Provinciaal Ruimtelijk Uitvoeringsplan Regionaal bedrijventerrein Balgerhoeke (Eeklo) Verordenend deel ontwerp voor voorlopige vaststelling

Transcriptie

1 Provinciaal Ruimtelijk Uitvoeringsplan Regionaal bedrijventerrein Balgerhoeke (Eeklo) Verordenend deel ontwerp voor voorlopige vaststelling

2 Gezien en voorlopig vastgesteld door de Provincieraad in vergadering van 15 februari 2012 De Provinciegriffier De Voorzitter Albert De Smet Marc Lootens De Deputatie verklaart dat onderhavig RUP voor iedereen ter inzage heeft gelegen van xxx Namens de Deputatie, op bevel, De Provinciegriffier De Voorzitter Albert De Smet Marc Lootens Gezien en definitief vastgesteld door de Provincieraad in vergadering van xxx De Provinciegriffier De Voorzitter Albert De Smet Marc Lootens Verantwoordelijke ruimtelijk planner Bart Verbeke PRUP Regionaal bedrijventerrein Balgerhoeke (Eeklo) - ontwerp 15 februari

3 Colofon Dit document is een publicatie van: Provincie Oost-Vlaanderen Gouvernementstraat Gent Directie Ruimte dienst Ruimtelijke Planning secretariaat: Dossiernummer: RUP/2010/PRUP/OVL/079 Verantwoordelijke ruimtelijk planner: Bart Verbeke Dossierverloop beslissing deputatie tot opmaak PRUP 29 april 2010 plenaire vergadering 13 december 2011 voorlopige vaststelling door provincieraad 15 februari 2012 openbaar onderzoek [datum] advies PROCORO [datum] definitieve vaststelling door provincieraad [datum] De normatieve delen van dit provinciaal ruimtelijk uitvoeringsplan zijn: (Deze zijn verordenend.) - het grafisch plan - de stedenbouwkundige voorschriften De niet-normatieve delen van dit provinciaal ruimtelijk uitvoeringsplan zijn: (Deze zijn niet verordenend.) - de toelichtingsnota - de milieuscreeningsnota - het ruimtelijk veiligheidsrapport - het duurzaam waterplan met watertoets - het mobiliteitseffectenrapport - de landbouwtoets PRUP Regionaal bedrijventerrein Balgerhoeke (Eeklo) - ontwerp 15 februari

4 Stedenbouwkundige voorschriften Titel Toelichting bij de stedenbouwkundige voorschriften Verordenende stedenbouwkundige voorschriften Art. 1 Gemengd regionaal bedrijventerrein (cat. 2) Op een gemengd regionaal bedrijventerrein kunnen bedrijven gevestigd en uitgebaat worden die om ruimtelijke of milieuredenen niet verweefbaar (meer) zijn met een multifunctionele stedelijke of residentiële omgeving. Seveso-inrichtingen zijn toegelaten. Hiervoor werd een ruimtelijk veiligheidsrapport opgesteld, dat als een afzonderlijke bijlage bij dit RUP is gevoegd. Afvalverbranding met warmterecuperatie valt onder afvalverwerking. Een voorbeeld van complementaire voorzieningen zijn sportfaciliteiten. Het gebied is bestemd voor bedrijven van regionaal belang met één van volgende hoofdactiviteiten: - productie, verwerking en bewerking van goederen - verwerking en bewerking van grondstoffen, met inbegrip van delfstoffen - afvalverwerking, met inbegrip van recyclage - logistiek (op- en overslag, voorraadbeheer, groupage en fysieke distributie) en groothandel Volgende activiteiten zijn toegelaten: - gemeenschappelijke en complementaire voorzieningen inherent aan het functioneren van een gemengd regionaal bedrijventerrein - inrichtingen voor de huisvesting van bewakingspersoneel van maximaal 200 m² vloeroppervlakte, geïntegreerd in het bedrijfsgebouw - een beperkte oppervlakte voor kantoren en toonzalen gekoppeld aan de toegelaten hoofdactiviteit van individuele bedrijven voor zover deze activiteiten geen intensieve loketfunctie hebben en geen autonome activiteiten uitmaken; toonzalen mogen maximum 10 % van de bebouwde gelijkvloerse oppervlakte bedragen, ongeacht op welk niveau zij worden ingericht - herstellen, heraanleggen of verplaatsen van bestaande ondergrondse en bovengrondse nutsleidingen en aanleggen van nieuwe leidingen - aanleg van fiets- en voetgangersverbindingen, groenvoorzieningen, interne wegenis, voorzieningen m.b.t. wateropvang en -afvoer en infiltratie Volgende activiteiten zijn niet toegelaten: - autonome kleinhandel PRUP Regionaal bedrijventerrein Balgerhoeke (Eeklo) - ontwerp 15 februari

5 - autonome kantoren; met autonome kantoren wordt bedoeld bedrijven met als hoofdactiviteit privé- en overheidsdienstverlening met een hoofdzakelijk administratief karakter en een hoge personeelsintensiteit; de kantooractiviteit is hier niet ondergeschikt aan andere bedrijfsactiviteiten zoals productie of verwerking van goederen Naast zorgvuldig ruimtegebruik en een kwaliteitsvolle aanleg is ook de zorg voor duurzame inrichtingsmaatregelen zoals duurzame mobiliteit, gebruik van hernieuwbare energiebronnen, groendaken en water een aandachtspunt voor de ontwikkelaar van het bedrijventerrein. Elke aanvraag voor een stedenbouwkundige vergunning zal worden beoordeeld aan de hand van volgende criteria: - zorgvuldig ruimtegebruik - kwaliteitsvolle aanleg van het plangebied en afwerking van de bedrijfsgebouwen - zorg voor duurzame inrichtingsmaatregelen Volgende inrichtingsprincipes dienen gerespecteerd te worden; - De minimale perceelsoppervlakte per bedrijf bedraagt m². Uitzonderingen zijn toegestaan voor bedrijven die in een traditionele opzet meer dan 5000 m² nodig hebben maar door een aantoonbaar intensiever ruimtegebruik met minder kunnen of die willen gebruik maken van een restkavel. - Er wordt gebouwd in meerdere lagen daar waar de bedrijfsactiviteit dit toelaat. - Parkeren wordt gegroepeerd voor verschillende bedrijven of geïncorporeerd in het bedrijfsgebouw, daar waar het beheer dit toelaat. - Er wordt aandacht besteed aan de kwaliteit van de architectuur van de gevels langs de Sint-Laureinsesteenweg, de centrale ontsluitingsweg en de N49/A11. Open opslag tussen de bedrijven en de N49/A11 wordt niet toegestaan. - Publiciteit en bewegwijzering zijn enkel toegestaan in de gebieden waar bebouwing is toegelaten en voor zover aangebracht aan de gevel. De publiciteit mag niet storend zijn voor het uitzicht van de omgeving en moet in harmonie zijn met de betrokken gevels. Bij verlichte publiciteit moet de lichtbron onzichtbaar blijven. Opwaarts gerichte lichtbronnen zijn niet toegestaan. PRUP Regionaal bedrijventerrein Balgerhoeke (Eeklo) - ontwerp 15 februari

6 - De interne ontsluiting van de bedrijfspercelen gebeurt via verticale zijassen die aantakken op de centrale ontsluitingsas (art. 4 Zone voor infrastructuur). Zij vallen in geen geval samen met de groenassen. - Er dienen veilige fietspaden voorzien te worden ter ontsluiting van het bedrijventerrein. - Het hemelwater wordt gebufferd in collectieve voorzieningen voor vertraagde afvoer met een lozingsdebiet op de zone voor waterretentie (art. 3) van maximaal 5l/s/ha. Het te bufferen volume bedraagt minstens 390 m³ per hectare verharde oppervlakte. - Het hemelwater wordt maximaal gestockeerd in de zones van art. 1 en 3. Voor zover in deze zones niet voldoende buffercapaciteit gerealiseerd kan worden, kunnen buffervoorzieningen gerealiseerd worden in de zone van art. 2. De buffervoorzieningen in de zone van art. 2 moeten verenigbaar zijn met de landbouwfunctie van het gebied. Art. 2 Bouwvrij agrarisch gebied (cat. 4) Het gebied is bestemd als akker- of weiland in functie van een landbouwexploitatie. Volgende werken of handelingen zijn toegestaan: - handelingen in functie van een landbouwexploitatie met uitzondering van het oprichten van nieuwe gebouwen of constructies; een schuilhok met een maximale hoogte van 3 m en een maximale oppervlakte van 60 m²/ha weide voor paarden en runderen en maximaal 40 m²/ha weide voor kleinere weidedieren is wel toegestaan - de aanleg van wegenis voor het realiseren en exploiteren van windturbineprojecten - fiets- of voetgangersverbindingen - herstellen, heraanleggen of verplaatsen van bestaande ondergrondse en bovengrondse nutsleidingen en aanleggen van nieuwe leidingen - reliëfwijzigingen noodzakelijk voor de realisatie van de bestemming PRUP Regionaal bedrijventerrein Balgerhoeke (Eeklo) - ontwerp 15 februari

7 - voorzieningen voor opvang, buffering en infiltratie van hemelwater - aanplanten van streekeigen bomen, struiken, houtkanten en aanleggen van een veedrinkpoel Volgende werken of handelingen zijn niet toegestaan: - nieuwe gebouwen of constructies met uitzondering van een schuilhok met een maximale hoogte van 3 m en een maximale oppervlakte van 60 m²/ha weide voor paarden en runderen en maximaal 40 m²/ha weide voor kleinere weidedieren. Het hemelwater wordt maximaal gestockeerd in de zones van art. 1 en 3. Voor zover in deze zones niet voldoende buffercapaciteit gerealiseerd kan worden, kunnen buffervoorzieningen gerealiseerd worden in de zone van art. 2. De buffervoorzieningen in de zone van art. 2 moeten verenigbaar zijn met de landbouwfunctie van het gebied. Art. 3. Zone voor waterretentie (cat. 9) In deze zone kunnen inrichtingsmaatregelen voor integraal waterbeheer genomen worden, zoals de inrichting van bufferbekkens nodig voor opvang van hemelwater afkomstig van de autosnelweg, het bedrijventerrein en/of om oplossing te bieden aan plaatselijke wateroverlast. Deze zone is bestemd voor waterretentie. Landbouw en natuurontwikkeling zijn ondergeschikte functies. Volgende werken of handelingen zijn toegelaten: - voorzieningen voor infiltratie en opvang van hemelwater - weg voor lokaal landbouwverkeer en dienstweg voor windturbines; de weg mag maximaal 5 meter breed zijn - herstellen, heraanleggen of verplaatsen van bestaande ondergrondse en bovengrondse nutsleidingen en aanleggen van nieuwe leidingen - handelingen i.f.v. landbouw en natuurontwikkeling met uitsluiting van constructies, een schuilhok met een maximale oppervlakte van 20 m² is wel toegelaten PRUP Regionaal bedrijventerrein Balgerhoeke (Eeklo) - ontwerp 15 februari

8 Art. 4 Zone voor infrastructuur (cat. 8) In deze zone komt de centrale ontsluitingsas (met laterale wegen) te liggen die een tweeledige functie heeft: een verzamelende functie voor verkeer afkomstig van de buitengebiedkernen ten noorden van de N49/A11 en een verdeelfunctie voor verkeer afkomstig van het regionaal bedrijventerrein. De weg takt aan de westzijde aan op de Sint-Laureinsesteenweg, aan de oostzijde op de R43. Ter hoogte van het bedrijventerrein wordt één aansluitingspunt voorzien voor de interne ontsluitingsinfrastructuur van het regionaal bedrijventerrein. Ter hoogte van het bouwvrij agrarisch gebied wordt een oversteekplaats gerealiseerd voor lokaal landbouwverkeer en vee (zie ook art. 10). Onder weginfrastructuur wordt verstaan: de centrale ontsluitingsas, de aansluitingspunten met de R43 en de Sint-Laureinsesteenweg, het aansluitingspunt met de interne ontsluitingsinfrastructuur van het bedrijventerrein, de oversteekplaats voor lokaal landbouwverkeer en vee, de laterale verbindingen ter hoogte van het agrarische gebied, Onder aanhorigheden wordt verstaan: al dan niet verharde bermen, grachten en taluds, stationeer- en parkeerstroken, wegsignalisatie en wegbebakening, verlichting, afwatering, beplantingen, veiligheidsuitrustingen, desgevallend geluidswerende constructies, Dit gebied is bestemd voor weginfrastructuur en aanhorigheden. In dit gebied zijn alle werken, handelingen en wijzigingen toegelaten voor de aanleg, het functioneren of de aanpassing van weginfrastructuur en aanhorigheden. Daarnaast zijn alle werken, handelingen en wijzigingen in functie van de ruimtelijke inpassing, ecologische verbindingen, buffers, kruisende infrastructuren, leidingen, telecommunicatie-infrastructuur, lokale dienstwegen en paden voor niet-gemotoriseerd verkeer toegelaten. Ter hoogte van de zone van art. 1 Gemengd regionaal bedrijventerrein wordt één aansluitingspunt gerealiseerd in functie van de interne ontsluiting van het bedrijventerrein. Ter hoogte van de zone van art. 2 Bouwvrij agrarisch gebied wordt één oversteekplaats voorzien voor lokaal landbouwverkeer en vee (zie ook art. 10). Deze oversteekplaats verbindt twee laterale wegen ten noorden en ten zuiden van de centrale ontsluitingsas die de landbouwpercelen ten noorden en ten zuiden van de weg bereikbaar maken. Deze laterale wegen kunnen verhard of onverhard zijn en moeten een breedte hebben van minimaal 3 m en maximaal 5 m. PRUP Regionaal bedrijventerrein Balgerhoeke (Eeklo) - ontwerp 15 februari

9 Art. 5 Buffer (overdruk) De buffer heeft tot doel de visuele en de milieuhygiënische hinder van het bedrijventerrein zoveel mogelijk te beperken ten opzichte van de woonomgeving van Balgerhoeke. De buffer wordt aangelegd als een grondberm van min. 5 m hoog, begroeid met dichte, streekeigen bomen en struiken. De buffer moet dusdanig ingericht worden dat er rekening wordt gehouden met de inheemse fauna en flora door de levensvoorwaarden van deze fauna en flora zoveel mogelijk te behouden of te herstellen en zelfs te creëren en te ontwikkelen. De volgende activiteiten zijn toegestaan: - voorzieningen voor infiltratie en buffering van hemelwater - herstellen, heraanleggen of verplaatsen van bestaande ondergrondse en bovengrondse nutsleidingen en aanleggen van nieuwe leidingen - een beperkte publieke ruimte voor recreatief medegebruik Op de plaats waar de buffer geen 30 m breed is, dienen geluidsmilderende maatregelen (zoals de plaatsing van een geluidsscherm) te worden genomen. De buffer wordt verplicht aangelegd in het eerste plantseizoen volgend op het afleveren van de eerste vergunning in de zone van art. 1 Gemengd regionaal bedrijventerrein. Art. 6 Reservatiegebied voor lijninfrastructuur (overdruk) Het reservatiegebied heeft tot doel een zone voor erfdienstbaarheid in te richten. Die erfdienstbaarheid van 100 m wordt opgelegd vanuit het RSV langsheen (aan te leggen) hoofdwegen vanuit het principe dat infrastructuur gebundeld wordt om een efficiënt ruimtegebruik te creëren (bundelingsprincipe). Zo vermeldt het RSV ook de mogelijkheid om een spoorlijn aan te leggen langsheen de N49/A11 tussen de haven van Zeebrugge en de haven van Gent. Het is aan te bevelen om elke stedenbouwkundige aanvraag in dit gebied ter advies voor te leggen aan het Agentschap Wegen en Verkeer én aan Infrabel. Het gebied aangeduid in overdruk is bestemd voor de aanleg, het beheer en de exploitatie van verkeers- en vervoersinfrastructuur (zowel wegenals spoorinfrastructuur) en aanhorigheden. In dit gebied zijn alle werken, handelingen en wijzigingen toegelaten voor de aanleg, het functioneren of de aanpassing van die verkeers- en vervoersinfrastructuur (zowel wegen- als spoorinfrastructuur) en aanhorigheden. Daarnaast zijn alle werken, handelingen en wijzigingen met het oog op de ruimtelijke inpassing, buffers, ecologische verbindingen, kruisende infrastructuren, leidingen, telecommunicatie infrastructuur, lokaal openbaar vervoer, lokale dienstwegen, jaagpaden, recreatienetwerk en waterwegennetwerk en paden voor nietgemotoriseerd verkeer toegelaten. PRUP Regionaal bedrijventerrein Balgerhoeke (Eeklo) - ontwerp 15 februari

10 De in grondkleur aangegeven bestemming is van toepassing voor zover de vergunningen die afgeleverd worden tijdelijke vergunningen zijn; Iedere tijdelijke vergunning van meer dan 9 jaar kan, mits een vooropzeg van minimum 3 jaar, tegen iedere dag na die 9 jaar opgezegd worden door een lijninfrastructuur-administratie, die aldaar reglementair toegelaten werken, die aan een openbaar onderzoek zijn onderworpen, voorziet. Naast het voorzien van waterbuffering voor de nieuwe verharding t.g.v. de invulling van de overdruk, dient ook de in deze zone gerealiseerde waterbuffering voor de verharding van het gemengd regionaal bedrijventerrein (art. 1) volledig gecompenseerd te worden. Art. 7 Strook voor windturbines (overdruk) De inplanting van de windturbines gebeurt lineair binnen de zone zoals aangeduid op het grafisch plan. De noordelijke grens van de zone situeert zich op 100 m ten zuiden van de N49/A11, voor het gedeelte ter hoogte van het gemengd regionaal bedrijventerrein (art. 1) heeft de zone een breedte van 50 m, voor het gedeelte ter hoogte van het bouwvrij agrarisch gebied (art. 2) neemt de breedte toe van 50 m in het westen tot 150 m in het oosten. De reden hiervoor is de aanwezigheid van een hoogspanningsleiding ten noorden van het gebied. Het betreft een bestemming in overdruk waarbij de basisbestemming de in grondkleur aangeduide bestemming is. Deze zone is bestemd voor de inplanting en exploitatie van windturbines en bijhorende noodzakelijke infrastructuur met het oog op het optimaal winnen van hernieuwbare energie. Alle handelingen en werken die overeenstemmen met de bestemming in overdruk kunnen worden uitgevoerd in zoverre zij de benutting van de in grondkleur aangegeven bestemming niet onmogelijk maken. In deze zone mogen ook alle handelingen en werken worden uitgevoerd die overeenstemmen met de in grondkleur aangegeven bestemmingen in zoverre de benutting (aanleg en optimale uitbating) van de strook voor windturbines niet onmogelijk wordt gemaakt. PRUP Regionaal bedrijventerrein Balgerhoeke (Eeklo) - ontwerp 15 februari

11 Het is de bedoeling om binnen de zone het potentieel aan windenergie maximaal te benutten. De verschillende projecten mogen elkaar op dit vlak niet hypothekeren. De windturbines worden lineair ingeplant binnen de overdruk zoals aangeduid op het grafisch plan. Het eerste windturbineproject binnen het plangebied of in de directe omgeving van het plangebied, is naar vorm en uitzicht bepalend voor het te realiseren visueel samenhangend totaalbeeld. Nieuwe projecten (latere aanvragen) sluiten aan bij het gerealiseerde of vergunde geheel van windturbines. De aanvrager levert hiertoe bij zijn aanvraag voor stedenbouwkundige vergunning, naast een lokalisatienota waarin de specifieke inplanting en de impact ervan op de omgeving wordt besproken, een verantwoording waarin wordt aangetoond dat het project kadert in een visueel samenhangend totaalbeeld en waarbij wordt aangetoond dat het project leidt tot een optimaal benutten van deze zone voor exploitatie van windenergie. Elk project wordt binnen dit totaalbeeld afgewogen op basis van voorkomende ritmiek in tussenafstand, hoogte, vorm en uitzicht van de windturbines ten opzichte van elkaar. Van de windturbinemasten kan gebruik worden gemaakt voor de plaatsing van openbare nutsfuncties mits de schaal ervan in relatie tot de windturbine beperkt blijft en de benutting van de windturbine niet onmogelijk wordt gemaakt. Art. 8 Waterloop (indicatieve overdruk) De bestaande waterlopen in het plangebied worden indicatief op het grafisch plan aangeduid. De waterloop in het agrarisch gebied heeft een afwaterende functie naar de Grote Balgerhoek Watergang. Deze wordt mogelijks verplaatst in functie van een efficiënte inrichting van het terrein. Indien dat het geval is, zal de waterloop opnieuw moeten worden aangesloten op de Grote Balgerhoek Watergang. De waterlopen die in een groenas (art. 9) zijn gelegen, dienen geïntegreerd te worden in de groenas, waarbij ze ruimte krijgen voor natuurlijke ontwikkeling. De waterloop die niet in een groenas gelegen is, dient behouden te blijven. Indien de Grote Balgerhoek Watergang wordt verplaatst (zie art. 8), dient deze waterloop aangesloten te worden op de verplaatste Grote Balgerhoek Watergang. Bij het nemen van inrichtingsmaatregelen ten behoeve van integraal waterbeheer moet maximaal rekening worden gehouden met de inheemse fauna en flora door de levensvoorwaarden van deze fauna en flora zoveel mogelijk te behouden of te herstellen of indien mogelijk, zelfs te creëren en te ontwikkelen. PRUP Regionaal bedrijventerrein Balgerhoeke (Eeklo) - ontwerp 15 februari

12 Art. 9 Grote Balgerhoek Watergang (indicatieve overdruk) De Grote Balgerhoek Watergang wordt indicatief op het plan aangeduid. In functie van een efficiënte invulling van het terrein kan de Grote Balgerhoek Watergang verplaatst worden. De waterbergende en verbindende functie van de Grote Balgerhoek Watergang dient behouden te blijven. De Grote Balgerhoek Watergang kan wel verplaatst worden binnen het plangebied. Bij het nemen van inrichtingsmaatregelen ten behoeve van integraal waterbeheer moet maximaal rekening worden gehouden met de inheemse fauna en flora door de levensvoorwaarden van deze fauna en flora zoveel mogelijk te behouden of te herstellen of indien mogelijk, zelfs te creëren en te ontwikkelen. Art. 10 Groenas (indicatieve overdruk) Deze groenassen hebben tot doel de onverharde oppervlakte van het bedrijventerrein te centraliseren tot structuurbepalende groenelementen in het bedrijventerrein. De groenassen moeten voldoende breed zijn (minimum 25 m) en samenvallen met bestaande ecologische verbindingen en/of waterlopen. Ze dienen onder meer voor opvang en infiltratie van het hemelwater. Ter hoogte van de indicatieve aanduidingen op het plan dienen groenassen ingericht te worden met een minimale breedte van 25 meter. De groenassen worden aangelegd met dichte, streekeigen bomen en struiken, en worden dusdanig ingericht dat er rekening wordt gehouden met de inheemse fauna en flora door de levensvoorwaarden van deze fauna en flora zoveel mogelijk te behouden of te herstellen en zelfs te creëren en te ontwikkelen. In de groenassen zijn de volgende werken of handelingen vergunbaar: - voorzieningen voor opvang en infiltratie van hemelwater - herstellen, heraanleggen of verplaatsen van bestaande ondergrondse en bovengrondse nutsleidingen en aanleggen van nieuwe leidingen - een beperkte publieke ruimte voor recreatief medegebruik Art. 11 Oversteekplaats (indicatieve overdruk) De zone waarin de centrale ontsluitingsweg en de laterale wegen moeten komen, wordt effectief afgebakend op het verordenend grafisch plan (art. 4). Daarenboven wordt op het verordenend grafisch plan indicatief een oversteekplaats voor lokaal landbouwverkeer en vee aangeduid. Dit om ervoor te zorgen dat alle landbouwpercelen (art. 2) bereikbaar blijven. Ter hoogte van de indicatieve aanduiding wordt één oversteekplaats voorzien voor lokaal landbouwverkeer en vee (zie ook art. 4). Deze oversteekplaats verbindt twee laterale wegen ten noorden en ten zuiden van de centrale ontsluitingsas die de landbouwpercelen ten noorden en ten zuiden van de weg bereikbaar maken. Deze laterale wegen kunnen verhard of onverhard zijn en moeten een breedte hebben van minimaal 3 m en maximaal 5 m. PRUP Regionaal bedrijventerrein Balgerhoeke (Eeklo) - ontwerp 15 februari

13 Art. 12 Algemene bepalingen Rekening houden met het criterium 'milieuhinder' houdt in dat bij de inrichting van het bedrijventerrein een milieuzonering gehanteerd wordt. Het beperken van hinder kan bv. door de meest hinderlijke bedrijven centraal in het bedrijventerrein in te planten. Ontwikkeling en beheer van het bedrijventerrein Het bedrijventerrein wordt ontwikkeld door één instantie, hier de ontwikkelaar genoemd. De ontwikkelaar staat in voor de aanleg van gemeenschappelijke voorzieningen, de verkeersinfrastructuur, de gemeenschappelijke bewegwijzering, de fiets- en voetgangersverbindingen, de groenassen en de bufferzones. De ontwikkelaar voorziet bij de aanleg van het bedrijventerrein in voldoende parkeerplaatsen waarbij het gebruik van gemeenschappelijke parkings overwogen moet worden. Parkeren op het openbaar domein is verboden. De ontwikkelaar zorgt voor de wateropvang van de niet- privatieve gedeelten van het bedrijventerrein. Hij draagt er ook zorg voor dat de lozingsdebieten van gemeenschappelijke waterafvoer in overeenstemming zijn met de vigerende regelgeving. Bij de inrichting houdt de ontwikkelaar rekening met het criterium milieuhinder: hij tracht de hinder ten opzichte van woongebieden zoveel mogelijk te beperken. Het bedrijventerrein wordt beheerd door één instantie, hier de beheerder genoemd. De beheerder staat in voor het onderhoud van de gemeenschappelijke voorzieningen, de verkeersinfrastructuur, de fiets- en voetgangersverbindingen. De beheerder staat in voor het verzorgd voorkomen van het bedrijventerrein. De beheerder richt een klachtenmeldingspunt in. Het meldpunt heeft tot taak informatie te verstrekken en klachten te behandelen. PRUP Regionaal bedrijventerrein Balgerhoeke (Eeklo) - ontwerp 15 februari

14 Het vooronderzoek bestaat uit een proefsleuvenonderzoek op de gehele planzone. Het vooronderzoek wordt verricht met een systeem van doorlopende sleuven of alternerende sleuven van één kraanbak (2 m) breed, waarbij 10% van het terrein afgegraven wordt. Deze methode van vooronderzoek laat een snelle evaluatie van de terreinen toe (minstens 1 ha/dag). Het afgraven wordt uitgevoerd met een kraan met platte bak, onder toezicht van een archeoloog en tot op de diepte bepaald door de archeoloog. Op de archeologisch waardevolle zones, geïdentificeerd door het vooronderzoek, worden preventieve archeologische opgravingen uitgevoerd, voorafgaand aan de ontwikkeling. Hierdoor wordt het terrein ontdaan van de archeologische informatie en kan het archeologievrij afgeleverd worden op het moment van de inrichting. Dergelijk archeologisch (voor)onderzoek dient om de potentieel waardevolle zones te identificeren, voorafgaand aan de ontwikkeling. Het doel van dit onderzoek is te vermijden dat op het moment van de bouw of inrichting wordt vastgesteld dat er zich waardevolle archeologische sporen in de ondergrond bevinden waardoor de werken moeten worden uitgesteld tot na de opgravingen. Dit bespaart zowel geld als tijd. Archeologisch vooronderzoek Voorafgaand aan de ontwikkeling van het gebied wordt met oog op het identificeren van de potentieel waardevolle zones, een archeologisch detectieonderzoek uitgevoerd. Dit detectieonderzoek wordt verricht aan de hand van boringen en proefsleuven, die op statistisch relevante wijze verspreid worden over de gehele zone, waarbij 10% van de oppervlakte effectief verkend wordt. Wanneer andere bestaande of nieuwe technieken evenwaardige resultaten opleveren, kunnen deze ook aangewend worden. Indien het vooronderzoek geen archeologische sporen oplevert, worden de percelen onmiddellijk vrijgegeven. Bij aanwezigheid van archeologische sporen worden op de zones die als archeologisch waardevol worden weerhouden, bijkomende archeologische opgravingen uitgevoerd. Voorkooprecht Op de percelen in de zone van art. 2 Bouwvrij agrarisch gebied is een recht van voorkoop van toepassing, zoals bedoeld in art van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening. Dit voorkooprecht wordt vastgesteld voor een periode van 15 jaar. De rangorde wordt als volgt vastgelegd: 1. Provincie Oost-Vlaanderen 2. Stad Eeklo 3. Veneco PRUP Regionaal bedrijventerrein Balgerhoeke (Eeklo) - ontwerp 15 februari

15 Grafisch plan Zie bijlage PRUP Regionaal bedrijventerrein Balgerhoeke (Eeklo) - ontwerp 15 februari

16 Sint-Laureinsesteenweg N49 Antwerpen - Knokke Provinciaal Ruimtelijk Uitvoeringsplan REGIONAAL BEDRIJVENTERREIN BALGERHOEKE GRAFISCH PLAN 1:5 000 gelegen in de gemeente Eeklo m?? art.3 art.1?? art.4 art.2 Ringlaan LEGENDE Grens van het RUP Bestemmingen art.1 Gemengd regionaal bedrijventerrein art.2 Bouwvrij agrarisch gebied art.3 Zone voor waterretentie art.4 Zone voor infrastructuur Overdrukken art. 5 Buffer art. 6 Reservatiegebied voor lijninfrastructuur art. 7 Strook voor windturbines Indicatieve overdrukken art. 8 Waterloop?? art. art. 9 Grote Balgerhoek Watergang 10 Groenas art. 11 Oversteekplaats