NATIONAAL VERSLAG 1998 MINIMALE PSYCHIATRISCHE GEGEVENS

Transcriptie

1 Ministerie van Sociale Zaken, Volksgezondheid, en Leefmilieu. Bestuur van de Gezondheidszorg. Bestuursdirektie Gezondheidszorgbeleid Cel Psychiatrische Zorgverlening NATIONAAL VERSLAG 1998 VAN DE MINIMALE PSYCHIATRISCHE GEGEVENS verzameld in de psychiatrische ziekenhuizen, de psychiatrische afdelingen van algemene ziekenhuizen, de initiatieven beschut wonen en de psychiatrische verzorgingstehuizen. Rijksadministratief Centrum Vesaliusgebouw, 7de verdieping 1010 Brussel.

2 VOORWOORD Vorig jaar werd U het Nationaal Verslag van de MPG met gegevens van het jaar 1997 toegestuurd. Vandaag kunnen wij U het Nationaal Verslag van 1998 voorstellen. Hierin worden voor de eerste keer gegevens voorgesteld over de Initiatieven Beschut Wonen en de Psychiatrische Verzorgingstehuizen die sinds 1 september 1998 officiëel van start gingen met de MPG-registratie. De gegevens die U in deze bundel vindt is voor het merendeel van de tabellen van de continue registratie vergelijkbaar met de tabellen die verleden jaar werden voorgesteld. Voor de steekproefgegevens worden er in dit verslag gegevens op patiënt-niveau ( hun functioneren en de zorgactiviteiten die ze ontvingen ) gepresenteerd waar vorig jaar gegevens op leefeenheid-niveau werden aangeboden. Ook in dit Nationaal Verslag wordt themagerichte informatie aangeboden namelijk over de jongeren in de residentiële geestelijke gezondheidszorg. Voor deze groep patiënten worden sociodemografische-, opnamegegevens en gegevens over behandeling en ontslag weergegeven. Het nationaal verslag is noodgedwongen globaal en anoniem omdat de jaarlijkse feedback voor iedere sector uit de residentiële geestelijke gezondheidszorg bedoeld is. Toch denk ik dat het nationaal verslag nuttige informatie bevat voor al diegenen die vragen hebben over patiëntenkarakteristieken en zorgactiviteiten. Ik verwijs hierbij naar de Omkaderende teksten voor de registratie van de Minimale Psychiatrische Gegevens, Deel X: Gebruiksmogelijkheden van de MPG. Ik wens dan ook iedereen te bedanken die door zijn inzet de realisatie van dit Nationaal Verslag 1998 mogelijk heeft gemaakt. De keuze van de tabellen werd op 22 oktober 1999 voorgelegd aan de werkgroep MPG van de Commissie voor toezicht op en evaluatie van de statistische gegevens die verband houden met de medische activiteiten in de ziekenhuizen. Hopelijk werpt dit jaarverslag meer licht op de residentiële geestelijke gezondheidszorg in België en wordt het binnen uw instelling een referentiewerk. Tevens wachten wij op uw inhoudelijke reacties en suggesties, via uw spreekbuis, de universitaire coördinatoren. A. Simoens-Desmet Adviseur-generaal

3 I Algemene informatie 1. Inleiding De Minimale Psychiatrische Gegevens registratie (MPG) verzamelt sinds 1 juli 1996 gegevens over alle patiënten die opgenomen worden in een Psychiatrisch Ziekenhuis of in een Psychiatrische Afdeling van een Algemeen Ziekenhuis. Sinds 1 september 1998 worden ook gegevens geregistreerd van de bewoners in de Initiatieven Beschut Wonen en de Psychiatrische Verzorgingstehuizen. Er wordt informatie verzameld op continue wijze: er worden gegevens genoteerd bij de aanvang van het medisch-psychiatrisch verblijf, bij elke afzonderlijke periode van de behandeling en bij gelegenheid van het afsluiten van de behandeling. Tijdens het medischpsychiatrisch verblijf kan de behandeling van de patiënt/bewoner onderbroken worden door intermediair louter administratieve ontslagen en wederopnames, b.v. voor verlof of voor opname in een algemeen ziekenhuis Om de 6 maanden worden de gegevens op diskette geëxporteerd naar het Ministerie van Volksgezondheid. Zulke verzending bevat informatie over alle patiënten die in het afgelopen semester in behandeling geweest zijn of nog zijn. In dit rapport wordt gebruik gemaakt van de zendingen van gegevens van het tweede semester van 1996, het eerste en het tweede semester van 1997 en het eerste en tweede semester van De gegevens van een patiënt worden anoniem gemaakt en doorgestuurd onder de vorm van een aantal records of fiches. Voor elke medisch-psychiatrisch verblijf is er 1 fiche met opnamegegevens (de MA-fiche). Deze vermeldt een aantal sociodemografische gegevens,opnamegegevens en een eerste diagnose. Voor elke behandelingsperiode wordt er een MTfiche doorgestuurd. Deze bevat informatie over de begintoestand van de patiënt bij die behandelingsperiode, de verpleegkundige, medische en psychosociale zorgen die verstrekt werden in de loop van de behandelingsperiode en de geactualiseerde diagnose aan het einde van de behandelingsperiode. Bij het definitieve ontslag tenslotte wordt een MD-fiche aangemaakt die informatie bevat over de toestand van de patiënt aan het einde van het medische-psychiatrische verblijf, de behoefte aan nazorg en de bestemming bij ontslag. Een medisch-psychiatrische behandeling kan verschillende MT-fiches bevatten, naargelang de patiënt opeenvolgend in verschillende leefeenheden en/of kenletters behandeld wordt. In ieder geval wordt er om de 6 maanden een MT-fiche ingevuld. Het volledige verslag over een medisch-psychiatrisch verblijf omvat dus de volgende fiches: MA MT1 (MT2 n) MD Bij gelegenheid van een zending op het einde van een semester worden de gegevens doorgestuurd van alle patiënten voorzover die gegevens er op dat ogenblik zijn. Voor deze medisch-psychiatrische verblijven die afgesloten werden, zal dat de volledige set zijn, voor patiënten die nog in behandeling zijn op dat ogenblik, de MA-fiche en de MT-fiches voor de behandelingsperiodes die op dat ogenblik al beëindigd zijn.

4 II Naast deze continue verzameling van gegevens kan het Ministerie van Volksgezondheid maximaal 2 maal per jaar een steekproefweek instellen. Tijdens zulke week worden voor de patiënten die op dat ogenblik in behandeling zijn het niveau van functioneren en de zorgverlening gedetailleerd in kaart gebracht en wordt genoteerd hoeveel personeel er beschikbaar is in elke leefeenheid om die zorgen te verstrekken. Deze informatie wordt mee opgenomen in de zending van het semester in twee soorten records of fiches: een SP-fiche die gegevens bevat over de patiënten en een ST-fiche die per leefeenheid het beschikbare personeel beschrijft. Er was een steekproefweek van 14 mei 1998 tot 20 mei 1998 en van 19 november 1998 tot 25 november Beschrijving van de patiëntenpopulaties Figuur 1 : De medisch-psychiatrische verblijven van 11 hypothetische patiënten over de tijd en de relatie tot de verschillende momenten van zending van gegevens Jul 97 Aug 97 Sep 97 Okt 97 Nov 97 Dec 97 Jan 98 Feb 98 Mrt 98 Apr 98 Mei 98 Jun 98 Jul 98 Aug 98 Sep 98 Okt 98 Nov 98 Dec 98 Jan 99 Feb 99 Zending 3 Zending 4 steekproef Zending 5 Bij gelegenheid van elke zending kunnen volgende populaties omschreven worden: 2.1. De patiënten op het einde van de statistische periode in behandeling: de AANWEZIGE POPULATIE. Deze populatie geeft een algemeen beeld van alle patiënten die op de laatste dag van het semester behandeld worden in de psychiatrische ziekenhuizen (PZ) en de psychiatrische afdelingen van algemene ziekenhuizen (PAAZ). In deze populatie kunnen patiënten niet meer dan één keer voorkomen: men kan op een bepaalde datum slechts in één instelling in behandeling zijn en evenmin kan men meerdere behandelingen tegelijk ondergaan. Hetzelfde geldt voor de bewoners van de Psychiatrische Verzorgingstehuizen maar niet voor alle bewoners van een Initiatief Beschut Wonen vermits hier de mogelijkheid bestaat dat men verder behandeld wordt in een Psychiatrisch Ziekenhuis. Voor de aanwezige populatie worden hoofdzakelijk socio-demografische gegevens en opnamegegevens beschreven. Deze populatie is immers vergelijkbaar met de algemene bevolkingsstatistieken die ook een momentopname zijn. Voor heel wat van deze behandelingen is op het ogenblik van de zending nog lang niet

5 III alle informatie aanwezig, er is wel minstens een MA-fiche. Naargelang deze informatie in de volgende zendingen vervolledigd werd met verdere MT-fiches en eventueel een MD-fiche kan er wel een vollediger beschrijving van (de behandeling van) deze patiënten gegeven worden. Zo bestond in het voorbeeld gegeven in figuur 1 de aanwezige populatie op uit patiënten 1, 4, 6 en 9. Ondertussen is echter via zending 4 en 5 verdere informatie over deze patiënten ter beschikking gekomen, al is voor patiënt 9 de behandeling nog altijd niet afgesloten en is er dus ook nog geen MD-fiche doorgestuurd. In figuur 1 bestaat de aanwezige populatie op uit: 3, 9 en 10. In dit rapport wordt de aanwezige populatie van voor de Psychiatrische Ziekenhuizen en de Psychiatrische Afdelingen in Algemene Ziekenhuizen in beeld gebracht, en worden de aanwezige populaties van , en in beide sectoren vergeleken. Tevens worden de aanwezige populaties van in de Psychiatrische Ziekenhuizen, de Psychiatrische Afdelingen van Algemene Ziekenhuizen, de Psychiatrische Verzorgingstehuizen en van de Initiatieven Beschut Wonen beschreven De POPULATIE BEËINDIGDE MEDISCH-PSYCHIATRISCHE VERBLIJVEN geeft een algemeen beeld van alle medisch-psychiatrische behandelingen waarover de informatie volledig is dwz. verblijven waarvan zowel opnamegegevens (MA-fiches), behandelgegevens (MT-fiches) als ontslaggegevens (MD-fiches) beschikbaar zijn. Het is heel goed mogelijk dat dezelfde persoon verschillende keren voorkomt in deze populatie, de teleenheid is een volledige medisch-psychiatrische behandeling en een patiënt kan in de voorbije periode verschillende keren voor kortere periodes in behandeling genomen zijn, in dezelfde instelling of in verschillende. Om de privacy van personen te beschermen is uit de registratie slechts beperkt op te maken of dit het geval is. Enkel voor patiënten die binnen het jaar na hun eerste medisch ontslag terug in behandeling genomen worden in dezelfde instelling, blijft het anoniem identificatienummer behouden. Wel kan men steeds het onderscheid maken tussen eerste behandelingen in een instelling en volgende behandelingen in diezelfde instelling. In het voorbeeld van figuur 1 bestaat de behandelde populatie van zending 4 uit beëindigde medisch-psychiatrische verblijven : patiënten 4, 6 en tweemaal patiënt 7. Voor patiënt 7 blijft hetzelfde identificatienummer gelden. De tweede behandeling van patiënt 3 in december 1998 gebeurt echter onder een nieuw identificatienummer. In dit rapport wordt de behandelde populatie in de Psychiatrische Ziekenhuizen en de Psychiatrische Afdelingen van Algemene Ziekenhuizen over het gehele jaar 1998 gehanteerd. In het voorbeeld van figuur 1 zou het gaan over de patiënten 1, 4, 5, 6, 7(2x), 8 en 11. De behandelde populatie bestaat uit medisch-psychiatrische verblijven die alle beeindigd werden in 1998 maar niet alle aanvingen in 1998

6 2.3. Men kan een derde populatie omschrijven die gedeeltelijk overlapt met beide vorige: IV De OPGENOMEN POPULATIE omvat de medisch-psychiatrische verblijven die aangevat werden in Eenzelfde patiënt kan verschillende keren voorkomen in deze populatie wanneer hij/zij meerdere opnames heeft gehad in Deze populatie bevat een deel van de behandelde populatie, namelijk, deze verblijven die in 1998 zowel aangevat als beëindigd werden, als behandelingen die wel aangevat werden maar niet beëindigd werden in De opgenomen populatie voor het jaar 1998 in figuur 1 bestaat uit: 3, 5, 7(2x), 8, 10 en 11. Gezien de MPG-registratie voor de Psychiatrische Verzorgingstehuizen en de Initiatieven Beschut Wonen op vrijwillige basis gebeurde in het eerste semester van 1998 worden in dit rapport enkel de opnames in de Psychiatrische Ziekenhuizen en de Psychiatrische Afdelingen van Algemene Ziekenhuizen beschreven. Voor deze populatie worden ook de sociodemografische - en opnamegegevens (MA-fiches) beschreven De STEEKPROEF POPULATIE bestaat uit de patiënten die op een of meerdere dagen van de week van 14 mei 1998 tot 20 mei 1998 en/of 19 november 1998 tot 25 november 1998 in behandeling waren Het woord steekproef slaat hier op het feit dat één week uit de vele wordt gekozen. Patiënten kunnen in deze populatie meermaals voorkomen, indien zij in de loop van de steekproefweek van leefeenheid veranderen. In dit rapport wordt de totale steekproef-populatie gereduceerd tot enkel die patiënten die in behandeling (volledig of partiëel) waren op de laatste dag van de steekproefweek dat wil zeggen respectievelijk op woensdag 20 mei 1998 en/of op woensdag 25 november Voor deze populatie worden de hoofddiagnosegroepen bij opname beschreven naar functionele status (items PF01 PF23) en zorgverlening (items PA01 PA26). De gegevens betreffen de patiënten van de Psychiatrische Ziekenhuizen en de Psychiatrische Afdelingen van Algemene Ziekenhuizen en niet de bewoners van de Psychiatrische Verzorgingstehuizen en van de Initiatieven Beschut Wonen gezien voor deze laatste sectoren van de residentiële geestelijke gezondheidszorg in 1998 geen steekproefregistratie verplicht was.

7 V 3. Samenstelling van de populaties In figuur 2 wordt de samenstelling van de verschillende populaties schematisch aangegeven. Er zijn 5702 patiënten die al opgenomen waren vóór de registratie begon en die nu nog steeds opgenomen zijn. Zij komen in elke populatie aanwezigen voor. Het merendeel van de behandelingen in de psychiatrie is echter van kortere duur. Meer dan behandelingen worden aangevat en afgesloten in hetzelfde semester. 86% van de medische opnames (= 83770) in 1998 worden ook beëindigd in 1998 (= verblijven). Figuur 2 : Samenstelling van de populaties begin Zending 3 Zending 4 Zending 5 N=11260 N= 842 N= 621 N= 5702 N= N= 8234 N= 1491 N= 2975 N=32597 N= 7147 N= 2171 N=32548 N= 9307 Opgenomen in 1998: N=83770 Aanwezig op : N=20107 Behandeld in 1998: N=83480 Aanwezig op : N=20155 Op waren er 2793 bewoners in de Initiatieven Beschut Wonen en 3062 bewoners in de Psychiatrische Verzorgingstehuizen. In de Initiatieven Beschut Wonen werden in opnames geregistreerd waarvan 656 of 40,5% ook weer werden ontslagen. In de Psychiatrische Verzorgingstehuizen werden in opnames geregistreerd waarvan 161 of 29% werden ontslagen.

8 VI 4. Toelichting bij de tabellen De Minimale Psychiatrische Gegevens worden in de vorm van frekwentietabellen weergegeven. Er werd geopteerd voor tabellen waarbij in de kolommen de verschillende categoriëen van een of meerdere kolomvariabelen (bijvoorbeeld type instelling en geslacht ) worden weergegeven en in de rijen de verschillende categoriëen van een of meerdere rijvariabelen (bijvoorbeeld leeftijdscategoriëen en de verschillende types beëindigd onderwijs). In de cellen van zulke tabel staat het aantal observaties waar een waarde van de kolomvariabele en een waarde van de rijvariabele samen voorkomen (bijvoorbeeld op waren er 7602 mannelijke patiënten aanwezig in de Psychiatrische Ziekenhuizen die een normaal type onderwijs beëindigd hadden zie tabel 4 ) In elke tabel worden in de eerste rij de kolomtotalen weergegeven en in de laatste kolom de rijtotalen. Hierdoor is het mogelijk,alnaargelang de eigen interesse, voor elk celtotaal hetzij een kolompercentage, hetzij een rijpercentage te berekenen. Bijvoorbeeld op een totaal N van 9612 mannelijke patiënten die aanwezig waren in de Psychiatrische Ziekenhuizen op beëindigden 7602 mannelijke patiënten een normaal type onderwijs, dit is (7602/9612)*100 = 79% van alle mannelijke patiënten die op dat moment in de Psychiatrische Ziekenhuizen werden behandeld. Het rijpercentage bedraagt (7602/16626)*100 = 45,7% en wil zeggen dat van alle patiënten (=mannen en vrouwen in PZ en PAAZ aanwezig op ) die een normaal type onderwijs (totaal=16626) beëindigden (zie tabel 4 ), de mannelijke patiënten die op in de Psychiatrische Ziekenhuizen verbleven 45,7% uitmaakten. Wil men groepen vergelijken op de verdeling van een variabele dan berekent men percentages. In tegenstelling tot de ruwe aantallen in de tabellen laten percentages een vergelijking toe omdat percentages de groepen standaardiseren op een gelijke omvang van 100. Berekent men rijpercentages dan kan men de categoriëen van een rij-variabele onderling vergelijken per 1 categorie van de kolom-variabele. Berekent men kolompercentages dan kan men de categoriëen van een kolom-variabele onderling vergelijken op 1 categorie van een rijvariabele. Sommige gegevens in de MPG kennen vele mogelijke antwoordcategoriëen. Tabellen met zoveel categoriëen zijn niet erg praktisch. Voor dergelijke variabelen wordt eerst vóór kruising met andere variabelen een frekwentietabel gegeven met alle antwoordcategoriëen uitgesplitst naar type instelling. Daaran gebeuren de kruisingen met een hercodering van de variabele in een beperkt aantal categoriëen door sommige antwoordmogelijkheden samen te voegen onder een ruimer begrip. Deze hercoderingen worden verduidelijkt in bijlage A. Deze bijlage A is alfabetisch gerangschikt op de naam van elke variabele. Dit is de naam die gebruikt wordt in de tabel zelf. In de titels van de tabellen komen soms algemenere omschrijvingen voor wanneer meerdere variabelen in de tabel zijn opgenomen. Naast hercoderingen van variabelen komen ook variabelen voor die werden berekend op basis van 1 of meer andere variabelen (bijvoorbeeld: leeftijd bij ontslag in 1998 = 1998 geboortejaar ). Ook voor deze variabelen kan men in bijlage A opzoeken hoe ze nu juist berekend werden.

9 VII 5. Van gegevens naar informatie Het nationaal verslag van de Minimale Psychiatrische Gegevens wordt weleens vergeleken met een telefoonboek. Het is inderdaad zo dat het nationaal verslag, net zoals een telefoongids, slechts nuttig is wanneer men gegevens nodig heeft. Bij gerichte consultatie over patiëntenkarakteristieken en zorgactiviteiten kan het nationaal verslag nuttige informatie opleveren (zie in dit verband: Omkaderende teksten voor de registratie van de MPG Deel X: Gebruiksmogelijkheden van de MPG ). Vermits tal van vragen kunnen gesteld worden is het opzet van het nationaal verslag algemeen. Feedback over hetgeen de instellingen in de loop van een jaar aan gegevens verzamelden wordt onder de vorm van alle mogelijke enkelvoudige frekwentieverdelingen en zoveel mogelijk kruistabellen, waarin meerdere variabelen met elkaar gecombineerd worden, weergegeven. Aangezien het nationaal verslag hierdoor heel wat tabellen met cijfergegevens bevat dient men zijn vraag naar informatie zodanig te formuleren dat duidelijk wordt welke tabel een volledig of gedeeltelijk antwoord kan geven. Daarom is het belangrijk te weten welke informatie vervat ligt in elk deel van het nationaal verslag: De populatie aanwezige patiënten bestaat uit patiënten die op het einde van een statistische periode in behandeling zijn. Van deze patiënten worden hoofdzakelijk sociodemografische- en opnamegegevens beschreven samen met hun hoofddiagnose bij opname. In dit verslag vindt men een beschrijving van de patiënten die op aanwezig waren in PZ en PAAZ ( Deel 1), een vergelijking tussen de aanwezige populaties in PZ en PAAZ (Deel 2) op hetzelfde moment (31 december) in opeenvolgende jaren ( ) en ook een vergelijking van de patiënten, aanwezig op hetzelfde moment (31 december 1998) in de verschillende sectoren (Deel 5) van de residentiële geestelijke gezondheidszorg (PZ, PAAZ, Initiatieven Beschut Wonen en de Psychiatrische Verzorgingstehuizen). In de feedback over de steekproef-populatie (Deel 6) worden ook gegevens over patiënten gepresenteerd vermits enkel de patiënten die op de laatste dag van de steekproef-week in behandeling waren werden geselecteerd. In het steekproefgedeelte worden de patiënten gegroepeerd volgens hun hoofddiagnose bij opname en ligt bij de beschrijving van deze klinische groepen het accent op het functioneren (Basisfunctioneren-Maatschappelijk functioneren-gedragsbeheer en Relationeel functioneren). Het deel over de opgenomen populatie (Deel 3) geeft sociodemografische- en opnamegegevens (waaronder de hoofddiagnose bij opname) van alle medisch-psychiatrische verblijven die aanvingen in In deze populatie kan eenzelfde patiënt meermaals voorkomen wanneer hij/zij meerdere opnames heeft gehad in De teleenheid ( de N) is hier het aantal medische opnames van Het onderscheid tussen eerste- en heropnames laat toe eerste opnames uit opeenvolgende jaren te vergelijken wat epidemiologisch relevante informatie kan opleveren en anderzijds kan een vergelijking tussen de karakteristieken van eerste opnames en heropnames variabelen aanwijzen die mogelijk van invloed zijn op de heropnamekans. De tabellen in dit deel 3 zijn ook van toepassing op de populatie van de in 1998 beëindigde medisch-psychiatrische verblijven vermits 86% van beide populaties op dezelfde verblijven betrekking heeft. De populatie beëindigde medisch-psychiatrische verblijven (Deel 4) geeft als enige informatie over zorgactiviteiten en ontslaggegevens. Beëindigde behandelingen bevatten als enige alle MPG-gegevens van een medisch-psychiatrisch verblijf d.w.z. opnamegegevens, behandelgegevens en ontslaggegevens. Ook voor deze populatie kan men niet spreken van de

10 VIII teleenheid patiënt omdat eenzelfde patiënt meerdere beëindigde behandelingen in hetzelfde jaar kan hebben. Deze populatie laat toe de behandeling van verschillende ziektebeelden met elkaar te vergelijken. In de cellen van de frekwentietabellen met gegevens over de items van blokken 5 en 6 wordt voor de verschillende klinische beelden (DSM-IV hoofddiagnose-groepen) telkens aangegeven voor hoeveel verblijven het zorg-item effectief werd verstrekt ( het verschil met het totaal aantal beëindigde verblijven N geeft het aantal verblijven waarin het zorg-item niet werd verstrekt). Deelt men het aantal van de cel (=combinatie ziektebeeld en zorg-item) door N (= het totaal aantal beëindigde verblijven per ziektebeeld onafhankelijk van de zorgverstrekking) dan kan men de verschillende ziektebeelden onderling vergelijken op een zorg-item en eventueel besluiten dat het zorg-item een rol speelt in de behandeling van bepaalde ziektebeelden eerder dan in deze van de andere. Deelt men het celaantal door Totaal (= het totaal aantal verblijven waarin het zorg-item effectief werd verstrekt over alle hoofddiagnosegroepen heen) dan verkrijgt men informatie over het relatieve belang van verschillende zorg-items in de behandeling van een bepaalde klinische groep. In tegenstelling met het nationaal verslag 1997 worden geen gemiddelde procenten behandelingsdagen meer gegeven omdat deze percentages niet eenduidig interpreteerbaar zijn ( een gemiddeld percentage van 30 kan in theorie betekenen dat ofwel alle patiëntenverblijven Dit zorg-item gescoord kregen voor 30% van de behandelingsdagen ofwel dat 30% van de patiëntenverblijven dit zorg-item gescoord kregen voor 100% van de behandelingsdagen ). Voor de steekproef-populatie worden gelijkaardige gegevens gepresenteerd met de items PA01-PA26 (Deel 7). Ook hier staan in de cellen telkens het aantal patiëntenverblijven waarin de zorg effectief werd toegediend, maar ditmaal beperkt de zorg zich tot een steekfproefweek.

11 IX 6. Nog enkele kanttekeningen Binnen dezelfde populaties kunnen de aantallen waarop de tabellen berekend werden licht verschillen, meestal ontbreken er enkele tientallen gevallen. Dit wordt veroorzaakt door het feit dat niet altijd de gegevens even zorgvuldig werden genoteerd, hier en daar ontbreekt er iets of werd er een waarde ingevuld die niet kan. In feite gaat het om een zeer beperkt aantal gegevens op de meer dan behandelingen die werden geregistreerd. Men kan enkel waarderen hoe zorgvuldig de vele medewerkers in de psychiatrie al deze gegevens hebben genoteerd. De volledige omvang van elke populatie staat echter in figuur 2. De aantallen in de cellen van de frekwentietabellen zijn deze waarvoor een geldig antwoord beschikbaar was op alle variabelen die in de tabellenreeks voorkomen. Hier en daar komen in de tabellen enkele casussen voor die, indien men ze als correct zou moeten beschouwen, wel erg de verbeelding tarten: kleuters die hoger onderwijs hebben genoten, patiënten met slaapstoornissen zonder slaapproblemen, e.d. Deze zaken worden niet verbloemd of weggeknipt, er wordt weergegeven wat werd gerapporteerd Een andere fout die nogal eens voorkomt is het huidige jaartal invullen voor het geboortejaar. Wanneer het duidelijk was dat deze fout werd begaan ( door het feit dat deze patiënt tevens schoolgaand was of werkend ) werd de geboortedatum als ontbrekend gegeven beschouwd. Ook 0-scores waar er geen voorzien zijn worden als ontbrekend gegeven behandeld. Tenslotte willen we er op wijzen dat voor elke statistische periode MA-fiches en vooral MDfiches ontbreken. Dit betekent dat medische opnamegegevens en medische ontslaggegevens niet tijdig worden ingevoerd in het MPG-invoerprogramma. Medische ontslagen die niet geexporteerd werden geven valse aanwezigen en teweinig beëindigde behandelingen. Medische opnames die niet geexporteerd werden geven een onderschatting van het werkelijk aantal aanwezigen en van het aantal medische opnames.

12 TABEL 1A: AANWEZIG OP : SOCIALE KENMERKEN (1) NAAR TYPE INSTELLING EN VERBLIJFSDUUR TOT DATUM. PZ PAAZ tot 6 meer dan 6 tot 6 meer dan 6 maanden maanden maanden maanden Totaal N GESLACHT Man Vrouw LEEFTIJD OP DATUM TYPE LAATST BEEINDIGD ONDERWIJS Gewoon Buitengewoon Ander niet gespec Geen gevolgd Onbekend NIVEAU LAATST BEEINDIGD ONDERWIJS Kleuter Lager Sec.lagere cyclus Sec.hogere cyclus e gr. Observatie e gr. Oriëntatie e gr. Determinatie Aanvullend sec Sec. onbepaald Hoger niet-univ Universitair Ander niet gespec Geen gevolgd Onbekend

13 TABEL 1B: AANWEZIG OP : SOCIALE KENMERKEN NAAR TYPE INSTELLING EN VERBLIJFSDUUR TOT DATUM. PZ PAAZ tot 6 meer dan 6 tot 6 meer dan 6 maanden maanden maanden maanden Totaal N BEROEPSSTATUS BIJ OPNAME Voltijds werk Deeltijds werk Onregelmatig werk Werk tijdel.onderbroken owv ziekte/ongeval Werk tijdel.onderbroken owv fam./pers.redenen Eigen huishouden Scholier/student Invalide Mindervalide Uitkeringsger.werkloze Niet-uitkeringsger.werkloze Steuntrekkende Gepensioneerde Rentenier Ander niet gespec Geen/zonder Onbekend HUIDIG OF LAATSTE HOOFDBEROEP Arbeider Bediende Middenkader Directie Landbouwer Vrij beroep Ander zelfstandig Helper/familielid Ander niet gespec Geen/zonder Onbekend LEEFMILIEU VOOR OPNAME Woont alleen Eigen gezin Ouderlijk gezin In- of samenwonend Ander gezinsmilieu Bejaardenvoorziening Gehandicaptenvoorziening Opvangcentrum thuislozen Gemeenschapsverband Afhankelijk van justitie Ander collectief PZ PAAZ PVT BeWo Gezinsverpleging Alternat.psych.opvang Algemeen ZH Ander therap.milieu Ander niet gespec Geen vast verblijf Onbekend

14 TABEL 2: AANWEZIG OP : TUSSENKOMENDE PERSOON NAAR TYPE INSTELLING EN VERBLIJFSDUUR TOT DATUM. PZ PAAZ tot 6 meer dan 6 tot 6 meer dan 6 maanden maanden maanden maanden Totaal N VOORLAATST TUSSENKOMENDE PERSOON Eigen initiatief Familie/directe omgeving Andere niet-profes.personen Ziekenwagen Juridische instantie Ordehandhavers Andere niet-therap. profes.personen Niet-psych. privé praktijk Privé praktijk psychiater eigen inst Privé praktijk psychiater nieteigen inst C.G.G.Z Polikliniek eigen inst Polikliniek andere inst Andere profes.therap.personen Eigen instelling PZ PAAZ PVT BeWo Algemeen ZH Alternat.psych.opv Bej.tehuis/RVT/V-dienst Andere instelling Geen Onbekend LAATST TUSSENKOMENDE PERSOON Eigen initiatief Familie/directe omgeving Andere niet-profes.personen Ziekenwagen Juridische instantie Ordehandhavers Andere niet-therap. profes.personen Niet-psych. privé praktijk Privé praktijk psychiater eigen inst Privé praktijk psychiater nieteigen inst C.G.G.Z Polikliniek eigen inst Polikliniek andere inst Andere profes.therap.personen Eigen instelling PZ PAAZ PVT BeWo Algemeen ZH Alternat.psych.opv Bej.tehuis/RVT/V-dienst Andere instelling Onbekend

15 TABEL 3: AANWEZIG OP : OMSTANDIGHEDEN OPNAME NAAR TYPE INSTELLING EN VERBLIJFSDUUR TOT DATUM. PZ PAAZ tot 6 meer dan 6 tot 6 meer dan 6 maanden maanden maanden maanden Totaal N WIJZE VAN OPNAME Vrijwillig Opname ter observatie Internering Verder gedwongen verblijf Probatie Ander juridisch Bijstand in nood Ander niet gespecifieerd Onbekend TYPE OPNAME Gepland minder dan 24 uur Gepland 24 uur of meer Onbekend VOLGNR.MEDISCH-PSYCHIATRISCH VERBLIJF > DAG VAN DE WEEK maandag dinsdag woensdag donderdag vrijdag zaterdag zondag KENLETTER OP DATUM A A A K K K T T T TFB TFP

16 TABEL 4: AANWEZIG OP : SOCIALE KENMERKEN NAAR TYPE INSTELLING EN GESLACHT. PZ PAAZ Man Vrouw Man Vrouw Totaal N LEEFTIJD OP DATUM TYPE LAATST BEEINDIGD ONDERWIJS Gewoon Buitengewoon Ander niet gespec Geen gevolgd Onbekend NIVEAU LAATST BEEINDIGD ONDERWIJS Kleuter of lager Sec.lagere cyclus Sec. hogere cyclus Hoger Ander of onbekend Geen BEROEPSSTATUS BIJ OPNAME Betaald werk Niet beroepsactief Invalide Mindervalide Werkloos/steuntrekkend Ander of onbekend Geen/zonder HUIDIG OF LAATSTE HOOFDBEROEP Arbeider Hoger of lager bediende Zelfstandige Ander of onbekend Geen/zonder LEEFMILIEU VOOR OPNAME Woont alleen Gezin/gezinsvervang.milieu Collectieve woonvorm Therap.milieu Ander of onbekend

17 TABEL 5: AANWEZIG OP : OMSTANDIGHEDEN OPNAME NAAR TYPE INSTELLING EN GESLACHT. PZ PAAZ Man Vrouw Man Vrouw Totaal N VOLGNR.MEDISCH-PSYCHIATRISCH VERBLIJF Eerste opnamen Heropnamen TYPE OPNAME Gepland minder dan 24 uur Gepland 24 uur of meer Onbekend WIJZE VAN OPNAME Vrijwillig Wettelijke voorwaarden Bijstand in nood Ander of onbekend LAATST TUSSENKOMENDE PERSOON Eigen initiatief Omgeving Niet-therap.diensten Therap.privé praktijk Therap.ambulante dienst Eigen instelling Andere psychiatr.inst Andere resident.inst Onbekend DAG VAN DE WEEK maandag dinsdag woensdag donderdag vrijdag zaterdag zondag KENLETTER OP DATUM A A A K K K T T T TFB TFP

18 TABEL 6A: AANWEZIG OP : SOCIALE KENMERKEN NAAR LEEFTIJD OP DATUM, SELECTIE PZ. TYPE INSTELLING PZ LEEFTIJD OP DATUM Totaal N TYPE LAATST BEEINDIGD ONDERWIJS Gewoon Buitengewoon Ander niet gespec Geen gevolgd Onbekend NIVEAU LAATST BEEINDIGD ONDERWIJS Kleuter of lager Sec.lagere cyclus Sec. hogere cyclus Hoger Ander of onbekend Geen BEROEPSSTATUS BIJ OPNAME Betaald werk Niet beroepsactief Invalide Mindervalide Werkloos/steuntrekkend Ander of onbekend Geen/zonder HUIDIG OF LAATSTE HOOFDBEROEP Arbeider Hoger of lager bediende Zelfstandige Ander of onbekend Geen/zonder LEEFMILIEU VOOR OPNAME Woont alleen Gezin/gezinsvervang.milieu Collectieve woonvorm Therap.milieu Ander of onbekend

19 TABEL 6B: AANWEZIG OP : SOCIALE KENMERKEN NAAR LEEFTIJD OP DATUM, SELECTIE PAAZ. TYPE INSTELLING PAAZ LEEFTIJD OP DATUM Totaal N TYPE LAATST BEEINDIGD ONDERWIJS Gewoon Buitengewoon Ander niet gespec Geen gevolgd Onbekend NIVEAU LAATST BEEINDIGD ONDERWIJS Kleuter of lager Sec.lagere cyclus Sec. hogere cyclus Hoger Ander of onbekend Geen BEROEPSSTATUS BIJ OPNAME Betaald werk Niet beroepsactief Invalide Mindervalide Werkloos/steuntrekkend Ander of onbekend Geen/zonder HUIDIG OF LAATSTE HOOFDBEROEP Arbeider Hoger of lager bediende Zelfstandige Ander of onbekend Geen/zonder LEEFMILIEU VOOR OPNAME Woont alleen Gezin/gezinsvervang.milieu Collectieve woonvorm Therap.milieu Ander of onbekend

20 TABEL 6C: AANWEZIG OP : SOCIALE KENMERKEN NAAR LEEFTIJD OP DATUM, SELECTIE TOTAAL TYPE INSTELLING: PZ + PAAZ LEEFTIJD OP DATUM Totaal N TYPE LAATST BEEINDIGD ONDERWIJS Gewoon Buitengewoon Ander niet gespec Geen gevolgd Onbekend NIVEAU LAATST BEEINDIGD ONDERWIJS Kleuter of lager Sec.lagere cyclus Sec. hogere cyclus Hoger Ander of onbekend Geen BEROEPSSTATUS BIJ OPNAME Betaald werk Niet beroepsactief Invalide Mindervalide Werkloos/steuntrekkend Ander of onbekend Geen/zonder HUIDIG OF LAATSTE HOOFDBEROEP Arbeider Hoger of lager bediende Zelfstandige Ander of onbekend Geen/zonder Woont alleen Gezin/gezinsvervang.milieu Collectieve woonvorm Therap.milieu Ander of onbekend

21 TABEL 7A: AANWEZIG OP : OMSTANDIGHEDEN OPNAME NAAR LEEFTIJD OP DATUM, SELECTIE PZ. TYPE INSTELLING: PZ LEEFTIJD OP DATUM Totaal N VOLGNR.MEDISCH-PSYCHIATRISCH VERBLIJF Eerste opnamen Heropnamen TYPE OPNAME Gepland minder dan 24 uur Gepland 24 uur of meer Onbekend WIJZE VAN OPNAME Vrijwillig Wettelijke voorwaarden Bijstand in nood Ander of onbekend LAATST TUSSENKOMENDE PERSOON Eigen initiatief Omgeving Niet-therap.diensten Therap.privé praktijk Therap.ambulante dienst Eigen instelling Andere psychiatr.inst Andere resident.inst Onbekend DAG VAN DE WEEK maandag dinsdag woensdag donderdag vrijdag zaterdag zondag KENLETTER OP DATUM A A A K K K T T T TFB TFP

22 TABEL 7B: AANWEZIG OP : OMSTANDIGHEDEN OPNAME NAAR LEEFTIJD OP DATUM: SELECTIE PAAZ TYPE INSTELLING PAAZ LEEFTIJD OP DATUM Totaal N VOLGNR.MEDISCH PSYCHIATRISCH VERBLIJF Eerste opnamen Heropnamen TYPE OPNAME Gepland minder dan 24 uur Gepland 24 uur of meer Onbekend WIJZE VAN OPNAME Vrijwillig Wettelijke voorwaarden Bijstand in nood Ander of onbekend LAATST TUSSENKOMENDE PERSOON Eigen initiatief Omgeving Niet-therap.diensten Therap.privé praktijk Therap.ambulante dienst Eigen instelling Andere psychiatr.inst Andere resident.inst DAG VAN DE WEEK maandag dinsdag woensdag donderdag vrijdag zaterdag zondag KENLETTER OP DATUM A A K K T

23 TABEL 7C: AANWEZIG OP : OMSTNDIGHEDEN OPNAME NAAR LEEFTIJD OP DATUM: SELECTIE TOTAAL TYPE INSTELLING: PZ + PAAZ LEEFTIJD OP DATUM Totaal N VOLGNR.MEDISCH-PSYCHIATRISCH VERBLIJF Eerste opnamen Heropnamen TYPE OPNAME Gepland minder dan 24 uur Gepland 24 uur of meer Onbekend WIJZE VAN OPNAME Vrijwillig Wettelijke voorwaarden Bijstand in nood Ander of onbekend LAATST TUSSENKOMENDE PERSOON Eigen initiatief Omgeving Niet-therap.diensten Therap.privé praktijk Therap.ambulante dienst Eigen instelling Andere psychiatr.inst Andere resident.inst Onbekend DAG VAN DE WEEK maandag dinsdag woensdag donderdag vrijdag zaterdag zondag KENLETTER OP DATUM A A A K K K T T T TFB TFP

24 TABEL 8: AANWEZIG OP : ACTUELE HOOFDDIAGNOSE NAAR GESLACHT EN TYPE INSTELLING. PZ PAAZ Man Vrouw Man Vrouw Totaal N HOOFDDIAGNOSE OP DATUM St.Kind & Adolescent Dementie&Andere Cognit. St Aanpassingsstoornissen Stoornis Middelen Schiz.& Andere Psychotische St Stemmingsstoornissen Angststoornissen Somatoforme St Nagebootste St Dissociatieve St Seksuele&Genderidentit.St Eetstoornissen Slaapstoornissen St.Impulsbeheersing NAO Andere Aandoeningen Bijkomende codes Zwakzinnigheid Persoonlijkheid St.- CL A Persoonlijkheid St.- CL B Persoonlijkheid St.- CL C Hoofddiagnose AS

25 TABEL 9: AANWEZIG OP : ACTUELE AS 4 PROBLEMEN EN GAF-SCORE NAAR GESLACHT EN TYPE INSTELLING PZ PAAZ Man Vrouw Man Vrouw Totaal N AS4 GEEN PROBLEMEN AANGEDUID Neen Ja AS4 PROBL.BINNEN DE PRIMAIRE STEUNGROEP Neen Ja AS4 PROBL.GEBONDEN AAN SOCIALE OMGEVING Neen Ja AS4 PROBL.OPVOEDINGSPROBLEMEN Neen Ja AS4 WERKPROBLEMEN Neen Ja AS4 WOONPROBLEMEN Neen Ja AS4 FINANCIELE PROBLEMEN Neen Ja AS4 PROBL.TOEGANG GEZONDHEIDSDIENSTEN Neen Ja AS4 PROBL.MET JUSTITIE/POLITIE OF MISD. Neen Ja AS4 ANDERE PSYCHOSOC. EN OMGEVINGSPROBL. Neen Ja AS5 GAF: ALG. BEOORDELING FUNCTIONEREN Onvoldoende info

26 TABEL 10A: AANWEZIG OP : ACTUELE HOOFDDIAGNOSE NAAR OMSTANDIGHEDEN OPNAME, SELECTIE pz TYPE INSTELLING PZ VOLGNR.MEDISCH- PSYCHIATRISCH TYPE OPNAME WIJZE VAN OPNAME VERBLIJF Gepland Wetteminder Gepland lijke dan uur of Vrij- voorwaar- Bijstand Ander of Eerste uur meer Onbekend willig den in nood onbekend opnamen Heropnamen Totaal N HOOFDDIAGNOSE OP DATUM St.Kind & Adolescent Dementie&Andere Cognit. St Aanpassingsstoornissen Stoornis Middelen Schiz.& Andere Psychotische St Stemmingsstoornissen Angststoornissen Somatoforme St Nagebootste St Dissociatieve St Seksuele&Genderidentit.St Eetstoornissen Slaapstoornissen St.Impulsbeheersing NAO Andere Aandoeningen Bijkomende codes Zwakzinnigheid Persoonlijkheid St.- CL A Persoonlijkheid St.- CL B Persoonlijkheid St.- CL C Hoofddiagnose AS

27 TABEL 10B: AANWEZIG OP : ACTUELE HOOFDDIAGNOSE NAAR OMSTANDIGHEDEN OPNAME, SELECTIE PAAZ TYPE INSTELLING PAAZ VOLGNR.MEDISCH- PSYCHIATRISCH TYPE OPNAME WIJZE VAN OPNAME VERBLIJF Gepland Wetteminder Gepland lijke dan uur of Vrij- voorwaar- Bijstand Ander of Eerste uur meer Onbekend willig den in nood onbekend opnamen Heropnamen Totaal N HOOFDDIAGNOSE OP DATUM St.Kind & Adolescent Dementie&Andere Cognit. St Aanpassingsstoornissen Stoornis Middelen Schiz.& Andere Psychotische St Stemmingsstoornissen Angststoornissen Somatoforme St Nagebootste St Dissociatieve St Seksuele&Genderidentit.St Eetstoornissen Slaapstoornissen St.Impulsbeheersing NAO Andere Aandoeningen Bijkomende codes Zwakzinnigheid Persoonlijkheid St.- CL A Persoonlijkheid St.- CL B Persoonlijkheid St.- CL C Hoofddiagnose AS

28 TABEL 10C: AANWEZIG OP : ACTUELE HOOFDDIAGNOSE NAAR OMSTANDIGHEDEN OPNAME: SELECTIE TOTAAL. TYPE INSTELLING: PZ + PAAZ VOLGNR.MEDISCH- PSYCHIATRISCH TYPE OPNAME WIJZE VAN OPNAME VERBLIJF Gepland Wetteminder Gepland lijke dan uur of Vrij- voorwaar- Bijstand Ander of Eerste uur meer Onbekend willig den in nood onbekend opnamen Heropnamen Totaal N HOOFDDIAGNOSE OP DATUM St.Kind & Adolescent Dementie&Andere Cognit. St Aanpassingsstoornissen Stoornis Middelen Schiz.& Andere Psychotische St Stemmingsstoornissen Angststoornissen Somatoforme St Nagebootste St Dissociatieve St Seksuele&Genderidentit.St Eetstoornissen Slaapstoornissen St.Impulsbeheersing NAO Andere Aandoeningen Bijkomende codes Zwakzinnigheid Persoonlijkheid St.- CL A Persoonlijkheid St.- CL B Persoonlijkheid St.- CL C Hoofddiagnose AS