De brief aan de de fractie PvdA over Kinderen zijn de toekomst vast te stellen.

Transcriptie

1 Collegevoorstel Openbaar Onderwerp Beantwoording schriftelijke vragen PvdA Kinderen zijn de Toekomst Programma / Programmanummer Zorg & Welzijn / 1051 Portefeuillehouder B. Frings Samenvatting Op 27 mei j.l. heeft de PvdA schriftelijke vragen ingediend over de preventie van kindermishandeling in de Gemeente Nijmegen. Dit naar aanleiding van het onlangs verschenen rapport Preventie van Kindermishandeling, van papier naar werkelijkheid van de Kinderombudsman. Met bijgevoegde brief wordt antwoord gegeven op de vragen van de fractie PvdA. BW-nummer Directie/afdeling, ambtenaar, telefoonnr. MO10, Carlijn van Daal, 2527 ambtelijk voorstel 1 juli 2014 Registratienummer Ter besluitvorming door het college De brief aan de de fractie PvdA over Kinderen zijn de toekomst vast te stellen. Paraaf akkoord Steller Carlijn van Daal Alleen ter besluitvorming door het College Besluit B&W d.d. 8 juli 2014 X Conform advies Aanhouden Anders, nl. nummer: 3.11 Bestuursagenda Paraaf akkoord Portefeuillehouder Beantwoording schriftelijke vragen PvdA Kinderen zijn de Toekomst

2 Maatschappelijke Ontwikkeling Aan de fractie PvdA t.a.v. dhr. A. Selman Korte Nieuwstraat PP Nijmegen Telefoon Telefax (024) gemeente@nijmegen.nl Postbus HG Nijmegen 8 juli 2014 Ons kenmerk MO10/ Contactpersoon Carlijn van Daal Onderwerp Beantwoording vragen PvdA fractie 'Kindermishandeling' uw brief Doorkiesnummer (024) Geachte heer Selman, Op 27 mei heeft u schriftelijke vragen gesteld over de preventie van kindermishandeling in de Gemeente Nijmegen. Dit naar aanleiding van het onlangs verschenen rapport Preventie van Kindermishandeling, van papier naar werkelijkheid van de Kinderombudsman. Hieronder beantwoorden wij de door u gestelde vragen. 1. Heeft het college kennis genomen van het rapport en heeft de gemeente Nijmegen mee gedaan? Het college heeft kennis genomen van het rapport Preventie van kindermishandeling. De gemeente Nijmegen heeft meegedaan aan het onderzoek. 2. Is in Nijmegen bekend wat de preventieprogramma s opleveren en wordt dit gemonitord? De gemeente Nijmegen heeft geen expliciet programma gericht op de preventie van kindermishandeling. De preventie is wel geïntegreerd in de bestaande zorgstructuren. De preventie van kindermishandeling wordt daardoor niet als zodanig gemonitord. Wel hebben wij door onderzoek onder jongeren een beeld van deze problematiek. Ondanks het ontbreken van een expliciet preventieprogramma, is er uiteraard wel aandacht voor deze problematiek binnen diverse onderdelen van ons beleid. Vanuit het zorgbeleid is er aandacht voor kindermishandeling binnen de consultatiebureaus, de wijk- en regieteams, het AMK en het Veiligheidshuis. Tevens bestaat er een netwerk van aandachtfunctionarissen binnen de instellingen in de regio. Dit is opgezet in het kader van het RAAK-project. In het kader van de wettelijke meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling zijn er in de afgelopen jaren voorlichtingsbijeenkomsten georganiseerd voor professionals. Daarnaast richt vrouwenopvang Moviera zich ook op de kinderen van vrouwen die worden opgevangen of ambulante hulp krijgen.

3 Gemeente Nijmegen Maatschappelijke Ontwikkeling Vervolgvel 1 3. Zo ja, wil het college de resultaten van de preventieprogramma s tegen kindermishandeling met de Gemeenteraad delen? De gegevens uit de kinder- en jeugdmonitor van de GGD geven een algemeen beeld van de prevalentie (hoe vaak het voorkomt) van kindermishandeling. Wij beschikken niet over gegevens over de resultaten van specifieke preventieprogramma s van kindermishandeling. 4. Zijn de risicogroepen binnen de jeugd voldoende in beeld en, zo ja, welke groepen betreft het? Ja, de risicogroepen zijn voldoende in beeld. Ten eerste zijn deze in beeld binnen de bestaande zorgstructuren, zoals de ZAT s, de sociale wijkteams en de regieteams. Zij hebben kennis over de signalen van kindermishandeling en de risicofactoren. Zij vormen als het ware de ogen en oren van de wijk. Daarnaast zijn uit de periodieke jeugdenquête E-MOVO van de GGD de risicofactoren met betrekking tot kindermishandeling bekend. Jongeren met gescheiden ouders en jongeren van niet-westerse afkomst lopen meer risico op kindermishandeling. Ook hebben meer meisjes dan jongens, en meer vmbo en havo-leerlingen dan vwo-leerlingen, te maken met kindermishandeling. 5. Is er een verschil in de cijfers in relatie met de wijken in Nijmegen? Het Sociaal Statistisch Bestand 2013 (SSB 1 ) geeft inzicht in de huishoudens die met jeugdregelingen te maken hebben (leerplicht, vsv-meldingen, BJZ hulpverlening, BJZ Awbz indicaties, leerlingenvervoer, jeugdgezondheidszorg). Deze cijfers zijn geschikt om verschillen tussen wijken aan te geven met betrekking tot sociale risico s en daarmee ook kindermishandeling. In de wijken Zwanenveld, Meijhorst, Nije Veld en Tolhuis wordt relatief veel gebruik gemaakt van jeugdregelingen, in tegenstelling tot in het stadscentrum en Heijendaal. 6. Is Nijmegen op dit gebied klaar voor de transitie van de jeugdzorg? Ja. We hebben het beleid over hoe de gemeente Nijmegen de transitie jeugdzorg wil vormgeven inmiddels vastgesteld. Daarin is aandacht voor kindermishandeling binnen het nieuw op te zetten Advies- en Meldpunt Huiselijk geweld en Kindermishandeling (AMHK). We maken contractuele afspraken met uitvoerende instellingen om in de komende jaren intensiever samen te werken. Hierdoor zal een meer integrale aanpak ontstaan, waarbij ketensamenwerking gestimuleerd wordt en vraaggericht wordt gewerkt. Ook de uitgangspunten zorg dichtbij, laagdrempeligheid en één-gezin, één plan zullen een bijdrage leveren aan de preventie van kindermishandeling. In het kader van de WMO en de Wet op de Jeugdzorg wordt een nieuw beleidsplan opgesteld, waarin kindermishandeling ook een onderwerp zal zijn. In het kinderrechtenverdrag staan ook enkele artikelen die gerelateerd zijn aan kindermishandeling. In maart 2014 heeft dan ook een kinderrechtenconferentie plaatsgevonden met zorgprofessionals en Roland van der Hoek (Kidsrights) en Mark Dullaert (kinderombudsman). Tijdens deze conferentie zijn enkele aanbevelingen gedaan, gericht op borging van de kinderrechten tijdens de transitie. Ook zal Roland van der Hoek ingezet worden om het beleid rondom de sociale wijkteams en lokale toegangspoorten te checken op kinderrechten. Ook zal hij betrokken worden bij de vormgeving van een kinderombudsfunctie. 1 In het sociaal statistisch bestand zijn 19 registraties op het vlak van zorg, werk, inkomen en jeugd opgenomen. Het gaat vooral om gemeentelijke registraties.

4 Gemeente Nijmegen Maatschappelijke Ontwikkeling Vervolgvel 2 Daarnaast zien we het belang in van het betrekken van de verscheidene adviescommissies in de gemeente Nijmegen. Zij zijn eerder samengekomen om het kinderrechtenverdrag en de kinderrechten te bespreken, en hebben contact met het werkveld. Tot slot wordt er op dit moment een regionaal beleidsplan ontwikkeld over huiselijk geweld en kindermishandeling, waarin het beleid op dit gebied explicieter wordt uitgewerkt. Hoogachtend, College van Burgemeester en Wethouders van Nijmegen, De Burgemeester, De Gemeentesecretaris, drs. H.M.F. Bruls drs. B. van der Ploeg

5 ^1 PARTIJ VAN DE ARBEID. stadhuis, kamer 21 Nijmegen, 23 mei 2014 : Korte Nieuwstraat 6 ; 6511 PP Nijmegen reg.nr.:.iv WQoa^D Aan: Het College van Burgemeester en Wethouders ^' " E ftactie pvda,ni]megen.ti Van: Ammar Selman, PvdA-fractie P'' ^ SV0rantW,,;,Kfc Betreft: Schriftelijke vragen conform artikel 39 INGEKOMEN Onderwerp: Kinderen zijn de toekomst 2 7 MEI 2014 'rnjtrogeri.nl GEMEENTE NIJMEGEN class.nr.: n ^ I Geacht College, afgedaan: In het op 21 mei jl. verschenen rapport van de kinderombudsman 'Preventie van Kindermishandeling, van papier naar werkelijkheid', is gebleken dat gemeentelijke beleid, gericht op de preventie van kindermishandeling, niet het gewenste resultaat heeft behaald. Daarnaast worden er te weinig kinderen en ouders mee bereikt en er is geen toezicht op het beleid. Vanaf 1 januari 2015 zijn de gemeentes verantwoordelijk voor het totale pakket. Naar aanleiding hiervan en in het kader van de transitie van de jeugdzorg, stellen wij aan u de voigende vragen. ' 1. Heeft het college kennis genomen van het rapport en heeft de gemeente Nijmegen mee gedaan aan dit onderzoek? 2. is in Nijmegen bekend wat de preventieprogramma's opieveren en wordt dit gemonitord? 3. Zoja, wil het college de resultaten van de preventieprogramma's tegen kindermishandeling met de Gemeenteraad delen? 4. Zijn de risicogroepen binnen de jeugd voldoende in beeld en, zo ja, welke groepen betreft het? 5. is er een verschil in de cijfers in relatie met de wijken in Nijmegen? 6. Is Nijmegen op dit gebied klaar voor de transitie van de jeugdzorg? ivlet vriendelijke groet, namens de PvdA-fraptre,/