RAPPORT ONDERZOEK NALEVING WNT

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "RAPPORT ONDERZOEK NALEVING WNT"

Transcriptie

1 RAPPORT ONDERZOEK NALEVING WNT Datum vaststelling: 5 juni 2019

2 Voorwoord De Inspectie van het Onderwijs (hierna: de inspectie) heeft in het najaar van 2017 en in 2018 onderzoek verricht naar de naleving van de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen in de publieke en semipublieke sector en de daarop berustende bepalingen (hierna: WNT) in 2016 en 2017 in verband met betalingen aan de voormalig voorzitter College van Bestuur (hierna: voormalig voorzitter) en het voormalig lid van het College van Bestuur (hierna: voormalig bestuurslid) van Stichting Regionaal Opleidingen Centrum Noord- Kennemerland/West-Friesland (hierna: de stichting). Dit rapport bevat de resultaten van het onderzoek. Bestuur: Stichting Regionaal Opleidingen Centrum Noord- Kennemerland/West- Friesland (Horizon College) Bestuursnummer: De inspectie heeft het eerste conceptrapport op 8 oktober 2018 en het tweede conceptrapport op 11 februari 2019 verzonden naar voormalig voorzitter, voormalig bestuurslid en de stichting voor hoor en wederhoor. In oktober, november en december 2018 heeft de inspectie van de voormalige bestuurders en de stichting reacties ontvangen op het eerste conceptrapport en in februari en maart 2019 op het tweede conceptrapport. Deze reacties zijn, voor zover relevant, verwerkt in het definitieve rapport. Het definitieve rapport met nummer is vastgesteld door mevrouw I.C.M. Berkhout-Paape MA, afdelingshoofd Rekenschap PO / VO / SO directie Rekenschap en Juridische Zaken, te Utrecht op 5 juni ONDERZOEK NALEVING WNT Op grond van de Regeling bezoldiging topfunctionarissen OCW-sectoren is de inspectie belast met het toezicht op de naleving van de WNT op het terrein van het onderwijs. Voor een onderzoek naleving WNT worden steeds een of meer onderzoeksvragen geformuleerd afhankelijk van de aard en onderwerp van het onderzoek. Ook de onderzoeksopzet en uitvoering zijn maatwerk. INSPECTIE VAN HET ONDERWIJS SPECIFIEK ONDERZOEK 2/21

3 Inhoudsopgave 1. Opdracht en werkwijze Aanleiding Onderzoeksaanpak Onderzoeksvragen en toetsingskader Opbouw rapport 5 2. Bevindingen en conclusie(s) Bevindingen Onderzoeksvraag 1: Onderzoeksvraag 2: Onderzoeksvraag 3: Onderzoeksvraag 4: Onderzoeksvraag 5: Conclusie(s) 14 Bijlage 1 Bijlage INSPECTIE VAN HET ONDERWIJS SPECIFIEK ONDERZOEK 3/21

4 1. Opdracht en werkwijze 1.1. Aanleiding De inspectie heeft in het najaar van 2017 en in 2018 onderzoek verricht naar de naleving van de WNT in het jaar 2016 en 2017 door de stichting naar aanleiding van een signaal afkomstig van de media inzake een (mogelijke) overschrijding en overtreding van de WNT Onderzoeksaanpak Het onderzoek bestond uit een analyse van relevante gegevens zoals overeenkomsten en de jaarstukken 2016 en Onderzoeksvragen en toetsingskader De onderzoeksvraag voor dit onderzoek was: "Voldoen de betalingen van de stichting aan voormalig voorzitter in 2016 en 2017 en het voormalig bestuurslid in 2016 aan de vereisten van de WNT?" 1 Om bovenstaande onderzoeksvraag te beantwoorden is deze nader gespecificeerd in de volgende deelvragen: 1 De WNT zoals deze gold van 1 januari 2016 t/m 31 december Gelet op het feit dat beide bestuurders feitelijk de werkzaamheden hebben neergelegd in 2016, is de WNT zoals deze gold in 2016 van toepassing. Onderzoeksvraag 1: Valt de stichting onder de werkingssfeer van de WNT? Onderzoeksvraag 2: Kunnen voormalig voorzitter en voormalig bestuurslid worden aangemerkt als topfunctionaris zoals omschreven in artikel 1.1, onderdeel b van de WNT? Onderzoeksvraag 3: Is de uitbetaling door de stichting van ,- ( ,- in 2016 en ,- in 2017) aan voormalig voorzitter en de uitbetaling van ,- aan voormalig bestuurslid te beschouwen als bezoldiging of als uitkering bij einde dienstverband in de zin van de WNT? Onderzoeksvraag 4: Is met de uitbetaling door de stichting van het bedrag van ,- aan voormalig voorzitter en de uitbetaling van ,- door de stichting aan voormalig bestuurslid de maximale ontslagvergoeding volgens artikel 2.10, eerste lid, van de WNT overschreden? Onderzoeksvraag 5: a) Indien de maximum ontslagvergoeding is overschreden, is deze overschrijding ten aanzien van voormalig voorzitter toegestaan op grond van het overgangsrecht van de WNT, gelet op 7.3, zesde lid, van de WNT? b) Indien de maximum ontslagvergoeding is overschreden, is deze overschrijding ten aanzien van voormalig bestuurslid toegestaan op grond van het overgangsrecht van de WNT, gelet op 7.3, zesde lid, van de WNT? INSPECTIE VAN HET ONDERWIJS SPECIFIEK ONDERZOEK 4/21

5 1.3. Opbouw rapport In hoofdstuk 2 staan de bevindingen en de conclusie uit het onderzoek. INSPECTIE VAN HET ONDERWIJS SPECIFIEK ONDERZOEK 5/21

6 2. Bevindingen en conclusie(s) 2.1. Bevindingen De voormalig voorzitter van het bestuur van de stichting is per 1 juni 2001 in dienst getreden voor onbepaalde tijd bij de stichting en bij besluit van gelijke datum door de RvT benoemd in de functie van voorzitter van het CvB. De vigerende collectieve arbeidsovereenkomst BVE is op de arbeidsovereenkomst van toepassing verklaard. Het voormalig bestuurslid is per 10 oktober 2000 in dienst getreden bij de stichting en bij besluit van de RvT op 10 oktober 2000 benoemd tot lid van het CvB. De vigerende collectieve arbeidsovereenkomst BVE is op de arbeidsovereenkomst van toepassing verklaard. Bij brief van de RvT van 4 december 2006 zijn aan zowel voormalig voorzitter als voormalig bestuurslid de afspraken bevestigd dat beide heren afzien van hun reguliere BAPO aanspraken en dat het gecumuleerde bedrag dat de stichting hierdoor bespaart als loon wordt uitgekeerd bij einde dienstverband, dan wel kan worden aangewend om een jaar voor voorgenomen uittreden een periode van betaald verlof te bekostigen dan wel een jaar voor de huidige ABP spilleeftijd uit te treden. Overeengekomen is dat beiden bereid zijn een jaar voor de spilleeftijd het betaalde verlof op te nemen indien de RvT van mening is dat, op dat moment, terugtreden uit hun functie in het belang van de organisatie is. Mutatis Mutandis geldt dit ook voor de jaren na de spilleeftijd. Bij arbeidsovereenkomst van 20 december 2007 is de arbeidsovereenkomst van voormalig voorzitter en voormalig bestuurslid opnieuw vastgesteld, omdat vanwege de code Governance bestuurders geen werknemer in de zin van de CAO- BVE meer zijn. In beide arbeidsovereenkomsten is opgenomen dat het arbeidscontract in ieder geval van rechtswege eindigt op de laatste dag voorafgaande aan de datum van pensionering overeenkomstig het terzake bepaalde in het pensioenreglement van het pensioenfonds ABP, maar uiterlijk op de eerste dag van de maand volgend op die waarin de werknemer de leeftijd van 65 jaar heeft bereikt. Daarnaast is in deze nieuwe arbeidsovereenkomsten opgenomen dat bij beëindiging van het dienstverband met beide heren het besluit van de RvT van 4 december 2006 van toepassing is, waarmee de BAPO-regeling uit de cao BVE niet meer van toepassing is op de arbeidsovereenkomsten. Bij brief van 9 juli 2015 heeft de voormalig voorzitter te kennen gegeven per 1 februari 2016 materieel te stoppen met zijn werkzaamheden en gelet op de afspraken zoals vastgelegd in de brief van 4 december 2006 formeel per 1 februari 2017 met pensioen te gaan. De waarde van het gecumuleerde bedrag betrof ,- blijkens de door de stichting overgelegde INSPECTIE VAN HET ONDERWIJS SPECIFIEK ONDERZOEK 6/21

7 stukken. Bij brief van 11 augustus 2015 is de RvT akkoord gegaan met een einde van het dienstverband van de voormalig voorzitter per 1 februari Bij brief van 25 augustus 2016 heeft het voormalig bestuurslid te kennen gegeven het dienstverband te beëindigen per 1 januari 2017 waarbij hij verzocht de afspraken zoals vastgelegd in de brief van 4 december 2006 uit te keren als loon bij einde dienstverband. Dit betrof een uitbetaling van ,-. Dit komt overeen met de waarde van het gecumuleerde bedrag van deze afspraken blijkens de door de stichting overgelegde stukken. Bij brief van 6 oktober 2016 heeft de RvT het einde van de arbeidsovereenkomst van het voormalig bestuurslid per 1 januari 2017 bevestigd. In de jaren 2015 en 2016 heeft de stichting meerdere keren de positie van beide bestuurders en de uitwerking van het besluit van de RvT van 4 december 2006 in verband met de WNT voorgelegd ter beoordeling aan de belastingadviseur en aan een advocatenkantoor. In de jaarrekening 2016 is ten onrechte opgenomen dat voor beide bestuurders een maximum bezoldigingsnorm geldt van ,-. De geldende maximale WNT bezoldigingsnorm voor 2016 is ,-. Dit maximum is vastgesteld op basis van instellingskenmerken op basis van 17 punten (categorie F). Dit is behoudens eventueel overgangsrecht. Op 8 oktober 2018 is aan voormalig voorzitter, voormalig bestuurslid en de stichting het conceptrapport van bevindingen toegezonden. Op 20 oktober 2018 heeft de inspectie een reactie van voormalig bestuurslid ontvangen. Op 23 november 2018 heeft de stichting een conceptreactie toegezonden. Op 3 december 2018 heeft de inspectie een reactie met bijlagen ontvangen van de voormalig voorzitter. Op 5 december 2018 heeft een gesprek in het kader van hoor en wederhoor plaatsgevonden met de stichting ten kantore van de inspectie, naar aanleiding van het conceptrapport. Op 18 december 2018 heeft de stichting een definitieve reactie gegeven op het conceptrapport en op de vragen, gesteld door de inspectie op 5 december Bij de reactie zijn enkele bijlagen overgelegd. Op 11 februari 2019 is aan alle partijen een tweede conceptrapport gezonden. Hierin zijn de ontvangen reacties, voor zover relevant, verwerkt. Op 14 februari 2019, 5 maart 2019 en 25 maart 2019 heeft de inspectie reacties ontvangen op het tweede conceptrapport van respectievelijk voormalig bestuurslid, voormalig voorzitter en de stichting. De reacties zijn, voor zover relevant, verwerkt in het definitieve rapport. De inspectie heeft uitvoerig kennisgenomen van de zienswijzen en reacties op de conceptrapporten. Voor zover de inspectie INSPECTIE VAN HET ONDERWIJS SPECIFIEK ONDERZOEK 7/21

8 zienswijzen niet heeft overgenomen, deelt de inspectie de standpunten niet. De standpunten van de inspectie zijn hieronder uiteengezet Onderzoeksvraag 1: Valt de stichting onder de werkingssfeer van de WNT? De stichting is een rechtspersoon zoals bedoeld in artikel onderdeel b, onder 1 jo. artikel van de Wet educatie en beroepsonderwijs. Door opname van bedoelde rechtspersonen in bijlage 1 bij artikel 1.3, eerste lid, onderdeel d, van de WNT (onder het kopje Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap ) is die wet van toepassing op deze instellingen. De stichting valt daarmee onder de werking van de WNT Onderzoeksvraag 2: Kunnen de voormalig voorzitter en het voormalig bestuurslid worden aangemerkt als topfunctionaris zoals omschreven in artikel 1.1, onderdeel b, van de WNT? De stichting hanteert het bestuursmodel met een RvT en CvB. De leden van het CvB en dus ook de voorzitter behoren tot het hoogste uitvoerende orgaan van de stichting. De voormalig voorzitter en het voormalig bestuurslid vallen derhalve onder de definitie van topfunctionaris, opgenomen in artikel 1.1, onderdeel b, onder 5, van de WNT Onderzoeksvraag 3: Is de uitbetaling door de stichting van ,- ( ,- in 2016 en ,- in 2017) aan voormalig voorzitter en de uitbetaling van ,- aan voormalig bestuurslid te beschouwen als bezoldiging of als uitkering bij einde dienstverband in de zin van de WNT? Juridisch kader Blijkens artikel 1.1, onderdeel e, van de WNT wordt onder bezoldiging het volgende verstaan: de som van de beloning, de belastbare vaste en variabele onkostenvergoedingen en de beloningen betaalbaar op termijn, met uitzondering van de omzetbelasting, dan wel, indien een functie wordt vervuld anders dan op grond van een dienstbetrekking, de som van de vergoedingen voor het vervullen van de functie, met uitzondering van de vergoedingen die bij een functievervulling op grond van een dienstbetrekking onbelast zouden zijn, en met uitzondering van de omzetbelasting. Het bezoldigingsbegrip in artikel 1.1 van de WNT sluit aan bij het ruime INSPECTIE VAN HET ONDERWIJS SPECIFIEK ONDERZOEK 8/21

9 bezoldigingsbegrip van artikel 2.383c van het Burgerlijks wetboek (hierna: BW). Blijkens artikel 1.1, onderdeel h, van de WNT wordt onder beloningen betaalbaar op termijn het volgende verstaan: het werkgeversdeel van de beloningen betaalbaar op termijn met uitzondering van het werkgeversdeel van de beloningen betaalbaar op termijn die betrekking hebben op de beëindiging van het dienstverband; Op grond van artikel, 1.1 onderdeel i, van de WNT wordt onder uitkeringen wegens beëindiging van het dienstverband verstaan: de som van uitkeringen bij beëindiging van het dienstverband en beloningen betaalbaar op termijn die betrekking hebben op de beëindiging van het dienstverband, met uitzondering van uitkeringen die voortvloeien uit een algemeen verbindend verklaarde collectieve arbeidsovereenkomst of een wettelijk voorschrift. Concluderend ten aanzien van beide bestuurders Ten aanzien van beide bestuurders wordt geconcludeerd dat de betalingen van ,- en ,- aan voormalig voorzitter respectievelijk voormalig bestuurslid worden aangemerkt als uitkeringen wegens beëindiging van het dienstverband. Uit de afspraken met de stichting die zijn neergelegd in de brief van 4 december 2006 blijkt dat de (uitbetaling van de) afgesproken bedragen betrekking hebben op beëindiging van het dienstverband. Daarin is onder meer bepaald dat het gecumuleerde bedrag als loon zal worden uitgekeerd bij het einde van uw dienstverband. In goed overleg kan het bedrag ook worden aangewend om een jaar voor voorgenomen uittreden een periode betaald verlof te bekostigen. Ook daaruit kan worden afgeleid dat de betaling van het bedrag samenhangt met het einde van het dienstverband of in ieder geval de wijze waarop het dienstverband wordt beëindigd. Meer specifiek ten aanzien van voormalig voorzitter De uitbetaling van ,- aan voormalig voorzitter kwalificeert de inspectie als een uitkering wegens einde dienstverband. Hiertoe wordt in het bijzonder het volgende overwogen. Volgens de WNT is een uitkering wegens beëindiging van het dienstverband de som van uitkeringen bij beëindiging van het dienstverband en beloningen betaalbaar op termijn die betrekking hebben op de beëindiging van het dienstverband. Op 11 augustus 2015 is de RvT ermee akkoord gegaan dat de voormalig voorzitter op zijn eigen verzoek per 1 februari 2017 formeel met (ABP) pensioen zal gaan en, conform de afspraken van 4 december 2006, vanaf 1 februari 2016 zijn werkzaamheden als voorzitter zou neerleggen en geen andere werkzaamheden meer zal verrichten voor de stichting. Formeel gezien is het dienstverband geëindigd op 1 februari 2017 en was de voormalig voorzitter nog in dienst tot INSPECTIE VAN HET ONDERWIJS SPECIFIEK ONDERZOEK 9/21

10 1 februari Echter, artikel 2.10, derde lid, van de WNT luidt: Voor de toepassing van deze wet wordt bezoldiging over een periode waarin de topfunctionaris vooruitlopend op de beëindiging van het dienstverband geen taken meer vervult, aangemerkt als uitkering wegens beëindiging van het dienstverband en wordt de datum waarop de topfunctionaris de uitoefening van zijn taken beëindigt aangemerkt als datum waarop het dienstverband beëindigt. In deze situatie betreft de datum einde dienstverband 1 februari 2016 omdat op deze datum de voormalig voorzitter de werkzaamheden feitelijk heeft neergelegd. Dit heeft tot gevolg dat betalingen na deze datum worden aangemerkt wegens uitkering wegens einde dienstverband. Op het moment dat de voormalig voorzitter de werkzaamheden heeft neergelegd, op 1 februari 2016, had voormalig voorzitter recht op het gecumuleerde bedrag dat voortvloeide uit een afspraak van 4 februari 2006 blijkens de door de stichting overgelegde stukken. Op basis van deze afspraak uit 2006 zijn door de stichting maandelijks bedragen uitbetaald over een periode van februari 2016 tot februari Naast deze maandelijks uitbetaalde bedragen zijn ook vakantietoeslag (over de periode februari-mei 2016 en de periode juni 2016-januari 2017), een eindejaarsuitkering (over de periode februari-december 2016 en januari 2017) en de werkgeversafdracht pensioenpremies uitgekeerd. Het extra uitgekeerde bedrag bestaande uit vakantiegeld, eindejaarsuitkering en de werkgeversafdracht pensioenpremies wordt door de inspectie eveneens aangemerkt als uitkering wegens einde dienstverband, omdat deze bedragen zijn berekend over de maandelijks uitbetaalde bedragen. Het feit dat het bedrag van in totaal ,- door de stichting maandelijks is uitgekeerd als brutoloon inclusief vakantietoeslag, eindejaarsuitkering en werkgeversafdracht pensioenpremies, doet niets af aan het feit dat de betalingen zijn aan te merken als uitkeringen wegens beëindiging van het dienstverband. De betaling van het bedrag van ,- heeft immers betrekking op en is gedaan bij het einde van het dienstverband. De samenhang tussen de uitbetaling van het gecumuleerde bedrag tezamen met de vakantietoeslag, eindejaarsuitkering en werkgeversafdracht pensioenpremies én het einde van het dienstverband blijkt in het geval van het voormalig voorzitter ook uit het feit dat het bedrag wordt uitgekeerd bij het neerleggen van de werkzaamheden. Meer specifiek ten aanzien van voormalig bestuurslid De uitbetaling van ,- aan voormalig bestuurslid wordt, zoals reeds geconcludeerd, gekwalificeerd als een uitkering wegens einde dienstverband. Dit blijkt verder ook uit het feit dat aan hem een bedrag van ,- is betaald bij het einde van zijn dienstverband. De samenhang tussen de uitbetaling van het gecumuleerde bedrag en het einde van het dienstverband blijkt in het geval van het voormalig bestuurslid ook uit het feit dat op het moment dat voormalig bestuurslid eerder uit dienst gaat, het bedrag wordt uitbetaald. INSPECTIE VAN HET ONDERWIJS SPECIFIEK ONDERZOEK 10/21

11 Volledigheidshalve wordt het volgende opgemerkt ten aanzien van beide voormalig bestuurders. De uitbetalingen van ,- en ,- worden niet aangemerkt als uitbetalingen dan wel opname van opgespaard BAPOverlof en daarmee niet als bezoldiging. In de brief van de stichting van 4 december 2006 wordt bevestigd dat beide bestuurders afstand hebben gedaan van hun recht op BAPO. In de plaats van de aanspraak op BAPO is een andere regeling met de bestuurders overeenkomen, namelijk dat de RvT jaarlijks een bedrag van ,- (geïndexeerd met de cao-loonstijging) opzij zet en dat de bestuurders het gecumuleerde bedrag aan het einde van het dienstverband op verschillende manieren konden inzetten. Derhalve is sprake van een individuele afspraak tussen de bestuurders en de RvT en valt deze afspraak niet aan te merken als een BAPO voorziening dan wel uitkering van de reservering voor een BAPO voorziening die het bevoegd gezag deed. Partijen kwamen overeen dat een bedrag zou worden uitgekeerd bij einde dienstverband. Het feit dat de bedragen zijn uitgekeerd door de werkgever en door hem zijn beschreven en behandeld als loon, maakt niet dat de bedragen zijn aan te merken als bezoldiging in de zin van de WNT. Gelet op het bovenstaande is dan ook bij beide voormalig bestuurders sprake van een uitkering wegens beëindiging van het dienstverband onder artikel 1.1, onderdeel i, van de WNT. Het afgesproken bedrag in de individuele afspraak betreft geen uitkering die voortvloeit uit een algemeen verbindend verklaarde collectieve arbeidsovereenkomst of een wettelijk voorschrift. De bedragen van ,- en ,- vallen dan ook onder de normering van de WNT Onderzoeksvraag 4: Is met de uitbetaling door de stichting van het bedrag van ,- aan voormalig voorzitter en met de uitbetaling van ,- door de stichting aan voormalig bestuurslid de maximale ontslagvergoeding volgens artikel 2.10, eerste lid, van de WNT overschreden? Juridisch kader Artikel 2.10, eerste lid, van de WNT luidt: Partijen komen geen uitkeringen overeen wegens beëindiging van het dienstverband, die gezamenlijk meer bedragen dan de som van de beloning en de voorzieningen ten behoeve van beloningen betaalbaar op termijn over de twaalf maanden voorafgaand aan de beëindiging van het dienstverband, tot ten hoogste ,-. In geval van een dienstverband met een kleinere omvang dan het bij de verantwoordelijke gebruikelijk voltijdse dienstverband bedragen de uitkeringen ten hoogste ,- vermenigvuldigd met het aantal uren waarop het dienstverband betrekking heeft en gedeeld door het INSPECTIE VAN HET ONDERWIJS SPECIFIEK ONDERZOEK 11/21

12 aantal uren van een voltijds dienstverband. Concluderend Voor beide bestuurders geldt dat maximaal een uitkering wegens beëindiging dienstverband mag worden uitgekeerd van ,-. Voormalig voorzitter heeft gedurende de periode van 1 februari 2016 tot 1 februari 2017 de uitkering wegens beëindiging dienstverband ontvangen á ,-. Gelet op artikel 2.10, eerste lid, van de WNT is sprake van een overschrijding ten bedrage van ,-. Niet is gebleken dat de uitkering voortvloeit uit een rechterlijke uitspraak. Voormalig bestuurslid heeft bij de laatste salarisbetaling, in december 2016, het bedrag aan uitkering wegens beëindiging dienstverband ontvangen van ,-. Gelet op artikel 2.10, eerste lid en artikel 3.7, eerste lid van de WNT is sprake van een overschrijding ten bedrage van ,-. Niet is gebleken dat de uitkering voortvloeit uit een rechterlijke uitspraak Onderzoeksvraag 5: a.) Indien de maximum ontslagvergoeding is overschreden, is deze overschrijding ten aanzien van voormalig voorzitter toegestaan op grond van het overgangsrecht van de WNT, gelet op 7.3, zesde lid, van de WNT? Blijkens artikel 7.3, zesde lid, van de WNT is een beding in afwijking van artikel 2.10, eerste lid, van de WNT, indien het beding is overeengekomen voorafgaand aan de inwerkingtreding van deze wet, [ ] toegestaan voor ten hoogste vier jaar na inwerkingtreding van deze wet dan wel de wijziging van de bijlage dan wel de bekendmaking van de subsidiebeschikking. Op basis van de vastgestelde jaarrekeningen 2016 en 2017 en de toegezonden documentatie waaronder de overeenkomsten tussen voormalig voorzitter en de stichting is geconstateerd dat de overschrijding deels beschermd wordt door het overgangsrecht. In totaal wordt het bedrag van ,- aan uitkering wegens einde dienstverband beschermd door het overgangsrecht. Het resterende bedrag aan uitkering wegens einde dienstverband van ,- bestaande uit vakantiegeld, eindejaarsuitkering en werkgeversafdracht pensioenpremie, uitbetaald in 2016 en 2017 wordt niet beschermd door het overgangsrecht en is derhalve onverschuldigd betaald. Tot deze conclusie is gekomen als volgt. De eerste arbeidsovereenkomst is op 1 juni 2001 ingegaan voor onbepaalde tijd. Op 20 december 2007 is de arbeidsovereenkomst opnieuw vastgesteld. De afspraken ten aanzien van het afzien van de BAPO-regeling zijn reeds gemaakt op 4 december Dit is ruim INSPECTIE VAN HET ONDERWIJS SPECIFIEK ONDERZOEK 12/21

13 voor de inwerkingtreding van de WNT. Ten aanzien van de uitbetalingen gedaan in 2016 en 2017 wordt het volgende gesteld. Uit de afspraak van 4 december 2006 blijkt dat voormalig voorzitter recht heeft op betalingen gedurende een jaar voorafgaand aan een voorgenomen uittreden. Deze afspraak is gemaakt ruim voor de inwerkingtreding van de WNT. In het jaar 2016 is voortvloeiend uit deze afspraak in totaal ,- uitbetaald. Dit bedrag wordt dan ook beschermd door het overgangsrecht krachtens artikel 7.3, zesde lid, van de WNT. In de afspraak van 4 december 2006 is niet opgenomen dat over de maandelijks uitbetaalde bedragen ook nog vakantiegeld, eindejaarsuitkering en werkgeversafdracht pensioenpremies wordt berekend. De bedragen van vakantiegeld, eindejaarsuitkering en werkgeversafdracht pensioenpremies zijn niet terug te vinden in afspraken gemaakt voor de inwerkingtreding van de WNT. Dit betekent dat de uitbetalingen van vakantiegeld, eindejaarsuitkering en werkgeversafdracht pensioenpremies á ,- in 2016 niet beschermd worden door het overgangsrecht. Ten aanzien van het bedrag dat is uitbetaald in 2017 á ,- het volgende. Het bedrag ,- bestaat uit een gedeelte dat voortvloeit uit de afspraak van 4 december 2006 ter waarde van ,- welke gedeelte overgangsrechtelijk is beschermd. Het gedeelte vakantiegeld, eindejaarsuitkering en werkgeversafdracht pensioenpremies ter waarde van 8.593,- is niet overgangsrechtelijk beschermd, gelet op de voorgaande motivering. Gelet op artikel 7.3, zesde lid, van de WNT is een uitkering wegens einde dienstverband hoger dan ,- toegestaan voor de duur van vier jaren na inwerkingtreding van de WNT (1 januari 2013). Gelet op het feit dat reeds een bedrag van ,- onder uitkering wegens einde dienstverband valt, onder de normering van de WNT valt en overgangsrechtelijk is beschermd, is het maximumbedrag voor een uitkering wegens einde dienstverband van ,- reeds bereikt. Dit betekent dat het bedrag á 8.593,- uitgekeerd in januari 2017 onverschuldigd is betaald. Gelet op het bovenstaande is van de overschrijding ter hoogte van ,- het bedrag van ,- toegestaan wegens bescherming door overgangsrecht. Het resterende bedrag van de overschrijding á ,- is niet beschermd door overgangsrecht en derhalve niet toegestaan. Er is sprake van een onverschuldigde betaling van het meerdere als bedoeld in artikel 1.6, tweede lid, van de WNT ten bedrage van ,-. Niet is gebleken dat de betaling voortvloeit uit een rechterlijke uitspraak. INSPECTIE VAN HET ONDERWIJS SPECIFIEK ONDERZOEK 13/21

14 Opgemerkt wordt dat het feit dat de AOW-leeftijd van voormalig voorzitter ten tijde van de arbeidsovereenkomst van 20 december 2007 vastgesteld was op 65 jaar en in de tussentijd verhoogd is naar 65 jaar en zes maanden, de situatie niet anders maakt. b.) Indien de maximum ontslagvergoeding is overschreden, is deze overschrijding ten aanzien van voormalig bestuurslid toegestaan op grond van het overgangsrecht van de WNT, gelet op 7.3, zesde lid, van de WNT? Op basis van bovenstaande is vastgesteld dat de maximum ontslagvergoeding is overschreden ten aanzien van het voormalig bestuurslid. Deze overschrijding kan echter beschermd worden indien sprake is van het overgangsrecht zoals opgenomen in artikel 7.3 zesde lid, van de WNT. Op basis van de financiële verslaglegging 2016 en de door de stichting toegezonden documentatie waaronder de overeenkomst tussen het voormalig bestuurslid en de stichting is, vastgesteld dat de in de overeenkomst neergelegde afspraken met het voormalig bestuurslid onder het overgangsrecht vallen. De overeenkomst is op 10 oktober 2000 ingegaan voor onbepaalde tijd, dus voor de inwerkingtreding van de WNT. Op 20 december 2007 is de arbeidsovereenkomst opnieuw vastgesteld. Sindsdien en dus ook na de inwerkingtreding van de WNT, hebben geen wijzigingen van de arbeidsovereenkomst plaatsgevonden. De afspraken ten aanzien van het afzien van de BAPO-regeling zijn reeds gemaakt op 4 december 2006 en vallen dus onder het overgangsrecht. Derhalve is de overschrijding ter hoogte van ,- toegestaan en is geen sprake van een onverschuldigde betaling van het meerdere als bedoeld in artikel 1.6, tweede lid, van de WNT Conclusie(s) Concluderend stelt de inspectie vast dat de uitbetalingen aan voormalig voorzitter zijn aan te merken als een uitkering wegens beëindiging van het dienstverband. Er is sprake van een overschrijding van de maximale ontslagvergoeding van ,- met ,-. Deze overschrijding wordt deels, ten bedrage van ,-, beschermd door het overgangsrecht. De uitbetalingen ten bedrage van ,- worden niet beschermd door het overgangsrecht. Er is sprake van een overtreding van artikel 1.6, tweede lid, van de WNT (2016). Derhalve is sprake van een onverschuldigde betaling van ,-. Wij hebben vastgesteld dat deze onverschuldigde betaling op 28 juni 2019 is hersteld door middel van een terugstorting van dit bedrag door de topfunctionaris aan de instelling. Ten aanzien van voormalig bestuurslid stelt de inspectie vast dat de INSPECTIE VAN HET ONDERWIJS SPECIFIEK ONDERZOEK 14/21

15 uitbetaling bij einde dienstverband aan voormalig bestuurslid van de stichting is aan te merken als een uitkering wegens beëindiging van het dienstverband. Er is sprake van een overschrijding van de maximale ontslagvergoeding van ,- met ,-. Er is derhalve geen sprake van een onverschuldigde betaling van het meerdere in de zin van artikel 1.6, tweede lid, van de WNT, omdat de overschrijding van de maximale ontslagvergoeding is toegestaan op grond van het overgangsrecht. INSPECTIE VAN HET ONDERWIJS SPECIFIEK ONDERZOEK 15/21

16 Bijlage 1 Omschrijving betalingen aan voormalig voorzitter Totale uitbetaling in 2016 (inclusief vakantietoeslag, eindejaarsuitkering en werkgeversafdracht pensioenpremies) Bedrag bruto ,- Minus uitbetaling reguliere bezoldiging januari 2016 (inclusief eindejaarsuitkering en werkgeversafdracht pensioenpremies) -/ ,- Minus uitbetaling vakantietoeslag juni januari / ,- Totaal uitbetaling in 2017 (inclusief: vakantietoeslag, eindejaarsuitkering, werkgeversafdracht pensioenpremies) Totale vergoeding einde dienstverband over 2016 en 2017 (bedrag voortvloeiend uit afspraak 2006, vakantietoeslag, eindejaarsuitkering, werkgeversafdracht pensioenpremies en nabetaling) , ,- Bedrag toegestaan onder overgangsrecht ,- Bedrag onverschuldigd betaald ,- Omschrijving betalingen aan voormalig bestuurslid Bedrag bruto Totale uitbetaling in ,- Minus uitbetaling reguliere bezoldiging / ,- Totale vergoeding einde dienstverband (bedrag voortvloeiend uit afspraak 2006) ,- Bedrag toegestaan onder overgangsrecht ,- Bedrag onverschuldigd betaald 0,- INSPECTIE VAN HET ONDERWIJS SPECIFIEK ONDERZOEK 16/21

17 Bijlage 2 Zienswijze van de stichting en voormalig bestuurder en de reactie van de inspectie hierop Zienswijze stichting van 25 maart 2019 met kenmerk RvT.rr kwalificatie bezoldiging De stichting verwijst naar de wetsgeschiedenis, uitingen op en een casusbeoordeling door DUO waarin is aangegeven dat de opname van verlof (in dit geval spaarverlof uit hoofde van de cao Voortgezet Onderwijs) óók voor uitdiensttreding, kwalificeert als bezoldiging. De inspectie volgt dit standpunt niet. De inspectie merkt de betalingen niet aan als uitbetalingen van opname van verlof maar als uitbetalingen van een afgesproken gecumuleerd bedrag. Het verlof volgt ook niet uit de cao. De redenatie van de inspectie is uitgebreid uiteengezet onder onderzoeksvraag datum einde dienstverband De stelling van de inspectie dat het dienstverband van de voormalig voorzitter beëindigd zou zijn per 1 februari 2016, nu vanaf dat moment de voormalig voorzitter zijn werkzaamheden staakte, is evident onjuist. Het dienstverband werd aantoonbaar niet beëindigd, maar liep door tot 1 februari Feitelijk onjuist is dat de betalingen aan de voormalig voorzitter zouden zijn gedaan bij einde dienstverband. De betalingen zijn verricht over de periode van 1 februari 2016 tot en met 1 februari Het dienstverband eindigde per 1 februari De inspectie heeft dit punt deels aangepast en verduidelijkt in het rapport van bevindingen onder onderzoeksvraag 3. Gelet op artikel 2.10, derde lid, van de WNT wordt voor de toepassing van deze wet 1 februari 2016 aangemerkt als datum einde dienstverband, omdat per deze datum de feitelijke werkzaamheden zijn neergelegd door de voormalig voorzitter verlof De betalingen aan de voormalig voorzitter zijn niet toegekend wegens beëindiging van zijn dienstverband. Het betrof de opbouw van verlof, dat voorafgaand aan het einde van het dienstverband kon worden opgenomen. Partijen gaven met deze afspraak invulling aan de BAPO verlofregeling uit de cao BVE. Dat het verlof moest worden opgenomen voorafgaand aan de beëindiging van het dienstverband, maakt niet dat sprake is van een aanspraak wegens beëindiging van het dienstverband. Nu de grond voor toekenning van de verlofaanspraken niet de beëindiging van het dienstverband zelf is, maar partijen slechts om pragmatische redenen kozen voor opname voorafgaand aan beëindiging van het dienstverband, staat (eens temeer) vast dat de betalingen aan de voormalig voorzitter kwalificeren als bezoldiging in de zin van de WNT. INSPECTIE VAN HET ONDERWIJS SPECIFIEK ONDERZOEK 17/21

18 De inspectie deelt dit standpunt niet en verwijst naar hetgeen uitgebreid uiteengezet is onder onderzoeksvraag 3 in het rapport van bevindingen. De inspectie merkt op dat met de uitbetalingen geen invulling is gegeven aan de BAPO verlofregeling uit de cao BVE, maar dat voormalig bestuurders juist expliciet afstand hebben gedaan van hun rechten uit de cao BVE. Als tegemoetkoming hiervoor hebben partijen individueel een andere afspraak gemaakt , 3.5 betaling gebruikelijke emolumenten De stichting stelt de redenering van de inspectie niet te volgen dat het overgangsrecht niet de betaling van de gebruikelijke emolumenten (i) vakantiegeld, (ii) eindejaarsuitkering, en (iii) werkgeversbijdragen dekt in de pensioenregeling gedurende de periode dat de voormalig voorzitter verlof genoot. De tussen partijen gemaakte afspraken van 4 december 2006 bevatten immers expliciet de volgende toezegging: "In goed overleg kan het bedrag ook worden aangewend om een jaar voor uw voorgenomen uittreden een periode van betaald verlof te bekostigen." Partijen beoogden anno 2006 dus al dat de voormalige voorzitter tijdens zijn verlof de hier aan de orde zijnde emolumenten zou blijven ontvangen. Ook is de stichting wettelijk gehouden tot deze uitbetalingen op grond van artikel 6.1 jo. 6.2 cao BVE en artikel 4 lid 5 Wet Privatisering ABP juncto de Pensioenovereenkomst ABP. De inspectie deelt dit standpunt niet en verwijst naar de uiteenzetting onder onderzoeksvragen 3, 4 en 5. Niet gebleken is dat de uitbetalingen van de gebruikelijke emolumenten voortvloeien uit de afspraken gemaakt in 2006, naast het jaarlijks gereserveerde bedrag berekeningen Ten aanzien van de verwijzing in het rapport naar de vastgestelde jaarrekeningen 2016 en 2017 verneemt u graag, voor zover de inspectie daarmee beoogt te stellen dat in die jaarrekeningen een lager bedrag zou zijn gereserveerd voor de kosten van het verlof van de voormalig voorzitter waar dit uit zou volgen. Gelet op bescherming door overgangsrecht doet een eventuele onjuiste administratieve verrekening van deze afspraken in de jaarrekening - voor zover dat al aan de orde zou zijn - niet af aan de materiele afspraak zelf en de gehoudenheid van de stichting om die afspraak na te leven. Voor de berekeningen van de bedragen verwijst de inspectie naar bijlage 1 van het rapport van bevindingen. De inspectie heeft de bedragen gebaseerd op alle onderliggende stukken die door de betrokkenen zijn verstrekt aan de inspectie. INSPECTIE VAN HET ONDERWIJS SPECIFIEK ONDERZOEK 18/21

19 Zienswijze voormalig voorzitter van 4 maart 2019, ontvangen door de inspectie op 5 maart aanpassing datum Verzoek tot aanpassing van de datum van de schriftelijke reactie, genoemd in het voorwoord. De inspectie heeft de schriftelijke reactie van voormalig voorzitter van 30 november 2018 ontvangen op 3 december Het rapport is op dit punt aangepast. 2. zienswijzen Het merendeel van de reacties zijn vrijwel geheel buiten beschouwing gelaten. De inspectie deelt dit standpunt niet. De inspectie heeft de adviezen en zienswijzen uitvoerig bestudeerd. Deze zienswijzen hebben deels geleid tot een ander standpunt van de inspectie. Voor wat betreft de gedeelten die niet hebben geleid tot andere conclusies is in het rapport van bevindingen uitvoerig uiteengezet wat het standpunt van de inspectie is en waarom de standpunten in de zienswijzen dus niet worden gedeeld. Hierbij verwijst de inspectie met name naar onderzoeksvragen 3 tot en met adviezen Het verzoek aan de inspectie de namen van de kantoren bij wie advies is ingewonnen, op te nemen in het rapport. De inspectie heeft dit verzoek niet opgenomen in het rapport, omdat het een rapport betreft dat ziet op partijen die vallen onder de WNT. Adviseurs in casu zijn geen partij bij de WNT. Ook is er geen relatie tussen juridisch adviseurs en de inspectie. Het inwinnen van juridisch advies is een aangelegenheid tussen voormalig bestuurders en/of de stichting en de betreffende adviseurs. 4. BAPO-verlof In de zienswijzen is uitvoerig ingegaan op het feit dat sprake is van het opnemen van BAPO-verlof, voorafgaand aan het formele ontslag op 1 februari Opvallend en verwijtbaar is dat de onderbouwde stellingen geen enkele weerlegging krijgen in het rapport. De inspectie deelt dit standpunt niet. De inspectie heeft wel degelijk gemotiveerd waarom niet is gebleken dat de uitbetalingen kwalificeren als opname van BAPO-verlof. De inspectie verwijst naar de laatste twee alinea s onder onderzoeksvraag 3 in het rapport van bevindingen. 5. vakantiegeld, eindejaarsuitkering en werkgeversafdrachten De voormalig voorzitter was van 1 februari 2016 tot aan 1 februari 2017 in dienst en genoot BAPO-verlof conform afspraak van 4 december INSPECTIE VAN HET ONDERWIJS SPECIFIEK ONDERZOEK 19/21

20 2006. Gedurende het BAPO-verlof werd salaris doorbetaald waarover vakantiegeld, eindejaarsuitkering en werkgeversafdrachten van toepassing waren. De inspectie volgt dit standpunt niet. Zoals aangegeven onder het voorgaande punt, valt de uitbetaling niet te kwalificeren als BAPOverlof. De inspectie verwijst naar de onderzoeksvragen 3, 4 en 5 in het rapport van bevindingen. Opgemerkt wordt dat de afspraak die werd beschermd door overgangsrecht, een specifiek bedrag betreft dat op meerdere manieren kon worden aangewend. Uit afspraken vóór de inwerkingtreding van de WNT in 2013 blijkt echter niet dat over dit bedrag vakantiegeld, eindejaarsuitkering en werkgeversafdrachten kunnen worden uitgekeerd die dus beschermd zouden zijn door het overgangsrecht. 6. overgangsrecht Ten aanzien van het voormalig bestuurslid heeft de inspectie geconcludeerd dat de uitbetalingen in december 2016 onder overgangsrecht vallen. De uitbetalingen ten aanzien van voormalig voorzitter in 2016 zouden plotseling niet meer onder overgangsrecht vallen. De inspectie merkt op dat een gedeelte van de uitbetalingen in 2016 aan voormalig voorzitter wel degelijk onder overgangsrecht valt, evenals bij voormalig bestuurslid, omdat de betalingen voortvloeien uit een afspraak daterend voor de inwerkingtreding van de WNT. Echter, de uitbetalingen aan vakantiegeld, eindejaarsuitkering en werkgeversafdrachten vloeien niet voort uit afspraken daterend voor inwerkingtreding van de WNT en zijn dus niet beschermd door overgangsrecht. Gelet op het feit dat de maximale ontslagvergoeding reeds is bereikt, zijn deze betalingen onverschuldigd. Wellicht ten overvloede merkt de inspectie in dit verband op dat over het bedrag, uitgekeerd aan voormalig bestuurslid en eveneens beschermd door overgangsrecht, geen vakantiegeld, eindejaarsuitkering en werkgeversafdrachten zijn uitbetaald. INSPECTIE VAN HET ONDERWIJS SPECIFIEK ONDERZOEK 20/21

21 Inspectie van het Onderwijs Postbus 2730, 3500 GS Utrecht T-algemeen T-loket (voor vragen)

RAPPORT ONDERZOEK NALEVING WNT

RAPPORT ONDERZOEK NALEVING WNT RAPPORT ONDERZOEK NALEVING WNT bij stichting Primair Onderwijs Deurne Asten Someren (PRODAS) te Asten Plaats: Utrecht Bestuursnummer: 41223 Onderzoeksnummer: 288822 Onderzoeksperiode: Najaar 2016 Datum

Nadere informatie

DEFINITIEF RAPPORT ONDERZOEK NALEVING WNT

DEFINITIEF RAPPORT ONDERZOEK NALEVING WNT DEFINITIEF RAPPORT ONDERZOEK NALEVING WNT bij Stichting VU-VUmc (Dhr. L.M. Bouter) Plaats: Utrecht Bestuursnummer: 75792 Onderzoeksnummer: 276697 Datum onderzoek: najaar 2014 Datum vaststelling: 28 april

Nadere informatie

RAPPORT ONDERZOEK NALEVING WNT

RAPPORT ONDERZOEK NALEVING WNT RAPPORT ONDERZOEK NALEVING WNT BIJ STICHTING MONTON Plaats: Utrecht Bestuursnummer : 41226 Onderzoeksnummer: 288204 Onderzoeksperiode : februari maart 2016 Datum vaststelling: 16 februari 2017 INHOUD Voorwoord

Nadere informatie

RAPPORTAGE SPECIFIEK ONDERZOEK WNT BIJ STICHTING OSG HENGELO

RAPPORTAGE SPECIFIEK ONDERZOEK WNT BIJ STICHTING OSG HENGELO RAPPORTAGE SPECIFIEK ONDERZOEK WNT BIJ STICHTING OSG HENGELO Plaats : Utrecht Bestuursnummer : 41824 Onderzoeksnummer : 279812 Datum onderzoek : najaar 2014/voorjaar 2015 Voorwoord De Inspectie van het

Nadere informatie

RAPPORT ONDERZOEK NALEVING WNT

RAPPORT ONDERZOEK NALEVING WNT RAPPORT ONDERZOEK NALEVING WNT bij stichting R.K. Voorbereidend Hoger en Middelbaar Onderwijs voor Noordelijk Rotterdam Plaats: Utrecht Bestuursnummer: 78482 Onderzoeksnummer: 283553 Onderzoeksperiode:

Nadere informatie

DEFINITIEF RAPPORT ONDERZOEK NALEVING WNT

DEFINITIEF RAPPORT ONDERZOEK NALEVING WNT DEFINITIEF RAPPORT ONDERZOEK NALEVING WNT bij Stichting VU-VUmc (Dhr. R.M. Smit) Plaats: Utrecht Bestuursnummer: 75792 Onderzoeksnummer: 276697 Datumonderzoek: najaar 2014 - voorjaar 2015 Datum vaststelling:

Nadere informatie

bedragen x 1 [NAAM 1] [NAAM 2] [NAAM ]

bedragen x 1 [NAAM 1] [NAAM 2] [NAAM ] WNT-verantwoording 2015 [NAAM INSTELLING] Per 1 januari 2013 is de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector (WNT) ingegaan. Deze verantwoording is opgesteld op basis

Nadere informatie

RAPPORT VAN EEN SPECIFIEK ONDERZOEK NAAR DIVERSE RECHTMATIGHEIDSASPECTEN. bij Stichting OSG Hengelo

RAPPORT VAN EEN SPECIFIEK ONDERZOEK NAAR DIVERSE RECHTMATIGHEIDSASPECTEN. bij Stichting OSG Hengelo RAPPORT VAN EEN SPECIFIEK ONDERZOEK NAAR DIVERSE RECHTMATIGHEIDSASPECTEN bij Stichting OSG Hengelo Plaats: Utrecht Bestuursnummer: 41824 Onderzoeksnummer: 283806 Periode onderzoek: najaar 2014 - voorjaar

Nadere informatie

De WNT Het antwoord op veel gestelde vragen

De WNT Het antwoord op veel gestelde vragen De WNT Het antwoord op veel gestelde vragen De WNT (Wet Normering Topinkomens) is volop in beweging sinds haar invoering op 1 januari 2013. Er heeft reparatiewetgeving plaatsgevonden, de WNT 2 is ingevoerd

Nadere informatie

RAPPORT VAN EEN SPECIFIEK ONDERZOEK

RAPPORT VAN EEN SPECIFIEK ONDERZOEK RAPPORT VAN EEN SPECIFIEK ONDERZOEK NAAR DE RECHTMATIGHEID EN DOELMATIGHEID VAN DE BEZOLDIGING VAN DE DIRECTEUR/BESTUURDER VAN DE KATHOLIEKE SCHOLENGEMEENSCHAP HOOFDDORP Utrecht, november 2015 Voorwoord

Nadere informatie

Rapport van bevindingen WNT RTV NH

Rapport van bevindingen WNT RTV NH Programma Normering Topinkomens Rapport van bevindingen WNT RTV NH Versie 1.0 Datum 24 februari 2015 Status Definitief Colofon Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties Eenheid toezicht

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2013 2014 33 715 Aanpassing van de reikwijdte en enige technische wijzigingen van de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke

Nadere informatie

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. Wet van 15 november 2012, houdende regels inzake de normering van bezoldigingen van topfunctionarissen in de publieke en semipublieke sector (Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke

Nadere informatie

RAPPORT ONDERZOEK NALEVING WNT

RAPPORT ONDERZOEK NALEVING WNT RAPPORT ONDERZOEK NALEVING WNT bij stichting Prokind Scholengroep te Spijkenisse Plaats: Utrecht Bestuursnummer: 41639 Onderzoeksnummer: 288823 Onderzoeksperiode: Najaar 2015 Datum vaststelling: 4 augustus

Nadere informatie

RAPPORT. SPECIFIEK ONDERZOEK VERKLARING OMTRENT GEDRAG BOEKJAAR 2013 bij ROC TOP

RAPPORT. SPECIFIEK ONDERZOEK VERKLARING OMTRENT GEDRAG BOEKJAAR 2013 bij ROC TOP RAPPORT SPECIFIEK ONDERZOEK VERKLARING OMTRENT GEDRAG BOEKJAAR 2013 bij ROC TOP Plaats: Utrecht Bestuursnummer: 42625 Onderzoeksnummer: 285952 Onderzoeksperiode: Voorjaar 2015 Datum vaststelling: 11 augustus

Nadere informatie

RAPPORT VAN EEN SPECIFIEK ONDERZOEK

RAPPORT VAN EEN SPECIFIEK ONDERZOEK RAPPORT VAN EEN SPECIFIEK ONDERZOEK ONDERZOEK BIJ STICHTING HET ASSINK LYCEUM (BESTUURSNUMMER 40310) NAAR DE JUISTHEID EN RECHTMATIGHEID VAN DE TOEGEKENDE SUBSIDIE IN HET KADER VAN DE REGELING TEGEMOETKOMING

Nadere informatie

Rapport van bevindingen WNT Stichting Regionale Omroep West

Rapport van bevindingen WNT Stichting Regionale Omroep West Programma Normering Topinkomens Rapport van bevindingen WNT Stichting Regionale Omroep West Versie 1.0 Datum 24 februari 2015 Status Definitief Colofon Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

Nadere informatie

RAPPORT TOEKENNING BELONING AAN DE HEER WIGMANS IN 2011 DOOR BESTUUR SCOPE (40530) TE ALPHEN AAN DEN RIJN

RAPPORT TOEKENNING BELONING AAN DE HEER WIGMANS IN 2011 DOOR BESTUUR SCOPE (40530) TE ALPHEN AAN DEN RIJN RAPPORT TOEKENNING BELONING AAN DE HEER WIGMANS IN 2011 DOOR BESTUUR SCOPE (40530) TE ALPHEN AAN DEN RIJN Utrecht, 28 maart 2014 Voorwoord Dit concept rapport bevat de resultaten van een specifiek onderzoek

Nadere informatie

Met vriendelijke groet, Directeur Rekenschap & Juridische Zaken

Met vriendelijke groet, Directeur Rekenschap & Juridische Zaken Locatie Utrecht Rapport De onderzoeksvraag voor dit onderzoek door de inspectie was: "Is de beloning van de heer E.C.M. de Jaeger, uitgekeerd door het ROCvA in 2011 ondoelmatig?" Voor haar onderzoek heeft

Nadere informatie

Woningcorporaties en de WNT in 2016

Woningcorporaties en de WNT in 2016 Woningcorporaties en de WNT in 2016 Woningcorporaties en de WNT in 2016 Datum Maart 2018 Colofon Uitgegeven door Inspectie Leefomgeving en Transport ILT/Autoriteit woningcorporaties Graadt van Roggenweg

Nadere informatie

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. Wijziging van de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector naar aanleiding van de eerste wetsevaluatie (Evaluatiewet WNT) Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning

Nadere informatie

Wet normering topinkomens Geldend van t/m heden

Wet normering topinkomens Geldend van t/m heden Wet normering topinkomens Geldend van 01-01-2019 t/m heden Wet van 15 november 2012, houdende regels inzake de normering van bezoldigingen van topfunctionarissen in de publieke en semipublieke sector (Wet

Nadere informatie

Conceptvoorstel consultatie

Conceptvoorstel consultatie 1 Conceptvoorstel consultatie Uitbreiding van de reikwijdte van de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector naar andere werknemers dan topfunctionarissen (Wet uitbreiding

Nadere informatie

College van Bestuur n.v.t. (voorbeeld) Arbeidsovereenkomst 2014. Voorzitter/Lid College van Bestuur

College van Bestuur n.v.t. (voorbeeld) Arbeidsovereenkomst 2014. Voorzitter/Lid College van Bestuur College van Bestuur n.v.t. (voorbeeld) Arbeidsovereenkomst 2014 Voorzitter/Lid College van Bestuur 1 DE ONDERGETEKENDEN: 1 De Stichting/Vereniging., statutair gevestigd te.... te dezen vertegenwoordigd

Nadere informatie

Aanvullend pensioenreglement "Excedent middelloon "

Aanvullend pensioenreglement Excedent middelloon Aanvullend pensioenreglement "Excedent middelloon " STICHTING BEDRIJFSTAKPENSIOENFONDS VOOR HET BEROEPSVERVOER OVER DE WEG voor de werknemers geboren op of na 1 januari 1950 ORSIMA April 2018 1 Voorwoord

Nadere informatie

College van Bestuur n.v.t.

College van Bestuur n.v.t. College van Bestuur n.v.t. (voorbeeld) Arbeidsovereenkomst 2016 Voorzitter/Lid College van Bestuur N.B. Dit is slechts een voorbeeld van een arbeidsovereenkomst voor een bestuurder in het PO. Er kan dus

Nadere informatie

Rapport van bevindingen WNT RTV Rijnmond

Rapport van bevindingen WNT RTV Rijnmond Programma Normering Topinkomens Rapport van bevindingen WNT RTV Rijnmond Versie 1.0 Datum 2 maart 2015 Status Definitief Colofon Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties Eenheid toezicht

Nadere informatie

NVTZ Handreiking afbouw bezoldiging bestuurder (overgangsrecht WNT)

NVTZ Handreiking afbouw bezoldiging bestuurder (overgangsrecht WNT) NVTZ Handreiking afbouw bezoldiging bestuurder (overgangsrecht WNT) (VERSIE 4.2, 22 DEC 2017) 1. Voor wie is deze handreiking bestemd? Deze handreiking van NVTZ is bedoeld voor de bestuurders en de RvT-leden

Nadere informatie

Bezoldiging directeur/bestuurder en raad van toezicht bij Tiwos.

Bezoldiging directeur/bestuurder en raad van toezicht bij Tiwos. -- Bezoldiging directeur/bestuurder en raad van toezicht bij Tiwos. Versie: mei 2017 1 Inhoud Onderwerp Pagina 1. Bezoldigingskader 3 2. Actuele bezoldiging 5 3. Vergoeding bij beëindigen dienstverband

Nadere informatie

VASTSTELLINGSOVEREENKOMST

VASTSTELLINGSOVEREENKOMST VASTSTELLINGSOVEREENKOMST De ondergetekenden: 1. WERKGEVER, gevestigd en kantoorhoudende te [ADRES], hierbij rechtsgeldig vertegenwoordigd door [VERTEGENWOORDIGER], hierna te noemen: "werkgever"; en 2.

Nadere informatie

4 BELONING. 4.1 Beloning en inschaling

4 BELONING. 4.1 Beloning en inschaling 14 4 BELONING 4.1 Beloning en inschaling 4.1.1 Inschaling Artikel 28 1. Het niveau van de functie bij de werkgever wordt bepaald aan de hand van het systeem van functiewaardering dat is overeengekomen

Nadere informatie

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje, enz. enz. enz.

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje, enz. enz. enz. 34 017 Wijziging van de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector met het oog op een betere uitvoering van de wet (Reparatiewet WNT) Nr. 2 VOORSTEL VAN WET Wij Willem-Alexander,

Nadere informatie

Datum: 11 februari Algemene bepalingen. Artikel 1.1. In deze wet en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:

Datum: 11 februari Algemene bepalingen. Artikel 1.1. In deze wet en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder: Tekst van de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector, zoals deze zou komen te luiden nadat het wetsvoorstel Aanpassingswet WNT tot wet is verheven en in werking is

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2016:4659

ECLI:NL:CRVB:2016:4659 ECLI:NL:CRVB:2016:4659 Instantie Datum uitspraak 06-12-2016 Datum publicatie 12-12-2016 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 16/1577 PW Socialezekerheidsrecht

Nadere informatie

ARBEIDSOVEREENKOMST. 2. [naam DGA], geboren op [datum], wonende aan de [adres] te ([postcode]) [plaats], hierna te noemen: "werknemer";

ARBEIDSOVEREENKOMST. 2. [naam DGA], geboren op [datum], wonende aan de [adres] te ([postcode]) [plaats], hierna te noemen: werknemer; ARBEIDSOVEREENKOMST Ondergetekenden: 1. De besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid [naam] Holding BV, statutair gevestigd te [plaats] en kantoorhoudende aan de [adres] te ([postcode]) [plaats],

Nadere informatie

Rapport van bevindingen WNT Omroepbedrijf Limburg (L1)

Rapport van bevindingen WNT Omroepbedrijf Limburg (L1) Programma Normering Topinkomens Rapport van bevindingen WNT Omroepbedrijf Limburg (L1) Versie 1.0 Datum 27 februari 2015 Status Definitief Colofon Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

Nadere informatie

Bezoldigingsbeleid statutaire directie 2017 GVB Holding NV. Vastgesteld door de AvA op 13 oktober 2017

Bezoldigingsbeleid statutaire directie 2017 GVB Holding NV. Vastgesteld door de AvA op 13 oktober 2017 Bezoldigingsbeleid statutaire directie 2017 GVB Holding NV Vastgesteld door de AvA op Colofon GVB Arlandaweg 100 1043 HP AMSTERDAM Directiesecretariaat Uw contact M.C.J. Schoordijk Voor eventuele vragen

Nadere informatie

RAPPORT VAN EEN SPECIFIEK ONDERZOEK

RAPPORT VAN EEN SPECIFIEK ONDERZOEK RAPPORT VAN EEN SPECIFIEK ONDERZOEK Naar de naleving van artikel 138 lid 1 WPO (eigen wachtgelders) bij de Stichting voor bijzonder primair onderwijs in de Zaanstreek Agora Utrecht, mei 2016 Nummer: 4841966

Nadere informatie

1. Op de werknemer met een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd die wordt ontslagen wegens:

1. Op de werknemer met een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd die wordt ontslagen wegens: Hoofdstuk 14 Activeringsregeling (per 1 juli 2015) en pensioen A Activeringsregeling Artikel 1 Werkingssfeer 1. Op de werknemer met een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd die wordt ontslagen wegens:

Nadere informatie

Remuneratierapport 2014. Raad van Commissarissen GVB Holding NV

Remuneratierapport 2014. Raad van Commissarissen GVB Holding NV Raad van Commissarissen GVB Holding NV Colofon GVB Arlandaweg 100 1043 HP AMSTERDAM Directiesecretariaat Uw contact M.C.J. Schoordijk Telefoonnummer 020 4606060 Faxnummer 020 4606066 0.1 Definitief 2/9

Nadere informatie

Reglement Versleepregeling

Reglement Versleepregeling HEINEKEN NEDERLANDS BEHEER B.V. HEINEKEN GROUP B.V HEINEKEN INTERNATIONAL B.V. (Versie 2014 definitief- d.d. 07 januari 2014) INHOUD Artikelen Bladzijde 1. Begripsbepalingen 3 2. Werkingssfeer van de regeling

Nadere informatie

H o o f d k a n t o o r

H o o f d k a n t o o r H o o f d k a n t o o r Tweede Akkoord afwijkingen Sociaal Plan Maatvoering voor Maatwerk Partijen: - te Utrecht En - AbvaKabo FNV te Zoetermeer - CNV Publieke Zaak te Den Haag - De Unie te Culemborg -

Nadere informatie

REMUNERATIERAPPORT over het verslagjaar 2014 Woningbouwvereniging Bergopwaarts te Deurne

REMUNERATIERAPPORT over het verslagjaar 2014 Woningbouwvereniging Bergopwaarts te Deurne REMUNERATIERAPPORT over het verslagjaar 2014 Woningbouwvereniging Bergopwaarts te Deurne Opgesteld door de Remuneratiecommissie van Bergopwaarts en goedgekeurd door de Raad van Commissarissen op 31 maart

Nadere informatie

Jaarverslag Samen omschakelen krijgt vorm

Jaarverslag Samen omschakelen krijgt vorm Jaarverslag 2017 Samen omschakelen krijgt vorm Alliander Jaarverslag 2017 Inhoudsopgave 2 Inhoudsopgave Corporate governance 3 Remuneratierapport 4 Corporate governance Alliander Jaarverslag 2017 Corporate

Nadere informatie

Wet normering topinkomens Eendaagse arbeidszaken CVA

Wet normering topinkomens Eendaagse arbeidszaken CVA Wet normering topinkomens Eendaagse arbeidszaken CVA Marion van den Brekel Amersfoort, 26 mei 2016 Inhoud Introductie WNT: * doel * instellingen * (gewezen) topfunctionaris * bezoldigingsmaximum * einde

Nadere informatie

wetten.nl - Wet- en regelgeving printen - Wet normering bezoldiging topfunctionar... pagina 1 van 18

wetten.nl - Wet- en regelgeving printen - Wet normering bezoldiging topfunctionar... pagina 1 van 18 wetten.nl - Wet- en regelgeving printen - Wet normering bezoldiging topfunctionar... pagina 1 van 18 http://wetten.overheid.nl/bwbr0032249/geldigheidsdatum_/afdrukken Wet normering bezoldiging topfunctionarissen

Nadere informatie

VERENIGING VAN TOEZICHTHOUDERS IN ONDERWIJSINSTELLINGEN ~ VTOI & ONDERWIJSBESTUURDERSVERENIGING ~ OBV. CAO bestuurders VO

VERENIGING VAN TOEZICHTHOUDERS IN ONDERWIJSINSTELLINGEN ~ VTOI & ONDERWIJSBESTUURDERSVERENIGING ~ OBV. CAO bestuurders VO VERENIGING VAN TOEZICHTHOUDERS IN ONDERWIJSINSTELLINGEN ~ VTOI & ONDERWIJSBESTUURDERSVERENIGING ~ OBV CAO bestuurders VO 2015 2016 Rotterdam/Zoetermeer 11-11-2015 Inhoud Preambule Ошибка! Закладка не определена.

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2012 583 Wet van 15 november 2012, houdende regels inzake de normering van bezoldigingen van topfunctionarissen in de publieke en semipublieke sector

Nadere informatie

Rapport van bevindingen WNT Omroep Flevoland

Rapport van bevindingen WNT Omroep Flevoland Programma Normering Topinkomens Rapport van bevindingen WNT Omroep Flevoland Versie 1.0 Datum 27 februari 2015 Status Definitief Colofon Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties Eenheid

Nadere informatie

Collectieve arbeidsovereenkomst Albron CP Nederland B.V.

Collectieve arbeidsovereenkomst Albron CP Nederland B.V. Collectieve Arbeidsovereenkomst 1 januari 2014 tot en met 31 december 2015 De ondergetekenden: als partij ter ener zijde en FNV Horecabond En CNV Vakmensen Elk als partij ter andere zijde, zijn de navolgende

Nadere informatie

Stichting Vrijwillig Vervroegde Uittreding Gist-Brocades. VUT Reglement

Stichting Vrijwillig Vervroegde Uittreding Gist-Brocades. VUT Reglement Stichting Vrijwillig Vervroegde Uittreding Gist-Brocades VUT Reglement Uitgave februari 2006 REGLEMENT VRIJWILLIG VERVROEGDE UITTREDING DSM GIST SERVICES B.V. Inhoudsopgave blz. Artikel 1 Definities...

Nadere informatie

0) Gaat het om het opzeggen, ontbinden of niet voortzetten** (na een einde van rechtswege)

0) Gaat het om het opzeggen, ontbinden of niet voortzetten** (na een einde van rechtswege) Stappenplan Transitievergoeding 0) Gaat het om het opzeggen, ontbinden of niet voortzetten** (na een einde van rechtswege) Nee: de werknemer heeft geen recht op een transitievergoeding Ja: ga naar punt

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2013 2014 34 017 Wijziging van de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector met het oog op een betere uitvoering van de

Nadere informatie

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. Wet van 15 november 2012, houdende regels inzake de normering van bezoldigingen van topfunctionarissen in de publieke en semipublieke sector (Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke

Nadere informatie

3F UITTREKSEL. Samen Sterker Verder

3F UITTREKSEL. Samen Sterker Verder 3F UITTREKSEL van het Sociaal Plan FNV in Beweging 1 maart 2013 1 oktober 2018 en art. 6 uit het Sociaal Plan tussen FNV Personeel en FNV KIEM van 18 maart 2016 i.v.m. art. 2:334f lid 2 sub g BW Samen

Nadere informatie

raad Verordening vergoeding voorzitter SER 2012

raad Verordening vergoeding voorzitter SER 2012 raad Verordening vergoeding voorzitter SER 2012 Verordening van de Sociaal-Economische Raad van l 5 juni 2012, houdende regelen voor de vergoeding van zijn voorzitter (Verordening vergoeding voorzitter

Nadere informatie

Hoofdlijnen van het remuneratierapport over 2015

Hoofdlijnen van het remuneratierapport over 2015 Bezoldigingsbeleid voor het bestuur van Intermaris Hoofdlijnen van het remuneratierapport over 2015 In de Governancecode Woningcorporaties (2015: artikel 3.5) is het hierna vermelde principe ten aanzien

Nadere informatie

Gelet op artikel C.22 van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling Provincies;

Gelet op artikel C.22 van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling Provincies; Besluit van Gedeputeerde Staten van Noord-Holland van 12 juli 2016, nr. 805709, tot vaststelling van de Jubileumgratificatieregeling Noord-Holland 2016 Gedeputeerde Staten van Noord-Holland; Gelet op artikel

Nadere informatie

ECWGO/U Lbr. 16/014 CvA/Loga 16/06

ECWGO/U Lbr. 16/014 CvA/Loga 16/06 Brief aan de leden T.a.v. het college en de raad informatiecentrum tel. (070) 373 8393 uw kenmerk bijlage(n) 1 betreft Aandachtspunten i.v.m. invoering nieuw hoofdstuk 3 CAR ons kenmerk ECWGO/U201600450

Nadere informatie

19. REGLEMENT SENIORENREGELING GROOTHANDEL IN BLOEMBOLLEN 2019

19. REGLEMENT SENIORENREGELING GROOTHANDEL IN BLOEMBOLLEN 2019 19. REGLEMENT SENIORENREGELING GROOTHANDEL IN BLOEMBOLLEN 2019 Artikel 1 a Toepassing Dit reglement is van toepassing op de Groothandel in Bloembollen zoals bedoeld in artikel 1 sub C. lid 2 cao Colland.

Nadere informatie

RAPPORT VAN EEN SPECIFIEK ONDERZOEK

RAPPORT VAN EEN SPECIFIEK ONDERZOEK RAPPORT VAN EEN SPECIFIEK ONDERZOEK Foundation Seventh-day Adventist School Lynch Plantation te St. Eustatius (21352) NAAR DE RECHTMATIGHEID VAN DE BESTEDINGEN ZOALS GERAPPORTEERD DOOR DE ACCOUNTANT IN

Nadere informatie

Minimumloon, jeugdloon januari 2016 - juni 2016 plus Uurloon

Minimumloon, jeugdloon januari 2016 - juni 2016 plus Uurloon Minimumloon, jeugdloon januari 2016 - juni 2016 plus Uurloon Het wettelijk minimum loon of wettelijk minimum jeugdloon is het loon of het salaris dat je minimaal uitbetaald hoort te krijgen. Werknemers

Nadere informatie

Gelet op artikel 97, zevende lid, van het Algemeen Rijksambtenarenreglement;

Gelet op artikel 97, zevende lid, van het Algemeen Rijksambtenarenreglement; Regeling uitkering substantieel bezwarende functies 2006 [Regeling vervalt per 01-04-2015.] Zichtdatum 07-02-2018 Geldend van 01-01-2010 t/m 31-03-2015 Regeling uitkering substantieel bezwarende functies

Nadere informatie

CAO bestuurders VO Algemene Bepalingen. 2. Dienstverband. 1.1 Begripsbepalingen

CAO bestuurders VO Algemene Bepalingen. 2. Dienstverband. 1.1 Begripsbepalingen CAO bestuurders VO 2017 1. Algemene Bepalingen 1.1 Begripsbepalingen Arbeidsduur CAO Functie Functiecontract Instelling Partijen Voortgezet onderwijs Werkgever Werknemer het aantal uren dat de werknemer

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2013 2014 33 715 Aanpassing van de reikwijdte en enige technische wijzigingen van de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke

Nadere informatie

de pensioengerechtigde leeftijd of bij eerder overlijden, zoals aanspraken op ouderdomsen nabestaandenpensioen en pré-pensioen.

de pensioengerechtigde leeftijd of bij eerder overlijden, zoals aanspraken op ouderdomsen nabestaandenpensioen en pré-pensioen. de pensioengerechtigde leeftijd of bij eerder overlijden, zoals aanspraken op ouderdomsen nabestaandenpensioen en pré-pensioen. De hierna opgenomen bepalingen worden niet alleen toegepast op formeel overeengekomen

Nadere informatie

REMUNERATIE RAPPORT RAAD VAN TOEZICHT HU. Auteur REMUNERATIECOMMISSIE RAAD VAN TOEZICHT HU. Inlichtingen E

REMUNERATIE RAPPORT RAAD VAN TOEZICHT HU. Auteur REMUNERATIECOMMISSIE RAAD VAN TOEZICHT HU. Inlichtingen E Auteur REMUNERATIECOMMISSIE RAAD VAN TOEZICHT HU Inlichtingen E marije.vanleeuwen@hu.nl Datum 15 oktober 2007 Versie Goedgekeurd RvT 15-10-07 Hogeschool Utrecht, Raad van Toezicht Utrecht, 2007 Bronvermelding

Nadere informatie

3 Salaris per uur: 1/156 van het salaris bij een volledige werktijd.

3 Salaris per uur: 1/156 van het salaris bij een volledige werktijd. III.1 BEZOLDIGINGSREGELING 1997 - Besluit van de gemeenteraad van Voorst 24 maart 1997. BEGRIPSBEPALINGEN Artikel 1 Deze regeling verstaat onder: 1 Ambtenaar: hij, die overeenkomstig de bepalingen van

Nadere informatie

B&W. Agendapunt, dinsdag 9 december Wijziging diverse artikelen in de Nieuwe Rechtspositieregeling Gemeente Amsterdam (NRGA)

B&W. Agendapunt, dinsdag 9 december Wijziging diverse artikelen in de Nieuwe Rechtspositieregeling Gemeente Amsterdam (NRGA) Nummer BD2008-007784 Dienst concern organisatie Burgemeester en wethouders Portefeuille 23 Agendapunt B1 Onderwerp Wijziging diverse artikelen in de Nieuwe Rechtspositieregeling (NRGA) Gevraagde beslissing

Nadere informatie

tegen de uitspraak van de rechtbank Oost-Brabant van 3 mei 2016 in zaak nr. 15/6422 in het geding tussen:

tegen de uitspraak van de rechtbank Oost-Brabant van 3 mei 2016 in zaak nr. 15/6422 in het geding tussen: ECLI:NL:RVS:2017:659 Instantie Raad van State Datum uitspraak 15-03-2017 Datum publicatie 15-03-2017 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201604395/1/A2 Bestuursrecht Hoger beroep

Nadere informatie

Leidinggevende topfunctionarissen, gewezen topfunctionarissen met dienstbetrekking. Mw. drs. M.P.I. ten Kroode MCM MIM

Leidinggevende topfunctionarissen, gewezen topfunctionarissen met dienstbetrekking. Mw. drs. M.P.I. ten Kroode MCM MIM GGZ Rivierduinen Op 1 januari 2013 is de Wet normering topinkomens (WNT) in werking getreden. De WNT is van toepassing op GGZ Rivierduinen. Het voor Stichting Rivierduinen bedraagt op grond van de totaalscore

Nadere informatie

RAPPORT VAN EEN SPECIFIEK ONDERZOEK

RAPPORT VAN EEN SPECIFIEK ONDERZOEK RAPPORT VAN EEN SPECIFIEK ONDERZOEK NAAR DE BESTEDING VAN DE SUBSIDIE UIT HOOFDE VAN DE REGELING LERARENBEURS VOOR SCHOLING EN ZIJ- INSTROOM 2009-2011 DOOR STICHTING CARMELCOLLEGE TE HENGELO (35647) Utrecht,

Nadere informatie

Openbaar. Eenmalige uitkeringen. Alleen ter besluitvorming door het College. Collegevoorstel. Onderwerp. Programma Bestuur & Middelen.

Openbaar. Eenmalige uitkeringen. Alleen ter besluitvorming door het College. Collegevoorstel. Onderwerp. Programma Bestuur & Middelen. Collegevoorstel Openbaar Onderwerp Eenmalige uitkeringen Programma Bestuur & Middelen BW-nummer Portefeuillehouder B. van Hees Samenvatting Door de afspraak in het Landelijk Overleg Gemeentelijke Arbeidsvoorwaarden

Nadere informatie

Gelet op artikel 673, tiende lid, van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek; De Afdeling advisering van de Raad van State gehoord (advies van);

Gelet op artikel 673, tiende lid, van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek; De Afdeling advisering van de Raad van State gehoord (advies van); Ontwerpbesluit van [[ ]], houdende wijziging van het Besluit loonbegrip vergoeding aanzegtermijn en transitievergoeding in verband met de invoering van het recht op transitievergoeding vanaf de eerste

Nadere informatie

REGLEMENT SENIORENREGELING GROOTHANDEL IN BLOEMBOLLEN 2019

REGLEMENT SENIORENREGELING GROOTHANDEL IN BLOEMBOLLEN 2019 REGLEMENT SENIORENREGELING GROOTHANDEL IN BLOEMBOLLEN 2019 Artikel 1 a Toepassing Dit reglement is van toepassing op de Groothandel in Bloembollen zoals bedoeld in artikel 1 sub C. lid 2 cao Colland en

Nadere informatie

INVALIDITEITSPENSIOENREGELING STICHTING BEDRIJFSTAKPENSIOENFONDS VOOR DE HOUTHANDEL

INVALIDITEITSPENSIOENREGELING STICHTING BEDRIJFSTAKPENSIOENFONDS VOOR DE HOUTHANDEL INVALIDITEITSPENSIOENREGELING STICHTING BEDRIJFSTAKPENSIOENFONDS VOOR DE HOUTHANDEL ARTIKEL 1 Begripsbepalingen: De definities en de begripsomschrijvingen zoals vermeld in de Statuten en het Algemeen Reglement

Nadere informatie

2. [NAAM BEDRIJF/ ORGANISATIE] gevestigd te [PLAATSNAAM], hierna te. noemen: de uitlener, vertegenwoordigd door de heer/mevrouw [NAAM

2. [NAAM BEDRIJF/ ORGANISATIE] gevestigd te [PLAATSNAAM], hierna te. noemen: de uitlener, vertegenwoordigd door de heer/mevrouw [NAAM MODEL Detacheringovereenkomst Dit model kunt u ook vinden op www.uwv.nl. 1. [NAAM BEDRIJF/ ORGANISATIE] gevestigd te [PLAATSNAAM], hierna te noemen: de uitlener, vertegenwoordigd door de heer/mevrouw [NAAM

Nadere informatie

RAPPORT VAN EEN SPECIFIEK ONDERZOEK. Onderzoek naar de uitgaven aan huisvesting in 2013 en 2014 door de stichting KBA Nw West

RAPPORT VAN EEN SPECIFIEK ONDERZOEK. Onderzoek naar de uitgaven aan huisvesting in 2013 en 2014 door de stichting KBA Nw West RAPPORT VAN EEN SPECIFIEK ONDERZOEK Onderzoek naar de uitgaven aan huisvesting in 2013 en 2014 door de stichting KBA Nw West Utrecht, 3 juni 2016 Onderzoeksnummer:286247 Edocs nr. 4846374 Voorwoord Dit

Nadere informatie

RAPPORT VAN EEN SPECIFIEK ONDERZOEK. Onderzoek naar de kwijtschelding van een vordering door de Stichting De Blauwe Loper

RAPPORT VAN EEN SPECIFIEK ONDERZOEK. Onderzoek naar de kwijtschelding van een vordering door de Stichting De Blauwe Loper RAPPORT VAN EEN SPECIFIEK ONDERZOEK Onderzoek naar de kwijtschelding van een vordering door de Stichting De Blauwe Loper Utrecht, april 2016 Onderzoeksnummer: 286248 Voorwoord Dit rapport bevat de resultaten

Nadere informatie

RAPPORT VAN EEN SPECIFIEK ONDERZOEK NAAR FINANCIËLE ASPECTEN BIJ STICHTING MEERWERF BASISSCHOLEN TE DEN HELDER (41858)

RAPPORT VAN EEN SPECIFIEK ONDERZOEK NAAR FINANCIËLE ASPECTEN BIJ STICHTING MEERWERF BASISSCHOLEN TE DEN HELDER (41858) RAPPORT VAN EEN SPECIFIEK ONDERZOEK NAAR FINANCIËLE ASPECTEN BIJ STICHTING MEERWERF BASISSCHOLEN TE DEN HELDER (41858) Utrecht, juni 2013 Voorwoord Dit rapport bevat de resultaten van een specifiek onderzoek

Nadere informatie

44. Doel 2. Contributie beroepsorganisaties

44. Doel 2. Contributie beroepsorganisaties Contributie beroepsorganisaties 44. Doel 2 4.1 Mogelijkheden 2 4.2 Inzet van bronnen 2 4.3 Arbeidsrechtelijke/CAO voorwaarden 2 4.4 Fiscale regelgeving 3 4.5 Fiscale gevolgen, gevolgen voor de zorgverzekering

Nadere informatie

Vragen en antwoorden over de gevolgen per voor uw arbeidsvoorwaarden op basis van de Cao umc

Vragen en antwoorden over de gevolgen per voor uw arbeidsvoorwaarden op basis van de Cao umc Vragen en antwoorden over de gevolgen per 1-1-2019 voor uw arbeidsvoorwaarden op basis van de Cao umc 2018-2020 28-2-2019 Op 5 november 2018 is een cao-akkoord bereikt tussen de NFU en de vier centrales

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2014 538 Besluit van 11 december 2014 tot vaststelling van regels over de inhoud van het begrip loon in het kader van de berekening van de hoogte

Nadere informatie

SAMENVATTING U I T S P R A AK

SAMENVATTING U I T S P R A AK SAMENVATTING 104017 Geschil toekenning ouderschapsverlof Een docent vraagt voor zijn drie geadopteerde kinderen ouderschapsverlof aan. Over de aard - betaald of onbetaald - van het verlof voor twee kinderen

Nadere informatie

OPTIMALE INDIVIDUELE INZETBAARHEID. Definitieve versie vastgesteld in het OAW, 15 juni 2015, aangevuld met artikel 3.6 op 19 november 2015.

OPTIMALE INDIVIDUELE INZETBAARHEID. Definitieve versie vastgesteld in het OAW, 15 juni 2015, aangevuld met artikel 3.6 op 19 november 2015. HOOFDSTUK 3 OPTIMALE INDIVIDUELE INZETBAARHEID Definitieve versie vastgesteld in het OAW, 15 juni 2015, aangevuld met artikel 3.6 op 19 november 2015. Met uitzondering van artikel 3.4 en 3.5 treedt dit

Nadere informatie

Addendum op de collectieve arbeidsovereenkomst UWV. Looptijd 1 augustus 2016 tot en met 31 december 2018

Addendum op de collectieve arbeidsovereenkomst UWV. Looptijd 1 augustus 2016 tot en met 31 december 2018 Addendum op de collectieve arbeidsovereenkomst UWV Looptijd 1 augustus 2016 tot en met 31 december 2018 Overwegingen Vanuit de wens stappen te zetten naar een toekomstbestendige pensioenregeling hebben

Nadere informatie

REGLEMENT AANVULLEND PENSIOEN STICHTING PENSIOENFONDS ALLIANCE

REGLEMENT AANVULLEND PENSIOEN STICHTING PENSIOENFONDS ALLIANCE REGLEMENT AANVULLEND PENSIOEN STICHTING PENSIOENFONDS ALLIANCE 1 INHOUDSOPGAVE REGLEMENT AANVULLEND PENSIOEN BEGRIPSOMSCHRIJVINGEN... 3 ARTIKEL 1. AANSPRAKEN... 3 ARTIKEL 2. VARIABEL PENSIOENGEVEND SALARIS...

Nadere informatie

Dit is een voorbeeld van Arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd zoals gegenereerd met de Arbeidsovereenkomst generator van ICTRecht:

Dit is een voorbeeld van Arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd zoals gegenereerd met de Arbeidsovereenkomst generator van ICTRecht: Dit is een voorbeeld van Arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd zoals gegenereerd met de Arbeidsovereenkomst generator van ICTRecht: https://ictrecht.nl/diensten/juridische- generatoren/arbeidsovereenkomst-

Nadere informatie

Remuneratierapport 2015 / 2016

Remuneratierapport 2015 / 2016 Remuneratierapport 2015 / 2016 Selectie- en Remuneratiecommissie Raad van Toezicht Hogeschool Utrecht 1. Inleiding Voorliggend rapport behandelt het remuneratiebeleid van het College van Bestuur en de

Nadere informatie

provinciaal blad V A N D E P R O V I N C I E G R O N I N G E N

provinciaal blad V A N D E P R O V I N C I E G R O N I N G E N provinciaal blad nr. 9 ISSN: 0920-1092 V A N D E P R O V I N C I E G R O N I N G E N 13 februari 2006 Besluit van Gedeputeerde Staten der provincie Groningen van 7 februari 2006, nr. 2006-02445, afd. PO,

Nadere informatie

ECWGO/U201501192 Lbr. 15/057 CVA/ LOGA 15/11

ECWGO/U201501192 Lbr. 15/057 CVA/ LOGA 15/11 Brief aan de leden T.a.v. het college en de raad informatiecentrum tel. (070) 373 8393 betreft pensioenakkoord en salarismaatregelen 2015-2016 Samenvatting uw kenmerk ons kenmerk ECWGO/U201501192 Lbr.

Nadere informatie

Voorwaarden: Arbeidsovereenkomst voor (on)bepaalde tijd > 24 maanden Geëindigd of niet voortgezet :

Voorwaarden: Arbeidsovereenkomst voor (on)bepaalde tijd > 24 maanden Geëindigd of niet voortgezet : Voorwaarden: Arbeidsovereenkomst voor (on)bepaalde tijd > 24 maanden Geëindigd of niet voortgezet : o Op initiatief van de werkgever, of o Op initiatief van de werknemer als gevolg van ernstig verwijtbaar

Nadere informatie

RAPPORT VAN EEN SPECIFIEK ONDERZOEK

RAPPORT VAN EEN SPECIFIEK ONDERZOEK RAPPORT VAN EEN SPECIFIEK ONDERZOEK Naar de rechtmatigheid van de investering in het integraal kindcentrum door de Stichting Rooms Katholiek Onderwijs Huizen te Huizen (74426) Utrecht, oktober 2017 Documentnummer:

Nadere informatie

Arbeidsvoorwaardenbeleid College van Bestuur

Arbeidsvoorwaardenbeleid College van Bestuur Arbeidsvoorwaardenbeleid College van Bestuur Bezoldiging conform WNT en het sectorale bezoldigingsmaximum voor onderwijsbestuurders De HAN conformeert zich al vanaf 2010 aan het wetsontwerp Normering Topinkomens

Nadere informatie

RAPPORT VAN EEN SPECIFIEK ONDERZOEK

RAPPORT VAN EEN SPECIFIEK ONDERZOEK RAPPORT VAN EEN SPECIFIEK ONDERZOEK NAAR DE ONDERWIJSSITUATIE EN RECHTMATIGHEID VAN DE BEKOSTIGING VAN DE SCHOLEN DIE GEVESTIGD ZIJN OP DE LOCATIE DROSTENBURG: MYTYLSCHOOL (20WU), TYLTYLSCHOOL (20WV),

Nadere informatie

Centraal Overleg Arbeidsvoorwaarden Openbare Bibliotheken

Centraal Overleg Arbeidsvoorwaarden Openbare Bibliotheken Cao Openbare Bibliotheken 2015-2019 Centraal Overleg Arbeidsvoorwaarden Openbare Bibliotheken Gewijzigde artikelen met terugwerkende kracht per 1 januari 2018 Hoofdstuk II Salariëring en vergoedingen Artikel

Nadere informatie

ASSURANCERAPPORT VAN EEN SPECIFIEK ONDERZOEK

ASSURANCERAPPORT VAN EEN SPECIFIEK ONDERZOEK ASSURANCERAPPORT VAN EEN SPECIFIEK ONDERZOEK NAAR ONDERDELEN VAN DE BEKOSTIGING VAN DE STICHTING OPENBAAR ONDERWIJS LAND VAN ALTENA (BESTUURSNUMMER 41878) BETREFFENDE BRINNUMMERS 13BE, 18GU, 18HS, 09ZZ,

Nadere informatie

Commissie van Beroep PO

Commissie van Beroep PO 106226 - Beroepen tegen vermindering betrekkingsomvang; SAMENVATTING Werknemers zijn bij de werkgever in vaste dienst met een betrekkingsomvang boven de normbetrekking van 1 wtf. Omdat de werkgever vele

Nadere informatie