Doe meer met de stagegids Werken in de keuken!

Transcriptie

1 Lesbrief Doe meer met de stagegids Werken in de keuken! Bij elke Werken in-stagegids ontvangt u een gratis lesbrief. In deze lesbrief staan tips, ideeën, opdrachten en suggesties om de gids in de klas te behandelen. De lesbrief is bedoeld om zelf te kopiëren of anderszins te vermenigvuldigen. Heeft u vragen of wilt u meer informatie over de lesbrief? Bel dan van maandag tot en met vrijdag naar de redactie, telefoon: (020) Of stuur een naar: redactie@eenvoudigcommuniceren.nl. U kunt de lesbrief downloaden als pdf-bestand van Tekst lesbrief: Ad van den Broek, Commanderij College Gemert.

2 Vragen en opdrachten Vragen bij bladzijde 6 en 7 Schrijf 5 verschillen op tussen de kleine keuken en de grote keuken. Wat staat er op het aanrecht in de kleine keuken? Wat wordt er bewaard in de koelkast van de grote keuken? Wat zie je in beide keukens? Vragen bij bladzijde 8 en 9 Wat moet je kunnen als je in een keuken gaat werken? Wat betekent werken in een team? Wat betekent flexibel zijn? Wat betekent zelfstandig werken? Zoek in de woordenlijst op pagina 27 op wat het woord discipline betekent. Denk jij dat je discipline hebt? Wat kun je doen om discipline te leren? Waarom is discipline belangrijk als je werkt in de keuken? Waaraan kun je zien dat de leerlingen op de foto samenwerken? Waarom is samenwerking belangrijk? Heb jij wel eens last van stress? Wat voel je dan? Hoe word je weer rustig? Vragen bij bladzijde 10 Wat is een proefdag? Waarom zou je een proefdag willen voordat je op stage gaat? Wat wordt er gebruikt in gerechten in Ierland? Waarom vond Roxanne het werk niet zo afwisselend? Wat betekent brunoise? Wat betekent mise en place? Wat snijdt Roxanne op de foto? Wat voor messen gebruikt Roxanne? Waarom? Waarom snijdt Roxanne op een snijplank? Vragen bij bladzijde 12 Waar liep Jermaine stage? Wat is het verschil tussen de stageplek van Jermaine en die van Roxanne? In welke machine zette Jermaine de borden en koffiekopjes? Welke blunder heeft Jermaine gemaakt? Hoe heeft hij de blunder weer goedgemaakt? Heb jij wel eens een blunder gemaakt? Wat voor blunder? Wat wil Jermaine later worden? Wat zijn de taken van een bedrijfsleider volgens Jermaine? Wat zit er in de pan van Jermaine? Hoe laat is het als de foto wordt gemaakt? Wat voor speciale kleding draagt Jermaine? 2 Lesbrief Werken in de keuken

3 Vragen bij bladzijde 14 Waar liep Hicham stage? Hoe laat begon Hicham op zijn stage? Wat is garnituur? Hoe laat ging Hicham s avonds weer naar huis? Waar heeft Hicham nog meer stage gelopen? Waarom vond Hicham de stage in een cateringbedrijf saai? Waarom dacht Hicham dat hij het werken in een restaurant zwaar zou vinden? Waar moest Hicham in het begin van de stage aan wennen? Waar wil Hicham graag werken in de toekomst? Wat wil Hicham niet doen in een restaurant? Zou jij wel in de bediening willen werken? Welke soorten fruit zie je op de foto? Vragen bij bladzijde 16 Welk eten vind jij lekker? Hoe vaak eet je jouw favoriete maaltijd? Waarom is het niet goed elke dag hetzelfde te eten? Wat lustte jij vroeger absoluut niet? Wat vond je vroeger juist wel lekker? Hou je meer van zure of zoute smaken? Opdracht bij bladzijde 16 Zoek in de keuken een aantal producten die zoet smaken. En een aantal producten die bitter smaken. Opdracht bij bladzijde 16 Doe een smaaktest met andere leerlingen. Een klasgenoot doet een blinddoek om en knijpt zijn of haar neus dicht. Laat hem of haar een stuk fruit proeven. De leerling mag het fruit niet aanraken. Hij of zij moet raden welk stuk fruit hij of zij eet. Gebruik vers fruit voor de smaaktest. Bijvoorbeeld een sinaasappel, een aardbei, een appel, een banaan en een kiwi. Je kunt ook een smaaktest doen met verschillende sauzen. Of met kruiden. Bijvoorbeeld peper, zout, nootmuskaat, paprikapoeder en knoflookpoeder. Vragen bij bladzijde 17 Wat is au bain marie? Wanneer gebruik je dat? Waarom? Wat is het Franse woord voor in blokjes snijden? Welke snijtechnieken ken je nog meer? Welke Franse woorden horen bij die snijtechnieken? Wat is een ander woord voor voorbereiding op het koken? Wie helpen er allemaal bij de voorbereiding op het koken? Waarom worden er in de keuken veel Franse woorden gebruikt? Lesbrief Werken in de keuken 3

4 Opdracht bij bladzijde 18 Maak zelf een bord zo mooi mogelijk op. Je mag je fantasie gebruiken. Zorg er voor dat je 10 borden op dezelfde manier opmaakt. Tip voor thuis: maak de fruitschaal eens mooi op. Leg zachte vruchten, zoals peren, bovenop. Dan worden ze niet geplet door bijvoorbeeld appels of bananen. Vragen bij bladzijde 19 Waarom is het belangrijk dat je je handen wast als je in de keuken werkt? Was jij altijd je handen voordat je gaat eten? Waarom mag je niet roken in de keuken? Waarom draag je speciale schoenen in de keuken? Opdracht bij bladzijde 19 Maak een poster waar alle hygiëneregels op staan. Vraag of je het affiche in de keuken van je stageplaats of op school mag ophangen. Maak een foto van het affiche en bewaar dit in je portfolio. Zet de regels in de juiste volgorde. Bijvoorbeeld eerst Je handen wassen, en dan pas Je handen drogen. Vragen bij bladzijde 20 Hoeveel verdien je als je stage loopt in de keuken? Praat erover met je docent. Wat denk jij dat je later kunt verdienen als je in de keuken werkt? Wat is het minimumloon voor jouw leeftijd? Opdracht bij bladzijde 20 Maak een ontwerp voor een petje of een papieren muts die je in de keuken kunt dragen. Maak ook een logo voor op het petje of de papieren muts. Aan dit logo kun je zien bij welk bedrijf je werkt. Opdracht bij bladzijde 20 Surf naar Ga naar Stage/solliciteren. Klik op Schrijven van een sollicitatiebrief. Daar vind je oefeningen over solliciteren. Print de formulieren en vul ze samen met je docent in. Vragen bij bladzijde 21 Ben jij goed verzekerd? Praat erover met je stagedocent. Vraag aan de stageplaats wat je moet kunnen om daar te werken. Wat verwachten ze van je? Welke vaardigheden moet je hebben? Welke werkzaamheden ga je doen? Opdracht bij bladzijde 21 Een rollenspel: speel een sollicitatiegesprek na. Bepaal van te voren wie de baas is en wie de sollicitant. En wie speelt de docent die bij het gesprek zit? Oefen eerst in een klein groepje en speel het rollenspel daarna voor de hele klas. Bespreek met z n allen wat goed ging en wat minder goed ging. 4 Lesbrief Werken in de keuken

5 Algemene opdrachten Maak een lijst van restaurants bij jou in de buurt. - Welke gerechten kun je er eten? - Wat kost een maaltijd? Stel een verantwoord menu samen. Kies producten uit de maaltijdschijf. Maak een fotoverhaal van je stagedag. Begin bij de aankomst op het stagebedrijf. Sluit af met een foto van je vertrek. - Schrijf eerst op wat je op een dag allemaal doet op je stage. Zo weet je precies waar je foto s van kunt maken. Maak lijsten met woorden en maak een woordzoeker (16x16). Gebruik bijvoorbeeld: - Namen van functies in de keuken (bijvoorbeeld kok of afwasser). - Namen van gerechten op de menukaart. - Namen van de kruiden die in de keuken worden gebruikt. - Namen van snijtechnieken. Maak een spreekbeurt met als onderwerp werken in de keuken. Bijvoorbeeld loon, veiligheid, werktijden, werkafspraken. Of hygiëne in de keuken. Bijvoorbeeld poetsen, handenwassen, kleding, afwas en koken. Dek de tafel volgens de regels. - Gebruik veel bestek en leg dit op de juiste plaats. Kijk op - Gebruik servetten en vouw die in een figuur. Kijk op - Gebruik glazen en zet ze op de juiste plaats. Kijk op Maak zelf menukaarten. Kijk op of op Maak een cd met muziek voor een door jou gekozen restaurant. - Zorg dat de muziek bij het restaurant past. In een restaurant voor oudere mensen draai je geen rap. En in een jongerenrestaurant draai je meestal geen klassieke muziek. - Gebruik alleen muziek die legaal gedownload is. - Zet op het hoesje van de cd het logo van het restaurant. Maak een Powerpoint-presentatie over smaak. Gebruik de digitale camera. Kijk op: Presenteer het eindresultaat aan de hele groep. Lesbrief Werken in de keuken 5