Schiedam 29 maart 2010

Transcriptie

1 PLAATS DATUM Schiedam 29 maart 2010 Aanwezig: R.A. Oosthof (voorzitter), G. de Bel-van Touw (Leefbaar Schiedam/Schiedam Actief), M.R. Bregman (D66), J.Ph. Brouwer (TON), I.A.W.M. Coenradie-Maris (PS), H.L. Dekker (AOV), I. van der Donk-Urbánková (SP), P.J. Geurtsen (VVD), C. de Groot (AOV), J. de Haan-Klaassen (PvdA), A. Hekman (CDA), J.M.P. Heskes (PvdA), H. van der Hoeven (PvdA), H. Hofland (CDA), R. Holmer (AOV), M.J.C. Houtkamp (D66), J.P.D. Jongen (TON), G. de Kok (GBS), A.J. Kuin (D66), W.J. Meijboom (CDA), J.K. Meijer (VVD), A.P. Mostert (VVD), H.E. de Ron (Leefbaar Schiedam/Schiedam Actief), A. Rose (GBS), E. Schoel-van der Vlies (PvdA), Th.H.B. Schoenmakers (Leefbaar Schiedam/Schiedam Actief), E. Schoneveld (Leefbaar Schiedam/Schiedam Actief), J.M.P.M. van Setten (PvdA), M.X. Stam (PvdA), N. Ulusoy (CDA), S. van der Vliet (PvdA), A. van de Water-Scheffer (D66), W.J. van Wijk, T. Wijmans (SP), N. Yerlikaya Akyapi (PvdA) en J. Pegtel (griffie/secretaris) College: W.M. Verver-Aartsen, C.A.C. Daskalakis, M. Siljee ONDERWERP Concept verslag van de openbare vergadering van de commissie Samenleving en Bestuur d.d. 29 maart Opening De voorzitter, de heer Oosthof, opent de vergadering om uur. 02. Vaststellen agenda (en inventariseren insprekers) De agenda wordt ongewijzigd vastgesteld. De voorzitter kondigt aan, dat hij na de behandeling van agendapunt 04, APV, de commissie in de gelegenheid zal stellen een rondvraag, zo die er is, aan de burgemeester te stellen. Voor agendapunt 3 heeft mevrouw I.C.E. van der Brugge zich aangemeld als inspreekster. 03. Naar een integraal hondenbeleid; een beleid op hoofdlijnen (VR 32/2010) De voorzitter geeft aan dat de vragen van de heer Rose zijn beantwoord 1 en nodigt mevrouw Van der Brugge uit het woord te nemen. Mevrouw Van der Brugge heeft samen met andere buurtjes van het Windas kennis kunnen nemen van de voorgenomen locaties van de losloopgebieden voor honden, waaronder het met nummer 27 aangeduide gebied bij haar woonlocatie. In de nota staat o.m. te lezen dat er criteria gehanteerd worden voor het aanwijzen van die gebieden, bijvoorbeeld een druk fietspad in de nabijheid maakt het minder aantrekkelijk om daar een gebied aan te wijzen. Zij doelt op de Parkweg, die ten noorden van het Prinses Beatrixpark begint. Niet alleen fietsers maken daar gebruik van, ook wandelaars en hardlopers. Als daar ook nog veel honden zullen worden uitgelaten, kan dat gevaarlijke situaties opleveren. Ook worden er katten in de buurt gehouden en nu al worden die regelmatig achternagezeten door de honden die er worden uitgelaten. Dit zal alleen maar toenemen, wat de kans vergroot dat de tuintjes schade oplopen. Er zijn prima alternatieven om het losloopgebied naar toe te verplaatsen. Zij vraagt de commissie daar oog voor te hebben. Vervolgens krijgt mevrouw Coenradie het woord. Zij kan zich volledig vinden in het stuk maar ergert zich aan het feit dat de hondenpenning niet wordt ingevoerd. De voordelen van invoering wegen op tegen de nadelen. Het verwijderen van verbodsborden bij speelplaatsen eist dat er op moet worden toegezien, dat honden niet op die plekken worden uitgelaten. Beter is nog op die plekken de borden te handhaven. Ook vindt zij dat een goede communicatie vereist is. Niet alleen voor de hondenbezitters maar voor alle 1 Noot red.: zie bijlage 1

2 Schiedammers. Dit kan in een folder die huis-aan-huis wordt verspreid. Zij wijst ook op de aangenomen motie (noot red.: zie de motie van 12 november 2009). De heer Mostert is in grote lijnen akkoord met het voorstel, maar ziet in de aanwijzing van de losloopgebieden niet direct een relatie met de hondendichtheid per wijk en verwacht door middel van de toegezegde evaluatie daar zicht op te krijgen. De locaties van de gebieden lijken betrekkelijk willekeurig bepaald te zijn. Ook wordt Irado ingeschakeld, maar er is nu al kritiek op de huidige werkwijze van deze organisatie. Hij is niet onverdeeld gelukkig met de rol van Irado. Worden de opsporingsambtenaren gericht aan het werk gezet? Het heeft de laatste jaren aan handhaving ontbroken. Is dat nu wel gegarandeerd? Hij stelt voor targets te stellen, bijvoorbeeld het aantal op te stellen processen-verbaal. Zodoende is te meten of de handhaving succesvol is. Maar ook targets voor de beeldkwaliteit. Een en ander kan SMART worden opgesteld. Alleen maar 2 FTE aanstellen en het daarbij laten geeft geen garantie voor succes. Een ding is nog onduidelijk: het boetebeleid. In de beantwoording van de vragen van de heer Rose wordt dat een optie genoemd, maar in het raadsvoorstel staat dat anders geformuleerd. In de onderliggende tekst wordt het wel een mogelijkheid genoemd. De heer Rose vindt het een prima stuk om het hondenpoep-probleem te bestrijden. Hij ziet niets in kokertjes met namen die de honden moeten dragen. Hij is ook niet voor invoering van de hondenpenning, maar bijv. wel voor een papier met een hologram en een nummer, net als bij de parkeervergunningen. De milieuoverlast van de tweede hond is nu niet meer een punt om de belasting daarvoor te verhogen. Deze kan wat hem betreft omlaag. Wel moet duidelijk gecommuniceerd worden dat de belasting kan verlagen als de overlast als gevolg van het beleid minder wordt. De heer Van der Hoeven is het in grote lijnen eens met het voorstel en het belang van communicatie bij de uitvoering van het beleid wil hij graag ondersteunen. Overleg met de omgeving over de plaatsingen van de hondenpoepbakken zou ook dienen te geschieden. Het beleid staat of valt met de steun van de hondenbezitters. De communicatie kan ook gericht geschieden bij bijvoorbeeld dierenzaken of hondensportverenigingen. De heer Bregman onderschrijft ook het beleid. Maar wat is de noodzaak van de twee FTE? Er is toch al handhaving? Graag ook een meldpunt voor de overlast, bijv HOND. Na het eerste kwartaal zal een evaluatie worden gehouden t.b.v. de invoering van de hondenpenning. Hij is daar nu al voorstander van, maar is bereid ervan af te zien als uit de evaluatie blijkt dat er geen noodzaak is om een penning in te voeren. De heer Hekman: de dogmobile mag wat hem betreft verdwijnen. Hij is ook voorstander van de verlaging van de belasting. Hij wacht graag de lopende controle af. Wat hem betreft mogen alle leden van de Lichtblauwe Brigade (LBB) aandacht hebben voor het hondenbeleid, dus niet alleen de twee FTE. Hij vraagt het college om bij gelegenheid aandacht te hebben voor de paardenpoep (is afval op de straat). De maneges kunnen daarvoor benaderd worden. De heer De Ron: communicatie naar de hondenbezitter is een van de belangrijkste elementen voor een succesvol hondenbeleid. Handhaving is pas goed mogelijk na de broodnodige voorlichting. Een communicatienota wordt toegezegd: is deze al gereed? De al eerder door mevrouw Coenradie genoemde motie stelt dat er een draagplicht is voor de hondenpenning. Hondeneigenaren die de aangifteplicht ontduiken krijgen een sanctie opgelegd ter grootte van de administratie- en opsporingskosten. En dat er na een jaar een evaluatie wordt uitgevoerd, waarin een voorstel wordt gedaan voor verlaging van de hondenbelasting per hond. Dit laatste kan zeer zeker bereikt worden, daarvoor is de hondenpenning een goed ondersteunend middel. Er moeten meer honden geregistreerd worden, meer nog dan in de nota genoemd worden. Wanneer komt het voorstel voor de boeteregeling? Wanneer is het beleid volgens het college succesvol en welke meetbare doelstellingen moeten daarvoor worden behaald? Hij verzoekt om aanpassing van het voorstel terzake van de invoering van het boetebeleid: die moet worden ingevoerd, daar kan geen misverstand over bestaan. Hij doet een voorstel voor een spijtoptantenbeleid: de eigenaren krijgen eenmaal de gelegenheid om een hond aan te geven, zonder dat er een consequentie aan verbonden is. Wanneer is de rapportage te verwachten van de lopende controle? Het eerste kwartaal is namelijk al bijna voorbij. Waarom wordt eens per jaar het zand van 60% van de hondentoiletten vervangen en niet van alle? De voorzitter wijst de leden op de titel van het agendapunt en verzoekt een ieder die hoofdlijnen in acht te nemen. Mevrouw Daskalakis: het beleid is een urgent probleem, mede vanwege de ergernis die de hondenpoep opwekt. Zij proeft een breed draagvlak voor het voorgestelde beleid. Het voorstel nu is om het beleid voor de hele stad in te voeren en niet zoals in 2001 per wijk. Er komt binnen twee maanden een communicatieplan. Dit is op diverse doelgroepen gericht. De suggestie van mevrouw Coenradie om het in huis-aan- Concept verslag van de openbare vergadering van de commissie Samenleving en Bestuur d.d. 29 maart

3 huisbladen op te nemen neemt zij ter harte. Ook om bij speelplaatsen bebording te heroverwegen zal zij bespreken. De hondendichtheid (in reactie op de heer Mostert) is niet overal in overeenstemming met het aantal voorzieningen. In Zuid ligt erg veel ontlasting heeft zij bemerkt, maar de openbare ruimte biedt daar minder mogelijkheden voor losloopgebieden. In overleg met omwonenden zal bezien worden welke mogelijkheden er toch zijn. Zij zal wethouder Groene vragen om bij Irado expliciet onder de aandacht te brengen dat de werkzaamheden kordaat worden opgepakt. De kosten van de twee handhavers zijn gebaseerd op een inschatting van handhaving. Het betreft een uitbreiding van de LBB, primair bedoeld voor de handhaving van dit beleid. De overige handhavers zullen natuurlijk ook het hondenbeleid handhaven, maar deze twee zijn alleen voor de handhaving van het hondenbeleid. Bij de evaluatie na een jaar kan dit heroverwogen worden, als blijkt dat de doelstellingen worden behaald. Het management wordt meegegeven dat bij de uitbreiding targets moeten worden gesteld. Die prestaties zullen worden gekoppeld aan de evaluatie na een jaar. De formulering of er een boetebeleid komt is wat open. Het is niet richtinggevend beschreven, maar als het aan haar ligt zal dat wel zo zijn. Binnen drie maanden komt een voorstel voor invoering van het boetebeleid. Een eventuele spijtoptantenregeling wil zij meenemen in het debat dat dan gaat plaatsvinden. Wat de inspraak van de wijken betreft (in reactie op de heer Van der Hoeven en mevrouw Van der Brugge): dit zal worden opgestart. Zij stelt voor de situatie met betrekking tot Het Windas aan de orde stellen in het wijkoverleg. Maar niet alle in de nota genoemde criteria kunnen strikt gehanteerd worden, anders blijven er wel heel weinig locaties over. Dit is ook een aspect om te bespreken in de wijkoverleggen. De paardenpoepproblematiek (in reactie op een opmerking van de heer Hekman) neemt zij voor kennisgeving aan. Nu gaat het alleen over het hondenbeleid en zij wil het daarbij laten. De dogmobile heeft niet voldaan aan de verwachtingen. Het gebruik wordt nu afgebouwd (er zijn nu nog contractuele verplichtingen). Zij neemt de suggestie van de heer Bregman in overweging om naar één meldpunt te streven, er is er overigens al een voor de klachten e.d.. De heer Rose vindt de dogmobile wel voldoen. Mevrouw Daskalakis: de dogmobile kan vanwege de omvang maar op een beperkt aantal plekken worden ingezet, ook bij een bepaalde hoogte van het gras werkt deze niet effectief. De heer Siljee: alleen voor het houden van een hond mag belasting worden geheven. De intensieve acties van de afgelopen maanden hebben geleid tot een stijging van 25% (nu geregistreerde honden). Was dat met hondenpenning hoger uitgevallen? Dit is wel heel ingewikkeld om te meten. De voors en tegens staan nu in de nota opgenomen. Wat de belastingtarieven betreft: in december kan de raad zich weer buigen over de belastingvoorstellen. Hij zal aan het volgende college meegeven om de tariefstelling voor de tweede hond (dat zijn er ca. 200) gelijk te trekken met de eerste hond (in reactie op de heer Rose). Het aantal honden in Nederland is ca. 1,7 mln. In provincies waar meer ruimte is, is de hondendichtheid hoger. In Schiedam waar veel gestapelde bebouwing is, is de hondendichtheid laag. Veel meer honden toevoegen aan de nu bekende is volgens hem niet te verwachten. De heer Rose: identificatieplicht van de hond (zoals in de stukken staat) kan d.m.v. een hondenpenning makkelijk geschieden. De heer Mostert: honden kunnen ook van een chip worden voorzien. Biedt dat voor de gemeente geen mogelijkheden om de identificatie te vergemakkelijken? De heer Siljee: identificatie is iets anders dan een bewijs dat je belasting betaald. Een loslopende hond moet wel teruggeleid kunnen worden naar de eigenaar. De voorzitter concludeert vervolgens dat op voorstel van mevrouw Coenradie (die nog geen toezegging over de invoering van de hondenpenning heeft gehad) het raadsvoorstel een B-stuk op de raadsagenda is. 04. Vaststelling Algemene Plaatselijke Verordening (APV) 2010 (VR 33/2010) De voorzitter noemt de beantwoording van de vragen van de fractie van de VVD 2 : dit is naar tevredenheid geschied en stelt vervolgens vast dat het voorstel als A-stuk kan worden doorgeleid. Er zijn overigens geen vragen voor de rondvraag bestemd voor mevrouw Verver. 05. Managementletter Op de vraag van de voorzitter antwoordt mevrouw Schoel dat de beantwoording op de vooraf gestelde vragen 3 naar tevredenheid is, maar zij heeft nog twee andere vragen. 2 Noot red.: zie bijlage 2. Concept verslag van de openbare vergadering van de commissie Samenleving en Bestuur d.d. 29 maart

4 Ten eerste de verbeterslag: gesteld is dat het een onvoldoende onderdeel is van de dagelijkse processen. Hoelang duurt het voordat het geïmplementeerd is in de gehele organisatie? Ten tweede de risicoscan: wordt het advies van de accountant om de scan te gebruiken om risicomanagement te verbeteren overgenomen door het college? De heer Siljee: er is voldoende aandacht voor risicomanagement. De tool die is aangereikt, vindt het college, gelet op de geringe meeropbrengst en de inspanningen die de organisatie zich moet getroosten, niet effectief. Het is nog een lange weg om archivering e.d. als automatisme in de organisatie in te voeren (bijv. ook welke s wel en niet bewaard moeten blijven). Dit is een traject dat nog enige jaren zal vergen. Kleine fouten zijn overigens niet te voorkomen, maar het college is tevreden met een acht. De accountant zal altijd eisen om hoger te scoren. De voorzitter sluit het agendapunt vervolgens af. 06. Verslagen Het verslag van de openbare vergadering van 25 januari 2010 wordt vastgesteld. 07. Mededelingen ingekomen stukken De lijst wordt voor kennisgeving aangenomen. 08. Informatie vanuit het college Wordt geen gebruik van gemaakt. 09. Rondvraag commissieleden Mevrouw Geurtsen: is er al iets in gang gezet, zoals toegezegd tijdens de discussieavond in De Taaltuin, om een brede informatieavond te organiseren over het MFA, waarbij niet alleen de ouders en besturen van de 3 betrokken scholen maar ook overige wijkbewoners en toekomstige gebruikers worden uitgenodigd? Mevrouw Daskalakis: er is door het bestuur van PRIMO bezwaar aangetekend. De bezwaarschriftencommissie heeft dit bezwaar niet ontvankelijk verklaard. De Wieken heeft een brief gestuurd aan het CFI (noot red. Agentschap van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap) met de vraag of het een verplaatsing of een verhuizing van de school betreft. Bij een verplaatsing gelden namelijk de oprichtingsnormen. De verwachting is dat het antwoord binnen niet al te lange tijd te verwachten is. Zij stelt dan ook voor het antwoord eerst op bestuurlijk niveau te bespreken en afhankelijk van de uitkomst in samenspraak met de partners een informatieavond te plannen, waar ook toekomstige ouders voor zullen worden benaderd. De voorzitter concludeert dat er geen zaken meer te bespreken zijn. 10.Sluiting De voorzitter sluit de vergadering om uur. Aldus vastgesteld in de vergadering van de commissie Samenleving en Bestuur d.d. 17 mei de secretaris, de voorzitter, 3 Noot red.: zie bijlage 3. Concept verslag van de openbare vergadering van de commissie Samenleving en Bestuur d.d. 29 maart

5 Bijlage 1 Naar een integraal hondenbeleid; een beleid op hoofdlijnen (VR 32/2010) De heer A. Rose (Gemeentebelangen Schiedam) heeft de volgende technische vragen ingediend: 1. In de nota wordt vermeld dat de hond een of ander identiteitskenmerk van de eigenaar dient te dragen. Wat wordt hiermee bedoeld? Als voorbeeld wordt een halsband genoemd. In hoeverre identificeert men hiermee de eigenaar? Het is verplicht dat de hond op een of andere manier een identiteitskenmerk van de eigenaar draagt, d.w.z. dat bekend moet zijn wie de eigenaar van de hond is en waar deze woont. Dit kan bijvoorbeeld een naamplaatje of koker met naam en adresgegevens op of aan een halsband zijn. Als de eigenaar ervoor kiest dat het identiteitskenmerk bevestigd wordt aan een ketting of een zakdoek aan de hals van de hond, is dit ook prima. 2. Is het dragen van een halsband voor honden verplicht, ook in losloopgebieden? Dit is niet verplicht, maar vanwege het snel weer kunnen aanlijnen van een hond, wel gewenst. Wel dient de hond te allen tijde een identiteitskenmerk te dragen. Wanneer de hond wegloopt dan kan men altijd de eigenaar achterhalen. 3. In de nota is sprake van de aanstelling van 2 fte extra handhaving. Gaan deze zich uitsluitend bezighouden met hondenbeleid of zijn dit handhavers zoals alle anderen? Gaan de al bestaande fte handhaving en toezicht ook handhaven op hondenbeleid of is dit voorbehouden aan de twee nieuw aan te stellen personen? De twee extra fte s gaan zich in hoofdzaak bezighouden met handhaving op het hondenbeleid. De overige toezichthouders handhaven in voorkomende gevallen steeds meer op het hondenbeleid en zullen dit ook blijven doen. Van een voorbehoud aan nieuw aan te stellen toezichthouders is geen sprake. 4. Er is een lijst van mogelijke overtredingen en de boetes die hierbij horen. Is het de bedoeling dat overtreders meerdere boetes tegelijk opgelegd kunnen worden? Bv iemand laat zijn hond loslopen waar dit niet toegestaan is, de hond poept en dit wordt niet opgeruimd en de eigenaar heeft geen middelen om op te ruimen bij zich. Wordt de boete dan = 240,--? Theoretisch gezien kunnen inderdaad meerdere boetes tegelijkertijd opgelegd worden. Dat doel, gedragsverandering, kan in veel gevallen ook met één boete per situatie worden bereikt, zodat in die gevallen wordt volstaan met het uitschrijven van één boete. 5. In de lijst met boetes missen wij de boete voor het niet aangeven van een hond? Is hiervoor geen boete? Zo niet waarom niet? Voor het niet (tijdig) aangifte doen kan een fiscale bestuurlijke boete worden geheven. Hier is in Schiedam nog niet voor gekozen. Wel wordt van de mogelijkheid gebruikt om met terugwerkende kracht (maximaal drie jaren) aanslagen op te leggen. Om de aangiftebereidheid te verhogen kan een boetebeleid worden ingevoerd. Het invoeren van een boetebeleid is als optie opgenomen in de Nota Hondenbeleid die in de raadsvergadering van april a.s. zal worden behandeld. 6. Kunt u aangeven hoe de boeteoplegging in zijn werk gaat? Moeten overtreders direct betalen? Is er de mogelijkheid tot pinnen? Krijgen de overtreders een acceptgirokaart thuis? Zo ja hoe achterhaald men de overtreder als deze zich niet wil legitimeren of zich uit de voeten maakt? Is beslagneming van de hond een optie? Bij overtredingsituaties wordt een zogenaamd mini proces-verbaal opgemaakt, waarvan de overtreder een afschrift in de vorm van de bekende gele bon ontvangt. Na verwerking van het originele proces-verbaal door het Centraal Justitieel Incassobureau, krijgt de overtreder een acceptgiro thuisgestuurd. Concept verslag van de openbare vergadering van de commissie Samenleving en Bestuur d.d. 29 maart

6 Bij iedere overtredingsituatie moet de overtreder zich legitimeren. Indien hij/zij dit niet kan of wil wordt de overtreder aangehouden en volgt een identiteitsonderzoek door de politie. Uit deze onderzoeken volgt in het overgrote deel van de gevallen de juiste identiteit van de overtreder. Inbeslagname van de hond is juridisch bezien wel een optie, maar praktisch gezien niet wenselijk omdat dit middel niet in verhouding staat tot het te bereiken doel en dit doel ook op andere manieren te bereiken is. 7. Is het juist dat de gemeente Schiedam ongeveer 20 jaar geleden een dergelijk streng hondenbeleid heeft gelanceerd, waarbij huis aan huis informatie en verplichte opruimmiddelen werden verspreidt en dat hierna, bij gebrek aan handhaving, verder niets meer van terecht is gekomen? Hoe gaat u voorkomen dat dit weer gaat gebeuren? In 2001 is een hondenbeleidsnota vastgesteld. In deze nota was besloten om te starten met het hondenbeleid in de wijken Zuid en Oost. Voor deze wijken was ook geld beschikbaar gesteld. Voor de andere wijken zou een plan van aanpak worden opgesteld en zou de inbedding van de uitvoering via de wijkcarrousel plaatsvinden. Deze nota is geëvalueerd in 2008 en er zijn aanbevelingen gedaan voor nieuw beleid. De evaluatie ligt bij de stukken ter inzage. De 2 belangrijkste conclusies zijn, dat er geen goede balans was in het beleid en uitvoering tussen voorzieningen, voorlichting en handhaving en dat er geen sprake was van een structureel karakter, zowel in beleid en uitvoering als in het beschikbaar gestelde budget. Het nu voorliggende beleid voorziet wel in een goede balans tussen voorzieningen, voorlichting en handhaving. Het wordt tegelijkertijd in de hele stad ingevoerd en er is structureel geld beschikbaar gesteld, speciaal voor dit onderwerp. Er is dus in feite een goede basis gelegd om het beleid tot een succes te maken. 8. Kunt u aangeven waarom Schiedam gekozen heeft voor een aanzienlijk hoger tarief voor de tweede hond? Vroeger werd in verband met overlast, milieu, het bezit van meerdere honden ontmoedigd. Dit is de reden dat voor het tarief voor een tweede hond is gekozen voor een veel hoger bedrag. 9. Waarom is i.p.v. de hondenpenning niet gekozen voor een betalingsbewijs hondenbelasting welke de eigenaar bij zich dient te dragen? Het verplicht bij zich dragen van een betalingsbewijs is niet mogelijk, omdat hiervoor geen wettelijke basis is. Wel kan bij de handhaving van het hondenpoepbeleid aan de hand van de verstrekte gegevens gecontroleerd worden of er hondenbelasting is betaald. 10. In de nota is steeds sprake van het woord hondenbezitters. Honden kunnen echter uitgelaten worden door personen welke niet noodzakelijk de eigenaar van de hond zijn. Betekent dit dat eventuele boetes op de hondenbezitter verhaald worden of is degene die de hond uitlaat aansprakelijk? Degene die de hond uitlaat wordt aangemerkt als houder van een hond en is verantwoordelijk voor het opruimen van de uitwerpselen en andere overtredingen, zoals genoemd in de APV Schiedam Deze houder is ook degene die de boete in eerste instantie opgelegd zal krijgen. Concept verslag van de openbare vergadering van de commissie Samenleving en Bestuur d.d. 29 maart

7 Bijlage 2 Concept verslag van de openbare vergadering van de commissie Samenleving en Bestuur d.d. 29 maart

8 Bijlage 3 De fractie van de PvdA heeft vragen gesteld betreffende het punt 05. Managementletter van de agenda van de commissie Samenleving en Bestuur. 1. In hoofdstuk 2 van de managementletter wordt gesproken over het participatiebudget. Er wordt gesproken over een mogelijk dreiging om een bedrag van te moeten terug betalen. Is op dit moment al aan te geven hoe groot deze dreiging is? Wat voor maatregelen zijn er genomen om de dreiging te verkleinen? Wat wordt er gedaan om een nog beter gebruik van dit budget te gaan maken? Antwoord Het werkelijk terug te betalen bedrag is uitgekomen op ,-. Dit bedrag is aanzienlijk lager dan de medio september 2009 verwachte terugbetaling van ,-. In het laatste kwartaal van 2009 zijn de volgende acties/maatregelen genomen: - optimaal gebruik maken van de nieuwe wetgeving ( verantwoording op basis van baten en lastenstelsel; daarvoor kasstelsel), waardoor rekeningen voor werkzaamheden uit 2009, die pas in 2010 zijn ontvangen, nog ten laste van het budget 2009 kunnen worden gebracht (eerdere jaren was dat niet toegestaan) ,- - verleende voorschotten aan re-integratiebedrijven zijn ten laste van de exploitatie gebracht ( was voorheen een balanspost) ,- - optimalisering van de mogelijkheden kosten toen te rekenen aan het participatiebudget te brengen ,-. - daarnaast zijn de uitgaven in het laatste kwartaal op diverse onderdelen hoger uitgevallen dan medio september 2009 werd verwacht en zijn zoveel als mogelijk facturen ( o.a. wat betreft inburgering) ten laste gebracht van het participatiebudget. 2. In hoofdstuk 2 wordt ook gesproken, dat er veel tijd verloren gaat in het opvragen van diverse stukken. Kan er aangegeven worden hoe dit in de toekomst verbeterd wordt? Antwoord Het gemeentebreed invoeren van Workflow Management sinds 2008 middels een document management systeem (Corsa) voor de belangrijkste gemeentelijke processen waarbij alle relevante documenten digitaal worden opgeslagen, zal de dossiervorming standaardiseren en de naspeurbaarheid van desbetreffende dossiers optimaliseren. Zo brengt ook het digitaliseren van het factureringsproces en personeelsdossiers een belangrijke verbetering van de informatievoorziening en de beheersing van processen met zich. 3. In hoofdstuk 4 wordt gesproken over de overgang in 2009 naar een nieuwe belastingadministratie. Uit de bevindingen van de interne controle blijkt, dat door het ontbreken van een zichtbare interne controle dat de opbrengsten achteraf niet controleerbaar zijn. Is er een stappenplan gemaakt om de verbeterpunten, die in de managementletter staan uit te voeren? Is er al mogelijk om aan te geven, wat er tot nu toe aan verbeteringen is gedaan? Kan er een tijdspad gegeven worden om te komen tot een controleerbaar interne controle? Antwoord Interne Controle op de volledigheid van belastinginkomsten worden in de nieuwe situatie binnen het systeem afgewikkeld en waren ten tijde van de controle niet verifieerbaar. Hierover zijn inmiddels afspraken gemaakt en controles worden zichtbaar bijgehouden. Concept verslag van de openbare vergadering van de commissie Samenleving en Bestuur d.d. 29 maart

9 Concept verslag van de openbare vergadering van de commissie Samenleving en Bestuur d.d. 29 maart