BLDSpln Stichting Regionale Omroep Overleg en Samenwerking

Transcriptie

1 R O O S B e l e i d s p r i o r i t e i t e n BLDSpln Stichting Regionale Omroep Overleg en Samenwerking

2 Stichting ROOS Stichting ROOS (Regionale Omroep Overleg en Samenwerking) is het overleg- en samenwerkingsverband van de dertien regionale publieke omroepen in Nederland en stelt zich ten doel om op grond van samenwerking en beraad ordenend werkzaam te zijn en aldus de belangen van de regionale publieke omroepen te behartigen en het regionale aandeel in het publieke omroepstelsel en in het mediabeleid te versterken. De dertien regionale omroepen zijn allen deelnemer van ROOS. Stichting ROOS heeft een bestuur en een Raad van Toezicht. Het bestuur wordt gevormd door een onafhankelijk voorzitter en de directeuren van de dertien regionale omroepen in Nederland. De Raad van Toezicht bestaat uit vijf leden waarvan vier leden zijn benoemd vanuit de toezichthoudende organen van de aangesloten regionale omroepen en een onafhankelijk voorzitter. Aan samenwerking en overleg wordt vorm gegeven via verschillende overlegvormen. Naast het bestuur (het overleg van directeuren) vindt er regulier overleg plaats tussen de hoofdredacteuren, de hoofden financiën, de hoofden techniek, de personeelsmanagers en de internetcoördinatoren van de regionale omroepen. Uit deze overleggen worden regelmatig werkgroepen geformeerd die een specifieke opdracht hebben. Onderdeel van ROOS is de RadioNieuwsCentrale (RNC). Via de RNC vindt uitwisseling plaats van nieuws in de vormen audio, video en teksten tussen de NOS en de regionale omroepen. De RNC maakt ook dagelijks radiobulletins voor een aantal regionale omroepen en het televisieprogramma RegioNed. ROOS is enig aandeelhouder van Omroep Reclame Nederland (ORN). ORN is het verkoopkantoor voor landelijke adverteerders op regionale radio en televisie. Afhankelijk van de ontwikkelingen worden jaarlijks door ROOS de beleidsprioriteiten bijgesteld en vastgesteld. De belangrijkste doelstellingen voor de komende jaren zijn onder verschillende aandachtsgebieden in deze uitgave opgenomen en vormen leidraad voor overleg en samenwerking van de regionale publieke omroepen.

3 Inleiding Kabinetten volgen elkaar ten gevolge van verschillende politieke oorzaken snel op de laatste jaren. Met de val van het Kabinet-Rutte 1 in april van dit jaar werd abrupt een pas op de plaats gemaakt met de beleidsuitwerking van de door dit Kabinet gewenste samenwerking tussen de landelijke en de regionale omroep. Veel tijd en energie van NPO en ROOS was er de tweede helft van 2011 gaan zitten in de gevraagde uitwerking van een samenwerking. Begin 2012 hebben de NPO en ROOS samen de minister van OCW geïnformeerd over de mogelijkheden en moeilijkheden ervan. Met die informatie is niets gebeurd. Het Kabinet viel in april 2012, verkiezingen volgden in september en eind oktober werd het Regeerakkoord Bruggen bouwen van het Kabinet-Rutte-Asscher, een kabinet van VVD en PvdA, gepresenteerd. In dit akkoord wordt nog een extra eis gesteld aan de samenwerking tussen de landelijke en regionale omroep: een efficiencytaakstelling van 25 miljoen. Ook in dit Regeerakkoord is niet duidelijk wat onder samenwerking, dan wel integratie moet worden verstaan. Misschien is dat maar goed ook zodat er niet bij voorbaat al ondoordachte of niet uitvoerbare plannen op tafel liggen. Het nieuwe Kabinet beperkt de taken van provincies tot het gebied van ruimtelijke ordening, verkeer en vervoer, natuur en regionaal economisch beleid en hevelt het budget van de regionale omroep over van het Provinciefonds naar de mediabegroting. Het Kabinet kiest voor een brede publieke omroep en ROOS ondersteunt dat in principe. Het Kabinet zet een heel belangrijke stap daarbij: er wordt een toekomstverkenning naar de verdere vernieuwing van het publieke mediabestel gestart. ROOS vindt dat zeer verstandig. Door de keuzes van de opeenvolgende kabinetten Rutte met betrekking tot de financiering van de publieke omroep in zijn geheel is wat ROOS betreft een nieuwe visie op de publieke omroep inderdaad hard nodig. Gezien het nieuwe financiële kader moet de publieke omroep opnieuw definiëren welke kernactiviteiten hij wil vervullen, en moet hij daarbij scherpe profiel en genre keuzes maken. De kwantiteit van het media-aanbod en de mediaaanbodkanalen moet daarbij over de gehele breedte worden herzien. De functie nieuws en informatievoorziening is wat ROOS betreft de eerste en belangrijkste pijler van een nieuwe publieke omroep: de landelijke en niet-landelijke publieke omroepen voorzien in onafhankelijke en kwalitatief hoogwaardige berichtgeving die de burger aangaan over zaken uit de wereld, het land en de regio. Voor een samenwerking met de landelijke omroep heeft ROOS al een aantal duidelijke uitgangspunten geformuleerd, en die uitgangspunten kunnen ook met het nieuwe Regeerakkoord van toepassing blijven. Kort gezegd is het meest belangrijke uitgangspunt dat de legitimatie en uitvoering van de regionale mediaopdracht volledig bij het collectief van de regionale omroep blijft liggen. Daar lijkt ook geen discussie over want het Kabinet vindt het van belang dat de regionale identiteit en het onafhankelijk functioneren gewaarborgd blijft. Bij de gewenste samenwerking stelt de regionale omroep het journalistiek, inhoudelijke aspect voorop en dan is de NOS, maar als mogelijk ook een actualiteitenprogramma als EenVandaag, een belangrijke samenwerkingspartner. Het ROOS-idee van een samenwerkingsplan verzilvert derhalve allereerst de journalistieke en inhoudelijke voordelen die met een samenwerking bereikt kunnen worden en biedt daarnaast een goede bestuurlijke oplossing voor het samenbrengen van twee verschillende organisaties.

4 Strategisch kader De regionale omroep heeft bewezen een belangrijke pijler te zijn van het publieke mediabestel. De regionale omroep realiseert het media-aanbod op aansprekende, efficiënte en innovatieve wijze en bereikt via radio, televisie en nieuwe media een groot deel van de bevolking. Ook in een nieuw te vormen publiek mediabestel wil de regionale omroep het toonaangevende informatiemedium zijn in, en over de regio. Gezien het Regeerakkoord zal de Mediawet de komende jaren verschillende wijzigingen moeten ondergaan ten aanzien van de bestuurlijke en financiële inbedding van de regionale omroep in het publieke mediabestel. Voor wat betreft de taakstelling van de regionale omroep kiest de regionale omroep ervoor aan te blijven sluiten bij de twee taakdefinities die de commissie Kwalitatief Hoogwaardige Programmering al in 2008 formuleerde: de kerntaak van de regionale omroep is het verzorgen van regionale nieuwsprogramma s en het belichten van de achtergronden ervan en ook voldoet de regionale omroep aan de behoefte voor brede culturele programma s die in de regio leven. Deze kerntaken zijn onverminderd van belang en misschien zelfs wel in waarde toegenomen in dit tijdsgewricht. Regionale omroepen leveren daarmee een belangrijke bijdrage aan de kwaliteit van de discussie over zaken die de regionale samenleving en haar burgers aangaan. De efficiencytaakstelling die het Regeerakkoord VVD-PvdA de regionale omroep oplegt is aanzienlijk en het zal nog moeten blijken of het gewenste bedrag ook inderdaad door efficiency kan worden ingevuld. De efficiencytaakstelling komt bovenop de daling van de reclame-inkomsten van circa 7,5 miljoen die de regionale omroepen sinds 2009 al hebben moeten opvangen. De financiële spagaat tussen taakstelling en beschikbare middelen kent de regionale omroep al jaren maar het is in de toekomst ongewenst dat taak en (financiële) mogelijkheden met elkaar uit de pas blijven lopen. De regionale omroep zal serieus zoeken naar efficiencymogelijkheden maar vindt ten principale dat er voldoende financiële middelen beschikbaar moeten zijn om zijn taak ook daadwerkelijk uit te kunnen voeren. Ook de komende jaren blijft het van belang dat de regionale omroep met andere spelers in het regionale mediaveld het gesprek aan blijft gaan over hoe samenwerking elkaars positie, en met name de regionale journalistiek, kan versterken. Zo blijft de regionale omroep open staan voor samenwerking met andere regionale - maatschappelijke - instellingen, waaronder bijvoorbeeld kranten en samenwerkende lokale omroepen. Voor publiek-private samenwerking zijn duidelijke en ruimhartige kaders nodig. Als het gaat om samenwerking tussen landelijke en regionale omroep ligt een inhoudelijke samenwerking met de NOS voor de hand. 1 Regionale omroep wil van maximale publieke waarde zijn en daarmee een bijdrage leveren aan de kwaliteit van de regionale openbaarheid. Continuïteit van voldoende financiering voor zijn taakstelling en het zelfstandig en onafhankelijk kunnen functioneren zijn absolute voorwaarden hiervoor die wettelijk verankerd moeten blijven. 2 De samenwerking tussen de landelijke en regionale omroep is onderdeel van een toekomstverkenning naar de verdere vernieuwing van het publieke bestel. ROOS zal hiervoor zelf de taak en positie van de regionale omroep in het publieke mediabestel (opnieuw) definiëren teneinde dit met de staatssecretaris van OCW in het licht van zijn brief te bespreken. ROOS bepleit daarbij een discussie over de kernactiviteiten van de gehele publieke omroep waarbij nieuws, informatie, achtergronden en cultuur, landelijk en niet-landelijk, de eerste en meest belangrijke pijler is van een publiek mediabestel. 3 Besparingen die bij de samenwerking tussen de regionale omroep en de landelijke publieke omroep behaald moeten worden kunnen zowel bij de landelijke als regionale omroep vallen en komen de efficiencytaakstelling ten goede. 4 De calamiteitenfunctie van de regionale omroep wordt voor radio, televisie en het internet versterkt en wettelijk vastgelegd. 5 Het voorstel tot het centraliseren van de middelen van de regionale omroep brengt met zich mee dat in 2013 wetsaanpassingen of regelingen inzake de zorgplicht door provincies doorgevoerd moeten worden, bijvoorbeeld ook als het gaat om het verlengen van aanwijzingen voor zendtijd. 6 ROOS stelt zich ten doel om de relevantie, kwaliteit en betekenis van de regionale omroep nog meer zichtbaar te maken bij de stakeholders. 7 ROOS is voor de regionale omroepen gesprekspartner voor de staatssecretaris van OCW. Daarnaast zal ROOS aanspreekpunt zijn voor de verschillende partijen in het publieke bestel waaronder de NOS, de NPO, de landelijke publieke omroepen en de OLON maar ook voor het Commissariaat voor de Media en de ministeries van Economische zaken Landbouw en Innovatie en Binnenlandse Zaken en het Interprovinciaal Overleg. 8 Reclame-inkomsten dragen bij aan de totale financiering van de regionale omroep. Inkomsten uit reclame moeten na aftrek van kosten worden aangewend voor de programmering. De inkomsten zijn gedaald ten gevolge van het economische klimaat en toenemende concurrentie. ROOS als enig aandeelhouder van Omroep Reclame Nederland BV vraagt de Raad van Commissarissen en directie van ORN te focussen op winstoptimalisatie door maximalisatie van reclame-inkomsten enerzijds en beperking van de kosten anderzijds.

5 Kwaliteitsbeleid en ontwikkeling Relevant zijn voor de regio is de belangrijkste opdracht voor een regionale omroep. Dat doet een omroep met haar nieuws-, informatieve en variaprogramma s. De regionale omroep vervult een belangrijke journalistieke, maatschappelijke en culturele taak voor de eigen regio. Om relevant te zijn moet een omroep op alle mediakanalen aanwezig zijn waar het publiek nieuws, informatie en cultuur verwacht. Om relevant te zijn is ook de verankering van de omroep in de regio belangrijk. Dat doet een omroep samen met andere maatschappelijke organisaties en via het PBO. Regionale omroepen zetten zich in voor de versterking van de journalistiek en zoeken daarvoor de samenwerking met andere journalistieke en maatschappelijke organisaties. 1 In ROOS-verband wordt gezamenlijk beleid ontwikkeld om het media-aanbod beschikbaar te maken voor het publiek op diverse mediakanalen. In het aanbod neemt internet een steeds belangrijkere plaats in. De afgelopen jaren is succesvol ingespeeld op het toegenomen gebruik van mobiele telefoons en tablets om nieuws te consumeren. De ROOS-internetwerkgroep heeft hiervoor met groot succes een app gelanceerd voor mobiele telefoons die in het afgelopen jaar gevolgd is door een app voor tablets. Op internet blijkt steeds meer dat de nieuws- en informatiewens van mensen regio overschrijdend is. En het regionale nieuws is niet alleen belangrijk voor inwoners van een regio maar ook voor passanten. Daarom blijven de omroepen in ROOS-verband innovatieve toepassingen onderzoeken en ontwikkelen met het doel het regionale aanbod beschikbaar te stellen conform de wensen van het publiek. De interactie met het

6 publiek en de inzet van sociale media is daarbij een belangrijk aandachtspunt van de genoemde internetwerkgroep. 2 Het Programma Beleidsbepalend Orgaan (PBO) bewaakt de regionale legitimatie van de regionale omroep en speelt een belangrijke rol bij de verantwoording van deze taak voor de regio. Het hoofdredacteurenoverleg evalueert jaarlijks de verslagen. 3 De regionale omroepen willen hun bijdrage leveren aan de versterking van de journalistiek. Met dit doel streven regionale omroepen naar een intensivering van de bestaande samenwerking met landelijke journalistieke organisaties zoals de NOS en de TROS/AVRO (EenVandaag) de komende jaren. Dit is ook een van de beleidsprioriteiten van de gezamenlijke redactie van de regionale omroepen, de RNC. Ook de samenwerking met de KRO voor het radioprogramma Adres Onbekend wordt voortgezet. Regionale omroepen zoeken samenwerking met diverse journalistieke en maatschappelijke organisaties in de regio om de regionale journalistiek te versterken. Daarmee willen de omroepen uitvoering geven aan het rapport van de Commissie Brinkman De volgende Editie en aan het rapport van mw. Inge Brakman Regionale Mediacentra. Om deze samenwerking uit te voeren hecht ROOS een groot belang aan het zogenaamde experimenteerartikel dat in de Mediawet zal komen. Het doel van dit artikel is om ruimte en flexibiliteit te bieden aan publieke omroepen en private partijen om in de praktijk vorm te geven aan publiek-private samenwerking, die met name gericht is op versterking en verbetering van de regionale nieuws- en informatievoorziening. Veder doen regionale omroepen een beroep op het Stimuleringsfonds van de Pers om proeven te kunnen doen met verschillende samenwerkingsvormen, zoals met structurele samenwerking tussen regionale krant en regionale omroep, de vorming van een gezamenlijk virtueel platform door pers en omroep en het opzetten van een provinciaal informatieplatform in samenwerking met regionale culturele organisaties zoals bibliotheken. Ook streven regionale omroepen naar samenwerkingsvormen met samenwerkende lokale omroepen als dat hun beider taak versterkt. Samenwerkingen tussen regionale omroepen en regionale pers die hun succes bewezen hebben zijn projecten rond thema s. Ook voor deze vormen van samenwerking wordt een intensivering nagestreefd. 4 Het overleg van hoofdredacteuren continueert de aandacht voor kwaliteitsbevordering van regionale omroepen. Een project van het overleg van hoofdredacteuren om dit te bevorderen is het jaarlijkse congres - de ROOS Dagen - met internationale en nationale sprekers voor programmamedewerkers van de regionale omroepen. De kwaliteit van de programma s wordt jaarlijks beloond met de NL-Awards die uitgereikt worden op de eerste dag van de ROOS Dagen. De kwaliteit van regionale programma s heeft zich ook op nationaal en Europees niveau bewezen met onderscheidingen en nominaties voor de Loep, de Tegel en de Prix Circom. ROOS stimuleert en ondersteunt dat regionale omroepen hiervoor inzenden. 5 Jaarlijks worden de prestaties van de omroepen geëvalueerd aan de hand van de bereikcijfers. De Radio Nieuws Centrale (RNC) 6 Samenwerking NOS - In 2012 zijn bescheiden initiatieven genomen om de samenwerking verder te intensiveren. Dit resulteerde onder andere in het maken van een speciale editie van RegioNed ten behoeve van Journaal 24. Ieder weekend is RegioNed nu te zien en dat bevalt goed. Ook in 2013 zal RegioNed daarom een vaste waarde op Journaal 24 blijven. Daarnaast zijn in 2012 afspraken gemaakt om ook journalistieke samenwerking te verbeteren. Dit moet zo praktisch mogelijk. Met journalisten van drie regionale omroepen (RTV Oost, RTV Noord en Omroep Zeeland) en journalisten van de NOS worden op dit moment bijeenkomsten gehouden met als doel journalistieke achtergrondverhalen te maken. Ook met EenVandaag wordt gewerkt aan deze vorm van intensievere samenwerking. In 2013 zullen de eerste resultaten te horen/zien moeten zijn. Doel is na deze pilot ook zulke verhalen in samenwerking met de andere regionale omroepen te gaan maken. Verder wordt onderzocht of het in de loop van 2013 mogelijk is om ook op technisch gebied (waarbij RNC gebruik kan maken van onderhouds/storingsdiensten van NOS) beter samen te werken. Belangrijkste doel is om zo de uitwisseling van content nog sneller te laten verlopen. Gewenst bij-effect zou kostenbesparing moeten zijn. 7 Dienstverlening aan Regionale Omroepen - De radiouitzendingen van de RNC zijn weer grotendeels live. In 2013 zullen alle uitzendingen volledig live zijn. De afnemers in de regio ervaren dit als prettiger en dus voldoet de RNC aan deze wens. De RNC onderzoekt mogelijkheden om meer op maat te werken. In dat kader wordt met RTV Oost gesproken over het inzetten van RNC redactieleden als binnen- en buitenlanddeskundigen. Buiten de reguliere uitzendingen om kunnen RNC medewerkers aanschuiven in de radio-uitzendingen van RTV Oost om toelichting te geven op actuele gebeurtenissen. De breaking-news functie van de RNC wordt verder geïntensiveerd. Tien regionale omroepen gaan er gebruik van maken in Bij heftige nieuwsfeiten (vliegtuigongelukken, sterfgevallen Koninklijk Huis, val kabinet etc.) maakt de RNC extra nieuwsuitzendingen die door deze tien omroepen rechtstreeks overgenomen kunnen worden. Ook dit is een manier om de mogelijkheden van de gezamenlijke binnenbuitenlandredactie beter te benutten.

7 Distributie en standaardisatie Door de digitalisering verandert het mediagebruik van de consument sterk en komen er in hoog tempo nieuwe mogelijkheden van distributie voor de regionale omroep bij. De snelle vlucht die mobiel internet neemt en de steeds uitgebreidere mogelijkheden die tv-toestellen bieden zijn daar een goed voorbeeld van. De regionale omroepen moeten op deze ontwikkelingen inspelen en hun distributie hier op aanpassen. Toegankelijkheid en vindbaarheid is daar onmiskenbaar aan verbonden. De content van de regionale omroep moet beschikbaar zijn op die platforms waar het publiek het verwacht aan te treffen en goed toegankelijk zijn. Verspreiding wordt daardoor wel steeds diverser en moet aangepast worden aan de mogelijkheden en beperkingen die ieder van de diverse kanalen en platforms met zich meebrengen. 1 Het gebruik van programma gemist diensten door kijkers blijft toenemen. Kabelmaatschappijen bieden deze diensten steeds meer standaard via hun settopboxen aan. De regionale omroepen zijn proeven gestart met de grote kabelmaatschappijen UPC, Ziggo en Delta om ook via deze on-demand diensten het mediaaanbod van de regionale omroep te distribueren. 2 Smart- of internettelevisies worden steeds meer gemeengoed in de huiskamer. De regionale omroepen werken aan een systematiek waarmee het media-aanbod via alle verschillende merken beschikbaar komt. Daarbij worden de programma s slechts één keer aangeleverd voor alle platforms. 3 Begin 2011 hebben de omroepen gezamenlijk een app ontwikkeld voor smartphones en tablets. Vrijwel alle omroepen gebruiken deze app en het komende jaar wordt deze doorontwikkeld voor nieuwe tablets en worden nieuwe functionaliteiten ontwikkeld. 4 Alle regionale omroepen hebben in 2011 een vergunning voor het uitzenden van Digitale Radio gekregen. ROOS is namens de omroepen samen met de commerciële niet-landelijke vergunninghouders een inkooptraject gestart om vanaf medio 2013 in de digitale standaard DAB+ te gaan uitzenden. 5 Verschillende regionale omroepen zijn in de afgelopen jaren in de High Definition (HD) standaard gaan produceren en zullen hier op termijn volledig op over gaan. Kabeldistributeurs geven deze hogere kwaliteit echter nog niet door via hun netwerken. ROOS streeft er naar dat de consument de programma s toch kan gaan zien in de betere beeldkwaliteit waarop ze gemaakt worden. 6 Sociale Media, zoals eerder genoemd, zijn inmiddels breed geaccepteerd door de kijkers, luisteraars en bezoekers van online platforms van de regionale omroepen. Onder sociale media worden verstaan de online platformen waar informatie, al dan niet in context, die rondom alle radio, tv en online publicaties kunnen bijdragen aan verbreding van die inhoud, en zijn krachtig om te gebruiken. De regionale omroepen willen de ervaringen van de kracht en de risico s van de verschillende sociale media met elkaar delen om elkaar te ondersteunen in de technologiekeuzes om sociale media optimaal te kunnen gebruiken. Voor het verkrijgen en verwerken van materiaal hebben omroepen connectiviteit nodig, zowel via de ether als via hoogwaardige (internet)verbindingen. Daarbij zijn kwaliteit en beschikbaarheid van groot belang. 7 In 2012 zijn regionale omroepen een gezamenlijk inkooptraject gestart om goede, snelle en betaalbare internetaansluitingen in te kopen waarmee ze de diverse platforms kunnen voorzien van hun content. Eind 2013 moeten deze aansluitingen operationeel zijn omdat voor de meeste omroepen hun huidige SURFnet aansluiting wegvalt. 8 Door de groei van mobiel internetgebruik en de toenemende behoefte aan frequentieruimte voor allerlei diensten staat er druk op de frequenties die regionale omroepen benutten voor het maken en verspreiden van programma s. ROOS neemt daarom deel aan bijeenkomsten van het Agentschap Telecom en het Ministerie van ELI en waakt voor een goede bescherming van de frequenties die de omroepen nodig hebben voor de productie en verspreiding van hun programma s en voor de uitvoering van hun calamiteitenfunctie. 9 Landelijke politieke keuzes hebben vaak regionale gevolgen. Om te zorgen dat regionale omroepen goede politieke verslaggeving kunnen doen is in 2012 samen met de Tweede Kamer een pilot gestart met twee omroepen (RTV Rijnmond en L1). In deze pilot wordt onderzocht hoe eenvoudig en in goede kwaliteit beelden uit Den Haag naar de omroepen gestuurd kunnen worden. In 2013 wordt deze pilot afgerond en wordt besloten of hier een permanente voorziening voor moet worden ingericht. Door gezamenlijke inkoop kunnen kosten worden bespaard en betere voorwaarden worden afgedwongen bij leveranciers. 10 Bij inkoop van gezamenlijke diensten door omroepen zal worden onderzocht of omroepen efficiëntie- of volumevoordeel kunnen behalen. ROOS zal dit waar nodig ondersteunen.

8 Arbeidsvoorwaarden Het P&O-overleg adviseert het ROOSbestuur over de primaire en secundaire arbeidsvoorwaarden. Daarvoor heeft een werkgroep uit het P&O-overleg direct contact met de ROOS-vertegenwoordiger in het CAO-overleg. 1 De inbreng in de CAO en de implementatie van de CAO-afspraken zijn belangrijke aandachtspunten voor het P&O-overleg. Specifiek zullen de CAO-afspraken rond de werkzekerheid een prominente behandeling krijgen. 2 Bij gewijzigde wet- en regelgeving wordt een gemeenschappelijke aanpak voorgestaan. 3 Het P&O-overleg oriënteert zich op ontwikkelingen in de AV-sector en mogelijke implicaties voor het HRM-beleid. Het overleg werkt zo mogelijk gezamenlijk te ontwikkelen personeelsinstrumenten uit. 4 Het P&O-overleg bewaakt het ROOSbeoordelingssysteem en adviseert over de ontwikkeling van het systeem aan het ROOS-bestuur. 5 Personeelsontwikkeling is een belangrijk aandachtspunt. De sector verandert snel en het werk verandert. Omroepen bieden hun medewerkers regelmatig opleidingen aan. Het P&O-overleg onderzoekt de opzet voor een online opleidingscatalogus met een overzicht van de opleidingen waar regionale omroepen gebruik van maken. 6 Het P&O-overleg zorgt voor de uitwisseling en ontwikkeling van kennis en kunde onder de hoofden P&O.

9 Adressen Omrop Fryslan Zuiderkruisweg 2 Postbus JP LEEUWARDEN Telefoon: Internet: RTV Noord Helperpark 298 Postbus RP GRONINGEN Telefoon: Internet: RTV Drenthe Beilerstraat 30 Postbus AZ ASSEN Telefoon: Internet: RTV Oost Hazenweg 25 Postbus BA HENGELO Telefoon: Internet: Omroep Gelderland Rosendaalseweg 704 Postbus AS ARNHEM Telefoon: Internet: RTV Utrecht Hengeveldstraat 29 Postbus BA UTRECHT Telefoon: Internet: Omroep Flevoland Larserpoortweg 40 Postbus AN LELYSTAD Telefoon: Internet: RTV Noord-Holland Aletta Jacobslaan 9 Postbus AM AMSTERDAM Telefoon: Internet: Omroep West Laan van s-gravenmade 2 Postbus AA DEN HAAG Telefoon: Internet: RTV Rijnmond Lloydstraat 23 Postbus OO BM ROTTERDAM Telefoon: Internet: Omroep Zeeland Kanaalstraat 64 Postbus ZH OOST-SOUBURG Telefoon: Internet: Omroep Brabant Science Park Eindhoven 5550 Postbus AC EINDHOVEN Telefoon: Internet: Stichting Omroep Limburg (houdster zendmachtiging L1) Ambyerstraat-Zuid 77b Postbus AA MAASTRICHT Telefoon: Internet: L1 Ambyerstraat-Zuid 77b Postbus AA MAASTRICHT Telefoon: Internet: Omroep Reclame Nederland Sales (ORN) Media Park - Heideheuvel H3 Sumatralaan 45 Postbus AG HILVERSUM Telefoon: Internet: Radio Nieuws Centrale (RNC) Media Park - Videocentrum Sumatralaan 45 Postbus AB HILVERSUM Telefoon: Internet: Stichting ROOS Sumatralaan 45 Media Park - Heideheuvel H3 Postbus AX HILVERSUM Telefoon: Internet:

10 Media-aanbod: één of meer elektronische producten met beeld- of geluidsinhoud die bestemd zijn voor afname door het algemene publiek of een deel daarvan; Regionale publieke media-instelling: instelling die is aangewezen voor de verzorging van een regionale publieke mediadienst; Publieke mediaopdracht: mediaopdracht als hieronder bedoeld; Stichting Regionale Omroep Overleg en Samenwerking 1. Er is een publieke mediaopdracht die bestaat uit: a. het op landelijk, regionaal en lokaal niveau verzorgen van publieke mediadiensten door het aanbieden van media-aanbod op het terrein van informatie, cultuur, educatie en verstrooiing, via alle beschikbare aanbodkanalen; en b. het verzorgen van publieke mediadiensten waarvan het media-aanbod bestemd voor landen en gebieden buiten Nederland en voor Nederlanders die buiten de landsgrenzen verblijven. 2. Publieke mediadiensten voldoen aan democratische, sociale en culturele behoeften van de Nederlandse samenleving door het aanbieden van media-aanbod dat: a. evenwichtig, pluriform, gevarieerd en kwalitatief hoogstaand is en zich tevens kenmerkt door een grote verscheidenheid naar vorm en inhoud; b. op evenwichtige wijze een beeld van de samenleving geeft en de pluriformiteit van onder de bevolking levende overtuigingen, opvattingen en interesses op maatschappelijk, cultureel en levensbeschouwelijk gebied weerspiegelt; c. gericht is op en een relevant bereik heeft onder zowel een breed en algemeen publiek, als bevolkingsen leeftijdgroepen van verschillende omvang en samenstelling met in het bijzonder aandacht voor kleine doelgroepen; d. de Nederlandse identiteit met inbegrip van culturele diversiteit in Nederland weerspiegelt en daaraan bijdraagt; e. onafhankelijk is van commerciële invloeden en, behoudens het bepaalde bij of krachtens de wet, van overheidsinvloeden; f. voldoet aan hoge journalistieke en professionele kwaliteitseisen; en g. voor iedereen toegankelijk is. 3. Het programma-aanbod van de algemene programmakanalen van de landelijke, regionale en lokale publieke mediadiensten wordt via omroepzenders verspreid naar alle huishoudens in het verzorgingsgebied waarvoor de programma s zijn bestemd zonder dat zij voor de ontvangst andere kosten moeten betalen dan de kosten van aanschaf en gebruik van technische voorzieningen die de ontvangst mogelijk maken. 4. In het kader van de uitvoering van de publieke mediaopdracht volgen en stimuleren publieke media-instellingen technologische ontwikkelingen en benutten de mogelijkheden om media-aanbod aan het publiek aan te bieden via nieuwe media- en verspreidingstechnieken. Uit de Mediawet