To Bricker or not to Bricker

Transcriptie

1 To Bricker or not to Bricker Dr. P. Willemen Kliniek voor Urologie Jessaziekenuis 1 2 1

2 URETERO ILEO CUTANEOSTOMIE 3 BRICKERANASTOMOSE 4 2

3 URINEDERIVATIE WANNEER? HOE? PREOPERATIEVE ZORGEN? POSTOPERATIEVE ZORGEN? 5 URINEDERIVATIE INDICATIES : NA CYSTECTOMIE Blaascarcinoma Urethracarcinoma Bekkenexenteratie 6 3

4 BLAASTUMOR 7 8 4

5 INDICATIES URINEDERIVATIE Inflammatoire blaasaandoeningen radiocystitis interstitiele cystitis TBC, schrompelblaas Neurogeen

6 11 URINEDERIVATIES NA CYSTECTOMIE Uretero-ileo-cutaneostomie Bricker Orthotope Blaasvervanging Substitutieblaas Studer Heterotope Blaasvervanging Continente stoma Uretero sigmoidostomie 12 6

7 URINEDERIVATIES BLAAS BEHOUDEN Mitrofanoff appendix Monti ileum 13 BRICKER 14 7

8 BRICKER 15 BRICKER VOORDEEL Eenvoudig, minst complicatie Meest toegepast 16 8

9 BRICKER NADEEL Negatief lichaamsbeeld Huidirritatie Peristomiale hernia 17 BRICKER INDICATIE Cystectomi met urethrectomie Niet-fitte patient 18 9

10

11

12 23 SUBSTITUTIEBLAAS POUCH RESERVOIR dundarm, ileum colon ANTIREFLUX URETERREIMPLANTATIE isoperistaltische ileumlis submucosale tunnel URETHROVESICALE ANASTOMOSE 24 12

13 SUBSTITUTIEBLAAS POUCH 25 STUDER 26 13

14 27 VOORDEEL SUBSTITUTIEBLAAS POUCH GEEN stoma, normaal plassen 28 14

15 SUBSTITUTIEBLAAS POUCH NADEEL Alleen reservoir functie, leren plassen Eventuele noodzaak tot catheterisatie Metabole problemen Urineverlies dag /nacht reinterventierisico 29 INDICATIE SUBSTITUTIEBLAAS POUCH Geen urethrectomie Fitte patient < 75 jaar 30 15

16 CONTINENTE STOMA RESERVOIR dundarm colon ANTIREFLUX URETERREIMPLANTATIE CONTINENTE STOMA 31 CONTINENTE STOMA 32 16

17 CONTINENTE STOMA VOORDEEL Geen zakje 33 CONTINENTE STOMA NADEEL Nood aan catheterisatie Stomastrictuur Lekkage Metabole stoornissen Reinterventierisico 34 17

18 CONTINENTE STOMA INDICATIE Na urethrectomie Geinformeerde patient

19 37 URINEDERIVATIES ALGEMENE COMPLICATIES Lekkage inwendig Fistels intestinaal, vesicaal, vaginaal Ileus Urineweginfecties Verminderde nierfunctie 38 19

20 URETEROSIGMOIDO STOMIE 39 VOORDEEL Esthetisch Geen CIC Geen zakje URETEROSIGMOIDO STOMIE 40 20

21 URETEROSIGMOIDO STOMIE NADEEL Metabole stoornissen Carcinogeen Anale problemen Weinig toegepast 41 URETEROCUTANEOSTOMIE VOORDEEL Eenvoudig Niet invasief NADEEL Vernauwing, moeilijk te verzorgen stoma Opstijgende infecties Weinig toegepast 42 21

22 NEUROGENE BLAAS MITROFANOFF MONTI 43 MITROFANOFF 44 22

23 MONTI

24 47 PREOPERATIEF INFORMEREN Keuze laten/maken ivm type derivatie medisch voorkeur patient Algemeen nazicht 48 24

25 PREOPERATIEF Plaats stoma bepalen ALTIJD Rechterfossa zichtbaarheid huidplooien Navel ZELF VERZORGEN! 49 ERAS Enhanced Recovery After Surgery 50 25

26 PREOPERATIEF ERAS Informeren Vochtbeleid : drinken heldere vloeistoffen, suikers Geen langdurig vasten Geen darmvoorbereiding Antibioprofylaxe Trombose preventie 51 ERAS PEROPERATIEF Kort werkende anaesthetica Epidurale analgesie Vocht en zoutrestrictie Lichaamstemperatuur op peil 52 26

27 POSTOPERATIEF ERAS Epidurale analgesie, mijden opiaten Stimuleren maag-darmstelsel post op verwijderen maagsonde snel drinken Snel verwijderen drains Snel mobiliseren 53 ERAS VOORDELEN Sneller herstel Kortere hospitalisatieduur Kostprijs daalt 54 27

28 ERAS PATIENTSELECTIE! 55 SONDES MOBILISATIE ILEUS TEMPERATUUR PIJN POSTOPERATIEF 56 28

29 57 NAZORG Stomazorg, Best door patient zelf 58 29

30 59 30