De onderwijsvisitatie Revalidatiewetenschappen en Kinesitherapie

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "De onderwijsvisitatie Revalidatiewetenschappen en Kinesitherapie"

Transcriptie

1 Brussel, november 2004 De onderwijsvisitatie Revalidatiewetenschappen en Kinesitherapie Een evaluatie van de kwaliteit van de opleidingen Revalidatiewetenschappen en Kinesitherapie aan de Vlaamse universiteiten

2

3 De onderwijsvisitatie Revalidatiewetenschappen en Kinesitherapie Een evaluatie van de kwaliteit van de opleidingen Revalidatiewetenschappen en Kinesitherapie aan de Vlaamse universiteiten

4 De onderwijsvisitatie Revalidatiewetenschappen en Kinesitherapie Exemplaren van dit rapport kunnen tegen betaling verkregen worden op het VLIR-secretariaat Egmontstraat Brussel Tel Fax secretariaat@vlir.be - Wettelijk depot: D/2004/2939/8

5 Woord vooraf Dit rapport geeft de visie weer van de visitatiecommissie die de academische opleidingen revalidatiewetenschappen en kinesitherapie evalueerde. De commissie verrichtte haar onderzoek en bezocht die opleidingen in Dit initiatief kadert mede in de opdracht die de Vlaamse overheid gaf aan de Vlaamse universiteiten en aan de Vlaamse Interuniversitaire Raad (VLIR) wat betreft de externe kwaliteitszorg van het academisch onderwijs. Bij de onderwijsvisitatie van de tweede ronde drukken de visitatiecommissies hun oordeel over de opleidingen uit met een evaluatiescore voor zeventien kwaliteitskenmerken. Het is onverantwoord op basis hiervan een rangordening van universiteiten te maken of evaluatiescores van verschillende visitatiecommissies onderling te vergelijken. Elke visitatiecommissie bepaalt immers zelf de normen voor elk van de zeventien kwaliteitskenmerken en de gewogen gewichten van meerdere aandachtspunten die per kenmerk in één evaluatiescore moeten worden uitgedrukt. Daarom blijven ook de kwalitatieve oordelen in de tekst van het rapport zelf zeer belangrijk. In de nieuwe procedure legt elke visitatiecommissie vooraf ter discussie aan de opleidingen haar eigen referentiekader voor. Daarin verwoordt de commissie waaraan een goede opleiding in het betrokken studiegebied volgens haar zou moeten voldoen. Sterker dan in de eerste ronde wordt nu ook de onderzoeksgebondenheid van het onderwijs in de evaluatie betrokken door enkele extra aandachtpunten mee in rekening te brengen. Een ander nieuw element in de visitaties van de tweede ronde is dat de visitatiecommissie nagaat wat de opleidingen met de aanbevelingen van de commissie uit de eerste visitatieronde deden. Met de vernieuwde visitatieprocedure anticipeert de VLIR ook al enigszins op de invoering van de bachelor-masterstructuur, in het bijzonder op de invoering van systemen van kwaliteitszorg en accreditatie die meer en meer internationaal georiënteerd worden. 5

6 Het visitatierapport is in de eerste plaats bedoeld voor de betrokken opleidingen en is vooral gericht op kwaliteitshandhaving en -verbetering. Daarnaast wil het rapport ook de buitenwereld objectief inlichten over de kwaliteit van de geëvalueerde opleidingen. Daarom worden de visitatierapporten op de webstek van de VLIR geplaatst ( De lezer moet er echter rekening mee houden dat dit visitatierapport slechts een momentopname is van het academisch basisonderwijs in de revalidatiewetenschappen en kinesitherapie en slechts één fase is in het proces van blijvende zorg voor onderwijskwaliteit. Al na korte tijd kunnen de opleidingen immers grondig zijn gewijzigd en verbeterd, mede als antwoord op de resultaten van interne onderwijsevaluaties door de universiteiten zelf of als reactie op terecht geformuleerde aanbevelingen van visitatiecommissies. Graag dank ik op de eerste plaats de voorzitter en de leden van de visitatiecommissie voor de geïnvesteerde tijd en voor de grote deskundigheid waarmee zij hun opdracht hebben uitgevoerd. Deze visitatie was enkel mogelijk dankzij de inzet van velen die binnen de universiteiten betrokken waren bij de voorbereiding en uitvoering ervan. Oprecht wil ik hen daarvoor danken. Hopelijk ervaren zij in de positieve opmerkingen van de visitatiecommissie een bevestiging voor hun inspanningen en vinden zij in terecht geformuleerde aanbevelingen tevens een bijkomende stimulans om de kwaliteit van het academisch onderwijs aan hun universiteit nog te verbeteren. A. Oosterlinck voorzitter VLIR 6

7 Inhoud Woord vooraf 3 Deel 1: Algemeen deel 9 I. De onderwijsvisitatie Revalidatiewetenschappen en Kinesitherapie Inleiding De betrokken opleidingen De visitatiecommissie Samenstelling Taakomschrijving Werkwijze Voorbereiding Bezoek aan de instellingen Rapportering Korte teugblik op de visitatie Opzet en indeling van het rapport 15 II. Het referentiekader Revalidatiewetenschappen en Kinesitherapie Het beroepsprofiel van de universitair opgeleide licentiaat in de Revalidatiewetenschappen en Kinesitherapie Eindtermen Globale eindtermen Einddoelstellingen Opleidingsprofiel/onderwijskundig referentiekader van de kinesitherapeut Kwaliteitseisen met betrekking tot de zorgverstrekkende stage 22 III. Kernpunten 25 7

8 IV. De opleidingen Revalidatiewetenschappen en Kinesitherapie in vergelijkend perspectief Inleiding Onderwijsprofiel, doelstellingen en eindtermen Programma Opbouw en inhoud van het programma Onderwijsleersituatie Toetsing en evaluatie Eindverhandeling en stage Eindverhandeling Stage Studenten Studentenprofiel en studentenaantallen Slaagcijfers en rendementen Studeerbaarheid Afgestudeerden: Kwaliteit van de afgestudeerden en waardering van de afgestudeerden vanuit het beroepenveld De opleiding als organisatie Gebouwen en infrastructuur Personeel en personeelsbeleid Internationalisering Onderzoekscomponent van het onderwijs Interne kwaliteitszorg Bachelor-Masterstructuur 54 V. Vergelijkende tabel kwaliteitsaspecten 59 8

9 Deel 2: Opleidingsrapporten Katholieke Universiteit Leuven De opleiding Revalidatiewetenschappen en Kinesitherapie binnen de Faculteit Lichamelijke Opvoeding en Kinesitherapie Universiteit Gent De opleiding Revalidatiewetenschappen en Kinesitherapie binnen de Faculteit Geneeskunde en Gezondheidswetenschappen Vrije Universiteit Brussel De opleiding Revalidatiewetenschappen en Kinesitherapie binnen de Faculteit Lichamelijke Opvoeding en Kinesitherapie 121 Bijlagen 151 Bijlage 1: Personalia van de leden van de visitatiecommissie 153 Bijlage 2: De bezoekschema s 157 Bijlage 3: Checklist Visitatie Revalidatiewetenschappen en Kinesitherapie 163 Bijlage 4:Lijst van in het rapport gebruikte afkortingen 175 9

10 10

11 Deel 1 Algemeen deel 11

12 12

13 I. De onderwijsvisitatie Revalidatiewetenschappen en Kinesitherapie 1. Inleiding In dit rapport brengt de visitatiecommissie Revalidatiewetenschappen en Kinesitherapie verslag uit van haar bevindingen over de academische opleidingen Revalidatiewetenschappen en Kinesitherapie aan de Vlaamse universiteiten. Zij bezocht deze instellingen in de periode maart tot mei 2004, in opdracht van de Vlaamse Interuniversitaire Raad (VLIR). Dit initiatief kadert in de werkzaamheden van de VLIR op het vlak van de externe kwaliteitszorg, waarmee de Vlaamse universiteiten gevolg geven aan de decretale verplichting ter zake. 2. De betrokken opleidingen Ingevolge haar opdracht heeft de visitatiecommissie bezocht: van 15 maart t.e.m. 17 maart 2004 Katholieke Universiteit Leuven Revalidatiewetenschappen en Kinesitherapie van 26 april t.e.m. 28 april 2004 Universiteit Gent Revalidatiewetenschappen en Kinesitherapie van 5 mei t.e.m. 7 mei 2004 Vrije Universiteit Brussel Revalidatiewetenschappen en Kinesitherapie De volgorde van de bezoeken is veelal bepaald door overwegingen van pragmatischorganisatorische aard. De commissie is er zich van bewust dat deze volgorde, zij De onderwijsvisitatie Revalidatiewetenschappen en Kinesitherapie 13

14 het impliciet, een invloed kan hebben gehad op de visitatie. Ze heeft er evenwel zorgvuldig over gewaakt dat in alle opzichten vergelijkbare beoordelingen en adviezen tot stand kwamen. 3. De visitatiecommissie 3.1. Samenstelling De visitatiecommissie Revalidatiewetenschappen en Kinesitherapie werd ingesteld door de VLIR bij besluit van 8 december De commissie heeft de volgende samenstelling: Voorzitter: Prof. dr. L. Plaghki, hoogleraar aan de Faculté de Médecine (Unité de physiologie et de bioméchanique de la locomotion), Université Catholique de Louvain Leden: Dr. A. De Wijer, directeur van de Stichting Instituut Gezondheidszorg Hogeschool van Utrecht Prof. dr. G. Lankhorst, gewoon hoogleraar revalidatiegeneeskunde, Vrije Universiteit Amsterdam Dr. C. Nelissen, doctor in de psychologie, onderwijskundig adviseur Hogeschool Limburg W. Smeets, M.Sc., hoofd fysiotherapie in het multidisciplinair Medisch Centrum Mechelen (Nederland). Mevr. L. Derycke, stafmedewerkster kwaliteitszorg verbonden aan het VLIR-secretariaat, trad op als secretaris van de visitatiecommissie. Voor een kort curriculum vitae van de leden van de visitatiecommissie wordt verwezen naar bijlage Taakomschrijving De opdracht van de visitatiecommissie, die in het instellingsbesluit is omschreven, luidde als volgt: a. op basis van de door de faculteiten aan te leveren informatie en door middel van ter plaatse te voeren gesprekken, een oordeel vormen over de kwaliteit van de opleiding (inclusief de kwaliteit van de afgestudeerden) en over de kwaliteit van het onderwijsproces (inclusief de kwaliteit van de onderwijsorganisatie), 14 De onderwijsvisitatie Revalidatiewetenschappen en Kinesitherapie

15 mede gelet op de eisen/verwachtingen die voortvloeien uit de facultaire taak iedere student voor te bereiden op de zelfstandige beoefening van de wetenschap of de beroepsmatige toepassing van wetenschappelijk kennis; b. het doen van aanbevelingen om te komen tot kwaliteitsverbetering Werkwijze Voorbereiding De visitatiecommissie hield haar installatievergadering op 16 februari Tijdens deze vergadering werden de commissieleden verder ingelicht over het visitatieproces en hebben zij zich voorbereid op de af te leggen bezoeken. Verder heeft de commissie op deze vergadering een referentiekader geformuleerd (zie hoofdstuk II). Daarnaast werd het programma van de bezoeken opgesteld (zie bijlage 2) en werd een eerste bespreking gehouden van de zelfevaluatierapporten Bezoek aan de instellingen De gesprekken die de commissie tijdens haar bezoek aan de betreffende faculteiten heeft gevoerd, vormden de tweede bron van informatie. De gesprekspartners waren alle geledingen die betrokken zijn bij het onderwijs in de opleidingen Revalidatiewetenschappen en Kinesitherapie. Verder heeft de commissie kennis genomen van bijkomende informatie, zoals verslagen, voorbeelden van examenvragen, schriftelijk studiemateriaal, tijdschriften en handboeken, die door de opleidingen ter beschikking werden gesteld. Ook werden door de visitatiecommissie nog vóór de bezoeken per instelling en per commissielid twee eindverhandelingen opgevraagd en gelezen. Tevens werden onderwijsruimten, practicumlokalen en labo s, computerfaciliteiten, bibliotheken en sportinfrastructuur bezocht. Deze hebben de commissie een goed beeld gegeven van de omgeving waarin het onderwijs plaatsvindt. Aan het einde van elk bezoek werden, na intern beraad van de visitatiecommissie, de voorlopige bevindingen mondeling gepresenteerd aan de gevisiteerde opleiding Rapportering Als laatste stap in het visitatieproces heeft de commissie haar bevindingen, conclusies en aanbevelingen in voorliggend rapport vastgelegd. Bovendien heeft zij, overeenkomstig de bepalingen voor de visitaties in de tweede ronde, een letterscore toegekend aan 17 kwaliteitsaspecten. De faculteiten werden in de gelegenheid gesteld om op de concepten van het rapport te reageren. De commissie heeft de reacties van de faculteiten in de mate dat zij zich hierin kon vinden in het rapport verwerkt. De onderwijsvisitatie Revalidatiewetenschappen en Kinesitherapie 15

16 4. Korte terugblik op de visitatie De commissie kijkt met veel genoegen terug op haar werkzaamheden die ze, ondanks het veeleisende en tijdrovende karakter van het visitatiegebeuren, met veel plezier en belangstelling heeft uitgevoerd. De visitatie heeft de leden van de commissie niet alleen de kans geboden om het academisch onderwijs in de opleidingen Revalidatiewetenschappen en Kinesitherapie in Vlaanderen van naderbij te bekijken, maar het was voor haar ook een unieke gelegenheid om onder vakgenoten te reflecteren en te debatteren over de aard, de kwaliteit en de toekomst van dit onderwijs. De visitatiecommissie heeft zich in de loop van het hele proces een beeld kunnen vormen van het academisch REVAKI-onderwijslandschap waarbij ze haar waardering uitspreekt over het niveau waarop dit onderwijs in Vlaanderen wordt gegeven. Tijdens haar gesprekken heeft de commissie steeds getracht om, vanuit een kritische ingesteldheid, een constructieve bijdrage te leveren aan de kwaliteit van het academisch onderwijs in de Revalidatiewetenschappen en de Kinesitherapie. De commissie hoopt dan ook dat voorliggend rapport een stimulans mag zijn voor de verdere positieve ontwikkeling van het REVAKI-onderwijs in Vlaanderen. Hoewel voorliggend rapport voor de commissie de laatste stap in het visitatieproces is, behoort het evenwel geen eindpunt te zijn. De commissie hoopt dat haar rapport een aanzet mag zijn voor de hernieuwde inspanningen van de opleidingen tot verdere kwaliteitsverbetering. Haar rapport zou een discussie op gang kunnen brengen binnen de betrokken faculteiten waarbij wordt nagegaan op welke punten verbetering nodig is en in welke mate dit binnen de gegeven randvoorwaarden te verwezenlijken is. De commissie hoopt dan ook van harte dat de opleidingen hun voordeel doen met de suggesties die ze in haar rapport geeft. Daarnaast is het de bedoeling om met voorliggend rapport nuttige informatie te verschaffen aan de buitenwereld en een goed inzicht te geven in de kwaliteit van de gevisiteerde opleidingen. De commissie is er zich terdege van bewust dat ze voor de opleidingen op een ongunstig moment kwam. Enerzijds was op het ogenblik van de visitatie de ingrijpende programmahervorming van waarbij een vijfjarig opleidingsprogramma werd ingevoerd- nog niet volledig doorgevoerd en anderzijds waren de opleidingen volop bezig met het uitwerken van een nieuwe bachelor-masterstructuur in het kader van de implementatie van de Bolognaverklaring. Niettemin hoopt de commissie dat de uitgebreide zelfevaluatie die in het kader van de voorbereiding van de visitatie binnen de opleidingen werd doorgevoerd, de discussies die tijdens het visitatiebezoek werden gevoerd en het voorliggend visitatierapport een nuttige bijdrage hebben geleverd in de discussies rond de programmahervorming. De commissie hoopt dat haar rapport waarin zowel de verdiensten als de tekorten van de respectieve opleidingen worden aangegeven en duidelijke aanbevelingen worden geformuleerd, een interessante input mag zijn in het denkproces rond de verdere evolutie van het REVAKI-onderwijs in Vlaanderen. 16 De onderwijsvisitatie Revalidatiewetenschappen en Kinesitherapie

17 Tot slot dankt de commissie de bestuurders, medewerkers, studenten en afgestudeerden van de betrokken opleidingen die hebben bijgedragen aan het welslagen van deze visitatie door hun inspanningen tijdens de voorbereiding en de open dialoog tijdens de bezoeken. Zij heeft veel waardering voor het werk dat door velen is verzet en de hartelijke manier waarop zij overal werd ontvangen. 5. Opzet en indeling van het rapport Het voorliggend rapport bestaat uit twee delen, waarvan het eerste deel uit vijf hoofdstukken bestaat. Naast onderhavig hoofdstuk I wordt in hoofdstuk II het referentiekader van waaruit de commissie de gevisiteerde opleidingen heeft beoordeeld, weergegeven. In hoofdstuk III formuleert de commissie een aantal kernpunten die haar bij het visiteren van de opleidingen Revalidatiewetenschappen en Kinesitherapie bijzonder getroffen hebben. In hoofdstuk IV worden de belangrijkste conclusies en bevindingen van de commissie per thema vergelijkenderwijs weergegeven en in hoofdstuk V wordt deze vergelijking aan de hand van letterscores gevisualiseerd. In het tweede deel van het rapport brengt de commissie per opleiding verslag uit over de vaststellingen die ze heeft gedaan. De aanbevelingen ten aanzien van de afzonderlijke universiteiten worden eveneens in deze deelrapporten opgenomen. De deelrapporten werden geordend volgens de chronologische volgorde van de bezoeken. De onderwijsvisitatie Revalidatiewetenschappen en Kinesitherapie 17

18 18

19 II. Het referentiekader Revalidatiewetenschappen en Kinesitherapie Bij de beoordeling van de verschillende opleidingen Revalidatiewetenschappen en Kinesitherapie is de visitatiecommissie uitgegaan van een eigen referentiekader waarin de minimum-kwaliteitseisen worden geformuleerd waaraan de opleidingen moeten voldoen. Bij het opstellen van dit referentiekader heeft de commissie zich gebaseerd op het referentiekader dat in 1996 werd gehanteerd bij de visitatie van de opleidingen MOREKI in het kader van de eerste visitatieronde. Specifiek omschrijft het referentiekader de minimum-eisen waaraan de opleiding naar mening van de visitatiecommissie moet voldoen, de minimum-eisen die aan een afgestudeerde in het vakgebied mogen gesteld worden en de eisen die mogen gesteld worden met betrekking tot de aansluiting op de arbeidsmarkt. Hierbij vertrekt de commissie van het beroepsprofiel van de licentiaat Revalidatiewetenschappen en Kinesitherapie, de na te streven eindtermen en een aantal algemeen-onderwijskundige uitgangspunten. In tegenstelling tot de eerste visitatieronde werd dit referentiekader vooraf aan de opleidingen voorgelegd en wordt er tijdens het bezoek van de visitatiecommissie een moment ingelast waarop over het referentiekader van de commissie kan gediscussieerd worden. Bij de beoordeling van de opleidingen heeft de visitatiecommissie uiteraard ook rekening gehouden met de doelstellingen en eindtermen die elke faculteit voor het eigen onderwijs heeft geformuleerd. Respect voor de eigenheid van een opleiding en voor de diversiteit binnen eenzelfde opleiding over de universiteiten heen veronderstelt immers dat wordt nagegaan of elke faculteit erin slaagt de eigen doelstellingen te realiseren. Referentiekader 19

20 1. Het beroepsprofiel van de universitair opgeleide licentiaat in de Revalidatiewetenschappen en Kinesitherapie Met de hierna volgende term kinesitherapeut wordt bedoeld de (mannelijke of vrouwelijke) licentiaat in de Revalidatiewetenschappen en Kinesitherapie. Bovenvermelde kinesitherapeut is een universitair gevormde zorgverstrekker, die na verwijzing en medische diagnose door een geneesheer, in staat is om (kinesitherapeutisch) onderzoek te verrichten naar stoornissen, beperkingen in activiteiten en participatieproblemen, en na interpretatie van de ingewonnen informatie een individuele kinesitherapeutische behandeling te conceptualiseren, deze behandeling uit te voeren en de uitvoering ervan aan te passen aan de actuele situatie van de patiënt, rekening houdend met de ziekte/aandoening en met de persoonlijke en omgevingsfactoren. Hij is in staat de verantwoordelijkheid van de kinesitherapeutische behandeling op zich te nemen, en op een gepaste wijze verslag uit te brengen aan de verwijzer en/of andere zorgverleners. Het werkdomein van de kinesitherapeut bestaat uit niet-invasieve handelingen met als doel stoornissen, beperkingen in activiteiten en participatieproblemen die o.a. het gevolg zijn van musculoskeletale, neurologische, respiratoire, cardiovasculaire en psychomotorische aard te verhelpen door het met geneeskundig doel op de patiënt toepassen van verschillende verrichtingen zoals begeleiden, sturen/oefenen, fysische therapieën en manuele verrichtingen. Deze verrichtingen kunnen hetzij curatief zijn, gericht op het herstel van de gezondheid van de patiënt, hetzij palliatief in brede context, gericht op verhoging van de kwaliteit van het leven. Kinesitherapeutische behandelingen vinden hun toepassingsgebied in de meeste medische disciplines. Zij worden voornamelijk ingesteld bij aandoeningen van het neuro-musculo-skeletale stelsel. Daarnaast kan de kinesitherapeut een ondersteunende therapie verlenen bij diverse aandoeningen van o.a. interne orgaanstelsels. Het werkdomein van de kinesitherapeut omvat ook voorlichting en preventieve zorg. Deze kunnen een instructief karakter hebben, zoals bij prenatale begeleiding, rugschool, het verstrekken van ergonomische richtlijnen of richtlijnen inzake aanpassingen van techniek en materieel. Preventieve zorgen kunnen ook gericht zijn op een gedoseerd en doelgericht bewegen zoals bij o.a. cardiovasculaire, sport-, preen postnatale begeleiding, evenals bij rug- en nekscholing. De kinesitherapeut kan zijn beroep uitoefenen als: 1. zorgverstrekker: in dienstverband of als zelfstandige in ziekenhuizen, poliklinieken, revalidatiecentra, centra voor anders validen, rust- en verzorgingstehuizen. Hij kan als zelfstandige of als loontrekkende in een private kinesitherapiepraktijk of in een groepspraktijk, in kuuroorden of in sportclubs werken. 20 Referentiekader

21 2. onderzoeker: verbonden aan een opleiding Revalidatiewetenschappen en Kinesitherapie en verwante domeinen. 3. instructor-begeleider: o.a. in sportclubs of fitnesscentra, bijzonder onderwijs of bedrijven. Een aantal bijzondere bekwaamheden of bijzondere toepassingsdomeinen vergen aanvullende studies. Steunend op een brede algemene vorming heeft de kinesitherapeut de vereiste attitudes ontwikkeld om met de patiënt om te gaan. Hij kent de indicaties en contra-indicaties voor het uitoefenen van de kinesitherapeutische praktijk. Hij heeft inzicht in de grenzen van het beroep en van de eigen capaciteiten. De deontologie gebiedt hem de patiënt terug naar de arts te verwijzen, indien hij van mening is met een contra-indicatie te worden geconfronteerd. Hij kan op een goed georganiseerde en efficiënte manier functioneren, en is in staat zijn taak in inter- of multidisciplinair dienstverband uit te voeren. De kinesitherapeut heeft kennis van de voor het werkveld relevante aspecten op financieel, administratief en materieel gebied en van de activiteiten van sociaal-maatschappelijke organisaties. De kinesitherapeut dient maximaal gebruik te maken van wetenschappelijk onderbouwde methoden en vaardigheden, die hij optimaal en deskundig hoort te beheersen. Daartoe zijn een brede basisvorming, een volwaardig uitgebouwd en geactualiseerd theorie- en praktijkonderricht kinesitherapie en de bekendheid met, en zo mogelijk ook de concrete betrokkenheid bij wetenschappelijk onderzoek, fundamentele voorwaarden. Een kritische ingesteldheid, het systematisch kunnen verzamelen en aanpassen van gegevens, een gefundeerde interpretatie van wetenschappelijke literatuur, een getrainde handvaardigheid en beroepsroutine, alsook voldoende pedagogisch en didactisch kennen en kunnen, bepalen in grote mate de wijze waarop de kinesitherapeut omgaat met de aangeleerde methoden en vaardigheden. De kinesitherapeut toont een permanent streven om de patiënt met de meest verantwoorde kinesitherapeutische methoden en vaardigheden te evalueren en te behandelen. Dit streven wordt ondermeer ingevuld door het opvolgen van de wetenschappelijke vakliteratuur en door de regelmatige deelname aan wetenschappelijke congressen. Deze doelstelling kan - in functie van het tewerkstellingsdomein - in belangrijke mate worden geconcretiseerd via aanvullend of gespecialiseerd academisch onderwijs, of via de doctoraatsopleiding in Revalidatiewetenschappen en Kinesitherapie. Met deze kennis, attitudes en vaardigheden dient de kinesitherapeut een wezenlijke bijdrage te leveren tot een harmonieuze ontwikkeling van het beroep binnen een op kwaliteit gerichte gezondheidszorg, waar de patiënt in onze hedendaagse maatschappij recht op heeft. Referentiekader 21

22 2. Eindtermen 2.1. Globale eindtermen Er wordt beoogd om een kinesitherapeut op te leiden die de voor het beroep noodzakelijke kennis, inzichten, vaardigheden en attitudes heeft geïntegreerd en op een zelfstandige en kritische manier het beroep kan uitoefenen op het niveau van een beginnende beroepsuitoefenaar Einddoelstellingen De student(e) is in staat om, na verwijzing door een arts, methodisch te handelen door middel van een adequaat kinesitherapeutisch onderzoek van de patiënt met aandacht voor zowel de somatische, psychische als sociale factoren. De student(e) is in staat om de bevindingen samen te vatten en te interpreteren zodat hij/zij op basis van deze gegevens een eigen behandelplan kan conceptualiseren rekening houdend met de ziekte/aandoening, de medische contraindicaties en de persoonlijke en omgevingsfactoren van de patiënt. De student(e) kan de gekozen therapeutische behandelingen op een adequate manier uitvoeren, evalueren en aanpassen aan de actuele situatie van de patiënt. De student(e) is in staat om op een kritische manier om te gaan met de gekozen middelen en methoden en weet deze op een creatieve manier in te bouwen binnen het revalidatieproces van de patiënt. De student is in staat om voorlichtings- en preventietaken voor te bereiden, te realiseren en te evalueren. De student(e) kan op een goed georganiseerde en efficiënte manier functioneren, eventueel in een inter- en multidisciplinair werkverband. Hij/zij is in staat een gemotiveerd verslag uit te brengen in verband met de progressie, de verdere verwachtingen en voorstellen naar de toekomst toe. De student heeft inzicht verworven en beschikt over de vereiste interactie- en communicatievaardigheden teneinde patiënten alleen of in groep optimaal te kunnen begeleiden alsook binnen een team van medische zorgenverstrekkers optimaal te kunnen functioneren. De student(e) is in staat om een verantwoord relatiepatroon met de patiënt aan te gaan. De student(e) kan op een didactisch verantwoorde wijze groepslessen en therapie in groep geven. De student(e) heeft inzicht in de grenzen van het beroep en baseert zich hierbij vooral op de stand van zaken inzake wetenschappelijke onderbouw. De student(e) heeft voor de praktijkvoering relevante vaardigheden en kennis van de voor het werkveld relevante aspecten op financieel, administratief en materieel gebied. 22 Referentiekader

23 De student(e) heeft kennis van de werking en de activiteiten van sociaal-maatschappelijke organisaties. De student(e) heeft een wetenschappelijke visie en kan bijgevolg een experimentele studie of een publicatie kritisch beoordelen. De student(e) kan zelfstandig een kritische literatuurstudie doen en een substantiële bijdrage leveren tot het wetenschappelijk onderzoek. De student(e) heeft inzicht in de grenzen van de eigen capaciteiten en heeft de attitude om zichzelf na de opleiding verder te ontplooien en bij te scholen en om een bijdrage te leveren aan de ontwikkeling van het beroep. 3. Opleidingsprofiel/onderwijskundig referentiekader van de kinesitherapeut 1. Het realiseren van bovenvermeld beroepsprofiel veronderstelt een brede basisvorming, een volwaardig uitgebouwd en geactualiseerd theorie- en praktijkonderricht kinesitherapie en de concrete betrokkenheid bij wetenschappelijk onderzoek. Deze vereisten impliceren niet alleen een opleiding teneinde de kinesitherapeut volwaardig voor te bereiden op zijn taak in een breed werkdomein, maar ook een op wetenschappelijk onderzoek gestoelde opleiding teneinde de continue evolutie in de medische wetenschappen in het algemeen en inzake de revalidatiewetenschappen en kinesitherapie in het bijzonder op de voet te kunnen volgen, en om actief deel te kunnen nemen aan de evaluatie van de ontwikkelingen binnen het beroep. Daarenboven wordt continue bijscholing en voortgezette vorming noodzakelijk geacht. 2. Qua bestaffing veronderstelt deze opleiding academici van hoog niveau. Opdat bekendheid met en betrokkenheid bij het wetenschappelijk onderzoek kan gerealiseerd worden, wordt van de staf een wetenschappelijk curriculum en een actieve deelname in het wetenschappelijk onderzoek verondersteld. Deze sterke band met het wetenschappelijk onderzoek wordt nog uitdrukkelijker vooropgesteld in de voortgezette vorming. Voor wat betreft het praktijkonderwijs en de stagebegeleiding is er een noodzaak aan universitair opgeleide specialisten met praktijkervaring die bovendien hun onderwijsopdracht blijvend combineren met een praktijkopdracht en/of wetenschappelijk onderzoek. 3. Het onderwijs moet aansluiten bij recente en relevante modelontwikkelingen waarbij elk opleidingsonderdeel in een integratief kader wordt geplaatst zodat sprake is van integratief onderwijs waarbij het ICF-model (International Classification of Functioning, Disability and Health, WHO Geneva, 2002) als sturend model gevolgd wordt. 4. Elke universiteit, in casu elke opleiding, behoort permanent toe te zien op de kwaliteit van haar onderwijs (en haar onderzoek). Dit moet blijken uit de manier waarop de bij de kwaliteitszorg betrokken commissies functioneren en uit de Referentiekader 23

24 mate waarin de kwaliteitscyclus vorm heeft gekregen. Hierbij moeten de studenten een actieve rol hebben. In verband met de kwaliteitscyclus wordt verwacht dat er niet enkel een gedegen systeem voor de evaluatie van het onderwijs is, maar dat dit tevens geïncorporeerd is, dit wil zeggen dat er mechanismen zijn voor de opvolging van evaluatieresultaten en dit zowel op het niveau van een opleidingsonderdeel als van het programma. 4. Kwaliteitseisen met betrekking tot de zorgverstrekkende stage De stage is een leerperiode tijdens de opleiding Revalidatiewetenschappen en Kinesitherapie en volstrekt zich in de praktijk van de beroepsuitoefening. Leerdoelen zijn: het zelfstandig kunnen afnemen van de anamnese en uitvoeren van het lichamelijk onderzoek volgens de richtlijnen van het methodisch handelen en de principes van evidence based practice. het proces eigen maken van klinisch redeneren het zelfstandig opstellen van een (be)handelingsplan en het kunnen classificeren volgens het ICF-model het adequaat uitvoeren van de kinesitherapeutische verrichtingen het evalueren van het behandelplan het rapporteren aan de verwijzer van de primaire gegevens van de patiënt, het beloop van de behandelepisode en de behandelresultaten het inzicht verwerven in de plaats van de kinesitherapeut binnen de gezondheidszorg het ontwikkelen van een beroepsattitude ten opzichte van de patiënt, de verwijzer en collegae het leren functioneren (incl. management) in een zelfstandige kinesitherapeutische praktijk het leren functioneren in een multidisciplinaire setting het leren functioneren van een kinesitherapeut in een categoraal, algemeen en academisch ziekenhuis De leerdoelen worden stapsgewijs nagestreefd via: kijkstage doestage onder directe begeleiding doestage onder indirecte begeleiding zelfstandige stage 24 Referentiekader

25 De stagetijd dient evenredig te worden verdeeld over de verschillende plaatsen van de kinesitherapeutische beroepsuitoefening; bijvoorbeeld 2 weken kijkstage ziekenhuis en 2 weken kijkstage in een vrij gevestigde praktijk, 3 maanden doestage ziekenhuis en 2 maanden doestage vrijgevestigde praktijk en 3 maanden zelfstandige stage of in een ziekenhuis of in een vrijgevestigde praktijk. Iedere stageperiode dient te worden afgesloten met een stageverslag en met een patiëntenverslag. De beoordeling van de stage vindt plaats door de stagebegeleider die aan de opleiding rapporteert. Er behoort een stagecoördinator te zijn die een indeling van de stagiaires maakt, die jaarlijks contact houdt met de stageadressen en zo nodig de stageadressen bezoekt. De interne kwaliteitszorg moet erop gericht zijn dat de stage vanuit de opleidingen wordt begeleid en geëvalueerd. De evaluatieresultaten moeten worden opgevolgd en er dient rekening gehouden te worden met de beoordeling van de stage door de studenten. Referentiekader 25

26 26

27 III. Kernpunten 1. De visitatiecommissie stelt met genoegen vast dat de gevisiteerde opleidingen de aanbevelingen van de vorige visitatiecommissie ter harte hebben genomen. 2. Met de overgang naar een vijfjarige opleiding en in opvolging van de aanbevelingen van de vorige visitatiecommissie slagen de Vlaamse universitaire REVAKIopleidingen er in ruime mate in om aan de eisen van een brede basisvorming, een wetenschappelijke opleiding en een opleiding tot het niveau van een beginnend beroepsbeoefenaar te voldoen. 3. De opleidingen hebben een belangrijke vooruitgang geboekt op het vlak van de formulering van hun doelstellingen en eindtermen. De komende jaren zal een competentiegericht curriculum moeten uitgewerkt worden met klinisch redeneren als één van de leerlijnen. 4. Zoals aanbevolen door de vorige visitatiecommissie volgt de meerderheid van de REVAKI-studenten een stage in de privé-praktijk. Met betrekking tot de stage zullen voor de komende jaren de volgende punten extra aandacht verdienen: het leeraspect van de stage, de verdere integratie van het klinisch redeneren en de volwaardige betrokkenheid van de stagemeesters bij het onderwijs. 5. Het onderzoek en de aan het onderzoek gerelateerde eindverhandelingen hebben een goed wetenschappelijk niveau. De commissie beveelt de opleidingen evenwel aan om naar de toekomst toe het patiëntgebonden onderzoek sterker te ontwikkelen. 6. De internationalisering moet in alle opleidingen verder uitgebouwd en aangemoedigd worden, meer bepaald op het gebied van studentenmobiliteit. 7. Een vijfjarig opleidingsprogramma is een noodzakelijke voorwaarde voor de vorming van academisch geschoolde en hoogopgeleide kinesitherapeuten met een gedegen wetenschappelijke basisvorming en een kritische ingesteldheid die voldoende voorbereid zijn op de zelfstandige uitoefening van de beroepspraktijk en om een bijdrage te leveren aan de ontwikkeling van het beroep. Kernpunten 27

28 28

29 IV. De drie opleidingen revalidatiewetenschappen en kinesitherapie in vergelijkend perspectief In dit hoofdstuk geeft de visitatiecommissie een overzicht van de situatie aan de verschillende universiteiten met betrekking tot 17 kwaliteitsaspecten inzake onderwijs, onderwijsorganisatie en de randvoorwaarden van een academische opleiding. Per onderwerp geeft zij haar bevindingen weer en vergelijkt deze over de verschillende opleidingen. De commissie besteedt in dit hoofdstuk voornamelijk aandacht aan de meest opvallende elementen, en aan vaststellingen die zij in meer dan één opleiding heeft gedaan. Het is niet de bedoeling van de commissie de opleidingsrapporten in dit hoofdstuk in detail te herhalen, al zullen bepaalde delen wel terugkeren in de opleidingsrapporten. 0. Inleiding De academische opleidingen Revalidatiewetenschappen en Kinesitherapie (REVAKI) die door drie Vlaamse universiteiten worden ingericht, zijn vijfjarige opleidingen die met ingang van het academiejaar stapsgewijs in de plaats gekomen zijn van de vroegere academische opleidingen Motorische Revalidatie en Kinesitherapie (MOREKI). Bij aanvang van het academiejaar werd immers een programmahervorming doorgevoerd die neerkwam op een studieduurverlenging van het academisch kinesitherapieonderwijs en die inhield dat de bestaande MOREKI-opleidingen die een vierjarig opleidingsprogramma omvatten, tot vijfjarige REVAKI-opleidingen werden omgevormd. Aangezien de vernieuwde opleidingsprogramma s pas vanaf het academiejaar stapsgewijs werden ingevoerd, kenden de vijfjarige REVAKI-opleidingen nog geen afgestudeerden ten tijde van de visitatiebezoeken. In het academiejaar werd de derde licentie binnen de betrokken instellingen immers pas voor de eerste maal aangeboden. De opleidingen in vergelijkend perspectief 29

30 1. Onderwijsprofiel, doelstellingen en eindtermen De visitatiecommissie stelt vast dat alle REVAKI-opleidingen met betrekking tot het kwaliteitsaspect onderwijsprofiel, doelstellingen en eindtermen een belangrijke vooruitgang hebben geboekt sinds de publicatie van het vorige visitatierapport. Uit de zelfevaluatierapporten blijkt heel duidelijk dat de opleidingen bij de omvorming van het academisch kinesitherapieonderwijs veel aandacht hebben besteed aan het uitwerken van een onderwijsprofiel en het formuleren van doelstellingen en eindtermen. De doelstellingen en eindtermen van de opleidingen zijn duidelijk en helder geformuleerd al kunnen deze van de K.U.Leuven explicieter worden uitgewerkt. Daarnaast beantwoorden de doelstellingen en eindtermen overal aan de minimumeisen die de visitatiecommissie in haar referentiekader heeft opgenomen. In aansluiting op de opmerkingen van de vorige visitatiecommissie, is de commissie van oordeel dat de basisvisie op het REVAKI-onderwijs die binnen alle opleidingen wel inherent aanwezig is, nog steeds onvoldoende geëxpliciteerd is. Ze beveelt de opleidingen dan ook aan om deze basisvisie te beschrijven. De commissie stelt vast dat de opleidingen in hun onderwijsprofiel nog altijd onvoldoende aandacht hebben voor competenties, competentiegebieden en competentieontwikkeling. Hoewel de UGent en de VUB reeds een goed begin hebben gemaakt van het werken met competenties en competentiegebieden moet ook het onderwijsprofiel van deze opleidingen verder ontwikkeld worden om werkelijk tot een competentiegerichte leeromgeving te kunnen komen. Voor alle opleidingen geldt dat de aandacht voor competentie- en onderwijsontwikkeling verder uitgebouwd zou moeten worden. De commissie adviseert de opleidingen bijgevolg om bij de verdere uitwerking van hun onderwijsprofiel de beroepscompetenties en de academische competenties van een bachelor en een master in de REVAKI als uitgangspunt te nemen en om de basiscompetenties voor een bachelor- en masteropleiding zoals geformuleerd in het decreet van de Vlaamse regering van 4 april 2003 in het opleidingsprofiel te integreren. De visitatiecommissie is immers van oordeel dat de opleidingen vanuit een duidelijk geformuleerd en competentiegericht opleidingsprofiel een betere afstemming zullen kunnen bereiken tussen hun onderwijskundige principes enerzijds en hun doelstellingen en eindtermen anderzijds. Naar haar oordeel behoort een helder en degelijk uitgewerkt opleidingsprofiel immers het basisuitgangspunt te zijn voor de hele onderwijsorganisatie en -inrichting. Concreet betekent dit dat de opleidingen met het oog op de uitbouw van competentiegericht onderwijs een duidelijk stappenplan zullen moeten uitwerken. Als vertrekpunt moeten de opleidingen de beroepsgerichte en academische competenties die ze met de uitbouw van hun onderwijsprogramma willen realiseren helder formuleren. In een tweede fase moet de link gelegd en geëxpliciteerd worden tussen het beoogde competentieprofiel enerzijds en de enkelvoudige of modulair georganiseerde opleidingsonderdelen anderzijds om van daaruit voor de verschillende opleidingsonderdelen de aangepaste werk- en evaluatievormen te kunnen kiezen. Tenslotte kan van hieruit ook de samenspraak tussen de verschillende opleidingsonderdelen worden georganiseerd met het oog op de realisatie van een interdisciplinaire aanpak die het niveau van de multidisciplinariteit over- 30 De opleidingen in vergelijkend perspectief

31 stijgt. De visitatiecommissie is van oordeel dat in dit hele proces een centrale taak is weggelegd voor respectievelijk de Permanente Onderwijscommissie (K.U.Leuven), de Opleidingscommissie (UGent) en de Opleidingsraad (VUB) en dat deze overlegorganen hierbij best beroep kunnen doen op de specialistische kennis die binnen de drie universiteiten op centraal niveau aanwezig is. Vanuit alle opleidingen worden duidelijk inspanningen geleverd om het onderwijsprofiel, de doelstellingen en de eindtermen kenbaar te maken naar het onderwijzend personeel en de studenten toe. Niettegenstaande het feit dat de studenten niet altijd even goed op de hoogte blijken te zijn, stellen de belangrijkste problemen op het vlak van de kenbaarheid van doelstellingen en eindtermen zich vooral op het niveau van de stagebegeleiders, zoals verder in het kader van het onderwerp stage (3.2.) zal worden uitgewerkt. 2. Programma 2.1. Opbouw en inhoud van het programma De Vlaamse opleidingen Revalidatiewetenschappen en Kinesitherapie zijn tweecycli-opleidingen die sinds de invoering van het vernieuwde opleidingsprogramma in 1999 uiteenvallen in een kandidaatscyclus van twee jaar en een licentiecyclus van drie jaar. De academische opleidingen Revalidatiewetenschappen en Kinesitherapie zijn gericht op de vorming van wetenschappelijk geschoolde kinesitherapeuten en hebben bijgevolg zowel een wetenschappelijke als een beroepsfinaliteit. De opleidingsprogramma s die in de betrokken instellingen worden aangeboden, zijn duidelijk van deze dualiteit doordrongen. De opleidingsprogramma s zijn van voldoende (UGent en K.U.Leuven) of goede kwaliteit (VUB) waarbij de visitatiecommissie vaststelt dat alle curricula een vrij goede tot goede coherente en sequentiële opbouw kennen. De visitatiecommissie stelt vast dat binnen de opleiding aan de VUB de eerste cyclus goed aansluit op de tweede cyclus. In het programma van de UGent wordt er gekozen voor een breekpunt tussen de twee opleidingscycli hetgeen naar het oordeel van de commissie ertoe leidt dat de licenties onvoldoende op de kandidaturen aansluiten. Het opleidingsprogramma van de K.U.Leuven wordt gekenmerkt door een kwaliteitsverschil tussen de eerste en de tweede cyclus waarbij in de kandidatuuropleiding een hoog niveau wordt bereikt dat niet volledig naar de licentiejaren toe wordt doorgetrokken. Het verheugt de commissie vast te kunnen stellen dat het niveau en de inhoud van de opleidingsprogramma s over het algemeen van goede kwaliteit zijn en dat er binnen de gevisiteerde opleidingen vanaf de eerste kandidatuur kinesitherapeutische en beroepsgerelateerde opleidingsonderdelen worden geprogrammeerd. Bovendien komt de commissie tot de bevinding dat de betrokkenheid van de docenten van het toeleverend onderwijs bij het REVAKI-onderwijs de afgelopen jaren overal opvallend sterk is toegenomen waardoor de inhoud van de basiswetenschappelijke opleidingsonderdelen steeds meer wordt toegespitst op het REVAKIonderwijs en de kinesitherapeutische praktijk. De opleidingen in vergelijkend perspectief 31

32 Met betrekking tot de opbouw en de inhoud van de onderwijsprogramma s kunnen er evenwel duidelijke verschillen worden aangewezen tussen de betrokken opleidingen. Terwijl de K.U.Leuven en de UGent ervoor gekozen hebben om hun vijfde en laatste opleidingsjaar als respectievelijk een specialisatie- en een pré-specialisatiejaar in te vullen, heeft de opleiding van de VUB ervoor geopteerd om binnen het geheel van de basisopleiding geen specialisatiemogelijkheden aan te bieden. Aan de VUB wordt de vijfjarige REVAKI-opleiding opgevat als een algemeen-vormende basisopleiding waarbij de verdere keuze- en specialisatiemogelijkheden worden aangeboden in het kader van de voortgezette academische opleidingen. De commissie stelt hierbij vast dat de VUB, in opvolging van de aanbevelingen van de vorige visitatiecommissie, de voorbije jaren efficiënte verbeteringsmaatregelen heeft uitgewerkt. De opleiding is er, mede dankzij een goed en evenwichtig personeels- en onderzoeksbeleid in geslaagd om het onderwijs te actualiseren en een goede dekking van de verschillende disciplines binnen het onderzoeksdomein van de revalidatiewetenschappen en de kinesitherapie te realiseren. De opleidingsonderdelen worden gedoceerd door vakspecialisten die hun eigen onderzoeksresultaten in de cursusinhouden verwerken en het onderwijs doen aansluiten bij de recente ontwikkelingen in de relevante wetenschapsdomeinen. Zoals aangegeven, wordt het laatste jaar van de opleiding van de K.U.Leuven als een specialisatiejaar ingericht waarbij de studenten kunnen kiezen voor één van de vijf aangeboden specialisaties: musculoskeletale revalidatie, neuromotorische revalidatie, pediatrische revalidatie, inspanningstherapie en psychomotorische therapie. De aangeboden specialisatierichtingen sluiten aan op de vijf basispijlers waarrond het hele opleidingsprogramma van de K.U.Leuven is opgebouwd. De commissie stelt vast dat de opleiding over een voldoende uitgebreide en gediversifieerde onderwijs- en onderzoeksstaf beschikt om de verschillende specialisatiedomeinen die binnen het opleidingsprogramma worden aangeboden te kunnen dekken. Binnen de opleiding zijn verschillende onderzoeksgroepen actief waardoor de onderzoeksresultaten worden teruggekoppeld in de onderwijsinhouden. Bovendien worden de opleidingsonderdelen gedoceerd door wetenschappers met onderzoekservaring binnen het desbetreffende studiegebied. Aan de UGent tenslotte kent het opleidingsprogramma een sterk éénzijdig karakter waarbij de nadruk tot en met de tweede licentie ligt op een orthopedisch gerichte leerlijn. In de derde licentie die als pré-specialisatiejaar wordt opgevat, kunnen de studenten kiezen tussen twee pré-specialisatierichtingen: orthopedische revalidatie en revalidatie van bijzondere groepen. De commissie stelt vast dat de waaier aan specialisaties die binnen de onderwijs- en onderzoeksstaf van de opleiding aanwezig is, vrij beperkt is. De commissie is er zich evenwel heel duidelijk van bewust dat de problemen die hier worden aangekaart in belangrijke mate samenhangen met het nijpend personeelsgebrek waarmee de opleiding al jaren wordt geconfronteerd en waar vanuit de faculteit nog niet voldoende aan geremedieerd is kunnen worden. Niettemin slaagt de opleiding erin om, door de inzet van de personeelsleden, het onderwijs te laten aansluiten bij de recente ontwikkelingen in de relevante wetenschapsdomeinen en het onderzoek dat binnen de opleiding 32 De opleidingen in vergelijkend perspectief

33 wordt uitgewerkt terug te koppelen naar de inhoud van het onderwijs, zoals ook binnen de opleidingen van de K.U.Leuven en de VUB het geval is. Binnen alle opleidingen zit de eindverhandeling op een goede tot zeer goede manier in het opleidingsprogramma verankerd en wordt er bij het uitwerken van de eindverhandeling verder gebouwd op de onderzoekscompetenties en -vaardigheden die de studenten in andere opleidingsonderdelen hebben aangereikt gekregen. Aan de VUB en de UGent kent evenwel niet alleen de eindverhandeling maar ook de stage een goede inbedding in het opleidingsprogramma. Aan de VUB en de UGent is een begin gemaakt van het werken met modulair onderwijs: In de VUB wordt het kinesitherapieonderwijs in modules aangeboden en in de UGent is het licentieonderwijs in modules ondergebracht. Zowel aan de UGent als de VUB is het modulair onderwijs evenwel nog niet uitgekristalliseerd en is de link tussen de modules enerzijds en de competenties en competentiegebieden anderzijds nog onvoldoende duidelijk. Omdat het modulair onderwijssysteem de integratie van theorie en praktijk nastreeft, beschouwt de visitatiecommissie deze ontwikkeling als een goede aanzet en wenst ze de opleidingen aan te sporen hun modulair onderwijssysteem verder uit te bouwen ook naar de basiswetenschappelijke opleidingsonderdelen in de kandidaturen. Aan de K.U.Leuven is het curriculum, zoals reeds eerder werd vermeld, opgebouwd rond vijf revalidatiepijlers waar de organisatie en de inrichting van het opleidingsprogramma op steunen. Gezien het ontbreken van een geëxpliciteerde basisvisie op de opleiding, is de vertaling van de doelstellingen en de eindtermen naar het opleidingsprogramma en de individuele opleidingsonderdelen toe niet ten volle uitgewerkt en voor verbetering vatbaar. Globaal genomen komt de visitatiecommissie dan ook tot de conclusie dat de gevisiteerde opleidingen er nog niet in geslaagd zijn om een competentiegericht onderwijsprogramma uit te werken waarbij er een duidelijke link bestaat tussen de opleidingsonderdelen en de modules enerzijds en de te realiseren competenties en competentiegebieden anderzijds. Bijgevolg raadt ze de opleidingen aan om bij het uitwerken van een curriculum te vertrekken van een competentiegericht onderwijsprofiel dat als uitgangspunt moet dienen voor het opstellen van een opleidingsprogramma en de hele organisatie van de onderwijsinrichting. Aan de VUB en de K.U.Leuven wordt doorheen het onderwijsprogramma van de verschillende opleidingsjaren opvallend veel nadruk gelegd op het bijbrengen van wetenschappelijke competenties en het ontwikkelen van een onderzoeksattitude bij de studenten. Voor wat het onderwijsprogramma van de opleiding aan de UGent betreft, komt de visitatiecommissie evenwel tot de bevinding dat de aandacht voor algemene en wetenschappelijke competenties verhoogd zou kunnen worden en dat vooral ook meer ruimte zou moeten worden vrijgemaakt voor het ontwikkelen van onderzoeksvaardigheden en een onderzoekshouding. Bovendien mist het opleidingsprogramma van de UGent aandacht voor het ontwikkelen van een attitude van levenslang leren bij de studenten, dit in tegenstelling tot de opleidingen van de K.U.Leuven en de VUB. Aan de VUB worden de studenten al van bij het begin van de opleiding aangezet tot zelfstudie en neemt het principe van levenslang leren een centrale plaats in. De opleidingen in vergelijkend perspectief 33

34 2.2. Onderwijsleersituatie Globaal genomen, stelt de commissie vast dat de werkvormen en leermiddelen die binnen de gevisiteerde opleidingen worden gebruikt overal op een voldoende tot goede manier aansluiten bij de doelstellingen en eindtermen die worden nagestreefd. Niettemin is de commissie van oordeel dat er zich met betrekking tot de onderwijsleersituatie duidelijke verschillen aftekenen tussen de betrokken opleidingen. Terwijl de onderwijsleersituatie aan de UGent als voldoende kan worden omschreven en aan de K.U.Leuven een goede beoordeling verdient, steekt de opleiding aan de VUB boven de andere uit met een onderwijsleersituatie die door de visitatiecommissie als uitstekend wordt beoordeeld. De onderwijsleersituatie aan de VUB onderscheidt zich van de andere opleidingen door de mate waarin er gebruik wordt gemaakt van innovatieve werkvormen en het grote belang dat er binnen de opleiding wordt besteed aan het stimuleren van de zelfstudie. De visitatiecommissie staat heel positief tegenover deze ontwikkelingen en vindt het een opmerkelijk gegeven dat de aandacht voor zelfstudie reeds vanaf de eerste kandidatuur in het opleidingsprogramma is geïntegreerd. Binnen de UGent en de K.U.Leuven primeren vaker de klassieke werkvormen waarbij vooral veel gebruik wordt gemaakt van het hoorcollege, zeker in de kandidaturen. De commissie wenst beide opleidingen aan te sporen om een grotere variatie in de werkvormen te bewerkstelligen en de introductie van innovatieve en meer studentgestuurde werkvormen actief te stimuleren. Voor wat de opleiding van de UGent betreft, maakt de visitatiecommissie zich bovendien ook zorgen over de geringe mate waarin de studenten worden aangezet tot zelfstudie. Het beperkte bibliotheekgebruik bij de studenten is daarvoor symptomatisch en werkt de ontwikkeling van een onderzoeksingesteldheid niet in de hand. Op inhoudelijk vlak is het studiemateriaal dat binnen de betrokken opleidingen wordt gebruikt overal van goede kwaliteit. Aan de UGent en de K.U.Leuven wordt hoofdzakelijk gebruik gemaakt van klassiek studiemateriaal dat binnen de UGent bovendien nog overwegend door de docenten aan de studenten wordt aangeleverd. De commissie betreurt het gegeven dat het cursusmateriaal dat binnen de opleidingen wordt gebruikt in hoofdzaak Nederlandstalig is en dat er ondanks de aanbevelingen van de vorige visitatiecommissie nog steeds niet méér gewerkt wordt met internationale handboeken of artikelen uit internationale tijdschriften. Binnen alle opleidingen wordt er in steeds toenemende mate gestreefd naar de integratie van ICT-toepassingen in het onderwijs en de introductie van multimediale onderwijsmiddelen. De commissie komt tot de bevinding dat er vanuit de betrokken opleidingen steeds meer geparticipeerd wordt aan en actief gebruik wordt gemaakt van de teleleerplatformen die binnen de verschillende universiteiten op centraal niveau werden uitgewerkt. De commissie stelt bijgevolg vast dat er de voorbije jaren binnen alle opleidingen inspanningen werden geleverd met het oog op het bevorderen van de onderwijsinnovatie. Niettemin wenst ze de opleidingen aan te sporen om de initiatieven met betrekking tot onderwijsinnovatie niet tot de individuele opleidingsonderdelen te beperken maar een geïntegreerde visie te ontwikkelen op het niveau van het volledige onderwijsprogramma. Hierbij vraagt 34 De opleidingen in vergelijkend perspectief

VLAAMSE INTERUNIVERSITAIRE RAAD DE ONDERWIJSVISITATIE LOGOPEDIE EN AUDIOLOGIE

VLAAMSE INTERUNIVERSITAIRE RAAD DE ONDERWIJSVISITATIE LOGOPEDIE EN AUDIOLOGIE VLAAMSE INTERUNIVERSITAIRE RAAD DE ONDERWIJSVISITATIE LOGOPEDIE EN AUDIOLOGIE Een onderzoek naar de kwaliteit van de opleidingen logopedie en audiologie aan de Vlaamse universiteiten Brussel, maart 1999

Nadere informatie

EINDTERMEN VAN DE MASTEROPLEIDING REVALIDATIEWETENSCHAPPEN EN KINESITHERAPIE (NEDERLANDSTALIG)

EINDTERMEN VAN DE MASTEROPLEIDING REVALIDATIEWETENSCHAPPEN EN KINESITHERAPIE (NEDERLANDSTALIG) EINDTERMEN VAN DE MASTEROPLEIDING REVALIDATIEWETENSCHAPPEN EN KINESITHERAPIE (NEDERLANDSTALIG) 1. ACADEMISCHE COMPETENTIES: KRITISCH WETENSCHAPPELIJK DENKEN De student bezit de competenties nodig voor

Nadere informatie

De onderwijsvisitatie Scheikunde-Biochemie. Een evaluatie van de kwaliteit van de opleidingen Scheikunde en Biochemie aan de Vlaamse universiteiten

De onderwijsvisitatie Scheikunde-Biochemie. Een evaluatie van de kwaliteit van de opleidingen Scheikunde en Biochemie aan de Vlaamse universiteiten De onderwijsvisitatie Scheikunde-Biochemie Een evaluatie van de kwaliteit van de opleidingen Scheikunde en Biochemie aan de Vlaamse universiteiten De onderwijsvisitatie Scheikunde-Biochemie Exemplaren

Nadere informatie

De onderwijsvisitatie Lichamelijke Opvoeding

De onderwijsvisitatie Lichamelijke Opvoeding De onderwijsvisitatie Lichamelijke Opvoeding Een evaluatie van de kwaliteit van de opleidingen Lichamelijke Opvoeding aan de Vlaamse universiteiten Brussel, december 2003 De onderwijsvisitatie Lichamelijk

Nadere informatie

DE ONDERWIJSVISITATIE MOTORISCHE REVALIDATIE

DE ONDERWIJSVISITATIE MOTORISCHE REVALIDATIE VLAAMSE INTERUNIVERSITAIRE RAAD DE ONDERWIJSVISITATIE MOTORISCHE REVALIDATIE EN KINESITHERAPIE Een onderzoek naar de kwaliteit van de opleiding motorische revalidatie en kinesitherapie aan de Vlaamse universiteiten

Nadere informatie

Informatievergadering. Hervisitatie Specifieke lerarenopleiding

Informatievergadering. Hervisitatie Specifieke lerarenopleiding Informatievergadering Hervisitatie Specifieke lerarenopleiding Wie zijn we? Besluit Vlaamse Regering Visitatieprotocol Planning ZER en beoordelingskader Visitatieproces Visitatiecommissie 23/04/2014 2

Nadere informatie

Het domeinspecifieke referentiekader professioneel gerichte bacheloropleiding Biomedische laboratoriumtechnologie

Het domeinspecifieke referentiekader professioneel gerichte bacheloropleiding Biomedische laboratoriumtechnologie Uittreksel uit het visitatierapport biomedische laboratoriumtechnologie voedings- en dieetkunde, 15 december 2008 Het domeinspecifieke referentiekader professioneel gerichte bacheloropleiding Biomedische

Nadere informatie

VLAAMSE INTERUNIVERSITAIRE RAAD DE ONDERWIJSVISITATIE PEDAGOGISCHE WETENSCHAPPEN - SOCIALE EN CULTURELE AGOGIEK

VLAAMSE INTERUNIVERSITAIRE RAAD DE ONDERWIJSVISITATIE PEDAGOGISCHE WETENSCHAPPEN - SOCIALE EN CULTURELE AGOGIEK VLAAMSE INTERUNIVERSITAIRE RAAD DE ONDERWIJSVISITATIE PEDAGOGISCHE WETENSCHAPPEN - SOCIALE EN CULTURELE AGOGIEK Een onderzoek naar de kwaliteit van de opleidingen pedagogische wetenschappen en sociale

Nadere informatie

Evaluatie stage extra muros

Evaluatie stage extra muros Evaluatie stage extra muros Naam student: Stageplaats: Stagemeester ZIV Nummer : Stageperiode : Een competentie is het vermogen om adequaat te functioneren in een bepaalde (beroeps)context door het kiezen

Nadere informatie

Reglement opleidingsraden zoals goedgekeurd door de Raad van Bestuur op 24 april Opleidingsraden. reglement

Reglement opleidingsraden zoals goedgekeurd door de Raad van Bestuur op 24 april Opleidingsraden. reglement Opleidingsraden reglement REGLEMENT OPLEIDINGSRADEN Zoals goedgekeurd door de Raad van Bestuur op 24 april 2012 INHOUDSTABEL Hoofdstuk I: Definities en toepassingsgebied Hoofdstuk II: Samenstelling van

Nadere informatie

Onderwijs & Onderzoek Interdisciplinair postgraduaat deskundige NAH

Onderwijs & Onderzoek Interdisciplinair postgraduaat deskundige NAH Onderwijs & Onderzoek Interdisciplinair postgraduaat deskundige NAH Auteurs: Annemie Spooren (Hogeschool PXL) Els Knippenberg (Hogeschool PXL) Frederik Houben (Hogeschool PXL) 1 INDEX 1. Doelstellingen

Nadere informatie

Uw brief van Ons kenmerk Contactpersoon Zoetermeer HBO/AS/2002/4056

Uw brief van Ons kenmerk Contactpersoon Zoetermeer HBO/AS/2002/4056 OC enw De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Ministerie van Onderwijs Cultuur en Wetenschappen Europaweg 4 Postbus 25000 2700 LZ Zoetermeer Telefoon (079)

Nadere informatie

De onderwijsvisitatie Geschiedenis

De onderwijsvisitatie Geschiedenis Brussel, juni 2004 De onderwijsvisitatie Geschiedenis Een evaluatie van de kwaliteit van de opleidingen Geschiedenis aan de Vlaamse universiteiten De onderwijsvisitatie Geschiedenis Een evaluatie van

Nadere informatie

Bijlage V. Bij het advies van de Commissie NLQF EQF. Tabel vergelijking NLQF-niveaus 5 t/m 8 en Dublin descriptoren.

Bijlage V. Bij het advies van de Commissie NLQF EQF. Tabel vergelijking NLQF-niveaus 5 t/m 8 en Dublin descriptoren. Bijlage V Bij het advies van de Commissie NLQF EQF Tabel vergelijking NLQF-niveaus 5 t/m 8 en. Tabel ter vergelijking NLQF niveaus 5 t/m 8 en Dublindescriptoren NLQF Niveau 5 Context Een onbekende, wisselende

Nadere informatie

De onderwijsvisitatie Politieke Wetenschappen

De onderwijsvisitatie Politieke Wetenschappen De onderwijsvisitatie Politieke Wetenschappen Een evaluatie van de kwaliteit van de bachelor-, master- en master-na-masteropleidingen Politieke Wetenschappen aan de Vlaamse Universiteiten www.vlir.be Brussel

Nadere informatie

Gedragscode Onderwijstaal Universiteit Antwerpen UITGANGSPUNTEN

Gedragscode Onderwijstaal Universiteit Antwerpen UITGANGSPUNTEN Gedragscode Onderwijstaal Universiteit Antwerpen (Raad van Bestuur, 23 april 2013, 27 mei 2014, 31 maart 2015, 12 april 2016, 28 maart 2017 en 27 maart 2018) UITGANGSPUNTEN De Universiteit Antwerpen wenst

Nadere informatie

De onderwijsvisitatie Eerste cyclus Toegepaste Wetenschappen Werktuigkunde-Elektrotechniek

De onderwijsvisitatie Eerste cyclus Toegepaste Wetenschappen Werktuigkunde-Elektrotechniek Brussel, december 2004 De onderwijsvisitatie Eerste cyclus Toegepaste Wetenschappen Werktuigkunde-Elektrotechniek Een evaluatie van de kwaliteit van de eerste cyclusopleidingen Toegepaste Wetenschappen

Nadere informatie

Bijlage V. Bij het advies van de Commissie NLQF EQF. Tabel vergelijking NLQF-niveaus 5 t/m 8 en Dublin descriptoren.

Bijlage V. Bij het advies van de Commissie NLQF EQF. Tabel vergelijking NLQF-niveaus 5 t/m 8 en Dublin descriptoren. Bijlage V Bij het advies van de Commissie NLQF EQF Tabel vergelijking NLQF-niveaus 5 t/m 8 en. Tabel ter vergelijking NLQF niveaus 5 t/m 8 en Dublindescriptoren NLQF Niveau 5 Context Een onbekende, wisselende

Nadere informatie

Reglement opleidingsraden zoals goedgekeurd door de Raad van Bestuur d.d. 1 april Opleidingsraden. reglement

Reglement opleidingsraden zoals goedgekeurd door de Raad van Bestuur d.d. 1 april Opleidingsraden. reglement Opleidingsraden reglement REGLEMENT OPLEIDINGSRADEN Zoals goedgekeurd door de Raad van Bestuur op 1 april 2014. INHOUDSTABEL Hoofdstuk I: Definities en toepassingsgebied Hoofdstuk II: Samenstelling van

Nadere informatie

Rapport 834 Oud, W., & Emmelot, Y. (2010). De visitatieprocedure cultuurprofielscholen. Amsterdam: Kohnstamm Instituut.

Rapport 834 Oud, W., & Emmelot, Y. (2010). De visitatieprocedure cultuurprofielscholen. Amsterdam: Kohnstamm Instituut. Samenvatting Rapport 834 Oud, W., & Emmelot, Y. (2010). De visitatieprocedure cultuurprofielscholen. Amsterdam: Kohnstamm Instituut. In 2007 is de Vereniging CultuurProfielScholen (VCPS) opgericht, het

Nadere informatie

Op weg naar een competentiegericht curriculum

Op weg naar een competentiegericht curriculum Op weg naar een competentiegericht curriculum Dag van de Onderwijsvernieuwing 8 juni 2005 Eva Marrannes Agenda Inleiding Specifieke context van het departement Communicatie Van beroepsprofiel naar Conclusie

Nadere informatie

Doelstellingen Onderwerp niet behandeld tijdens de verkorte procedure na tijdelijke erkenning.

Doelstellingen Onderwerp niet behandeld tijdens de verkorte procedure na tijdelijke erkenning. Ontwerp van accreditatierapport en -besluit met een positieve beoordeling van de accreditatieaanvraag voor de opleiding Master of Science in de architectuur (master) van de Universiteit Antwerpen (na tijdelijke

Nadere informatie

De onderwijsvisitatie Economische Wetenschappen, Toegepaste Economische Wetenschappen en Handelsingenieur

De onderwijsvisitatie Economische Wetenschappen, Toegepaste Economische Wetenschappen en Handelsingenieur Brussel, december 2004 De onderwijsvisitatie Economische Wetenschappen, Toegepaste Economische Wetenschappen en Handelsingenieur Een evaluatie van de kwaliteit van de opleidingen economische wetenschappen,

Nadere informatie

VLAAMSE INTERUNIVERSITAIRE RAAD DE ONDERWIJSVISITATIE MEDISCH-SOCIALE WETENSCHAPPEN GERONTOLOGIE

VLAAMSE INTERUNIVERSITAIRE RAAD DE ONDERWIJSVISITATIE MEDISCH-SOCIALE WETENSCHAPPEN GERONTOLOGIE VLAAMSE INTERUNIVERSITAIRE RAAD DE ONDERWIJSVISITATIE MEDISCH-SOCIALE WETENSCHAPPEN GERONTOLOGIE Een onderzoek naar de kwaliteit van de opleidingen Medisch-sociale wetenschappen en Gerontologie aan de

Nadere informatie

VLAAMSE INTERUNIVERSITAIRE RAAD DE ONDERWIJSVISITATIE CRIMINOLOGISCHE WETENSCHAPPEN

VLAAMSE INTERUNIVERSITAIRE RAAD DE ONDERWIJSVISITATIE CRIMINOLOGISCHE WETENSCHAPPEN VLAAMSE INTERUNIVERSITAIRE RAAD DE ONDERWIJSVISITATIE CRIMINOLOGISCHE WETENSCHAPPEN Een onderzoek naar de kwaliteit van de opleidingen Criminologische Wetenschappen aan de Vlaamse universiteiten Brussel,

Nadere informatie

VLAAMSE INTERUNIVERSITAIRE RAAD DE ONDERWIJSVISITATIE ROMAANSE TALEN

VLAAMSE INTERUNIVERSITAIRE RAAD DE ONDERWIJSVISITATIE ROMAANSE TALEN VLAAMSE INTERUNIVERSITAIRE RAAD DE ONDERWIJSVISITATIE ROMAANSE TALEN Een onderzoek naar de kwaliteit van de opleidingen Romaanse talen aan de Vlaamse universiteiten Brussel, november 2000 Voorwoord In

Nadere informatie

Concept Beoordelingskader voor het bijzondere kenmerk residentieel onderwijs

Concept Beoordelingskader voor het bijzondere kenmerk residentieel onderwijs Concept Beoordelingskader voor het bijzondere kenmerk residentieel onderwijs 2 december 2008 Inhoud 1 Inleiding 3 2 Beoordelingskader 4 pagina 2 1 Inleiding Dit beoordelingskader bevat een aantal facetten

Nadere informatie

VLAAMSE INTERUNIVERSITAIRE RAAD DE ONDERWIJSVISITATIE ECONOMISCHE WETENSCHAPPEN

VLAAMSE INTERUNIVERSITAIRE RAAD DE ONDERWIJSVISITATIE ECONOMISCHE WETENSCHAPPEN VLAAMSE INTERUNIVERSITAIRE RAAD DE ONDERWIJSVISITATIE ECONOMISCHE WETENSCHAPPEN Een onderzoek naar de kwaliteit van de opleidingen economische wetenschappen aan de Vlaamse universiteiten Brussel, december

Nadere informatie

Het domeinspecifieke referentiekader masteropleiding Monumenten- en landschapszorg

Het domeinspecifieke referentiekader masteropleiding Monumenten- en landschapszorg Uittreksel uit het visitatierapport, 7 december 2010 Het domeinspecifieke referentiekader masteropleiding Monumenten- en landschapszorg 1.1 Inleiding Voor iedere opleiding wordt een domeinspecifiek referentiekader

Nadere informatie

De onderwijsvisitatie Elektrotechniek. Een evaluatie van de kwaliteit van de opleidingen Elektrotechniek aan de Vlaamse universiteiten

De onderwijsvisitatie Elektrotechniek. Een evaluatie van de kwaliteit van de opleidingen Elektrotechniek aan de Vlaamse universiteiten De onderwijsvisitatie Elektrotechniek Een evaluatie van de kwaliteit van de opleidingen Elektrotechniek aan de Vlaamse universiteiten 1 De onderwijsvisitatie Elektrotechniek Exemplaren van dit rapport

Nadere informatie

De onderwijsvisitatie Pedagogische Wetenschappen - Sociale en Culturele Agogiek

De onderwijsvisitatie Pedagogische Wetenschappen - Sociale en Culturele Agogiek De onderwijsvisitatie Pedagogische Wetenschappen - Sociale en Culturele Agogiek Een evaluatie van de kwaliteit van de opleidingen pedagogische wetenschappen en sociale en culturele agogiek aan de Vlaamse

Nadere informatie

Handreiking bij het beoordelingskader voor het bijzonder kenmerk Kleinschalig en intensief onderwijs

Handreiking bij het beoordelingskader voor het bijzonder kenmerk Kleinschalig en intensief onderwijs Handreiking bij het beoordelingskader voor het bijzonder kenmerk Kleinschalig en intensief onderwijs 12 november 2012 Inhoudsopgave 1 Inleiding 3 2 Handreiking voor specifieke invulling van de standaarden

Nadere informatie

VLAAMSE INTERUNIVERSITAIRE RAAD DE ONDERWIJSVISITATIE MATERIAALKUNDE - TOEGEPASTE SCHEIKUNDE

VLAAMSE INTERUNIVERSITAIRE RAAD DE ONDERWIJSVISITATIE MATERIAALKUNDE - TOEGEPASTE SCHEIKUNDE VLAAMSE INTERUNIVERSITAIRE RAAD DE ONDERWIJSVISITATIE MATERIAALKUNDE - TOEGEPASTE SCHEIKUNDE Een onderzoek naar de kwaliteit van de opleidingen Materiaalkunde en Scheikunde aan de Faculteiten Toegepaste

Nadere informatie

Strategische onderwijsdoelstellingen: realisaties

Strategische onderwijsdoelstellingen: realisaties Strategische onderwijsdoelstellingen: realisaties 1.1 De opleidingen hebben een uitgeschreven en gedragen onderwijsvisie. 1.2 De opleidingen beschikken over een dynamisch competentieprofiel dat o.a. aan

Nadere informatie

Rapport alumni-enquête 2016 Vrije Universiteit Brussel

Rapport alumni-enquête 2016 Vrije Universiteit Brussel Rapport alumni-enquête 2016 Vrije Universiteit Brussel 1 Inleiding Naar aanleiding van het nieuwe kwaliteitszorgsysteem dat werd ingevoerd bij de opschorting van de opleidingsvisitaties, werd beslist om

Nadere informatie

VISITATIE TOEGEPASTE TAALKUNDE

VISITATIE TOEGEPASTE TAALKUNDE VISITATIE TOEGEPASTE TAALKUNDE EEN KIJK VAN ONDERUIT Prof.dr. Rita Godyns, decaan Faculteit Toegepaste Taalkunde Hogeschool Gent Universiteit Gent Overzicht: situering van de opleiding het visitatieproces

Nadere informatie

Onderwijsvisitaties van de eerste academiserende opleidingen van de hogescholen afgerond

Onderwijsvisitaties van de eerste academiserende opleidingen van de hogescholen afgerond PERSBERICHT Onderwijsvisitaties van de eerste academiserende opleidingen van de hogescholen afgerond maandag 7 december 2009 van 14.00 tot 17.00 uur, Brussel Paleis der Schone Kunsten Volgens het structuurdecreet

Nadere informatie

Politieonderwijs & externe kwaliteitszorg op weg naar accreditatie

Politieonderwijs & externe kwaliteitszorg op weg naar accreditatie Politieonderwijs & externe kwaliteitszorg op weg naar accreditatie dr. Steven Van Luchene [VLIR Cel Kwaliteitszorg] op weg naar accreditatie 1. routebeschijving: tno visita e accredita e 2. de meet: generieke

Nadere informatie

Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding hbo-bachelor Bewegingstechnologie van De Haagse Hogeschool

Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding hbo-bachelor Bewegingstechnologie van De Haagse Hogeschool NAO nederlands- vlaamse accreditatieorganisatie Besluit Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding hbo-bachelor Bewegingstechnologie van De Haagse Hogeschool Datum: 1 oktober

Nadere informatie

ERKENNING NIEUWE OPLEIDING VLAANDEREN SJABLOON AANVRAAGDOSSIER AMBTSHALVE GEREGISTREERDE INSTELLINGEN MACRODOELMATIGHEIDSTOETS TOETS NIEUWE OPLEIDING

ERKENNING NIEUWE OPLEIDING VLAANDEREN SJABLOON AANVRAAGDOSSIER AMBTSHALVE GEREGISTREERDE INSTELLINGEN MACRODOELMATIGHEIDSTOETS TOETS NIEUWE OPLEIDING ERKENNING NIEUWE OPLEIDING VLAANDEREN SJABLOON AANVRAAGDOSSIER AMBTSHALVE GEREGISTREERDE INSTELLINGEN MACRODOELMATIGHEIDSTOETS TOETS NIEUWE OPLEIDING Opzet en structuur De sjabloon van het aanvraagdossier

Nadere informatie

POSTGRADUAAT Pediatrische revalidatie bij neurologische aandoeningen. Academiejaar 2013-2014 ABBV BOBATH

POSTGRADUAAT Pediatrische revalidatie bij neurologische aandoeningen. Academiejaar 2013-2014 ABBV BOBATH POSTGRADUAAT Pediatrische revalidatie bij neurologische aandoeningen Academiejaar 2013-2014 ABBV BOBATH Inschrijving en inschrijvingsgeld Het studiegeld bedraagt 123 euro per studiepunt plus een vast jaarlijks

Nadere informatie

VLAAMSE INTERUNIVERSITAIRE RAAD DE ONDERWIJSVISITATIE OOST-EUROPESE TALEN EN CULTUREN

VLAAMSE INTERUNIVERSITAIRE RAAD DE ONDERWIJSVISITATIE OOST-EUROPESE TALEN EN CULTUREN VLAAMSE INTERUNIVERSITAIRE RAAD DE ONDERWIJSVISITATIE OOST-EUROPESE TALEN EN CULTUREN Een onderzoek naar de kwaliteit van de opleidingen Oost-Europese Talen en Culturen aan de Vlaamse universiteiten Brussel,

Nadere informatie

Nieuw accreditatiestelsel: de opleidingsbeoordeling

Nieuw accreditatiestelsel: de opleidingsbeoordeling Wie zijn wij? Patrick van den Bosch Expert Kwaliteitszorg Patrick.vandenbosch@vluhr.be Nieuw accreditatiestelsel: de opleidingsbeoordeling Wouter Teerlinck Expert Kwaliteitszorg Wouter.teerlinck@vluhr.be

Nadere informatie

Steven De Backer, Kristine De Martelaer, Thea Derks en Eric Kerckhofs. Dag van de Onderwijsvernieuwing 08

Steven De Backer, Kristine De Martelaer, Thea Derks en Eric Kerckhofs. Dag van de Onderwijsvernieuwing 08 Opleidingscompetenties en hun implementatie in de opleidingen Lichamelijke Opvoeding en Bewegingswetenschappen en Revalidatiewetenschappen en Kinesitherapie Steven De Backer, Kristine De Martelaer, Thea

Nadere informatie

VASCULAIRE KINESITHERAPIE EN ONCOLOGIE

VASCULAIRE KINESITHERAPIE EN ONCOLOGIE SUMMERSCHOOL ACADEMISCH PROGRAMMA VASCULAIRE KINESITHERAPIE EN ONCOLOGIE POSTACADEMISCHE VORMINGSREEKS VOOR KINESITHERAPEUTEN multidisciplinaire aanpak interactief OPZet evidence based Practice INHOUD

Nadere informatie

VLAAMSE INTERUNIVERSITAIRE RAAD DE ONDERWIJSVISITATIE LICHAMELIJKE OPVOEDING

VLAAMSE INTERUNIVERSITAIRE RAAD DE ONDERWIJSVISITATIE LICHAMELIJKE OPVOEDING VLAAMSE INTERUNIVERSITAIRE RAAD DE ONDERWIJSVISITATIE LICHAMELIJKE OPVOEDING Een onderzoek naar de kwaliteit van de opleiding lichamelijke opvoeding aan de Vlaamse universiteiten Brussel, maart 1996 Voorwoord

Nadere informatie

Teamscan op accreditatiewaardigheid

Teamscan op accreditatiewaardigheid Teamscan op accreditatiewaardigheid De Teamscan accreditatiewaardigheid (in vervolg: scan) geeft inzicht in hoe het opleidingsteam ervoor staat met betrekking tot de opleidingsaccreditatie. De scan bestaat

Nadere informatie

HOOFDSTUK I. - Criteria voor de opleiding en erkenning van de geneesheren-specialisten in de fysische geneeskunde en revalidatie

HOOFDSTUK I. - Criteria voor de opleiding en erkenning van de geneesheren-specialisten in de fysische geneeskunde en revalidatie VAS, afdeling Antwerpen 1 20 OKTOBER 2004. - Ministerieel besluit tot vaststelling van de bijzondere criteria voor de erkenning van geneesheren-specialisten, stagemeesters en stagediensten voor de specialiteit

Nadere informatie

Een conceptueel kader voor de implementatie van praktijkgericht onderzoek in de opleiding van studenten farmaceutische wetenschappen aan de K.U.

Een conceptueel kader voor de implementatie van praktijkgericht onderzoek in de opleiding van studenten farmaceutische wetenschappen aan de K.U. NVFO 2009 Een conceptueel kader voor de implementatie van praktijkgericht onderzoek in de opleiding van studenten farmaceutische wetenschappen aan de K.U.Leuven V. Foulon, S. Simoens, G. Laekeman en P.

Nadere informatie

Commissie Hoger Onderwijs Vlaanderen

Commissie Hoger Onderwijs Vlaanderen Commissie Hoger Onderwijs Vlaanderen Oordeel bij de aanvraag tot inrichting van een anderstalige equivalente initiële bachelor- of masteropleiding (Codex Hoger Onderwijs dd. 20 december 2013, deel 2. Structuur

Nadere informatie

De onderwijsvisitatie Psychologie

De onderwijsvisitatie Psychologie Brussel, september 2004 De onderwijsvisitatie Psychologie Een evaluatie van de kwaliteit van de opleidingen Psychologie aan de Vlaamse universiteiten De onderwijsvisitatie Psychologie Een evaluatie van

Nadere informatie

VLAAMSE INTERUNIVERSITAIRE RAAD DE ONDERWIJSVISITATIE RECHTEN, NOTARIAAT EN KERKELIJK RECHT

VLAAMSE INTERUNIVERSITAIRE RAAD DE ONDERWIJSVISITATIE RECHTEN, NOTARIAAT EN KERKELIJK RECHT VLAAMSE INTERUNIVERSITAIRE RAAD DE ONDERWIJSVISITATIE RECHTEN, NOTARIAAT EN KERKELIJK RECHT Een onderzoek naar de kwaliteit van de opleidingen rechten, notariaat en kerkelijk recht aan de Vlaamse universiteiten

Nadere informatie

SAMENWERKINGSOVEREENKOMST

SAMENWERKINGSOVEREENKOMST SAMENWERKINGSOVEREENKOMST werving kandidaat-student-commissieleden Algemeen Het decreet van de Vlaamse Gemeenschap van 4 april 2003 betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen

Nadere informatie

PR V1. Beroepscompetentie- profiel RBCZ therapeuten

PR V1. Beroepscompetentie- profiel RBCZ therapeuten PR 180724 V1 Beroepscompetentie- profiel Afgeleid van de niveaubepaling NLQF, niveau 6 heeft RBCZ kerncompetenties benoemd voor de complementair/alternatief therapeut. Als uitgangspunt zijn de algemene

Nadere informatie

Besluit inzake het inrichten van de Doctoraatsopleiding Vrije Universiteit Brussel

Besluit inzake het inrichten van de Doctoraatsopleiding Vrije Universiteit Brussel Besluit inzake het inrichten van de Doctoraatsopleiding Vrije Universiteit Brussel Gelet op het decreet van 12 juni 1991 betreffende de universiteiten in de Vlaamse Gemeenschap, zoals gewijzigd, verder

Nadere informatie

Bachelorcompetenties Mastercompetenties Afstudeerrichtingspecifieke mastercompetenties

Bachelorcompetenties Mastercompetenties Afstudeerrichtingspecifieke mastercompetenties Bachelorcompetenties Mastercompetenties Afstudeerrichtingspecifieke mastercompetenties Competentiegebied 1: Competenties in de revalidatiewetenschappen en kinesitherapie en aanverwante wetenschappen B.1.1

Nadere informatie

De hervorming van het hoger onderwijs in Vlaanderen.

De hervorming van het hoger onderwijs in Vlaanderen. De hervorming van het hoger onderwijs in Vlaanderen. Associaties, bama-structuur en flexibilisering Frank Baert Jaarlijkse Algemene vergadering van het Wit-Gele Kruis van Vlaanderen 25 juni 2004 Europese

Nadere informatie

De onderwijsvisitatie Geologie en Mijnbouwkunde

De onderwijsvisitatie Geologie en Mijnbouwkunde De onderwijsvisitatie Geologie en Mijnbouwkunde Een evaluatie van de kwaliteit van de opleidingen Geologie en Mijnbouwkunde aan de Vlaamse universiteiten Brussel, december 2003 De onderwijsvisitatie Geologie

Nadere informatie

VISITATIEREGLEMENT Commissie Nationale Kwaliteitsvisitatie Intensive Care (NKIC)

VISITATIEREGLEMENT Commissie Nationale Kwaliteitsvisitatie Intensive Care (NKIC) VISITATIEREGLEMENT Commissie Nationale Kwaliteitsvisitatie Intensive Care (NKIC) A Inleiding Artikel 1 Onder visitatie van IC-afdelingen verstaat de Commissie Nationale Kwaliteitsvisitatie Intensive Care

Nadere informatie

VLAAMSE INTERUNIVERSITAIRE RAAD DE ONDERWIJSVISITATIE LATIJN EN GRIEKS

VLAAMSE INTERUNIVERSITAIRE RAAD DE ONDERWIJSVISITATIE LATIJN EN GRIEKS VLAAMSE INTERUNIVERSITAIRE RAAD DE ONDERWIJSVISITATIE LATIJN EN GRIEKS Een onderzoek naar de kwaliteit van de opleidingen Taal- en Letterkunde: Latijn en Grieks aan de Vlaamse universiteiten Brussel, juli

Nadere informatie

De onderwijsvisitatie Biomedische Wetenschappen

De onderwijsvisitatie Biomedische Wetenschappen De onderwijsvisitatie Biomedische Wetenschappen Een evaluatie van de kwaliteit van de opleidingen biomedische wetenschappen, moleculaire levenswetenschappen, biomedische beeldvorming en biomedical research

Nadere informatie

Commissie Hoger Onderwijs. Rapport in het kader van het kwaliteitstoezicht van de HBO5-opleidingen. VSPW Gent 37119

Commissie Hoger Onderwijs. Rapport in het kader van het kwaliteitstoezicht van de HBO5-opleidingen. VSPW Gent 37119 Commissie Hoger Onderwijs Rapport in het kader van het kwaliteitstoezicht van de HBO5-opleidingen VSPW Gent 37119 Rapport in het kader van het kwaliteitstoezicht van de hbo5-opleidingen door de Commissie

Nadere informatie

Nexus onderzoek - onderwijs: Kinesitherapie onderwijs in Vlaanderen

Nexus onderzoek - onderwijs: Kinesitherapie onderwijs in Vlaanderen Symposium Bologna Experten Leuven, 8 november 2012 Nexus onderzoek - onderwijs: Kinesitherapie onderwijs in Vlaanderen Peter Van Roy Vrije Universiteit Brussel Kinesitherapie in de tweede helft van de

Nadere informatie

Evaluatie stagemeester industriestage

Evaluatie stagemeester industriestage Evaluatie stagemeester industriestage 2016-2017 Naam stagemeester & stageplaats: Naam student: Datum: Beste stagemeester Rond deze tijd, na ongeveer 3 maand stage, willen wij graag de stagiair feedback

Nadere informatie

Kwaliteitsprofiel Verloskundige Echoscopist maart 2011

Kwaliteitsprofiel Verloskundige Echoscopist maart 2011 Kwaliteitsprofiel Verloskundige Echoscopist maart 2011 Inleiding Door het toenemende belang van echoscopisch onderzoek in de zwangerschap en de invoering van prenatale screening in Nederland, wordt het

Nadere informatie

Accreditatiekader bestaande opleidingen hoger onderwijs [hbo-bachelor]: uitwerking voor Associate degree-programma s tijdens de pilotfase

Accreditatiekader bestaande opleidingen hoger onderwijs [hbo-bachelor]: uitwerking voor Associate degree-programma s tijdens de pilotfase Accreditatiekader bestaande opleidingen hoger onderwijs [hbo-bachelor]: uitwerking voor Associate degree-programma s tijdens de pilotfase 11 februari 2008 Inhoud 1 Inleiding 3 2 Accreditatiekader, toegespitst

Nadere informatie

VLAAMSE INTERUNIVERSITAIRE RAAD DE ONDERWIJSVISITATIE POLITIEKE EN SOCIALE WETENSCHAPPEN - SOCIOLOGIE

VLAAMSE INTERUNIVERSITAIRE RAAD DE ONDERWIJSVISITATIE POLITIEKE EN SOCIALE WETENSCHAPPEN - SOCIOLOGIE VLAAMSE INTERUNIVERSITAIRE RAAD DE ONDERWIJSVISITATIE POLITIEKE EN SOCIALE WETENSCHAPPEN - SOCIOLOGIE Een onderzoek naar de kwaliteit van de opleidingen Politieke en Sociale Wetenschappen, Politieke Wetenschappen

Nadere informatie

De onderwijsvisitatie Kunstwetenschappen en Archeologie

De onderwijsvisitatie Kunstwetenschappen en Archeologie Ravensteingalerij 27 B 1000 Brussel T +32 (0)2 792 55 00 F +32 (0)2 211 41 99 www.vlir.be administratie@vlir.be De onderwijsvisitatie Kunstwetenschappen en Archeologie De onderwijsvisitatie Kunstwetenschappen

Nadere informatie

De onderwijsvisitatie Vergelijkende Cultuurwetenschappen

De onderwijsvisitatie Vergelijkende Cultuurwetenschappen De onderwijsvisitatie Vergelijkende Cultuurwetenschappen Een evaluatie van de kwaliteit van de opleiding Vergelijkende Cultuurwetenschappen aan de Universiteit Gent www.vlir.be [Brussel - juni 2006] De

Nadere informatie

Informatiebrochure. Verkorte opleiding: Professionele Bachelor in de Verpleegkunde (Brugopleiding)

Informatiebrochure. Verkorte opleiding: Professionele Bachelor in de Verpleegkunde (Brugopleiding) Informatiebrochure Verkorte opleiding: Professionele Bachelor in de Verpleegkunde (Brugopleiding) ACADEMIEJAAR 2012-2013 Inhoud Doel van de opleiding Situering van de opleiding Onderwijsvormen Onderwijsorganisatie

Nadere informatie

Concept Academisering Concrete vereisten Evolutie naar academisch: quid? Academisering. Anton Schuurmans. 8 oktober 2009

Concept Academisering Concrete vereisten Evolutie naar academisch: quid? Academisering. Anton Schuurmans. 8 oktober 2009 Concept 8 oktober 2009 Concept Wat vooraf ging... Invoering Bologna Concept Bolognaverklaring 19 juni 1999: verhoging mobiliteit binnen Europa bachelor-masterstructuur studiepunten (credits) uitwisseling

Nadere informatie

Toetsplan Masteropleiding Midden-Oosten Studies

Toetsplan Masteropleiding Midden-Oosten Studies Toetsplan Masteropleiding Studies 2017-2018 JAAR 1 semester 1 Blok 1 Blok 2 vaktitel vakcode week 1-7 colleges week 8/9/10 (her)toetsing week 11-17 colleges week 18/19/20 (her)toetsing Conflicten in het

Nadere informatie

De opleiding tot Restauratief Tandarts van de Nederlands Vlaamse Vereniging voor Restauratieve Tandheelkunde

De opleiding tot Restauratief Tandarts van de Nederlands Vlaamse Vereniging voor Restauratieve Tandheelkunde De opleiding tot Restauratief Tandarts van de Nederlands Vlaamse Vereniging voor Restauratieve Tandheelkunde 1. Inleiding Vanuit de tandheelkundige praktijk komt de vraag naar een gedifferentieerde tandarts

Nadere informatie

Besluit strekkende tot een positieve beoordeling van een aanvraag om accreditatie van de opleiding hbo-bachelor Chemie van de Hogeschool Drenthe

Besluit strekkende tot een positieve beoordeling van een aanvraag om accreditatie van de opleiding hbo-bachelor Chemie van de Hogeschool Drenthe College van Bestuur Hogeschool Drenthe Postbus 2080 7801 CB EMMEN Besluit Besluit strekkende tot een positieve beoordeling van een aanvraag om accreditatie van de opleiding hbo-bachelor Chemie van de Hogeschool

Nadere informatie

Schema voor de evaluatie van het onderwijsproces van een opleiding

Schema voor de evaluatie van het onderwijsproces van een opleiding Schema voor de evaluatie van het onderwijsproces van een opleiding 1. Curriculumontwikkeling Deelproces Product Verantwoordelijke Medewerkers Een curriculum ontwikkelen curriculum opleidingsteam studenten

Nadere informatie

Vlaams Parlement - Vragen en Antwoorden - Nr.2 - November 2008-147-

Vlaams Parlement - Vragen en Antwoorden - Nr.2 - November 2008-147- Vlaams Parlement Vragen en Antwoorden Nr.2 November 2008 47 VLAAMS PARLEMENT SCHRIFTELIJKE VRAGEN FRANK VANDENBROUCKE VICEMINISTERPRESIDENT VAN DE VLAAMSE REGERING, VLAAMS MINISTER VAN WERK, ONDERWIJS

Nadere informatie

VLAAMSE INTERUNIVERSITAIRE RAAD DE ONDERWIJSVISITATIE GERMAANSE TALEN

VLAAMSE INTERUNIVERSITAIRE RAAD DE ONDERWIJSVISITATIE GERMAANSE TALEN VLAAMSE INTERUNIVERSITAIRE RAAD DE ONDERWIJSVISITATIE GERMAANSE TALEN Een onderzoek naar de kwaliteit van de opleidingen Taal- en Letterkunde: Germaanse talen aan de Vlaamse universiteiten Brussel, april

Nadere informatie

Commissie Hoger Onderwijs Vlaanderen

Commissie Hoger Onderwijs Vlaanderen Commissie Hoger Onderwijs Vlaanderen Oordeel bij de aanvraag tot inrichting van een anderstalige equivalente initiële bachelor- of masteropleiding (Codex Hoger Onderwijs dd. 20 december 2013, deel 2. Structuur

Nadere informatie

Unaniem gunstig geadviseerd door de Faculteitsraad op 21 maart 2001 Goedgekeurd door het Bestuurscollege op 27 april 2001 Versie van 5 januari 2002

Unaniem gunstig geadviseerd door de Faculteitsraad op 21 maart 2001 Goedgekeurd door het Bestuurscollege op 27 april 2001 Versie van 5 januari 2002 UNIVERSITEIT GENT Faculteit Psychologie en Pedagogische Wetenschappen Procedure voor de evaluatie van het ZAP in de FPPW Unaniem gunstig geadviseerd door de Faculteitsraad op 21 maart 2001 Goedgekeurd

Nadere informatie

Indeling hoger onderwijs

Indeling hoger onderwijs achelor & master Sinds enkele jaren is de structuur van het hoger onderwijs in België afgestemd op die van andere Europese landen. Hierdoor kan je makkelijker switchen tussen hogescholen en universiteiten

Nadere informatie

Sjabloon aanvraag voor het aanbieden van een anderstalige initiële bachelor- en/of masteropleiding

Sjabloon aanvraag voor het aanbieden van een anderstalige initiële bachelor- en/of masteropleiding Sjabloon aanvraag voor het aanbieden van een anderstalige initiële bachelor- en/of masteropleiding Decretale context De aanvraag voor het aanbieden van een anderstalige initiële bachelor- of masteropleiding

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 September 2010

Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 September 2010 Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 September 2010 Opleidingsspecifiek deel Masteropleiding: Nederlandkunde/ Dutch Studies Deze Onderwijs- en examenregeling is opgesteld overeenkomstig artikel

Nadere informatie

ECTS-fiche. 1. Identificatie. Graduaat Maatschappelijk werk Module Geïntegreerde competentieverwerving 3. Lestijden 40

ECTS-fiche. 1. Identificatie. Graduaat Maatschappelijk werk Module Geïntegreerde competentieverwerving 3. Lestijden 40 ECTS-fiche 1. Identificatie Opleiding Graduaat Maatschappelijk werk Module Geïntegreerde competentieverwerving 3 Code Ad3 Lestijden 40 Studiepunten n.v.t. Ingeschatte totale 120 studiebelasting (in uren)

Nadere informatie

Commissie Hoger Onderwijs Vlaanderen

Commissie Hoger Onderwijs Vlaanderen Commissie Hoger Onderwijs Vlaanderen Oordeel bij de aanvraag tot inrichting van een anderstalige equivalente initiële bachelor- of masteropleiding (Codex Hoger Onderwijs dd. 20 december 2013, deel 2. Structuur

Nadere informatie

Formuleren van de onderwijsdoelen van de bacheloropleidingen aan de UA

Formuleren van de onderwijsdoelen van de bacheloropleidingen aan de UA Formuleren van de onderwijsdoelen van de bacheloropleidingen aan de UA Inleiding Tijdens de eerste studiedag van de BAMA-werkgroep op 10 oktober l.l. werd aan de BAMAcoördinatoren de opdracht gegeven om

Nadere informatie

TRAINING EN TOETSING BINNEN DE OPLEIDING. Professioneel Handelen

TRAINING EN TOETSING BINNEN DE OPLEIDING. Professioneel Handelen TRAINING EN TOETSING BINNEN DE OPLEIDING 1 LEERRESULTATEN EN COMPETENTIES Doelstellingen competenties Structuur en éénduidigheid Uniformiteit in formulering 2 LEERRESULTATEN EN COMPETENTIES Generieke competenties

Nadere informatie

Verantwoordelijke opleidingsonderdeel

Verantwoordelijke opleidingsonderdeel Specifieke lerarenopleiding ECTS-fiches ECTS-Fiche opleidingsonderdeel: VAKDIDACTISCHE STUDIE Code: 10377 Academiejaar: 2017-2018 Aantal studiepunten: 3 Studietijd: 75 a 90 uur Deliberatie: Mogelijk Vrijstelling:

Nadere informatie

In artikel 23 van dezelfde wet, worden de onderdelen b), c), d) en f) opgeheven.

In artikel 23 van dezelfde wet, worden de onderdelen b), c), d) en f) opgeheven. HOOFDSTUK 1 Geestelijke gezondheidszorg-beroepen Afdeling 1 Wijziging van de wet van 4 april 2014 tot regeling van de geestelijke gezondheidszorgberoepen en tot wijziging van het koninklijk besluit nr.78

Nadere informatie

Onderscheid door Kwaliteit

Onderscheid door Kwaliteit Onderscheid door Kwaliteit 2010 Algemeen Binnen de intensieve overeenkomst fysiotherapie 2010 verwachten wij van u 1, en de fysiotherapeuten vallend onder uw overeenkomst, een succesvol afgeronde toets

Nadere informatie

VLAAMSE INTERUNIVERSITAIRE RAAD DE ONDERWIJSVISITATIE NATUURKUNDE

VLAAMSE INTERUNIVERSITAIRE RAAD DE ONDERWIJSVISITATIE NATUURKUNDE VLAAMSE INTERUNIVERSITAIRE RAAD DE ONDERWIJSVISITATIE NATUURKUNDE Een onderzoek naar de kwaliteit van de opleidingen natuurkunde aan de Vlaamse universiteiten Brussel, maart 1999 Ten Geleide In dit rapport

Nadere informatie

ABBV BOBATH. Postgraduaatopleiding Pediatrische revalidatie bij neurologische aandoeningen

ABBV BOBATH. Postgraduaatopleiding Pediatrische revalidatie bij neurologische aandoeningen Postgraduaatopleiding Pediatrische revalidatie bij neurologische aandoeningen Welkom Prof.dr.C.Van den Broeck Jos De Cat Prof.dr.H.Feys Eveline Himpens Patrick Algoet Zoë Clasen Wendy Van Daele Inhoud

Nadere informatie

Visitatieprotocol. specifieke lerarenopleidingen november 2009

Visitatieprotocol. specifieke lerarenopleidingen november 2009 Visitatieprotocol specifieke lerarenopleidingen 9 10 12 november 2009 Programma 1. Wie zijn we? 2. Terminologie 3. De specifieke lerarenopleiding 4. Stelsel van kwaliteitszorg 5. Genese visitatieprotocol

Nadere informatie

Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding wo-bachelor

Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding wo-bachelor nvao w n e d e rla n d s- vlaam se a c c re d ita tie o rg a n is a tie ; fluit Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding wo-bachelor Aarde en Economie van de Vrije Universiteit

Nadere informatie

De onderwijsvisitatie Revalidatiewetenschappen en Kinesitherapie

De onderwijsvisitatie Revalidatiewetenschappen en Kinesitherapie De onderwijsvisitatie Revalidatiewetenschappen en Kinesitherapie Een evaluatie van de kwaliteit van de academische opleidingen Revalidatiewetenschappen en Kinesitherapie www.vluhr.be Brussel - december

Nadere informatie

Eindtermen vervolgopleiding intensive care verpleegkundige

Eindtermen vervolgopleiding intensive care verpleegkundige Eindtermen vervolgopleiding intensive care verpleegkundige De beschrijving van de eindtermen voor de vervolgopleiding tot intensive care verpleegkundige is ontleend aan het deskundigheidsgebied intensive

Nadere informatie

Tweejarige master REVAKI met afstudeerrichtingen. goedgekeurd door de Vlaamse regering in juni 2007

Tweejarige master REVAKI met afstudeerrichtingen. goedgekeurd door de Vlaamse regering in juni 2007 Tweejarige master REVAKI met afstudeerrichtingen goedgekeurd door de Vlaamse regering in juni 2007 Algemene context van de nieuwe master structuur 1 Overschakeling naar de bachelormasterstructuur: van

Nadere informatie

Opleidingsspecifieke deel OER, Opleiding / programma: BA Liberal Arts and Sciences

Opleidingsspecifieke deel OER, Opleiding / programma: BA Liberal Arts and Sciences Opleidingsspecifieke deel OER, 2017-2018 Opleiding / programma: Artikel Tekst 2.3 Colloquium doctum Het toelatingsonderzoek, bedoeld in art. 7.29 van de wet, heeft betrekking op de volgende vakken op het

Nadere informatie

Coach Profession Profile

Coach Profession Profile Arenberggebouw Arenbergstraat 5 1000 Brussel Tel: 02 209 47 21 Fax: 02 209 47 15 Coach Profession Profile AUTEUR PROF. DR. HELMUT DIGEL / PROF. DR. ANSGAR THIEL VERTALING PUT K. INSTITUUT Katholieke Universiteit

Nadere informatie

Landelijk Opleidingscompetentieprofiel. Master Physician Assistant

Landelijk Opleidingscompetentieprofiel. Master Physician Assistant Landelijk Opleidingscompetentieprofiel Master Physician Assistant Dit Landelijk Opleidingscompetentieprofiel van de Physician Assistant is tot stand gekomen door samenwerking tussen de 5 PA opleidingen

Nadere informatie

De Universiteit Antwerpen wenst een positief en geïntegreerd personeelsbeleid te voeren. Dit personeelsbeleid is gericht op de ontwikkeling en de

De Universiteit Antwerpen wenst een positief en geïntegreerd personeelsbeleid te voeren. Dit personeelsbeleid is gericht op de ontwikkeling en de De Universiteit Antwerpen wenst een positief en geïntegreerd personeelsbeleid te voeren. Dit personeelsbeleid is gericht op de ontwikkeling en de groei van alle medewerkers van de Universiteit Antwerpen,

Nadere informatie