Aan de ouders/verzorgers van de kinderen uit groep 3 18 november 2016

Transcriptie

1 Nieuwsbrief 2 : Aan de ouders/verzorgers van de kinderen uit groep 3 18 november 2016 De volgende punten komen aan de orde: *Sinterklaassprookje : a.s. donderdag 24 november *Lezen *Wisselwoorden *Leestips *Schrijven *Spelling *Rekenen Sinterklaasfeest : maandag 5 december ( kinderen zijn vanaf u vrij ) Sinterklaassprookje : Op donderdag 24 november gaan we naar het Sinterklaassprookje. De titel van het sprookje is dit jaar: Lekker vies. Waar het verhaal over gaat blijft nog even een verrassing. We bezoeken het sprookje in de ochtend en zijn zo ongeveer met de lunch terug. Lezen: We werken nu in kern 4 van Veilig Leren Lezen. De kinderen hebben al veel letters en klanken geleerd en lezen eenvoudige boekjes (niveau AVI 0 en AVI 1). Vanaf nu mogen de kinderen aan het einde van de schooldag voorlezen aan de klas. We noemen dit het leeskwartiertje. De kinderen leren zo te presenteren aan elkaar en stimuleren elkaar tot het lezen van boekjes. Uit onderzoek is gebleken dat veel lezen leidt tot een grotere woordenschat en zo kan een hoger leesniveau worden bereikt. Het is dus raadzaam om lezen te stimuleren. De bibliotheek heeft leuke boekjes voor elk niveau. De boeken zijn ingedeeld aan de hand van een codering. M3 betekent midden groep 3; E3 betekent eind groep 3 enz. Als uw kind er geen zin in heeft, bedenk dan een vast tijdstip om te lezen. Bijvoorbeeld na het eten of voor het slapen gaan. Zorg dat het een gezellig moment wordt met afwisselend zelf lezen en voorlezen. De kinderen werken nu ook op de computer met Zoem, van Veilig leren Lezen. Wisselwoorden: Uw kind krijgt elke kern oefeningen om de nieuwe letters te oefenen en toe te voegen aan reeds bekende letters. Zo leren kinderen ook woorden lezen in rijtjes. In elk woord wordt een letter vervangen door een andere letter. Dat kan de letter vooraan, in het midden of achteraan in het woord zijn. Op deze manier oefent uw kind om met letters die het kent nieuwe woorden te maken. 'Vuur' kan bijvoorbeeld worden veranderd in 'vaar', 'veer' en 'voor', maar ook in 'duur', 'muur' en 'zuur'. Leestips: - Samen met je kind een boekje lezen. Hier kun je op letten: * Zorg voor een gezellige sfeer door er een speelse activiteit van te maken. Dat kan vaak heel eenvoudig: lees bijvoorbeeld afwisselend een pagina. Het kind mag zeggen wie er begint.

2 * Kies makkelijke boeken uit! Het is belangrijk dat je kind zich niet ongemakkelijk voelt bij het lezen omdat hij de tekst eigenlijk niet goed aankan. * Besteed aandacht aan het verhaal. Praat met je kind op een gezellige manier over het verhaal. Zorg ervoor dat je kind het niet ervaart als een overhoring. * Zorg ervoor dat de leessessies niet te lang duren; 10 tot 15 minuten is voldoende. * Wissel het samen lezen van een verhaal ook regelmatig af met voorlezen. Voorlezen hoeft niet te stoppen als je kind eenmaal zelf kan lezen. Integendeel, voorlezen maakt dat je kind nieuwsgierig wordt naar verhalen die hij nu nog niet helemaal zelf kan lezen, maar straks wel! * In groep 3 worden de letters aangeleerd zoals je ze hoort in een woord. dus 'mmm' in plaats van 'em'. Het is goed om ook thuis de letters zo te benoemen. Er zijn verschillende sites met tips over lezen: Hier vindt u onder Tips voor ouders informatie over de kern waarin we werken, kinderboeken, spelletjes en school tv. Schrijven: We hebben hiervoor een schrijfschriftje. Het is belangrijk dat de kinderen in hun schrijfschriftje de geleerde letters herhaald oefenen. In het taalwerkboekje wordt er ook steeds meer op de schrijfwijze gelet. De kinderen mogen ook vanaf kern 4 proberen de schrijfletters te schrijven in hun taalwerkboekje. Spelling: De kinderen krijgen regelmatig een dictee om de woorden goed te leren schrijven. Dit doen we met letters die ze al vaak gehoord en gelezen hebben; de letters uit kern 1, 2 en 3. Om de woorden te structuren hakken we met hakstroken. ( vraag aan uw kind ) Rekenen:

3 Inmiddels zijn we alweer bij blok 3 van de methode bezig. De nadruk in dit deel ligt op het optellen (erbij) en aftrekken (eraf) van sommen. De kinderen werken nu ook met het rekenrek ( een rekje met 5 rode en 5 witte kralen op twee stangen). Met behulp van het rekenrek leren ze versneld optellen (het in een keer zien van 5 rode kralen; je hoeft ze niet per stuk te tellen). Daarnaast is er regelmatig aandacht voor het splitsen tot 10 en de getallenlijnoefeningen tot 20. Ook aan het schrijven van de getallen op de juiste manier wordt aandacht besteedt. De kinderen oefenen ook op de computer. zijn leuke rekenspelletjes voor thuis. Foto s van activiteiten van de afgelopen periode: Voorlezen aan de kinderen van groep 1 en 2 Bouwen met de kapla Boodschappenlijstje maken Gezelschapsspelletjes samen met groep 1,2

4

5