1 Algemene inleiding 9
|
|
- Juliana van den Pol
- 8 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 1 Algemene inleiding 9
2
3 Inleiding Depressie lijkt één van de meest voorkomende aandoeningen te worden bij verzorgingshuisbewoners. Deze ouderen zijn kwetsbaar voor het ontwikkelen van depressieve klachten doordat zij gekenmerkt worden door een hoge mate van hulpbehoevendheid en meervoudige lichamelijke aandoeningen. Door de toenemende vergrijzing en de gelijktijdige afname van het aantal plaatsen in verzorgingshuizen worden de criteria voor opname namelijk steeds strikter gesteld. Tegen deze achtergrond is aan de Rijksuniversiteit Groningen (RuG) en de Vrije Universiteit Amsterdam (VU) het AGED-onderzoek opgezet, wat staat voor Amsterdam Groningen: Elderly & Depression. Het doel ervan is om inzicht te verkrijgen in de prevalentie, aard en risicofactoren van depressie bij ouderen in instellingen voor langdurige zorg: verzorgings- en verpleeghuizen. De onderzoekers aan de VU hebben zich gericht op de populatie verpleeghuispatiënten. Het onderzoek dat gepresenteerd wordt in dit proefschrift is uitgevoerd aan de RuG en is gebaseerd op gegevens uit verzorgingshuizen in Drenthe. In de periode van 1999 tot 2004 is een longitudinale studie uitgevoerd naar verschillende aspecten van depressie: prevalentie, incidentie en risicofactoren. Daarnaast zijn de effecten onderzocht van een vroegsignaleringsproject in verzorgingshuizen op herkenning, behandeling en beloop van depressieve klachten bij bewoners. Deze effecten zijn in een gerandomiseerde gecontroleerde substudie onderzocht. Hoofdstuk 1 Algemene inleiding Als inleiding op het proefschrift wordt achtereenvolgens een beschrijving gegeven van: - de setting verzorgingshuizen en hun bewoners; - de belangrijkste aspecten van depressie bij ouderen; - het Project Vroegsignalering; - de doelstelling, de onderzoeksvragen en de opzet van het onderzoek. Tenslotte volgt de opzet van dit proefschrift. Verzorgingshuizen en hun bewoners In 1999 waren er in Nederland 1366 verzorgingshuizen, voorheen bejaardenoorden genoemd, waar ongeveer ouderen boven de 65 jaar verzorgd werden (Centraal Bureau voor de Statistiek 2004; Prismant/VWS 2001). Sinds 1977 worden toe- 11
4 komstige bewoners geïndiceerd voor opname in een verzorgingshuis door gemeentelijk georganiseerde indicatiecommissies, welke in 1998 omgevormd zijn tot Regionale Indicatie Organen (RIO s). Door deze verandering vallen de verzorgingshuizen onder het beleid van de Gezondheidszorg. Het RIO indiceert ouderen voor het verzorgingshuis na een uitgebreide inventarisatie van hun zorgbehoeften. Ouderen komen voor opname in het verzorgingshuis in aanmerking als dat door lichamelijke, psychische of sociale beperkingen noodzakelijk is geworden. De mogelijkheden van mantelzorg en Thuiszorg zijn dan niet meer toereikend gebleken (Dijkstra et al. 1999). In de meeste huizen worden naast de reguliere verzorging extra faciliteiten aangeboden, zoals groepsverzorging en recreatieve activiteiten. Het zorgaanbod van verzorgingshuizen is breed; er wordt sociale, psychogeriatrische, somatische en meervoudige zorg. Deze zorg wordt geleverd door personeel van het huis zelf, maar ook wordt gebruik gemaakt van de deskundigheid van GGZ-instellingen, Thuiszorg en verpleeghuizen. Het personeel van verzorgingshuizen bestaat bijna volledig uit vrouwen (Van Westerhoven & Van Loveren-Huyben 1997).Van de gemiddeld 70 medewerkers per huis, is 55% werkzaam in de sector verzorging. Driekwart van hen is ziekenverzorgende, bejaardenverzorgende, bejaardenhelpende of verzorgingshulp. Zij bieden lichamelijke verzorging en huishoudelijke hulp aan bewoners. In de meeste huizen is de eindverantwoordelijke voor de verzorging een zorgmanager. Dit is vrijwel altijd een verpleegkundige. In ongeveer de helft van de verzorgingshuizen wordt gewerkt met zogenaamde eerst verantwoordelijke verzorgenden (EEV), of contactverzorgenden. Dat wil zeggen dat aan de verzorgenden enkele bewoners worden toegewezen bij wie zij nauw betrokken zijn. De EEV onderhoudt bijvoorbeeld het contact met de familie en de huisarts (Van Wijhe 2004). Van alle ouderen boven de 65 jaar woont iets meer dan 5% in het verzorgingshuis. Daarnaast verblijft nog eens 3% in het verpleeghuis (De Klerk 2001). In de leeftijdsgroep boven de 85 jaar woont ongeveer een kwart van de ouderen in het verzorgingshuis en een tiende in het verpleeghuis (De Klerk 2001). Het overgrote deel van de Nederlandse ouderen woont dus zelfstandig. De meeste verzorgingshuisbewoners komen direct vanuit de eigen woonomgeving naar het verzorgingshuis (78%), anderen komen vanuit een aanleunwoning (6%) of een ander verzorgingshuis (2%). Enkele ouderen verhuizen naar een verzorgingshuis na opname in een verpleeghuis (4%) of een psychiatrisch of algemeen ziekenhuis (2%) (Centraal Bureau voor de Statistiek 2004). De gemiddelde leeftijd van verzorgingshuisbewoners is 12
5 ongeveer 85 jaar (Centraal Bureau voor de Statistiek 2004), en er zijn vier maal zoveel vrouwen als mannen (De Klerk 2001). Het merendeel van de bewoners heeft geen partner meer; slechts 14% van de bewoners is gehuwd. De verblijfsduur in het verzorgingshuis is gemiddeld vierenhalf tot vijf jaar. Veruit de meeste bewoners wonen er echter minder dan vier jaar. De grootste uitstroom (80%) van het verzorgingshuis bestaat uit ouderen die overlijden, terwijl 18% van de ouderen naar het verpleeghuis verhuist (Van Westerhoven & Van Loveren-Huyben 1997). Het dalend aantal verzorgingshuizen in Nederland en de toename van het aantal ouderen hebben ertoe geleid dat de bewoners van verzorgingshuizen meer dan in het verleden worden gekarakteriseerd door sterke hulpbehoevendheid en hoge ouderdom (De Klerk 2001). De toelatingscriteria voor verzorgingshuizen worden steeds zwaarder, waardoor de grens tussen verpleeghuis en verzorgingshuis vervaagt (Dijkstra et al. 1999). Hoofdstuk 1 Algemene inleiding Depressie bij ouderen Definitie, oorzaken, gevolgen Depressie is een stemmingsstoornis die zowel bij kinderen, volwassenen als ouderen voorkomt. Een depressie wordt gekenmerkt door een periode van ernstige somberheid en/of verlies van plezier (anhedonie). Naast de somberheid of lusteloosheid komen enkele van de volgende problemen voor: slaapstoornissen, eetstoornissen, vermoeidheid, gedachten aan de dood of doodswensen, agitatie of remming, schuldgevoelens of gevoelens van waardeloosheid, en problemen met het denken of concentratieverlies. De duur van de symptomen of het syndroom bedraagt tenminste twee weken, en de klachten zijn dermate ernstig dat het dagelijks functioneren erdoor belemmerd wordt. De twee belangrijkste classificatiesystemen van psychiatrische aandoeningen, de DSM (Diagnostic and Statistical Manual of Mental Disorders) en de ICD (International Classification of Disorders) maken geen onderscheid tussen de criteria voor depressie bij volwassenen en ouderen (American Psychiatric Association 1994; World Health Organization 1993;American Psychiatric Association 1994). 13
6 In het vervolg zal in dit proefschrift onderscheid gemaakt worden tussen depressieve klachten enerzijds en major depressies (in het Nederlands officieel: depressieve episode) anderzijds. Met depressieve klachten wordt bedoeld de aanwezigheid van enige depressieve klachten bij elkaar, die tezamen klinisch relevant zijn. Meestal worden deze depressieve klachten vastgesteld met behulp van een screeningsvragenlijst. Boven een bepaalde score is er dan sprake van depressieve klachten. De ernst en/of het aantal klachten hoeft niet aan de criteria van de DSM of ICD te voldoen, dit in tegenstelling tot de major depressie. Patiënten die lijden aan depressieve symptomen, hoeven dus niet per se een major depressie te hebben, maar een patiënt met een major depressie heeft wel per definitie depressieve klachten. Depressieve klachten kunnen verschillende oorzaken hebben, waaronder somatische en sociale. Ook zijn er oorzaken die samenhangen met de persoonlijkheid. Specifiek voor ouderen zijn de volgende biologische verklaringen: (1) de aan ouderdom gerelateerde subcorticale schade aan de hersenen en (2) ondervoeding door verminderde zelfzorg of ziekte.verder kunnen lichamelijke beperkingen of somatische ziekten direct of indirect leiden tot depressieve klachten zoals vermoeidheid, lusteloosheid en slaapproblemen (Baldwin 2000). Factoren op sociaal gebied die een rol spelen bij de kwetsbaarheid van ouderen voor depressie zijn bijvoorbeeld: eenzaamheid door het verlies van de levenspartner of door vermindering van sociale functies en bezigheden. Ten slotte zijn er bepaalde persoonlijkheidsstructuren of -kenmerken die bepalen dat sommigen kwetsbaarder zijn voor depressie dan anderen. Een bekend voorbeeld hiervan is neuroticisme wat verwijst naar de min of meer stabiele persoonlijkheidseigenschap emotionele instabiliteit. Personen die hoog scoren op een neuroticismeschaal zijn meestal gauw angstig en maken zich snel zorgen. Zij reageren vrij emotioneel op allerlei gebeurtenissen. Ze worden vaak omschreven als piekeraars (Sanderman et al. 1995). Depressieve klachten blijken vaak voor te komen naast chronische lichamelijke aandoeningen en functionele beperkingen (Baldwin et al. 1997; Beekman et al. 1995), maar de causale relatie tussen depressie en lichamelijke ziekte bij ouderen is niet eenduidig (Penninx et al. 2000). Het samen voorkomen kan toevallig zijn, maar het meest waarschijnlijk is een wederzijdse beïnvloeding. Het behandelen van de aanwezige depressie kan dan ook bijdragen aan herstel of verbetering van de lichamelijke conditie en vice versa (Ormel et al. 1998). 14
7 Ouderen in het verzorgingshuis worden vooral gekenmerkt door de aanwezigheid van - vaak ernstig beperkende - chronische lichamelijke aandoeningen. Ondanks de variatie onderling, troffen buitenlandse en Nederlandse onderzoekers hoge prevalenties aan van depressieve klachten bij verzorgingshuisbewoners (ongeveer 30%) (Ames 1993;Van den Berg et al. 1995; Cuijpers & Van Lammeren 1999).Voor major depressies liggen de schattingen lager, tussen de 6% en 11% (Ames 1993). Herkenning, diagnostiek en behandeling Het vaststellen van depressie is moeilijk, met name bij ouderen met lichamelijke comorbiditeit, waarschijnlijk vooral doordat de depressie zich gemaskeerd presenteert. De depressieve klachten, zoals vermoeidheid, worden dan niet als zodanig herkend, maar toegeschreven aan de lichamelijke aandoening waaraan de oudere lijdt. Ook kan het zijn dat de herkenning bemoeilijk wordt doordat depressieve klachten zich bij ouderen anders manifesteren dan bij volwassenen. Zo zouden ouderen sterkere hypochondere preoccupaties hebben, terwijl de somberheid minder op de voorgrond zou staan (Baldwin 2000). Er zijn echter ook onderzoekers die niet of nauwelijks een verband vonden tussen de leeftijd en de aard van de depressieve klachten (Stage et al. 2001; Brodaty et al. 2001; Oxman et al. 1990).Ten slotte zou de geringe herkenning verklaard kunnen worden door de toepassing van de (te) strikte criteria van de diagnostische systemen. Juist veel ouderen zouden lijden aan depressieve klachten die niet aan alle criteria van een major depressie voldoen. Dan wordt wel gesproken van een minor depressie, al hoeft dit geen míldere vorm van een depressieve stoornis te zijn. Een minor depressie kan namelijk gepaard gaan met evenveel beperkingen en achteruitgang in de kwaliteit van leven als een major depression (Beck & Koenig 1996; Beekman et al. 1997). Hoofdstuk 1 Algemene inleiding Hoewel geschat wordt dat 80% van de ouderen met major depressie hun huisarts bezoeken, zou maar bij een kwart van hen de depressie herkend worden (Cole & Yaffe 1996). Uit verscheidene onderzoeken blijkt dat ook verzorgenden major depressie bij bewoners maar nauwelijks herkennen (15-27%) (Bagley et al. 2000; Jackson & Baldwin 1993; Koenig et al. 1988; Rovner et al. 1991). Daarnaast toonde ander onderzoek aan dat verzorgenden ertoe neigen juist ouderen die niet depressief zijn, toch als zodanig te benoemen (Rovner et al. 1991). Een mogelijke oorzaak hiervan is dat het in die gevallen gaat om milde depressieve klachten die wat betreft ziektelast vergelijkbaar zijn met een major depressie (Burrows et al. 1995). 15
8 Uit Nederlands onderzoek onder verzorgenden in verpleeghuizen bleek dat de aanwezigheid van depressieve klachten bij bewoners maar in 46% van de gevallen herkend werd (Falck et al. 1999). Vermoedelijk geldt dit ook voor de herkenning van depressie in verzorgingshuizen door verzorgend personeel. Hoewel het vaststellen van depressie niet de primaire taak van verzorgenden is, zijn zij wel degenen die het frequentst contact hebben met de bewoners, waardoor zij een beginnende depressie of stemmingsverslechtering juist goed zouden kunnen opmerken. De standaardbehandeling van depressie bij ouderen - in Nederland - is gelijk aan die bij (jong) volwassenen en bestaat uit een combinatie van psychofarmaca en psychologische of psychotherapeutische interventies (van Marwijk et al. 2003). In eerste instantie kan de behandeling uitgevoerd worden door de huisarts.als dit onvoldoende is, kan specialistische zorg door bijvoorbeeld een GGZ-instelling ingeschakeld worden. Voor medicamenteuze behandeling van depressie bij verzorgingshuisbewoners vormt de lichamelijke co-morbiditeit vaak een drempel, vanwege eventuele interacties met andere medicatie (Ouderen en depressie CBO 1994; Bijl & Verhoeven 2002).Toch zijn er effectieve behandelmogelijkheden voorhanden (Katz et al. 1990; Mossey et al. 1996; Gill & Hatcher 2002). Uit een meta-analyse van Mittmann en collega s naar de effectiviteit van antidepressiva bij ouderen bleek dat deze middelen even effectief zijn bij ouderen als bij volwassenen (jonger dan 60 jaar). Ook is gekeken naar de effectiviteit, gedefinieerd als een 50%- afname op een depressieschaal. Tussen de diverse groepen antidepressiva zijn geen verschillen in effectiviteit gevonden (1997). Project Vroegsignalering In Nederland bestaan twee interventies die gericht zijn op (vroeg)signalering van depressie in verzorgingshuizen. De ene interventie is ontwikkeld en onderzocht in een quasi-experimenteel design door het Trimbos Instituut (Cuijpers & Van Lammeren 2001). Deze interventie blijkt bij te dragen aan afname van depressieve klachten bij bewoners en toename in kwaliteit van leven. De andere interventie is het project Vroegsignalering van depressie in verzorgingshuizen, dat in 1996 ontwikkeld is door het Bureau Preventie van GGZ Drenthe. Dit project wordt op effectiviteit getoetst in dit onderzoek. 16
9 Het Project Vroegsignalering is opgezet om de signalering van psychiatrische aandoeningen, waaronder depressies, te verbeteren (Bureau Preventie GGZ Drenthe 2002). Psychiatrisch geschoolde (GGZ-)hulpverleners trainen daartoe verzorgend personeel in verzorgingshuizen. De verzorgenden krijgen informatie over depressieve klachten bij ouderen. Zij leren gedrag systematisch te observeren en registreren aan de hand van een observatieformulier, de zogenaamde Vroegsignaleringslijst. Deze lijst is een bewerking van de Verkorte Gedragsobservatieschaal voor de Intramurale Psychogeriatrie (GIP-28) en bestaat uit drie schalen: affect, cognitie en apathie (De Jonghe et al. 1997). Periodiek worden de Vroegsignaleringslijsten door verzorgenden ingevuld, na een observatieperiode tijdens de dagelijkse werkzaamheden. De resultaten van de lijsten (scores) worden besproken in een overleg tussen verzorgenden en GGZ-hulpverlener. Op basis van de observatiescores en informatie van de verzorgenden over de bewoner en zijn/haar situatie, geven GGZ-hulpverleners zorgadviezen. Deze adviezen variëren van bezoek door een vrijwilliger en nader psychologisch onderzoek tot huisartsconsult. De bedoeling is dat psychische problemen eerder onder de aandacht komen waarna adequate, en zo nodig psychische hulpverlening aan bewoners geboden kan worden. Hoofdstuk 1 Algemene inleiding Het onderzoek Doelstelling en onderzoeksvragen Naar verwachting kunnen de resultaten van dit onderzoek bijdragen aan de ontwikkeling van tijdige en adequate zorg voor bewoners van verzorgingshuizen die lijden aan depressieve klachten. Om dit doel te bereiken, zijn de onderstaande vraagstellingen als uitgangspunt van dit onderzoek genomen. - Wat is de prevalentie van depressie bij verzorgingshuisbewoners? - Wat zijn de risicofactoren voor depressie bij verzorgingshuisbewoners? - Kan een bestaand observatie-instrument gebruikt worden om depressieve klachten bij verzorgingshuisbewoners te signaleren? - Kan een interventie waarbij verzorgenden depressief gedrag bij bewoners systematisch observeren en registreren leiden tot verbetering van de herkenning, behandeling en beloop van depressieve klachten? - Beïnvloedt de aard van de instelling (verzorgingshuizen of verpleeghuizen) de mate van depressieve klachten bij bewoners? 17
10 Belang Het belang van dit onderzoek is tweeledig. Ten eerste, kennis over risicofactoren voor depressieve symptomen bij verzorgingshuisbewoners is nodig om preventieve activiteiten in het verzorgingshuis te kunnen sturen. Ten tweede, als het Project Vroegsignalering effectief blijkt in de verbetering van herkenning, beloop en behandeling, dan is een methode gevonden die eenvoudig in de dagelijkse praktijk van GGZ-instellingen en verzorgingshuizen in te voeren is. Dataverzameling en studieopzet Het onderzoek dat gepresenteerd wordt in dit proefschrift is gebaseerd op gegevens verzameld in de Amsterdam Groningen Elderly & Depression Studie (AGED), een samenwerkingsproject tussen de afdeling Sociale Psychiatrie van de medische faculteit van de Rijksuniversiteit Groningen, en de afdeling Verpleeghuiswetenschappen en Psychiatrie en het EMGO-instituut van het VU Medisch Centrum te Amsterdam. AGED is opgezet om inzicht te verwerven in de prevalentie, aard en risicofactoren van depressie bij ouderen in instellingen voor langdurige zorg: verzorgingsen verpleeghuizen. Het onderzoek is uitgevoerd in de periode van 1999 tot De opzet van het onderzoek was longitudinaal; er zijn twee metingen (voor- en nameting) verricht met een tussenliggende periode van een half jaar. In Drenthe zijn alle niet-particuliere verzorgingshuizen aangeschreven om deel te nemen aan het onderzoek. Deelname was niet mogelijk wanneer ingrijpende -bouwkundige of organisatorische- veranderingen plaats hadden tijdens de looptijd van de dataverzameling ( ).Voor het vergaren van gegevens zijn bewoners zelf, maar ook de verzorgenden, zorgmanagers en huisartsen benaderd. De dataverzameling bij de bewoners bestond uit het mondeling afnemen van gestandaardiseerde vragenlijsten.voor het bepalen van de aanwezigheid van depressie is een twee-staps-procedure gevolgd: eerst is met behulp van een screeningsvragenlijst (Geriatric Depression Scale, GDS) bepaald of er mogelijk sprake was van depressie (Brink et al. 1982; Yesavage et al. 1982). Bij een score >10 is een semigestructureerd diagnostisch interview, de SCAN, (Schedules for Clinical Assessment in Neuropsychiatry (Wing et al. 1998) afgenomen, op basis waarvan de diagnose depressie volgens de DSM-IV gesteld kon worden (American Psychiatric Association 1994). Bij de nameting is de SCAN afgenomen bij de respondenten die bij de 18
11 voormeting of de nameting hoger dan 10 scoorden op de GDS.Verder zijn gegevens verzameld over eenzaamheid, sociale steun, ingrijpende levensgebeurtenissen, gezichtsvermogen en gehoorfunctie, kwaliteit van leven, neuroticisme en lichamelijk functioneren. De interviews zijn afgenomen door psychologen en verpleegkundigen die een interviewtraining hebben gevolgd, waarvan de SCAN-training een onderdeel uitmaakte, zodat de gegevens zoveel mogelijk gestandaardiseerd zijn verkregen. Aan verzorgenden zijn lijsten voorgelegd waarop zij bewoners moesten beoordelen: zij dienden aan te geven of zij bepaalde depressieve klachten hadden gezien tijdens de afgelopen week bij de bewoner.verder is ook gevraagd of er naar hun mening sprake was van depressie bij de bewoner. Ten slotte hebben de verzorgenden gegevens over het medicatiegebruik verstrekt, met goedkeuring van de bewoner.aan de zorgmanager is gevraagd welke bewoners in behandeling waren voor depressie. Onder behandeling werd hier verstaan: het gebruik van antidepressieve medicatie, of regelmatig bezoek door de huisarts, of behandeling door een GGZ-hulpverlener of maatschappelijk werker. Hoofdstuk 1 Algemene inleiding De interviews zijn afgenomen bij 479 bewoners van 11 Drentse verzorgingshuizen. De gemiddelde leeftijd van de bewoners was 85 jaar. Bewoners die tijdelijk, bijvoorbeeld wegens ziekte, opgenomen waren in het verzorgingshuis, zijn niet benaderd voor het onderzoek. Ook zijn geen bewoners geïnterviewd die de groepsverzorging voor bewoners met ernstige cognitieve problemen bezochten. Opzet van dit proefschrift Na dit inleidende hoofdstuk, volgen zes hoofdstukken die zijn geschreven als artikelen, welke separaat gepubliceerd zijn of kunnen worden.twee van deze artikelen zijn in het Nederlands geschreven omdat de inhoud met name relevant is voor het Nederlandse taalgebied (H2,H5). De overige vier artikelen zijn in het Engels geschreven (H3,H4,H6,H7). In hoofdstuk 2 wordt een overzicht gegeven van voorgaande onderzoeken naar de prevalentie van depressieve klachten en stoornissen bij bewoners in het verzorgingshuis. Daarnaast worden de prevalentie en incidentie van depressieve klachten en stoornissen bij verzorgingshuisbewoners in Drenthe gerapporteerd. In hoofd- 19
12 stuk 3 wordt verslag gedaan van cross-sectioneel onderzoek naar risico-indicatoren van depressie. In hoofdstuk 4 worden deze risico-indicatoren verder onderzocht, waarbij longitudinale data zijn gebruikt. Met name staat de vraag centraal in hoeverre achteruitgang in het lichamelijk of cognitief functioneren bijdraagt aan het ontstaan of verergeren van depressieve symptomen. In hoofdstuk 5 wordt de psychometrische evaluatie van de Gedragsobservatieschaal voor de Intramurale Psychogeriatrie (GIP-28) beschreven (De Jonghe et al. 1997). Dit observatie-instrument is namelijk gebruikt als detectiemiddel in het Project Vroegsignalering. In hoofdstuk 6 wordt verslag gedaan van het effectonderzoek van het Project Vroegsignalering op de herkenning, behandeling en beloop van depressieve klachten. In hoofdstuk 7 wordt onderzocht of de aard van de instelling (verzorgingshuizen vs verpleeghuizen) de mate van depressieve klachten bij bewoners beïnvloedt. In hoofdstuk 8 ten slotte, volgt een kritische bespreking van de bevindingen. De relevantie en implicaties van dit proefschrift voor de ouderenzorg worden uiteengezet. 20
13 Literatuurlijst American Psychiatric Association (1994). Diagnostic and Statistical Manual of Mental Disorders, fourth edition. APA, Washington. Ames D (1993). Depressive disorders among elderly people in long-term institutional care. Australian and New Zealand Journal of Psychiatry 27. p Bagley H, Cordingley L, Burns A, Mozley CG, Sutcliffe C, Challis D, Huxley P (2000). Recognition of depression by staff in nursing and residential homes. Journal of Clinical Nursing 9 (3). p Baldwin B, Deeg DJH, Braam AW, Smit JH,Van Tilburg W (1997). Consequences of major and minor depression in later life: a study of disability, well-being and service utilization. Psychological Medicine 27. p Baldwin RC (2000). Poor prognosis of depression in elderly people: causes and actions. Annals of Medicine 32. p Beck DA & Koenig HG (1996). Minor depression: a review of the literature. International Journal of Psychiatry In Medicine 26 (2). p Beekman AT, Deeg DJ, Braam AW, Smit JH,Van Tilburg W (1997). Consequences of major and minor depression in later life: a study of disability, well-being and service utilization. Psychological Medicine 27 (6). p Beekman ATF, Stek ML, Deeg DJH (1995). Het beloop van depressie bij ouderen.tijdschrift voor Psychiatrie 37 (7). p Bijl D & Verhoeven WMA, Antidepressiva bij depressie: een kritische beschouwing, Geneesmiddelen Bulletin 36. p Brink TL,Yesavage JA, Lum O, Heersema PH, Adey M, Rose TL (1982). Screening tests for geriatric depression. Clinical Gerontologist 1 (1). p Brodaty H, Luscombe G, Parker G, Wilhelm K, Hickie I, Austin MP, Mitchell P (2001). Journal of Affective Disorders 66. p Bureau Preventie GGZ Drenthe (2002).VSGO Vroegsignalering door gedragsobservatie. Leren vroegsignalering van psychische, psychosociale en psychogeriatrische problemen bij bewoners van het verzorgingshuis door observatie. Handleiding Vroeg gezien, goed gezien. Bohn Stafleu Van Loghum, Houten. Burrows AB, Satlin A, Salzman C, Nobel K, Libsitz LA (1995). Depression in a long-term care facility: discordance between nursing assesments and patients interviews. Journal of the American Geriatric Society 43. p Centraal Bureau voor de Statistiek (2004). Cole MG & Yaffe MJ (1996). Pathway to psychiatric care of the elderly with depression. International Journal of Geriatric Psychiatry 11 (2). p Cuijpers P & Van Lammeren P (1999). Depressive symptoms in chronically ill elderly people in residential homes. Aging & Mental Health 3 (3). p Hoofdstuk 1 Algemene inleiding 21
14 Cuijpers P & Van Lammeren P (2001). Secondary prevention of depressive symptoms in elderly inhabitants of residential homes. International Journal of Geriatric Psychiatry 16. p De Jonghe JFM, Ooms ME, Ribbe MW (1997).Verkorte Gedragsobservatieschaal voor de Intramurale Psychogeriatrie (GIP-28).Tijdschrift voor Gerontologie en Geriatrie 28. p De Klerk MMY (2001). Rapportage ouderen 2001.Veranderingen in de leefsituatie. Sociaal en Cultureel Planbureau, Den Haag. Dijkstra GJ, Groothoff JW, Post D (1999). De indicatie voor een verzorgingshuis of verpleeghuis.tijdschrift voor Gerontologie en Geriatrie 30. p Falck RP, Pot AM, Braam AW, Hanewald GJFP, Ribbe MW (1999). Depressie bij somatische verpleeghuispatiënten.tijdschrift voor Gerontologie en Geriatrie 30. p Gill D & Hatcher S (2002). Antidepressants for depression in medical illness (Cochrane Review). In:The Cochrane LibraryUpdate software, Oxford. Jackson R & Baldwin B (1993). Detecting depression in elderly medically ill patients: the use of the Geriatric Depression Scale compared with medical and nursing observations. Age and Ageing 22. p Katz IR, Simpson GM, Curlik SM, Parmelee PA, Muhly C (1990). Pharmacologic treatment of major depression for elderly patients in residential care settings. Journal of Clinical Psychiatry 51 Suppl. p Koenig HG, Meador KG, Cohen HJ, Blazer DG (1988). Detection and treatment of major depression in older medically ill hospitalized patients. International Journal of Psychiatry In Medicine 18 (1). p Mittmann N, Herrmann N, Einarson TR, Busto UE, Lanctôt L, Liu BA, Shulman KI, Silver IL, Naranjo A, Shear NH (1997).The efficacy, safety and tolerability of antidepressants in late life depression:a meta-analysis. Journal of Affective Disorders 46. p Mossey JM, Knott KA, Higgins M,Talerico K (1996). Effectiveness of a psychosocial intervention, interpersonal counseling, for subdysthymic depression in medically ill elderly. Journal of Gerontology: MEDICAL SCIENCES 51A (4). p M172-M178. Ormel J, Kempen GI, Deeg DJ, Brilman EI,Van Sonderen E, Relyveld J (1998). Functioning, well-being, and health perception in late middle-aged and older people: comparing the effects of depressive symptoms and chronic medical conditions. Journal of the American Geriatrics Society 46 (1). p Ouderen en depressie CBO (1994). Consensus depressie bij volwassenen. Oxman TE, Barrett JE, Barrett J, Gerber P (1990). Symptomatology of late-life minor depression among primary care patients. Psychosomatics 31 (2). p Penninx BW, Deeg DJ,Van Eijk JT, Beekman AT, Guralnik JM ( ). Changes in depression and physical decline in older adults: a longitudinal perspective. Journal of Affective Disorders 61 (1-2). p
15 Prismant/VWS (2001). Brancherapport Volksgezondheid. Deelrapport Care. Een eerste proeve. Ongecorrigeerde versie.vws/prismant, Den Haag/Utrecht. Rovner BW, German PS, Brant LJ, Clark R, Burton L, Folstein MF (1991). Depression and mortality in nursing homes. Journal of the American Medical Association 265 (8). p Sanderman R, Arrindell WA, Ranchor A, Eysenck HJ, Eysenck SBG (1995). Het meten van persoonlijkheidskenmerken met de Eysenck Personality Questionnaire:een handleiding. Noordelijk Centrum voor Gezondheidsvraagstukken, Rijksuniversiteit Groningen., Groningen. Stage KB, Bech P, Kragh-Sorensen P, Nair NPV, Katona C (2001). Differences in symptomatology and diagnostic profile in younger and elderly depressed inpatients. Journal of Affective Disorders 64. p Van den Berg JFM, Spijker J, Limbeek J,Van Tilburg W,Van Alem V (1995). Psychopathologie bij verzorgingshuisbewoners in Amsterdam.Tijdschrift voor Gerontologie en Geriatrie 26. p Van Marwijk HWJ, Grundmeijer HGLM, Bijl D,Van Gelderen MD, De Haan M,Van Weel- Baumgarten EM, Burgers JS, Boukes FS, Romeijnders ACM (2003). NHG-Standaard Depressieve stoornis (depressie) (eerste herziening). Huisarts en Wetenschap 46 (11). p Van Westerhoven FMGD & Van Loveren-Huyben CMS (1997). Zorg voor medewerkers. Onderzoek naar de benodigde kwaliteit en kwantiteit van de medewerkers in het verzorgingshuis nieuwe stijl in het jaar SSN Nijmegen, Nijmegen. Van Wijhe R (2004). EVV wordt volwassen. Info Bulletin Bureau Toegepaste Sociale Gerontologie 57. p Wing JK, Sartorius N, Üstün TB (1998). Diagnosis and clinical measurement in psychiatry. A reference manual for SCAN. Cambridge University Press, Cambridge United Kingdom. World Health Organization (1993).The ICD-10 classification of mental and behavioural disorders: research criteria. WHO, Geneva. Yesavage JA, Brink TL, Rose TL, Lum O, Huang V, Adey M, Leirer V (1982). Development and validation of a geriatric depression screening scale: a preliminary report. Journal of Psychiatric Research 17 (1). p Hoofdstuk 1 Algemene inleiding 23
16
AGED: Amsterdam Groningen Elderly Depression Study
AGED: Amsterdam Groningen Elderly Depression Study Angst en depressie bij verpleeghuisbewoners; prevalentie en risico indicatoren Lineke Jongenelis Martin Smalbrugge EMGO, onderzoeksprogramma common mental
Nadere informatieDepressie bij verzorgingshuisbewoners Eisses, Anne-Marie Henriëtte
Depressie bij verzorgingshuisbewoners Eisses, Anne-Marie Henriëtte IMPORTANT NOTE: You are advised to consult the publisher's version (publisher's PDF) if you wish to cite from it. Please check the document
Nadere informatieDepressie bij verzorgingshuisbewoners Eisses, Anne-Marie Henriëtte
Depressie bij verzorgingshuisbewoners Eisses, Anne-Marie Henriëtte IMPORTANT NOTE: You are advised to consult the publisher's version (publisher's PDF) if you wish to cite from it. Please check the document
Nadere informatieUniversity of Groningen. Depressie bij verzorgingshuisbewoners Eisses, Anne-Marie Henriëtte
University of Groningen Depressie bij verzorgingshuisbewoners Eisses, Anne-Marie Henriëtte IMPORTANT NOTE: You are advised to consult the publisher's version (publisher's PDF) if you wish to cite from
Nadere informatieUniversity of Groningen. Depressie bij verzorgingshuisbewoners Eisses, Anne-Marie Henriëtte
University of Groningen Depressie bij verzorgingshuisbewoners Eisses, Anne-Marie Henriëtte IMPORTANT NOTE: You are advised to consult the publisher's version (publisher's PDF) if you wish to cite from
Nadere informatieUniversity of Groningen. Depressie bij verzorgingshuisbewoners Eisses, Anne-Marie Henriëtte
University of Groningen Depressie bij verzorgingshuisbewoners Eisses, Anne-Marie Henriëtte IMPORTANT NOTE: You are advised to consult the publisher's version (publisher's PDF) if you wish to cite from
Nadere informatieUniversity of Groningen. Depressie bij verzorgingshuisbewoners Eisses, Anne-Marie Henriëtte
University of Groningen Depressie bij verzorgingshuisbewoners Eisses, Anne-Marie Henriëtte IMPORTANT NOTE: You are advised to consult the publisher's version (publisher's PDF) if you wish to cite from
Nadere informatiePrevalentie en incidentie van depressie in verzorgingshuizen
2 Prevalentie en incidentie van depressie in verzorgingshuizen 25 Gepubliceerd als Eisses AMH, Kluiter H, Jongenelis K, Pot AM, Beekman ATF en Ormel J. Prevalentie en incidentie van depressie in Drentse
Nadere informatieDepressie bij verzorgingshuisbewoners Eisses, Anne-Marie Henriëtte
Depressie bij verzorgingshuisbewoners Eisses, Anne-Marie Henriëtte IMPORTANT NOTE: You are advised to consult the publisher's version (publisher's PDF) if you wish to cite from it. Please check the document
Nadere informatieWat is depressie? Oorzaak, omvang, gevolg
Wat is depressie? Oorzaak, omvang, gevolg Prof. Dr. Brenda Penninx Vakgroep psychiatrie / GGZ ingeest Neuroscience Campus Amsterdam Mental Health EMGO+ Institute for Health and Care Research b.penninx@vumc.nl
Nadere informatie8 Slotbeschouwing 123
8 Slotbeschouwing 123 Na een korte weergave van de belangrijkste bevindingen en conclusies van het onderzoek, worden in dit hoofdstuk enkele kanttekeningen gemaakt bij de methodologie, om zo te komen
Nadere informatieWhy do we treat the elderly cancer patient and how do we assess him? Cindy Kenis, Geriatrisch Oncologisch Verpleegkundige, UZ Leuven
Why do we treat the elderly cancer patient and how do we assess him? Cindy Kenis, Geriatrisch Oncologisch Verpleegkundige, UZ Leuven 1. Introductie (1) 1. Introductie (2) Comprehensive Geriatric Assessment
Nadere informatieDiagnose en classificatie in de psychiatrie
Diagnose en classificatie in de psychiatrie Klinische Validiteit Research Betrouwbaarheid Prof dr Bert van Hemert psychiater en epidemioloog Afdelingshoofd psychiatrie DBC Kosten-baten 2 Diagnosen in de
Nadere informatieBijlagen J. Wiersma et al., Neem de regie over je depressie, DOI / , 2015 Bohn Stafleu van Loghum, onderdeel van Springer Media
Bijlagen J. Wiersma et al., Neem de regie over je depressie, DOI 10.1007/978-90-368-1003-6, 2015 Bohn Stafleu van Loghum, onderdeel van Springer Media 50 neem de regie over je depressie Bijlage 1 Beloopstabel
Nadere informatieDe psychopathologische gevolgen van pijnklachten. Eric de Heer
De psychopathologische gevolgen van pijnklachten Eric de Heer Psycholoog i.o. tot GZ-psycholoog Senior onderzoeker VIP (Vroege Interventie Psychose) Tilburg GGz Breburg Pijn! pijn is een stressvolle ervaring
Nadere informatieDe psychopathologische gevolgen van pijnklachten Eric de Heer
De psychopathologische gevolgen van pijnklachten Eric de Heer Psycholoog i.o. tot GZ-psycholoog Senior onderzoeker VIP (Vroege Interventie Psychose) Tilburg GGz Breburg Pijn! pijn is een stressvolle ervaring
Nadere informatieKorte bijdrage Het belang van subklinische depressies
Korte bijdrage Het belang van subklinische depressies door P. Cuijpers Samenvatting Subklinische depressies zijn depressieve beelden waarbij sprake is van depressieve klachten zonder dat voldaan is aan
Nadere informatiehoofdstuk 3 Hoofdstuk 4 Hoofdstuk 5
SAMENVATTING 117 Pas kortgeleden is aangetoond dat ADHD niet uitdooft, maar ook bij ouderen voorkomt en nadelige gevolgen kan hebben voor de patiënt en zijn omgeving. Er is echter weinig bekend over de
Nadere informatieDe overgang van stepped care naar personalized care bij de combinatie van lichamelijke en psychische klachten
De overgang van stepped care naar personalized care bij de combinatie van lichamelijke en psychische klachten Dr. Jonna van Eck van der Sluijs Psychiater en senior onderzoeker Symposium Personalized medicine:
Nadere informatieNederlandse samenvatting
Addendum A 173 Nederlandse samenvatting Het doel van het onderzoek beschreven in dit proefschrift was om de rol van twee belangrijke risicofactoren voor psychotische stoornissen te onderzoeken in de Ultra
Nadere informatieROM in de ouderenpsychiatrie
Improving Mental Health by Sharing Knowledge ROM in de ouderenpsychiatrie Marjolein Veerbeek Richard Oude Voshaar, Anne Margriet Pot Financier: Ministerie van VWS 2 Routine Outcome Monitoring Definitie
Nadere informatie4.3.1 Diagnostische Checklist voor cliënten zonder dementie: DSM-5 criteria
4.3.1 Diagnostische Checklist voor cliënten zonder dementie: DSM-5 criteria Stappen 1 t/m 4 betreffen Depressie, stappen 5 en 6 betreffen Apathiesyndroom STAP 1. Bepaal of de volgende hoofdsymptomen voorkomen.
Nadere informatieCover Page. The handle http://hdl.handle.net/1887/39582 holds various files of this Leiden University dissertation
Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/39582 holds various files of this Leiden University dissertation Author: Hegeman, Annette Title: Appearance of depression in later life Issue Date: 2016-05-18
Nadere informatieVroegsignalering bij dementie
Vroegsignalering bij dementie Docentenhandleiding voor mbo-zorg onderwijs en bijscholing Docentenhandleiding voor mbo-zorg onderwijs en bijscholing Contact: Connie Klingeman, Hogeschool Rotterdam c.a.klingeman@hr.nl
Nadere informatieScreening en behandeling van psychische problemen via internet. Viola Spek Universiteit van Tilburg
Screening en behandeling van psychische problemen via internet Viola Spek Universiteit van Tilburg Screening en behandeling van psychische problemen via internet Online screening Online behandeling - Effectiviteit
Nadere informatieNederlandse samenvatting
Nederlandse samenvatting 119 120 Samenvatting 121 Inleiding Vermoeidheid is een veel voorkomende klacht bij de ziekte sarcoïdose en is geassocieerd met een verminderde kwaliteit van leven. In de literatuur
Nadere informatieToegankelijkheid en effectiviteit van de geestelijke gezondheidszorg voor ouderen. Samenvatting
Toegankelijkheid en effectiviteit van de geestelijke gezondheidszorg voor ouderen Hoofdstuk 1 is de algemene inleiding van dit proefschrift. Psychische stoornissen komen geregeld voor bij ouderen (65-plus).
Nadere informatieMAPPING STUDIE. Anne van den Brink. Specialist Ouderengeneeskunde, Junior Onderzoeker
MAPPING STUDIE Anne van den Brink Specialist Ouderengeneeskunde, Junior Onderzoeker UKON symposium 7 april 2016 A study on the characteristics, care needs and quality of life of patients with both Mental
Nadere informatie3.3 Delirium. herkend wordt. Onduidelijk is in hoeveel procent het delirium niet, of niet volgens de gangbare richtlijnen, behandeld wordt.
3.3 Delirium Delirium is waarschijnlijk de meest voorkomende neuropsychiatrische stoornis in het algemeen en academisch ziekenhuis, met een prevalentie van 15 tot 50 procent bij opgenomen oudere patiënten.
Nadere informatieNEDERLANDSE SAMENVATTING (SUMMARY IN DUTCH)
NEDERLANDSE SAMENVATTING (SUMMARY IN DUTCH) ACHTERGROND Depressie is een ernstige psychiatrische stoornis waar ongeveer één op de vijf à zes mensen gedurende de levensloop mee te maken krijgt. In Westerse
Nadere informatieDepressie bij ouderen Trends over de tijd
DEPARTMENT OF PSYCHIATRY Disclosure belangen spreker Depressie bij ouderen Trends over de tijd Hans Jeuring Psychiater en onderzoeker, UMCG Afdeling Ouderenpsychiatrie (potentiële) belangenverstrengeling
Nadere informatieTabel 1 Overzicht van de aantallen mensen waar we gegevens van hadden
DEMENTIE DIAGNOSE DOCUMENTATIE Hannie Comijs Tessa van den Kommer Febr 2017 In LASA beschikken we over gegevens m.b.t. meerdere cognitieve tests, maar een klinische dementie diagnose op basis van formele
Nadere informatie5-12-2012 WELKOM. Depressieve klachten en hulpbehoefte bij diabetes. De komende 45 minuten
WELKOM 5 december 2012 Depressieve klachten en hulpbehoefte bij diabetes Caroline Lubach: senior verpleegkundig consulent diabetes VUmc Anita Faber: research coördinator Diabetes Research Centrum, Hoogeveen
Nadere informatieWie zijn wij? Wie bent u? Waar bent u werkzaam? Welke setting en sector? Wat wilt u leren van deze workshop?
Wat kunt U daarmee? Alwies Hendriks, psychomotorisch therapeut Margje Mahler, ouderenpsycholoog Wie zijn wij? Wie bent u? Waar bent u werkzaam? Welke setting en sector? Wat wilt u leren van deze workshop?
Nadere informatieDementie, probleemgedrag en de mantelzorger
Dementie, probleemgedrag en de mantelzorger LOAG Gedragsstoornissen en psychiatrie bij dementie Utrecht, 16 april A. Kunneman, gz-psycholoog Introductie GZ-psycholoog Werkzaam op de GAAZ / poli geriatrie
Nadere informatieNederlandse Samenvatting
Nederlandse Samenvatting 99 Nederlandse Samenvatting Depressie is een veel voorkomend en ernstige psychiatrisch ziektebeeld. Depressie komt zowel bij ouderen als bij jong volwassenen voor. Ouderen en jongere
Nadere informatie15:40 16:00 uur. Depressie en dementie RICHARD OUDE VOSHAAR. Ouderenpsychiater
5:40 6:00 uur Depressie en dementie RICHARD OUDE VOSHAAR Ouderenpsychiater % psychiatrische problemen bij Alzheimer 60 50 40 30 20 0 0 Zhao et al, J Affect Disord 205 Wanneer spreken van van een depressie?
Nadere informatieBegeleiding van psychische klachten bij revalidatie. dr. Bianca Buijck Coördinator Rotterdam Stroke Service 17 maart 2015
Begeleiding van psychische klachten bij revalidatie dr. Bianca Buijck Coördinator Rotterdam Stroke Service 17 maart 2015 Even voorstellen Psychische klachten: neuropsychiatrische symptomen (NPS) De laatste
Nadere informatieSamenvatting SAMENVATTING Hoofdstuk 1 is de algemene introductie over de inhoud van dit proefschrift. Depressie en angststoornissen zijn de meest voorkomende psychische stoornissen en brengen een grote
Nadere informatieNederlandse samenvatting
Nederlandse samenvatting 200 NEDERLANDSE SAMENVATTING Duizeligheid is een veel voorkomend probleem bij ouderen. Tot 30% van de thuiswonende ouderen van 65 jaar en ouder ervaart enige vorm van duizeligheid.
Nadere informatieHOOFDSTUK 1: INLEIDING
168 Samenvatting 169 HOOFDSTUK 1: INLEIDING Bij circa 13.5% van de ouderen komen depressieve klachten voor. Met de term depressieve klachten worden klachten bedoeld die klinisch relevant zijn, maar niet
Nadere informatieWie zijn wij? Wie bent u? Waar bent u werkzaam? Welke setting en sector? Wat wilt u leren van deze workshop?
Wat kunt U daarmee? Alwies Hendriks, psychomotorisch therapeut Margje Mahler, ouderenpsycholoog Wie zijn wij? Wie bent u? Waar bent u werkzaam? Welke setting en sector? Wat wilt u leren van deze workshop?
Nadere informatieFunctionele diagnostiek bij langdurige eetstoornissen
Functionele diagnostiek bij langdurige eetstoornissen OP BASIS VAN ICF MARIETA VERHOEVEN VERPLEEGKUNDIG SPECIALIST I.O. COGNITIEF GEDRAGSTHERAPEUTISCH WERKER VGCT Ernstige en langdurige eetstoornis Definitie
Nadere informatieSaMenvatting (SUMMARy IN DUTCH)
Samenvatting (summary in Dutch) Samenvatting In hoofdstuk 1 wordt de algemene introductie van dit proefschrift beschreven. De nadruk in dit proefschrift lag op patiënten met hoofd-halskanker (HHK) en
Nadere informatieDepressie na een hartinfarct en risico op nieuwe hartklachten
Depressie na een hartinfarct en risico op nieuwe hartklachten Marij Zuidersma Promotoren: Peter de Jonge, Johan Ormel, Henk Jan Conradi Interdisciplinary center for psychiatric epidemiology University
Nadere informatieStappenplan depressie
Stappenplan depressie Vroegtijdige opsporing en behandeling van depressie bij zelfstandig wonende ouderen Stap 1: Screenen op depressie in de eerste lijn (kruis aan) GDS-2 1. Heeft u zich de afgelopen
Nadere informatiePersoonlijkheidsstoornissen bij ouderen: Meten en weten. Prof. Dr. Bas van Alphen
Persoonlijkheidsstoornissen bij ouderen: Meten en weten Prof. Dr. Bas van Alphen Inhoud Temporele stabiliteit Leeftijdsneutraliteit DSM-5 Behandelperspectief Klinische implicaties Casuïstiek Uitgangspunten!
Nadere informatieKwetsbaarheid bij ouderen: een uitdaging Risicofactoren, meetinstrumenten en samenhangende zorg
Kwetsbaarheid bij ouderen: een uitdaging Risicofactoren, meetinstrumenten en samenhangende zorg In vergrijzende samenlevingen is de zorg voor het toenemende aantal kwetsbare ouderen een grote uitdaging
Nadere informatieDepressie bij ouderen Herstel als voorwaarde voor rehabilitatie?
Depressie bij ouderen Herstel als voorwaarde voor rehabilitatie? Rob Kok, psychiater, epidemioloog Parnassia Bavo Groep Den Haag Waarom rehabilitatie? Eerherstel van wie? Over welke ouderen hebben we het
Nadere informatieDepressief syndroom Persoonlijke Psychiatrie,
Depressief syndroom Persoonlijke Psychiatrie, 21-6-2017 Jan Spijker, psychiater, hoogleraar Chronische Depressie, Radboud Universiteit Nijmegen hoofd programma depressie Pro Persona, Nijmegen Indeling
Nadere informatieWorkshop Verpleegkundige interventies bij ouderen met een depressie
Workshop Verpleegkundige interventies bij ouderen met een depressie Cindy Ooijevaar Verpleegkundig Specialist Poli Geriatrie Medisch Centrum Alkmaar c.ooijevaar@mca.nl november 2014 Depressie Major depressive
Nadere informatieOp weg naar een zorgcircuit GGZ ouderen. 25/04/2013 David Van Goethem Astrid Van Raemdonck
Op weg naar een zorgcircuit GGZ ouderen 25/04/2013 David Van Goethem Astrid Van Raemdonck Een blik op de toekomst Het grijze gevaar... Demografische evoluties België (Federaal Planbureau) 2010: 17,2% 65+
Nadere informatieSAMENVATTING SAMENVATTING. Werk en Psychische Gezondheid: Studies naar de invloed van werk kenmerken, sociale rollen en gender
SAMENVATTING Werk en Psychische Gezondheid: Studies naar de invloed van werk kenmerken, sociale rollen en gender In de jaren negentig werd duidelijk dat steeds meer werknemers in Nederland, waaronder in
Nadere informatieHoofdstuk 2 Hoofdstuk 3 Hoofdstuk 4. Hoofdstuk 3 Hoofdstuk 4
Samenvatting SAMENVATTING 189 Depressie is een veelvoorkomende psychische stoornis die een hoge ziektelast veroorzaakt voor zowel de samenleving als het individu. De Wereldgezondheidsorganisatie (WHO)
Nadere informatieDoen bij Depressie. Module 3 Fase 4 - Behandelen. Medicamenteuze behandeling van depressie bij cliënten van verpleeghuizen.
Doen bij Depressie Module 3 Fase 4 - Behandelen Module 3 Medicamenteuze behandeling Bijlage 8 Medicamenteuze behandeling van depressie bij cliënten van verpleeghuizen Protocol gebaseerd op het Addendum
Nadere informatieThe Geriatric depression Scale
The Geriatric Depression Scale (GDS-15) Yesavage, J. A., Brink, T. L., Rose, T. L., Lum, O., Huang, V., Adey, M., and Leirer, V. O. (1982). "Development and Validation of a Geriatric Depression Screening
Nadere informatieDe Gedragsobservatieschaal voor de Intramurale Psychogeriatrie (GIP-28) in het verzorgingshuis: een psychometrische evaluatie
5 De Gedragsobservatieschaal voor de Intramurale Psychogeriatrie (GIP-28) in het verzorgingshuis: een psychometrische evaluatie 71 Gepubliceerd als Eisses AMH en Kluiter H. De Gedragsobservatieschaal voor
Nadere informatie- 172 - Prevention of cognitive decline
Samenvatting - 172 - Prevention of cognitive decline Het percentage ouderen binnen de totale bevolking stijgt, en ook de gemiddelde levensverwachting is toegenomen. Vanwege deze zogenaamde dubbele vergrijzing
Nadere informatieCognitieve gedragstherapie in en voor de Basis GGz
Cognitieve gedragstherapie in en voor de Basis GGz Mark van der Gaag PhD Hoogleraar Klinische Psychologie, Vrije Universiteit Amsterdam Hoofd Psychose Onderzoek, Parnassia, Den Haag 1 Wat is gedragstherapie
Nadere informatieDiscussion Summary Samenvatting Dankwoord Curriculum Vitae
chapter 7 Discussion Summary Samenvatting Dankwoord Curriculum Vitae 140 chapter 7 SAMENVATTING De bipolaire stoornis (of manisch-depressieve stoornis) is een stemmingsstoornis waarin episodes van (hypo)manie
Nadere informatiehoofdstuk 2 hoofdstuk 3
Om de herkenning van patiënten met depressieve stoornis in de eerste lijn te verbeteren wordt wel screening aanbevolen. Voorts worden pakketinterventies aanbevolen om de kwaliteit van zorg en de resultaten
Nadere informatieInformatieavond Bipolaire stoornis. Bart van den Bergh, verpleegkundig specialist GGz Ronald Vonk, psychiater
Informatieavond Bart van den Bergh, verpleegkundig specialist GGz Ronald Vonk, psychiater Bipolaire Stoornis Bipolaire Stoornis = Manisch Depressieve Stoornis (MDS) Algemeen Ziekteverschijnselen Beloop
Nadere informatieUniversitair Medisch Centrum Groningen
Universitair Medisch Centrum Groningen Beter af met minder Reduction of Inappropriate psychotropic Drug use in nursing home residents with dementia Claudia Groot Kormelinck Prof.dr. Sytse Zuidema Probleemgedrag
Nadere informatieDoor dwang gegijzeld. (Laat-begin) obsessieve-compulsieve stoornis bij Ouderen. Roos C. van der Mast
Door dwang gegijzeld (Laat-begin) obsessieve-compulsieve stoornis bij Ouderen Roos C. van der Mast OCS bij ouderen De obsessieve-compulsieve stoornis is een persisterende en stabiele diagnose die zelden
Nadere informatieSamenvatting (summary in Dutch)
Samenvatting (summary in Dutch) 149 Samenvatting (summary in Dutch) Één van de meest voorkomende en slopende ziektes is depressie. De impact op het dagelijks functioneren en op de samenleving is enorm,
Nadere informatieDE KENNIS OVER OUDERE PATIËNTEN QUIZ (KOP-Q)
DE KENNIS OVER OUDERE PATIËNTEN QUIZ (KOP-Q) Onderzoeksgroep Chronisch zieken, Faculteit Gezondheidszorg, Hogeschool Utrecht, Utrecht, Nederland Jeroen Dikken, MSc, RN Jita G. Hoogerduijn, PhD Marieke
Nadere informatieStress, depressie en cognitie gedurende de levensloop
SAMENVATTING Stress, depressie en cognitie gedurende de levensloop Inleiding Cognitief functioneren omvat verschillende processen zoals informatieverwerkingssnelheid, geheugen en executief functioneren,
Nadere informatieValidatie van de Depressie lijst (DL) en de Geriatric Depression Scale (GDS-30) bij Verpleeghuisbewoners
Validatie van de Depressie lijst (DL) en de Geriatric Depression Scale (GDS-30) bij Verpleeghuisbewoners van Somatische en Psychogeriatrische Afdelingen Validation of the Depression List (DL) and the Geriatric
Nadere informatieEenzaam ben je niet alleen
Eenzaam ben je niet alleen Een verdiepend onderzoek naar de risicofactoren van eenzaamheid onder volwassenen van 19-65 jaar. Amy Hofman 1, Regina Overberg 1, Marcel Adriaanse 2 1 GGD Kennemerland, 2 Vrije
Nadere informatieSAMENVATTING. Achtergrond en doelstellingen van dit proefschrift
153 SAMENVATTING Achtergrond en doelstellingen van dit proefschrift Angst en depressie zijn de meest voorkomende psychische stoornissen, de ziektelast is hoog en deze aandoeningen brengen hoge kosten met
Nadere informatiegegeven met informatie over risico, complexiteit, duur, ernst en een doorverwijzingsadvies.
Geachte, Pearson start een onderzoek naar Innerview. Innerview is een beslissingsondersteunend instrument (BOI) voor doorverwijzing in de geestelijke gezondheidszorg en is uniek in zijn soort als het gaat
Nadere informatieSTAPPENPLAN DEPRESSIE IN DE EERSTE LIJN
STAPPENPLAN DEPRESSIE IN DE EERSTE LIJN Vroegtijdige opsporing en behandeling van bij zelfstandig wonende ouderen. STAP 1: Screenen op in de eerste lijn (kruis aan). GDS-2 1. Hebt u zich de afgelopen maand
Nadere informatieVERANDERING VAN GEDRAG: EEN PROBLEEM OF NIET? Marieke Schuurmans Verpleegkundige & onderzoeker UMC Utrecht/Hogeschool Utrecht
VERANDERING VAN GEDRAG: EEN PROBLEEM OF NIET? Marieke Schuurmans Verpleegkundige & onderzoeker UMC Utrecht/Hogeschool Utrecht GEDRAG: De wijze waarop iemand zich gedraagt, zijn wijze van doen, optreden
Nadere informatiePreventie van depressie bij adolescenten: wat is de beste weg? Dr. Daan Creemers Gz-psycholoog i.o./onderzoekscoordinator K&J GGZ Oost Brabant
Preventie van depressie bij adolescenten: wat is de beste weg? Dr. Daan Creemers Gz-psycholoog i.o./onderzoekscoordinator K&J GGZ Oost Brabant Film: fragmenten Iedereen depressief (VPRO) - Depressie groot
Nadere informatieDisclosures. De combinatie van lichamelijke klachten en psychische stoornissen. Inhoud. Vaak voorkomende SOLK. Wat is SOLK?
Hak de knoop niet te snel door, je kunt hem ook ontwarren Disclosures Dr. Jonna van Eck van der Sluijs Psychiater en senior onderzoeker Symposium: Behandeling van SOLK en persoonlijkheidsstoornissen bij
Nadere informatiePatricia van Oppen De impact van depressie op de behandeling van de Obsessieve compulieve Stoornis op lange termijn
Patricia van Oppen De impact van depressie op de behandeling van de Obsessieve compulieve Stoornis op lange termijn 9 november 2012 VU Medisch Centrum/GGZinGeest/Amsterdam Patricia van Oppen 1 Presentatie
Nadere informatieDisclosure belangen Dyllis van Dijk
Disclosure belangen Dyllis van Dijk (Potentiële) belangenverstrengeling Voor bijeenkomst mogelijk relevante relaties met bedrijven Geen Geen Sponsoring of onderzoeksgeld Honorarium of andere (financiële)
Nadere informatieGeestelijke gezondheid
In dit onderdeel wordt ingegaan op de geestelijke gezondheid van ouderen. De onderwerpen die worden aangesneden zijn psychische stoornissen en eenzaamheid. Volgens gegevens uit de Rapportage 2001 van het
Nadere informatieHandreiking signalering en begeleiding GGZ-problematiek bij diabetes
Handreiking signalering en begeleiding GGZ-problematiek bij diabetes September 2017 Handreiking signalering en begeleiding GGZ-problematiek tgv diabetes 1 Vooraf Patiënten met diabetes kampen met veel
Nadere informatieSamenvatting Beloop van beperkingen in activiteiten bij oudere patiënten met artrose van heup of knie
Beloop van beperkingen in activiteiten bij oudere patiënten met artrose van heup of knie Zoals beschreven in hoofdstuk 1, is artrose een chronische ziekte die vaak voorkomt bij ouderen en in het bijzonder
Nadere informatieGZ-PSYCHOLOGIE EN OUDEREN: EEN JONG VELD ANNE MARGRIET POT
GZ-PSYCHOLOGIE EN OUDEREN: EEN JONG VELD ANNE MARGRIET POT WORKSHOP Introductie: Wie is wie? Programma en Vragen vooraf Basisinformatie over ontwikkelingen in: a) demografie b) psychische problemen c)
Nadere informatieBelangrijkste bevindingen
Samenvatting Het heeft lang geduurd voordat we Freud s erfenis, namelijk dat ouderen de mentale plasticiteit ontbeerden om te kunnen veranderen of te kunnen profiteren van psychotherapie van ons hebben
Nadere informatieCognitieve achteruitgang: ook verlies van het persoonlijk netwerk?
Cognitieve achteruitgang: ook verlies van het persoonlijk netwerk? M. J. Aartsen, TG. van Tilburg, C. H. M. Smits Inleiding Veel mensen worden in hun dagelijks leven omringd door anderen waarmee ze een
Nadere informatieStepped care bij Angst & Depressie: van eerste tot tweede lijn
Stepped care bij Angst & Depressie: van eerste tot tweede lijn Het SAD-project Een onderzoek naar de behandeling van angst- en stemmingsklachten. Informatie voor deelnemers Drs. L. Kool Dr. A. van Straten
Nadere informatiePsychisch functioneren bij het syndroom van Noonan
Psychisch functioneren bij het syndroom van Noonan drs. Ellen Wingbermühle GZ psycholoog / neuropsycholoog GGZ Noord- en Midden-Limburg Contactdag 29 september 2007 Stichting Noonan Syndroom 1 Inhoud Introductie
Nadere informatieDr. Hilde Verbeek 15 april 2014. Department of Health Services Research Focusing on Chronic Care and Ageing 1
Dr. Hilde Verbeek 15 april 2014 Department of Health Services Research Focusing on Chronic Care and Ageing 1 Doelstelling Nurses on the Move Bijdragen aan verbetering kwaliteit van zorg in verpleeg- en
Nadere informatieAngststoornissen. Verzekeringsgeneeskundig protocol
Angststoornissen Verzekeringsgeneeskundig protocol Epidemiologie I De jaarprevalentie voor psychische stoornissen onder de beroepsbevolking in Nederland wordt geschat op: 1. 5-10% 2. 10-15% 15% 3. 15-20%
Nadere informatiePSYCHIATRIE IN HET VERPLEEGHUIS. Inleiding
PSYCHIATRIE IN HET VERPLEEGHUIS Inleiding Hoewel onderzoek uitwijst dat multimorbiditeit bij ouderen eerder regel dan uitzondering is, ontbreken exacte cijfers over de combinatie van psychiatrische en
Nadere informatieHet meetinstrument heeft betrekking op de volgende categorieën Lichaamsregio Overige, ongespecificeerd
Uitgebreide toelichting van het meetinstrument Maastricht Social Participation Profile (MSPP) Augustus 2013 Review: G.M.J. Mars Eveline van Engelen Invoer : Marsha Bokhorst 1 Algemene gegevens Het meetinstrument
Nadere informatieZwakbegaafdheid in de GGZ. Een explorerend onderzoek 1. Jannelien Wieland a,b & Frans Zitman c
Zwakbegaafdheid in de GGZ. Een explorerend onderzoek 1 Jannelien Wieland a,b & Frans Zitman c a Poli +, psychiatrie + verstandelijke beperking, Ir. Driessenstraat 94-G, 2312 KZ, Leiden b Cordaan, Postbus
Nadere informatieJohanna Vis - den Dulk
Johanna Vis - den Dulk (80 jaar) Ik voelde me kwetsbaar toen mijn man overleed. Een nichtje zei me toen: Als je man een jaar onder de aarde ligt, is hij vergaan en dan vergaat ook je verdriet. Het ging
Nadere informatieDiabetes en depressie, een zorgelijk samenspel. Dr. Caroline Baan
Diabetes en depressie, een zorgelijk samenspel Dr. Caroline Baan State of the art Inleiding Hoe vaak komt depressie voor bij mensen met diabetes Wat zijn de gevolgen? Welke factoren spelen een rol Hoe
Nadere informatieScreenen op psychische aandoeningen onder WIA-aanvragers
Screenen op psychische aandoeningen onder WIA-aanvragers Bert Cornelius - Muntendam Symposium 2010 The performance of the K10, K6 and GHQ-12 screening scales to detect present state psychiatric disorders
Nadere informatieInformatie voor Familieleden omtrent Psychose. InFoP 2. Inhoud
Informatie voor Familieleden omtrent Psychose InFoP 2 Inhoud Introductie Module I: Wat is een psychose? Module II: Psychose begrijpen? Module III: Behandeling van psychose de rol van medicatie? Module
Nadere informatieVroeginterventie via het internet voor depressie en angst
Samenvatting 141 Vroeginterventie via het internet voor depressie en angst Hoofdstuk 1 is de inleiding van dit proefschrift. Internetbehandeling voor depressie en angst is bewezen effectief. Dit opent
Nadere informatieBijwerkingen van psychotrope geneesmiddelen. Nikkie Aarts
Bijwerkingen van psychotrope geneesmiddelen Nikkie Aarts Afdeling Epidemiologie & Inwendige Geneeskunde 3 de Lustrum Farmacovigilantie Platform Nederland Dinsdag 19 mei 2015 Promotietraject In de dagelijkse
Nadere informatieGedragsmatige activatie en antidepressiva voor (ernstige) depressie: een behandelstudie uit Iran
Gedragsmatige activatie en antidepressiva voor (ernstige) depressie: een behandelstudie uit Iran Marcus Huibers, Latif Moradveisi, Fritz Renner, Modabber Arasteh & Arnoud Arntz Department of Clinical Psychological
Nadere informatieVerslag multidisciplinair overleg
2012 Verslag multidisciplinair overleg Renate Agterhof S1002628 Spaarne ziekenhuis 27-5-2012 Inhoud Inhoud... 2 Inleiding... 2 1. Betrokken disciplines bij het MDO... 3 2. Belang van een MDO tussen de
Nadere informatieSamenvatting. Samenvatting
amenvatting Het aantal mensen met dementie neemt toe. De huisarts speelt een sleutelrol in het (h)erkennen van signalen die op dementie kunnen wijzen en hiermee in het stellen van de diagnose dementie,
Nadere informatieAandachtsklachten en aandachtsstoornissen worden geobserveerd in verschillende volwassen
SAMENVATTING Aandachtsklachten en aandachtsstoornissen worden geobserveerd in verschillende volwassen klinische populaties, waaronder ook de Aandachtstekortstoornis met hyperactiviteit (ADHD). Ook al wordt
Nadere informatie