ICT Portfolio - Peter Haagsma Omgangskunde DT 2012

Transcriptie

1 Auteur Peter Haagsma Laatst gewijzigd 03 March 2016 Licentie CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie Webadres Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijsleermiddelenplein. Wikiwijsleermiddelenplein is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, vergelijkt, maakt en deelt. Stel zo voor iedere onderwijssituatie de optimale leermiddelenmix samen.

2 Inhoudsopgave Attitude Aanvulling op basis van de nieuwe Kennisbasis ICT & Didaktiek Instrumentele vaardigheden Bestandsbeheer Hardware bedienen Werken met software De weg op het Web vinden Foto, video en audio Digitale leeromgeving Arrangeertools Informatievaardigheden Algemene didactiek Presentaties Communicatiemiddelen Samenwerken leerlingen Samenwerken docenten Individueel werken Begeleiden en evalueren Digitale toetsing Arrangeren en ontwikkelen Over dit lesmateriaal Pagina 1

3 Attitude Algemeen. In 1989 kreeg ik mijn eerste computer, een Apple IIc. Ik was een complete leek op computergebied, zoals zoveel mensen in die tijd, en spendeerde menig uurtje achter het scherm om de beginselen te doorgronden. In de loop van de jaren heb ik mezelf alles geleerd wat ik weet. Ik heb ooit een cursus Word Perfect 5.1 gevolgd, verder heb ik alles zelf opgepikt. De pc is een vaste waarde geworden in mijn leven. Naast ontspanning (games, surfen, foto s, muziek, enz.) gebruik ik hem ook voor werk. In de jaren dat ik werkte als verpleegkundige en als praktijkopleider gebruikte ik de pc voor rapportage en verslagen t.b.v. patiënten overleg of beoordelingen. Ik ben zelfs enige tijd gedetacheerd geweest als ICT medewerker bij een servicedesk. Meer en meer gebruikte ik de pc ook voor trainingsdoeleinden. Zo maakte ik PowerPoints en gebruikte video om trainingen te verrijken. Deze videofragmenten filmde ik zelf of ik monteerde bestaand videomateriaal op de computer. Ik zag ook de toegevoegde waarde voor computergebruik bij deskundigheidsbevordering en ben jaren verantwoordelijk geweest voor de implementering van elearning en het mede ontwikkelen van modules bij de organisatie waar ik destijds werkte. Daarnaast gaf ik ook lessen in Office vaardigheden, internet en gebruik en fotobewerking. Pagina 2

4 Onderwijs Nu werk ik in het MBO onderwijs en gebruik dagelijks ICT. Als ondersteuning voor mijn lessen, in de vorm van presentaties (PPT of Prezi) of met videomateriaal, van internet of zelfgemaakt. Verder gebruik ik programma s om voorkennis te activeren of te toetsen, zoals Kahoot! of Socrative. Voor de informatievoorziening naar leerlingen gebruik ik of WhatsApp en lesmateriaal deel ik via NELO of ELO in Magister. Via Magister of LBS wordt ook het hele begeleidingsproces en de schoolloopbaan van de leerlingen bijgehouden. Dit doen we als docenten zelf. Verder communiceer ik via en sinds kort via Skype voor bedrijven. Dat komt vooral de onderlinge communicatie en de bereikbaarheid / beschikbaarheid ten goede. Daarnaast maken we gebruik van digitale hulpmiddelen van leveranciers van lesmateriaal, zoals Thieme Meulenhoff, en de digitale Schooltas waarin de verplichte boeken die de leerlingen gebruiken via de pc zijn te raadplegen. Beide toepassingen bieden mogelijkheden voor digitaal huiswerk. Pagina 3

5 Toetsen m.b.v. ICT. In het MBO onderwijs op het Noorderpoort, mijn werkgever, wordt digitaal getoetst. Ik doe dat zelf, via Kahoot! of Socrative, om vast te stellen waar leerlingen staan. De officiële toetsing werd tot voor kort gedaan via NELO / Fronter waarbij docenten zelf toetsen maakten. Binnenkort stapt het Noorderpoort over op Quayn als toets programma. Evaluatie Ik check regelmatig bij de leerlingen of de gebruikte PowerPoints, filmpjes e.d. aansluiten bij de lessen en of deze toegevoegde waarde hebben. Op basis hiervan maak ik soms de keuze materiaal niet meer te gebruiken of aan te passen. Aanvulling op basis van de nieuwe Kennisbasis ICT & Didaktiek Aanvulling op basis van de nieuwe kennisbasis ICT & Didaktiek Omdat ik mijn portfolio volgens de richtlijnen van de oude kennisbasis had opgebouwd, terwijl er inmiddels een nieuwe was, heb ik deze aanvulling toegevoegd op basis van de nieuwe kennisbasis. 1. De lerende en innoverende professional De docent toont aan dat hij een lerende professional is die zelfstandig, creatief en kritisch gebruik maakt van de (nieuwe-) mogelijkheden van ICT bij leren, lesgeven en organiseren van onderwijs. Al zolang ik met computers werk ben ik geïnteresseerd in nieuwe ontwikkelingen en de toepassing daarvan in mijn privé situatie of mijn beroep. Omdat ik nog maar relatief kort in het onderwijs werkzaam ben ligt daar een nieuwe ontdekkingstocht voor me open. Ik zoek naar mogelijkheden en toepassingen om mijn lessen te kunnen ondersteunen en verrijken. Ik bezoek graag symposia over ICT toepassingen en heb afgelopen jaar de Holland Web week bezocht in Groningen om nieuwe ideeën op te doen. Pagina 4

6 De docent toont aan dat hij beschikt over de overtuiging dat betekenisvol onderwijs vraagt om beargumenteerde inzet van ICT en is in staat om de verworvenheden en beperkingen van technologie te herkennen en te integreren in betekenisvol onderwijs. Aan het toepassen van ICT zitten veel haken en ogen. Ik geef persoonlijk veel les in de zachte vakken als Begeleidingskunde, verpleegkunde en werkbegeleiding. Dat gaat veel meer over interactie en praktijksituaties. Daarin is ICT niet altijd toepasbaar. Ik ben wel steeds op zoek naar mogelijkheden en aanknopingspunten om dit toch in te kunnen zetten. Soms moet ik keuzes maken, ook op basis van de mogelijkheden die de school heeft. Zo kiest de school voor een aantal ICT toepassingen (NELO, ELO, Schooltas) die ingezet worden. Maar niet altijd loopt dat gestroomlijnd omdat systemen bijvoorbeeld niet samenwerken of omdat een pakket als de Schooltas niet verplicht is. Als docent heb ik bijvoorbeeld te maken met 4 losse toepassingen voor communicatie en registratie betreffende de leerlingen. 2. De flexibele en adaptieve professional De docent toont aan dat hij kan inspelen op onderwijskundige veranderingen en behoeften met betrekking tot het gebruik van ICT. Ik kan me vrij makkelijk aanpassen aan vernieuwingen in het onderwijs en de behoefte aan ICT toepassingen die daarmee gepaard gaan. Al sinds ik in mijn werk met ICT te maken kreeg in 1988 zijn er steeds vernieuwingen geweest die ook nieuwe ICT toepassingen met zich mee brachten. Omdat dit steeds sneller gaat is het zaak om bij te blijven. En gebruikers mogen steeds vaker meepraten over de toepassingen. Pagina 5

7 Ik ben in staat mee te denken over ICT bij nieuwe ontwikkelingen en aan te geven welke specificaties nodig zijn. Dat heb ik geleerd bij mijn vorige werkgever in de periode dat ik projectleider E-learning was en met leveranciers in gesprek was over hun product. De docent toont aan dat hij initiatieven neemt in het gebruik van ICT om zo sociale- en crossculturele vaardigheden te bevorderen. Ik ben nog zoekende naar de mogelijkheden om deze aspecten m.b.v. ict toepassingen te kunnen ondersteunen. Ik zoek regelmatig groepen af, bijv. op LinkedIn en Pinterest, om inspiratie op te doen. Zo probeer ik ook mezelf up to dat te houden De reflecterende en onderzoekende professional De docent toont aan op methodische wijze ICT-gebruik te analyseren om zo systematisch verbeterpunten in zijn lespraktijk toe te passen en te beoordelen op effectiviteit. Dit schooljaar hebben we o.a. de Schooltas in gebruik genomen, een toepassing waarin schoolboeken geladen kunnen worden, waarin huiswerkopdrachten gedeeld kunnen worden en waarin ik klassen kan aanmaken. Ik heb me opgeworpen om ervaringen op te doen en feedback te geven over het gebruik. Nadeel is dat deze toepassing niet als standaard is vastgesteld, een groot deel van de leerlingen gebruikt nog papieren schoolboeken. Afgelopen week is de Noorderportal live gegaan, een totaalpakket voor mail, bestanden, social media, enz. Volgend jaar is deze ook voor leerlingen beschikbaar en zal weer nieuwe mogelijkheden bieden. Ik ga uitgebreid testen met deze portal. Pagina 6

8 De docent toont aan dat hij zoekt naar (interdisciplinaire) samenwerking met collega s die in een vergelijkbare situatie rondom ICT en onderwijs verkeren. Binnen het Noorderpoort zijn zogenaamde ambassadeurs digitale didaktiek aangesteld. Zij zijn verantwoordelijk voor het testen en verfijnen van nieuwe toepassingen en verzorgen trainingen voor collega s. Ik heb al een lijntje met de ambassadeur in mijn team. 4. De samenwerkende professional De docent toont aan dat hij opgedane ICT- kennis en vaardigheden met andere docenten (binnen of buiten de school) kan delen om zo nieuwe kennis te construeren. Ik ben altijd al de vooruitloper op ICT gebied op mijn werk geweest. Ik neem daar ook initiatieven in en draag mijn kennis en ideeën over binnen mijn team en daarbuiten. De docent ondersteunt en motiveert collega s en leerlingen in hun ICT ontwikkeling. Daar waar nodig sta ik altijd klaar voor leerlingen en collega s om ze te ondersteunen en motiveren in het gebruik van ICT toepassingen. Pagina 7

9 Instrumentele vaardigheden De docent beschikt over voldoende instrumentele vaardigheden (lees: knoppenvaardigheid) om ICT in het onderwijs te kunnen inzetten (in lessituatie en in de onderwijsorganisatie). Onder Instrumentele vaardigheden vallen de volgende competenties: 1.1 Bestandsbeheer Ik beschik over kennis van ICT en de vaardigheden ten opzichte van bestandsbeheer. 1.2 Hardware bedienen Ik kan diverse hardware bedienen en aansluiten op de computer. 1.3 Werken met software Ik kan omgaan met een tekstverwerker, spreadsheetprogramma s en presentatiesoftware. 1.4 De weg op het web vinden Ik kan op het web mijn weg vinden en kan omgaan met digitale communicatiemiddelen. 1.5 Foto, video en audio Ik kan foto s, video s en audio digitaal maken en bewerken. 1.6 Digitale (leer)omgevingen Ik kan werken met een elektronische leeromgeving, (leerlinggerelateerde) administratiesystemen, (educatieve) software, portfoliosoftware en toetsservicesystemen. 1.7 Arrangeertools Ik kan werken met een arrangeertool voor digitaal leermateriaal. Bestandsbeheer Ik beschik over kennis van ICT en de vaardigheden ten opzichte van bestandsbeheer. Pagina 8

10 Bestandbeheer zorgt er voor dat bestanden overzichtelijk opgeslagen zijn en dat er structuur zit in het opslagmedium. Bestanden kunnen opgeslagen worden op een extern medium, zoals CD / DVD / USB stick, de harddisk van de pc of laptop of op een externe netwerkschijf. Dit laatste heeft mijn voorkeur omdat ik in het verleden meerdere belangrijke bestanden ben kwijtgeraakt omdat mijn harddisk de geest gaf. Door de bestanden op een netwerkserver te plaatsen en ze beschikbaar te maken via een netwerkschijf werkt het net alsof ze op de pc staan. Als de harddisk crasht blijven de bestanden op de server staan. Daarnaast maak ik twee keer per maand een back-up van al mijn nieuwe en aangepaste bestanden op een aparte schijf. Om bestanden te kunnen delen maak ik gebruik van online opslag mogelijkheden (ook wel de cloud genoemd) zoals Dropbox, Google Drive en OneDrive en voor video s vaak Youtube. Ik gebruik deze verschillende varianten omdat deze vanuit mijn werk gebruikt (gaan) worden en vanwege de bescherming van de gegevens die er op staan. Google Drive geeft duidelijk aan dat gegevens door hen gebruikt kunnen worden. Ik maak op basis van het materiaal wat ik wil delen een keuze voor het medium. Pagina 9

11 Voor bestandsbeheer maak ik gebruik van verschillende programma s waaronder Windows Verkenner, File Explorer Pro (Android) en Total Commander. Hardware bedienen Ik kan diverse hardware bedienen en aansluiten op de computer. Al sinds ik met computers werk ben ik ook geïnteresseerd in de hardware kant. Ik heb ik het verleden vaak pc s opgebouwd, nieuw en uit oude onderdelen. Van de meeste hardware weet ik de werking en kan ik problemen oplossen. Ook in het gebruik van pc s op school ben ik prima in staat om gebruik te maken van beamers en Activ Boards en kan ik deze aansluiten aan mijn laptop. Ik kan problemen vrij makkelijk oplossen en ben hierin vaak hulplijn voor collega s die hier niet altijd even goed uitkomen. Het aansluiten van laptops, tablets, telefoons, camera s en het gebruik van SD cards, USB sticks en / of externe harde schijven levert geen problemen op. Voor mijn lesmateriaal, en dan vooral voor het videomateriaal wat ik gebruik heb ik altijd een externe harde schijf bij me vanwege de beperkte opslagcapaciteit om mijn home directory op mijn school en om problemen met netwerk / internet verbindingen in het geval van Youtube filmpjes te kunnen ondervangen. Werken met software Ik kan omgaan met een tekstverwerker, spreadsheetprogramma s en presentatiesoftware. Ik kan lezen en schrijven met Microsoft Word en PowerPoint. Ik maak al mijn verslagen met Word en kan een verslag opmaken met een voorblad, inhoudsopgave, paginanummers en bronvermelding. Ook kan ik links in een document invoegen naar externe bronnen, zoals internet, of naar onderdelen in het verslag. Omdat de meeste toepassingen veel op elkaar lijken en intuïtief werken lukt het me meestal om zelf problemen of vragen op te lossen waar ik tegenaan loop in het programma. Pagina 10

12 Pagina 11

13 Met PowerPoint maak ik de meeste presentaties die gebruik voor mijn lessen, of hergebruik materiaal van collega s die ik vervolgens aan mijn eigen stijl aanpas. Ik ben thuis in de mogelijkheden die PowerPoint biedt. Onderaan deze pagina vindt je een voorbeeld van een PowerPoint die ik heb gemaakt tijdens mijn vorige opleiding waarin ik een demo heb gemaakt van een e-learning toepassing voor een bedrijf. Door gebruik te maken van hyperlinks lijkt het een echte e-learning omgeving, prima voor een demonstratie. Met Excel maak ik overzichten en kan ik met formules uit de voeten, bijv. om berekeningen te maken. We gebruiken Excel om gemiddelden van cijfers te berekenen. Verder werk ik met veel verschillende toepassingen voor verschillende doeleinden. Ik zal een aantal voorbeelden hieronder noemen: Besturingssystemen: Windows (van XP tot 10) Android (telefoon en tablet) OS (Ipad) Tekstverwerken: Word Acrobat Abby Finereader (OCR) Presentaties: PowerPoint Prezi Videosoftware: Windows Moviemaker Freemake Videoconverter VLC media player Fotosoftware Paint Shop Pro Faststone Image Viewer Communicatie Outlook Windows Mail Skype Pagina 12

14 Definitief prototype K&Z_PPBM.ppt kn.nu/ww.f1c5e2b (ppt, maken.wikiwijs.nl) De weg op het Web vinden Ik kan op het web mijn weg vinden Ik kan mijn weg vinden en gericht zoeken op internet naar bronnen met betrekking tot het beroep waar mijn leerlingen voor opgeleid worden. Ik vind documenten, artikelen en videomateriaal, educatieve sites en sites met achtergrond informatie. Mijn voorkeurs zoekmachine is Google en ik gebruik alle opties zoals zoeken naar afbeeldingen, nieuws, boeken, enz. Het zoeken is de afgelopen jaren wel erg makkelijk geworden, iets niet vinden is bijna onmogelijk. Ik kan omgaan met digitale communicatiemiddelen Ik gebruik mail zowel privé als voor school. Ik maak gebruik van mail programma s op mijn pc, Windows Live Mail, maar in toenemende mate ook web mail. Dit hangt samen met het feit dat steeds meer organisaties overstappen op web mail, o.a. mijn werkgever het Noorderpoort. Vanaf deze maand stapt het Noorderpoort over op Outlook online. Ik kan het gebruik van verschillende mail accounts goed scheiden. Naast een gewone mail account zijn er in de applicaties die gebruikt worden in het onderwijs, zoals Magister, ook mogelijkheden om te mailen met leerlingen. Door deze te koppelen aan mijn noorderpoortmail mis ik geen berichten van leerlingen. Sociale media. Voor school gebruik ik WhatsApp om met leerlingen en groepen te communiceren. Dit werkt snel en simpel en WhatsApp wordt eigenlijk altijd gelezen. Voor informatie over het Noorderpoort kijk ik op de Facebook pagina. We zitten in een overgangsfase naar een nieuwe werkomgeving (Noorderportal) waarin ook de informatievoorziening Pagina 13

15 en communicatie met collega s makkelijker zal gaan verlopen. De systemen waar mee gewerkt wordt (NELO en ELO) bieden ook mogelijkheden om berichten of lesmateriaal te delen met leerlingen. Foto, video en audio Ik kan foto s, video s en audio digitaal maken en bewerken Ik gebruik regelmatig video voor lesdoeleinden of om aan te tonen dat ik aan bepaalde opdrachten of competenties heb gewerkt. Deze film ik zelf of zoek ze op internet en bewerk deze met Windows Moviemaker. Converteren van filmfragmenten om ze qua formaat wat meer hanteerbaar te maken (uploaden) doe ik met Freemake Movie converter. Delen van deze filmpjes doe ik via Youtube of Dropbox. Daarbij is een belangrijk aandachtspunt om de toegankelijkheid goed in te stellen zodat niet alles voor iedereen te zien is. Ik kan filmpjes bewerken en er audio aan toe voegen zoals te zien in het fragment hieronder, een impressie van een workshop. kn.nu/ww.50ee1e8 (youtu.be) Ik gebruik veel foto s in documenten of presentaties. Deze maak ik zelf of zoek ze op internet. Ik check of ik deze mag gebruiken voor mijn doeleinden. Ik kan foto s bewerken en eventueel samenvoegen. Daarvoor gebruik ik Paint Shop Pro van Corel. Dit programma gebruik ik al jaren en het bevalt me prima. Voor minder ingewikkelde bewerkingen en het arrangeren van foto s gebruik ik Faststone Image viewer. Pagina 14

16 Digitale leeromgeving Ik kan werken met een elektronische leeromgeving, (leerling gerelateerde) administratiesystemen, (educatieve) software, portfoliosoftware en toetsservicesystemen Binnen het Noorderpoort, de organisatie waar ik werk, wordt met verschillende toepassingen gewerkt, we zitten in een overgangsfase. Het oude systeem Fronter (NELO) werd gebruikt voor het delen van lesmaterialen, berichten en was de plek voor het digitale portfolio van de leerlingen en voor het inleveren van opdrachten en afnemen van digitale toetsen. Als docent maak ik zelf deze toetsen voor mijn vakgebied. Het delen van lesmateriaal is qua toegang beperkt tot de groep waar het voor bestemd is. Dat kan ik zelf helemaal instellen. Hetzelfde geldt voor de inlevermappen bestemd voor verwerkingsopdrachten. De digitale toets kan ik zo instellen dat deze op een bepaald tijdstip geopend is en toegankelijk voor de leerlingen. Hieronder is de bewerkingsmodus van ELO te zien. Pagina 15

17 We stappen meer en meer over op Magister waar ook de mogelijkheid in verwerkt is om lesmateriaal te delen en opdrachten aan te bieden. De leerlingen kunnen deze dan in de betreffende map inleveren. De functionaliteit is grotendeels hetzelfde. In Magister zit ook een module voor het Leerling Begeleidingssysteem. Daarin verwerk ik de gegevens over cijfers, SLB gesprekken en andere belangrijke informatie. Ook algemene informatie is daar te vinden, deze is ingevuld en daaraan kan ik niets veranderen. In de nabije toekomst gaan we voor de toetsing werken met Quayn. Daarvoor het ik inmiddels een training gevolgd en zal ik binnenkort de eerste toets gaan maken. Arrangeertools Ik kan werken met een arrangeertool voor digitaal leermateriaal Ik ben inmiddels aardig bekwaam geworden in het werken met Wikiwijs, in eerste instantie rond het opbouwen van mijn eigen portfolio voor mijn lerarenopleiding. Dit ICT portfolio en mijn algemene portfolio zijn hiervan het bewijs ( Ook voor het presenteren van lesmateriaal en planning van periodes maak ik op het Noorderpoort steeds meer gebruik van Wikiwijs. Op deze manier geven we de leerlingen duidelijkheid en houvast bij de start van een periode. Via deze link is een voorbeeld te bekijken. We zijn het aan het opbouwen dus het is nog niet helemaal compleet / volledig. Pagina 16

18 Pagina 17

19 Informatievaardigheden De docent is mediawijs en informatievaardig Ik kan voor leerlingen geschikte en betrouwbare digitale leerbronnen selecteren, passend bij hun leeftijd, sociaal-emotionele en morele ontwikkeling. Voor de opleiding tot verpleegkundige is veel materiaal te vinden op internet, zowel educatief, ondersteunend of als achtergrond informatie. Ik zoek daar actief naar en bekijk alles zeer kritisch om vast te stellen of het qua niveau en relevantie aansluit bij leerlingen. Vooral in het eerste jaar van de opleiding heb ik te maken met vrij jonge leerlingen (16 jr -->) Niet alles wat past bij de opleiding is direct geschikt, of beter gezegd, aantrekkelijk voor hen. Daar probeer ik dus een weloverwogen keuze in te maken. Ik kan sites beoordelen op betrouwbaarheid en authenticiteit en het belang hiervan kan overbrengen op zijn leerlingen. Daarnaast is er ook veel te vinden wat de houdbaarheidsdatum inmiddels overschreden heeft. Omdat er de afgelopen 10 jaar veel veranderingen en ontwikkelingen hebben plaatsgevonden, zowel in het onderwijs als in het verpleegkundig beroep, vind ik het belangrijk daar alert op te zijn. Voor mensen met geschiedkundige interesse is er veel te vinden, maar niet iedereen heeft daar baat bij. Vanwege mijn eigen kennis van het verpleegkundig beroep heb ik i.h.a. snel door wanneer zaken niet kloppen met de theorie of huidige ontwikkelingen. Ik kan leerlingen leren om informatie doelmatig en doeltreffend te zoeken en te vinden. Ik breng de leerlingen bij dat ze moeten letten op de leeftijd van artikelen en documenten die ze vinden en of er een bronvermelding of auteur wordt genoemd. Veel wordt van Wikipedia gehaald, wat een dankbare bron is maar niet altijd even onderbouwd of accuraat. Daar wijs ik leerlingen ook op, om deze informatie te checken met andere bronnen. Ik kan leerlingen wapenen tegen de risico s van internetgebruik. Mij valt op hoe handig de jeugd is met ICT, en dan met name met de Smartphone. Maar die handigheid is schijn. Er heerst in mijn ogen een soort kritiekloosheid als het gaat om het gebruik van foto s, filmpjes en documenten. Ook de handigheid om bijvoorbeeld een opgenomen filmpje van de telefoon af te krijgen, of een ingevuld gespreksformulier, en bij mij in te leveren ontbreekt bij de Pagina 18

20 meesten. Deze kritiekloosheid zie ik ook wanneer zij via internet informatie zoeken of delen. Bijna alles wordt op Facebook gezet of via WhatsApp gedeeld. Zonder de consequenties te kennen. Dit kwam een keer ter sprake toen een klas geïnteresseerd aan het kijken was naar berichten en foto s die door een leerling van de school op Facebook waren geplaatst. Dat was kortgezegd schokkend, het meisje was in elkaar geslagen door een bekende. Ik zal de details achterwege laten maar er was sprake van alcohol, relaties en veel grove taal via Facebook. Mijn leerlingen vonden het hilarisch. Ik vroeg ze simpelweg wat een toekomstige werkgever zou vinden als ze daar zou solliciteren en deze zou haar checken op internet en zou dit tegenkomen. Daar werden ze wel even stil van. Op deze manier probeer ik ze met behulp van dagelijkse voorbeelden te wijzen op de mogelijke gevaren van internet en sociale media. Pagina 19

21 Algemene didactiek 3. Algemene didactiek Ik laat bij deze competentie zien dat ik met behulp van ICT kan presenteren, instrueren, activeren, samenwerken en laten samenwerken, toetsen en evalueren, begeleiden en feedback geven en differentiëren. Ik kan de benodigde hard- en software organiseren, rekening houdend met de procedures binnen de school Binnen het Noorderpoort heeft elke docent met een aanstelling groter dan 0,2 fte een eigen laptop. Deze is volledig geïnstalleerd en te gebruiken binnen het Noorderpoort netwerk. Ook daarbuiten kan deze gebruikt worden, alleen is niet alles dan toegankelijk. Het is aan mezelf om zorgvuldig met deze laptop om te gaan. Het is bijvoorbeeld niet toegestaan zelf allerlei software te installeren op deze laptop. IK zorg er voor dat de laptop in goede conditie is, ik ben er afhankelijk van voor het ondersteunen van mijn lessen en het verwerken van administratieve gegevens. Wanneer ik een bepaald programma nodig heb, kan ik dit aanvragen en wordt dat geïnstalleerd, als het Noorderpoort een licentie heeft. In alle lokalen zijn Activ Boards aanwezig om lessen te kunnen ondersteunen via presentaties of andere toepassingen. Leerlingen dienen ook in het bezit te zijn van een laptop, mocht dat om één of andere reden niet lukken, kan ik een leenlaptop regelen bij de ICT ondersteuner. In sommige gevallen sta ik de leerlingen toe de smartphone te gebruiken. Ik kan voor aanvang van een les de benodigde ICT middelen op juiste werking testen. In het algemeen heb ik weinig problemen met ICT middelen en ben ik in staat te testen of iets werkt en, in het geval dat dit niet zo is, het aan de praat te krijgen. Een probleem wat vaak optreedt is de connectie tussen laptop en Activ Board. Ik sluit alles aan voor het begin van de les om er zeker van te zijn dat het werkt. Om te voorkomen dat ik videomateriaal niet kan laten zien bij ontbreken of uitvallen van de netwerkverbinding heb ik altijd mijn materiaal op een externe harddisk bij me. Zo kan ik altijd mijn filmpje laten zien. Ik kan bij storingen op de computer zodanig kan handelen dat de les er zo min mogelijk door wordt verstoord Vanwege mijn kennis van pc s en hun werking lukt het me meestal om problemen ter plekke op te lossen. Ik weet wie ik bij de afdeling ICT kan bellen wanneer het me niet lukt. Ik zorg in veel gevallen voor een alternatief, mocht het probleem niet op te lossen zijn. Ik ken de regels die gelden voor computergebruik op school, samen met collega s ICT gedragscodes ontwikkelt en deze kan uit dragen richting leerlingen. Wanneer het puur om de lessen gaat ken ik de regels rond ICT gebruik op school. Alle leerlingen dienen een laptop te hebben en deze bij zich te hebben. Wanneer dat niet lukt, omdat de laptop stuk is, moeten ze dat bewijzen, bijvoorbeeld een briefje van de reparateur. De regel is, geen laptop, geen les. In de meeste gevallen kan een smartphone als vervanger dienen. Ik wijk dus wel eens af van de Pagina 20

22 regel. Verder wordt er verwacht dat er geen activiteiten plaatsvinden in de les die niets met het onderwijs te maken hebben. Denk aan Facebook en alle andere social media vormen. Dat is echter nauwelijks te controleren of te handhaven. Dit draag ik wel uit naar mijn leerlingen maar ik leg de verantwoordelijkheid ook bij hen neer. Dat is ook met de collega s zo besproken Indicatoren didactiek Ik kan ICT-middelen in verschillende, daarvoor geschikte, onderwijssituaties/-activiteiten gebruiken en mijn keus beredeneren. Ik gebruik ICT in mijn lessen als het wat toevoegt. Ik gebruik het niet om het gebruiken. Dan wordt het meer een kunstje. Als videomateriaal kan ondersteunen of verduidelijken dan pas ik dat toe. In mijn vakgebied, verpleegkunde, kunnen filmpjes over ziektebeelden heel verhelderend zijn. Maar mijn eigen ervaringen met bepaalde patiëntengroepen zijn ook zeer welkom bij leerlingen. Dan heb ik geen ICT nodig. Ik gebruik presentaties om de theorie in steekwoorden weer te geven. Ik wijs leerlingen er op dat het een hulpmiddel is. De aandacht is makkelijker vast te houden met een goed opgebouwde presentatie in plaats van voorlezen uit een boek. Ik laat leerlingen zelf ook activiteiten filmen, bijvoorbeeld gespreksoefeningen, en kijk dat terug. Zo zien ze zichzelf in actie en kan er gericht feedback worden gegeven. Dit ondersteunt de les zeer zeker. In de afsluiting van een thema gebruik ik Kahoot of Socrative om te testen of de materie is binnengekomen. Dat kan door een toets maar ook door bijvoorbeeld met stellingen te werken. Voor de verwerking van opdrachten maak ik gebruik van de mogelijkheden die NELO / ELO hebben voor het inleveren, beoordelen en feedback geven. Ik maak gebruik van middelen die leveranciers van lesmateriaal aanbieden omdat deze perfect aansluiten bij de boeken. Een voorbeeld is Thieme Meulenhoff. Bij het volgende punt kom ik daar op terug. kn.nu/ww.9d743f1 (youtu.be) Ik ben in staat om met behulp van de -onder instrumentele vaardigheden genoemde softwarepakketten lessen digitaal voor te bereiden. Ik maak presentaties die de lessen ondersteunen met behulp van PowerPoint en soms met Prezi. Die combineer ik met foto en filmmateriaal wat ik zelf maak of op internet zoek. Ik bewerk dit totdat het aan mijn wensen voldoet. Voor veel lessen is digitaal lesmateriaal beschikbaar, zoals voor het Traject V&V van Thieme Meulenhoff. Dat gebruik ik veelvuldig en biedt mogelijkheden om verdieping in de theorie aan te brengen en opdrachten en vragen te maken. Voor deze hulpmiddelen heeft de school een totaallicentie afgesloten zodat alle docenten voor alle vakken het materiaal beschikbaar hebben. Pagina 21

23 Ik kan digitale leermiddelen inzetten om leerlingen te motiveren en stimuleren Bij sommige onderwerpen werkt het verhelderend om leerlingen een test te laten maken op internet. Bijvoorbeeld rond het vak Werkbegeleiding geven waarvoor zij daadwerkelijk begeleiding gaan geven bij skills lessen. Om een begeleidingsplan te kunnen maken moeten zij zich verdiepen in de leerstijlen van Kolb. Om dit tastbaar te maken laat ik ze de leerstijlen test maken ( waardoor zij inzicht krijgen in hun eigen leerstijl en hoe ze hun begeleidingshouding kunnen afstemmen op die van de leerling die zij gaan begeleiden. Om te toetsen of theorie is binnengekomen gebruik ik Socrative of Kahoot om een quiz te houden. Het competitie element hierin maakt leerlingen enthousiast om zich hiervoor in te zetten. kn.nu/ww.1f1a47b (youtu.be) Ik houd rekening met verschillen in niveau, interesse, leerstijl en werktempo van leerlingen bij het geven van opdrachten. Ik probeer zo goed als mogelijk rekening te houden met verschillen in leerstijl en tempo van de leerlingen bij opdrachten. Indien nodig besteed ik individueel aandacht aan leerlingen om ze te ondersteunen. Presentaties De docent kan digitaal materiaal integreren in zijn/haar presentaties en instructies en kan daarbij diverse hardware inzetten. Ik kan een digitale presentatie die voldoet aan de eisen van een goede digitale presentatie, maken en gebruiken. Wat een goede presentatie is valt wat lastig te bepalen. Er spelen meerdere factoren een rol bij. Pagina 22

24 Doelgroep, doel, tijdsduur, enz., enz. Voor mezelf is belangrijk dat een presentatie de essentie van het onderwerp weergeeft en de leerling helpt bij het bestuderen van een onderwerp. Ik heb een paar richtlijnen voor een goede presentatie: Een rustig dia ontwerp. Veel drukte op de achtergrond leidt erg af van de inhoud. Een beperkte hoeveelheid tekst per dia. Het gaat om steekwoorden / hoofdlijnen. De rest kan ik er zelf bij vertellen en staat in het boek. Zeer beperkte of geen animaties. Het is een presentatie, geen circusvoorstelling. Gebruik passende en aansprekende foto s / plaatjes / videofragmenten. Beelden zeggen vaak meer dan woorden. Zorg voor een goede afsluiting van de presentatie. Bijvoorbeeld met een korte opsomming van de belangrijkste punten. Voor het maken van een presentatie gebruik ik PowerPoint en steeds vaker ook Prezi. Omdat dit er aantrekkelijk uitziet en mogelijkheden biedt om online te gebruiken. Hieronder een voorbeeld van een Prezi die ik heb gemaakt over het onderwerp LSD (Luisteren, Samenvatten, Doorvragen) kn.nu/ww.945bd29 (prezi.com) Ik kan een digitaal schoolbord gebruiken bij diverse didactische werkvormen. In alle lokalen op mijn locatie zijn Activ Boards te vinden waar we als docenten onze laptop op aan kunnen sluiten. Deze boards zijn interactief en naast dat ze te gebruiken zijn als beamerscherm voor presentaties en video kan ik met behulp van een applicatie ook op het bord schrijven en tekenen en dit opslaan. Het programma wat hiervoor gebruikt wordt biedt veel mogelijkheden. Ik gebruik het als whiteboard om reacties van leerlingen op te schrijven, en later terug te kunnen lezen. Maar ik laat leerlingen ook op het bord schrijven, bijvoorbeeld bij het terugkoppelen van een opdracht. De mogelijkheden zijn onbeperkt en ik ken ze nog niet allemaal. Maar ik ben druk aan het leren om er meer gebruik van te maken. Communicatiemiddelen De docent kent verschillende vormen van (a)synchrone, digitale communicatiemiddelen en kan deze toepassen in zijn/haar onderwijs. Pagina 23

25 Ik kan de leerlingen de regels van verantwoorde elektronische communicatie één op één en in groepen bijbrengen. De regels van verantwoorde communicatie, elektronisch of niet, verschillen niet veel van elkaar. Als docent Omgangskunde in opleiding moet ik in staat zijn, en dat ben ik ook, om de regels van communicatie en de valkuilen uit te leggen aan mijn leerlingen. In lessen over communicatie komt dit naar voren. Hoe breng je een boodschap duidelijk over en hoe kun je de communicatie positief beïnvloeden. Het zijn in een tijd waarin steeds meer digitaal gecommuniceerd wordt belangrijke aandachtspunten die binnen mijn lessen een plek krijgen. Ik kan met leerlingen een (a)synchrone online discussie/debat/chat organiseren en modereren. Een online debat heb ik nog nooit gevoerd met mijn leerlingen. Debatteren is wel een vaardigheid die in het lesprogramma terugkomt, d.m.v. een ethisch dilemma in een casus over de zorg. Wel maak ik gebruik van Socrative om stellingen voor te leggen en direct terug te kunnen zien hoe er gestemd is. Daar kan vervolgens een discussie uit voort komen. Een voorbeeld daarvan is een workshop over verslaving, te zien in het volgende filmpje. kn.nu/ww.509cb36 (youtu.be) Verder maak ik gebruik van WhatsApp voor communicatie met de groep, en individuele leerlingen. Ik bespreek de functie ervan, namelijk overleg over het programma, afspraken maken en mededelingen over lessen. Voor dieper gaande onderwerpen maak ik een afspraak omdat de lading van een onderwerp in een WhatsApp bericht niet tot zijn recht komt. Voor uitgebreidere berichten gebruik de Noorderpoortmail en vraag de leerlingen dit ook te gebruiken en berichten te bevestigen. Ik kan omgaan met diverse (a)synchrone manier om een expert op afstand in te zetten. Ik beheers de mogelijkheden om op afstand ondersteuning te kunnen bieden, en vragen. Dit komt in het onderwijs niet voor maar privé gebruik ik o.a. Windows Verbinding met extern bureaublad en Teamviewer. Beiden bieden de mogelijkheid een scherm op afstand over te nemen en hulp te bieden of zelfs een pc over te nemen. Ik heb zelf een netwerk met een server. Deze staat verdekt opgesteld, zonder beeldscherm. Via extern bureaublad kan ik deze vanaf mijn pc bedienen. Pagina 24

26 Samenwerken leerlingen De docent kan samenwerking tussen leerlingen faciliteren door gebruik te maken van ICT Ik ken diverse manieren om op afstand samen te werken aan producten. Wat we op dit moment nog gebruiken is NELO / Fronter en ELO. Daarin kunnen leerlingen producten plaatsen en kan ik feedback geven. Leerlingen onderling kunnen geen feedback geven. Dit is ook meer bedoelt voor examen stukken. Samenwerken tussen leerlingen kan bijv. via Google Docs, daar wordt af en toe gebruik van gemaakt. Meestal worden documenten in Dropbox of Google Drive gezet. Binnenkort wordt bij het Noorderpoort het Noorderportal gelanceerd. Een portaal voor alles: mail, agenda, documenten (One Drive), communicatie d.m.v. Yammer, een soort Facebook voor interngebruik en meer. Eerst gaat dit van start voor medewerkers, later dit jaar wordt het ook voor leerlingen mogelijk om hier gebruik van te maken. Op afstand samenwerken wordt dan nog makkelijker. Ik kan peerfeedback organiseren in een digitale omgeving. Ook hiervoor biedt Noorderportal straks hopelijk mogelijkheden. Nu gebruik ik bijv. 360 feedback via een invulformulier bij samenwerkingsopdrachten. Ik kan op afstand een samenwerkingsproces tussen leerlingen monitoren Hier heb ik nog niet mee te maken gehad. Binnen het Noorderportal zijn daar hopelijk later dit jaar mogelijkheden voor. Pagina 25

27 Samenwerken docenten De docent kan ICT inzetten in de communicatie met zijn/haar collega s Ik kan actief deelnemen aan een digitale Community of Practice Het begrip Community of Practice wordt binnen het Noorderpoort op verschillende manieren vormgegeven door o.a. kenniskringen, kartrekkers en ontwikkelgroepen. Dit gebeurt niet digitaal maar in een overleg met mensen om de tafel. De ontwikkelingen op digitaal gebied gaan erg hard op het moment binnen het Noorderpoort. Een digitale CoP is mogelijk een volgende stap die gezet kan worden. Alle huidige ICT ontwikkelingen vinden plaats in het kader van het project Slimmer Werken. Digitaal kennis uitwisselen kan veel tijd besparen en is niet tijdgebonden. Ik kan digitaal samenwerken aan een document en ik ben bekend met de voor- en nadelen hiervan. Samenwerken aan documenten gebeurt veelal door het document te delen via mail. We stappen binnen het Noorderpoort over op One Drive. Daarin zijn meer mogelijkheden om documenten te delen en er op afstand samen aan te werken. Nu gebruik ik af en toe Dropbox en Google Docs hiervoor. Ook het lesmateriaal wat we ontwikkelen voor Wikiwijs wordt gezamenlijk en in samenwerking ontwikkeld. Individueel werken De docent kan het individueel samenwerken van leerlingen ondersteunen met ICT Ik ken (educatieve) programma s en gebruik deze programma s voor individueel werken De extra leermiddelen via Traject V&V van Thieme Meulenhoff kunnen door leerlingen gebruikt Pagina 26

28 worden om de theorie te verdiepen en de deze toe te leren passen in praktijksituaties. Leerlingen kunnen hier op inloggen en individueel maar ook samen aan werken. Het vormt een goede lesvoorbereiding, de opdrachten en casus oefeningen kunnen klassikaal of in groepjes / koppels nabesproken worden. Ik kan een elektronisch leeromgeving inzetten om leerlingen te ondersteunen bij het zelfstandig leren, zo nodig tijd- en plaats onafhankelijk Naast de leermiddelen van Traject V&V hebben we de beschikking over ELO, een onderdeel van Magister. Daarin plaats ik materialen die de lessen ondersteunen. Via de ELO kunnen leerlingen ook mailen met mij om vragen te stellen over de stof. Daarnaast gebeurt dat ook via WhatsApp. Op internet zijn veel filmpjes en modules te vinden rond verschillende onderwerpen in de zorg waar leerlingen gratis gebruik van kunnen maken via een portal of e-learning omgeving. Indien relevant verwijs ik leerlingen daar wel eens naar. Begeleiden en evalueren De docent kan ICT inzetten bij het begeleiden en evalueren van leerlingen. De docent is hierbij in staat om door de inzet van ICT zicht te krijgen op het leerproces en de voortgang van de leerling Ik ken de regels voor computergebruik op school en draag deze richting leerlingen uit. De afspraken op school zijn dat alle leerlingen een laptop hebben en deze altijd meenemen naar school, zonder laptop geen toegang tot de les. Ik hanteer deze regel niet consequent omdat ik ook lessen verzorg waarin de laptop niet gebruikt wordt en de smartphone een enkele keer een goed alternatief is. Leerlingen moeten wel een laptop bezitten. Verder is de afspraak dat er tijdens de les geen andere activiteiten op internet worden gedaan behalve lesactiviteiten. Dat probeer ik zo goed mogelijk te handhaven, en uit te dragen maar het is zeer lastig te controleren. Ik wijs leerlingen vooral op verstoringen in de klas en eigen verantwoordelijkheid. Ik kan de juiste instructies geven om leerlingen in staat te stellen in een digitale leeromgeving hun leerproces zichtbaar te maken. Ik heb een uitgebreide instructie verzorgd aan de nieuwe leerlingen over de digitale leeromgeving en wat zij daar mee kunnen / moeten. De mogelijkheden van de ELO worden nog niet allemaal gebruikt, leerlingen kunnen wel alle cijfers zien en de verslaglegging van SLB gesprekken, voortgangsoverleg, e.d. en daarmee zicht houden op hun vorderingen. Ik kan leerlingen begeleiden bij het gebruik van internet zodat leerlingen in staat zijn relevante informatie te vinden en te beoordelen op kwaliteit en betrouwbaarheid. Bij opdrachten waarbij leerlingen informatie op moeten zoeken leg ik uit hoe zij het beste kunnen Pagina 27

29 zoeken. Ook leg ik ze uit hoe ze kunnen bepalen of informatie betrouwbaar is, bijv. door bronnen te checken en verifiëren. Verder leg ik ze uit wat plagiaat is en hoe ze kunnen checken of een artikel origineel is en / of er bronnen vermeld zijn. Ik kan leerlingen begeleiden bij het onderzoek doen naar en analyseren van onderwerpen met behulp van een digitale leeromgeving Ik geef leerlingen de juiste richting aan wanneer zij gebruik moeten maken van ICT om onderzoek te doen naar bepaalde onderwerpen of thema s die met het vak van verpleegkundige te maken hebben. De elektronische leeromgeving die binnen het Noorderpoort biedt hiervoor op dit moment te weinig mogelijkheden. Ik kan ICT gebruiken om metacognitie tot stand te brengen en het leren van elkaar te stimuleren, bijvoorbeeld in een digitaal portfolio of een weblog Bij een aantal opdrachten wordt gebruik gemaakt van tests en analysetools, zoals 360 graden feedback en leerstijlentest, waarmee leerlingen inzicht krijgen in hun eigen handelen, samenwerken of leren met als doel hier leer- of ontwikkeldoelen op te kunnen formuleren. Ik kan aantonen dat ik de activiteiten, vorderingen en resultaten van alle leerlingen digitaal kan volgen Met behulp van het Leerling Begeleiding Systeem, onderdeel van Magister, kan ik alles van de leerling opvragen (en invoeren als SLB-er) Op verschillende momenten per jaar zijn voortgangsbesprekingen, op basis van toets resultaten, algeheel functioneren op school of BPV. Ik maak van te voren het overzicht zodat ik dit in de bespreking in kan brengen. Pagina 28

30 Ik kan feedback geven in een digitale omgeving. Leerlingen leveren opdrachten en verslagen in via de leeromgeving (ELO / NELO) die binnen het Noorderpoort gebruikt wordt. Door te werken met toegangsrechten op inlevermappen kan een verdeling gemaakt worden van docenten die feedback geven of beoordelen. Via deze inlevermappen kan ik feedback geven op het ingeleverde werk en zelfs een gecorrigeerde versie of versie met aantekeningen uploaden. Ik kan bij leerlingen die bij bepaalde onderdelen extra tijd of oefeningen nodig hebben remediërende programma s aanbieden Wanneer leerlingen extra ondersteuning nodig hebben worden zij aangemeld voor 2de lijns ondersteuning of voor bijles. Ik als docent heb daar dan verder geen rol in. Ik kan fraude en plagiaat digitaal opsporen en voorkomen IK wijs leerlingen op plagiaat als het gaat om het zoeken naar bronnen en het inleveren van de eigen producten. Bij het beoordelen doe ik een check of er gebruik is gemaakt van niet vermeldde bronnen. Dit kan via Google, door te zoeken op delen van de tekst. Er zijn verschillende open source en freeware programma s die ook gebruikt kunnen worden voor controle op plagiaat, zoals Lente, WCopyfind en andere. Daarmee zoek je eigenlijk op dezelfde manier als in Google naar teksten en kun je bronnen achterhalen. Digitale toetsing Pagina 29

31 De docent kan een eenvoudige digitale toets ontwikkelen/samenstellen, afnemen en evalueren Ik ben op de hoogte van de mogelijkheden van digitale toets programma s en toetsservicesystemen binnen een ELO of als zelfstandige applicatie Binnen mijn vestiging wordt digitaal getoetst met behulp van NELO / Fronter. De betreffende vakdocenten stellen zelf een toets samen voor hun vakgebied en deze worden centraal opgeslagen in de toetsbank. De toets coördinator checkt alle toetsen die toegevoegd worden op taalgebruik, vraagstelling en juiste punten. Er wordt voornamelijk gewerkt met multiple choice vragen. Hoewel er meer mogelijkheden in de toepassing zitten is er binnen deze vestiging gekozen daar geen gebruik van te maken. Binnenkort stappen we over op Quayn, een andere toepassing voor het digitaal afnemen van toetsen. De eerste stap is het opschonen en migreren van de toetsbank van uit NELO. Ik heb een training gevolgd om met Quayn te kunnen werken en ben buddy van een collega om haar in te wijden. Naast deze toets systemen werk ik ook met Kahoot en Socrative om tussentijds te kunnen toetsen d.m.v. een mc toets of een quiz. Met dat laatste bouw ik ook een competitie element in wat de leerlingen motiveert. Ik ken de voor- en nadelen van digitale toetsing Digitaal toetsen heeft veel voordelen. Deze manier van werken spreekt jongeren aan en de leerling heeft direct de uitslag van zijn toets. Het scheelt mij veel nakijkwerk in tegenstelling to een papieren Pagina 30

32 toets. Een analyse van de toets is makkelijk te maken, bijvoorbeeld welke vraag het meest fout is beantwoord. Nadelen zijn problemen of storingen in het netwerk of elektriciteit waardoor er geen toets afgenomen kan worden. Ook het gebruik van vragen uit een toetsbank kan er voor zorgen dat docenten niet kritisch zijn op de toets en willekeurig vragen toevoegen. De meeste toetsen binnen het Noorderpoort zijn mc toetsen, de mogelijkheid om het toepassen van kennis te toetsen is daarmee beperkt. Met Quayn gaan we ook meer soorten vragen gebruiken. Ik kan elektronische toetsen inzetten en motiveren waarom een keuze gemaakt wordt voor een zelfbeoordelende-, voorwaardelijke-, voortgangs-, diagnostisch-, instap- en/of beoordelende toets Naast de reguliere toets momenten die in het schoolprogramma zitten, heb ik de vrijheid om tussentijds gebruik te maken van een toets om vast te stellen hoe de leerling er voor staat. Ik doe dat als instaptoets om te kijken wat er al bekend is m.b.t. een bepaald onderwerp, in de loop van een thema om de al opgedane kennis te toetsen en om leerlingen te laten wennen aan mijn manier van toetsen en vragen stellen. Ik kan verschillende gesloten toetsvragen maken (multiple-choice, multiple-answer, ja/nee, rangorde, matching, point & click, fill in the blanks, numeriek) Door mijn ervaring met het ontwikkelen van e-learning modules in het verleden ben ik met al deze vraag mogelijkheden bekend. Momenteel worden deze niet gebruikt, alleen mc vragen, als er overgestapt is op Quayn heb ik meer mogelijkheden om hier gebruik van te maken. Ik kan een digitale toets organiseren (rondom afnemen, organisatie toetsmoment, informatie leerlingen, capaciteit, back-up) We hebben een toetscoördinator die alles rond de toetsen regelt. Ik ben in staat dit over te nemen in geval van ziekte o.i.d. en weet wat er verwacht wordt. De tijden en ruimtes staan vast. Belangrijk is om te zorgen voor inteken / aan en afwezigheidslijst, reserve laptops, toetsen op papier in geval van netwerk of stroom uitval, coördinatie van surveillanten, toets op het juiste moment open zetten en afsluiten en inspelen op vragen of problemen. Na elke toets in het systeem checken of iedereen de toets heeft afgerond en opgeslagen aan de hand van de resultaten. Pagina 31

33 Arrangeren en ontwikkelen De docent kan ICT gebruiken voor het arrangeren en/of ontwikkelen van digitaal leermateriaal. Ik kan gebruik maken van diverse vindplaatsen van digitaal leermateriaal en ik ben in staat om hieruit mijn eigen (digitale, interactieve) leereenheid te arrangeren Om presentaties en lessen aantrekkelijker te maken, zoek ik veel leermateriaal op internet, zoals afbeeldingen en filmpjes. Materiaal haal ik op sites als Wikiwijsleermiddelenplein en Leraar24, algemene informatie zoek ik meestal via Google en afbeeldingen via Google Images en Flickr. Voor filmpjes is YouTube een goede bron. Ook op diverse vakgerelateerde sites is interessant materiaal te vinden wat ik kan gebruiken voor lessen. Zoals al eerder genoemd bieden leveranciers van lesmateriaal ook online lesmateriaal aan, zoals Thieme Meulenhoff en de digitale Schooltas waar een groot deel van de boeken voor de opleiding online te raadplegen zijn. kn.nu/ww.39bcaf5 (youtu.be) Ik ontwikkel leermateriaal voor een digitale omgeving waarbij ik rekening houd met verschillen in niveau, interesse, tempo, wijze van leren en ontwikkelprincipes voor het digitaal leermateriaal. Sinds dit schooljaar zijn we binnen het Noorderpoort aan de slag gegaan met Wikiwijs om lesmateriaal aan te bieden. Hierin ontwikkel ik me steeds meer en leer ik hoe ik via deze weg lesmateriaal aan kan bieden. Binnenkort ga ik starten met een Wiki over het onderwerp Werkbegeleiding. Ik ben op de hoogte van de regels die gelden voor copyright en ik ben bekend met diverse copyright modellen (bijvoorbeeld:, public domain, creative commons, Wikimedia commons, GNU) Ik weet dat niet al het materiaal wat op internet te vinden is zomaar gebruikt kan worden voor alle doeleinden. Ik vermeld de bron als ik die kan achterhalen. Er zijn veel sites waarop materiaal te vinden is wat rechtenvrij is. Voorbeelden zijn: Creative Commons - zoeken in rechtenvrije foto's. Compfight - sneller zoeken in Flickr, ook naar rechtenvrije foto's. Multicolr - rechtenvrije foto's zoeken op kleur. Mufin - foto's in Flickr zoeken die lijken op een bepaalde foto. Photo Pin - rechtenvrije foto's downloaden in verschillende maten. Photos for Class - rechtenvrije foto's die geschikt zijn voor het onderwijs. Informatie overgenomen van: Het is soms even zoeken. Een manier om de copyright kwestie te omzeilen is om zelf foto / videomateriaal te maken en dit te gebruiken voor lessen. Voor het thema Omgaan met grensoverschrijdend gedrag heb ik ooit een korte filmopname gemaakt om discussie in de groep op gang te brengen. kn.nu/ww.5001e44 (youtu.be) Pagina 32

34 Over dit lesmateriaal Colofon Auteur Peter Haagsma Laatst gewijzigd 03 March 2016 om 19:18 Licentie Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 3.0 Nederlands licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om: het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden. Meer informatie over de CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie Aanvullende informatie over dit lesmateriaal Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar: Eindgebruiker leerling/student Moeilijkheidsgraad gemiddeld Bronnen Bron RxuP4EcWnnvavDGNoeaurZtDTb3njuE Pagina 33