Endocriene chirurgie. Endocrine surgery. E.J.M. Nieveen van Dijkum. Samenvatting. Summary

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Endocriene chirurgie. Endocrine surgery. E.J.M. Nieveen van Dijkum. Samenvatting. Summary"

Transcriptie

1 Endocriene chirurgie Endocrine surgery E.J.M. Nieveen van Dijkum Samenvatting Tumoren van hormoonvormende organen, zoals de schildklier, bijnier en alvleesklier, en tumoren met hormoonproductie zijn de kern van de endocriene chirurgie. De chirurgische behandeling van deze afwijkingen vereist samenwerking in een multidisciplinair team. Een radicale resectie is vaak de enige kans op curatie. De chirurgische behandeling van de schildklier, bijnier en gastro-enterologische en pancreatische neuro-endocriene tumoren wordt besproken. De endocriene chirurgie is in Nederland een groeiend deelspecialisme. Het is mogelijk om een Europees examen af te leggen en gecertificeerd endocrien chirurg te worden. De Nederlandse Vereniging voor Heelkunde heeft normen afgesproken om de kwaliteit van de endocriene chirurgie te waarborgen. (Ned Tijdschr Oncol 2012;9:162-8) Summary Endocrine surgery consists of operations on tumors of hormone producing organs and hormone producing tumors. Surgical treatment of these tumors should be discussed in multidisciplinary teams. A radical resection is often the only chance for cure. The surgical options for the thyroid, adrenal, pancreas and gastro-enterologic, and pancreatic neuroendocrine tumors are discussed. Endocrine surgery has increased in the last years in the Netherlands. To become a certified endocrine surgeon, one can perform a European examination. Finally, the Dutch Society of Surgeons (NVvH) has given values to improve the quality of the surgical procedures. Inleiding De endocriene chirurgie omvat chirurgie van de hormoonvormende organen zoals de schildklier, bijschildklier, bijnier en gastro-enterologische en pancreatische neuro-endocriene tumoren (GEP-NET). De hypofyse wordt door de neurochirurg behandeld, long-net door de longarts en thoraxchirurg, en beide vallen buiten de endocriene chirurgie zoals hier wordt bedoeld. Patiënten met endocriene tumoren zijn zeer verschillend. Sommigen worden gediagnosticeerd met een duidelijk klinisch syndroom dat wordt veroorzaakt door hormonale overproductie, zoals een insulinoom in de pancreas of een feochromocytoom in de bijnier. Andere patiënten zijn klachtenvrij en worden verwezen vanwege een incidentaloom in 1 van de hormoonvormende organen. Het bepalen van de hormonale status van een patiënt met een endocriene tumor is altijd de eerste fase van de diagnostiek, vervolgens worden de anatomische eigenschappen van de tumor bepaald en tot slot kan dan in een multidisciplinair team een behandelplan worden gemaakt. Patiënten met endocriene aandoeningen worden multidisciplinair besproken en behandeld. Indien chirurgie onderdeel uitmaakt van de behandeling of een alternatief is voor een niet-chirurgische behandeling, geeft de chirurg zelf voorlichting over de operatie. Endocriene chirurgie is in Nederland een relatief jong deelgebied van de algemene heelkunde. Er bestaat nog geen officiële opleiding endocriene chirurgie. Het is mogelijk om een Europees examen af te leggen waarna men de titel Fellow of the European Board Auteur: mw. dr. E.J.M. Nieveen van Dijkum, chirurg, fellow of the European Board of Endocrine Surgeons, afdeling Chirurgie, G4, Academisch Medisch Centrum, Meibergdreef 9, 1105 AZ Amsterdam, tel.: , adres: e.j.nieveenvandijkum@amc.nl Belangenconflict: geen gemeld. Financiële ondersteuning: geen gemeld. Trefwoorden: bijnier, endocriene chirurgie, GEP-NET, normen NVvH, pancreas, schildklier Key words: adrenal, endocrine surgery, GEP-NET, pancreas, thyroid, values NVvH 162

2 4 Figuur 1. Groot multinodulair struma met bij pathologisch onderzoek ook een papillair schildkliercarcinoom van 4 cm (rechtscraniaal). of Endocrine Surgeons ontvangt. Daarvoor moet een behoorlijk aantal ingrepen onder supervisie van een gecertificeerd endocrien chirurg worden uitgevoerd, gevolgd door een mondeling examen. De meeste chirurgen met aandachtsgebied endocriene chirurgie hebben hun expertise opgedaan in het buitenland. In de ons omringende Europese landen, zoals Duitsland, Frankrijk, de Scandinavische landen en Groot Brittannië, is de endocriene chirurgie al jaren een goed georganiseerd specialisme. In dit artikel wordt de behandeling van de verschillende organen verder toegelicht met de nadruk op de rol van de endocrien chirurg. De endocrinologische en/of oncologische behandeling wordt grotendeels buiten beschouwing gelaten. De schildklier Afwijkingen aan de schildklier komen veel voor. Routine echografisch onderzoek, vaak ook op geleide van een andere indicatie, toont nodi aan bij 20-45% van de vrouwen en 17-25% bij mannen. Bij obductie wordt bij 50% van de patiënten een schildkliernodus gevonden. 2 Schildkliernodi worden ontdekt door mensen zelf of op beeldvorming van de hals, bijvoorbeeld bij palpabele lymfeklieren. Ongeveer 5% van deze nodi is maligne. De kans op een maligne schildklierafwijking is groter (25%) als deze bij toeval op een positronemissietomografie (PET)- scan wordt gediagnosticeerd. In Nederland worden per jaar ongeveer 400 nieuwe patiënten met een schildkliercarcinoom gediagnosticeerd. Aanvullend onderzoek van een schildkliernodus bestaat uit een echografie van de schildklier en een cytologische punctie. De echografist heeft een cruciale rol in de diagnostiek van schildklierafwijkingen. Het herkennen van meer maligne ogende afwijkingen, bijvoorbeeld door een veranderd vaatpatroon of het ontbreken van een halo, geeft veel aanvullende informatie. De patholoog die de cytologische punctie beoordeelt heeft 5 mogelijkheden: onvoldoende materiaal voor een diagnose, een benigne uitslag, een folliculaire laesie, een laesie verdacht voor een maligniteit of zeker een maligne tumor. 3 De laatste 3 uitslagen van de cytologische punctie leiden vaak tot een diagnostische hemithyreoïdectomie of een totale thyreoïdectomie. De chirurgische behandeling van schildkliertumoren In Nederland worden ruim schildklieroperaties per jaar verricht, waarvan de meeste ingrepen voor benigne schildklierpathologie plaatsvinden. Schildklieroperaties worden vaak door algemeen chirurgen met belangstelling voor de schildklier verricht. De chirurgische benadering van het gedifferentieerd schildkliercarcinoom is anders dan die van het medullair of anaplastisch schildkliercarcinoom. Het gedifferentieerd schildkliercarcinoom omvat het papillair schildkliercarcinoom en het folliculair schildkliercarcinoom met van beide vormen enkele varianten. De cellen van een gedifferentieerd schildkliercarcinoom lijken op de oorspronkelijke schildkliercellen en nemen jodium op voor de schildklierhormoonsynthese. De postoperatieve behandeling van patiënten met een gedifferentieerd schildkliercarcinoom is hierop gebaseerd; deze patiënten worden postoperatief nabehandeld met radioactief jodium. Alle patiënten met een gedifferentieerd schildkliercarcinoom ondergaan volgens de Nederlandse richtlijn een totale thyreoïdectomie met jodiumablatie (zie Figuur 1). De richtlijn geeft een uitzondering op deze uitgebreide behandeling voor patiënten met een papillair schildkliercarcinoom kleiner dan 1 cm dat zich niet in het snijvlak bevindt en geen agressieve kenmerken vertoont of een minimaal invasief folliculair schildkliercarcinoom met een maximale diameter van 4 cm. Deze patiënten kunnen worden behandeld met een hemithyreoïdectomie zonder jodiumablatie. Halsklierdissecties worden verricht bij patiënten met bewezen lymfekliermetastasen. Een profylactische 163

3 Figuur 2. Het gebruik van peroperatieve neuromonitoring waarbij de probe de nervus laryngeus recurrens aanwijst (rechtscraniaal). halsklierdissectie bij patiënten met een gedifferentieerd schildkliercarcinoom verbetert de overleving niet en wordt dus niet verricht. Medullair schildkliercarcinoom ontstaat in de C- cellen van de schildklier. Deze cellen zijn niet betrokken bij schildklierhormoonsynthese en het medullair schildkliercarcinoom neemt dus ook geen jodium op. De tumormarker voor het medullair schildkliercarcinoom is het calcitonine, dat door de C-cellen wordt geproduceerd, en soms het carcino-embryonaal antigeen. Een patiënt met een medullair schildkliercarcinoom kan niet adjuvant worden behandeld met radioactief jodium en daarom wordt de resectie vaak uitgebreid met een profylactische halsklierdissectie. Het anaplastisch carcinoom wordt vaak in een laat stadium ontdekt, waarbij de prognose van patiënten al slecht is en de morbiditeit van een uitgebreide operatie soms niet opweegt tegen de korte levensverwachting. Een anaplastisch carcinoom neemt ook geen jodium op en kan niet met radioactief jodium worden behandeld. Elke schildklieroperatie heeft als belangrijkste complicaties een hypoparathyreoïdie na een totale thyreoïdectomie en stembandproblemen door beschadiging van de nervus laryngeus recurrens enkelzijdig of beiderzijds. Beide complicaties komen weinig voor, respectievelijk 5-10% en 1-5%, maar hebben impact op de kwaliteit van leven van patiënten. Op dit moment bestaat er een intraoperatief neuromonitoringsysteem om de integriteit van de nervus laryngeus recurrens peroperatief continu te bewaken en zo de kans op letsel te verminderen (zie Figuur 2 en 3). 4 Deze methode zal de komende jaren zijn bestaansrecht moeten gaan bewijzen. Ook wordt onderzoek gedaan naar de toepassing van fluorescentie om peroperatieve beeldvorming van de bijschildklieren mogelijk te maken. In de richtlijn voor de behandeling van het schildkliercarcinoom is een onderscheid gemaakt in level 1- en 2-ziekenhuizen. 5 In een level 1-ziekenhuis zijn ten minste 2 chirurgen met uitvoerige expertise op het gebied van het schildkliercarcinoom, halsklierdissecties en re-operaties. Er is ondersteuning mogelijk van een gespecialiseerde hoofd-halschirurg en er is een multidisciplinaire werkgroep endocriene tumoren. In een level 2-centrum heeft ten minste 1 chirurg zich toegelegd op de schildklierchirurgie en is er een gestructureerd multidisciplinair overleg over patiënten met schildkliercarcinoom. Er bestaat een laagdrempelige relatie met een level 1-ziekenhuis. De Nederlandse Vereniging voor Heelkunde (NVvH) heeft als norm dat ten minste 20 schildklier/bijschildklieroperaties moeten worden uitgevoerd, met pre- en postoperatief een multidisciplinair overleg en een nauwe samenwerking met de endocrinoloog en nucleair geneeskundige. De bijnier Tumoren van de bijnier zijn zeldzaam met een incidentie van 1 per miljoen per jaar. Vaak wordt een afwijking aan de bijnier incidenteel ontdekt bij beeldvorming van de buik voor niet-bijniergerelateerde klachten. In autopsiestudies blijkt dat bijnierincidentalomen voorkomen bij 2% (range 1-9%) met een hogere prevalentie bij patiënten met diabetes mellitus, hypertensie en adipositas. 6 Bijnierschorscarcinomen zijn geassocieerd met enkele erfelijke syndromen, zoals het syndroom van Li- Fraumeni, het syndroom van Beckwith-Wiedemann en multipele endocriene neoplasie type 1 (MEN1). De eerste diagnostische stap bij een bijnierincidentaloom is hormonale screening. Bij ongeveer 10-15% van de mensen met een bijnierincidentaloom is er sprake van hormonale overproductie zoals cortisol-, catecholamine- of aldosteronoverproductie. 7 Ook overproductie van geslachtshormonen, in het bijzonder testosteron, komt voor en is vaker geassocieerd met maligne bijniertumoren. 8 De hormonale screening is van belang voor zowel benigne als maligne bijniertumoren, niet alleen voor het stellen van de indicatie voor de chirurgie, maar ook om de operatie vervolgens veilig te laten verlopen. 164

4 4 Een patiënt met een bijniertumor met catecholamineoverproductie (feochromocytoom) moet preoperatief worden voorbereid met alfablokkade om de bloeddrukschommelingen tijdens de operatie te kunnen controleren. Hetzelfde geldt voor een bijniertumor met cortisoloverproductie, waarbij na verwijderen van de bijniertumor de patiënt moet worden gesuppleerd met hydrocortison. Een andere indicatie voor resectie van een bijnierincidentaloom is afmeting; een diameter van 4 cm of meer vergroot de kans op een maligniteit en is reden voor resectie. Chirurgische behandeling van bijniertumoren De keuze voor laparoscopische of endoscopische versus klassieke open verwijdering van een bijniertumor blijft internationaal onderwerp van discussie. 9 Bij verdenking op een maligniteit op de beeldvorming, bijvoorbeeld door een irregulaire vorm van de tumor, een hoge Houndsfield Unit en een slechte washout van contrast is de voorkeursbehandeling een open resectie. Gedacht wordt dat een open resectie minder kans geeft op tumorperforatie. Een peroperatieve tumorperforatie of irradicale resectie vermindert de prognose van een patiënt aanzienlijk. Internationaal is de voorkeursbenadering voor bijniertumoren groter dan 6 cm een open resectie. Deze bijnierafmeting is gerelateerd aan een prevalentie van 25% maligniteit bij bijniertumoren groter dan 6 cm. Ook bij een open operatie is een radicale resectie bepalend voor de prognose. Bij zeer grote tumoren of tumoren met doorgroei in de omliggende organen moet men bereid zijn een deel van de omliggende organen mee te verwijderen om een radicale resectie te waarborgen. De NVvH heeft als norm gesteld dat een kliniek minimaal 10 bijnieroperaties per jaar moet uitvoeren. In het Bijnier Netwerk Nederland worden alle maligne bijniertumoren geregistreerd en kan ook advies worden aangevraagd over behandeling en follow-up van patiënten met bijniertumoren. Gastro-intestinale en pancreatische neuro-endocriene tumoren Deze tumoren vormen een zeer diverse groep afwijkingen die hormonale productie gemeen hebben. De hormoonproductie kan leiden tot een herkenbaar klinisch beeld, zoals het syndroom van Zollinger- Ellison bij een gastrinoom of een carcinoïdsyndroom bij een naar de lever gemetastaseerd carcinoïd. De Figuur 3. Het gebruik van de peroperatieve neuromonitoring om de integriteit van de nervus laryngeus recurrens te meten (rechtscraniaal). hormoonproductie kan echter ook asymptomatisch zijn en slechts worden gemeten als men actief op zoek gaat naar afwijkende hormoonspiegels in het bloed. Een goed voorbeeld hiervan is het calcitonine, dat bij veel patiënten met een pancreas-net verhoogd is zonder de aanwezigheid van symptomen. De European Neuroendocrine Tumor Society (ENETS) heeft richtlijnen gemaakt voor de diagnostiek en behandeling van GEP-NET. 10 In Nederland wordt op dit moment gewerkt aan revisie van de richtlijn voor GEP-NET. Chirurgische behandeling van maag-net De meeste NET in de maag zijn kleiner dan 2 cm en worden bij toeval bij endoscopie ontdekt. De behandeling van een kleine maag-net bestaat uit endoscopische resectie. Patiënten met een maag-net met een hoge proliferatie en mitose-index en dus een slechte prognose (Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) graad 3) worden behandeld met een (partiële) maagresectie, indien nog geen metastasering heeft plaatsgevonden. 165

5 Figuur 4. Pancreasstaartresectie met links een deel normale pancreasstaart, meer naar rechts de neuroendocriene tumor en het laterale randje rechts van de milt. Chirurgische behandeling van duodenum en pancreas-net Het meest voorkomend in dit gebied zijn insulinomen en gastrinomen, maar ook niet-functionerende NET komen veel voor. Een resectie van een pancreas- of duodenum-net wordt niet verricht bij gemetastaseerde ziekte, tenzij de levermetastasen ook radicaal kunnen worden verwijderd. 10 Voor de operatie moet de hormoonstatus van een patiënt met een alvleesklier-net duidelijk zijn om peroperatieve problemen te voorkomen. Preoperatieve hormonale overproductie is ook belangrijk als tumormarker in de follow-up. De complicaties die bij patiënten met NET kunnen optreden na pancreaschirurgie zijn zeker niet minder dan na pancreasresecties voor adenocarcinomen. 11 De NVvH heeft als norm gesteld dat in een kliniek minstens 20 alvleesklieroperaties per jaar moeten worden uitgevoerd. In het hoofdstuk Normering endocriene chirurgie staat dat patiënten met een pancreas-net (zie Figuur 4) moeten worden behandeld in een pancreascentrum. Postoperatief blijven patiënten onder controle en zijn er verschillende behandelingsmogelijkheden voor patiënten met een tumorrecidief of metastasen. Daarnaast is het van belang deze patiënten te controleren op genetische afwijkingen, waarbij een pancreas- NET een eerste uiting kan zijn van bijvoorbeeld het MEN1-syndroom. Chirurgische behandeling van darm-net De naam carcinoïd wordt voor GEP-NET alleen nog gebruikt voor NET in de dunne darm. Patiënten met darm-net worden vaak pas gediagnosticeerd als ze flushes en diarree krijgen ten gevolge van de levermetastasen. Dit wordt het carcinoïdsyndroom genoemd. Deze hormonale klachten worden behandeld met somatostatine-analoga. Het is belangrijk dat alle patiënten multidisciplinair worden besproken, zodat in een vroeg stadium een plan wordt gemaakt om de primaire tumor te verwijderen. De reden hiervoor is dat bij 80% van de patiënten de primaire tumor uiteindelijk voor klachten zal zorgen als deze niet is verwijderd. 12 De resectie van de primaire darmtumor is soms relatief eenvoudig met een ileocoecaalresectie of segmentresectie met altijd het oncologische uitgangspunt dat de bijbehorende lymfeklieren ook worden verwijderd. Soms is een resectie van de primaire tumor lastig, omdat de tumor zelf niet het probleem is, maar omdat de lymfekliermetastasen fibrose veroorzaken in het mesenterium en tot zeer dicht bij de vaatsteel van het darmpakket zijn genaderd. 12 Dan moet een groot deel van de dunne darm ook worden verwijderd om een vitale darm over te houden. Peroperatief wordt de patiënt met een carcinoïdsyndroom beschermd met een octreotidepomp om peroperatieve problemen van vooral de bloeddruk en het hartritme te voorkomen. Een chirurg die geen ervaring heeft met darm-net zal mogelijk een resectie achterwege laten bij dergelijke metastasering naar de lymfeklieren of de lever. Het is echter van belang bij een patiënt met een bewezen darm-net een uitgebreide darm- en mesenteriumresectie te verrichten. De ischemische pijn en bijkomende diarree die optreedt bij vergaande fibrosering van het mesenterium zijn in een later stadium nog veel lastiger te behandelen. Meestal is dan een resectie of zelfs het aanleggen van een ileostoma onmogelijk geworden. De chirurgische behandeling van lever-net en NETlevermetastasen Primaire NET in de lever komt zeer weinig voor. Levermetastasen van NET komen zeer frequent voor en zijn zeer gevoelig voor verschillende vormen van niet-operatieve therapie; medicamenteus, met arteriële leverembolisatie of met radioactief gelabelde octreotide-analogen (de zogenoemde PRRT of peptide receptor radionuclide therapy ) Omdat de meeste patiënten met levermetastasen een diffuse metastasering in beide leverhelften heeft, is een resectie van het aangedane deel van de lever vaak niet 166

6 4 Aanwijzingen voor de praktijk 1. Een endocrien chirurg houdt zich bezig met tumoren in hormoonvormende organen zoals de schildklier, bijnier en alvleesklier, en behandelt tumoren die hormonen uitscheiden. 2. De Nederlandse Vereniging voor Heelkunde heeft normen vastgesteld waaraan endocrien chirurgen moeten voldoen. 3. De behandeling van endocriene tumoren en gastro-enterologische en pancreatische neuroendocriene tumoren is complex en moet multidisciplinair worden besproken, waarbij de endocrien georiënteerde chirurg een belangrijke rol vervult. 4. De voorlichting over een chirurgische behandeling moet worden gegeven door een chirurg, net zoals elke behandeling met een patiënt moet worden besproken door de behandelaar zelf. mogelijk. Patiënten met levermetastasen die geen curatieve resectie ondergaan, hebben nog steeds een relatief goede prognose met een vijfjaarsoverleving van 40%-60%, afhankelijk van de stagering van de tumor. Toch is er een groep patiënten bij wie een resectie van een levermetastase kan worden overwogen als de primaire tumor is verwijderd en de enige ziekte beperkt lijkt tot een enkel leversegment of een enkele leverhelft. Bij een uitzonderlijke patiënt wordt de primaire tumor niet gevonden, maar zijn er wel resectabele levermetastasen. Met een dergelijke patiënt zal uitgebreid moeten worden gesproken over de voor- en nadelen van een leveroperatie, waarbij de prognostische waarde van de Ki67-index en mitose-index van de levermetastasen kunnen worden gebruikt. Tumoren met een hoge mitose-index en hoge proliferatie-index (Ki67-index) hebben een slechte prognose en een leverresectie zal dan de prognose van de patiënt met een onbekende primaire tumor niet verbeteren. Conclusie De endocriene chirurgie is in Nederland een deelgebied met groeiende belangstelling en verdere specialisatie van chirurgen. De hormoonproductie van de aangedane organen of de betrokken tumoren is de kern van de endocriene chirurgie. De NVvH heeft normen opgesteld voor het aantal ingrepen dat een endocrien chirurg minimaal moet doen. Daarnaast zijn de richtlijnen van de ENETS en Oncoline beschikbaar voor GEP-NET en schildkliercarcinomen. De Nederlandse richtlijn voor GEP-NET wordt op dit moment gereviseerd. De behandeling van patiënten met endocriene afwijkingen is complex en vraagt om samenwerking in een multidisciplinair team waarin de endocrien chirurg een belangrijke rol speelt. Referenties 1. NORMEN-2.0.pdf (bekeken op 21 mei 2012). 2. Ezzat S, Sarti DA, Cain DR, et al. Thyroid incidentalomas. Prevalence by palpation and ultrasonography. Arch Intern Med 1994;154(16): Baloch ZW, LiVolsi VA, Asa SL, et al. Diagnostic terminology and morphologic criteria for cytologic diagnosis of thyroid lesions: a synopsis of the National Cancer Institute Thyroid Fine-Needle Aspiration State of the Science Conference. Diagn Cytopathol 2008;36(6): Barczynski M, Konturek A, Cichon S. Randomized clinical trial of visualization versus neuromonitoring of recurrent laryngeal nerves during thyroidectomy. Br J Surg 2009;96(3): Oncoline. Richtlijn schildkliercarcinoom Te raadplegen via (bekeken op 21 mei 2012). 6. Terzolo M, Stigliano A, Chiodini I, et al. Italian Association of Clinical Endocrinologists. AME position statement on adrenal incidentaloma. Eur J Endocrinol 2011;164(6): Cawood TJ, Hunt PJ, O Shea D, et al. Recommended evaluation of adrenal incidentalomas is costly, has high false-positive rates and confers a risk of fatal cancer that is similar to the risk of the adrenal lesion becoming malignant; time for a rethink? Eur J Endocrinol 2009; 161(4): Moreno S, Montoya G, Armstrong J, et al. Profile and outcome of 167

7 pure androgen-secreting adrenal tumors in women: experience of 21 cases. Surgery 2004;136(6): Brix D, Allolio B, Fenske W, et al. German Adrenocortical Carcinoma Registry Group. Laparoscopic versus open adrenalectomy for adrenocortical carcinoma: surgical and oncologic outcome in 152 patients. Eur Urol 2010;58(4): (bekeken op 21 mei 2012). 11. Fendrich V, Merz MK, Waldmann J, et al. Neuroendocrine pancreatic tumors are risk factors for pancreatic fistula after pancreatic surgery. Dig Surg 2011;28(4): Akerström G, Hellman P. Surgery on neuroendocrine tumours. Best Pract Res Clin Endocrinol Metab 2007;21(1): Lewis MA, Hubbard J. Multimodal liver-directed management of neuroendocrine hepatic metastases. Int J Hepatol 2011;2011: Kucuk ON, Soydal C, Lacin S, et al. Selective intraarterial radionuclide therapy with Yttrium-90 (Y-90) microspheres for unresectable primary and metastatic liver tumors. World J Surg Oncol 2011;9: Swärd C, Johanson V, Nieveen van Dijkum E, et al. Prolonged survival after hepatic artery embolization in patients with midgut carcinoid syndrome. Br J Surg 2009;96(5): Yao JC, Shah MH, Ito T, et al; RAD001 in Advanced Neuroendocrine Tumors, Third Trial (RADIANT-3) Study Group. Everolimus for advanced pancreatic neuroendocrine tumors. N Engl J Med 2011;364(6): Raymond E, Dahan L, Raoul JL, et al. Sunitinib malate for the treatment of pancreatic neuroendocrine tumors. N Engl J Med 2011;364(6): Kwekkeboom DJ, De Herder WW, Krenning EP. Somatostatin receptor-targeted radionuclide therapy in patients with gastroenteropancreatic neuroendocrine tumors. Endocrinol Metab Clin North Am 2011;40(1):173-85, ix. Ontvangen 5 december 2011, geaccepteerd 27 april

Schildkliernodus Iris Wakelkamp

Schildkliernodus Iris Wakelkamp Schildkliernodus Iris Wakelkamp 30 september 2010 Casus I Vrouw 53 jaar, komt met zwelling rechts in de hals. Ontdekt door de schoonheidspecialiste. Geen klachten passende bij hyperthyreoidie. Familie

Nadere informatie

Neuroendocriene Tumoren in het Pancreas: Hoe behandel je? Els Nieveen van Dijkum, Chirurg AMC 10 januari 2014

Neuroendocriene Tumoren in het Pancreas: Hoe behandel je? Els Nieveen van Dijkum, Chirurg AMC 10 januari 2014 Neuroendocriene Tumoren in het Pancreas: Hoe behandel je? Els Nieveen van Dijkum, Chirurg AMC 10 januari 2014 Presentatie NET - neuroendocriene tumor Pancreas NET Behandeling van pancreas NET Neuroendocriene

Nadere informatie

21. Multipele Endocriene Neoplasie Type 1 (MEN1)

21. Multipele Endocriene Neoplasie Type 1 (MEN1) 21. Multipele Endocriene Neoplasie Type 1 (MEN1) Expert opinion Diagnostische criteria Vaststelling van een mutatie in het MEN1-gen Combinatie van hyperplasie of adenomen van de bijschildklieren, neuroendocriene

Nadere informatie

Intraoperatieve neuromonitoring bij endocriene chirurgie

Intraoperatieve neuromonitoring bij endocriene chirurgie Nieuwe technieken Intraoperatieve neuromonitoring bij endocriene chirurgie Kim Ram, Lyanne Dam, Klaas H. in t Hof en Els J.M. Nieveen van Dijkum Bij schildklieroperaties is letsel van de N. laryngeus recurrens

Nadere informatie

Afdeling Heelkunde, locatie AZU. Operatie voor schildklierkanker (thyreoidectomie)

Afdeling Heelkunde, locatie AZU. Operatie voor schildklierkanker (thyreoidectomie) Afdeling Heelkunde, locatie AZU Operatie voor schildklierkanker (thyreoidectomie) Inhoudsopgave Inleiding 3 De schildklier 4 Schildklierkanker 5 De operatie 6 Na de operatie 7 Mogelijke complicaties 8

Nadere informatie

hoofd- halsaandoeningen in de beste chirurgische handen

hoofd- halsaandoeningen in de beste chirurgische handen hoofd- halsaandoeningen in de beste chirurgische handen Kwaliteit in de behandeling van aandoeningen in het hoofd-halsgebied (n.a.v. de Hoofd-Hals enquête gehouden onder de Nederlandse chirurgen 2005)

Nadere informatie

Beeldvorming bij schildklierpathologie. Erik R. Ranschaert, MD, PhD Radioloog

Beeldvorming bij schildklierpathologie. Erik R. Ranschaert, MD, PhD Radioloog Beeldvorming bij schildklierpathologie Erik R. Ranschaert, MD, PhD Radioloog 2 Inleiding Schildkliernodi: steeds frequenter gediagnosticeerd vnl. door toenemend gebruik van echo -> incidentalomen Frequentie

Nadere informatie

De Volgorde van behandelingen voor NET. W. Demey, medische oncologie AZ KLINA, St Jozef Malle. zondag 12 november 2017

De Volgorde van behandelingen voor NET. W. Demey, medische oncologie AZ KLINA, St Jozef Malle. zondag 12 november 2017 De Volgorde van behandelingen voor NET W. Demey, medische oncologie AZ KLINA, St Jozef Malle zondag 12 november 2017 Inleiding Therapie wordt bepaald door: Ziekte (lokalisatie, uitgebreidheid, differentiatie)

Nadere informatie

9 e Post-O.N.S. Meeting

9 e Post-O.N.S. Meeting 9 e Post-O.N.S. Meeting NOTHING BUT NET Neuro-endocriene tumoren, begrip en nieuwe therapieën. Sandra Bossmann Verpleegkundig specialist UMC St Radboud Niet elk hoefgetrappel is een paard Symptomen van

Nadere informatie

Dutch Lung Surgery Audit (DLSA)

Dutch Lung Surgery Audit (DLSA) Dutch Lung Surgery Audit (DLSA) Beschrijving Dit overzicht toont de kwaliteitsindicatoren welke per 1 april 2014 ontsloten zullen worden in het kader van het getrapte transparantiemodel van DICA. De ontsluiting

Nadere informatie

Mogelijkheden van resectie na chemotherapie bij het pancreascarcinoom. Prof. dr. Marc Besselink Afdeling Chirurgie, AMC Amsterdam

Mogelijkheden van resectie na chemotherapie bij het pancreascarcinoom. Prof. dr. Marc Besselink Afdeling Chirurgie, AMC Amsterdam Mogelijkheden van resectie na chemotherapie bij het pancreascarcinoom Prof. dr. Marc Besselink Afdeling Chirurgie, AMC Amsterdam Amsterdam, 19 Januari 2018 Pancreascarcinoom Slechte prognose (5 jaars-overleving,

Nadere informatie

Aanvraag gegevens ten behoeve van wetenschappelijk onderzoek

Aanvraag gegevens ten behoeve van wetenschappelijk onderzoek Aanvraag gegevens ten behoeve van wetenschappelijk onderzoek Registratie waarvan gegevens worden opgevraagd: DSCA Contactpersoon: Naam: Mw. Drs. J. t Lam - Boer Centrum/ziekenhuis: Radboud umc Adres: Postbus

Nadere informatie

Schildklierkanker. februari 2019

Schildklierkanker. februari 2019 Schildklierkanker februari 2019 Schildklierkanker INHOUD Schildklier Luchtpijp Algemeen 4 Typen schildklierkanker 4 Symptomen 5 Behandeling van schildklierkanker 6 Poliklinische controle na operatie 10

Nadere informatie

Hoe wordt de diagnose gesteld? De diagnose wordt gesteld door de patholoog op basis van bij u afgenomen schildklierweefsel.

Hoe wordt de diagnose gesteld? De diagnose wordt gesteld door de patholoog op basis van bij u afgenomen schildklierweefsel. Schildklierkanker SCHILDKLIERKANKER Bij u is de diagnose schildklierkanker gesteld of een sterk vermoeden hierop. Voordat u verder gaat met lezen is het goed om te weten dat schildklierkanker in de meeste

Nadere informatie

Echogeleide chirurgie voor mammacarcinoom

Echogeleide chirurgie voor mammacarcinoom Echogeleide chirurgie voor mammacarcinoom Een prospectief gerandomiseerd onderzoek N.M.A. Krekel M.H. Haloua M.P. van den Tol S. Meijer Chirurgische oncologie VU Universitair Medisch Centrum Incidentie

Nadere informatie

Galblaascarcinoom. Landelijke richtlijn, Versie: 1.1

Galblaascarcinoom. Landelijke richtlijn, Versie: 1.1 Galblaascarcinoom Landelijke richtlijn, Versie: 1.1 Datum Goedkeuring: 10-05-2004 Methodiek: Consensus based Verantwoording: Landelijke werkgroep GI-tumoren Inhoudsopgave Algemeen...1 Screening...2 Diagnostiek...3

Nadere informatie

Kwaliteitsnormen. Blaascarcinoom

Kwaliteitsnormen. Blaascarcinoom Kwaliteitsnormen Blaascarcinoom Versie 6 September 2018 Achtergrond herziening 2017 De NVU heeft eind 2010 de eerste kwaliteitsnormen blaascarcinoom openbaar gemaakt en deze in 2012 en 2014 herzien. Sinds

Nadere informatie

Lokaal irresectabel pancreascarcinoom: valkuilen bij diagnostiek na chemotherapie. Prof. dr. Marc Besselink HPB chirurg, Amsterdam UMC

Lokaal irresectabel pancreascarcinoom: valkuilen bij diagnostiek na chemotherapie. Prof. dr. Marc Besselink HPB chirurg, Amsterdam UMC Lokaal irresectabel pancreascarcinoom: valkuilen bij diagnostiek na chemotherapie Prof. dr. Marc Besselink HPB chirurg, Amsterdam UMC Casus: hr D Man 64 jaar Trotse opa van 4 kleinkinderen Komt bij u op

Nadere informatie

KWALITEITSINDICATOREN VOOR ONCOLOGIE: INVASIEVE BORSTKANKER ( ) Individueel feedbackrapport Ziekenhuis 75

KWALITEITSINDICATOREN VOOR ONCOLOGIE: INVASIEVE BORSTKANKER ( ) Individueel feedbackrapport Ziekenhuis 75 1 KWALITEITSINDICATOREN VOOR ONCOLOGIE: INVASIEVE BORSTKANKER (2007-2008) Individueel feedbackrapport Ziekenhuis 75 2 1. BESCHRIJVENDE STATISTIEK Tabel 1: Invasieve borstkanker (2007-2008) - Beschrijving

Nadere informatie

KWALITEITSINDICATOREN VOOR ONCOLOGIE: INVASIEVE BORSTKANKER ( ) Individueel feedbackrapport Ziekenhuis 78

KWALITEITSINDICATOREN VOOR ONCOLOGIE: INVASIEVE BORSTKANKER ( ) Individueel feedbackrapport Ziekenhuis 78 1 KWALITEITSINDICATOREN VOOR ONCOLOGIE: INVASIEVE BORSTKANKER (2007-2008) Individueel feedbackrapport Ziekenhuis 78 2 1. BESCHRIJVENDE STATISTIEK Tabel 1: Invasieve borstkanker (2007-2008) - Beschrijving

Nadere informatie

KWALITEITSINDICATOREN VOOR ONCOLOGIE: INVASIEVE BORSTKANKER ( ) Individueel feedbackrapport Ziekenhuis 85

KWALITEITSINDICATOREN VOOR ONCOLOGIE: INVASIEVE BORSTKANKER ( ) Individueel feedbackrapport Ziekenhuis 85 1 KWALITEITSINDICATOREN VOOR ONCOLOGIE: INVASIEVE BORSTKANKER (2007-2008) Individueel feedbackrapport Ziekenhuis 85 2 1. BESCHRIJVENDE STATISTIEK Tabel 1: Invasieve borstkanker (2007-2008) - Beschrijving

Nadere informatie

KWALITEITSINDICATOREN VOOR ONCOLOGIE: INVASIEVE BORSTKANKER ( ) Individueel feedbackrapport Ziekenhuis 16

KWALITEITSINDICATOREN VOOR ONCOLOGIE: INVASIEVE BORSTKANKER ( ) Individueel feedbackrapport Ziekenhuis 16 1 KWALITEITSINDICATOREN VOOR ONCOLOGIE: INVASIEVE BORSTKANKER (2007-2008) Individueel feedbackrapport Ziekenhuis 16 2 1. BESCHRIJVENDE STATISTIEK Tabel 1: Invasieve borstkanker (2007-2008) - Beschrijving

Nadere informatie

Aandeel van patiënten met invasieve borstkanker waarbij een ER, PR en/of HER2 statusbepaling werd uitgevoerd vóór enige systemische behandeling

Aandeel van patiënten met invasieve borstkanker waarbij een ER, PR en/of HER2 statusbepaling werd uitgevoerd vóór enige systemische behandeling Status bepaling: 99,4% Aandeel van patiënten met invasieve borstkanker waarbij een ER, PR en/of HER2 statusbepaling werd uitgevoerd vóór enige systemische behandeling Vóór het starten van de behandeling

Nadere informatie

KWALITEITSINDICATOREN VOOR ONCOLOGIE: BORSTKANKER Fase 1: validatie van de individuele resultaten Ziekenhuis 86

KWALITEITSINDICATOREN VOOR ONCOLOGIE: BORSTKANKER Fase 1: validatie van de individuele resultaten Ziekenhuis 86 1 KWALITEITSINDICATOREN VOOR ONCOLOGIE: BORSTKANKER Fase 1: validatie van de individuele resultaten Ziekenhuis 86 2 1. BESCHRIJVENDE STATISTIEK Tabel 1: Invasieve borstkanker en ductaal carcinoma in situ

Nadere informatie

Indicatorenrapportage Ziekenhuis: Rijnstate Ziekenhuis Jaar: 2018 Totaal aantal ingevoerde patiënten

Indicatorenrapportage Ziekenhuis: Rijnstate Ziekenhuis Jaar: 2018 Totaal aantal ingevoerde patiënten De inhoud van de basis- en indicatorenrapportages is onderhevig aan updates en aanpassingen. In dit logboek kunt u per registratie de wijzigingen in de rapportages terugvinden tot en met het vorige kalenderjaar.

Nadere informatie

Disclosure belangen sprekers

Disclosure belangen sprekers Disclosure belangen sprekers Francien van Nederveen, patholoog PAL Dordrecht Mariette Schoofs, internist-endocrinoloog Albert Event, Albert Schweizer ziekenhuis, 19 maart 2014 (potentiële) belangenverstrengeling

Nadere informatie

longcarcinoom: stadiëring en behandeling

longcarcinoom: stadiëring en behandeling Hoe actueel is de CBO richtlijn? Niet-kleincellig longcarcinoom: stadiëring en behandeling Prof. dr. Harry J.M. Groen UMCG Groningen Wat moet er veranderen? TBNA? Plaats van EUS-FNA? Plaats van EBUS-FNA?

Nadere informatie

Gastroentero-pancreatische neuro-endocriene tumoren. 25 september 2010 Ermelo, de Dialoog Wim Meijer

Gastroentero-pancreatische neuro-endocriene tumoren. 25 september 2010 Ermelo, de Dialoog Wim Meijer Gastroentero-pancreatische neuro-endocriene tumoren 25 september 2010 Ermelo, de Dialoog Wim Meijer GEP NET inleiding nieuwe behandelmethoden voeding GEP NET inleiding nieuwe behandelmethoden voeding

Nadere informatie

Factsheet Indicatoren Longcarcinoom (DLCA) 2017 Start DLCA-S: 2012 (/2015 voor alle cardiothoracale centra) Start DLCA-R: 2013 Start DLCA-L: 2016

Factsheet Indicatoren Longcarcinoom (DLCA) 2017 Start DLCA-S: 2012 (/2015 voor alle cardiothoracale centra) Start DLCA-R: 2013 Start DLCA-L: 2016 Factsheet en Longcarcinoom (DLCA) 2017 Start DLCA-S: 2012 (/2015 voor alle cardiothoracale centra) Start DLCA-R: 2013 Start DLCA-L: 2016 Inclusie en exclusie criteria DLCA-S Inclusie Alle chirurgische

Nadere informatie

Zorgpad MEN1 syndroom. Informatie voor patiënten

Zorgpad MEN1 syndroom. Informatie voor patiënten Zorgpad MEN1 syndroom Informatie voor patiënten Dit Zorgpad MEN1 syndroom, informatie voor patiënten, is tot stand gekomen met medewerking van: Belangengroep M.E.N. drs. C.R.C. Pieterman, M. Aarts bestuur

Nadere informatie

Less is More, More is Better?

Less is More, More is Better? Less is More, More is Better? Concentratie en Regionalisatie van zorg voor de patiënt met slokdarm- en maagkanker: Chirurgisch Perspectief Grard Nieuwenhuijzen, Chirurg PP-ON-NL-0011 Disclosures Medtronic:

Nadere informatie

Borstkanker indicatoren - Resultaten voor

Borstkanker indicatoren - Resultaten voor Borstkanker indicatoren - Resultaten voor 2009-2011 AZ Sint-Jozef Malle maakt samen met AZ Klina Brasschaat deel uit van de Borstkliniek Voorkempen. Recent werden vanuit het Vlaams Indicatoren Project

Nadere informatie

Dutch Surgical Colorectal Audit (DSCA)

Dutch Surgical Colorectal Audit (DSCA) Dutch Surgical Colorectal Audit (DSCA) Beschrijving Dit overzicht toont de kwaliteitsindicatoren welke per 1 april 2014 ontsloten zullen worden in het kader van het getrapte transparantiemodel van DICA.

Nadere informatie

Van Poliep naar colorectaal carcinoom. P. Didden Maag-Darm-Leverarts UMC Utrecht

Van Poliep naar colorectaal carcinoom. P. Didden Maag-Darm-Leverarts UMC Utrecht Van Poliep naar colorectaal carcinoom P. Didden Maag-Darm-Leverarts UMC Utrecht Anatomie van de dikke darm APC mutation drives adenoma formation Poliep in het rectum 85% of the CRC develop through the

Nadere informatie

Cover Page. Author: Dikken, Johannes Leen Title: Gastric cancer : staging, treatment, and surgical quality assurance Issue Date:

Cover Page. Author: Dikken, Johannes Leen Title: Gastric cancer : staging, treatment, and surgical quality assurance Issue Date: Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/19858 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Dikken, Johannes Leen Title: Gastric cancer : staging, treatment, and surgical

Nadere informatie

Factsheet Indicatoren NABON Breast Cancer Audit (NBCA) 2016

Factsheet Indicatoren NABON Breast Cancer Audit (NBCA) 2016 Factsheet en NABON Breast Cancer Audit (NBCA) 2016 Registratie gestart: 2009 Inclusie en exclusie criteria Inclusie Primaire mammacarcinomen waarbij de volgende tumorsoorten geïncludeerd worden: Alle tumorstadia,

Nadere informatie

Factsheet Indicatoren Slokdarm- en maagcarcinoom (DUCA)

Factsheet Indicatoren Slokdarm- en maagcarcinoom (DUCA) Factsheet en Slokdarm- en maagcarcinoom (DUCA) DUCA 2015 [ ; 05-11- 2015] Registratie gestart: 2011 pagina 1 van 15 Nr. Type Uitvraag over Bron WV indicator (jaar) 2. Aantal geopereerde patiënten met een

Nadere informatie

Basisbegrippen Oncologie

Basisbegrippen Oncologie Basisbegrippen Oncologie Tumor afmeting Diagnose periode Behandel periode Preventie/interventie periode Invasie interventie Tijd Detectie drempel Van normale naar kankercel Normale cel Van celkern naar

Nadere informatie

Pag. 2. Welk vervolgbeleid dient te worden verbonden aan een benigne cytologische diagnose?

Pag. 2. Welk vervolgbeleid dient te worden verbonden aan een benigne cytologische diagnose? Resultaten knelpunteninventarisatie onder professionals d.d. 06 juni 2012 Richtlijn Schildkliercarcinoom Leeswijzer 1. Enquête verzending en openstelling 1 2. Respons en respondenten 3 3. Prioritering

Nadere informatie

Ontwikkelingen bij de chirurgie van het slokdarm- en maagcarcinoom

Ontwikkelingen bij de chirurgie van het slokdarm- en maagcarcinoom Ontwikkelingen bij de chirurgie van het slokdarm- en maagcarcinoom Mark I. van Berge Henegouwen Chirurg, slokdarm en maagchirurgie Amsterdam UMC, locatie AMC GIOCA GE oncologisch congres, AMC 18 jan 2019

Nadere informatie

Vier patiënten met een incidentaloom van de schildklier bij fluor-18-deoxyglucose-positronemissietomografie (FDG-PET)

Vier patiënten met een incidentaloom van de schildklier bij fluor-18-deoxyglucose-positronemissietomografie (FDG-PET) Patiënt B was een 81-jarige vrouw bij wie FDG-PET-scintigrafie werd verricht ter analyse van een longhaard in de rechter onderkwab. Naast toegenomen opname in de longafwijking werd er ook een diffuus sterk

Nadere informatie

Factsheet Indicatoren Longcarcinoom (DLCA) 2017 Start DLCA-S: 2012 (/2015 voor alle cardiothoracale centra) Start DLCA-R: 2013 Start DLCA-L: 2016

Factsheet Indicatoren Longcarcinoom (DLCA) 2017 Start DLCA-S: 2012 (/2015 voor alle cardiothoracale centra) Start DLCA-R: 2013 Start DLCA-L: 2016 Factsheet en Longcarcinoom (DLCA) 2017 Start DLCA-S: 2012 (/2015 voor alle cardiothoracale centra) Start DLCA-R: 2013 Start DLCA-L: 2016 Versie beheer: Datum Versie Mutatie Eigenaar 30-07-2016 2017.1 Aanpassingen

Nadere informatie

Diagnostiek van de schildkliernodus: een evaluatie van de IKN-richtlijn uit 2000

Diagnostiek van de schildkliernodus: een evaluatie van de IKN-richtlijn uit 2000 Diagnostiek van de schildkliernodus: een evaluatie van de IKN-richtlijn uit 2000 Diagnostics of the thyroid gland node: an evaluation of the IKN guidelines from 2000 Auteurs Trefwoorden Key words E.J.

Nadere informatie

Richtlijn voor diagnostiek en behandeling van een onbekende primaire tumor in het hoofd-halsgebied: Unknown Primary

Richtlijn voor diagnostiek en behandeling van een onbekende primaire tumor in het hoofd-halsgebied: Unknown Primary VII Richtlijn voor diagnostiek en behandeling van een onbekende primaire tumor in het hoofd-halsgebied: Unknown Primary naar Algemeen 538 Epidemiologie 538 1. Screening 538 2. Diagnostiek 538 2.1 Anamnese

Nadere informatie

NEDERLANDSE SAMENVATTING

NEDERLANDSE SAMENVATTING NEDERLANDSE SAMENVATTING Nederlandse Samenvatting 195 NEDERLANDSE SAMENVATTING DEEL I Evaluatie van de huidige literatuur De stijgende incidentie van slokdarmkanker zal naar verwachting continueren in

Nadere informatie

5.4 Gastro-intestinaal

5.4 Gastro-intestinaal 5.4 Gastro-intestinaal 5.4.1 Indicator: Deelname aan de Dutch UpperGI Cancer Audit (DUCA) De mortaliteit en morbiditeit van de chirurgische behandeling van slokdarmkanker heeft de laatste jaren veel aandacht

Nadere informatie

Afdeling Heelkunde, locatie AZU. Schildklieroperatie (thyreoidectomie)

Afdeling Heelkunde, locatie AZU. Schildklieroperatie (thyreoidectomie) Afdeling Heelkunde, locatie AZU Schildklieroperatie (thyreoidectomie) Inleiding Deze brochure geeft u informatie over operaties aan de schildklier. Informatie over aandoeningen waarvoor een schildklieroperatie

Nadere informatie

Zorgpad MEN1 syndroom Informatie voor patiënten

Zorgpad MEN1 syndroom Informatie voor patiënten Zorgpad MEN1 syndroom Informatie voor patiënten Inhoudsopgaven Hoofdstuk 1: Inleiding blz. 3 Hoofdstuk 2: Wat is het MEN1 syndroom? blz. 4 Hoofdstuk 3: Diagnostiek naar het MEN1 syndroom blz. 4 Hoofdstuk

Nadere informatie

Factsheet Indicatoren Longcarcinoom (DLSA-DLRA) 2016

Factsheet Indicatoren Longcarcinoom (DLSA-DLRA) 2016 Factsheet en Longcarcinoom (DLSA-DLRA) 2016 Inclusie en exclusie criteria DLSA Inclusie Alle chirurgische thoracale (thoraxwand, pleurale, long en mediastinale) ingrepen, in te delen in: Resecties bij

Nadere informatie

De indicatoren omtrent borstkanker, die in kader van het VIP²-project worden opgevolgd zijn :

De indicatoren omtrent borstkanker, die in kader van het VIP²-project worden opgevolgd zijn : Indicatoren VIP²-project Oncologie In België is, net als in Europa, borstkanker de meest voorkomende oorzaak van overlijden door kanker bij vrouwen (20,6 % van alle overlijdens ingevolge kanker). In 2009

Nadere informatie

Informatie over. Neuro Endocriene Tumoren. neuro-endocriene tumoren (NET) elke NET is anders. patiëntenfolder Stichting NET-groep www.net-kanker.

Informatie over. Neuro Endocriene Tumoren. neuro-endocriene tumoren (NET) elke NET is anders. patiëntenfolder Stichting NET-groep www.net-kanker. NET-groep Neuro Endocriene Tumoren elke NET is anders Informatie over neuro-endocriene tumoren (NET) patiëntenfolder Stichting NET-groep www.net-kanker.nl 1 Deze folder gaat over NET graad 1 en NET graad

Nadere informatie

Casus Keuzes in de behandeling van slokdarmkanker

Casus Keuzes in de behandeling van slokdarmkanker Casus Keuzes in de behandeling van slokdarmkanker Prof. dr. Mark van Berge Henegouwen, chirurg Dr. W.J. Eshuis, chirurg L. Noteboom, verpleegkundig specialist Amsterdam UMC, locatie AMC 8 e Inhoud Presentatie

Nadere informatie

Casus: Lokaal gevorderd Pancreascarcinoom (LAPC) Olivier Busch HPB Chirurg, AMC Amsterdam Voorzitter DPCG

Casus: Lokaal gevorderd Pancreascarcinoom (LAPC) Olivier Busch HPB Chirurg, AMC Amsterdam Voorzitter DPCG Casus: Lokaal gevorderd Pancreascarcinoom (LAPC) Olivier Busch HPB Chirurg, AMC Amsterdam Voorzitter DPCG no disclosures Olivier Busch HPB Chirurg, AMC Amsterdam Voorzitter DPCG Pancreascarcinoom Slechte

Nadere informatie

Somatostatine. Het gebruik van somatostatine analogen in de behandeling van Neuro Endocriene Tumoren. Marc De Man 29/11/2015

Somatostatine. Het gebruik van somatostatine analogen in de behandeling van Neuro Endocriene Tumoren. Marc De Man 29/11/2015 Somatostatine Het gebruik van somatostatine analogen in de behandeling van Neuro Endocriene Tumoren Marc De Man 29/11/2015 DIGESTIEF ONCOLOOG PATHOLOOG RADIOLOOG NET NUCLEARIST CHIRURG 2 MEDICATIE APD

Nadere informatie

Pien de Haas en John de Klerk nucleair geneeskundigen Meander Medisch Centrum Amersfoort. 2e Mammacongres 28 januari 2011 Harderwijk

Pien de Haas en John de Klerk nucleair geneeskundigen Meander Medisch Centrum Amersfoort. 2e Mammacongres 28 januari 2011 Harderwijk Pien de Haas en John de Klerk nucleair geneeskundigen Meander Medisch Centrum Amersfoort 2e Mammacongres 28 januari 2011 Harderwijk Siemens Biograph true point PET/CT 40 slice Sinds 21 januari 2011 Sinds

Nadere informatie

Factsheet Indicatoren Slokdarm- en maagcarcinoom (DUCA)

Factsheet Indicatoren Slokdarm- en maagcarcinoom (DUCA) Factsheet en Slokdarm- en maagcarcinoom (DUCA) DUCA 2014 [2.5; 14-11- 2014] Registratie gestart: 2011 Nr. Type Uitvraag over Bron indicator (jaar) 1. Aantal nieuwe patiënten met een slokdarm- of maagcarcinoom.

Nadere informatie

De indicatoren over borstkanker, die in kader van het VIP²-project worden opgevolgd zijn:

De indicatoren over borstkanker, die in kader van het VIP²-project worden opgevolgd zijn: Indicatoren VIP²-project Oncologie In België is, net als in Europa, borstkanker de meest voorkomende oorzaak van overlijden door kanker bij vrouwen (20,6 % van alle overlijdens ingevolge kanker). In 2009

Nadere informatie

Operatie aan de schildklier (strumectomie of thyreoïdectomie) Patiënteninformatie

Operatie aan de schildklier (strumectomie of thyreoïdectomie) Patiënteninformatie Patiënteninformatie Operatie aan de schildklier (strumectomie of thyreoïdectomie) Informatie over het geheel of gedeeltelijke verwijderen van de schildklier Operatie aan de schildklier (strumectomie of

Nadere informatie

graad mitotische activiteit/10 hpf Ki67 index G1 <2 <2% G G3 >20 >20

graad mitotische activiteit/10 hpf Ki67 index G1 <2 <2% G G3 >20 >20 NEURO-ENDOCRIENE TUMOREN 1. Algemeen: Goed gedifferentieerde neuro-endocriene tumor: vroeger "carcinoïd". Goed gedifferentieerd carcinoma: "atypisch carcinoïd". Exclusief appendix. Opmerking: hooggradige

Nadere informatie

Kenmerken Overervingspatroon: Autosomaal dominant, penetrantie vrijwel 100% Prevalentie: 1% van alle gevallen van colorectaal carcinoom (CRC)

Kenmerken Overervingspatroon: Autosomaal dominant, penetrantie vrijwel 100% Prevalentie: 1% van alle gevallen van colorectaal carcinoom (CRC) 10. Familiaire Adenomateuze Polyposis (FAP) APC-geassocieerde Adenomateuze Polyposis Richtlijn 2015 Diagnostische criteria Vaststelling van een mutatie in het APC-gen Op klinische gronden kunnen twee typen

Nadere informatie

Bloedafname CAIRO5. Coördinerend Radiologen: Dr. K. van Lienden, Dr. M Engelbrecht, afdeling Radiologie, AMC Amsterdam

Bloedafname CAIRO5. Coördinerend Radiologen: Dr. K. van Lienden, Dr. M Engelbrecht, afdeling Radiologie, AMC Amsterdam Bloedafname CAIRO5 Een gerandomiseerde fase 3 studie naar behandelingsstrategieën voor patiënten met dikke darmkanker met metastasen in alleen de lever, welke (nog) niet in aanmerking komen voor chirurgische

Nadere informatie

11 april Annemarie Haverhals Leider programma

11 april Annemarie Haverhals Leider programma 11 april 2017 VBHC@Santeon Annemarie Haverhals Leider VBHC@Santeon programma Santeon: zeven topklinische ziekenhuizen 2 Samen circa 13% van nationale zorg 2,56 miljard omzet 26.600 werknemers 1580 medisch

Nadere informatie

Radiofrequente ablatie van lokaal doorgegroeide alvleesklierkanker

Radiofrequente ablatie van lokaal doorgegroeide alvleesklierkanker Radiofrequente ablatie van lokaal doorgegroeide alvleesklierkanker lokale verbranding van de alvleeskliertumor Doel Het doel van de studie is te onderzoeken of radiofrequente ablatie (RFA) gevolgd door

Nadere informatie

J. Mamma aandoeningen. Inhoudsopgave 01 J 02 J 03 J 04 J 05 J 06 J 07 J 08 J 09 J 10 J 11 J 12 J 13 J 14 J 15 J 16 J 17 J 18 J 19 J

J. Mamma aandoeningen. Inhoudsopgave 01 J 02 J 03 J 04 J 05 J 06 J 07 J 08 J 09 J 10 J 11 J 12 J 13 J 14 J 15 J 16 J 17 J 18 J 19 J J. Mamma aandoeningen nhoudsopgave 1 J 2 J 3 J 4 J 5 J 6 J 7 J 8 J 9 J 1 J 11 J 12 J 13 J 14 J 15 J 16 J 17 J 18 J 19 J Screening: vrouwen jonger dan 4 jaar zonder genetisch risico... 1 Screening: vrouwen

Nadere informatie

Factsheet NABON Breast Cancer Audit (NBCA)

Factsheet NABON Breast Cancer Audit (NBCA) Factsheet NABON Breast Cancer Audit () [1.0.; 15-09-] Registratie gestart: 2011 Als algemene voorwaarde voor het meenemen van een patiënt in de berekening van de kwaliteitsindicatoren is gesteld dat ten

Nadere informatie

Schildklierknobbel (Schildkliernodus) februari 2019

Schildklierknobbel (Schildkliernodus) februari 2019 Schildklierknobbel (Schildkliernodus) februari 2019 Schildklierknobbel (Schildkliernodus) INHOUD Schildklier Algemeen 4 Klachten 4 Onderzoek 4 Uitslag na de punctie 8 Behandeling van een goedaardige schildkliernodus

Nadere informatie

NABON Breast Cancer Audit (NBCA)

NABON Breast Cancer Audit (NBCA) NABON Breast Cancer Audit (NBCA) Beschrijving Dit overzicht toont de kwaliteitsindicatoren welke per 1 april 2014 ontsloten zullen worden in het kader van het getrapte transparantiemodel van DICA. De ontsluiting

Nadere informatie

Bloedafname CAIRO5. Coördinerend Radiologen: Dr. K. van Lienden, Dr. M Engelbrecht, afdeling Radiologie, AMC Amsterdam

Bloedafname CAIRO5. Coördinerend Radiologen: Dr. K. van Lienden, Dr. M Engelbrecht, afdeling Radiologie, AMC Amsterdam Bloedafname CAIRO5 Een gerandomiseerde fase 3 studie naar behandelingsstrategieën voor patiënten met dikke darmkanker met metastasen in alleen de lever, welke (nog) niet in aanmerking komen voor chirurgische

Nadere informatie

Nederlandse introductie en samenvatting voor niet-ingewijden

Nederlandse introductie en samenvatting voor niet-ingewijden Nederlandse introductie en samenvatting voor niet-ingewijden 157 Introductie In de Westerse wereld is het aantal mensen dat slokdarmkanker krijgt de laatste jaren sterk toegenomen. In 1989 werd de diagnose

Nadere informatie

Goede zorg voor de bijnierpatiënt. Charlotte Krol Internist-endocrinoloog

Goede zorg voor de bijnierpatiënt. Charlotte Krol Internist-endocrinoloog Goede zorg voor de bijnierpatiënt Charlotte Krol Internist-endocrinoloog Programma 14:00 Goede zorg voor de bijnierpatiënt mw. dr. C.G. Krol, internist-endocrinoloog 14:15 Goede zorg & het EPD dr. S.W.

Nadere informatie

Pancreaspathologie: als een klein verscholen orgaan zich van zijn slechtste kant laat zien

Pancreaspathologie: als een klein verscholen orgaan zich van zijn slechtste kant laat zien Pancreaspathologie: als een klein verscholen orgaan zich van zijn slechtste kant laat zien Erwin van Geenen, Maag-Darm-Lever-arts Marion van der Kolk, Chirurg Pancreas Centrum Oost Nederland Nijmegen Het

Nadere informatie

Dutch Upper GI Cancer Audit (DUCA)

Dutch Upper GI Cancer Audit (DUCA) Dutch Upper GI Cancer Audit (DUCA) Beschrijving Dit overzicht toont de kwaliteitsindicatoren welke per 1 april 2014 ontsloten zullen worden in het kader van het getrapte transparantiemodel van DICA. De

Nadere informatie

Saffire Phoa. CT voor preoperatieve stagering van het pancreascarcinoom

Saffire Phoa. CT voor preoperatieve stagering van het pancreascarcinoom Saffire Phoa CT voor preoperatieve stagering van het pancreascarcinoom Pancreascarcinoom heeft een zeer slechte prognose, en de enige kans op curatie is een resectie van de tumor. Hoewel de mortaliteit

Nadere informatie

Factsheet Indicatoren NABON Breast Cancer Audit (NBCA) NBCA 2015 [2015.3.ZIN besluit verwerkt; 05-11- 2015]

Factsheet Indicatoren NABON Breast Cancer Audit (NBCA) NBCA 2015 [2015.3.ZIN besluit verwerkt; 05-11- 2015] Factsheet en NABON Breast Cancer Audit () 2015 [2015.3.ZIN besluit verwerkt; 05112015] Inclusiecriteria Nabon Breast Cancer Audit Inclusie Alle primaire invasieve mammacarcinomen volgens de WHO classificatie

Nadere informatie

Oesophaguscarcinoom Chirurgische Behandeling. Sylvia van der Horst, PA chirurgie Maart 2019

Oesophaguscarcinoom Chirurgische Behandeling. Sylvia van der Horst, PA chirurgie Maart 2019 Oesophaguscarcinoom Chirurgische Behandeling Sylvia van der Horst, PA chirurgie Maart 2019 Anatomie oesophagus/ maag Symptomen oesophaguscarcinoom Diagnostiek Behandeling oesophaguscarcinoom Postoperatieve

Nadere informatie

Factsheet Indicatoren NABON Breast Cancer Audit (NBCA) 2017

Factsheet Indicatoren NABON Breast Cancer Audit (NBCA) 2017 Factsheet en NABON Breast Cancer Audit (NBCA) 2017 Registratie gestart: 2009 Datum Versie Mutatie Eigenaar 23-10-2017 2017.1 Vrijwillig/ verplicht toegevoegd DICA 27-11-2017 2017.2 Schrappen van indicatoren

Nadere informatie

Wat is primair hyperaldosteronisme? water- en zouthuishouding verhoogde bloeddruk en een laag gehalte aan kalium.

Wat is primair hyperaldosteronisme? water- en zouthuishouding verhoogde bloeddruk en een laag gehalte aan kalium. bijniernet Bijniernet Wat is primair hyperaldosteronisme? water- en zouthuishouding verhoogde bloeddruk en een laag gehalte aan kalium. Klachten PHA De meest voorkomende klachten en verschijnselen bij

Nadere informatie

Neuro-endocriene pancreastumoren. Menno Vriens Endocrien chirurg UMC Utrecht Cancer Center

Neuro-endocriene pancreastumoren. Menno Vriens Endocrien chirurg UMC Utrecht Cancer Center Neuro-endocriene pancreastumoren Menno Vriens Endocrien chirurg UMC Utrecht Cancer Center Epidemiologie pnets 1-3% van pancreas tumoren Incidentie:

Nadere informatie

B. Hals (weke delen) Voor cervicale wervelkolom, zie rubrieken C en K. Inhoudsopgave 01 B 02 B 03 B 04 B 05 B 06 B 07 B 08 B 09 B 10 B 11 B 12 B 13 B

B. Hals (weke delen) Voor cervicale wervelkolom, zie rubrieken C en K. Inhoudsopgave 01 B 02 B 03 B 04 B 05 B 06 B 07 B 08 B 09 B 10 B 11 B 12 B 13 B B. Hals (weke delen) Voor cervicale wervelkolom, zie rubrieken C en K Inhoudsopgave 1 B 2 B 3 B 4 B 5 B 6 B 7 B 8 B 9 B 1 B 11 B 12 B 13 B Palpabele schildkliernoduli en euthyreotische struma... 1 Lange

Nadere informatie

Verplichte indicatoren die moeten worden aangeleverd aan Zorginstituut Nederland

Verplichte indicatoren die moeten worden aangeleverd aan Zorginstituut Nederland Zorginstituut Nederland Kwaliteitsinstituut Eekholt 4 1112 XH Diemen Postbus 320 1110 AH Diemen www.zorginstituutnederland.nl T +31 (0)20 797 89 20 Transparantiekalender@zinl.nl Oplegger indicatorenset

Nadere informatie

10 e NKI AvL Mammasymposium

10 e NKI AvL Mammasymposium 10 e NKI AvL Mammasymposium Een decennium lokalisatie van het niet palpabele mammacarcinoom M.T.F.D. Vrancken Peeters, Chirurg Netherlands Cancer Institute Antoni van Leeuwenhoek Hospital Amsterdam, The

Nadere informatie

Neuro Endocriene Tumoren (NET)

Neuro Endocriene Tumoren (NET) Neuro Endocriene Tumoren (NET) Synoniemen Carcinoïd syndroom Neuro-endocriene tumoren (NET) Wat zijn neuro-endocriene tumoren (NET)? NET zijn zeldzame tumoren die hun oorsprong hebben in het neuro-endocriene

Nadere informatie

Behandelwijzer kwaadaardige poliepen.

Behandelwijzer kwaadaardige poliepen. Behandelwijzer kwaadaardige poliepen www.nwz.nl Inhoud 1 Waarom deze behandelwijzer? 3 2 Het behandelteam 4 3 Een kwaadaardige poliep in de darmen 5 4 Controles 8 5 Registratie van kanker 9 6 Meer informatie,

Nadere informatie

Samenvatting. Samenvatting

Samenvatting. Samenvatting Samenvatting Dikkedarmkanker is een groot gezondheidsprobleem in Nederland. Het is de derde meest voorkomende vorm van kanker bij mannen en de tweede meest voorkomende vorm van kanker bij vrouwen. In 2008

Nadere informatie

Responsevaluatie met 3T-DWI-MRI na inductie met FOLFIRINOX chemotherapie bij lokaal gevorderd PDAC (IMAGE-MRI)

Responsevaluatie met 3T-DWI-MRI na inductie met FOLFIRINOX chemotherapie bij lokaal gevorderd PDAC (IMAGE-MRI) Responsevaluatie met 3T-DWI-MRI na inductie met FOLFIRINOX chemotherapie bij lokaal gevorderd PDAC (IMAGE-MRI) Eran van Veldhuisen, Bengt van Rijssen, Remy Klaassen, Yung Nio, Hanneke Wilmink, Krijn Van

Nadere informatie

Disseminatiediagnostiek bij locoregionaal recidief van mammacarcinoom: klinische praktijk en perspectief voor PET

Disseminatiediagnostiek bij locoregionaal recidief van mammacarcinoom: klinische praktijk en perspectief voor PET Disseminatiediagnostiek bij locoregionaal recidief van mammacarcinoom: klinische praktijk en perspectief voor PET F.J. van Oost 1, J.J.M. van der Hoeven 2,3, O.S. Hoekstra 3, A.C. Voogd 1,4, J.W.W. Coebergh

Nadere informatie

Factsheet Indicatoren NABON Breast Cancer Audit (NBCA) 2018

Factsheet Indicatoren NABON Breast Cancer Audit (NBCA) 2018 Factsheet en NABON Breast Cancer Audit (NBCA) 2018 NBCA 2018.3 Registratie gestart: 2009 Datum Versie Mutatie Eigenaar 01-07-2016 2017.1 Aanpassingen conform indicatorendagen juli DICA 2016. Verwijderen

Nadere informatie

Inhoud. Woord vooraf 14. Redactionele verantwoording 16. Redactie 20. Auteurs 22

Inhoud. Woord vooraf 14. Redactionele verantwoording 16. Redactie 20. Auteurs 22 Inhoud Woord vooraf 14 Redactionele verantwoording 16 Redactie 20 Auteurs 22 1 Ademhaling 24 1.1 COPD 24 1.1.1 Inleiding 24 1.1.2 COPD en longemfyseem 25 1.1.3 Behandeling van COPD 29 1.1.4 Multidisciplinaire

Nadere informatie