ASPECTEN VAN DE ONDERNEMING DONDERDAG 8 OKTOBER UUR

Transcriptie

1 SPD Bedrijfsadministratie Correctiemodel FISCALE ASPECTEN VAN DE ONDERNEMING DONDERDAG 8 OKTOBER UUR SPD Bedrijfsadministratie B / 7

2 Opgave 1 (50 punten) Vraag 1 (5 punten) Moment van ontvangst van de betaling van de verkochte fietsen is het moment van verschuldigdheid van btw. Zie hiervoor kasstelsel, staat in art. 26 BTW 68. Dit is nader uitgewerkt in art. 26 Uitv. Besch. 68: zie lid 1 letter a ten eerste. In art. 29 lid 1 staat dat btw bij oninbare debiteuren kan worden teruggevorderd. Het dient te gaan om btw die eerder is voldaan. Hiervan is geen sprake. Er is immers toepassing van het kasstelsel. Vraag 2 (5 punten) Te onderkennen problematiek: Samenstel van prestaties. Enerzijds levering fiets (belast 21%) anderzijds onderhoudsdienst (6%tabel I, post b3). Elke dienstverrichting normaal gesproken als onderscheiden en zelfstandig beschouwen. Nu betreft dit een samenstel van prestaties. De beoordeling dient plaats te vinden vanuit gezichtspunt (objectieve) afnemer. Een element dient als bijkomend bij een hoofddienst te worden beschouwd indien deze voor de afnemer geen doel op zich is, maar een middel om de hoofddienst zo aantrekkelijk mogelijk te maken. Hiervan is sprake. Door het gratis aanbieden van een onderhoudsbeurt wordt het aantrekkelijk om een fiets te kopen. Dit is geen doel op zich voor de consument. Derhalve alles belast tegen 21%. Vraag 3 (5 punten) Jan = ondernemer op grond van artikel 7, eerste lid BTW 68. De verkoop van een fiets vormt een levering op grond van art. 3, eerste lid, letter a OB 68. De plaats van heffing is Nederland: artikel 5, eerste lid, letter a OB 68. De verkoop is niet vrijgesteld. Het tarief bedraagt nihil. Immers art. 9, tabel II, post a2. Art. 12 Uitv. Besl: moet dit wel aan de hand van boeken en bescheiden aantonen dat er sprake is van vervoer naar een ander land. 3 PT 3 PTN voor motivatie 2 PT 2015 NGO-ENS B / 7 SPD Bedrijfsadministratie 2 / 7

3 Vraag 4 (5 punten) 0 Omzet fietsen x 21% = ,- ½ PT Omzet fietsen x 6% = 6.000,- 1 ½ PTN (vgl. Tabel I post b4) Totaal NTB = 1.000,- KOR art. 25 OB 68 (< 1.345) van 1.000,- Vraag 5 (10 punten) De Duitse architect is ondernemer op grond van art. 7, tweede lid, letter a OB 68. De Duitse architect verricht een dienst (geen eigendomsoverdracht) ex art. 4 OB 68. De plaats van deze dienst is volgens de hoofdregel art. 6, eerste lid OB 68, namelijk B2B. Er is een uitzondering van toepassing vanwege artikel 6b. De plaats waar de onroerende zaak is gelegen, is heffingsbevoegd Nederland. Er is geen vrijstelling van toepassing en er is sprake van het verhoogde tarief. De Duitse architect is niet diegene die de verschuldigde Nederlandse btw dient te voldoen. Dit is Jan op grond van art. 12, derde lid BTW 68. Jan draagt de verschuldigde btw af en vraagt deze btw terug op grond van 15, eerste lid letter c ten tweede OB 68. Vraag 6 (5 punten) Er is geen sprake van een prestatie tegen een vergoeding. Er is dan ook niet sprake van een dienst onder bezwarende titel (art. 1 onderdeel a OB 68. Ook goed: verwijzing naar artikel 8 lid 2 waaruit het rechtstreeks verband tussen vergoeding en prestatie blijkt. Van dit verband lijkt in deze case sprake te zijn. Er wordt immers een aanvullende huurovereenkomst afgesproken van vier dagen. Er is dus een verband tussen de vergoeding ( 25,- per dag) en de prestatie (5 dagen: 1 dag en vier dagen te laat). Oftewel de maatstaf van heffing is 21/121 x 125 = 21,69 0 PTN 4 PTN 3 PTN 3 PTN voor berekening Ook goed: 25,- belast aan btw, mits de 100,- altijd betaald dient te worden als de fiets te laat wordt teruggebracht. SPD Bedrijfsadministratie 3 / 7

4 Vraag 7 (5 punten) Nee. Artikel; 11, eerste lid, letter b geeft aan dat verhuur van onroerend goed is vrijgesteld. En aan artikel 11 lid 1 b ten vijfde OB 68 wordt niet voldaan. De fysiotherapeut heeft immers geen recht op (> 90% van) aftrek van voorbelasting op grond van artikel 11, eerste lid, letter g OB 68. Derhalve is opteren niet mogelijk. Derhalve belast. Vraag 8 (5 punten) Ja. Artikel; 15, vierde en zesde lid OB 68 juncto artikel 11 en 13, tweede uitvoeringsbeschikking lid OB 68 blijkt dat de herziening loopt negen jaar na het jaar van ingebruikname. In 2010 is het pand in gebruik genomen. De herzieningsperiode loopt dan tot en met Afhankelijk van de ingangsdatum van de huur zal tijdsgelang worden herzien waarbij elk herzieningsjaar de oorspronkelijke bouw-btw voor 10% dient te worden terugbetaald. Het gaat slechts om het nog niet verstreken deel van de herzieningsperiode. Bedrag is als volgt: x 10% = ,- per jaar herzien. Deel van het pand dat nu vrijgesteld wordt gebruikt: 20% -> oftewel 100% (100% genoten, recht op 0%) x 20% x ,- = 4.000,- Vraag 9 (5 punten) Ja. Pieter is ondernemer op grond van artikel 7 lid 2 letter b Wet BTW 68: hij exploiteert een vermogensbestanddeel, namelijk zonnepanelen. 4 PTN SPD Bedrijfsadministratie 4 / 7

5 Opgave 2 Onderdeel loonbelasting: punten: 50 Opmerking: in dit tentamen wordt uitgegaan van de werkkostenregeling, overgangsregelingen hoeft u niet toe te passen. Vraag 1 (5 punten) Ja. Er is geen privaatrechtelijke of publiekrechtelijke dienstbetrekking omdat de gezagsverhouding ontbreekt. Beoordeeld dient te worden of er sprake is van een fictieve dienstbetrekking. In artikel 3 lid 1 letter f LB 64 staat dat de arbeidsverhouding van kind (> 15 jaar) en de onderneming van zijn ouders wordt aangemerkt als een fictieve dienstbetrekking. De tenzij is hierbij niet van toepassing. Carolien is geen ondernemer. Artikel 7 ten eerste LB 64: de ouder, dus Joop, is inhoudingsplichtige. Vraag 2 (5 punten) Ja, het verstrekken is niet belast. De ter beschikking gestelde laptop wordt voor meer dan 90% voor zakelijke doeleinden gebruikt. Betreft in dezen een nihilwaardering zoals vermeld in uitvoeringsregeling LB 2011 artikel 3.7 lid 1 letter e. Zie ook artikel 13 lid 3. Vraag 3 (5 punten) Deze verstrekking valt conform artikel 3.7 Uitvoeringsregeling 2011 niet onder de nihilwaardering. Door de werkgever is deze vergoeding conform artikel 31, lid 1 f Wet Lb aangewezen als verstrekking onder de werkkostenregeling. De werkkostenregeling vrije ruimt is 1,5% van o,-- is 3.000,00. Er is verstrekt aan belastingvrije vergoeding 5000,00 plus 1.000,00 is 6.000,-00. Eindheffing 6.000, ,00 is 3.000,00 x 80% is 2.400,00. 2 pnt 4 PTN 1 pnt 1 pnt Vraag 4 (5 punten) 1 oktober Dit is het moment waarop het loon rentedragend is geworden. Artikel 4 PTN 13a lid 1 letter a LB 64. SPD Bedrijfsadministratie 5 / 7

6 Vraag 5 (5 punten) In artikel 11 lid 1 letter h LB 64 staat dat een dergelijke aanspraak niet tot het loon behoort. De ingehouden bijdrage behoort niet tot loon op grond van artikel 11, lid 1, letter j ten tweede Wet LB. Voor de berekening van het belastbaar loon leidt dit tot een aftrekpost van 75,-. Vraag 6 (5 punten) Col4You dient de identiteit van Van Astma vast te stellen en dient een kopie van zijn identiteitsbewijs in het dossier (= ) op te nemen (art. 26b, letter a Wet LB 68 = 1 PT). Anders is het tarief van anonieme werknemers van toepassing (= ). Een rijbewijs is in dit kader geen geldig identiteitsbewijs, vergelijk 28-1-f LB (= ). Derhalve toepassing van het anonieme tarief. Vraag 7 (5 punten) Het gebruik van de bus vormt geen loon voor de betreffende monteurs. Er is immers geen sprake van een ter beschikking gestelde auto. Zie art. 13bis LB. (5 PTN) Artikel 31 lid 1 letter d LB 64: het gaat hier om een bestelbus (1) die doorlopend afwisselend wordt gebruikt (2) door minimaal twee werknemers (3). Van doorlopend afwisselend gebruik in de zin van dit artikel is geen sprake. Eindheffing 300,- (artikel 31, lid 1 LB 64). Dit levert maximaal op. Vraag 8 (5 punten) Nee. Artikel 10 LB 64: al hetgeen genoten wordt uit een dienstbetrekking is loon. Ook loon in natura. In artikel 3.10 lid 1 Uitvoeringsregeling LB 11 staat dat dit voordeel niet tot het loon behoort, mits: Schriftelijke verklaring Mol en bijbehorende bescheiden dat geldlening betreft zijnde lening eigen woning IB; Col4You bovenstaande bewaart in zijn administratie Vermelding in aangifte loonheffingen. Vraag 9 (5 punten) Artikel 22 LB 64: algemene heffingskorting. Artikel 22a LB 64: arbeidskorting (is namelijk tegenwoordige arbeid). Artikel 22abis LB 64: werkbonus (Peter is tussen de jaar). Artikel 23 LB 64: op grond van verzoek. SPD Bedrijfsadministratie 6 / 7

7 Vraag 10 (5 punten) x 12 = ,- Art 11d Wet LB 64: inkomensafhankelijke bijdrage voor de Zorgverzekeringswet is geen loon. Art 13bis Wet LB 64: uitstoot is groter dan 110 gram: bijtelling 25% = x 25% = ,- Art. 12a LB 64: Joop is DGA. Derhalve heeft hij te maken met gebruikelijke loonregeling. Gebruikelijk is: x 12 = ,-. Afwijking is 30%. Oftewel ,-. Totaal: ,-. Einde antwoordmodel SPD Bedrijfsadministratie 7 / 7