Uitvoeringsprogramma Goederenvervoer. Maastricht, 1 juli 2008

Transcriptie

1 Uitvoeringsprogramma Goederenvervoer Maastricht, 1 juli 2008

2 Inhoud Voorwoord 7 Beleidskader 9 Toedeling van de projecten aan de programma s 13 Beschrijving van de projecten 19 M U L T I M O D A A L V E R V O E R 19 1 Chemelotterminal 19 2 Zuidaansluiting Chemelot 20 3 Ongehinderd logistiek systeem tussen Holtum Noord (I t/m III) en achterland (oosten) 21 4 Netwerkanalyse vaarwegen en binnenhavens 21 5 Integrale Logistieke visie regio Venlo 22 6 Expert Meeting Logistiek Venlo 23 I N F R A S T R U C T U U R 24 7 IJzeren Rijn 24 8 Spoorlijn Lanaken-Maastricht 25 9 Spoorlijn Heerlen Herzogenrath Kwaliteitsnet goederenvervoer Limburg 26 L O G I S T I E K E O R G A N I S A T I E Railport Venlo Railplatform Zuid-Limburg Euregionaal Platform Logistiek 28 4 Uitvoeringsprogramma Goederenvervoer

3 R A N D V O O R W A A R D E L I J K E P R O J E C T E N Stedelijke Distributie Mobiliteitsmanagement goederenvervoer Spoorontwikkelingen in relatie tot Externe Veiligheid en Ruimtelijke Ordening Monitoring goederenstromen (regionaal en bovenregionaal) 32 P R O J E C T E N I N V O O R B E R E I D I N G EPDC buisleiding Logistiek netwerk Limburg 33 G E R E A L I S E E R D E P R O J E C T E N Railterminal Cabooter Opwaardering vaarwegen (studie Midden-Limburgse kanalen) Verkeersontsluiting Airport Weeze 36 Bijlage 1: Tabel prioritering van projecten en activiteiten 37 Uitvoeringsprogramma Goederenvervoer 5

4 6 Uitvoeringsprogramma Goederenvervoer

5 Voorwoord Voor u ligt het Uitvoeringsprogramma Goederenvervoer. Het vormt een nadere en concrete uitwerking van het Goederenvervoerplan Provincie Limburg Meer dan bereikbaarheid alleen. Het Goederenvervoerplan (GVP) is samen met het Provinciaal Verkeers- en Vervoersplan Limburg (PVVP) op 14 maart 2007 door Provinciale Staten vastgesteld. De hierin vermelde projecten sluiten aan op de ambitie met betrekking tot goederenvervoer, zoals opgenomen in het PVVP en GVP. In dit uitvoeringsprogramma zijn alle goederenvervoerprojecten opgenomen die in de komende periode moeten worden opgepakt en uitgevoerd. Het merendeel van de projecten valt onder het programma Bereikbaar en Duurzaam Limburg. Net als de uitvoeringsagenda van het PVVP heeft dit programma een flexibel karakter. In de huidige dynamische maatschappij heeft het geen zin om voor vele jaren vooruit een agenda vast te leggen. Er moet snel kunnen worden ingespeeld op veranderende ontwikkelingen ten aanzien van het mobiliteitsbeleid. Over de stand van zaken en de voortgang van dit uitvoeringsprogramma zal elke twee jaar gerapporteerd worden. Daarnaast zal worden aangegeven welke wijzigingen hebben plaatsgevonden en welke nieuwe projecten zijn toegevoegd. Uitvoeringsprogramma Goederenvervoer 7

6 8 Uitvoeringsprogramma Goederenvervoer

7 Beleidskader Het Provinciaal Verkeers- en Vervoersplan Limburg (PVVP) is samen met het Goederenvervoerplan Provincie Limburg Meer dan bereikbaarheid alleen (GVP) op 14 maart 2007 door Provinciale Staten vastgesteld. Bij het opstellen van het PVVP is er naar gestreefd een stevig, toekomstvast beleid te ontwikkelen. In het PVVP en het GVP is de ambitie voor mobiliteit als volgt weergegeven: We willen in Limburg toe naar een betrouwbaar, vlot, veilig en duurzaam vervoer van mensen, goederen en informatie, door een gericht aanbod van mobiliteits voorzieningen van de zijde van de overheid en door een efficiënt gebruik van deze vervoersvoorzieningen door burgers, overheid en bedrijven. Als we deze ambitie verder voor goederenvervoer/logistiek ontleden komen we tot de volgende doelstellingen: betrouwbaarder vervoer van goederen vlotter vervoer van goederen veiliger vervoer van goederen duurzamer vervoer van goederen gerichter aanbod van logistieke voorzieningen efficiënter gebruik van logistieke voorzieningen Alle projecten en activiteiten in dit uitvoeringsprogramma dragen bij aan een of meer doelstellingen. Zij vormen hiermee een inhoudelijke bijdrage aan het provinciale beleid op het gebied van het goederenvervoer. Allereerst is er een link gelegd naar de programma s uit het coalitieakkoord Investeren en verbinden ( ). Vrijwel alle projecten binnen het taakveld Goederenvervoer vallen binnen de scope van het programma Bereikbaar en Duurzaam Limburg (BDL). Ten tweede zijn ten behoeve van dit uitvoeringsprogramma Goederenvervoer de concretere projecten en activiteiten zo veel als mogelijk geclusterd naar de drie pijlers uit het goederenvervoerplan, te weten multimodaliteit, infrastructuur en logistieke organisatie. Daarnaast zijn er nog een drietal categorieën onderscheiden, te weten: randvoorwaardelijke projecten, projecten in voorbereiding en gerealiseerde projecten. Tenslotte is er een prioritering in de projecten aangebracht. Uitvoeringsprogramma Goederenvervoer 9

8 Prioritering Het Goederenvervoerplan levert een veelvoud aan projecten en activiteiten op. Om te komen tot een prioritering zijn deze beoordeeld op hun bijdrage aan de inhoudelijke doelstellingen van het plan, te weten: betrouwbaarder vervoer van goederen; vlotter vervoer van goederen; veiliger vervoer van goederen; duurzamer vervoer van goederen; gerichter aanbod van logistieke voorzieningen; efficiënter gebruik van logistieke voorzieningen. Daarnaast zijn de projecten en activiteiten beoordeeld op de politieke aandacht en de urgentie. Onder politieke aandacht wordt hier bedoeld de aandacht die de provinciale politiek heeft voor het betreffende project. De urgentie is beoordeeld door te bepalen of het wel/niet uitvoeren van het project van invloed is op het handelen van andere partijen (= alle actoren buiten de provincie, dus andere overheden, bedrijven, etc.). Het geheel van de inhoudelijke weging en de weging op urgentie en politieke aandacht leidt tot een prioritering. Doordat de projecten niet alleen zijn beoordeeld op inhoudelijke prioriteiten, maar ook op politieke aandacht en urgentie, betekent dit dat nummer 1 niet noodzakelijkerwijs het belangrijkste inhoudelijke project is, maar een project dat onze inzet, aandacht en energie vergt. Het complete overzicht is in de bijlage opgenomen (zie Bijlage 1). Onderstaand is de top tien van de projecten weergegeven. Multimodaal vervoer: Netwerkanalyse vaarwegen en binnenhavens Zuidaansluiting Chemelotsite Chemelotterminal Expert Meeting Logistiek Venlo Integrale logistieke visie regio Venlo Ongehinderd logistiek systeem Infrastructuur: IJzeren Rijn Kwaliteitsnet goederenvervoer Limburg Logistieke : Railport Venlo Randvoorwaardelijke projecten: Spoorontwikkelingen in relatie tot externe veiligheid en ruimtelijke ordening Op basis van bestaande werkzaamheden, expertise en onderlinge samenhang van projecten is gekomen tot een nadere taakverdeling binnen het cluster. 10 Uitvoeringsprogramma Goederenvervoer

9 Rol Provincie Limburg Bij de dagelijkse uitvoering van beleid is gebleken dat de Provincie bij uitstek de overheidslaag is die de verschillende beleidsvelden rondom het thema goederenvervoer (Ruimte, Economie, Milieu) op regionaal niveau met succes kan integreren. Een goede multimodale bereikbaarheid is een belangrijke vestigingsfactor voor het bedrijfsleven. Groei van goederenstromen is gerelateerd aan de economische groei. De impact van die goederenstromen op ruimte en milieu zijn echter ingrijpend. Het beleid is erop gericht het goederenvervoer op een zodanige wijze te faciliteren (benutten, beïnvloeden, bouwen) dat aan de veelal conflicterende beleidsdoelen voor ruimte, economie en milieu wordt voldaan. Niet alleen op het gebied van infrastructuur, maar ook op het gebied van ruimtelijke ordening en milieu beschikt zij over het daartoe vereiste instrumentarium. De rol van de provincie is daarbij tweeledig: enerzijds het faciliteren van de noodzakelijke voorwaarden en het stimuleren van gewenste ontwikkelingen, anderzijds het beperken van negatieve neveneffecten en het afremmen van ongewenste ontwikkelingen in samenwerking met de markt. Rol externe partners Voor de realisering en uitwerking van het voorgestane goederenvervoerbeleid is afstemming met en draagvlak bij het bedrijfsleven van groot belang. Daarom wordt er intensief samengewerkt met het bedrijfsleven, met andere overheden (met name Rijkswaterstaat) en met intermediaire organisaties en belangenverenigingen, zoals bijvoorbeeld Bureau Voorlichting Binnenvaart, ELC Limburg, EVO, Kamer van Koophandel, Limburgse Werkgevers Vereniging, LIOF, Nederland Distributieland, Railcargo, Stinnes, Syntens, Transport en Logistiek Nederland, alsmede relevante buitenlandse organisaties. In het kader van de voorbereiding van het Goederenvervoerplan heeft een uitgebreide consultatieronde plaatsgevonden met betrokken partijen. Bij de totstandkoming van het Uitvoeringsprogramma heeft met een beperkt aantal relevante en betrokken partijen afstemming plaatsgevonden. Met name met die organisaties die destijds hebben aangegeven actief te willen meewerken aan de uitvoeringsagenda. Bij een aantal partijen hebben wij de bereidheid gesondeerd tot het leveren van een projecttrekker. Rijkswaterstaat, de Kamer van Koophandel en de brancheorganisaties ELC Limburg, EVO en TLN hebben hun bereidheid hiertoe reeds uitgesproken. Voor de projecten is een eerste inschatting gemaakt welke organisatie de projecttrekker levert. Uitvoeringsprogramma Goederenvervoer 11

10 Tijdschema Planproces 2004 Najaar 2004: start planproces 2005 Opstellen Concept Goederenvervoerplan 2006 Maart 2006: vaststelling Concept Goederenvervoerplan door GS 2006 Maart 2006 juli 2006: Consultatieronde met externe partijen 2006 November 2006: vaststelling Goederenvervoerplan door GS 2006 November 2006 januari 2007: Inspraakperiode 2007 Maart 2007: vaststelling Goederenvervoerplan door PS 2007 Februari oktober 2007: Onderdelen uitvoeringsagenda GVP integreren in de uitwerking Coalitieakkoord (m.n. in de Programma s Bereikbaar en Duurzaam Limburg) 2007/2008 April 2007 oktober 2008: 1e fase uitvoering en monitoring 2008 December 2008: 1e evalutie GVP en mogelijk bijstelling 2009/2010 April 2009 oktober 2010: 2e fase uitvoering en monitoring 2010 December 2010: evaluatie GVP en mogelijk bijstelling 2011 Actualisering GVP en nieuwe uitvoeringsagenda 12 Uitvoeringsprogramma Goederenvervoer

11 Toedeling van de projecten aan de programma s Het provinciebestuur streeft met haar coalitieakkoord Investeren en verbinden naar nieuwe, toekomstvaste perspectieven voor Limburg. Gekozen is voor de ontwikkeling naar een duurzame, innovatieve kennisregio. De ambities zijn weergegeven in het coalitieakkoord Investeren en verbinden uit april Ze worden gerealiseerd via de uitwerking in 5 programma s en 7 verbindingslijnen. Het programma Bereikbaar en Duurzaam Limburg is een van de 5 programma s en bestaat uit de volgende 3 samenhangende onderdelen: Limburg Bereikbaar: de vertaling naar het thema mobiliteit. Limburg Energiek: de vertaling naar energiebesparing en inzet duurzame energie. Schone Leefomgeving: het principe cradle to cradle en maatregelen voor een betere lucht- en geluidkwaliteit. Met het programma Bereikbaar en Duurzaam Limburg zijn keuzes gemaakt om, binnen de uitgezette strategie, in de komende jaren nieuwe accenten te plaatsen en specifieke zaken te intensiveren en in uitvoering te brengen. Programma Bereikbaar en Duurzaam Limburg Het programma Bereikbaar en Duurzaam Limburg is selectief bij het benoemen en invullen van te bereiken doelen. Haalbare ambities zijn het credo. Met speciale aandacht voor investeringen die tegelijkertijd meerdere doelen dienen. Het PVVP heeft op basis van het POL 2006 een beleidsstrategie uitgezet die is gebaseerd op de trits benutten, beïnvloeden en bouwen. Wij willen de beschikbare mobiliteitvoorzieningen allereerst optimaal benutten door een betere organisatie van verkeer. Door het beïnvloeden van burgers en bedrijven in hun mobiliteitskeuzes willen we sturing geven aan het efficiënter gebruiken van het totale vervoerssysteem en dus van alle modaliteiten. Waar benutten en beïnvloeden op langere termijn een onvoldoende oplossing bieden, zetten we in op bouwen van extra infrastructuur of het aanvullen van vervoersvoorzieningen. Het merendeel van de projecten valt onder het programma Bereikbaar en Duurzaam Limburg (BDL). De werkzaamheden zullen worden uitgevoerd in nauwe samenhang met de programma s Investeren in Ruimte (IIR) en Innoveren in Limburg (IIL). Vooral bij de gebiedsontwikkelingen voor de A2 zone Maasbracht-Beek (logistieke visie knooppunt Zuid-Limburg) en voor Klavertje 4 (logistieke visie Noord-Limburg) zijn onderwerpen zoals logistieke ontwikkelingen, de ambitie om vervoer over water en spoor te laten groeien en de verdere uitbouw van de logistieke knooppunten aan de orde. Logistiek vormt een belangrijk aandeel in het Bruto Nationaal Product (uit een onderzoek van mei 2007 van de Nationale Bank van België is gebleken dat logistiek ruim 8% van het BNP vormt). Limburg heeft te maken met nog steeds groeiende goederenstromen van en naar onze economische centra en door onze provincie (transitostromen). Uitvoeringsprogramma Goederenvervoer 13

12 Alle modaliteiten zijn noodzakelijk om deze groei van het goederenvervoer op te vangen. De provincie zet dan ook in op alle modaliteiten. De eigen marktkansen moeten worden benut. Door alle modaliteiten te benutten kan maximale milieuwinst en toegevoegde waarde voor de sector worden behaald. Van al het goederenvervoer van, naar, binnen en door Limburg gaat bijna 19% over water, ruim 5% via buisleidingen en ruim 1% via spoor. Het merendeel (75%) gaat via de weg. De provincie wil de (middel)lange afstandstromen en de transitostromen zoveel mogelijk laten afhandelen via de modaliteiten water, buis en rail. Alleen daar waar dat zinvol en mogelijk is wordt ingezet op een modal shift van weg naar water, rail en/ of buis. Beleidspijlers goederenvervoerplan De projecten en activiteiten zijn voor zover mogelijk geclusterd naar de 3 beleidspijlers die leidend zijn geweest bij het opstellen van het Goederenvervoerplan: Multimodaal vervoer, Infrastructuur en Logistieke. De Provincie Limburg zet vanuit de invalshoek mobiliteit in op de duurzame afhandeling van goederenstromen, via drie pijlers: 1. Multimodaal vervoer, door bundeling van lading een Modal Shift van weg naar water en/of rail stimuleren, het accent ligt op het benutten van alle vervoermodaliteiten. Alleen waar dit mogelijk en zinvol is wordt gestreefd naar een modal shift van weg naar water, rail en/of buis. Voor de korte afstand en het voor- en natransport (de haarvaten van het logistieke netwerk) is en blijft het wegvervoer de aangewezen modaliteit. 2. Infrastructuur, door verbetering en afstemming (grensoverschrijdende) infrastructuur en ontsluiting bedrijventerreinen een optimaal netwerk creëren. Door middel van het ontwikkelen van kwaliteitsnet, waarbij ook eventuele aanpassing van infrastructuur (bouwen) in beeld komt, komen tot een optimaal grensoverschrijdend infrastructuurnetwerk tussen de knooppunten en de mainports. 3. Logistieke organisatie van het goederenvervoer, door beïnvloeden samenwerking in de marktketen stimuleren: ten behoeve van een duurzaam en efficiënt goederenvervoer. Toedeling aan deze beleidspijlers levert clusters op, die inhoudelijk en/of qua aanpak een gelijkenis vertonen. In dit uitvoeringsprogramma zijn alleen de concrete projecten opgenomen. Daarnaast is de provincie betrokken bij diverse projecten, die niet direct tot een beleidspijler behoren, maar randvoorwaardelijk een rol spelen. Zo is bijvoorbeeld het project Stedelijke distributie een project dat valt onder de rechtstreekse autonomie van gemeenten, maar waar wij vanuit goederenvervoer een randvoorwaardelijke bijdrage kunnen leveren aan een efficiëntere afhandeling van de stedelijke distributiestromen. Daarom is ten behoeve van deze randvoorwaardelijke projecten een aparte categorie Randvoorwaardelijke projecten opgenomen. Voorts is een aparte categorie Projecten in voorbereiding opgenomen, met projecten die nog in de voorbereidende fase zitten. Tenslotte is ook nog een categorie Gerealiseerde projecten toegevoegd, met projecten die reeds zijn afgerond of binnenkort worden afgerond. 14 Uitvoeringsprogramma Goederenvervoer

13 Multimodaal vervoer Om multimodaal vervoer te bevorderen is een robuust multimodaal netwerk nodig. Binnen zo n netwerk fungeren de overslagpunten als zogenoemde hubs. Deze hubs dienen goed ontsloten en bereikbaar te zijn. In Limburg onderscheiden we de bovenregionale trimodale knooppunten Zuid-Limburg en Noord-Limburg. Daarnaast zijn er bovenlokale en lokale overslagpunten te onderscheiden. Tenslotte onderkennen we nog de individuele aansluitingen op de (hoofd)infrastructuur. In dit kader zijn de volgende projecten/activiteiten/ ontwikkelingen relevant: Chemelotterminal Zuidaansluiting Chemelot Ongehinderd Logistiek systeem Netwerkanalyse vaarwegen en binnenhavens Integrale logistieke visie regio Venlo Expert Meeting Logistiek Venlo Infrastructuur De Provincie streeft naar verbetering en afstemming van (grensoverschrijdende) infrastructuur en ontsluiting van bedrijventerreinen. Door het ontwikkelen van robuuste verbindingen ( spokes ), waarbij ook eventuele aanpassing van infrastructuur (bouwen) in beeld komt, komen tot een optimaal (grensoverschrijdend) infrastructuurverbindingen tussen knooppunten en de mainports. Projecten en activiteiten zijn: IJzeren Rijn Lanaken-Maastricht Heerlen-Herzogenrath (aanleg passeerspoor) Kwaliteitsnet Goederenvervoer Limburg Logistieke organisatie Projecten en activiteiten in deze beleidspijler beogen om door samenwerking in de marktketen een duurzamer en efficiënter goederenvervoer te bewerkstelligen. Projecten en activiteiten in dit cluster zijn: Railport Venlo Railplatform Zuid-Limburg Euregionaal Platform Logistiek Uitvoeringsprogramma Goederenvervoer 15

14 RANDVOoRWAARDELIJKE PROJECTEN Projecten, die niet direct tot een beleidspijler behoren, maar waar het goederenvervoerbeleid randvoorwaardelijk een rol (kan) spelen: Stedelijke distributie Mobiliteitsmanagement goederenvervoer Spoorontwikkelingen in relatie tot externe veiligheid en Ruimtelijke Ordening Monitoring goederenstromen (regionaal en bovenregionaal) PROJECTEN in voorbereiding Projecten, die nog in voorbereiding zijn, maar waarvan verwacht wordt dat zij binnen afzienbare tijd concreet zullen worden: Realiseren EPDC buisleiding Logistiek netwerk Limburg Gerealiseerde PROJECTEN Projecten, die in de huidige coalitieperiode al afgerond zijn of binnenkort afgerond zullen worden: Railterminal Cabooter Opwaardering vaarwegen (studie Midden-Limburgse kanalen) Verkeersontsluiting Airport Weeze In het volgende hoofdstuk worden de projecten en activiteiten via een format nader toegelicht en verder geconcretiseerd aan de hand van: (korte beschrijving) (Status: nog opstarten; in voorbereiding; in uitvoering; in afronding; afgerond) (projectleider, (externe) betrokkenen)) 16 Uitvoeringsprogramma Goederenvervoer

15 Wat willen we verbeteren: Multimodaal Vervoer: Provincie streeft naar een efficiënte afhandeling van goederenstromen door de totale logistieke keten (modal shift van weg naar water en spoor, daar waar dat mogelijk en noodzakelijk is). Infrastructuur: Provincie wil de bereikbaarheid van de terminals en de economische centra, waar mogelijk en noodzakelijk verbeteren. Logistieke : Provincie wil de samenwerking tussen de verschillende partners in de logistieke keten bevorderen. Hoe willen we het verbeteren? Door regulier contact met de relevante partijen binnen het logistieke netwerk, de bottlenecks in de logistieke keten te identificeren. En vervolgens uitvoeringsafspraken te maken. Uitvoeringsprogramma Goederenvervoer 17

16 18 Uitvoeringsprogramma Goederenvervoer

17 Beschrijving van de projecten M U L T I M O D A A L V E R V O E R Gestreefd wordt naar een goed multimodaal netwerk tussen de mainports en de knooppunten en tussen de knooppunten onderling voor weg, water, rail en buis, waarbij de middellange en transitostromen optimaal worden gebundeld. Volumevergroting en kwaliteit in dienstverlening van terminals en overslaglocaties voor rail en water zijn een belangrijk uitgangspunt voor een rendabele exploitatie van lijndiensten. Een multimodaal netwerk is van belang om te komen tot goede samenwerking (bundelen en uitwisselen van lading). Op deze wijze vindt een belangrijke logistieke opschaling plaats door het stimuleren van samenwerking en afstemming. Het multimodale netwerk voor met name spoor en water is ook van belang om de transitostromen via wegvervoer te verminderen. De Provincie zet in op de versterking en de uitbouw van de twee, mede door onze inspanningen gerealiseerde bovenregionale, logistieke knooppunten Zuid-Limburg en Noord-Limburg. Containerterminals zijn aanwezig in Venlo (rail en barge), Wanssum (barge), Born en Stein (rail en barge). C L U S T E R: S p o o r o n t s l u i t i n g C h e m e l o t s i t e (projecten 1 en 2) 1. Chemelotterminal Op dit moment worden veel goederen van de productiesite van Chemelot via de weg afgevoerd, onder meer naar omliggende spoorterminals. Een nieuw te ontwikkelen railterminal op de Chemelotsite zou kunnen bijdragen aan efficiëntere (en bedrijfseconomisch verantwoorde) aan- en afvoer per spoor. Modal shift (voor goederen vanaf de Chemelotsite) van weg naar spoor, door een rechtstreekse aansluiting op spoornetwerk Bijdrage in de discussie en beoordeling van de beste lokatie voor een railterminal op de Chemelotsite. In voorbereiding; eind 2008 wordt besluit over haalbaarheid voor Sabic/Chemelot verwacht Sabic Chemelot DSM Gemeente Sittard-Geleen RWS-Limburg Uitvoeringsprogramma Goederenvervoer 19

18 Gemeente Beek Gemeente Stein Provincie Limburg Projectleider : Sabic/Chemelot Provincie heeft 5 mio gereserveerd. 2. Zuidaansluiting Chemelot Binnen het knooppunt Zuid-Limburg (met de trimodale terminals Stein en Born) bevindt zich het chemisch cluster, gevestigd op de Chemelotsite. Het is in de Nota s Ruimte en Mobiliteit aangewezen als een belangrijk economisch onderdeel van het stedelijke netwerk Zuid-Limburg. Het is van belang dat dit cluster goed multimodaal ontsloten is. In het kader van de gebiedsvisie A2-zone Maasbracht-Beek is geconstateerd dat de spoorontsluiting van de Chemelotsite verre van optimaal is. Zij is momenteel slechts via één aansluiting (richting noorden) aangesloten op het hoofdspoornetwerk. Daardoor moeten treinen (al dan niet met gevaarlijke stoffen) richting zuiden via emplacement Sittard (kopmaken) of zelfs via Kijfhoek afgewikkeld worden. De rangeerbewegingen die voorheen op emplacement Sittard plaatshadden zijn ter verbetering van de externe veiligheid door Prorail naar de Chemelotsite verplaatst. Deze situatie is formeel niet definitief, waardoor de kans bestaat dat er in de toekomst weer een verschuiving van die bewegingen naar het emplacement plaats kan hebben. Verbetering bereikbaarheid/ontsluiting van de Chemelotsite op het hoofdspoor, met name richting zuiden. en het mogelijk maken dat de rangeerbewegingen die voorheen op emplacement Sittard plaatshadden door Prorail definitief naar de Chemelotsite worden verplaatst, waardoor een toekomstvaste situatie ontstaat met betrekking tot de rangeeractiviteiten op Chemelot (en emplacement Sittard). Bijdrage in de discussie over en besluitvorming over de zuidelijke spooraansluiting Chemelotsite en de rangeersituatie. Eerste schetsen zijn gemaakt. Het initiatief ligt bij Chemelot. Het Rijk is betrokken (V&W), aanleg door Prorail. Geschatte kosten miljoen (inclusief 2 of 3 geëlektrificeerde aankomst- en vertreksporen). 20 Uitvoeringsprogramma Goederenvervoer

19 3. Ongehinderd logistiek systeem tussen Holtum Noord (I t/m III) en achterland (oosten) Het zou wenselijk zijn om te onderzoeken of er een ongehinderde verbinding is te realiseren tussen de overslagpunten en de belangrijkste productielocaties c.q. bedrijventerreinen. Aanleiding daartoe zijn: Toenemende congestie op de A2 en de (gevreesde) vertraging in de realisatie van de tijdelijke en definitieve oplossingen daarvoor (spitsstrook en verbreding); Verwachte toename van de toekomstige productie Nedcar; Problematiek ontsluiting Yard Nedcar; Uitbreiding (herstart) spoorshuttle van/ naar Rail Terminal Born (RTB); Beperkte capaciteit spoor Born-Sittard; Ontwikkeling Holtum Noord III Efficiënte en effectieve afwikkeling van goederenstromen tussen overslagpunten in Zuid-Limburg en belangrijke productielocaties, c.q. bedrijventerrein. Bijdrage in de discussie en besluitvorming over een ongehinderd logistiek systeem. In voorbereiding. Initiatief ligt bij Gemeente Sittard-Geleen in samenwerking met Provincie. PM 4. Netwerkanalyse vaarwegen en binnenhavens In de Netwerkanalyse Vaarwegen en Binnenhavens wordt het provinciale beleid voor de binnenvaart verder geconcretiseerd. Deze analyse richt zich vooral op de ruimtelijke en infrastructurele condities voor de scheepvaart. Het doel van de netwerkanalyse is: Inzicht geven in de problematiek van de bereikbaarheid van de Provincie Limburg voor de binnenvaart en met name de binnenhavens, in relatie tot ruimtelijke en economische ontwikkelingen. Inzicht geven in de mogelijke richting van een evenwichtig pakket van oplossingsrichtingen. Op basis van de Netwerkanalyse worden knelpunten voor de verdere ontwikkeling van de binnenvaart en de overslag geïdentificeerd. Deze knelpunten kunnen in aanmerking komen voor de regeling Quick Wins vaarwegen: bereikbaarheid havens. Knelpunten die in het kader van deze regeling worden aangepakt komen in aanmerking voor een Rijksbijdrage. Behoud en versterking van het netwerk van binnenhavens, voldoende ruimte reserveren voor overslag van Uitvoeringsprogramma Goederenvervoer 21

20 bulkgoederen en containers op binnenvaartschepen. De provincie wil waar mogelijk de ontwikkeling van havens ondersteunen en de kwaliteit op een hoger peil brengen om te komen tot betere ontwikkelingsmogelijkheden voor de bedrijven. : 1. Netwerkanalyse Vaarwegen en Binnenhavens 2. Voorstel voor Quick Wins subsidie ten behoeve van verdere ontwikkeling van Limburgse gemeenten. : September 2008: Bestuurlijk geaccordeerde Netwerkanalyse September 2008: Bestuurlijk geaccordeerd voorstel Quick Wins Limburg, 1e tranche Oktober 2008: Toekenning Quick Wins door V&W, 1e tranche September 2009: Bestuurlijk geaccordeerd voorstel Quick Wins Limburg, 2e tranche Oktober 2009: Toekenning Quick Wins door V&W, 2e tranche : Provincie Limburg stelt de Netwerkanalyse op en begeleidt gemeenten bij de aanvragen voor de Quick Wins projecten. Projectleider wordt geleverd door Provincie Limburg. Voor de uitvoering van de Quick Wins zal de provincie een projectorganisatie leiden. Via het havenoverleg vindt de communicatie en de afstemming plaats met betrokken overheden en private partijen. Wij zetten in op 6 miljoen rijkssubsidie. Dat betekent dat er ook een cofinanciering opgebracht moet worden ter hoogte van dit bedrag. Zowel gemeenten als provincie zullen hiervoor moeten bijdragen. Voor Provincie Limburg betekent dit een inzet van ongeveer 3 miljoen euro voor de periode 2008 tot en met C L U S T E R : L o g i s t i e k e v i s i e N o o r d L i m b u r g (projecten 5 en 6) 5. Integrale Logistieke visie regio Venlo De regio Venlo is al enige jaren dé logistieke hotspot van Nederland. De sector logistiek heeft zich ontwikkeld tot een belangrijke sector, die een relatief hoge toegevoegde waarde levert aan de regionale economie. De logistieke toppositie komt onder druk te staan. Het opstellen van een integrale logistieke visie voor de strategische ontwikkeling van de regio Venlo en het opstellen van een strategisch uitvoeringsprogramma (met daarin onderwerpen als de Maaslijn, Venlo- Duisburg, relatie Brabantlijn, etc.). Inhoudelijke bijdrage aan het tot stand komen van de ontwikkelingsvisie en het uitvoeringsprogramma. 22 Uitvoeringsprogramma Goederenvervoer

21 Begin juni volgt opdrachtverlening. Projectleider NV Regio Venlo Betrokken partijen: Gemeente Venlo, KvK, ELC-Limburg, RWS, Provincie, EVO Financiële middelen worden gedekt uit regulier budget. 6. Expert Meeting Logistiek Venlo De sterke opkomst van Nordrhein-Westfalen als Europese logistieke draaischijf zet het logistieke knooppunt Noord-Limburg ( Venlo ) onder druk. De vraag komt op wat er kan en moet worden gedaan om de logistiek in Venlo en omgeving te behouden en versterken. Een aantal deskundigen is bij elkaar geroepen om de huidige situatie te bespreken en waar mogelijk maatregelen te treffen. Behoud en versterking van het logistieke knooppunt Noord-Limburg, te midden van enerzijds de mainports Rotterdam en Antwerpen en anderzijds Duisburg. Een bijdrage leveren aan acties die leiden tot het gewenste doel. In voorbereiding. Projectleider is Provincie Limburg. Betrokkenen zijn de gemeente Venlo, DSV, Seacon Logistics, ECT, Gemeentelijk Havenbedrijf Antwerpen, Duisport agency en Limburgse Werkgeversvereniging. De Provincie Limburg heeft financiële middelen verstrekt voor het onderhavige onderzoek. Uitvoeringsprogramma Goederenvervoer 23

22 I N F R A S T R U C T U U R De provincie richt zich behalve op de verbetering van de bestaande infrastructuur, voornamelijk op de reactivering van de grensoverschrijdende infrastructuur. Limburg is er immers bij gebaat dat het vervoer van en naar de mainports adequaat wordt afgewikkeld. De multimodale infrastructuur moet optimaal zijn gefaciliteerd. De Limburgse bedrijventerreinen worden onder andere via de barge- en railterminals van de knooppunten Noord- en Zuid-Limburg multimodaal aangesloten op het nationale en internationale infrastructuurnetwerk. De overwegend regionale noord-zuid gerichte infrastructuur (A2 en A73) moet aansluiten op de belangrijke oost-west gerichte transito-assen (A67 en A76). 7. IJzeren Rijn Deze goederenspoorlijn van Antwerpen naar Duisburg is sinds 1991 niet meer in gebruik. België heeft om reactivering gevraagd. Daarvoor heeft Nederland een tracéwetprocedure gestart. Door middel van een maatregelenpakket (robuuste oplossing Weert en Leudal, opwaardering Maaslijn met spoorboog bij Roermond en opwaardering passeerspoor te Haelen) valt er meerwaarde voor de Provincie Limburg te behalen bij realisatie van deze transitospoorverbinding. De Provincie Limburg is in feite tegen de reactivering van de IJzeren Rijn, maar gegeven de omstandigheden zet de Provincie Limburg in op het realiseren van haar voorkeursvariant N280/A52 inclusief maatregelenpakket. Een inhoudelijke bijdrage leveren zodat het bevoegd gezag onze voorkeursvariant overneemt, te weten een gereactiveerde IJzeren Rijn, gebundeld met de N280/A52, in combinatie met de opwaardering van de Maaslijn Roermond Venlo (met spoorboog Roermond) en een robuuste oplossing voor Weert en Leudal. Grensoverschrijdend personenvervoer wordt dan in principe mogelijk bij Weert en Roermond. Ter onderbouwing van het bovenstaande heeft de Provincie Limburg een studie laten verrichten naar deze variant; een onderzoek naar inpassingmogelijkheden in Weert, Leudal en Cranendonck is medio juni 2008 gereed. Status: in uitvoering. Projectleider voor de reactivering: ministerie van Verkeer en Waterstaat. Voor zover het betreft het op de kaart krijgen van de N280/A52-variant berust het projectleiderschap bij de afdeling Mobiliteit/Cluster goederen- en personenvervoer. Betrokkenen zijn de Provincie Limburg, Weert, Leudal, Roermond, Cranendonck, Beesel, Venlo, Ministerie van Verkeer en Waterstaat, Kamer van Koophandel Limburg, Milieufederatie Limburg, België en Duitsland. Inzet rijksmiddelen. De provincie heeft een financiële bijdrage geleverd aan de studiekosten van de inpassingvarianten Weert. 24 Uitvoeringsprogramma Goederenvervoer

23 8. Spoorlijn Lanaken-Maastricht In de jaren 90 is besloten de grensoverschrijdende spoorlijn tussen Lanaken en Maastricht te reactiveren om zodoende minder vrachtauto s in de regio te laten rijden door de spoorontsluiting van het grensoverschrijdend bedrijventerrein Lanakerveld. Reactiveren spoorlijn en ontwikkeling grensoverschrijdend bedrijventerrein. Realisatie in 2009 Begeleiden uitvoeringstraject. AGB-Lanaken Gemeente Maastricht Infrabel Prorail RWS-Limburg Euregio Benelux middengebied Projectleider is AGB-Lanaken/Prorail Provinciale bijdrage: 5,1 miljoen Euro 9. Spoorlijn Heerlen Herzogenrath Deze spoorlijn wordt gebruikt voor grensoverschrijdend personen- en goederenvervoer. De verbinding heeft enkel spoor en is niet geëlektrificeerd, hetgeen de capaciteit beperkt en de betrouwbaarheid van de dienstregeling nadelig beïnvloedt. De aanleg van een passeerspoor te Landgraaf biedt een oplossing. Deze uitbreiding van de spoorinfrastructuur biedt tevens mogelijkheden voor een eventuele sneltrein Eindhoven Heerlen Aken. Betere spoorverbinding richting Duitsland, d.m.v. de aanleg van het passeerspoor te Landgraaf. Behartigen van de goederenvervoerbelangen bij de totstandkoming van passeerspoor te Landgraaf. Status: in voorbereiding. Projectleider: nog te bepalen. Betrokkenen: Provincie Limburg, Heerlen, Eindhoven, Landgraaf en Aken, ProRail, NS, Deutsche Bahn (DB), Aachener Verkehrs Verbund (AVV). Uitvoeringsprogramma Goederenvervoer 25

24 De Provincie Limburg heeft in de BDU-uitgaven voor 2009 een reservering van maximaal 5 mln. opgenomen voor het passeerspoor als onderdeel van de kwaliteitsimpuls Openbaar Vervoer. 10. Kwaliteitsnet goederenvervoer Limburg Het kwaliteitsnet goederenvervoer Limburg is een selectief netwerk van weg-, water- en spoor verbindingen voor het bovenlokale zware goederenvervoer in Limburg. Dit net dient zodanig herkenbaar en uitgerust te zijn, dat het vrachtverkeer zoveel mogelijk gebruik maakt van deze routes. Op deze wijze wordt het vrachtverkeer geweerd van routes die minder geschikt zijn of van routes waar het zware vrachtverkeer niet gewenst is. In het kader van Incodelta is reeds een kwaliteitsnet op hoofdlijnen gedefinieerd. In dit project wordt dit net vertaald naar de Limburgse situatie. Het gaat hierbij om het zware vrachtverkeer, en niet om het lichte of middelzware vrachtverkeer. Ook is het kwaliteitsnet bedoeld voor de ontsluiting van bedrijventerreinen en de grotere economische centra in Limburg, en niet voor trajecten waar slechts in enkele gevallen vrachtverkeer wordt afgewikkeld (denk bijvoorbeeld aan woongebieden). Daarbij is aansluiting gezocht bij duurzaam veilig wegcategorisering. In het kwaliteitsnet zijn ook de huidige routeringen opgenomen voor het vervoer van gevaarlijke stoffen. Na de vaststelling van de basisnetten voor weg, water en spoor zullen deze ook opgenomen worden. Een nadere uitwerking voor de routering op provinciale wegen zal plaatsvinden onder verantwoordelijkheid van de afdeling MDO. Het doel van het project kwaliteitsnet is om te komen tot een optimale multimodale ontsluiting van de economische centra in Limburg voor het vrachtverkeer, waarbij aangesloten wordt op het (inter)nationale netwerk voor het goederenvervoer. - Een kaart met routeringen voor het vrachtverkeer. Op basis van deze routering kunnen de betreffende wegbeheerders infrastructuur en bewegwijzering voor het vrachtverkeer aanpassen. - Een analyse van knelpunten op het kwaliteitsnet. Hiertoe is een set aan kwaliteitseisen geformuleerd om het net aan af te meten. - Een voorstel voor oplossing van knelpunten. Juni 2008: Vastgesteld net van routeringen September 2008: Inventarisatie van knelpunten op het kwaliteitsnet November 2008: Implementatieplan kwaliteitsnet, met voorstellen voor oplossingen van knelpunten op het kwaliteitsnet. Het kwaliteitsnet (definitie van het net, ontwikkeling van maatregelen en de communicatiestrategie) wordt ontwikkeld in samenspraak met tal van betrokkenen en belanghebbenden, zoals de gemeenten (als wegbeheerders), TLN, EVO, LWV, ELC Limburg, KVK, BVB, ProRail en de Milieufederatie. Projectleider: De Provincie Limburg levert de projectleider ,00 (extern onderzoek). 26 Uitvoeringsprogramma Goederenvervoer

25 L O G I S T I E K E O R G A N I S A T I E Bij de logistieke organisatie in het transport richt de provincie op een verbetering van de logistieke efficiëntie door bijvoorbeeld: transportbesparing, bundelen van ladingpakketten van verschillende vervoerders, een betere organisatie van de binnenvaart, bundeling en uitwisseling van containerstromen, het stimuleren van lijndiensten in binnenvaart en spoor, het invoeren van logistieke innovaties, etc. Inzet is onnodige mobiliteit goederenverkeer voorkomen en de autonome groei zo veilig en efficiënt mogelijk afhandelen uit oogpunt van het behoud van bereikbaarheid, leefbaarheid en veiligheid. 11. Railport Venlo Voor de economische ontwikkeling van de regio Venlo is het van belang dat er op de voor de regio cruciale spoorverbindingen (o.m. de Brabantroute) voldoende ruimte komt en blijft om het huidige en toekomstige goederenvervoer per spoor te faciliteren. Ook de ontwikkeling van de Duitse spoorknooppunten (o.a. Duisburg en Keulen), en de hieraan gerelateerde logistieke complexen, kan een bedreiging vormen voor de positie van deze regio. Sterke positie van de regio Venlo in het internationale goederenspoornetwerk als voorwaarde voor de ontwikkeling van de dominante economische sectoren logistiek, maakindustrie en agro-business. Aandachtspunten daarbij zijn: shuttleverbindingen met relevante zeehavens continentale spoorverbindingen regionale infrastructuur monitoring positionering en profilering Deelname aan het overleg. Status: in uitvoering. ELC Limburg EVO Gemeente Venlo Kamer van Koophandel Limburg-Noord NV Regio Venlo Provincie Limburg en Rijkswaterstaat Directie Limburg Projectleider: NV Regio Venlo Vooralsnog geen financiële bijdrage van de Provincie. Uitvoeringsprogramma Goederenvervoer 27

26 12. Railplatform Zuid-Limburg Het streefbeeld (ambitie) in de logistieke visie is als volgt geformuleerd: Er is in Zuid-Limburg behoefte aan een robuust netwerk voor goederenvervoer (o.m. alternatieve routes in geval van calamiteiten). Voor een goede aan- en afvoer van goederen van en naar de productielocaties is de regio gebaat bij goede (achterland)verbindingen voor alle modaliteiten: weg, water, rail, buis en lucht. Eén van de acties die volgens de stakeholders op korte termijn zou moeten worden opgepakt is de oprichting van een railplatform. Om de verwachte groei van het goederenvervoer in de toekomst te kunnen faciliteren is de inzet van alle modaliteiten onontbeerlijk. Hoewel het goederenvervoer per spoor in de afgelopen periode aanzienlijk is toegenomen worden de mogelijkheden van het spoor nog onvoldoende benut. Het oprichten van een open railplatform voor de regio Zuid-Limburg voor verladers die gebruik (willen) maken van een kwaliteitsspoorproduct. Dit platform dient als een ontmoetingsplatform waar partijen een mogelijke nadere samenwerking kunnen verkennen en gezamenlijk nieuwe mogelijkheden voor het gebruik van spoorproducten kunnen onderzoeken. Een transformatie van het vervoer van goederen per spoor van/naar Zuid- Limburg via het concept van unit cargo naar het vervoer van goederen via dedicated spoorconcepten. Hierdoor kan de kwaliteit van de dienstverlening worden verhoogd en kunnen er door het denken in logistieke ketens efficiëntievoordelen worden behaald. Deelname aan het Railplatform Zuid-Limburg. Eind mei 2008 startbijeenkomst. Voortouw bij Provincie, in samenwerking met EVO en ELC-Limburg. Betrokken partijen: ELC Limburg, EVO, Provincie, Bedrijfsleven. Faciliteren vergaderingen. 13. Euregionaal Platform Logistiek In elk van de vier regio s binnen de Euregio zijn er intermediaire organisaties die zich bezighouden met logistiek: Industrie- und Handelskammer Aachen (IHK Aachen), Logistics in Wallonie, Logistiek Platform Limburg (Belgisch Limburg), ELC Limburg en de Provincie (NL). Om gezamenlijk sterker te staan en de Euregio beter op de kaart te zetten als logistieke hotspot (the place to be!), is wederzijdse informatie-uitwisseling en waar mogelijk gezamenlijke promotie nodig. Met de mainports (m.n. Rotterdam en Antwerpen) zou bezien moeten worden hoe samenwerking met deze Euregio de problemen aldaar zou kunnen helpen oplossen (extended gate functie). 28 Uitvoeringsprogramma Goederenvervoer

27 Het oprichten van een Euregionaal platform Logistiek als marketinginstrument om de regio Nederlands en Belgisch Limburg, Wallonië en de regio Aachen bij investeerders te promoten. Dit platform dient als een ontmoetingsplatform waar betrokken partijen een mogelijke nadere samenwerking kunnen verkennen en de mogelijkheid te onderzoeken om de regio gezamenlijk als logistieke hotspot te promoten. Deelname aan het Platform. In uitvoering. Onderzocht wordt hoe gezamenlijke promotie van de Euregio vorm gegeven kan worden en of daarvoor Europese subsidie verkregen kan worden. Voortouw is genomen door Provincie Limburg en de POM Limburg (België). Betrokken partijen: Provincie Nederlands Limburg, ELC Limburg, de Belgische POM Limburg, IHK Aachen, Agit (Duitsland), Logistics in Wallonië. P.M. Uitvoeringsprogramma Goederenvervoer 29

28 R a n d v o o r w a a r d e l i j k e p r o j e c t e n 14. Stedelijke Distributie De bereikbaarheid en leefbaarheid van binnensteden staat onder druk. Er is een mix van vrachtverkeer en winkelend publiek, omwonenden klagen, parkeren voor laden en lossen is een knelpunt en venstertijden en voertuigeisen bemoeilijken de bevoorrading en zijn tevens kostenverhogend. In de Nota Mobiliteit is aangegeven dat dit onderwerp in eerste instantie een zaak is van de lokale overheid. Waar oplossingen op bovengemeentelijk niveau aan de orde zijn, komt de Provincie in beeld. In Maastricht is de Provincie inhoudelijk betrokken geweest bij een initiatief van de Kamer van Koophandel (KvK). Het doel van `een efficiëntere bevoorrading Maastricht is om in samenwerking met betrokken partijen, door middel van een nulmeting, te werken aan een efficiëntere bevoorrading van de oude binnenstad van Maastricht en Wijck teneinde een bijdrage te leveren aan een verbetering van de bereikbaarheid, leefbaarheid en milieukwaliteit. Het project zal tevens voor een positief imago van de stad en lagere kosten voor de marktpartijen zorgen. Hoewel het doel van stedelijke distributie door de provincie wordt ondersteund, heeft de provincie op locaal niveau hier geen rol. Wel is het mogelijk dat de provincie op termijn, bij een opschaling naar regionaal niveau, een rol zou kunnen spelen. Bijdragen in en beoordelen van eindrapport. Bevoorradingsprofiel is opgesteld; conclusies zijn getrokken en aanbevelingen gedaan. Kamer van Koophandel Maastricht Gemeente Maastricht EVO TLN Provincie Projectleider is de Kamer van Koophandel Geen provinciale middelen. 30 Uitvoeringsprogramma Goederenvervoer

29 15. Mobiliteitsmanagement goederenvervoer Met het project mobiliteitsmanagement werkt de provincie aan een algemene aanpak voor mobiliteitsmanagement die in de gehele provincie gebruikt kan worden. Zo dient dit instrument ook toepasbaar te zijn op bedrijventerreinen. van het project is om te komen tot een goede bereikbaarheid van bedrijventerreinen. Programma Mobiliteitsmanagement Limburg, waarin is aangegeven hoe door Provincie Limburg mobiliteitsmanagement toe te passen. Onderscheid aangeven naar: 1) Mobiliteitsmanagement (is slim reizen/vervoer) en 2) Bedrijventerreinen (hier gaat het vooral om parkmanagement en slimme logistiek) Uitwerking 1e pilot: Plan van aanpak mobiliteitsmanagement Tripool Uitwerking 2e pilot: Plan van aanpak mobiliteitsmanagement A2 Het Vonderen-Kerensheide Oktober 2008: uitwerking 2 pilots Januari 2009: Programma Mobiliteitsmanagement Provincie Limburg Bij het opstellen van het algemene instrumentarium worden partijen als LWV, Liof, EVO en TLN betrokken. Bij de nadere uitwerking in de pilots zullen betreffende gemeenten en bedrijven betrokken worden. Projectleider: de provincie levert de projectleider (MOB/Infra) PM 16. Spoorontwikkelingen in relatie tot Externe Veiligheid en Ruimtelijke Ordening Door het stimuleren van het spoorvervoer zou er ook meer vervoer van gevaarlijke stoffen per spoor worden afgewikkeld. De consequenties daarvan dienen in een breed perspectief (RO, EZ, stadsontwikkeling) in beeld gebracht te worden. Vanwege de externe veiligheidsproblematiek moet voor heel Limburg worden bekeken hoe de economische functie in evenwicht kan worden gebracht met leefbaarheid en stadsontwikkeling Plan van aanpak met diverse scenario s. Gemeenten zijn bereid om gezamenlijk naar de externe veiligheidsproblematiek te kijken rondom spoorinfrastructuur. Afstemming is vereist met Task Force Brabant en Urmondgroep. Overleg moet nog opgestart worden. Uitvoeringsprogramma Goederenvervoer 31

30 Voortouw ligt bij de provincie (afdeling MDO). Project wordt opgepakt binnen activiteiten Externe Veiligheid. 17. Monitoring goederenstromen (regionaal en bovenregionaal) Inzicht hebben in de feitelijke ontwikkelingen en het signaleren van trends vormen een belangrijke basis voor het maken van het goederenvervoerbeleid. Op nationaal en regionaal niveau zijn tegenwoordig veel gegevens over de ontwikkelingen in het goederenvervoer gefragmenteerd beschikbaar. Diverse instanties ontwikkelen daarom een monitor om de ontwikkelingen te kunnen bijhouden. Voor Incodelta Zuid-Nederland is in het jaar 2005 een monitor voor het goederenvervoer ontwikkeld, waarmee men de relevante ontwikkelingen in het boven regionale goederenvervoer in Zuid-Nederland in beeld wilde brengen. Dit heeft geleid tot beter inzicht in de goederenvervoerontwikkelingen binnen het Incodelta-gebied (Zuid-Holland, Zeeland, Noord-Brabant en Limburg) en de consequenties ervan voor bereikbaarheid en milieu. Ook de provincie Limburg heeft een eigen mobiliteitsmonitor met personen- en goederenvervoergegevens, die jaarlijks wordt geactualiseerd. Inzicht in ontwikkelingen van het goederenvervoer in Zuid-Nederland (cijfers zijn beschikbaar over de periode 1998 tot en met 2006) in de toekomst te continueren (De goederenstromen van, naar, binnen en door Zuid- Nederland, gespecificeerd naar provincie). Tweejaarlijks monitorrapport goederenstromen. Status: in uitvoering Direct betrokkenen zijn Provincie Limburg, Incodelta, RWS. Projectleider: provincie/rws ,00 uit Incodelta budget. 32 Uitvoeringsprogramma Goederenvervoer

31 P r o j e c t e n i n v o o r b e r e i d i n g 18. EPDC buisleiding De aansluiting van Chemelot op de propeenbuisleiding verdient aandacht. Verbeteren aansluiting chemiecluster op europees buisleidingennet. Meer aan- en afvoer per buis. In voorbereiding. Voortouw bij Chemelot. PM 19. Logistiek netwerk Limburg Door de krachten te bundelen kunnen de Limburgse terminals een betere uitgangspositie creëren in hun wensenpakket richting de grote zeehavens van Rotterdam en Antwerpen. Waar in individuele gevallen speciale wensen van inlandterminals (bijvoorbeeld met betrekking tot de snelheid van ladingafhandeling) als ondergeschikt worden gezien, kan dit in georganiseerd verband wel de doorslag geven. Er zou een inventarisatie moeten plaatsvinden welke problemen er voor de inlandterminals spelen in relatie tot de Mainport. Hoe zit de aan- en afvoer in elkaar; welke knelpunten zitten er in het netwerk van logistieke stromen. Streven naar een beter kwantitatief en kwalitatief aanbod van lijndiensten in het multimodale netwerk tussen de Mainports en de knooppunten onderling (weg, water, rail en buis). Voor de realisering van een multimodaal netwerk zijn zowel de inspanningen van overheden (t.a.v. realisering en of reactivering van infrastructuur) alsmede van het bedrijfsleven (het opzetten van verbindingen tussen mainports en inlandterminals) van belang. Om een efficiënt netwerk te kunnen realiseren is het van belang dat de terminals elkaar hierbij niet als concurrenten beschouwen, maar als potentiële partners. Samenwerking tussen de diverse terminals is daarbij van groot belang. Het bedrijfsleven zelf is primair aan zet bij het opstarten van onderlinge vervoersrelaties. Functionele afstemming/samenwerking met andere knooppunten kan de rentabiliteit en de frequentie van lijndiensten in alle richtingen verhogen. Door samenwerking (in plaats van concurrentie) tussen de containerterminals een duurzame oplossing creëren voor het multimodale goederenvervoer. Door middel van een kwalitatief hoogwaardig en efficiënt aanbod van lijndiensten kan meer volumegroei in de overslag worden gegeneerd, waardoor alle samenwerkende Uitvoeringsprogramma Goederenvervoer 33

32 terminals een hogere groei kunnen realiseren dan individueel het geval zou zijn geweest. Status: in voorbereiding Het bedrijfsleven zelf is primair aan zet bij het opstarten en onderhouden van verbindingen. Logistieke belangenverenigingen, zoals ELC Limburg kunnen hierin een faciliterende rol spelen. Projectleider: ELC Limburg en EVO hebben beiden aangegeven hiervoor belangstelling te hebben; De provincie zou een ondersteunende rol kunnen spelen (bijv. bij vergunningen). pm 34 Uitvoeringsprogramma Goederenvervoer

33 G e r e a l i s e e r d e p r o j e c t e n 20. Railterminal Cabooter Ten behoeve van de overslag van continentale lading van weg naar spoor heeft de firma Cabooter te Venlo een railterminal gebouwd. Dit past binnen het goederenvervoerbeleid van de Provincie Limburg. De Provincie heeft het initiatief in 2006 gesteund met een bijdrage van ca ,00. De railterminal is gerealiseerd in De definitieve vaststelling van de subsidie moet nog plaatsvinden. Bereiken van modal shift ten gunste van spoorvervoer. In afronding. Projectleider afdeling Mobiliteit/Cluster goederen- en personenvervoer. Betrokkenen: Provincie Limburg, firma Cabooter en verladers. De beschikking uit november 2005 voorziet in een maximale subsidie van ca ,00. Uitbetaling van 90 % van dit bedrag heeft reeds plaats gevonden. 21. Opwaardering vaarwegen (studie Midden-Limburgse kanalen) Ontwikkeling van een maatregelenpakket voor een optimale benutting van het kanalenstelsel in het Benelux Middengebied. Het gaat om de volgende kanalen: kanaal Bocholt-Herentals; kanaal naar Beverlo; kanaal Briegden-Neerharen; de Zuid-Willemsvaart in België en Nederlands Limburg en het kanaal Wessem-Nederweert. Optimalisatie van het gebruik van de grensoverschrijdende kleinere vaarwegen in het Benelux-Middengebied. De studie levert een voorkeurspakket op voor infrastructurele ingrepen in het kanalenstelsel. In België zou de Zuid-Willemsvaart en het kanaal tussen Bocholt en Dessel van klasse II naar klasse IV opgewaardeerd moeten worden. Hiervoor moet een nieuwe sluis bij de Blauwe Kei gebouwd worden. Verder moeten er passeermogelijkheden komen op de Zuid-Willemsvaart in België. Voor de Midden-Limburgse kanalen heeft opwaardering te weinig effect. Goed onderhoud is hier eerste vereiste. Bij het vervangen van sluizen moet te zijner tijd wel aangesloten worden op uniforme afmetingen in het gehele kanalenstelsel. Dat betekent klasse IV afmetingen. De studie is in afronding. Oplevering in juni Uitvoeringsprogramma Goederenvervoer 35