Vertrouwen en tevredenheid

Transcriptie

1 Vertrouwen en tevredenheid Opinie over het bestuur en de inzet van instrumenten Onderzoekcentrum Drechtsteden drs. J.M.A. Schalk maart 2010

2 Colofon Opdrachtgever Tekst Drukwerk Informatie Gemeente Dordrecht, SBC Onderzoekcentrum Drechtsteden Impuls Publiciteit GR Drechtsteden Onderzoekcentrum Drechtsteden Postbus AP Dordrecht Overnemen van delen van de tekst is toegestaan onder voorwaarde van een duidelijke bronvermelding.

3 Inhoud Samenvatting Inleiding Aanleiding en doel Vraagstelling Opzet Leeswijzer Resultaten Vertrouwen en tevredenheid Inzet van communicatie en participatie Bijlagen Bijlage 1 Methodologische verantwoording Bijlage 2 Aanvullende tabellen Bijlage 3 Vragenlijst... 19

4

5 Samenvatting In dit rapport staan de resultaten van het onderzoek naar vertrouwen in het bestuur en de tevredenheid over het bestuur van de gemeente Dordrecht, dat het Onderzoekcentrum Drechtsteden in het najaar van 2009 heeft uitgevoerd. Vertrouwen en tevredenheid zijn indicatoren in het Meerjarenbeleidprogramma. Tevens vroegen we de opinie van Dordtenaren over communicatie- en inspraakinstrumenten, om daarmee zo goed mogelijk aan te kunnen sluiten op hun voorkeuren. Om deze vragen te beantwoorden hebben we het onderwerp opgenomen in het omnibusonderzoek van september In totaal deden 800 inwoners hieraan mee. Vertrouwen en tevredenheid De ambitie van het bestuur is dat het vertrouwen van de burger in het stadsbestuur toeneemt van 67% eind 2005 naar 72% eind In 2007 gaf 71% van de inwoners aan redelijk tot volledig vertrouwen te hebben in het bestuur. Bij deze meting, eind 2009 is dat 69% en het is daarmee enigszins teruggelopen. Het aandeel Dordtenaren dat het stadsbestuur een voldoende rapportcijfer geeft was eind %. De ambitie voor eind 2009 ligt op 82%. Eind 2009 beoordeelt 80% het stadsbestuur met een voldoende rapportcijfer. Het is daarmee verbeterd ten opzichte van Dit geldt ook voor het gemiddelde rapportcijfer. Het gemiddelde rapportcijfer is toegenomen van 6,2 naar 6,4; de gestelde ambitie is een 6,5. Het gemiddelde rapportcijfer van inwoners van Dordt-west en onder jongvolwassenen van jaar is duidelijk positiever dan gemiddeld. Opinie over de inzet van communicatie en participatie De meeste inwoners geven de voorkeur aan schriftelijke communicatiebronnen zoals een huis-aan-huis blad, een brief, een folder en het Gemeentenieuws. Onder jongeren is de voorkeur voor digitale media duidelijk hoger, dan gemiddeld, maar ook jongeren blijven een voorkeur houden voor schriftelijke media. De meerderheid van de inwoners stelt zowel directe communicatie vanuit de gemeente als die via onafhankelijke media op prijs. Iets minder dan vier op de tien inwoners zouden betrokken willen worden bij beslissingen van de gemeente, via opinieonderzoek, een bijeenkomst of een internetforum. Ongeveer een zelfde deel wil dat het gemeentebestuur vaker gesprekken aanknoopt met wijkbewoners. Het gaat dan om onderwerpen die spelen op wijkof buurtniveau, zoals een gesprek over de voorgenomen ontwikkelingen in de eigen woonwijk of de leefbaarheid en problemen in de buurt. Hoe staat de Dordtenaar tegenover wijkbudgetten? De helft van de Dordtenaren vindt de proef waarbij bewoners zelf kunnen bepalen waar het budget voor hun wijk aan besteed wordt een goed idee. Veel Opinie over het bestuur en de inzet van instrumenten 5

6 onderwerpen, maar uitsluitend die uit de directe woonomgeving zijn hiervoor geschikt. Een vijfde vindt dit om diverse redenen niet zo n goed idee. Er wordt volgens hen hierbij teveel naar het eigen wijkbelang gekeken, terwijl in andere wijken de problemen mogelijk groter zijn. 6 Vertrouwen en tevredenheid

7 1 Inleiding In hoeverre hebben Dordtenaren vertrouwen in het bestuur van de gemeente en zijn zij er tevreden over? En wat is de opinie van Dordtenaren over enkele communicatie- en inspraakinstrumenten? Deze vragen staan centraal in dit onderzoek dat het Onderzoekcentrum Drechtsteden (OCD) in opdracht van de gemeente Dordrecht uitvoerde. De vragen leveren indicatoren op voor het Meerjarenbeleidprogramma en levert inzicht in de voorkeuren van inwoners. 1.1 Aanleiding en doel Het vertrouwen van de inwoners is voor het stadsbestuur een belangrijk item. In het Meerjarenbeleidprogramma is nadrukkelijk aandacht besteed aan het vergroten van vertrouwen en tevredenheid via een open bestuurstijl en communicatie. Het bestuur werkt hieraan door: het verbeteren van de kwaliteit van de dienstverlening; het leveren van prestaties (meer resultaten); het verbeteren van de communicatie; het verbeteren van de participatie (Dordtse aanpak). Het is de vraag hoe het bestuur er eind 2009 voor wat betreft vertrouwen en tevredenheid voorstond en zich in de toekomst op deze gebieden nog verder kan verbeteren. De gemeente vroeg daarom aan het OCD onderzoek te doen naar het actuele oordeel van burgers over vertrouwen en tevredenheid. Ook zijn vragen opgenomen over de opinie van inwoners op het gebied van communicatie en participatie. De vragen naar vertrouwen en tevredenheid zijn een herhaling van onderzoek uit 2005 en Vraagstelling Er zijn met het onderzoek twee vragen te beantwoorden: 1. Hoe heeft het vertrouwen in het bestuur en de tevredenheid over het bestuur zich in de afgelopen periode ontwikkeld? 2. Wat is de opinie van Dordtenaren over de communicatie- en inspraakinstrumenten in het gemeentelijk beleid? 1.3 Opzet De vragen zijn voorgelegd aan een aselecte steekproef van Dordtenaren van 18 jaar en ouder als onderdeel van het omnibusonderzoek van september Bewoners van verzorging- en verpleeghuizen zijn hierbij uitgezonderd. De gegevens zijn verzameld via een combinatie van een internetenquête en een schriftelijke vragenlijst. De respons (800 inwoners, 40%) is herwogen naar stadsdeel en leeftijd (zie voor meer informatie bijlage 1). De resultaten van het onderzoek hebben we gerapporteerd voor Dordrecht als geheel, met waar relevant een uitsplitsing naar deelgebied of leeftijdscategorie. 1 Schalk, J.M.A. (2008). Vertrouwen in het bestuur en oordeel over de raadscommunicatie Onderzoekcentrum Drechtsteden. Opinie over het bestuur en de inzet van instrumenten 7

8 In steekproefonderzoek heb je te maken met een zekere onnauwkeurigheid. Bij herhaling van het onderzoek kan de waarde met een bepaalde marge afwijken van het percentage dat wij gemeten hebben. Deze marges noemen we statistische betrouwbaarheidsmarges. De marge hangt onder andere af van de omvang van de steekproef. Bij de meting van het percentage inwoners dat vertrouwen heeft is de marge bijvoorbeeld ruim 2% en moet 69% gelezen worden als tussen 67% en 71% (zie voor meer informatie bijlage 1). Bij een gemiddeld rapportcijfer is een verschil van 0,2 significant. Bij de formulering van een hogere streefwaarde is mede om deze reden een streefwaarde gekozen die statistisch significant hoger is dan de startwaarde. 1.4 Leeswijzer In paragraaf 2.1 rapporteren we de resultaten van het onderzoek voor wat betreft vertrouwen en tevredenheid. Daarna gaan we in op het oordeel van inwoners over de inzet van communicatie en participatie. Het rapport sluiten we af met de bijlagen. 8 Vertrouwen en tevredenheid

9 2 Resultaten Hoe heeft het vertrouwen in het bestuur en de tevredenheid met het bestuur zich in de afgelopen periode ontwikkeld? En wat is de opinie van Dordtenaren voor wat betreft de communicatie- en inspraakinstrumenten bij gemeentelijk beleid? Dat zijn de twee onderzoeksvragen die in dit hoofdstuk beantwoord worden. 2.1 Vertrouwen en tevredenheid in het bestuur Tussen 2005 en 2007 was een positieve ontwikkeling te zien voor wat betreft de twee indicatoren uit het Meerjarenbeleidprogramma vertrouwen in het bestuur en tevredenheid. De ambitie die in het Meerjarenbeleidprogramma gesteld is, lag binnen bereik. De ambitie van het bestuur is dat het vertrouwen van de burger in het stadsbestuur toeneemt van 67% eind 2005 naar 72% eind In 2007 gaf 71% van de inwoners aan redelijk tot volledig vertrouwen te hebben in het bestuur. Bij deze meting, eind 2009 is dat 69% en is daarmee enigszins teruggelopen. Figuur 2.1 Ontwikkeling vertrouwen in de gemeente (%) 80% 60% 67% 71% 69% 72% 40% 20% 0% streefwaarde weet niet weinig en geen redelijk en veel Het aandeel Dordtenaren dat het bestuur een voldoende rapportcijfer geeft was eind %. De ambitie voor eind 2009 ligt op 82%. In 2007 gaf 81% van de inwoners een voldoende rapportcijfer. Bij deze meting is dat 80%. Dat is een verbetering ten opzichte van 2005, zie tabel Bij deze indicator vertrouwen konden mensen ook weet niet invullen. Deze categorie telt niet mee bij het percentage dat vertrouwen heeft in het stadsbestuur. Opinie over het bestuur en de inzet van instrumenten 9

10 Tabel 2.1 Rapportcijfer voor het stadsbestuur streefwaarde onvoldoende (1-5) 23% 19% 20% 18% voldoende (6) 32% 28% 28% 60 of hoger ruim voldoende (7 en meer) 45% 53% 52% 60 of hoger gemiddeld rapportcijfer 6,2 6,4 6,4 6,2 Hetzelfde geldt voor het gemiddelde rapportcijfer. Dat was in 2005 een 6,2. Tussen 2005 en 2007 nam het toe tot een 6,4 en dat is nu zo gebleven. Het gemiddelde rapportcijfer is overigens het hoogst onder de jongvolwassenen van 18 t/m 34 jaar (voor meer informatie zie bijlage 2). Bewoners van gebied Centrum (Binnenstad, Noordflank, Staart en het Reeland) geven gemiddeld een lager rapportcijfer (6,1). Van hen geven bewoners van Noordflank het laagste cijfer. Bewoners van Dordt-west geven gemiddeld het hoogste rapportcijfer (6,7). In 2007 gaven zij nog het gemiddeld rapportcijfer 6,4. In 2007 zijn de uitkomsten vergeleken met twee andere steden, die ook onder hun inwoners onderzoek naar vertrouwen en tevredenheid hebben uitgevoerd. Het betreft Nijmegen en Amsterdam. In 2007 was het rapportcijfer voor Nijmegen hoger (6,7) en in Amsterdam was het rapportcijfer lager (6,2) dan in Dordrecht. In Amsterdam zegt in % redelijk tot veel vertrouwen te hebben in het stadsbestuur. In Nijmegen heeft de bevolking minder vertrouwen (60-65%). Tussen 2007 en 2009 is het rapportcijfer in Amsterdam verbeterd naar een 6,4 3 In Nijmegen is het gelijk gebleven (6,6) 4. Het vertrouwen bleef in Amsterdam gelijk (79%). In Nijmegen nam het aandeel inwoners met vertrouwen in het college af, maar dat komt vooral doordat een steeds groter aantal inwoners een neutrale positie innamen. In Nijmegen neemt nu 39% van de inwoners een neutrale positie in. Dit heeft te maken met een verschil in vraagstelling en antwoordmogelijkheden tussen de onderzoeken in Nijmegen en die in Amsterdam en Dordrecht. Conclusie: We kunnen concluderen dat de positieve trend tussen 2005 en 2007 qua vertrouwen en tevredenheid tussen 2007 en 2009 afgevlakt is. 2.2 Inzet van communicatie en participatie De gemeente werkt aan een groter vertrouwen door het verbeteren van de communicatie en het verhogen van de participatie (Dordtse aanpak). Het blijft daarbij zoeken naar de beste vorm. Daarom zijn in het onderzoek ook nieuwe vragen opgenomen over de door inwoners gewenste communicatie en participatie-inzet: op welke wijze zouden inwoners het liefst geïnformeerd willen worden over (wijzigingen in) het gemeentelijk beleid? En op welke wijze zouden ze het liefst betrokken willen worden bij beslissingen van de gemeente? De uitkomsten hiervan leest u in deze paragraaf. De communicatie kan direct of via onafhankelijke media gaan. De meerderheid van de inwoners blijkt beide mogelijkheden op prijs te stellen. De meeste inwoners geven de voorkeur aan schriftelijke bronnen, zoals huisaan-huis-bladen, een brief, een folder en het Gemeentenieuws. Daarna volgen andere vormen zoals RTV Dordrecht, een digitale nieuwsbrief van de gemeente 3 Gemeente Amsterdam afdeling Dienst Onderzoek en Statistiek (2009). Amsterdamse Burgermonitor Gemeente Nijmegen (2009). Stads- en Wijkmonitor 2009, deelrapportage imago stad, buurt en bestuur, Nijmegen. 10 Vertrouwen en tevredenheid

11 en de website van de gemeente. Er is onder inwoners nog geen behoefte aan een twitter van de gemeente (zie tabel 2.2). Tabel 2.2 Voorkeuren communicatie directe informatie % onafhankelijke media % drukwerk drukwerk gemeentenieuws 31 dagblad 13 folder 38 huis-aan-huis-blad 44 brief 42 tijdschrift Lifestyle Dordt 6 digitaal digitaal website gemeente 20 internetpagina 5 digitale nieuwsbrief gemeente 24 twitter gemeente 0 radio/televisie Drechtstad FM 5 persoonlijk Radio Rijnmond 8 informatieavond 12 TV Dordrecht 29 schouwronde 4 TV Rijnmond 13 anders 2 anders 1 Onder jongeren is de voorkeur voor digitale media duidelijk hoger. Van de jongeren van jaar geeft bijvoorbeeld 33% ook de website van de gemeente als voorkeur op, ten opzichte van 20% gemiddeld. Onder senioren van 65 jaar en ouder is dit duidelijk lager. Van hen geeft 7% dit als voorkeur op. Dat neemt niet weg dat ook onder jongeren een voorkeur voor schriftelijke media blijft. Ook TV Dordrecht heeft bij bijna een kwart van de jongeren een voorkeur. Bij de andere leeftijdsgroepen ligt dat op gemiddeld 31%. Ongeveer 38% van de inwoners zou wel betrokken willen worden bij beslissingen van de gemeente en 62% niet. De senioren hebben hiervoor overigens minder belangstelling. Ruim driekwart geeft aan hier geen belangstelling voor te hebben. Men kan op verschillende manieren betrokken worden bij beslissingen van de gemeente. Meedoen aan een opinieonderzoek spreekt de meeste mensen, namelijk 30% aan, daarnaast ook een informatie- of inspraakavond of een internetforum, waarbij de bewoners via internet kunnen reageren op stellingen (zie tabel 2.3). Tabel 2.3 Voorkeur participatie (%) wijze opinieonderzoek 30 inspraakbijeenkomsten 19 internetforum 17 informatiebijeenkomsten 16 (buurt)panels 9 bezoeken aan wijken/buurten 8 anders 2 Toelichting: In totaal wenst 38% van de inwoners betrokken te worden, meerdere antwoorden zijn mogelijk. Het gemeentebestuur overweegt in de toekomst vaker gesprekken aan te knopen met wijkbewoners; 42% van de inwoners zou dit ook willen. Vooral degenen die bij beslissingen van de gemeente betrokken zouden willen worden willen dit. En de belangstelling is het grootst onder de leeftijdsgroep jaar We hebben ook gevraagd naar de onderwerpen waarvoor bewoners met de gemeente in gesprek willen. De meeste onderwerpen zijn duidelijk onderwerpen op wijk- of buurtniveau, zoals voorgenomen ontwikkelingen in de eigen Opinie over het bestuur en de inzet van instrumenten 11

12 woonwijken, de leefbaarheid en problemen in de buurt, beslissingen over de woonbuurt, de inzet van wijkbudgetten. Op wijkniveau worden concrete onderwerpen genoemd zoals parkeren, verkeer, speelvoorzieningen, groenonderhoud, zwerfvuil, overlast, onveiligheid of vandalisme. Wijkbudgetten De gemeente doet op dit moment een proef in twee wijken, waarbij bewoners zelf kunnen bepalen waar het budget voor hun wijk aan besteed wordt. De helft van de bewoners vindt dit een goed idee. Ouderen zijn hiervoor het minst enthousiast en jongvolwassenen van het meest. De proef wordt gehouden in de wijken Nieuw-Krispijn en Stadspolders. In Stadspolders is het aandeel inwoners dat dit een goed idee vindt hoger dan gemiddeld, namelijk 55%; in Nieuw-Krispijn is dit echter lager, namelijk 40%. Door de antwoorden hebben we een indruk gekregen van de onderwerpen waarover men samen met de buurtgenoten zou willen beslissen. Het gaat om onderhoud en de woonomgeving (speelgelegenheid, groen, onkruid, vegen, plaats ondergrondse containers), verkeersnelheid, drempels en parkeren, overlast (van jongeren, café of vandalisme) en activiteiten (voor jongeren, een ruimte voor activiteiten zoals een buurthuis, het organiseren van een straatfeest en gebrek aan voorzieningen bijvoorbeeld winkels) Daarnaast zijn nog enkele algemene stedelijke onderwerpen genoemd, zoals inspraak, leegstand winkels/woningen, ruimtelijke visie/wonen, samenleven, integratie, openbaar vervoer en horecasluitingstijden. Degenen die dit niet zo n goed idee vinden (het gaat om ongeveer een vijfde van de respondenten) geven daarvoor diverse redenen. Enkele kenmerkende voorbeelden: Het zal moeilijker zijn om dit soort beslissingen met zoveel mensen te nemen. Je hebt dan teveel verschillende meningen. Misschien werkt het wel op kleinere schaal zoals een buurt. Het is onduidelijk wie beslist als er veel verschillende meningen zijn. Misschien gaan bepaalde mensen overheersen. Dat komt de sfeer niet ten goede. Het zijn onderwerpen die we tot nu toe overlieten aan het gemeentebestuur inclusief ambtenaren, wijkbeheerders. Blijft overeind dat beslissingen wel in overleg met bewoners gemaakt dienen te worden. Er wordt dan alleen naar het eigen wijkbelang gekeken, terwijl in andere wijken de problemen mogelijk groter zijn. 12 Vertrouwen en tevredenheid

13 Bijlagen Opinie over het bestuur en de inzet van instrumenten 13

14 14 Vertrouwen en tevredenheid

15 Bijlage 1 Methodologische verantwoording Respons Het vragenblok De gemeente heeft meegelopen in het OCD-Omnibusonderzoek van september De afdeling Burgerzaken van de gemeente Dordrecht heeft per wijk uit het bevolkingsbestand een aselecte steekproef getrokken van in totaal personen uit alle inwoners van 18 jaar en ouder (bewoners van verzorgings- en verpleeghuizen uitgezonderd). Het betreft een combinatie van een internetenquête en een schriftelijk onderzoek. Om de respons te bevorderen, hebben we tweemaal gerappelleerd: de eerste keer met een herinneringskaart, de tweede keer met een volledig pakket (brief, schriftelijke vragenlijst en retourenvelop). Uiteindelijk hebben we 800 ingevulde vragenlijsten binnen gekregen: een respons van 40%. De respons is herwogen naar stadsdeel en leeftijd, waardoor de resultaten representatief zijn voor alle Dordtenaren van 18 jaar en ouder. Betrouwbaarheidsmarges In steekproefonderzoek heb je te maken met een zekere onnauwkeurigheid. Bij herhaling van het onderzoek kan de waarde met een bepaalde marge afwijken van het percentage dat wij gemeten hebben. Deze marges noemen we statistische betrouwbaarheidsmarges. Wij gebruiken een betrouwbaarheidsmarge van 95%. De betekenis hiervan is, dat wanneer we de meting zouden herhalen, we met 95% zekerheid kunnen zeggen dat de werkelijke waarde zich binnen de betrouwbaarheidsmarge zal bevinden. Een betrouwbaarheidsmarge (dus: de onnauwkeurigheid) is kleiner naarmate de steekproef groter is, maar verschilt ook met het gemeten percentage: percentages van rond de 50% hebben absoluut gezien de grootste onnauwkeurigheid. Hoe verder het percentage van de 50% af zit, hoe kleiner de onnauwkeurigheid. Tabel 1 geeft voor in steekproeven of delen daarvan gemeten percentages de betrouwbaarheidsmarges voor een meting van 50% en ter illustratie ook voor een meting van 10% of 90%. Aan het Omnibusonderzoek hebben in totaal 800 respondenten deelgenomen. Wanneer 50% van hen zegt een laag opleidingsniveau te hebben, moet dit gelezen worden als 46% à 54%. Tabel 1 De 95%-betrouwbaarheidsmarges van gemeten percentages bij een respons van: is 10% eigenlijk: is 50% eigenlijk: is 90% eigenlijk: 200 (leeftijdsgroep of stadsdeel) 10% ± 4% 50% ± 7% 90% ± 4% 750 (gehele onderzoeksgroep) 10% ± 2% 50% ± 4% 90% ± 2% Stadsdelen De indeling van de Stadsdelen is als volgt: Centrum: Binnenstad, Noordflank, Reeland, Staart West: Oud-Krispijn, Nieuw-Krispijn, Crabbehof/Zuidhoven, Wielwijk (inclusief Dordtse Hout en Industriegebied West) Oost: Stadspolders, Sterrenburg, Dubbeldam (inclusief verspreide bebouwing) Vergelijkingen Om te toetsen of verschillen in percentages of gemiddelden veroorzaakt zijn door het toevalskarakter van de steekproef of dat er werkelijk een verschil is, maken we gebruik van statistische toetsen. Wij rapporteren alleen echte (significante) verschillen. Opinie over het bestuur en de inzet van instrumenten 15

16 16 Vertrouwen en tevredenheid

17 Bijlage 2 Aanvullende tabellen Tabel 1 Rapportcijfer stadsbestuur van Dordrecht (%) gemiddeld Dordt-centrum ,1 Dordt-west ,7 Dordt-oost , jaar , jaar ,3 65 jaar e.o ,4 totaal ,4 Toelichting: vetgedrukte waarden liggen significant boven of onder het gemiddelde Tabel 2 Zou u betrokken willen worden bij beslissingen van de gemeente? ja nee Dordt-centrum Dordt-west Dordt-oost jaar jaar jaar e.o totaal Toelichting: vetgedrukte waarden liggen significant boven of onder het gemiddelde Opinie over het bestuur en de inzet van instrumenten 17

18 18 Vertrouwen en tevredenheid

19 Bijlage 3 Vragenlijst C. De gemeente 1. De gemeente wil u regelmatig informeren over wijzigingen in het gemeentelijke beleid en over bijvoorbeeld projecten, voorschriften en regels. Daarom de vraag aan u hoe u het liefst geïnformeerd wordt? (meerdere antwoorden mogelijk) via directe informatie van de gemeente: drukwerk Gemeentenieuws folder brief digitaal website gemeente digitale nieuwsbrief gemeente twitter gemeente persoonlijk informatieavond schouwronde anders, namelijk: via onafhankelijke media: drukwerk dagblad huis-aan-huisblad tijdschrift Lifestyle Dordt digitaal internetpagina's van anderen dan de gemeente radio/televisie Drechtstad FM Radio Rijnmond TV Dordrecht TV Rijnmond anders, namelijk: 2. Zou u betrokken willen worden bij beslissingen van de gemeente? ja nee ga verder met vraag 4 3. Op welke wijze zou u het liefst betrokken willen worden bij beslissingen van de gemeente? (meerdere antwoorden mogelijk) informatiebijeenkomsten, waar de bewoners worden geïnformeerd over voornemens van de gemeente inspraakbijeenkomsten, waar de bewoners gevraagd wordt naar de mening over bepaalde zaken binnen de gemeente (buurt)panels, waarbij een vaste groep bewoners de gemeente enkele keren per jaar adviseert over verschillende onderwerpen internetforum, waarbij de bewoners via internet kunnen reageren op stellingen opinieonderzoek, zoals deze enquête bezoeken van raadsleden of collegeleden aan wijken/buurten anders, namelijk: 4. Welk rapportcijfer geeft u aan het stadsbestuur van Dordrecht? (1 = zeer slecht, 10 = zeer goed) rapportcijfer: Opinie over het bestuur en de inzet van instrumenten 19

20 5. Hoeveel vertrouwen heeft u in de gemeente? volledig vertrouwen redelijk vertrouwen weinig vertrouwen geen vertrouwen weet niet 6a. Het gemeentebestuur wil vaker gesprekken aanknopen met de wijkbewoners. Wilt ú dat ook? ja nee --> ga verder met vraag 7a weet niet --> ga verder met vraag 7a 6b. Zo ja, waar zouden die gesprekken dan over moeten gaan? 7a. De gemeente wil meer overlaten aan bewoners en doet op dit moment in twee wijken een proef, waarbij bewoners zelf kunnen bepalen waar het budget voor hun wijk aan besteed wordt. Vindt u dit een goed idee? ja--> ga verder met vraag 7b nee --> ga verder met vraag 7c weet niet --> ga verder met onderdeel D 7b. Zo ja, over welke onderwerpen zou u zelf met uw buurtgenoten willen beslissen? 7c. Zo nee, welke niet? 20 Vertrouwen en tevredenheid

21 Publicaties van het Onderzoekcentrum Drechtsteden Algemeen Trends Toekomst van Dordrecht 2009 Kerncijfers Drechtsteden Staat van de Drechtsteden 2008 Prognose plechtigheden op de Essenhof in Dordrecht Bestuur en Imago Imago Oud Krispijn, Herhalingsmeting 2008 Vertrouwen in het bestuur en oordeel over de raadscommunicatie Imago onderzoek De Grote Rivieren 2007 Imago Oud-Krispijn 2006 Bekend maakt bemind Monitor Beeld van Dordt 2005 Wijkpanel Staart Imago 2005 Bevolking Bevolkingsprognose per wijk gemeente Dordrecht Integrale leerlingenprognose gemeente Dordrecht Dordt op z n droogst jaarlijks Dienstverlening Klanttevredenheidsonderzoek Sociale Dienst Drechtsteden 2009 Klanttevredenheidsonderzoek Wijklijn 2007 Klanttevredenheidsonderzoek Drechthopper 2006 Klanttevredenheidsonderzoek Monumenten 2006 Klanttevredenheidsonderzoek Parkeren Bekendheid, gebruik en tevredenheid website en E-loket 2006 Bekendheid en wensen Ondernemersloket 2005 Evaluatie waarderingsgesprekken 2005 Economie en Arbeidsmarkt Monitor Binnenstad Bedrijvenregister Drechtsteden Monitor Route 23 Dordrecht en Drechtsteden Situatie, toekomstperspectief en randvoorwaarden voor ontwikkeling bedrijven buitengebied Dordrecht 2007 Passantenenquête Kernwinkelgebied 2007 Jongerenonderzoek Route Evaluatie vrijdagmiddagmarkt 2005 Koopgedrag, koopstromen en het functioneren van het aanbod in de sector dagelijkse artikelen 2005 Inkomen en Armoede Inkomensmonitor Dordt-West Meting SMS-Kinderfonds 2006 Leefbaarheid en Veiligheid Veiligheidsbeleving op school Sturen aan de wal, Brede aanpak jeugdcriminaliteit uitgelicht 2008 Politiekeurmerk Veilig wonen 0- en 1- meting 2007 Leefbaarheid en veiligheid Dordrecht De burger over de buurtagent 2007 Evaluatie stadswachten in de wijken 2007 Leefbaarheid en veiligheid Zwijndrecht Leefbaarheid en veiligheid in de Drechtsteden Leefbaarheid en veiligheid Oud-Beijerland Wijkpanel Veilig opgroeien in de Staart 2006 Leefbaarheid en veiligheid in Sliedrecht Leefbaarheid en veiligheid in Alblasserdam Mobiliteit en Milieu Milieu in de Drechtsteden Gebruik bestrijdingsmiddelen en meststoffen onder hoveniers nulmeting 2007 Evaluatie Wijkverkeersplannen 2006 Milieumonitor Dordrecht Evaluatie Verkeersplan Binnenstad 2006 Belevingswaardeonderzoek oppervlaktewater Goeree-Overflakkee 2006 Evaluatie proef mini-container papier 2005 Onderwijs Onderwijsmonitor Dordrecht Overgang basisonderwijs - voortgezet onderwijs 2007 Huiswerkbegeleiding bij Dordtse zelforganisaties 2006 Laaggeletterdheid in Dordrecht 2006 Jongeren en huiswerk 2005 Kiezen voor beroepsonderwijs 2005 Vrije tijd Recreatie in Dordrecht 2009 Vrijetijdsmonitor Dordrecht Evaluatie festival- en evenementenbeleid Dordrecht 2007 Publieksprofiel en economische en toeristische betekenis Sinterklaashuis Bereik en waardering RTV Dordrecht herhalingsmeting 2006 Evaluatie Internationaal Poppentheater Festival 2005 Cultuurbereik Welzijn Bekendheid en gebruik Openbare Bibliotheek Dordrecht Inventarisatie behoefte dagarrangementen Hendrik-Ido-Ambacht 2008 Jongerenmonitor Mantelzorg Dordrecht Anatomische model van de civil society voor de WMO 2008 Factsheet Antilliaanse Dordtenaren Factsheet Jongerenparticipatie 2008 Ouderenmonitor Leefsituatie ouderen in Zwijndrecht Ban yuda otro Antilliaans moederschap in Dordt 2007 Sociale voorzieningen in Hendrik-Ido-Ambacht 2007 Factsheet Sociale Staat van Dordrecht Integratiemonitor Dordrecht Realisatie- en exploitatiemogelijkheden hostelvoorziening 2006 Evaluatie kwaliteitsimpuls Stadspolder 2006 Opinie buurtwerk 2005 Inventarisatie WMO Drechtsteden 2005 Wonen Woonmonitor Drechtsteden Woonwensen senioren en aanbod van complexen 2008 Opinieonderzoek structuurvisie Papendrecht Opinieonderzoek structuurvisie Dordrecht Verhuisonderzoek Drechtsteden 2005 en Bewonersoordeel openbaar groen 2007 Enquête onderzoek Woonkeus en woonruimteverdelingssysteem 2006 Behoefte aanleunwoningen Sterrenburg 2005 Bovenstaande lijst bevat een selectie van publicaties van het OCD Meer cijfers en trends kunt u vinden op onze website Informatie/bestellen: (078) Onderzoekcentrum Drechtsteden Postbus AP DORDRECHT ocd@drechtsteden.nl Opinie over het bestuur en de inzet van instrumenten 21