Samenvatting Economie Hoofdstuk 1, 2 en 3, Consumenten en producenten

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Samenvatting Economie Hoofdstuk 1, 2 en 3, Consumenten en producenten"

Transcriptie

1 Samenvatting Economie Hoofdstuk 1, 2 en 3, Consumenten en producenten Samenvatting door een scholier 2676 woorden 23 januari ,5 21 keer beoordeeld Vak Methode Economie Index Economie begrippenlijst hoofdstuk 1 Het gedrag van consumenten Consumptie: mensen kopen goederen of diensten om hun eigen behoeftes te bevredigen Economen hoeven niet te verklaren waarom mensen roken, snoepen, drinken of pillen slikken. Ze zijn wel geïnteresseerd in de economische betekenis van het feit dat mensen bijvoorbeeld sigaretten kopen. Uit marktonderzoek is gebleken dat niet alleen de vraag naar sigaretten, maar de vraag naar alle consumptiegoederen en diensten afhangt van de volgende factoren: 1. De prijs van het goed 2. De prijzen van andere goederen of diensten 3. Het inkomen van de consumenten 4. De voorkeuren van de consumenten 5. Het aantal consumenten 1 t/m 4 bepalen de omvang van de individuele vraag, met nr. 5 erbij, vinden we de collectieve vraag naar een bepaald product. De vraag hangt dus af van verschillende factoren, die kunnen echter zo omvangrijk zijn, dat economen een vereenvoudiging aanbrengen. Zij kijken dan alleen nog naar het verband tussen de belangrijkste factor en de gevraagde hoeveelheid. Ceteris paribus vraagfunctie: geeft het verband weer tussen de prijs en de gevraagde hoeveelheid, waarbij de overige pactoren constant worden verondersteld. (prijs)vraaglijn: als je die in een grafiek tekent, zie je het verband tussen de prijs en de gevraagde hoeveelheid. De lijn heeft een negatief verloop(=hogere prijs kleinere vraag) Een andere mogelijkheid om het verband weer te geven is d.m.v. de prijsvraagfunctie (prijsvraagvergelijking) Voor de omvang van de vraag kiezen we Qv (q van quantity en v voor vraag). Voorbeeld van een vraagfunctie: Qv = -2p + 30 Qv = de gevraagde hoeveelheid in stuks P = de prijs in euro s Als de prijs bv 6,- is, dan is de gevraagde hoeveelheid: Pagina 1 van 6

2 -2 x 6 +30= 18 stuks. Stijgt de prijs naar 8,-, dan is de vraag afgenomen tot -2 x = 14 stuks. Alleen als de vraag verandert bij een gelijkblijvende prijs, verschuift de vraaglijn! Als bv het gemiddelde besteedbare inkomen in Nederland daalt, zal de vraag naar reizen met een verre bestemming afnemen. Bij elke prijs van zulke rijzen is er dan minder vraag. Gevolg: de vraaglijn verschuift naar links. Gevolg kan ook zijn dat de vraag naar reizen dicht bij huis stijgt! Mensen willen toch graag op vakantie. Zo zou juist als gevolg van inkomensdaling- de vraag naar bv de Ardennen kunnen toenemen. De prijsvraaglijn van de vraag naar dergelijke reizen verschuift dan naar rechts: bij elke prijs is er meer vraag. De prijsveranderingen van de vraag naar luxe goederen is gevoeliger dan bij de meer noodzakelijke goederen. Maar de prijsgevoeligheid van een product staat niet vast: want wat nu levensbehoeften zijn, was 100 jaar geleden nog een zeer luxegoederen. (bv schoolopleiding). Prijselasticiteit van de vraag: % verandering Qv : % verandering P dit is de relatieve verandering van de gevraagde hoeveelheid gedeeld door de relatieve verandering van de prijs Elasticiteitscoëfficient (Ev): prijselasticiteit in een getal: Epv = % V : % P Een uitkomst van bijvoorbeeld -3 wil zeggen dat als de prijs van een goed met 1% wordt verlaagd, de gevraagde hoeveelheid met 3% zal stijgen. - Wanneer de vraagverandering relatief groter is dan de prijsverandering (als de vraag dus sterk reageert op de prijs) is het een elastische vraag. (meestal luxegoederen). - Als de vraagverandering relatief minder sterk is dan de prijsverandering is er sprake van een prijsinelastische goederen en van een inelastische vraag. De Ev is in dat geval een getal tussen de -1 en de 0. (meestal eerste levensbehoeften of noodzakelijke goederen) - Zijn de 2 veranderingen relatief gezien precies even groot, dan is de vraag elastisch nog inelastisch. Ev is dan gelijk aan -1 - Reageert de vraag in het geheel niet op de prijsverandering, dan spreken we van een volkomen inelastische vraag. Ev is dan gelijk aan 0. Dit is bijvoorbeeld het geval bij bepaalde medicijnen. De vraag naar de medicijnen die voor mensen van levensbelang zijn, is vaak volkomen inelastisch. Hoe hoog de prijs ook wordt, ze hebben ze gewoon nodig! Omzet: is gelijk aan de prijs keer de afzet Afzet: is het verkoopvolume, ofwel de verkochte hoeveelheid. Voor bedrijven is het van belang om de voorkeuren van de consumenten zo te beïnvloeden, dat de absolute waarde van de prijselasticiteit van de vraag (dus niet gelet op het minteken) zo klein mogelijk is. Dat kan door bijvoorbeeld reclame of andere klantenbinding. Als bedrijven hierin succesvol zijn en de waarde daalt tot onder het getal 1, zal een prijsverhoging tot een grotere omzet leiden. Inkomenselasticiteit: daarmee is het mogelijk de relatieve verandering van de vraag te bepalen als gevolg van een relatieve verandering van het inkomen. Daarbij zijn verschillende uitkomsten mogelijk. Ei = % V : % inkomen. Kruisprijselasticiteit (kruislingse elasticiteit): daarmee kun je bepalen in welke mate de vraag naar een goed verandert, als de prijs vaan een ander goed verandert (bv in welke mate de vraag naar margarine verandert als boter duurder wordt). Ek = % Qv, product 1 : % Qv, product 2. Als de prijs van boter stijgt, zal de vraag naar margarine als vervangend product stijgen. De vraaglijn van margarine verschuift naar rechts. Als de prijs van dvd s stijgt, zal de vraag naar dvdspelers als Pagina 2 van 6

3 aanvullend product dalen. De vraaglijn van dvd s verschuift naar links. Consumentenbeleid: onder deze verzamelnaam probeert de overheid op talloze manieren de consumenten te beschermen en hun gedrag te beïnvloeden. - Verschillende wettelijke regelingen die de belangen van de consumenten beschermen. - Warenwet: garandeert de kwaliteit van voedingsmiddelen - Colportagewet: biedt de consument 8 dagen om op hun overhaaste beslissing(en) terug te komen. - Consumentenbeschermende regels op het gebied van de koop en bouw van woningen: door deze wet krijgen huizenkopers 3 dagen bedenktijd nadat ze tot mondelinge overeenstemming zijn gekomen met de verkopende partij. - De Wet Algemene Voorwaarden: beschermt de consument tegen de zogenaamde kleine lettertjes (dit zijn de leveringsvoorwaarden, die allerlei onredelijke bepalingen kunnen bevatten. Maatschappelijke kosten: als de consumptie van bepaalde goederen schadelijke effecten kan opleveren, deze effecten zijn echter wel moeilijk direct of indirect in geld uit te drukken. Negatief extern effect: in cafés en restaurants kunnen mensen hinder ondervinden van de sigarettenrook. Degene die een sigaret of een sigaar opsteekt hoeft echter niet te betalen voor de overlast die hij/ zij veroorzaakt. Dan is er sprake van een negatief extern effect. Negatief, omdat het welzijn van anderen wordt aangetast. Extern, omdat degene die vervuilt niet opdraait voor de kosten daarvan. De overheid kan wel optreden tegen negatieve externe effecten door de vervuiler te laten betalen. Bijvoorbeeld door het schadelijke product extra duur te maken d.m.v. extra heffingen en dan de (extra) opbrengst daarvan weer besteden om de maatschappelijke vervuiling terug te dringen. Er kan ook spraken zijn van positieve externe effecten, als bijvoorbeeld de buurman zijn tuin ontzettend mooi maakt. Daar kan jij naar kijken en ervan genieten zonder een cent te hoeven betalen. Externe effecten zijn de gevolgen van productie of consumptie voor de welvaart van mensen waar men niet voor betaald. Zij kunnen zowel positief als negatief zijn. Demerit -goederen: producten waarover bijvoorbeeld veel accijns geheven wordt, om de consumptie te verminderen (tabak, alcohol, benzine). Merit- goederen: goederen waarvan de overheid het gebruik juist stimuleert (openbare bibliotheek, die is heel goedkoop en soms zelfs gratis). Naast wetten en regels kan de overheid het gedrag van consumenten ook sturen via voorlichting. Marktaandeel: dat geeft aan hoe sterk de positie van een producent op de verkoopmarkt is. Dat kan zowel op basis van de afzet als de basis van de omzet berekend worden. Als een bedrijf een groot marktaandeel heeft, kan het de prijs dicteren. Kleinere producenten zullen dan de aanbieder met het grootste marktaandeel volgen. Het afzetmarktaandeel van een producent is de afzet van deze producent als percentage van de totale afzet. Het omzetmarktaandeel is de omzet als percentage van de totale omzet. Verschillende manieren van producenten om nieuwe kopers aan te trekken en hun marktaandeel te vergroten: Individuele reclame: reclame voor eigen merk. Collectieve reclame: alle producenten maken samen reclame voor het een bepaald product. (Brood, daar zit wat in of Kijk eens wat vaker in de spiegel van de kapper). Via marktonderzoek proberen ze achter die voorkeuren te komen. Economie begrippenlijst hoofdstuk 2 Pagina 3 van 6

4 Producenten Winst: het verschil tussen opbrengsten en kosten. De opbrengsten worden gevormd door de omzet. De omzet is gelijk aan de prijs keer de hoeveelheid. Bij de break-even afzet zijn de opbrengsten gelijk aan de kosten. De Totale Kosten (TK) bestaan uit: de Totale Variabele Kosten ITVK) en de Totale Constante Kosten (TCK), waar bij de TVK variëren met de productie omvang. Dus: TK = TVK + TCK. Kostprijs is een adner woord voor kosten per product, oftewel de Gemiddelde Totale Kosten (GTK) net als de TK bestaan de GTK ui 2 delen: de Gemiddelde Variabele Kosten (GVK) en de Gemiddelde Constante Kosten (GCK). GKT = TK : q } GVK = TVK : q } GTK = GVK : GCK GCK = TCK : q } Marktvorm: de machtsverhouding tussen concurrenten op een bepaalde markt. Kenmerken van volkomen concurrentie (volledige mededinging): - Homogeen product - Vrije toetreding voor andere aanbieders - Veel aanbieders - Een transparante markt (doorzichtige markt, alle partijen, zowel aanbieders als vragers, weten welke hoeveelheden voor welke prijzen worden verhandeld). Hoeveelheidsaanpasser: als je keuzemogelijkheden beperkt zijn, het is stoppen of doorgaan, meer of minder produceren. Eigenlijk ben je machteloos, want je hebt niets te zeggen over de prijs. De individuele aanbieder onder volkomen concurrentie is een hoeveelheidsaanpasser. Monopolie: als de markt in handen is van 1 aanbieder Oligopolie: als de markt verdeelt is over een paar bedrijven. Monopolistische concurrentie: bijvoorbeeld: een delicatessenwinkel heeft veel concurrenten, maar door goede kwaliteit te leveren kan hij proberen zich te onderscheiden en klanten aan zich te binden. De veiling: een concrete markt onder volkomen concurrentie. Stort de markt in, dan houdt en veilingfonds de schade binnen de perken. Aanbieders storten in dit fonds een percentage van hun omzet. Komt de prijs onder een vastgestelde bodemprijs dan koopt dat fonds het product op tot het op de bodemprijs zit. De bodemprijs wordt ook wel de garantieprijs genoemd. Het opgekochte product wordt vernietigd, doorgedraaid. Aanbieders zijn zo van hun ergste inkomensonzekerheid verlost, ze weten wat ze minimaal verdienen. Op de lange termijn produceert de ondernemer onder volkomen concurrentie tegen de kostprijs. Bij een overheidsmonopolie bezit de overheid 100% van de aandelen, het is niet zelfverstandig en vaart geen eigen koers (drinkwatervoorziening). Feitelijke monopolie: als een nog nieuwe markt je in de schoot valt. Bv: Bill Gates: hij had bij Apple afgekeken hoe het besturingssysteem van de aanklikbare schermpjes werkte en dat gecombineerd met het DOS besturingssysteem. Van het een kwam het ander en de toen nog nieuwe computermarkt viel Gates in de schoot. Natuurlijke monopolie: als de productie(winning) van een weinig voorkomende grondstof in handen is van 1 onderneming. Een monopolist is een prijszetter. Monopolies hebben nadelen. De consument is machteloos, want hij Pagina 4 van 6

5 betaalt vaak een veel te hoge prijs. Daardoor zijn ook nog eens minder producten beschikbaar. Schaalvoordelen worden doorberekend aan de consument. Het bedrijf is enorm groot, maakt veel produceert op grote schaal en dan gaan de kosten per product omlaag. Door deze lage kostprijs, kan de prijs voor de consument omlaag. Maar daardoor heeft het bedrijf ook weer ruimte heeft om onderzoek te doen. Zonder innovatie (ontwikkelen en invoeren van nieuwe producten en / of productieprocessen) zou onze welvaart als sneeuw in de zon verdwijnen.` Kenmerken van monopolistische concurrentie: - Veel aanbieders - Heterogeen product - Vrije toetreding Oligopolie: de markt is in handen van een beperkt aantal aanbieders. Het is de marktvorm voor de grote bedrijven. Concurreren met de prijs is niet verstandig, want als bv Volkswagen zijn auto s duurder maakt, gaan de klanten naar Renault of Ford. Als Volkswagen zijn prijs omlaag doet, gaan de concurrenten mee en volgt er een prijzenoorlog. Dus proberen ze op een andere manier klanten aan zich te binden. Ze maken het product spannend met reclame, extra s en service. Dit heet productdifferentiatie. Productdifferentiatie wil zeggen dat een ondernemer iets extra s met zijn product doet. Toetreden op deze markt is niet vrij, want naast belemmeringen door achterstand in kennis en tekort aan kapitaal is daar ook nog merkentrouw. Bij deze markt wordt er voortdurend gekeken naar wat de concurrent doet, dit kan onaangenaam zijn. Bedrijfsspionage komt dan ook veel voor. Toch moet de consument niet zo blij zijn met deze marktvorm. Oligopolisten zijn sterke en machtige bedrijven, die de neiging hebben afspraken te maken over de prijs en de productie. Deze kartelvorming is bij de wet verboden, maar daarmee is het probleem nog niet de wereld uit. Als in Nederland Shell zijn prijs met een paar cent verhoogt, volgen de andere producenten blindelings. Dit lijkt op een kartelafspraak, alleen valt het niet te bewijzen. Er is sprake van een kartel als zelfstandige ondernemingen onderling concurrentiebeperkende afspraken maken over bijvoorbeeld de prijs. Oligopolies hebben ook mooie kanten, de nieuwe producten, de mooie auto s de geluidsdragers, televisie, enz. Economie begrippenlijst hoofdstuk 3 De overheid grijpt in Het mechanisme van vraag en aanbod zorgt ervoor dat de juiste producten in de juiste hoeveelheid en tegen de juiste prijs worden aangeboden en gekocht. Vaste verkoopprijs: bv bij de boekenmarkt schrijven de uitgeverijen boekhandelaren voor tegen welke prijs zij een boek moeten verkopen. Zo kunnen de winkels dus niet concurreren met de prijs. Ze doen dit omdat door dit systeem het goed verkopende boek extra geld opbrengt. Dit geld wordt gebruikt om een moeilijk boek voor een lagere prijs kunnen verkopen. Verticale prijsbinding: Als producenten hun bedrijfstakken prijzen opleggen Horizontale prijsbinding: Als bedrijven onderling een prijs afspreken Hierbij schrijft de fabrikant de detaillist dwingend voor tegen welke verkoopprijs hij een artikel moet aanbieden. Als de fabrikanten bovendien onderling afspreken dezelfde gedragslijn tegenover hun afnemers te hanteren (er is dan horizontale prijsbinding ofwel een kartel) dan is er sprake van collectieve verticale prijsbinding. Pagina 5 van 6

6 Als de fabrikanten bovendien onderling afspreken dezelfde gedragslijn tegenover hun afnemers te hanteren. Deze is sinds 1964 verboden. Zo schrijven de fabrikanten van CD's de winkeliers adviesprijzen voor. Een detaillist die onder deze adviesprijs wil verkopen blijkt van levering te worden uitgesloten. Op het verbod van collectieve verticale prijsbinding bestaat in ons land een belangrijke uitzondering. De Koninklijke Vereniging ter Bevordering van de Belangen des Boekhandels, korter: het uitgeverskartel, is ontheffing verleend voor het handhaven van een vaste boekenprijs. Het aanbieden van boeken beneden de voorgeschreven vaste prijs kan met een beroep op deze ontheffing worden tegengehouden, zoals de Free Record Shop heeft ondervonden. Europees landbouwbeleid: Uitgangspunt was: nooit meer voedseltekorten! Vandaar dat de toen nog 6 lidstaten van de EEG, nu de EU, met het fenomeen garantieprijs kwamen: prijzen die een boer minimaal krijgt voor een product. Deze minimumprijs ligt meestal boven de evenwichtsprijs, is dus te hoog en nodigt uit tot veel produceren, te veel. Het opkopen en opslaan van overschotten door zogenaamde inventiebureau s (inventie is ingrijpen) kwamen voor de rekening van de Europese belastingbetaler. Een minimumprijs is een gegarandeerde prijs voor de aanbieder, vaak boven de marktprijs. Invoerheffingen sluiten de markt af. Met de opbrengsten hiervan worden de exportsubsidies betaald. Positieve en negatieve externe effecten zijn neveneffecten van consumptie en productie, die niet in de prijs van het goed zitten opgesloten. Afwentelen is het doorberekenen van de heffing aan de consument. Een heffing of subsidie beïnvloedt de kosten van een onderneming. De kostprijs gaat omhoog of omlaag. De Nederlandse Mededingingsautoriteit (NMa), ook wel kartelpolitie genoemd. De NMa houdt zich niet alleen bezig met het opsporen en verbieden van kartels maar richt zich ook op het bewaken van de concurrentiegraad in een bepaalde bedrijfstak.1 bedrijf mag niet een te groot deel van een bepaalde bedrijfstak in handen hebben. Fusies en overnames die de gezonde concurrentie in een bedrijfstak in gevaar brengen, moeten de goedkeuring krijgen van de NMa. Opta: die voorkomt dat de kans groot wordt dat de consument te veel betaald. Deze organisatie kijkt naar e prijsontwikkeling, zijn de prijzen te hoog, dan brengt de Opta dat naar buiten. Heeft het geen effect, dan volgt er een boete. Zo komen er steeds meer officiële toezichthouders, instanties die kijken of de concurrentie wel eerlijk is en binnen de Europese afspraken valt. Pagina 6 van 6

Katern 2 Markten en welvaart

Katern 2 Markten en welvaart Katern 2 Markten en welvaart Begrippen budgetlijn = deze lijn geeft de verschillende mogelijkheden van geld uitgeven voor een consument weer ceteris paribus vraaglijn = het verband tussen de prijs en de

Nadere informatie

Samenvatting Economie Consument & Producent

Samenvatting Economie Consument & Producent Samenvatting Economie Consument & Producent Samenvatting door een scholier 1097 woorden 3 april 2003 7,7 84 keer beoordeeld Vak Economie CONSUMENT & PRODUCENT Hoofdstuk 1 de klant Marktaandeel afzet eigen

Nadere informatie

Samenvatting Economie Katern 2

Samenvatting Economie Katern 2 Samenvatting Economie Katern 2 Samenvatting door een scholier 3129 woorden 21 juni 2006 6,5 20 keer beoordeeld Vak Methode Economie Index Hoofdstuk 1 Economie, Producenten en consumenten 1 Het gedrag van

Nadere informatie

Samenvatting Economie Consument en Producent

Samenvatting Economie Consument en Producent Samenvatting Economie Consument en Producent Samenvatting door een scholier 1055 woorden 29 oktober 2004 6,1 60 keer beoordeeld Vak Economie Consument en producent. Hoofdstuk 1: De klant. Marktaandeel

Nadere informatie

7,5. Samenvatting door R woorden 24 juni keer beoordeeld. Hoofdstuk 1. De kledingmarkt. Omzet = prijs x afzet

7,5. Samenvatting door R woorden 24 juni keer beoordeeld. Hoofdstuk 1. De kledingmarkt. Omzet = prijs x afzet Samenvatting door R. 1689 woorden 24 juni 2014 7,5 1 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO Hoofdstuk 1. De kledingmarkt Omzet = prijs x afzet Omzetindex = (prijsindex x afzetindex) : 100 Afzet = verkochte

Nadere informatie

Samenvatting Economie Lesbrief Vervoer

Samenvatting Economie Lesbrief Vervoer Samenvatting Economie Lesbrief Vervoer Samenvatting door een scholier 2145 woorden 11 januari 2011 6,8 358 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO H 1 Marktaandeel van de afzet= afzet onderneming/afzet

Nadere informatie

4.9. Samenvatting door K woorden 6 november keer beoordeeld Markt:

4.9. Samenvatting door K woorden 6 november keer beoordeeld Markt: Samenvatting door K. 1250 woorden 6 november 2012 4.9 4 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO 1.2 - Markt: Het geheel van vraag naar en aanbod van een bepaald product of dienst. Er zijn 4 marktsvormen:

Nadere informatie

Samenvatting Economie Consument en producent

Samenvatting Economie Consument en producent Samenvatting Economie Consument en producent Samenvatting door een scholier 2499 woorden 17 mei 2004 6,6 64 keer beoordeeld Vak Economie CONSUMENT EN PRODUCENT Hoofdstuk 1 De klant Een marktaandeel geeft

Nadere informatie

Samenvatting Economie Hoofdstuk 3/7 samenvatting

Samenvatting Economie Hoofdstuk 3/7 samenvatting Samenva Economie Hoofdstuk 3/7 samenva Samenva door E. 2301 woorden 12 juli 2013 0 keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent Economie hoofdstuk 3/7 samenva HAVO 4 en 5 3.1 Markten Welke soorten markten

Nadere informatie

Samenvatting Economie Consument en producent

Samenvatting Economie Consument en producent Samenvatting Economie Consument en producent Samenvatting door een scholier 2397 woorden 9 januari 2011 5,1 1 keer beoordeeld Vak Economie 1.1 Het marktaandeel Het marktaandeel van een merk geeft aan wat

Nadere informatie

Een keuze maken uit het grote aanbod van consumptiegoederen is steeds moeilijker.

Een keuze maken uit het grote aanbod van consumptiegoederen is steeds moeilijker. Samenvatting door een scholier 893 woorden 24 december 2003 6,4 43 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO Vaardigheden H1 Consumeren Omgangstaal: Iets verbruiken, of soms iets gebruiken Economie: Het

Nadere informatie

Samenvatting Economie Consument en producent

Samenvatting Economie Consument en producent Samenvatting Economie Consument en producent Samenvatting door een scholier 4563 woorden 25 juli 2008 6 2 keer beoordeeld Vak Economie Hoofdstuk 1 De Klant 1.1 Het marktaandeel het marktaandeel van een

Nadere informatie

Domein D: markt (module 3) havo 5

Domein D: markt (module 3) havo 5 Domein D: markt (module 3) havo 5 1. Noem 3 kenmerken van een marktvorm met volkomen concurrentie. 2. Waaraan herken je een markt met volkomen concurrentie? 3. Wat vormt het verschil tussen een abstracte

Nadere informatie

Samenvatting Economie Consument en producent

Samenvatting Economie Consument en producent Samenvatting Economie Consument en producent Samenvatting door een scholier 3664 woorden 3 november 2008 6,4 5 keer beoordeeld Vak Economie Consument en Producent Samenvatting. Makkelijk: * Te doen: **

Nadere informatie

Samenvatting Economie Lesbrief Consument & Producent

Samenvatting Economie Lesbrief Consument & Producent Samenvatting Economie Lesbrief Consument & Pro Samenvatting door een scholier 2932 woorden 4 mei 2004 7,2 52 keer beoordeeld Vak Economie CONSUMENT & PRODUCENT COMPLETE SAMENVATTING: H 1 T/M 5 Hoofdstuk

Nadere informatie

Samenvatting Economie Micro-economie

Samenvatting Economie Micro-economie Samenvatting Economie Micro-economie Samenvatting door een scholier 3691 woorden 31 mei 2011 8,2 37 keer beoordeeld Vak Economie Micro-economie HOOFDSTUK 2 HET DICTAAT VAN DE MARKT (VOLKOMEN CONCURRENTIE)

Nadere informatie

Samenvatting Economie Thema 4, Hoofdstuk 17, 18, 19

Samenvatting Economie Thema 4, Hoofdstuk 17, 18, 19 Samenvatting Economie Thema 4, Hoofdstuk 17, 18, 19 Samenvatting door een scholier 1806 woorden 8 april 2003 6,5 29 keer beoordeeld Vak Methode Economie Pincode Economie, Thema 4, Hoofdstuk 17, 18 en 19.

Nadere informatie

Een overzicht van de factoren die de omvang van de gevraagde hoeveelheid van een artikel bepalen.

Een overzicht van de factoren die de omvang van de gevraagde hoeveelheid van een artikel bepalen. Praktische-opdracht door een scholier 3871 woorden 8 januari 2003 5,3 45 keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent Opdracht 1: Een overzicht van de factoren die de omvang van de gevraagde hoeveelheid

Nadere informatie

Domein D: markt (module 3) vwo 4

Domein D: markt (module 3) vwo 4 1. Noem 3 kenmerken van een marktvorm met volkomen concurrentie. 2. Waaraan herken je een markt met volkomen concurrentie? 3. Wat vormt het verschil tussen een abstracte en een concrete markt? 4. Over

Nadere informatie

MARKT & OVERHEID. HAVO 4 Blok 4

MARKT & OVERHEID. HAVO 4 Blok 4 MARKT & OVERHEID HAVO 4 Blok 4 INHOUD Hoofdstuk 1: Hoofdstuk 2: Hoofdstuk 3: Hoofdstuk 4: Hoofdstuk 5: Hoofdstuk 6: Hoofdstuk 7: De telefoniemarkt Van volledige mededinging naar monopolie Oligopolie en

Nadere informatie

Samenvatting Economie Module 2, 3, 4

Samenvatting Economie Module 2, 3, 4 Samenvatting Economie Module 2, 3, 4 Samenvatting door een scholier 2744 woorden 2 mei 2018 0 keer beoordeeld Vak Methode Economie Praktische economie Basiskennis: Indexcijfers Indexcijfers zijn makkelijk

Nadere informatie

Economie Module 3. De marktstructuur is het geheel van kenmerken van de markt die het marktevenwicht beïnvloeden.

Economie Module 3. De marktstructuur is het geheel van kenmerken van de markt die het marktevenwicht beïnvloeden. Module 3 Hoofdstuk 1 1.1 - Markt, marktstructuur en marktvorm De markt is het geheel van factoren waaronder vragers en aanbieders elkaar ontmoeten en producten verhandelen. Er zijn twee soorten: - De concrete

Nadere informatie

1 Aanbodfunctie. 2 Afschrijvingskosten Asymmetrische 3 informatie

1 Aanbodfunctie. 2 Afschrijvingskosten Asymmetrische 3 informatie 1 Aanbodfunctie 2 Afschrijvingskosten Asymmetrische 3 informatie Het verband tussen prijs een aangeboden hoeveelheid kun je weergeven met een vergelijking: de aanbodfunctie. De jaarlijkse waardevermindering

Nadere informatie

Samenvatting Economie Thema 4, Hoofdstuk 17, 18 en 19, Is de klant koning?

Samenvatting Economie Thema 4, Hoofdstuk 17, 18 en 19, Is de klant koning? Samenvatting Economie Thema 4, Hoofdstuk 17, 18 en 19, Is de klant koning? Samenvatting door een scholier 3242 woorden 12 februari 2008 5,8 12 keer beoordeeld Vak Methode Economie Pincode EC Thema 4 Hoofdstuk

Nadere informatie

2.1 De vraag naar spijkerbroeken

2.1 De vraag naar spijkerbroeken 2.1 De vraag naar spijkerbroeken Voorbeeld 1: Q v = -0,10P + 9 met Q v = gevraagde hoeveelheid spijkerbroeken van Petra P = prijs van een spijkerbroek in euro s P 90 80 60 30 0 Q v 0 1 3 6 9 Er is een

Nadere informatie

Domein D: markt. 1) Nee, de prijs wordt op de markt bepaald door het geheel van vraag en aanbod.

Domein D: markt. 1) Nee, de prijs wordt op de markt bepaald door het geheel van vraag en aanbod. 1) Geef 2 voorbeelden van variabele kosten. 2) Noem 2 voorbeelden van vaste (=constante) kosten. 3) Geef de omschrijving van marginale kosten. 4) Noem de 4 (macro-economische) productiefactoren. 5) Hoe

Nadere informatie

geeft aan wat de verhouding is tussen de afzet van een merk (Coca Cola) en de totale afzet van een productvorm (cola)

geeft aan wat de verhouding is tussen de afzet van een merk (Coca Cola) en de totale afzet van een productvorm (cola) Lesbrief Consument en Producent Hoofdstuk 1 De klant Marktaandeel van een merk: geeft aan wat de verhouding is tussen de afzet van een merk (Coca Cola) en de totale afzet van een productvorm (cola) Afzet

Nadere informatie

Samenvatting Economie Vervoer

Samenvatting Economie Vervoer Samenvatting Economie Vervoer Samenvatting door S. 1607 woorden 25 april 2017 5,2 4 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO Hoofdstuk 2 : Met de taxi of met de fiets Afzet onderneming Markt Afzet= ------------------------------------

Nadere informatie

Economie Module 3 H1 & H2

Economie Module 3 H1 & H2 Module 3 H1 & H2 Hoofdstuk 1 1.1 - Markt, marktstructuur en marktvorm De markt is het geheel van factoren waaronder vragers en aanbieders elkaar ontmoeten en producten verhandelen. Er zijn twee soorten:

Nadere informatie

H1: De klant. 5,8. Samenvatting door een scholier 6276 woorden 5 augustus keer beoordeeld. 1.1 Marktaandeel.

H1: De klant. 5,8. Samenvatting door een scholier 6276 woorden 5 augustus keer beoordeeld. 1.1 Marktaandeel. Samenvatting door een scholier 6276 woorden 5 augustus 2010 5,8 4 keer beoordeeld Vak Economie H1: De klant. 1.1 Marktaandeel. Het marktaandeel van een merk geeft aan wat de verhouding is tussen de afzet

Nadere informatie

Eco samenvatting; hs 2 + 5

Eco samenvatting; hs 2 + 5 Samenvatting door Inge 1413 woorden 12 januari 2014 7,5 10 keer beoordeeld Vak Methode Economie Pincode Eco samenvatting; hs 2 + 5 2.1 Hoe verkoop je een product? Martkaandeel is het aandeel van een product

Nadere informatie

Samenvatting Economie Hoofdstuk 5: Produceren voor de markt

Samenvatting Economie Hoofdstuk 5: Produceren voor de markt Ondernemingsvormen Samenvatting Economie Hoofdstuk 5: Produceren voor de markt De eenmanszaak = een onderneming met één eigenaar. De vennootschap onder firma (VOF) = een onderneming waarbij enkele mensen

Nadere informatie

Domein Markt. Zie steeds de eenvoud!! totale winst, elasticiteit. vwo Frans Etman

Domein Markt. Zie steeds de eenvoud!! totale winst, elasticiteit. vwo Frans Etman Domein Markt Zie steeds de eenvoud!! totale winst, elasticiteit vwo Frans Etman Opgave 1 Opgave 2 1.Lees in de grafiek af hoe hoog de totale omzet (TO) en de totale kosten (TK) is bij een afzet van 3 producten,

Nadere informatie

Constante kosten - Kosten die niet afhangen van de productieomvang. Bv. Verzekeringskosten & afschrijvingskosten.

Constante kosten - Kosten die niet afhangen van de productieomvang. Bv. Verzekeringskosten & afschrijvingskosten. Samenvatting door D. 1289 woorden 4 oktober 2015 3,5 1 keer beoordeeld Vak Economie Hoofdstuk 1 - STEEDS MEER MOBILITEIT 1 - Hoe verplaatsen we ons? Manieren van vervoeren: Fiets - Scooter - Auto - Bus

Nadere informatie

Markt. Kenmerken van marktvormen:

Markt. Kenmerken van marktvormen: 1 1 1 Markt 1 3 5 7 9 1 1 1 1 1 hoeveelheid 1 3 5 7 9 Qv Qa nieuw Qa Qv nieuw p Kenmerken van marktvormen: Volkomen concurrentie: Veel aanbieders Homogeen product(mais) Vrije toetreding Alle kennis van

Nadere informatie

Domein D: markt. 1) Noem de 4 (macro-economische) productiefactoren. 2) Groepeer de micro-economische productiefactoren bij de macroeconomische

Domein D: markt. 1) Noem de 4 (macro-economische) productiefactoren. 2) Groepeer de micro-economische productiefactoren bij de macroeconomische 1) Noem de 4 (macro-economische) productiefactoren. 2) Groepeer de micro-economische productiefactoren bij de macroeconomische productiefactoren. 3) Hoe ontwikkelt de gemiddelde arbeidsproductiviteit als

Nadere informatie

Samenvatting Economie Module 3 Hoofdstuk 1

Samenvatting Economie Module 3 Hoofdstuk 1 Samenvatting Economie Module 3 Hoofdstuk 1 Samenvatting door een scholier 2339 woorden 8 maart 2004 4,9 19 keer beoordeeld Vak Methode Economie ViaDELTA Economie - Module 3 - Hoofdstuk 1: Markten Vraag

Nadere informatie

Samenvatting Economie Module1, H2 en H3

Samenvatting Economie Module1, H2 en H3 Samenvatting Economie Module1, H2 en H3 Samenvatting door een scholier 1851 woorden 28 maart 2006 2 2 keer beoordeeld Vak Economie Module 1, Hoofdstuk 2, Consumeren 1. Hoe consumenten in hun behoeften

Nadere informatie

Economie Pincode klas 4 vmbo-gt 6 e editie Samenvatting Hoofdstuk 3: We gaan voor de winst Exameneenheid: Arbeid en productie

Economie Pincode klas 4 vmbo-gt 6 e editie Samenvatting Hoofdstuk 3: We gaan voor de winst Exameneenheid: Arbeid en productie 3.1 Wat zijn de kosten? Toegevoegde = extra waarde die ontstaat door de bewerking van een product waarde Toegevoegde waarde = verkoopwaarde inkoopwaarde Productiefactoren = productiemiddelen die een producent

Nadere informatie

H3 Hoe werken markten

H3 Hoe werken markten H3 Hoe werken markten 3.1 Markten marktmechanisme Organisatie door Marktmechanisme Vragers en aanbieders met eigen belang Aanbieders passen aan aan vragers. Soorten markten één, enkele of veel aanbieders

Nadere informatie

1 Markt en marktvormen

1 Markt en marktvormen 1 Markt en marktvormen Wat is het verschil tussen een markt en een marktvorm? Markt= Concrete markt, plaats waar vragers en aanbieders van een bepaald goed elkaar ontmoeten en transacties afsluiten Marktvorm

Nadere informatie

8, Het marktaandeel. 1.2 De vraag naar consumenten. Samenvatting door een scholier 3973 woorden 1 april keer beoordeeld

8, Het marktaandeel. 1.2 De vraag naar consumenten. Samenvatting door een scholier 3973 woorden 1 april keer beoordeeld Samenvatting door een scholier 3973 woorden 1 april 2002 8,6 207 keer beoordeeld Vak Economie Hoofdstuk 1 De klant 1.1 Het marktaandeel Het marktaandeel van een merk geeft aan wat de verhouding is tussen

Nadere informatie

1 Volledige of volkomen competitieve markten Om te spreken van volkomen concurrentie moeten er 4 voorwaarden vervuld zijn:

1 Volledige of volkomen competitieve markten Om te spreken van volkomen concurrentie moeten er 4 voorwaarden vervuld zijn: Competitieve markten van 6 COMPETITIEVE MARKTEN Marktvormen Welke verschilpunten stel je vast als je het aantal aanbieders en het aantal vragers vergelijkt op volgende markten? a/ Wisselmarkt b/ Markt

Nadere informatie

Domein Markt. Uitwerking. Zie steeds de eenvoud!! totale winst, elasticiteit. Frans Etman

Domein Markt. Uitwerking. Zie steeds de eenvoud!! totale winst, elasticiteit. Frans Etman Domein Markt Zie steeds de eenvoud!! totale winst, elasticiteit Uitwerking vwo Frans Etman Opgave 1 Opgave 2 1.Lees in de grafiek af hoe hoog de totale omzet (TO) en de totale kosten (TK) is bij een afzet

Nadere informatie

Samenvatting Economie Module 3

Samenvatting Economie Module 3 Samenvatting Economie Module 3 Samenvatting door een scholier 2066 woorden 16 juni 2003 8,3 38 keer beoordeeld Vak Economie Economie module 3 Teksten 1 t/m 23 & 27 t/m 37 Op de veiling ontmoeten vragers

Nadere informatie

Domein D markt UITWERKINGEN. monopolie enzo. Zie steeds de eenvoud!! Frans Etman

Domein D markt UITWERKINGEN. monopolie enzo. Zie steeds de eenvoud!! Frans Etman Domein D markt monopolie enzo Zie steeds de eenvoud!! UITWERKINGEN vwo Frans Etman Opgave 1 Opgave 2 1. Bij welke afzet geldt dat de MO-lijn de MK-lijn snijdt? q= 6 2. Teken een stippellijn naar de prijslijn

Nadere informatie

samenvatting micro economie. Onderdeel perfect werkende markt

samenvatting micro economie. Onderdeel perfect werkende markt samenvatting micro economie. Onderdeel perfect werkende markt De perfect werkende markt is een model dat beschrijft hoe markten het meest optimaal zouden functioneren. Bij het bestuderen van echte markten

Nadere informatie

1 De bepaling van de optimale productiegrootte

1 De bepaling van de optimale productiegrootte 1 De bepaling van de optimale productiegrootte Voor wat zorgen de bedrijven en welk probleem treed zich op? De bedrijven zorgen voor het produceren van goederen en diensten. Er treed een keuzeprobleem

Nadere informatie

I. Vraag en aanbod. Grafisch denken over micro-economische onderwerpen 1 / 6. fig. 1a. fig. 1c. fig. 1b P 4 P 1 P 2 P 3. Q a Q 1 Q 2.

I. Vraag en aanbod. Grafisch denken over micro-economische onderwerpen 1 / 6. fig. 1a. fig. 1c. fig. 1b P 4 P 1 P 2 P 3. Q a Q 1 Q 2. 1 / 6 I. Vraag en aanbod 1 2 fig. 1a 1 2 fig. 1b 4 4 e fig. 1c f _hoog _evenwicht _laag Q 1 Q 2 Qv Figuur 1 laat een collectieve vraaglijn zien. Een punt op de lijn geeft een bepaalde combinatie van de

Nadere informatie

De mate waarin de gevraagde hoeveelheid van een product(qv) gevoelig is voor een verandering van de prijs van het product (p).

De mate waarin de gevraagde hoeveelheid van een product(qv) gevoelig is voor een verandering van de prijs van het product (p). 1. Prijselasticiteit van de vraag De mate waarin de gevraagde hoeveelheid van een product(qv) gevoelig is voor een verandering van de prijs van het product (p). %-verandering gevraagde hoeveelheid (gevolg)

Nadere informatie

2. wat nog belangrijker is welke wensen je bovenaan je lijstje zet. Je moet je wensen op volgorde zetten: wat het meest belangrijk is bovenaan.

2. wat nog belangrijker is welke wensen je bovenaan je lijstje zet. Je moet je wensen op volgorde zetten: wat het meest belangrijk is bovenaan. Samenvatting door Romy 2193 woorden 8 december 2015 7 10 keer beoordeeld Vak Economie 2.1 In ons dagelijks leven maken wij voortdurend keuzes omdat we nu eenmaal niet alles tegelijk kunnen doen of ons

Nadere informatie

Domein markt: volkomen concurrentie

Domein markt: volkomen concurrentie Domein markt: volkomen concurrentie De markt / het marktmechanisme Vraag-aanbodcurve evenwicht, surplus Elasticiteiten E v p, E v i, E v1 p2, E a p Een van de vele aanbieders Opbrengst Kosten Winst TW

Nadere informatie

Samenvatting Economie Rekonomie

Samenvatting Economie Rekonomie Samenvatting Economie Rekonomie Samenvatting door een scholier 1570 woorden 24 oktober 2011 5,3 76 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO Rekonomie Hoofdstuk 1 De cijfers achter de komma worden ook

Nadere informatie

LESBRIEF VERVOER. havo 4 blok 3

LESBRIEF VERVOER. havo 4 blok 3 LESBRIEF VERVOER havo 4 blok 3 Inhoud Met de taxi of met de fiets (kosten, opbrengsten, winst, mo, mk) Verzekeren tegen risico (verzekeren) De lucht in (vraag, aanbod, surplus) Het beroepsgoederenvervoer

Nadere informatie

Het gevoel van welvaart neemt toe naarmate de schaarste wordt teruggedrongen

Het gevoel van welvaart neemt toe naarmate de schaarste wordt teruggedrongen Samenvatting door A. 1641 woorden 27 januari 2013 7,4 11 keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent Hoofdstuk 1 Schaarste: de spanning tussen de menselijke behoeften en de beschikbare middelen om in

Nadere informatie

Ev = % verandering gevolg dus prijselasticiteit: % verandering gevraagde hoeveelheid. % verandering oorzaak % verandering prijs

Ev = % verandering gevolg dus prijselasticiteit: % verandering gevraagde hoeveelheid. % verandering oorzaak % verandering prijs Boekverslag door C. 2585 woorden 29 mei 2016 0 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO Samenvatting economie Kleding H.2 Op zoek naar een spijkerbroek Vraaglijnen: individuele vraaglijn geeft aan hoeveel

Nadere informatie

ALGEMENE ECONOMIE /06

ALGEMENE ECONOMIE /06 HBO Algemene economie Raymond Reinhardt 3R Business Development raymond.reinhardt@3r-bdc.com 3R 1 M Het begrip markt is niet eenduidig; er zijn verschillende markten, waaronder: F concrete markt F abstracte

Nadere informatie

Hoofdstuk 1 Structuur, evenwicht en prestaties

Hoofdstuk 1 Structuur, evenwicht en prestaties Hoofdstuk 1 Structuur, evenwicht en prestaties Verkenning 1 a De kosten van het onderzoek en het risico dat het mislukt moet worden afgewogen tegen de mogelijke winst als het onderzoek wel lukt en het

Nadere informatie

LESBRIEF VERVOER. havo 4 blok 3

LESBRIEF VERVOER. havo 4 blok 3 LESBRIEF VERVOER havo 4 blok 3 Inhoud Met de taxi of met de fiets (kosten, opbrengsten, winst, mo, mk) Verzekeren tegen risico (verzekeren) De lucht in (vraag, aanbod, surplus) Het beroepsgoederenvervoer

Nadere informatie

Economie Module 2 & Module 3 H1

Economie Module 2 & Module 3 H1 Economie Module 2 & Module 3 H1 Module 2 1.1 De individuele vraag Individuele vraaglijn kent een dalend verloop: als de prijs daalt, stijgt als gevolg daarvan de gevraagde hoeveelheid. Men wil voor 1 appel

Nadere informatie

Domein D: Concept markt. Havo 5 Module 2 en 3

Domein D: Concept markt. Havo 5 Module 2 en 3 Domein D: Concept markt Havo 5 Module 2 en 3 Domein D: Concept markt Winst = omzet kosten TW = TO TK TO = 2000 TK = 1500 TW = 500 Omzet per product = gemiddelde omzet = prijs = GO TO = 2000 Als afzet is

Nadere informatie

De (prijs)vraaglijn geeft het verband weer tussen de prijs en de gevraagde hoeveelheid.

De (prijs)vraaglijn geeft het verband weer tussen de prijs en de gevraagde hoeveelheid. Samenvatting door een scholier 2072 woorden 16 januari 2003 7,7 108 keer beoordeeld Vak Methode Economie In balans 6.1.1: Het behoeftepatroon Er zijn een aantal factoren die het behoeftepatroon beïnvloeden:

Nadere informatie

Op zoek naar een spijkerbroek

Op zoek naar een spijkerbroek Hoofdstuk 2 Op zoek naar een spijkerbroek 2.23 2.24 2.25 2.26 2.27 2.28 2.29 2.30 2.31 2.32 D A A D B C D B C A 2.33 a. P = 6 Qv = -0,8 6 + 20 = 15,2 15.200 stuks. b. Omzet = P Qv = 6 15.200 = 91.200.

Nadere informatie

Wat is het juiste antwoord? Of welk woord hoort in welke kolom? 2 Monopolistische. concurrentie. Zowel volkomen als volkomen concurrentie

Wat is het juiste antwoord? Of welk woord hoort in welke kolom? 2 Monopolistische. concurrentie. Zowel volkomen als volkomen concurrentie Extra opdrachten 1. Wat is het juiste antwoord? Of welk woord hoort in welke kolom? Soort 1 Volledige mededinging 2 Monopolistische Zowel volkomen als volkomen 3 Oligopolie (duopolie) Geen 4 Monopolist

Nadere informatie

Domein D markt. Opgaven. monopolie enzo. Zie steeds de eenvoud!! Frans Etman

Domein D markt. Opgaven. monopolie enzo. Zie steeds de eenvoud!! Frans Etman Domein D markt monopolie enzo Zie steeds de eenvoud!! Opgaven vwo Frans Etman Opgave 1 Opgave 2 1. Bij welke afzet geldt dat de MO-lijn de MK-lijn snijdt? 2. Teken een stippellijn naar de prijslijn van

Nadere informatie

Lesbrief Markt en Overheid 2 e druk

Lesbrief Markt en Overheid 2 e druk Hoofdstuk 1. 1.15 1.16 1.17 1.18 D C B B De telefoniemarkt 1.19 a. TO = 2q. b. TK = 1,50q + 75.000. c. TO = TK 2q = 1,50q + 75.000 0,50q = 75.000. De break-evenafzet is 75.000/0,5 = 150.000 pennen. d.

Nadere informatie

Samenvatting Economie Module 2

Samenvatting Economie Module 2 Samenvatting Economie Module 2 Samenvatting door S. 1008 woorden 3 januari 2013 6,7 62 keer beoordeeld Vak Methode Economie Praktische economie Praktische economie Module 2 Economie Module 2 Eenmaal, andermaal,verkocht

Nadere informatie

7,1. Samenvatting door een scholier 818 woorden 19 september keer beoordeeld. MODULE 1: HOOFDSTUK 1 Waarover gaat economie?

7,1. Samenvatting door een scholier 818 woorden 19 september keer beoordeeld. MODULE 1: HOOFDSTUK 1 Waarover gaat economie? Samenvatting door een scholier 818 woorden 19 september 2004 7,1 10 keer beoordeeld Vak Economie MODULE 1: HOOFDSTUK 1 Waarover gaat economie? Economie gaat over de behoeften (de wensen) van mensen. Behoeften

Nadere informatie

UIT deel 2 elasticiteiten. H2 elasticiteiten. H2.1 drie kenmerken van elasticiteiten (verbanden)

UIT deel 2 elasticiteiten. H2 elasticiteiten. H2.1 drie kenmerken van elasticiteiten (verbanden) H2 elasticiteiten H2.1 drie kenmerken van elasticiteiten (verbanden) Uitleg elasticiteiten. Elasticiteiten geven het verband weer tussen een prijsverandering van een goed of een dienst en de mate waarin

Nadere informatie

7.3. Boekverslag door J woorden 18 oktober keer beoordeeld. Praktische economie. Economie Module 3 Hoofdstuk 1:

7.3. Boekverslag door J woorden 18 oktober keer beoordeeld. Praktische economie. Economie Module 3 Hoofdstuk 1: Boekverslag door J. 1988 woorden 18 oktober 2003 7.3 40 keer beoordeeld Vak Methode Economie Praktische economie Economie Module 3 Hoofdstuk 1: Concrete markt: Geheel van vraag/ aanbod op een tastbare

Nadere informatie

Samenvatting door een scholier 3455 woorden 13 februari keer beoordeeld. Onderdeel 2: Markten. Hoofdstuk 3: Hoe werken markten?

Samenvatting door een scholier 3455 woorden 13 februari keer beoordeeld. Onderdeel 2: Markten. Hoofdstuk 3: Hoe werken markten? Samenvatting door een scholier 3455 woorden 13 februari 2012 5 13 keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent Onderdeel 2: Markten Hoofdstuk 3: Hoe werken markten? 3.1 Markten Marktmechanisme: Vragers

Nadere informatie

Concrete markt: vragers, aanbieders, product op een bepaalde plaats. Abstracte markt: vraag en aanbod bepalen de prijs (denkmodel)

Concrete markt: vragers, aanbieders, product op een bepaalde plaats. Abstracte markt: vraag en aanbod bepalen de prijs (denkmodel) Concrete markt: vragers, aanbieders, product op een bepaalde plaats. Abstracte markt: vraag en aanbod bepalen de prijs (denkmodel) Kenmerken: Veel aanbieders Homogeen goed Vrije toe- uittreding Transparante

Nadere informatie

Evenwichtspri js MO WINST

Evenwichtspri js MO WINST Volkomen concurrentie Volledige mededinging Hoeveeldheidsaanpassing: prijs komt door Qa en Qv tot stand, individu heeft alleen invloed op de hoeveelheid die hij gaat produceren Veel vragers en veel aanbieders

Nadere informatie

Samenvatting door een scholier 496 woorden 2 april keer beoordeeld. Economie samenvatting hoofdstuk 8

Samenvatting door een scholier 496 woorden 2 april keer beoordeeld. Economie samenvatting hoofdstuk 8 Samenvatting door een scholier 496 woorden 2 april 2016 6 3 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO Economie samenvatting hoofdstuk 8 Een markt is een plaats waar vragers en aanbieders elkaar treffen.

Nadere informatie

Samenvatting Economie Hoofdstuk 1

Samenvatting Economie Hoofdstuk 1 Samenvatting Economie Hoofdstuk 1 Samenvatting door S. 946 woorden 2 april 2017 8,1 1 keer beoordeeld Vak Economie Hoofdstuk 1 De vraag naar producten Kernbegrippen 1) Individuele vraaglijn 2) Betalingsbereidheid

Nadere informatie

2 Katern Consumenten en producenten

2 Katern Consumenten en producenten Vwo-katern 2 Consumenten en producenten hoofdstuk 1 Consumenten en producenten 2 Katern Consumenten en producenten hoofdstuk 1 Het gedrag van de consument Opdracht 1 a Bijvoorbeeld via reclame of via prijsacties.

Nadere informatie

Lesbrief Vraag en Aanbod 1 e druk

Lesbrief Vraag en Aanbod 1 e druk Hoofdstuk 1 1.6 C Markten 1.7 a. De prijzen zijn gestegen. Bij een gelijk volume (= afzet) leidt dit tot een omzetgroei. b. Indexcijfer volume (afzet): 105, indexcijfer prijs: 97,1. 97,1 105 = 101,96.

Nadere informatie

Kruislingse prijselasticiteit Complementair aanvullend (negatief) Substituut vervangend (positief)

Kruislingse prijselasticiteit Complementair aanvullend (negatief) Substituut vervangend (positief) Prijs Ev = %Δq / %Δ Ev = Geen reactie volkomen rijsinelastisch Ev tussen en -1 Een beetje inelastisch (rimaire, normale goederen) Ev onder de -1 Veel elastisch (luxe goed) Toeassing inelastisch P stijgt

Nadere informatie

Remediëringstaak: Vraag en aanbod

Remediëringstaak: Vraag en aanbod Remediëringstaak: Vraag en aanbod Oefening 1: a. Stijging olieprijs blijft beperkt. Je moet een grafiek tekenen waarin je je aanbod naar links laat verschuiven (aanbod daalt) (wegens pijpleidingen die

Nadere informatie

Proefexamen Inleiding tot de Algemene Economie november /7

Proefexamen Inleiding tot de Algemene Economie november /7 Proefexamen Inleiding tot de Algemene Economie Prof. Dr. Jan Bouckaert Prof. Dr. André Van Poeck 15-19 november 2012 1. Welke uitspraak is fout? A. De curve van productiemogelijkheden illustreert het begrip

Nadere informatie

Markt en overheid - uitwerkingen bij Pincode 5e ed. 4GT Hoofdstuk 5 en 6

Markt en overheid - uitwerkingen bij Pincode 5e ed. 4GT Hoofdstuk 5 en 6 Markt en overheid - uitwerkingen bij Pincode 5e ed. 4GT Hoofdstuk 5 en 6 1 Nog niet zo lang geleden had je als boer te maken met een melkquotum. Een melkquotum betekent dat je een maximale hoeveelheid

Nadere informatie

Grafieken Economie Hoofdstuk 7

Grafieken Economie Hoofdstuk 7 Economie: Grafieken Hoofdstuk 7 1 Inhoud Grafieken Economie Hoofdstuk 7 door ieter Nobels ONDERNEMERSGEDRG BIJ OLKOMEN CONCURRENTIE... 3 GLOBL MRKTEENWICHT... 3 ERSCHUIINGEN N RG- EN NBODCURE (GLOBLE MRKT)...

Nadere informatie

Economie H5 : Markt & Overheid

Economie H5 : Markt & Overheid 1. De telefoniemarkt Het kan per land verschillen wat de overheid aanbiedt en wat door de bedrijven wordt aangeboden. Dit kan aan de politiek liggen maar ook aan de tijdsperiode. Voorbeelden telefonie,

Nadere informatie

UIT elasticiteiten

UIT elasticiteiten Wat is een elasticiteit. Een elasticiteit is niets anders dan een verband tussen twee variabelen (grootheden of factoren). Omdat economen erg geïnteresseerd zijn in het effect van de prijs op de hoogte

Nadere informatie

Betalingsbereidheid: hoeveel een consument bereidt is om voor een product te betalen.

Betalingsbereidheid: hoeveel een consument bereidt is om voor een product te betalen. Samenvatting door A. 1304 woorden 7 februari 2017 7,6 23 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO Samenvatting vraag & aanbod Hoofdstuk 1 Concrete markt: vragers en aanbieders komen op bepaalde tijden

Nadere informatie

5,5. Samenvatting door een scholier 2992 woorden 20 oktober keer beoordeeld

5,5. Samenvatting door een scholier 2992 woorden 20 oktober keer beoordeeld Samenvatting door een scholier 2992 woorden 20 oktober 2015 5,5 1 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO Opbrengst, totale kosten en winst De opbrengst of omzet wordt uitgedrukt in geld (euro s) en

Nadere informatie

6,3. Samenvatting door een scholier 2646 woorden 23 juni keer beoordeeld. Economie Lesbrief Vervoer Hoofdstuk 1 t/m 5

6,3. Samenvatting door een scholier 2646 woorden 23 juni keer beoordeeld. Economie Lesbrief Vervoer Hoofdstuk 1 t/m 5 Samenvatting door een scholier 2646 woorden 23 juni 2011 6,3 46 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO Economie Lesbrief Vervoer Hoofdstuk 1 t/m 5 Hoofdstuk 2 Opbrengst, totale kosten en winst De opbrengst

Nadere informatie

Oefeningen Producentengedrag

Oefeningen Producentengedrag Oefeningen Producentengedrag Oefening 1: Bij een productie van 10.000 eenheden bedragen de totale kosten van een bedrijf 90.000 EUR. Bij een productie van 12.500 bedragen de totale kosten 96.000 EUR. De

Nadere informatie

OVER OMZET, KOSTEN EN WINST

OVER OMZET, KOSTEN EN WINST OVER OMZET, KOSTEN EN WINST De Totale Winst (TW) van bedrijven vindt men door van de Totale Opbrengsten (TO), de Totale Kosten (TK) af te halen. Daarvoor moeten we eerst naar de opbrengstenkant van het

Nadere informatie

Leveranciers en afnemers mogen samenwerken, maar er zijn grenzen

Leveranciers en afnemers mogen samenwerken, maar er zijn grenzen Leveranciers en afnemers mogen samenwerken, maar er zijn grenzen Inleiding Samenwerking tussen leveranciers en afnemers Leveranciers en afnemers moeten afspraken maken over de distributie van goederen

Nadere informatie

Statische markttheorie. College 4, spm 1212

Statische markttheorie. College 4, spm 1212 Statische markttheorie College 4, spm 1212 1 Statische Markttheorie: SCP of SGR Marktstructuur Gedrag actoren Economische resulaten 2 Secundaire structuurkenmerken (basic conditions)! Groei of krimp! Vraagconcentratie!

Nadere informatie

Lesbrief Markt en Overheid 3 e druk

Lesbrief Markt en Overheid 3 e druk Hoofdstuk 1. 1.17 1.18 1.19 1.20 D C B B De telefoniemarkt 1.21 a. Het zijn kosten die toenemen bij toename van de productie en afnemen bij afname van de productie. b. Grondstofkosten: 2,5 6 = 15. Loonkosten:

Nadere informatie

Markt en overheid bij Pincode 5e ed. 4GT Hoofdstuk 5 en 6 aanvullend lesmateriaal n.a.v. vernieuwde syllabus EC/V/1: 7 en 8

Markt en overheid bij Pincode 5e ed. 4GT Hoofdstuk 5 en 6 aanvullend lesmateriaal n.a.v. vernieuwde syllabus EC/V/1: 7 en 8 Markt en overheid bij Pincode 5e ed. 4GT Hoofdstuk 5 en 6 aanvullend lesmateriaal n.a.v. vernieuwde syllabus EC/V/1: 7 en 8 De markt, marktsector en particuliere sector het zijn alle drie benamingen die

Nadere informatie

Herhalingsoefeningen Thema 1: Perfect competitieve markten

Herhalingsoefeningen Thema 1: Perfect competitieve markten Herhalingsoefeningen Thema 1: Perfect competitieve markten Oefening 1: De overheid treedt onder druk van milieugroepen op tegen vervuilende ondernemingen en legt de ondernemingen een belasting per eenheid

Nadere informatie

Oefeningen: Soorten marktvormen + Vraag en Aanbod + Marktevenwicht bij volkomen concurrentie

Oefeningen: Soorten marktvormen + Vraag en Aanbod + Marktevenwicht bij volkomen concurrentie Oefeningen: Soorten marktvormen + Vraag en Aanbod + Marktevenwicht bij volkomen concurrentie Oefening 1: Geef grafisch weer welke wijziging de vraag- en/of aanbodcurve zal ondergaan in volgende gevallen

Nadere informatie

Samenvatting Economie Vraag en Aanbod

Samenvatting Economie Vraag en Aanbod Samenvatting Economie Vraag en Aanbod Samenvatting door Y. 1883 woorden 5 juli 2017 8,1 10 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO Hoofdstuk 1 Concrete markt-->vragers en aanbieders komen op bepaalde

Nadere informatie

Geeft aan hoeveel iemand (maximaal) bereid is om uit te geven aan een bepaald product.

Geeft aan hoeveel iemand (maximaal) bereid is om uit te geven aan een bepaald product. Boekverslag door M. 988 woorden 11 oktober 2015 9.3 4 keer beoordeeld Vak Economie Hoofdstuk 2 Betalingsbereidheid: Geeft aan hoeveel iemand (maximaal) bereid is om uit te geven aan een bepaald product.

Nadere informatie

Concrete markt: vragers, aanbieders, product op een bepaalde plaats.

Concrete markt: vragers, aanbieders, product op een bepaalde plaats. Concrete markt: vragers, aanbieders, roduct o een beaalde laats. Abstracte markt: vraag en aanbod bealen de rijs (denkmodel) Volkomen concurrentie Kenmerken: Veel aanbieders Homogeen goed Transarante markt

Nadere informatie

Week 5 rechtseconomie HC 9, , Onvolledige mededinging

Week 5 rechtseconomie HC 9, , Onvolledige mededinging Week 5 rechtseconomie HC 9, 5-03-2018, Onvolledige mededinging Marktfalen: Marktfalen kunnen ervoor zorgen dat markten niet goed werken. Je hebt marktfalen op verschillende gebieden binnen de economie.

Nadere informatie