SPD Bedrijfsadministratie. Correctiemodel FISCALE ASPECTEN VAN DE ONDERNEMING WOENSDAG 5 OKTOBER UUR UUR

Transcriptie

1 SPD Bedrijfsadministratie Correctiemodel FISCALE ASPECTEN VAN DE ONDERNEMING WOENSDAG 5 OKTOBER UUR UUR SPD Bedrijfsadministratie Fiscale aspecten van de onderneming Woensdag 5 oktober 2016 B / 6

2 2016 NGO-ENS B / 6

3 Opgave 1 Omzetbelasting Vraag 1 Vraag 2 Vraag 3 Vraag 4 Vraag 5 Vraag 6 Vraag 7 (in euro s) Tarief Omzet % Voorbelasting Te betalen punten KOR punten Feitelijk verschuldigd punt Karel is verplicht om de verlegginsregeling toe te passen. De heffing wordt verlegd naar de hoofdaannemer (1 punt), geregeld in artikel 12 lid 5 Wet op de omzetbelasting 1968 (hierna Wet OB) (1 punt) en artikel 24b van het Uitvoeringsbesluit omzetbelasting (1 punt). Op de factuur moet Karel verplicht opnemen omzetbelasting verlegd en het omzetbelastingnummer van de afnemer (2 punten) (3 punten) De aannemer kan aansprakelijk worden gesteld voor de belastingschuld ten aanzien van de omzetbelasting of er gebeurt niets want de verleggingsregeling is toegepast. (3 punten). De dienst is niet belastbaar (1 punt). De plaats van de dienst is op grond van artikel 6b Wet OB 1968 (2 punten) België, daardoor vindt er in Nederland geen heffing plaats (1 punt). Cees is ondernemer voor de omzetbelasting (1 punt) omdat hij voldoet aan de criteria van artikel 7 lid 2 letter b van de Wet OB (2 punten): de exploitatie van een vermogensbestanddeel (1 punt). (3 punten) Voor een subsidie wordt geen tegenprestatie geleverd (2 punten), waardoor Cees hier geen omzetbelasting over verschuldigd is (1 punt). De verkoop van het pand is niet belast voor de omzetbelasting (1 punt) omdat de vrijstelling van toepassing is (2 punten), een en ander is geregeld in artikel 11 lid 1 letter a van de Wet OB. (2 punten) De optie belaste levering kan ook als antwoord worden gegeven. In dit geval mag dit goed worden gerekend. Optie belaste levering (3 punten), artikel 11 lid 1 letter a 2e Wet OB (2 punten). SPD Bedrijfsadministratie Fiscale aspecten van de onderneming Woensdag 5 oktober / 6

4 Vraag 8 Vraag 9 Vraag 10 Vraag 11 Van 2010 tot en 1 juli 2015 zijn er 5,5 jaar verstreken. Dit betekent dat de omzetbelasting over 4,5 jaar moet worden terugbetaald (2 punten). 45% van is ,- (3 punten). (2 punten) Artikel 15 lid 6 Wet OB, juncto artikel 13a van de Uitvoeringsbeschikking (per juist artikel 1 punt). (6 punten) Advies zou zijn om met ontheffing van de vrijstelling te leveren (1 punt), een en ander is geregeld in artikel 11 lid 1 letter a 2e Wet OB (1 punt), waardoor er geen herziening behoeft plaats te vinden (2 punten). De formele voorwaarde is dat er uit de notariële akte moet blijken (of gezamenlijk verzoek en aftrekrecht van ten minste 90% verklaring na twee jaar als bedoeld in artikel 6 lid 4 uitv. Besch.) dat er een verzoek is gedaan bij de inspecteur (2 punten). Onderdeel 1 Dit betreft een antifraudemaatregel waardoor op grond van artikel 12 lid 5 Wet OB (2 punten) en artikel 24 ba lid 1 letter g Uitvoeringsbesluit (1 punt) geen omzetbelasting in rekening mag worden gebracht (2 punten). Onderdeel 2 (3 punten) De omzetbelasting moet in de aangifte omzetbelasting worden opgenomen onder verlegde OB (2 punten). Er mag geen omzetbelasting in rekening worden gebracht, artikel 12 lid 5 van de Wet OB (1 punt). SPD Bedrijfsadministratie Fiscale aspecten van de onderneming Woensdag 5 oktober / 6

5 Opgave 2 Loonbelasting Vraag 12 Vraag 13 De berekening van de vrije ruimte is geregeld in artikel 31a lid 2 van de Wet op de loonbelasting 1964 (hierna Wet LB) (2 punten). De vrije ruimte bedraagt ,- ( * 1,2%) (2 punten). Loon uit vroegere dienstbetrekking heeft geen invloed op de loonsom, omdat loon uit vroegere dienstbetrekking minder is dan 10% (2 punten). Genoemde motivatie is terug te vinden in artikel 31a lid 10 Wet LB (2 punten). Het kan zijn dat de student het antwoord van 1 en 2 combineert. In dit geval mag u als corrector dit ook combineren in het toekennen van de punten. Vraag 14 Vraag 15 Vraag 16 Vraag 17 Vraag 18 Vraag 19 Ja, Dit is mogelijk. Dergelijke vergoedingen kunnen worden aangewezen als een gerichte vrijstelling (met als maximum 0,19) (2 punten), de wettelijke regeling hiervoor is artikel 31a lid 2 letter a 3 e Wet LB (2 punten). De inhoudingsplichtige moet de reiskosten aanwijzen als loon voor de vrije ruimte (2 punten), geregeld in artikel 31 lid 1 letter f van de Wet LB (2 punten). Op het moment dat de vrije ruimte met 5.000,- wordt overschreden, moet er 80% belasting worden betaald (2 punten) als eindheffing (artikel 31a lid 2 Wet LB) (1 punt). De belasting bedraagt dan 4.000,- (1 punt). (6 punten) Er moet sprake zijn van een natuurlijk persoon die niet bij wijze van beroep arbeid verricht (2 punten), een gezamenlijk bedrag van maximaal 150,- per maand en 1.500,- per jaar (2 punten) en tenslotte moeten de werkzaamheden worden verricht aan een ANBI, sportvereniging die niet onder de vennootschapsbelasting valt (2 punten). De vrijwilligers ontvangen 15,- per gewerkte dag van acht uur. Per uur verdienen ze dus 1,88. Dit is niet bij wijze van beroep. Verder is de Stichting een organisatie die voldoet aan de criteria van een ANBI, tenslotte is het maandbedrag niet hoger dan 150 (en per jaar niet hoger dan 1.500,- ). Per onderdeel (niet bij wijze van beroep, criteria van een anbi en niet meer dan 150 euro), 1 punt, totaal 3 punten. Dit is geregeld in artikel 2 lid 6 van de Wet LB (2 punten). Gentille heeft recht op de diensttijdvrijstelling (2 punten), geregeld in artikel 11 lid 1 letter o Wet LB (2 punten). SPD Bedrijfsadministratie Fiscale aspecten van de onderneming Woensdag 5 oktober / 6

6 Vraag 20 Vraag 21 Vraag 22 Vraag 23 De werkgever moet voor de toekenning van de beloning de reis aanwijzen als eindheffingsbestanddeel (2 punten), artikel 31 lid f Wet LB (2 punten). De reis moet worden gewaardeerd tegen de waarde in het economische verkeer (2 punten), artikel 13 van de Wet LB (2 punten). Het is fiscaal ongunstig om dit niet op de werkplek te doen (1 punt), een receptie vormt loon in natura (1 punt), te waarderen tegen nihil (1 punt), geregeld in artikel 3.7 Uitvoeringsregeling LB (1 punt). (3 punten) Een cadeau van collega s vormt geen voordeel uit dienstbetrekking, er is hier geen sprake van een voordeel uit de relatie werkgever/werknemer, maar vanuit de persoonlijke sfeer (3 punten). Einde examen SPD Bedrijfsadministratie Fiscale aspecten van de onderneming Woensdag 5 oktober / 6