Inhoudsopgave. AthenaSummary Universiteit van Amsterdam Faculteit der Rechtsgeleerdheid Bachelorjaar 1
|
|
- Ferdinand van der Zee
- 7 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 AthenaSummary Universiteit van Amsterdam Faculteit der Rechtsgeleerdheid Bachelorjaar 1 Constitutioneel recht Supplement: - week 6: Werkcollege- & werkgroepsverslagen - week 7: Werkcollege- & werkgroepsverslagen Inhoudsopgave WEEK 6 VERHOUDING NATIONAAL EN INTERNATIONAAL & EUROPEES RECHT... 2 WERKCOLLEGE Aantekeningen Opdrachten... 4 WERKGROEP Opdrachten... 6 WEEK 7 RECHTER, RECHTSBESCHERMING & TOETSING... 8 WERKCOLLEGE Aantekeningen Opdrachten Casus Bloemrijke optocht WERKGROEP Casus Geen Chocola In ons streven naar perfectie zetten wij alles op alles om een volledige samenvatting beschikbaar te stellen. Mochten wij onverhoopt toch punten over het hoofd hebben gezien of verkeerd hebben genoteerd, schroom dan niet dat terstond te melden. Dit geldt voor alle op- en aanmerkingen. Onze klachtenlijn is te vinden op
2 Week 6 Verhouding nationaal en internationaal & Europees recht Werkcollege Aantekeningen Bronnen van het internationaal recht A. Internationaal gewoonterecht B. Verdragen C. Besluiten van volkenrechtelijke internationale organisaties (voorbeeld: VN, NAVO, EU) II. Totstandkoming van (binding aan) verdragen 1. Begint met onderhandelingen over de verdragstekst. Dit gebeurt door de regeringen of regeringsvertegenwoordigers. 2. De tekst van het verdrag wordt gesloten. Een handtekening onder het tekst van het verdrag wordt gezet (= vaststellen). Gebeurt door de regering(vertegenwoordigers). 3. In Nederland wordt een verdrag gepubliceerd in het Tractatenblad (zie art. 16 RGBV). 4. NL: goedkeuring verdragen geschiedt door de Staten- Generaal (zie art. 91 lid 1 en lid 2 Gw + RGBV). Art. 91 lid 1: verdragen moeten eerst worden goedgekeurd voordat ze gelding hebben. De goedkeuring kan uitdrukkelijk of stilzwijgend gegeven worden. Uitdrukkelijk: zie art. 4 RGBV, dit geschiedt door de wet in formele zin. Het parlement kan een goedkeuring van een verdrag alleen maar aanvaarden of verwerpen (niet wijzigen). Stilzwijgend: zie art. 5 RGBN, hieruit blijkt dat een verdrag wordt voorgelegd door de regering aan de Tweede Kamer. Als de Tweede Kamer binnen 30 dagen niet om uitdrukkelijke goedkeuring eisen, wordt het verdrag binnen 30 dagen stilzwijgend goedgekeurd. Ongrondwettig verdrag: bepaalde verdragen moeten altijd goedgekeurd worden, zie art. 91 lid 3. Dit verdragen ongrondwettig zijn, zie art. 6 RGBV. Een verdrag in strijd met de Grondwet moet worden aanvaard door 2/3 van de meerderheid van de Tweede Kamer. Geen goedkeuring: er zijn ook verdragen die geen goedkeuring nodig hebben, zie art. 91 lid 1. In art. 7 RGBV wordt dit nader uitgewerkt. Het gaat hier om de minder belangrijke verdragen. 5. Ratificatie/Bekrachtiging door de regering. 6. Inwerkingtreding verdrag: dan pas volle gebondenheid Verhouding nationale internationale rechtsorde Er zijn twee opvattingen, namelijk het monisme en dualisme. Monisme: er is sprake van één rechtsorde. Internationaal recht maakt deel uit van de nationale rechtsorde. Geen transformatie van het internationale recht naar het nationale recht is vereist. Gevolgen: - Directe werking internationaal recht. De rechter kan het internationaal recht direct toepassen en burgers kunnen zich beroepen op de direct werkende bepaling. 2
3 - Status in de nationale rechtsorde Dit is variabel: A. Idealiter: voorrang van internationaal recht, zelfs op de Gw; Dit geldt bijvoorbeeld in Nederland. B. In andere landen kan het internationaal recht voorrang op de wet in formele zin hebben, maar niet op de Grondwet. Dualisme: er is sprake van twee gescheiden rechtsorde. Transformatie van het internationaal recht is vereist voordat het toegepast kan worden in de nationale rechtsorde. Internationaal recht kan dus niet direct werken. Het kan alleen in werking treden als het door de formele wetgever wordt omgezet (transformatie). Deze transformatie wordt door middel van een wet in formele zin geschiedt. Gevolgen: - - Rechter kan het internationaal recht niet toepassen (behoudens transformatie). Status in nationale rechtsorde: A. Geen, indien geen transformatie. B. Na transformatie: zelfde status als wet in formele zin in het nationaal recht. Het internationaal recht geeft de staten de vrijheid om te kiezen of ze het monisme of het dualisme willen toepassen. Verhouding geschreven internationaal recht (= verdragen en besluiten v.o.) en Nederlands recht op grond van art. 93/94 Gw Nederland is monistisch op basis van het internationaal recht. Verdragen maken deel uit van onze rechtsorde zonder transformatie, dit blijkt uit het Grenstactraat Aken arrest. Grenstactraat Aken arrest Een boer vervoert naar het buitenland en krijgt een boete, omdat hij geen papieren bij zich had. De boer beroept zich op basis van een internationaal verdrag. Hieruit blijkt dat hij geen papieren nodig heeft voor het vervoeren. Uit het oordeel van de HR blijkt dat een verdrag dat Nederland bindt ook rechten en plichten kan opleggen aan burgers. Een latere wet kon zijn kracht ontnemen aan een verdragsbepaling. In 1953 en 1954 werden art. 93 en 94 in de Grondwet opgenomen. Deze artikelen beperken en bevestigen het monisme. Art. 93 Gw: ieder verbindende bepalingen van verdragen hebben verbindende kracht, mits ze gepubliceerd zijn. Dit betekent dat ongeschreven internationaal recht niet onder de werking van art. 93 en 94 Gw valt. Ook vallen geheime verdragen die niet gepubliceerd zijn ook niet onder de werking van art. 93 en 94 Gw. Kortom, bepalingen van verdragen en internationale rechtsorganisatie hebben pas verbindende kracht, nadat ze gepubliceerd zijn. Art. 94 Gw: direct werkende bepalingen hebben voorrang op alle nationale voorschriften, inclusief Gw (dus niet het ongeschreven recht). Hoe moet je vaststellen of een bepaling ieder verbindend is of een directe werking heeft? Zie Collectieve acties spoorwegen arrest: vuistregel staat genoteerd op p. 34 van de juristenbundel. 3
4 In dit arrest vroeg men of art. 6 lid 4 ESH een direct werkende bepaling was of niet. De HR zegt dat als het verdrag zelf directe werking niet uitsluit, dat de inhoud van het verdrag bepalend voor de kwalificatie van direct werkend of niet direct werkend is. Er zijn twee situaties mogelijk: 1. Als de bepaling een verplichting bevat voor regelgeving heeft het geen directe werking. 2. Als het een bepaling is die kan functioneren als objectief recht (dus dat de rechter het kan toepassen zonder op de stoel van de wetgever te zitten) dan heeft het wel een directe werking, zie p. 35 van de juristenbundel. Reisbureau Rita Arrest In dit arrest gaat het om een man die wordt vervolgd wegens smaadschrift dat de eer en naam van Rita Verdonk zou aantasten. In de eerste instantie wordt hij veroordeeld, maar het hof komt tot de conclusie dat in dit geval de veroordeling onrechtmatig zou zijn en de HR was het hier mee eens. Smaadschrift is strafbaar gesteld in art. 261 lid 2 Sr, maar toepassing van dit artikel (wat zou leiden tot veroordeling) zou in strijd zijn met art. 10 EVRM. Kortom, bepalingen in verdragen met klassieke grondrechten (zoals het EVRM, IVBPR) zijn eenieder verbindend. 1.2 Opdrachten Let op: de professor bespreekt alleen de belangrijkste opdrachten. 3a. Is artikel 1, zesde protocol EVRM een ieder verbindende bepaling? Dit is een ieder verbindende bepaling, want het kan gelden als objectief recht en het vereist geen uitwerking van de wetgever, zie Collectief acties spoorwegen arrest. 3b. Is artikel 5 van het Internationaal Verdrag inzake de uitbanning van alle vormen van discriminatie van vrouwen een ieder verbindende bepaling? Zie art. 5a van het Vrouwenverdrag: de staten moeten maatregelen te nemen om gelijkheid van de vrouw te bevorderen. Dit is een verplichting tot regelgeving in de zin van het Spoorwegen arrest, dit is dus niet een bepaling dat als objectief recht kan gelden. De bepaling is niet ieder verbindend. 3c. Is artikel 13 IVESC een een ieder verbindende bepaling? Lid 1 is geen ieder verbindende bepaling. Lid 2 sub. a. is daarentegen wel eenieder verbindende bepaling in de zin van het Spoorwegen arrest. De rechter kan de bepaling toepassen als objectief recht. Costa/E.N.E.L. arrest Dit gaat over een man met een energiebedrijf dat wordt genationaliseerd met behulp van een formele wet uit 1962 in Italië. Hij zegt dat deze wet in strijd is met het EEG- verdrag. Hij krijgt een rekening van een energiebedrijf E.N.E.L. en komt voor de kantonrechter terecht. Hij vraagt aan de rechter of hij (de rechter) een prejudiciële vraag kan stellen aan het hof van de EU voor een geldige uitleg over de bepaling van het EEG- verdrag. Italië wilde dat deze vraag niet- ontvankelijk werd verklaard, want de regering zegt dat italic dualistisch is. Het EEG- verdrag is getransformeerd in 1956 (dus getransformeerd in een wet in formele zin) en de wet van 1962 is ook een wet in formele zin. De laatste (meest recente wet) wet gaat voor een eerdere wet. Het hof van justitie van de EU zag het 4
5 anders en veranderde daarmee het recht. Hof van justitie: EU recht is uit eigen kracht opgenomen in de rechtsorde van de lidstaten van de EU. Gevolgen: A. Mogelijkheid van directe werking. B. Als het EU recht directe werking heeft, heeft het voorrang op het nationaal recht. Het Hof van justitie zegt dat de verhouding van de EU recht op het nationaal recht monistisch is. Dit geldt ook voor de dualistische staten. Het EU- recht heeft dus directe werking en heeft voorrang. Let op: dit geldt allen voor het Europese- Unie recht. Elk EU- recht werkt monistisch. Dit staat beschreven in de alinea s 3 t/m 5 op pagina 19 van de juristenbundel. Art. 93 en 94 Gw hebben slechts gelding op al het andere internationaal recht. Belangrijkste instituties EU + belangrijkste bevoegdheden Europese Raad (15 VEU) Stelt de grote politieke lijnen vast van de EU, zie art. 15 lid 1 VEU. EU- werkingsverdrag & verdrag betreffende EU. Europees Parlement (14 VEU) Afgevaardigde parlementariërs. a Wetgever samen met de raad (art. 14 lid 1 VEO jo. 289 lid 1 & 294 VWEU). b controle op commissie (art. 17 lid 8 VEO jo. 234 VWEU). Raad (16 VEU) Normale ministers + staatssecretarissen. Wetgever samen met het Europees Parlement, zie art. 16 lid 1 VEO jo. 289 lid 1 & 294 VWEU. Commissie (17 VEU) a - Exclusief Initiatief recht: wetgeving komt pas tot stand als zij met het initiatief komen (294 VWEU). b - Toezicht op naleving EU- recht (258 VWEU). Hof van justitie (29 VEU) a. Prejudiciële procedure (267 VWEU). b. Inbreukprocedure ( VWEU). c. Nietigheidsprocedure (263 VWEU). Prejudiciële procedure, art. 267 VWEU: Vragen van nationale rechters aan het Hof van Justitie over de geldigheid van het EU- recht. Er zijn lagere rechters en rechters die in laatste instanties rechtspreken (hoogste rechters). - Lagere rechters: mogen, maar hoeven geen vragen te stellen over het EU- recht om over een zaak te beslissen. - Hoogste rechters: moeten prejudiciële vragen stellen als dat nodig is voor de beantwoording voor het oplossen van het geschil dat aan ze is voorgelegd. 5
6 Werkgroep Opdrachten 1. Wat is een protocol bij het EU- verdrag? Een klein aanvullend verdrag over een heel specifiek onderwerp. 2. Wat houdt volgens artikel 5 lid 3 VEU het subsidiariteitsbeginsel in? Het subsidiariteitsbeginsel houdt in dat de Europese Unie alleen optreedt in landen die niet onder hun exclusieve bevoegdheid vallen, zodat ze bepaalde doelen kunnen verwezenlijken die de landen zelf niet verwezenlijken. 3. Bij de uitoefening van welke categorie bevoegdheden van de EU is volgens artikel 5 lid 3 VEU- subsidiariteitsbeginsel niet van toepassing? Welke bevoegdheden behoren volgens de artikelen 2-6 VWEU tot de bedoelde categorie? Bij de exclusieve bevoegdheden die aan de Unie worden toegekend. Dit geldt voor de gebieden met de exclusieve bevoegdheden opgenoemd in art. 3 VWEU, hierbij is het subsidiariteitsbeginsel niet van toepassing. 6
7 4. Wie is de wetgever van de EU en in welke verdragsbepaling is de gewone wetgevingsprocedure geregeld? De raad, art. 16 VEU en het Europese Parlement, art. 14 VEU. De gewone wetgevingsprocedure is geregeld in 289 lid 1 & 294 VWEU. 5. Welke bevoegdheden hebben de Eerste en Tweede Kamer op grond van het protocol? Zie art. 6 protocol 2: het uitbrengen van een advies aan de commissie waarin ze gemotiveerd stellen dat het subsidiariteitsbeginsel wordt geschonden. Zo wordt voorkomen dat de Europese Unie niet teveel gaat regelen in de lidstaten. Zie art. 7 protocol 2: stemrecht. 6. Op grond van het protocol worden de nationale parlementen bij de totstandkoming van EU- wetgeving betrokken. Is dat volgens u belangrijk? Ja, want dit bevordert de rechtszekerheid. Hieruit blijkt dat de besluiten die genomen zijn daadwerkelijk legitiem zijn. 7. In artikel 7 lid 2 wordt de zogenaamde gele kaart- procedure beschreven. Wanneer is sprake van een door de nationale parlementen getrokken gele kaart en wat is daarvan het rechtsgevolg? Als 1/3 van de nationale parlementen een negatief advies uitbrengt aan de commissie, moet de commissie het nieuwe voorstel opnieuw bekijken. Dit kunnen zij dan handhaven of terugtrekken. 8. Stel dat geen gevolg wordt gegeven aan het trekken Zie art. 8 protocol 2: het nationaal parlement kan een verzoek doen aan het Europees parlement om de totstandkoming van de wet te vernietigen. 7
8 Week 7 Rechter, rechtsbescherming & toetsing Werkcollege Aantekeningen Drie soorten rechters Strafrecht Sr Civiele recht Bw Bestuurs- /administratieve recht - Awb 113 lid 1 Gw 112 lid 1 Gw 112 lid 2 Gw Eerst: bezwaar Rechtbank Rechtbank Rechtbank Hoven Hoven Hoger beroep ABRvS (art. 30b wet Rvs) = algemeen CRvB/CBB = bijzonder. HR HR x De rechterlijke macht staat omschreven in art. 2 WRO jo. 116 Gw. Dit zijn: - Rechters - Hoven - Hoge Raad Rechters Art. 6 EVRM: rechters moeten onafhankelijk en onpartijdig zijn, dit blijkt ook uit het Betuwelijn arrest. Rechters lossen civielrechtelijke als administratiefrechtelijke zaken op en dit valt mede onder de reikwijdte van art. 6 EVRM. a. Onafhankelijk zie rechtsoverweging 190 Betuwelijn o.a. 74 lid 2 GW; 117 Gw. b. Onpartijdig zie rechtsoverweging 191 Betuwelijn, o.a.: - Rechters mogen niet subjectief (persoonlijk) bevoordeeld zijn. - Rechters moeten objectief/institutioneel onpartijdig zijn: Ze mogen geen schijn van partijdigheid vertonen. Daarom mag een rechter ook niet eerst adviseren over avv en er later recht over spreken (= adviseren en rechtspreken in the same case of the same decision ) en dit is strijdig met de machtenscheiding, zie rechtsoverweging Betuwelijn. Betuwelijn- arrest De Betuwelijn is een spoorlijn van Rotterdam tot Zevenaar. De Betuwelijn was mogelijk gemaakt door de Tracéwet (wet in formele zin) en deze wet maakt het realiseren van grote industriële projecten mogelijk. De Raad van State bracht hier advies over uit (dit doen ze altijd bij een wet in formele zin). Daarnaast kwam ook het Tracébesluit tot stand (= Koninklijk besluit) waar de route van de Betuwelijn in stond opgesteld. Je kan een beroep instellen bij de Raad van State (afdeling bestuursrecht). Dit werd ook gedaan op basis van de Betuwelijn, want er waren veel bezwaren maar deze werden allemaal door de Raad van State afgewezen. De burgers vonden dit niet kunnen, want volgens hen was er sprake van adviseren en rechtspreken en dit mag dus niet (zie de eis van onpartijdigheid rechter zoals eerder omschreven). De Raad van State bracht dus advies uit over de Tracéwet en nam besluiten (het afwijzen van bezwaren) over het Tracébesluit. Dit mag niet en was in strijd met art. 6 EVRM. 8
9 Het EHRM oordeelde daarentegen dat hier geen sprake van was, want advies van de Raad van State over de Tracéwet is iets anders dan beslechten van geschillen over het Tracébesluit, zie rechtsoverweging 202. Nu hebben wij een artikel wat er toentertijd nog niet was, namelijk: art. 42 lid 4 wet Raad van State. Een lid van de afdeling bestuursrechtspraak die betrokken was bij advisering, mag geen deelnemen aan de behandeling van een geschil over een rechtsvraag waarop dat advies betrekking had. De eisen voor onafhankelijkheid en onpartijdigheid gelden voor alle rechters. Rechtsbescherming tegen overheidshandelen Eenzijdige rechtshandelingen van de overheid: Feitelijk optreden: Voorbeeld: boom kappen. Besluiten: - Beschikkingen - Wetten in materiële zin/avv Noordwijkerhout/Guldemond- arrest Dit arrest gaat over een bloemist die altijd zijn bloemen via een vaart naar een veiling brengt. De overheid gooit zand in de vaart waardoor de bloemist niet meer kan varen met zijn bloemen. De bloemist stapt naar de civiele rechter en komt uiteindelijk bij de HR terecht. De HR oordeelde dat de civiele rechter niet bevoegd was om hierover te beslissen, want het gaat hier om een publiekrechtelijke taak verricht door de Gemeente. De HR zegt dat de civiele rechter alleen bevoegd is om over een publiekrechtelijke taak te oordelen wanneer de eiser stelt dat een civiel recht is geschonden. Art. 6:162: Civiele rechter kan dus altijd optreden wanneer een burger zegt dat er sprake is van onrechtmatige daad. Art. 8 lid 1 - /- 8:3 lid 1: tegen besluiten kun je opkomen bij de bestuursrechter, blijkens lid 2 is de bestuursrechter meestal bevoegd bij beschikkingen. Wel moet er wel eerst bezwaar plaatsvinden (art. 7:1 Awb). Changoe- arrest Als je naar een bestuursrechter gaat, is een civiele rechter nog steeds bevoegd om van de zaak kennis te nemen, maar dan moet de civiele rechter wel eerst niet ontvankelijk worden verklaard. Aanvullende rechtsbescherming civiele rechter tegen o.a. 8:1 en 8:3. Beroep beschikkingen bij bestuursrechter (art. 8:1 Awb) Een besluit is een eenzijdige schriftelijke publiekrechtelijke rechtshandeling van een bestuursorgaan (zie art. 1:3 Awb). 9
10 Een besluit is een beschikking of een wet in materiële zin. In art. 1:1 is de definitie van een bestuursorgaan weergegeven en blijkens lid 2 van dit artikel is de formele wetgever dus geen bestuursorgaan. Wetten in materiële zin kan de bestuursrechter niet beslechten blijkens art. 8:3 lid 1 sub. a. Awb, want die besluiten zijn uitgezonderd voor beroep. Bij beschikkingen moet je eerst een administratief bezwaar aantekenen bij het orgaan die het besluit heeft genomen, en als je hierbij geen gelijk krijgt, kun je daarna naar de bestuursrechter gaan (de rechtbank), zie art. 8:6 Awb. Als je bij de bestuursrechter geen gelijk krijgt kun je in hoger beroep gaan bij de afdeling bestuursrecht Raad van State, zie art. 8:105 Awb. Harmonisatiewet- arrest Gaat over de regelhiërachie en de uitzonderingen daarop. Dit arrest gaat over het feit dat de regering bezuinigingen moet doorvoeren wegens de crisis, dus zij gingen de studiefinanciering beknoppen naar maximaal 6 jaar. Er werd gezegd dat dit in strijd was met het rechtszekerheidsbeginsel, omdat studenten die aan hun tweede studie begonnen geen financiering meer kregen. De argumenten van de studenten waren: a. Dat de wet is in strijd met de rechtszekerheid (ongeschreven rechtsregel). b. Dat de wet is in strijd met het Statuut. De rechtsvraag in deze casus luidt: Mag een wet in formele zin getoetst worden aan ongeschreven rechtsbeginselen en aan het Statuut? President Rechtbank Wet in formele zin mag niet getoetst worden aan ongeschreven rechtsbeginselen, zie 7.2. Wet in formele zin mag wel getoetst worden aan het Statuut, zie 8.4. Hoge Raad Wet in formele zin mag niet getoetst worden aan ongeschreven rechtsbeginselen, zie 3.5 & 3.6. Wet in formele zin mag ook niet getoetst worden aan het Statuut, zie 4.6. Uit 10 blijkt dat er een schending is. Dus de Harmonisatiewet is onrechtmatig. De HR erkende dat de Harmonisatiewet in strijd was met het rechtszekerheidsbeginsel (3.1), maar ze konden de studenten geen gelijk geven, omdat toetsing niet aan ongeschreven rechtsbeginselen niet mag. De HR geeft in dit arrest een ruime/extensieve interpretatie aan art. 120 Gw: wet in formele zin mag niet getoetst worden aan de Grondwet, maar ook niet aan ongeschreven rechtsbeginselen en aan het Statuut. De rechter mag lagere besluiten wel toetsen aan de hogere wet, tenzij het gaat over de wet in formele zin in verhouding tot de Grondwet, Statuut en/of ongeschreven rechtsbeginselen. Lagere wetten in materiële zin (AMvB) mogen hier wel aan getoetst worden. 10
11 1.2 Opdrachten Let op: de professor bespreekt alleen de belangrijkste opdrachten. 1. Leg uit dat de arresten NWH/Guldemond en Changoe samen voor een sluitend systeem van rechtsbescherming zorgen. Guldemond- arrest Als je naar de administratieve rechter kunt en je dit niet tijdig doet, kun je niet meer naar de civiele rechter stappen. Als je sowieso niet bij de administratieve rechter terecht kan, kan je wel naar de civiele rechter. Kortom, er is dus altijd een bevoegde rechter, want de bevoegdheid van de civiele rechter is ruim uitgelegd. Als je al zegt dat een civiel recht in geding is, is de rechter daarmee bevoegd. Maar als je echter de mogelijk hebt om naar een andere rechter, moet je dit doen. De civiele rechter blijkt nog steeds wel bevoegd blijkens HR Guldemond- arrest, maar hij zal niet beslissen blijkens het Changoe- arrest. 3. Mag de Nederlandse rechter toetsen: 3a. een bepaling uit een ministeriële verordening aan een AMvB? Het mag, wegens de regelhiërarchie. De ministeriële regeling is lager dan de AMvB. Toetsing is dus toegestaan. 3b. een verdragsbepaling aan de Grondwet? Niet toegestaan blijkens art. 120 Gw. 3c. een bepaling uit een gemeentelijke verordening aan een provinciale verordening? Het mag, want een gemeentelijke verordening lager is dan een provinciale verordening, zie art. 121 en 122 Gemeentewet. 3d. een bepaling uit een formele wet aan een verdragsbepaling? Ja, wanneer het gaat om een eenieder verbindende bepaling is, zie art. 94 Gw. 3e. een bepaling uit een provinciale verordening aan de Grondwet? Ja dit mag, want art. 120 Gw verbiedt het niet. Lagere besluiten mogen aan de Grondwet getoetst worden. 3f. een bepaling uit een formele wet aan het Statuut? Dit mag niet blijkens het Harmonisatiewet- arrest. 3g. een bepaling uit een gemeentelijke verordening aan een AMvB? Ja, wegens de regelhiërarchie. Een gemeentelijke verordening is lager dan een AMvB dus toetsing is toegestaan, zie art. 121 en 122 Gemeentewet. 3h. een bepaling uit een formele wet aan een beginsel van ongeschreven recht? Dit mag niet, zie Harmonisatiewet- arrest. 3i. een bepaling uit een formele wet aan een verordening van de EG? Een verordening van EG is een besluit van de EU- wetgever. Ze hebben allemaal een directe werking. 11
12 Een verordening is dus een direct werkende unierecht en blijkens het Costa/ENEL- arrest mag er getoetst worden aan direct werkend unierecht. 3j. een bepaling van een wet in formele zin aan een regel van ongeschreven volkenrecht? Toetsing is niet toegestaan blijkens het Harmonisatiewet- arrest. 1.3 Casus Bloemrijke optocht 1. Bij welke rechter zou u op kunnen komen tegen de vaststelling van de bepaling van de verordening die het houden van een bloemencorso zonder vergunning verbiedt? Het gaat hier om een besluit van de Gemeenteraad en dit is een wet in materiële zin. Tegen een wet in materiële zin kun je niet opkomen bij een bestuursrechter, omdat beroep bij bestuursrechter is uitgesloten bij een wet in materiële zin op grond van art. 8:3 lid 1 sub. a Awb. Je kunt dus terecht bij de civiele rechter op basis van Noordwijkerhout/Guldemond en Changoe- arrest. 2. Zou de bevoegdheid een vergunning te geven ook aan het college van B&W kunnen zijn toegekend? Het gaat hier om het uitvoeren van een algemeen verbindend voorschrift. Die uitvoering in de vorm van vergunningen is een bevoegdheid van de burgemeester blijkens art. 174 lid 1 en 3 Gemeentewet, want het gaat hier om een openbare samenkomst en uit art. 160 lid 1 sub. b blijkt dat het college dus niet bevoegd is tot het uitvoeren van verordeningen als de burgemeester eenmaal bevoegd is. U wilt een bloemencorso houden, maar uw aanvraag van een vergunning wordt door de burgemeester geweigerd. U kunt op grond van de Awb tegen de weigering beroep instellen bij de administratieve rechter. 3. Wat zou er gebeuren indien u tegen de weigering zou opkomen bij de burgerlijk rechter stellende dat de weigering een onrechtmatige daad is? Als je naar de administratieve rechter kunt of hebt gekund, kun je niet meer naar de civiele rechter. De civiele rechter zou niet ontvankelijk worden verklaard. Hij is wel bevoegd om kennis te nemen, maar om niet te oordelen, zie Changoe- arrest. 4. Aannemende dat uw geschil over de weigering van de vergunning onder de reikwijdte van art. 6 EVRM valt, heeft u dan op grond van art. 6 EVRM recht op een behandeling van het geschil door een rechter behorende tot de rechterlijke macht? Art. 6 EVRM geeft het recht op een onafhankelijke en onpartijdige rechter, dus het recht op een behandeling van een geschil door een rechter is hierbij gegeven. 5. Indien u de voorgeschreven rechtsgang volgt, komt u in hoogste instantie terecht bij de ABRvS. Zou de behandeling door de ABRvS in casu in strijd met art. 6 EVRM kunnen zijn omdat de Raad van State ook een adviserende functie heeft? De Raad van State adviseert over formele wetten, wetsvoorstellen en AMvB s. De Raad van State adviseert dus niet over gemeentelijke verordeningen, dit zou überhaupt niet in strijd zijn met art. 6 EVRM. 12
13 6. Stel dat er na verloop van tijd een hogere regeling komt die ziet op het houden van bloemencorso s; waar hangt het dan vanaf of de gemeentelijke verordening nog kan worden toegepast? Dit is een anterieure verordening en deze verordening wordt blijkens art. 122 Gemeentewet van rechtswege vervallen als hetzelfde onderwerp al geregeld is. Onderwerp is materie + motief blijkens het Emmense Baliekluivers- arrest. Het motief beslist dus of de gemeentelijke verordening kan worden toegepast. Werkgroep Casus Geen Chocola 1. Wanneer treedt een AMvB in werking? Zie art. 7 Bekendmakingswet: het gaat net zoals een wet in formele zin. Een AMvB treedt in werking op de eerste dag na de tweede maand na de datum van bekendmaking. 2. Kan de rechter een AMvB toetsen aan het ongeschreven beginsel van rechtszekerheid? Ja, dit kan op grond van de regelhiërarchie. Alleen wetten in formele zin mogen niet getoetst worden aan ongeschreven rechtsbeginselen, zie Harmonisatiewet- arrest. 13
14 3. Is deze AMvB verbindend? Nee, want er is sprake van misbruik van de gedelegeerde bevoegdheid. Het legaliteitsbeginsel is geschonden, zie Jodiumhoudend broodzout- arrest. 4. Zal de rechter zijn eis toewijzen? Als je wil opkomen tegen de uitvaardiging van een formele wet moet je naar de civiele rechter. Hij stelt dat er sprake is van een onrechtmatige daad. Tevens gaat de Awb niet over wetten in formele zin en de formele wetgever behoort niet tot bestuursorganen in de zin van Awb. Tevens gaat het hier ook om een algemeen verbindend voorschrift. De rechter zal de eis dus niet toewijzen, want een wet in formele zin mag niet getoetst worden aan ongeschreven rechtsbeginselen. Zie Harmonisatiewet- arrest. 5a. Mag de rechter in Nederland controleren of de wetgever deze bevoegdheid mocht delegeren aan de regering? De formele wetgever mag niet delegeren als de Grondwet dat verbiedt. Als de rechter wil controleren of de formele wetgever van de grondwetgever mag delegeren, moet hij de wet in formele zin dus toetsen aan de Grondwet en dit mag niet. 5b. Mag de regering op grond van de bepaling uit de Stoomwet vaststellen dat de minister nadere voorschriften geeft in het belang van veilig gebruik van stoommachines? Nee dit mag niet, omdat er staat bij AMvB in de Stoomwet, zie ook HR Vuurwerk- arrest. 5c. Mag de regering op grond van de bepaling uit de Stoomwet voorschrijven dat stoommachines niet op zondag voor 12 uur in werking worden gesteld? Er is sprake van delegatie, dus de regering mag regels stellen voor het waarborgen van de veiligheid. Dit heeft echter niets met veiligheid te maken, dus het mag niet. Zie Jodiumhoudend broodzout- arrest. 14
Inhoudsopgave. AthenaSummary Universiteit van Amsterdam Faculteit der Rechtsgeleerdheid Bachelorjaar 1
AthenaSummary Universiteit van Amsterdam Faculteit der Rechtsgeleerdheid Bachelorjaar 1 Constitutioneel recht Hoorcollege- en werkgroepverslag week 7 Inhoudsopgave WEEK 7 RECHTER, RECHTSBESCHERMING, TOETSING...
Nadere informatieHC 5A, , Het Koninkrijk der Nederlanden en de internationale rechtsorde
HC 5A, 11-12-2017, Het Koninkrijk der Nederlanden en de internationale rechtsorde In het Koninkrijk der Nederlanden van 1954 is opgenomen dat het Statuut in hiërarchie hoger is dan de Grondwet (art. 5
Nadere informatieInhoudsopgave. AthenaSummary Universiteit van Amsterdam Faculteit der Rechtsgeleerdheid Bachelorjaar 1
AthenaSummary Universiteit van Amsterdam Faculteit der Rechtsgeleerdheid Bachelorjaar 1 Constitutioneel recht Supplement: - week 6: Hoorcollege- & verdiepende collegeverslagen - week 7: Hoorcollege- &
Nadere informatieDEEL I DE RECHTSMACHT 1
VOORWOORD V DEEL I DE RECHTSMACHT 1 1 DE GRONDWET 3 1 Waarborg 3 2 Exclusiviteit 4 3 Doorbreking bij de wet 5 4 Het begrip rechterlijke macht 5 5 Burgerlijke rechten 6 6 Conclusie burgerlijke en bestuursrechtelijke
Nadere informatieBestuurs(proces)recht II- B Samenvatting van de stof - Bestuursrecht in het Awb- tijdperk, T. Barkhuysen e.a., Kluwer 2014.
AthenaSummary Universiteit van Amsterdam Faculteit der Rechtsgeleerdheid Bachelorjaar 2 Bestuurs(proces)recht II- B Samenvatting van de stof - Bestuursrecht in het Awb- tijdperk, T. Barkhuysen e.a., Kluwer
Nadere informatieBeginselen van de democratische rechtsstaat
Beginselen van de democratische rechtsstaat Prof. mr. M.C. Burkens Prof. mr. H.R.B.M. Kummeling Prof. mr. drs. B.P. Vermeulen Prof. mr. R.J.G.M. Widdershoven Inleiding tot de grondslagen van het Nederlandse
Nadere informatieCONSTITUTIONELE TOETSING: RECHTER & TRIAS
Conferentie de responsieve rechtsstaat 22.09.2016 CONSTITUTIONELE TOETSING: RECHTER & TRIAS Mr. Paul van Sasse van Ysselt BA Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties Directie Constitutionele
Nadere informatieDE GEWONE RECHTER EN DE BESTUURSRECHTSPRAAK. mr. J.A.M. van Angeren. Tweede druk
DE GEWONE RECHTER EN DE BESTUURSRECHTSPRAAK mr. J.A.M. van Angeren Tweede druk Kluwer - Deventer - 2008 DEEL I DE RECHTSMACHT 1 1 De Grondwet 3 1. Waarborg 3 2. Exclusiviteit 4 3. Doorbreking bij de wet
Nadere informatieInhoud. Afkortingen 15
Inhoud Afkortingen 15 1 Introductie en overzicht 19 1.1 Besturen en bestuursrecht 19 1.1.1 Wat doet het bestuur? 22 1.1.2 De ontwikkeling van het openbaar bestuur in vogelvlucht 26 1.1.3 Bevoegdheden en
Nadere informatieDEEL III. Het bestuursprocesrecht
DEEL III Het bestuursprocesrecht Inleiding op deel III In het voorgaande deel is het regelsysteem van art. 48 (oud) Rv besproken voor zover dit relevant was voor art. 8:69 lid 2 en 3 Awb. In dit deel
Nadere informatieBIJLAGEN. bij de MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD. Een nieuw EU-kader voor het versterken van de rechtsstaat
EUROPESE COMMISSIE Straatsburg, 11.3.2014 COM(2014) 158 final ANNEXES 1 to 2 BIJLAGEN bij de MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD Een nieuw EU-kader voor het versterken van
Nadere informatieStaats- en bestuursrecht Q&A week 1
Staats- en bestuursrecht Q&A week 1 Mw. mr. M. (Michal) Diamant & mr. M.R. (Matthijs) Baart Wat is Q&A? - Ruimte voor aanvullende vragen over hoor en casuscolleges: - Geen apart werkboek, geen aparte stof,
Nadere informatieIntroductie in het recht
Introductie in het recht mr. A.J. Wierenga Introductie in het recht Hoofdstuk 1 Recht in het algemeen Programma Actualiteiten Rechtsbronnen Rechtsgebieden Indelingen 1 Wortels in de maatschappij Acties
Nadere informatieInleiding tot Recht. Uit Praktisch Burgerlijk Recht
Inleiding tot Recht Uit Praktisch Burgerlijk Recht 1. Wat is recht? Een exacte definitie is niet te geven. Elke klassieke definitie bevat vier elementen: Gedragsregels, normen Doel = maatschappelijk leven
Nadere informatieConstitutioneel recht
Constitutioneel recht Prof. mr. C.A.J.M. Kortmann Bewerkt door Prof. mr. P.P.T. Broeksteeg Prof. mr. B.P. Vermeulen Mr. C.N.J. Kortmann Zevende druk Kluwer a Wotters Kluwer business INHOUD AFKORTINGEN
Nadere informatieStaats- en bestuursrecht
F.C.M.A. Michiels (red.) Staats- en bestuursrecht Tekst en materiaal Met bijdragen van Gio ten Berge Leonard Besselink Henk Kummeling Lex Michiels Rob Widdershoven KLUWER J ^ Deventer - 2003 Thema 1 -
Nadere informatieSamenvatting Maatschappijleer Inleiding recht
Samenvatting Maatschappijleer Inleiding recht Samenvatting door M. 714 woorden 27 oktober 2016 0 keer beoordeeld Vak Maatschappijleer Inleiding Recht Wat is recht Recht geheel van overheidsregels Komen
Nadere informatieHET HOF VAN JUSTITIE VAN DE EUROPESE UNIE
HET HOF VAN JUSTITIE VAN DE EUROPESE UNIE Het Hof van Justitie van de Europese Unie is een van de zeven instellingen van de EU. Zij omvat twee rechtscolleges: het Hof van Justitie en het Gerecht. Het Hof
Nadere informatie2.3.3 Overeenkomst is in strijd met de wet, goede zeden of openbare orde 58
Inleiding 12 1 Terreinverkenning 15 1.1 Is recht saai? 15 1.2 Waarom recht? 16 1.3 Waar vinden we het recht? 17 1.3.1 Wet 18 1.3.2 Verdrag 27 1.3.3 Jurisprudentie 27 1.3.4 Gewoonte 33 1.4 Enkele onderscheidingen
Nadere informatieis een domme zet 1 Inleiding in het recht 1.1 Inleiding
1 Inleiding in het recht 1.1 Inleiding Om de samenleving rechtvaardig te ordenen zijn er regels nodig die door de overheid zijn gemaakt. Al die (gedrags)regels bij elkaar noemen we recht. Het is de taak
Nadere informatieVaak gestelde vragen. over het Hof van Justitie van de Europese Unie
Vaak gestelde vragen over het Hof van Justitie van de Europese Unie WAAROM EEN HOF VAN JUSTITIE VAN DE EUROPESE UNIE (HVJ-EU)? Om Europa op te bouwen hebben een aantal staten (thans 28) onderling verdragen
Nadere informatieVer dragsrecht in Nederland
Ver dragsrecht in Nederland Een Studie naar de verhouding tussen internationaal en nationaal recht in een historisch perspectief J.G. Brouwer W.EJ. TJEENK WILLINK ZWOLLE Inhoud Afkortingen Inleiding 1
Nadere informatieHierbij gaat voor de delegaties de gederubriceerde versie van bovengenoemd document.
Raad van de Europese Unie Brussel, 10 juni 2015 (OR. en) 10817/10 DCL 1 DERUBRICERING van document: d.d.: 8 juni 2010 nieuwe status: Betreft: ST 10817/10 Publiek FREMP 27 JAI 523 COHOM 153 COSCE 17 Besluit
Nadere informatieCase: Chemico breidt uit (100 punten) Praktisch Bestuursrecht, paragraaf 1.2, p. 19-20 en paragraaf 1.5.2, p 31.
Antwoordmodel Aan dit antwoordmodel kunnen geen rechten worden ontleend. Het antwoordmodel dient als indicatie voor de corrector. Studiemateriaal Visscher, Y.M. (2012). Praktisch Bestuursrecht. Groningen:
Nadere informatieALGEMENE WET BESTUURSRECHT
ALGEMENE WET BESTUURSRECHT Besluitvorming Toezicht Sancties Rechtsgebied bestuursrecht oktober 2011 Rechtsgebied bestuursrecht Verhoudingen tussen bestuursorgaan/belanghebbende - stelt het bestuur is staat
Nadere informatieBijlage. Antwoorden op de vragen Wetsartikelenregister Jurisprudentieregister
Bijlage Antwoorden op de vragen Wetsartikelenregister Jurisprudentieregister Versie 2016/2017 1 Inleiding recht Antwoorden Hoofdstuk 1 Antwoord 1: B Antwoord 2: B Antwoord 3: wetten (regelgeving), verdragen,
Nadere informatieTRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 2006 Nr. 11
3 (2001) Nr. 6 TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN JAARGANG 2006 Nr. 11 A. TITEL Verdrag van Nice houdende wijziging van het Verdrag betreffende de Europese Unie, de Verdragen tot oprichting
Nadere informatieBeginselen van het Nederlands Staatsrecht
Prof.mr. A.D. Belinfante Mr. J.L. de Reede Beginselen van het Nederlands Staatsrecht druk Samsom H.D. Tjeenk Willink Alphen aan den Rijn 1997 VOORWOORD II AFKORTINGEN 13 I INLEIDING 15 1. Benadering van
Nadere informatieBEGELEIDINGSPLAN VOOR DE CURSUS INLEIDING
BEGELEIDINGSPLAN VOOR DE CURSUS INLEIDING BESTUURSRECHT (R08181) (onderdeel traject Propedeuse Rechten) studiecentrum: Zwolle tijdvak: november 2010 t/m januari 2011 begeleider: mr drs G.E.P. ter Horst
Nadere informatieHET HOF VAN JUSTITIE VAN DE EUROPESE UNIE
HET HOF VAN JUSTITIE VAN DE EUROPESE UNIE Het Hof van Justitie van de Europese Unie is een van de zeven instellingen van de EU. Zij omvat drie rechtscolleges: het Hof van Justitie, het Gerecht en het Gerecht
Nadere informatieECLI:NL:CRVB:2017:2833
ECLI:NL:CRVB:2017:2833 Instantie Datum uitspraak 09-08-2017 Datum publicatie 18-08-2017 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 15/8007 ZVW Socialezekerheidsrecht
Nadere informatieAansprakelijkheid en schadevergoeding Awb
Aansprakelijkheid en schadevergoeding Awb Contactgroep Algemeen Bestuur Prof. mr. G.A. van der Veen AKD Rotterdam Rijksuniversiteit Groningen 9 april 2014 Inhoud lezing 1. Inleiding: de nieuwe regeling
Nadere informatieVoorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD
EUROPESE COMMISSIE Brussel, 17.5.2019 COM(2019) 242 final 2019/0116 (NLE) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende het namens de Europese Unie in de Raad van Ministers in te nemen standpunt met
Nadere informatieZaak C-540/03. Europees Parlement tegen Raad van de Europese Unie
Zaak C-540/03 Europees Parlement tegen Raad van de Europese Unie Immigratiebeleid - Recht van minderjarige kinderen van onderdanen van derde landen op gezinshereniging - Richtlijn 2003/86/EG - Bescherming
Nadere informatieHET SUBSIDIARITEITSBEGINSEL
HET SUBSIDIARITEITSBEGINSEL In het kader van de gedeelde bevoegdheden van de Unie en de lidstaten wordt met het in het Verdrag betreffende de Europese Unie vastgelegde subsidiariteitsbeginsel bepaald onder
Nadere informatieLeidraad voor het nakijken van de toets BESTUURSPROCESRECHT 19 juni 2009
Leidraad voor het nakijken van de toets BESTUURSPROCESRECHT 19 juni 2009 OPGAVE 1 (34 punten) Vraag 1.1 (5 punten) Er staan geen bestuursrechtelijke rechtsmiddelen open. Het voorbereidingsbesluit van artikel
Nadere informatieDatum van inontvangstneming : 04/01/2018
Datum van inontvangstneming : 04/01/2018 Vertaling C-657/17-1 Zaak C-657/17 Verzoek om een prejudiciële beslissing Datum van indiening: 24 november 2017 Verwijzende rechter: Verwaltungsgerichtshof (Oostenrijk)
Nadere informatieA. Het bestuur: het materiële bestuursrecht
A. Het bestuur: het materiële bestuursrecht Dit hoofdstuk gaat over het materiële bestuursrecht en de plek van het bestuur in dit recht. Inleiding Het bestuursrecht heeft bestuursactiviteiten van de overheid
Nadere informatieREGLEMENT 3.683.BD/BJZ PROTOCOL PROCESBESLUIT EN VERTEGENWOORDIGING IN RECHTE
3.683.BD/BJZ PROTOCOL PROCESBESLUIT EN VERTEGENWOORDIGING IN RECHTE Vastgesteld bij collegebesluit van 19 juni 2007, nr. 6a. Datum bekendmaking: 27 juni 2007. Datum inwerkingtreding: 28 juni 2007. Gemeenteblad
Nadere informatieProf.mr. P.H.Kooijmans
Prof.mr. P.H.Kooijmans Internationaal publiekrecht in vogelvlucht Vierde druk Wolters-Noordhoff Groningen Inhoud 1 Wat is intemationaal publiekrecht? 13 Deel 1 Het recht van coexistentie 19 2 De bronnen
Nadere informatieHET SUBSIDIARITEITSBEGINSEL
HET SUBSIDIARITEITSBEGINSEL In het kader van de gedeelde bevoegdheden van de Unie en de lidstaten wordt met het in het Verdrag betreffende de Europese Unie vastgelegde subsidiariteitsbeginsel bepaald onder
Nadere informatieVoorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD
EUROPESE COMMISSIE Brussel, 17.9.2018 COM(2018) 642 final 2018/0333 (NLE) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende het standpunt dat namens de Europese Unie moet worden ingenomen in het Europees
Nadere informatieKern van het bestuursrecht
Kern van het bestuursrecht prof. mr. RJ.N. Schlösseis prof. mr. F.A.M. Stroink met medewerking van mr. C.L.G.RH. Albers mr. S. Hillegers Boom Juridische uitgevers Den Haag 2003 Inhoud Afkortingen 13 1
Nadere informatieMasterclass Toezicht op en in de financiële sector
Masterclass Toezicht op en in de financiële sector ALGEMEEN KADER STAATSRECHT PROFMR LODEWIJK ROGIER 19 MAART 2019 1 STAATSRECHT 2 RECHTSSTAAT 3 CONCORDANTIEBEGINSEL 4 BESTUURLIJKE HANDHAVING ALGEMEEN
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2010 2011 19 637 Vreemdelingenbeleid Nr. 1389 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR IMMIGRATIE EN ASIEL Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Den
Nadere informatieUitgebreide inhoudsopgave
Uitgebreide inhoudsopgave Woord vooraf 5 Verkorte inhoudsopgave 7 Uitgebreide inhoudsopgave 9 Lijst van afkortingen 17 1 Plaatsbepaling rechtsbescherming 21 1.1 Inleiding 21 1.2 Bestuursrechtelijke geschillen
Nadere informatieinhoudsopgave Inhoudsopgave Afkortingen vii xvi
Inhoudsopgave Afkortingen vii xvi 1 Europa als woonplaats, de Unie als haar bestuur 1 Definities: recht van een functionele organisatie en recht van een politiek verband 3 2 Rechtsgeschiedenis van de Europese
Nadere informatieEuropees recht HC 5a - 10/12/18 bevoegdheidsverdeling en uitoefening
Europees recht HC 5a - 10/12/18 bevoegdheidsverdeling en uitoefening De Commissie is degene die alle wetsvoorstellen doet en het primaat tot initiatief heeft. Nationale parlementen mogen er hierna naar
Nadere informatie1.1 De noodzakelijke algemeenheid van wettelijke voorschriften, en billijkheidsuitzonderingen
1 INLEIDING EN ONDERZOEKSOPZET 1.1 De noodzakelijke algemeenheid van wettelijke voorschriften, en billijkheidsuitzonderingen 1.1.1 Aristoteles inzicht 1.1.2 Billijkheidsuitzonderingen 1.1.3 Rechtswetenschap
Nadere informatieMandaat en delegatie. mr. M.C. de Voogd
Mandaat en delegatie mr. M.C. de Voogd Artikel 1:1 Awb 1. Onder bestuursorgaan wordt verstaan: a. een orgaan van een rechtspersoon die krachtens publiekrecht is ingesteld, of b. een ander persoon of college,
Nadere informatieAlgemene Wet Bestuursrecht Wettekstenbundel voor het openbaar bestuur INKIJKEXEMPLAAR
Algemene Wet Bestuursrecht 2017-2018 Wettekstenbundel voor het openbaar bestuur Deze wettenbundel is bijgewerkt tot en met 3 juli 2017 Meer informatie over deze en andere uitgaven kunt u verkrijgen bij:
Nadere informatieDatum van inontvangstneming : 10/01/2018
Datum van inontvangstneming : 10/01/2018 Vertaling C-667/17-1 Zaak C-667/17 Verzoek om een prejudiciële beslissing Datum van indiening: 24 november 2017 Verwijzende rechter: Commissione tributaria provinciale
Nadere informatieInleiding. 1 Strafrecht
Inleiding 1 Strafrecht Plaats van het strafrecht Het strafrecht is, net als bijvoorbeeld het staatsrecht en het bestuursrecht, onderdeel van het publiekrecht. Het publiekrecht regelt de betrekkingen tussen
Nadere informatieDatum van inontvangstneming : 14/06/2013
Datum van inontvangstneming : 14/06/2013 Vertaling C-258/13-1 Zaak C-258/13 Verzoek om een prejudiciële beslissing Datum van indiening: 13 mei 2013 Verwijzende rechter: Varas Cíveis de Lisboa (Portugal)
Nadere informatieSamenvatting Europees Recht
Samenvatting Europees Recht Week 1 Export en Europees recht Leerdoelen H4 (Nadruk of EU verdrag en EU werkingsverdrag) - De juridische vormen van export beschrijven - De basisstructuur van de Europese
Nadere informatieArtikel 3:40 Een besluit treedt niet in werking voordat het is bekendgemaakt.
Wetgeving Algemene wet bestuursrecht Artikel 1:3 1. Onder besluit wordt verstaan: een schriftelijke beslissing van een bestuursorgaan, inhoudende een publiekrechtelijke rechtshandeling. 2. Onder beschikking
Nadere informatieHC 11, , Bestuursrecht
HC 11, 18-12-2017, Bestuursrecht Moeilijke vragen thuistoets 1. Onjuist, schuld is hier een bestanddeel à vrijspraak. 2. Onjuist, Rechtbank sector strafrecht is onbevoegd, het is een overtreding, dus moet
Nadere informatieExamenmatrijs vaardigheidsexamen
Examenmatrijs vaardigheidsexamen Algemene informatie Examenmatrijs code en vaststellingsdatum 24-09-2015 Examennaam Specialistische kennis bestuursrecht Kwalificatiedossier en cohort Juridisch-administratieve
Nadere informatieImplementatie van EU-regelgeving
Implementatie van EU-regelgeving mw. mr. drs. Sophie Bots wetgevingsjurist met speciale aandacht voor het recht van de Europese Unie directie Advisering, Raad van State Lezing Academie voor Wetgeving,
Nadere informatieVMR Actualiteitendag 2015
Datum 19-03-2015 1 VMR Actualiteitendag 2015 Actualiteiten bestuurs(proces)recht Prof. mr. K.J. (Kars) de Graaf k.j.de.graaf@rug.nl www.rug.nl/staff/k.j.de.graaf Datum 19-03-2015 2 Inhoud Bestuursorgaan
Nadere informatie3 Onrechtmatige overheidsdaad
Monografieen Privaatrecht 3 Onrechtmatige overheidsdaad Rechtsbescherming door de burgerlijke rechter Prof. mr. G.E. van Maanen Prof. mr. R. de Lange Vierde druk Deventer - 2005 Inhoud VERKORT AANGEHAALDE
Nadere informatieVoorwoord 5. Leeswijzer 13. Afkortingenlijst 17 ALGEMEEN DEEL 19
In houdsopgave Voorwoord 5 Leeswijzer 13 Afkortingenlijst 17 ALGEMEEN DEEL 19 1 Beoefening van het Caribische staatsrecht 21 1.1 Caribisch staatsrecht 21 1.2 Systematiek van het Caribische staatsrecht
Nadere informatieVAK Inleiding Staats- en Bestuursrecht
Jaar: 2017-2018 Periode: Blok I Uitgifte: Oktober 2017 UNIVERSITEIT Universiteit Utrecht STUDIE Rechtsgeleerdheid VAK Inleiding Staats- en Bestuursrecht ONDERDEEL Voorbeeldverslag Week 6 Voorwoord Dit
Nadere informatieADVIES. Inleiding. Voorstel. Commentaar. inzake
ADVIES inzake Voorstel van wet van het Tweede-Kamerlid Halsema, houdende verklaring dat er grond bestaat een voorstel in overweging te nemen tot verandering in de Grondwet, strekkende tot invoering van
Nadere informatieNOTA AAN DE VLAAMSE REGERING
DE VLAAMSE MINISTER VAN BUITENLANDS BELEID EN ONROEREND ERFGOED NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Goedkeuring en machtiging tot ondertekening van het Wijzigingsprotocol tot modernisering van het Verdrag
Nadere informatieDE GRONDWET - ARTIKEL HANDHAVING BESTAANDE REGELGEVING
DE GRONDWET - ARTIKEL 140 - HANDHAVING BESTAANDE REGELGEVING Bestaande wetten en andere regelingen en besluiten die in strijd zijn met een verandering in de Grondwet, blijven gehandhaafd, totdat daarvoor
Nadere informatieDe invloed van het Europese fair balance -beginsel op het Nederlandse recht
De invloed van het Europese fair balance -beginsel op het Nederlandse recht Lezing opening facultair jaar Faculteit der Rechtsgeleerdheid Leiden, 3 september 2008 Prof. mr. Tom Barkhuysen Inleiding Onderwerp
Nadere informatie1/2. Staten-Generaal. Vergaderjaar B/ Nr. 2 ADVIES AFDELING ADVISERING RAAD VAN STATE VAN HET KONINKRIJK EN NADER RAPPORT 1
Staten-Generaal 1/2 Vergaderjaar 2017 2018 34 922 (R2103) Akte van Genève bij de Overeenkomst van s-gravenhage betreffende de internationale inschrijving van tekeningen of modellen van nijverheid; Genève,
Nadere informatieDatum van inontvangstneming : 19/11/2015
Datum van inontvangstneming : 19/11/2015 Vertaling C-538/15-1 Zaak C-538/15 Verzoek om een prejudiciële beslissing Datum van indiening: 15 oktober 2015 Verwijzende rechter: Juzgado de Primera Instancia
Nadere informatieLIFE.1.C EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT. Brussel, 14 maart 2019 (OR. en) 2019/0019 (COD) PE-CONS 62/19 SOC 114 EMPL 81 PREP-BXT 62 CODEC 500
EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT DE RAAD Brussel, 14 maart 2019 (OR. en) 2019/0019 (COD) PE-CONS 62/19 SOC 114 EMPL 81 PREP-BXT 62 CODEC 500 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: VERORDENING
Nadere informatieHet wetgevingsproces bij SZW. Anton Boere
Het wetgevingsproces bij SZW Anton Boere Agenda Wat is wetgeving? Waar vinden we regels over de totstandkoming van wetgeving? Vindplaatsen van (voornemens tot) wetgeving Vormen van wetgeving Stappen in
Nadere informatieWat is een rechtsstaat?
Wat is een rechtsstaat? Nederlanders hebben veel vrijheid. We hebben bijvoorbeeld vrijheid van meningsuiting: we mogen zeggen en schrijven wat we willen. Toch heeft deze vrijheid grenzen. Zo staat er in
Nadere informatieBezwaar en beroep Jeugdwet Betekenis voor gemeenten
Bezwaar en beroep Jeugdwet Betekenis voor gemeenten versie 1.0 K2 Brabants Kenniscentrum Jeugd Jos Janssen, Mei 2014 1 Bezwaar en Beroep Jeugdwet Van recht op zorg naar jeugdhulpplicht In het wetsvoorstel
Nadere informatieDatum van inontvangstneming : 25/04/2016
Datum van inontvangstneming : 25/04/2016 Vertaling C-143/16-1 Zaak C-143/16 Verzoek om een prejudiciële beslissing Datum van indiening: 9 maart 2015 Verwijzende rechter: Corte suprema di cassazione (Italië)
Nadere informatieWet normalisering rechtspositie ambtenaren
Wet normalisering rechtspositie ambtenaren Naam Citeertitel Wet normalisering rechtspositie ambtenaren Wet normalisering rechtspositie ambtenaren Kamerstuk 32550 Datum indiening 03-11-2010 April 2017 Pagina
Nadere informatieVoorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD
EUROPESE COMMISSIE Brussel, 30.4.2019 COM(2019) 207 final 2019/0100 (NLE) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende het namens de Europese Unie in te nemen standpunt in het Samenwerkingscomité
Nadere informatieDe Rechtbank te 's-gravenhage (nr. AWB 10/5062) heeft het tegen die uitspraak ingestelde beroep ongegrond verklaard.
11 Oktober 2013 nr. 12/04012 Arrest gewezen op het beroep in cassatie van [X] te [Z] (hierna: belanghebbende) tegen de uitspraak van het Gerechtshof te 's-gravenhage van 10 juli 2012, nr. BK-11/00544,
Nadere informatieMEDEDELING AAN DE LEDEN
EUROPEES PARLEMENT 2009-2014 Commissie juridische zaken 13.3.2012 MEDEDELING AAN DE LEDEN (30/2012) Betreft: Gemotiveerd advies van het Spaanse Congres van Afgevaardigden inzake het voorstel voor een richtlijn
Nadere informatieDatum van inontvangstneming : 27/10/2015
Datum van inontvangstneming : 27/10/2015 Vertaling C-513/15-1 Zaak C-513/15 Verzoek om een prejudiciële beslissing Datum van indiening: 25 september 2015 Verwijzende rechter: Lietuvos vyriausiasis administracinis
Nadere informatieActualiteiten Awb 2015
Actualiteiten Awb 2015 Programma 1. Herziening bestuursrechtspraak 2. Procederen: beroep en hoger beroep 3. Relativiteitseis 4. Jurisprudentie HERZIENING BESTUURSRECHTSPRAAK Inhoud voorstel Brief juni
Nadere informatieDate de réception : 18/10/2011
Date de réception : 18/10/2011 Resumé C-463/11-1 Zaak C-463/11 Resumé van het verzoek om een prejudiciële beslissing overeenkomstig artikel 104, lid 1, van het Reglement voor de procesvoering van het Hof
Nadere informatiejurisprudentiële fundamenten meer dan veertig jaar geleden zijn gelegd 2, bevestigd en versterkt.
Discussienota van het Hof van Justitie van de Europese Unie over bepaalde aspecten van de toetreding van de Europese Unie tot het Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele
Nadere informatieAFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK
Raad van State 201200615/1/V4. Datum uitspraak: 13 november 2012 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: de Awb) op
Nadere informatieRapport. Datum: 1 juli 1998 Rapportnummer: 1998/258
Rapport Datum: 1 juli 1998 Rapportnummer: 1998/258 2 Klacht Op 10 oktober 1997 ontving de Nationale ombudsman een verzoekschrift van de heer D. te Heemstede, met een klacht over een gedraging van de Huurcommissie
Nadere informatieVERKORTE INHOUDSOPGAVE
VERKORTE INHOUDSOPGAVE WOORD VOORAF... v HOOFDSTUK 1. FUNDAMENTELE BEGINSELEN VAN DE COMMUNAUTAIRE RECHTSORDE... 1 A. De EG is een constitutionele rechtsgemeenschap... 1 B. De voorrang van het Europees
Nadere informatieAKD Gemeentedag 2014 Prof. mr. G.A. van der Veen Rotterdam 20 maart 2014
AKD Gemeentedag 2014 15 maanden Wet aanpassing bestuursprocesrecht Prof. mr. G.A. van der Veen Advocaat bestuursrecht/omgevingsrecht AKD Advocaten en notarissen Rotterdam Bijzonder hoogleraar milieurecht
Nadere informatieVoorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD
EUROPESE COMMISSIE Brussel, 6.3.2019 COM(2019) 104 final 2019/0054 (NLE) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende het standpunt dat namens de Europese Unie moet worden ingenomen in de Visserijcommissie
Nadere informatieVoorwoord. Lawbooks Grondslagen van Recht ( ) Beste student(e),
Grondslagen van Recht Week 3 2018 2019 Voorwoord Beste student(e), Voor je ligt de samenvatting van de stof van Hoofdstuk 14 van het boek Hoofdlijnen, dat voorgeschreven wordt in week 3. Aanvankelijk hebben
Nadere informatieVoorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD
EUROPESE COMMISSIE Brussel, 27.6.2014 COM(2014) 391 final 2014/0198 (NLE) Voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD tot aanpassing van Richtlijn 2013/34/EU van het Europees Parlement en de Raad in verband
Nadere informatievanstate /1/V2. Datum uitspraak: 27 juli 2012 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK
Raad vanstate 201104354/1/V2. Datum uitspraak: 27 juli 2012 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van:
Nadere informatieUitspraak /1/A1
Uitspraak 201803876/1/A1 Datum van uitspraak: woensdag 17 oktober 2018 Tegen: het college van burgemeester en wethouders van Cranendonck Proceduresoort: Hoger beroep Rechtsgebied: Kapvergunningen ECLI:
Nadere informatieA26a Overheidsprivaatrecht
MONOGRAFIEËN BW A26a Overheidsprivaatrecht Algemeen deel Mr. G. Snijders Raadsheer in de Hoge Raad, Staatsraad in buitengewone dienst Tweede druk Kluwer a Wolters Kluwer business Deventer - 2011 INHOUD
Nadere informatieWetsvoorstellen ministerraadsvergaderingen Het politieke plaatje Toetsing OM wil van briefgeheim pakjes af
HC 6A, 17-12-2018, Gastcollege door Wytze van der Woude (Afdelingshoofd Constitutionele Zaken, Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties) Staatsrecht is erg belangrijk in de praktijk. Binnen
Nadere informatieInleiding tot het recht
1ste bach PSW Inleiding tot het recht Prof. Janvier Q uickprinter Koningstraat 13 2000 Antwerpen www.quickprinter.be R B08 3,50 Online samenvattingen kopen via www.quickprintershop.be Inleiding tot het
Nadere informatieMaterieel: Regels die betrekking hebben op de rechten en plichten/wat mag en niet mag inhoud
Nationaal internationaal Soevereiniteit elke land heeft de macht om te bepalen wat er gebeurt EU-verdrag Europese Unie verdrag EVRM Europese Verdrag Rechten van de Mens Monistisch systeem Formeel materieel
Nadere informatieToegang tot de rechter: strategisch procederen in het milieurecht
Toegang tot de rechter: strategisch procederen in het milieurecht De rol van de civiele rechter Prof.mr. E. Bauw Molengraaff Instituut voor Privaatrecht Montaigne Centrum voor Rechtsstaat en Rechtspleging
Nadere informatieHoofdlijnen Nederlands Recht Wolters-Noordhoff 1
Inhoudsopgave Hoofdlijnen Nederlands Recht Prof. mr. C.J. Loonstra Inleiding 1 Terreinverkenning 1.1 Is recht saai? 1.2 Waarom recht? 1.3 Waar vinden we het recht? 1.3.1 De wet 1.3.2 Het verdrag 1.3.3
Nadere informatieDatum van inontvangstneming : 13/11/2018
Datum van inontvangstneming : 13/11/2018 Vertaling C-629/18-1 Zaak C-629/18 Prejudiciële verwijzing Datum van ontvangst: 8 oktober 2018 Verwijzende rechter: Sofiyski gradski sad (Bulgarije) Datum van de
Nadere informatie15445/1/06 REV 1 wat/hor/mg 1 DG H 2B
RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 24 november 2006 (01.12) (OR. en) 15445/1/06 REV 1 COPEN 119 NOTA van: het voorzitterschap aan: de Raad nr. vorig doc.: 15115/06 COPEN 114 nr. Comv.: COM(2005) 91 def.
Nadere informatie