Samenvatting Geschiedenis Hoofdstuk 10

Transcriptie

1 Samenvatting Geschiedenis Hoofdstuk 10 Samenvatting door een scholier 4168 woorden 4 augustus ,8 23 keer beoordeeld Vak Methode Geschiedenis Sprekend verleden Samenvatting Hoofdstuk 10 Geschiedenis van de Verenigde Staten jaar geleden trokken mensen vanuit Azië Amerika binnen, deze mensen verspreidden zich over heel Amerika. Er was toen nog een verbinding tussen Azië en Amerika doordat een groot deel van Noord- Amerika met ijs bedekt was. Deze verdween later doordat het ijs ging smelten. Toen Columbus Amerika ontdekte dacht hij dat hij in India was gekomen, dus noemde hij deze mensen Indianen. Paragraaf 1: Indianen Verschillende stammen van Indianen Economische verschillen: Indianen in Noord-Amerika leefden in stammen, de bekendste zijn die van de jacht. Deze woonden in wigwams of tipi s en hadden geen vaste verblijfplaats. Er waren ook stammen die van de landbouw leefden en een vaste verblijfsplaats hadden. Door verschillen in levenswijze(natuurlijke omstandigheden en middelen van bestaan) en doordat stammen weinig contact met elkaar hadden, ontstonden er verschillende culturen. Politieke verschillen: - Meeste stammen worden bestuurd door raad van oudere en dapperste mannen - Andere stammen hadden één leider - En er waren stammen die democratischer werden bestuurd Sociaal verschil: In sommige stammen hadden mannen en vrouwen evenveel te zeggen. Overeenkomsten tussen de stammen Pagina 1 van 11

2 - Indianen geloofden dat alles in de natuur door goden en geesten werd geregeld. De aarde zagen zij als goddelijke moeder die door planten en vruchten voor het voedsel zorgde. - Indianen geloofden dat dieren grote macht bezaten Ze droegen daarom vaak dierenhuiden met de hoop dat ze dan even sterk, snel, etc., als de dieren werden. - Indianen kenden geen particulier bezit van het land. De zon, lucht, water, planten, dieren waren goden of het werk van goden. dit zorgde voor problemen toen de blanken kwamen vanaf Alle stammen maakten goed gebruik van de natuur - Indianen waren trouw aan hun stam, ze deden en deelden alles met elkaar. In slechte tijden leed iedereen honger. Paragraaf 2: Ontstaan van de Verenigde Staten De komst van de Europeanen 1492: blanken komen na vijf eeuwen terug, nu hadden ze wel succes ze hadden wapens en kanonnen, daar konden de Indianen met pijl en boog niet tegenop. 3 groepen Fransen Canada en Louisana Spanjaarden Zuiden en Westen (Mexico) Engelsen Oosten (kust) Er vestigden zich 3 soorten koloniën: 1) Noorden New England hardwerkende, gelovige protestanten (puriteinen). Ze leefden van landbouw, visvangst, huisindustrie en handel. 2) Zuiden na 1650 uitgestrekte landbouwgebieden (b.v. Virginia) met o.a. tabaksplantages. Grootgrondbezitters en slaven (slaven uit Afrika waren geschikter voor het werk, hielden het langer vol). 3) Midden gemengde kolonies, met vervolgden (voor geloof/afkomst) uit Europa, ze leefden van landbouw en veeteelt. Kolonisten vechten zich vrij en maken een grondwet De koloniën gingen zich verzetten tegen Engeland, ze wilden alleen belasting betalen (voor hun producten Pagina 2 van 11

3 die ze naar Engeland exporteerden) als ze ook in het Engelse parlement mochten No taxation without reprisentation. 1773: Boston Tea Party dit werd de aanleiding tot de vrijheidsoorlog. Kolonisten gooiden de lading thee uit Engelse schepen overboord, uit ergernis over de bepaling dat alleen de Engelse Oost-Indische Compagnie thee mocht verkopen in de koloniën. De koloniën besluiten zich gezamenlijk te verzetten tegen Engeland : Onafhankelijkheidsoorlog (=vrijheidsoorlog). De koloniën winnen dit van Engeland. 4 juli 1776: Onafhankelijkheidsverklaring wordt aangenomen. Deze was door vijf mannen opgesteld; de Founding Fathers. (o.a. Thomas Jefferson, die beïnvloedt was door de Franse verlichting, zoals de scheiding van de macht van Montesquieu). 1787: Grondwet VS kwam tot stand (opgezet door de Founding Fathers). Er kwam een nationale (=federale) regering o.l.v. de president die belasting mag heffen en wetten mag uitvaardigen. De deelstaten hebben een eigen regering, rechtspraak en politie die de nationale regering controleren en in evenwicht houden. Modern hieraan= de regering kan afgezet worden door het volk. Er worden compromissen gesloten: *In het bestuur van de VS werd een scheiding van de macht ingevoerd in een uitvoerende macht deze macht ligt bij de President die de leider is van het kabinet en opperbevelhebber is van leger en vloot; - wetgevende macht deze macht ligt bij het congres, die bestaat uit de Senaat (van iedere staat 2 afgevaardigden en door het volk gekozen) en het Huis van Afgevaardigden (elke staat is hierin vertegenwoordigd naar het aantal inwoners en worden om de twee jaar gekozen). - rechtsprekende macht deze macht is in handen van de rechters. De hoogste rechtbank is het Hooggerechtshof (bestaat uit 9 rechters die door de president na instemming van de Senaat worden benoemd voor het leven). Deze drie machten controleren elkaar en moeten ervoor zorgen dat er geen tiranniek systeem ontstaat. *Relatie tussen deelstaten en de centrale overheid, er worden diverse compromissen gesloten, b.v. inzake slavernij. Paragraaf 3 Uitbreiding naar het Westen ten koste van de Indianen Trek naar het Westen Pagina 3 van 11

4 Het gebied ten westen van de 13 oorspronkelijke staten werd verdeeld in territoria die onder het bestuur van de unie bleven. Als een nieuwe staat 5000 stemgerechtigde mannen had, dan mochten ze een zelfwetgevend lichaam kiezen. Als een nieuwe staat vrije inwoners had, dan mochten ze een grondwet opstellen en na goedkeuring van het Congres werd het territorium dan een nieuwe staat. Mensen die naar het westen trokken werden pioniers genoemd. Het gebied waar ze naartoe trokken werd frontier genoemd, omdat het het grensgebied is tussen het oude en het nieuwe land. In de loop van de tijd schoof de frontier steeds verder op naar het westen, omdat er steeds meer nieuwe staten gesticht werden. Verdragen met de Indianen blijken weinig waard Er waren twee oplossingen voor het probleem Indianen ; 1) Indianen laten assimileren, en als aparte groep bij de blanken laten wonen. 2) Door blanken veroverd gebied de Indianen eruit verwijderen. Er werd besloten ze te laten assimileren, een politiek van verdragen en beschaven ontstond. 1e helft van de 19e eeuw tekenden veel Indianen onder dreiging van oorlog verdragen. Ze deden afstand van hun grondgebied in ruil voor grond in Oklahoma. Het bleek al snel dat de verdragen voor de Indianen weinig waard waren. De Cherokees waren het voorbeeld van Indianen die heel goed geassimileerd waren. Maar in 1828 onteigende de staat Georgia al hun grond, ze zijn toen naar het hooggerechtshof gegaan en kregen gelijk. Maar president Jackson liet Georgia hun gang gaan. In dezelfde tijd nam het Congres een wet aan, waardoor alle Indianen ten oosten van de Mississippi moesten verhuizen naar het westen. De definitieve oplossing voor het Indianenvraagstuk Veel blanken (immigranten) trokken naar het westen, hierdoor werden grote stammen (zoals de Sioux, Comanchen, Apachen) in hun bestaan bedreigd. *De Indianen begonnen uitzichtloze oorlog, ze wisten slechts 1x te winnen (Little Big Horn.) *Indianen werden reservaten in gedwongen, waar ze weer uit verdreven werden zodra de blanken die grond ook weer wilden hebben. Zoals Oklahoma in *Indianen in de reservaten moesten zich laten onderhouden door Amerikaanse regering Indianen die wilden assimileren, kregen hier weinig kans voor er is geen betere Indiaan dan een dode Indiaan. Het merendeel van de ¾ miljoen Indianen werd gedood. *In de reservaten was het voor de Indianen niet meer mogelijk hun cultuur volledig te behouden. *Leiders verloren macht aan blanke ambtenaren. Het was voor Indianen niet meer mogelijk van de visvangst te leven. Er werd geprobeerd hun taal, godsdienst en gewoonten te veranderen. Paragraaf 4: Tegenstellingen leiden tot burgeroorlog Groeiende tegenstellingen tussen noordelijke en zuidelijke staten Pagina 4 van 11

5 Economische verschillen; Het Noorden boerderijen, opkomende industrie (mercantilisme van Hammilton). Het Zuiden akkerbouw en veeteelt katoen. Gevolg: Het Noorden wilde invoerrechten, het Zuiden wilde dit niet, omdat zij een bijzonder product hadden. Sociaal-culturele verschillen; Het Noorden arbeid was vrij, niemand was het bezit van iemand anders Het Zuiden had slaven op b.v. de plantages. Gevolg: Noorden wilde slavernij afschaffen of het niet meer laten uitbreiden, omdat slaven grote concurrentie vormden voor de arbeiders in het noorden. Politieke verschillen; Het Noorden waren voor een grote macht van de centrale regering Het Zuiden wilden de afzonderlijke staten veel macht geven. Slavernij kwam vooral in het Zuiden tot ontwikkeling Einde 18e eeuw waren er presidenten die tegen de slavernij gepleit hadden zoals Washington en Jefferson. Het ging toen niet goed met de plantages, dus dachten ze dat er vanzelf wel een einde aan de slavernij zou komen De cottingin wordt uitgevonden, hierdoor waren er juist weer meer slaven nodig op de plantages wordt officieel de slavenhandel afgeschaft, toen begon echter de illegale handel vanuit Afrika en het Caribische gebied volkstelling; 4 miljoen mensen!(indianen niet meegeteld) Hiervan Afrikanen, waarvan er slaven waren. Paragraaf 6: De jaren 20: de Tijd van de Jazz? De VS nemen geen deel aan de Volkenbond De VS had zich tijdens de 1e W.O. aangesloten bij de Geallieerden. Bij de vredesonderhandelingen in Versailles pleitte president Wilson, a) voor de oprichting van een volkenbond, om een nieuwe oorlog te voorkomen, b) voor ontwapening, en c) bepleitte hij het recht van alle volken om over hun eigen toekomst te beschikken. In het verdrag van Versailles was alleen de Volkenbond terug te vinden, echter de VS zelf deed niet mee. De meerderheid van de Senaat stemde tegen de deelname aan de volkenbond. Een land dat lid werd moest namelijk de onafhankelijkheid van alle landen garanderen dit hield in dat de VS tegen hun wil in bij een nieuwe oorlog betrokken konden worden. De Amerikanen wilde i.p.v. Wilsons Internationalisme, Amerikanisme. Ze wilden zo onafhankelijk mogelijk voor het welzijn van Amerika zorgen. Pagina 5 van 11

6 Nieuw economisch tijdperk President Coolidge ( ) wilde dat de regering het bedrijfsleven zo veel mogelijk vrij moest laten. Hij vond dat het bedrijfsleven zo min mogelijk in de weg gezeten moest worden, dus lage belasting laten betalen en niet gehinderd laten worden door beperkende wetgeving(zoals antitrustwetten). Dan kon de industrie het best tot bloei komen. De regering moest zakenlieden zo veel mogelijk helpen, b.v. door stakingen te onderdrukken. Groei van de industrie had meer werk en hogere lonen tot gevolg, en hier kon de hele samenleving van meeprofiteren. Het zakenleven werd door velen dus bijna heilig verklaard. Een consumptiemaatschappij ontstaat In de jaren 20 bleek reclame van levensbelang voor de industrie. Het zorgde ervoor dat mensen dingen die niet noodzakelijk waren gingen zien als wel iets noodzakelijks. Zelfs dingen die schadelijk waren, werden door reclame populair(zoals sigaretten). Omdat niet iedereen alles meteen contant kon betalen werd er een afbetalingssysteem ontworpen. Een samenleving waarin het er vooral om gaat de mensen zoveel mogelijk goederen te laten consumeren, wordt wel een consumptiemaatschappij genoemd. Vrees voor het communisme groeit De Russische revolutie van 1917 en communistische pogingen tot revolutie elders in Europa hadden Amerika angstig gemaakt. Na de oorlogsjaren brak een periode van onrust, stakingen en bomaanslagen aan. Oorzaken hiervan werden gezocht in de communistische hoek. Mensen vergaten dat het ook door andere oorzaken kwam; 4,5 miljoen soldaten waren uit dienst ontslagen. Lange werktijden, prijzen die meer stegen dan de lonen leidde tot stakingen bij arbeiders die wel werk hadden. Immigranten en zwarten waren wel bereid om tegen zeer lage lonen te werken en zo de plaats van stakende arbeiders in te nemen, dit wekte de ergernis van andere arbeiders. O.l.v. het ministerie van justitie werd in het hele land een klopjacht op de Roden georganiseerd. Dit leidde echter tot niets, er waren niet genoeg bewijzen. Argwaan tegen immigranten uit Oost- en Zuid-Europa bleef. Immigratiebepalingen zorgden ervoor dat bijna alleen nog maar immigranten uit Noordwest-Europa naar binnen konden. Argwaan tegen mensen die kritiek hadden op de Amerikaanse samenleving, bleef. Zij werden als on- Amerikaans bestempeld. Zwarten trekken naar steden, discriminatie neemt toe Tijdens de 1e W.O. begon de trek van zwarten uit het zuiden naar de steden in het noorden. In de jaren 20 werd deze uittocht massaal, in 1920 waren er zwarten in Ze hoopten in het Noorden op een betere toekomst, dat er een einde kwam aan de armoede en discriminatie, maar ze kwamen echter terecht in getto s die overvol raakten. De huren waren hoog, lonen laag, kindersterfte hoog en onderwijs was onvoldoende. De meeste zwarten bleven in het Zuiden wonen, daar waren de omstandigheden nog slechter. Discriminatie nam toen, ze waren bereid om tegen zeer lage lonen het werk te doen van stakende blanken, dit zorgde in veel steden tot rassenonlusten. In de ogen van veel blanken was alleen de onderste plaats in de samenleving voor de zwarten bestemd, hoe bekwaam een zwarte ook was hij had bijna geen enkele Pagina 6 van 11

7 kans. De VS worden tijdelijk drooggelegd e amendement aanvaard. Het verbod op alcoholhoudende dranken te maken, te verkopen en te vervoeren. Voorstanders: geen dronkenschap meer, minder ongelukken, minder misdaden, minder leed in gezinnen. Tegenstanders: drinken op beperkte schaal was niet schadelijk, besluit om wel of niet te drinken was volgens hen een persoonlijke keuze, die niet door de overheid genomen mocht worden. Drankverbod liep door de twee partijen heen. Opvallend was dat de meeste stemmen kwamen uit steden en dorpen van minder dan inwoners(zowel in het Huis van Afgevaardigden als in de Senaat). De wet werd op grote schaal ontdoken, door individuele burgers als door bendes. In 1933 werd de wet uiteindelijk afgeschaft. Boeren beleven moeilijke tijden Tijdens de oorlog hadden boeren veel naar Europa kunnen exporteren. Na de oorlog zorgde dit voor een overproductie, waardoor veel boeren failliet gingen. In de jaren 20 kregen boeren nieuwe en betere machines, dit zorgde dat landarbeiders werkloos werden en weer dat er overproductie kwam. Landarbeiders die wel werk hadden verdienden de helft van wat andere arbeiders verdienden. Intellectuelen,schrijvers en kunstenaars wijken uit naar Europa In de jaren 20 hadden veel van deze veel kritiek op de bekrompenheid van de Amerikaanse maatschappij en op de almacht van de zakenlieden. Een aantal vertrok daarom naar West-Europa. Verklaring voor de verschillende reacties, stad en platteland botsen met elkaar In de jaren 20 hebben veel mensen in de VS heftig en verschillende gereageerd op de veranderingen die plaatsvonden. Onderzoekers hebben geconcludeerd dat het kwam door een groeiende tegenstelling tussen stad en platteland. In de jaren 20 is volgens hen het laatste grootste verzet te zien van blanken op t platteland (ook dorpen en kleine steden), die tegen het denken en doen van de mensen in de grote steden waren, ze zagen de stad als de grote kwaaddoener. In de grote steden gingen meer mensen wonen dan op t platteland, vonden stakingen plaats en nam de misdaad toe. Volgens de plattelanders waren de Zuid-Europeanen hiervan de schuld. Volgens hen was een echte Amerikaan blank, protestants, afkomstig uit West-Europa en afkerig van veranderingen die zijn levenswijze bedreigden. WASP= white anglo saxion protestant, dit waren de goede Amerikanen, Italiaanse immigranten bijvoorbeeld waren not done. In de grote steden woonden veel meer soorten mensen met verschillende afkomst en verschillende geloofsovertuigingen. Door de industrialisatie was in de steden veel meer veranderd dan op t platteland. Stedelingen waren meer gewend aan veranderingen en stonden er daarom minder afkerig tegenover dan de plattelanders. NB: niet alle stedelingen waren over alle veranderingen enthousiast en ook niet alle plattelanders verzetten Pagina 7 van 11

8 zich tegen de veranderingen. Wat bleef in de jaren 20 - De armste groep boeren waren de Indianen, die in reservaten zaten die onvruchtbaar waren en waar ze landbouw moesten bedrijven. - Welvaart ongelijk verdeeld - Meeste blanke Amerikanen bleven geloven in een ook voor hun welvarende toekomst, dit maakte de aanvaarding van grote verschillen in inkomsten, bezit en macht draaglijk. Paragraaf 7: Van crisis tot depressie 1929: De economische crisis begint In 1928 won de Republikein Hoover de verkiezingen(beloofde iedereen een kip in de pan en twee auto s). Hij deed zich voor als iemand die precies wist hoe de economie draaiende gehouden moest worden. Begin 1929 kwamen echter de eerste symptomen van een achteruitgang van de economie, afzet auto s stokte en huizenbouw stagneerde. Veel aandeelhouders besloten daarom hun aandelen te verkopen waardoor de koersen dramatisch gingen dalen. In oktober 1929 werd het aanbod van aandelen zo groot en de vraag zo klein, dat Wall Street in elkaar stortte. Do koersen dalen, speculanten moesten gaan terugbetalen zonder dat ze geld hadden. Het geld voor aandelen hadden ze geleend, en steeds meer aandelen vergaard doordat de stijgende aandelen als onderpand werden genomen voor nieuwe aandelen. Nu moesten ze dus gaan betalen aan de beursmakelaars terwijl ze dus absoluut geen geld hadden. Vanaf nu is de crisis een feit. Hoe ontstond de crisis? Over hoe de crisis in 1929 ontstaan is, zijn onderzoekers het nog steeds niet eens. De economie vertoonde eind jaren 20 een aantal zwakke plakken, die ertoe bij hebben gedragen dat de crisis ontstond. Het gevolg hiervan was zo ernstig dat er in /- 15 miljoen werklozen waren (dit was een kwart van de beroepsbevolking. Slechte inkomensverdeling ¾ had een minimum inkomen, en omdat er een consumptiemaatschappij was ontstaan moest de ongelijke inkomensverdeling op den duur gevolgen hebben. Overproductie In de industrie en in de landbouw werd teveel geproduceerd(overproductie), de vraag bleef achter bij het aanbod. Dit had tot gevolg dat fabrieken met producten bleven zitten en in de problemen kwamen; arbeiders werden ontslagen en de winsten daalden. Bij de boeren daalden de prijzen waardoor veel boeren te weinig gingen verdienen om hun bedrijf draaiende te houden. Fabrikanten en boeren gingen lenen, echter in 1929 kregen banken ook grote geldproblemen (doordat ze te veel hadden uitgeleend). Een te groot vertrouwen in de economische ontwikkeling Zakenlieden en politici hadden in de jaren 20 voor een te groot optimisme gezorgd. Een democraat beweerde dat elke Amerikaan rijk kon worden door elke maand enkele dollars in aandelen te beleggen. Hierdoor aangemoedigd, kochten steeds meer mensen geld om aandelen te kopen, waardoor de prijzen van de aandelen ook steeds hoger werden. Pagina 8 van 11

9 Onvoldoende controle op de activiteiten van de banken De banken hadden volledig vertrouwen in de economische ontwikkeling gehad, waardoor ze veel te veel waren gaan uitlenen, meer dan ze in kas hadden. Als alles goed loopt levert dit geen problemen, maar toen de crisis begon kregen ze het geleende geld niet terug. Hierdoor konden ze andere mensen die cheques kwamen inwisselen of gestort gelden kwamen opnemen op een gegeven moment niet meer uitbetalen. Bij veel banken werden de schulden groter dan hun bezittingen. Hierdoor gingen banken failliet, maar ook fabrieken gingen failliet omdat ze geen geld meer konden lenen bij de banken. De depressie De crisis op Wall Street werd het begin van de economische teruggang, een depressie. Gevolgen; * Banken en bedrijven raakten in moeilijkheden of gingen failliet, * miljoenen mensen raakten werkloos, * nationaal inkomen daalde van $87,7 naar $40,2 miljard, * inkomen per hoofd van de bevolking zakte van $681 naar $495, * lonen en salarissen daalden met gemiddeld procent. * I.p.v. eeuwige welvaart die Hoover beloofd had, ontstond een crisis, nog serieuzer dan oorlog. Deze crisis kwam des te harder aan, omdat deze compleet onverwacht was. Na 1930 was de regering van mening dat de VS pas echt weer kon herstellen als de crisis overwonnen was, die ook al was overgeslagen naar Europa (waaraan de VS grote leningen aan had gegeven die niet terugkwamen, en waar ook de export vanuit de VS stagneerde). Amerikanen vonden dat er een ander beleid gevoerd moest gaan worden om de crisis te overwinnen, en dat er een krachtiger persoon dan Hoover moest komen. De democratische partij vond dat zij daar wel geschikt voor zouden zijn, Roosevelt werd hun kandidaat voor de verkiezingen. Paragraaf 8: Roosevelt bestrijdt de depressie Roosevelt beloofde de kiezers een New Deal de kaarten zouden opnieuw worden geschud en uitgedeeld. Hij vond dat het bedrijfsleven veel te veel invloed had gekregen en dat dit liberalisme ten koste was gegaan van anderen. Hij vond dat de federale regering niet langer alleen maar op de belangen van het bedrijfsleven moest richten, maar juist meer op de vergeten mensen (boeren en arbeiders) hij pleitte voor nationale solidariteit. Hoover vond Roosevelts ideeën demagogisch en on-amerikaans, hij vond dat zo de bevolkingslagen tegen elkaar werden opgezet. De kiezers dachten hier echter anders over, zij kozen massaal voor Roosevelt, zij gaven de voorkeur aan Roosevelts belofte iets te doen, wat dan ook. De eerste New Deal The only thing we have to fear, is fear itself zei Roosevelt in zijn inaugurele rede. Hij geloofde erin dat de natie de depressie te boven zou komen, maar dan moest er wel volop geëxperimenteerd worden, en niet al deze experimenten zouden succes opleveren zei hij. Hij vond het belangrijkste dat de regering tot daden overging, en die kwamen er, dat na een jaar bijna niemand meer kon overzien wat de New Deal allemaal wilde. Economisch herstel en steunverlening staan hierin centraal. Hieronder volgen alle ingrepen die Roosevelt gedaan heeft; Pagina 9 van 11

10 Herstel vertrouwen in banken Roosevelt sloot alle banken voor een week, er werd voor gezorgd dat de geldvoorraad van de sterke banken werd aangevuld en dat de zwakke banken definitief werden gesloten. Hiermee werd het vertrouwen in het banksysteem hersteld en ging iedereen zijn geld weer naar de bank brengen i.p.v. het er weg te halen. Steun aan de boeren De boeren werd verzocht minder te produceren, als ze dit deden kregen ze subsidie. De New Dealers hoopten zo de akkerbouw- en veeteeltprijzen omhoog te krijgen. De grote boeren profiteerden hier het meest van, zij hadden het meeste land dus de meeste subsidie, en ze hadden door de vermindering van de productie minder knechten en pachters nodig. Voor kleine boeren had de 1e New Deal weinig effect, later werden er voor hun ook maatregelen genomen. Het bedrijfsleven wordt aangespoord afspraken te maken en na te leven In de NIRA-wet werd het bedrijfsleven uitgenodigd afspraken te maken met als doel overproductie en slechte werkomstandigheden tegen te gaan. Per bedrijfstak werden dan allemaal afspraken gemaakt(zoals lonen, arbeidstijd, geen kinderarbeid), bedrijven die mee wilden doen lieten dit blijken d.m.v. vlaggen, spandoeken, stickers met daarop de leuze we do our part. Dit paste helemaal in Roosevelts nationale solidariteits streven. Nira bleek niet het redmiddel voor economisch herstel, * teveel bedrijven deden niet mee aan de afspraken * de kleine bedrijven vonden dat grote bedrijven zich te veel bevoordeelden ten koste van de kleine bedrijven en * consumenten waren ontevreden omdat de prijzen door productiebeperking sterk waren gestegen. Met grote projecten worden werklozen aan werk geholpen De regering gaf veel geld uit aan behoeftigen, en nam ook allemaal maatregelen om werklozen aan het werk te krijgen 1935 Works Progress Administration wordt opgericht, tussen 1935 en 1943 voerde de WPA een miljoen projecten uit, maar kon in totaal maar een kwart van de werklozen helpen. De rest bleef afhankelijk van andere instanties, welke zeer mondjesmaat was. De tweede New Deal Het harmoniemodel wordt vervangen door een conflictmodel In de New Deal zat ook hervorming. Roosevelt zei altijd dat hij hervormde om te bewaren, hij wilde n.m.l. het kapitalistische stelsel bewaren, door uitwassen te bestrijden. Na de verkiezingen in 1934 (waarin de Democraten wederom wonnen), werd het bedrijfsleven gedwongen via wetten om mee te werken het verschil met de 1e New Deal is dat Roosevelt toen probeerde zijn plannen in harmonie met het bedrijfsleven door te voeren terwijl hij in de 2e periode probeerde zijn plannen tegen de oppositie van het bedrijfsleven in door te voeren daarom wordt het de 2e New Deal genoemd. Geboorte van de verzorgingsstaat in de VS 1935 Social Security Act, begin gemaakt met verzekeren van werknemers tegen ziektekosten, werkloosheid en ouderdom. Niet alle arbeidersgroepen werden hier bij betrokken, landarbeiders en Pagina 10 van 11

11 schoonmaaksters vielen buiten de boot. Vanaf nu is de opvatting losgelaten van dat iedere Amerikaan in alle omstandigheden voor zichzelf moet zorgen. Protesterende werkgevers sluiten zich aan bij de Republikeinse gedachte, die Roosevelt verweet tijdens de presidentsverkiezingen in 1936 dat hij van de VS een socialistische staat aan het maken was. Roosevelt gaf als argument dat vrijheid ook het recht op bestaanszekerheid inhield, en kreeg voor zijn standpunt de meeste aanhang. Uiteindelijk gingen ook de Republikeinen de sociale verzekeringen aanvaarden(door hun begane nederlaag), en ging de discussie er vanaf toen over, in welke gevallen er sociale verzekeringen moeten zijn en hoe hoog de uitkeringen zijn. De democraten gingen hier meestal verder in, maar lang niet zo ver als in Europa, de VS wilde meer overlaten aan de burgers zelf. De positie van de vakbonden wordt versterkt De New Deal probeerde de positie van vakbonden te versterken, via de NIRA werd al geprobeerd vakbonden een sterkere positie te geven. Er was vanaf 1920 al wel een overkoepelende de vakbondsorganisatie geweest (AFL) die ook door werkgevers al werden aanvaard, maar vanaf 1935 werden de rechten van de vakbonden in een wet beschermd, en wel in de NLRA. Big Government o.l.v. Roosevelt In de jaren 20 hadden de werkgevers het voor het zeggen gehad, maar ze moesten nu hun macht gaan delen met de Big Labor(georganiseerde werkgevers) en als nieuwe macht de Big Government(het bureaucratisch apparaat) als gevolg van de New Deal. De overheid kreeg veel meer invloed op de Amerikaanse economie door allerlei wetten. Voor de uitvoering en controlering van deze wetten waren veel meer ambtenaren nodig, de federale ambtenaren stegen met 50%, hierdoor groeide de regering uit tot Big Government. De laatste jaren van de New Deal Het hooggerechtshof verklaarde in de jaren dat enkele belangrijke wetten van de New Deal in strijd waren met de grondwet, deze waren vanaf toen ongeldig. Na Roosevelts verkiezingsoverwinning in 1936 wilde hij het Hooggerechtshof met enkele leden uit te breiden, hij zei dat de andere leden te oud waren, maar werkelijk deed hij dit om te zorgen dat deze ervoor zouden zorgen dat ze voor de New Deal zouden stemmen. Het congres verwierp echter ten slotte dit voorstel. Oorlogsdreiging leidt tot einde New Deal Roosevelt begon te vrezen dat de VS niet buiten een nieuwe oorlog kon blijven. Hij wist dat het isolationisme diep geworsteld was in de Amerikanen, maar als hij de VS zo ver moest krijgen om te strijden tegen nazi-duitsland, had hij steun nodig. De zuidelijke Democraten wilden Roosevelt alleen steunen als hij de New Deal zou afschaffen, in 1939 gaf hij hierin toe. Buitenlandse politiek stond vanaf toen bovenaan. Nationale solidariteit was ook nu geboden, maar nu tegen gevaren van buitenaf. Pagina 11 van 11