Rad:boudumc Psychoproblematiek **herhaaltoets** 6 juli uur. Bloktoets Datum Aanvang. Deze tentamenset kunt u na afloop meenemen
|
|
- Ludo Smets
- 8 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Rad:boudumc F aculteit_ der Medische Wetenschappen Bloktoets Datum Aanvang Psychoproblematiek **herhaaltoets** 6 juli uur Deze tentamenset kunt u na afloop meenemen ALGEMENE AANWIJZINGEN EN INSTRUCTIE: Dit tentamen bestaat uit 70 meerkeuzevragen. De beschikbare tijd voor het gehele tentamen is 2 uur. Controleer of uw tentamenset compleet is. Vermeld op het antwoordformulier duidelijk uw naam en studentnummer. Bij iedere vraag is slechts een alternatief het juiste of het beste. U geeft het naar uw mening juiste antwoord aan door het CIJFER voor het betreffende alternatief te omcirkelen. Vragen waar u door tijdnood niet aan toekomt, laat u onbeantwoord. Acht u aile alternatieven, na zorgvuldige bestudering, even juist, dan moet u de vraag niet beantwoorden. Kunt u een of meerdere alternatieven elimineren, dan moet u de vraag wei beantwoorden. Wanneer u het tentamen beeindigd hebt, dient u uw antwoorden (dus de omcirkelde CIJFERS) zorgvuldig over te brengen op het antwoordformulier, gebruik daarvoor een HB-potlood. Corrigeer fouten met gum. Verwijder gumresten zorgvuldig van uw antwoordformulier. Als u een vraag wilt open Iaten vult u het hokje boven het vraagteken "?" in. De op het antwoordformulier ingevulde antwoorden worden beschouwd als uw definitieve antwoorden, ongeacht uw omcirkelingen in uw toetsboekje. Meer dan een ingevuld antwoord per vraag wordt als blanco ge"interpreteerd. Schrijf niet buiten de invulvelden van het antwoordformulier. Het gebruik van aile audiovisuele en technische hulpmiddelen is niet toegestaan, tenzij expliciet vermeld elders op dit voorblad. Macht u dergelijke apparatuur tach gebruiken, dan zal dit als fraude worden aangemerkt. Op uw tafel mogen uw studenten- en registratiekaart en los schrijfmateriaalliggen. Etui's moeten van tafel. A/s u uw antwoordformulier vlekt, vouwt, beschadigt of de invulinstructies negeert kan het niet correct worden verwerkt. Vraag de surveillant in dergelijke geval/en om een nieuw blanco antwoordformulier! lndien u dit verzuimt zijn de gevo/gen daarvan voor uw rekening. De vragen worden als volgt gescoord: antwoor d en: G oe d Fout open 2 keuze-vraag Punten 3 keuze-vraag 1 -% 0 Punten 4 keuze-vraag 1-1/3 0 Punten 5 keuze-vraag 1 -Y. 0 Punten Lever na afloop het antwoordformuher m. lnd1en u commentaar heeft op de vragen, verwijzen we u naar de hyperlink die is opgenomen bij uw toetsindeling in uw webdossier t.b.v. het digitaal studentcommentaarformulier voor deze toets. LET OP!! ZET EERST UW NAAM EN STUDENTNUMMER OP HET ANTWOORDFORMULIER! VEEL SUCCES! Voorb/ad_MC/
2 Vraag 1. lnterpersoonlijke psychotherapie (IPT) wordt regelmatig ingezet bij de behandeling van depressie. Welk van de onderstaande probleemgebieden behoort NIET tot een van de vier behandelfocussen van IPT? 0) Activatie en dagstructuur 2. Gecompliceerde rouw 3. lnterpersoonlijk conflict 4. lnterpersoonlijk tekort Vraag 2. Welke definitie omschrijft het BESTE het begrip 'tegenoverdracht'? 1. Onbewuste negatieve gevoelens van de hulpverlener die worden geprojecteerd op de relatie met de patient. 2. Onbewuste negatieve gevoelens van de patient die worden geprojecteerd op de relatie met de hulpverlener. Verwachtingen en gevoelens behorende bij vroegere ervaringen die door de hulpverlener worden overgedragen op de relatie met de patient. 4. Verwachtingen en gevoelens behorende bij vroegere ervaringen die door de patient worden overgedragen op de relatie met de hulpverlener. Vraag 3. Humor is een voorbeeld van een adaptief afweermechanisme. Het gaat hier om plezier om eigen (of eventueel andermans) tekortkomingen zonder devaluerend te zijn. Welke van onderstaande afweermechanismes is eveneens adaptief? 1. Anticiperen 2. ldealiseren 3. Rationaliseren 4. Verschuiven Vraag 4. Bij welke stoornis speelt responspreventie de BELANGRIJKSTE rol in de cognitief gedragstherapeutische behandeling? 1. Gegeneraliseerde angststoornis 2. Obsessieve compulsieve stoornis 3. Somatisatiestoornis 4. Specifieke fobie van het bloed/injectie/verwondingtype Vraag 5. Cognitieve therapie is een vorm van psychotherapie. Cognitieve therapie richt zich het meest op verandering van: 1. Belemmerende emoties 2. Gedachten uit het onderbewuste 3. lnterpersoonlijke processen 4. Niet-functionele gedachten Pagina 1 van 16
3 20 Vraag 6. Welke combinatie van onderstaande verschijnselen hebben de meeste kans om op te treden bij een patient met hero"ineafhankelijkheid in de onthoudingsfase? A. Angst B. Bradycardie C. Epileptische insulten D. Koude Misselijkheid F. Nauwe pupillen G. Obstipatie (8) Prikkelbaarheid I. Rusteloosheid J. Slapeloosheid Spierpijn L. Tachycardie ~ Tremoren CW Wijde pupillen - i I /3 1. A, C, E, F, L 2. B,G, M, I 3. 8, D, F, E,H,K,N Vraag 7. Op de eerste hulp wordt een verwarde man binnengebracht. Bij lichamelijk onderzoek valt de dienstdoende arts, naast de verwardheid, het volgende op: conjunctivale roodheid, normale pupilreactie, droge slijmvliezen (mond) en een tachycardie. Er wordt gedacht aan een intoxicatie van een middel. Wat is het ME EST waarschijnlijke middel? ~ Cannabis 2. Coca ine 3. Ecstacy 4. Paddo's Pagina 2 van 16
4 0 Vraag 8. Welke combinatie van onderstaande verschijnselen heeft het meeste kans om op te treden bij een patient met GHB afhankelijkheid in de onthoudingsfase? A. Angst B. Bradycardie C. Epileptische insulten D. Koude rillingen E. Maagklachten F. Misselijkheid G. Prikkelbaarheid H. Rusteloosheid I. Slapeloosheid J. Somberheid K. Spierpijn L. Tachycardie M. Tremoren N. Wijde pupillen 1. A, H, N 2. A, I, M 3. D, I, J 4. E, G, K Vraag 9. Een 55-jarige man is sinds het overlijden van zijn vrouw twee jaar geleden steeds meer gaan drinken. Oorspronkelijk drank hij aileen's avonds 2-3 glazen whisky. Geleidelijk aan is dit steeds meer geworden. Hij drinkt nu 's ochtends na het opstaan gelijk twee barrels, anders kan hij niet naar zijn werk. Na het werk gaat hij gelijk weer aan de whisky, vaak worden het minstens 5 glaasjes voor hij in slaap valt. Van zijn ba~s heeft hij een waarschuwing gehad dat hij wat aan zijn drankprobleem moet doen. Zelf merkt hij dat hij steeds meer whisky nodig heeft. Hij wil wei minderen maar het lukt hem niet. Tegen hulp zoeken hikt hij erg aan. In welke fase van het motiveringsproces bevindt deze man zich? (D Beslissen 2. Contemplatie 3. Precontemplatie 4. Verdringing Vraag 10. Welk middel is als ondersteuning bij terugvalpreventie in het kader van alcoholproblematiek NIET ge lndiceerd? 1. Acamprosaat 2. Disulfiram ~ 3. Flumazenil 4. Naltrexon / ) /3 Pagina 3 van 16
5 . Vraag 11. Bij de psychologische behandeling van verslavingsproblematiek wordt onder meer gebruik gemaakt van cue-exposure. Welk effect op het trekgevoel wordt door deze techniek beoogt? -h_ 1. Extinctie 3. Suppressie Vraag 12. Welke laboratoriumbepaling wordtniet als indicator ingezet voor detectie van overmatig alcoholgebruik? 1. ALAT (Alanine Aminotransferase) 2. COT (Carbohydraat Deficient Transferrine) 3. MCV (Mean Corpuscular Volume) 4. MMA (Methylmalonzuur) Vraag 13. Een 22-jarige man woont sinds 3 jaar op kamers. Sinds de laatste 2 jaar gaat hij iedere vrijdag en zaterdag met zijn vrienden naar de kroeg, hij drinkt dan per avond zo'n 15 biertjes en komt na afloop compleet laveloos thuis. Door de week gebruikt hij geeri alcohol. Het afgelopen jaar is hij drie keer opgepakt door de politie vanwege verstoring van de openbare orde. Hier is sprake van: 1. Afhankelijkheid van een middel. 2. Misbruik van een middel. 3.' Sociaal gebruik van een middel. Vraag 14. Welke van de onderstaande beweringen is JUIST met betrekking tot d rangstoorn issen? 1. De recidiefkans na behandeling is gedurende iemands hele Ieven hoog. 2. Deze ontstaan vaak op volwassen leeftijd (>25 jr). 3. Er is vaak een forse Na het 50e levensjaar is de kans op spontane verbetering groot. Vraag 15. Welke van de volgende veranderingen in de hersenen zijn het MEEST kenmerkend voor normale veroudering? ~ - ~12_ Atrofie van de prefrontale cortex en het striatum. Ter plaatse van de bloedhersenbarriere vermindert de permeabiliteit metals gevolg een stapeling van serumeiwitten. Vanaf het veertigste jaar treedt in de substantia nigra door tekortschietende regelmechanismen een langzame toename in de dopaminerge activiteit op. Versmalling van de ventrikels en verbreding van de gyri. Pagina 4 van 16
6 2 Vraag 16. Een 28-jarige man klaagt dat de Russische geheime dienst hem door de telefoon afluistert en hem via camera's bespioneert. De Russen zouden hem bovendien be"invloeden via auradestructie. Hierdoor voelt hij zich al maanden dodelijk vermoeid en initiatiefloos. Bij het psychiatrisch onderzoek valt op dat hij aileen hele korte en concrete antwoorden geeft op vragen en verder nauwelijks spreekt. MEEST waarschijnlijk is sprake van: (j) Alogie 2. Bradyfrenie 3. Remming 4. Stupor Vraag 17. Wat is GEEN voorbeeld van katatoon gedrag? 1. Apraxie 2. Echopraxie 3. Motorische oppositie 4. Stupor Vraag 18. Een patient op de IC ziet de infuuszakken voor ballonnen aan en vraagt wie er jarig is. Van welk psychiatrisch symptoom is hier meest waarschijnlijk sprake? 1. Dissociatie 2. Disperceptie 3. Dwangvoorstelling 4. lmperatieve hallucinatie Vraag 19. Welke van de onderstaande symptomen valt NIET onder de formele denkstoornissen? 1. Concretisme 2. lncoherentie 3. Ontsporing 4. Rumineren Vraag 20. Een psychiater probeert middels cognitieve therapie een patient met een paniekstoornis meer functionele inzichten over de werking van het hart te Iaten krijgen. Wanneer is hier sprake van? - CD Een betekeniswetenschappelijke benadering 2. Een psychodynamische benadering 3. Een materiewetenschappelijke benadering Pagina 5 van 16
7 Vraag 21. In de classificatie van de DSM-IV dient as-v voor de vastlegging van het oordeel over het globale functioneren. Een 25-jarige vrouw heeft Iichte symptomen zoals perioden van somberheid en slaapklachten. Over het algemeen functioneert zij hiermee nog vrij redelijk op haar werk en thuis. Welk GAF-score geeft de beste weergave van haar globale functioneren? 1. Tussen 41 en 50 (2) Tussen 61 en Tussen 81 en 90 Vraag 22. Welke uitspraak over ADHD is JUIST? 1. Atomoxetine brengt een hoger risico op verslaving met zich mee dan methylfen idaat. 2. Bij tenminste 75% van de kinderen met ADHD persisteren de klachten tot op volwassen leeftijd. 3. In tegenstelling tot bij kinderen, staat bij volwassenen met ADHD vaker de impulsiviteit op de voorgrond dan de Methylfenidaat is effectiever dan gedragstherapie. Vraag 23. Welke uitspraak over autisme spectrum stoornissen (ASS) is JUIST? 1. De stoornis van Asperger is de subgroep binnen de autisme spectrum stoornissen met de meest ernstige klachten. 2. De stoornis van Asperger kenmerkt zich door enkele specifieke tekortkomingen in de taalontwikkeling. 3. Het merendeel van de patienten met ASS heeft comorbide forse angstklachten. 4. Patienten met ASS hebben vaak moeite met het waarnemen van details. Vraag 24. Bij de diagnostische criteria voor autisme spectrumstoornissen in de DSM-IV worden drie probleemgebieden benoemd. Welke zijn dit? 1. Contactstoornis, communicatieproblemen, stereotiepe bezigheden. 2. Contactstoornis, spraakstoornis, sociaal terugtrekgedrag. 3. Communicatieproblemen, stereotypische spraak, intellectuele beperking. 4. Gedragsstoornis, contactproblemen, gebrekkige taalontwikkeling. Vraag 25. Welke opsomming van kenmerken past het MEEST bij een corticale dementie? ~ -- 2'/ Bradyfrenie, dwangmatige patronen, persoonlijkheidsverandering. Geheugenstoornissen, taalstoornis, apraxie, agnosie. Overzichtsstoornissen, taalstoornis, veranderde stemming. Perseveren, geheugenstoornissen, prikkelbaarheid, agnosie. Pagina 6 van 16
8 Vraag 26. Wat is een van de eerste verschijnselen bij een patient met fronto-temporale dementie? 1. Apathie 2. Geheugenstoornissen 3. Loopstoornissen met incontinentie 4. Verminderd empathisch vermogen en affectieve vervlakking ' ~ Vraag 27. -Een 72-jarige vrouw heeft volgens haar dochter sinds een jaar last van het zien van diverse personen in haar huis die in werkelijkheid al lang overleden zijn. Hiernaast weef ze vaak niet meer wat voor een dag het is en kan ze op straat moeilijk de weg vinden. Ze is ervan overtuigd dat de buurman 's nachts vuilnis in haar GFT-container dumpt. Hij zou dan ook bij haar op de ramen bonzen om haar te pesten. De klachti:m hebben een fluctuerend beloop. De dochter vertelt dat moeder de laatste tijd - moeilijker loopt en hierdoor al enkele malen gevallen is. Zij gebruikt geen medicijnen en was voorheen gezond. De arts vindt nu bij onderzoek rigiditeit in beide benen. Op de_ MMSE scoort patiente 28 punten. Wat is bij haar de MEEST waarschijnlijke diagnose? 1. Beginnende M. Alzheimer 2. Fronto-temporale dementie 3.- Lewy body dementie Vra~B. Waarop berust de pathogenese van de ziekte van Creutzfeldt-Jakob bij de meerderheid van de patienten? eiwitophopingen 2. Fibrillaire amyloid-beta-eiwitten 3. Prionvorming 4. Tau ophopingen Vraag 29. De geheugenstoornis bij de ziekte van Alzheimer is het meest geassocieerd met een deficientie van: 1. Acetylcholine ~ 2. Dopamine 3. GABA -- 3 Pagina 7 van 16
9 0 Vraag 30. Een vrouw van 23 jaar oud klaagt over plotselinge gevoelloosheid van haar linker lichaamshelft. Ze loopt op een wat ohzekere manier. Soms heeft zij daarbij gedurende enkele uren volledig gehoorsverlies. De klachten bestaan nu drie maanden. Haar anamnese vermeldt geen andere klachten. Bij neurologisch onderzoek worden geen afwijkingen gevonden. Patiente vertelt dat de klachten op een avond plots zijn begonnen. Ze geeft aan dat deze tegenslag wei heel vervelend uitkwam aangezien ze al zoveel op haar bord had door een chronisch arbeidsconflict met haar baas. Patiente denkt aan een lichamelijke oorzaak van naar klachten. Waarvan is hier ME EST waarschijnlijk sprake? 1. Een conversiestoornis 2. Een dissociatieve stoornis 3. Een ongedifferentieerde somatoforme stoornis 4. Een somatisatiestoornis Vraag 31. Chronisch vermoeidheidsyndroom wordt doorgaans aangemerkt als: 1. Ongedifferentieerde somatoforme stoornis 2. Simulatie 3. Somatisatiestoornis Vraag 32. Welke van de volgende uitspraken is van toepassing op.i_r:n'-:llatie? 1. De symptom en worden bewust ingezet om aandacht te krijgen. 2. De symptomen worden onbewust ingezet om onplezierige omstandigheden te ontlopen. 3. Simulatie is geen psychiatrische stoornis maar een vorm van fraude. Vra~3. Welke van de onderstaande psychiatrische stoornissen kent het HOOGSTE risico op su"lcide? 1. Afhankelijkheid van drugs 2. Bipolaire stoornis 3. Schizofrenie 3 Pagina 8 van 16
10 ul... 0 Vraag 34. Bij een 24-jarige man is een half jaar geleden schizofrenie vastgesteld. Voor die tijd functioneerde hij goed, hij had een baan en enkele goede vrienden. Nu is hij echter fors psychotisch. Hij wil niets meer met officiele instanties te maken hebben, aangezien die allemaal met elkaar,a,menspannen en hem kapot proberen te maken. De post opent hij niet meer, omdat hij bezig is toe t~ treden tot een ander universum en daar moeten ze niets hebben van geldzaken en andere wereldse dingen: Hij weigert aile vormen van hulp of behandeling. De woningbouwvereniging heeft aangegeven dat hij volgende maand uit huis gezet 'zal worden vanwege oplopende hu~:~rschuld. De moeder van deze patient maakt zich erg ongerust aangezien haar zoon bij niemand terecht kan en zal gaan zwerven. Welke bewering over bovenstaande situatie is juist? 1. De moeder van de patient kan de officier van justitie verzoeken tot een rechtelijke machtiging (RM) voor haar zoon. 2. Om te kijken of patient voor een gedwongen opname in aanmerking komt, moet eerst door een onafhankelijk psychiater gekeken worden ofhij wilsonbekwaam is volgens de criteria van de KNMG. 3. Patient kan niet gedwongen opgenomen worden omdat hij geen gevaar vormt voor zichzelf of anderen. Vraag 35. Bij het toepassen van dwang bij een psychiatrische patient dient altijd het 'minst beperkende alternatief' te worden toegepast. Dit ethisch beginsel noemt men het principe van: 1. Doelmatigheid 2. Moraliteit 3. Subsidiariteit Vraag 36. Welke bewering is JUIST? ~ Bij zwakbegaafdheid is sprake van een lager ontwikkelingsniveau dan bij zwakzinnigheid. Binnen de groep mensen met een verstandelijke beperking komt automutilatie vaker voor bij een relatief hoog ontwikkelingsniveau. Depressie bij mensen met een verstandelijke beperking presenteert zich vaak op een aspecifieke manier;-namelijk met prikkelbaarheid en onrust. Over het algemeen kunnen mensen met zwakbegaafdheid niet zelfstandig wonen. Pagina 9 van 16
11 Vraag 37. Een 60-jarige patiente met een blanco psychiatrische voorgeschiedenis wordt door de psychiater van de consultatieve dienst gezien op de afdeling longziekten. Patiente is opgenomen in verband met een exacerbatie COPD. De psychiater wordt in consult gevraagd in verband met druk en opstandig gedrag van patiente. Er blijkt sprake van een manisch toestandsbeeld. Mede omdat het optreden van een eerste manie op deze leeftijd ongebruikelijk is vermoed de psychiater dat medicatie een rol zou 1 kunnen spelen bij het optreden van de manie. De psychiater loopt aile medicatie na die patiente gebruikt. Welke van onderstaande medicatie is het MEEST verdacht een luxerende rol te spelen bij deze manie? 1. Erythromycine 2. Furosemide ~ 3. Ibuprofen 4. Prednison Vraag 38. Welk antispychoticum is ge lndiceerd voor de behandeling van psychotische symptomen bij de ziekte van Parkinson? 1. Cisordinol 2. Clozapine 3. Haloperidol 4. Olanzapine Vraag 39. Welke van de volgende beweringen over schizofrenie is NIET waar? 1. Circa 10% van de patienten overlijdt door su lcide. 2. De Life-timeprevalentie is circa 1%. 3. Er is een hogere incidentie op het platteland dan in de stad. 4. Mannen ontwikkelen de stoornis eerder in hun Ieven dan vrouwen. Vraag 40. Welk symptoom treedt NIET op bij het maligne neurolepticasyndroom? 1. Autonome instabiliteit 2. BewustzijnstoorniSJXw; 3. -~thermie ~ fi!jfj'iiiwl 4. Spierrigiditeit Vraag 41. _ Welke bijwerking past het MINST bij een te hoge spiegel (intoxicatie) van lithium? 1. Anurie 2. lnsulten <]:) Leucopenie 4. Spierhypertonie Pagina 10 van 16
12 Vraag 42. Welke twee bijwerkingen ziet men vaker bij TCA's dan bij SSRI's? 1. Agitatie en seksuele functiestoornissen 2. Diarree en hoofdpijn 3. Mictiestoornissen en Transpireren en orthostatische hypotensie Vraag 43. Wat is een vaak voorkomende bijwerking van klassieke antipsychotica die in verband wbrdt gebracht met antagonisme van dopamine 02 receptoren? 1. Acute dystonie 2. Gewichtstoename 3. Sedatie 4. Seksuele disfunctie Vraag 44. Benzodiazepinen worden ingedeeld in hypnotica en anxiolytica. Welk van de onderstaande criteria is/zijn hierbij vooral van belang? 1. GABA-A-receptor affiniteit ~, 2. lnteractie met melatonine :3. lnteractie met REM-slaap 4. Resorptie en halfwaardetijd Vraag 45. Mirtazapine is een antipepressivum met een met sterk antihistaminerge (H1}, maar nagenoeg geen anticholinerge werking. Welke bijwerking is het ME EST voorkomend bij mirtazapine? -1. Galactorroe 2. Gewichtstoename 3. Jeuk 4. Obstipatie Vraag 46. Van welke symptomen is sprake bij acathisie? x 1. Niet kunnen stilzitten, bewegingsonrust. 2. Onwillekeurige bewegingen van tong, mond of gelaat. 3. Onvrijwillige spiersamentrekkingen die een abnormale lichaamshouding veroorzaken. 4. Tremor in combinatie met rigiditeit en hypokinesie. 311 L Pagina 11 van 16
13 J Vraag 47. Welke van de volgende symptomen behoort NIET tot de negatieve symptomen van sch izofren ie? 1. Affectieve vervlakking 2. Chaotisch denken 3. Sociale contacten uit de weg gaan 4. Weinig spreken Vraag 48. Welke uitspraak over de waanstoornis is JUIST? 1. Bij de helft van de patienten gaat de stoornis na verloop van tijd over in schizofrenie. 2. Er is een goede respons op antipsychotica. ~ 3. Er is sprake van een slecht algeheel functioneren. 4. Kenmerkend is het optreden van niet bizarre wan en. Vraag 49. Positieve symptomen van schizofrenie hangen samen met: 1. Hyperdopaminerge transmissie in het limbische systeem 2. Hyperdopaminerge transmissie van de temporals cortex 3. Hypodopaminerge transmissie in de basale ganglia 4. Hypodopaminerge transmissie van de prefrontale cortex Vraag 50. Waarin is het belangrijkste verschil in diagnostische criteria tussen schizofrenie en schizofreniforme stoornis gelegen? 1. In de duur van de symptomen 2. In de ernst van de symptomen 3. In het al dan niet aanwezig zijn van auditieve hallucinaties 4. In het al dan niet aanwezig zijn van negatieve symptomen Vraag 51. Welke bewering over persoonlijkheidsstoornissen is JUIST? 1. De antisociale persoonlijkheidsstoornis is een van de minst voorkomende persoonlijkheidsstoornissen. 2. De borderline persoonlijkheidsstoornis is de meest voorkomende persoonlijkheidsstoornis bij psychiatrische patienten. 3. De prevalentie in de algehele bevolking is 25%. Pagina 12 van 16
14 Vraag 52. Welk van onderstaande kenmerken maakt GEEN deel uit van de DSM-IV criteria voor de QRS~.~si~ve~compul~.iey~ pers<;>()i1jil~bei9$ togrn1? 1. Gierigheid 2. Preoccupatie met details 3. Starre ethische normhantering 4. Vermijden van belangrijke taken Vraag 53. Een vrouw van 62 jaar oud is altijd erg op zichzelf geweest. Zij is erg gepreoccupeerd met oermuziek en is overtuigd van de stabiliserende werking hiervan op de hedendaagse mens. De buren klagen regelmatig over vreemde geluiden, maar dat maakt haar aileen maar boos. Zij geeft aan dan nog Ianger muziek te moeten mak~n om de negatieve energie van de buren weer weg te krijgen. Ze heeft geen intieme vrienden en wil dit ook niet. Waar past deze omschrijving het BESTE bij? 1. Schizofreniforme stoornis 2. Schizo"ide persoonlijkheidsstoornis 3. Schizotypische persoonlijkheidsstoornis Vraag 54. Welk kenmerk hoort NIET tot de diagnostische criteria van de borderline persoonlijkheidsstoornis? 1. Chronisch gevoel van leegte 2. Inadequate, intense Oppervlakkige emotionele uitingen.~ 4. Stressgerelateerde achterdochtige ideeen Vraag 55. Farmacotherapie staat bij de behandeling van persoonlijkheidsstoornissen niet voorop, maar kan wei een belangrijke ondersteunende rol spelen. Welke van de onderstaande middelen zijn ge indiceerd bij jj]qlj~i.v.ltfllt? 1. Atypische antipsychotica 2. Methylfenidaat 3. SSRI's 4. Tricyclische antidepressiva, met name clomipramine Vraag 56. In de klinisch veel gebruikte indeling van Cloninger worden vier aspecten van het begrip temperament beschreven. Welke hoort daar NIET bij? 1. Harm avoidance 2. Novelty seeking 3. Reward dependence 4. Social attachment Pagina 13 van 16
15 Vraag 57. In de DSM IV worden 10 persoonlijkheidstoornissen gedefinieerd en deze worden vervolgens geclassificeerd in drie clusters. Hoe worden deze drie clusters omschreven? 1. Schizo'lde, emotioneel, ontwijkend 2. Excentriek, impulsief, introvert 0 1,3. Zonderling, dramatisch, angstig Vraag 58. Welke uitspraak ten aanzien van een depressieve stoornis met melancholische (vitale) kenmerken is JUIST? 1. Bij behandeling wordt vaak voor een MAO-rem mer gekozen. 2. De stemming wordt in de loop van de dag slechter. 3. Er is vaak sprake van buitensporige of onterechte schuldgevoelens. 4. Er is sprake van een toegenomen slaapbehoefte. Vraag 59. Een patient met een sociale fobie wordt ingesteld op een antidepressivum. Na hoeveel weken behandeling kan men vaststellen of er sprake is van een nonrespons? 1. 4 Weken 2. 8 Weken Weken Vraag 60. Welke klachten of gedragingen passen het MINST bij een van de subtypen van de obsessieve compulsieve stoornis? ~ Handen wassen na het hebben aangeraakt van de vloer. Het niet kunnen verdragen als de messen niet recht in het rekje van de vaatwasser staan. Twintig keer per dag nadenken of je nu naar Frankrijk of Duitsland op vakantie zult gaan. Viermaal checken of de deur dicht is alvorens weg te kunnen gaan. Vraag 61. Een patient met een gegeneraliseerde angststoornis wordt ingesteld op fluoxetine (een SSRI). Hij kan fluoxetine goed verdragen, maar helaas heeft dit middel geen,_ enkel effect op zijn klachten. Patient had eerder paroxetine (een SSRI) geprobeerd - en ook dat hielp hem niet. Hij wil nu graag een ander medicijn proberen. Wat is de BESTE volgende stap? 1. Additie van een atypisch neurolepticum aan het huidige SSRI 2. Een noradrenerg werkend TCA 3. Een serotonerg werkend TCA Pagina 14 van 16
16 , Vraag 62. Welke van onderstaande beweringen over het beloop van depressie is JUIST? 1. Bij patienten met langdurige depressieve klachten is de prevalentie van diabetes en hart- en vaatziekten gelijk aan de algemene bevolking. Het beloop is echter ongunstiger. 2. De kans op overlijden aan een somatische aandoening neemt met ongeveer 10% toe als er tegelijk sprake is van een Tenminste de helft van de patienten die een depressie heeft doorgemaakt, krijgt een of meerdere recidieven. 4. Zelfdoding berust in circa 40 % van de gevallen op een aanwezige depressie. Vraag 63. Welke neurotransmitter wordt het MINST betrokken geacht bij de pathogenese van de depressieve stoomis? 1. Dopamine 2. GABA 3. Noradrenaline Vraag 64. Depressieve episoden bij een bipolaire stoornis verschillen niet wezenlijk van unipolaire depressies. Een aanwijzing voor een bipolaire stoornis bij een patient die zich presenteert met een depressie is de aanwezigheid van: -h 1. Anhedonie 2. Ernstige insomnia 3. Motorische Psychotische kenmerken Vraag 65. Welke bewering over de aard van dwang- en drangverschijnselen is JUIST? 1. Dranghandelingen zijn gericht op angstreductie. 2. Dwanggedachten zijn geassocieerd met lust gevoelens. 3. Een dranghandeling ervaart een patient met een drangstoornis als passend bij zijn/haar identiteit. 4. Een dwanghandeling ervaart een patient met een obs~ssieve compulsieve stoornis als passend bij zijn/haar identiteit. Vraag 66. Welke uitspraak over postpartum psychose is JUIST? 1. Bij de behandeling zijn oestrogenen de eerste stap in de farmacotherapie. 2. Bij bijnaalle patienten (rond 90%) is in de voorgeschiedenis sprake van een psychose, ernstige angst- of stemmingsstoornis of persoonlijkheidsproblematiek. 3. Een opname is meestal ge"lndiceerd. Pagina 15 van 16
17 6 u 20 Vraag 67. Welke structuur/structuren zijn het MINST betrokken bij de etiopathogenese van stressstoornissen?.:1. Amygdala _.,2. Hippocampus o. 3: _ Hypothalamus-hypofyse-bijnierschors-as "'\ -4. Putamen Vraag 68. W~ke bewering over het gebruik van medicatie bij de bipolaire stoornis is JUIST? 1_. Atypische antipsychotica zijn ge"indiceerd als onderhoudsbehandeling.,2. Carbamazepine is effectief bij de behandeling van depressies. 3; Het atypische antipsychoticum quetiapine is niet effectief bij de behandeling van depressies. 4.: Valpro"inezuur is effectief bij de be~andeling Vqn depressies. Vraag 69. -Een patient heeft vee I last van herbelevingen aanxeen verkeersongeval dat hem vorig jaar overkwam. Patient heeft bij dit ongeluk eem kwarti'er bekneld gezeten in zijn auto. Voor het verwerken van wat hem overkomen is, wendt hij zich tot een psycholoog. Bij de behandeling vraagt de psycholoog hem om het meest angstige beeld dat hij van het ongeluk heeft voor ogen te nemen. Tegelijkertijd moet hij met zijn ogen heen en weer gaande handbewegingen van de psycholoog volgen. Hoe heet deze therapia? 1. Eclectic visual dissociation and restructuring 2_. Exposure met visueel ondersteunde responspreventie 3. Exposure mindset dissociational refocussing 4. Eye movement and desensitization reprocessing. Vraag 70. Welke uitspraak met betrekkingtot anorexia nervosa is JUIST? - ' 1-. Bij 20-30% is er sprake van herstel of gunstig verloop. 2. De prognose is gunstiger naarmate de aanvangsleeftijd hoger ligt. 3. Het sterfte cijfer ligt rond 5-10%. 4. Patienten waarbij sprake is van het purgerende type hebben een betere prognose dan patienten waarbij sprake is van het zuivere vastentype. EINDE VAN DE TOETS Pagina 16 van 16
50210 Psychoproblematiek 6juli2015 10.00 uur
Faculteit_der Medische Wetenschappen Bloktoets Datum Aanvang 50210 Psychoproblematiek 6juli2015 10.00 uur *herhaaltoets** Deze tentamenset kunt u na afloop meenemen ALGEMENE AANWUZINGEN EN INSTRUCTIE:.
Nadere informatieCorrecties DSM 5 : Beknopt overzicht van de criteria
Correcties DSM 5 : Beknopt overzicht van de criteria Vierde oplage, juni 2016 In deze lijst zijn de belangrijkste wijzigingen opgenomen t.o.v. de derde oplage (juni 2015). Pagina Stoornis Derde oplage,
Nadere informatieCluster A Cluster B Cluster C Excentriek(zonderling) Paranoïde
PAK Psychisch functioneren en cognitie 1. Bipolaire stoornissen [Bron: Leerboek Psychiatrie. Hengeveld MW, van Balkom AJLM. 3e geheel herziene druk, de Tijdstroom 2016 - Hfdst 9 Bipolaire-stemmingsstoornissen
Nadere informatieCorrecties DSM 5 : Beknopt overzicht van de criteria
Correcties DSM 5 : Beknopt overzicht van de criteria Vierde oplage, juni 2016 In deze lijst zijn de belangrijkste wijzigingen opgenomen t.o.v. de derde oplage (juni 2015). Pagina Stoornis Derde oplage,
Nadere informatieCAT VRAGEN OEFENEN Week 1. Cursus Psychisch Functioneren Mw. dr. U. Klumpers, psychiater/ cursuscoördinator Vrijdag 8 maart 2013
CAT VRAGEN OEFENEN Week 1 Cursus Psychisch Functioneren Mw. dr. U. Klumpers, psychiater/ cursuscoördinator Vrijdag 8 maart 2013 1.Psychiatrisch onderzoek: De cognitieve functies bestaan o.a. uit: a. geheugen,
Nadere informatieReeks 11. Psychiatrie op volwassen leeftijd
Reeks 11 Psychiatrie op volwassen leeftijd Psychiatrische aandoeningen Wanneer ben je ziek en wat is normaal? Hoe wordt een diagnose gesteld? Symptomen van de meest voorkomende ziektebeelden Angst Depressie
Nadere informatie1. Als een jongen van 15 jaar weigert informatie over zichzelf te verstrekken moet de psychiater: 2. Bij autisme spectrumstoornissen bestaan er:
Welkom bij het oefententamen voor het blok 'Psychisch functioneren'. WAARSCHUWING Het hier volgende oefententamen voor de cursus psychisch functioneren is geen evenwichtige afspiegeling van de leerstof.
Nadere informatieInformatie voor Familieleden omtrent Psychose. InFoP 2. Inhoud
Informatie voor Familieleden omtrent Psychose InFoP 2 Inhoud Introductie Module I: Wat is een psychose? Module II: Psychose begrijpen? Module III: Behandeling van psychose de rol van medicatie? Module
Nadere informatiePsychotische stoornissen & Schizofrenie. Rob Lutterman Verpleegkundig consulent psychiatrie Psychiatrie en Medische Psychologie, OLVG
Psychotische stoornissen & Schizofrenie Rob Lutterman Verpleegkundig consulent psychiatrie Psychiatrie en Medische Psychologie, OLVG filmpje niels is psychotisch Inhoud Inleiding Psychose Schizofrenie
Nadere informatieInFoP 2. Informatie voor Familieleden omtrent Psychose. Inhoud. Inleiding
Informatie voor Familieleden omtrent Psychose InFoP 2 Inhoud Introductie Module I: Wat is een psychose? Module II: Psychose begrijpen? Module III: Behandeling van psychose de rol van medicatie? Module
Nadere informatieDSM 5 - psychose Dr. S. Geerts Dr. O. Cools 28-11-2014
DSM 5 - psychose Dr. S. Geerts Dr. O. Cools 28-11-2014 Inhoud DSM IV -> DSM 5 DSM IV: Schizofrenie als kernsyndroom Even stilstaan bij SCHIZOFRENIE Kritiek op DSM IV Overzicht DSM 5 Schizofrenie (1) Epidemiologie:
Nadere informatieDepressief syndroom Persoonlijke Psychiatrie,
Depressief syndroom Persoonlijke Psychiatrie, 21-6-2017 Jan Spijker, psychiater, hoogleraar Chronische Depressie, Radboud Universiteit Nijmegen hoofd programma depressie Pro Persona, Nijmegen Indeling
Nadere informatieGrensoverschrijdend gedrag. Les 2: inleiding in de psychopathologie
Grensoverschrijdend gedrag Les 2: inleiding in de psychopathologie Programma Psychopathologie; wat is het? Algemene functionele psychopathologie DSM Psychopathologie = Een onderdeel van de psychiatrie
Nadere informatieParkinsonismen Vereniging. Parkinson en Psychose
Parkinsonismen Vereniging Parkinson en Psychose Inhoudsopgave Inleiding 4 Psychose 4 Oorzaak 5 Door de ziekte van Parkinson 5 Door het gebruik van anti-parkinsonmedicatie 5 Door een lichamelijke aandoening
Nadere informatieMedicatie bij dementie. Dr. L.K. Pul Huisarts Mw. L.A. Klarenbeek MSc Verpleegkundig specialist
Medicatie bij dementie Dr. L.K. Pul Huisarts Mw. L.A. Klarenbeek MSc Verpleegkundig specialist Inhoud Terug naar de basis De hersenen en de ziekte van Alzheimer Het geheugen Het autonoom zenuwstelsel De
Nadere informatieTo sleep or not to Sleep. over slaap bij psychiatrische ziektebeelden door B.M. Klop- de Vries, psychiater
To sleep or not to Sleep over slaap bij psychiatrische ziektebeelden door B.M. Klop- de Vries, psychiater To sleep or not to sleep Een goede slaapkwaliteit is belangrijk voor ons psychisch welbevinden,
Nadere informatieStemmingsstoornissen. Van DSM-IV-TR naar DSM-5. Johan van Dijk, klinisch psycholoog-psychotherapeut Max Güldner, klinisch psycholoog-psychotherapeut
Stemmingsstoornissen Van DSM-IV-TR naar DSM-5 Johan van Dijk, klinisch psycholoog-psychotherapeut Max Güldner, klinisch psycholoog-psychotherapeut Inhoud Veranderingen in de DSM-5 Nieuwe classificaties
Nadere informatieAntipsychotica en monitoren van bijwerkingen
Antipsychotica en monitoren van bijwerkingen Symptomatische behandeling bij psychosen Effectiviteit: 70 a 90% Indicaties Schizofrenie Manie Depressie met psychot. kenm. Waanstoornis Psychose NAO Psycho-org.
Nadere informatieMiddelenmisbruik en crisis
Middelenmisbruik en crisis Een lastige combinatie Mike Veereschild Tom Buysse Middelengebonden spoedeisende situaties Intoxicatie van een verslavend middel Onthouding van een verslavend middel Kernsymptomen
Nadere informatieStemmingsstoornissen bij de ziekte van Parkinson
Stemmingsstoornissen bij de ziekte van Parkinson Maastricht, 9 mei 2017 Dr. A.F.G. Leentjens, psychiater Afdeling Psychiatrie MUMC 1951-2014 1926-2002 Inhoud Depressieve klachten -wat is een depressie?
Nadere informatieRichtlijn Antipsychotica. Richtlijnenmiddag 2017
Richtlijn Antipsychotica Richtlijnenmiddag 2017 Voor wie Daarvoor is de indeling volgens de DSM 5: 297.1 Waanstoornis 298.8 Kortdurende psychotische stoornis 295.40 Schizofreniforme stoornis 295.90 Schizofrenie
Nadere informatiePsychosen en Schizofrenie. Lieuwe de Haan en Arjen Sutterland, Zorglijn Vroege Psychose
Psychosen en Schizofrenie Lieuwe de Haan en Arjen Sutterland, Zorglijn Vroege Psychose Inhoud 1. Wat is psychose? 2. Wat is schizofrenie? 3. Welke symptomen komen voor bij psychosen? 4. Wat is het beloop?
Nadere informatieCognitieve gedragstherapie
Cognitieve gedragstherapie Een succesvolle psychotherapie voor diverse emotionele stoornissen en problemen Afdeling Psychiatrie en Medische Psychologie Wat is Cognitieve Gedragstherapie? Cognitieve gedragstherapie
Nadere informatieDepressie bij ouderen
Depressie bij ouderen Bij u of uw familielid is een depressie vastgesteld. Hoewel relatief veel ouderen last hebben van depressieve klachten, worden deze niet altijd als zodanig herkend. In deze folder
Nadere informatieBorderline, waar ligt de grens?
Borderline, waar ligt de grens? Themadag georganiseerd door Friese werkgroep Labyrinth-In Perspectief 23 november 2002 Programma 10.00 10.15 10.20 11.00 11.15 11.45 12.15 13.00 14.00 15.00 Ontvangst met
Nadere informatieUMC $St Radboud. 50210 Paychoproblematlek 29 aprll2011 10.00 uur. De vragen worden als volgt gescoord: antwoorden: Goed fout
Bloktoets Datum Aanvang 50210 Paychoproblematlek 29 aprll2011 10.00 uur UMC $St Radboud Universitair MediSCh Centrum Deze tentamenset kunt u na afloop meenemen Ook de doordruk van het antwoordformulier
Nadere informatiePsychotische stoornissen in DSM V. Mirjam Klein (supervisor Erik Giltay) Afdeling Psychiatrie LUMC, Leiden
Psychotische stoornissen in DSM V Mirjam Klein (supervisor Erik Giltay) Afdeling Psychiatrie LUMC, Leiden Kritiek op DSM IV Nauwelijks goede definitie van Schneideriaanse symptomen Subtyperingen niet betrouwbaar
Nadere informatiePostpartum psychiatrie op de moeder-baby unit
Oprichtingssymposium LKPZ 9 september 2010, Corpus, Oegstgeest Postpartum psychiatrie op de moeder-baby unit Kathelijne Koorengevel, psychiater Monica Ouwens, dans- en bewegingstherapeut Afdeling Psychiatrie
Nadere informatieAGRESSIE. Basis emoties. Basis emoties. Agressie - sociologisch. Agressie - biologisch. Agressie en psychiatrie 16-3-2014
Basis emoties AGRESSIE en psychiatrische stoornissen Angst Verdriet Boosheid Verbazing Plezier Walging Paul Ekman Basis emoties Psychofysiologische reactie op een prikkel Stereotype patroon van motoriek,
Nadere informatieParkinson en Psychoses
Parkinson en Psychoses Inleiding Mensen met de ziekte van Parkinson kunnen last krijgen van ongewone belevingen die niet overeenkomen met de werkelijkheid. Dit zijn psychotische belevingen die de vorm
Nadere informatieVroegsignalering bij dementie
Vroegsignalering bij dementie Docentenhandleiding voor mbo-zorg onderwijs en bijscholing Docentenhandleiding voor mbo-zorg onderwijs en bijscholing Contact: Connie Klingeman, Hogeschool Rotterdam c.a.klingeman@hr.nl
Nadere informatieBijlage van DSM V naar ICPC 1
Bijlage van DSM V naar ICPC 1 Neurobiologische ontwikkelingsstoornissen 319 Verstandelijke beperking P85 Mentale retardatie/intellectuele achterstand 307.9 Communicatiestoornissen P29 Andere psychische
Nadere informatiePersoonlijkheidsstoornissen en Angst. Ellen Willemsen
Persoonlijkheidsstoornissen en Angst Ellen Willemsen Overzicht Relevantie Persoonlijkheidsstoornissen Comorbiditeit in getallen PG cijfers comorbiditeit Relatie tussen angststoornissen en PS Aanbevelingen
Nadere informatieDiagnose en classificatie in de psychiatrie
Diagnose en classificatie in de psychiatrie Klinische Validiteit Research Betrouwbaarheid Prof dr Bert van Hemert psychiater en epidemioloog Afdelingshoofd psychiatrie DBC Kosten-baten 2 Diagnosen in de
Nadere informatieantwoordformulier! Indien u dit verzuimt zijn de gevolgen daarvan voor uw rekening.
Facuiteit_der Medische Wetenschappen Bloktoets Datum Aanvang 50210 Psychoproblematiek 27februari2015 10.00 uur Deze tentamenset kunt u na afloop meenemen ALGEMENE AANWUZINGEN EN INSTRUCTIE:. Dit tentamen
Nadere informatieBEWEGINGSSTOORNISSEN IN DE PSYCHIATRIE Katatonie. Prof. dr. Peter N van Harten. PN van Harten
BEWEGINGSSTOORNISSEN IN DE PSYCHIATRIE Katatonie Prof. dr. Peter N van Harten KATATONIE IN BEWEGING Classificatiecriteria DSM-5 Katatonie 1. Stupor Geen psychomotorische activiteit; geen actieve interactie
Nadere informatieVERANDERING VAN GEDRAG: EEN PROBLEEM OF NIET? Marieke Schuurmans Verpleegkundige & onderzoeker UMC Utrecht/Hogeschool Utrecht
VERANDERING VAN GEDRAG: EEN PROBLEEM OF NIET? Marieke Schuurmans Verpleegkundige & onderzoeker UMC Utrecht/Hogeschool Utrecht GEDRAG: De wijze waarop iemand zich gedraagt, zijn wijze van doen, optreden
Nadere informatieHet is niet altijd wat het lijkt dat het is!! Rens Evers Psychiater MFCG Limburg Koraalgroep
Het is niet altijd wat het lijkt dat het is!! Rens Evers Psychiater MFCG Limburg Koraalgroep Inhoud Inleiding Casusistiek Met uitleg over verschillende beelden Veel voorkomende diagnoses Oplossingen Conclusie
Nadere informatieAan de slag met psychose en bipolaire stoornis
Aan de slag met psychose en bipolaire stoornis Anja Stevens, psychiater, Dimence Charlotte Marchandisse, VS, GGZinGeest Zwolle, 8 december Phrenoscongres Opzet Introductie hypomanie, manie, psychose Rollenspellen
Nadere informatieDepressies en angststoornissen - Net zo vaak samen als apart. Prof.dr. W.A. Nolen UMC Groningen
Depressies en angststoornissen - Net zo vaak samen als apart Prof.dr. W.A. Nolen UMC Groningen NESDA - Verschillende cohorten Vanuit NEMESIS (303) Vanuit ARIADNE (261) 1 e lijn (1611) Met huidige depressie/angststoornis
Nadere informatieSamenwerkingsverband Vrijgevestigde Psychologen Amsterdam
Samenwerkingsverband Vrijgevestigde Psychologen Amsterdam Sanne Bakker en Marjan Kroon, 19 juni 2014 1. De invoering van de Basis GGZ 2. Het verwijsmodel 3. Overzicht van de DSM-IV stoornissen die vergoed
Nadere informatieLezing voor de NVA. Door Harmke Nygard-Smith Klinisch psycholoog. Ontwikkelingsstoornissen Dimence
Lezing voor de NVA Door Harmke Nygard-Smith Klinisch psycholoog Ontwikkelingsstoornissen Dimence Waarom diagnostiek? Hoe doen we eigenlijk diagnostiek? De DSM 5 Wijzigingen in de DSM 5 voor de autisme
Nadere informatieWorkshop medicatie bij angststoornissen Alejandro Goilo Joanneke van der Linde
Workshop medicatie bij angststoornissen Alejandro Goilo Joanneke van der Linde Workshop medicatie bij angst Farmacotherapie angst stoornissen in vogelvlucht Casuïstiek Dhr. A Eigen inbreng Eventueel Mw.
Nadere informatieDelier in de palliatieve fase DR. KARIN SCHOTTE MEDISCHE ONCOLOGIE- PALLIATIEF SUPPORTTEAM
Delier in de palliatieve fase DR. KARIN SCHOTTE MEDISCHE ONCOLOGIE- PALLIATIEF SUPPORTTEAM 1. Definitie en voorkomen 2. Pathofysiologie 3. Oorzaken 4. Diagnose 5. Behandeling Definitie en voorkomen: 1.
Nadere informatieDepressie en angst bij de ziekte van Parkinson Rianne van Gool Verpleegkundig specialist
Depressie en angst bij de ziekte van Parkinson Rianne van Gool Verpleegkundig specialist Dopamine Ziekte van Parkinson: minder dopamine Dopamine is een signaalstof die de communicatie tussen hersencellen
Nadere informatie, v26; FK Achtergrondinformatie Bipolaire Stoornis
2015041635, v26; FK Achtergrondinformatie Bipolaire Stoornis 5 Consultatiedocument Farmacotherapeutisch Kompas voor registratiehouders Graag reactie voor 30 november 2017 van de registratiehouders die
Nadere informatieJe bent alleen maar verslaafd! Wim van Loon, Psychiater. 10 februari 2014
Je bent alleen maar verslaafd! Wim van Loon, Psychiater. 10 februari 2014 Comorbiditeit: Voorkomen van verschillende stoornissen bij 1 persoon. Dubbele diagnose: Verslaving (afhankelijkheid en misbruik
Nadere informatieVerschijningsvormen van dementie op jonge leeftijd, verschillen en overeenkomsten Freek Gillissen
Verschijningsvormen van dementie op jonge leeftijd, verschillen en overeenkomsten Freek Gillissen Verpleegkundig consulent dementie Alzheimercentrum VUMC Herkenning preseniele dementie Vroege verschijnselen:
Nadere informatieDepressie. hoe, wat & hulp. Stef Linsen, psychiater. 12 oktober 2017 Amsterdam. Icarus Blender #2, Vitamine Z
Depressie hoe, wat & hulp 12 oktober 2017 Amsterdam Icarus Blender #2, Vitamine Z Stef Linsen, psychiater www.steflinsen-psychiatrie-partnerhulp.nl Hoe méer vitale kenmerken, hoe ernstiger: - wakker tussen
Nadere informatieAGRESSIE. Basis emoties. Basis emoties. Basis emoties 28-3-2012. Angst Verdriet Boosheid Verbazing Plezier Walging Paul Ekman
Basis emoties AGRESSIE en psychiatrische sen Angst Verdriet Boosheid Verbazing Plezier Walging Paul Ekman Basis emoties Basis emoties Psychofysiologische reactie op een prikkel Stereotype patroon van motoriek,
Nadere informatie1 Geheugenstoornissen
1 Geheugenstoornissen Prof. dr. M. Vermeulen 1.1 Zijn er geheugenstoornissen? Over het geheugen wordt veel geklaagd. Bij mensen onder de 65 jaar berusten deze klachten zelden op een hersenziekte. Veelal
Nadere informatieAngststoornissen. Verzekeringsgeneeskundig protocol
Angststoornissen Verzekeringsgeneeskundig protocol Epidemiologie I De jaarprevalentie voor psychische stoornissen onder de beroepsbevolking in Nederland wordt geschat op: 1. 5-10% 2. 10-15% 15% 3. 15-20%
Nadere informatieMedicatie bij Probleemgedrag
Medicatie bij Probleemgedrag Reehorst 10-6-2016 Dr. Martin Kat psychiater M.C.Alkmaar afd. Klin. Geriatrie/ Amsterdam/ CCE psykat@hetnet.nl inhoud Probleemgedrag en de ouderenpsychiatrie Wat doet medicatie
Nadere informatieDe toegevoegde waarde van antipsychotica bij de behandeling van een depressie. P. Moleman directeur Moleman Psychopharmacology
De toegevoegde waarde van antipsychotica bij de behandeling van een depressie P. Moleman directeur Moleman Psychopharmacology Relaties met een farmaceutisch bedrijf of sponsor Geen Antidepressivum, antipsychoticum
Nadere informatieMOEILIJKE MENSEN? HTTP://WWW.YOUTUBE.COM/WATCH?V=GGHL0QQUXVU&FEATURE=REL ATED. Bernard Kloostra en Alie Schenk, Frontlijnteam 19-04-2012
MOEILIJKE MENSEN? HTTP://WWW.YOUTUBE.COM/WATCH?V=GGHL0QQUXVU&FEATURE=REL ATED Bernard Kloostra en Alie Schenk, Frontlijnteam 19-04-2012 Moeilijke mensen, ze zijn overal. In je huis, in je buurt, op je
Nadere informatieMeer informatie MRS 0610-2
Meer informatie Bij de VGCt zijn meer brochures verkrijgbaar, voor volwassenen bijvoorbeeld over depressie en angststoornissen. Speciaal voor kinderen zijn er brochures over veel piekeren, verlatingsangst,
Nadere informatieAls je dip een depressie wordt. Dokter op dinsdag 11 december 2012 L.Breuning, psychiater
Als je dip een depressie wordt. Dokter op dinsdag 11 december 2012 L.Breuning, psychiater Wanneer is een dip een depressie Dip hoort bij het leven Depressie is een ziekte Ziekte die (nog) niet aan te tonen
Nadere informatieEdwin Beld, psychiater. Werkzaam in Den Helder GGZ NHN
P S Y C H O S E Edwin Beld, psychiater Werkzaam in Den Helder GGZ NHN PSYCHOSE Psychose Krankzinnigheid Manie Schizofreen Schizoaffectief Borderline? Waanstoornis Maniak Psycho Geestesziek Bezeten Gek
Nadere informatieOver mensen met psychische of psychiatrische problematiek. Bijeenkomst voor kerken, raden en verenigingen in de gemeente Aalburg 19 november 2009
Over mensen met psychische of psychiatrische problematiek Bijeenkomst voor kerken, raden en verenigingen in de gemeente Aalburg 19 november 2009 Programma 19.30 uur Opening 19.35 uur Inleiding door Gertie
Nadere informatie6 e mini symposium Ouderenzorg
6 e mini symposium Ouderenzorg Aanvullende diagnostiek bij dementie in de 1 e lijn Suzanne Boot, specialist ouderengeneeskunde, kaderarts psychogeriatrie i.o. 28-09-2015 Pagina 1 6 e Mini symposium ouderenzorg
Nadere informatieDiagnosen in de psychiatrie
Diagnosen in de psychiatrie Persoonlijkheidsstoornissen 1. Wat is een persoonlijkheidsstoornis? (3) 2. Indelingen (3) 3. DSM IV (28) A) Zonderling Prof dr Bert van Hemert Psychiater en epidemioloog Afdelingshoofd
Nadere informatieInformatieavond Bipolaire stoornis. Bart van den Bergh, verpleegkundig specialist GGz Ronald Vonk, psychiater
Informatieavond Bart van den Bergh, verpleegkundig specialist GGz Ronald Vonk, psychiater Bipolaire Stoornis Bipolaire Stoornis = Manisch Depressieve Stoornis (MDS) Algemeen Ziekteverschijnselen Beloop
Nadere informatieDiagnostiek en onderzoek naar autisme bij dubbele diagnose. Annette Bonebakker, PhD, klinisch neuropsycholoog CENTRUM DUBBELE PROBLEMATIEK DEN HAAG
Diagnostiek en onderzoek naar autisme bij dubbele diagnose Annette Bonebakker, PhD, klinisch neuropsycholoog CENTRUM DUBBELE PROBLEMATIEK DEN HAAG 1 Autisme spectrum stoornissen Waarom dit onderwerp? Diagnostiek
Nadere informatieDementie in de palliatieve fase
Dementie in de palliatieve fase Wie zijn wij? Marielle Rooijakkers Karin van Mersbergen Dementie Verzamelnaam voor een combinatie van symptomen waarbij de hersenen, informatie niet meer goed kunnen verwerken.
Nadere informatieSlaapstoornissen in de psychiatrie: het belang van behandeling
Slaapstoornissen in de psychiatrie: het belang van behandeling - Dr. Marike Lancel - Divisie Forensische Psychiatrie Slaapcentrum voor Psychiatrie Assen Het interactieve brein in slaap 12-10-2012 Slaapstoornissen
Nadere informatieCorrecties DSM 5 : Handboek voor de classificatie van psychische stoornissen
Correcties DSM 5 : Handboek voor de classificatie van psychische stoornissen Derde oplage, mei 2015 In deze lijst zijn de belangrijkste wijzigingen opgenomen t.o.v. de tweede oplage (november 2014). Pagina
Nadere informatieDe Stemmenpolikliniek
Universitair Centrum Psychiatrie (UCP) De Stemmenpolikliniek Inhoud Inleiding 1 Stemmen horen 1 De behandeling 2 Kennismaking 3 De inhoud van de behandeling 3 Behandelaars 4 Vragen 4 Belangrijke adressen
Nadere informatieOur brains are not logical computers, but feeling machines that think.
Drs. Fernando Cunha (Child Support Europe) Ontwikkelingspsycholoog Gezondheidspsycholoog (BIG) Kinder- en Jeugdpsycholoog (NIP) Onderwijsspecialist http://www.child-support-europe.com In dienst van kinderen,
Nadere informatieVoorstel wijzigingen bij herziening werkafspraak kunnen op de laatste pagina worden genoteerd.
Voorstel wijzigingen bij herziening werkafspraak kunnen op de laatste pagina worden genoteerd. INTERLINE PSYCHIATRIE 2013 april 2013 ACHTERGRONDEN BIJ DE CASUSSCHETSEN INCLUSIEF LEERDOELEN EN STELLINGEN
Nadere informatieDag van de Zorg 2013. Depressie: watisheten watbrengthetteweeg? Met dank aan het team Vennen 3 en dr. Michel Dierick in het bijzonder.
Dag van de Zorg 2013 Depressie: watisheten watbrengthetteweeg? Met dank aan het team Vennen 3 en dr. Michel Dierick in het bijzonder. 1 Wat is stemming? + - 2 Gemoed, stemming: Constant aanwezige achtergrond,
Nadere informatieOpbouw praatje. Wat is dementie? Vormen van dementie Diagnose dementie Behandeling van dementie De verloop van dementie Conclusie
DEMENTIE Opbouw praatje Wat is dementie? Vormen van dementie Diagnose dementie Behandeling van dementie De verloop van dementie Conclusie Definitie dementie Dementie is een syndromale diagnose, een ziekte
Nadere informatie4.3.1 Diagnostische Checklist voor cliënten zonder dementie: DSM-5 criteria
4.3.1 Diagnostische Checklist voor cliënten zonder dementie: DSM-5 criteria Stappen 1 t/m 4 betreffen Depressie, stappen 5 en 6 betreffen Apathiesyndroom STAP 1. Bepaal of de volgende hoofdsymptomen voorkomen.
Nadere informatieDoen bij Depressie Alzheimer café Maarheeze, 11 juni 2014. Dr. Roeslan Leontjevas
Doen bij Depressie Alzheimer café Maarheeze, 11 juni 2014 Dr. Roeslan Leontjevas Doen bij Depressie: effectief depressie aanpakken Dr. Roeslan Leontjevas - psycholoog - onderzoek aan Radboud Universitair
Nadere informatieZiektebeelden op stage
Ziektebeelden op stage Naam: Saskia Glorie Opleiding: HBO verpleegkunde, HvA tafelbergweg Instelling; Sinaï Centrum te Amstelveen Afdeling; Opname ouderen Inhoudsopgave Inhoudsopgave + inleiding pagina
Nadere informatieDe ziekte van Parkinson. Ria Noordmans Margreeth Kooij
De ziekte van Parkinson Ria Noordmans Margreeth Kooij - Oorzaak - Verschijnselen - Symptomen - Psychische verschijnselen - Diagnose - Parkinsonisme - Medicatie - Therapieën - Met elkaar in gesprek gaan
Nadere informatieParkinson en neuropsychiatrie
Parkinson en neuropsychiatrie Rosalie van der Aa- Neuropsycholoog Altrecht Opbouw Onze Hersenen en Parkinson Neuropsychiatrie Adviezen Onze Hersenen en Parkinson de ziekte van Parkinson: 2 de neurodegeneratieve
Nadere informatieWELKOM! Borderline, het zit tussen de oren! Labyrinth/In Perspectief 9 april 2005
WELKOM! Borderline, het zit tussen de oren! Labyrinth/In Perspectief 9 april 2005 Programma wat u wilt psychische problematiek borderline problematiek doen denken voelen Psychische stoornissen Stoornissen
Nadere informatieUMC fj St Radboud. 2 keuze-vraag 1-1 0 punten 3 keuze-vraag 1 112 0 punten 4 keuze-vraag 1-113 0 punten 5 keuze-vraag 1 114 0 punten
UMC fj St Radboud Universitair Medisch Centrum Bloktoets Datum Aanvang 50210 Psychoproblematlek 4 maart 2011 10.00 uur Deze tentamenset kunt u na afloop meeneme(l Ook de doordruk van het antwoordformulier
Nadere informatieDiagnostiek volgens het Diagnostic and Statistical Manual of Mental Disorders
Diagnostiek volgens het Diagnostic and Statistical Manual of Mental Disorders Inleiding Bij de diagnostiek van psychische klachten in de huisartsenpraktijk worden niet altijd dezelfde diagnostische criteria
Nadere informatieParkinson en Dementie
Parkinson en Dementie Alzheimer Café 4 februari 2019 dr. Arthur G.G.C. Korten neuroloog geheugenpolikliniek Laurentius Ziekenhuis Roermond Inhoud De ziekte van Parkinson Dementie Lewy Body Ziekte en Parkinsondementie
Nadere informatieDepressie bij ouderen
Depressie bij ouderen Bij u, uw partner of familielid is een depressie vastgesteld. In deze folder kunt u lezen wat een depressie is en waar u voor verdere vragen en informatie terecht kunt. Vanwege de
Nadere informatieSomatoforme stoornissen. Bert van Hemert, psychiater
Somatoforme stoornissen Bert van Hemert, psychiater Somatoforme stoornissen Algemene typering Classificatie DSM-IV + DSM-5 1. Lichamelijke klachten stoornis 2. Ziekte-angst stoornis 3. Conversie stoornis
Nadere informatiehttp://www.trimbos.nl/default1060.html?printid=1735
Page 1 of 5 print www.trimbos.nl psychische stoornissen: algemene informatie > borderline persoonlijkheidsstoornis Borderline persoonlijkheidsstoornis Wat is borderline? Het meest kenmerkende van de borderline
Nadere informatiedrugs abc antidepressiva
drugs abc antidepressiva Antidepressiva zijn psychoactieve geneesmiddelen, die een stimulerende werking hebben ter hoogte van het centrale zenuwstelsel. Ze worden voor zeer verschillende aandoeningen voorgeschreven
Nadere informatiePersoonlijkheidsstoornissen Oude wijn, oude zakken? Geert Lefevere klinisch psycholoog
DSM-5 Persoonlijkheidsstoornissen Oude wijn, oude zakken? Geert Lefevere klinisch psycholoog AZ Sint-Jan Brugge AV 28-11-2014 Is er nieuws? Nee DSM-5 = DSM-IV: definitie A. duurzaam patroon van innerlijke
Nadere informatieChapter 8. Nederlandse samenvatting
Chapter 8 Nederlandse samenvatting NEDERLANDSE SAMENVATTING Angst is een menselijke emotie die iedereen van tijd tot tijd wel eens ervaart. Veel mensen voelen zich angstig of nerveus wanneer ze bijvoorbeeld
Nadere informatieTineke Vos, psychiater MCH-Bronovo Den Haag 21 september 2015
Tineke Vos, psychiater MCH-Bronovo Den Haag 21 september 2015 Vijf symptomen > 2 weken Ten minste één van de eerste twee Verandering in functioneren Angst kan symptoom zijn van depressie Verschil rouw
Nadere informatieDepressie. Informatiefolder voor zorgteam. Zorgprogramma Doen bij Depressie UKON. Versie 2013-oktober
Depressie Informatiefolder voor zorgteam Zorgprogramma Doen bij Depressie Inleiding Deze folder is bedoeld voor afdelingsmedewerkers die betrokken zijn bij de zorg voor een cliënt bij wie een depressie
Nadere informatieBegeleiding van chronisch psychiatrische patiënten (EPA) in de 1e lijn. Het zijn net gewone mensen
Begeleiding van chronisch psychiatrische patiënten (EPA) in de 1e lijn Het zijn net gewone mensen Voorstellen Julia Machielsen (POH-GGZ/verpleegkundig specialist GGZ) Ingrid Houtman (Huisarts/Kaderarts
Nadere informatieADHD bij volwassenen met een angststoornis
ADHD bij volwassenen met een angststoornis Impuls Symposium AD(H)D, een hype? (Differentiaal) Diagnostiek en Comorbiditeit woensdag 1 april 2009 Anke Roodbergen, psychiater i.o. De Jutters/PsyQ, Den Haag
Nadere informatieSomatische comorbiditeit bij affectieve stoornissen
Somatische comorbiditeit bij affectieve stoornissen Monica Pop, Marleen van Beek & Aart Schene Afdeling Psychiatrie, Radboudumc NijCare Symposium, Nijmegen, 14 juni 2018 Hippocratische geschriften - vijfde
Nadere informatieSCHEMA S STOORNISSEN KINDERPSYCHIATRIE
SCHEMA S STOORNISSEN KINDERPSYCHIATRIE Dyslexie Moeite met de techniek van het lezen en spellen, door problemen om het woordniveau en met als belangrijk kenmerk dat geen echte automatisering van het lezen
Nadere informatieVraag 1 Lees de tekst Internaliserend gedrag en co-morbiditeit en beantwoord daarna de vraag.
Feedbackvragen Casus Martijn Vraag 1 Lees de tekst Internaliserend gedrag en co-morbiditeit en beantwoord daarna de vraag. Bij Martijn is sprake van sociaal isolement, somberheid, niet eten. Dat duidt
Nadere informatieCentrum voor Lichamelijk Onverklaarde Klachten (CLOK)
Centrum voor Lichamelijk Onverklaarde Klachten (CLOK) Wijzingen van DSM-IV naar DSM-5 Lisette t Hart & Ingeborg Visser Vragen Wie heeft in de afgelopen twee weken last gehad van buikpijn, maagpijn, misselijkheid,
Nadere informatieElektroconvulsie therapie. Een behandeling bij ernstige psychiatrische aandoeningen. Informatie voor verwijzers
Elektroconvulsie therapie Een behandeling bij ernstige psychiatrische aandoeningen Informatie voor verwijzers Effectieve behandelmethode Elektroconvulsie therapie (ECT) passen we toe bij mensen met specifieke
Nadere informatie6 Forensische aspecten Aandachtspunten 134 Noten 134
Inhoud Voorwoord Hoofdstuk 1 Psychiatrische stoornis en diagnostiek 13 1 Inleiding 13 2 Psychiatrische ziekte 13 3 De psychische functies 16 4 Doelen en onderdelen psychiatrische diagnostiek 17 5 Diagnose
Nadere informatieSomatoforme stoornissen
Somatisch Onverklaarde Lichamelijke Klachten (SOLK) Somatoforme stoornissen Somatoforme stoornissen Somatoforme stoornissen Lichamelijke klachten Ziektegedrag Geen lichamelijke ziekte Er is een verschil
Nadere informatieHappy Maar nu even niet. Praktisch omgaan met complexe psychische klachten
Happy Maar nu even niet Praktisch omgaan met complexe psychische klachten Wie zijn wij? Why Waarom zijn wij hier? What Wat willen we straks bereikt hebben? How Hoe pakken we dat aan? Stellingen Eens of
Nadere informatieKennisquiz 1 Alcohol
Kennisquiz 1 Alcohol Weet u welke klachten het gevolg kunnen zijn van alcoholgebruik? Test uw eigen kennis door de antwoorden te omcirkelen. Aan het einde van de quiz geven we de juiste antwoorden en de
Nadere informatieOmgaan met onaangepast gedrag in het Sociaal Raadsliedenwerk en Schuldhulpverlening. Sjaak Boon www.bureauboon.nl
Omgaan met onaangepast gedrag in het Sociaal Raadsliedenwerk en Schuldhulpverlening Sjaak Boon www.bureauboon.nl Sombere stemming Verminderde interesse in activiteiten Duidelijke gewichtsvermindering Slecht
Nadere informatie