Onderbouwing consumptie-advies voor eieren uit particuliere tuinen. vergelijking Vlaanderen en Nederland

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Onderbouwing consumptie-advies voor eieren uit particuliere tuinen. vergelijking Vlaanderen en Nederland"

Transcriptie

1 Verspreiding: Beperkt Onderbouwing consumptie-advies voor eieren uit particuliere tuinen vergelijking Vlaanderen en Nederland Christa Cornelis, Ann Colles Studie uitgevoerd in opdracht van: 2014/MRG/R/259 December 2014

2 Alle rechten, waaronder het auteursrecht, op de informatie vermeld in dit document berusten bij de Vlaamse Instelling voor Technologisch Onderzoek NV ( VITO ), Boeretang 200, BE-2400 Mol, RPR Turnhout BTW BE De informatie zoals verstrekt in dit document is vertrouwelijke informatie van VITO. Zonder de voorafgaande schriftelijke toestemming van VITO mag dit document niet worden gereproduceerd of verspreid worden noch geheel of gedeeltelijk gebruikt worden voor het instellen van claims, voor het voeren van gerechtelijke procedures, voor reclame of antireclame en ten behoeve van werving in meer algemene zin aangewend worden

3 Verspreidingslijst VERSPREIDINGSLIJST Karen Van Campenhout Maja Mampaey Hana Chovanova Koen Schoeters Griet Van Gestel Christa Cornelis Ann Colles Administratie Leefmilieu, Natuur en Energie Administratie Leefmilieu, Natuur en Energie Agentschap Zorg en Gezondheid Agentschap Zorg en Gezondheid OVAM VITO VITO I

4 Samenvatting SAMENVATTING Op vraag van het departement Leefmilieu, Natuur en Energie (LNE) van de Vlaamse overheid werd een vergelijking uitgevoerd van de onderbouwing van de consumptie-adviezen voor eieren van particulier gehouden kippen zoals ze in Vlaanderen en Nederland uitgewerkt werd. De vergelijking van beide methoden leidde tot volgende conclusies. De achtergrondblootstelling aan dioxines (PCDD/F) en dioxineachtige PCB s via commerciële voeding is vergelijkbaar in Vlaanderen en Nederland. De concentraties, die van deze stoffen aangetroffen worden in eieren van particulier gehouden kippen, liggen in Vlaanderen hoger dan in Nederland. Ongeacht de gevolgde methodiek zal dit, bij eenzelfde beschermingsniveau, in Vlaanderen tot een strenger consumptie-advies leiden dan in Nederland (minder eiconsumptie). De in Vlaanderen gevolgde methode integreert leeftijdsafhankelijke blootstelling en is daarom makkelijk te hanteren naar beslissingen toe. De in Vlaanderen gevolgde methode verdient daarom de voorkeur. Wel wordt voorgesteld om de berekeningen en de resulterende cijfers weer te geven in eenheden van WHO 2005 TEQ in plaats van WHO 1998 TEQ (deze laatste eenheden werden gebruikt om de vergelijking met eerdere studies mogelijk te maken). De omrekening werd in voorliggend document uitgevoerd. Deze omzetting leidt tot lagere concentraties en daardoor tot licht hogere consumptie-adviezen. Bij het formuleren van een consumptie-advies wordt best het beschermingsniveau overwogen. Dit slaat op 2 elementen: beschermingsniveau ten aanzien van de inname via de voeding en beschermingsniveau ten aanzien van de aangetroffen concentraties in eieren van particulier gehouden kippen. II

5 Inhoud INHOUD Verspreidingslijst I Samenvatting II Inhoud III Lijst van tabellen IV Lijst van figuren V HOOFDSTUK 1. Inleiding 1 HOOFDSTUK 2. Gehalten van dioxines en PCB s in eieren Vlaamse gegevens Nederlandse gegevens Vergelijking 3 HOOFDSTUK 3. Achtergrondblootstelling aan dioxines en dioxineachtige PCB s Vlaanderen Nederland Vergelijking 7 HOOFDSTUK 4. Gebruikte methode Vlaanderen Nederland Vergelijking 10 HOOFDSTUK 5. Advies Vlaanderen Nederland 17 HOOFDSTUK 6. Conclusie 19 Referenties 21 Bijlage A: Vergelijking van de gevolgde analysemethoden voor PCDD/F en dioxineachtige PCB s 22 III

6 Lijst van tabellen LIJST VAN TABELLEN Tabel 1: Daling in TEQ van WHO-1998 naar WHO-2005 TEQ (voor de gecombineerde resultaten van de OVAM- en Menen-studie) 4 Tabel 2: Vergelijking van de inname van dioxines en dioxineachtige PCB s via voeding tussen Vlaanderen en Nederland, volwassenen 8 Tabel 3: Vergelijking van de inname van dioxines en dioxineachtige PCB s via voeding tussen Vlaanderen en Nederland, kinderen 8 Tabel 4: Parameters voor de berekening van de relatie tussen veilige eiconsumptie en concentratie van dioxines en dioxineachtige PCB s in eieren 9 Tabel 5: Concentratie in eieren bij vooropgestelde eiconsumptie en 80 % invulling van de TDI door lokale eieren en commerciële voeding, methode Vlaanderen 10 Tabel 6: Concentraties van dioxines en dioxineachtige PCB s in eieren en overeenkomstige veilige eiconsumptie 14 Tabel 7: Beschermingsniveau in functie van consumptie-adviezen volgens oorspronkelijke berekeningen (Cornelis et al., 2014) / na omzetting naar WHO-2005 TEQ 17 Tabel 8: Vergelijking onderbouwing consumptie-adviezen voor eieren van eigen kippen 19 IV

7 Lijst van figuren LIJST VAN FIGUREN Figuur 1: Vergelijking van de Vlaamse en de Nederlandse data voor merker-pcb s in eieren uit particuliere tuinen 5 Figuur 2: Vergelijking van de Vlaamse en de Nederlandse data voor dioxines en dioxineachtige PCBs in eieren uit particuliere tuinen 5 Figuur 3: Relatie tussen concentratie in eieren en veilige eiconsumptie voor de Nederlandse benadering bij kinderen (bovenste figuur) en bij volwassenen (middelste figuur), voor de Vlaamse benadering uitgedrukt als consumptie bij volwassenen (onderste figuur) 11 Figuur 4: Relatie tussen concentratie in eieren en veilige eiconsumptie voor de Vlaamse benadering (WHO 2005 TEQ) en de Nederlandse benadering met P95 achtergrondblootstelling 12 Figuur 5: Relatie tussen concentratie in eieren en veilige eiconsumptie voor de Vlaamse benadering (WHO 2005 TEQ) onder aanname van leeftijdsonafhankelijke eiconsumptie en de Nederlandse benadering met P95 achtergrondblootstelling 13 V

8

9 HOOFDSTUK 1 Inleiding HOOFDSTUK 1. INLEIDING Op basis van metingen van dioxines, PCB s en DDT in eieren van kippen gehouden door particulieren en via een risicobeoordeling werd in Vlaanderen een voorstel voor consumptieadviezen voor deze eieren geformuleerd (Cornelis et al., 2014). Dit is vooral gebaseerd op de gehalten van dioxines en dioxineachtige PCB s in de eieren. Een advies naar de bevolking werd nog niet gepubliceerd. In Nederland werden metingen uitgevoerd van dioxines en PCB s in eieren van kippen gehouden door particulieren (RIVM/RIKILT, 2014 en Hoogenboom et al., 2014). De risicobeoordeling daar leidde tot een officieel consumptie-advies door de Nederlandse warenauthoriteit (NVWA, 2014). Het Nederlandse advies werd opgepikt door de Vlaamse media (De Standaard 13/11/2014). De Administratie Leefmilieu, Natuur en Energie (LNE) heeft daarom aan VITO volgende verduidelijking gevraagd (vraag ontvangen op 20 november 2014): Wat zijn de verschillen in berekeningswijze tussen Nederland en het rapport opgesteld in kader van de referentietaak Onderbouwing van referentiewaarden voor verontreinigende stoffen in bodems van particuliere tuinen en consumptie-adviezen voor eieren van door particulieren gehouden kippen met vrije uitloop? Wat zijn de voor-en nadelen van de 2 berekeningswijzen? Voorliggende nota geeft hierop een antwoord via 4 stappen: 1) Gehalten van dioxines en PCB s in eieren; 2) Achtergrondblootstelling aan dioxines en PCB s; 3) Berekeningswijze 4) Advies 1

10

11 HOOFDSTUK 2 Gehalten van dioxines en PCB s in eieren HOOFDSTUK 2. GEHALTEN VAN DIOXINES EN PCB S IN EIEREN 2.1. VLAAMSE GEGEVENS De beschikbare Vlaamse gegevens van dioxines en PCB s in eieren werden besproken in Cornelis et al. (2014). Het betreft volgende studies: CONTEGG-studie: 59 particulieren verspreid over België, staalname in ; 5 Vlaamse datapunten voor dioxines en dioxineachtige PCB s (chemisch bepaald), 31 datapunten voor merker-pcb s OVAM-studie: 16 particulieren verspreid over Vlaanderen, staalname in 2010; 16 datapunten voor dioxines, dioxineachtige PCB s en merker-pcb s Menen-studie: 15 particulieren in Menen, Wevelgem en Wervik (Menen met gekende verontreinigingsproblematiek voor deze stoffen); staalname in 2013, 14 datapunten voor dioxines, dioxineachtige PCB s en merker-pcb s Gistel-studie: 2 particulieren in Gistel in omgeving van een schrootverwerker; staalname in 2006, 2 datapunten voor dioxines, dioxineachtige PCB s en merker-pcb s. De concentraties PCDD/F en dioxineachtige PCB s in de OVAM- en de Menen-studie zijn beschikbaar in WHO-1998 TEQ en WHO-2005 TEQ. De concentraties in de CONTEGG-studie en voor Gistel zijn alleen beschikbaar in WHO-1998 TEQ. De interpretatie van de gegevens in Cornelis et al. (2014) werd gebaseerd op de WHO-1998 TEQ-data om de vergelijking tussen de verschillende studies mogelijk te maken. Het verschil tussen WHO-1998 en WHO-2005 bij de stalen uit Menen bedroeg ongeveer 15% (daling indien WHO-2005 TEQ gebruikt wordt) op gemiddelde, mediaan en P NEDERLANDSE GEGEVENS In 2014 analyseerde het RIKILT eieren van 60 locaties in Nederland (Hoogenboom et al., 2014). De stalen werden genomen bij particulieren verspreid over het land. Rekrutering gebeurde via een oproep van de GGD s (Gemeentelijke of Gemeenschappelijke Gezondheidsdiensten). Analyses werden uitgevoerd voor dioxines, dioxineachtige PCB s en merker-pcb s. Naast chemische analyses op alle stalen, werden een beperkt aantal stalen ook geanalyseerd met de Calux BEQ-methode. De resultaten zijn uitgedrukt in WHO-2005 TEQ VERGELIJKING Om de vergelijking van de concentraties uit te voeren, werd beslist om de data uit te drukken in WHO-2005 TEQ. Voor de OVAM- en de Menen-studie werden deze overgenomen uit de beschikbare datasets. Op basis hiervan werd het verschil in TEQ tussen 2005 en 1998 berekend voor de PCDD/F, de dioxineachtige PCB s en de som van de PCDD/F. De daling in TEQ s is weergegeven in Tabel 1. 3

12 HOOFDSTUK 2 Gehalten van dioxines en PCB s in eieren Tabel 1: Daling in TEQ van WHO-1998 naar WHO-2005 TEQ (voor de gecombineerde resultaten van de OVAM- en Menen-studie) PCDD/F dl-pcb PCDD/F + dl-pcb gemiddeld -12,85% -17,55% -15,80% maximum -20,04% -44,02% -40,80% minimum -6,71% -9,11% -10,51% gemiddeld zonder extreme waarde -12,91% -16,60% -14,91% Eén extreem datapunt (OVAM-studie) is verantwoordelijk voor de daling van 40 %. De gemiddelde afname zonder de extreme waarde (13 % voor PCDD/F en 15 % voor dl-pcb) werd genomen om de resultaten van de CONTEGG-studie en van Gistel ter herrekenen naar WHO-2005 TEQ. De vergelijking tussen Vlaanderen (OVAM-studie, Menen-studie, Gistel en CONTEGG-Vlaanderen) en Nederland is opgenomen in Figuur 1 (merker-pcb s) en Figuur 2 (dioxines en dioxineachtige PCB s). Voor Vlaanderen zijn de gegevens van de gebieden Menen en Gistel (met gekende dioxine/pcb-bronnen) mee opgenomen omdat in Nederland geen selectie uitgevoerd werd op basis van aan/afwezigheid van mogelijke bronnen. Uit de figuren is af te lezen dat de gehalten van zowel merker-pcb s (die verder niet meegenomen zijn in het formulieren van adviezen omdat ze het risico niet bepalen) als van de som van dioxines en dioxineachtige PCB s in Vlaanderen hoger liggen dan in Nederland. Dit geldt voor de gehele distributie. Beperkte verschillen in analyseresultaten kunnen het gevolg zijn van verschillen in gevolgde analysemethode. Bij de verschillende studies werd ook telkens beroep gedaan op een andere laboratorium. Ook de gevolgde analysemethode verschilt. Zo werden in de CONTEGG-studie de gehalten bepaald op het geheel van eiwit en eidooier, terwijl voor de stalen uit de OVAM-studie, Menen en Nederland de gehalten bepaald werden op eidooier alleen. Verdere bespreking van de verschillen in analysemethode en de impact hiervan op de resultaten valt buiten het onderwerp van de vraag. Een summiere vergelijking van de methoden is opgenomen in Bijlage A. Het is weinig waarschijnlijk dat de sterke verschillen uitsluitend aan verschillen in analysemethode te wijten zijn. 4

13 HOOFDSTUK 2 Gehalten van dioxines en PCB s in eieren 100% 90% 80% 70% 60% 50% 40% Nederland Vlaanderen 30% 20% 10% 0% merker-pcb's (pg/g vet) Figuur 1: Vergelijking van de Vlaamse en de Nederlandse data voor merker-pcb s in eieren uit particuliere tuinen 100% 90% 80% 70% 60% 50% 40% Nederland Vlaanderen 30% 20% 10% 0% PCDD/F + dl-pcb (pg WHO-2005 TEQ/g vet) Figuur 2: Vergelijking van de Vlaamse en de Nederlandse data voor dioxines en dioxineachtige PCBs in eieren uit particuliere tuinen 5

14

15 HOOFDSTUK 3 Achtergrondblootstelling aan dioxines en dioxineachtige PCB s HOOFDSTUK 3. ACHTERGRONDBLOOTSTELLING AAN DIOXINES EN DIOXINEACHTIGE PCB S 3.1. VLAANDEREN Voor België werd de inname van dioxines en dioxineachtige PCB s via voeding berekend in 2009 (Windal et al., 2010). De studie vertoonde volgende karakteristieken: Consumptiecijfers: o > 15 jaar: Belgische voedselconsumptiepeiling 2004 Concentraties: o staalname 2008 (dierlijke producten, vis, plantaardige olie) Methode: o Samengestelde stalen (43) op basis van 529 individuele voedingsstalen o Aandeel in samengesteld staal op basis van voedselconsumptiepeiling o C-side model (probabilistisch) Voor Vlaanderen of België is geen innameschatting van dioxines en dioxineachtige PCB s bij kinderen beschikbaar. Voor de formulering van consumptie-adviezen en de studie in Menen werd daarom een generieke omrekening gebruikt (volgens S-Risk handleiding, waarbij de inname door kinderen in verhouding tot de inname voor volwassenen berekend wordt NEDERLAND In Nederland werd de inname van dioxines en dioxineachtige PCB s via voeding berekend in 2014 (Boon et al., 2014). De studie vertoonde volgende karakteristieken: Consumptiecijfers: o 7 69 jaar: Nederlandse voedselconsumptiepeiling 2007/2010 o 2 6 jaar: Nederlandse voedselconsumptiepeiling 2005/2006 Concentraties: o Bewakingsprogramma (dierlijke producten, vis) o Aanvullende metingen groenten ( ), fruit (2004), aardappelen (2005), tarwe (2004), plantaardige oliën en vetten (2004) Methode: o Rauwe levensmiddelen o o Omzetting samengestelde levensmiddelen naar ingrediënten MCRA model (probabilistisch) + bootstrapping voor variatie als gevolg van grootte steekproef bij consumptiecijfers en concentraties 3.3. VERGELIJKING De vergelijking tussen Vlaanderen en Nederland voor wat betreft de inname door volwassenen is opgenomen in Tabel 2. 7

16 HOOFDSTUK 3 Achtergrondblootstelling aan dioxines en dioxineachtige PCB s Tabel 2: Vergelijking van de inname van dioxines en dioxineachtige PCB s via voeding tussen Vlaanderen en Nederland, volwassenen Vlaanderen (pg TEQ 1998/kg.d) > 15 jaar Nederland (pg TEQ 2005/kg.d) 7 69 jaar gemiddeld 0,72 a) - P50 0,63 b) 0,5 P90 1,1 b) 0,8 P95 1,4 b) 1,0 P99 1,8 b) 1,3 a) indien de inname uitgedrukt wordt in WHO-2005 TEQ bedraagt het gemiddelde 0,61 pg TEQ/kg.d b) afgeleid uit de grafiek in Windal et al. (2010) Indien rekening gehouden wordt met het feit dat de inname uitgedrukt in TEQ 2005 ongeveer 15 % lager is dan indien uitgedrukt in TEQ 1998 (gemiddelde inname 0,61 pg WHO 2005 TEQ/kg.d versus 0,72 pg WHO 1998 TEQ/kg.d), dan blijkt de berekende achtergrondblootstelling via voeding in België slechts licht hoger te liggen dan in Nederland (P50 wordt dan ongeveer 0,53, P90 wordt dan ongeveer 0,9). Of dit reële verschillen zijn, is moeilijk te bepalen omdat de gevolgde methode bij de twee studies verschilde. Het feit dat in België geen groenten of fruit werden meegenomen, heeft waarschijnlijk een minieme invloed op de innameschatting. Voor België bleek de bijdrage van commerciële eieren 2 % (batterijkippen) tot 4 % (biologische eieren) van de gemiddelde inname uit te maken. In Nederland had de consumptie van eieren een invloed van 1 3 % op de innameschatting voor volwassenen. Bij kinderen 2 6 jaar bedroeg de bijdrage maximum 5 % (telkens berekend op de inname in pg TEQ/d, bij de inname in pg TEQ/kg.d werd geen verschil gerapporteerd in de cijfers RIVM/RIKILT, 2014). De grootste invloed werd gezien bij de P50 en nam af naar de hogere percentielen (lager dan P50 niet gerapporteerd). De vergelijking tussen Vlaanderen en Nederland voor wat betreft de inname door kinderen is opgenomen in Tabel 3. Tabel 3: Vergelijking van de inname van dioxines en dioxineachtige PCB s via voeding tussen Vlaanderen en Nederland, kinderen Vlaanderen (pg TEQ 1998/kg.d) 1 - < 3 / 3 - < 6 jaar Nederland (pg TEQ 2005/kg.d) 2-6 jaar gemiddeld 1,2 / 1,3 - P50-0,9 P90-1,3 P95-1,4 P99-1,7 Indien ook hier rekening gehouden wordt met een reductie van 15 % bij overstappen van WHO 1998 TEQ naar WHO 2005 TEQ, dan is de innameschatting bij kinderen in Vlaanderen vrij vergelijkbaar met de gedetailleerde berekening in Nederland. Voor Vlaanderen hebben we evenwel geen distributie op de inname. 8

17 HOOFDSTUK 4 Gebruikte methode HOOFDSTUK 4. GEBRUIKTE METHODE 4.1. VLAANDEREN Als uitgangspunt is genomen dat de totale inname van dioxines en dioxineachtige PCB s via commerciële voeding en eieren uit eigen tuin de TWI van 14 pg TEQ/kg.week niet mag overschrijden. De gemiddelde inname in pg TEQ/kg.d over de leeftijdsperiode van 0 28 jaar werd berekend. De waarde van 28 jaar werd gekozen omdat dioxines en dioxineachtige PCB s in het lichaam accumuleren; bescherming van het ongeboren kind kritisch is bij blootstelling aan dioxines en dioxineachtige PCB s; 28 jaar de gemiddelde leeftijd is waarop een vrouw in Vlaanderen haar eerste kind krijgt. Om rekening te houden met een meer dan gemiddelde inname uit voeding werd gesteld dat 80 % van de TWI kan ingevuld worden door commerciële voeding en eieren uit eigen tuin. Er werd rekening gehouden met een leeftijdsafhankelijkheid van de eiconsumptie via de verhoudingen uit de voedingsdriehoek: 3 eieren/week voor personen vanaf 12 jaar, 2 eieren/week voor kinderen tussen 6 en 11 jaar en 1 ei/week voor kinderen jonger dan 6 jaar. Op deze wijze werd via tabellen de relatie gelegd tussen concentratie in eieren en aantal eieren uit eigen tuin dat veilig geconsumeerd kan worden. Alle concentraties werden uitgedrukt in WHO 1998 TEQ. Er werd gerekend met een vetgehalte van eieren van 9,5 % en een gewicht van 1 ei van 60 g. Tabel 4: Parameters voor de berekening van de relatie tussen veilige eiconsumptie en concentratie van dioxines en dioxineachtige PCB s in eieren leeftijd lichaamsgewicht N (jaar) achtergrond (kg) (pg TEQ/kg.d) 0-1,5 jaar 9 1,5 1,2 1,5-3 jaar 12,5 1,5 1,2 3-6 jaar , jaar , jaar , jaar , NEDERLAND Als uitgangspunt is genomen dat de totale inname van dioxines en dioxineachtige PCB s via commerciële voeding en eieren uit eigen tuin de TWI van 14 pg TEQ/kg.week niet mag overschrijden. Onder deze voorwaarde is berekend welke eiconsumptie (eieren uit eigen tuin) mogelijk is bij een bepaalde concentratie en voor 2 keuzes van achtergrondblootstelling: P50 en P95. Deze grafiek werd opgemaakt voor volwassenen en kinderen. Er werd uit gegaan van een lichaamsgewicht van 60 kg voor volwassenen 1 en 20 kg voor kinderen. Het vetgehalte van eieren 1 Het gemiddelde lichaamsgewicht van Nederlandse vrouwen > 20 jaar bedroeg in kg, voor een man was dit 84 kg ( 9

18 HOOFDSTUK 4 Gebruikte methode werd verondersteld gelijk te zijn aan 10 %, het gewicht van 1 ei gelijk aan 50 g. De bijdrage van commerciële eieren werd in mindering gebracht van de achtergrondblootstelling. Dit had alleen impact op de P95 voor kinderen, uitgedrukt in pg TEQ/kg.d (RIVM/RIKILT, 2014) VERGELIJKING Vooraleer de vergelijking te maken werden de Vlaamse data omgezet naar WHO 2005 TEQ. Concreet betekent dit dat de achtergrondblootstelling voor alle leeftijden verminderd werd met 15 %. De impact hiervan op de berekening van de concentraties bij de verschillende Vlaamse scenario s is opgenomen in Tabel 5. Tabel 5: Concentratie in eieren bij vooropgestelde eiconsumptie en 80 % invulling van de TDI door lokale eieren en commerciële voeding, methode Vlaanderen Eiconsumptie* PCDD/F + dl-pcb (pg WHO-1998/g vet) PCDD/F + dl-pcb (pg WHO-2005/g vet) Scenario 0 7,72 9 Scenario Scenario Scenario *: scenario 0 (2 x actieve voedingsdriehoek): 6 eieren/week voor volwassenen, 4 eieren/week voor kinderen 6 11 jaar en 2 eieren/week voor kinderen jonger dan 6 jaar. scenario 1 (actieve voedingsdriehoek): 3 eieren/week voor volwassenen, 2 eieren/week voor kinderen 6 11 jaar en 1 ei/week voor kinderen jonger dan 6 jaar; scenario 2 (2/3 actieve voedingsdriehoek): 2 eieren/week voor volwassenen, 1 ei/week voor kinderen 6 11 jaar en 1 ei/14 dagen voor kinderen jonger dan 6 jaar; scenario 3 (1/3 actieve voedingsdriehoek): 1 ei/week voor volwassenen, 1 ei/14 dagen voor kinderen 6 11 jaar en 1 ei/maand voor kinderen jonger dan 6 jaar; Om de vergelijking mogelijk te maken, hebben we de Vlaamse berekeningswijze ook grafisch weergegeven, waarbij de relatie tussen concentratie in ei en aantal eieren/week weergegeven wordt. De figuren zijn opgenomen in Figuur 3. welzijn/publicaties/artikelen/archief/2012/ wm.htm). Indien het gemiddelde lichaamsgewicht van 7 70 jaar geschat wordt, dan komt dit op 58 kg voor vrouwen en 67 kg voor mannen. 10

19 aantal eieren/week - volwassenen aantal eieren/week - kinderen aantal eieren/week - volwassenen HOOFDSTUK 4 Gebruikte methode P50 P dioxines + dioxineachtige PCB's (pg WHO 2005 TEQ/g vet) P50 P dioxines + dioxineachtige PCB's (pg WHO 2005 TEQ/g vet) WHO 1998 TEQ WHO 2005 TEQ dioxines + dioxineachtige PCB's (pg WHO 2005 TEQ/g vet) Figuur 3: Relatie tussen concentratie in eieren en veilige eiconsumptie voor de Nederlandse benadering bij kinderen (bovenste figuur) en bij volwassenen (middelste figuur), voor de Vlaamse benadering uitgedrukt als consumptie bij volwassenen (onderste figuur) De Nederlandse grafiek voor P95 achtergrondblootstelling en de Vlaamse grafiek voor WHO 2005 TEQ zijn opgenomen in Figuur 4. 11

20 aantal eieren/week - volwassenen HOOFDSTUK 4 Gebruikte methode WHO 2005 TEQ Nederland volwassenen P95 Nederland kinderen P dioxines + dioxineachtige PCB's (pg WHO 2005 TEQ/g vet) Figuur 4: Relatie tussen concentratie in eieren en veilige eiconsumptie voor de Vlaamse benadering (WHO 2005 TEQ) en de Nederlandse benadering met P95 achtergrondblootstelling Uit deze figuur blijkt dat de Vlaamse grafiek, die rekening houdt met een gewogen inname van kindertijd tot 28 jaar, zich bevindt tussen de grafiek voor volwassenen en kinderen uit Nederland. In de Vlaamse figuur zit de impliciete verhouding zoals vervat in het advies van de Voedingsdriehoek. Wanneer deze verhouding vervangen wordt door een uniform advies over de leeftijdsklassen, dan daalt de Vlaamse curve (minder eieren/week) (Figuur 5). De Vlaamse curve vormt immers een weging van de inname door kinderen en door volwassenen. Wijziging van de assumpties voor gewicht van een ei en het vetgehalte hebben maar een zeer beperkte invloed. 12

21 aantal eieren/week - volwassenen HOOFDSTUK 4 Gebruikte methode WHO 2005 TEQ Nederland volwassenen P95 Nederland kinderen P dioxines + dioxineachtige PCB's (pg WHO 2005 TEQ/g vet) Figuur 5: Relatie tussen concentratie in eieren en veilige eiconsumptie voor de Vlaamse benadering (WHO 2005 TEQ) onder aanname van leeftijdsonafhankelijke eiconsumptie en de Nederlandse benadering met P95 achtergrondblootstelling In Nederland werd rekening gehouden met P95 en P50 achtergrondblootstelling. In Vlaanderen werd rekening gehouden met 80 % invulling van de TWI (wat in de buurt ligt van P80 achtergrondblootstelling). Voor Vlaanderen kan voor volwassenen ook de P95 achtergrondblootstelling gebruikt worden (zie afleiding in Tabel 2). Voor kinderen zijn voor Vlaanderen geen percentielwaarden beschikbaar. Om een schatting te maken van de P95 voor het gehele leeftijdsbereik werd voor de leeftijden > 6 jaar de verhouding genomen van P95 tot gemiddelde uit de Belgische innamestudie (waarde 1,95) en voor de leeftijden < 6 jaar de verhouding van de P95 uit Nederland met het gemiddelde uit Vlaanderen (waarde 1,32). In deze berekening werd dan 100 % van de TWI ingevuld met achtergrondblootstelling en lokale eieren. De consumptie-adviezen, overeenkomend met een bepaalde concentratie in eieren zijn opgenomen in Tabel 6 voor de verschillende benaderingen. 13

22 HOOFDSTUK 4 Gebruikte methode Tabel 6: Concentraties van dioxines en dioxineachtige PCB s in eieren en overeenkomstige veilige eiconsumptie concentratie (pg WHO 2005 TEQ/g vet) kenmerk concentratie Vlaanderen* veilige eiconsumptie (eieren/week) Vlaanderen Vlaanderen uniforme P95 eiconsumptie achtergrondblootstelling* Nederland volwassenen P95 achtergrondblootstelling Nederland kinderen P95 achtergrondblootstelling 6,1 gemiddelde 9/6/3 6 7/4,5/2 13,8 2,8 Nederland 15,7 gemiddelde 3,5/2/1 2,3 2,5/1,7/0,8 5,4 1 Vlaanderen 18,9 maximum 3/2/1 1,9 2/1,5/0,7 4,4 0,9 Nederland 39 P95 1,4/1/0,5 0,9 1/0,7/0,3 2 0,4 Vlaanderen *: volwassene/6-11 jaar/1,5 6 jaar (voor kinderen 6 11 jaar bedraagt de veilige eiconsumptie 2/3 de van die van volwassenen, voor kinderen 1,5 6 jaar bedraagt ze 1/3 de van die van volwassenen (voor kinderen < 1,5 jaar werd met 0 eieren/week gerekend)) 14

23 HOOFDSTUK 4 Gebruikte methode Opnieuw is duidelijk dat bij vergelijkbare concentraties de consumptiewaarden voor Vlaanderen zich situeren tussen de waarden voor kinderen en volwassenen in Nederland. Dit is het gevolg van het feit dat de Vlaamse methode de levensloop op een gewogen wijze (inname per kg lichaamsgewicht en aantal jaren) meeneemt terwijl in Nederland een constante inname beschouwd wordt bij kinderen en bij volwassenen apart. Wordt met de Vlaamse methode gestreefd naar een bescherming van de P95 van de bevolking voor wat betreft achtergrondblootstelling aan dioxines en dioxineachtige PCB s via voeding, dan daalt de veilige consumptie 15

24

25 HOOFDSTUK 5 Advies HOOFDSTUK 5. ADVIES 5.1. VLAANDEREN Voor Vlaanderen werd nog geen advies geformuleerd. Wel werd een samenvattende tabel gemaakt, waarin op basis van de beschikbare studies het beschermingspercentage weergegeven wordt in functie van de consumptie-adviezen (leeftijdsafhankelijk). Deze zijn overgenomen in Tabel 7. Tabel 7: Beschermingsniveau in functie van consumptie-adviezen volgens oorspronkelijke berekeningen (Cornelis et al., 2014) / na omzetting naar WHO-2005 TEQ Eiconsumptie* Beschermd % deelnemers CONTEGG + OVAM-studie (zonder hotspots) Beschermd % deelnemers alle 4 studies samen. 2 x hoeveelheden voedingsdriehoek 50 % / 55 % 33,3 % / 52,8 % Hoeveelheden voedingsdriehoek 60,0 % / 75 % 63,9 % / 80,6 % 2/3 hoeveelheden voedingsdriehoek 75,0 % / 85 % 80,6 % / 91,7 % 1/3 hoeveelheden voedingsdriehoek 90,0 % / 90 % 94,5 % / 94,4 % *: scenario 0 (2 x actieve voedingsdriehoek): 6 eieren/week voor volwassenen, 4 eieren/week voor kinderen 6 11 jaar en 2 eieren/week voor kinderen jonger dan 6 jaar. scenario 1 (actieve voedingsdriehoek): 3 eieren/week voor volwassenen, 2 eieren/week voor kinderen 6 11 jaar en 1 ei/week voor kinderen jonger dan 6 jaar; scenario 2 (2/3 actieve voedingsdriehoek): 2 eieren/week voor volwassenen, 1 ei/week voor kinderen 6 11 jaar en 1 ei/14 dagen voor kinderen jonger dan 6 jaar; scenario 3 (1/3 actieve voedingsdriehoek): 1 ei/week voor volwassenen, 1 ei/14 dagen voor kinderen 6 11 jaar en 1 ei/maand voor kinderen jonger dan 6 jaar; 5.2. NEDERLAND In Nederland werden bij hoge bescherming (P95 van achtergrondblootstelling) volgende consumptiecijfers berekend: Gemiddelde concentratie (6,1 pg WHO 2005 TEQ/g vet): 13,8 eieren/week voor volwassenen en 2,8 eieren/week voor kinderen Maximale concentratie (18,9 pg WHO 2005 TEQ/g vet): 4,4 eieren/week voor volwassenen en 0,9 eieren/week voor kinderen. In de onderbouwingsnota (RIVM/RIKILT, 2014) werd hierbij gesteld dat Op basis van deze berekeningen blijkt dat zelfs bij hoge gehaltes dioxines en dioxineachtige PCB s in eieren, consumptie van een aantal eieren per week voor volwassenen niet direct leidt tot een overschrijding van de TWI, ook als er al sprake is van een relatief hoge achtergrondblootstelling. Kinderen met een hoge achtergrondbelasting kunnen de TWI overschrijden bij consumptie van 1 (hoogste gemeten gehalte) of 2 (gemiddeld gemeten gehalte) eieren per week. Om dat de TWI gericht is op het voorkomen van een te hoge body burden op de lange termijn zijn de risico s voor gezondheid bij een incidentele, beperkte overschrijding van de TWI verwaarloosbaar. Echter, 17

26 HOOFDSTUK 5 Advies wanneer de overschrijding van de TWI een structureel karakter krijgt, zijn risico s voor de gezondheid niet uit te sluiten. Op basis van de informatie heeft de NVWA (Nederlandse Voedsel- en Warenauthoriteit) geadviseerd dat consumenten best het advies over het eten van eieren van het Voedingscentrum volgen. Volgens het Voedingscentrum past de consumptie van gemiddeld drie eieren per week in een gevarieerde voeding. Als consumenten zich houden aan dit voedingsadvies is het gezondheidsrisico voor de consumptie van eieren van hobbykippen verwaarloosbaar klein (NVWA, 2014). Het voedingsadvies voor eieren van het Voedingscentrum is te vinden op 18

27 HOOFDSTUK 6 Conclusie HOOFDSTUK 6. CONCLUSIE De Vlaamse en Nederlandse onderbouwing voor consumptie-adviezen voor eieren van eigen kippen werd vergeleken. De belangrijkste vergelijkingspunten en hun impact zijn opgenomen in Tabel 8. Hiermee werd vraag 1 van de opdracht beantwoord (vergelijking van benaderingen). Tabel 8: Vergelijking onderbouwing consumptie-adviezen voor eieren van eigen kippen Aspect Vergelijking Impact concentraties in eieren hogere concentraties in Vlaanderen TEQ 1998 versus TEQ in Vlaanderen werd TEQ gebruikt, in Nederland TEQ 2005 achtergrondblootstelling Vlaanderen en Nederland vergelijkbaar leeftijden Vlaanderen: gewogen in innameberekeningen op basis van leeftijd (0 28 jaar) Nederland: kind 1 6 jaar en volwassene 7 69 jaar apart eiconsumptie Vlaanderen: leeftijdsafhankelijke eiconsumptie gekoppeld aan adviezen Voedingsdriehoek Nederland: eiconsumptie kind/volwassene onafhankelijk beschermingsniveau Vlaanderen: benaderend P80 achtergrondblootstelling Nederland: P50 en P95 beslissing advies Vlaanderen: tabel met beschermingsniveaus waarop beslist kan worden Nederland: geen expliciet beschermingsniveau versus consumptie, overweging onzekerheden lager consumptie-advies bij zelfde beschermingsniveau TEQ 2005 leidt tot hogere consumptie-adviezen (15 20 % impact) geen Vlaanderen voordeel van integratie inname over leeftijden wat kwantitatieve interpretatie impact leeftijden vergemakkelijkt uniforme eiconsumptie over alle leeftijden leidt tot lager consumptie-advies voor Vlaanderen P95 leidt tot lagere consumptieadviezen voor Vlaanderen, P50 tot hogere consumptie-adviezen advies in Vlaanderen kan transparant beslist worden De tweede vraag van de opdracht betrof een conclusie met betrekking tot de voor- en nadelen van de twee berekeningswijzen. De integratie van verschillende leeftijden in 1 innamecurve voor Vlaanderen is meer in lijn met het cumulatieve karakter van dioxines en PCB s, waarbij de impact van blootstelling tijdens de kindertijd ook meegenomen wordt. Deze integratie vergemakkelijkt de verdere berekeningen naar veilige consumptiewaarden als onderbouwing van een consumptieadvies voor de bevolking. De conclusie is daarom dat de Vlaamse benadering de voorkeur geniet. Omdat er wel enkele bemerkingen geformuleerd werden, is het geheel van de conclusies als volgt: 19

28 HOOFDSTUK 6 Conclusie De Vlaamse benadering geniet de voorkeur Concentraties en innameberekeningen worden bij voorkeur uitgedrukt in WHO 2005 TEQ (waarden werden in voorliggend document berekend) Beslissingen over het beschermingsniveau zijn nodig voor het vastleggen van een consumptie-advies: o Beschermingsniveau naar achtergrondblootstelling (commerciële voeding) o Beschermingsniveau naar aangetroffen concentraties Finale advies afhankelijk van herziening voedingsdriehoek: leeftijdsafhankelijkheid van consumptie-adviezen Concentraties van dioxines en dioxineachtige PCB s in eieren van particulier gehouden kippen liggen in Vlaanderen hoger dan in Nederland, dit zal bij eenzelfde beschermingsniveau automatisch leiden tot lagere geadviseerde consumptie in Vlaanderen 20

29 Referenties REFERENTIES Boon, P., te Biesebeek, J. D., de Wit-Bos, L., van Donkersgoed, G. (2014). Dietary exposure to dioxins in the Netherlands. Letter report , RIVM, Bilthoven, Nederland. Colles, A., Cornelis, C., Van de Mieroop, E. & Paulussen, M. (2014). Dioxines, PCB s en DDT in bodem- en eistalen uit Menen, Wevelgem en Wervik. VITO, Mol. Cornelis C., Servaes K., Van den Bosch B., Vloemans P., Hufkens N. & Touchant K. (2011). Dioxines en PCB's in eieren en groenten van particuliere tuinen - interpretatie van de resultaten. VITO, Mol. Cornelis, C., Colles, A., Van Holderbeke, M. (2014). Onderbouwing van referentiewaarden voor verontreinigende stoffen in bodems van particuliere tuinen en van consumptie-adviezen voor eieren van door particulieren gehouden kippen met vrije uitloop. 2014/MRG/R/88 aanvulling november 2014, VITO, Mol. Hoogenboom, R., ten Dam, G., van Bruggen, M., Zeilmaker, M., Jeurissen, S., Traag, W., van Leeuwen, S. (2014). Dioxines en PCB s in eieren van particuliere kippenhouders. Rapport , RIKILT Wageningen US, Wageningen, Nederland. Meersman, K., Vanhoutte, S., Wildemeersch, D. (2006). Bemonstering van particulieren in Gistel Bepaling van dioxines en PCB s: analyseresultaten. Vlaams Agentschap Zorg & Gezondheid, Afdeling Toezicht Volksgezondheid. NVWA (2014). Hogere gehaltes dioxine in eieren van eigen kippen Nieuwsbericht Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit 13 november 2014, online beschikbaar via: geraadpleegd op 03/12/2014. RIVM/RIKILT (2014). Beoordeling inzake aanwezigheid van dioxinen en dioxine-achtige PCB s in eieren van particulieren. Front office voedsel- en productveiligheid, RIVM en RIKILT. Windal, I., Vandevijvere, S., Maleki, M., Goscinny, S., Vinkx, C., Focant, J.G., Eppe, G., Hanot, V., Van Loco, J. (2010). Dietary intake of PCDD/Fs and dioxin-like PCBs of the Belgian population, Chemosphere, 79, WIV (2008). Contaminatie van eieren afkomstig van kippen gehouden bij particulieren. Onderzoeksproject RT-06/9-CONTEGG, uitgevoerd door WIV, CODA, UA, CART, UGent in opdracht van de FOD Gezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu. 21

30 Bijlage A: Vergelijking van de gevolgde analysemethoden voor PCDD/F en dioxineachtige PCB s BIJLAGE A: VERGELIJKING VAN DE GEVOLGDE ANALYSEMETHODEN VOOR PCDD/F EN DIOXINEACHTIGE PCB S

31 Bijlage A: Vergelijking van de gevolgde analysemethoden voor PCDD/F en dioxineachtige PCB s CONTEGG OVAM Menen Nederland laboratorium ULg VITO SGS RIKILT referentie methode Van Overmeire et al. 2009* ISO (MIM-OR-013) ECO/AV/IAC/005 en en MIM-OR-14 ECO/AV/IAC/016, eigen methode, performantieeigenschappen overeenkomstig Europese wetgeving staalvoorbereiding eieren gebroken en dooier gescheiden van gehomogeniseerd (eiwit + dooier) met roerstaaf eiwit, dooiers gehomogeniseerd, droging met Na 2 SO 4 tot poeder eieren gekookt, dooier gescheiden van eiwit, dooiers gemengd met Na 2 SO 4 dooier gescheiden van eiwit, dooiers gemengd, droging via vriesdrogen bewaring staal invriezen op -18 C extractie 10 g homogenaat + Na 2 SO 4 (20:80) + 20 ml hexaan per cyclus, 2 cycli, 1500 psi pressurized liquid extraction (PLE) - ASE, droging op Na 2 SO 4 spike met interne standaarden zuivering multikolom (Power-Prep): HCDS hoge capaciteit, gevolg door silicakolommen, aluminakolommen en PX-21 koolstofkolommen hoeveelheid poeder die ong. 10 g vet oplevert, kolomextractie met n- hexaan/aceeton (2:1), indamping tot droog spike met interne standaarden gecombineerde zuur- en aluminakolom (PCDD/F en non-ortho PCB) zuurkolom en mono-ortho PCB s) soxhlet extractie hexaan:aceton (50:50) extractie hexaan/aceton (50:50), 1500 psi accelerated solvent extraction, ASE spike met interne spike met interne standaarden standaarden? multikolom (Power-Prep): zure silica kolom, gemengde kolom, aluminakolom, koolstofkolom toevoeging standaard recovery toevoeging standaard interne

32 Bijlage A: Vergelijking van de gevolgde analysemethoden voor PCDD/F en dioxineachtige PCB s bepaling GC-HRMS GC-HRMS GC-HRMS GC-HRMS *: Van Overmeire, I, Waegeneers, N., Sioen, I. et al. (2009). PCDD/Fs and dioxin-like PCBs in home-produced eggs from Belgium: levels, contamination sources and health risks, Science of the Total Environment, 407,

Risicobeoordeling van lange-termijn inname van fipronil via de consumptie van ei en ei-producten

Risicobeoordeling van lange-termijn inname van fipronil via de consumptie van ei en ei-producten Risicobeoordeling van lange-termijn inname van fipronil via de consumptie van ei en ei-producten Datum: 26-09-2018 Versie: definitief Onderwerp De Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) heeft fipronil

Nadere informatie

RIVM-RIKILT FRONT OFFICE VOEDSELVEILIGHEID

RIVM-RIKILT FRONT OFFICE VOEDSELVEILIGHEID RIVM-RIKILT FRONT OFFICE VOEDSELVEILIGHEID RISICOBEOORDELING INZAKE AANWEZIGHEID VAN DIOXINEN IN EIEREN VAN LEGHENNEN MET VRIJE UITLOOP (LOCATIE: Harlingen) Risicobeoordeling aangevraagd Dr. H. Noteborn

Nadere informatie

FRONT OFFICE VOEDSEL- EN PRODUCTVEILIGHEID

FRONT OFFICE VOEDSEL- EN PRODUCTVEILIGHEID FRONT OFFICE VOEDSEL- EN PRODUCTVEILIGHEID Beoordeling inzake aanwezigheid van dioxinen en dioxine-achtige PCB s in van particulieren. Risicobeoordeling aangevraagd door: NVWA Risicobeoordeling opgesteld

Nadere informatie

2/8 Het verontreinigde zoutzuur (HCl) was afkomstig van Tessenderlo Chemie. Tijdens het bereidingsproces van HCl worden dioxines gevormd. Het HCl word

2/8 Het verontreinigde zoutzuur (HCl) was afkomstig van Tessenderlo Chemie. Tijdens het bereidingsproces van HCl worden dioxines gevormd. Het HCl word 1/8 WETENSCHAPPELIJK COMITE VAN HET FEDERAAL AGENTSCHAP VOOR DE VEILIGHEID VAN DE VOEDSELKETEN ADVIES 12-2006 Betreft: Schatting van de blootstelling van de consument aan dioxines (verontreiniging met

Nadere informatie

Dioxines en PCB s in eieren van particuliere kippenhouders

Dioxines en PCB s in eieren van particuliere kippenhouders Dioxines en PCB s in eieren van particuliere kippenhouders R. Hoogenboom, G. ten Dam, M. van Bruggen, M. Zeilmaker, S. Jeurissen, W. Traag en S. van Leeuwen Dioxines en PCB's in eieren van particuliere

Nadere informatie

SAMENVATTING. De aanleiding. Studiegebied en deelnemers. Samenvatting

SAMENVATTING. De aanleiding. Studiegebied en deelnemers. Samenvatting SAMENVATTING Het project Opmaken analyseplan, uitvoeren monsterneming en analyse van dioxines, dl-pcb en DDE in bodem- en voedingsstalen in Menen, Wevelgem en Wervik en communicatie van de resultaten is

Nadere informatie

Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit Ministerie van Economische Zaken

Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit Ministerie van Economische Zaken verricht. Hoogachtend, Dr. Ir. H. Paul Inspecteur-Generaal Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit Ministerie van Economische Zaken > Retouradres Postbus 43006 3540 AA Utrecht Directie Staf Minister van

Nadere informatie

Geschat effect van lagere suikergehalten in voedingsmiddelen

Geschat effect van lagere suikergehalten in voedingsmiddelen Geschat effect van lagere suikergehalten in voedingsmiddelen op de dagelijkse suikerinname in Nederland In het Akkoord Verbetering Productsamenstelling (AVP) hebben verschillende partijen afgesproken het

Nadere informatie

Symposium Chemische Contaminanten Dioxines

Symposium Chemische Contaminanten Dioxines Eurofins Food Testing Netherlands Symposium Chemische Contaminanten Dioxines Bunnik, 15 september 2015 16/09/2015 www.eurofins.com 16/09/2015 Eurofins Food - Passie voor Kwaliteit 2 Agenda Dioxines achtergrond,

Nadere informatie

MONITORING DIOXINE-GEHALTE IN EIEREN AFKOMSTIG VAN BIOLOGISCHE LEGBEDRIJVEN

MONITORING DIOXINE-GEHALTE IN EIEREN AFKOMSTIG VAN BIOLOGISCHE LEGBEDRIJVEN MONITORING DIOXINE-GEHALTE IN EIEREN AFKOMSTIG VAN BIOLOGISCHE LEGBEDRIJVEN J. de Vries KEURINGSDIENST VAN WAREN OOST AFDELING SIGNALERING SECTOR: LABORATORIUM Postbus 202 7200 AE Zutphen tel. 0575-588100

Nadere informatie

RESULTATEN DIOXINE-ANALYSES HARLINGEN, februari 2016

RESULTATEN DIOXINE-ANALYSES HARLINGEN, februari 2016 RESULTATEN DIOXINE-ANALYSES HARLINGEN, februari 2016 Bijlage(n) 1 Contactpersoon Mark van Bruggen A. van Leeuwenhoeklaan 9 3721 MA Bilthoven Postbus 1 3720 BA Bilthoven www.rivm.nl KvK Utrecht 30276683

Nadere informatie

Spuitresidu Veiligheid voor de toepasser/werker/consument en de houding van de retail

Spuitresidu Veiligheid voor de toepasser/werker/consument en de houding van de retail Spuitresidu Veiligheid voor de toepasser/werker en de houding ten opzichte van residuen RESIDUEN Resten van een (gebruikt) gewasbeschermingsmiddel (= actieve stof) die achterblijven in de bodem, in het

Nadere informatie

VMM-METINGEN IN MENEN

VMM-METINGEN IN MENEN VMM-METINGEN IN MENEN WAAR WORDT GEMETEN? - MN01: in woonzone (impact voedselketen) - MNO8: industriezone (impact bron) - MN13: woonzone (stopgezet in 2013) - WK01: agrarisch gebied (stopgezet in 2013

Nadere informatie

Risicobeoordeling en beheer met betrekking tot de aanwezigheid van fipronil in eieren, eiproducten, pluimveevlees en verwerkte producten

Risicobeoordeling en beheer met betrekking tot de aanwezigheid van fipronil in eieren, eiproducten, pluimveevlees en verwerkte producten Risicobeoordeling en beheer met betrekking tot de aanwezigheid van fipronil in eieren, eiproducten, pluimveevlees en verwerkte producten Wat is fipronil Gebruik? Fipronil is een insecticide waarvan het

Nadere informatie

Verspreiding: Beperkt. Eindrapport

Verspreiding: Beperkt. Eindrapport Verspreiding: Beperkt Eindrapport Onderbouwing van referentiewaarden voor verontreinigende stoffen in bodems van particuliere tuinen en van consumptie-adviezen voor eieren van door particulieren gehouden

Nadere informatie

FRONT OFFICE VOEDSEL- EN PRODUCTVEILIGHEID

FRONT OFFICE VOEDSEL- EN PRODUCTVEILIGHEID FRONT OFFICE VOEDSEL- EN PRODUCTVEILIGHEID Methylkwik in vis en schaaldier Risicobeoordeling aangevraagd door: NVWA-BuRO Risicobeoordeling opgesteld door: RIVM en RIKILT Datum aanvraag: 29-10-2015 Datum

Nadere informatie

RISICOBEOORDELING VAN DE AANWEZIGHEID VAN NICOTINE EN COTININE IN LEGHENNEN EN EIEREN

RISICOBEOORDELING VAN DE AANWEZIGHEID VAN NICOTINE EN COTININE IN LEGHENNEN EN EIEREN RIVM-RIKILT FRONT OFFICE VOEDSELVEILIGHEID RISICOBEOORDELING VAN DE AANWEZIGHEID VAN NICOTINE EN COTININE IN LEGHENNEN EN EIEREN Advies aangevraagd door: M.J.B. Mengelers (VWA, Bureau Risicobeoordeling)

Nadere informatie

Hoge Gezondheidsraad Zelfbestuursstraat 4 B-1070 BRUSSEL

Hoge Gezondheidsraad Zelfbestuursstraat 4 B-1070 BRUSSEL Hoge Gezondheidsraad Zelfbestuursstraat 4 B-1070 BRUSSEL ADVIES VAN DE HOGE GEZONDHEIDSRAAD SCHATTING VAN DE INNAME VAN PCB S DOOR SPORTVISSERS EN HET HIERAAN GEBONDEN GEZONDHEIDSRISICO (HGR 7747 Uitgebracht

Nadere informatie

De vetzuursamenstelling van producten hartige snacks - groot. Datum 8 april 2014

De vetzuursamenstelling van producten hartige snacks - groot. Datum 8 april 2014 De vetzuursamenstelling van producten hartige snacks - groot Datum 8 april 2014 De vetzuursamenstelling van producten hartige snacks (groot) 28 augustus 2013 Inhoud Samenvatting... 4 Inleiding... 6 Doel...

Nadere informatie

WETENSCHAPPELIJK COMITE VAN HET FEDERAAL AGENTSCHAP VOOR DE VEILIGHEID VAN DE VOEDSELKETEN

WETENSCHAPPELIJK COMITE VAN HET FEDERAAL AGENTSCHAP VOOR DE VEILIGHEID VAN DE VOEDSELKETEN 1 WETENSCHAPPELIJK COMITE VAN HET FEDERAAL AGENTSCHAP VOOR DE VEILIGHEID VAN DE VOEDSELKETEN ADVIES 13-2007 Betreft : Ontwerp van koninklijk besluit betreffende het in de handel brengen en het gebruik

Nadere informatie

Rapportage Brand afvalberg Twence in Hengelo, 1 juli 2018

Rapportage Brand afvalberg Twence in Hengelo, 1 juli 2018 Bestemd voor: De AGS van de Veiligheidsregio Twente De heer A. Ekkel 13 juli 2018 A. van Leeuwenhoeklaan 9 3721 MA Bilthoven Postbus 1 3720 BA Bilthoven www.rivm.nl KvK Utrecht 30276683 T 030 274 91 11

Nadere informatie

Wat betekent dit voor. van omwonenden?

Wat betekent dit voor. van omwonenden? Emissies van chemische stoffen door ThermPhos Wat betekent dit voor de gezondheid van omwonenden? dr Joost van Rooij - toxicoloog joost.vanrooij@caesar-consult.nl Informatiebijeenkomst omwonenden 1 December

Nadere informatie

Risicobeoordeling inzake aanwezigheid van dioxines en dioxineachtige PCB s in wolhandkrab

Risicobeoordeling inzake aanwezigheid van dioxines en dioxineachtige PCB s in wolhandkrab Aan : De heer Ron Hoogenboom (RIKILT) Mw. T. Murk (VWS) Cc: De heer C. Planken (VWS) De heer A. Lam (NVWA) De heer S. Vonk (EZ) Van: A. de Wit, secretaris Verenigde riviervissers Samen Sterk Dd: 16 oktober

Nadere informatie

MEMO: Inname van vitamine K door kinderen en volwassenen in Nederland. Resultaten van VCP 2007-2010

MEMO: Inname van vitamine K door kinderen en volwassenen in Nederland. Resultaten van VCP 2007-2010 MEMO: Inname van vitamine K door kinderen en volwassenen in Nederland Resultaten van VCP 2007-2010 Colofon RIVM 2016/versie 2, augustus 2016 Delen uit deze publicatie mogen worden overgenomen op voorwaarde

Nadere informatie

RIKILT Institute of Food Safety

RIKILT Institute of Food Safety RIKILT Institute of Food Safety In het kort Referentie instituut Metingen & Advies Onderzoek RIKILT Institute of Food Safety RIKILT Institute of Food Safety is onderdeel van de internationale kennisorganisatie

Nadere informatie

De vetzuursamenstelling van producten vleesbereiding en vleesproducten. Datum 7 oktober 2013

De vetzuursamenstelling van producten vleesbereiding en vleesproducten. Datum 7 oktober 2013 De vetzuursamenstelling van producten vleesbereiding en vleesproducten Datum 7 oktober 2013 De vetzuursamenstelling van producten vleesbereiding en vleesproducten 27 februari 2013 Inhoud Samenvatting...

Nadere informatie

WETENSCHAPPELIJK COMITE VAN HET FEDERAAL AGENTSCHAP VOOR DE VEILIGHEID VAN DE VOEDSELKETEN

WETENSCHAPPELIJK COMITE VAN HET FEDERAAL AGENTSCHAP VOOR DE VEILIGHEID VAN DE VOEDSELKETEN WETENSCHAPPELIJK COMITE VAN HET FEDERAAL AGENTSCHAP VOOR DE VEILIGHEID VAN DE VOEDSELKETEN SPOEDRAADGEVING 20-2007 Betreft : Mogelijke bronnen van verontreiniging van rundveebedrijven in Stabroek en in

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal POSTBUS EA DEN HAAG. Datum 30 september 2010 Betreft Dioxine in paling

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal POSTBUS EA DEN HAAG. Datum 30 september 2010 Betreft Dioxine in paling > Retouradres Postbus 20401 2500 EK Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal POSTBUS 20018 2500 EA DEN HAAG Directie Agroketens en Visserij Prins Clauslaan 8 2595 AJ Den Haag Postbus

Nadere informatie

FRONT OFFICE VOEDSEL- EN PRODUCTVEILIGHEID. Fipronil: review van Belgische gegevens en Duitse risicobeoordeling

FRONT OFFICE VOEDSEL- EN PRODUCTVEILIGHEID. Fipronil: review van Belgische gegevens en Duitse risicobeoordeling FRONT OFFICE VOEDSEL- EN PRODUCTVEILIGHEID Fipronil: review van Belgische gegevens en Duitse risicobeoordeling Risicobeoordeling aangevraagd door: NVWA-BuRO Risicobeoordeling opgesteld door: RIVM Datum

Nadere informatie

RIVM-RIKILT FRONT OFFICE VOEDSELVEILIGHEID

RIVM-RIKILT FRONT OFFICE VOEDSELVEILIGHEID : : : : : : RIVM-RIKILT FRONT OFFICE VOEDSELVEILIGHEID RISICOBEOORDELING INZAKE AANWEZIGHEID VAN DIOXINES en DIOXINE- ACHTIGE PCB s IN WOLHANDKRAB Risicobeoordeling opgesteld door: RIVM en RIKILT Datum

Nadere informatie

Vitamine D Hoog gedoseerde voedingssupplementen

Vitamine D Hoog gedoseerde voedingssupplementen Vitamine D Hoog gedoseerde voedingssupplementen Begin 2016 heeft de NVWA verschillende meldingen ontvangen waarin de NVWA gewezen werd op het feit dat er voedingssupplementen met vitamine D op de Nederlandse

Nadere informatie

Ingezonden commentaren op het openbare concept van het achtergronddocument Eieren

Ingezonden commentaren op het openbare concept van het achtergronddocument Eieren Ingezonden commentaren op het openbare concept van het achtergronddocument Eieren De volgende organisaties hebben commentaar ingestuurd: mmmeggies Hartstichting Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu

Nadere informatie

De Belgische Voedselconsumptiepeiling

De Belgische Voedselconsumptiepeiling Afdeling Epidemiologie De Belgische Voedselconsumptiepeiling 1-2004 De Belgische Voedselconsumptiepeiling 1-2004: IPH/EPI REPORTS N 2006 016 Stephanie Devriese, Inge Huybrechts, Michel Moreau, Herman

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 11 september 2015

PERSBERICHT Brussel, 11 september 2015 01/2010 05/2010 09/2010 01/2011 05/2011 09/2011 01/2012 05/2012 09/2012 01/2013 05/2013 09/2013 01/2014 05/2014 09/2014 01/2015 05/2015 Inflatie (%) PERSBERICHT Brussel, 11 september 2015 Geharmoniseerde

Nadere informatie

Ter onderbouwing van het advies aan de minister van VWS zijn daarnaast de volgende specifieke vragen geformuleerd:

Ter onderbouwing van het advies aan de minister van VWS zijn daarnaast de volgende specifieke vragen geformuleerd: > Retouradres Postbus 43006 3540 AA Utrecht Aan de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport Advies van de directeur bureau Risicobeoordeling & Catharijnesingel 59 3511 GG Utrecht Postbus 43006 3540

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 16 januari 2017

PERSBERICHT Brussel, 16 januari 2017 PERSBERICHT Brussel, 16 januari 2017 Geharmoniseerde consumptieprijsindex - december 2016 o De Belgische inflatie volgens de Europees geharmoniseerde consumptieprijsindex bedraagt in december 2,2% ten

Nadere informatie

MEMO. Bijdrage van voedingsmiddelengroepen aan de inneming van mono- en disachariden en energie. Resultaten van VCP 2007-2010.

MEMO. Bijdrage van voedingsmiddelengroepen aan de inneming van mono- en disachariden en energie. Resultaten van VCP 2007-2010. MEMO Bijdrage van voedingsmiddelengroepen aan de inneming van mono- en disachariden en energie Resultaten van VCP 2007-2010 Pagina 1 van 19 Colofon RIVM 2013 Delen uit deze publicatie mogen worden overgenomen

Nadere informatie

Menu-engineering in restaurants

Menu-engineering in restaurants Menu-engineering in restaurants Machiel Reinders, Wageningen University & Research Joris Heijnen & Erik van Bommel, Variatie in de Keuken Marlijn Huitink & Coosje Dijkstra, Vrije Universiteit Amsterdam

Nadere informatie

TOETSINGSWAARDEN VOOR GRONDWATER VOOR TBA EN 1,4-DIOXAAN

TOETSINGSWAARDEN VOOR GRONDWATER VOOR TBA EN 1,4-DIOXAAN TOETSINGSWAARDEN VOOR GRONDWATER VOOR TBA EN 1,4-DIOXAAN TOETSINGSWAARDEN VOOR GRONDWATER VOOR TBA EN 1,4- DIOXAAN Aanvulling bij Basisinformatie voor risico-evaluaties 1/09/2016 www.ovam.be DOCUMENTBESCHRIJVING

Nadere informatie

Haven van Harlingen. Rob Berbee

Haven van Harlingen. Rob Berbee Rob Berbee Inhoud 1. Uitgangssituatie: rapportage ToxiCowatch 2. Bemonsteringscampagne RWS 3. Resultaten + interpretatie 4. Conclusies en verdere vervolg 2 RWS ONGECLASSIFICEERD 1 Uitgangssituatie rapportage

Nadere informatie

Advies van de directeur bureau Risicobeoordeling Aan de minister van VWS en de minister van LNV

Advies van de directeur bureau Risicobeoordeling Aan de minister van VWS en de minister van LNV Advies van de directeur bureau Risicobeoordeling Aan de minister van VWS en de minister van LNV onderwerp Advies inzake chemische contaminanten in minerale klei Samenvatting De afgelopen jaren heeft de

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 15 maart 2016

PERSBERICHT Brussel, 15 maart 2016 01/2010 05/2010 09/2010 01/2011 05/2011 09/2011 01/2012 05/2012 09/2012 01/2013 05/2013 09/2013 01/2014 05/2014 09/2014 01/2015 05/2015 09/2015 01/2016 Inflatie (%) PERSBERICHT Brussel, 15 maart 2016 Geharmoniseerde

Nadere informatie

Samenvatting. Achtergrond

Samenvatting. Achtergrond Samenvatting Achtergrond Blootstelling aan asbest kan in diverse organen kanker veroorzaken. Het meest voorkomende gevolg is longvlies- en buikvlieskanker (mesothelioom) en longkanker. Omdat beide typen

Nadere informatie

Meldingsplicht diervoederlaboratoria Verplichtingen uit Wet dieren en Diervoederhygiëneverordening bekend?

Meldingsplicht diervoederlaboratoria Verplichtingen uit Wet dieren en Diervoederhygiëneverordening bekend? Meldingsplicht diervoederlaboratoria Verplichtingen uit Wet dieren en Diervoederhygiëneverordening bekend? In de Wet dieren, die sinds 1 januari 2013 in werking is getreden, is in artikel 5.15 een meldingsplicht

Nadere informatie

Belangrijkste bevindingen

Belangrijkste bevindingen gram/dag tijdens ontbijt A. van Leeuwenhoeklaan 9 3721 MA Bilthoven Postbus 1 3720 BA Bilthoven www.rivm.nl KvK Utrecht 30276683 T 030 274 91 11 F 030 274 29 71 info@rivm.nl Belangrijkste bevindingen Ontbijtgewoonten

Nadere informatie

FRONT OFFICE VOEDSEL- EN PRODUCTVEILIGHEID

FRONT OFFICE VOEDSEL- EN PRODUCTVEILIGHEID FRONT OFFICE VOEDSEL- EN PRODUCTVEILIGHEID Beoordeling minerale oliën in kaaskoekjes Risicobeoordeling aangevraagd door: NVWA-BuRO Risicobeoordeling opgesteld door: RIVM Datum aanvraag: 19 december 2016

Nadere informatie

Botscintigrafie. Nationale diagnostische referentieniveaus in de nucleaire geneeskunde. Eerste iteratie (2015-2017)

Botscintigrafie. Nationale diagnostische referentieniveaus in de nucleaire geneeskunde. Eerste iteratie (2015-2017) Nationale diagnostische referentieniveaus in de nucleaire geneeskunde Eerste iteratie (2015-2017) Eerste periode (01/01/2015 31/03/2015) Botscintigrafie 24/09/2015 Contact: Thibault VANAUDENHOVE Federaal

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 14 januari 2015

PERSBERICHT Brussel, 14 januari 2015 PERSBERICHT Brussel, 14 januari 2015 Geharmoniseerde consumptieprijsindex - december 2014 o De Belgische inflatie volgens de Europees geharmoniseerde consumptieprijsindex daalt in december naar -0,4%,

Nadere informatie

FRONT OFFICE VOEDSEL- EN PRODUCTVEILIGHEID

FRONT OFFICE VOEDSEL- EN PRODUCTVEILIGHEID FRONT OFFICE VOEDSEL- EN PRODUCTVEILIGHEID Maltesian Mineral Solution voor gebruik als drinkwaterzuivering Aanvulling op de beoordeling MMS (Miracle Mineral Supplement/Master Mineral Solution) van 7 maart

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 13 oktober 2016

PERSBERICHT Brussel, 13 oktober 2016 PERSBERICHT Brussel, 13 oktober 2016 Geharmoniseerde consumptieprijsindex - september 2016 o De Belgische inflatie volgens de Europees geharmoniseerde consumptieprijsindex bedraagt in september 1,8% ten

Nadere informatie

(Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN

(Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN 16.3.2012 Publicatieblad van de Europese Unie L 77/1 II (Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN VERORDENING (EU) Nr. 225/2012 VAN DE COMMISSIE van 15 maart 2012 tot wijziging van bijlage II bij Verordening

Nadere informatie

Samenvatting: Resultaten luchtkwaliteit in Genk-Zuid en omgeving. Stuurgroep Genk-Zuid 21 januari 2016

Samenvatting: Resultaten luchtkwaliteit in Genk-Zuid en omgeving. Stuurgroep Genk-Zuid 21 januari 2016 Samenvatting: Resultaten luchtkwaliteit in Genk-Zuid en omgeving. Stuurgroep Genk-Zuid 21 januari 2016 1 MEETPLAATSEN De VMM meet de luchtkwaliteit in Genk-Zuid op verschillende meetplaatsen. Tabel 1 geeft

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 5 december 2014

PERSBERICHT Brussel, 5 december 2014 01/2010 05/2010 09/2010 01/2011 05/2011 09/2011 01/2012 05/2012 09/2012 01/2013 05/2013 09/2013 01/2014 05/2014 09/2014 Inflatie (%) PERSBERICHT Brussel, 5 december 2014 Geharmoniseerde consumptieprijsindex

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 25 november 2013 (OR. nl) 16792/13 DENLEG 136. BEGELEIDENDE NOTA de Europese Commissie ingekomen: 21 november 2013

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 25 november 2013 (OR. nl) 16792/13 DENLEG 136. BEGELEIDENDE NOTA de Europese Commissie ingekomen: 21 november 2013 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 25 november 2013 (OR. nl) 16792/13 DEEG 136 BEGELEIDENDE NOTA van: de Europese Commissie ingekomen: 21 november 2013 aan: Nr. Comdoc.: D030008/02 Betreft: het secretariaat-generaal

Nadere informatie

Sensitiviteits- en onzekerheidsanalyse MKM water: resultaten eerste analyse

Sensitiviteits- en onzekerheidsanalyse MKM water: resultaten eerste analyse Tussentijds rapport Sensitiviteits- en onzekerheidsanalyse MKM water: resultaten eerste analyse Brabers Leon, Steven Broekx Studie uitgevoerd in opdracht van: VMM September 2015 I II Alle rechten, waaronder

Nadere informatie

Rijksinstituut voor Kust en Zee (RIKZ) Jacobaweg MX Kamperland. Project nummer: Afdelingshoofd Milieu en Voedselveiligheid

Rijksinstituut voor Kust en Zee (RIKZ) Jacobaweg MX Kamperland. Project nummer: Afdelingshoofd Milieu en Voedselveiligheid Nederlands Instituut voor Visserij Onderzoek (RIVO) BV Postbus 68 Postbus 77 1970 AB IJmuiden 4400 AB Yerseke Tel.: 0255 564646 Tel.: 0113 572781 Fax.: 0255 564644 Fax.: 0113 573477 Internet:postkamer@rivo.dlo.nl

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 7 november 2014

PERSBERICHT Brussel, 7 november 2014 01/2010 05/2010 09/2010 01/2011 05/2011 09/2011 01/2012 05/2012 09/2012 01/2013 05/2013 09/2013 01/2014 05/2014 09/2014 Inflatie (%) PERSBERICHT Brussel, 7 november 2014 Geharmoniseerde consumptieprijsindex

Nadere informatie

Dioxines, PCB's en DDT in bodem- en eistalen uit Menen, Wevelgem en Wervik

Dioxines, PCB's en DDT in bodem- en eistalen uit Menen, Wevelgem en Wervik Verspreiding: Algemeen Eindrapport Dioxines, PCB's en DDT in bodem- en eistalen uit Menen, Wevelgem en Wervik Colles A., Cornelis C., Van de Mieroop E., Paulussen M. Studie uitgevoerd in opdracht van de

Nadere informatie

Houdbaarheid van bodemmonsters voor de bepaling van nitraatresidu

Houdbaarheid van bodemmonsters voor de bepaling van nitraatresidu Verspreiding: Algemeen Eindrapport Houdbaarheid van bodemmonsters voor de bepaling van nitraatresidu C. Vanhoof, J. De Wit, W. Wouters en K. Tirez Studie uitgevoerd in opdracht van de Vlaamse Landmaatschappij

Nadere informatie

Inhoud. A. van Leeuwenhoeklaan MA Bilthoven Postbus BA Bilthoven KvK Utrecht T

Inhoud. A. van Leeuwenhoeklaan MA Bilthoven Postbus BA Bilthoven   KvK Utrecht T A. van Leeuwenhoeklaan 9 3721 MA Bilthoven Postbus 1 3720 BA Bilthoven www.rivm.nl KvK Utrecht 30276683 T 030 274 91 11 F 030 274 29 71 info@rivm.nl Datum 3 maart 2019 Behandeld door Els Smit (RIVM-VSP)

Nadere informatie

PROJECTNUMMER C ONZE REFERENTIE A

PROJECTNUMMER C ONZE REFERENTIE A ONDERWERP Luchtkwaliteitsonderzoek REC Harlingen storing 12 november 2018 DATUM 20 november 2018 PROJECTNUMMER C05055.000169 ONZE REFERENTIE 083725337 A VAN ing. A. (Abdu) Boukich AAN Omrin Inleiding Op

Nadere informatie

Voedingssupplementen Verrijkte voedingsmiddelen

Voedingssupplementen Verrijkte voedingsmiddelen Cookies zijn belangrijk voor het goed functioneren van de website en om u een maximaal gebruiksgemak te bieden. Accepteer cookies Cookies uitschakelen Wat zijn cookies? nl fr de en Andere informatie en

Nadere informatie

Het staal en deze vragenlijst zullen volgens afspraak, later bij u thuis opgehaald worden.

Het staal en deze vragenlijst zullen volgens afspraak, later bij u thuis opgehaald worden. Toestemmingsformulier tot deelname aan het onderzoek naar persistente organische stoffen (POPs) in moedermelk gecoördineerd door de Wereldgezondheidsorganisatie (WGO) Studie uitgevoerd in samenwerking

Nadere informatie

De Belgische Voedselconsumptiepeiling 1-2004

De Belgische Voedselconsumptiepeiling 1-2004 Afdeling Epidemiologie De Belgische Voedselconsumptiepeiling 1-2004 De Belgische Voedselconsumptiepeiling 1-2004: IPH/EPI REPORTS N 2006 016 Stephanie Devriese, Inge Huybrechts, Michel Moreau, Herman

Nadere informatie

Antwoorden op vragen van WAC over zuiveldranken en -toetjes

Antwoorden op vragen van WAC over zuiveldranken en -toetjes Antwoorden op vragen van WAC over zuiveldranken en -toetjes Ad 1.1. De keuze van producten De WAC vraagt zich af in hoeverre kinderproducten wel voldoende prioriteit hebben gekregen. We zijn ons zeker

Nadere informatie

Ingediend: december Laatst gewijzigd: 12 december 2018

Ingediend: december Laatst gewijzigd: 12 december 2018 Format voor het indienen van voorstellen voor ketenbrede afspraken ter verlaging van het gehalte aan zout, (verzadigd) vet, suiker en/of calorieën in voedingsmiddelen Ingediend: december 2018 Laatst gewijzigd:

Nadere informatie

Van kennis naar beleid: interpretatie, participatie en actie

Van kennis naar beleid: interpretatie, participatie en actie Van kennis naar beleid: interpretatie, participatie en actie Dr. Ir. Karen Van Campenhout Vlaams Planbureau voor Omgeving Departement Omgeving DEPARTEMENT LEEFMILIEU, NATUUR & ENERGIE DEPARTEMENT RUIMTE

Nadere informatie

Risicobeoordeling en beheer met betrekking tot de aanwezigheid van fipronil in eieren, eiproducten, pluimveevlees en verwerkte producten

Risicobeoordeling en beheer met betrekking tot de aanwezigheid van fipronil in eieren, eiproducten, pluimveevlees en verwerkte producten Risicobeoordeling en beheer met betrekking tot de aanwezigheid van fipronil in eieren, eiproducten, pluimveevlees en verwerkte producten AANDACHT: In het kader van het fipronilincident vraagt het FAVV

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 14 december 2016

PERSBERICHT Brussel, 14 december 2016 PERSBERICHT Brussel, 14 december 2016 Geharmoniseerde consumptieprijsindex - november 2016 o De Belgische inflatie volgens de Europees geharmoniseerde consumptieprijsindex bedraagt in november 1,7% ten

Nadere informatie

L 320/18 Publicatieblad van de Europese Unie

L 320/18 Publicatieblad van de Europese Unie L 320/18 Publicatieblad van de Europese Unie 3.12.2011 VERORDENING (EU) Nr. 1259/2011 VAN DE COMMISSIE van 2 december 2011 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1881/2006 wat betreft de maximumgehalten

Nadere informatie

Referentietaak 10: Databeheer en metalen Bespreking belangrijkste resultaten

Referentietaak 10: Databeheer en metalen Bespreking belangrijkste resultaten Verspreiding: Beperkt Eindrapport Referentietaak 10: Databeheer en metalen Bespreking belangrijkste resultaten Ann Van der Linden, An Vercalsteren, Katrien Boonen Studie uitgevoerd in opdracht van: OVAM

Nadere informatie

Emergente Vegetatie in relatie tot nutriëntenconcentraties in het sediment

Emergente Vegetatie in relatie tot nutriëntenconcentraties in het sediment Emergente Vegetatie in relatie tot nutriëntenconcentraties in het sediment Bart van der Aa 840515-001-004 Capita Selecta Aquatic Ecology Januari 2010 Wageningen Universiteit Inhoud 1 Inleiding... 1 2 Methode...

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 11 december 2015

PERSBERICHT Brussel, 11 december 2015 PERSBERICHT Brussel, 11 december 2015 Geharmoniseerde consumptieprijsindex - november 2015 De Belgische inflatie volgens de Europees geharmoniseerde consumptieprijsindex stijgt in november naar 1,4%, ten

Nadere informatie

Antwerpen, postdatum. Beste mevrouw XXX,

Antwerpen, postdatum. Beste mevrouw XXX, Antwerpen, postdatum Beste mevrouw XXX, Je hebt meegewerkt aan het onderzoek naar persistente organische polluenten (POP s) in moedermelk gecoördineerd door de Wereldgezondheidsorganisatie, waarvoor dank.

Nadere informatie

Luchtkwaliteit in het Vlaamse Gewest

Luchtkwaliteit in het Vlaamse Gewest Luchtkwaliteit in het Vlaamse Gewest Overzicht presentatie Luchtkwaliteit getoetst aan de normen Impact van deze luchtkwaliteit op onze gezondheid Bespreking van stikstofdioxide en fijn stof De nieuwste

Nadere informatie

Ingezonden commentaren op het openbare concept van het achtergronddocument Vis

Ingezonden commentaren op het openbare concept van het achtergronddocument Vis Ingezonden commentaren op het openbare concept van het achtergronddocument Vis De volgende organisaties hebben commentaar ingestuurd: Federatie Nederlandse Levensmiddelen Industrie Rijksinstituut voor

Nadere informatie

Aan de minister van VWS en de staatssecretaris van EZ. Aan de Inspecteur Generaal van de Nederlandse Voedsel-en Warenautoriteit

Aan de minister van VWS en de staatssecretaris van EZ. Aan de Inspecteur Generaal van de Nederlandse Voedsel-en Warenautoriteit > Retouradres Postbus 43006 3540 AA Utrecht Aan de minister van VWS en de staatssecretaris van EZ Aan de Inspecteur Generaal van de Nederlandse Voedsel-en Warenautoriteit Advies van de directeur bureau

Nadere informatie

Inschatting gezondheidsrisico s grafietregen Wijk aan Zee RIVM 2019

Inschatting gezondheidsrisico s grafietregen Wijk aan Zee RIVM 2019 Inschatting gezondheidsrisico s grafietregen Wijk aan Zee RIVM 2019 RIVM project grafietregens en gezondheid Uitstoot grafietregens bij slakverwerking Harsco / Tata Steel Bewoners rondom bedrijf maken

Nadere informatie

De Belgische Voedselconsumptiepeiling 1-2004

De Belgische Voedselconsumptiepeiling 1-2004 Afdeling Epidemiologie De Belgische Voedselconsumptiepeiling 1-2004 De Belgische Voedselconsumptiepeiling 1-2004: IPH/EPI REPORTS N 2006 016 Stephanie Devriese, Inge Huybrechts, Michel Moreau, Herman

Nadere informatie

1. Voedingsadvies 1.1 Inleiding

1. Voedingsadvies 1.1 Inleiding 1. Voedingsadvies 1.1 Inleiding Op de pabo opleiding leren de studenten hoe ze kinderen de vaardigheden kunnen bijbrengen die ze nodig hebben om een succesvolle en evenwichtige volwassene te worden. In

Nadere informatie

BEREIDINGS- EN CONSUMPTIETIJD VAN MAALTIJDEN. AUTEUR Sarah BEL

BEREIDINGS- EN CONSUMPTIETIJD VAN MAALTIJDEN. AUTEUR Sarah BEL BEREIDINGS- EN CONSUMPTIETIJD VAN MAALTIJDEN AUTEUR Sarah BEL Dankwoord Dit werk kon niet worden gerealiseerd zonder de medewerking van een aantal personen. Onze bijzondere dank gaat uit naar: De deelnemers

Nadere informatie

Donderdag 04/12/08. Zaterdag 06/12/08. Zondag 07/12/08 ochtend. Zondag 07/12 avond

Donderdag 04/12/08. Zaterdag 06/12/08. Zondag 07/12/08 ochtend. Zondag 07/12 avond Donderdag 04/12/08 De Ierse autoriteiten hebben de media op de hoogte gebracht van de vaststelling van PCB s in diervoeders en van de blokkering van een bepaald aantal veehouderijen. Zaterdag 06/12/08

Nadere informatie

PERSBERICHT. Dioxine-onderzoek REC: verhoogde uitstoot in oktober. Looienga, Martina. Van: Verzonden: Aan: Onderwerp: Bij lag en

PERSBERICHT. Dioxine-onderzoek REC: verhoogde uitstoot in oktober. Looienga, Martina. Van: Verzonden: Aan: Onderwerp: Bij lag en Dioxine-onderzoek Looienga, Martina Van: Verzonden: Aan: Onderwerp: Bij lag en Zwaan, Harco dinsdag 22 december 2015 19:43 staten FW: persbericht: dioxine-onderzoek REC: verhoogde uitstoot in oktober 324

Nadere informatie

AANVULLING BIJ BASISINFORMATIE VOOR RISICO-EVALUATIES. Trimethylbenzenen

AANVULLING BIJ BASISINFORMATIE VOOR RISICO-EVALUATIES. Trimethylbenzenen AANVULLING BIJ BASISINFORMATIE VOOR RISICO-EVALUATIES Trimethylbenzenen Juni 2003 Inhoudsopgave 1 Technische fiche trimethylbenzenen... 3 1.1 Overzicht gebruikte gegevens trimethylbenzenen voor de blootstellingsberekeningen...

Nadere informatie

Dioxinecontaminatie in diervoeders : enkele FAQ

Dioxinecontaminatie in diervoeders : enkele FAQ Dioxinecontaminatie in diervoeders : enkele FAQ 1. Wat wordt verstaan onder dioxine? De term dioxine verwijst naar een familie van molecules van polyaromatische koolwaterstoffen met 1 tot 8 chlooratomen

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 13 mei 2015

PERSBERICHT Brussel, 13 mei 2015 01/2010 05/2010 09/2010 01/2011 05/2011 09/2011 01/2012 05/2012 09/2012 01/2013 05/2013 09/2013 01/2014 05/2014 09/2014 01/2015 Inflatie (%) PERSBERICHT Brussel, 13 mei 2015 Geharmoniseerde consumptieprijsindex

Nadere informatie

Beoordeling gezondheidsrisico's door sporten op kunstgrasvelden met rubbergranulaat

Beoordeling gezondheidsrisico's door sporten op kunstgrasvelden met rubbergranulaat Beoordeling gezondheidsrisico's door sporten op kunstgrasvelden met rubbergranulaat 19 december 2016 Inhoud 1. Aanleiding 2. Wat heeft het RIVM onderzocht? 3. Verband rubbergranulaat en leukemie 4. Voldoet

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 12 november 2015

PERSBERICHT Brussel, 12 november 2015 01/2010 05/2010 09/2010 01/2011 05/2011 09/2011 01/2012 05/2012 09/2012 01/2013 05/2013 09/2013 01/2014 05/2014 09/2014 01/2015 05/2015 09/2015 Inflatie (%) PERSBERICHT Brussel, 12 november 2015 Geharmoniseerde

Nadere informatie

1. Inleiding. Notitie Amsterdam, 8 december 2016

1. Inleiding. Notitie Amsterdam, 8 december 2016 Notitie Amsterdam, 8 december 2016 Afdeling Policy Studies Van Aan Koen Smekens, Paul Koutstaal Gijs Zeestraten (Ministerie van Economische Zaken) Kopie Onderwerp Gevolgen van scenario s uitfasering kolencentrales

Nadere informatie

Factsheet Dioxine 14 januari 2011

Factsheet Dioxine 14 januari 2011 Factsheet Dioxine 14 januari 2011 De informatie in deze factsheet is gebaseerd op de tot op heden bekend gemaakte, officiële informatie die is verkregen van de Duitse autoriteiten, de VWA of de EU. Via

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 19 januari 2016

PERSBERICHT Brussel, 19 januari 2016 01/2010 05/2010 09/2010 01/2011 05/2011 09/2011 01/2012 05/2012 09/2012 01/2013 05/2013 09/2013 01/2014 05/2014 09/2014 01/2015 05/2015 09/2015 Inflatie (%) PERSBERICHT Brussel, 19 januari 2016 Geharmoniseerde

Nadere informatie

Acrylamide in voedingsmiddelen op de Belgische markt in 2003

Acrylamide in voedingsmiddelen op de Belgische markt in 2003 Acrylamide in voedingsmiddelen op de Belgische markt in 2003 1 Inleiding Acrylamide is een stof die in sommige voedingsmiddelen gevormd wordt tijdens verhittingsprocessen bij hoge temperaturen in waterarme

Nadere informatie

Nieuwe wegen naar gezonde voeding

Nieuwe wegen naar gezonde voeding Nieuwe wegen naar gezonde voeding 1 Wat eten we en wordt het beter? Matthijs van den Berg Hoofd van het Centrum Voeding, Preventie en Zorg bij het RIVM. 2 Wat eten we en wordt het beter? Matthijs van den

Nadere informatie

Ingediend: maart 2019 Laatst gewijzigd: 20 maart 2019

Ingediend: maart 2019 Laatst gewijzigd: 20 maart 2019 Format voor het indienen van voorstellen voor ketenbrede afspraken ter verlaging van het gehalte aan zout, (verzadigd) vet, suiker en/of calorieën in voedingsmiddelen Ingediend: maart 2019 Laatst gewijzigd:

Nadere informatie

Voedselconsumptie Vergelijking met de Richtlijnen goede voeding Belangrijkste bevindingen

Voedselconsumptie Vergelijking met de Richtlijnen goede voeding Belangrijkste bevindingen Voedselconsumptie 12-16 Vergelijking met de Richtlijnen goede voeding 15 Het RIVM onderzoekt de voedselconsumptie in Nederland. Van ruim mensen in de leeftijd van 1 tot en met 79 jaar is van 12 tot en

Nadere informatie

Phytofar standpunt: risico-evaluatie van neonicotinoïden gebruikt in België

Phytofar standpunt: risico-evaluatie van neonicotinoïden gebruikt in België Phytofar standpunt: risico-evaluatie van neonicotinoïden gebruikt in België (standpunt gebaseerd op UGent-studie in opdracht van Phytofar) Brussel, 08 mei 2013 In België maakt men gebruik van de PRIBEL-indicator

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 14 september 2017

PERSBERICHT Brussel, 14 september 2017 PERSBERICHT Brussel, 14 september 2017 Geharmoniseerde consumptieprijsindex - augustus 2017 o De Belgische inflatie volgens de Europees geharmoniseerde consumptieprijsindex bedraagt in augustus 2,0% ten

Nadere informatie

Hoge Gezondheidsraad Zelfbestuursstraat 4 B-1070 BRUSSEL

Hoge Gezondheidsraad Zelfbestuursstraat 4 B-1070 BRUSSEL Hoge Gezondheidsraad Zelfbestuursstraat 4 B-1070 BRUSSEL ADVIES VAN DE HOGE GEZONDHEIDSRAAD Nitraat in spinazie Validatiedatum: 5 juli 2006 HGR 8175 1. Inleiding De Administratie (Dienst Voedingsmiddelen,

Nadere informatie

Versie 03 Datum van toepassing 2014-04-28

Versie 03 Datum van toepassing 2014-04-28 Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen Bestuur Laboratoria I-MET-FLVVT-055 I-MET-FLVVT-055 BEPALING VAN RUW VET IN DIERENVOEDERS Versie 03 Datum van toepassing 2014-04-28 Opgesteld

Nadere informatie

Verhouding PM10-FDMS / PM10-ruwe data

Verhouding PM10-FDMS / PM10-ruwe data Verhouding PM10-FDMS / PM10-ruwe data De verhouding tussen de resultaten voor PM10-FDMS en PM10-ruwe data wordt op drie verschillende manieren bepaald: - helling van de rechte door de oorsprong, berekend

Nadere informatie