De klacht over het schooladvies is ongegrond omdat het advies wordt ondersteund door objectieve gegevens en zorgvuldig tot stand is gekomen

Transcriptie

1 De klacht over het schooladvies is ongegrond omdat het advies wordt ondersteund door objectieve gegevens en zorgvuldig tot stand is gekomen inzake de klacht van: ADVIES de heer en mevrouw A te X, ouders van B, leerling openbare basisschool C, klagers tegen mevrouw D, directeur C, verweerster 1. VERLOOP VAN DE PROCEDURE Bij klaagschrift van 29 maart 2017, aangevuld op 1 juni 2017, hebben klagers op grond van de geldende klachtenregeling een klacht tegen verweerster ingediend met de volgende inhoud: De heer en mevrouw A klagen over de inhoud en de totstandkoming van het schooladvies van hun zoon, zoals nader toegelicht in het klaagschrift. Vanuit het secretariaat van de Commissie is telefonisch met partijen overlegd over de gewenste wijze van klachtafhandeling: mediation of formele klachtbehandeling. Naar aanleiding van de uitkomst van deze gesprekken is de klacht ter beoordeling voorgelegd aan de Commissie. Op 13 april 2017 heeft de Commissie verweerder in de gelegenheid gesteld om uiterlijk 19 mei 2017 een verweerschrift in te dienen. Verweerster heeft op 9 mei 2017 een verweerschrift ingediend. Op verzoek van de Commissie heeft ook het bevoegd gezag toelichtende schriftelijke informatie verstrekt. Alle stukken zijn in afschrift aan partijen gestuurd. De mondelinge behandeling van de klacht vond plaats op 7 juni 2017 te Y. Klagers en verweerster waren aanwezig ter zitting. De heer E, directeur-bestuurder van F (het bevoegd gezag van C) en de heer G, leerkracht groep 8 C, waren als informant van verweerster aanwezig bij de zitting. Onder handhaving van hun standpunten hebben partijen een nadere toelichting gegeven. Hetgeen in de stukken en op de zitting naar voren is gebracht is, voor zover relevant, zakelijk in dit advies weergegeven. 2. DE FEITEN B zit het schooljaar in groep 8 van C. In groep 7 heeft B het voorlopig schooladvies vmbo theoretische leerweg (t) gekregen / advies d.d. 26 juni 2017 pagina 1 van 5

2 In groep 8 heeft de school het voorlopig schooladvies vmbo-t gehandhaafd. Dit is in februari 2017 omgezet in een definitief schooladvies. Voor het vaststellen van het schooladvies maakt C gebruik van de plaatsingswijzer: een meetinstrument dat wordt gebruikt voor de doorverwijzing naar het voortgezet onderwijs. B heeft in april 2017 de centrale eindtoets gedaan en zijn score was 532. Het daarbij behorende brugklastype advies is vmbo gemengde/ theoretische leerweg (gt). 3. VISIE PARTIJEN Visie klagers Volgens klagers moet de school ouders tijdig voorbereiden op de doorstroom van hun kind naar het voortgezet onderwijs. In groep 6 moeten de resultaten uit het leerlingvolgsysteem besproken worden en dient de school ouders over de doorstroomprocedure en het tijdpad te informeren. Er moeten voldoende overlegmomenten zijn, zoals bij het geven van het voorlopige en het definitieve schooladvies. De school heeft dit onvoldoende gedaan. Doordat de school geen heldere procedure heeft voor het formuleren van het schooladvies is niet duidelijk wanneer de school een enkel of een dubbel schooladvies geeft. In de Handreiking schooladvies van de PO-raad staat dat een enkelvoudig advies wordt gegeven als er geen twijfels zijn over het niveau van een leerling. Uit het onderwijskundig rapport van B blijkt dat er twijfels zijn: wij vinden dat hij minimaal vmbo-t aan kan en dat er in potentie meer in zit. Dit komt er nu, mede door wisselende werkhouding, concentratie en resultaten, nog niet uit. Op grond van het onderwijskundig rapport en de Citoscore van 532 was een dubbeladvies (vmbo-t/havo) passend geweest. Dit geldt des te meer omdat de school weet dat klagers en B vinden dat een enkelvoudig advies geen recht doet aan de kwaliteiten van B en hem ten onrechte beperkt in zijn mogelijkheden. In groep 6 heeft B laten zien dat hij de havo kan. De leerkracht heeft destijds ook gezegd dat B havowaardig is. In groep 7 was de begeleiding een stuk minder. Er waren weinig evaluatiemomenten waardoor de begeleiding niet aangepast kon worden. Het was een onrustig jaar. Net als in de andere jaren hebben klagers ook in groep 6 rapportgesprekken gevoerd. Toen B in groep 7 zat, is in maart/april het voorlopige schooladvies vmbo-t gegeven. In diezelfde periode is tijdens een ouderavond de plaatsingswijzer toegelicht. Toen is gezegd dat er in groep 8 nog alle kans was om het schooladvies aan te passen. De leerkracht van groep 8 wist dat klagers en B het niet eens waren met het voorlopig schooladvies. B wil de havo doen om daarna een hbo-opleiding te kunnen volgen. Klagers en B gingen ervan uit dat dit haalbaar was. Het viel klagers dan ook rauw op het dak toen zij in februari hoorden dat het definitieve schooladvies vmbo-t was. De school heeft gezegd dat als de Cito eindtoets daartoe aanleiding zou geven, het advies nog kon worden aangepast. Aangezien de Citoscore van B (532) net op het randje was (533 is vmbo gt/havo), hadden klagers verwacht dat de school zou besluiten tot heroverweging. Dat is niet gebeurd. Klagers hebben zelf aan de bel moeten trekken om hierover te praten. Dat is ook gebeurd maar uiteindelijk is het advies niet aangepast waardoor B niet de kans krijgt die hij verdient. Visie verweerster Verweerster voert aan dat er op school wordt gewerkt met een vaste procedure voor het vaststellen van het schooladvies. Deze procedure is vastgelegd in de plaatsingswijzer / advies d.d. 26 juni 2017 pagina 2 van 5

3 Voor ouders is in de schoolgids beschreven welke procedure de school hanteert. Ouders krijgen in groep 6 per vak het uitstroomprofiel te zien zoals weergegeven door Cito in ParnasSys (het digitale leerlingvolgsysteem). Er wordt op dat moment nog geen advies gegeven. In groep 7 krijgen de ouders en de leerling het voorlopig schooladvies te horen. Het voorlopig schooladvies is gebaseerd op Cito-gegevens en factoren zoals werkhouding, inzet, motivatie, doorzettingsvermogen etc. In groep 8 worden in november/december voortgangsgesprekken gevoerd. En dan volgen in februari de definitieve adviesgesprekken. Zo is het ook gegaan bij B. Vanaf groep 6 zijn er met klagers gesprekken in het kader van de overstap naar het voortgezet onderwijs gevoerd. Klagers hebben in die periode hun ongenoegen over de LIO stagiaire in groep 7 geuit. Klagers hebben dat jaar niet kenbaar gemaakt dat ze ontevreden waren over de begeleiding van B. De school wist dat klagers het niet eens waren met het voorlopige schooladvies. De leerkracht van groep 8 heeft ter zitting verklaard dat hij in december 2016 met klagers heeft gesproken. Hij heeft hen toen gezegd dat voor B het advies voor de dakpanklas (vmbo-t/havo) op dat moment niet haalbaar was. Om dat advies te krijgen had B hogere scores moeten halen. Dat was niet het geval. De leerkracht weerspreekt dat B onvoldoende is begeleid. B heeft in groep 8 remedial teaching en verlengde instructies gekregen. De school heeft klagers zowel in groep 7 als in groep 8 uitgelegd en toegelicht hoe het (voorlopige) advies tot stand was gekomen. Gezien de scores van de Cito- en methodegebonden toetsen van B was het definitieve schooladvies al enigszins aan de hoge kant, maar de school vindt het advies vmbo-t passen bij B. Aan klagers is verteld dat de school contact met hen zou opnemen als de Eindtoets aanleiding gaf tot heroverweging. Alhoewel de score van B goed was, paste de score bij het advies vmbo-t. De school zag alles in ogenschouw nemend dan ook geen aanleiding om het advies aan te passen. Om die reden heeft de school geen contact met hen opgenomen. Toen klagers zelf enkele uren na de Eindscore belden, is er alsnog een gesprek gepland. Tijdens dat gesprek heeft de school nogmaals uiteengezet hoe het advies tot stand is gekomen. De school concludeert dat de communicatie met klagers goed is verlopen. De school heeft alle gesprekken, die in verband met het schooladvies gevoerd moeten worden, met klagers gevoerd. Daarnaast heeft de school met klagers gesproken op die momenten dat klagers er om hebben verzocht. 4. OVERWEGINGEN VAN DE COMMISSIE De Commissie is terughoudend bij het toetsen van schooladviezen, aangezien het onderwijzend personeel van een school bij uitstek de deskundigheid en professionaliteit heeft om het kennen en kunnen van een leerling te beoordelen. Dat betekent dat de Commissie toetst of de school in redelijkheid tot het uitgebrachte schooladvies heeft kunnen komen en of de procedure om tot dat advies te komen zorgvuldig is geweest. Op grond van de door de school aangeleverde stukken, met name de gegevens uit het Cito-leerlingvolgsysteem, acht de Commissie het advies vmbo-t voor B niet onbegrijpelijk. Het advies wordt ondersteund door diverse objectieve gegevens over meerdere schooljaren / advies d.d. 26 juni 2017 pagina 3 van 5

4 Zo blijkt uit de gegevens van het leerlingvolgsysteem dat B eind groep 7 en midden groep 8 voor spelling op niveau vmbo basis scoort, voor rekenen op niveau vmbo kader en voor begrijpend lezen op niveau vmbo gt. Wat betreft het niet geven van een dubbeladvies overweegt de Commissie als volgt. Artikel 42 van de Wet op het primair onderwijs bepaalt dat de school voor iedere leerling in het achtste schooljaar voor 1 maart een schooladvies vaststelt over het volgen van aansluitend voortgezet onderwijs. Het schooladvies wordt opgenomen in een onderwijskundig rapport. De inhoud hiervan wordt geregeld in het Besluit uitwisseling leer- en begeleidingsgegevens. Daarin is onder meer opgenomen dat het advies van de school in samenhang met afgenomen toetsen in het onderwijskundig rapport wordt opgenomen. Basisscholen mogen een meervoudig of dubbel schooladvies geven. Dat scholen ten behoeve van leerlingen in groep 8 een dubbel schooladvies moeten afgeven, is echter niet wettelijk geregeld. Op grond van het bovenstaande oordeelt de Commissie dat de klacht over de inhoud van het schooladvies ongegrond is. Ten aanzien van de klacht over de procedure overweegt de Commissie als volgt. Ten behoeve van ouders heeft de school in de schoolgids een hoofdstuk gewijd aan de doorstroom van PO naar VO. In hoofdstuk 4 is beschreven: welke factoren een rol spelen bij de totstandkoming van het schooladvies (leerlinggegevens uit het leerlingvolgsysteem (van groep 6 t/m 8), methodegebonden toetsen, prestaties tijdens de lessen); wie betrokken zijn bij de totstandkoming van het definitieve advies (leerkracht van groep 8, de leerkracht van het voorgaande jaar, schoolleider en ib er); welke stappen vooraf gaan aan het geven van het definitieve advies (in groep 6 een voorlopig profiel, in groep 7 een voorlopig advies, groep 8 definitief advies). Verder is beschreven welke activiteiten er voor ouders worden georganiseerd om tot een verantwoorde schoolkeuze te komen. Een daarvan is dat de school een algemene voorlichtingsavond houdt over de gehele procedure rondom de overgang naar het voortgezet onderwijs. Voor de medewerkers van de school zelf heeft de school voor de doorverwijzing naar het voortgezet onderwijs een plaatsingswijzer opgesteld. Het is een redelijke technische verhandeling over het meetinstrument dat wordt gebruikt voor de doorverwijzing naar het voortgezet onderwijs. Voor zover de Commissie heeft kunnen nagaan, bestaat er van de plaatsingswijzer geen versie die is geschreven voor ouders. De Commissie zal hier een aanbeveling over doen. De Commissie stelt, op grond van de stukken en hetgeen ter zitting naar voren is gekomen, vast dat de school heeft gehandeld conform de beschrijving in de schoolgids en in de plaatsingswijzer. Tijdens een ouderavond is informatie verstrekt over de overgang van het primair naar het voortgezet onderwijs. Verder heeft de school in het kader van het komen tot een schooladvies in groep 6, 7 en 8 gesprekken gevoerd met klagers. Steeds is gesproken over een schooladvies vmbo-t. Ook in het onderwijskundig rapport (OKR) dat de school heeft opgesteld, staat dat het / advies d.d. 26 juni 2017 pagina 4 van 5

5 schooladvies vmbo-t is. Het is de Commissie niet duidelijk geworden waarom de school in het OKR als toelichting bij het advies heeft geschreven wij vinden dat hij (B) minimaal vmbo-t aan kan en er in potentie meer in zit. Deze zin wekt de indruk dat een dubbeladvies voor B tot de mogelijkheden behoort, terwijl dit niet is gestoeld op de toetsresultaten van B tot dan toe. De school had misverstanden kunnen voorkomen door bij de toelichting concreet te noemen wanneer B in aanmerking zou komen voor een hoger schooladvies. Alhoewel de school op dit punt zorgvuldiger had kunnen handelen, leidt dit niet tot de conclusie dat de totstandkoming van het advies onzorgvuldig is geweest. Nu de plaatsingswijzer helder is, de school de daarin beschreven stappen heeft gevolgd, tijdens een ouderavond informatie is verstrekt over de plaatsingswijzer en in de schoolgids informatie over de overgang naar het voortgezet onderwijs is opgenomen komt de Commissie tot het oordeel dat de klacht over gevolgde procedure bij de totstandkoming van het advies ongegrond is. 5. OORDEEL VAN DE COMMISSIE Op grond van het voorgaande is de Commissie van oordeel dat de school in redelijkheid tot het uitgebrachte schooladvies heeft kunnen komen en dat het schooladvies op zorgvuldige wijze tot stand is gekomen. Daarom verklaart de Commissie de klacht ongegrond. 6. AANBEVELINGEN VAN DE COMMISSIE De Commissie beveelt het bevoegd gezag van de openbare basisschool C aan op de website en/of in de schoolgids een voor ouders geschreven versie van de plaatsingswijzer te plaatsen. Aldus gedaan te Utrecht op 26 juni 2017 door mr. drs. P.H.A. van Geel, voorzitter, drs. W.D. Hajonides van der Meulen en drs. L.F.P. Niessen, leden, in aanwezigheid van mr. A.A. Veraart, secretaris / advies d.d. 26 juni 2017 pagina 5 van 5