is bijna volledig volgebouwd. De eventuele bijkomende lichthinder door nieuwe ontwikkelingen zal heel beperkt zijn. plangeïntegreerde maatregelen Het plangebied wordt bestemd i.f.v. de bestaande activiteiten. plangeïntegreerde maatregelen Het RUP situeert zich echter in een stedelijke context en vormt niet het kader voor projecten die veel verlichting met zich meebrengen zoals sportvelden, serrebedrijven en winkels met lichtreclame en verlichte terreinen. andere randvoorwaarden die de effecten beperkenkeuze goede armaturen geen aanzienlijk effect verzoek tot raadpleging feb 16 WVI

13 3.10 de stoffelijke goederen Het plangebied is bijna volledig bebouwd, kleinschalige ontwikkelingen zijn nog mogelijk. Er worden stedenbouwkundige voorschriften opgemaakt voor de aanwezige bebouwing en bebouwingsmogelijkheden. Er worden geen onteigeningen gepland. geen aanzienlijk effect 3.11 het cultureel erfgoed, met inbegrip van het architectonisch en archeologisch erfgoed Binnen het plangebied zijn geen beschermde monumenten gelegen. In de onmiddellijke omgeving, palend aan het plangebied situeert zich het beschermde monument Dominicanenkerk met pandgang, tuin en pastorij, 27/01/2004 (BS 30/06/2004). Binnen het plangebied, noch in de omgeving zijn beschermde landschappen gelegen. Binnen het plangebied, noch in de omgeving zijn beschermde dorpsgezichten gelegen. Archeologie: De CAI vermeldt geen bijzondere locaties in het plangebied of in de omgeving van het plangebied. De Centrale Archeologische Inventaris is een inventaris van tot nog toe gekende archeologische vindplaatsen. Vanwege het specifieke karakter van het archeologisch erfgoed dat voor ons verborgen zit in de ondergrond, is het onmogelijk om op basis van de Centrale Archeologische Inventaris uitspraken te doen over de aan- of afwezigheid van archeologische sporen. De aan- of afwezigheid van archeologische sporen dient met verder onderzoek vastgesteld te worden. De opzet van onderhavig RUP is grotendeels het bestendigen van de bestaande toestand. Het RUP handhaaft de bestaande bebouwingstypologie cf. het bestaande BPA. plangeïntegreerde maatregelen Er worden geen nieuwe bestemmingen mogelijk gemaakt. Het RUP handhaaft een bestendigen van de bestaande morfologie en typologie binnen het plangebied. geen aanzienlijke effecten kaart : bouwkundig erfgoed, lijst inventaris bouwkundig erfgoed 3.12 het landschap In het plangebied zijn geen ankerplaatsen. In het plangebied zijn geen relictzones geen aanzienlijke effecten WVI feb 16 verzoek tot raadpleging

14 3.13 de mobiliteit bestaande ontsluitingswegen Het plangebied situeert zich in de kern van de villawijk van het Zoute. Het plangebied wordt ruimtelijk ontsloten door de Emile Verhaerenlaan, het Amerikapad en de Sparrendreef. De gemeente Knokke-Heist voert een doordacht parkeerbeleid (zie ook : openbaar vervoer Het plangebied is goed bereikbaar en ontsluitbaar via het openbaar vervoer : op een 6-tal minuten verwijderd van de bushalte van lijn 12, welke ieder uur rijdt vanaf het station via het Zoute naar de Oosthoek. Het station Knokke is ongeveer een 2,3 km verwijderd van het plangebied. zeer goed bereikbaar te voet, met de fiets en met het openbaar vervoer. De verplaatsingen zullen relatief verspreid zijn in de tijd. plangeïntegreerde maatregelen Het plangebied is beperkt van schaal. Er worden geen nieuwe bestemmingen mogelijk gemaakt, de bijkomende dynamiek is beperkt. De te verwachten bijkomende mobiliteitseffecten kunnen niet als een aanzienlijk effect beschouwd worden de samenhang tussen de genoemde factoren geen aanzienlijk effect atlas der buurtwegen : Binnen het plangebied zijn geen buurtwegen aanwezig. De te verwachten mobiliteitseffecten zijn van beperkte schaal, enerzijds door de beperkte omvang van het plangebied en anderzijds door de inzet van het RUP : in het RUP wordt het behoud van het handelsapparaat en het behoud van de horecazaken gestimuleerd, deze zorgen immers voor de uitstraling en het levendig karakter van het plangebied. De te verwachten mobiliteitseffecten zjin van beperkte schaal, gezien de doelgroep de bewoners / tweede verblijvers en recreanten van de buurt zijn. Gezien de ligging in de kern van het Zoute is de site bovendien kaart : atlas der buurtwegen verzoek tot raadpleging feb 16 WVI

15 4 relevante gegevens met inbegrip van de redenen waarom de initiatiefnemer meent geen plan-mer te moeten opmaken overeenkomstig art , 1, 5 van het DABM Om het behoud van het kleinhandelsapparaat te garanderen, het aanbod gevarieerd te houden en het behoud van horecazaken te stimuleren waardoor de uitstraling van het van oudsher bruisende Zoute niet verloren gaat wordt in dit RUP de bestending van sommige van de bestaande activiteiten vastgelegd. Om de levendigheid en de verscheidenheid van het handelsapparaat te stimuleren wordt een nevenbestemming verplicht ingeschreven. De mogelijke ontwikkelingen zullen geen aanzienlijk effect hebben op de gezondheid en de veiligheid van de mensen in het plangebied of in de omgeving of op de ruimtelijke ordening. In het plangebied is er geen waardevolle natuur aanwezig. De beperkte ontwikkelingen zullen geen invloed hebben op de waardevolle natuur in de omgeving van het plangebied. Er worden geen effecten verwacht op de energie- en grondstoffenvoorraden. Het plangebied is volledig ontwikkeld. Er worden ook geen activiteiten verwacht die kansen op bodem- of waterverontreiniging inhouden. Het plangebied behoort tot het centrale gebied. Er kan mogelijk een beperkte hoeveelheid bijkomend huishoudelijk afvalwater zijn, dat zal afgevoerd worden naar een RWZI. Er worden dus geen aanzienlijke effecten op de bodem en het water verwacht. Nieuwe activiteiten, eigen aan een bebouwde stedelijke context, kunnen leiden tot beperkt bijkomende luchtemissies van de verwarming en van de voertuigen van bezoekers. Er kan ook beperkte bijkomend lawaai zijn van deze voertuigen en van de activiteiten. Aangezien het plangebied zich in het centrum van Het Zoute bevindt en vlot bereikbaar is te voet, met de fiets of het openbaar vervoer wordt slechts een beperkt aantal bijkomende voertuigen verwacht en zullen er ook geen aanzienlijke effecten op de mobiliteit zijn. Het plangebied ligt in het centrum van het Zoute en is al verlicht. Er zal geen aanzienlijke bijkomende verlichting voorzien worden. Er worden geen onteigeningen voorzien. Het RUP zal geen afbreuk doen aan de beschermde monumenten in de omgeving van het plangebied. Er zijn geen specifieke zones aangeduid aangaande archeologie. Er worden geen effecten op het landschap verwacht. Er kan dus gesteld worden dat er geen aanzienlijke effecten moeten verwacht worden. 5 in voorkomend geval een beoordeling of het voorgenomen plan of programma grensoverschrijdende of gewestgrensoverschrijdende aanzienlijke milieu effecten kan hebben Het betreft het RUP Kern Oud-Zoute in de gemeente Knokke-Heist. Het plangebied heeft een totale oppervlakte van 79 a en 50 ca. Er worden geen effecten verwacht die de gewestgrens of de landsgrens zullen overschrijden. WVI feb 16 verzoek tot raadpleging

16 verzoek tot raadpleging feb 16 WVI