Interventie. De Taallijn

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Interventie. De Taallijn"

Transcriptie

1 Interventie De Taallijn

2 Samenvatting Doelgroep De doelgroep wordt gevormd door taalzwakke kinderen van 0 tot 7 jaar, op peuterspeelzalen, kinderdagverblijven en de onderbouw van het basisonderwijs. De intermediaire doelgroep bestaat uit peuterleid(st)ers op peuterspeelzalen en leerkrachten in groep 1, 2, 3 en 4 van de basisschool. Doel Het doel van De Taallijn is taalachterstand bij anderstalige en lage SES-kinderen te beperken, door interactievaardigheden van leid(st)ers/leerkrachten te vergroten en voorwaarden te beschrijven voor interactieve taalstimulering. Aanpak De methode is gericht op anderstalige en lage-ses (Sociaal Economische Status) kinderen in de voorschoolse leeftijd (2 4 jaar) en in de onderbouw van het basisonderwijs (4-8 jaar). De Taallijn kan gebruikt worden naast totaalprogramma s voor VVE (Voor- en Vroegschoolse Educatie) en taalmethoden, maar kan ook zelfstandig uitgevoerd worden. Peuterleid(st)ers en leerkrachten wordt geleerd zich bewuster te zijn van de mogelijkheden voor taalleren die zich in de groep voordoen, zodat ze gebruikmaken van situaties waarin spelenderwijs aandacht besteed kan worden aan taalontwikkeling, maar ook situaties te creëren waarin de taalontwikkeling specifiek is te stimuleren. Deze situaties zijn bij wijze van voorbeeld uitgewerkt en worden geoefend in een aantal frequente en herkenbare situaties: tijdens spel in hoeken, in gesprekjes rondom dagelijks terugkerende handelingen en gebeurtenissen, en in meer geleide activiteiten gericht op taalstimulering die vervat zijn in ankergestuurde cycli. Dit zijn activiteitencycli van ca. 3 weken waarbij een inhoudelijk thema centraal staat. Een centraal prentenboek of gezamenlijke beleving (anker) vormt het startpunt van de andere activiteiten in de cyclus. De Taallijn biedt voor deze ankergestuurde cycli suggesties voor het werken aan woordenschat, het vergroten van de mondelinge taalvaardigheid (het voeren van gesprekken), het uitbreiden van geletterdheid (via interactief voorlezen), de inzet van ICT, en het vergroten van ouderbetrokkenheid bij de taalstimulering van deze kinderen. Materiaal Er zijn vijf zogenaamde speerpunten in de aanpak (mondelinge communicatie, woordenschatontwikkeling, ontluikende geletterdheid, ICT en ouderbetrokkenheid), die elk zijn uitgewerkt in drie handboeken en twee geïntegreerde trainingsmodules (in de vorm van een map) voor peuterspeelzalen, groep 1/2 en groep 3/4. Daarnaast zijn er acht activiteitencycli uitgewerkt rondom vier thema s voor peuterspeelzalen en het basisonderwijs. 2

3 Voor professionals in de voor- en vroegschoolse leeftijd in Duitsland is tevens een vertaling naar het Duits gemaakt van de trainingsmodule (Die Language Route & Ich bin Max). Voor de kinderopvang is een handboek en een trainingsmodule gemaakt, die afzonderlijk opgenomen is in de NJi Databank Methodieken Pedagogische Kwaliteit. Onderbouwing Zeker wanneer er sprake is van een vertraging in de taalontwikkeling door onvoldoende kwalitatief hoogwaardig aanbod (zoals in anderstalige gezinnen, en gezinnen met een lage SES) is een kind erbij gebaat om volop kansen te krijgen om de taal te ontwikkelen. Dat gebeurt met name wanneer het kind mogelijkheden krijgt om zelf te praten, om zo het eigen leermechanisme te kunnen activeren (Damhuis & Litjens, 2003). De leid(st)er/leerkracht speelt daarbij een belangrijke rol: hij/zij schept een context waarbinnen betekenisvolle interacties kunnen plaatsvinden. Dit gebeurt door het bieden van goed en rijk taalaanbod, het uitlokken van taalproductie en het geven van feedback. In het didactisch model van De Taallijn staan de vaardigheden van professionals die nodig zijn voor deze taalstimulerende interactie, centraal. Door de leid(st)ers/leerkrachten te equiperen met interactievaardigheden en ze te voorzien van voorbeelden van interactieve taalleersituaties, zorgt De Taallijn ervoor dat de taalvaardigheid van kinderen wordt vergroot. Er is sprake van een sterke relatie tussen theorie en praktijk door praktijkopdrachten en coaching tijdens de trainingen. De onderbouwing van de aanpak berust enerzijds op (inter)nationale wetenschappelijke inzichten met betrekking tot taalstimulering en vroeginterventie, en anderzijds op effectstudies van (componenten) van De Taallijn. Gebruikersonderzoeken in Nederland (Fukkink, Veen & Van Gelderen, 2005) en Duitsland (Helmstaedter, 2012) laten een positieve waardering zien van De Taallijn door de professionals die met de aanpak werken. Directe effecten van de aanpak op de taalvaardigheid van kinderen worden beschreven in studies van Corvers, Aarnoutse en Peters (2004), Droop, Peters, Aarnoutse en Verhoeven (2005), Van Druten-Frietman, Gijsel, Denessen, en Verhoeven (2014), Van Druten-Frietman, Denessen, Gijsel en Verhoeven (2015) en Van Druten-Frietman, Strating, Denessen en Verhoeven (geaccepteerd in Journal of Early Intervention). Daarnaast worden er in 2016 nog aanvullende resultaten verwacht vanuit het promotieonderzoek dat drs. Loes van Druten-Frietman uitvoert aan de Radboud Universiteit. Erkenning Erkend door Deelcommissie ontwikkelingsstimulering, onderwijsgerelateerd en jeugdwelzijn d.d Oordeel: Effectief volgens eerste aanwijzingen De referentie naar dit document is: Jeroen Aarssen / Olga Abell / Judith Stoep (Maart 2016). Databank effectieve jeugdinterventies: beschrijving De Taallijn'. Utrecht: Nederlands Jeugdinstituut. Gedownload van 3

4 1. Uitgebreide beschrijving Probleemomschrijving Probleem Vooral anderstalige kinderen en kinderen uit lagere sociaal-economische milieus lopen risico om met een aanzienlijke taalachterstand aan het basisonderwijs te beginnen: zij presteren onder het gemiddelde als het gaat om taalvaardigheid en woordenschat (Stoep, 2008; Janssen, 2014). Deze aanvankelijke verschillen blijven vaak in stand gedurende de hele schoolloopbaan, en worden in sommige gevallen groter met de jaren. Deze kinderen lopen, meer dan kinderen uit hogere sociale milieus, het risico om op te groeien in een taalarme omgeving en zijn voor hun taalontwikkeling in het Nederlands voor een groot deel afhankelijk van de leid(st)er/leerkracht. Om taalachterstanden bij anderstalige en lage SES-kinderen te bestrijden is het belangrijk om in een vroeg stadium in te zetten op taalstimulering die verzorgd wordt door deskundige professionals. De kwaliteit van professionals in de VVE verschilt echter dusdanig (De Haan, Leseman & Elbers, 2011), dat niet alle kinderen de begeleiding krijgen die zij nodig hebben om zonder een grote achterstand aan groep 3 te beginnen. Er wordt weliswaar op steeds meer peuterspeelzalen en kleutergroepen gewerkt met VVE-programma s, die gericht zijn op het verkleinen van deze achterstanden, maar zowel in de materialen als in de didactische en interactievaardigheden van de professionals werden in 2000 nog lacunes gesignaleerd (Schonewille, Kloprogge, & Van der Leij, 2000), die de uitblijvende resultaten van VVE zouden kunnen verklaren. In opdracht van het Ministerie van OCW hebben het Expertisecentrum Nederlands en Sardes daarom De Taallijn ontwikkeld om bestaande VVE-programma s te verrijken op het gebied van effectieve taalstimulering. De Taallijn kan zelfstandig gebruikt worden, maar kan ook ingezet worden naast veelgebruikte VVE-methodes, en is in een aantal VVE-programma s (Piramide, Kaleidoscoop, Startblokken, Doe meer met Bas, Ko Totaal en Boekenpret) verwerkt in de edities vanaf Spreiding De overheid streeft ernaar om met VVE onderwijsachterstanden te verminderen. Het Dossier Voor- vroegschoolse educatie ( geeft aan dat in 2011 het aantal voorschoolse VVE-plaatsen bedraagt en kinderen bereikt. In 2012/2013 zijn er achterstandsleerlingen in Nederland. Dat is 12 procent van het totale aantal leerlingen in het basisonderwijs. Criterium is het 4

5 opleidingsniveau van de ouders van de kinderen. Er zijn ongeveer evenveel jongens als meisjes met een achterstand. Gevolgen Kinderen uit allochtone en lage SES-gezinnen met een taalachterstand lopen hun achterstand niet vanzelf in door deel te nemen aan het onderwijs. Hun taalvaardigheid neemt weliswaar toe, maar dat van hun leeftijdgenootjes (uit hoge SES-gezinnen) met een gemiddeld taalniveau ook. Het verschil neemt dus niet af. Sterker nog: in de loop van de tijd wordt het verschil steeds groter (Hart & Risley, 1995; Janssen, 2014). Dat betekent dat vroeg ingrijpen belangrijk is; hoe eerder kinderen hun taal ontwikkelen, hoe kleiner de kans dat ze een achterstand hebben die bijna niet meer in te lopen is. Een goede schoolloopbaan vereist een redelijke taalbeheersing. Teksten worden met het klimmen van de schooljaren complexer, het taalgebruik abstracter en de betekenis van onbekende woorden moet uit de context worden begrepen. Ook wanneer kinderen cognitief in staat zijn om bepaalde teksten te begrijpen, zal een laag taalniveau ze daar niet toe in staat stellen. De gevolgen zijn een lagere opleiding en een minder goed beroepsperspectief. 5

6 2. Beschrijving interventie 2.1 Doelgroep Uiteindelijke doelgroep De uiteindelijke doelgroep wordt gevormd door peuters op peuterspeelzalen en kinderdagverblijven in de leeftijd van 2 tot 4 jaar en kinderen van 4 tot 8 jaar in de onderbouw van het basisonderwijs die vanwege een anderstalige of lage SESgezinssituatie een achterstand hebben in hun taalontwikkeling. De Taallijn wordt in deze peuterspeelzalen/groepen in het basisonderwijs niet voor individuele kinderen ingezet, maar groepsbreed, als de populatie van de peuterspeelzaal/school voor een aanzienlijk deel bestaat uit kinderen met een anderstalige/lage SES-achtergrond. Intermediaire doelgroep De intermediaire doelgroep van De Taallijn zijn peuterleid(st)ers op VVEpeuterspeelzalen en onderbouwleerkrachten in het basisonderwijs. Er is op basis van De Taallijn een aparte interventie ontwikkeld voor pedagogisch medewerkers in de kinderopvang: De Taallijn, interactieve taalstimulering in het kinderdagverblijf, die afzonderlijk is beschreven en sinds 16 december 2013 is opgenomen in de Databank Methodieken Pedagogische Kwaliteit van het NJI. Wanneer in het vervolg van de tekst gesproken wordt van peuterleid(st)ers of peuters, kan daarom in de meeste gevallen ook leerkrachten, respectievelijk kinderen in de onderbouw van het basisonderwijs gelezen worden. De uitvoerders van De Taallijn worden op hun beurt getraind en gecoacht door trainers die een train-de-traineropleiding van de ontwikkelaars van De Taallijn hebben gevolgd, en als resultaat hiervan een licentie hebben verkregen. Selectie van doelgroepen Elke gemeente bepaalt welke kinderen in de voorschoolse periode in aanmerking komen voor VVE. Voor kinderen in de vroegschoolse leeftijd (groep 1 en 2 van de basisschool) bepalen schoolbesturen dat. Schoolbesturen en gemeenten krijgen geld van het Rijk om de benodigde VVE-voorzieningen te bekostigen op basis van het aantal gewichtenkinderen in een gemeente, maar ze kunnen zelf criteria opstellen voor de definitie van doelgroepkinderen. Veelal wordt de zogenaamde gewichtenregeling uit het onderwijs gebruikt om vast te stellen of een kind tot de VVE-doelgroep behoort. Daarbij wordt gekeken naar de opleidingsachtergrond van de ouders, soms aangevuld met gegevens uit andere bronnen. Zo is er een 6

7 instrument van het RIVM en het Centrum Jeugdgezondheid, waarmee op grond van een omgevingsanalyse risico's op taal- en ontwikkelingsachterstanden kunnen worden aangegeven. Daarnaast kiezen instellingen zonder doelgroepkinderen er dikwijls zelf voor om zich middels De Taallijn te laten scholen in interactieve taalstimulering, om zo een uitdagend aanbod te realiseren in het licht van de ontwikkeling van taal en geletterdheid. 2.2 Doel Hoofddoel Het doel van De Taallijn is taalachterstand bij allochtone en lage SES-kinderen te beperken, door interactievaardigheden van leid(st)ers/leerkrachten te vergroten en voorwaarden te beschrijven voor interactieve taalstimulering. Subdoelen Het onderliggende doel is het vergroten van de interactievaardigheden van peuterleid(st)ers en onderbouwleerkrachten en het aanreiken van modellen voor interactieve taalleersituaties. Aan de hand van de Checklist leidstervaardigheden Taallijn, die onderdeel uitmaakt van de scholingsmodules voor peuterleid(st)ers en leerkrachten, formuleren de professionals persoonlijke leerdoelen op de volgende terreinen: 1. Pedagogische competentie taalstimulering: leidsters zorgen voor een goed pedagogisch klimaat en relatie met de kinderen en tussen de kinderen onderling. 2. Algemene didactiek van de taalstimulering: leidsters zorgen voor taalactiviteiten en een taalaanbod naar de peuters in kleine groepjes, die aansluiten bij de belevingswereld en die de zone van de naaste ontwikkeling raken. 3. De organisatie van taalactiviteiten in de groep: leidsters zorgen voor een uitdagende speelomgeving waarin de taalontwikkeling gestimuleerd wordt. 4. Werken aan woordenschat: leidsters maken op verschillende manieren gebruik van woordenschatstimulering bij peuters. 5. Ontluikende geletterdheid: leidsters zorgen ervoor dat door middel van interactief voorlezen de kinderen op een natuurlijke wijze ervaringen opdoen met ontluikende geletterdheid. 6. Gesprekken met peuters: leidsters hebben duidelijk zicht op de wijze waarop zij interactieve gesprekken voeren met peuters. 7. Peuters en ICT: leidsters maken gebruik van ICT bij taalstimulering van peuters. 7

8 8. Ouderbetrokkenheid (samenwerking met de omgeving op het gebied van taalstimulering): leidsters werken samen met collega s en anderen (ouders) die betrokken zijn bij de taalstimulering van peuters. 2.3 Aanpak Opzet van de interventie De Taallijn is een trainingsprogramma voor leidsters en leerkrachten op VVEpeuterspeelzalen en onderbouwleerkrachten in het basisonderwijs. Het programma kan op verschillende manieren worden ingevoerd, variërend van aparte modules voor de speerpunten Mondelinge taal, Werken aan woordenschat, Geletterdheid, ICT en multimedia, Ouderbetrokkenheid tot een geïntegreerde cursus waarbij alle speerpunten aan de orde komen. In de praktijk kiezen locaties meestal voor de geïntegreerde cursus. Tijdens het volgen van het trainingsprogramma wordt een koppeling gemaakt tussen theorie en praktijk. De werkvormen die tijdens de training gebruikt worden, sluiten direct aan op de praktijk in VVE-peuterspeelzalen en groep 1-4 van het basisonderwijs. De leidsters en leerkrachten oefenen de vaardigheden daarna in hun eigen praktijk. De coaching die de deelnemers vervolgens ontvangen is tweeledig: 1. coaching tijdens alle cursusbijeenkomsten: de ervaringen van het oefenen van de vaardigheden in de praktijk worden in de cursusbijeenkomsten besproken met de trainers aan de hand van ingebracht filmmateriaal en mondelinge casussen, waarbij de individuele deelnemers feedback krijgen op de activiteiten die zijn verricht en de leerdoelen die door de deelnemer geformuleerd zijn; 2. coaching op de werkvloer: tenminste één keer bezoekt de trainer de werkplek van de deelnemers voor een observatie en een coachingsgesprek. Indien er behoefte bestaat om de coaching uit te breiden, dan worden daarover afspraken gemaakt tussen de trainer en de deelnemer. Met het resultaat, hun interactieve aanpak, streven leidsters en leerkrachten ernaar om via interactieve taaldidactiek te werken aan taalstimulering. De Taallijn voor peuters De Taallijn Peuters Interactief met Taal bestaat uit vijf bijeenkomsten: Bijeenkomst 1 Peuters Interactief met Taal, inleiding 8

9 Bijeenkomst 2 Werken aan woordenschat Bijeenkomst 3 Cyclus Interactief met Taal Bijeenkomst 4 Afstemming Taallijn en praktijk Bijeenkomst 5 Terugkomdag met intervisie en evaluatie training De bijeenkomsten duren gemiddeld 2,5 tot 3 uur. De uitwerkingen van de bijeenkomsten bevatten bewust geen tijdsplanningen, omdat het uitgangspunt is dat er ruimte is om op specifieke vragen van de deelnemers in te gaan. De trainer bepaalt zelf welke onderdelen meer of minder aandacht krijgen, afgestemd op de behoefte van de deelnemers. Tussen de bijeenkomsten door is er voldoende ruimte nodig. Er wordt aangeraden een periode van minimaal vier weken aan te houden. Tijdens deze periode passen de deelnemers het geleerde toe in de praktijk aan de hand van opdrachten. De trainer kan de periode tussen de bijeenkomsten gebruiken om tussentijdse observaties in de groepen te plannen en (eventueel) opnames te maken. Deze coaching op de werkvloer is weliswaar tijdrovend, maar is belangrijk ter ondersteuning en begeleiding van de individuele deelnemers. Als achtergrondliteratuur wordt het boek Peuters Interactief met Taal (Stoep & Van Elsäcker, 2005) gebruikt. De Taallijn voor kleuters Bijeenkomst 1 - Inleiding: De Taallijn. Interactief taalonderwijs in groep 1 en 2 Bijeenkomst 2 De Taallijn versus VVE-programma s Bijeenkomst 3 Intervisie I Bijeenkomst 4 Intervisie II Bijeenkomst 5 Evaluatie en afsluiting In bijeenkomst 2 bepalen de deelnemers op basis van de specifieke problematiek van de kinderen en de team- en indivuele behoeften op welke van de vijf speerpunten van De Taallijn (Mondelinge taal, Werken aan woordenschat, Beginnende geletterdheid, ICT en multimedia, Ouderbetrokkenheid) zij hun gangbare methode of programma willen gaan versterken. Bijeenkomst 3 en 4 zijn intervisiebijeenkomsten waarin leerkrachten een casus inbrengen op basis van ervaringen uit de praktijk. Net als bij De Taallijn voor peuters duren de bijeenkomsten gemiddeld 2,5 tot 3 uur, en wordt aangeraden minimaal vier weken tussen de bijeenkomsten te 9

10 plannen. Als achtergrondliteratuur wordt het boek De Taallijn. Interactief taalonderwijs in groep 1 en 2 (Van Elsäcker, Van der Beek, Hillen & Peters, 2006) gebruikt. Voor leerkrachten uit de groepen 3 en 4 is een handboek verschenen met een cd-rom met leerling- en docentmaterialen (Van Elsäcker, Stolwijk & Bruggink, 2011), dat in aanvulling op het trainingsmateriaal kan worden gebruikt. Sardes, het Expertisecentrum Nederlands en ITTA hebben recent een training Taal/ en interactievaardigheden in de kinderopvang (TINK) ontwikkeld, waarin veel elementen uit De Taallijn zijn verwerkt. Locatie en uitvoerders De Taallijn wordt uitgevoerd op peuterspeelzalen en basisscholen (groepen 1 tot en met 4). Inhoud van de interventie Hieronder wordt het didactisch model van De Taallijn beschreven en wordt ingegaan op de inhoud van de Taallijntrainingen. In het didactisch model staan de leidster-/leerkrachtvaardigheden centraal. Het aanleren en inoefenen van deze interactievaardigheden vormt de rode draad in de Taallijntrainingen. De peuterleid(st)ers en leerkrachten passen deze vaardigheden vervolgens toe in de taalstimulering die ze bieden aan kinderen uit allochtone en lage sociale milieus met een taalachterstand, in verschillende taalleersituaties (zowel ontwikkelingsvolgend als gestuurd). Achterliggende didactisch model De Taallijn gaat uit van betekenisvolle, interactieve taalstimulering. Dit is een combinatie van zelfontdekkend en begeleid leren in een rijke speelleeromgeving. Een belangrijke pijler vormt ankergestuurde instructie. In deze werkwijze wordt gebruik gemaakt van motiverende, betekenisvolle, herkenbare startactiviteiten, die de kinderen boeien, waaraan thema's en activiteiten opgehangen kunnen worden. Een anker kent meerdere vormen: een bijzonder prentenboek, een excursie of een gebeurtenis uit het leven van de kinderen, zoals een ziek huisdier. De leidster/leerkracht kiest die ankers die betekenisvol zijn voor de kinderen, en plaatst de gebruikelijke taalleerroutines (voorlezen, liedjes, e.d.) in het teken van het anker. Ook de omgeving - die normaal al zo rijk mogelijk is ingericht om taal te stimuleren met boeken, schrijfmateriaal, labels - wordt aangepast aan het anker door middel van een thematafel, een boekenmuur, bijpassende materialen, en dergelijke. In het didactisch model staan de leidster-/leerkrachtvaardigheden centraal. Deze zijn niet alleen van belang tijdens gestructureerde situaties, maar in alle 10

11 contexten die zich lenen voor taalstimulering. Hierbij wordt het onderscheid gemaakt in dagritmeactiviteiten, ontwikkelingsspel en specifieke taalstimulering. Bij dagritmeactiviteiten - zoals halen en brengen, eten en drinken - is er in hoge mate sprake van incidentele taalstimulering: de leidster gebruikt de kansen tot interactie die zich voordoen en verrijkt de taal van de kinderen door bijvoorbeeld handelingen te verwoorden. Ook bij het ontwikkelingsspel - bij voorbeeld in de poppenhoek of de constructiehoek - gaat het vooral om incidentele taalstimulering als er kansen ontstaan tot interactie tussen kinderen onderling en tussen leidster/leerkracht en kinderen. De leidster/leerkracht speelt een stimulerende rol door de taalproductie van de kinderen te stimuleren door gevarieerd vragen te stellen en goede feedback te geven. De specifieke activiteiten voor taalstimulering (bijv. de kleine kring, woordspelletjes) worden gepland. Dan is er sprake van intentionele taalstimulering. Die vindt plaats tijdens de activiteiten in de ankergestuurde cyclus, zoals het interactief voorlezen. De training voor leid(st)ers/leerkrachten Het doel van De Taallijn is taalachterstand bij kinderen uit allochtone en lage SES-gezinnen te beperken, door interactievaardigheden van leid(st)ers/leerkrachten te vergroten en modellen aan te reiken voor taalleersituaties, en op die manier in te zetten op interactieve taalstimulering. De interactievaardigheden en activiteiten die centraal staan in de Taallijntraining vormen het vliegwiel voor de taalontwikkeling van de kinderen. De Taallijn werkt volgens vijf zogenaamde speerpunten die elk zijn uitgewerkt in een aparte trainingsbijeenkomsten: Mondelinge communicatie: voeren en begeleiden van gesprekken met kinderen. Woordenschatontwikkeling: het belang en de wijze van woordenschatinstructie, selecteren van kernwoorden, controleren van woordkennis, uitbreiden van woordennetwerken in een ankergestuurde cyclus. Ontluikende/beginnende geletterdheid: kennis over stimulering van geletterdheid bij het jonge kind, rol van interactie tijdens het voorlezen, inrichten van de leeromgeving ter ondersteuning van het voorlezen en zelf lezen. ICT: inzet van digitale middelen bij taalstimulering, digitale prentenboeken. Ouderbetrokkenheid: gebruiken van een gezinsportfolio. De training (zowel die gericht is op het werken met peuters, als die op het werken met kleuters) bestaat uit vijf bijeenkomsten, gekoppeld aan praktijkopdrachten. Aan de hand van de praktijkopdrachten en de informatie uit de cursus zijn de leid(st)ers/leerkrachten in staat om via ankergestuurde cycli 11

12 taalstimulerende activiteiten uit te voeren. In overleg kan de training voor leerkrachten gecomprimeerd worden aangeboden en uit vier bijeenkomsten bestaan, bijvoorbeeld als zij al ervaring hebben met één of meer speerpunten. Vrijwel iedere bijeenkomst bevat een aantal vaste onderdelen, zoals een eyeopener (prikkelende start, met inbreng vanuit de praktijk door één of meer leidsters), introductie, theorie, demonstratie, oefening, discussie en een praktijkopdracht. Sommige onderdelen hiervan zijn facultatief. De theoretische informatie is zoveel mogelijk verdeeld over de bijeenkomsten. Op basis van de leerbehoeften van de deelnemers komen onderdelen meer of minder uitgebreid aan bod. De trainer neemt de vijf speerpunten (Mondelinge communicatie, Woordenschatontwikkeling, Ontluikende/beginnende geletterdheid, ICT en Ouderbetrokkenheid) als uitgangspunt voor uitleg en demonstratie (bijvoorbeeld door het tonen van filmfragmenten). De deelnemers passen de uitgangspunten van de speerpunten toe op activiteiten uit hun eigen praktijk: waaronder de drie aspecten van interactie (aanbod, productie en feedback), de dertien interactievaardigheden van de volwassene, het taalleermechanisme en het grijpen en creëren van kansen. In alle trainingsbijeenkomsten wordt uitgebreid stilgestaan bij datgene wat in de praktijk geoefend is, door het bespreken en bekijken van videobeelden en ingebrachte casussen. 2.4 Ontwikkelgeschiedenis Betrokkenheid doelgroep De Taallijn is tot stand gekomen in een pilot-traject, waaraan peuterleid(st)ers en onderbouwleerkrachten hebben deelgenomen. Hun ervaringen zijn meegenomen bij de verdere ontwikkeling. Buitenlandse interventie De interventie is in Nederland ontwikkeld. In Duitsland was belangstelling voor de Taallijntraining, die tussen 2006 en 2010 is gegeven aan leidsters van voorscholen in Erkelenz. Op basis hiervan is er een Duitse vertaling gemaakt van De Taallijn: Die Language Route & Ich bin Max (ProLog Therapie- und Lernmittel OHG, 2007). 12

13 2.5 Vergelijkbare interventies In Nederland uitgevoerd De Taallijn heeft als voorloper het Programma Interactief Taalonderwijs (PIT), weliswaar vooral toegespitst op beginnende geletterdheid, met alleen kleuters als doelgroep. Onderzoek naar dit programma heeft de belangrijke werkzame bestanddelen uit De Taallijn aangetoond. De implementatie van het PITprogramma betekent voor de leerkrachten in groep 1 en 2 dat zij gestructureerder en doelgerichter werken aan de taalontwikkeling van hun leerlingen. Taal100 (Van der Zouw & Abell, 2010) is goed vergelijkbaar met De Taallijn. De Taallijn sluit nauw aan bij de principes voor interactief taalonderwijs op de basisschool, zoals in diverse publicaties van het Expertisecentrum Nederlands geformuleerd. Daarmee streeft men naar een doorgaande lijn van peuterspeelzaal naar basisschool. Met het verschijnen van het boek Taal100 is ook daadwerkelijk de lijn doorgezet tot in groep 8 van de basisschool. De Taallijn heeft ook een uitwerking (training en handboek) voor de kinderopvang. Deze uitwerking was afzonderlijk beschreven en opgenomen in de NJi Databank Methodieken Pedagogische Kwaliteit. Sinds het opheffen van deze databank in 2015 is de Taallijn voor de kinderopvang niet in een andere databank met effectieve interventies opgenomen. Overeenkomsten en verschillen De Taallijn richt zich op de voor- en vroegschoolse periode. Taal100 richt zich op het gehele basisonderwijs. De Taallijn in de kinderopvang richt zich op kinderdagverblijven. In alle interventies staan de richtlijnen voor interactieve taalstimulering centraal. Toegevoegde waarde De genoemde interventie richt zich op een andere leeftijdsgroep. 13

14 3. Onderbouwing Oorzaken Volgens Blok en Leseman (2004) is de kern van het probleem dat de basisschool van kinderen bepaalde vaardigheden verwacht, met name ook taalvaardigheid, maar dat een deel van de kinderen daar niet voldoende over beschikt. Kinderen in Nederlandse middenklassegezinnen verwerven die vaardigheden als regel thuis door spel, alledaagse gesprekken, het leesklimaat, enz. Achterstandskinderen, zowel allochtoon als autochtoon, missen dit soort informele leerervaringen grotendeels. Anderstalige kinderen moeten vaak tegelijkertijd Nederlands leren en schoolse kennis en vaardigheden verwerven. Bij deze laatste vaardigheden gaat het om leerhouding, interesse in schoolvakken, intrinsieke motivatie voor lezen en schrijven. Het idee is dat, wil men de achterstand bestrijden, men vroeg moet beginnen om deze kinderen wél die leerervaringen te laten opdoen, met de juiste interactievaardigheden als inzet. Professionals die werken met kinderen uit anderstalige en/of lage SESgezinnen laten echter grote verschillen in kwaliteit zien, waardoor niet alle kinderen de begeleiding krijgen die zij nodig hebben, en veel potentieel onderbenut dreigt te raken. Aan te pakken factoren De Taallijn werkt aan het stimuleren van taal en geletterdheid bij kinderen uit anderstalige en/of lage SES-gezinnen via het vergroten van de interactievaardigheden van professionals en het aanreiken van modellen voor taalleersituaties. Zij worden toegerust om het gebrek aan taalstimulering vanuit de thuissituatie van achterstandskinderen zoveel mogelijk op te vangen, en daarmee de taalachterstand van deze kinderen te verkleinen. Verantwoording Taalachterstanden en VVE: Achtergrond Onderzoek ondersteunt de vroege aanpak van taalachterstanden (o.a. Blok & Leseman 1996, 2004). In Nederland vindt die vroege aanpak plaats in de vorm van het VVE-beleid. Toen er rond de eeuwwisseling werd gekeken naar de effectiviteit van bestaande VVE-programma s en middelen, bleken die nog niet het gewenste optimale effect op taalstimulering te hebben (Schonewille e.a., 2000). Dit vormde de ratio achter de ontwikkeling van De Taallijn, die, zeker in contrast met de toenmalige programma s, meer aandacht geeft aan taalproductie en interactie. Het werkzame principe van De Taallijn is uitgedaagde taalproductie (Damhuis, De Blauw, Tammes & Sytema, 2009): kinderen leren van interactie 14

15 met anderen in hun omgeving (volwassenen, peers) zowel via het taalaanbod van de communicatiepartners (inputhypothese van Krashen, 1980) als via de mogelijkheden tot het zelf formuleren/uiten van taal (outputhypothese van Swain, 2005). Tegenwoordig is De Taallijn opgenomen in de meeste VVE-programma s (waaronder Piramide, Kaleidoscoop, Ik ben Bas), maar geen van deze programma s is zo specifiek gericht op taalstimulering als De Taallijn zelf. Daarom is De Taallijn ook als afzonderlijke trainingsmodule beschikbaar, zodat alle leid(st)ers/leerkrachten die werken met kinderen uit anderstalige en/of lage SES-gezinnen training kunnen volgen in de aanpak, om deze toe te kunnen passen in hun groepen, of ze nu werken met een totaalprogramma voor VVE of niet. Interactieve taalstimulering Taalstimulering in De Taallijn steunt op drie pijlers (Sijtstra, Aarnoutse, & Verhoeven, 1999): 1. Sociaal leren, dit wil zeggen je leert taal te begrijpen en te gebruiken door gesprekken met ouders, leid(st)ers/leerkrachten en andere kinderen. Kinderen ontwikkelen taalvaardigheid doordat zij in interactie met anderen oefenen met taal en een rijk taalaanbod krijgen. Wanneer meer en minder taalvaardige kinderen met elkaar samenwerken, kunnen de minder taalvaardige kinderen leren van het taalaanbod van taalvaardiger kinderen, die op hun beurt weer leren van de van de uitleg die ze geven aan minder taalvaardige kinderen. Een belangrijke vaardigheid die de leid(st)ers/leerkrachten zich in De Taallijn eigen moeten maken, is dan ook het stimuleren van interactie. Dit sociale aspect van taalleren en de consequenties voor de taalvaardigheid van kinderen worden in de reviewstudie van Hoff (2006) benadrukt. 2. Betekenisvol leren. Kinderen leren het beste taal in een situatie die voor hen betekenisvol is. Zoals wanneer een kind taken uitvoert die voor het kind functioneel zijn, een relatie hebben met het dagelijks leven van het kind en daardoor herkenbaar zijn en zodoende een beroep doen op de intrinsieke motivatie van peuters (Sijtstra e.a., 1999). Of wanneer de activiteiten aansluiten bij de het ontwikkelingsniveau van de kinderen en daar net bovenuit stijgen, zodat zij uitdagend zijn (Vygotsky s zone van de naaste ontwikkeling, zie ook Combs, 1996). Dit heeft zich in de aanpak onder andere vertaald in het gebruik van ankers en een rijke leeromgeving. Aan de ankers worden activiteitencycli gekoppeld die aansluiten bij de interesses van de kinderen; in de leeromgeving zijn materialen te vinden waarmee de kinderen authentieke situaties uit het dagelijks leven kunnen naspelen. Op die manier wordt leren een actief proces, 15

16 waarin het kind zelf betekenissen construeert. Deze constructivistische aanpak heeft zich in het onderwijs al ruimschoots bewezen, met name als het gaat om het leggen van verbanden tussen kennisdomeinen en het ontwikkelen van generaliseerbare kennis (Grabinger, 1996). 3. Strategisch leren betekent dat kinderen leren om zelf problemen op te lossen. Zij kunnen deze methodes en strategieën ook in andere situaties gebruiken en zijn beter in staat actief hun eigen leerproces te sturen. Daardoor leren zij succesvoller (Biemond, 1998). Zo gaat het voorlezen in de cycli van De Taallijn steeds met dezelfde stappen, zodat de kinderen weten wat ze kunnen verwachten en beter mee kunnen doen met de activiteiten. De leid(st)er/leerkracht verwoordt acties van de kinderen en zichzelf, stelt vragen over verwachtingen, problemen en oplossingen. Zij demonstreert op die manier het denkproces en laat de kinderen daaraan meedoen. De kinderen maken zich daarmee leerstrategieën eigen, zoals de betekenis van een woord afleiden uit plaatjes of door erover te praten. Dat het gebruik van taalleerstrategieën effectief is, blijkt onder andere uit studies van Cohen (2007/2010). Anderstalige kinderen Anderstalige kinderen worden doorgaans in een lager tempo taalvaardig in het Nederlands dan Nederlandstalige peuters. Voor anderstalige peuters zijn in eerste instantie vooral het luisteren en de uitbreiding van de woordenschat belangrijk (Van den Branden e.a., 2001). Activiteiten en taalleerroutines die steeds terugkeren, bieden herkenbaarheid. In de taalstimulering moet aandacht zijn voor woorden die verwijzen naar dagelijkse gebeurtenissen en dingen waar peuters mee te maken hebben. Daarvoor biedt De Taallijn geen aparte aanpak, maar gelden de uitgangspunten als aansluiting bij het niveau van het kind en kinderen laten samenwerken, zoals hiervoor bij de drie pijlers van interactieve taalstimulering is aangegeven. De herkenbaarheid maakt het voor alle peuters gemakkelijker om aan de peuterspeelzaal te wennen en gaandeweg deel te nemen aan activiteiten die meer taalvaardigheid vereisen, zoals het voeren van gesprekken in de kleine kring. Speerpunten binnen De Taallijn We beschrijven hieronder de doelen van de aanpak in termen van de vijf speerpunten van De Taallijn. 16

17 Mondelinge communicatie Taal wordt geleerd in interactie met personen in de omgeving. In de interactie met peuters zijn drie elementen van belang (Damhuis & Litjens, 2003): 1. De kwantiteit en kwaliteit van het taalaanbod: de leid(st)er/leerkracht spreekt veel, verbaliseert handelingen van zichzelf en van peuters, gebruikt de taal ook goed en correct en stemt het taalaanbod af op het niveau van de kinderen (niet te moeilijk, maar zeker ook niet te gemakkelijk); 2. Taalproductie van het kind zelf: door zelf te praten gaat een kind creatief en actief om met taal, wordt gevoelig voor de reacties die zijn uitingen oproepen en gaat meer letten op de taal van anderen het taalleermechanisme wordt geactiveerd. 3. Feedback geven: hiermee geven leid(st)ers/leerkrachten informatie aan kinderen over wat ze gezegd hebben, bijvoorbeeld door te prijzen, opnieuw te verwoorden (corrigeren) of te parafraseren (in uitgebreidere vorm herhalen). Woordenschat Ook hier is kwantitatief en kwalitatief goed taalaanbod van belang. Kinderen leren meer woorden als in het gezin en op school veel wordt gepraat (Dickinson & Tabors, 2002). De veel voorkomende, bekende woorden vormen de basis, maar daarnaast gebruikt een leid(st)er/leerkracht ook minder frequente en moeilijker woorden waarmee ze de kinderen uitdaagt en hun kansen tot leren vergroot. Ook de ondersteuning vanuit de context draagt bij aan woordenschatontwikkeling. In een rijke context van spel, prentenboek, e.d. kan de betekenis van een woord makkelijker afgeleid worden en krijgen woorden betekenis in samenhang, binnen een netwerk van betekenissen. Tot slot is het niveau van interactie relevant: als een beroep wordt gedaan op denk- en taalcapaciteiten (bijvoorbeeld door waarom- en hoe-vragen) is dat stimulerend voor de taalontwikkeling (Dickinson & Smith, 1994). In De Taallijn is hiervoor aandacht in de vorm van aanwijzingen voor het voeren van denkstimulerende gesprekken en het uitbreiden van de woordenschat (bijvoorbeeld tijdens het interactief voorlezen). Geletterdheid Voorlezen is een leuke activiteit voor kinderen, waarbij een goede boekkeuze en herhaling belangrijk zijn, maar vooral ook het op gang brengen van een gesprek over het boek. In het evaluatieonderzoek van De Taallijn VVE van Fukkink, Veen en Van Gelderen (2005, blz ) wordt in bijlage 5 de theoretische achtergrond bij 17

18 het interactief voorlezen uitgewerkt vanuit verschillende studies. Daarin staan onder andere de volgende bevindingen: - Voorlezen aan jonge kinderen thuis en op school levert een belangrijke bijdrage aan taalvaardigheid en ontluikende geletterdheid in de voor- en vroegschoolse periode (o.a. Neuman & Dickinson, 2001); - Voorleessituaties zijn met name bevorderlijk voor de taalontwikkeling wanneer de voorlezer zijn gedrag afstemt op het kind, het kind ondersteunt en stimuleert tot hogere denkprocessen; - Interactie rond het verhaal motiveert en vormt voor minder taalvaardige kinderen als het ware een brug tussen het mondelinge en het ( ) schriftelijke taalgebruik. In De Taallijn wordt een werkwijze beschreven voor het herhaald voorlezen van prentenboeken, waarbij verschillende stappen worden onderscheiden. Aan de hand van deze stappen maken de kinderen kennis met het boek en de woorden die erin centraal staan, leren ze inzicht krijgen in de verhaallijn, en oefenen ze met het navertellen van het verhaal en het vertellen van eigen verhalen die in het verlengde liggen. De leid(st)er/leerkracht leert in de training wat de meest optimale mix is van interactievaardigheden, leeromgeving en het boek dat wordt voorgelezen. ICT en multimedia Vanaf de leeftijd van ongeveer drie jaar kan computergebruik een positieve invloed hebben op de taalontwikkeling, maar ook de cognitieve, sociale en motorische ontwikkeling (Haugland, 2000). In Nederland zijn effecten vastgesteld van sommige computerprogramma s en elektronische prentenboeken (o.a. De Jong & Bus, 2004). In De Taallijn worden de leid(st)ers/leerkrachten getraind om bijvoorbeeld de juiste CD-ROM met digitaal prentenboek te kiezen, zelf presentaties of digitale prentenboeken te maken op de computer die aansluiten bij een anker, uitnodigende gesprekssituaties te creëren en samenwerking aan de computer te stimuleren. Ouderbetrokkenheid (gezinsportfolio) Bij kinderen van betrokken ouders verloopt de schoolloopbaan over het algemeen gunstiger dan bij leerlingen van minder betrokken ouders (Zellman & Waterman, 1998). Verschil in visie van ouders en school op leren kan negatieve effecten hebben op de leerresultaten. De thuistaal (bij voorkeur de eigen taal) en de talige interactie tussen ouders en kind beïnvloeden eveneens de leerprestaties (o.a. Doesborgh en Driessen, 2003). De Taallijn stimuleert ouderbetrokkenheid vooral via het gezinsportfolio: peuterleid(st)ers/leerkrachten informeren de 18

19 ouders over de doelen en de werkwijze van de gezinsportfolio, de ouders leveren daar zelf een bijdrage aan door werkjes, foto s en andere producten bij te plakken en de (taal)ontwikkeling wordt regelmatig aan de hand van het portfolio met de ouders besproken. De leid(st)ers/leerkrachten worden getraind om gezinsportfolio s te maken met de kinderen en hun ouders, en deze te gebruiken bij de evaluatie van de vooruitgang van de kinderen op het gebied van taalvaardigheid. Training van professionals in De Taallijn In de training legt de trainer de speerpunten van De Taallijn en de achterliggende principes van interactieve taalstimulering uit en illustreert die aan de hand van voorbeelden, o.a. op film. Tijdens de bijeenkomsten wordt telkens een relatie gelegd tussen het geleerde en de praktijk van de deelnemers. Zij reflecteren op de activiteiten die ze ondernemen en gaan dan, met name in de periode tussen de bijeenkomsten door, in de groep/klas aan de slag om hun praktijk te versterken, aan de hand van opdrachten die tijdens de training zijn aangereikt. De trainer coacht de deelnemers tijdens iedere bijeenkomst aan de hand van ingebracht videomateriaal en mondelinge casussen. In de daaropvolgende bijeenkomst worden de praktijkervaringen en de opdrachten uitvoerig nabesproken. Ook biedt De Taallijn de mogelijkheid van coaching op de werkvloer of individuele coaching met behulp van video-opnames. Ten minste één keer in het trainingstraject vindt een coachingsgesprek op de werkvloer plaats. Werkzame elementen Centraal stellen van het taalleermechanisme van het kind en de rol van uitgedaagde taalproductie volgens de driehoek van interactie: het bieden van goed en rijk taalaanbod, het uitlokken van taalproductie en het geven van feedback. Pijlers van interactieve taalstimulering: betekenisvol, sociaal en strategisch taal leren. Concrete voorbeelden van taalleersituaties die direct in de praktijk ingezet kunnen worden. Aanpak is breed inzetbaar, en niet methodegebonden; kan worden ingezet in groepen waar met of zonder een totaalprogramma voor VVE gewerkt wordt. Doorlopende lijn: de aanpak is beschreven voor het werken met kinderen in de leeftijd van 2 tot 8 jaar; voor iedere leeftijdsfase (2-4, 4-6, 6-8) zijn verschillende handleidingen beschikbaar. Sterke relatie tussen theorie en praktijk door praktijkopdrachten en coaching (aan de hand van videobeelden en ingebrachte casussen tijdens 19

20 alle trainingsbijeenkomsten, èn in een afzonderlijk coachingsgesprek op de werkvloer) als integraal onderdeel in de trainingsopzet. Gecertificeerde trainers die deel uitmaken van een landelijk netwerk van taalspecialisten bij OBD s. 20

21 4. Uitvoering Materialen Taallijn trainingsmodules: De Taallijn: Interactief taalonderwijs in groep 1 en 2. (trainingsmodule en cd-rom) Peuters Interactief met taal. De Taallijn: Taalstimulering voor jonge kinderen (trainingsmodule en cd-rom) Interactieve taalstimulering in het kinderdagverblijf (trainingsmodule, cdrom en dvd) De Taallijn. Interactief taalonderwijs in het SBO (trainingsmodule, cd-rom en dvd) Aanvulling NT2. Werken met beginnende taalleerders Trainingsmodules voor in de opleidingen: Peuters Interactief met Taal. De Taallijn: taalstimulering voor jonge kinderen. Trainingsmodule ROC SPW3 (trainingsmodule, cd-rom; twee varianten BOL en BBL) De Taallijn: Interactief taalonderwijs in groep 1 en 2. Trainingsmodule voor PABO s (trainingsmodule en cd-rom) Interactief met Taal. De Taallijn: taalstimulering voor jonge kinderen. Trainingsmodule voor opleiding tot onderwijsassistent (trainingsmodule en cd-rom) Taallijn cd-roms Bij De Taallijn zijn tevens drie cd-roms ontwikkeld met praktijkvoorbeelden: Gesprekken met peuters Interactief voorlezen aan peuters Werken aan woordenschat Taallijn boeken Plaatjes kijken, praatjes maken. Een didactisch kader voor gesprekken met jonge kinderen en doelgericht stimuleren van hun taalontwikkeling. (Aarssen & van der Bolt, 2004) Peuters Interactief met Taal. De Taallijn VVE: taalstimulering voor jonge kinderen (Stoep & van Elsäcker 2005) De Taallijn: interactief taalonderwijs in groep 1 en 2 (van Elsäcker, van der Beek, Hillen & Peeters, 2006) 21

22 Zie je ze vliegen? De Taallijn voor groep 3 en 4 (van Elsäcker, Stolwijk & Bruggink, 2007) Digitale boeken zelf maken en gebruiken in de groep. Praktische suggesties voor leidsters en leerkrachten (Broekhof, Hillen & van der Linden, 2007). De Taallijn in het kinderdagverblijf. Taalstimulering voor nul- tot tweejarigen (Corvers, van der Beek, Hillen, Pecht & Versteegen, 2008). Taallijn DVD Er is een dvd met video-opnames van diverse activiteiten in groep 1 en 2 (Praktijkvoorbeelden van De Taallijn. Interactief taalonderwijs in groep 1 en 2). Op de dvd staat daarnaast een aantal instrumenten die bruikbaar zijn bij de uitvoering, zoals een planningsrooster, een checklist om een sterkte/zwakteanalyse te maken en een aantal observatie-instrumenten. Taallijn activiteitencycli Activiteitencycli voor peuters (te downloaden via Hier wonen wij Kriebelbeestjes (voorjaar) Kriebelbeestjes (najaar) Er was eens Brr wat is het koud! (Diamant) Brr wat is het koud! (Kikker) Beweeg je mee? Horen doe je met je Activiteitencycli voor kleuters (te downloaden via Hier wonen wij! Uit de kunst! Kriebelbeestjes Post voor Piet! Er was eens Horen doe je met je Beweeg je mee? Activiteitencyclus voor groep 3 en 4: Zie je ze vliegen? De Taallijn voor groep 3 en 4 (publicatie, zie boven bij boeken) 22

23 Taallijn Multimedia (behorend bij de spin-offs van De Taallijn: Logeerboekenproject en De Televisieprogramma Meneer Logeer via Beeldbank Schooltv) De logeerkoffer met vijf prentenboeken logeerhandboek Praten rondom prentenboeken Televisiepresentaties Informatiemiddelen rond de (praatposter, opzet voor ouderbijeenkomst, interactieve website Type organisatie Sardes heeft trainers van een groot aantal onderwijsadviesbureaus (OAB s), de drie landelijke pedagogische centra, de bibliotheken en andere ondersteuningsinstellingen getraind om De Taallijntraining te kunnen uitvoeren. De trainers hebben via een train-de-traineropzet een licentie verkregen om de Taallijntraining te mogen uitvoeren. Deze instellingen vermelden dit in hun aanbodoverzicht. De Taallijn kan uitgevoerd worden door deelnemers aan de Taallijntraining, te weten peuterleid(st)ers op peuterspeelzalen, en leerkrachten van groep 1-4 in het basisonderwijs. Opleiding en competenties Bij het beschrijven van de opleidingsvoorwaarden en competenties maken we onderscheid tussen twee groepen: de trainers (intermediairs niveau 2) en de deelnemers (peuterleidsters en leerkrachten; intermediairs niveau-1). Opleiding en competenties trainers (intermediairs niveau 2) Sardes heeft trainers van onderwijsadviesbureaus getraind in het geven van de Taallijntraining via een train-de-trainer opzet. Deze trainers, die door hun organisaties zijn aangemeld zijn voor de train-de-traineropleiding omdat ze specialist zijn in taalontwikkeling bij het jonge kind, zijn gecertificeerd na het doorlopen van de opleiding, en hebben de bekwaamheid en de licentie om de Taallijntraining op locatie aan peuterleid(st)ers en leerkrachten te verzorgen. Op deze manier is De Taallijn intussen landelijk ingevoerd. In het traject van VVersterk (Sardes, ) zijn de Taallijntrainers deel gaan uitmaken van het landelijke netwerk van taalspecialisten die vanuit OBD s trainingen hebben verzorgd in het VVE-veld. Hiermee is de expertise rondom de Taallijn verder geborgd en zijn de trainers verder geprofessionaliseerd. Opleiding en competenties deelnemers trainingsbijeenkomsten (peuterleid(st)ers en leerkrachten, intermediairs niveau 1) 23

24 In Tabel 1 geven we een overzicht van de opleidingsvoorwaarden voor de deelnemers, en de competenties die de deelnemers na het volgen van de Taallijntraining dienen te bezitten. Tabel 1: Opleidingsvoorwaarden voor de deelnemers trainingsbijeenkomsten (peuterleid(st)ers en leerkrachten, intermediairs niveau 1) Peuterspeelzaalleid(st)er Leerkracht groep 1-2 Leerkracht groep 3-4 Opleiding Minimaal MBO- 3 Minimaal PABO Minimaal PABO Competenties Taallijn Organisatie Aansprekend anker bedenken bij thema (Prentenboek) kiezen en hierbij kernwoorden selecteren Materialen en boeken verzamelen rondom het (prenten)boekthema Betekenisvolle verwerkingsactiviteiten zoeken/bedenken Planning maken waarin de vijf speerpunten van de Taallijn aan bod komen Stimulerende speelleeromgeving creëren Kansen grijpen bij vrij spel en kansen creëren door talige activiteiten te plannen met kleine groepjes Zicht krijgen/houden op de ontwikkeling van de kinderen Door zelfreflectie eigen handelen kritisch kunnen bekijken Gesprekken met kinderen Handelingen van jezelf en van de kinderen verwoorden 24

25 Beurt van het kind beschermen, iedereen aan bod laten komen, veilig klimaat scheppen in kleine groepjes Ruimte scheppen voor reacties van de kinderen door minder vragen te stellen, aanmoedigende luisterresponsen te geven, stiltes te laten vallen Niet altijd zelf reageren op een beurt van een kind, maar de beurt doorspelen naar een ander kind Gevarieerd vragen stellen; meer open vragen stellen en vragen naar eigen ervaringen De kijk van het kind accepteren Prikkelende bewering doen in plaats van vraag stellen Ingaan op de inhoud van wat het kind zegt Onderhandelen over de betekenis van wat het kind zegt. Echte interesse tonen door dóór te vragen Parafraseren/herverwoorden: feedback geven door wat het kind zegt in goede bewoordingen te herhalen en uit te breiden Kansen grijpen voor een gesprek tijdens vrij spel Regelmatig gesprekken houden in kleine kring met als doel taalproductie door de kinderen Regelmatig gesprekken voeren in kleine groepjes: interactie in de kleine kring of gesprekken om te leren Voorwaarden scheppen voor routine Verhalen vertellen 25

26 Werken aan woordenschat/taal en kennis van de wereld Kernwoorden selecteren Kernwoorden selecteren op ten minste twee niveaus: voor de sterkere en voor de zwakkere leerlingen Woorden verduidelijken door: uitbeelden (met voorwerpen, plaatjes, gebaren), uitleggen (met woorden) en uitbreiden (in meer situaties gebruiken) Diverse betekenisvolle herhalingsactiviteiten aanbieden om de woorden te oefenen Controleren of het kind de aangeboden woorden kent Controleren en noteren of de kinderen de kernwoorden kennen Controleren en toetsen of de kinderen de kernwoorden kennen Kinderen eigen leervragen laten bedenken bij het thema Relatie leggen met de buitenwereld: kinderen mogelijkheden bieden om onderzoekjes ook buiten de school) te doen bij eigen leervragen en de gegevens te verwerken in verslag of schema Kinderen mogelijkheden bieden om onderzoekjes te doen en de gegevens te verwerken in een logboek, verslag of schema Kinderen uit te dagen om samen antwoorden op leervragen te zoeken: informatieve boeken bekijken, interview afnemen, video bekijken, observeren en dergelijke 26

27 Kinderen eigen leervragen laten bedenken, en antwoorden laten zoeken in info-boekjes, op internet via Teleblik, Beeldbank en Kennisnet Kinderen laten stempelen, schrijven en tekenen over interessante onderwerpen uit de natuur, de wereld Geletterdheid/Interactief voorlezen van (prenten)boeken/taalbewustzijn Voorkant boek bespreken: aandacht voor illustratie, titel, woorden, letters Boekoriëntatie: aandacht voor voorkant, titel, illustraties, letters, woorden, schrijver en dergelijke Relatie leggen tussen boek en eigen ervaringen Voorkennis activeren en kinderen laten voorspellen Pre-teaching: boek voorbereiden met kleine groepjes minder taalvaardige kinderen Vóór het voorlezen een luistervraag stellen Tijdens het voorlezen ruimte scheppen voor inbreng kinderen Kernwoorden verduidelijken (met thematafel, vertelkoffer) en oefenen Samenvatting geven van pagina of boek, verhaallijn verduidelijken Met behulp van boek relatie leggen met de buitenwereld: kennis van de wereld vergroten Probleem en oplossing in het verhaal bespreken 27

CHECKLIST LEIDSTERVAARDIGHEDEN DE TAALLIJN

CHECKLIST LEIDSTERVAARDIGHEDEN DE TAALLIJN CHECKLIST LEIDSTERVAARDIGHEDEN DE TAALLIJN CHECKLIST LEIDSTERVAARDIGHEDEN Binnen de Taallijn staat de deskundigheidsbevordering van (toekomstige) leidsters centraal. De nadruk in de scholing ligt dan ook

Nadere informatie

De Voorleesvogel voor ouders en peuters. Workshop voor leid(st)ers

De Voorleesvogel voor ouders en peuters. Workshop voor leid(st)ers De Voorleesvogel voor ouders en peuters Workshop voor leid(st)ers 1 Gemeentebibliotheek Utrecht Bureau Educatieve Ondersteuning 030-2861943 gbu.beo2@utrecht.nl 2 Inhoud Inleiding... 4 Opzet van de workshop...

Nadere informatie

Taalstimulering en brede ontwikkeling voor kinderen van 0 tot 4 jaar

Taalstimulering en brede ontwikkeling voor kinderen van 0 tot 4 jaar Taalstimulering en brede ontwikkeling voor kinderen van 0 tot 4 jaar op kinderdagverblijven Volg het kind, beleef de dag Hoe werkt Ben ik in Beeld? Ben ik in Beeld is speciaal ontwikkeld voor kinderdagverblijven.

Nadere informatie

ZELF AAN DE SLAG MET DE TAALLIJN?

ZELF AAN DE SLAG MET DE TAALLIJN? ZELF AAN DE SLAG MET DE TAALLIJN? MATERIALEN EN INFORMATIE Het boek Peuters interactief met taal van het Expertise centrum Nederlands is te bestellen via www.lcowijzer.nl. Het boek Interactief met taal:

Nadere informatie

Taal 100: een werkwijze om de taalontwikkeling van kinderen in het basisonderwijs te verbeteren

Taal 100: een werkwijze om de taalontwikkeling van kinderen in het basisonderwijs te verbeteren Ronde 7 Jeanny Duyf & Jørgen Hofmans TeleacNOT Contact: Jeanny.duyf@teleacnot.nl Website met digitale boekenhoek voor groep 4 Kinderen pakken steeds minder zomaar een boek om te lezen en kunnen daardoor

Nadere informatie

Doe meer met Bas. Speel- en leerprogramma bij de Bas-prentenboeken

Doe meer met Bas. Speel- en leerprogramma bij de Bas-prentenboeken Doe meer met Bas Speel- en leerprogramma bij de Bas-prentenboeken In samenwerking met de gemeente Staphorst, directies, onderbouwleerkrachten en leid(st)ers van peuterspeelzalen in Staphorst. cip-gegevens

Nadere informatie

Nationaal congres Taal en Lezen. 15 oktober 2015 Mondelinge taalvaardigheid: Van pingpongen naar tafelvoetballen WWW.CPS.NL

Nationaal congres Taal en Lezen. 15 oktober 2015 Mondelinge taalvaardigheid: Van pingpongen naar tafelvoetballen WWW.CPS.NL Nationaal congres Taal en Lezen 15 oktober 2015 Mondelinge taalvaardigheid: Van pingpongen naar tafelvoetballen WWW.CPS.NL Wat ben ik? Wat staat bovenaan m n verlanglijst? Het programma: van pingpongen

Nadere informatie

CPS Onderwijsontwikkeling en advies. Doelgericht en planmatig werken aan leesontwikkeling in groep 1en 2. WAT en HOE in groep 1 en 2

CPS Onderwijsontwikkeling en advies. Doelgericht en planmatig werken aan leesontwikkeling in groep 1en 2. WAT en HOE in groep 1 en 2 Leesverbeterplan Enschede 2007-2010 Doelgericht en planmatig werken aan leesontwikkeling in groep 1en 2 PROJECTBUREAU KWALITEIT (PK!) Enschede, september 2010 Yvonne Leenders & Mariët Förrer 2 3 Leesverbeterplan

Nadere informatie

Inhoudelijke beschrijving Vversterk Basistraining per module

Inhoudelijke beschrijving Vversterk Basistraining per module Inhoudelijke beschrijving Vversterk Basistraining per module Module 1 De Nederlandse VVE-programma s en de Taallijn VVE Hoe ontwikkelen kinderen zich. ontwikkelingsgebieden. kerndoelen, tussendoelen, leerlijnen.

Nadere informatie

Tabel 1: Weekrooster voor de instructie in het Programma Interactief Taalonderwijs

Tabel 1: Weekrooster voor de instructie in het Programma Interactief Taalonderwijs Evaluatieonderzoek naar Programma Interactief Taalonderwijs ER ZIT PIT IN Het Expertisecentrum Nederlands heeft een evaluatieonderzoek uitgevoerd op negen scholen die het Programma Interactief Taalonderwijs

Nadere informatie

Inhoud Trainersmap Verdieping

Inhoud Trainersmap Verdieping Inhoud Trainersmap Verdieping 2 Module 9 Taal Module 10 Rekenen/wiskunde en Science (basisonderwijs) Module 11 Sociaal-emotionele ontwikkeling - verdieping Module 12 Sensomotorische ontwikkeling - verdieping

Nadere informatie

GOEDE. Leesstart. in groep 1 en 2. Digitale implementatiekoffer Taalbeleid Onderwijsachterstanden. Dorien Stolwijk

GOEDE. Leesstart. in groep 1 en 2. Digitale implementatiekoffer Taalbeleid Onderwijsachterstanden. Dorien Stolwijk GOEDE Leesstart in groep 1 en 2 Digitale implementatiekoffer Taalbeleid Onderwijsachterstanden Dorien Stolwijk December 2007 Inhoudsopgave Hoofdstuk 1: Een goede leesstart in groep 1 en 2 3 Hoofdstuk 2:

Nadere informatie

Wat te doen met zwakke begrijpend lezers?

Wat te doen met zwakke begrijpend lezers? Wat te doen met zwakke begrijpend lezers? Cor Aarnoutse Wat doe je met kinderen die moeite hebben met begrijpend lezen? In dit artikel zullen we antwoord geven op deze vraag. Voor meer informatie verwijzen

Nadere informatie

Basiskwaliteit Voorschool VVE Zaanstad CRITERIA PROFESSIONELE COMPETENTIES VOOR MEDEWERKERS, TEAM EN ORGANISATIE

Basiskwaliteit Voorschool VVE Zaanstad CRITERIA PROFESSIONELE COMPETENTIES VOOR MEDEWERKERS, TEAM EN ORGANISATIE Basiskwaliteit Voorschool VVE Zaanstad CRITERIA PROFESSIONELE COMPETENTIES VOOR MEDEWERKERS, TEAM EN ORGANISATIE Vastgesteld Stuurgroep VVE Zaanstad 13 september 2016 1 INLEIDING Aanleiding Voorschoolse

Nadere informatie

TAAL EN LEESMETHODEN Aanbod voor Jonge Kinderen Doe meer met Bas

TAAL EN LEESMETHODEN Aanbod voor Jonge Kinderen Doe meer met Bas TAAL EN LEESMETHODEN Aanbod voor Jonge Kinderen Doe meer met Bas Praktische handvatten voor het taallees- en rekenonderwijs zoals deze methode zijn te vinden op www.taalpilots.nl en www.rekenpilots.nl.

Nadere informatie

F3.3 Ouderbetrokkenheid Draaiboek bijeenkomst werken met een portfolio

F3.3 Ouderbetrokkenheid Draaiboek bijeenkomst werken met een portfolio F3.3 Ouderbetrokkenheid Draaiboek bijeenkomst werken met een portfolio F3.3 DRAAIBOEK OUDERBETROKKENHEID Bijeenkomst werken met een portfolio Door Kees Broekhof (Sardes) Draaiboek bijeeenkomst werken met

Nadere informatie

De competenties. A Vertellen en voorlezen. A 1.2 Competenties. Competenties

De competenties. A Vertellen en voorlezen. A 1.2 Competenties. Competenties De competenties A Vertellen en voorlezen A 1.2 A1 A2 A3 A4 Je kunt verhalen om voor te lezen of te vertellen kiezen voor iedere leeftijdsgroep van de basisschool. Je kunt het voorlezen of vertellen van

Nadere informatie

Pedagogische werkwijze op de locatie (

Pedagogische werkwijze op de locatie ( Locatie: Voorschool De Vijf Sterren opgemaakt d.d.: april 2014 door: Ineke van der Haak, locatiemanager Omvang van de voorschool en de samenstelling van de groepen Er kunnen maximaal 64 kinderen per dag

Nadere informatie

Inhoud Trainersmap De Basis

Inhoud Trainersmap De Basis Inhoud Trainersmap De Basis 1 Module 1 Nederlandse VVE-programma s en de Taallijn Module 2 Taalontwikkeling en Rekenen/wiskunde Module 3 Sociaal-emotionele ontwikkeling - basis Module 4 Sensomotorische

Nadere informatie

Preview. Kwaliteit van VVE in de Kinderopvang. Pedagogische doelen. Wat is kwaliteit?

Preview. Kwaliteit van VVE in de Kinderopvang. Pedagogische doelen. Wat is kwaliteit? Kwaliteit van VVE in de Kinderopvang Preview Wat is kwaliteit? Stand van zaken anno 2009 Waarom VVE in de kinderopvang? Doelgroepen Professionalisering Kwaliteit van VVE: wat werkt? Wat voegt VVE toe?

Nadere informatie

Taalleermechanisme het kind praat uitgebreid en op eigen initiatief: hij gebruikt zo creatief en actief mogelijk zijn kennis van de taal

Taalleermechanisme het kind praat uitgebreid en op eigen initiatief: hij gebruikt zo creatief en actief mogelijk zijn kennis van de taal Gesprekken Wat is gespreksvaardigheid? Het subdomein gesprekken heeft betrekking op alle mondelinge taalactiviteit waarbij sprake is van interactie (van informele gesprekjes en kringgesprekken tot overleg,

Nadere informatie

Piramide. Dé educatieve methode voor alle jonge kinderen

Piramide. Dé educatieve methode voor alle jonge kinderen Voor- en vroegschoolse educatie Piramide Piramide Dé educatieve methode voor alle jonge kinderen Geeft jonge kinderen de kans zich optimaal te ontwikkelen Biedt houvast en ruimte voor pedagogisch medewerkers

Nadere informatie

Culemborgs VVE beleid 2011-2014

Culemborgs VVE beleid 2011-2014 Culemborgs VVE beleid 2011-2014 Wat is VVE? VVE staat voor voor- en vroegschoolse educatie. VVE is een programmatisch aanbod dat er op gericht is om taal- en ontwikkelingsachterstanden bij kinderen te

Nadere informatie

Evaluatie pilots ouderprogramma s VVE. Criteria voor het ouderprogramma. Resultaten evaluatieonderzoek

Evaluatie pilots ouderprogramma s VVE. Criteria voor het ouderprogramma. Resultaten evaluatieonderzoek Evaluatie pilots ouderprogramma s VVE In 2011 heeft Marant, in opdracht van de gemeente Arnhem, onderzoek gedaan naar de bestaande ouderprogramma s VVE; in hoeverre die passen bij het VVE-beleid en aansluiten

Nadere informatie

Jong geleerd. Beatrijs Brand en Saskia Snikkers

Jong geleerd. Beatrijs Brand en Saskia Snikkers Jong geleerd. Beatrijs Brand en Saskia Snikkers Programma Kennismaken Presentatie Jong geleerd Warming-up Pauze Praktische oefening Afsluiting Jong geleerd over het belang van actieve stimulering van ontluikende

Nadere informatie

Tekst: Berber Groenenberg

Tekst: Berber Groenenberg Een goede woordenschatontwikkeling is voor peuters en kleuters van cruciaal belang om de basisschool succesvol te doorlopen. LOGO 3000 is lesmateriaal voor leidsters en leerkrachten om de woordenschat

Nadere informatie

Piramide. Dé educatieve methode voor alle jonge kinderen

Piramide. Dé educatieve methode voor alle jonge kinderen Voor- en vroegschoolse educatie Piramide Piramide Dé educatieve methode voor alle jonge kinderen Geeft jonge kinderen de kans zich optimaal te ontwikkelen Biedt houvast en ruimte voor pedagogisch medewerkers,

Nadere informatie

Het flexibel inzetten van de taalmethode heeft te maken met de functie van taal.

Het flexibel inzetten van de taalmethode heeft te maken met de functie van taal. Taal: vakspecifieke toelichting en tips Taalverwerving en -onderwijs verlopen als het ware in cirkels: het gaat vaak om dezelfde inhouden, maar de complexiteit en de mate van beheersing nemen toe. Anders

Nadere informatie

DEFINITIEF RAPPORT VAN HET ONDERZOEK IN HET KADER VAN DE VOOR- EN VROEGSCHOOLSE EDUCATIE BASISSCHOOL HET MOZAÏEK LOCATIE DE BONGERD

DEFINITIEF RAPPORT VAN HET ONDERZOEK IN HET KADER VAN DE VOOR- EN VROEGSCHOOLSE EDUCATIE BASISSCHOOL HET MOZAÏEK LOCATIE DE BONGERD VVE-RAPPORT DEFINITIEF RAPPORT VAN HET ONDERZOEK IN HET KADER VAN DE VOOR- EN VROEGSCHOOLSE EDUCATIE BASISSCHOOL HET MOZAÏEK LOCATIE DE BONGERD Locatie : Het Mozaïek - Brinnummer : 12DF Plaats : Veenendaal

Nadere informatie

Waar? Meeting Plaza Utrecht (Hoog Catharijne), zie voor routebeschrijving www.meetingplazautrecht.nl

Waar? Meeting Plaza Utrecht (Hoog Catharijne), zie voor routebeschrijving www.meetingplazautrecht.nl Vversterk Supermarkt Wat? Een conferentie in supermarktvorm bedoeld voor docenten, onderwijsontwikkelaars en opleidingscoördinatoren die werken met het Bronnenboek Vversterk (in) de opleiding. Zij staan

Nadere informatie

Wie de schoen past. Kaleidoscoop op het ROC ASA, voor studenten opleiding onderwijsassistent en SPW

Wie de schoen past. Kaleidoscoop op het ROC ASA, voor studenten opleiding onderwijsassistent en SPW Wie de schoen past Kaleidoscoop op het ROC ASA, voor studenten opleiding onderwijsassistent en SPW Het ROC ASA in Amsterdam heeft de afgelopen drie jaar het programma Kaleidoscoop ingevoerd. Daardoor volg

Nadere informatie

Reflectiewijzer Mondelinge taalvaardigheid

Reflectiewijzer Mondelinge taalvaardigheid Reflectiewijzer Mondelinge taalvaardigheid Mondelinge taalvaardigheid in het basisonderwijs Effectief en sociaal kunnen communiceren is belangrijk om goed te kunnen functioneren in de huidige maatschappij.

Nadere informatie

De Voorleesvogel voor ouders en peuters. Introductiebijeenkomst met ouders Draaiboek

De Voorleesvogel voor ouders en peuters. Introductiebijeenkomst met ouders Draaiboek De Voorleesvogel voor ouders en peuters Introductiebijeenkomst met ouders Draaiboek 1 Gemeentebibliotheek Utrecht Bureau Educatieve Ondersteuning 030-2861943 gbu.beo2@utrecht.nl 2 Inhoud Inleiding... 4

Nadere informatie

Calimero. Kwaliteitsonderzoek. voorschoolse educatie

Calimero. Kwaliteitsonderzoek. voorschoolse educatie Calimero Kwaliteitsonderzoek voorschoolse educatie Datum vaststelling: 2 april 2019 Samenvatting Samenvatting De inspectie heeft op 29 januari 2019 een onderzoek uitgevoerd naar de kwaliteit van de voorschoolse

Nadere informatie

De Voorleesvogel voor ouders en kleuters. Draaiboek voor de leerkracht

De Voorleesvogel voor ouders en kleuters. Draaiboek voor de leerkracht De Voorleesvogel voor ouders en kleuters Draaiboek voor de leerkracht 1 Openbare Bibliotheek Amsterdam Team Educatie 020-5230786 / 780 g.vanderbijl@oba.nl 2 Inhoud In het kort... 4 Een planning... 6 1.

Nadere informatie

A. Creëer een positief, veilig en rijk leerklimaat door

A. Creëer een positief, veilig en rijk leerklimaat door A. Creëer een positief, veilig en rijk leerklimaat door elk kind zich thuis te laten voelen in de klas. Respecteer de stille periode van kinderen. Geef kinderen die het nodig hebben, meer tijd om een luisteropdracht

Nadere informatie

Pedagogische kwaliteit in beweging

Pedagogische kwaliteit in beweging Pedagogische kwaliteit in beweging De kinderopvang staat voor grote uitdagingen: kinderen een veilige basis en voldoende uitdaging bieden voor een gezonde ontwikkeling en hen voorbereiden op het basisonderwijs.

Nadere informatie

Uitdagen zorgt voor leren! Hoe je interactie voor taal- en denkontwikkeling kunt realiseren in alle vakken

Uitdagen zorgt voor leren! Hoe je interactie voor taal- en denkontwikkeling kunt realiseren in alle vakken Ronde 8 Anne-Christien Tammes & Sjouke Sytema Marnix Academie, Utrecht Contact: a.tammes@hsmarnix.nl s.sytema@hsmarnix.nl Uitdagen zorgt voor leren! Hoe je interactie voor taal- en denkontwikkeling kunt

Nadere informatie

DEFINITIEF RAPPORT VAN HET ONDERZOEK IN HET KADER VAN DE VOOR- EN VROEGSCHOOLSE EDUCATIE BASISSCHOOL DE KINDERVRIEND

DEFINITIEF RAPPORT VAN HET ONDERZOEK IN HET KADER VAN DE VOOR- EN VROEGSCHOOLSE EDUCATIE BASISSCHOOL DE KINDERVRIEND VVE-RAPPORT DEFINITIEF RAPPORT VAN HET ONDERZOEK IN HET KADER VAN DE VOOR- EN VROEGSCHOOLSE EDUCATIE BASISSCHOOL DE KINDERVRIEND Locatie(s) :Basisschool De Brinnr. :08KA Plaats :2802 EM Gouda Reg.nr. :25784

Nadere informatie

*** KWALITEITSDOCUMENT KINDEROPVANG SNOOPY ***

*** KWALITEITSDOCUMENT KINDEROPVANG SNOOPY *** Titel: VVE beleid *** KWALITEITSDOCUMENT KINDEROPVANG SNOOPY *** Document code: 2.42 Soort document: Werkwijze Aantal pagina s: Aantal bijlagen: - Status: Vastgesteld Actie: Invoegen in kwaliteitsmap Datum:

Nadere informatie

Planmatig werken in groep 1&2 Werken met groepsplannen. Lunteren, maart 2011 Yvonne Leenders & Mariët Förrer

Planmatig werken in groep 1&2 Werken met groepsplannen. Lunteren, maart 2011 Yvonne Leenders & Mariët Förrer Planmatig werken in groep 1&2 Werken met groepsplannen Lunteren, maart 2011 Yvonne Leenders & Mariët Förrer Masterclass Waarom, waarvoor, hoe? Verdieping m.b.t. taalontwikkeling en werken met groepsplannen

Nadere informatie

Kleine Ezel. Handleiding voor de bibliotheek Groep 1-2

Kleine Ezel. Handleiding voor de bibliotheek Groep 1-2 Kleine Ezel Handleiding voor de bibliotheek Groep 1-2 Colofon Cubiss Tilburg, 2009 Samenstelling: Marion Bolte, Cubiss J:\klantenservice\Rode Draad\handleiding bibliothecaris\kleine Ezel groep 1-2 bibl.290609

Nadere informatie

VVE protocol. IKC Juliana. Weth. Rebellaan KA Barneveld

VVE protocol. IKC Juliana. Weth. Rebellaan KA Barneveld VVE protocol IKC Juliana Weth. Rebellaan 142 3771 KA Barneveld 0342-412165 Inhoud Overstap van peuteropvang naar kleutergroep 2 Wat is VVE? 3 Doorstroming naar de 3 De warme overdracht 3 Aanbod van de

Nadere informatie

Opleidingsplan

Opleidingsplan Opleidingsplan 2017-2018 1 Opleidingsplan 2017-2018 1 Inleiding 3 Aanleiding 3 Doel 3 Visie 3 Scholing 4 Kinder EHBO 4 Taalniveau 3F 4 Scholing voor pedagogisch medewerkers die werken met 0-jarigen 4 TINK

Nadere informatie

Deze brochure is een uitgave van het Programmabureau Onderwijs Bewijs in samenwerking met het Ministerie van OCW.

Deze brochure is een uitgave van het Programmabureau Onderwijs Bewijs in samenwerking met het Ministerie van OCW. Deze brochure is een uitgave van het Programmabureau Onderwijs Bewijs in samenwerking met het Ministerie van OCW. Programmabureau Onderwijs Bewijs Agentschap NL Postbus 93144 2509 AC Den Haag onderwijsbewijs@agentschapnl.nl

Nadere informatie

DEFINITIEF RAPPORT VAN HET ONDERZOEK IN HET KADER VAN DE VOOR- EN VROEGSCHOOLSE EDUCATIE BASISSCHOOL DE HORST

DEFINITIEF RAPPORT VAN HET ONDERZOEK IN HET KADER VAN DE VOOR- EN VROEGSCHOOLSE EDUCATIE BASISSCHOOL DE HORST VVE-RAPPORT DEFINITIEF RAPPORT VAN HET ONDERZOEK IN HET KADER VAN DE VOOR- EN VROEGSCHOOLSE EDUCATIE BASISSCHOOL DE HORST Locatie(s) :Basisschool De Horst Brinnr. :15LX Plaats :201 HT Spijkenisse Reg.nr.

Nadere informatie

OVERZICHT INHOUD TRAINING

OVERZICHT INHOUD TRAINING OVERZICHT INHOUD TRAINING Ouderschap Blijft BIJEENKOMST 1 Kennismaking en informatie over Ouderschap Blijft BIJEENKOMST 2 Motiverende gespreksvoering BIJEENKOMST 3 Oplossingsgericht werken BIJEENKOMST

Nadere informatie

Aanvulling Woordenschat NT2

Aanvulling Woordenschat NT2 Aanvulling Woordenschat NT2 Woordenschat Kinderen die net beginnen met Nederlands leren, moeten meteen aan de slag met het leren van woorden. Een Nederlandstalig kind begrijpt in groep 1 minimaal 2000

Nadere informatie

DEFINITIEF RAPPORT VAN HET ONDERZOEK IN HET KADER VAN DE VOOR- EN VROEGSCHOOLSE EDUCATIE PEUTERSPEELZAAL MIERENNEST

DEFINITIEF RAPPORT VAN HET ONDERZOEK IN HET KADER VAN DE VOOR- EN VROEGSCHOOLSE EDUCATIE PEUTERSPEELZAAL MIERENNEST VVE-RAPPORT DEFINITIEF RAPPORT VAN HET ONDERZOEK IN HET KADER VAN DE VOOR- EN VROEGSCHOOLSE EDUCATIE PEUTERSPEELZAAL MIERENNEST Locatie(s) :Peuterspeelzaal Mierennest Plaats :2613 RW Delft Onderzoeksnummer

Nadere informatie

Evaluatie trainingen Vversterk. Deelnemers eerste tranche

Evaluatie trainingen Vversterk. Deelnemers eerste tranche Evaluatie trainingen Vversterk Deelnemers eerste tranche Evaluatie trainingen Vversterk Deelnemers eerste tranche Opdrachtgever: Sardes Utrecht, februari 2008 Oberon Postbus 1423 3500 BK Utrecht tel. 030-2306090

Nadere informatie

D.1 Motiveren en inspireren van leerlingen

D.1 Motiveren en inspireren van leerlingen DIDACTISCHE BEKWAAMHEID D.1 Motiveren en inspireren van leerlingen Resultaat De leraar motiveert leerlingen om actief aan de slag te gaan. De leraar maakt doel en verwachting van de les duidelijk zorgt

Nadere informatie

Type 1: De Docent TEST LEERKRACHTSTIJL LAGER. Centrum voor Taal en Onderwijs MIJN PROFIEL

Type 1: De Docent TEST LEERKRACHTSTIJL LAGER. Centrum voor Taal en Onderwijs MIJN PROFIEL Type 1: De Docent Ik weet perfect waar ik mee bezig ben. Met mijn strakke planning zien we alle vooropgestelde leerstof, met tijd voor een herhalingsles voor elke grote toets. Er zijn duidelijke afspraken

Nadere informatie

Begrijpend Luisteren

Begrijpend Luisteren WORKSHOP PRENTENBOEKEN Begrijpend Luisteren in de onderbouw van de basisschool Doel Een theoretische verdieping en praktische voorbereiding om een prentenboek interactief voor te kunnen lezen. Begrijpend

Nadere informatie

Ariënsschool. Kwaliteitsonderzoek. vroegschoolse educatie

Ariënsschool. Kwaliteitsonderzoek. vroegschoolse educatie Ariënsschool Kwaliteitsonderzoek vroegschoolse educatie Datum vaststelling: 20 februari 2019 Samenvatting De inspectie heeft op 29 januari 2019 een onderzoek uitgevoerd naar de kwaliteit van de vroegschoolse

Nadere informatie

Consulent taalvorming opleiding 2014-2016. Taalvorming

Consulent taalvorming opleiding 2014-2016. Taalvorming Consulent taalvorming opleiding 2014-2016 In september 2014 starten we met een nieuwe groep cursisten voor de opleiding Consulent Taalvorming. De opleiding is bedoeld voor docenten Nederlands en Pedagogiek

Nadere informatie

Schets van de Educatieve Agenda

Schets van de Educatieve Agenda Schets van de Educatieve Agenda 1. Inleiding In augustus 2006 is de tweede periode Gemeentelijk Onderwijsachterstandenbeleid (GOA) beeindigd. Vanaf augustus 2006 is een nieuw inhoudelijk kader van toepassing

Nadere informatie

Beleidskader Voor- en Vroegschoolse Educatie gemeente Deurne

Beleidskader Voor- en Vroegschoolse Educatie gemeente Deurne Beleidskader Voor- en Vroegschoolse Educatie gemeente Deurne 2012-2014 1 Vastgesteld door de gemeenteraad van Deurne op 2 1.Inleiding Wet Ontwikkelingskansen door kwaliteit en educatie De Wet OKE (Ontwikkelingskansen

Nadere informatie

RAPPORT VAN HET ONDERZOEK IN HET KADER VAN DE VOOR- EN VROEGSCHOOLSE EDUCATIE BASISSCHOOL C.B.S. HET KOMPAS

RAPPORT VAN HET ONDERZOEK IN HET KADER VAN DE VOOR- EN VROEGSCHOOLSE EDUCATIE BASISSCHOOL C.B.S. HET KOMPAS VVE-RAPPORT RAPPORT VAN HET ONDERZOEK IN HET KADER VAN DE VOOR- EN VROEGSCHOOLSE EDUCATIE BASISSCHOOL C.B.S. HET KOMPAS Locatie(s) : Brinnr. :11VZ Plaats :9402 CB Assen Onderzoeksnummer :14827 Datum onderzoek

Nadere informatie

Professionalisering VVE Informatiebrief VVE mei 2012

Professionalisering VVE Informatiebrief VVE mei 2012 Professionalisering VVE 2012 2013 Informatiebrief VVE mei 2012 Inleiding Thema Kaleidoscoop Thema Ontwikkelingsvolgmodel Thema Met woorden in de Weer / Logo 3000 Thema Doorgaande lijn van voor- naar vroegschools

Nadere informatie

A. Creëer een positief, veilig en rijk leerklimaat door

A. Creëer een positief, veilig en rijk leerklimaat door A. Creëer een positief, veilig en rijk leerklimaat door elk kind zich thuis te laten voelen in de klas. Geef de leerlingen de kans om spontaan te vertellen over iets dat ze leuk vinden en laat andere kinderen

Nadere informatie

Kijkwijzer formulier. Naam leerkracht. Groep leerkracht. Naam beoordelaar. Beoordeelde les. Datum. Bijzonderheden

Kijkwijzer formulier. Naam leerkracht. Groep leerkracht. Naam beoordelaar. Beoordeelde les. Datum. Bijzonderheden Kwaliteitsaanpak Basisonderwijs Amsterdam Naam leerkracht Groep leerkracht Naam beoordelaar Beoordeelde les Datum Bijzonderheden Dit formulier is bedoeld als invulformulier voor scholen die met de Kijkwijzer

Nadere informatie

Opbrengstgericht werken in de onderbouw = benutten van talenten in de onderbouw

Opbrengstgericht werken in de onderbouw = benutten van talenten in de onderbouw Opbrengstgericht werken in de onderbouw = benutten van talenten in de onderbouw SLO doelen: taal, rekenen en sociaal-emotioneel PO Conferentie,Zwolle Donderdag 3 november 2011 Gäby van der Linde Wat komt

Nadere informatie

Basisschool De Goede Herder. Schakelklas. plan

Basisschool De Goede Herder. Schakelklas. plan Basisschool De Goede Herder Schakelklas plan 2008-2009 1. Inleiding Basisschool De Goede Herder participeerde in de periode 2002-2006 in het Helmondse Onderwijs- Kansenbeleid. Met een percentage gewichtenleerlingen

Nadere informatie

Vaardighedenlijst Taal stimuleren

Vaardighedenlijst Taal stimuleren Vaardighedenlijst Taal stimuleren Naam: Ingevuld door: Datum (eerste meting): Datum (tweede meting): Kwaliteitsverbetering doe je zelf Vier stappen In beeld brengen van een kwaliteitsaspect Vul de lijst

Nadere informatie

DEFINITIEF RAPPORT VAN HET ONDERZOEK IN HET KADER VAN DE VOOR- EN VROEGSCHOOLSE EDUCATIE BASISSCHOOL DE SLEUTELBLOEM

DEFINITIEF RAPPORT VAN HET ONDERZOEK IN HET KADER VAN DE VOOR- EN VROEGSCHOOLSE EDUCATIE BASISSCHOOL DE SLEUTELBLOEM VVE-RAPPORT DEFINITIEF RAPPORT VAN HET ONDERZOEK IN HET KADER VAN DE VOOR- EN VROEGSCHOOLSE EDUCATIE BASISSCHOOL DE SLEUTELBLOEM Locatie : De Brinnr. : 17QS-2 Plaats : 2324 ER Leiden Regnr. : 3011610 Onderzoeksnummer

Nadere informatie

RAPPORT VAN HET ONDERZOEK IN HET KADER VAN DE VOOR- EN VROEGSCHOOLSE EDUCATIE PEUTERSPEELZAAL WERELDWIJZER BASISSCHOOL OBS WERELDWIJZER

RAPPORT VAN HET ONDERZOEK IN HET KADER VAN DE VOOR- EN VROEGSCHOOLSE EDUCATIE PEUTERSPEELZAAL WERELDWIJZER BASISSCHOOL OBS WERELDWIJZER VVE-RAPPORT RAPPORT VAN HET ONDERZOEK IN HET KADER VAN DE VOOR- EN VROEGSCHOOLSE EDUCATIE PEUTERSPEELZAAL WERELDWIJZER BASISSCHOOL OBS WERELDWIJZER Locatie(s) : : Brinnr. :16ZH Plaats :1628 DJ Hoorn Onderzoeksnummer

Nadere informatie

De Akkers. Kwaliteitsonderzoek. vroegschoolse educatie

De Akkers. Kwaliteitsonderzoek. vroegschoolse educatie De Akkers Kwaliteitsonderzoek vroegschoolse educatie Datum vaststelling: 15 maart 2019 Samenvatting De inspectie heeft op 6 november 2018 een onderzoek uitgevoerd in groep 1 en 2 van basisschool OBS De

Nadere informatie

Checklist Begrijpend lezen en woordenschat Curriculum Nederlands ? - + +

Checklist Begrijpend lezen en woordenschat Curriculum Nederlands ? - + + Checklist Begrijpend lezen en woordenschat Curriculum Nederlands? - + + De gebruikte methoden stellen duidelijke (toetsbare) doelen en leerlijnen voor begrijpend lezen. Zwakke lezers krijgen een aanvullend

Nadere informatie

Methodiek/Ouderprogramma bij VVE

Methodiek/Ouderprogramma bij VVE Factsheet Het ei van Columbus Naam Methodiek Ontwikkelaar Gegevens Contactpersoon: Integraalprogramma (methodiek voor psz en po) mét aanvullend ouderprogramma Rezulto Onderwijsadvies, ITTA Universiteit

Nadere informatie

Stichting Kinderopvang Alkmaar. Pedagogisch Beleid. Peuterspeelzalen

Stichting Kinderopvang Alkmaar. Pedagogisch Beleid. Peuterspeelzalen Stichting Kinderopvang Alkmaar Pedagogisch Beleid Peuterspeelzalen Inhoudsopgave 1. INLEIDING...3 2. DOEL VAN HET BELEID...3 2.1 ALGEMEEN...3 2.2 BIJDRAGE AAN ORGANISATIEDOELEN...3 2.3 ROLLEN EN VERANTWOORDELIJKHEDEN...4

Nadere informatie

Beginpagina INSTRUCTIES VOOR HET INVULLEN

Beginpagina INSTRUCTIES VOOR HET INVULLEN Beginpagina INSTRUCTIES VOOR HET INVULLEN De vragen in deze Landelijke VVE monitor hebben betrekking op de situatie in het schooljaar 2009 2010. Ideaal gesproken gaat u uit van één teldatum, het liefst

Nadere informatie

Alles over. Kleuterplein. Achtergrondinformatie, bestellijsten en additionele materialen

Alles over. Kleuterplein. Achtergrondinformatie, bestellijsten en additionele materialen Alles over Achtergrondinformatie, bestellijsten en additionele materialen Wij vinden het belangrijk dat u goed geïnformeerd wordt om vervolgens de juiste keuze te kunnen maken. In samenwerking met de educatieve

Nadere informatie

Basisschool Koningin Juliana

Basisschool Koningin Juliana Basisschool Koningin Juliana Kwaliteitsonderzoek vroegschoolse educatie Datum vaststelling: 16 januari 2019 Samenvatting De inspectie heeft op 12 november 2018 een onderzoek uitgevoerd naar de vroegschoolse

Nadere informatie

Professionaliseringsaanbod W&T TOEGELICHT

Professionaliseringsaanbod W&T TOEGELICHT Introductie De vijf verdiepingsmodules bestaan uit minimaal 3 en maximaal 6 bijeenkomsten en hieronder vind u een toelichting bij elke module omtrent de inhoud en bijeenkomsten. Verdiepingsmodule 1: Rekenen

Nadere informatie

RAPPORT VAN HET ONDERZOEK IN HET KADER VAN DE VOOR- EN VROEGSCHOOLSE EDUCATIE PEUTERSPEELZAAL NIJNTJE BASISSCHOOL OBS BOEKHORST

RAPPORT VAN HET ONDERZOEK IN HET KADER VAN DE VOOR- EN VROEGSCHOOLSE EDUCATIE PEUTERSPEELZAAL NIJNTJE BASISSCHOOL OBS BOEKHORST VVE-RAPPORT RAPPORT VAN HET ONDERZOEK IN HET KADER VAN DE VOOR- EN VROEGSCHOOLSE EDUCATIE PEUTERSPEELZAAL NIJNTJE BASISSCHOOL OBS BOEKHORST Locaties :Nijntje :Boekhorst Brinnr. :15AO Plaats :8431 CW Oosterwolde

Nadere informatie

UW KIND, ONS KLAVERTJE VIER. Het pedagogisch beleidsplan van

UW KIND, ONS KLAVERTJE VIER. Het pedagogisch beleidsplan van UW KIND, ONS KLAVERTJE VIER Het pedagogisch beleidsplan van Wij willen u graag laten weten hoe wij bij Spelenderwijs ons werk doen. Daarom hebben we dit boekje met de basis van ons pedagogisch beleidsplan

Nadere informatie

DEFINITIEF RAPPORT VAN HET ONDERZOEK IN HET KADER VAN DE VOOR- EN VROEGSCHOOLSE EDUCATIE KINDERDAGVERBLIJF DE KLEINE WERELD

DEFINITIEF RAPPORT VAN HET ONDERZOEK IN HET KADER VAN DE VOOR- EN VROEGSCHOOLSE EDUCATIE KINDERDAGVERBLIJF DE KLEINE WERELD VVE-RAPPORT DEFINITIEF RAPPORT VAN HET ONDERZOEK IN HET KADER VAN DE VOOR- EN VROEGSCHOOLSE EDUCATIE KINDERDAGVERBLIJF DE KLEINE WERELD Locatie Kinderdagverblijf De Kleine Plaats Sassenheim Reg.nr. 3485176

Nadere informatie

DEFINITIEF RAPPORT VAN HET ONDERZOEK IN HET KADER VAN DE VOOR- EN VROEGSCHOOLSE EDUCATIE PEUTERSPEELZAAL PIRAATJE

DEFINITIEF RAPPORT VAN HET ONDERZOEK IN HET KADER VAN DE VOOR- EN VROEGSCHOOLSE EDUCATIE PEUTERSPEELZAAL PIRAATJE VVE-RAPPORT DEFINITIEF RAPPORT VAN HET ONDERZOEK IN HET KADER VAN DE VOOR- EN VROEGSCHOOLSE EDUCATIE PEUTERSPEELZAAL PIRAATJE Locatie : peuterspeelzaal Piraatje Plaats : 2315 TL Leiden Onderzoeksnummer

Nadere informatie

Taalbewust beroepsonderwijs. Vijf vuistregels voor effectieve didactiek 1

Taalbewust beroepsonderwijs. Vijf vuistregels voor effectieve didactiek 1 9. Taalbeleid en -screening Ronde 4 Tiba Bolle & Inge van Meelis ITTA Contact: Tiba.bolle@itta.uva.nl Inge.vanmeelis@itta.uva.nl Taalbewust beroepsonderwijs. Vijf vuistregels voor effectieve didactiek

Nadere informatie

RAPPORT VAN HET ONDERZOEK IN HET KADER VAN DE VOOR- EN VROEGSCHOOLSE EDUCATIE PEUTERSPEELZAAL 'T WOELIGE HOEKJE

RAPPORT VAN HET ONDERZOEK IN HET KADER VAN DE VOOR- EN VROEGSCHOOLSE EDUCATIE PEUTERSPEELZAAL 'T WOELIGE HOEKJE VVE-RAPPORT RAPPORT VAN HET ONDERZOEK IN HET KADER VAN DE VOOR- EN VROEGSCHOOLSE EDUCATIE PEUTERSPEELZAAL 'T WOELIGE HOEKJE Locatie(s) : Plaats :3841 HA Harderwijk Onderzoeksnummer :16281 Datum onderzoek

Nadere informatie

PUK! Spelkaartjes behorende bij spelbord Pak een Puk!, thema Woordenschat & Taal.

PUK! Spelkaartjes behorende bij spelbord Pak een Puk!, thema Woordenschat & Taal. PUK! Spelkaartjes behorende bij spelbord Pak een Puk!, thema Woordenschat & Taal. # STEL MEDESPELER ENKELE GESLOTEN VRAGEN EN STEL ENKELE OPEN VRAGEN. LEUKE TAALACTIVITEIT BIJ HET THEMA HATSJOE! IS...

Nadere informatie

aan de kwaliteit van VVE

aan de kwaliteit van VVE aan de kwaliteit van VVE Presentatie VVE conferentie 22 april 2014 Els Klerkx (gemeente Waalwijk) i.s.m. - Berend Schonewille (Sardes) - Mikz Kinderopvang & Peuterspeelzalen - basisschool van der Heijden

Nadere informatie

Trainingen en workshops

Trainingen en workshops Trainingen en workshops 2014-2015 Voor professionals in de Kindcentra 0-13 in s-hertogenbosch (kinderopvang, peuterarrangement en basisonderwijs) Inhoud Algemene informatie Algemene informatie 2 Aanbod

Nadere informatie

Titel interventie. Werkblad beschrijving interventie. Gebruik de HANDLEIDING bij dit werkblad

Titel interventie. Werkblad beschrijving interventie. Gebruik de HANDLEIDING bij dit werkblad Titel interventie Werkblad beschrijving interventie Gebruik de HANDLEIDING bij dit werkblad Colofon Ontwikkelaar / licentiehouder van de interventie Organisatie Contactpersoon Adres Postcode Plaats E-mail

Nadere informatie

Ontwikkeling van kinderen en relatie met kwaliteit van voorschoolse instellingen

Ontwikkeling van kinderen en relatie met kwaliteit van voorschoolse instellingen Ontwikkeling van kinderen en relatie met kwaliteit van voorschoolse instellingen Presentatie pre-cool cohortonderzoek Bijeenkomst G37 30 juni 2016 Annemiek Veen Pre-COOL cohortonderzoek Kohnstamm Instituut

Nadere informatie

Pedagogische werkwijze Peuterspelen De Waterlelie, januari 2019 Locatiemanager: Yael Lindhout Horev

Pedagogische werkwijze Peuterspelen De Waterlelie, januari 2019 Locatiemanager: Yael Lindhout Horev Omvang van de peuterspelen Er kunnen maximaal 15 kinderen per dagdeel worden opgevangen. De samenstelling van de en Naam van de Maximaal aantal kinderen op de Horizontale/ verticale/ flexibele Leeftijdsindeling

Nadere informatie

DEFINITIEF RAPPORT VAN HET ONDERZOEK IN HET KADER VAN DE VOOR- EN VROEGSCHOOLSE EDUCATIE BASISSCHOOL ER-RISÈLÈH

DEFINITIEF RAPPORT VAN HET ONDERZOEK IN HET KADER VAN DE VOOR- EN VROEGSCHOOLSE EDUCATIE BASISSCHOOL ER-RISÈLÈH VVE-RAPPORT DEFINITIEF RAPPORT VAN HET ONDERZOEK IN HET KADER VAN DE VOOR- EN VROEGSCHOOLSE EDUCATIE BASISSCHOOL ER-RISÈLÈH Locatie : Basisschool Er-Risèlèh Brinnr. : 24DH Plaats : 2313 AB Leiden Reg.nr.

Nadere informatie

Scholing binnen BoekStart. voor de Bibliotheek en kinderopvang

Scholing binnen BoekStart. voor de Bibliotheek en kinderopvang Scholing binnen BoekStart voor de Bibliotheek en kinderopvang SCHOLING BINNEN BOEKSTART In het kader van BoekStart zijn trainingen ontwikkeld die Bibliotheekmedewerkers, medewerkers van de Provinciale

Nadere informatie

Ontwikkelingen rond VVE in kort bestek

Ontwikkelingen rond VVE in kort bestek Ontwikkelingen rond VVE in kort bestek Inleiding De Voor- en Vroegschoolse Educatie en de daarmee te behalen opbrengsten in de ontwikkeling van kinderen staan volop in de belangstelling vanwege het maatschappelijk

Nadere informatie

DEFINITIEF RAPPORT VAN HET ONDERZOEK IN HET KADER VAN DE VOOR- EN VROEGSCHOOLSE EDUCATIE PEUTERSPEELZAAL OP DE RODE PADDESTOEL

DEFINITIEF RAPPORT VAN HET ONDERZOEK IN HET KADER VAN DE VOOR- EN VROEGSCHOOLSE EDUCATIE PEUTERSPEELZAAL OP DE RODE PADDESTOEL VVE-RAPPORT DEFINITIEF RAPPORT VAN HET ONDERZOEK IN HET KADER VAN DE VOOR- EN VROEGSCHOOLSE EDUCATIE PEUTERSPEELZAAL OP DE RODE PADDESTOEL Locatie : Peuterspeelzaal Op de Rode Plaats : Haarlem Reg.nr.

Nadere informatie

Pedagogische werkwijze Voorschool De Vijf Sterren, april 2016 Ineke van der Haak, locatiemanager

Pedagogische werkwijze Voorschool De Vijf Sterren, april 2016 Ineke van der Haak, locatiemanager Omvang van de voorschool en de samenstelling van de groepen Er kunnen maximaal 64 kinderen per dag worden opgevangen op voorschool De Vijf Sterren. De samenstelling van de groepen Naam van de groep Paarse

Nadere informatie

DEFINITIEF RAPPORT VAN HET ONDERZOEK IN HET KADER VAN DE VOOR- EN VROEGSCHOOLSE EDUCATIE PEUTERSPEELZAAL KETELBINKIE BASISSCHOOL DE WINDROOS

DEFINITIEF RAPPORT VAN HET ONDERZOEK IN HET KADER VAN DE VOOR- EN VROEGSCHOOLSE EDUCATIE PEUTERSPEELZAAL KETELBINKIE BASISSCHOOL DE WINDROOS VVE-RAPPORT DEFINITIEF RAPPORT VAN HET ONDERZOEK IN HET KADER VAN DE VOOR- EN VROEGSCHOOLSE EDUCATIE PEUTERSPEELZAAL KETELBINKIE BASISSCHOOL DE WINDROOS Locatie : Ketelbinkie : De Windroos Brinnr. : 10OD

Nadere informatie

Didactische verantwoording. Allemaal taal. Taal en communicatie voor pedagogisch medewerkers in de kinderopvang en op de peuterspeelzaal

Didactische verantwoording. Allemaal taal. Taal en communicatie voor pedagogisch medewerkers in de kinderopvang en op de peuterspeelzaal Didactische verantwoording Allemaal taal Taal en communicatie voor pedagogisch medewerkers in de kinderopvang en op de peuterspeelzaal Jenny van der Ende Taalondersteuning bij kinderen Naast behoefte aan

Nadere informatie

Professionalisering VVE 2013-2014 Mei 2013

Professionalisering VVE 2013-2014 Mei 2013 Professionalisering VVE 2013-2014 Mei 2013 Inleiding Voor het schooljaar 2013-2014 biedt stichting PAS wederom de mogelijkheid van training en begeleiding t.b.v. professionalisering VVE. De kwaliteit van

Nadere informatie

Workshop Onderwijsdag 2012 Enschede

Workshop Onderwijsdag 2012 Enschede Anneke Elenbaas van Ommen - 20 maart 2012 SAMENWERKEN AAN DE DOORGAANDE LIJN IN ZORG EN EDUCATIE BINNEN DE VOOR- EN VROEGSCHOOLSE PERIODE Workshop Onderwijsdag 2012 Enschede Programma Welkom en toelichting

Nadere informatie

RAPPORT VAN HET ONDERZOEK IN HET KADER VAN DE VOOR- EN VROEGSCHOOLSE EDUCATIE BASISSCHOOL DE UITERTON

RAPPORT VAN HET ONDERZOEK IN HET KADER VAN DE VOOR- EN VROEGSCHOOLSE EDUCATIE BASISSCHOOL DE UITERTON VVE-RAPPORT RAPPORT VAN HET ONDERZOEK IN HET KADER VAN DE VOOR- EN VROEGSCHOOLSE EDUCATIE BASISSCHOOL DE UITERTON Locatie Brinnr. 11OD Plaats Dronten Onderzoeksnummer. 1125 Datum onderzoek 08-11-2012 Datum

Nadere informatie