Ontwerp Mobiliteitsplan Vlaanderen. Prof. Dr. G. Wets

Transcriptie

1 Ontwerp Mobiliteitsplan Vlaanderen Prof. Dr. G. Wets 1

2 INHOUD Mobiliteitsdecreet Inhoudsoverzicht informatief deel Richtinggevend deel 2

3 MOBILITEITSDECREET Opmaak door gewestelijke planningscommissie (PC) en via participatietraject (participatiebeginsel) Samenstelling PC en invulling participatietraject bepaald door besluit VR van 10 september 2010 Bestaat uit informatief en een richtinggevend deel Duurzame ontwikkeling van de mobiliteit als missie 5 strategische doelstellingen decretaal vastgelegd stop principe bepaalt rangorde mobiliteitsvormen 3

4 INHOUD INFORMATIEF DEEL H1: Mobiliteitsontwikkelingen H2: Transportsysteem H3: Maatschappelijke effecten H4: Drijvende krachten mobiliteitsontwikkeling H5: Toekomstverkenningen H6: Beleidsuitdagingen en oplossingsrichtingen Resultaten publieksparticipatie + adviezen 4

5 INHOUD RICHTINGGEVEND DEEL H1: Missie H2: Visie H3: Strategische doelstellingen H4: Operationele doelstellingen H5: Kritische succesfactoren H6: Actieplan 5

6 MISSIE (cf. VSDO) Duurzaam mobiliteitsmodel: Levendige economie en meer welzijn Toegang tot mobiliteit als basisbehoefte Betaalbaar en sociaal rechtvaardig Veilig Ecosysteemgrenzen respecteren Minimale milieu-impact en gezondheidsgevolgen 6

7 VISIE Vlaanderen bereikbaar houden Inclusief Veilig Beperkte impact op mens, natuur en milieu Partnerschappen Monitoring 7

8 OPERATIONELE DOELSTELLINGEN OD1: Samenhang en robuustheid van transportsysteem verbeteren OD2: Gebruikerskwaliteit van modale netwerken verhogen OD3: Efficiënt en veilig gebruik van transportsysteem OD4: Milieuvriendelijker en energie-efficiënter maken van transportsysteem 9

9 OD1: SAMENHANG EN ROBUUSTHEID Functioneren van mobiliteitssysteem eenvoudiger, flexibeler en veiliger maken Beoogde effecten: Verminderen storingsgevoeligheid modale netwerken Verbeterde samenhang modale netwerken Verbeterde (multimodale) dienstverlening 10

10 OD1 SAMENHANG EN ROBUUSTHEID Storingsgevoeligheid verminderen Mate waarin netwerken onderhevig zijn aan structurele en incidentele storingen Voordelen: verminderde arbeids- en brandstofkosten, verkeersemissies en energieverbruik, en verbeterde verkeersveiligheid 2030: Wegen: max. 5% voertuigverliesuren van totaal aantal gereden voertuiguren OV: 95% treinen en bussen rijdt op tijd Waterwegen: max. 1% verliestijden door technische defecten van aantal bedieningsuren 11

11 OD1: SAMENHANG EN ROBUUSTHEID Samenhang verbeteren Wijze waarop modale netwerken samenhangen en onderling op verschillende schaalniveaus verknoopt zijn 2030: Multimodale ontsluiting zeehavens, luchthavens en HSTstations Goed bereikbare stations en hoofdhaltes OV Daling aantal probleemaansluitingen bus, tram en trein tot 10% Vlotte overstap naar OV en fiets op P&R rond Antwerpen, Brussel en Gent Fijnmazig goederennetwerk van multimodaal ontsloten knooppunten 12

12 OD1: SAMENHANG EN ROBUUSTHEID (Multimodale) Dienstverlening verbeteren Geheel van prestaties (en klantgerichtheid ervan) naar verschillende gebruikers van transportsysteem 2030: Samen met privépartners diensten aanbieden zodat gebruikers duurzaam, veilig en reglementair kunnen verplaatsen Relevante informatie aanbieden in goederenvervoer Naadloze overstap (overslag) tussen modi Dienstverlening afstemmen op noden van mensen met functiebeperkingen 13

13 OD2: GEBRUIKERSKWALITEIT Gebruiker centraal stellen bij verdere uitbouw van mobiliteitssysteem Beoogde beleidseffecten: Verlaagd veiligheidsrisico Verbeterd vervoersaanbod Verhoogde netwerkkwaliteit 14

14 OD2: GEBRUIKERSKWALITEIT Verlaagd veiligheidsrisico Kans om bij ongeval gewond te geraken of risico op stoffelijke schade Sociale veiligheid 2030: Risico om dodelijk gewond te geraken praktisch tot nul terugbrengen Gegarandeerde sociale veiligheid op OV Onveiligheidsgevoel is geen beperkende factor in vervoerswijzekeuze 15

15 OD2: GEBRUIKERSKWALITEIT Verbeterd vervoersaanbod Organisatie van vervoersdiensten, en configuratie en capaciteit van verkeersinfrastructuur 2030: Wegvakken met hoge verzadigingsgraad wegwerken Forse vermindering aantal OV-verbindingen met capaciteitsproblemen Internationaal verbindende waterwegen 7 op 7 bevaarbaar Spoorcorridors conform Europese normen Toegankelijk transportsysteem voor mensen met beperkte mobiliteit Gebiedsdekkend aanbod aan vraagafhankelijk aangepast vervoer Veilige en comfortabele fietspaden langs gewestwegen Samenhangende, comfortabele en veilige fiets- en voetgangersnetwerken 16

16 OD2: GEBRUIKERSKWALITEIT Verhoogde netwerkkwaliteit Wijze waarop netwerken ingericht of uitgerust zijn en onderhoudsniveau 2030: Hoogwaardig uitgeruste, goed onderhouden, comfortabele en veilige netwerken Sterke verlaging gemiddelde leeftijd voertuigenpark OV Goed uitgeruste en toegankelijke knooppunten voor mensen met mobiliteitsbeperking 17

17 OD3: EFFICIENT EN VEILIG GEBRUIK Mens als gebruiker van transportsysteem aansturen Beoogde effecten: Gewijzigde vervoerswijzekeuze Verhoogde vervoersefficiëntie Veilig en milieuvriendelijk rijgedrag en routekeuze 18

18 OD3: EFFICIENT EN VEILIG GEBRUIK Gewijzigde vervoerswijzekeuze Beïnvloeden van voertuiggebruik Personenmobiliteit: STOP-principe Goederenmobiliteit: comodaliteit 2030: Min. 40% woon-werkverplaatsingen met OV, fiets of te voet Halvering van aantal autoverplaatsingen < 5 km Drastische verlaging woon-werkkilometers 30% spoor en binnenvaart in goederenvervoer 19

19 OD3: EFFICIENT EN VEILIG GEBRUIK Verhoogde vervoersefficiëntie Betere benutting van de vervoerscapaciteit en de netwerkcapaciteit Onder controle houden van bijkomend ruimtebeslag en milderen van impact van verkeer op mens, natuur en milieu 2030: Toegenomen bezettings- en beladingsgraden bij de verschillende modi 20

20 OD3: EFFICIENT EN VEILIG GEBRUIK Veilig en milieuvriendelijk rijgedrag en routekeuze Veilig rijgedrag: Anticipatief rijgedrag, voorkomen van verlies van lading, overbelading enz. Milieuvriendelijk rijgedrag: vermindering geluidshinder, CO 2 - uitstoot en andere emissies Verantwoorde routekeuze: impact op omgeving beperken 2030: Sterk verminderd aantal overtredingen inzake snelheid, gordeldracht en rijden onder invloed Dalend aantal gevallen van verkeersagressie Doorgaand vrachtverkeer volgt voorziene routes 21

21 OD4: MILIEUVRIENDELIJKER EN ENERGIE-EFFICIENTER Performantie van mobiliteitssysteem op vlak van milieu en energie verhogen Beoogde effecten: Verhoogde milieukwaliteit van netwerken Verbeterde milieu- en energieprestaties van voer- en vaartuigen Hernieuwbare/alternatieve brandstoffen en alternatieve aandrijfsystemen 22

22 OD4: MILIEUVRIENDELIJKER EN ENERGIE-EFFICIENTER Milieukwaliteit netwerken verhogen Mate waarin netwerken belastend zijn voor omgeving en aangepast zijn aan veranderende klimatologische omstandigheden Aard, inrichting en onderhoud infrastructuur en omvang, aard en snelheid van verkeer spelen een rol 2030: Geluidsreducerende maatregelen op 100 meest gehinderde locaties Wegwerken van knelpuntlocaties waar Europese normen worden overschreden Zo milieuvriendelijk mogelijke netwerken Infrastructuurnetwerken aanpassen aan veranderende klimatologische omstandigheden 23

23 OD4: MILIEUVRIENDELIJKER EN ENERGIE-EFFICIENTER Milieu- en energieprestaties voer- en vaartuigen Ecoscore bij personenwagens Euro norm en gebruikte brandstof bij vrachtwagens en binnenvaartuigen 2030: Gemiddelde ecoscore Vlaams wagenpark van 77 Toegenomen aandeel Euro VI-voertuigen bij zwaar en licht vrachtvervoer tot resp. 87% en 80% Verdere vergroening stads- en streekvervoer, binnenvaart en spoor, en daling energieverbruik 24

24 OD4: MILIEUVRIENDELIJKER EN ENERGIE-EFFICIENTER Hernieuwbare/alternatieve brandstoffen en aandrijfsystemen Alternatieve brandstoffen/aandrijfsystemen: vormen van energie uit andere dan klassieke brandstoffen Hernieuwbare brandstoffen: vormen van energie uit andere dan fossiele brandstoffen 2030: 27% benzinewagens 15% elektrische voertuigen bij personenwagens Gestegen gebruik alternatieve brandstoffen en aandrijfsystemen bij binnenvaart 25

25 ACTIEPLAN Actiedomein 1: (Verkeers-)Veilig en milieuvriendelijk inrichten en beheren Actiedomein 2: Efficiënt verknopen, optimaal benutten en selectief versterken van modale netwerken Actiedomein 3: Verbeterde dienstverlening en sterke uitstraling Actiedomein 4: Mental shift en attitudewijziging 26

26 ACTIELIJNEN AD1: (Verkeers-)Veilig en milieuvriendelijk inrichten en beheren AL1: Leesbaarheid en vergevingsgezindheid infrastructuurnetwerken verbeteren AL2: Intelligentie modale netwerken verhogen en verkeersstromen dynamisch beheren AL3: Performante regelgeving en handhaving ervan AL4: Vergroenen van infrastructuurnetwerken en verhogen belevingswaarde AL5: Sociale veiligheid van de modale netwerken verzekeren 27

27 ACTIELIJNEN AD2: Efficiënt verknopen, optimaal benutten en selectief versterken AL6: Fijnmazigheid van de netwerken verhogen AL7: Collectieve systemen versterken AL8: Missing links en bottlenecks in hoofdinfrastructuurnetwerken wegwerken AL9: Functioneren van de netwerken optimaliseren AL10: Performantie van de knooppunten verhogen 28

28 ACTIELIJNEN AD3: Verbeterde dienstverlening en sterke uitstraling AL11: Multimodale informatie en diensten aanbieden AL12: Risicobeheersing en snelle interventie bij storingen en calamiteiten AL13: Toegankelijkheid van vervoersaanbod en openbaar domein verbeteren AL14: Comfortniveau verhogen AL15: Onderhoudstoestand modale netwerken op peil houden 29

29 ACTIELIJNEN AD4: Mental shift en attitudewijziging AL16: Intrinsieke motivatie verhogen AL17: Kennis, inzicht en vaardigheden verbeteren AL18: Faciliteren en aansturen van gewenst gedrag AL19: Verbeteren milieuvriendelijkheid en energieefficiëntie van voer- en vaartuigenpark AL20: Vervuiler en gebruiker laten betalen 30

30 Contact Prof. Dr. G. Wets IMOB, Hasselt University Wetenschapspark 5 bus Diepenbeek, BELGIUM Tel.: +32 (0) Geert.Wets@uhasselt.be URL: 35

31 KRITISCHE SUCCESFACTOREN KSF1: Maatschappelijke waarden en normen KSF2: Mobiliteitsbehoefte KSF3: Innovaties en duurzame technologie KSF4: Financiële middelen KSF5: Beleidsafstemming KSF6: Maatschappelijk draagvlak KSF7: Menselijk kapitaal 48