Samenvatting Economie Vraag en aanbod hoofdstukken 3, 4 & 5
|
|
- Ferdinand de Vries
- 4 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Samenvatting Economie Vraag en aanbod hoofdstukken 3, 4 & 5 Samenvatting door een scholier 2679 woorden 14 juni ,4 5 keer beoordeeld Vak Economie Hoofdstuk 3. De producent: prijzen, kosten en aanbod We gaan er nu even vanuit dat bedrijven de producten die ze produceren ook kunnen verkopen. We houden geen rekening met externe effecten van de productie. We gaan er ook vanuit dat de producent één product verkoopt. Omzet = totale opbrengst = afzet x verkoopprijs TO = q x p Totale winst = totale opbrengst - totale kosten totale opbrengst = afzet x gemid. opbrengst TW = TO - TK totale kosten = geproduceerde hoeveelheid x gemid. tot. kosten Totale kosten = afzet x kostprijs P = verkoopprijs - GO TK = q x GTK GO = gemiddelde opbrenst = opbrengst per product GTK = gemiddelde totale kosten (hier: kostprijs) = TK/q Totale winst = afzet x (verkoopprijs - kostprijs) GW = gemiddelde winst = winstmarge = GO - GTK = TW/q TW = q x (P-GTK) Ondernemingen kunnen niet meer aanbieden dan hun productiecapaciteit toelaat. Capaciteit hangt af van gedane investeringen. Bij inv. beslissing gaat hij uit van de gewenste capaciteit. (gaat uit van verwachte afzet en die vermeerderen met een reservecapaciteit voor evt. afzetpieken) 3.3 verkoopprijs en aanbod De aanbieder zal zijn productieomvang en daarmee bezettingsgraad opvoeren totdat h hij zijn gewenste capaciteit volledig heeft benut. (hoe hoger verkoopprijs van een product, hoe meer wist.) Er bestaat in het algemeen een positief verband tussen verkoopprijs en aangeboden hoeveelheid. verband wordt individuele aanbodfunctie/ aanbodvergelijking genoemd. mate waarin het aanbod reageert op prijsveranderingen wordt weergeven door Pagina 1 van 8
2 prijselasticiteit van het aanbod. procentuele verandering van de aangeboden hoeveelheid (Qa) Formule: Ea = procentuele verandering van de prijs (P) Geeft weer hoe groot het aanbod is bij verschillende prijzen Andere factoren aantal aanbieders en productiefactoren (we gaan er vanuit dat deze niet veranderen = ceteris paribus) veranderen de ceteris-paribusvoorwaarden, dan geldt de aanbodfunctie niet meer. Ceteris-paribusvoorwaarden: - kostenverloop (1 v/d voorwaarden) Kosten per product (kostprijs) - winst (winstmarge) Bij eenzelfde prijs zal de onderneming meer willen aanbieden aanbodlijn verschuift naar rechts. aantal aanbieders (van belang bij c ollectieve aanbodvergelijking) Collectieve aanbodvergelijking geeft weer hoeveel producten er bij elke prijs worden aangeboden door de hele bedrijfstak. (collectieve aanbod kun je bepalen door het aanbod van alle ondernemingen in een bedrijfstak op te tellen.) Neemt aantal aanbieder toe en ieder blijft evenveel aanbieden, neemt collectieve aanbod bij elke prijs toe aanbodlijn verschuift naar rechts. er is een positief verband tussen prijs en aangeboden hoeveelheid 3.4 constante en variabele kosten Kosten hebben net zoals de verkoopprijs invloed op het aanbod. Lagere kostprijs (bij gelijkblijvende verkoopprijs) hogere winstmarge (kosten hangen af van de aard van het product.) de constante kosten Totale kosten zullen toenemen als er in een onderneming meer producten worden geproduceert. Grotere productie vereist de inzet van grotere hoeveelheden productiefactoren. Niet alle kosten reageren op de productieopvang. = constante kosten, vaste kosten of capaciteitskosten Liggen als vast (bijv.: gebouwen, machines, installaties en deel van de personeelskosten.) de variabele kosten Variabele kosten = kosten die variëren met de productieomvang Worden in het algemeen aangetrokken door de productiefactoren die een onderneming in een korte tijd aantrekt. (bijv.: grondstoffen) Proportioneel variabele kosten = wanneer de totale variabele kosten evenredig stijgen met de productieomvang Progressief en degressief evenredig Kosten zijn niet altijd proportioneel variabel. Kunnen ook progressief = meer dan evenredig stijgen. Of degressief = minder dan evenredig stijgen. (bijv.: door efficiëntere grondstofverbruik nemen de gem. variabele kosten af. Door tekort aan personeel en vervanging door onervaren uitzendkrachten kunnen de gem. variabele kosten juist toenemen.) Combinatie van toe- en afnemende GVK is ook mogelijk. Het kan zijn dat gem. var. kosten aanvankelijk afnemen door efficiëntere productie, maar op den duur weer stijgen door het steeds moeilijker te organiseren productieproces. (opdr 3.12 geeft een voorbeeld.) totale kosten en kostprijs Pagina 2 van 8
3 Totale kosten van een onderneming (kosten van alle gemaakte producten) bestaan uit totale variabele kosten en de totale constante kosten. TK = TVK + TCK Je kunt ook kijken naar de kosten per product, kostprijs. (GTK) bestaat uit een constant deel (GCK) en een variabel deel (GVK). Constante deel neemt af naarmate de productie toeneemt (dezelfde kosten worden bij toename over meer producten verdeeld.) hoe lager de kostprijs van een product, hoe efficiënter. 3.5 de break-evenanalyse Hoeveel producten moet ik maken en verkopen om geen verlies te maken? Break-evenafzet (kritische afzet) = afzet waarbij de kosten en de totale opbrengsten precies aan elkaar gelijk zijn. Break-evenpoint = het snijpunt van de TO-lijn met de TK-lijn in de grafiek. 3.6 het streven naar de hoogste winst je hebt informatie over de opbrengsten nodig om iets over de winst te kunnen zeggen. Totale winst = totale opbrengst - totale kosten TW = TO- TK Totale opbrengst = afzet x verkoopprijs TO = q x p Totale kosten = totale variabele kosten + totale constante kosten TK = TVK + TCK de marginale analyse Winst neemt toe als productie toeneemt (gebeurd als de opbrengst van de productie kosten hoger is dan de kosten van de extra productie.) Marginale kosten = de extra kosten bij uitbreiding van de productieomvang met één eenheid. TK TVK MK = q staat voor: verandering of MK = q Marginale opbrengst = de extra opbrengsten bij uitbreiding van de productieomvang met één eenheid. TO MO = q Marginale winst = de extra winst bij uitbreiding van de productieomvang met één eenheid. TW MW= q Als een ondernemer de verandering van de winst beoordeelt aan de hand van de extra opbrengst en extra kosten van een extra geproduceerd en verkocht product, past hij de marginale analyse toe. De totale winst is niet altijd maximaal bij de laagste kostprijs. (opdr 3.21) MO > MK dan zal TW toenemen MO < MK dan zal TW afnemen MO = MK zal TW gelijk blijven De winst is maximaal als de marginale opbrengsten gelijk zijn aan de marginale kosten, dus MO = MK Hoofdstuk 4. De markt Pagina 3 van 8
4 Verband tussen prijs en aangeboden hoeveelheid is positief, dus het verband tussen de prijs en gevraagde hoeveelheid is negatief. 4.1 evenwicht op de markt Op de markt komen vraag en aanbod samen. prijs komt tot stand. Zolang vraag en aanbod niet gelijk zijn, zal de prijs van het product veranderen. Als de aangeboden hoeveelheid groter is dan de gevraagde hoeveelheid, zal de prijs dalen. Dan vinden consumenten het eerst te duur en willen het nu wel kopen. (Gevraagde hoeveelheid neemt toe, aangeboden hoeveelheid neemt af. Dit gaat net zolang door totdat de gevraagde en aangeboden hoeveelheid aan elkaar gelijk zijn.) We kunnen de prijs berekenen als Qa gelijk is aan Qv. Qa = Qv De prijs waarbij dit geldt noemen we de evenwichtsprijs. De daarbij behorende hoeveelheid noemen we de evenwichtshoeveelheid. De evenwichtsprijs wordt ook wel marktprijs genoemd. Veranderingen van de vraag- of aanbodcurve beïnvloeden de evenwichtprijs en -hoeveelheid. Er ontstaan een nieuwe evenwichtprijs en evenwichtshoeveelheid. (opdr. 4.10) 4.2 het marktmechanisme Marktmechanisme/prijsmechanisme = het vrije spel van vraag en aanbod Het zorgt er in theorie voor dat precies de hoeveelheid waar behoefte naar is wordt geproduceerd. Hierdoor worden de productiefactoren (arbeid, kapitaal, natuur & ondernemerschap) daar ingezet waar er de producten mee worden gemaakt die het beste in de behoeften voorzien. = optimale allocatie van productiefactoren. ( doet soms ook op de arbeidsmarkt zijn werk.) Doordat zij naar de aanleiding van de prijsinformatie hun productie aanpassen zorgt het marktmechanisme ervoor dat de vraag en aanbod op elkaar worden afgestemd. Wordt ook wel onzichtbare hand genoemd. Zonder dat er actief wordt ingegrepen regelt de economie zich vanzelf en is de uitkomst voor iedereen optimaal. 4.3 kanttekeningen bij het marktmechanisme - Het werkt alleen bij een markt waar veel aanbieders zijn zodat er voldoende concurrentie is. (bij markten met weinig aanbieders, bepalen de aanbieders de prijs.) - het marktmechanisme werkt alleen als alle marktpartijen volledige marktkennis hebben. (is meestal niet het geval. Meer kennis over de markt verzamelen, kost inspanning en geld in de vorm van transactiekosten. = alle kosten die gemaakt moeten worden voordat er een overeenkomst of transactie Pagina 4 van 8
5 plaats heeft.) - soms werkt het niet. (bijv. als de werkloosheid stijgt. In theorie zouden de lonen moeten dalen, maar gebeurd in de praktijk vaak niet.) - soms leidt het marktmechanisme tot ongewenste uitkomsten. (als je de vrije markt zijn gang laat gaan wordt er bijv. te veel gevlogen slecht voor milieu of sigaretten zijn zo goedkoop dat mensen te veel roken. Lonen kunnen op de arbeidsmarkt zo laag worden dat het sociaal en maatschappelijk niet acceptabel is.) - sommige producten kunnen alleen door de overheid worden geproduceerd. (bijv.: dijken en rechtsspraak. Collectieve goederen.) Hoofdstuk 5. Productietechnieken Arbeidsproductiviteit = de gemiddelde productie per arbeider per periode Arbeidsverdeling kan ervoor zorgen dat de arbeidsproductiviteit toeneemt. Arbeiders worden handiger omdat ze meer routine kunnen ontwikkelen Er gaat minder tijd verloren met het voordurend veranderen van taken Er ontstaan meer mogelijkheden om machines te gebruiken Technische veranderingen hebben, behalve op de arbeidsproductiviteit, ook invloed kapitaalproductiviteit. = de productie die een geïnvesteerde euro kapitaal gemiddeld oplevert = een verhoudingsgetal tussen twee geldbedragen. (als het getal 5 is, dan wil het zeggen dat de geïnvesteerde euro in dat jaar gem. 5 euro oplevert.) In de 19e eeuw kwam massaproductie op gang, mogelijk gemaakt door mechanisering & automatisering. Mechanisering = eenvoudige handelingen, zoals de aanvoer van grondstof, bewerking en de afvoer van eindproducten, overgenomen door machines. Automatisering = hierbij werden ook de regeling en sturing van het productieproces door machines overgenomen (nu is er de computer die in steeds meer onderdelen van het productieproces zijn intrede heeft gedaan. = computerisering) Om verschillende productietechnieken met elkaar te vergelijken, kijken we naar de kapitaalintensiteit. = het geïnvesteerd bedrag aan kapitaal per werknemer. Waarde kapitaalgoederen Kapitaalintensiteit = aantal werknemers Als er per werknemer meer kapitaal wordt ingezet noemen we het productieproces kapitaalintensiever. Minder kapitaal maakt het kapitaalextensiever of arbeidintensiever Een onderneming die investeert (voor vervanging of uitbreiding) kan vaak kiezen uit meerdere productietechnieken. Keuze: doorgaan met bestaan techniek of overschakelen op een kapitaalintensievere techniek. Pagina 5 van 8
6 Kiest onderneming voor bestaande techniek is dat een breedte-investering. = per werknemer blijft evenveel kapitaal in gebruik. Arbeidsproductiviteit blijft gelijk. Kiest onderneming voor een kapitaalintensievere techniek is er sprake van een diepte-investering. = per werknemer wordt nu meer kapitaal gebruikt. De arbeidsproductiviteit stijgt. Kunnen dezelfde productie met minder werknemers behalen, of ze kunnen met de bestaande werknemers meer produceren. In het proces van mechanisering en automatisering en computerisering werd het productiproces steeds kapitaalintensiever. 5.2 de keuze van de techniek Bij het kiezen van een productietechniek spelen een aantal factoren een rol de kosten van productiefactoren we zoeken de relatie tussen de benodigde productiefactoren en de productie om inzicht te krijgen op de kosten van de productiefactoren. Input = benodigde productiefactoren Output = het aantal eindproducten Als we ons beperken tot arbeid en kapitaal dan valt er tussen de output en de input de volgende relatie vast te stellen: Q = f (A, K) de vergelijking staat bekend als de productiefunctie. Q= hoeveelheid (eind)product A = hoeveelheid arbeid K = hoeveelheid kapitaal De totale kosten van het productieproces kun je in een vergelijking als volgt weergeven: TK = Pa x A + Pk x K TK = totale kosten Pa = prijs van arbeid P = hoeveelheid arbeid Pk = prijs van kapitaal K = hoeveelheid kapitaal (de prijzen zijn voor een onderneming inkoopkosten) De prijsontwikkeling kan invloed hebben op de keuze van de productietechniek. Als de arbeidskosten harder stijgen dan de kapitaalkosten zal er meer in de diepte worden geïnvesteerd. (kan voor verlies van arbeidsplaatsen zorgen) Schaalvoordelen Pagina 6 van 8
7 Schaalvoordelen = voordelen die het gevolg zijn van een grotere productieomvang (bijv.: korting bij de inkoop als ze grote hoeveelheden grondstof inkopen, kosten drukken door efficiënter organisatie van het bedrijf.) Hogere productie lagere kosten per product (lagere kostprijs) Vaak alleen te bereiken door het productieproces kapitaalintensiever te maken Behalen van schaalvoordelen kan ook een motief zijn om te kiezen voor diepte-investering Kapitaalkosten behoren tot de constante kosten van een onderneming, terwijl een groot deel van de arbeidskosten variabel is. Bij een grote productieomvang worden de gem. constante kosten (GCK) lager kostprijs zal lager worden. (Ook om deze reden leidt de keuze voor een diepte-investering tot schaalvergroting.) Voor de meeste bedrijfstakken (bulkchemie & aardolie-industrie) geldt: Hoe groter de onderneming, des te lager de kostprijs, des te beter de concurrentiepositie. Bedrijven die kapitaalintensief produceren hebben in het algemeen hoge constante kosten. In situatie van hoogconjunctuur hoeft dat geen probleem te zijn omdat de constante kosten worden uitgesmeerd over een groot aantal producten. Als de bezettingsgraad terugloopt door een conjuncturele neergang, zullen de gem. constante kosten (GCK) stijgen en daarmee ook de kostprijs. Schaalvoordeel gaat dan ten dele teniet. Winstmarges staan snel onder druk Innovatie Vaak moeten bedrijven zelf op zoek gaan naar nieuwe technieken. Ze doen zelf onderzoek (research) en zorgen zelf voor de ontwikkeling (development) van hun vindingen. Productinnovatie = wanner de R&D-inspanningen inderdaad leiden tot invoering van een nieuw product. Procesinnovatie = als een productieproces wordt vernieuwd Ondernemingen kunnen hun onderzoeken beschermen met octrooien (patenten) zo krijgen ze gedurende een aantal jaren het alleenrecht op het commerciële gebruik van een uitvinding. Willen ze hun uitvindingen niet zelf toepassen, kunnen ze het octrooi verhuren; ze verlenen dan een licentie. Sommige economen achten kennis zo belangrijk dat ze het zien als een productiefactor. Daarom wordt de economie ook wel ingedeeld naar kennisintensiteit van de producten. men kijkt naar de R&D-uitgaven per product of de R&D-uitgaven in procenten van de omzet. Industriële producten worden op basis hiervan wel ingedeeld in high-tech, medium-tech en low-tech ingedeeld Belang van innoveren is groot. In sommige bedrijfstakken is dit nodig om zich staande te houden in de concurrentiestrijd. Pagina 7 van 8
8 Vooral op de trendgevoelige consumentenmarkten is productinnovatie een voorwaarde van overleving. ( oude worden door nieuwe verdrongen.) Product- en procesinnovaties worden niet alleen gebruikt voor het streven naar kostenvermindering, maar betekenen vaak juist kwaliteitsverbetering. Investeringen in de benodigde apparatuur maken het productieproces kapitaalintensiever. Bedrijven die niet meegaan met deze diepte-investeringen lopen op den duur een technologische achterstand op en zullen hun producten moeilijker kunnen afzetten. Ook overheid kan d.m.v. wetgeving invloed uitoefenen op de aard van de gebruikte techniek. Milieuwetgeving bevat dwingende voorschriften. Om te voldoen aan de regels kunnen bedrijven zich bijvoorbeeld genoodzaakt zien te investeren in zuiveringstechnieken Pagina 8 van 8
1 De bepaling van de optimale productiegrootte
1 De bepaling van de optimale productiegrootte Voor wat zorgen de bedrijven en welk probleem treed zich op? De bedrijven zorgen voor het produceren van goederen en diensten. Er treed een keuzeprobleem
Nadere informatieSamenvatting Economie Hoofdstuk 5: Produceren voor de markt
Ondernemingsvormen Samenvatting Economie Hoofdstuk 5: Produceren voor de markt De eenmanszaak = een onderneming met één eigenaar. De vennootschap onder firma (VOF) = een onderneming waarbij enkele mensen
Nadere informatieSamenvatting Economie Module 2
Samenvatting Economie Module 2 Samenvatting door S. 1008 woorden 3 januari 2013 6,7 62 keer beoordeeld Vak Methode Economie Praktische economie Praktische economie Module 2 Economie Module 2 Eenmaal, andermaal,verkocht
Nadere informatieOVER OMZET, KOSTEN EN WINST
OVER OMZET, KOSTEN EN WINST De Totale Winst (TW) van bedrijven vindt men door van de Totale Opbrengsten (TO), de Totale Kosten (TK) af te halen. Daarvoor moeten we eerst naar de opbrengstenkant van het
Nadere informatie4.9. Samenvatting door K woorden 6 november keer beoordeeld Markt:
Samenvatting door K. 1250 woorden 6 november 2012 4.9 4 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO 1.2 - Markt: Het geheel van vraag naar en aanbod van een bepaald product of dienst. Er zijn 4 marktsvormen:
Nadere informatieEen overzicht van de factoren die de omvang van de gevraagde hoeveelheid van een artikel bepalen.
Praktische-opdracht door een scholier 3871 woorden 8 januari 2003 5,3 45 keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent Opdracht 1: Een overzicht van de factoren die de omvang van de gevraagde hoeveelheid
Nadere informatieSamenvatting Economie Hoofdstuk 3/7 samenvatting
Samenva Economie Hoofdstuk 3/7 samenva Samenva door E. 2301 woorden 12 juli 2013 0 keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent Economie hoofdstuk 3/7 samenva HAVO 4 en 5 3.1 Markten Welke soorten markten
Nadere informatie7,5. Samenvatting door R woorden 24 juni keer beoordeeld. Hoofdstuk 1. De kledingmarkt. Omzet = prijs x afzet
Samenvatting door R. 1689 woorden 24 juni 2014 7,5 1 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO Hoofdstuk 1. De kledingmarkt Omzet = prijs x afzet Omzetindex = (prijsindex x afzetindex) : 100 Afzet = verkochte
Nadere informatieLESBRIEF VERVOER. havo 4 blok 3
LESBRIEF VERVOER havo 4 blok 3 Inhoud Met de taxi of met de fiets (kosten, opbrengsten, winst, mo, mk) Verzekeren tegen risico (verzekeren) De lucht in (vraag, aanbod, surplus) Het beroepsgoederenvervoer
Nadere informatie1 Aanbodfunctie. 2 Afschrijvingskosten Asymmetrische 3 informatie
1 Aanbodfunctie 2 Afschrijvingskosten Asymmetrische 3 informatie Het verband tussen prijs een aangeboden hoeveelheid kun je weergeven met een vergelijking: de aanbodfunctie. De jaarlijkse waardevermindering
Nadere informatieOefeningen Producentengedrag
Oefeningen Producentengedrag Oefening 1: Bij een productie van 10.000 eenheden bedragen de totale kosten van een bedrijf 90.000 EUR. Bij een productie van 12.500 bedragen de totale kosten 96.000 EUR. De
Nadere informatieSamenvatting Economie Rekonomie
Samenvatting Economie Rekonomie Samenvatting door een scholier 1570 woorden 24 oktober 2011 5,3 76 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO Rekonomie Hoofdstuk 1 De cijfers achter de komma worden ook
Nadere informatieLesbrief Vraag en Aanbod 1 e druk
Hoofdstuk 1 1.6 C Markten 1.7 a. De prijzen zijn gestegen. Bij een gelijk volume (= afzet) leidt dit tot een omzetgroei. b. Indexcijfer volume (afzet): 105, indexcijfer prijs: 97,1. 97,1 105 = 101,96.
Nadere informatie3.1 De reis van een spijkerbroek. Willem-Jan van der Zanden
3.1 De reis van een spijkerbroek 1 3.1 De reis van een spijkerbroek Bedrijfskolom = De weg die een product aflegt van grondstof tot eindproduct. Tussen elke schakel van de bedrijfskolom bevindt zich een
Nadere informatieKeuzeopdracht Economie Het aanbod
Keuzeopdracht Economie Het aanbod Keuzeopdracht door een scholier 4582 woorden 14 april 2003 7,7 42 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO Het Aanbod Hfst 1 Het bedrijfsleven Een onderneming is een
Nadere informatieSamenvatting Economie Vraag en Aanbod
Samenvatting Economie Vraag en Aanbod Samenvatting door Y. 1883 woorden 5 juli 2017 8,1 10 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO Hoofdstuk 1 Concrete markt-->vragers en aanbieders komen op bepaalde
Nadere informatie1.1 t/m 1.4 Ondernemen het combineren van productiefactoren; arbeid kapitaal en natuur.
Samenvatting door een scholier 1547 woorden 16 april 2007 5,2 6 keer beoordeeld Vak Methode Economie Praktische economie Samenvatting economie Module 2. Hoofdstuk 1 1.1 t/m 1.4 Ondernemen het combineren
Nadere informatieSamenvatting Economie Lesbrief Vervoer
Samenvatting Economie Lesbrief Vervoer Samenvatting door een scholier 2145 woorden 11 januari 2011 6,8 358 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO H 1 Marktaandeel van de afzet= afzet onderneming/afzet
Nadere informatieSamenvatting Economie Vervoer
Samenvatting Economie Vervoer Samenvatting door S. 1607 woorden 25 april 2017 5,2 4 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO Hoofdstuk 2 : Met de taxi of met de fiets Afzet onderneming Markt Afzet= ------------------------------------
Nadere informatieSamenvatting Economie Thema 4, Hoofdstuk 17, 18, 19
Samenvatting Economie Thema 4, Hoofdstuk 17, 18, 19 Samenvatting door een scholier 1806 woorden 8 april 2003 6,5 29 keer beoordeeld Vak Methode Economie Pincode Economie, Thema 4, Hoofdstuk 17, 18 en 19.
Nadere informatieSamenvatting Economie Hoofdstuk 4
Samenvatting Economie Hoofdstuk 4 Samenvatting door D. 1323 woorden 7 februari 2016 1 1 keer beoordeeld Vak Economie Samenvatting Hoofdstuk 4; Aan 't werk Boek: 200% Economie 4 mavo/tl Paragraaf 1; productie
Nadere informatieSamenvatting Economie Module 2, 3, 4
Samenvatting Economie Module 2, 3, 4 Samenvatting door een scholier 2744 woorden 2 mei 2018 0 keer beoordeeld Vak Methode Economie Praktische economie Basiskennis: Indexcijfers Indexcijfers zijn makkelijk
Nadere informatieDomein D: markt (module 3) havo 5
Domein D: markt (module 3) havo 5 1. Noem 3 kenmerken van een marktvorm met volkomen concurrentie. 2. Waaraan herken je een markt met volkomen concurrentie? 3. Wat vormt het verschil tussen een abstracte
Nadere informatieProduct 1 Misconceptie Opbrengst = Winst
Product 1 Misconceptie Opbrengst = Winst Vakdidactiek Algemene Economie, Masters jaar 2 In opdracht van: dhr. Peter Voorend Instituut: Hogeschool van Amsterdam Gemaakt door: Natasha Pers Naam docent: Vak:
Nadere informatieDomein D: Concept markt. Havo 5 Module 2 en 3
Domein D: Concept markt Havo 5 Module 2 en 3 Domein D: Concept markt Winst = omzet kosten TW = TO TK TO = 2000 TK = 1500 TW = 500 Omzet per product = gemiddelde omzet = prijs = GO TO = 2000 Als afzet is
Nadere informatieDomein D markt UITWERKINGEN. monopolie enzo. Zie steeds de eenvoud!! Frans Etman
Domein D markt monopolie enzo Zie steeds de eenvoud!! UITWERKINGEN vwo Frans Etman Opgave 1 Opgave 2 1. Bij welke afzet geldt dat de MO-lijn de MK-lijn snijdt? q= 6 2. Teken een stippellijn naar de prijslijn
Nadere informatieEconomie Pincode klas 4 vmbo-gt 6 e editie Samenvatting Hoofdstuk 3: We gaan voor de winst Exameneenheid: Arbeid en productie
3.1 Wat zijn de kosten? Toegevoegde = extra waarde die ontstaat door de bewerking van een product waarde Toegevoegde waarde = verkoopwaarde inkoopwaarde Productiefactoren = productiemiddelen die een producent
Nadere informatie1 Voorbeeld van een onderneming
Samenvatting door een scholier 2414 woorden 18 maart 2005 8 53 keer beoordeeld Vak Economie Structuur De aanbodkant van de economie H1 Het bedrijfsleven 1 Voorbeeld van een onderneming Externe effecten
Nadere informatieKatern 2 Markten en welvaart
Katern 2 Markten en welvaart Begrippen budgetlijn = deze lijn geeft de verschillende mogelijkheden van geld uitgeven voor een consument weer ceteris paribus vraaglijn = het verband tussen de prijs en de
Nadere informatieBestedingscategorieën: categorie waaraan geld bested kan worden, als alcohol, belastingen en vervoer.
Samenvatting door een scholier 1942 woorden 18 juli 2015 4,9 2 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO Hoofdstuk 1. De kledingmarkt Budget: bepaald bedrag Budgetonderzoeken: aan welk product geeft een
Nadere informatieOnderzoeksvraag 2 Hoe verlopen de kosten naarmate de productie stijgt?
Onderzoeksvraag 2 Hoe verlopen de kosten naarmate de productie stijgt? 1 Intro Peter en Stefanie zijn door de microbe van Mijn restaurant gebeten en willen zelf een restaurant opstarten waar enkel gewerkt
Nadere informatieI. Vraag en aanbod. Grafisch denken over micro-economische onderwerpen 1 / 6. fig. 1a. fig. 1c. fig. 1b P 4 P 1 P 2 P 3. Q a Q 1 Q 2.
1 / 6 I. Vraag en aanbod 1 2 fig. 1a 1 2 fig. 1b 4 4 e fig. 1c f _hoog _evenwicht _laag Q 1 Q 2 Qv Figuur 1 laat een collectieve vraaglijn zien. Een punt op de lijn geeft een bepaalde combinatie van de
Nadere informatieSamenvatting Economie Hoofdstuk 1
Samenvatting Economie Hoofdstuk 1 Samenvatting door S. 946 woorden 2 april 2017 8,1 1 keer beoordeeld Vak Economie Hoofdstuk 1 De vraag naar producten Kernbegrippen 1) Individuele vraaglijn 2) Betalingsbereidheid
Nadere informatieBetalingsbereidheid: hoeveel een consument bereidt is om voor een product te betalen.
Samenvatting door A. 1304 woorden 7 februari 2017 7,6 23 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO Samenvatting vraag & aanbod Hoofdstuk 1 Concrete markt: vragers en aanbieders komen op bepaalde tijden
Nadere informatieMARKT & OVERHEID. HAVO 4 Blok 4
MARKT & OVERHEID HAVO 4 Blok 4 INHOUD Hoofdstuk 1: Hoofdstuk 2: Hoofdstuk 3: Hoofdstuk 4: Hoofdstuk 5: Hoofdstuk 6: Hoofdstuk 7: De telefoniemarkt Van volledige mededinging naar monopolie Oligopolie en
Nadere informatieEconomie Module 2 & Module 3 H1
Economie Module 2 & Module 3 H1 Module 2 1.1 De individuele vraag Individuele vraaglijn kent een dalend verloop: als de prijs daalt, stijgt als gevolg daarvan de gevraagde hoeveelheid. Men wil voor 1 appel
Nadere informatieSamenvatting Economie Consument en Producent
Samenvatting Economie Consument en Producent Samenvatting door een scholier 1055 woorden 29 oktober 2004 6,1 60 keer beoordeeld Vak Economie Consument en producent. Hoofdstuk 1: De klant. Marktaandeel
Nadere informatieOp zoek naar een spijkerbroek
Hoofdstuk 2 Op zoek naar een spijkerbroek 2.23 2.24 2.25 2.26 2.27 2.28 2.29 2.30 2.31 2.32 D A A D B C D B C A 2.33 a. P = 6 Qv = -0,8 6 + 20 = 15,2 15.200 stuks. b. Omzet = P Qv = 6 15.200 = 91.200.
Nadere informatieOnderzoeksvraag 3 Wat is de optimale productiegrootte op korte termijn?
Onderzoeksvraag 3 Wat is de optimale productiegrootte op korte termijn? 1 Intro Een onderneming produceert 3 000 eenheden van haar product en maakt daarbij 27 500 euro kosten. De variabele kosten verlopen
Nadere informatieDomein markt: volkomen concurrentie
Domein markt: volkomen concurrentie De markt / het marktmechanisme Vraag-aanbodcurve evenwicht, surplus Elasticiteiten E v p, E v i, E v1 p2, E a p Een van de vele aanbieders Opbrengst Kosten Winst TW
Nadere informatieDomein Markt. Zie steeds de eenvoud!! uitwerking totale winst. Frans Etman
Domein Markt Zie steeds de eenvoud!! uitwerking totale winst havo Frans Etman Opgave 1 Opgave 2 1. Lees in de grafiek af hoe hoog de totale omzet (TO) en de totale kosten (TK) is bij een afzet van 3 producten,
Nadere informatieDomein D: markt. 1) Noem de 4 (macro-economische) productiefactoren. 2) Groepeer de micro-economische productiefactoren bij de macroeconomische
1) Noem de 4 (macro-economische) productiefactoren. 2) Groepeer de micro-economische productiefactoren bij de macroeconomische productiefactoren. 3) Hoe ontwikkelt de gemiddelde arbeidsproductiviteit als
Nadere informatie2 Constante en variabele kosten
2 Constante en variabele kosten 2.1 Inleiding Bij het starten van een nieuw bedrijf zal de ondernemer zich onder andere de vraag stellen welke capaciteit zijn bedrijf moet hebben. Zal hij een productie/omzet
Nadere informatieModule 7 Antwoorden. Experimenteel lesprogramma nieuwe economie
Module 7 Antwoorden Experimenteel lesprogramma nieuwe economie Verantwoording 2010, Stichting leerplanontwikkeling (SLO), Enschede Het auteursrecht op de modules voor Economie berust bij SLO. Voor deze
Nadere informatie1. Lees de vragen goed door; soms geeft een enkel woordje al aan welke richting je op moet.
AANVULLENDE SPECIFIEKE TIPS ECONOMIE VWO 2007 1. Lees de vragen goed door; soms geeft een enkel woordje al aan welke richting je op moet. : Leg uit dat loonmatiging in een open economie kan leiden tot
Nadere informatieDomein D: markt. 1) Nee, de prijs wordt op de markt bepaald door het geheel van vraag en aanbod.
1) Geef 2 voorbeelden van variabele kosten. 2) Noem 2 voorbeelden van vaste (=constante) kosten. 3) Geef de omschrijving van marginale kosten. 4) Noem de 4 (macro-economische) productiefactoren. 5) Hoe
Nadere informatieConstante kosten - Kosten die niet afhangen van de productieomvang. Bv. Verzekeringskosten & afschrijvingskosten.
Samenvatting door D. 1289 woorden 4 oktober 2015 3,5 1 keer beoordeeld Vak Economie Hoofdstuk 1 - STEEDS MEER MOBILITEIT 1 - Hoe verplaatsen we ons? Manieren van vervoeren: Fiets - Scooter - Auto - Bus
Nadere informatiePrijsvorming bij monopolie
Prijsvorming bij monopolie Wanneer we naar het evenwicht van de monopolist op zoek gaan, gaan we op zoek naar die afzet en die prijs waar de monopolist een maximale winst bereikt (of minimaal verlies).
Nadere informatieEen product begint als grondstof en daarna word het verwerkt tot een eindproduct.
Samenvatting door G. 1151 woorden 21 januari 2015 7,2 5 keer beoordeeld Vak Methode Economie Economie voor jou Paragraaf 3: 3.1: Produceren: is het maken van goederen of het leveren van diensten. Een product
Nadere informatieExtra opgaven hoofdstuk 11
Extra opgaven hoofdstuk Opgave Van een landbouwbedrijf zijn de input- en outputrelaties in onderstaande tabel weergegeven. We veronderstellen dat alleen de productiefactor arbeid varieert. Verder is gegeven
Nadere informatieSamenvatting Economie Consument en producent
Samenvatting Economie Consument en producent Samenvatting door een scholier 3664 woorden 3 november 2008 6,4 5 keer beoordeeld Vak Economie Consument en Producent Samenvatting. Makkelijk: * Te doen: **
Nadere informatieSamenvatting Economie Consument en producent
Samenvatting Economie Consument en producent Samenvatting door een scholier 2397 woorden 9 januari 2011 5,1 1 keer beoordeeld Vak Economie 1.1 Het marktaandeel Het marktaandeel van een merk geeft aan wat
Nadere informatieUITWERKINGEN OPGAVEN HOOFDSTUK 5
HOOFDSTUK 5 Opgave 1 a. Wat is het belangrijkste kenmerk van constante kosten? Constante kosten zijn niet gevoelig voor een toename of afname van de bedrijfsdrukte. Zolang dit binnen bepaalde grenzen valt.
Nadere informatieIndexcijfer productie= indexcijfer werkgelegenheid x indexcijfer arbeidsproductiviteit 100
Samenvatting door een scholier 1391 woorden 3 juni 2005 7 34 keer beoordeeld Vak Economie Economie de arbeidsmarkt hoofdstuk 4 en 5 Hoofdstuk 4 4.1 Werkgelegenheid in Nederland Alleen een opdracht 4.2
Nadere informatieDomein Markt. Uitwerking. Zie steeds de eenvoud!! totale winst, elasticiteit. Frans Etman
Domein Markt Zie steeds de eenvoud!! totale winst, elasticiteit Uitwerking vwo Frans Etman Opgave 1 Opgave 2 1.Lees in de grafiek af hoe hoog de totale omzet (TO) en de totale kosten (TK) is bij een afzet
Nadere informatieHerhaling vwo 4. Module 1, 2 en 3. Herhaling vwo 4 module 1, 2, 3. Domeinen ruil, schaarste, markt.
Herhaling vwo 4 Module 1, 2 en 3 1 Problemen 1. Overzicht over de stof 2. Vergelijkingen oplossen 3. Oplosstappen TWmax 4. Tekenen van grafieken 5. Leerwerk verbeteren 6. Lezen van opgaven (m.i. grootste
Nadere informatieUIT de arbeidsmarkt
Verandering van de werkloosheid. Vraag en aanbod op de arbeidsmarkt zijn onderhevig aan continue veranderingen. Als gevolg daarvan verandert de omvang van de werkloosheid in een land ook continue. Werkloosheid
Nadere informatieSamenvatting Economie Consument en producent
Samenvatting Economie Consument en producent Samenvatting door een scholier 2499 woorden 17 mei 2004 6,6 64 keer beoordeeld Vak Economie CONSUMENT EN PRODUCENT Hoofdstuk 1 De klant Een marktaandeel geeft
Nadere informatieDomein D: markt (module 3) vwo 4
1. Noem 3 kenmerken van een marktvorm met volkomen concurrentie. 2. Waaraan herken je een markt met volkomen concurrentie? 3. Wat vormt het verschil tussen een abstracte en een concrete markt? 4. Over
Nadere informatie1 Volledige of volkomen competitieve markten Om te spreken van volkomen concurrentie moeten er 4 voorwaarden vervuld zijn:
Competitieve markten van 6 COMPETITIEVE MARKTEN Marktvormen Welke verschilpunten stel je vast als je het aantal aanbieders en het aantal vragers vergelijkt op volgende markten? a/ Wisselmarkt b/ Markt
Nadere informatieSamenvatting Economie Lesbrief Consument & Producent
Samenvatting Economie Lesbrief Consument & Pro Samenvatting door een scholier 2932 woorden 4 mei 2004 7,2 52 keer beoordeeld Vak Economie CONSUMENT & PRODUCENT COMPLETE SAMENVATTING: H 1 T/M 5 Hoofdstuk
Nadere informatieDomein D markt UITWERKINGEN. monopolie enzo. Zie steeds de eenvoud!! Frans Etman
Domein D markt monopolie enzo Zie steeds de eenvoud!! UITWERKINGEN havo Frans Etman Opgave 1 Opgave 2 1. Bij welke afzet geldt dat de MO-lijn de MK-lijn snijdt? q= 6 2. Teken een stippellijn naar de prijslijn
Nadere informatieSamenvatting Economie Lesbrief Arbeidsmarkt
Samenvatting Economie Lesbrief Arbeidsmarkt Samenvatting door een scholier 1291 woorden 7 maart 2004 8,4 13 keer beoordeeld Vak Economie Lesbrief 'de Arbeidsmarkt' Hoofdstuk 1 Concrete markt: een vaste
Nadere informatie6,3. Samenvatting door een scholier 2646 woorden 23 juni keer beoordeeld. Economie Lesbrief Vervoer Hoofdstuk 1 t/m 5
Samenvatting door een scholier 2646 woorden 23 juni 2011 6,3 46 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO Economie Lesbrief Vervoer Hoofdstuk 1 t/m 5 Hoofdstuk 2 Opbrengst, totale kosten en winst De opbrengst
Nadere informatieSamenvatting Economie Hoofdstuk 7, 8.5 en 9.
Samenvatting Economie Hoofdstuk 7, 8.5 en 9. Samenvatting door M. 2320 woorden 17 april 2016 5,5 2 keer beoordeeld Vak Methode Economie Economie in context Economie H7+H8.5+H9 7.1 productie en goederen.
Nadere informatieAntwoorden Economie H1; Productie en Productiefactoren (Present)
Antwoorden Economie H1; Productie en Productiefactoren (Present) Antwoorden door een scholier 1164 woorden 25 maart 2004 5,1 76 keer beoordeeld Vak Economie Hoofdstuk 1: productie en productiefactoren
Nadere informatie5,5. Samenvatting door een scholier 2992 woorden 20 oktober keer beoordeeld
Samenvatting door een scholier 2992 woorden 20 oktober 2015 5,5 1 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO Opbrengst, totale kosten en winst De opbrengst of omzet wordt uitgedrukt in geld (euro s) en
Nadere informatieSamenvatting Economie Hoofdstuk 2 en 3, Markten en bedrijven
Samenvatting Economie Hoofdstuk 2 en 3, Markten en bedrijven Samenvatting door een scholier 1583 woorden 12 februari 2004 4,9 9 keer beoordeeld Vak Methode Economie ViaDELTA Economie samenvatting begrippen
Nadere informatieSamenvatting Economie Consument & Producent
Samenvatting Economie Consument & Producent Samenvatting door een scholier 1097 woorden 3 april 2003 7,7 84 keer beoordeeld Vak Economie CONSUMENT & PRODUCENT Hoofdstuk 1 de klant Marktaandeel afzet eigen
Nadere informatieExtra opgaven hoofdstuk 12
Extra opgaven hoofdstuk 12 Opgave 1 In dit hoofdstuk wordt gewerkt met een strakke definitie van het begrip marktvorm, waarna verschillende marktvormen zijn ingedeeld aan de hand van twee criteria. a.
Nadere informatieOmzet: Het totale geldbedrag dat voor de verkochte goederen is ontvangen in een bepaalde periode.
Samenvatting door een scholier 1226 woorden 18 juni 2012 6 5 keer beoordeeld Vak Economie Samenvatting: Economie H9 Omzet, kosten en winst 9.1 Afzet, prijs en omzet Afzet: De hoeveelheid verkochte goederen
Nadere informatieDomein Markt. Zie steeds de eenvoud!! totale winst, elasticiteit. vwo Frans Etman
Domein Markt Zie steeds de eenvoud!! totale winst, elasticiteit vwo Frans Etman Opgave 1 Opgave 2 1.Lees in de grafiek af hoe hoog de totale omzet (TO) en de totale kosten (TK) is bij een afzet van 3 producten,
Nadere informatieLESBRIEF VERVOER. havo 4 blok 3
LESBRIEF VERVOER havo 4 blok 3 Inhoud Met de taxi of met de fiets (kosten, opbrengsten, winst, mo, mk) Verzekeren tegen risico (verzekeren) De lucht in (vraag, aanbod, surplus) Het beroepsgoederenvervoer
Nadere informatieReader Bedrijfseconomische berekeningen
Reader Bedrijfseconomische berekeningen Reader Bedrijfseconomische berekeningen Peter H. C. Hintzen isbn 978 90 5752 290 1 2015 Uitgeverij Edu Actief b.v. Gehele of gedeeltelijke overneming of reproductie
Nadere informatieSamenvatting Economie Micro-economie
Samenvatting Economie Micro-economie Samenvatting door een scholier 3691 woorden 31 mei 2011 8,2 37 keer beoordeeld Vak Economie Micro-economie HOOFDSTUK 2 HET DICTAAT VAN DE MARKT (VOLKOMEN CONCURRENTIE)
Nadere informatieDomein D markt. Opgaven. monopolie enzo. Zie steeds de eenvoud!! Frans Etman
Domein D markt monopolie enzo Zie steeds de eenvoud!! Opgaven vwo Frans Etman Opgave 1 Opgave 2 1. Bij welke afzet geldt dat de MO-lijn de MK-lijn snijdt? 2. Teken een stippellijn naar de prijslijn van
Nadere informatieOefeningen op monopolie
Oefeningen op monopolie Oefening : De NV Imolex brengt als enige onderneming het product Mico op de markt. Met de op korte termijn gegeven productiecapaciteit kunnen maximaal 5.000 eenheden per maand worden
Nadere informatieInleiding tot de economie (HIR(b)) VERBETERING Test 14 november 2008 1
Inleiding tot de economie (HIR(b)) VERBETERING Test 14 november 2008 1 Vraag 1 (H1-14) Een schoenmaker heeft een paar schoenen gerepareerd en de klant betaalt voor deze reparatie 16 euro. De schoenmaker
Nadere informatieSamenvatting Economie Hoofdstuk 5+6
Samenvatting Economie Hoofdstuk 5+6 Samenvatting door Sanne 1542 woorden 11 april 2017 7,5 11 keer beoordeeld Vak Methode Economie Pincode Hoofdstuk 5 - Werkt dat zo? Paragraaf 5.1 - Aan de slag! Als je
Nadere informatieeconomie havo 2018-II
Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 maximumscore 2 Voorbeelden van juiste antwoorden zijn: huur weilanden
Nadere informatieSamenvatting Economie Module 1 + 2
Samenvatting Economie Module 1 + 2 Samenvatting door C. 3084 woorden 15 december 2017 10 1 keer beoordeeld Vak Methode Economie Praktische economie Hoofdstuk 1 voor niks gaat de zon op 1 kiezen is kostbaar
Nadere informatieH3 Hoe werken markten
H3 Hoe werken markten 3.1 Markten marktmechanisme Organisatie door Marktmechanisme Vragers en aanbieders met eigen belang Aanbieders passen aan aan vragers. Soorten markten één, enkele of veel aanbieders
Nadere informatie7,5. Samenvatting door een scholier 1363 woorden 7 februari keer beoordeeld. Lesbrief: Arbeidsmarkt. Hoofdstuk 1: De arbeidsmarkt op
Samenvatting door een scholier 1363 woorden 7 februari 2002 7,5 813 keer beoordeeld Vak Economie Lesbrief: Arbeidsmarkt Hoofdstuk 1: De arbeidsmarkt op Concrete markt: een plek waar vragers en aanbieders
Nadere informatieUIT groei en conjunctuur
Economische groei. Economische groei drukken we uit in de procentuele groei van het BBP op jaarbasis. De groei van het BBP heeft twee oorzaken. Het BBP kan groeien omdat de prijzen van producten stijgen
Nadere informatieHet gevoel van welvaart neemt toe naarmate de schaarste wordt teruggedrongen
Samenvatting door A. 1641 woorden 27 januari 2013 7,4 11 keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent Hoofdstuk 1 Schaarste: de spanning tussen de menselijke behoeften en de beschikbare middelen om in
Nadere informatie7,1. Samenvatting door een scholier 818 woorden 19 september keer beoordeeld. MODULE 1: HOOFDSTUK 1 Waarover gaat economie?
Samenvatting door een scholier 818 woorden 19 september 2004 7,1 10 keer beoordeeld Vak Economie MODULE 1: HOOFDSTUK 1 Waarover gaat economie? Economie gaat over de behoeften (de wensen) van mensen. Behoeften
Nadere informatieALGEMENE ECONOMIE /03
HBO Algemene economie Raymond Reinhardt 3R Business Development raymond.reinhardt@3r-bdc.com 3R 1 M Productiefactoren: alle middelen die gebruikt worden bij het produceren: NOKIA: natuur, ondernemen, kapitaal,
Nadere informatieSamenvatting Economie Hoofdstuk 2
Samenvatting Economie Hoofdstuk 2 Samenvatting door een scholier 1990 woorden 6 december 2010 3,6 2 keer beoordeeld Vak Methode Economie In balans 2.1 produceren Produceren: het maken van goederen en het
Nadere informatieSamenvatting Economie Module 3
Samenvatting Economie Module 3 Samenvatting door een scholier 2066 woorden 16 juni 2003 8,3 38 keer beoordeeld Vak Economie Economie module 3 Teksten 1 t/m 23 & 27 t/m 37 Op de veiling ontmoeten vragers
Nadere informatieQ A. K (q in 1.000 stuks)
Domein I Produceren en welvaart Eindterm 35*: Productiefunctie: Geeft het verband weer tussen de input (= gebruikte productiefactoren; natuur, arbeid, kapitaal en management) en de output (= eindproducten
Nadere informatieECONOMIE. Begrippenlijst H3 VMBO-T2. PINCODE 5 e editie vmbo-kgt onderbouw. Bewerkt door D.R. Hendriks. Sint Ursula Scholengemeenschap, Horn
ECONOMIE VMBO-T2 Begrippenlijst H3 PINCODE 5 e editie vmbo-kgt onderbouw Bewerkt door D.R. Hendriks Sint Ursula Scholengemeenschap, Horn Versie 1 2013-2014 Hoofdstuk 3 Goede producten? Paragraaf 3.1 Wat
Nadere informatieHoofdstuk 1: Vraag en aanbod
Hoofdstuk 1: Vraag en aanbod 1. Voorbeeld We bevinden ons op een markt van groenten en fruit (aardbeien, sla, bloemkolen, champignons, asperges, tomaten, ). De prijzen van deze goederen variëren sterk
Nadere informatieSamenvatting Economie Consument en producent
Samenvatting Economie Consument en producent Samenvatting door een scholier 4563 woorden 25 juli 2008 6 2 keer beoordeeld Vak Economie Hoofdstuk 1 De Klant 1.1 Het marktaandeel het marktaandeel van een
Nadere informatieEvenwichtspri js MO WINST
Volkomen concurrentie Volledige mededinging Hoeveeldheidsaanpassing: prijs komt door Qa en Qv tot stand, individu heeft alleen invloed op de hoeveelheid die hij gaat produceren Veel vragers en veel aanbieders
Nadere informatieSamenvatting door een scholier 1905 woorden 16 maart keer beoordeeld. Economie Hoofdstuk 4
Samenvatting door een scholier 1905 woorden 16 maart 2011 0 keer beoordeeld Vak Methode Economie In balans Economie Hoofdstuk 4 4.1 Het aanbod van arbeid Het aanbod van arbeid is gelijk aan de omvang van
Nadere informatieHoofdstuk 7: Productie en Kosten
Economie, een Inleiding Hoofdstuk 7: Productie en Kosten 1 Productie en Kosten Constructie van kostenfunctie Resultaat van optimale keuze van productiefactoren gegeven prijzen gegeven te produceren output
Nadere informatieMarkt. Kenmerken van marktvormen:
1 1 1 Markt 1 3 5 7 9 1 1 1 1 1 hoeveelheid 1 3 5 7 9 Qv Qa nieuw Qa Qv nieuw p Kenmerken van marktvormen: Volkomen concurrentie: Veel aanbieders Homogeen product(mais) Vrije toetreding Alle kennis van
Nadere informatieUIT doelstellingen en grafieken
Vraaglijn is prijs-afzetlijn. De vraaglijn die we kennen van de perfect werkende markt, zien we terug bij de niet perfecte marktvormen. Het drukt nu de betalingsbereidheid van de klant voor het specifieke
Nadere informatie6,3. Samenvatting door een scholier 1645 woorden 20 november keer beoordeeld. Praktische economie
Samenvatting door een scholier 1645 woorden 20 november 2005 6,3 11 keer beoordeeld Vak Methode Economie Praktische economie Module 2 ondernemen: Hoofdstuk 1 Ondernemen in Nederland Paragraaf 1 wat is
Nadere informatieEindexamen economie 1-2 vwo I
Opmerking Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 maximumscore 1 nivellering 38,2 : 9,6 = 3,98 : 1 2 maximumscore
Nadere informatie