Qwertyuiopasdfghjklzxcvbnmqw ertyuiopasdfghjklzxcvbnmqwert yuiopasdfghjklzxcvbnmqwertyui opasdfghjklzxcvbnmqwertyuiopa

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Qwertyuiopasdfghjklzxcvbnmqw ertyuiopasdfghjklzxcvbnmqwert yuiopasdfghjklzxcvbnmqwertyui opasdfghjklzxcvbnmqwertyuiopa"

Transcriptie

1 Qwertyuiopasdfghjklzxcvbnmqw ertyuiopasdfghjklzxcvbnmqwert yuiopasdfghjklzxcvbnmqwertyui opasdfghjklzxcvbnmqwertyuiopa Masterthese De Invloed van Versneld Lezen op de Leessnelheid en het Leesbegrip bij Kinderen met een Licht Verstandelijke Beperking sdfghjklzxcvbnmqwertyuiopasdf ghjklzxcvbnmqwertyuiopasdfghj klzxcvbnmqwertyuiopasdfghjklz Datum: 31/03/2012 Naam: Lenneke Wisman xcvbnmqwertyuiopasdfghjklzxcv Studentnummer: Afstudeerrichting: Master Gezondheidszorgpsychologie, specialisatie KLOP bnmqwertyuiopasdfghjklzxcvbn Begeleid door: dr. P.J.F. Snellings mqwertyuiopasdfghjklzxcvbnmq wertyuiopasdfghjklzxcvbnmqwe rtyuiopasdfghjklzxcvbnmqwerty uiopasfghjklzxcvbnmqwertyuiop asdfghjklzxcvbnmqwertyuiopas hjklzxcvbnmqwertyuiopasdfghjk lzxcvbnmqwertyuiopasdfghjklzx cvbnmrtyuiopasdfghjklzxcvbnm qwertyuiopasdfghjklzxcvbnmqw ertyuiopasdfghjklzxcvbnmqwert

2 Voorwoord In september 2007 ben ik Psychologie gaan studeren aan de Universiteit van Amsterdam. Ik was heel zeker van mijn studiekeuze en vooral Klinische Psychologie leek me interessant. Ik smulde van de verhalen over schizofrenie en multipeleidentiteitsstoornissen. Naarmate ik vorderde ontdekte ik dat mijn interesse voor kinderen en de ontwikkeling groeide. Ik koos uiteindelijk voor Klinische Ontwikkelingspsychologie en voor mijn Bachelorthese verdiepte ik me in leesproblemen. Deze ging over Dyslexie en Sociaal Functioneren. Vervolgens ben ik in mijn Master stage gaan lopen op de Praktijkschool Westfriesland, waar ik kennis heb gemaakt met een ontzettend leuke doelgroep: kinderen en jongeren met een licht verstandelijke beperking. De keuze om voor mijn Masterthese iets met lezen en deze doelgroep te doen, was voor mij logisch. Na veel tijd besteed te hebben aan het aanpassen en op maat maken van de Versneld Lezen-training van Patrick Snellings, heb ik deze op twee locaties van de Praktijkschool Westfriesland aan de eersteklassers kunnen geven. Het was zeer leuk om zo intensief met deze doelgroep aan de slag te gaan, en ik heb hier ook veel van geleerd. Ik wil alle collega s van de Praktijkschool Westfriesland in Hoorn en Stedebroec heel hartelijk bedanken voor hun medewerking en gastvrijheid. Daarnaast wil ik natuurlijk ook mijn begeleider Patrick Snellings hartelijk bedanken voor de goede begeleiding tijdens mijn werkstuk en Bert van Beek voor de hulp bij het maken en perfectioneren van het leesprogramma. Ik kijk terug op een ontzettend leuke en leerzame studie Klinische Ontwikkelingspsychologie en ga nu vol goede moed de toekomst tegemoet. Dat ik ben aangenomen bij de OBD-Noordwest in Hoorn, waar ik dyslexiebehandelingen ga geven aan basisschoolleerlingen is voor mij een schot in de roos. UvA, ontzettend bedankt en tot ziens! 1

3 Abstract Als kinderen net leren lezen kost het ze veel tijd om woorden te ontcijferen, maar wanneer dit meer automatisch gaat kan de aandacht gericht worden op het begrijpen van een tekst. In onderzoek naar het effect van versneld lezen bij dyslectische lezers komt naar voren dat zij getraind kunnen worden om meer vloeiend te lezen en dat dit ten goede komt van het leesbegrip (Breznitz, 2006). In dit onderzoek is gekeken naar het effect van versneld lezen op de leessnelheid en het leesbegrip van kinderen met een licht verstandelijke beperking. De experimentele conditie kreeg een versneld lezen training aangeboden en de controle conditie kreeg dezelfde training, maar las op eigen tempo. Alle deelnemers lezen na de training sneller dan voor de training en de experimentele conditie leest op zinsniveau nóg sneller dan de controle conditie. De experimentele conditie leest niet alleen sneller dan de controle conditie wanneer de leerlingen hiertoe aangezet worden, maar ook wanneer zij op hun eigen tempo kunnen lezen. Dit geeft aan dat er transfer mogelijk is van het gevonden effect tijdens het versneld lezen naar lezen op eigen tempo in de dagelijkse praktijk. Daarnaast blijkt dat de experimentele conditie haar achterstand in leesbegrip ten opzichte van de controle conditie inhaalt door de training. Tevens is onderzocht hoe het geheugen samenhangt met de leesprestaties voor en na de training. Onder andere is gevonden dat voorafgaand aan de training een hoge leessnelheid samenhangt met een goed verbaal korte termijn geheugen, maar na afloop van de training geldt dit niet meer. Dit geeft aan dat het effect van versneld lezen op de leessnelheid, los lijkt te staan van het verbaal korte termijn geheugen. 2

4 Inhoudsopgave 1. Inleiding Leren lezen Het geheugen van kinderen met een LVB Het geheugen en versneld lezen bij dyslectische lezers Het onderzoek 6 2. Methode Deelnemers Design Materiaal Leessnelheid Leesbegrip Geheugentaken Intelligentie De Leestraining Resultaten Uitval Leerlingen Resultaten gemiddelde reactietijd Resultaten Eén Minuut Toets Resultaten percentage goede antwoorden Resultaten geheugentaken Correlaties Discussie Conclusies Het effect van versneld lezen op de leessnelheid Het effect van versneld lezen op het leesbegrip Samenhang tussen de leessnelheid en het leesbegrip Het effect van versneld lezen op het verbaal en visueel KTG en WG Samenhang leesprestaties met geheugentaken Kanttekeningen Suggesties voor vervolgonderzoek Literatuurlijst 39 Bijlage 1: brief aan de ouders 42 3

5 1. Inleiding 1.1 Leren lezen Lezen is een bezigheid die we ongemerkt de hele dag door doen. We lezen de krant, een tijdschrift en bij televisie kijken lezen we vaak de ondertiteling. Lezen is in de hedendaagse maatschappij erg belangrijk en onze kinderen beginnen hier al vroeg in de ontwikkeling mee. Maar lezen is een complexe vaardigheid. Om te kunnen lezen moeten veel verschillende processen tegelijkertijd juist gecoördineerd worden. Wanneer kinderen net leren lezen zijn ze veel tijd kwijt met het ontcijferen van woorden. Als dit meer automatisch en dus sneller gaat, kan de aandacht gericht worden op het begrijpen van de tekst. Dit blijkt uit onderzoek van Breznitz (1987) waarin meer goede antwoorden werden gegeven op vragen over een tekst wanneer de leessnelheid werd bevorderd. De meeste kinderen gaan steeds sneller lezen wanneer de leesvaardigheid verder ontwikkelt. In de verbal efficiency theory van Perfetti (1985) werd aangenomen dat wanneer de leessnelheid verbetert, het leesbegrip ook verbetert omdat er meer ruimte overblijft in het werkgeheugen. 1.2 Het geheugen van kinderen met een LVB De afgelopen decennia is het werkgeheugen veelvuldig onderzocht. Er wordt onderscheid gemaakt tussen het kortetermijngeheugen (KTG) en het werkgeheugen (WG). In het KTG wordt informatie voor korte tijd vastgehouden. Er wordt gesproken over WG wanneer informatie tegelijkertijd wordt vastgehouden én gemanipuleerd (Van der Molen, Van Luit, Jongmans & Van der Molen, 2009). Daarnaast wordt er onderscheid gemaakt tussen het verbaal en visueel kortetermijn- en werkgeheugen (Van der Molen et.al., 2009; Shah & Miyake, 1996; Jarvis & Gathercole, 2003). Het verbaal KTG wordt gemeten met taken waarbij de proefpersoon iets verbaal krijgt aangeboden en dit later moet reproduceren, bijvoorbeeld een reeks getallen. Wanneer de reeks getallen achterstevoren moet worden herhaalt spreek je van verbaal WG. Het visueel KTG kan bijvoorbeeld gemeten worden met een taak waarbij de proefleider een reeks blokken aantikt, waarna de proefpersoon dit herhaalt. Van visueel WG is sprake als de taak vereist dat er iets in het geheugen moet worden vastgehouden én gemanipuleerd. 4

6 Kinderen met een licht verstandelijke beperking hebben een IQ-score tussen de 55 en 75 (Luckasson, Borthwick-Duffy, Bunthinx, Coulter, Craig & Reeve, 2002). Ze hebben meer moeite met leren dan kinderen zonder verstandelijke beperking en gaan meestal naar een school voor speciaal onderwijs. LVB-kinderen hebben vaak een zwakker KTG en WG dan normaal ontwikkelende kinderen (Van der Molen, Van Luit, Van der Molen & Jongmans, 2010). Kinderen met een LVB presteren minder goed op zowel verbale als visuele kortetermijn- en werkgeheugentaken wanneer ze worden vergeleken met normaal ontwikkelende kinderen van dezelfde leeftijd. In vergelijking met kinderen met dezelfde mentale leeftijd is vooral het verbale werkgeheugen zwak (Van der Molen, Van Luit, Jongmans & Van der Molen, 2009). 1.3 Het geheugen en versneld lezen bij dyslectische lezers Het KTG en WG spelen een belangrijke rol bij lezen. Individuele verschillen in lezen reflecteren individuele verschillen in KTG en WG. Dat wil zeggen dat een zwak KTG en WG samenhangt met leesmoeilijkheden (Daneman & Carpenter, 1980; Cohen, Netley & Clarke 1984). Kinderen met een LVB hebben vaak moeite met lezen en dit zou kunnen samenhangen met de problemen met het KTG en WG bij deze kinderen. Bij LVB kinderen is echter relatief weinig onderzoek gedaan naar de leesmechanismen. Onderzoek op dit terrein is wel veelvuldig gedaan bij dyslectische kinderen. Breznitz beschreef in een serie experimenten (Breznitz, 2006) het effect van versneld lezen op de accuratesse en het leesbegrip bij dyslectische lezers. De leessnelheid werd gemanipuleerd door op een scherm aangeboden zinnen vanaf het begin te laten verdwijnen. De versnelling was gebaseerd op het eigen leestempo van de deelnemers. Het idee hierachter was dat door stimuli versneld aan te bieden er meer items in het KTG passen (Breznitz & Share, 1992). Dit lijkt in overeenstemming met de eerder genoemde 'verbal efficiency theory' van Perfetti waarin aangenomen werd dat het leesbegrip verbetert als de leessnelheid verbetert, doordat er meer ruimte overblijft in het werkgeheugen. Breznitz vond dat wanneer proefpersonen aangezet werden om sneller te lezen, zij een betere accuratesse hadden en een hogere mate van leesbegrip bereikten. Breznitz noemde dit het reading acceleration phenomenon. Daarnaast vond Breznitz (Breznitz & Share, 5

7 1992; Breznitz, 1997) dat het versneld lezen de werking van het KTG verbetert. Bij dyslectische kinderen werd de werking van het KTG alleen verbeterd wanneer ze gebruik konden maken van de context van de tekst. Dit was in tegenstelling tot normale lezers, zij lieten verbetering in het geheugen zien bij taken zonder invloed van context. Breznitz suggereerde dat het gevonden effect bij de dyslectische lezers gerelateerd kan zijn aan een verbeterde werkgeheugenactiviteit. In een Nederlandse studie (Snellings, van der Leij, de Jong & Blok, 2009) is recent aangetoond dat dyslectische lezers getraind kunnen worden om sneller te lezen met behoud van begrip. Het reading acceleration phenomenon van Breznitz (2006) werd niet bevestigd. In deze studie werd geen verhoogde mate van begrip gevonden wanneer versneld werd gelezen. De proefpersonen die de training kregen waren wel in staat om sneller te lezen met behoud van begrip. Het versneld lezen is onderzocht bij dyslectische kinderen (Breznitz, 1997; Snellings et al., 2009). Breznitz onderzocht het KTG als onderliggend mechanisme aan het effect van versneld lezen. Daarnaast suggereerde ze een verbeterde werkgeheugenactiviteit als onderliggend mechanisme bij dyslectische lezers. Dyslectische lezers hebben net zoals kinderen met een LVB problemen met hun KTG en WG (Beneventi, Tønnessen, Ersland & Hughdahl, 2010; Menghini, Finzi, Carlesimo & Vicari, 2011). Het zou daarom goed mogelijk kunnen zijn dat kinderen met een LVB baat hebben bij een soortgelijke training als dyslectische lezers. 1.4 Het onderzoek In het huidige onderzoek wordt het versneld lezen toegepast bij kinderen met een LVB. Voor deze doelgroep is een dergelijke training niet eerder gedaan. Onderzocht wordt wat de invloed van versneld lezen op de leessnelheid en het leesbegrip van kinderen met een LVB is. Om deze vraag te kunnen beantwoorden krijgt een groep leerlingen met een LVB een leestraining. De helft van de leerlingen krijgt de training waarin versneld wordt gelezen, terwijl de andere helft leerlingen dezelfde training krijgt maar die op hun eigen tempo leest. Bij de voor- en nameting wordt gekeken naar de leessnelheid en de mate van 6

8 begrip. De voor- en nameting bestaan beide uit een blok waarin op eigen tempo wordt gelezen en een blok waarin versneld wordt gelezen. Verwacht wordt dat de leerlingen die trainen om sneller te lezen, op de nameting bij het blok versneld, sneller lezen dan de leerlingen die op eigen tempo trainen. Omdat de controle conditie op eigen tempo traint is de verwachting dat zij op de nameting in het blok eigen tempo sneller lezen dan de experimentele conditie. Verder wordt verwacht dat de mate van begrip ten minste gelijk blijft. Hiernaast wordt onderzocht of de geheugenactiviteit verbetert als gevolg van de training. In de literatuur (Breznitz, 1997) wordt gesuggereerd dat versneld lezen de werking van het werkgeheugen van dyslectische proefpersonen bevordert. LVB kinderen hebben, net zoals veel dyslectische kinderen, kortetermijn- en werkgeheugenproblemen en de vraag is of het versneld lezen zorgt voor een verbeterde geheugenactiviteit bij deze doelgroep. Er worden zowel verbale als visuele kortetermijn- en werkgeheugentaken afgenomen. Verwacht wordt dat leerlingen die sneller lezen, een hogere score zullen hebben op de verbale geheugentaken en niet op de visuele geheugentaken, in vergelijking met leerlingen die langzamer lezen. Naast een effect van de training op het geheugen wordt ook de samenhang tussen het geheugen, de intelligentie en de leesprestaties voor- en na de training onderzocht. Omdat de Raven SPM een non-verbale intelligentietest is, wordt geen sterke samenhang met de leesprestaties verwacht. Wat geheugen betreft zal de Raven SPM eerder samenhangen met de visuele geheugentaken in vergelijking met de verbale geheugentaken. Tot slot wordt een samenhang verwacht tussen de leesprestaties en de verbale geheugentaken, voor de visuele geheugentaken wordt geen samenhang verwacht. 7

9 2. Methode 2.1 Deelnemers Aan dit onderzoek deden 65 leerlingen uit de eerste klas van twee dependances van een school voor Praktijkonderwijs mee. Op school 1 hebben in totaal 39 leerlingen meegedaan. Deze groep bestond uit 18 meisjes en 21 jongens. De gemiddelde leeftijd was 13.2 jaar (SD =1.7). Op school 2 hebben 26 leerlingen meegedaan. Deze groep bestond uit 11 meisjes en 15 jongens De gemiddelde leeftijd was 13.2 jaar (SD = 1.6) Voorafgaand aan het onderzoek werd aan de locatiedirecteur van de betreffende school toestemming gevraagd om het onderzoek uit te voeren. Bij toestemming werden de ouders van de leerlingen schriftelijk geïnformeerd over het onderzoek. De ouders konden naar aanleiding van deze brief bezwaar maken tegen de deelname van hun kind aan het onderzoek. De training werd in groepjes van drie gegeven. Om verwarring en weerstand om de verschillende condities bij de leerlingen te voorkomen werden alle leerlingen van een klas aan een conditie toegewezen. Van school 1 hebben vijf eerste klassen meegedaan. Hiervan zaten de leerlingen uit drie klassen in de experimentele conditie, en twee klassen in de controle conditie. Van school 2 hebben drie eerste klassen meegedaan. Hiervan zaten de leerlingen uit één klas in de experimentele conditie en de leerlingen van twee klassen in de controle conditie. Voorafgaand aan de training zijn de Raven Standard Progressive Matrices en de Eén- Minuut-Toets (EMT) afgenomen. Door middel van een ANOVA is onderzocht of de twee condities op deze waarden van elkaar verschillen. Dit was niet het geval. De gemiddelde scores en de toetsresultaten zijn weergegeven in Tabel 2.1 Data van kinderen met de diagnose ADHD of een aan autisme verwante stoornis zijn niet meegenomen in de analyses omdat deze psychiatrische problemen geassocieerd zijn met specifieke geheugenkenmerken welke de resultaten kunnen beïnvloeden (Gathercole & 8

10 Alloway, 2006). Daarnaast worden leerlingen met een dyslexieverklaring ook uitgesloten van het onderzoek, omdat in dit onderzoek de nadruk ligt op het effect van versneld lezen bij kinderen met een LVB. Tabel 2.1 Gemiddelden en Standaarddeviaties van beide condities voor leeftijd, Raven en EMT op de voormeting met toetsingsresultaten. n = 32 n = 31 test M (SD) M (SD) F p leeftijd (27.07) (7.04) Raven SPM (8.80) (12.71) EMT (14.28) (13.48) De geheugentaken zijn bij 22 leerlingen van de controle conditie, en 19 leerlingen van de experimentele conditie afgenomen. Ook voor deze twee subgroepen zijn voorafgaand aan de training geen onderlinge verschillen gevonden. De gemiddelde scores en toetsresultaten zijn weergegeven in Tabel 2.2. Tabel 2.2 Gemiddelden en Standaarddeviaties van leeftijd, Raven, EMT en geheugentaken (van subgroep proefpersonen die de geheugentaken heeft uitgevoerd). n = 19 n = 22 test M (SD) M (SD) F p leeftijd (21.54) (5.42) Raven SPM (7.50) (13.04) EMT (16.21) (13.93) Digit Recall (2.74) (2.87) Nonword Recall 9.95 (2.12) (2.21) Backward Digit Recall 8.00 (2.45) 8.27 (2.45) Listening Recall 9.32 (2.36) 8.59 (2.75) Corsi (1.99) (2.58) Visual Patterns (3.13) (3.36) Spatial Span (4.23) (3.53)

11 2.2 Design Voormeting Nameting Wel versneld EMT, leessnelheid, leesbegrip KTG, WG EMT, leessnelheid, leesbegrip KTG, WG Niet versneld EMT, leessnelheid, leesbegrip KTG, WG EMT, leessnelheid, leesbegrip KTG, WG De leerlingen zijn verdeeld over twee condities; de experimentele- en de controleconditie. De leerlingen in de experimentele conditie werden getraind om sneller te lezen (n = 34) en de leerlingen in de controle conditie lazen dezelfde zinnen op hun eigen tempo (n = 31). Iedere leerling kreeg negen sessies bestaande uit 20 itemzinnen. De eerste vier sessies werden voorafgegaan door vijf voorbeeldzinnen, de vijf sessies daarna werden voorafgegaan door drie voorbeeldzinnen. De sessies zijn verdeeld over drie trainingen van ongeveer 15 minuten. De eerste training bestond uit de voormeting plus drie sessies. De tweede training bestond uit vier sessies. De laatste training bestond uit twee sessies en de nameting. De voor en de nameting omvatten ieder twee blokken van vijftien zinnen. De zinnen van het eerste blok werden op eigen tempo gelezen. De zinnen van het tweede blok verdwenen met een vastgelegde verdwijnsnelheid. De verdwijnsnelheid is vastgelegd op het 70 e percentiel van de leestempo uit het eerste blok (eigen tempo). Bij iedere leerling is voorafgaand- en na afloop van de training de EMT afgenomen. Daarnaast zijn bij een gedeelte van de leerlingen ook geheugentaken afgenomen. De geheugentaken zijn vanwege de tijdskosten niet bij iedere leerling afgenomen. 10

12 2.3 Materiaal Leessnelheid De zinleessnelheid is bepaald door middel van zinsverificatie. De leessnelheid werd bepaald van de zinnen die correct beantwoord zijn. Wanneer een leerling een fout antwoord gaf werd deze zin niet meegenomen in de berekening van de leessnelheid. Voor de leessnelheid is het aantal milliseconden per letter als eenheid gebruikt. De woordleessnelheid werd gemeten met de Een-Minuut-Toets (EMT) (COTAN: g,g,g,g,g,g). Met deze test wordt de technische leesvaardigheid gemeten. De test bestaat uit een leeskaart. Op deze kaart staan 116 niet samenhangende woorden in rijen. De leerling moet 1 minuut lang hardop voorlezen van de kaart en de testleider notuleert hierbij de fouten en tot hoever de leerling komt Leesbegrip Het leesbegrip werd gemeten aan de hand van het aantal goede antwoorden dat de leerling gaf voor en na de training. Na afloop van iedere zin moest de leerling aangeven of de zin al dan niet klopt; waar, of niet waar. Hoe meer goede antwoorden, hoe beter de leerling de zinnen begrijpt Geheugentaken Voor het samenstellen van de KTG en WG testbatterij is recent onderzoek van Van der Molen et al. (2009) naar het geheugenprofiel van kinderen met een LVB gebruikt. Bij al deze taken is het aantal goed gegeven antwoorden als score gebruikt. Verbaal KTG Om het verbaal KTG te meten werden de Digit Recall en de Nonword Recall gebruikt. Bij de Digit Recall moet de leerling een gesproken lijst cijfers in de goede volgorde herhalen. Bij de Nonword Recall gaat het om het herhalen van een lijst Nederlands klinkende pseudowoorden van één lettergreep. De Digit Recall heeft reeksen van

13 items. De Nonword Recall heeft reeksen van 1-6 items. De items werden door de proefleider uitgesproken met een snelheid van één item per seconde. Visueel KTG Om het visueel KTG te meten werden de Corsi test en de Visual Patterns test gebruikt. Bij de Corsi test tikt de onderzoeker in een bepaalde volgorde driedimensionale blokken aan. Deze moet de leerling vervolgens in dezelfde volgorde herhalen. De taak begint met één blok tot een volgorde waarbij 9 blokken worden aangetikt. Bij de Visual Patterns test krijgt het kind een matrix te zien die varieert van 2x2 tot 5x6 hokjes. In iedere matrix zijn sommige hokjes zwart gemarkeerd. Nadat een leerling een stimuluskaart 3 seconden heeft kunnen bestuderen, moet hij/zij de gemarkeerde hokjes aankruisen op een blanke matrix. Verbaal WG Om het verbaal WG te meten werden de Backward Digit Recall en de Listening Recall gebruikt. Bij de Backward Digit Recall moet de leerling een gesproken lijst cijfers in omgekeerde volgorde herhalen. De reeks cijfers loopt op van 2-7. Bij de Listening Recall worden zinnen voorgelezen die waar of niet waar zijn. Na het voorlezen van de zin moet de leerling aangeven of de zin waar of niet waar is. Tegelijkertijd moet de leerling het laatste woord onthouden. Aan het einde van de reeks moet de leerling van elke zin het laatste woord herhalen. Dit moet in dezelfde volgorde als waarin de zinnen zijn aangeboden. De reeks zinnen die wordt voorgelezen loopt op van twee tot zes. Visueel WG Het visueel WG werd met de Spatial Span gemeten. Bij deze taak krijgt de leerling een aantal kaarten te zien waar een tweetal figuren op staat. De figuren zijn hetzelfde of gespiegeld en een van de twee figuren is gedraaid. Ook heeft een van de figuren een rode stip. De leerling moet aangeven of de gedraaide figuur gelijk of gespiegeld is aan de figuur met de rode stip. Daarnaast moet de leerling onthouden waar de rode stip zat en dit later aangeven op een kaart. 12

14 2.3.4 Intelligentie Van de leerlingen op het Praktijkonderwijs is altijd een bepaling van het intelligentieniveau aanwezig in het leerlingdossier. Dit wordt echter gedaan met verschillende intelligentietests: NIO, NDT, WISC-III, SON-R. Deze scores zijn minder goed met elkaar te vergelijken dan wanneer voor ieder kind dezelfde test gebruikt wordt. Hierom werd de Raven Standard Progressive Matrices (Raven SPM) afgenomen om een vergelijkbare schatting van het intelligentieniveau te maken. Deze klassikale intelligentietest is bestemd voor kinderen vanaf 6 jaar. Bij elk item krijgen de leerlingen een tekening/patroon te zien waaruit een stukje ontbreekt. Het is de bedoeling dat ze het ontbrekende stukje kiezen uit 6 tot 8 antwoordmogelijkheden. De items zijn verdeeld in vijf series. Iedere serie bestaat uit 12 opgaven en deze lopen op in moeilijkheidsgraad De leestraining Stimuli: Voor de leestraining zijn 295 zinnen bedacht. Om er zeker van te zijn dat de leerlingen met een LVB de zinnen zouden begrijpen, zijn de zinnen in de training vergelijkbaar met de zinnen uit de Listening Recall (Van der Molen, Van Luit, Van der Molen & Jongmans, 2010). De aangeboden zinnen zijn waar of niet waar. Een voorbeeld van een 'ware' zin is 'Een bakker bakt brood'. Een voorbeeld van een 'niet ware' zin is: 'Een stoel legt een ei'. Iedere zin werd tijdens de training slechts één keer aangeboden. Voor de voor- en nameting zijn dezelfde zinnen gebruikt. Trainingsprocedure: Alle leerlingen kregen dezelfde zinnen te lezen. Per sessie werd de volgorde van de zinnen gerandomiseerd. Iedere zin verscheen op het beeldscherm en in de experimentele conditie werd getraind om sneller te lezen. Voor hen begon iedere trainingssessie met dezelfde verdwijnsnelheid als in de voormeting versneld lezen (70 e percentiel van leessnelheid voormeting eigen tempo). Wanneer een zin goed beantwoord was ging de verdwijnsnelheid omhoog met 4 ms. Als er een fout antwoord werd gegeven ging de verdwijnsnelheid omlaag met 10 ms. 13

15 Om te voorkomen dat leerlingen snel door klikten zonder echt te lezen is de minimum reactietijd ingesteld op 20 ms. per letter. Hierna verscheen de 'gelezen' knop in beeld. De maximum reactietijd is ingesteld op 250 ms. per letter. Aan de rechterkant van het beeldscherm liep een tijdbalk naar beneden. Wanneer deze beneden was, was de maximum reactietijd voorbij en wanneer nog niet op de 'gelezen'-knop gedrukt was, werd het item fout gerekend. Na het lezen van de zin verscheen in het beeld een multiplechoicevraag: 1) Ja, dat is waar, 2) Nee, dat is niet waar, 3) Ik was nog niet klaar met lezen. De leerling maakte een keuze en het antwoord en reactietijd werden opgeslagen in het programma. In zowel de controle- als de experimentele conditie kwam er een smiley in beeld na het beantwoorden van deze vraag (een huilende smiley bij een fout antwoord, en een glimlachende smiley bij een goed antwoord). In de experimentele conditie werd bij de trainingssessies tevens feedback gegeven over de leessnelheid. Er verscheen een haas in beeld wanneer de zin sneller werd gelezen, en een schildpad wanneer de zin langzamer werd gelezen. Wanneer de zin goed beantwoord werd, en deze was ook nog sneller gelezen verscheen er naast een haas ook een super smiley in beeld (breed lachend gezichtje met twee omhoog stekende duimen). De leerlingen in de controle conditie lazen alle zinnen uit de trainingssessies op hun eigen tempo. In deze conditie is overigens wel dezelfde minimum en maximum reactietijd vastgesteld. Voor- en nameting De voor en nameting zijn opgedeeld in twee blokken. Het eerste blok (Eigen tempo) werd op eigen tempo gelezen. De test start met 5 voorbeeldzinnen, gevolgd door 15 testzinnen. Met dit blok werd het eigen leestempo van de leerling vastgelegd. De leessnelheid en het aantal correcte antwoorden werden automatisch opgeslagen door het programma. Het tweede blok (Versneld zonder aanpassing) start ook met 5 voorbeeldzinnen gevolgd door 15 testzinnen. Iedere zin verscheen volledig op het computerscherm en begon onmiddellijk vanaf het begin van de zin te verdwijnen. De verdwijnsnelheid is in dit blok vastgelegd en is in de voor- nameting precies hetzelfde. De verdwijnsnelheid is gebaseerd op de leessnelheid van het eerste blok op eigen tempo. Deze verdwijnsnelheid is vastgezet op het 70e percentiel van de verdeling aan behaalde scores. Dit is gelijk voor de controle en experimentele conditie. 14

16 3. Resultaten 3.1 Uitval leerlingen De scores van de proefpersonen op de Raven SPM, EMT en geheugentaken zijn meegenomen in de analyses. Daarnaast zijn er ook analyses uitgevoerd over de reactietijden en het percentage goede antwoorden van de voor- en nameting (blok 1, blok 2, blok 12 en blok 13) van de training. Van de 65 leerlingen die hebben meegedaan, zijn de scores van twee leerlingen niet meegenomen in de analyses omdat zij niet serieus hebben meegewerkt. Op de voormeting scoorden zij 100% goede antwoorden en bij de nameting scoorden zij beneden kansniveau < 50%. De geheugentaken zijn bij 22 leerlingen van de controle conditie, en 19 leerlingen van de experimentele conditie afgenomen. De analyses die geheugentaken betreffen zijn daarom alleen over deze groep leerlingen uitgevoerd. 3.2 Resultaten gemiddelde reactietijd In het leesprogramma is de zinleessnelheid vastgelegd door middel van de reactietijd. Voor de zinleessnelheid is het aantal milliseconden per letter als eenheid gebruikt. De gemiddelde reactietijden (RT) zijn vergeleken tussen de controle- en experimentele conditie op de voor- en nameting. Hiervoor is gebruik gemaakt van een variantieanalyse met herhaalde metingen (Repeated Measures ANOVA) met conditie (controle of experimentele) als tussen-proefpersoon variabele en twee binnen-proefpersoon variabelen: voormeting vs. nameting en eigen tempo vs. versneld. De onderzoeksresultaten van de gemiddelde reactietijd van blok 1 (voormeting, eigen tempo), blok 2 (voormeting, versneld), blok 12 (nameting, eigen tempo) en blok 13 (nameting, versneld) zijn in Tabel en Figuur weergegeven. 15

17 Tabel Gemiddelde RT (in ms. per letter) in blok 1, blok 12, blok 2, blok 13 n = 31 n = 32 M (SD) M (SD) GemRT (26.58) (28.42) GemRT (24.95) (34.58) GemRT (25.38) (17.13) GemRT (21.34) (21.96) Figuur Gemiddelde RT (in ms. per letter) in blok 1, blok 12, blok 2 en blok 13. Allereerst is er een significant hoofdeffect gemeten voor voormeting vs. nameting F(1.61) = ; p = 0,000. Alle leerlingen lezen op de nameting sneller dan op de voormeting. De gemiddelde RT op de voormeting is (SD = 23.06). Op de nameting is de gemiddelde RT (SD = 24.84). De leerlingen lezen dus gemiddeld milliseconden per letter sneller op de nameting in vergelijking met de voormeting. Daarnaast lezen alle leerlingen bij versneld lezen (M = 70.66, SD = 19.75) sneller dan op eigen tempo lezen (M = 97.66, SD = 27.04), F(1,61) = ; p = Naast deze hoofdeffecten zijn er ook significante interactie-effecten gemeten. De interactie tussen conditie*voor_nameting heeft significante toetsresultaten: F(1,61) = 6.752; p =.012. Op de voormeting (eigen tempo en versneld samen genomen) verschillen de controle- en experimentele conditie niet van elkaar (controle: M = 96.84; SD = 21.58, 16

18 experimentele: M = 96.34; SD = 24.76), maar op de nameting verschillen beide condities wel van elkaar. Hier leest de experimentele conditie sneller (M = 66.31, SD = 20.80) dan de controle conditie (M = 77.33, SD = 27.65). De interactie tussen conditie*eigentempo_versneld heeft ook significante toetsresultaten: F(1,61) = 5.406; p =.023. Bij deze interactie wordt de voor- en nameting samengenomen. De experimentele conditie leest op eigen tempo sneller dan de controle conditie (experimentele: M = 92.72; SD = 23.80, controle: M = ; SD = 29.55), terwijl bij versneld lezen beide condities ongeveer even snel lezen (experimentele: M = 69.92;SD = 20.91, controle: M = 71.43; SD = 18.78). De driewegsinteractie conditie*voor_nameting*eigentempo_versneld is niet significant F(1,61) =.20; p =.657. Dus wanneer alle variabelen worden toegevoegd aan de interactie worden geen verschillen gevonden tussen de condities. Dit betekent dat het verschil tussen de voor- en nameting, en eigen tempo en versneld, niet anders is voor de experimentele conditie in vergelijking met de controle conditie. Tot slot is er een significant effect gevonden voor de interactie voor_nameting*eigentempo_versneld F(1,61) = 9.911; p =.003. Op de voormeting is het verschil in reactietijd tussen eigen tempo (M = ; SD = 27.41) en versneld (M = 80.95; SD = 21.65) groter dan op de nameting (eigen tempo: M = 83.09; SD = en versneld: M = 60.38; SD = 21.79). 17

19 3.3 Resultaten Eén Minuut Toets (EMT) Naast de gemiddelde reactietijd is ook de Eén Minuut Toets gebruikt om een indicatie te krijgen van de leessnelheid. In Tabel en Figuur zijn de onderzoeksresultaten van de EMT weergegeven. Tabel Gemiddelden op EMT voor-en nameting n = 32 n = 31 M (SD) M (SD) EMT vm (14.28) (13.48) EMT nm (13.97) (13.86) Figuur Gemiddelden op EMT voor- en nameting Over de onderzoeksresultaten is een variantieanalyse met herhaalde metingen uitgevoerd (repeated measures ANOVA) met conditie (controle of experimentele) als tussenproefpersoon variabele en EMT als binnen proefpersoon-variabele. Voor de EMT voor- en nameting is een significant hoofdeffect gemeten: F(1,61) =92.49; p =.000. De gemiddelde score op de voormeting was (SD = 14.08). De gemiddelde score op de nameting was (SD = 13.92). De score op de nameting is dus significant hoger dan op de voormeting. Voor de interactie conditie*emtvoor_nameting is geen significant resultaat gevonden. Dit betekent dat de score op de EMT voor- en nameting niet verschilt tussen de controle- en experimentele conditie. 18

20 3.4 Resultaten percentage goede antwoorden De percentages goede antwoorden op de voor- en nameting zijn vergeleken tussen de controle- en experimentele conditie. De data van de variabelen percentage goed zijn niet normaal verdeeld. Bij Tests of Normality is te zien dat de vier blokken Percentage Goed bij de Kolmogorov-Smirnov test significante waarden hebben (alle p <.05). Om dit probleem op te lossen is de data getransformeerd met Log10. Hierna is nog steeds niet voldaan aan de assumptie van de normale verdeling. Hierom zijn de analyses uiteindelijk uitgevoerd met non-parametrische tests. De onderzoeksresultaten van de percentages goede antwoorden van blok 1 (voormeting, eigen tempo), blok 12 (nameting, eigen tempo) blok 2 (voormeting, versneld), en blok 13 (nameting, versneld) zijn in Tabel en Figuur weergegeven. Tabel Percentage goed in blok 1, blok 12, blok 2, blok 13. n =31 n = 32 M (SD) M (SD) PercGoed (11.93) (6.85) PercGoed (10.19) (11.39) PercGoed (15.30) (14.39) PercGoed (16.94) (16.17) Figuur Percentage goede antwoorden in blok 1, blok 12, blok 2 en blok

21 Met de non-parametrische Independent Samples Median Test is onderzocht of de condities verschillen voor wat betreft het percentage goede antwoorden in de voor- en nameting. Het percentage goede antwoorden van de voormeting eigen tempo (blok 1) verschilde niet significant tussen beide condities (p =.348), maar in de voormeting versneld lezen heeft de controle conditie meer goede antwoorden dan de experimentele conditie, p =.016 (controle: M = 75.10; SD = 14.39, experimentele: M = 65.81; SD = 15.30). Op de nameting verschillen de condities op zowel eigen tempo (blok 12) als tijdens versneld lezen (blok 13) niet van elkaar (respectievelijk p =.535, en p =.383) en hebben ze dus ongeveer evenveel vragen goed beantwoord. Met de non-parametrische Related Samples Wilcoxon Signed Rank test is het verschil tussen de voor- en nameting nader onderzocht. Het verschil tussen de voor- en nameting op eigen tempo lezen (blok 1 en blok 12) is voor zowel de controle- als de experimentele conditie significant (respectievelijk p =.019; p =.009). Beide condities hebben op de nameting eigen tempo lezen minder goede antwoorden dan op de voormeting eigen tempo lezen. Daarnaast heeft de controle conditie op de voormeting versneld lezen (blok 2) ongeveer evenveel vragen goed als op de nameting versneld lezen (blok 13), p =.075. De leerlingen in de experimentele conditie verbeteren hun score en zij hebben op de nameting versneld lezen meer vragen goed dan op de voormeting versneld lezen (p =.011). 3.5 Resultaten geheugentaken De resultaten op de geheugentaken op de voor- en nameting zijn vergeleken tussen de controle- en experimentele conditie. Over de resultaten van de geheugentaken zijn variantieanalyses met herhaalde metingen (Repeated Measures ANOVA) gedaan om te onderzoeken of de controle- en experimentele conditie van elkaar verschillen. De onderzoeksresultaten van de verbale geheugentaken staan weergegeven in Tabel en de onderzoeksresultaten van de visuele geheugentaken staan weergegeven in Tabel

22 Tabel Gemiddelden op verbale geheugentaken voor- en nameting n = 19 n = 22 M (SD) M (SD) Digit Recall vm (2.74) (2.87) Digit Recall nm (3.01) (3.16) Nonword Recall vm 9.95 (2.12) (2.21) Nonword Recall nm (2.42) 10.6 (82.48) Backward Digit Recall vm 8.00 (2.45) 8.27 (2.45) Backward Digit Recall nm 8.32 (2.24) 8.73 (2.59) Listening Recall vm 9.32 (2.36) 8.59 (2.75) Listening Recall nm (2.11) 9.59 (2.99) Tabel Gemiddelden op visuele geheugentaken voor- en nameting n = 19 n = 22 M (SD) M (SD) Corsi vm (1.99) (2.58) Corsi nm (1.64) (2.07) Visual Patterns vm (3.13) (3.36) Visual Patterns nm (2.39) (2.97) Spatial Span vm (4.30) (3.53) Spatial Span nm (4.13) (3.31) Voor elke geheugentaak is een variantieanalyse met herhaalde metingen uitgevoerd (Repeated Measures ANOVA) met de conditie (controle of experimentele) als tussenproefpersoon-variabele en de geheugentaak (voor- en nameting) als binnen-proefpersoonvariabele. Voor de Digit Recall_voor/ nameting is een significant hoofdeffect gemeten: F(1,39) = 5.037; p =.031. Uit de resultaten blijkt dat alle leerlingen op de nameting (M = 14.59, SD = 3.07) beter scoren dan op de voormeting (M = 13.98, SD = 2.78). De interactie conditie*digitrecall_voor/nameting is niet significant. Dit betekent dat beide condities op de voor- en nameting ongeveer gelijk scoorden op de Digit Recall. Ook voor de Nonword Recall_voor/nameting is een significant hoofdeffect gevonden: F(1,39) = 8.508; p =.006. Op de voormeting (M = 10.05, SD= 2.14) wordt minder goed gescoord dan op de nameting (M = 10.73, SD = 2.42). Ook hier wordt geen significant interactieeffect voor conditie*nonword Recall_voor/nameting gevonden, dus beide condities scoren op de voor- en nameting ongeveer gelijk op deze taak. Voor de Backward Digit Recall zijn geen significante resultaten gevonden. Er is geen verschil gevonden tussen de 21

23 voor- en nameting en beide condities scoren ongeveer hetzelfde. De Listening Recall wordt op de nameting significant beter gemaakt dan op de voormeting F(1,39) = 10.24; p =.003. De gemiddelde score op de voormeting was 8.93 (SD= 2.57) en op de nameting 9.78 (SD= 2.59). Ook voor deze taak wordt geen interactie-effect voor conditie*listening Recall_voor/nameting gevonden. Van de afgenomen visuele geheugentaken zijn alleen significante resultaten gevonden voor de Corsi. Deze wordt door alle leerlingen op de nameting (M= 18.85, SD = 1.91) beter gemaakt dan op de voormeting (M= 17.41, SD= 2.32), F(1,39) = 17.81; p =.000. Daarnaast is de interactie conditie*corsi_voor/nameting ook significant (zie figuur 3.5.1). Op de voormeting heeft de controle conditie een gemiddelde van (SD= 2.58) en de experimentele conditie heeft een gemiddelde van (SD= 1.99). Op de nameting heeft de controle conditie een gemiddelde score van (SD= 2.07) en de experimentele conditie heeft hier een gemiddelde score van (SD= 1.91). Dit betekent dat de controle conditie meer vooruitgaat dan de experimentele conditie. Voor de Visual Patterns en Spatial Span zijn geen significante resultaten gevonden. Figuur Gemiddelden op de Corsi voor- en nameting 22

24 3.6 Correlaties Om te onderzoeken hoe de Raven SPM, EMT, leessnelheid en het leesbegrip samenhangen zijn de correlaties (Pearson) hiertussen berekend. Om de gevonden correlaties zo leesbaar mogelijk te omschrijven is ervoor gekozen de samenhang uit te leggen aan de hand van de vier blokken. Blok 1 is voormeting eigen tempo lezen, blok 2 is voormeting versneld lezen, blok 12 is nameting eigen tempo lezen en blok 13 is nameting versneld lezen. De samenhang tussen de Raven SPM, EMT en reactietijd (RT) is weergegeven in Tabel Tabel Correlaties Raven, EMT en de gemiddelde reactietijd (RT). RAVEN Alle (N= 60) (N=30) (N=30) EMT vm Alle (N=63) (N=31) (N=32) EMT nm Alle (N=63) (N=31) (N=32) RT1 Alle (N=63) (N=31) (N=32) RT2 Alle (N=63) (N=31) (N=32) RT12 Alle (N=63) (N=31) (N=32) RT13 Alle (N=63) (N=31) (N=32) RAVEN EMT vm EMT nm RT1 RT2 RT12 RT **.941**.926** -.642** -.507** -.853** -.600** -.426* -.711** -.474** -.543** -.585** -.410** -.514** -.413* ** -.560** -.832** -.659** -.519** -.763** -.542** -.600** -.607** -.499** -.586** -.481** 1.765**.782**.817**.730**.758**.707**.671**.822**.503** 1.617**.737**.682**.652**.844**.600** 1.783**.908**.612** **: Correlatie significant op alpha = 0.01 (tweezijdig), *: Correlatie is significant op alpha = 0.05 (tweezijdig) 1 23

25 Zoals te zien is in Tabel is er geen samenhang gevonden voor de Raven SPM met de EMT en de reactietijd. De andere correlaties die te zien zijn in Tabel zijn allen significant. De score op de EMT voormeting hangt sterk samen met de score op de EMT nameting. Daarnaast bestaat een sterke samenhang tussen de score op de EMT (voor- en nameting) en de gemiddelde reactietijd in elk blok. Verder is te zien dat de gemiddelde reactietijden van blok 1, blok 2 en blok 12 voor de controle conditie sterker samenhangen met de gemiddelde reactietijd uit blok 13 dan voor de experimentele conditie (alle p <.05, tweezijdig). In Tabel is de samenhang tussen de Raven SPM, EMT en het percentage goede antwoorden (PG) weergegeven. Tabel Correlaties Raven, EMT en Percentage goede antwoorden (PG) Raven SPM EMT vm EMT nm PG1 PG2 PG12 PG13 Raven Alle 1 SPM (N= 60) (N=30) (N=30) EMT vm Alle (N=63) (N=31) (N=32) EMT nm Alle (N=63) (N=31) (N=32) **.941**.926** 1 PG1 Alle.272* * 1 (N=63) (N=31) (N=32) * PG2 Alle **.265* (N=63) (N=31) (N=32) PG12 Alle *.383**.279* 1 (N=63) (N=31) (N=32) * * PG13 Alle (N=63) (N=31) (N=32) ** *.341** ** 376** *.376**.380* **.726** **: Correlatie significant op alpha = 0.01 (tweezijdig), *: Correlatie is significant op alpha = 0.05 (tweezijdig) 24

26 In Tabel is te zien dat de EMT (voor- en nameting) matig samenhangt met het percentage goede antwoorden in blok 1 en blok 2. Deze bereikt alleen wanneer alle leerlingen samen worden genomen significantie (met uitzondering van EMT voormeting met PG1, deze is niet significant). Opvallend is dat in blok 12 en met name blok 13 de samenhang tussen de EMT (voor- en nameting) en het percentage goede antwoorden alléén nog geld voor de experimentele conditie. Het percentage goede antwoorden van blok 1 hangt niet samen met het percentage goede antwoorden uit blok 2, maar deze hangt voor alleen de experimentele conditie wel samen met het percentage goede antwoorden uit blok 12 en blok 13. Het percentage goede antwoorden uit blok 2 hangt voor alleen de experimentele conditie samen met het percentage goede antwoorden uit blok 12 en voor beide condities met het percentage goede antwoorden uit blok 13. Tot slot is opvallend dat het percentage goede antwoorden uit blok 12 alleen voor de controle conditie samenhangt met het percentage goede antwoorden uit blok

27 De samenhang tussen de reactietijd en het percentage goede antwoorden is tevens berekend. Deze correlaties zijn in Tabel weergegeven. Tabel Correlaties reactietijd (RT) met percentage goede antwoorden (PG) PG1 PG2 PG12 PG13 RT1 Alle -.341** * -376** (N=63) -.498** * (N=31) * (N=32) RT2 Alle -.466** -.287* -.386** -.510** (N=63) -.531** ** -.457** (N=31) -.433* ** (N=32) RT12 Alle -.342* * -.318* (N=63) -.538** * (N=31) -.408* * (N=32) RT13 Alle -.302* * (N=63) -.468** -.388* ** (N=31) (N=32) **: Correlatie significant op alpha = 0.01 (tweezijdig), *: Correlatie is significant op alpha = 0.05 (tweezijdig) Wat het meest interessante is in Tabel is dat er in ieder blok, in ieder geval wanneer beide condities samen worden genomen, een matige negatieve samenhang bestaat tussen het percentage goede antwoorden en de reactietijd (een lage reactietijd hangt samen met hoog percentage goed). Echter in blok 13 bestaat deze samenhang alleen voor de controle conditie. Voor de experimentele conditie is in blok 13 geen samenhang gevonden (r = -.027). Een positieve samenhang zou aangeven dat de snelle lezers ook veel fouten maken, hiervan is echter dus geen sprake. 26

28 In Tabel zijn de correlaties voor de Raven SPM, EMT gemiddelde RT met de geheugentaken voormeting weergegeven. Tabel Correlaties RAVEN, EMT, RT met geheugentaken voormeting. RAVEN Alle (N= 39) (N= 21) (N= 18) EMT vm Alle (N= 41) (N= 22) (N= 19) EMT nm Alle (N= 41) (N= 22) (N= 19) GemRT1 Alle (N= 41) (N= 22) (N= 19) GemRT2 Alle (N= 41) (N= 22) (N= 19) GemRT12 Alle (N= 41) (N= 22) (N= 19) GemRT13 Alle (N= 41) (N= 22) (N= 19) Digit Recall vm * * ** -.454* ** * * -.515* Nonword Recall vm * * * -.326* * Backward Digit Recall vm * Listening Recall vm Corsi vm * **: Correlatie significant op alpha = 0.01 (tweezijdig), *: Correlatie is significant op alpha = 0.05 (tweezijdig) Visual Patterns vm * Spatial Span vm Zoals in Tabel is te zien hangt met name het verbaal korte termijn geheugen samen met de leessnelheid en dan vooral de Digit Recall. De Digit Recall en Nonword Recall hangen voor de experimentele conditie samen met de EMT voor- en nameting. Interessant is dat de Digit Recall voor beide condities samenhangt met de reactietijd in blok 1 en blok 2, maar in blok 12 en met name blok 13 geldt deze samenhang alleen voor 27

29 de controle conditie. Dit impliceert dat de samenhang tussen het verbaal korte termijn geheugen en de leessnelheid door het versneld trainen minder sterk wordt, en dat wanneer op eigen tempo getraind wordt, de samenhang niet verandert, of zelfs sterker wordt. De samenhang tussen het percentage goede antwoorden en de geheugentaken voormeting is weergegeven in Tabel Tabel Correlaties Percentage goed (PG) met geheugentaken voormeting. Digit Recall vm Nonword Recall vm PG1 Alle (N= 41) (N= 22) (N= 19) PG2 Alle (N= 41) (N= 22) (N= 19) PG12 Alle (N= 41) (N= 22) (N= 19) PG13 Alle (N= 41) (N= 22) (N= 19) *: Correlatie is significant op alpha = 0.05 (tweezijdig) Backward Digit Recall vm * Listening Recall vm Corsi vm Visual Patterns vm * Spatial Span vm In Tabel is te zien dat er weinig interessante significante correlaties zijn gevonden tussen het percentage goede antwoorden en de voormeting van de geheugentaken. De Backward Digit Recall hangt voor de controle conditie samen met het percentage goede antwoorden in blok 12, en in blok 13 lijkt een negatieve samenhang voor de experimentele conditie te gelden, maar deze bereikt echter geen significantie. Verder hangt het percentage goede antwoorden van de controle conditie samen met de voormeting van de Visual Patterns, maar in blok 2, 12 en 13 wordt geen samenhang meer gevonden. 28

30 De correlaties voor de Raven SPM, EMT en gemiddelde RT zijn ook berekend met de nameting van de geheugentaken. De resultaten zijn weergegeven in Tabel Tabel Correlaties RAVEN, EMT, RT met geheugentaken nameting. RAVEN Alle (N= 39) (N= 21) (N= 18) EMT vm Alle (N= 41) (N= 22) (N= 19) EMT nm Alle (N= 41) (N= 22) (N= 19) GemRT1 Alle (N= 41) (N= 22) (N= 19) GemRT2 Alle (N= 41) (N= 22) (N= 19) GemRT12 Alle (N= 41) (N= 22) (N= 19) GemRT13 Alle (N= 41) (N= 22) (N= 19) Digit Recall nm * ** * -.393* * -.380* * Nonword Recall nm Backward Digit Recall nm.341*.437* Listening Recall nm * -.460* * Corsi nm.341* **: Correlatie significant op alpha = 0.01 (tweezijdig), *: Correlatie is significant op alpha = 0.05 (tweezijdig) Visual Patterns nm.373*.472* Spatial Span nm In Tabel is te zien dat de Raven SPM positief samenhangt met de nameting van de Backward Digit Recall, Corsi en Visual Patterns. Verder is te zien dat de Digit Recall nameting, net zoals de Digit Recall voormeting, voor de experimentele conditie samenhangt met de EMT voor- en nameting (op de voormeting bereikte deze echter net geen significantie). 29

31 Daarnaast hangt de Digit Recall nameting ook samen met de gemiddelde reactietijd in blok 1 en 2, maar in blok 12 en 13 wordt geen significante samenhang meer gevonden tussen de Digit Recall en de reactietijd. Het lijkt er dus op dat de samenhang die er (voor de controle conditie) bestond tussen de reactietijd in blok 12 en 13 en de Digit Recall voormeting door de training verandert, want bij de Digit Recall nameting wordt deze samenhang niet meer gevonden. Verder is te zien dat de Listening Recall nameting voor de controle conditie significant samenhangt met de gemiddelde reactietijd van blok 1 en blok 2. Voor de reactietijd in blok 12 en 13 is ook een samenhang te zien, maar deze bereikt geen significantie. Wanneer dit wordt vergeleken met de Listening Recall voormeting, is te zien dat deze voor de controle conditie ook samen lijkt te hangen met de reactietijd in blok 1 en blok 2, maar ook hier bereikt deze geen significantie. Met blok 12 en blok 13 is helemaal geen samenhang te zien tussen de Listening Recall voormeting en de reactietijd. Het lijkt er op alsof de Listening Recall voor de controle conditie meer samenhangt met de reactietijd dan voor de experimentele conditie, en dat deze samenhang na de training (in blok 12 en 13) minder sterk is dan voor de training (in blok 1 en 2). 30

Tweede Taalverwerving bij Traag Lezende Kinderen:

Tweede Taalverwerving bij Traag Lezende Kinderen: FACULTEIT DER MAATSCHAPPIJ- EN GEDRAGSWETENSCHAPPEN Afdeling Psychologie Tweede Taalverwerving bij Traag Lezende Kinderen: De Invloed van een Snelheidstraining op Engelse Leesvaardigheid Barbara de Ridder

Nadere informatie

Visuele aandachtspanne. Madelon van den Boer Universiteit van Amsterdam

Visuele aandachtspanne. Madelon van den Boer Universiteit van Amsterdam Visuele aandachtspanne Madelon van den Boer Universiteit van Amsterdam Programma Waarom visuele aandachtspanne (VAS)? Wat is VAS? Relatie met lezen Recente ontwikkelingen Samenvatting Vragen Dyslexie Een

Nadere informatie

Het werkgeheugenfunctioneren in relatie tot de lees- en rekenvaardigheid bij licht verstandelijk gehandicapte kinderen.

Het werkgeheugenfunctioneren in relatie tot de lees- en rekenvaardigheid bij licht verstandelijk gehandicapte kinderen. Het werkgeheugenfunctioneren in relatie tot de lees- en rekenvaardigheid bij licht verstandelijk gehandicapte kinderen. Abstract In deze studie is onderzocht in hoeverre het werkgeheugen de lees- en rekenvaardigheid

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting. Verschillende vormen van het visuele korte termijn geheugen en de interactie met aandacht

Nederlandse samenvatting. Verschillende vormen van het visuele korte termijn geheugen en de interactie met aandacht Nederlandse samenvatting Verschillende vormen van het visuele korte termijn geheugen en de interactie met aandacht 222 Elke keer dat je naar iets of iemand op zoek bent, bijvoorbeeld wanneer je op een

Nadere informatie

Het trainen van leesvloeiendheid. Patrick Snellings, Universiteit van Amsterdam, Rudolf Berlin Center voor leerproblemen

Het trainen van leesvloeiendheid. Patrick Snellings, Universiteit van Amsterdam, Rudolf Berlin Center voor leerproblemen Het trainen van leesvloeiendheid Patrick Snellings, Universiteit van Amsterdam, Rudolf Berlin Center voor leerproblemen D. (8 jaar) Ik ga het niet doen, want ik kan het toch niet H. (7 jaar) Ben ik al

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting (Dutch Summary)

Nederlandse samenvatting (Dutch Summary) (Dutch Summary) 9 (Dutch Summary) Slechtziendheid en blindheid (visuele beperking) vormt in onze vergrijzende samenleving een steeds groter probleem in het leven van veel ouderen. Dit uit zich niet alleen

Nadere informatie

Het belangrijkste doel van de studie in hoofdstuk 3 was om onafhankelijke effecten van visuele preview en spellinguitspraak op het leren spellen van

Het belangrijkste doel van de studie in hoofdstuk 3 was om onafhankelijke effecten van visuele preview en spellinguitspraak op het leren spellen van Samenvatting Het is niet eenvoudig om te leren spellen. Om een woord te kunnen spellen moet een ingewikkeld proces worden doorlopen. Als een kind een bepaald woord nooit eerder gelezen of gespeld heeft,

Nadere informatie

Hoofdstuk 3. Het onderzoek van dyslectische leerlingen

Hoofdstuk 3. Het onderzoek van dyslectische leerlingen Hoofdstuk 3. Het onderzoek van dyslectische leerlingen Inleiding In de voorgaande twee hoofdstukken hebben wij de nieuwe woordleestoetsen en van Kleijnen e.a. kritisch onder de loep genomen. Uit ons onderzoek

Nadere informatie

Research Institute of Child Development and Education Over oude en nieuwe oorzaken van dyslexie

Research Institute of Child Development and Education Over oude en nieuwe oorzaken van dyslexie Research Institute of Child Development and Education Over oude en nieuwe oorzaken van dyslexie Peter F. de Jong Brussel, Juni 2014 Overzicht Belang van kennis over oorzaken Belangrijkste oorzaken Enkele

Nadere informatie

De ontwikkeling van het werkgeheugen en het kortetermijngeheugen bij kinderen met een lichte verstandelijke beperking

De ontwikkeling van het werkgeheugen en het kortetermijngeheugen bij kinderen met een lichte verstandelijke beperking De ontwikkeling van het werkgeheugen en het kortetermijngeheugen bij kinderen met een lichte verstandelijke beperking Marieke Krop Abstract De centrale vraag van dit onderzoek is: hoe ontwikkelen het werkgeheugen

Nadere informatie

Het LOVS rekenen-wiskunde van het Cito

Het LOVS rekenen-wiskunde van het Cito Het LOVS rekenen-wiskunde van het Cito - de invloed van contexten in groep 3, 4 en 5 - Marian Hickendorff & Jan Janssen Universiteit Leiden / Cito Arnhem 1 inleiding en methode De LOVS-toetsen rekenen-wiskunde

Nadere informatie

Het verband tussen de werkgeheugencapaciteit en het vormen van een mentaal model

Het verband tussen de werkgeheugencapaciteit en het vormen van een mentaal model Het verband tussen de werkgeheugencapaciteit en het vormen van een mentaal model Student: Rosalie Botman Begeleidster: A.K.J. Karlsson Datum: 28-07-2013 Abstract Onderzoek heeft aangetoond dat het werkgeheugen

Nadere informatie

Het LOVS rekenen-wiskunde van het Cito

Het LOVS rekenen-wiskunde van het Cito cursusboek2009.book Page 131 Thursday, March 30, 2017 3:23 PM Het LOVS rekenen-wiskunde van het Cito - de invloed van contexten in groep 3, 4 en 5 - Universiteit Leiden / Cito Arnhem 1 inleiding en methode

Nadere informatie

MEMANTINE-ADDITIE AAN CLOZAPINE 1. Memantine-additie aan Clozapine bij Therapieresistente Schizofrenie

MEMANTINE-ADDITIE AAN CLOZAPINE 1. Memantine-additie aan Clozapine bij Therapieresistente Schizofrenie MEMANTINE-ADDITIE AAN CLOZAPINE 1 Memantine-additie aan Clozapine bij Therapieresistente Schizofrenie (Memantine Add-On Therapy to Clozapine in Refractory Schizophrenia) David M.H. Buyle David M.H. Buyle

Nadere informatie

In Beweging! Lizette Wattel Universitair Netwerk Ouderenzorg UNO-VUmc 1-2-2015

In Beweging! Lizette Wattel Universitair Netwerk Ouderenzorg UNO-VUmc 1-2-2015 2015 In Beweging! Lizette Wattel Universitair Netwerk Ouderenzorg UNO-VUmc 1-2-2015 IN BEWEGING IMPLEMENTATIE VAN EEN BEST PRACTICE BINNEN HET UNO-VUMC. EINDVERSLAG INLEIDING Ouderen in woonzorgcentra

Nadere informatie

Een onderzoek naar visuele en verbale denkvoorkeuren en vaardigheden bij leerlingen van groep 6 en 7

Een onderzoek naar visuele en verbale denkvoorkeuren en vaardigheden bij leerlingen van groep 6 en 7 Beelddenken: Een onderzoek naar visuele en verbale denkvoorkeuren en vaardigheden bij leerlingen van groep 6 en 7 Een samenvatting van het wetenschappelijk onderzoek naar beelddenken Inhoudsopgave Inleiding

Nadere informatie

BIOKLOK DE BIOLOGISCHE KLOK IN DE LES MODULE C. klok. www. bio. .nl

BIOKLOK DE BIOLOGISCHE KLOK IN DE LES MODULE C. klok. www. bio. .nl BIOKLOK DE BIOLOGISCHE KLOK IN DE LES MODULE C www. bio klok.nl EN DE BIOLOGISCHE KLOK IN DE PRAKTIJK Ready Set Go! galmt het door de stadions tijdens sportwedstrijden, zoals de Olympische Spelen. Olympische

Nadere informatie

Resultaten van het eerste gebruikersjaar met Veilig leren lezen-kim overtreffen landelijk gemiddelde en de 2 e maanversie

Resultaten van het eerste gebruikersjaar met Veilig leren lezen-kim overtreffen landelijk gemiddelde en de 2 e maanversie Resultaten van het eerste gebruikersjaar met Veilig leren lezen-kim overtreffen landelijk gemiddelde en de 2 e maanversie In het schooljaar 2014-2015 is de vernieuwde versie van Veilig leren lezen de kimversie

Nadere informatie

Bij herhaalde metingen ANOVA komt het effect van het experiment naar voren bij de variantie binnen participanten. Bij de gewone ANOVA is dit de SS R

Bij herhaalde metingen ANOVA komt het effect van het experiment naar voren bij de variantie binnen participanten. Bij de gewone ANOVA is dit de SS R 14. Herhaalde metingen Introductie Bij herhaalde metingen worden er bij verschillende condities in een experiment dezelfde proefpersonen gebruikt of waarbij dezelfde proefpersonen op verschillende momenten

Nadere informatie

De invloed van werkgeheugentraining op de leesvaardigheid van zwakke en goede lezers.

De invloed van werkgeheugentraining op de leesvaardigheid van zwakke en goede lezers. De invloed van werkgeheugentraining op de leesvaardigheid van zwakke en goede lezers. Denise Koopmans S1110004 Eerste lezer: Lesya Ganushchak Tweede lezer: Josefine Karlsson Inleverdatum definitieve versie:

Nadere informatie

Exam s digitale testen voor dyscalculie.

Exam s digitale testen voor dyscalculie. Exam s digitale testen voor dyscalculie. Er wordt in de Nederlandse literatuur over dyscalculie een gemeenschappelijk standpunt aangetroffen in de overtuiging dat iets basaals de oorzaak is en dat een

Nadere informatie

Flitsend Spellen en Lezen 1

Flitsend Spellen en Lezen 1 Flitsend Spellen en Lezen 1 Flitsend Spellen en Lezen 1 is gericht op het geven van ondersteuning bij het leren van Nederlandse woorden, om te beginnen bij de klanklettercombinaties. Doelgroep Flitsend

Nadere informatie

Fort van de Democratie

Fort van de Democratie Fort van de Democratie Stichting Vredeseducatie / peace education projects Het Fort van de Democratie WERKT! Samenvatting van een onderzoek door de Universiteit van Amsterdam naar de effecten van de interactieve

Nadere informatie

Figuur 1. Intelligentiescores (numerieke, spatiale, verbale en algemene) per geslacht

Figuur 1. Intelligentiescores (numerieke, spatiale, verbale en algemene) per geslacht Tweede luik "Het verschil in schools presteren tussen jongens en meisjes" (literatuurstudie en emprirsche studie) (Jan Van Damme & Agnes De Munter- K.U.Leuven) 1. Welke sekseverschillen in prestaties?

Nadere informatie

1. De volgende gemiddelden zijn gevonden in een experiment met de factor Conditie en de factor Sekse.

1. De volgende gemiddelden zijn gevonden in een experiment met de factor Conditie en de factor Sekse. Oefentoets 1 1. De volgende gemiddelden zijn gevonden in een experiment met de factor Conditie en de factor Sekse. Conditie = experimenteel Conditie = controle Sekse = Vrouw 23 33 Sekse = Man 20 36 Van

Nadere informatie

3,3. Praktische-opdracht door een scholier 2249 woorden 27 maart keer beoordeeld. Wiskunde A. Intelligentiequotiënt (IQ)

3,3. Praktische-opdracht door een scholier 2249 woorden 27 maart keer beoordeeld. Wiskunde A. Intelligentiequotiënt (IQ) Praktische-opdracht door een scholier 2249 woorden 27 maart 2012 3,3 2 keer beoordeeld Vak Wiskunde A Intelligentiequotiënt (IQ) Voorwoord Ik heb in deze praktische opdracht voor het onderwerp intelligentie

Nadere informatie

Werkgeheugen en TOS. Brigitte Vugs. Klinisch Neuropsycholoog Koninklijke Kentalis

Werkgeheugen en TOS. Brigitte Vugs. Klinisch Neuropsycholoog Koninklijke Kentalis Werkgeheugen en TOS Brigitte Vugs Klinisch Neuropsycholoog Koninklijke Kentalis Inhoud presentatie 1. Taalontwikkelingsstoornis 2. Werkgeheugen 3. Werkgeheugen & TOS 4. Behandeling 1. Taalontwikkelingsstoornis

Nadere informatie

Interfacultaire Lerarenopleidingen, Universiteit van Amsterdam

Interfacultaire Lerarenopleidingen, Universiteit van Amsterdam Naam auteur(s) Nijenhuis, N Vakgebied Natuurkunde Titel Wiskunde bij Natuurkunde: de afgeleide Onderwerp Wiskunde natuurkunde transfer Opleiding Interfacultaire Lerarenopleidingen, Universiteit van Amsterdam

Nadere informatie

Statistiek in de alfa en gamma studies. Aansluiting wiskunde VWO-WO 16 april 2018

Statistiek in de alfa en gamma studies. Aansluiting wiskunde VWO-WO 16 april 2018 Statistiek in de alfa en gamma studies Aansluiting wiskunde VWO-WO 16 april 2018 Wie ben ik? Marieke Westeneng Docent bij afdeling Methoden en Statistiek Faculteit Sociale Wetenschappen Universiteit Utrecht

Nadere informatie

Leerproblemen gerelateerd aan specifieke geheugenproblemen?

Leerproblemen gerelateerd aan specifieke geheugenproblemen? Leerproblemen gerelateerd aan specifieke geheugenproblemen? Een vergelijking van de geheugenprestaties van leerlingen van het regulier en speciaal basisonderwijs Corina M. Hulleman Scriptie voor het masterexamen

Nadere informatie

EFFECTIVITEIT VAN DE GEEF ME DE 5 BASISCURSUS

EFFECTIVITEIT VAN DE GEEF ME DE 5 BASISCURSUS EFFECTIVITEIT VAN DE GEEF ME DE 5 BASISCURSUS Wetenschappelijk onderzoek In dit rapport worden de wetenschappelijke bevindingen beschreven betreffende de effectiviteit van de Geef me de 5 Basiscursus.

Nadere informatie

Opdracht 2: Data analyseren en interpreteren op groepsniveau (technisch lezen voor leerkrachten van groep 3 (Opdracht 2a) en groep 4 (Opdracht 2b))

Opdracht 2: Data analyseren en interpreteren op groepsniveau (technisch lezen voor leerkrachten van groep 3 (Opdracht 2a) en groep 4 (Opdracht 2b)) Opdracht 2: Data analyseren en interpreteren op groepsniveau (technisch lezen voor leerkrachten van groep 3 (Opdracht 2a) en groep 4 (Opdracht 2b)) Met behulp van onderstaande opdracht kun je met behulp

Nadere informatie

Neurocognitieve ontwikkeling van kinderen en jongeren met 22q11.2 deletie syndroom

Neurocognitieve ontwikkeling van kinderen en jongeren met 22q11.2 deletie syndroom Neurocognitieve ontwikkeling van kinderen en jongeren met 22q11.2 deletie syndroom Dr. Sasja N. Duijff, GZ-psycholoog io tot IMH specialist Divisie Kinderen: Medische psychologie & Maatschappelijk Werk

Nadere informatie

Effectieve leeshulp aan raders en spellers

Effectieve leeshulp aan raders en spellers Effectieve leeshulp aan raders en spellers Prof. Dr. Ron Oostdam Presentatie Noordelijke Dyslexieconferentie Elk kind een lezer: wat werkt echt? Groningen, 17 november 2016 Onderzoeksteam even voorstellen

Nadere informatie

Algemene informatie over het IQ Binet

Algemene informatie over het IQ Binet Praktische-opdracht door een scholier 1597 woorden 23 juni 2004 5,4 32 keer beoordeeld Vak Wiskunde A Algemene informatie over het IQ Binet De Fransman Alfred Binet ontwikkelde aan het begin van deze eeuw

Nadere informatie

Samenvatting. Audiovisuele aandacht in de ruimte

Samenvatting. Audiovisuele aandacht in de ruimte Samenvatting Audiovisuele aandacht in de ruimte Theoretisch kader Tijdens het uitvoeren van een visuele taak, zoals het lezen van een boek, kan onze aandacht getrokken worden naar de locatie van een onverwacht

Nadere informatie

SAMENVATTING. Het onderzoek binnen deze thesis bespreekt twee onderwerpen. Het eerste onderwerp, dat

SAMENVATTING. Het onderzoek binnen deze thesis bespreekt twee onderwerpen. Het eerste onderwerp, dat SAMENVATTING Het onderzoek binnen deze thesis bespreekt twee onderwerpen. Het eerste onderwerp, dat beschreven wordt in de hoofdstukken 2 tot en met 6, heeft betrekking op de prestaties van leerlingen

Nadere informatie

Bijsluiter bij het onderzoek naar leerwegondersteunend onderwijs en praktijkonderwijs

Bijsluiter bij het onderzoek naar leerwegondersteunend onderwijs en praktijkonderwijs Bijsluiter bij het onderzoek naar leerwegondersteunend onderwijs en praktijkonderwijs Bij dit onderzoek hebben we gekeken of de leerlingen voldoen aan criteria die door een landelijke commissie worden

Nadere informatie

Werkgeheugen en dyslexie Het werkgeheugen van Nederlandse dyslectische kinderen en de relatie met leesniveau, lange duurgeheugen en intelligentie

Werkgeheugen en dyslexie Het werkgeheugen van Nederlandse dyslectische kinderen en de relatie met leesniveau, lange duurgeheugen en intelligentie Het werkgeheugen van Nederlandse dyslectische kinderen en de relatie met leesniveau, lange duurgeheugen en intelligentie Scriptie van S.J.M. Velner Radboud Universiteit Nijmegen, 006 Begeleidster: mw.

Nadere informatie

Beschrijving van de gegevens: hoeveel scholen en hoeveel leerlingen deden mee?

Beschrijving van de gegevens: hoeveel scholen en hoeveel leerlingen deden mee? Technische rapportage Leesmotivatie scholen van schoolbestuur Surplus Noord-Holland Afstudeerkring Begrijpend lezen 2011-2012, Inholland, Pabo-Alkmaar Marianne Boogaard en Yvonne van Rijk (Lectoraat Ontwikkelingsgericht

Nadere informatie

Theorie! Cognitive Bias Modification! Resultaten onderzoek!

Theorie! Cognitive Bias Modification! Resultaten onderzoek! Cognitive Bias Modification Resultaten onderzoek December 2013 Jules Reijnen Ron Jacobs Theorie Cognitive Bias Modification (CBM) is een recent onderzoeksgebied dat zich richt op de vertekening (bias)

Nadere informatie

Dag van intelligentie. Selma Ruiter De Waarde van het IQ

Dag van intelligentie. Selma Ruiter De Waarde van het IQ Dag van intelligentie 2018 Selma Ruiter De Waarde van het IQ De waarde van het IQ Is het IQ een goede maat voor leervermogen? De waarde van het IQ Inhoud Praktische waarde, wat kunnen we met de uitslag

Nadere informatie

Sleuteltermen Stappenplan, belevingswereld, motivatie, boxenstelsel, economie Bibliografische referentie

Sleuteltermen Stappenplan, belevingswereld, motivatie, boxenstelsel, economie Bibliografische referentie ONTWERPRAPPORT Naam auteur Elles Lelieveld Vakgebied Economie Titel De juiste stappen, een onderzoek naar de problemen en oplossingen van opgaven over het boxenstelsel Onderwerp Het aanleren van een stappenplan

Nadere informatie

Doelgerichte leestrainingen voor beter tekstbegrip Onderwerp Leesvaardigheid Interfacultaire Lerarenopleidingen, Universiteit van Amsterdam

Doelgerichte leestrainingen voor beter tekstbegrip Onderwerp Leesvaardigheid Interfacultaire Lerarenopleidingen, Universiteit van Amsterdam Naam auteur Margarita Gulian Vakgebied Spaans Titel Doelgerichte leestrainingen voor beter tekstbegrip Onderwerp Leesvaardigheid Opleiding Interfacultaire Lerarenopleidingen, Universiteit van Amsterdam

Nadere informatie

IMPACTMETING VAN BRIGHT ABOUT MONEY

IMPACTMETING VAN BRIGHT ABOUT MONEY IMPACTMETING VAN BRIGHT ABOUT MONEY IMPACTMETING VAN BRIGHT ABOUT MONEY - eindrapport - Y. Bleeker MSc (Regioplan) dr. M. Witvliet (Regioplan) dr. N. Jungmann (Hogeschool Utrecht) Regioplan Jollemanhof

Nadere informatie

Dé oplossing voor mensen met leesproblemen of visuele dyslexie.

Dé oplossing voor mensen met leesproblemen of visuele dyslexie. Dé oplossing voor mensen met leesproblemen of visuele dyslexie. Xlens, eerste hulp bij leesproblemen. Bij iedereen met leesklachten zou onderzocht moeten worden of filters hem of haar kunnen helpen - ADVIES

Nadere informatie

Samenvatting Proefschrift Fostering Monitoring and Regulation of Learning Mariëtte H. van Loon, Universiteit Maastricht

Samenvatting Proefschrift Fostering Monitoring and Regulation of Learning Mariëtte H. van Loon, Universiteit Maastricht Samenvatting Proefschrift Fostering Monitoring and Regulation of Learning Mariëtte H. van Loon, Universiteit Maastricht Dit proefschrift beschrijft onderzoek naar metacognitieve vaardigheden van leerlingen

Nadere informatie

Het effect van het Rots en Water-programma op pesten, zelfvertrouwen en. zelfbeheersing op het Sondervick College

Het effect van het Rots en Water-programma op pesten, zelfvertrouwen en. zelfbeheersing op het Sondervick College Het effect van het Rots en Water-programma op pesten, zelfvertrouwen en zelfbeheersing op het Sondervick College 3 januari 2018 Uitvoering: H. van den Bogert a (leerkracht L.O. Sondervick College en Advanced

Nadere informatie

Document Opbrengsten Gereformeerde Basisschool Benjamin

Document Opbrengsten Gereformeerde Basisschool Benjamin Document Opbrengsten Gereformeerde Basisschool Benjamin Gereformeerde Basisschool Benjamin Koolweg 9, 6446 TM Brunssum 045-5216561, www.gbbenjamin.nl Maart 2015 1. Inhoudsopgave 1. Inhoudsopgave 2. Inleiding

Nadere informatie

Dé oplossing voor mensen met leesproblemen of visuele dyslexie.

Dé oplossing voor mensen met leesproblemen of visuele dyslexie. Dé oplossing voor mensen met leesproblemen of visuele dyslexie. Bij iedereen met leesklachten zou onderzocht moeten worden of filters hem of haar kunnen helpen - ADVIES ONDERZOEK UNIVERSITEIT UTRECHT AFDELING

Nadere informatie

Flitsend Spellen en Lezen 1

Flitsend Spellen en Lezen 1 Flitsend Spellen en Lezen 1 Flitsend Spellen en Lezen 1 is gericht op het geven van ondersteuning bij het leren van Nederlandse woorden, om te beginnen bij de klanklettercombinaties. Doelgroep Flitsend

Nadere informatie

Goed, vlot en begrijpend lezen blijft één van de belangrijkste doelen die een leerling gedurende zijn of haar schoolloopbaan moet bereiken.

Goed, vlot en begrijpend lezen blijft één van de belangrijkste doelen die een leerling gedurende zijn of haar schoolloopbaan moet bereiken. Goed, vlot en begrijpend lezen blijft één van de belangrijkste doelen die een leerling gedurende zijn of haar schoolloopbaan moet bereiken. Daarom hechten wij er dan ook veel belang aan dat dit op een

Nadere informatie

HOOFDSTUK 2 Intermanuele transfereffecten in volwassenen

HOOFDSTUK 2 Intermanuele transfereffecten in volwassenen Samenvatting 166 HOOFDSTUK 1 Introductie Na een armamputatie wordt vaak, om functionaliteit te behouden, een prothese voorgeschreven. Echter, 30% van de voorgeschreven protheses wordt niet gebruikt. 1-4

Nadere informatie

SAMENVATTING SAMENVATTING

SAMENVATTING SAMENVATTING Goed kunnen lezen is een van de belangrijkste vaardigheden in de huidige informatiemaatschappij, waarin communicatie en informatie centraal staan. Lezen is dan ook een onderwerp waar veel onderzoek naar

Nadere informatie

AANPASSEN IN DENKEN EN DOEN!

AANPASSEN IN DENKEN EN DOEN! AANPASSEN IN DENKEN EN DOEN! Zorgverlening aan mensen met licht verstandelijke beperkingen SPV Studiemiddag 16 mei 2019 1 Agenda 1. Licht verstandelijke beperkingen en groei 2. Tweesystemen model 3. Beperkt

Nadere informatie

De nieuwe wereld, de nieuwe WISC

De nieuwe wereld, de nieuwe WISC De nieuwe wereld, de nieuwe WISC De WISC-V is compleet herzien, vernieuwd en aangepast aan de wereld waarin wij nu leven. De WISC-V is de allernieuwste versie van s werelds meest gebruikte intelligentietest

Nadere informatie

Vitamine B12 deficiëntie

Vitamine B12 deficiëntie Vitamine B12 deficiëntie Quality of life Retrospectief onderzoek Dit rapport bevat de analyses van de B12 Quality of Life Questionnaire, waarin meer dan 200 personen met een lage vitamine B12 waarde zijn

Nadere informatie

Bilingualism and Cognition: The Acquisition of Frisian and Dutch Mw. E. Bosma

Bilingualism and Cognition: The Acquisition of Frisian and Dutch Mw. E. Bosma Bilingualism and Cognition: The Acquisition of Frisian and Dutch Mw. E. Bosma Nederlandse samenvatting Tweetaligheid en cognitie: de verwerving van het Fries en het Nederlands Deze dissertatie is het resultaat

Nadere informatie

Leerjaar 1 en 2 vmbo-b/k. Doelen Leerdoelen technisch lezen eind leerjaar 2

Leerjaar 1 en 2 vmbo-b/k. Doelen Leerdoelen technisch lezen eind leerjaar 2 Leerjaar 1 en 2 vmbo-b/k Doelen Leerdoelen technisch lezen eind leerjaar 2 95 % van de leerlingen beheerst AVI-plus 95% beheerst A t/m D-niveau op de DMT leerlingen lezen vlot woorden en zinnen leerlingen

Nadere informatie

Het meten van intonatie en het ondersteunen van het stillezen

Het meten van intonatie en het ondersteunen van het stillezen Het meten van intonatie en het ondersteunen van het stillezen aanscherpingen in het LIST-project Thoni Houtveen 10 e LIST/DENK! Conferentie 19 april 2018 ACCURAAT EN SNEL LEZEN ÉN INTONATIE Fluency reading

Nadere informatie

REKENEN Hoe rekenen jouw hersenen? Proeven en spelletjes om te trainen

REKENEN Hoe rekenen jouw hersenen? Proeven en spelletjes om te trainen Voor de leerkracht, les 2 REKENEN Moeilijkheidsgraad Korte inhoud van de les Simpele proeven om vast te stellen hoe je eigen brein informatie verwerkt. Bron: Dr. Mike Goldsmith: Train your Brain to be

Nadere informatie

Effectiviteit van een gestructureerde, fonologisch gebaseerde dyslexiebehandeling

Effectiviteit van een gestructureerde, fonologisch gebaseerde dyslexiebehandeling Effectiviteit van een gestructureerde, fonologisch gebaseerde dyslexiebehandeling In elke klas zitten wel een aantal kinderen die veel moeite hebben met het leren lezen en spellen. Voor een groot deel

Nadere informatie

Omschrijven, formules, natuurkunde, stappenplan, begripspracticum

Omschrijven, formules, natuurkunde, stappenplan, begripspracticum ONTWERP ONDERZOEK FORMULES OMSCHRIJVEN BIJ NATUURKUNDE IN 3 VWO Naam auteur Margriet van der Laan, Msc Vakgebied Natuurkunde Titel & onderwerp Formules omschrijven bij natuurkunde Opleiding Interfacultaire

Nadere informatie

RALFI. Aanpak voor (zeer) zwakke lezers.

RALFI. Aanpak voor (zeer) zwakke lezers. RALFI Aanpak voor (zeer) zwakke lezers. Jan-Dirk Anderhalf jaar geleden was Jan-Dirk (11) voor geen goud een bibliotheek ingestapt. Hij zat met lezen muurvast op AVI-1 niveau. Althans: ogenschijnlijk.

Nadere informatie

How Do Children Read Words? A Focus on Reading Processes M. van den Boer

How Do Children Read Words? A Focus on Reading Processes M. van den Boer How Do Children Read Words? A Focus on Reading Processes M. van den Boer Samenvatting Leesvaardigheid is van groot belang in onze geletterde maatschappij. In veel wetenschappelijke studies zijn dan ook

Nadere informatie

Biowalking voor ouderen

Biowalking voor ouderen Biowalking voor ouderen Een pilot onderzoek naar de effecten van en ervaringen met Biowalking voor ouderen Dr. Jolanda Maas Vrije Universiteit Amsterdam, afdeling Klinische Psychologie 1. Inleiding IVN

Nadere informatie

Girls Talk+ Ontwikkeling en evaluatie van een counselingsprogramma over relaties en seksualiteit voor meisjes met een lichte verstandelijke beperking

Girls Talk+ Ontwikkeling en evaluatie van een counselingsprogramma over relaties en seksualiteit voor meisjes met een lichte verstandelijke beperking Girls Talk+ Ontwikkeling en evaluatie van een counselingsprogramma over relaties en seksualiteit voor meisjes met een lichte verstandelijke beperking Willy van Berlo 1 Wie is wie? Ontwikkelaars: Annelies

Nadere informatie

Dynamics, Models, and Mechanisms of the Cognitive Flexibility of Preschoolers B.M.C.W. van Bers

Dynamics, Models, and Mechanisms of the Cognitive Flexibility of Preschoolers B.M.C.W. van Bers Dynamics, Models, and Mechanisms of the Cognitive Flexibility of Preschoolers B.M.C.W. van Bers Introductie Flexibiliteit is een belangrijke eigenschap in de huidige snel veranderende maatschappij. In

Nadere informatie

Rapportage sociaal-emotionele ontwikkeling Playing for Success

Rapportage sociaal-emotionele ontwikkeling Playing for Success Rapportage sociaal-emotionele ontwikkeling Playing for Success Leercentrum Nijmegen Oberon, november 2012 1 Inleiding Playing for Success heeft, naast het verhogen van de taal- en rekenprestaties van de

Nadere informatie

R. Debbaut. W. Magez. Intelligentiemeting bij kinderen met dyslexie

R. Debbaut. W. Magez. Intelligentiemeting bij kinderen met dyslexie R. Debbaut W. Magez Intelligentiemeting bij kinderen met dyslexie . 2 INTELLIGENTIEMETING BIJ KINDEREN MET DYSLEXIE R. Debbaut & W. Magez (2017) 1. INLEIDING Het samenspel van intelligentie en dyslexie

Nadere informatie

Leereffecten van een alfabetboek

Leereffecten van een alfabetboek Leereffecten van een alfabetboek Maakt het type illustratie verschil voor het leren van letters? Willemien van Beek-Lokerse Studentnummer: 0609811 Juli 2010 Scriptiebegeleidster: Dr. A.C. Both-de Vries

Nadere informatie

LEERLINGEN HELPEN EFFECTIEF ANDERE LEERLINGEN

LEERLINGEN HELPEN EFFECTIEF ANDERE LEERLINGEN LEERLINGEN HELPEN EFFECTIEF ANDERE LEERLINGEN Peer tutoring: een effectieve methodiek om de leesresultaten en de leesmotivatie te verbeteren Dr. Kees Vernooij Lector emeritus Effectief taal- en leesonderwijs

Nadere informatie

1. Reductie van error variantie en dus verhogen van power op F-test

1. Reductie van error variantie en dus verhogen van power op F-test Werkboek 2013-2014 ANCOVA Covariantie analyse bestaat uit regressieanalyse en variantieanalyse. Er wordt een afhankelijke variabele (intervalniveau) voorspeld uit meerdere onafhankelijke variabelen. De

Nadere informatie

Beter bij de Les. Marthe van der Donk, Ariane Tjeenk-Kalff, Anne-Claire Hiemstra-Beernink

Beter bij de Les. Marthe van der Donk, Ariane Tjeenk-Kalff, Anne-Claire Hiemstra-Beernink Beter bij de Les Marthe van der Donk, Ariane Tjeenk-Kalff, Anne-Claire Hiemstra-Beernink Drie onderwerpen die aan bod komen 1. Wat zijn executieve functies? 2. Wat is een cognitieve training en wanneer

Nadere informatie

Wat te doen met zwakke begrijpend lezers?

Wat te doen met zwakke begrijpend lezers? Wat te doen met zwakke begrijpend lezers? Cor Aarnoutse Wat doe je met kinderen die moeite hebben met begrijpend lezen? In dit artikel zullen we antwoord geven op deze vraag. Voor meer informatie verwijzen

Nadere informatie

Helpen ondersteunende gebaren bij woordleren?

Helpen ondersteunende gebaren bij woordleren? Helpen ondersteunende gebaren bij woordleren? Het effect van ondersteunende gebaren op woordleren bij dove/slechthorende kinderen en kinderen met een taalontwikkelingsstoornis Lian van Berkel-van Hoof

Nadere informatie

Het effect van nudging in het basisonderwijs en het vmbo

Het effect van nudging in het basisonderwijs en het vmbo Het effect van nudging in het basisonderwijs en het vmbo Ilona Wildeman, Lisa van der Sande, Roel van Steensel, Adriana Bus Vrije Universiteit in Amsterdam vansteensel@essb.eur.nl S Achtergrond S Lezen

Nadere informatie

Rapportage Capaciteiten. Bea het Voorbeeld. j.lem@meurshrm.nl. Naam: Datum: 09.03.2015. Email:

Rapportage Capaciteiten. Bea het Voorbeeld. j.lem@meurshrm.nl. Naam: Datum: 09.03.2015. Email: Rapportage Capaciteiten Naam: Bea het Voorbeeld Datum: 09.03.2015 Email: j.lem@meurshrm.nl Bea het Voorbeeld / 09.03.2015 / Capaciteiten (QCB) 2 Inleiding Wat is jouw werk- en denkniveau? Hoe goed kun

Nadere informatie

Ene variabele. Nonparametrische toetsen. Kolmogorov-Smirnov. Kolmogorov-Smirnov. Andere variabele. Onderzoekspracticum.

Ene variabele. Nonparametrische toetsen. Kolmogorov-Smirnov. Kolmogorov-Smirnov. Andere variabele. Onderzoekspracticum. Nonparametrische Data Analyse (NPDA) Nonparametrische toetsen Andere variabele Onderzoekspracticum Sessie Gjalt-Jorn Peters gjp@ou.nl Ene variabele Dichotoom: afhankelijke Dichotoom: Meer dan twee Nominaal

Nadere informatie

Effectiveness of a self-regulated remedial program for handwriting difficulties

Effectiveness of a self-regulated remedial program for handwriting difficulties Effectiveness of a self-regulated remedial program for handwriting difficulties Van Waelvelde, De Roubaix A, Steppe L, et al. (2017) Effectiveness of a self-regulated remedial program for handwriting difficulties.

Nadere informatie

Thoni Houtveen. Afscheidscollege 19 april 2018

Thoni Houtveen. Afscheidscollege 19 april 2018 Thoni Houtveen Afscheidscollege 19 april 2018 1. Doel en resultaten van het leesonderwijs 2. Wat als begrijpend lezen niet leidt tot begrip? 3. De óf-óf discussie 4. Kenmerken van een effectief leesprogramma

Nadere informatie

WORM WORking Memory training een onderzoek naar de effecten van Werkgeheugentraining bij kinderen met ADHD 19 januari 2009 Martine van Dongen¹², Marieke Lansbergen¹, Sascha Roos², Kina Potze², Nadine Schalk²,

Nadere informatie

The development of ToM and the ToM storybooks: Els Blijd-Hoogewys

The development of ToM and the ToM storybooks: Els Blijd-Hoogewys The development of ToM and the ToM storybooks: Els Blijd-Hoogewys Een reactie door Hilde M. Geurts Lezing Begeer, Keysar et al., 2010: Advanced ToM 50 45 40 35 30 25 20 15 10 5 0 Autisme (n=34) Controle

Nadere informatie

Change Your Mindset! Petra Helmond & Fenneke Verberg Research & Development, Pluryn

Change Your Mindset! Petra Helmond & Fenneke Verberg Research & Development, Pluryn Change Your Mindset! Petra Helmond & Fenneke Verberg Research & Development, Pluryn Doel Change Your Mindset! Korte online interventie om jongeren te leren dat ze de potentie hebben om te veranderen! Theoretische

Nadere informatie

Het meetinstrument heeft betrekking op de volgende categorieën Lichaamsregio Hoofd/ hals Overig, ongespecificeerd. Communicatie, Mentale functies

Het meetinstrument heeft betrekking op de volgende categorieën Lichaamsregio Hoofd/ hals Overig, ongespecificeerd. Communicatie, Mentale functies Uitgebreide toelichting van het meetinstrument Nederlandstalige NonSpeech test (NNST) 4 november 2011 Review: M. Jungen Invoer: E. van Engelen 1 Algemene gegevens Het meetinstrument heeft betrekking op

Nadere informatie

NIO & 10 jaar aanvullend intelligentieonderzoek. Dr. H. van Dijk

NIO & 10 jaar aanvullend intelligentieonderzoek. Dr. H. van Dijk NIO & 10 jaar aanvullend intelligentieonderzoek Dr. H. van Dijk Voorwoord Het verschijnen van de gehernormeerde NIO in 2018 is een goede gelegenheid om aanvullend onderzoek over de NIO dat in de laatste

Nadere informatie

Naam: Geslacht: Geboortedatum: Testdatum: Leeftijd:

Naam: Geslacht: Geboortedatum: Testdatum: Leeftijd: AWMA-2-NL Alloway Working Memory Assessment, Second Edition, Nederlandstalige bewerking Rapport Dr. Tracy Packiam Alloway, PhD Nederlandstalige bewerking: S.L. van Berkel en W.D. van der Zwaag, BeterBrein

Nadere informatie

ACTIEF STUDEREN IN 6 STAPPEN

ACTIEF STUDEREN IN 6 STAPPEN ACTIEF STUDEREN IN 6 STAPPEN Stap 1 Weet wat je moet leren Stap 4 Leerstof instuderen Stap 2 Leerstof verkennen Stap 5 Leerstof controleren Stap 3 Leerstof verwerken Stap 6 Leerstof herhalen ENKELE WEETJES

Nadere informatie

Onderzoek heeft aangetoond dat een hoge mate van herstelbehoefte een voorspellende factor is voor ziekteverzuim. Daarom is in de NL-SH ook de relatie

Onderzoek heeft aangetoond dat een hoge mate van herstelbehoefte een voorspellende factor is voor ziekteverzuim. Daarom is in de NL-SH ook de relatie Samenvatting Gehoor en de relatie met psychosociale gezondheid, werkgerelateerde variabelen en zorggebruik. De Nationale Longitudinale Studie naar Horen Slechthorendheid is een veelvoorkomende chronische

Nadere informatie

Flitsend Spellen en Lezen 1

Flitsend Spellen en Lezen 1 Flitsend Spellen en Lezen 1 Flitsend Spellen en Lezen 1 is gericht op het geven van ondersteuning bij het leren van Nederlandse woorden, om te beginnen bij de klanklettercombinaties. Doelgroep Flitsend

Nadere informatie

SAMENVATTING Het doel van dit proefschrift is drieledig. Ten eerste wordt inzicht verschaft in het gebruik van directe-rede-constructies (bijvoorbeeld Marie zei: Kom, we gaan! ) door sprekers met afasie.

Nadere informatie

De Groeifabriek! 3-11-2015. Korte online interventie om jongeren te leren dat ze de potentie hebben om te veranderen!

De Groeifabriek! 3-11-2015. Korte online interventie om jongeren te leren dat ze de potentie hebben om te veranderen! De Groeifabriek! Het ontwikkelen van een groeimindset Dr. Petra Helmond, UvA & Pluryn Fenneke Verberg, MSc, Pluryn Doel De Groeifabriek! Korte online interventie om jongeren te leren dat ze de potentie

Nadere informatie

kun je ze trainen? Executieve Functies: ARTIKELEN

kun je ze trainen? Executieve Functies: ARTIKELEN Executieve Functies: kun je ze trainen? Brigitte Vugs, Pleun Huijbregts en Juliane Cuperus Steeds vaker blijkt dat kinderen met een taalontwikkelingsstoornis problemen hebben op het gebied van executieve

Nadere informatie

Onderzoek naar de opbrengsten van de methode Lijn 3 10-11-2014

Onderzoek naar de opbrengsten van de methode Lijn 3 10-11-2014 Onderzoek naar de opbrengsten van de methode Lijn 3 10-11-2014 Inhoudsopgave 1. INLEIDING... 2 2. WINTERSIGNALERING... 3 3. ZOMERSIGNALERING... 6 4. CONCLUSIES... 9 1 1. Inleiding Inleiding Bureau ICE

Nadere informatie

Lienke de Kroon Testadvies. - Afnameduur: 30-45 minuten (individueel) - 12 subtests verschillende deelvaardigheden van rekenen

Lienke de Kroon Testadvies. - Afnameduur: 30-45 minuten (individueel) - 12 subtests verschillende deelvaardigheden van rekenen ZAREKI-R-NL Lienke de Kroon Testadvies ZAREKI-R-NL Wat is de ZAREKI-R-NL? 1. Wat is de ZAREKI-R-NL? 2. Subtests 3. Scoring en percentielrange 4. Psychometrische eigenschappen 5. Casus uit de handleiding

Nadere informatie

ACT Algemene Intelligentie

ACT Algemene Intelligentie Rapport Datum ACT Algemene Intelligentie Voor u ligt het rapport van de ACT Algemene Intelligentie. Door middel van subtests zijn uw cognitieve capaciteiten gemeten. Allereerst wordt uw totaalscore weergegeven.

Nadere informatie

COTAPP: Cognitieve Taak Applicatie Resultaten pilotonderzoek

COTAPP: Cognitieve Taak Applicatie Resultaten pilotonderzoek W H I T E PA P E R COTAPP: Cognitieve Taak Applicatie Resultaten pilotonderzoek Nanda Rommelse, Marjolein Luman, Dorine Slaats, Catharina Hartman en Patrick de Zeeuw Over de COTAPP De Cognitieve Taak Applicatie

Nadere informatie

DATA-ANALYSEPLAN (20/6/2005)

DATA-ANALYSEPLAN (20/6/2005) DATA-ANALYSEPLAN (20/6/2005) Inleiding De manier waarop data georganiseerd, gecodeerd en gescoord (getallen toekennen aan observaties) worden en welke technieken daarvoor nodig zijn, dient in het ideale

Nadere informatie

De Relatie tussen Vloeiend Lezen en Begrijpend Lezen: De rol van Prosodie. Nathalie Veenendaal

De Relatie tussen Vloeiend Lezen en Begrijpend Lezen: De rol van Prosodie. Nathalie Veenendaal De Relatie tussen Vloeiend Lezen en Begrijpend Lezen: De rol van Prosodie. Nathalie Veenendaal n.j.veenendaal@uu.nl Introductie Resultaten proefschrift (2011-2015) Onderzoek 1: Leesvaardigheid 100+ kinderen

Nadere informatie