Een opzet van een nieuw rapportagesysteem.

Transcriptie

1 Een opzet van een nieuw rapportagesysteem. Informatiebrochure voor ouders De Werkgroep Rapportage Dit ligt ten grondslag aan de huidige wijze van rapporteren. Klato is ontstaan vanuit deze visie: de beschreven werkwijze is geautomatiseerd. In deze brochure is dus nog geen sprake van een digitaal rapport.

2 1. Inleiding. Tijdens twee informatieavonden op 13 en 14 november jl. hebben we een grote groep ouders geïnformeerd over de opzet van ons nieuwe rapportagesysteem. Naar aanleiding van opmerkingen van ouders hebben we het systeem op enkele punten aangepast. Met name de opzet van het leerling-rapport en het moment waarop het leerling-rapport wordt meegegeven zijn in overeenstemming gebracht met de ideeën en wensen van de ouders. In dit boekje wordt het nieuwe systeem nog eens kort toegelicht. Het eerste jaar is een experimenteerjaar, waarin ouders, kinderen en leraren kunnen ervaren hoe het nieuwe systeem werkt. Aan het eind van het schooljaar zullen alle opmerkingen gebundeld worden en zal het systeem definitief beschreven worden. Wij stellen het erg op prijs ook uw ervaringen te horen!! 2. Taak en rol van de resonansgroep ouders. De Werkgroep heeft aan het begin van het ontwikkeltraject besloten de mening van de ouders te peilen middels het instellen van een zgn. resonansgroep. Deze groep is tweemaal bijeen gekomen. De eerste bijeenkomst heeft plaatsgevonden op 26 maart Tijdens deze avond is over het oude rapport gesproken en zijn criteria voor een nieuw rapportagesysteem geformuleerd. De tweede bijeenkomst was op 31 mei jl. Het concept van het nieuwe systeem is toen besproken. De laatste bijeenkomst is gepland op 23 april De resonansgroep wisselt dan ervaringen uit na 1 jaar werken met het nieuwe systeem. 2

3 3. Criteria nieuw rapportagesysteem. Op basis van (in een eerder stadium) door het team opgestelde criteria heeft de Werkgroep de lijst aangevuld met eigen criteria. De Werkgroep heeft hier twee bijeenkomsten aan gewijd. De resonansgroep ouders is gevraagd een eigen criterialijst samen te stellen. De criteria van de werkgroep (het team) zijn: 1. flexibel (wijzigingen moeten snel ingevoerd kunnen worden; rekening houden met zittenblijvers; aanpassingen aan nieuwe methodes) 2. goede vormgeving / lay-out (ontwikkeling van een kind in één oogopslag kunnen overzien) 3. moet recht doen aan eigenheid van de bouw, wel consistent 4. moet zoveel mogelijk aansluiten bij de methodes 5. moet duidelijk / overzichtelijk zijn voor de kinderen / ouders 6. moet het brede spectrum van alle leer- en vormingsgebieden bevatten (b.v. zelfstandig werken, soc. emotioneel, vakken etc.) 7. koppeling aan het leerlingvolgsysteem LVS CITO (voorkomen van overlap) 8. koppeling aan de klassenadministratie 9. de schriftelijke weergave moet een hoge mate van objectiviteit hebben 10. de subjectieve kant wordt in de mondelinge rapportage aan de orde gesteld 11. er worden alleen relevante zaken gerapporteerd 12. er moet een mogelijkheid zijn om gegevens per computer in te vullen 13. de informatie moet zodanig aan de ouders gepresenteerd worden dat het uitnodigt tot dialoog 14. een niet te grote (piek) belasting voor de leerkrachten tijdens de rapportperiode 15. een duidelijke toelichting voor ouders, toegevoegd aan het rapportboekje. De resonansgroep ouders heeft de volgende criteria opgesteld: het rapport moet duidelijk zijn, zowel qua lay-out als terminologie; er moet voldoende ruimte zijn voor opmerkingen (van subjectieve en waardevrije aard); er moet een objectieve niveauaanduiding zijn voor de leervakken; er moet een koppeling zijn met de groepsadministratie; er moet duidelijkheid zijn over de criteria die bij de beoordelingen gehanteerd worden (aan ouders bekend maken); de ontwikkeling van kinderen moet te volgen zijn (doorgaande lijn in de rapporten); het leerlingvolgsysteem moet onderdeel uitmaken van het rapport: de uitslagen kunnen met de kinderen besproken te worden (vanaf een bepaald leerjaar); ouders moeten de mogelijkheid krijgen met de leerkrachten een soort "werkplan af te spreken als kinderen problemen ondervinden; in dit werkplan worden afspraken en tijdpad opgenomen; het rapport is voor kinderen en ouders; er moet een duidelijk onderscheid zijn tussen meetbare en niet-meetbare gegevens. De resonansgroep heeft na het formuleren van de criteria de criteria van het team bekeken. Alle criteria werden onderschreven. De werkgroep heeft de criteria van de resonansgroep integraal overgenomen, waardoor de bovengenoemde criteria het uitgangspunt vormden voor het ontwikkelen van het nieuwe rapportagesysteem. 3

4 4. Opzet rapportagesysteem Het rapportagesysteem is het visitekaartje van de school. Je laat middels dat systeem niet alleen zien met welk resultaat het kind een bepaalde periode heeft gefunctioneerd, maar ook hoe je visie op onderwijs is. Het rapportagesysteem is niet alleen een spiegel van het kind, maar ook van de school. Rapportage kan dus niet los gezien worden van de visie van leerkrachten op het kind, van de relatie ouders school, van tal van onderwijsinhoudelijke keuzen die zijn gemaakt. Onze school streeft naar een goed contact met de ouders en zorgt derhalve voor een zo zorgvuldig mogelijke opzet van de rapportage. De Werkgroep is van mening, dat ouders en school samen verantwoordelijk zijn voor de ontwikkeling van het kind. Een goede uitwisseling van informatie en standpunten zijn daarom voorwaarde om te komen tot een hechte en optimale samenwerking. In de visie van onze school zijn als kernpunten geformuleerd: leren met hart, hoofd en hand. Deze elementen moeten in de rapportage terug te vinden zijn. De Werkgroep is van mening, dat er een schriftelijk rapport moet zijn voor kinderen en ouders. Aangezien de wijze van rapporteren aan beide doelgroepen nogal uiteenloopt, zowel wat betreft de aard van de gegevens als de gekozen terminologie, kiest de werkgroep voor twee vormen van rapporteren: a. een eenvoudig en overzichtelijk rapport voor de kinderen (vanaf medio groep 3), waarin aan bod komen: een niveauaanduiding voor de vakken / vormingsgebieden die het meest objectief te meten zijn. We spreken in deze nota over het leerlingrapport als deze vorm van rapporteren betreft. b. een praatformulier voor de ouders (vanaf groep 1), waarin alle vakken / vormingsgebieden aan de orde komen; de beoordeling geschiedt per vak / vormingsgebied in de vorm van woorden / korte zinnen en de vermelding van een plan van aanpak / afspraak. We spreken in deze nota over praatformulieren als het over de rapportage aan de ouders gaat. Dit formulier wordt tijdens de rapport - ouderavond uitgereikt en dient als agenda voor het gesprek tussen ouders en leerkracht (het is dus geen verslag). 4

5 5. Opzet leerlingrapporten De rapporten voor de kinderen zijn eenvoudig van opzet Er staan de volgende gegevens op: a. een opsomming van een aantal vakken; b. per vak een niveau aanduiding te weten: g (goed), rv (ruim voldoende), v (voldoende) of m (matig); de werkgroep gaat ervan uit dat de aanduiding o (onvoldoende) niet gehanteerd dient te worden, aangezien kinderen met een dergelijk laag niveau merendeels een aangepast programma voor het betreffende vakgebied hebben en op basis van dat programma beoordeeld worden. c. indien van toepassing: per vak een niveau aanduiding gebaseerd op de uitslag van de laatst afgenomen toets uit het Cito leerlingvolgsysteem en de technisch leestoets AVI. d. een aantal open regels om een positief getinte opmerking voor het kind te schrijven. e. een korte toelichting op de niveau - aanduidingen. f. de naam van het kind, de naam van de leerkracht(en), de schoolnaam, de aanduiding van school- en leerjaar; echter: geen handtekening van leerkrachten / ouders. g. een vrolijke en kleurige kaft (er wordt per leerjaar een nieuw rapport meegegeven); het eerste jaar wordt een eenvoudige uitvoering meegegeven, daarna volgt een definitieve uitvoering. De kinderen in de kleutergroepen krijgen geen rapport. De kinderen in de groepen 3 krijgen in november het bij de methode Veilig Leren Lezen behorende rapportboekje (kern 4); in maart krijgen de kinderen het bij de methode behorende rapportboekje (kern 7) + een kort rapport als inlegvel. 5

6 Voorbeeld van een deel van het leerling-rapport (groep 6): omschrijving december 2012 april 2013 methode Cito methode Cito technisch lezen AVI: AVI: begrijpend lezen leeswoordenschat Taalvaardigheid spelling woorden zinnen woorden zinnen rekenen getallen meten getallen meten Schrijven Gymnastiek Handenarbeid Tekenen

7 6. Opzet praatformulieren Voorbeeld van een bladzijde van het praatformulier: vak bijzonderheden afspraak sociaal-emotionele ontwikkeling november 2012 sociaal-emotionele ontwikkeling maart 2013 werkhouding november 2012 werkhouding maart 2013 zelfstandigheid november 2012 zelfstandigheid maart

8 7. Planning ouderavonden De ouderavonden worden als volgt verdeeld over het jaar: september (begin): kennismakings / informatie-avond (per groep met als hoofdthema s: kennismaken ouders leerkracht; schets van de eerste weken van de groep; afspraken op groepsniveau; het jaarprogramma (met specifieke kenmerken van het betreffende leerjaar). oktober: - november (medio): rapport - ouderavond voor alle ouders (3/4 avonden) december: - januari (eind): spreekuuravond / groep 8: v.o. adviesgesprekken februari: - maart (eind): rapport - ouderavond voor alle ouders (3/4 avonden) april: - mei: - juni (eind): spreekuuravond / groep 7: speciale ouderavonden i.v.m. eerste advies v.o. en overgang naar groep 8. juli: - Op grond van evaluatie en reactie van ouders is later gekozen voor rapporten in januari en voor de zomervakantie, gekoppeld aan ouderavonden vóór het meegeven van de rapporten. Voor de kleutergroepen geldt een andere indeling: september (begin): kennismakings / informatie-avond (per groep met als hoofdthema s: kennismaken ouders leerkracht; schets van de eerste weken van de groep; afspraken ; het jaarprogramma.) oktober: spreekuuravond (ook voor de instromers). november: spreekuuravond (ook voor de instromers). december: - januari (eind): spreekuuravond (ook voor de instromers) februari: - maart: rapport - ouderavond voor alle ouders van de kinderen die aan het eind van het schooljaar overgaan naar groep 3 (2 avonden) april: - mei: spreekuuravond (ook voor de instromers) juni: rapport -ouderavond voor alle ouders van de kinderen die aan het eind van het schooljaar overstappen naar groep 2. juli: - Indien er behoefte is aan meer contact, dan zijn er de volgende mogelijkheden: extra gesprekken buiten de ouderavonden; een huisbezoek; telefonisch contact. Wij vragen u vaker de telefoon te pakken voor kort overleg met de leerkrachten. 8

9 8. Oudergesprekken tijdens rapportouderavonden De rapport - ouderavonden waarin de praatformulieren het uitgangspunt vormen, verlopen volgens een vast patroon: de ouders zijn minimaal 10 minuten vóór het gesprek in de school aanwezig om een stofmap met werkjes, tekening, schrift e.d. en het praatformulier te bekijken. Tevens ligt het Cito leerlingvolgsysteem - boekje ter inzage. elk gesprek begint met twee vragen aan de ouders: * hoe gaat het met het kind in het algemeen en specifiek in relatie tot de school / groep / leerkracht? ; * zijn er onderwerpen die u per se in het gesprek aan de orde wilt stellen. daarna bespreekt de leerkracht de eerste drie thema s van het praatformulier: sociaal emotioneel, werkhouding en zelfstandigheid. vervolgens komen de overige onderwerpen aan de orde. Uiteraard is het mogelijk om een andere gespreksvolgorde toe te passen als de omstandigheden daarom vragen. Dat is ter beoordeling van de leerkracht en de ouders. De ouderavonden worden centraal gepland met behulp van het computer administratieprogramma. Met dit programma is het mogelijk alle kinderen van een gezin in volgorde te plannen, ruimte tussen de gesprekken in te lassen (om ouders de kans te geven het praatformulier te bekijken en/of van het ene gebouw naar het andere te lopen) en ouders met specifieke wensen apart in te roosteren. Hierbij moet opgemerkt worden, dat alleen bij grote uitzondering afgeweken wordt van het programma, omdat anders zelfs de computer zich in de vele wensen verslikt. 9. Objectivering gegevens op rapporten / normeringen Het is de bedoeling de niveau aanduidingen op de rapporten zo objectief mogelijk vast te leggen. De verschillen die nu tussen de criteria van diverse leerkrachten bestaan, dienen zoveel mogelijk teruggebracht worden tot een acceptabel niveau. Per vak kan bekeken worden hoe de niveau bepaling tot stand komt, waarbij zoveel mogelijk uitgegaan wordt van de methodegebonden toetsen. 10. Tot slot. We hopen dat het nieuwe systeem de uiteindelijke doelstelling waar maakt: een wijze van rapporteren: - waarbinnen ouders en leraren elkaar goed informeren over het welbevinden van de kinderen - en de ouders een goed beeld hebben van de vorderingen op de diverse vakgebieden. 9