VLAAMSE INTERUNIVERSITAIRE RAAD DE ONDERWIJSVISITATIE LOGOPEDIE EN AUDIOLOGIE

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "VLAAMSE INTERUNIVERSITAIRE RAAD DE ONDERWIJSVISITATIE LOGOPEDIE EN AUDIOLOGIE"

Transcriptie

1 VLAAMSE INTERUNIVERSITAIRE RAAD DE ONDERWIJSVISITATIE LOGOPEDIE EN AUDIOLOGIE Een onderzoek naar de kwaliteit van de opleidingen logopedie en audiologie aan de Vlaamse universiteiten Brussel, maart 1999

2 Voorwoord In dit rapport brengt de visitatiecommissie logopedie en audiologie verslag uit over haar bevindingen, conclusies en aanbevelingen naar aanleiding van het onderzoek dat zij in de periode april-mei 1998 heeft verricht naar de kwaliteit van de academische opleidingen in de logopedie en audiologie aan de Katholieke Universiteit Leuven en de Universiteit Gent. Dit initiatief kadert in de werkzaamheden van de universiteiten en van de Vlaamse Interuniversitaire Raad (VL.I.R.) met betrekking tot de kwaliteitszorg van het academisch onderwijs. Hoewel de visitatie afzonderlijk in Vlaanderen plaatsvond, moet ze tevens gesitueerd worden in de bestaande samenwerking tussen de VL.I.R. en haar Nederlandse tegenhanger, de Vereniging van Samenwerkende Nederlandse Universiteiten (VSNU). Dit komt onder meer tot uiting in de gehanteerde procedure. Het rapport is in de eerste plaats bedoeld voor de betrokken opleidingen en faculteiten, en is in het bijzonder gericht op kwaliteitshandhaving en -verbetering. Belangrijk hierbij is de opmerking van de commissie dat het in eerste instantie de bedoeling is dat haar rapport binnen elke faculteit aanleiding geeft tot discussie over op welke punten de betrokkenen zelf binnen de gegeven randvoorwaarden verbetering nodig en mogelijk achten. Daarnaast kan ook gehoopt worden dat het rapport voor de opleidingen aanleiding is om, waar mogelijk en zinvol, in onderling overleg te werken aan de verdere optimalisering van de positief beoordeelde kwaliteit. Naast het leveren van een bijdrage tot kwaliteitshandhaving en -verbetering, moet het rapport tevens de bredere samenleving inlichten over de verschillende aspecten van het academisch onderwijs in de logopedie en audiologie, en informatie verschaffen over de wijze waarop de betrokken opleidingen omgaan met de kwaliteit van het onderwijs. Aan deze opdracht wordt ruimschoots voldaan, niet alleen in de opleidingsrapporten, maar ook in het algemeen gedeelte van het rapport waarin de situatie aan de betrokken universiteiten op een aantal kwaliteitsaspecten wordt vergeleken. De lezer moet zich echter terdege realiseren dat de rapportering van de visitatiecommissie slechts één fase is in het proces van kwaliteitszorg en dat het voorliggende rapport slechts een momentopname biedt van het academisch onderwijs in de logopedie en audiologie. De commissie dankt in haar inleiding al diegenen die binnen de universiteiten bij de voorbereiding en uitvoering van deze visitatie waren betrokken. Ik sluit mij graag bij deze dank aan. Daarenboven is de VL.I.R. in het bijzonder veel dank verschuldigd aan de voorzitter en de leden van de visitatiecommissie voor de deskundigheid en de inzet waarmee zij hun opdracht hebben uitgevoerd. A. Oosterlinck Voorzitter VL.I.R. 03/ DE OPLEIDINGEN LOGOPEDIE EN AUDIOLOGIE IN VERGELIJKEND PERSPECTIEF

3 Inhoud Voorwoord 2 Deel 1: Algemeen deel 5 I. De onderwijsvisitatie logopedie en audiologie 7 1. Inleiding 7 2. De betrokken opleidingen 7 3. De visitatiecommissie Samenstelling Taakomschrijving Werkwijze 8 4. Korte terugblik op de visitatie 9 5. Opzet en indeling van het rapport 10 II. Het referentiekader Doelstellingen en eindtermen Globale doelstelling Eindtermen Het werkdomein en beroepsprofiel van de licentiaat logopedie en audiologie Opleidingsprofiel/onderwijskundig referentiekader Algemene onderwijskundige uitgangspunten Specifieke uitgangspunten Kwaliteitseisen m.b.t. de stage 16 III. De opleidingen logopedie en audiologie in vergelijkend perspectief Onderwijsfilosofie Doelstellingen en eindtermen Karakteristieken van het programma 20 DE OPLEIDINGEN LOGOPEDIE EN AUDIOLOGIE IN VERGELIJKEND PERSPECTIEF 3 03/1999

4 2. Het programma Opbouw van het programma Inhoud van het programma Gebruikte werkvormen Toetsing Vaardigheden van studenten Stage en eindverhandeling/scriptie Stage Eindverhandeling/scriptie De student en zijn/haar onderwijs Instroom en totaal aantal studenten Slaagcijfers en rendementen Gemiddelde studieduur Studeerbaarheid Studietijd Studievoorlichting en -begeleiding De faciliteiten De afgestudeerden De staf Internationalisering Interne kwaliteitszorg 27 Deel 2: Opleidingsrapporten Katholieke Universiteit Leuven Universiteit Gent 47 Bijlagen Bijlage 1: Personalia van de leden van de visitatiecommissie 63 Bijlage 2: Bezoekschema 65 03/ DE OPLEIDINGEN LOGOPEDIE EN AUDIOLOGIE IN VERGELIJKEND PERSPECTIEF

5 DEEL I ALGEMEEN DEEL DE OPLEIDINGEN LOGOPEDIE EN AUDIOLOGIE IN VERGELIJKEND PERSPECTIEF 5 03/1999

6 03/ DE OPLEIDINGEN LOGOPEDIE EN AUDIOLOGIE IN VERGELIJKEND PERSPECTIEF

7 I. De Onderwijsvisitatie Logopedie en Audiologie 1. Inleiding In dit rapport brengt de visitatiecommissie logopedie en audiologie verslag uit van haar bevindingen over de academische opleidingen in de logopedie en audiologie aan de Vlaamse universiteiten die zij in de periode april-mei 1998, in opdracht van de Vlaamse Interuniversitaire Raad (VL.I.R.), heeft gevisiteerd. De commissie heeft getracht om, ingevolge haar opdracht, zich een zo goed mogelijk beeld te vormen van de kwaliteit van de betrokken opleidingen en van de wijze waarop binnen het kader van deze opleidingen met kwaliteit wordt omgegaan. Over de opleidingen van beide door haar bezochte instellingen heeft de visitatiecommissie een deelrapport geschreven. In deze rapporten worden de conclusies en aanbevelingen per instelling weergegeven. Op basis van de deelrapporten heeft de visitatiecommissie het algemene rapport opgesteld, waarin de belangrijkste conclusies en aanbevelingen per thema en vergelijkenderwijs worden aangeboden. Hierdoor krijgen de opleidingen onder meer de mogelijkheid om zich te situeren ten opzichte van elkaar. 2. De betrokken opleidingen De visitatiecommissie heeft de opleidingen logopedie en audiologie bezocht aan de volgende universiteiten: van 23 t.e.m. 24 april 1998: Katholieke Universiteit Leuven van 4 t.e.m. 5 mei 1998: Universiteit Gent DE ONDERWIJSVISITATIE LOGOPEDIE EN AUDIOLOGIE 7 03/1999

8 3. De visitatiecommissie 3.1. Samenstelling De visitatiecommissie logopedie en audiologie werd ingesteld door de VL.I.R. bij besluit van 6 januari De commissie had de volgende samenstelling: Voorzitter: Prof. dr. P.H. Dejonckere, hoogleraar foniatrie en logopedie Universiteit Utrecht. Leden: Prof. dr. M. Spoelders, hoofddocent en voorzitter Vakgroep Pedagogiek Universiteit Gent. Prof. dr. P. Van de Heyning, hoofddocent neus-, keel- en oorheelkunde Universiteit Antwerpen, diensthoofd NKO en Communicatiestoornissen Universitair Ziekenhuis Antwerpen. Dr. J. Verschuure, hoofd Audiologisch Centrum Erasmus Medisch Centrum Rotterdam. Mevr. A. Van Linthoudt, stafmedewerker onderwijsbeleid verbonden aan het VL.I.R.-secretariaat, trad op als secretaris van de commissie. Voor een kort curriculum vitae van de leden van de visitatiecommissie wordt verwezen naar bijlage Taakomschrijving De taak van de visitatiecommissie, die in het instellingsbesluit is omschreven, was: a. op basis van de door de faculteiten aan te leveren informatie en door middel van ter plaatse te voeren gesprekken, zich een oordeel te vormen over de kwaliteit van de opleiding (inclusief de kwaliteit van de afgestudeerden) en over de kwaliteit van het onderwijsproces (inclusief de kwaliteit van de onderwijsorganisatie), mede gelet op de eisen/verwachtingen die voortvloeien uit de facultaire taak iedere student voor te bereiden op de zelfstandige beoefening van de wetenschap of de beroepsmatige toepassing van wetenschappelijke kennis; b. het doen van aanbevelingen om te komen tot kwaliteitsverbetering Werkwijze De visitatiecommissie hield haar installatievergadering op 3 maart Tijdens deze vergadering heeft de commissie een referentiekader geformuleerd (zie algemeen deel, hoofdstuk II.), waarin de minimumeisen werden vastgelegd waaraan een opleiding in de logopedie en audiologie naar haar opvatting zou moeten voldoen. Voorts werden er de zelfstudies besproken en het programma van de bezoeken opgesteld. De bezoeken zijn aan beide universiteiten volgens een analoog stramien verlopen 1. 1 Het bezoekschema van de visitatiecommissie is toegevoegd als bijlage 2. 03/ DE ONDERWIJSVISITATIE LOGOPEDIE EN AUDIOLOGIE

9 Tijdens de eerste dag van het bezoek vond een voorbereidende vergadering van de visitatiecommissie plaats, gevolgd door gesprekken met het faculteitsbestuur en de opstellers van de zelfstudie, afzonderlijk met studenten en AP-leden uit de opleidings- of onderwijscommissie en de faculteitsraad, de kandidatuurstudenten, de licentiestudenten, de AAP-leden, de ZAP-leden eerste cyclus en tweede cyclus, de verantwoordelijken voor studieadvies en -begeleiding, de ombudspersoon, de verantwoordelijken voor internationalisering en de afgestudeerden. s Avonds volgde een kennismaking met vertegenwoordigers van de academische overheid, van de faculteit en met de opleidingsverantwoordelijken. De tweede dag van het bezoek werd de mogelijkheid voorzien tot het voeren van bijkomende gesprekken. Deze konden plaatsvinden op verzoek van de visitatiecommissie zelf of op verzoek van betrokken personen uit de bezochte universiteit. Verder werd een afsluitend gesprek gevoerd met het faculteitsbestuur en de opleidingsverantwoordelijken. Tevens heeft de commissie kennis genomen van bijkomende informatie die door de opleidingen werd ter beschikking gesteld, zoals scripties/eindverhandelingen, verslagen, schriftelijk studiemateriaal en handboeken, en heeft ze onderwijsruimten, computerfaciliteiten en bibliotheken bezocht. Elk bezoek werd na intern beraad van de commissie afgesloten met een mondelinge rapportering waarin de voorlopige bevindingen werden gepresenteerd aan de gevisiteerde opleiding. Als laatste stap in het visitatieproces heeft de commissie haar bevindingen, conclusies en aanbevelingen in voorliggend rapport vastgelegd. 4. Korte terugblik op de visitatie De commissie hoopt met dit rapport een constructieve bijdrage te hebben geleverd tot de kwaliteit van de opleidingen in de logopedie en audiologie in Vlaanderen. Met de in het rapport geformuleerde suggesties en aanbevelingen wil zij de dynamiek en de door de universiteiten reeds ingezette hervormingen positief ondersteunen. Zij is er zich van bewust dat haar opvattingen op een aantal punten afwijken van deze van de instellingen zelf en dat zij wellicht aanbevelingen heeft geformuleerd waar de opleidingen het niet mee eens zijn of die niet meteen zullen kunnen worden gerealiseerd. Volgens de commissie moet het in eerste instantie de bedoeling zijn dat dit rapport binnen elke faculteit aanleiding geeft tot discussie en dat wordt nagegaan op welke punten de faculteit zelf verbetering nodig acht, en in welke mate dit binnen de gegeven randvoorwaarden te verwezenlijken is. Hierbij is het belangrijk voor ogen te houden dat het voorliggende rapport slechts de weergave kan zijn van een momentopname en dat het op een aantal punten reeds voorbijgestreefd zal zijn op het moment van publicatie. Verder wenst de commissie op te merken dat zij, geruggesteund door wat zij heeft ervaren in beide opleidingen, gesterkt is in haar overtuiging dat in het Vlaamse paramedische landschap een universitaire logopedie- en audiologie-opleiding een absolute noodzaak is. De visitatiecommissie heeft haar opdracht met genoegen uitgevoerd. Zij wenst haar dank uit te spreken ten aanzien van al diegenen die binnen de universiteiten bij de voorbereiding en uitvoering van deze visitatie waren betrokken. De commissie heeft de gastvrijheid waarmee zij door de instellingen werd ontvangen ten zeerste op prijs gesteld. In het bijzonder heeft zij waardering voor de grote openheid waarmee de gesprekken werden gevoerd. DE ONDERWIJSVISITATIE LOGOPEDIE EN AUDIOLOGIE 9 03/1999

10 De commissie hoopt dat realisaties en werkwijzen van de ene universiteit de andere zullen inspireren en motiveren, en dat haar rapport binnen de universiteiten een bijdrage zal leveren tot de verdere optimalisering van het academisch onderwijs in de logopedie en audiologie. Tenslotte hoopt de visitatiecommissie dat voorliggend rapport in zijn geheel ook nuttige informatie verschaft aan de buitenwereld over de verschillende aspecten van het academisch onderwijs in de logopedie en audiologie in Vlaanderen en een goed inzicht geeft in de kwaliteit van de gevisiteerde opleidingen. 5. Opzet en indeling van het rapport Voorliggend rapport bestaat uit twee delen. In een eerste deel beschrijft de commissie in hoofdstuk II het referentiekader waarvan zij is uitgegaan bij de beoordeling van de gevisiteerde opleidingen. Tevens worden in dit deel in hoofdstuk III de belangrijkste bevindingen per thema en vergelijkenderwijs weergegeven. In het tweede deel van het rapport brengt de commissie verslag uit over de opleidingen die zij heeft gevisiteerd. 03/ DE ONDERWIJSVISITATIE LOGOPEDIE EN AUDIOLOGIE

11 II. Het Referentiekader Bij de beoordeling van het onderwijs gaat de visitatiecommissie uit van de doelstellingen en eindtermen die elke faculteit voor het eigen onderwijs heeft geformuleerd. Respect voor de eigenheid van een opleiding en voor de diversiteit binnen eenzelfde opleiding over de universiteiten heen veronderstelt immers dat in de eerste plaats wordt nagegaan of elke faculteit erin slaagt de eigen doelstellingen te realiseren. Dit belet echter niet dat wordt nagegaan of elke opleiding aan een aantal minimumeisen voldoet. Daarom heeft de visitatiecommissie de doelstellingen die iedere faculteit zichzelf stelt, ook getoetst tegen de achtergrond van de minimumeisen die de visitatiecommissie heeft geformuleerd ten aanzien van het gevisiteerde onderwijs. De visitatiecommissie heeft deze minimumeisen geëxpliciteerd in onderhavig referentiekader. Specifiek omschrijft het referentiekader de minimumeisen waaraan de opleiding naar mening van de visitatiecommissie moet voldoen, de minimumeisen die aan een afgestudeerde in het vakgebied mogen gesteld worden en de eisen die mogen gesteld worden met betrekking tot de aansluiting op de arbeidsmarkt. Hierbij vertrekt de commissie van de doelstellingen en eindtermen, het werkdomein en het beroepsprofiel van de licentiaat logopedie en audiologie, het opleidingsprofiel en onderwijskundig referentiekader, en een aantal kwaliteitseisen met betrekking tot de stage Globale doelstelling 1. Doelstellingen en eindtermen Er wordt beoogd om een licentiaat logopedie en audiologie op te leiden die de voor het beroep noodzakelijke kennis, inzichten, vaardigheden en attitudes heeft geïntegreerd en op een zelfstandige en kritische manier het beroep kan uitoefenen op het niveau van een beginnende beroepsuitoefenaar Eindtermen De afgestudeerde is in staat om, na verwijzing door een arts of onder medische supervisie, methodisch te handelen bij het adequaat logopedisch/audiologisch onderzoek van de patiënt met aandacht voor zowel de somatische, psychische als sociale factoren. HET REFERENTIEKADER 11 03/1999

12 De afgestudeerde is in staat om de bevindingen samen te vatten en te interpreteren zodat hij/ zij op basis van deze gegevens een eigen behandelplan kan conceptualiseren rekening houdend met de medische contra-indicaties. De afgestudeerde kan de gekozen therapeutische behandelingen op een adequate manier uitvoeren en aanpassen aan de actuele situatie van de patiënt. De afgestudeerde is in staat om op een kritische manier om te gaan met de gekozen middelen en methoden en weet deze op een creatieve manier in te bouwen binnen het revalidatieproces van de patiënt. De afgestudeerde kan op een goed georganiseerde en efficiënte manier functioneren, eventueel in een inter- en multidisciplinair werkverband. Hij/zij is in staat een gemotiveerd verslag uit te brengen ten aanzien van de behandelende arts in verband met de progressie, de verdere verwachtingen en voorstellen naar de toekomst toe. De afgestudeerde moet een volwaardig gesprekspartner zijn voor de arts en de andere teamleden. De afgestudeerde is in staat om een verantwoord relatiepatroon met de patiënt aan te gaan. De afgestudeerde kan op een didactisch verantwoorde wijze groepslessen en therapie in groep geven. De afgestudeerde heeft inzicht in de grenzen van het beroep en baseert zich hierbij vooral op de stand van zaken inzake wetenschappelijke onderbouw. De afgestudeerde heeft kennis van de voor het werkveld relevante aspecten op financieel, administratief en materieel gebied en van de activiteiten van sociaal-maatschappelijke organisaties. De afgestudeerde heeft een wetenschappelijke visie en kan bijgevolg een experimentele studie of een publicatie kritisch beoordelen. De afgestudeerde kan zelfstandig een kritische literatuurstudie doen en een bijdrage leveren tot het experimenteel onderzoek. De afgestudeerde heeft inzicht in de grenzen van de eigen capaciteiten en heeft de attitude om zichzelf na de opleiding verder te ontplooien en bij te scholen, en om een bijdrage te leveren aan de ontwikkeling van het beroep. 2. Het werkdomein en beroepsprofiel van de licentiaat logopedie en audiologie Het werkdomein van de licentiaat logopedie en audiologie bestaat uit niet-invasieve handelingen met als doel stem-, spraak-, taal-, gehoor- en orofaryngeale slikstoornissen, en de daarbij horende beperkingen en handicaps te voorkomen, te verhelpen of te verlichten in aansluiting op de WHOdefinities van primaire, secundaire en tertiaire preventie. Dit kan inhouden het screenen op mogelijke afwijkingen op deze gebieden en het geven van voorlichting ter voorkoming van pathologie, het geven van therapieën, hetzij curatief, hetzij gericht op functieherstel en/of orgaanherstel, hetzij gericht op het vergroten van de communicatiemogelijkheden bij stoornissen van stem, spraak, taal (zowel gesproken als gelezen en geschreven) en gehoor, hetzij op het vergroten van de mogelijkheden van de patiënt om in alle facetten van de samenleving te participeren. Ook de bestudering van niet-verbale functies (primaire mondfunctie) en de niet-verbale communicatie (de zogenaamde ondersteunende communicatie) behoren tot het werkdomein van de licentiaat logopedie en audiologie. 03/ HET REFERENTIEKADER

13 De licentiaat logopedie en audiologie kan zijn beroep uitoefenen: - als zorgverstrekker: in dienstverband of als zelfstandige in ziekenhuizen, poliklinieken, revalidatiecentra, centra voor anders validen, rust- en verzorgingstehuizen of in de hoortoestelverstrekking. Hij kan als zelfstandige of als loontrekkende in een private logopediepraktijk of in een groepspraktijk werken; - als instructor-begeleider: in bijzonder onderwijs, conservatoria of bedrijven; - in het onderwijs: voornamelijk hoger onderwijs in medische en paramedische disciplines, ook hoger pedagogisch onderwijs en kunstonderwijs; - als onderzoeker: zowel in universitaire als in industriële middens, bijvoorbeeld verbonden aan een opleiding logopedie en audiologie of NKO, of bij fabrikanten van apparatuur op het gebied van logopedie en audiologie of spraaktechnologie. Om in deze vier domeinen te kunnen functioneren, kan van de licentiaat logopedie en audiologie worden verwacht dat hij een universitair gevormde zorgverstrekker is, die: (1) na verwijzing en medische diagnose door een arts, in staat is om een aanvullend functioneel logopedisch onderzoek te verrichten op het gebied van stem-, spraak-, taal- en orofaryngeale slikafwijkingen met inbegrip van stoornissen van de primaire mondfunctie, en na interpretatie van de ingewonnen informatie een individuele logopedische behandeling te conceptualiseren, deze behandeling uit te voeren -mogelijk in multidisciplinair verband-, en de uitvoering ervan aan te passen aan de actuele situatie van de patiënt. Hij is in staat de verantwoordelijkheid van de logopedische behandeling op zich te nemen, en op de gepaste wijze verslag uit te brengen bij de verwijzende arts. Hij is in staat om zijn behandeling te richten zowel op het gebied van de stoornis als op dat van de beperking en de handicap. Daarbij wordt onder andere ook gedacht aan het gebruik van communicatiehulpmiddelen. (2) na medische verwijzing of onder medische supervisie, in staat is om zelfstandig een audiologisch onderzoek of een audiologische screening te verrichten bij allerlei categorieën van patiënten, zowel met behulp van conventionele als (niet invasieve) electrofysiologische technieken, en om hier verslag van te leggen en te geven. Hij is in staat om, mogelijk in multidisciplinair verband, rehabilitatieve behandelingen uit te voeren, waarbij technieken als aanpassing van hoortoestellen, gebruik van communicatiehulpmiddelen, spraakafzien, gebarentaal, etc aan bod komen. Daarbij moet hij op onderzoek gebaseerd advies kunnen verstrekken inzake ecologische en ergonomische aspecten van de akoestiek. (3) in het kader van het bijzonder onderwijs of van instituten voor gehandicapten, in staat is om de adequate ondersteuning op het gebied van stem, spraak, taal en gehoor te bieden aan bepaalde categorieën kinderen of volwassenen. Naast de therapeutische zorg, dient de licentiaat logopedie en audiologie ook in staat te zijn om bepaalde preventieve activiteiten te verrichten, bijvoorbeeld bij professionele stemgebruikers en rond lawaaiproblematiek. Tenslotte wordt verwacht dat een licentiaat logopedie en audiologie in staat is om wetenschappelijk onderzoek te verrichten binnen de genoemde vakgebieden, met name om de logopedische en audiologische handelingen en werkwijzen efficiënter en doelgerichter te maken. Een aantal tewerkstellingen met gespecialiseerd karakter of bijzondere toepassingsdomeinen vergen aanvullende studies. Steunend op een brede algemene vorming heeft de licentiaat logopedie en audiologie de vereiste attitudes ontwikkeld om met de patiënt om te gaan. Hij kent de indicaties en contra-indicaties voor het uitoefenen van zijn praktijk. Hij heeft inzicht in de grenzen van het beroep en van de eigen HET REFERENTIEKADER 13 03/1999

14 capaciteiten. De deontologie gebiedt hem de patiënt terug naar de arts te verwijzen, indien hij van mening is met een contra-indicatie te worden geconfronteerd, of in twijfelgevallen experten te consulteren. Hij kan op een goed georganiseerde en efficiënte manier functioneren, en is in staat zijn taak in inter- of multidisciplinair dienstverband uit te voeren. De licentiaat logopedie en audiologie heeft kennis van de voor het werkveld relevante aspecten op financieel, administratief en materieel gebied en van de activiteiten van sociaal-maatschappelijke organisaties. De licentiaat logopedie en audiologie dient maximaal gebruik te maken van wetenschappelijk onderbouwde methoden en vaardigheden, die hij optimaal en deskundig hoort te beheersen. Daartoe zijn een brede basisvorming, een volwaardig uitgebouwd en geactualiseerd theorie- en praktijkonderricht en de bekendheid met, en zo mogelijk ook de concrete betrokkenheid bij wetenschappelijk onderzoek, fundamentele voorwaarden. Een kritische ingesteldheid, het systematisch kunnen verzamelen en aanpassen van gegevens, een gefundeerde interpretatie van wetenschappelijke literatuur, een getrainde handvaardigheid en beroepsroutine, alsook voldoende pedagogisch en didactisch kennen en kunnen, bepalen in grote mate de wijze waarop de licentiaat logopedie en audiologie omgaat met de aangeleerde methoden en vaardigheden. De licentiaat logopedie en audiologie toont een permanent streven om de patiënt met de meest verantwoorde logopedische en audiologische methoden en vaardigheden te evalueren en te behandelen. Dit streven wordt onder meer ingevuld door het opvolgen van de wetenschappelijke vakliteratuur en door de regelmatige deelname aan wetenschappelijke congressen. Deze doelstelling kan - in functie van het tewerkstellingsdomein - in belangrijke mate worden geconcretiseerd via aanvullend of gespecialiseerd academisch onderwijs, of via de doctoraatsopleiding logopedie en audiologie. Met deze kennis, attitudes en vaardigheden dient de licentiaat logopedie en audiologie een wezenlijke bijdrage te leveren tot een harmonieuze ontwikkeling van het beroep binnen een op kwaliteit gerichte gezondheidszorg, waarop de patiënt in onze hedendaagse maatschappij recht heeft. 3. Opleidingsprofiel/onderwijskundig referentiekader 3.1. Algemene onderwijskundige uitgangspunten a. De opleidingen stellen zich garant voor de wetenschappelijke, maatschappelijke en beroepsvoorbereidende relevantie, de effectiviteit en efficiëntie van de opleidingsprogramma s. De opleidingsonderdelen die in de programma s geroosterd worden, moeten een legitieme, aantoonbare en samenhangende bijdrage leveren tot de realisering van de doelstellingen en minimumeisen. Daarbij vormt het curriculum van de eerste cyclus het fundament dat algemenere basiskennis, -vaardigheden en -attitudes toelevert, waarna, in de tweede cyclus, structureel en inhoudelijk kansen gecreëerd worden voor differentiatie en specialisatie in opties. b. Studenten dienen verantwoordelijkheid te nemen voor hun studiekeuze, leerparcours en - proces, effectiviteit en voortgang van hun studie. c. De opleidingen scheppen door een inhoudelijk, personeel en logistiek kwalitatief hoogstaand aanbod de voorwaarden waaronder die verantwoordelijkheid zinvol kan opgenomen worden. Een dergelijk aanbod beantwoordt niet alleen aan de eisen qua doelstellingen, instructie-, leeren vormingsprocessen en evaluatie die aan een universitair, academisch opleidingsprogramma in het algemeen kunnen gesteld worden, maar tevens aan de specifieke eisen qua onder meer 03/ HET REFERENTIEKADER

15 wetenschappelijkheid, actualiteit, professionaliteit die vanuit de vakgebieden (audiologie en logopedie) worden gesteld. De kwaliteit van dit aanbod moet geregeld worden geëvalueerd, bijvoorbeeld door middel van valide en betrouwbare bevraging van studenten en afgestudeerden. d. De doelstellingen dienen relevant te zijn. Dit betekent concreet dat ze een hoog wetenschappelijk actualiteitsgehalte bezitten, dat ze een symbiose van toepassen en genereren van kennis reflecteren, en dat ze beroepsvoorbereidende kwaliteit bezitten. Van meet af aan dient de onderliggende hiërarchisering en sequentiëring van de doelstellingen, zowel voor die van de hele opleiding als voor die van de opleidingsonderdelen afzonderlijk, aan de student bekend te worden gemaakt. e. Wat de instructie-, vormings- en leerprocessen betreft, zijn overwegend drie aspecten belangrijk. - De inhoudelijke invulling genereert eisen naar de kwaliteit van het beschikbare studiemateriaal en de bredere documentaire ondersteuning van de processen. De kennis waarin ingeleid wordt, dient zo gestructureerd, gematerialiseerd en gedocumenteerd te zijn dat efficiënt en effectief leren met het oog op de realisering van de doelstellingen metterdaad kan plaats vinden. - Er kunnen eisen gesteld worden in verband met de sequentiëring en de wijze waarop de kennis gepresenteerd wordt (de gebruikte werkvormen, de ondersteuning ervan met gepaste communicatie- en informatietechnologieën, de beschikbare materiële infrastructuur, enzovoort). Het leerproces dient met name ondersteund te worden door een moderne didactische uitrusting en door goed aansluitend studie- en instructiemateriaal, dat in voldoende mate voor de studenten beschikbaar is. Een gevarieerd gebruik van aangepaste didactische werkvormen en een efficiënte begeleiding ervan met relevante technologieën zijn van belang. De gehanteerde werkvormen dienen gericht te zijn op het zelfstandig, kritisch-reflexief verwerken van de leerstof. Ze dienen te appelleren aan het probleemoplossend en creatief vermogen van de student. Belangrijk hierbij is dat voldoende aandacht wordt besteed aan de didactische vaardigheden van de docenten. - In hoofde van de studenten dient te worden gekeken naar hun draagkracht, hun studievreugde en -belasting, hun mogelijkheden voor efficiënt gebruik van de studietijd enzovoort. Bovendien is het van belang na te gaan of er in de mate van het mogelijke rekening wordt gehouden met individuele verschillen, onder meer in studiestijl en -tempo. Dit laatste kan, bijvoorbeeld, blijken uit differentiatievoorziening in leerparcours binnen het programma, uit de dosering contactonderwijs vs. zelfstudie enzovoort. f. De belangrijkste eis ten aanzien van de evaluatie van het kennen en kunnen van de studenten is dat de vorm en inhoud ervan recht moeten doen aan de vooropgestelde doelstellingen en de wijze waarop deze vertaald worden in de instructie-, leer- en vormingsprocessen. Zo kan er bijvoorbeeld speciaal op gelet worden of er niet enkel via reproductie van kennis geëvalueerd wordt, of open-boekexamens regel dan wel uitzondering zijn, enzovoort. Eisen en vormen dienen, hoe dan ook, vooraf aan de studenten duidelijk bekend te worden gemaakt. Voorts dient ook aandacht besteed aan aspecten als billijkheid van de evaluatie, de betrouwbaarheid ervan en de kwaliteit van de geleverde feedback. g. De opleidingen dienen te voorzien in een systeem van studievoorlichting en -begeleiding dat gericht is op het verschaffen van de benodigde informatie en het voorkomen en tijdig signaleren van studie- (inclusief examen)problemen, alsmede op het formuleren en uitwerken van oplossingen. HET REFERENTIEKADER 15 03/1999

16 3.2. Specifieke uitgangspunten Het realiseren van bovenvermeld beroepsprofiel veronderstelt een brede basisvorming, een volwaardig uitgebouwd en geactualiseerd theorie- en praktijkonderricht in de logopedie en de audiologie en de bekendheid met, en zo mogelijk ook de concrete betrokkenheid bij wetenschappelijk onderzoek. Deze vereisten impliceren niet alleen minimaal een vierjarige opleiding teneinde de student volwaardig voor te bereiden op zijn taak in een breed werkdomein, maar ook een op wetenschappelijk onderzoek gestoelde opleiding teneinde de continue evolutie in de medische wetenschappen in het algemeen en inzake de logopedie en de audiologie in het bijzonder op de voet te kunnen volgen, en om actief deel te kunnen nemen aan de evaluatie van de ontwikkelingen binnen het beroep. Daarenboven wordt continue bijscholing en voortgezette vorming noodzakelijk geacht. Qua bestaffing veronderstelt deze opleiding academici van hoog niveau voor de basiswetenschappelijke opleidingsonderdelen, doch ook voor het theorieonderricht in de logopedie en de audiologie. Opdat bekendheid met en betrokkenheid bij het wetenschappelijk onderzoek kan gerealiseerd worden, wordt van de staf een wetenschappelijk curriculum en een actieve deelname in het wetenschappelijk onderzoek verondersteld. Deze sterke band met het wetenschappelijk onderzoek wordt nog uitdrukkelijker vooropgesteld in de voortgezette vorming. Voor wat betreft het praktijkonderwijs en de stagebegeleiding is er een noodzaak aan specialisten met praktijkervaring die bovendien hun onderwijsopdracht blijvend combineren met een praktijkopdracht en/of wetenschappelijk onderzoek. Elke universiteit, in casu elke opleiding, behoort permanent toe te zien op de kwaliteit van haar onderwijs (en haar onderzoek). Dit moet blijken uit de manier waarop de bij de kwaliteitszorg betrokken commissies functioneren en uit de mate waarin de kwaliteitscyclus vorm heeft gekregen. Hierbij wordt onder meer aandacht besteed aan de rol die de studenten toebedeeld krijgen. In verband met de kwaliteitscyclus wordt verwacht dat er niet enkel een gedegen systeem voor de evaluatie van het onderwijs is, maar dat dit tevens geïncorporeerd is, dit wil zeggen dat er mechanismen zijn voor de opvolging van evaluatieresultaten en dit zowel op het niveau van een opleidingsonderdeel als van het programma. 4. Kwaliteitseisen m.b.t. de stage De stage is een leerperiode tijdens de opleiding licentiaat logopedie en audiologie en voltrekt zich in de praktijk van de beroepsuitoefening. Leerdoelen zijn: het zelfstandig kunnen afnemen van de anamnese en uitvoeren van het logopedisch/audiologisch onderzoek volgens de richtlijnen van het methodisch handelen met name bij patiënten met stem, spraak-, taal- en orofaryngeale slikafwijkingen, stoornissen van de primaire mondfunctie en gehoorstoornissen, evenals orofaciale myo-functionele afwijkingen; het zelfstandig opstellen van een (be)handelingsplan; het adequaat uitvoeren van de logopedische/audiologische verrichtingen; het evalueren van het behandelplan; het rapporteren aan de verwijzer van de primaire gegevens van de patiënt, het beloop van de behandelperiode en de behandelresultaten; 03/ HET REFERENTIEKADER

17 het inzicht verwerven in de plaats van de licentiaat logopedie en audiologie binnen de gezondheidszorg; het ontwikkelen van een beroepsattitude ten opzichte van de patiënt, de verwijzer en collegae; het inzicht verwerven in het functioneren (inclusief management) van een zelfstandige logopedische/audioprothetische praktijk; het samenwerken in een multidisciplinaire setting; het inzicht verwerven in het functioneren van een licentiaat logopedie en audiologie binnen een multidisciplinaire setting; het inzicht verwerven in het functioneren van een licentiaat logopedie en audiologie in een categoraal, algemeen en academisch ziekenhuis. De leerdoelen worden stapsgewijs nagestreefd via: kijkstage; doestage onder directe begeleiding; doestage onder indirecte begeleiding; zelfstandige stage. De stagetijd dient evenredig te worden verdeeld over de verschillende plaatsen van de logopedische/ audiologische beroepsuitoefening. Iedere stageperiode dient te worden afgesloten met een stageverslag en met een patiëntenverslag. De beoordeling van de stage vindt plaats door de stagebegeleider die de opleiding rapporteert. Er behoort een stagecoördinator te zijn die een indeling van de stagiaires maakt, die jaarlijks contact houdt met de stageadressen en zo nodig de stageadressen bezoekt. HET REFERENTIEKADER 17 03/1999

18 03/ DE OPLEIDINGEN LOGOPEDIE EN AUDIOLOGIE IN VERGELIJKEND PERSPECTIEF

19 IV. De Opleidingen Logopedie en Audiologie in Vergelijkend Perspectief In dit hoofdstuk geeft de visitatiecommissie een overzicht van de situatie met betrekking tot een aantal kwaliteitsaspecten inzake onderwijs, onderwijsorganisatie en randvoorwaarden van de opleidingen logopedie en audiologie aan beide door haar gevisiteerde universiteiten. Per onderwerp geeft zij haar bevindingen weer en verwijst hierbij naar de toestand aan de bezochte faculteiten. Dit biedt de opleidingen niet alleen de mogelijkheid zich, althans voor deze punten, te positioneren ten opzichte van elkaar, maar kan tevens een stimulans zijn om van elkaar te leren. De commissie besteedt in dit hoofdstuk voornamelijk aandacht aan de elementen die haar het meest in het oog zijn gesprongen of die zij belangrijk acht, en aan vaststellingen die zij in beide faculteiten heeft gedaan. De lezer dient er zich derhalve van bewust te zijn dat het niet de bedoeling van de commissie is om de deelrapporten in dit hoofdstuk in detail te herhalen. In het algemeen heeft de commissie vastgesteld dat de Leuvense opleiding de vruchten kan plukken van een jarenlang opgebouwde ervaring, terwijl de Gentse opleiding in een aantal gevallen nog de nadelen ondervindt van het feit dat zij nog jong is. Niettemin heeft deze laatste opleiding op korte tijd zeer veel kunnen verwezenlijken, en zal ze volgens de commissie ongetwijfeld in de nabije toekomst verder in positieve zin evolueren. Deze vaststelling dient bij het lezen van dit vergelijkend deel in elk geval in overweging te worden genomen Doelstellingen en eindtermen 1. Onderwijsfilosofie In beide zelfstudies worden de doelstellingen van de opleidingen omschreven. Dit gebeurt voor de K.U.Leuven eerder vaag, en een formulering van de eindtermen ontbreekt in de Leuvense zelfstudie nagenoeg volledig. Voor de opleiding van de RUG zijn de doelstellingen en eindtermen duidelijker geformuleerd, doch ook hier blijven ze vrij algemeen. Verder heeft de commissie ook aan beide instellingen vastgesteld dat het vormen van universitair geschoolde zorgverstrekkers, en het verschil tussen deze afgestudeerden en hogeschoolgediplomeerden, weinig in de beschreven doelstellingen aan bod komen, terwijl het grootste gedeelte van de afgestudeerden net in de zorgverstrekking terechtkomt, en hier een duidelijke meerwaarde van het universitaire diploma demonstreert. DE OPLEIDINGEN LOGOPEDIE EN AUDIOLOGIE IN VERGELIJKEND PERSPECTIEF 19 03/1999

20 Ondanks het feit dat de doelstellingen dus niet geheel optimaal zijn geformuleerd, heeft de commissie aan beide instellingen vastgesteld dat de visie die binnen de opleidingen bestaat veel helderder is dan wat na de lezing van de zelfstudie kon worden verwacht. Het verdient aanbeveling deze visie verder uit te werken in de doelstellingen. De binnen de opleidingen levende doelstellingen worden aan beide instellingen op bevredigende wijze bereikt. Wel geldt voor beide opleidingen dat een uitbreiding van de middelen, onder meer op personeel vlak, noodzakelijk is voor de blijvende optimale realisatie van de doelstellingen. Belangrijk is ook dat de doelstellingen aan beide instellingen kunnen worden beschouwd als doelstellingen voor een universitaire opleiding. Tenslotte meent de commissie dat de niet optimaal geformuleerde doelstellingen in het algemeen voldoende tot goed zijn geoperationaliseerd in het programma, al is dit voor wat betreft de audiologie minder het geval dan voor de logopedie Karakteristieken van het programma De opleiding logopedie en audiologie van de K.U.Leuven biedt goede mogelijkheden om het probleemoplossend vermogen van de studenten te ontwikkelen, het onafhankelijk en kritisch denken aan te scherpen, het zelfstandig leren en werken te bevorderen en een attitude van permanent leren aan te kweken. Aan de RUG worden de kansen hiertoe nog niet steeds ten volle benut, al is de situatie voor wat het zelfstandig leren en werken betreft in de licenties aanzienlijk beter dan in de kandidaturen. Aan beide instellingen zou in dit opzicht nog verbetering mogelijk zijn door meer begeleide zelfstudie in te voeren, en de practica een eigen gezicht te geven Opbouw van het programma 2. Het programma De opleidingen logopedie en audiologie aan de Vlaamse universiteiten bestaan sinds de invoering van het Decreet betreffende de Universiteiten in de Vlaamse Gemeenschap uit twee cycli. De eerste cyclus omvat twee kandidaturen, de tweede cyclus twee licenties. De evenwichtigheid en de samenhang van de programma s strekken bij de commissie doorgaans tot tevredenheid, al zou aan beide instellingen in de eerste cyclus een betere afstemming van de algemene opleidingsonderdelen op de studenten logopedie en audiologie wenselijk zijn. Aan de K.U.Leuven wordt bewust geopteerd voor één gezamenlijke opleiding logopedie en audiologie. Binnen dit programma zijn er volgens de commissie in het algemeen voldoende zinvolle mogelijkheden aanwezig om eigen accenten te leggen door middel van de keuze voor optievakken. Wel zijn deze in hoofdzaak gericht op de patiëntenzorg, en komen onderwijs en wetenschappelijk onderzoek, eveneens als expliciete doelstellingen van de opleiding beklemtoond, minder aan bod. Aan de RUG wordt bewust geopteerd voor een opsplitsing van de tweede licentie in een richting audiologie en een richting logopedie, beide echter leidende tot eenzelfde algemeen diploma van licentiaat in de logopedie en audiologie. Deze formule is op adequate wijze concreet gemaakt door het aanbieden van specifieke en relevante opleidingsonderdelen binnen de twee opties. Wanneer hieraan in de toekomst eventueel de optie Stem- en spraaktechnologie zou worden toegevoegd, 03/ DE OPLEIDINGEN LOGOPEDIE EN AUDIOLOGIE IN VERGELIJKEND PERSPECTIEF

21 dient de opleiding er zich nadrukkelijk over te bezinnen of hiervoor hetzelfde concept, met name een optie in de tweede licentie, zal worden gehanteerd Inhoud van het programma De commissie is algemeen beschouwd tevreden over de kwaliteit van de opleidingen logopedie en audiologie aan de Vlaamse universiteiten, en heeft vastgesteld dat ze inhoudelijk actueel zijn. Aan de RUG lijkt het niveau van de algemene opleidingsonderdelen in de eerste cyclus te volstaan, en is dat van de specifieke opleidingsonderdelen goed. Aan de K.U.Leuven is het niveau van de opleidingsonderdelen in de eerste cyclus, zowel de algemene als de specifieke, goed tot uitstekend. Wel wordt aan beide instellingen, zoals reeds hoger vermeld, voor de algemene opleidingsonderdelen soms te weinig de band met de opleiding logopedie en audiologie gelegd, zodat de relevantie ervan voor de studenten niet steeds voldoende duidelijk is. Het niveau van de opleidingsonderdelen in de tweede cyclus, zowel de algemene als de specialisatieopleidingsonderdelen, strekt bij de commissie aan beide instellingen tot grote tevredenheid. De commissie doet in de respectieve deelrapporten enkele concrete aanbevelingen inzake de inhoud van de programma s. De terugkoppeling van het wetenschappelijk onderzoek naar het onderwijs is prima voor wat betreft de docenten van de eigen opleiding. Vooral aan de RUG heeft de commissie echter vastgesteld dat de docenten van de algemene opleidingsonderdelen vrij weinig onderzoek uitvoeren in het vakgebied van de logopedie of de audiologie. Positief aan de K.U.Leuven is het feit dat elk jaar een aantal studenten in het kader van hun eindverhandeling worden ingeschakeld in het lopend wetenschappelijk onderzoek. Wanneer in de toekomst het academisch personeel zou kunnen worden uitgebreid met afgestudeerden van de universitaire logopedie en audiologie-opleiding zal dit de terugkoppeling van het wetenschappelijk onderzoek naar het onderwijs enkel ten goede komen Gebruikte werkvormen Aan de K.U.Leuven wordt een voldoende gevarieerd gebruik gemaakt van onderwijsvormen en - middelen, al ligt het aantal hoorcolleges in verhouding tot het aantal practica nog aan de hoge kant. Aan de RUG zijn practica zo goed als onbestaande. Aan beide instellingen ontbreken echter de personele en logistieke middelen om op een gestructureerde wijze meer practica in te richten, al worden aan de K.U.Leuven binnen de hoorcolleges wel initiatieven genomen in de richting van meer zelfstudie, zij het dat hierover nog te weinig overleg plaatsvindt. De gehanteerde onderwijsvormen en -middelen worden goed gebruikt en zijn, gegeven de onderwijsdoelstellingen, voldoende adequaat. Wel meent de commissie dat aan de K.U.Leuven de practica niet zouden mogen gericht zijn op het bijbrengen van nieuwe leerstof, doch eerder op het inoefenen van vaardigheden. Verder heeft de commissie er vastgesteld dat de scheiding tussen klinisch materiaal en didactische apparatuur niet steeds duidelijk te trekken valt. Tot op heden heeft dit geen onoverkomelijke problemen opgeleverd, doch mede door de toename van het aantal studenten dient in deze situatie meer duidelijkheid te worden gecreëerd. Aan de RUG acht de commissie een betere integratie van de bestaande didactische middelen, die ze overigens van uitstekende kwaliteit vindt, in het onderwijs wenselijk, hetgeen het gebruik van deze middelen door de studenten zou kunnen aanmoedigen. DE OPLEIDINGEN LOGOPEDIE EN AUDIOLOGIE IN VERGELIJKEND PERSPECTIEF 21 03/1999

22 2.4. Toetsing De commissie heeft bij beide bezoeken inzage genomen in een steekproef van de haar ter beschikking gestelde examenvragen. Op basis hiervan heeft zij de indruk dat de moeilijkheidsgraad van de examens aan beide instellingen goed is. Ze zijn doorgaans voldoende gericht op het toetsen op inzicht, al zou in dit opzicht kunnen worden overwogen meer open-boekexamens in te richten. Aan de RUG heeft de commissie zich voor een aantal opleidingsonderdelen de vraag gesteld of de examens wel voldoende representatief zijn voor de gehele leerstof. De examenvormen zijn volgens de commissie in overeenstemming met de inhoud en de doelstellingen van de opleidingsonderdelen, en de wijze van beoordeling lijkt aan beide instellingen goed. Tenslotte meent de commissie dat de organisatie van de examens over het algemeen goed verloopt. Wel meent ze dat zou moeten worden overwogen meer tussentijdse examens in te richten om het mogelijk te maken de voortgang van de studenten beter te bewaken. Voor de opleiding van de RUG merkt de commissie op dat voor alle mondelinge examens een schriftelijke voorbereidingstijd zou moeten worden voorzien, wat nu niet voor alle opleidingsonderdelen het geval is Vaardigheden van studenten De commissie is van mening dat weinig systematische aandacht wordt besteed aan het bijbrengen van schriftelijke uitdrukkingsvaardigheid in de moedertaal. Nochtans is schriftelijke taalvaardigheid, met inbegrip van syntaxis en lexicon, voor deze opleiding bijzonder relevant. Een suggestie van de commissie bestaat erin hieraan aandacht te besteden in een aantal oefensessies bij de opleidingsonderdelen Nederlandse Taalkunde (K.U.Leuven) en Inleiding tot de Algemene Taalkunde (RUG). De aandacht besteed aan mondelinge uitdrukkingsvaardigheid lijkt de commissie aan beide instellingen goed te zijn. Dit gebeurt vooral in het practicum eigen stem en spraak. Wel heeft de commissie moeten constateren dat, wegens het klein aantal uren dat hiervoor kan worden uitgetrokken, het grootste deel van de studenten zich genoodzaakt ziet zelf logopedische therapie te gaan volgen. Een mogelijke suggestie zou erin kunnen bestaan licentiestudenten onder begeleiding in te schakelen bij de eigen stem- en spraakvorming van kandidatuurstudenten evenals bij het bewustmaken en corrigeren van regionale taalvarianten. Enkel bij pathologie zou dan nog behandeling noodzakelijk zijn. Verder meent de commissie dat in het algemeen voldoende aandacht wordt besteed aan het bijbrengen van vaardigheden in vreemde talen. Dit gebeurt voornamelijk onrechtstreeks, via contacten met anderstalige literatuur. De aandacht voor het bijbrengen van computervaardigheden lijkt de commissie eveneens te volstaan. Aan de K.U.Leuven gebeurt dit via verschillende kanalen, met name in het kader van practica en stage. Aan de RUG, waar voldoende mogelijkheden voor het gebruik van computers aanwezig zijn, verdient het wellicht aanbeveling dit meer te stimuleren binnen het onderwijsprogramma. Momenteel komen de meeste studenten pas naar aanleiding van de scriptie in contact met computergestuurde opzoekingsmethoden. Verder meent de commissie dat in het algemeen voldoende aandacht wordt besteed aan het bijbrengen van sociale vaardigheden, hoofdzakelijk in de stage. In de programma s komt dit verder niet expliciet aan bod. De commissie acht het wenselijk hiervoor enkele sessies in het kader van een practicum uit te trekken. 03/ DE OPLEIDINGEN LOGOPEDIE EN AUDIOLOGIE IN VERGELIJKEND PERSPECTIEF

23 Tot slot heeft de commissie aan beide instellingen vastgesteld dat er in het programma geen gedefinieerde ruimte is voorzien voor het bijbrengen van specifiek logopedische en audiologische vaardigheden. Ook hiervoor wordt vooral op de stage gesteund. Dit aspect verdient volgens haar eveneens meer aandacht in het programma zelf Stage 3. Stage en eindverhandeling/scriptie Aan de K.U.Leuven dienen de studenten van de eerste licentie een observatiestage logopedie en een observatiestage audiologie te lopen, voor een totaal van 120 uren. In de tweede licentie lopen de studenten 480 uren stage, gespreid over één, twee of drie stageplaatsen, in binnen- of in buitenland. Aan de RUG dienen de studenten van de eerste licentie een observatiestage van 240 uren te lopen, in de tweede licentie een georiënteerde logopedische of audiologische behandelingsstage van 360 uren. Ook hier kunnen de stages in binnen- of in buitenland worden gelopen. De commissie is van mening dat de stages aan de K.U.Leuven algemeen genomen van goed niveau zijn. De opleiding heeft een uitgebreid en gevarieerd netwerk van stageplaatsen opgebouwd, ook internationaal, waarvan goed gebruik wordt gemaakt. Aan de RUG lijken de stages niet van geheel voldoende niveau te zijn. Ze lijken in het algemeen te sterk gericht op het trainen van praktische vaardigheden en minder op het leren kritisch denken over de globale en specifieke problematiek van de patiënt. Dit komt voor een stuk door het feit dat de directe stagebegeleiding hoofdzakelijk door hogeschoolgediplomeerden gebeurt. Aan beide instellingen heeft de commissie vastgesteld dat er geen mogelijkheid is voorzien om stage te lopen in functie van andere beroepsvelden dan de patiëntenzorg, zoals bijvoorbeeld wetenschappelijk onderzoek, opvoeding en onderwijs, en beleid. De begeleiding van de stage lijkt aan de K.U.Leuven in het algemeen goed te zijn. Een groot deel van de verantwoordelijkheid wordt hierbij overgelaten aan de externe stagementoren. In de praktijk lijken echter weinig expliciete afspraken over de verdeling van verantwoordelijkheden tussen externe en interne stagementoren effectief gerealiseerd te worden. Verder dient erover te worden gewaakt dat de studenten voldoende feedback krijgen over de casus- en stageverslagen die zij dienen te maken. Aan de RUG lijkt de begeleiding van de stage niet geheel te volstaan. De directe begeleiding gebeurt nagenoeg uitsluitend door hogeschoolgediplomeerden, en momenteel ontbreekt de nodige personeelsomkadering om dit te compenseren door een meer gestructureerde opvolging en begeleiding door het academisch personeel. In de toekomst zullen er wellicht meer universitair gediplomeerde stagementoren beschikbaar zijn, waardoor de situatie wat dit betreft aanzienlijk zal verbeteren. Betreffende de gehanteerde criteria en de wijze van beoordeling van de stage meent de commissie dat aan beide instellingen onvoldoende duidelijkheid wordt gecreëerd. Het lijkt wenselijk de beoordelingscriteria meer expliciet te maken Eindverhandeling/scriptie Op basis van de steekproef van eindverhandelingen die de commissie heeft bestudeerd, komt zij tot de vaststelling dat het niveau ervan aan de K.U.Leuven algemeen genomen goed tot uitstekend is. Positief is dat een deel van de eindverhandelingen eigen experimenteel onderzoek omvat. Dit laatste is ook aan de RUG voor praktisch alle scripties het geval, wat door de commissie ten zeerste wordt DE OPLEIDINGEN LOGOPEDIE EN AUDIOLOGIE IN VERGELIJKEND PERSPECTIEF 23 03/1999

VLAAMSE INTERUNIVERSITAIRE RAAD DE ONDERWIJSVISITATIE PEDAGOGISCHE WETENSCHAPPEN - SOCIALE EN CULTURELE AGOGIEK

VLAAMSE INTERUNIVERSITAIRE RAAD DE ONDERWIJSVISITATIE PEDAGOGISCHE WETENSCHAPPEN - SOCIALE EN CULTURELE AGOGIEK VLAAMSE INTERUNIVERSITAIRE RAAD DE ONDERWIJSVISITATIE PEDAGOGISCHE WETENSCHAPPEN - SOCIALE EN CULTURELE AGOGIEK Een onderzoek naar de kwaliteit van de opleidingen pedagogische wetenschappen en sociale

Nadere informatie

VLAAMSE INTERUNIVERSITAIRE RAAD DE ONDERWIJSVISITATIE MEDISCH-SOCIALE WETENSCHAPPEN GERONTOLOGIE

VLAAMSE INTERUNIVERSITAIRE RAAD DE ONDERWIJSVISITATIE MEDISCH-SOCIALE WETENSCHAPPEN GERONTOLOGIE VLAAMSE INTERUNIVERSITAIRE RAAD DE ONDERWIJSVISITATIE MEDISCH-SOCIALE WETENSCHAPPEN GERONTOLOGIE Een onderzoek naar de kwaliteit van de opleidingen Medisch-sociale wetenschappen en Gerontologie aan de

Nadere informatie

VLAAMSE INTERUNIVERSITAIRE RAAD DE ONDERWIJSVISITATIE FAMILIALE EN SEKSUOLOGISCHE WETENSCHAPPEN

VLAAMSE INTERUNIVERSITAIRE RAAD DE ONDERWIJSVISITATIE FAMILIALE EN SEKSUOLOGISCHE WETENSCHAPPEN VLAAMSE INTERUNIVERSITAIRE RAAD DE ONDERWIJSVISITATIE FAMILIALE EN SEKSUOLOGISCHE WETENSCHAPPEN Een onderzoek naar de kwaliteit van de opleiding familiale en seksuologische wetenschappen aan de Katholieke

Nadere informatie

VLAAMSE INTERUNIVERSITAIRE RAAD DE ONDERWIJSVISITATIE ROMAANSE TALEN

VLAAMSE INTERUNIVERSITAIRE RAAD DE ONDERWIJSVISITATIE ROMAANSE TALEN VLAAMSE INTERUNIVERSITAIRE RAAD DE ONDERWIJSVISITATIE ROMAANSE TALEN Een onderzoek naar de kwaliteit van de opleidingen Romaanse talen aan de Vlaamse universiteiten Brussel, november 2000 Voorwoord In

Nadere informatie

VLAAMSE INTERUNIVERSITAIRE RAAD DE ONDERWIJSVISITATIE RECHTEN, NOTARIAAT EN KERKELIJK RECHT

VLAAMSE INTERUNIVERSITAIRE RAAD DE ONDERWIJSVISITATIE RECHTEN, NOTARIAAT EN KERKELIJK RECHT VLAAMSE INTERUNIVERSITAIRE RAAD DE ONDERWIJSVISITATIE RECHTEN, NOTARIAAT EN KERKELIJK RECHT Een onderzoek naar de kwaliteit van de opleidingen rechten, notariaat en kerkelijk recht aan de Vlaamse universiteiten

Nadere informatie

VLAAMSE INTERUNIVERSITAIRE RAAD DE ONDERWIJSVISITATIE ECONOMISCHE WETENSCHAPPEN

VLAAMSE INTERUNIVERSITAIRE RAAD DE ONDERWIJSVISITATIE ECONOMISCHE WETENSCHAPPEN VLAAMSE INTERUNIVERSITAIRE RAAD DE ONDERWIJSVISITATIE ECONOMISCHE WETENSCHAPPEN Een onderzoek naar de kwaliteit van de opleidingen economische wetenschappen aan de Vlaamse universiteiten Brussel, december

Nadere informatie

VLAAMSE INTERUNIVERSITAIRE RAAD DE ONDERWIJSVISITATIE OOSTERSE STUDIES

VLAAMSE INTERUNIVERSITAIRE RAAD DE ONDERWIJSVISITATIE OOSTERSE STUDIES VLAAMSE INTERUNIVERSITAIRE RAAD DE ONDERWIJSVISITATIE OOSTERSE STUDIES Een onderzoek naar de kwaliteit van de opleidingen in de Oosterse studies aan de Vlaamse universiteiten Brussel, september 1998 Voorwoord

Nadere informatie

Het domeinspecifieke referentiekader professioneel gerichte bacheloropleiding Biomedische laboratoriumtechnologie

Het domeinspecifieke referentiekader professioneel gerichte bacheloropleiding Biomedische laboratoriumtechnologie Uittreksel uit het visitatierapport biomedische laboratoriumtechnologie voedings- en dieetkunde, 15 december 2008 Het domeinspecifieke referentiekader professioneel gerichte bacheloropleiding Biomedische

Nadere informatie

TRAINING EN TOETSING BINNEN DE OPLEIDING. Professioneel Handelen

TRAINING EN TOETSING BINNEN DE OPLEIDING. Professioneel Handelen TRAINING EN TOETSING BINNEN DE OPLEIDING 1 LEERRESULTATEN EN COMPETENTIES Doelstellingen competenties Structuur en éénduidigheid Uniformiteit in formulering 2 LEERRESULTATEN EN COMPETENTIES Generieke competenties

Nadere informatie

VLAAMSE INTERUNIVERSITAIRE RAAD DE ONDERWIJSVISITATIE CRIMINOLOGISCHE WETENSCHAPPEN

VLAAMSE INTERUNIVERSITAIRE RAAD DE ONDERWIJSVISITATIE CRIMINOLOGISCHE WETENSCHAPPEN VLAAMSE INTERUNIVERSITAIRE RAAD DE ONDERWIJSVISITATIE CRIMINOLOGISCHE WETENSCHAPPEN Een onderzoek naar de kwaliteit van de opleidingen Criminologische Wetenschappen aan de Vlaamse universiteiten Brussel,

Nadere informatie

VLAAMSE INTERUNIVERSITAIRE RAAD DE ONDERWIJSVISITATIE OOST-EUROPESE TALEN EN CULTUREN

VLAAMSE INTERUNIVERSITAIRE RAAD DE ONDERWIJSVISITATIE OOST-EUROPESE TALEN EN CULTUREN VLAAMSE INTERUNIVERSITAIRE RAAD DE ONDERWIJSVISITATIE OOST-EUROPESE TALEN EN CULTUREN Een onderzoek naar de kwaliteit van de opleidingen Oost-Europese Talen en Culturen aan de Vlaamse universiteiten Brussel,

Nadere informatie

Programma van toetsing

Programma van toetsing Programma van toetsing Inleiding In samenwerking met onderwijskundige experts hebben we ons programma van toetsing ontworpen. Het programma van toetsing is gevarieerd en bevat naast kennistoetsen en beoordelingen

Nadere informatie

VLAAMSE INTERUNIVERSITAIRE RAAD DE ONDERWIJSVISITATIE GERMAANSE TALEN

VLAAMSE INTERUNIVERSITAIRE RAAD DE ONDERWIJSVISITATIE GERMAANSE TALEN VLAAMSE INTERUNIVERSITAIRE RAAD DE ONDERWIJSVISITATIE GERMAANSE TALEN Een onderzoek naar de kwaliteit van de opleidingen Taal- en Letterkunde: Germaanse talen aan de Vlaamse universiteiten Brussel, april

Nadere informatie

De onderwijsvisitatie Scheikunde-Biochemie. Een evaluatie van de kwaliteit van de opleidingen Scheikunde en Biochemie aan de Vlaamse universiteiten

De onderwijsvisitatie Scheikunde-Biochemie. Een evaluatie van de kwaliteit van de opleidingen Scheikunde en Biochemie aan de Vlaamse universiteiten De onderwijsvisitatie Scheikunde-Biochemie Een evaluatie van de kwaliteit van de opleidingen Scheikunde en Biochemie aan de Vlaamse universiteiten De onderwijsvisitatie Scheikunde-Biochemie Exemplaren

Nadere informatie

VLAAMSE INTERUNIVERSITAIRE RAAD DE ONDERWIJSVISITATIE LATIJN EN GRIEKS

VLAAMSE INTERUNIVERSITAIRE RAAD DE ONDERWIJSVISITATIE LATIJN EN GRIEKS VLAAMSE INTERUNIVERSITAIRE RAAD DE ONDERWIJSVISITATIE LATIJN EN GRIEKS Een onderzoek naar de kwaliteit van de opleidingen Taal- en Letterkunde: Latijn en Grieks aan de Vlaamse universiteiten Brussel, juli

Nadere informatie

Gedragscode Onderwijstaal Universiteit Antwerpen UITGANGSPUNTEN

Gedragscode Onderwijstaal Universiteit Antwerpen UITGANGSPUNTEN Gedragscode Onderwijstaal Universiteit Antwerpen (Raad van Bestuur, 23 april 2013, 27 mei 2014, 31 maart 2015, 12 april 2016, 28 maart 2017 en 27 maart 2018) UITGANGSPUNTEN De Universiteit Antwerpen wenst

Nadere informatie

De onderwijsvisitatie Revalidatiewetenschappen en Kinesitherapie

De onderwijsvisitatie Revalidatiewetenschappen en Kinesitherapie Brussel, november 2004 De onderwijsvisitatie Revalidatiewetenschappen en Kinesitherapie Een evaluatie van de kwaliteit van de opleidingen Revalidatiewetenschappen en Kinesitherapie aan de Vlaamse universiteiten

Nadere informatie

VLAAMSE INTERUNIVERSITAIRE RAAD DE ONDERWIJSVISITATIE LICHAMELIJKE OPVOEDING

VLAAMSE INTERUNIVERSITAIRE RAAD DE ONDERWIJSVISITATIE LICHAMELIJKE OPVOEDING VLAAMSE INTERUNIVERSITAIRE RAAD DE ONDERWIJSVISITATIE LICHAMELIJKE OPVOEDING Een onderzoek naar de kwaliteit van de opleiding lichamelijke opvoeding aan de Vlaamse universiteiten Brussel, maart 1996 Voorwoord

Nadere informatie

VLAAMSE INTERUNIVERSITAIRE RAAD DE ONDERWIJSVISITATIE NATUURKUNDE

VLAAMSE INTERUNIVERSITAIRE RAAD DE ONDERWIJSVISITATIE NATUURKUNDE VLAAMSE INTERUNIVERSITAIRE RAAD DE ONDERWIJSVISITATIE NATUURKUNDE Een onderzoek naar de kwaliteit van de opleidingen natuurkunde aan de Vlaamse universiteiten Brussel, maart 1999 Ten Geleide In dit rapport

Nadere informatie

Informatievergadering. Hervisitatie Specifieke lerarenopleiding

Informatievergadering. Hervisitatie Specifieke lerarenopleiding Informatievergadering Hervisitatie Specifieke lerarenopleiding Wie zijn we? Besluit Vlaamse Regering Visitatieprotocol Planning ZER en beoordelingskader Visitatieproces Visitatiecommissie 23/04/2014 2

Nadere informatie

Programma van toetsing

Programma van toetsing Programma van toetsing Programma van toetsing Versie 1.1 Con Amore B.V. Inleiding In samenwerking met onderwijskundige experts hebben we een nieuw programma van toetsing ontworpen. We zijn afgestapt van

Nadere informatie

Teamscan op accreditatiewaardigheid

Teamscan op accreditatiewaardigheid Teamscan op accreditatiewaardigheid De Teamscan accreditatiewaardigheid (in vervolg: scan) geeft inzicht in hoe het opleidingsteam ervoor staat met betrekking tot de opleidingsaccreditatie. De scan bestaat

Nadere informatie

Rapport 834 Oud, W., & Emmelot, Y. (2010). De visitatieprocedure cultuurprofielscholen. Amsterdam: Kohnstamm Instituut.

Rapport 834 Oud, W., & Emmelot, Y. (2010). De visitatieprocedure cultuurprofielscholen. Amsterdam: Kohnstamm Instituut. Samenvatting Rapport 834 Oud, W., & Emmelot, Y. (2010). De visitatieprocedure cultuurprofielscholen. Amsterdam: Kohnstamm Instituut. In 2007 is de Vereniging CultuurProfielScholen (VCPS) opgericht, het

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling

Onderwijs- en examenregeling Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2017 Opleidingsspecifiek deel: Bacheloropleiding: Russische studies Deze onderwijs- en examenregeling is gebaseerd op de Wet op het hoger onderwijs

Nadere informatie

De onderwijsvisitatie Lichamelijke Opvoeding

De onderwijsvisitatie Lichamelijke Opvoeding De onderwijsvisitatie Lichamelijke Opvoeding Een evaluatie van de kwaliteit van de opleidingen Lichamelijke Opvoeding aan de Vlaamse universiteiten Brussel, december 2003 De onderwijsvisitatie Lichamelijk

Nadere informatie

Beschrijving van competenties als hulpmiddel bij het beoordelen en accrediteren van onderwijskwaliteit

Beschrijving van competenties als hulpmiddel bij het beoordelen en accrediteren van onderwijskwaliteit Beschrijving van competenties als hulpmiddel bij het beoordelen en accrediteren van onderwijskwaliteit Toelichting Het is de kerntaak van een accreditatie-instituut om de kwaliteit van een te beoordelen

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 September 2010

Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 September 2010 Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 September 2010 Opleidingsspecifiek deel Masteropleiding: Nederlandkunde/ Dutch Studies Deze Onderwijs- en examenregeling is opgesteld overeenkomstig artikel

Nadere informatie

2. Relevantie Blijkt uit de keuze voor de literatuur de relevantie van de ontwikkeling van kennis van het beroepsveld?

2. Relevantie Blijkt uit de keuze voor de literatuur de relevantie van de ontwikkeling van kennis van het beroepsveld? Bijlage 1 (Opleidings)literatuur Bij de waardering van in het kader van de accreditatie te beoordelen - door de opleiding voorgeschreven -literatuur worden de volgende criteria gehanteerd: 1. Variatie

Nadere informatie

ZER Informatica. Programma-evaluatie. Resultaten programma-evaluatie. 5 enquêtes:

ZER Informatica. Programma-evaluatie. Resultaten programma-evaluatie. 5 enquêtes: ZER Informatica Resultaten programma-evaluatie Programma-evaluatie 5 enquêtes: - Overgang secundair onderwijs universiteit - Studenten die niet aan examens deelnamen / met hun opleiding stopten - Evaluatie

Nadere informatie

VLAAMSE INTERUNIVERSITAIRE RAAD DE ONDERWIJSVISITATIE MATERIAALKUNDE - TOEGEPASTE SCHEIKUNDE

VLAAMSE INTERUNIVERSITAIRE RAAD DE ONDERWIJSVISITATIE MATERIAALKUNDE - TOEGEPASTE SCHEIKUNDE VLAAMSE INTERUNIVERSITAIRE RAAD DE ONDERWIJSVISITATIE MATERIAALKUNDE - TOEGEPASTE SCHEIKUNDE Een onderzoek naar de kwaliteit van de opleidingen Materiaalkunde en Scheikunde aan de Faculteiten Toegepaste

Nadere informatie

VISITATIE TOEGEPASTE TAALKUNDE

VISITATIE TOEGEPASTE TAALKUNDE VISITATIE TOEGEPASTE TAALKUNDE EEN KIJK VAN ONDERUIT Prof.dr. Rita Godyns, decaan Faculteit Toegepaste Taalkunde Hogeschool Gent Universiteit Gent Overzicht: situering van de opleiding het visitatieproces

Nadere informatie

Toetsplan Masteropleiding Midden-Oosten Studies

Toetsplan Masteropleiding Midden-Oosten Studies Toetsplan Masteropleiding Studies 2017-2018 JAAR 1 semester 1 Blok 1 Blok 2 vaktitel vakcode week 1-7 colleges week 8/9/10 (her)toetsing week 11-17 colleges week 18/19/20 (her)toetsing Conflicten in het

Nadere informatie

Bijlage V. Bij het advies van de Commissie NLQF EQF. Tabel vergelijking NLQF-niveaus 5 t/m 8 en Dublin descriptoren.

Bijlage V. Bij het advies van de Commissie NLQF EQF. Tabel vergelijking NLQF-niveaus 5 t/m 8 en Dublin descriptoren. Bijlage V Bij het advies van de Commissie NLQF EQF Tabel vergelijking NLQF-niveaus 5 t/m 8 en. Tabel ter vergelijking NLQF niveaus 5 t/m 8 en Dublindescriptoren NLQF Niveau 5 Context Een onbekende, wisselende

Nadere informatie

Eindtermen vervolgopleiding intensive care verpleegkundige

Eindtermen vervolgopleiding intensive care verpleegkundige Eindtermen vervolgopleiding intensive care verpleegkundige De beschrijving van de eindtermen voor de vervolgopleiding tot intensive care verpleegkundige is ontleend aan het deskundigheidsgebied intensive

Nadere informatie

PEER REVIEWS. Managementgroep Interactum September 2014

PEER REVIEWS. Managementgroep Interactum September 2014 PEER REVIEWS Managementgroep Interactum September 2014 Met peer review wordt een systeem bedoeld waarbij de betreffende opleidingen structureel gebruik maken van elkaars deskundigheid en elkaars critical

Nadere informatie

Opleidingsstatuut Bacheloropleiding Automotive Studiejaar 2015 2016. Regeling Externe toezichthouders bij examens

Opleidingsstatuut Bacheloropleiding Automotive Studiejaar 2015 2016. Regeling Externe toezichthouders bij examens Opleidingsstatuut Bacheloropleiding Automotive Studiejaar 2015 2016 Regeling Externe toezichthouders bij examens Inhoudsopgave 1. Positie en benoeming externe toezichthouders... 3 2. Taak externe toezichthouder

Nadere informatie

BEOORDELINGSFORMULIER STAGES BACHELOR NIVEAU 3

BEOORDELINGSFORMULIER STAGES BACHELOR NIVEAU 3 Faculteit Geesteswetenschappen BEOORDELINGSFORMULIER STAGES BACHELOR NIVEAU 3 Onderstaand formulier betreft de beoordeling van het stageverslag en het onderzoeksverslag. Deze wordt door de begeleidende

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling

Onderwijs- en examenregeling Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2016 Opleidingsspecifiek deel: Bacheloropleiding: Engelse taal en cultuur Deze Onderwijs- en examenregeling is opgesteld overeenkomstig artikel 7.13

Nadere informatie

Bekwaamheidseisen leraar primair onderwijs

Bekwaamheidseisen leraar primair onderwijs Bekwaamheidseisen leraar primair onderwijs Uit: Besluit van 16 maart 2017 tot wijziging van het Besluit bekwaamheidseisen onderwijspersoneel en het Besluit bekwaamheidseisen onderwijspersoneel BES in verband

Nadere informatie

VLIR- Seminar 28 mei 2013

VLIR- Seminar 28 mei 2013 VLIR- Seminar 28 mei 2013 Tweeledige focus (1) Upgrading Curriculum uitbreiding/ aanpassing van logopedische opleidingsonderdelen cruciaal t.a.v. betere hulpverlening binnen Surinaamse maatschappij m.n.

Nadere informatie

VLAAMSE INTERUNIVERSITAIRE RAAD DE ONDERWIJSVISITATIE WISKUNDE

VLAAMSE INTERUNIVERSITAIRE RAAD DE ONDERWIJSVISITATIE WISKUNDE VLAAMSE INTERUNIVERSITAIRE RAAD DE ONDERWIJSVISITATIE WISKUNDE Een onderzoek naar de kwaliteit van de opleiding wiskunde aan de Vlaamse universiteiten Brussel, december 1996 Voorwoord In dit rapport brengt

Nadere informatie

Rapport alumni-enquête 2016 Vrije Universiteit Brussel

Rapport alumni-enquête 2016 Vrije Universiteit Brussel Rapport alumni-enquête 2016 Vrije Universiteit Brussel 1 Inleiding Naar aanleiding van het nieuwe kwaliteitszorgsysteem dat werd ingevoerd bij de opschorting van de opleidingsvisitaties, werd beslist om

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2011

Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2011 Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2011 Opleidingsspecifiek deel Masteropleiding: Nederlandkunde/ Dutch Studies Deze Onderwijs- en examenregeling is opgesteld overeenkomstig artikel

Nadere informatie

pedagogie van het jonge kind PJK: Opvoeding en Coaching

pedagogie van het jonge kind PJK: Opvoeding en Coaching BACHELOR pedagogie van het jonge kind PJK: Opvoeding en Coaching DE BEOORDELINGSCRITERIA VOOR STAGE 2 (WIE DOET WAT? WELKE CRITERIA? WELKE VERWACHTINGEN?) DEEL 1: WIE DOET WAT? ROL VAN DE STUDENT: WETEN,

Nadere informatie

Het diploma van de opleiding kan behaald worden tot en met 31 december 2015.

Het diploma van de opleiding kan behaald worden tot en met 31 december 2015. Opleidingsspecifieke deel OER, 2015-2016 Opleiding / programma: MSc Logopediewetenschap Artikel Tekst 2.1 Toelatingseisen opleiding Niet van toepassing NB: Sinds 1 september 2013 is instroom in de masteropleiding

Nadere informatie

DE ONDERWIJSVISITATIE MOTORISCHE REVALIDATIE

DE ONDERWIJSVISITATIE MOTORISCHE REVALIDATIE VLAAMSE INTERUNIVERSITAIRE RAAD DE ONDERWIJSVISITATIE MOTORISCHE REVALIDATIE EN KINESITHERAPIE Een onderzoek naar de kwaliteit van de opleiding motorische revalidatie en kinesitherapie aan de Vlaamse universiteiten

Nadere informatie

Nieuw accreditatiestelsel: de opleidingsbeoordeling

Nieuw accreditatiestelsel: de opleidingsbeoordeling Wie zijn wij? Patrick van den Bosch Expert Kwaliteitszorg Patrick.vandenbosch@vluhr.be Nieuw accreditatiestelsel: de opleidingsbeoordeling Wouter Teerlinck Expert Kwaliteitszorg Wouter.teerlinck@vluhr.be

Nadere informatie

Bijlage V. Bij het advies van de Commissie NLQF EQF. Tabel vergelijking NLQF-niveaus 5 t/m 8 en Dublin descriptoren.

Bijlage V. Bij het advies van de Commissie NLQF EQF. Tabel vergelijking NLQF-niveaus 5 t/m 8 en Dublin descriptoren. Bijlage V Bij het advies van de Commissie NLQF EQF Tabel vergelijking NLQF-niveaus 5 t/m 8 en. Tabel ter vergelijking NLQF niveaus 5 t/m 8 en Dublindescriptoren NLQF Niveau 5 Context Een onbekende, wisselende

Nadere informatie

Certificering pabo-studenten voor Ontwikkelingsgericht Onderwijs Door: Bestuur OGO-Academie september 2014

Certificering pabo-studenten voor Ontwikkelingsgericht Onderwijs Door: Bestuur OGO-Academie september 2014 Certificering pabo-studenten voor Ontwikkelingsgericht Onderwijs Door: Bestuur OGO-Academie september 2014 Inleiding De certificering wordt door de OGO-Academie uitgevoerd. De pabo s zijn verantwoordelijk

Nadere informatie

VLAAMSE INTERUNIVERSITAIRE RAAD DE ONDERWIJSVISITATIE POLITIEKE EN SOCIALE WETENSCHAPPEN - SOCIOLOGIE

VLAAMSE INTERUNIVERSITAIRE RAAD DE ONDERWIJSVISITATIE POLITIEKE EN SOCIALE WETENSCHAPPEN - SOCIOLOGIE VLAAMSE INTERUNIVERSITAIRE RAAD DE ONDERWIJSVISITATIE POLITIEKE EN SOCIALE WETENSCHAPPEN - SOCIOLOGIE Een onderzoek naar de kwaliteit van de opleidingen Politieke en Sociale Wetenschappen, Politieke Wetenschappen

Nadere informatie

1 Basiscompetenties voor de leraar secundair onderwijs

1 Basiscompetenties voor de leraar secundair onderwijs 1 Basiscompetenties voor de leraar secundair onderwijs Het Vlaams parlement legde de basiscompetenties die nagestreefd en gerealiseerd moeten worden tijdens de opleiding vast. Basiscompetenties zijn een

Nadere informatie

Toetsing en beoordeling en de beperkte opleidingsbeoordeling

Toetsing en beoordeling en de beperkte opleidingsbeoordeling Toetsing en beoordeling en de beperkte opleidingsbeoordeling Conferentie Onderwijsinspectie, Amersfoort, 20 mei 2015 Sietze Looijenga, QANU In deze workshop: Hoe wordt in visitaties aandacht besteed aan

Nadere informatie

Kerncompetenties psychotherapeut

Kerncompetenties psychotherapeut Kerncompetenties psychotherapeut 5 oktober 2006 Nederlandse Vereniging voor Psychotherapie Overname is toegestaan, mits ongewijzigd en met gebruik van bronvermelding. Nederlandse Vereniging voor Psychotherapie,

Nadere informatie

Kwaliteitsprofiel Verloskundige Echoscopist maart 2011

Kwaliteitsprofiel Verloskundige Echoscopist maart 2011 Kwaliteitsprofiel Verloskundige Echoscopist maart 2011 Inleiding Door het toenemende belang van echoscopisch onderzoek in de zwangerschap en de invoering van prenatale screening in Nederland, wordt het

Nadere informatie

Commissie Hoger Onderwijs Vlaanderen

Commissie Hoger Onderwijs Vlaanderen Commissie Hoger Onderwijs Vlaanderen Oordeel bij de aanvraag tot inrichting van een anderstalige equivalente initiële bachelor- of masteropleiding (Codex Hoger Onderwijs dd. 20 december 2013, deel 2. Structuur

Nadere informatie

Nadere eisen en voorwaarden ten aanzien van supervisie en leertherapie in de specialistische opleiding tot klinisch psycholoog

Nadere eisen en voorwaarden ten aanzien van supervisie en leertherapie in de specialistische opleiding tot klinisch psycholoog COLLEGE SPE CIALISMEN GEZONDHEIDSZORGPSYC HO LOOG Besluit CSG 2006-1 Nadere eisen en voorwaarden ten aanzien van supervisie en leertherapie in de specialistische opleiding tot klinisch psycholoog [Besluit

Nadere informatie

(Studie)loopbaanadviseur

(Studie)loopbaanadviseur (Studie)loopbaanadviseur Doel Voorlichten, adviseren, begeleiden, testen en trainen van studenten omtrent (studie)loopbaankeuzes, alsmede waarborgen van de volledigheid, toegankelijkheid en actualiteit

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling

Onderwijs- en examenregeling Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2011 Opleidingsspecifiek deel: Bacheloropleiding: Russische Studies Deze Onderwijs- en examenregeling is opgesteld overeenkomstig artikel 7.13 van

Nadere informatie

De onderwijsvisitatie Geschiedenis

De onderwijsvisitatie Geschiedenis Brussel, juni 2004 De onderwijsvisitatie Geschiedenis Een evaluatie van de kwaliteit van de opleidingen Geschiedenis aan de Vlaamse universiteiten De onderwijsvisitatie Geschiedenis Een evaluatie van

Nadere informatie

Onderwijsevaluaties UHasselt

Onderwijsevaluaties UHasselt Onderwijsevaluaties UHasselt 2013-2014 Agenda Context Methodologie & instrumenten Vragenlijst opleidingsonderdelen Tijdspad Rapportage Volgende stappen 2 Nood aan optimalisatie van onderwijsevaluatie Nakende

Nadere informatie

De hervorming van het hoger onderwijs in Vlaanderen.

De hervorming van het hoger onderwijs in Vlaanderen. De hervorming van het hoger onderwijs in Vlaanderen. Associaties, bama-structuur en flexibilisering Frank Baert Jaarlijkse Algemene vergadering van het Wit-Gele Kruis van Vlaanderen 25 juni 2004 Europese

Nadere informatie

Evaluatie stage extra muros

Evaluatie stage extra muros Evaluatie stage extra muros Naam student: Stageplaats: Stagemeester ZIV Nummer : Stageperiode : Een competentie is het vermogen om adequaat te functioneren in een bepaalde (beroeps)context door het kiezen

Nadere informatie

FUNCTIEBESCHRIJVING BELEIDSMEDEWERKER ONDERZOEKSINFRASTRUCTUUR

FUNCTIEBESCHRIJVING BELEIDSMEDEWERKER ONDERZOEKSINFRASTRUCTUUR FUNCTIEBESCHRIJVING BELEIDSMEDEWERKER ONDERZOEKSINFRASTRUCTUUR A. DOEL VAN DE FUNCTIE: Het beleidsthema vanuit theoretische en praktische deskundigheid implementeren en uitbouwen teneinde toepassingen

Nadere informatie

Deze brochure schetst de onderwijsvisie van onze universiteit op hoofdlijnen. De doelen die horen bij die visie kunnen we alleen samen bereiken.

Deze brochure schetst de onderwijsvisie van onze universiteit op hoofdlijnen. De doelen die horen bij die visie kunnen we alleen samen bereiken. ONDERWIJSVISIE OP HO OFDLIJNEN Geachte collega s, 1 Deze brochure schetst de onderwijsvisie van onze universiteit op hoofdlijnen. De doelen die horen bij die visie kunnen we alleen samen bereiken. We

Nadere informatie

Hoe kan de school in het algemeen werk maken van het nieuwe concept (stam + contexten)?

Hoe kan de school in het algemeen werk maken van het nieuwe concept (stam + contexten)? Vlaams Verbond van het Katholiek Secundair Onderwijs Guimardstraat 1, 1040 Brussel VOET EN STUDIEGEBIED ASO STUDIERICHTING : ECONOMIE Hoe kan de school in het algemeen werk maken van het nieuwe concept

Nadere informatie

Uw brief van Ons kenmerk Contactpersoon Zoetermeer HBO/AS/2002/4056

Uw brief van Ons kenmerk Contactpersoon Zoetermeer HBO/AS/2002/4056 OC enw De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Ministerie van Onderwijs Cultuur en Wetenschappen Europaweg 4 Postbus 25000 2700 LZ Zoetermeer Telefoon (079)

Nadere informatie

Docent. Doel. College van van Bestuur. Decaan. Voorzitter Capaciteitsgroep. Dir. Dir. Onderzoeksinstituut. Hoogleraar UHD UD UD. Onderzoeker.

Docent. Doel. College van van Bestuur. Decaan. Voorzitter Capaciteitsgroep. Dir. Dir. Onderzoeksinstituut. Hoogleraar UHD UD UD. Onderzoeker. Docent Doel College van van Bestuur Ontwikkelen en verzorgen van toegewezen wetenschappelijke, uitgaande van het facultaire, teneinde de leerdoelen behorende bij de eindtermen van de ten aanzien van kennis,

Nadere informatie

Realiseren van VOET in Geschiedenis: leren leren I II III Leren leren

Realiseren van VOET in Geschiedenis: leren leren I II III Leren leren Realiseren van VOET in Geschiedenis: leren leren I II III Leren leren Welke afspraken worden gemaakt om geschiedenis te studeren? Wordt dit opgevolgd per graad en van graad tot graad? Leren leren blijft

Nadere informatie

De onderwijsvisitatie Logopedische en Audiologische Wetenschappen

De onderwijsvisitatie Logopedische en Audiologische Wetenschappen De onderwijsvisitatie Logopedische en Audiologische Wetenschappen Een evaluatie van de kwaliteit van de opleidingen logopedische en audiologische wetenschappen aan de Vlaamse universiteiten www.vlir.be

Nadere informatie

Unaniem gunstig geadviseerd door de Faculteitsraad op 21 maart 2001 Goedgekeurd door het Bestuurscollege op 27 april 2001 Versie van 5 januari 2002

Unaniem gunstig geadviseerd door de Faculteitsraad op 21 maart 2001 Goedgekeurd door het Bestuurscollege op 27 april 2001 Versie van 5 januari 2002 UNIVERSITEIT GENT Faculteit Psychologie en Pedagogische Wetenschappen Procedure voor de evaluatie van het ZAP in de FPPW Unaniem gunstig geadviseerd door de Faculteitsraad op 21 maart 2001 Goedgekeurd

Nadere informatie

Medewerker onderwijsontwikkeling

Medewerker onderwijsontwikkeling Medewerker onderwijsontwikkeling Doel Ontwikkelen van en adviseren over het onderwijsbeleid en ondersteunen bij de implementatie en toepassing ervan, uitgaande van de geformuleerde strategie van de instelling/faculteit

Nadere informatie

Doel. Context VSNU UFO/INDELINGSINSTRUMENT FUNCTIEFAMILIE ONDERWIJS- & ONDERZOEKSONDERSTEUNING VAARDIGHEIDSDOCENT VERSIE 3 APRIL 2017

Doel. Context VSNU UFO/INDELINGSINSTRUMENT FUNCTIEFAMILIE ONDERWIJS- & ONDERZOEKSONDERSTEUNING VAARDIGHEIDSDOCENT VERSIE 3 APRIL 2017 Vaardigheidsdocent Doel Ontwikkelen en verzorgen van buiten de kaders van de wetenschappelijke onderwijsonderdelen maar binnen de kaders van het beleid van de instelling, faculteit, opleidingsinstituut,

Nadere informatie

Eindtermen voor de vervolgopleiding tot oncologie verpleegkundige

Eindtermen voor de vervolgopleiding tot oncologie verpleegkundige Eindtermen voor de vervolgopleiding tot oncologie verpleegkundige De beschrijving van de eindtermen voor de vervolgopleiding tot oncologie verpleegkundige is ontleend aan het deskundigheidsgebied van de

Nadere informatie

Het Ontwikkelteam Digitale geletterdheid geeft de volgende omschrijving aan het begrip digitale technologie:

Het Ontwikkelteam Digitale geletterdheid geeft de volgende omschrijving aan het begrip digitale technologie: BIJGESTELDE VISIE OP HET LEERGEBIED DIGITALE GELETTERDHEID Digitale geletterdheid is van belang voor leerlingen om toegang te krijgen tot informatie en om actief te kunnen deelnemen aan de hedendaagse

Nadere informatie

Besluit strekkende tot een positieve beoordeling van een aanvraag om accreditatie van de opleiding hbo-bachelor Chemie van de Hogeschool Drenthe

Besluit strekkende tot een positieve beoordeling van een aanvraag om accreditatie van de opleiding hbo-bachelor Chemie van de Hogeschool Drenthe College van Bestuur Hogeschool Drenthe Postbus 2080 7801 CB EMMEN Besluit Besluit strekkende tot een positieve beoordeling van een aanvraag om accreditatie van de opleiding hbo-bachelor Chemie van de Hogeschool

Nadere informatie

10/05/2012. Project evalueren studenten in het UZA. Hoe is dit gegroeid?? Wat is de achtergrond en het doel van evalueren

10/05/2012. Project evalueren studenten in het UZA. Hoe is dit gegroeid?? Wat is de achtergrond en het doel van evalueren Project evalueren studenten in het UZA Nancy Van Genechten Katrien Van den Sande Yvonne Gilissen Werkgroep mentoren en Hogescholen Hoe is dit gegroeid?? Mentorendag 2010 Hoe verder na vraag Mentoren hadden

Nadere informatie

Curriculumevaluatie BA Wijsbegeerte

Curriculumevaluatie BA Wijsbegeerte Curriculumevaluatie BA Wijsbegeerte Beste student, U heeft onlangs alle onderdelen van uw bacheloropleiding Wijsbegeerte afgerond en kunt nu het BA-diploma aanvragen. Het bestuur van het Instituut voor

Nadere informatie

Integere docenten maken integere politiestudenten

Integere docenten maken integere politiestudenten Integere docenten maken integere politiestudenten Prof. Dr. Sofie De Kimpe Researchgroup Crime & Society - Prevention, Security and Policing Vrije Universiteit Brussel Overzicht 1. Competentie-gestuurd

Nadere informatie

Functieprofiel: Studentenconsultant Functiecode: 0402

Functieprofiel: Studentenconsultant Functiecode: 0402 Functieprofiel: Studentenconsultant Functiecode: 0402 Doel Voorlichten, adviseren, begeleiden, testen en trainen van studenten, alsmede waarborgen van de volledigheid, toegankelijkheid en actualiteit van

Nadere informatie

De opleiding tot Restauratief Tandarts van de Nederlands Vlaamse Vereniging voor Restauratieve Tandheelkunde

De opleiding tot Restauratief Tandarts van de Nederlands Vlaamse Vereniging voor Restauratieve Tandheelkunde De opleiding tot Restauratief Tandarts van de Nederlands Vlaamse Vereniging voor Restauratieve Tandheelkunde 1. Inleiding Vanuit de tandheelkundige praktijk komt de vraag naar een gedifferentieerde tandarts

Nadere informatie

Directeur onderwijsinstituut

Directeur onderwijsinstituut Directeur onderwijsinstituut Doel College van van Bestuur Zorgdragen voor de ontwikkeling van het facultair en uitvoering en organisatie van onderwijs en onderwijsondersteuning binnen de faculteit, uitgaande

Nadere informatie

Reglement opleidingsraden zoals goedgekeurd door de Raad van Bestuur op 24 april Opleidingsraden. reglement

Reglement opleidingsraden zoals goedgekeurd door de Raad van Bestuur op 24 april Opleidingsraden. reglement Opleidingsraden reglement REGLEMENT OPLEIDINGSRADEN Zoals goedgekeurd door de Raad van Bestuur op 24 april 2012 INHOUDSTABEL Hoofdstuk I: Definities en toepassingsgebied Hoofdstuk II: Samenstelling van

Nadere informatie

Erasmus Universiteit Rotterdam. De universiteit voor denkers en doeners. Integriteitscode. CODE:i

Erasmus Universiteit Rotterdam. De universiteit voor denkers en doeners. Integriteitscode. CODE:i Erasmus Universiteit Rotterdam. De universiteit voor denkers en doeners. Integriteitscode CODE:i Missie De Erasmus Universiteit Rotterdam (EUR) heeft als primaire taken het genereren en overdragen van

Nadere informatie

Verkiezingsprogramma 2012-2013

Verkiezingsprogramma 2012-2013 Verkiezingsprogramma 2012-2013 UVASOCIAAL 5 mei 2012 UVASOCIAAL streeft naar keuzevrijheid, kwaliteit, gelijkheid en betrokkenheid, de belangrijkste voorwaarden voor een goede universiteit! Inleiding UVASOCIAAL

Nadere informatie

Minor in het buitenland 2016-2017 Mogelijkheden bij de opleiding Geneeskunde

Minor in het buitenland 2016-2017 Mogelijkheden bij de opleiding Geneeskunde Internationalisering Minor in het buitenland 2016-2017 Mogelijkheden bij de opleiding Geneeskunde Minor algemeen Alle studenten van de Erasmus Universiteit Rotterdam (EUR) volgen in het derde Bachelorjaar

Nadere informatie

ASO - studierichtingen in VIA-TIENEN

ASO - studierichtingen in VIA-TIENEN ASO - studierichtingen in VIA-TIENEN De onderwijsvorm ASO is een breed algemeen vormende doorstroomrichting waarin de leerlingen zich voorbereiden op een academische of professionele bacheloropleiding.

Nadere informatie

Beoordelingskader Pilot Bijzonder Kenmerk Ondernemen

Beoordelingskader Pilot Bijzonder Kenmerk Ondernemen Beoordelingskader Pilot Bijzonder Kenmerk Ondernemen 22 november 2011 Inhoud 1 Inleiding 3 2 Beoordeling van het bijzonder kenmerk ondernemen 5 2.1 Uitgangspunten voor de beoordeling van het bijzonder

Nadere informatie

VLAAMSE RAAD VOOR WETENSCHAPSBELEID

VLAAMSE RAAD VOOR WETENSCHAPSBELEID VLAAMSE RAAD VOOR WETENSCHAPSBELEID ADVIES BETREFFENDE DE ORGANISATIE VAN DE INFORMATIE EN DE BEVORDERING VAN DE VLAAMSE PARTICIPATIE INZAKE DE EUROPESE R & D-PROGRAMMA S. VRWB-R/ADV- 15 16 november 1989.

Nadere informatie

Handreiking bij het beoordelingskader voor het bijzonder kenmerk Kleinschalig en intensief onderwijs

Handreiking bij het beoordelingskader voor het bijzonder kenmerk Kleinschalig en intensief onderwijs Handreiking bij het beoordelingskader voor het bijzonder kenmerk Kleinschalig en intensief onderwijs 12 november 2012 Inhoudsopgave 1 Inleiding 3 2 Handreiking voor specifieke invulling van de standaarden

Nadere informatie

Gespreksdocument Handleiding Eindgesprek

Gespreksdocument Handleiding Eindgesprek Gespreksdocument Handleiding Eindgesprek Opleiding tot radiodiagnostisch/radiotherapeutisch laborant Datum Maart 2017 Versie 1 Versie 1 maart 2017 Handleiding Eindgesprek Radiodiagnostisch Therapeutisch

Nadere informatie

Faculteit Geesteswetenschappen BASISGEGEVENS STAGE. onvoldoende voldoende. goed. goed. Eindoordeel (cijfer): Toelichting: ONDERTEKENING STAGEDOCENT

Faculteit Geesteswetenschappen BASISGEGEVENS STAGE. onvoldoende voldoende. goed. goed. Eindoordeel (cijfer): Toelichting: ONDERTEKENING STAGEDOCENT Faculteit Geesteswetenschappen FEEDBACK & BEOORDELINGSFORMULIER ONDERWIJSSTAGES (BA & MA) De beoordeling van de onderwijsstages op Bachelor 3 en masterniveau bestaat uit twee onderdelen: het functioneren

Nadere informatie

Beleidsregels Wet Taaleis 2016 betreffende de Participatiewet

Beleidsregels Wet Taaleis 2016 betreffende de Participatiewet Beleidsregels Wet Taaleis 2016 betreffende de Participatiewet Het Drechtstedenbestuur; gelezen het advies van het Portefeuillehoudersoverleg Sociaal d.d. 1 december 2015, gelet op artikel 18b van de Participatiewet

Nadere informatie

Beoordelingskader Bijzonder (Kwaliteits)Kenmerk Ondernemen

Beoordelingskader Bijzonder (Kwaliteits)Kenmerk Ondernemen Beoordelingskader Bijzonder (Kwaliteits)Kenmerk Ondernemen september 2013 Inhoud 1 Inleiding 3 2 Beoordeling van het bijzonder kenmerk ondernemen 5 3 Beoordeling standaarden 10 pagina 2 1 Inleiding Vanuit

Nadere informatie

Politieonderwijs & externe kwaliteitszorg op weg naar accreditatie

Politieonderwijs & externe kwaliteitszorg op weg naar accreditatie Politieonderwijs & externe kwaliteitszorg op weg naar accreditatie dr. Steven Van Luchene [VLIR Cel Kwaliteitszorg] op weg naar accreditatie 1. routebeschijving: tno visita e accredita e 2. de meet: generieke

Nadere informatie

UNIVERSITEIT GENT VAKGROEP ORTHOPEDAGOGIEK. Bijzondere orthopedagogiek van personen met een mentale, psychische, fysieke of sensoriële handicap II

UNIVERSITEIT GENT VAKGROEP ORTHOPEDAGOGIEK. Bijzondere orthopedagogiek van personen met een mentale, psychische, fysieke of sensoriële handicap II UNIVERSITEIT GENT VAKGROEP ORTHOPEDAGOGIEK Bijzondere orthopedagogiek van personen met een mentale, psychische, fysieke of sensoriële handicap II 2DE LICENTIE ORTHOPEDAGOGIEK ACADEMIEJAAR 2001-2002 1.

Nadere informatie

Faculteit der Geesteswetenschappen Cluster Filosofie. Bachelor scriptiereglement voor de opleiding: Wijsbegeerte

Faculteit der Geesteswetenschappen Cluster Filosofie. Bachelor scriptiereglement voor de opleiding: Wijsbegeerte Faculteit der Geesteswetenschappen Cluster Filosofie Bachelor scriptiereglement voor de opleiding: Wijsbegeerte Vastgesteld door de Examencommissie CoH, clustercommissie Filosofie op 1-2-2019 Scriptiereglement

Nadere informatie

RAPPORT ONDERZOEK IN HET KADER VAN HET VIERJAARLIJKS BEZOEK OP BASISSCHOOL 'T MÊÊTJE

RAPPORT ONDERZOEK IN HET KADER VAN HET VIERJAARLIJKS BEZOEK OP BASISSCHOOL 'T MÊÊTJE RAPPORT ONDERZOEK IN HET KADER VAN HET VIERJAARLIJKS BEZOEK OP BASISSCHOOL 'T MÊÊTJE School : basisschool 't Mêêtje Plaats : Ellemeet BRIN-nummer : 05ZJ Onderzoeksnummer : 112723 Datum schoolbezoek : 28

Nadere informatie

VLAAMSE INTERUNIVERSITAIRE RAAD DE ONDERWIJSVISITATIE ARCHITECTUUR

VLAAMSE INTERUNIVERSITAIRE RAAD DE ONDERWIJSVISITATIE ARCHITECTUUR VLAAMSE INTERUNIVERSITAIRE RAAD DE ONDERWIJSVISITATIE ARCHITECTUUR Een onderzoek naar de kwaliteit van de opleidingen Architectuur aan de Vlaamse Universiteiten Brussel, februari 2003 Voorwoord In dit

Nadere informatie

Het indienen van ICT- projecten

Het indienen van ICT- projecten Het indienen van ICT- projecten 1. Projectaanvragen sluiten aan bij het ICT-beleid De ICT-projectaanvragen dienen aan te sluiten bij de uitgangspunten van het ICT-beleidsplan van de Erasmus Universiteit

Nadere informatie

B Creative Technology

B Creative Technology B Creative Technology Onderdeel 3.3: Tabel (gemiddelden en aantallen) met tevredenheidsoordelen van de onderliggende items van de thema's Jaar 2013 2015 Mean Valid N Mean Valid N Mean Valid N Afwijking

Nadere informatie