GEMEENTERAADSZITTING 27 APRIL 2015

Transcriptie

1 25 GEMEENTERAADSZITTING 27 APRIL 2015 Aanwezig: Paul CARION Hugo LEROY Denis DIERICK, Tanja EECKHOUT, Peter DECLERCQ, Dirk MARTENS, Willy VAN HOVE Gilles VAN HENDE Voorzitter, Burgemeester, Schepenen, OCMW-voorzitter-Schepen, Marc VAN WITTENBERGE, Willy BENOOT, Karel HUBAU, Aline DERVAUX, Nadine DE STERCKE, Mieke PETERS, Jef VERMAERE, Marnix VANDEKERCKHOVE, Jacques DEZUTTER, Dieter DE METS, Wim MALFROOT, Luc GOEMAERE, Ankie D HOLLANDER, Nelly DE SCHAMPHELAERE, Eddy VAN HIJFTE en Bart PIENS Serge RONSSE Raadsleden, Gemeentesecretaris. OPENBARE ZITTING De voorzitter opent de openbare zitting. 1. Goedkeuren notulen van 23 maart Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005 en in het bijzonder op artikel 33; eenparig Enig art.: De notulen van de gemeenteraadszitting van 23 maart 2015 goed te keuren. AGENDAPUNTEN OP VOORSTEL VAN HET COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN SCHEPENEN 2. Intergemeentelijke samenwerking Intergemeentelijke Samenwerking Westlede (IGS Westlede) kennisname agenda algemene vergadering 2 juni Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005; Gelet op het decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking; Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 21 oktober 2013 waarbij de heer Willy Van Hove, schepen, als vertegenwoordiger en de heer Denis Dierick, schepen, als plaatsvervangend vertegenwoordiger werden aangeduid voor de huidige legislatuur; Gelet op het schrijven van de Intergemeentelijke Samenwerking Westlede van 2 april 2015 waarbij onze gemeente wordt opgeroepen om deel te nemen aan de algemene vergadering op 2 juni 2015 met volgende agenda: 1. Goedkeuring verslag Algemene Vergadering 02/12/ Goedkeuring Balans en Resultatenrekening Verslag Commissaris Revisor 4. Kwijting aan de Bestuurders en de Commissaris Revisor 5. Werkingsverslag Ontslag leden van de Raad van Bestuur 7. Benoeming leden van de Raad van Bestuur Gelet op de bijgevoegde stavingsstukken;

2 Overwegende dat de heer Jef Vermaere, raadslid, vraagt om op de algemene vergadering te informeren naar de reden waarom de reserves verschuiven van beschikbaar naar nietbeschikbaar; 26 Overwegende dat de heer Karel Hubau, raadslid, opmerkt dat er een trendbreuk merkbaar is in het aantal verwerkte lichamen; Overwegende dat de heer Denis Dierick, schepen, verduidelijkt dat de trendbreuk het gevolg is van de samenwerking met Frasnes; Overwegende dat de heer Karel Hubau, raadslid, opmerkt dat er in Frasnes meer lichamen zijn verwerkt; Overwegende dat de heer Willy Van Hove, schepen, stelt dat er een algemene trend naar minder crematies merkbaar is bij alle crematoria; Overwegende dat de heer Karel Hubau, raadslid, vraagt of de verschuiving van de reserves iets te maken heeft met de vennootschapsbelasting; Art. 2: Art. 3: Kennis te nemen van de agenda van de Intergemeentelijke Samenwerking Westlede die zal behandeld worden op de algemene vergadering van 2 juni 2015 en zijn goedkeuring te hechten aan de punten die dit vereisen. De vertegenwoordiger en/of zijn plaatsvervanger van de gemeente die zal deelnemen aan de algemene vergadering van de Intergemeentelijke Samenwerking Westlede op 2 juni 2015 op te dragen zijn stemgedrag af te stemmen op de beslissing genomen in de gemeenteraad van heden inzake onderhavige aangelegenheid. Het college van burgemeester en schepenen te belasten met de uitvoering van de hierbij genomen beslissing en onder meer hiervan kennis te geven aan het secretariaat van de Intergemeentelijke Samenwerking Westlede, Smalle Heerweg 60 te 9080 Lochristi. 3. Intergemeentelijke samenwerking Interlokale Vereniging ZOVLA goedkeuren statutenwijziging. Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005 en in het bijzonder op artikel ; Gelet op het decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking en in het bijzonder op artikel 7; Gelet op het decreet van 6 juli 2012 betreffende het lokaal cultuurbeleid en in het bijzonder op artikel 59 en 60; Gelet op het provincieraadsbesluit van 21 januari 2009 tot vaststelling van het provinciaal reglement houdende subsidiëring ter ondersteuning van de samenwerking van de openbare bibliotheken in het kader van het streekgericht bibliotheekbeleid; Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 22 november 2004 houdende goedkeuring Intergemeentelijke Vereniging ZOVLA; Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 23 mei 2005 houdende wijziging overeenkomst Intergemeentelijke Vereniging ZOVLA; Gelet op art. 17 uit de statuten van de Interlokale Vereniging ZOVLA; Gelet op het voorstel tot wijziging van de statuten zoals goedgekeurd door het ZOVLAbeheerscomité op 3 februari 2015;

3 27 Overwegende dat hierbij voorgesteld wordt om enkel de rekening ter goedkeuring aan de gemeenteraad voor te leggen en het budget en het jaarverslag ter kennisgeving; verder bevat het voorstel een wijziging inzake de rol van de secretaris in het beheerscomité en de termijn van oproeping voor het beheerscomité; Overwegende dat de heer Karel Hubau, raadslid, opmerkt dat het eigenlijk beter zou zijn dat de gemeenteraden de budgetten zouden goedkeuren; Overwegende dat de heer Dirk Martens, schepen, stelt dat het decreet intergemeentelijke samenwerking enkel de goedkeuring van de rekening oplegt; dat de gemeenteraden wel in kennis zullen gesteld worden van het budget en het jaarverslag; Overwegende dat de heer Jef Vermaere, raadslid, zich wenst te onthouden omdat hij het jammer vindt dat de goedkeuring van het budget onttrokken wordt aan de bevoegdheid van de gemeenteraad; Gaat over tot de mondelinge stemming: er nemen 21 raadsleden deel aan de stemming; elk raadslid heeft 1 stem; Gelet op de uitkomst van de stemming: 20 ja-stemmen, 0 neen-stemmen en 1 onthouding (JV); Art. 2: De statutenwijziging van de interlokale vereniging ZOVLA goed te keuren, zoals gezien in bijlage. Een afschrift van deze beslissing over te maken aan het provinciebestuur Oost- Vlaanderen, dienst Kunsten en Cultuurspreiding, Streekgericht Bibliotheekbeleid, Woodrow Wilsonplein 2, 9000 Gent. Mevr. Mieke Peters, raadslid, vervoegt de zitting. 4. Intergemeentelijke samenwerking Interlokale Vereniging ZOVLA goedkeuren rekening 2014, jaarverslag 2014 en budget Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005; Gelet op het decreet van 6 juli 2001 houdende intergemeentelijke samenwerking en in het bijzonder op artikel 9; Gelet op het decreet van 6 juli 2012 betreffende het lokaal cultuurbeleid, en in het bijzonder op de artikelen 59 en 60 uit de memorie van toelichting, waarin wordt gesteld dat elke provincie het initiatief moet nemen tot een streekgericht bibliotheekbeleid, Gelet op het provinciaal reglement van 9 april 2003 met betrekking tot projectsubsidies aan de openbare bibliotheken in Oost-Vlaanderen; Gelet op het provincieraadsbesluit van 21 januari 2009 tot vaststelling van het provinciaal reglement houdende subsidiëring ter ondersteuning van de samenwerking van de openbare bibliotheken in het kader van het streekgericht bibliotheekbeleid; Gelet op het provinciaal reglement van 1 maart 2014 met betrekking tot de toekenning van projectsubsidies aan cultuurspreidende en cultuureducatieve projecten met bovenlokale uitstraling in Oost-Vlaanderen; Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 22 november 2004 houdende goedkeuring Intergemeentelijke Vereniging ZOVLA; Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 23 mei 2005 houdende wijziging overeenkomst Intergemeentelijke Vereniging ZOVLA;

4 Gelet op art. 19 en 20 uit de statuten van Interlokale Vereniging ZOVLA; Gelet op het verslag van de vergadering van het beheerscomité van 3 februari 2015 en de bijhorende documenten: het jaarverslag 2014, de rekening 2014 en het budget Overwegende dat de heer Karel Hubau, raadslid, vaststelt dat de vereniging over een grote reserve beschikt; dat hij zich afvraagt hoe dit gespendeerd zal worden; dat hij vreest voor de stopzetting van de subsidiëring door de provincie als de reserve te hoog wordt; dat hij liever een aantal projecten zou opstarten om de reserves te bestemmen; Overwegende dat de heer Dirk Martens, schepen, verduidelijkt dat er een project rond gemakkelijk lezen op stapel staat waardoor een groot deel van de reserve zal aangewend zijn; dat zich de vraag stelt of de provincie in de toekomst de werking nog zal subsidiëren; Overwegende dat de heer Jef Vermaere, raadslid, opmerkt dat het budget laat op het jaar komt; dat de reserve volgens het jaarverslag zou worden overgedragen naar het budget 2015 maar niet is opgenomen in het budget 2015; dat de reserves blijven aangroeien; dat het vreemd is dat het budget vertrekt van een rekeningstand van oktober 2014; dat hij vindt dat ZOVLA zijn budgettering niet tijdig uitvoert; Overwegende dat de heer Dirk Martens, schepen, aangeeft dat de problemen inzake de timing van de budgettering met de statutenwijzigingen opgelost zullen worden; Gaat over tot de mondelinge stemming: er nemen 22 raadsleden deel aan de stemming; elk raadslid heeft 1 stem; Gelet op de uitkomst van de stemming: 21 ja-stemmen, 0 neen-stemmen en 1 onthouding (JV); De rekening 2014, het jaarverslag 2014 en de begroting 2015 van de Interlokale Vereniging ZOVLA goed te keuren, zoals gezien in bijlage. 5. Cultuur beheersorgaan voor de bibliotheek kennisname voorlopig verslag van 4 maart Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005 en in het bijzonder op artikel 200 3; Gelet op de algemene vergadering van het beheersorgaan van de gemeentelijke openbare bibliotheek op 4 maart 2015; Gelet op het verslag in bijlage; Overwegende dat het verslag nog niet is goedgekeurd; Kennis te nemen van het voorlopig verslag van de algemene vergadering van het beheersorgaan voor de bibliotheek op 4 maart Cultuur beheersorgaan voor het gemeenschapscentrum kennisname voorlopig verslag van 31 maart Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005 en in het bijzonder op artikel 200 3;

5 29 Gelet op de algemene vergadering van het beheersorgaan gemeenschapscentrum Gavere van 31 maart 2015; Gelet op het voorlopig verslag als bijlage; Overwegende dat de heer Wim Malfroot, raadslid, opmerkt dat in het verslag met café De Barst allicht café De Klub wordt bedoeld; dat hij informeert naar de brandbeveiliging van trefpunt Henri De Cocker; dat hij vraagt welke maatregelen er genomen zullen worden ter verbetering van de verkeersveiligheid in de Sportdreef; Overwegende dat mevrouw Tanja Eeckhout, schepen, stelt dat het punt met betrekking de brandveiligheid in het trefpunt Henri De Cocker reeds opgelost is; Overwegende dat de heer Karel Hubau, raadslid, vraagt naar de timing van de aanpak in de Sportdreef; Overwegende dat de heer Dirk Martens, schepen, meldt dat de gebruikers van de accommodatie in de Sportdreef gesensibiliseerd worden; dat de brief hiertoe de komende dagen de deur zal uitgaan; dat er gerekend wordt op de medewerking van de aanwezige clubs; dat de toestand over een duur van twee maanden van nabij zal opgevolgd worden en vervolgens zal geëvalueerd worden; Kennis te nemen van het voorlopig verslag van de algemene vergadering van het beheersorgaan gemeenschapscentrum Gavere van 31 maart Cultuur gemeentelijke adviesraad voor vrijetijdszaken kennisname voorlopig verslag van 12 maart Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005 en in het bijzonder op artikel 200 3; Gelet op de algemene vergadering van de gemeentelijke adviesraad voor vrijetijdszaken op 12 maart 2015; Gelet op het voorlopig verslag als bijlage; Kennis te nemen van het voorlopig verslag van de algemene vergadering van de gemeentelijke adviesraad voor Vrijetijdszaken van 12 maart Ouderen gemeentelijke adviesraad voor ouderen kennisname voorlopig verslag van 19 maart Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005 en in het bijzonder op artikel 200 3; Gelet op de algemene vergadering van de gemeentelijke adviesraad voor ouderen van 19 maart 2015; Gelet op het bijgevoegde verslag van deze vergadering; Kennis te nemen van het voorlopig verslag van 19 maart 2015 van de gemeentelijke adviesraad voor ouderen.

6 30 9. Mobiliteit mobiliteitsplan voorlopig vaststellen. Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005; Gelet op het decreet van 20 maart 2009 betreffende het mobiliteitsbeleid (B.S. 20/04/2009), gewijzigd door het decreet van 9 juli 2010 houdende bepalingen tot begeleiding van de aanpassing van de begroting 2010 (B.S. 28/07/2010) en door het decreet van 10 februari 2012 (B.S. 20/03/2012); Gelet op het collegebesluit van 1 oktober 2010 houdende goedkeuren van het bijzonder bestek met nr en de raming voor de opdracht sneltoets en vernieuwing/verbredingverdieping/actualisering mobiliteitsplan ; Gelet op het collegebesluit van 3 december 2010 houdende gunnen van de opdracht opdracht sneltoets en vernieuwing/verbreding-verdieping/actualisering mobiliteitsplan - Perceel 1 (sneltoets mobiliteitsplan) aan studiebureau Arcadis; Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 24 januari 2011 houdende vernieuwen van de samenstelling van de GBC en goedkeuren van het participatietraject mbt de herziening van het mobiliteitsplan en waarbij beslist werd de participatie te laten verlopen via de gemeentelijke verkeerscommissie, verruimd met 1 vertegenwoordiger per erkende gemeentelijke adviesraad, door hen aan te duiden (= participatieraad); Overwegende dat de sneltoets ter evaluatie van het mobiliteitsplan (goedgekeurd in 2004) werd uitgevoerd in januari-februari 2011 en waaruit bleek dat spoor 2 nl. verbredingverdieping van het bestaande mobiliteitsplan (= perceel 3 van de opdracht) zal dienen uitgewerkt te worden; Gelet op de goedkeuring van de sneltoets door de gemeentelijke begeleidingscommissie voor het mobiliteitsplan (GBC) op 16 februari 2011; Gelet op het collegebesluit van 25 februari 2011 houdende gunnen van de opdracht perceel 3 (verbreding-verdieping mobiliteitsplan) aan studiebureau Arcadis; Gelet op de bespreking van de verkenningsnota mbt het verbreden en verdiepen van het mobiliteitsplan tijdens de vergadering van de GBC op 1 september 2011; Gelet op de conformverklaring van de verkenningsnota door de Provinciale Auditcommissie Oost-Vlaanderen (PAC) op 21 november 2011; Gelet op de bespreking van de uitwerkingsnota mbt het verbreden en verdiepen van het mobiliteitsplan tijdens de vergadering van de GBC op 6 juni 2012; Gelet op de bespreking van de uitwerkingsnota met de participatieraad op 2 juli 2012; Gelet op de conformverklaring van de uitwerkingsnota door de PAC op 27 augustus 2012; Gelet op de bespreking van het beleidsplan met het college van burgemeester en schepenen op 4 maart 2013; Gelet op de bespreking van het beleidsplan met de GBC op 13 september 2013; Gelet op de bespreking van het beleidsplan met de participatieraad op 2 juli 2014; Overwegende dat er opmerkingen op het beleidsplan konden ingediend worden door de participatieraad tot 1 september 2014, doch deze termijn werd verlengd tot eind oktober 2014; Gelet op bijgevoegde opmerkingen/adviezen mbt het beleidsplan uitgebracht door de leden van de participatieraad;

7 31 Gelet op bijgevoegd document opmerkingen participatieraad + standpunt college welke aan de leden van de participatieraad werd bezorgd op 30 januari 2015 en werd besproken op de vergadering van de overlegstructuur voor verkeer en mobiliteit op 1 april 2015; Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 23 maart 2015 waarbij de voorlopige vaststelling van het mobiliteitsplan werd verdaagd, omdat er zich een opportuniteit stelt om de Kloosterstraat toch open te stellen omwille van de recente beslissing tot sluiting van de vrije basisschool te Gavere; Overwegende dat het openstellen van de Kloosterstraat een essentiële wijziging is van het mobiliteitsplan waardoor er een nieuw advies diende gevraagd te worden aan de GBC; Overwegende dat de GBC geen opmerkingen heeft uitgebracht over voormelde wijziging; Gelet op bijgevoegd (aangepast) beleidsplan; Overwegende dat het beleidsplan voorlopig dient vastgesteld te worden door de gemeenteraad waarna het ter bespreking wordt voorgelegd aan de regionale mobiliteitscommissie (RMC) en ter advies aan de kwaliteitsadviseur;de gemeenteraad stelt het beleidsplan definitief vast binnen de zestig dagen na ontvangst van het gunstig advies van de kwaliteitsadviseur; Overwegende dat de heer Jef Vermaere, raadslid, opmerkt dat er weinig meegenomen is van de gemaakte opmerkingen; Overwegende dat de heer Willy Van Hove, schepen, verduidelijkt dat sommige elementen behouden moeten blijven in het inleidend gedeelte; dat de tekst vóór het hoofdstuk mobiliteitsplan eigenlijk een herhaling is van de vorige nota s; Overwegende dat de heer Karel Hubau, raadslid, informeert naar het verslag van de gemeentelijke begeleidingscommissie m.b.t. de wijziging van de verkeerssituatie in de Kloosterstraat; dat in het richtinggevend gedeelte een aantal onduidelijkheden staan die niet verduidelijkt worden (bv. RUP Grenadierslaan, ontsluiting Stationsstraat via Veldstraat, RUP Markt, ); dat de gemeenteraad niet op de hoogte is van de start- en projectnota van het project Brandweerstraat-Kasteeldreef-Molenstraat; dat hij dit nochtans een essentieel onderdeel voor dit plan vindt; dat het plan vermeldt dat het kruispunt van de Veldstraat met de N60 gesloten zal worden; dat er met de provincie afspraken gemaakt moeten worden over een alternatief voor het fietspad langs de spoorweg; dat hij opmerkt dat de vermelding van de lokale fietsroute Donkstraat-Steenweg allicht verkeerdelijk vermeld werd; dat hij zich afvraagt of er op het plan moet gewacht worden om actie te ondernemen (bv. mobiliteit in Baaigem); dat hij vindt dat er over bepaalde elementen veel duidelijker kan gecommuniceerd worden (bv. keuze van het verkeersknooppunt omwille van de budgettaire consequenties); dat het document complex en moeilijk leesbaar is voor buitenstaanders; dat er in het document soms oude verkeerscijfers gebruikt worden; dat het wishfull thinking is dat bepaalde ongevallenconcentraties zullen verdwijnen; dat hij zich afvraagt hoe de schoolomgevingen concreet verkeersveiliger en voetgangersvriendelijker zullen gemaakt worden; Overwegende dat de heer Willy Van Hove, schepen, stelt dat er ook in het richtinggevend gedeelte een aantal verwijzingen naar het verleden staan en dat bij die verwijzingen daarom de data staan vermeld; dat het in het mobiliteitsplan enkel de bedoeling is om de grote krijtlijnen vast te leggen; dat het voorliggende mobiliteitsplan slechts een aanpassing en verbetering is van het in 2004 goedgekeurde mobiliteitsplan; dat het plan verder uitgewerkt moet worden in concrete acties; dat De Lijn het verkeersknooppunt aanvankelijk situeerde aan het station maar daarna koos voor het centrum, bv. omwille van het uitblijven van de opwaardering van het station en het aantal treinverbindingen; Overwegende dat mevrouw Tanja Eeckhout, schepen, stelt dat het ontwerp van het project Brandweerstraat-Kasteeldreef-Molenstraat niet in detail dient opgenomen te worden in het mobiliteitsplan; dat de plannen voor dit project bovendien niet definitief zijn; Gaat over tot de mondelinge stemming: er nemen 22 raadsleden deel aan de stemming; elk raadslid heeft 1 stem; Gelet op de uitkomst van de stemming: 13 ja-stemmen, 9 neen-stemmen (KH, WB, WM, LG, AD, AD H, BP, MP en JV) en 0 onthoudingen;

8 32 Art. 2: Art. 3: Het mobiliteitsplan (beleidsplan), zoals gezien in bijlage, voorlopig vast te stellen. Het voorlopig vastgesteld beleidsplan wordt overgemaakt aan de regionale mobiliteitscommissie (RMC). Afschrift van dit besluit wordt overgemaakt aan studiebureau Arcadis en aan de mobiliteitsbegeleider (BMV) Oost-Vlaanderen. 10. Wegenis wegenis- en rioleringswerken Klonkeveldstraat goedkeuren ontwerpakte innemingen 3, 4, 5 en 7. Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005; Gelet op de wet van 17 april 1835 op de onteigening ten algemene nutte; Gelet op de wet van 27 mei 1870 houdende vereenvoudiging van de administratieve formaliteiten inzake onteigening ten algemenen nutte en in het bijzonder op de artikelen 3 tot en met 6; Gelet op de decreten van 13 april 1988 houdende bepaling van de gevallen en modaliteiten waarin tot onteigening kan worden overgegaan door de Vlaamse regering en waarin het verlenen van een onteigeningsmachtiging aan andere tot onteigening bevoegde rechtspersonen wordt voorzien en in het bijzonder op artikel 3; Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 19 december 1991 inzake onteigeningen ten algemenen nutte ten behoeve van de gemeenten, de provincies, de intercommunales en de gewestelijke ontwikkelingsmaatschappijen en in het bijzonder op artikel 2; Gelet op de omzendbrief BA-99/01 van 23 februari 1999 betreffende onteigeningen voor algemeen nut; Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 24 maart 2014 waarbij het aangepast onteigeningsplan m.b.t. de grondinnames 3, 4, 5 en 7, inclusief de zone voor erfdienstbaarheid aansluitend op inname 4 en de onteigeningstabel definitief werden vastgesteld; Gelet op verkoopbeloften van innemingen nr. 3, 4, 5 en 7; Gelet op bijgevoegde ontwerpaktes van verkoop aan de gemeente om reden van openbaar nut met beding van prijs m.b.t. inname 3 voor 5.630,93 EUR, inneming 4 voor ,58 EUR,inneming 5 voor ,03 EUR en. inneming 7 voor 1.487,45 EUR ; eenparig Art. 2: Art. 3: Bijgevoegde ontwerpakte m.b.t. de grondafstand door de heer Christian Hauttekeete en mevrouw Christine De Ruyck Beekstraat 19 te 9890 Gavere van het goed met oppervlakte van 552 m², kadastraal bekend Gavere 6 de afdeling Sie A deel van nummer 610/C, zoals staat afgebeeld als inneming 7 op het onteigeningsplan, met het oog op de inlijving in het openbaar domein van de gemeente, wordt goedgekeurd zoals gezien in bijlage. Bijgevoegde ontwerpakte m.b.t. de grondafstand door de heer Gunther De Jonghe en mevrouw Caroline Bekaert Klonkeveldstraat 4 te 9890 Gavere van het goed met oppervlakte van 24 m², kadastraal bekend Gavere 6 de afdeling Sie A deel van nummer 584/H, zoals staat afgebeeld als inneming 3 op het onteigeningsplan, met het oog op de inlijving in het openbaar domein van de gemeente, wordt goedgekeurd zoals gezien in bijlage. Bijgevoegde ontwerpakte m.b.t. de grondafstand door mevrouw Carline De Rycke Kasteeldreef 1 te 9890 Gavere en Vennootschap Rejeanne Stationsstraat 153 te 9890 Gavere van het goed met oppervlakte van 41 m², kadastraal bekend Gavere 6 de afdeling Sie A deel van nummer 590/L, zoals staat afgebeeld als inneming 4 op het

9 33 onteigeningsplan, met het oog op de inlijving in het openbaar domein van de gemeente, wordt goedgekeurd zoals gezien in bijlage. Art. 4: Art. 5: Art. 6: Art. 7: Bijgevoegde ontwerpakte m.b.t. de grondafstand door de heer Philippe De Fauw en mevrouw Marianne Eeckhout Klonkeveldstraat 25 te 9890 Gavere van het goed met oppervlakte van 57 m², kadastraal bekend Gavere 6 de afdeling Sie A deel van nummer 565/M, zoals staat afgebeeld als inneming 5 op het onteigeningsplan, met het oog op de inlijving in het openbaar domein van de gemeente, wordt goedgekeurd zoals gezien in bijlage. Het college van burgemeester en schepenen te gelasten met de uitvoering van deze beslissing. De voorzitter van de gemeenteraad en de gemeentesecretaris te machtigen om namens de gemeente de authentieke akte te ondertekenen. Afschrift van deze beslissing over te maken aan de afdeling interne zaken, dienst financiële organisatie. 11. Milieu toelage voor hemelwatergebruik en infiltratievoorzieningen vaststellen reglement (vervangen gemeenteraadsbesluit van 22 december 2008). Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005; Gelet op het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid; Gelet op de Vlaamse codex ruimtelijke ordening; Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater; Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 24 november 2008 houdende vaststellen reglement voor toelage voor hemelwatergebruik en infiltratievoorzieningen vervangen gemeenteraadsbesluiten van 5 juli 1999 en 21 oktober 2002; Overwegende dat het toelagebesluit enkel van toepassing is bij bestaande woningen en verbouwingen van bestaande gebouwen; Overwegende dat de Samenwerkingsovereenkomst milieu als opstap naar duurzame ontwikkeling tussen de gemeente Gavere en het Vlaams gewest is afgelopen eind 2013 en het Vlaams gewest dit instrument niet langer hanteert om het lokaal milieubeleid te ondersteunen; Overwegende dat het gemeentebestuur vanaf 2014 de toelage voor hemelwaterinstallaties diende te verminderen tot 250 /hemelwaterinstallatie (i.p.v. 500 voorheen) aangezien de ondersteunende bijdrage van het Vlaams gewest ten bedrage van 250 /installatie is weggevallen; Overwegende dat door de toepassing van de hemelwaterverordening sinds 1999 al vaak een hemelwaterinstallatie verplicht is bij (ver)bouwingen; Overwegende dat de recente verstrenging van de hemelwaterverordening (van toepassing vanaf 1/1/1/2014) ervoor zorgt dat een hemelwaterinstallatie nog frequenter verplicht is via de stedenbouwkundige vergunning en dat het geenszins de bedoeling is om installaties te gaan betoelagen die het resultaat zijn van een wettelijke verplichting; Overwegende dat hetzelfde geldt voor installaties die via een milieuvergunning verplicht zijn; Overwegende dat het opportuun is om het bestaande reglement in die zin aan te passen dat door een vergunning verplichte hemelwaterinstallaties, niet kunnen betoelaagd worden;

10 34 Overwegende dat bij de voorlegging van de factuur (als bewijs van de installatie) duidelijk de inhoud van de hemelwaterinstallatie en/of infiltratievoorziening dient vermeld te zijn opdat een éénduidige controle van de voorwaarden mogelijk is; Gelet op het gunstig advies van de gemeentelijke adviesraad voor milieu en natuur dd. 30 maart 2015; Overwegende dat de heer Jef Vermaere, raadslid, informeert naar de budgettaire weerslag; Overwegende dat de heer Denis Dierick, schepen, stelt dat het gaat over ongeveer 5 dossiers per jaar; eenparig Definities Art. 2: horizontale dakoppervlakte hemelwater hemelwaterput / hemelwaterreservoir hemelwaterinstallatie infiltratie infiltratievoorziening gewestelijke stedenbouwkundige verordening gebouw lokaal bestaande woning verbouwing herbouw Toelage de oppervlakte van de projectie van de buitenafmetingen van het dak op een horizontaal vlak verzamelnaam voor regen, sneeuw en hagel, met inbegrip van dooiwater reservoir voor het opvangen en stockeren van hemelwater het geheel van hemelwaterput met eventueel bijhorend leidingen pompsysteem, filters enz. met het oog op hergebruik van hemelwater het doorsijpelen van hemelwater in de bodem een buffervoorziening waarbij de vertraagde afvoer gebeurt door infiltratie het besluit van de Vlaamse regering van 1 oktober 2004 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater vergunde woning of vergund lokaal vergund gebouw waarvan een vereniging gebruik maakt voor haar activiteiten woning waarvoor een bouwvergunning werd verkregen vóór 07/09/1999, d.w.z. 10 dagen na publicatie in het Belgisch Staatsblad van de algemene bouwverordening inzake hemelwaterputten een bouwproject waarbij 60 % of meer van de buitenmuren wordt behouden een bouwproject waarbij minder dan 60 % van de buitenmuren wordt behouden 1. Binnen de perken van de jaarlijks op het budget voorziene en goedgekeurde kredieten, verleent het college van burgemeester en schepenen voor een bestaand gebouw of bij verbouwing van een bestaand gebouw, een toelage voor de aanleg van een hemelwaterinstallatie indien gebouwd na 31 december 2008 en indien de hemelwaterinstallatie niet verplicht is volgens een stedenbouwkundige- of milieuvergunning. Deze hemelwaterinstallatie moet voldoen aan de voorwaarden in artikel Binnen de perken van de jaarlijks op het budget voorziene en goedgekeurde kredieten, verleent het college van burgemeester en schepenen een toelage voor de aanleg van een infiltratievoorziening indien aangelegd na 31 december 2008 en als de infiltratievoorziening niet verplicht is volgens een stedenbouwkundige- of milieuvergunning. Deze infiltratievoorziening moet voldoen aan de voorwaarden in artikel 4. Deze toelage kan gecumuleerd worden met de toelage voorzien in 1.

11 35 Art. 3: Aanvraag De aanvraag tot het bekomen van een toelage wordt bij voorkeur ingediend vóór de aanleg van de installatie. Toekenningsvoorwaarden Art. 4: 1. De hemelwaterinstallatie en de infiltratievoorziening zoals bedoeld in artikel 1 dienen te voldoen aan de richtlijnen zoals deze bepaald zijn in Krachtlijnen voor een geïntegreerd rioleringsbeleid in Vlaanderen, meer bepaald de code van goede praktijk voor hemelwaterputten en infiltratievoorzieningen en in tweede instantie aan de technische voorwaarden van de gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten e.a. (2004). De belangrijkste voorwaarden die hierin vervat zitten zijn: Hemelwaterinstallaties : a) De minimale inhoud van de hemelwaterput dient in overeenstemming te zijn met de aangesloten dakoppervlakte, met een minimum van 3000 l, zoals aangegeven in onderstaande tabel. horizontale dakoppervlakte minimale tankinhoud 50 tot 60 m l 61 tot 80 m l 81 tot 100 m l 101 tot 120 m l 121 tot 140 m l 141 tot 160 m l 161 tot 180 m l 181 tot 200 m l > 200 m l per 100 m 2 Indien de horizontale dakoppervlakte kleiner is dan 50 m², is de installatie van een hemelwaterput niet verplicht, maar wordt wel een gemeentelijke premie toegekend indien voldaan wordt aan de in dit reglement gestelde voorwaarden. b) De volledige dakoppervlakte is aangesloten op de hemelwaterput. Een toelage bij een onvolledig aangesloten dakoppervlakte is slechts toegestaan mits grondige motivering. c) Het hergebruik van het in de hemelwaterput gecapteerde water is verplicht door middel van een aangesloten pompinstallatie met een minimale aansluiting van 1 WC of wasmachine. Een pompinstallatie is niet verplicht indien de verschillende aftappunten gravitair gevoed kunnen worden. d) Er mag geen directe verbinding gecreëerd worden tussen het drinkwaternet en het leidingennet aangesloten op de hemelwaterput. Hiertoe dient de hemelwaterput met drinkwater bijgevuld te worden door middel van een bijvulsysteem met onderbreking overeenkomstig de code van goede praktijk, ofwel dient een afzonderlijk leidingencircuit voorzien te worden voor hemelwater en drinkwater. e) De overloop van de hemelwaterput wordt bij voorkeur aangesloten op een

12 36 infiltratievoorziening op eigen terrein. f) De overloop kan ook aangesloten worden op een openbare infiltratievoorziening, een waterloop, gracht of een ander oppervlaktewater. Wanneer deze afvoermogelijkheden niet aanwezig zijn of aansluiting hierop niet haalbaar is, mag de overloop van de hemelwaterput aangesloten worden op het gedeelte van de openbare riolering bestemd voor de afvoer van hemelwater. Als er geen openbare riolering bestemd voor afvoer van hemelwater aanwezig is, mag het hemelwater op de gemengde openbare riolering aangesloten worden. Wel moeten tot aan het lozingspunt op de openbare riolering het hemelwater en afvalwater gescheiden worden. Infiltratievoorzieningen : g) Infiltratievoorzieningen moeten voldoen aan de volgende eisen: Het buffervolume moet in verhouding staan tot het gerealiseerd infiltratiedebiet. Het buffervolume van de infiltratievoorziening moet minimaal 300 liter per begonnen 20 m² aangesloten verharde oppervlakte (grondoppervlakte en dakoppervlakte) bedragen. Wanneer waterdoorlatende klinkers worden gebruikt, kan de helft van de aangesloten verharde oppervlakte in rekening worden gebracht om het buffervolume te bepalen. De oppervlakte van de infiltratievoorziening moet minimaal 2 m² per begonnen 100 m² aangesloten verharde oppervlakte bedragen. 2. Op de infiltratievoorziening wordt minstens 50 m 2 dakoppervlak of verharding aangesloten. 3. De hemelwaterinstallatie en/of infiltratievoorziening is gebouwd na 31 december 2008 volgens, of in overeenstemming gebracht met, de code van goede praktijk voor hemelwaterputten en infiltratievoorzieningen en in tweede instantie met de gewestelijke stedenbouwkundige verordening. 4. Een afschrift van de facturen met vermelding van de inhoud van de hemelwaterinstallatie en/of infiltratievoorziening dient door de bouwheer voorgelegd te worden. Art. 5: Art. 6: Art. 7: De toelage wordt aan de eigenaar, gebruiker of huurder (mits toestemming van de eigenaar) van een gebouw gelegen op het grondgebied van Gavere slechts éénmalig toegekend. Bedrag 1. Hemelwaterinstallatie : deze toelage bedraagt maximaal 250 EUR 1) 20% van maximaal bedrag = 50 EUR voor een hemelwaterput met aansluiting van minstens 1 WC of wasmachine 2) 50% van maximaal bedrag = 125 EUR voor een hemelwaterput met aansluiting van minstens 1 WC en de wasmachine 3 ) 100% van maximaal bedrag = 250 EUR voor een hemelwaterput met aansluiting van minstens 1 WC en de wasmachine en 1 of meerdere bijkomende aftappunten Aanvragen tot afwijking van de aard van de bovenvermelde aftappunten (WC & wasmachine) worden beslist door het college van burgemeester en schepenen, na adviesvraag aan de gemeentelijke adviesraad voor milieu en natuur. 2. De toelage voor de aanleg van een infiltratievoorziening bedraagt 1,35 EUR per m² aangesloten dakoppervlak of verharde oppervlakte. Controle Vooraleer over te gaan tot de uitbetaling van de toelage zal een door de gemeente gemachtigde instantie of ambtenaar zich er van vergewissen dat aan de voorwaarden van het toelagereglement voldaan is. Blijken deze voorwaarden niet nageleefd, dan zal de toelage niet uitgekeerd worden. Het is de eigenaar op alle momenten toegestaan om de nodige aanpassingen door te voeren om alsnog voor de toelage in aanmerking te komen. Slotbepalingen

13 37 Art. 8: Art. 9: Onderhavige beslissing vervangt met ingang van 28 april 2015 het gemeenteraadsbesluit van 24 november 2008 houdende vaststellen reglement voor toelage voor hemelwatergebruik en infiltratievoorzieningen vervangen gemeenteraadsbesluiten van 5 juli 1999 en 21 oktober 2002 Een afschrift deze beslissing over te maken aan de afdeling grondgebiedszaken (dienst milieu) en de afdeling interne zaken (financieel beheerder/dienst financiële organisatie). 12. Milieu gemeentelijke adviesraad voor milieu en natuur kennisname voorlopig verslag van 30 maart Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005 en in het bijzonder op artikel 200 3; Gelet op de vergadering van de gemeentelijke adviesraad voor milieu en natuur op 30 maart 2015; Gelet op bijgevoegd verslag van deze vergadering; Overwegende dat de heer Jef Vermaere, raadslid, vraagt of er een advies is uitgebracht over het reglement voor de aankoop van natuurgebieden; Overwegende dat de heer Willy Van Hove, schepen, stelt dat het voorstel tot aanpassing van het reglement in een volgende zitting aan de gemeenteraad zal worden voorgelegd; Kennis te nemen van het voorlopig verslag van de vergadering van de gemeentelijke adviesraad voor milieu en natuur van 30 maart MONDELINGE VRAGEN 13. Mondelinge vragen. De voorzitter sluit de openbare zitting. Aldus vastgesteld in bovenvermelde zitting, De gemeentesecretaris De voorzitter Serge Ronsse Paul Carion