De opleiding Master in de Internationale Betrekkingen en de Diplomatie van de Universiteit Antwerpen

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "De opleiding Master in de Internationale Betrekkingen en de Diplomatie van de Universiteit Antwerpen"

Transcriptie

1 De onderwijsvisitatie Internationale Betrekkingen en Diplomatie De opleiding Master in de Internationale Betrekkingen en de Diplomatie van de Universiteit Antwerpen Verkorte procedure Brussel februari 2011

2 Exemplaren van dit rapport kunnen verkregen worden op het -secretariaat. Ravensteingalerij 27, 1000 Brussel T F administratie@vlir.be Het rapport is elektronisch beschikbaar op de website: Wettelijk depot: D/2011/2939/01

3 Inhoud p 4 Deel 1 Algemeen deel p 5 I De onderwijsvisitatie Internationale Betrekkingen en Diplomatie Verkorte Procedure p 8 II Het verbijzonderd referentiekader p 21 p 23 III Tabel met scores, onderwerpen en facetten Deel 2 Opleidingsrapport Bijlagen p 38 p 40 Bijlage 1 Personalia van de leden van de visitatiecommissie Bijlage 2 Bezoekschema 3

4 Deel 1 Algemeen deel

5 I De onderwijsvisitatie Internationale Betrekkingen en Diplomatie Verkorte Procedure 1. Inleiding In het voorjaar van 2007 heeft de visitatiecommissie Politieke Wetenschappen, in opdracht van de (), de academische opleidingen in dit domein, ingericht door de Universiteiten, geëvalueerd. Dit initiatief kaderde in de werkzaamheden van de op het vlak van de externe kwaliteitszorg, waarmee de universiteiten gevolg geven aan de decretale verplichtingen terzake. De bevindingen, conclusies en aanbevelingen van de visitatiecommissie Politieke Wetenschappen werden vastgelegd in een rapport De onderwijsvisitatie Politieke Wetenschappen: Een evaluatie van de kwaliteit van de bachelor-, master- en master-namasteropleidingen Politieke Wetenschappen aan de Universiteiten dat werd gepubliceerd in december De betrokken opleidingen hebben vervolgens een accreditatieaanvraag ingediend bij de Nederlands- Accreditatie Organisatie (NVAO). Dit met het oog op het verkrijgen van een formele accreditatie vanaf 1 september De accreditatieaanvraag die werd ingediend omvatte ten minste het visitatierapport van de visitatiecommissie. 2. Tijdelijke erkenning De opleiding Master in de Internationale Betrekkingen en de Diplomatie kreeg op 20 april 2009 een negatieve accreditatiebeslissing. Conform het decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen vroeg de opleiding een tijdelijke erkenning aan. Die werd door de Regering verleend op 24 juli 2009 voor een periode van twee jaar. Het besluit van de Regering werd in het Staatsblad gepubliceerd op 3 september Verkorte Procedure De decreetgever voorziet dat de accreditatie van een opleiding na het verlopen van een tijdelijke erkenning plaatsvindt via een verkorte procedure. Een nieuwe externe beoordeling (m.i.v. een gepubliceerd rapport) dient te worden uitgevoerd. Op basis daarvan neemt de NVAO een besluit dat zij publiceert in een accreditatierapport. De nieuwe beoordeling heeft alleen betrekking op die elementen op basis waarvan de vorige accreditatieaanvraag negatief werd beoordeeld. Onderhavig rapport bevat de resultaten van de externe beoordeling van de Master in de Internationale Betrekkingen en de Diplomatie in functie van een nieuwe accreditatieaanvraag. De beoordeling werd uitgevoerd door een visitatiecommissie, samengesteld uit onafhankelijke experten (cfr. infra) en gecoördineerd door de. De beoordeling van de opleiding heeft, zoals decretaal bepaald, alleen betrekking op die elementen op basis waarvan de vorige accreditatieaanvraag negatief werd beoordeeld, in casu het onderwerp 1 Doelstellingen, 2 Programma, 5 Interne Kwaliteitszorg en 6 Resultaten. De facetten die daarbij opnieuw zijn beoordeeld zijn: 1.1 niveau en oriëntatie, 1.2 domeinspecifieke eisen, 2.1 relatie tussen doelstellingen en inhoud van het programma, 2.2 eisen professionele en academische gerichtheid van het programma, 2.8 masterproef, 2.9 toelatingsvoorwaarden, 5.2 maatregelen ter verbetering en 6.1 gerealiseerd niveau. Onderwijsvisitatie Master Internationale Betrekkingen en Diplomatie 5

6 4. De Commissie 4.1. Samenstelling De visitatiecommissie die deze verkorte onderwijsvisitatie uitvoerde, was samengesteld uit twee leden van de visitatiecommissie Politieke Wetenschappen (2007) en uit twee nieuwe leden. De samenstelling van de Commissie werd op 9 juni 2010 en de aanvulling op 30 september 2010 bekrachtigd door de Erkenningscommissie Hoger Onderwijs. De Commissie werd vervolgens door de ingesteld bij besluit van 7 oktober De Commissie had de volgende samenstelling: Voorzitter: Prof. dr. P. Vercauteren, hoogleraar internationale betrekkingen en globalisering, Les Facultés Universitaires Catholiques de Mons (FUCaM), tijdelijk voorzitter vorige visitatiecommissie Politieke Wetenschappen, 2007 Vakdeskundig lid: Prof. dr. J. De Wilde, hoogleraar Internationale betrekkingen en Machtspolitiek, Faculteit der Letteren, Afdeling Internationale Betrekkingen en Internationale Organisatie, Universiteit Groningen Onderwijskundige Dhr. J. Perquy, voormalig administrateur-generaal van de Onderwijsraad, onderwijskundig lid vorige visitatiecommissie Politieke Wetenschappen, 2007 Student-lid Mevrouw Tine Rillaerts, studente Master in de Vergelijkende en de Internationale Politiek, K.U.Leuven Mevrouw dr. ir. Els Van Zele, stafmedewerker van de Cel Kwaliteitszorg van de Interuniversitaire Raad (), trad op als projectbegeleider en secretaris van de Commissie voor deze visitatie. Voor korte curricula vitae van de commissieleden wordt verwezen naar Bijlage Werkwijze van de visitatiecommissie Ter voorbereiding van de verkorte visitatie heeft de betrokken opleiding een zelfevaluatierapport opgesteld waarin de opnieuw te beoordelen onderwerpen werden gedocumenteerd. Het zelfevaluatierapport werd op 15 september 2010 aan de overgemaakt, die het op zijn beurt aan de commissieleden bezorgde. De visitatiecommissie kreeg aldus de gelegenheid om deze informatie zorgvuldig te bestuderen en het bezoek grondig voor te bereiden. Op 12 oktober 2010 hield de commissie haar installatievergadering. Tijdens deze installatievergadering heeft zij zich nader voorbereid op haar opdracht. Zij verbijzonderde ook het referentiekader van de visitatiecommissie Politieke Wetenschappen (2007) met een verduidelijkende paragraaf betreffende het verwachte niveau van een master-na-masteropleiding in het domein van de internationale betrekkingen en diplomatie. Het bezoek van de visitatiecommissie vond plaats op 22 november Op zondag 21 november 2010 hield de commissie haar voorbereidend intern beraad. Tijdens het bezoek heeft de visitatiecommissie gesprekken gevoerd met het faculteitsbestuur, de opleidingsverantwoordelijken, de verantwoordelijken voor kwaliteitszorg, de studenten en het academisch personeel (ZAP, AAP en BAP). Onderwijsvisitatie Master Internationale Betrekkingen en Diplomatie 6

7 Tijdens het bezoek heeft de visitatiecommissie ook tijd uitgetrokken om het cursusmateriaal en de bijkomend ter inzage gelegde documenten te bestuderen. De gesprekken zijn in een zeer open en constructieve sfeer verlopen. Als laatste stap in het proces heeft de commissie haar bevindingen en conclusies omtrent de nieuw te beoordelen onderwerpen in voorliggend rapport vastgelegd. De opleiding werd hierbij in de gelegenheid gesteld om op het concept van het rapport te reageren, alvorens de definitieve formulering van het rapport werd vastgelegd. 5. Opzet en indeling van het rapport Het voorliggend rapport bestaat uit 4 hoofdstukken. In hoofdstuk II is het door de Commissie verbijzonderd referentiekader opgenomen, van waaruit de gevisiteerde opleiding is beoordeeld. In hoofdstuk III worden de toegekende scores in tabelvorm samengevat. De Commissie benadrukt dat de tabel niet los van het rapport geïnterpreteerd kan worden. In hoofdstuk 4 brengt de Commissie verslag uit over de gevisiteerde opleiding. Onderwijsvisitatie Master Internationale Betrekkingen en Diplomatie 7

8 II Het referentiekader van de visitatiecommissie Politieke Wetenschappen, verbijzonderd voor de evaluatie van de master-na-masteropleiding Master in de Internationale Betrekkingen en de Diplomatie, Universiteit Antwerpen, 2010 Voorwoord Voorafgaand aan de visitatie heeft de visitatiecommissie in onderhavig referentiekader de criteria vastgelegd waaraan naar haar oordeel een academische opleiding in de Politieke Wetenschappen moet voldoen. Bij de beoordeling van het onderwijs gaat de visitatiecommissie uit van de doelstellingen, eindtermen en kwaliteitseisen, zoals gesteld in onderstaand referentiekader. Elke faculteit kan binnen haar eigenheid deze doelstellingen en eindtermen invullen. Respect voor de eigenheid van een opleiding veronderstelt ook dat wordt nagegaan of elke faculteit erin slaagt de eigen doelstellingen te realiseren. Bij het opstellen van haar referentiekader heeft de commissie zich gebaseerd op het referentiekader dat in 1999 werd gehanteerd bij de visitatie Politieke Wetenschappen en Sociologie (, 2000), the EADI accreditation initiative 1, de doelstellingen en eindtermen die de opleidingen voor het eigen onderwijs hebben geformuleerd, de internationale eisen die worden gesteld aan academische opleidingen in de politieke wetenschappen, het structuurdecreet (2003) 2 en het toetsingskader van het Nederlands-Vlaams Accreditatie Orgaan (NVAO) 3 waarin een aantal minimumeisen worden vooropgesteld die zijn gebaseerd op de internationaal aanvaarde Dublin descriptoren. Specifiek omschrijft het referentiekader naast de domeinspecifieke minimumeisen waaraan de opleidingen (bachelor, uitdovende licenties, master, master na master) moeten voldoen, de minimumeisen die aan een afgestudeerde in het vakgebied mogen worden gesteld en het tewerkstellingsprofiel van de afgestudeerde politicoloog. Het referentiekader omschrijft tevens de algemeen onderwijskundige uitgangspunten waaraan een academische opleiding moet voldoen, de eisen met betrekking tot de onderwijsorganisatie, het personeelsbeleid en het onderwijzend personeel en de interne kwaliteitszorg. Het referentiekader werd vóór de bezoeken, maar na het inleveren van de zelfevaluaties, voorgelegd aan de opleidingen. Tijdens de bezoeken van de visitatiecommissie wordt het referentiekader met de opleidingen bediscussieerd. In zoverre dat de opleiding Master na master Internationale Betrekkingen en de Diplomatie zich profileert als verbredende opleiding moet zij aan de eisen van de Initiële Masteropleidingen voldoen die in het Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen (4 april 2003) 3 Accreditatiekader bestaande opleidingen hoger onderwijs in Vlaanderen, NVAO, 14 februari 2005 Het verbijzonderd referentiekader 8

9 Structuurdecreet, alsook in het referentiekader Politieke Wetenschappen, 2007 (paragraaf 1.2.2) zijn opgenomen. In de mate waarin de opleiding in een specifiek deeldomein verdiepend is, verwacht de visitatiecommissie dat de opleiding ook aan de normen van de manama in de politieke wetenschappen (paragraaf 1.2.3) van het referentiekader Politieke Wetenschappen (2007) voldoet. 1 Doelstellingen en eindtermen van de academische opleiding in de politieke wetenschappen 1.1. Dublin Descriptoren De algemene (minimale) doelstellingen van een academische bacheloropleiding en een academische masteropleiding zijn beschreven aan de hand van de vijf Dublin descriptoren, die zijn vertaald naar de situatie in het structuurdecreet (2003) en die zijn geoperationaliseerd in het accreditatiekader van de Nederlands- Accreditatie Organisatie (NVAO). De vijf Dublin descriptoren zijn (1) kennis en inzicht, (2) toepassen van kennis en inzicht, (3) oordeelsvorming, (4) communicatie en (5) leervaardigheden. Tabel 1 vat de beschrijving van deze Dublin descriptoren samen, zoals ze worden gehanteerd in het toetsingskader van de NVAO, aangevuld met elementen uit de competenties bachelor in het academisch onderwijs en de competenties master die het structuurdecreet (2003) oplijst in artikel 58 aangaande de generieke kwaliteitswaarborgen. De tabel werd tenslotte ook aangevuld met aandachtspunten die specifiek van toepassing zijn op de academische opleiding politieke wetenschappen. Het verbijzonderd referentiekader 9

10 Tabel 1: Beschrijving van de globale doelstellingen van academische opleidingen, aan de hand van de Dublin-descriptoren (bron: toetsingskader NVAO) en artikel 58 van het structuurdecreet. A. Kennis en inzicht B. Toepassen van kennis en inzicht C. Oordeelsvorming D. Communicatie E. Leervaardigheden Kwalificatie bacheloropleiding Heeft aantoonbare basiskennis en inzicht van/in een vakgebied, waarbij wordt voortgebouwd op het niveau bereikt in het voortgezet (secundair) onderwijs en dit wordt overtroffen; functioneert doorgaans op een niveau waarop met ondersteuning van gespecialiseerde handboeken en literatuur, enige aspecten voorkomen waarvoor kennis van de laatste ontwikkelingen in het vakgebied vereist is. Is in staat om zijn/haar kennis en inzicht op dusdanige wijze toe te passen, dat dit getuigt van een wetenschappelijke benadering, en beschikt verder over de nodige competenties voor het opstellen en verdiepen van argumentaties en voor het oplossen van theoretische en experimentele problemen in het vakgebied. Is in staat om relevante gegevens te verzamelen en te interpreteren (meestal op het vakgebied) met het doel een oordeel te vormen dat mede gebaseerd is op het afwegen van wetenschappelijke, maar ook sociaal-maatschappelijke en ethische aspecten. Is in staat de onzekerheid, ambiguïteit en grenzen van de kennis te appreciëren. Is in staat om informatie, ideeën en oplossingen over te brengen op een publiek bestaande uit specialisten en niet-specialisten. Bezit de leervaardigheden die noodzakelijk zijn om een vervolgstudie aan te gaan. Bezit de ingesteldheid tot levenslang leren. Kwalificatie masteropleiding Heeft aantoonbare grondige kennis en inzicht, gebaseerd op de kennis en het inzicht op het niveau van bachelor en die deze overtreffen of verdiepen, alsmede een basis of een kans bieden om een originele bijdrage te leveren aan het ontwikkelen en/of toepassen van ideeën, vaak in onderzoeksverband. Is in staat om kennis en inzicht en probleemoplossende vermogens toe te passen in nieuwe of onbekende omstandigheden binnen een bredere (of multidisciplinaire) context die gerelateerd is aan het vakgebied en aan een onderzoeksgroep; is in staat om kennis te integreren en met complexe materie om te gaan. Bezit het vermogen tot oordeelsvorming in een onzekere context of op basis van beperkte informatie en houdt daarbij rekening met wetenschappelijke, sociaal-maatschappelijke en ethische verantwoordelijkheden, die zijn verbonden aan het toepassen van de eigen kennis en oordelen. Is in staat om conclusies, alsmede de kennis, motieven en overwegingen die hieraan ten grondslag liggen, duidelijk en ondubbelzinnig over te brengen op een publiek van specialisten en niet-specialisten; is voorbereid om in een meer internationale context eigen onderzoek te presenteren. Bezit de leervaardigheden die hem of haar in staat stellen een vervolgstudie aan te gaan met een grotendeels zelfgestuurde of autonoom karakter. Bezit het vermogen tot originaliteit en creativiteit met het oog op het continu uitbreiden van kennis en inzichten. Het verbijzonderd referentiekader 10

11 1.2. Doelstellingen van de opleidingen politieke wetenschappen De Bachelor in de Politieke Wetenschappen Algemene doelstellingen van de bacheloropleidingen politieke wetenschappen De algemene doelstelling van de bacheloropleidingen in de politieke wetenschappen is dat deze opleidingen abituriënten afleveren die in staat zijn om: te komen tot zelfstandige, verantwoorde oordeelvorming met behulp van relevante literatuur en onderzoeksresultaten; op academisch niveau te handelen: dat wil zeggen hij/zij moet met inzicht in en respect voor uiteenlopende uitgangspunten en standpunten kunnen handelen, conform het niveau van een bacheloropleiding. Domeinspecifieke eisen voor de bacheloropleidingen politieke wetenschappen De visitatiecommissie expliciteert onderstaande domeinspecifieke eisen voor de afgestudeerde bachelor in de politieke wetenschappen, en baseert zich daarbij in de indeling op de Dublin descriptoren: Kennis en inzicht: De Bachelor in de Politieke Wetenschappen heeft : een onderbouwde basiskennis over en inzicht in de belangrijkste problemen, begrippen, benaderingen en theorieën van de politieke wetenschappen, tegen de achtergrond van historische en culturele ontwikkelingen; een gedegen feitelijke kennis van en inzicht in de voornaamste maatschappelijke en politieke processen, instituties en problemen, zowel op nationaal als internationaal vlak; kennis van kwantitatieve en kwalitatieve vormen van sociaal-wetenschappelijk onderzoek om de relevantie en inzetbaarheid van de daarmee samenhangende methoden te kunnen beoordelen; voldoende kennis van politiek-filosofische en wetenschapstheoretische vooronderstellingen bij het bestuderen van politiek-wetenschappelijke analyses en de daarop gebaseerde besluiten en adviezen; voldoende kennis van en inzicht in andere relevante disciplines (vb. macro-economie, bestuurskunde, bestuursrecht, methodologie, politieke theorie, geschiedenis van politieke ideeën, de politieke systemen van diverse landen en van de Europese Unie, vergelijkende politiek, internationale betrekkingen, publieke administratie, politieke analyse, politieke sociologie ) om daarvan vruchtbaar gebruik te kunnen maken; Toepassen van kennis en inzicht: De Bachelor in de Politieke Wetenschappen is: bekwaam om de kennis en inzichten (zoals hierboven beschreven) toe te passen bij de analyse van complexe problemen in een bepaald deelterrein (vb. in een bepaalde sector van overheidsbeleid, ) in staat om verschillende kwantitatieve en kwalitatieve sociaal-wetenschappelijke onderzoeksmethoden toe te passen in een concrete situatie; Oordeelsvorming: De Bachelor in de Politieke Wetenschappen: is bekwaam om onderzoeksmethoden naar waarde te schatten; is in staat om relevante gegevens uit de literatuur en van experimenteel werk in het vakgebied te verzamelen en te interpreteren; is in staat zonodig de onzekerheid en grenzen van de voornaamste disciplines van het vakgebied te appreciëren; heeft voldoende inzicht in sociaal- wetenschappelijke onderzoeksmethoden en -technieken om gericht assistentie te kunnen verkrijgen bij het analyseren van onderzoeksresultaten; is zich bewust van de ethische, morele, filosofische, maatschappelijke, wettelijke aspecten en veiligheidsaspecten van zijn wetenschapsdiscipline, en zal er zich naar gedragen. Het verbijzonderd referentiekader 11

12 Communicatie: De Bachelor in de Politieke Wetenschappen: bezit analytisch vermogen, wat moet toelaten problemen aan te pakken; beheerst de talen die in de discipline worden gebruikt in voldoende mate; kan zowel binnen het vakgebied als vakoverschrijdend informatie, ideeën en oplossingen i.v.m. algemene politicologische thema s verwoorden en overbrengen op een publiek bestaande uit specialisten en niet-specialisten; kan onderzoeksresultaten en theorieën mondeling en schriftelijk adequaat rapporteren en presenteren, ook in het Engels; beschikt over goede sociale vaardigheden om in groepsverband te kunnen functioneren; Leervaardigheden: De Bachelor in de Politieke Wetenschappen moet: bij de beschrijving en analyse van een onderzoeks- of beleidsprobleem de verschillende invalshoeken en benaderingen tegen elkaar kunnen afwegen; beschikken over de vaardigheden om relevante informatie te verzamelen, te schiften en te analyseren, inclusief de vaardigheid om daarbij gebruik te maken van verschillende informatiesystemen; beschikken over het vermogen om zelfstandig en kritisch te functioneren in teamverband; De visitatiecommissie politieke wetenschappen vult deze descriptoren aan met een in haar visie bijzonder belangrijke levenshouding: De Bachelor in de Politieke Wetenschappen moet: zich een -voor een beoefenaar van wetenschap- passende kritische en open houding aanmeten; in het bijzonder in staat zijn tot zelfreflectie en zelfkritiek; een maatschappelijk verantwoordelijkheidsgevoel hebben De Master in de Politieke Wetenschappen Algemene doelstellingen van de masteropleidingen politieke wetenschappen De algemene doelstelling van de masteropleidingen in de politieke wetenschappen is dat deze opleidingen abituriënten afleveren die in staat zijn om: zelfstandig onderzoek te verrichten, uitgaande van een kritische analyse van de beschikbare onderzoeksmethoden; op academisch niveau te handelen: dat wil zeggen hij/zij moet met inzicht in en respect voor uiteenlopende uitgangspunten en standpunten kunnen handelen, conform het niveau van een masteropleiding. Domeinspecifieke eisen voor de masteropleidingen politieke wetenschappen De visitatiecommissie expliciteert onderstaande domeinspecifieke eisen voor de afgestudeerde master in de politieke wetenschappen, en baseert zich daarbij in de indeling op de Dublin descriptoren: Kennis en inzicht: De Master in de Politieke Wetenschappen: heeft een grondige kennis van de problemen, begrippen, benaderingen en theorieën van de politieke wetenschappen; heeft een grondige kennis van kwantitatieve en kwalitatieve vormen van sociaal-wetenschappelijk onderzoek; heeft een goed inzicht in de politiek-filosofische en wetenschapstheoretische vooronderstellingen bij het verrichten van een politiek-wetenschappelijke analyse en kan daarop gebaseerde besluiten en adviezen formuleren; heeft een goede kennis van en inzicht in andere relevante disciplines (vb. macro-economie, bestuurskunde, bestuursrecht, methodologie, politieke theorie, geschiedenis van politieke ideeën, de politieke systemen van diverse landen en van de Europese Unie, vergelijkende politiek, internationale betrekkingen, publieke administratie, politieke analyse, politieke sociologie ) om daarvan vruchtbaar gebruik te kunnen maken; heeft een goede feitelijke kennis van en inzicht verworven in de voornaamste maatschappelijke en politieke processen, instituties en problemen, nationaal zowel als bovennationaal. Het referentiekader 12

13 heeft naast algemene kennis en inzicht in de politieke wetenschappen een hetzij bredere, hetzij diepere kennis en inzicht in een meer gespecialiseerd domein van de politieke wetenschappen; beschikt over de kennis, vaardigheden en attitudes om potentieel een diversiteit van beroepen te kunnen uitoefenen. Toepassen van kennis en inzicht: De Master in de Politieke Wetenschappen: is in staat om de kennis en inzichten (zoals hierboven beschreven) toe te passen bij de analyse van complexe problemen in een bepaald deelterrein (vb. in een bepaalde sector van overheidsbeleid, ) is in staat om zelfstandig wetenschappelijke literatuur te verwerken en wetenschappelijke problemen te detecteren; is in staat om zelfstandig een wetenschappelijk probleem te situeren, te evalueren en een vraagstelling te formuleren; heeft de kennis en de kunde om binnen de context van de huidige stand van de wetenschappelijke kennis ter zake een relevant antwoord op de vraagstelling te geven en oplossingen voor te stellen, en dit zowel in een puur academisch kader als meer toepassingsgericht; kan methodologisch denken, plannen, experimenteren en concluderen; is in staat om autonoom onderzoek te plannen en uit te voeren; heeft een aantoonbare wetenschappelijke attitude ontwikkeld om in wetenschap en maatschappij op het vereiste (academische) niveau te kunnen functioneren en is daarenboven in staat om wetenschappelijke inzichten te vertalen naar het beleid. Oordeelsvorming: De Master in de Politieke Wetenschappen: is in staat om uit een diversiteit aan kwantitatieve en kwalitatieve sociaal-wetenschappelijke onderzoeksmethoden die methode te selecteren die in de concrete situatie het gestelde probleem adequaat beschrijft en analyseert; is in staat om de voor- en nadelen van een uitgevoerde kwantitatieve en kwalitatieve sociaalwetenschappelijke onderzoeksmethode tegen over elkaar te kunnen afwegen; heeft een goed inzicht in sociaal- wetenschappelijke onderzoeksmethoden en -technieken om zelfstandig gericht en doelmatig onderzoek te kunnen uitvoeren en bekomen onderzoeksresultaten te analyseren; heeft de attitude ontwikkeld om op een wetenschappelijk professioneel en ethisch verantwoorde wijze te werken; is in staat zelfstandig een kritische analyse te maken en een gefundeerd standpunt in te nemen in verband met maatschappelijke problemen die in relatie staan tot het brede domein van de politieke wetenschappen; heeft een attitude ontwikkeld die het mogelijk maakt kritisch te reflecteren over het eigen handelen en de ethische aspecten daarvan; heeft een maatschappelijk verantwoordelijkheidsgevoel en een gedegen ethische en kritische vorming. Communicatie: De Master in de Politieke Wetenschappen: beheerst de talen die in de discipline worden gebruikt goed; kan onderzoeksresultaten en theorieën adequaat mondeling en schriftelijk rapporteren en presenteren, ook in het Engels; beschikt over goede sociale vaardigheden om in groepsverband te kunnen functioneren; is in staat een systematisch, kritisch en leesbaar verslag over een eigen uitgevoerd onderzoek op te stellen en dit aan een breed publiek te presenteren; kan zijn/haar bevindingen samenvatten, communiceren en interpreteren op verschillende niveaus en naar verschillende niveaus in de maatschappij: naar gelijken, naar een breed publiek of naar beleidsmakers; is in staat om helder mondeling en schriftelijk te rapporteren over een zelfstandig wetenschappelijk werk, zowel aan een wetenschappelijk forum als aan een breed publiek in nationale en internationale context. Het referentiekader 13

14 Leervaardigheden: De Master in de Politieke Wetenschappen: weegt bij de beschrijving en analyse van een onderzoeks- of beleidsprobleem de verschillende invalshoeken en benaderingen tegenover elkaar af en selecteert de meest geschikte benaderingswijzen gesteld de gegeven context of het gegeven probleem -; beschikt over de vaardigheden om relevante informatie te verzamelen, te schiften en te analyseren, inclusief de vaardigheid om daarbij gebruik te maken van verschillende informatiesystemen; kan samenwerken en in teamverband functioneren met medestudenten en navorsers, ook van andere disciplines, bij het verrichten van wetenschappelijk onderzoek; beschikt over voldoende kritische zin die hem/haar in de mogelijkheid stelt om autonoom kennis te verwerven, te onderzoeken en wetenschappelijke problemen aan te pakken, met aandacht voor originaliteit en creativiteit; heeft de nodige praktische vaardigheden (o.a. mondelinge en schriftelijke vaardigheden en computerkennis) verworven om adequaat in wetenschap en maatschappij te kunnen functioneren binnen zijn/haar eigen specialisme; beschikt over de attitude om zich op de hoogte te blijven houden van de ontwikkelingen in het vakgebied of deelgebied ervan; De visitatiecommissie politieke wetenschappen vult deze descriptoren aan met een in haar visie bijzonder belangrijke levenshouding: De Master in de Politieke Wetenschappen moet: zich een -voor een beoefenaar van wetenschap- passende kritische en open houding aanmeten; in het bijzonder in staat zijn tot reflectie en zelfkritiek; een maatschappelijk verantwoordelijkheidsgevoel hebben De Master na master in de Politieke Wetenschappen Algemene doelstellingen van de master na masteropleidingen politieke wetenschappen De algemene doelstelling van de master na masteropleidingen in de politieke wetenschappen is dat deze opleidingen abituriënten afleveren die in staat zijn om: een goede balans te vinden tussen het beschrijvende en verdiepende kennis (ingangs- en aspiratieniveau) die tijdens de opleiding bestudeerd wordt, in overeenstemming met de eerder voltooide masteropleiding en de vereiste competenties op de arbeidsmarkt; op academisch niveau te handelen: dat wil zeggen hij/zij moet met inzicht in en respect voor uiteenlopende uitgangspunten en standpunten kunnen handelen, conform het niveau van de master na masteropleiding. Domeinspecifieke eisen voor de master na masteropleidingen politieke wetenschappen De visitatiecommissie expliciteert onderstaande domeinspecifieke eisen voor de afgestudeerde master na master in de politieke wetenschappen, en baseert zich daarbij in de indeling op de Dublin descriptoren: Kennis en inzicht: De afgestudeerde uit de master na masteropleiding: heeft aantoonbare gespecialiseerde kennis en inzicht in het domein, die gebaseerd is op de kennis en het inzicht die op niveau van de master werden geïnitieerd en deze dient te verbreden of te verdiepen; heeft aantoonbare gespecialiseerde kennis en inzicht die het mogelijk maakt om een originele bijdrage te leveren aan het ontwikkelen en/of toepassen van wetenschappelijke kennis, vaak in onderzoeksverband; Toepassen van kennis en inzicht: De afgestudeerde uit de master na masteropleiding moet in staat zijn om: kennis en inzicht en probleemoplossende vermogens toe te passen in nieuwe of onbekende omstandigheden binnen een bredere (of multidisciplinaire) context die gerelateerd is aan het vakgebied; kennis te integreren en met complexe vraagstellingen om te gaan; Het referentiekader 14

15 Oordeelsvorming: De afgestudeerde uit de master na masteropleiding moet in staat zijn om: oordelen te formuleren op grond van onvolledige of beperkte informatie en daarbij rekening te houden met sociaal-maatschappelijke en ethische verantwoordelijkheden, die zijn verbonden aan het toepassen van de eigen kennis en oordelen; Communicatie: De afgestudeerde uit de master na masteropleiding moet in staat zijn om: conclusies, alsmede de kennis, motieven en overwegingen die hieraan te grondslag liggen, duidelijk en ondubbelzinnig over te brengen op een publiek van specialisten en niet-specialisten; Leervaardigheden: De afgestudeerde uit de master na masteropleiding: bezit leervaardigheden die hem of haar in staat stellen een vervolgstudie aan te gaan met een grotendeels zelfgestuurd of autonoom karakter; moet open staan voor permanente bijscholing en levenslang leren; De visitatiecommissie politieke wetenschappen vult deze descriptoren aan met een in haar visie bijzonder belangrijke levenshouding: De afgestudeerde uit de master na masteropleiding moet: zich een -voor een beoefenaar van wetenschap- passende kritische en open houding aanmeten; in het bijzonder in staat zijn tot reflectie en zelfkritiek; een maatschappelijk verantwoordelijkheidsgevoel hebben; 1.3. Complementaire items in het referentiekader van de Visitatiecommissie Politieke Wetenschappen met betrekking tot internationalisering voor de ICP master na master programma s De Master of Evaluaton and Management (ICP), de Master of Globalisation and Economic Development (ICP) en de Master of Governance and Development (ICP), georganiseerd door het Instituut voor Ontwikkelingsbeleid en -beheer (IOB) aan de Universiteit Antwerpen, zijn éénjarige master na masteropleidingen. Voor de evaluatie van deze opleidingen aan de Universiteit Antwerpen zal de visitatiecommissie politieke wetenschappen: 1. het algemene referentiekader voor de evaluatie van de master na masteropleidingen Politieke Wetenschappen als basis gebruiken 2. aangevuld met specifieke vereisten voor deze programma s in relatie tot de internationalisering Naast de (minimale) doelstellingen en de domeinspecifieke eisen die de commissie formuleerde voor het academisch master na master diploma in de politieke wetenschappen acht de visitatiecommissie de volgende vereisten cruciaal voor deze opleidingen. Aangezien elk van deze programma s is opgezet als een International Course Programme (ICP) dat zich richt op studenten uit ontwikkelingslanden dient telkens aan een aantal extra voorwaarden te worden voldaan om effectief te kunnen werken en bij te dragen tot duurzame ontwikkeling. Duurzame ontwikkeling kan worden gegarandeerd door de zorgvuldige selectie van studenten voor beurzen. Kandidaten zouden reeds moeten verankerd zijn in een nationale instelling vóór hun aankomst. Dit garandeert dat de inhoud van het programma relevant is voor het land van herkomst. Het steunen van de ontwikkeling van de mankracht van een nationaal instituut gaat boven het individuele belang. Bij hun terugkeer zouden de afgestudeerde masters ingezet moeten worden op een niveau met meer verantwoordelijkheden, gebaseerd op de verworven kennis en de nazorg door het programma. Het programma is effectief wanneer de eindtermen van het master programma worden bereikt door de studenten. Het programma verliest aan effectiviteit wanneer culturele verschillen, sociale noden en speciale verwachtingen in verband met de werkomgeving in het land van herkomst onvoldoende aan de orde worden gesteld. Het referentiekader 15

16 In de praktijk kan zowel de bijdrage tot duurzame ontwikkeling van het partnerland als het verhogen van de effectiviteit van het programma worden gerealiseerd door de volgende bijkomende activiteiten: Voor de start van het programma: het aankondigen van het programma in instellingen/instituten in ontwikkelingslanden; het vergemakkelijken van het verkrijgen van studiebeurzen voor de kandidaten; het selecteren van kandidaten op basis van een op ontwikkeling gericht transparant beleid (uitgebreid curriculum vitae, motivatie, referenties, bewustzijn van en inzicht in de problemen gerelateerd aan het domein van de studie in het land van herkomst, ); het aanmoedigen van inschrijvende studenten om een document op te stellen waarin de politicologische problemen in het land van herkomst en de behoefte aan opleiding in de Politieke Wetenschappen om zulke problemen op te lossen wordt beschreven (dit zou de selectie van kandidaten kunnen vergemakkelijken); het voorbereiden van de aankomst van de studenten (huisvesting, ); sociale en culturele introductie; het organiseren van voorbereidende cursussen (taal, wiskunde, computerlessen, ). Tijdens het programma: docenten dienen vloeiend Engels te spreken en ervaring te hebben in ontwikkelingslanden en sterk gemotiveerd te zijn om zich te bekommeren om de doelgroep; het programma dient de studenten duidelijk te informeren over de voorschriften en reglementeringen die gelden aan de universiteit, meer bepaald met betrekking tot examens, het bijwonen van de onderwijsactiviteiten en het omgaan met de staf; speciale aandacht dient uit te gaan naar de ethische code verbonden aan het studiedomein; zelfstandig werken en publieke/mondelinge rapportering dient te worden aangemoedigd, aangeleerd en ontwikkeld; het verkrijgen van een draagbare computer en documentatie (boeken, software programma s ) dient te worden vergemakkelijkt; de prioriteit dient uit te gaan naar thesisonderwerpen op materiaal of problemen van / in het thuisland; technieken aangeleerd tijdens het programma dienen te worden aangevuld met technieken die toepasbaar zijn in het thuisland; voortdurende socio-culturele zorg dient beschikbaar te zijn, aangevuld met een gemakkelijk toegankelijk klachten- / vraag- / suggestie- / feedbacksysteem. Nadat het programma is beëindigd: organisatorische aspecten van de terugkeer; toegang verlenen tot netwerken of participatie aan netwerken stimuleren (discussieforum op het internet, uitwisseling van pdf documenten van wetenschappelijke literatuur, ); het organiseren van post- programma activiteiten (regionale workshops, opfriscursussen, nieuwsbrief op het internet, scholing, ); het creëren van doctoraatsprojecten. Het referentiekader 16

17 2 Onderwijskundige uitgangspunten De opleiding stelt zich garant voor de wetenschappelijke, maatschappelijke en beroepsvoorbereidende relevantie, de effectiviteit en efficiëntie van het opleidingsprogramma. Daartoe moet het onderwijs voldoen aan inhoudelijke en professionele standaarden zoals de ontwikkelingen in het vak- en wetenschapsgebied en aan eisen die de arbeidsmarkt stelt, moet de opleiding op de hoogte zijn van de beschikbare wetenschappelijke kennis over leren en onderwijzen nodig voor het ontwerpen, uitvoeren en evalueren van het onderwijs en rekening houden met relevante maatschappelijke ontwikkelingen zoals de sterke opkomst van de informatietechnologie, de toenemende multi-culturaliteit van de samenleving, de trend tot internationalisering, enz Algemene uitgangspunten Wetenschaps- en vakgebied: De opleiding is op de hoogte van de (meest recente) theorievorming en van de ontwikkelingen in het vakgebied en deze zijn terug te vinden in de inhoud en de opbouw van het onderwijsprogramma; De bachelor-, master en master na masteropleidingen zijn innoverend (meer flexibiliteit, meer multi-disciplinariteit binnen en buiten het vakgebied, meer interactiviteit tussen studenten en onderwijzende staf,...); De opleiding vereist een onderzoeksgebaseerd onderwijs, met een geleidelijke immersie in het wetenschappelijk onderzoek (o.a. door het organiseren van veel actieve practica). Arbeidsmarkt: De opleiding heeft structurele contacten met het werkveld; De opleiding voorziet in mogelijkheden voor de studenten om kort kennis te maken met de praktijk, bijvoorbeeld door het inrichten van korte kennismakingsstages in het programma; De kennis van en ervaring met het werkveld wordt systematisch vertaald naar het onderwijsaanbod; De opleiding voert een actief alumnibeleid. Wetenschappelijke kennis omtrent leren en onderwijzen: De opleiding heeft kennis van de meest recente inzichten op het terrein van leren en onderwijzen; De opleiding heeft een expliciete visie op leren en onderwijzen (onderwijskundig referentiekader); Het onderwijskundig referentiekader is mede uitgangspunt voor de inrichting van het programma. Relevante maatschappelijke ontwikkelingen: De opleiding is op de hoogte van de effecten van de informatietechnologie op het vak- en wetenschapsgebied en heeft daar het onderwijsprogramma op afgestemd; De opleiding heeft een duidelijke en geëxpliciteerde visie op de internationalisering van de opleiding; De opleiding is zich bewust van de veranderende rol van de overheid Specifieke uitgangspunten a. Doelstellingen en eindtermen De eindtermen zijn sturend en richtinggevend voor de inhoud en de vormgeving van het onderwijsaanbod; De doelstellingen en eindtermen van de opleiding moeten mede gebaseerd zijn op de wettelijke regelingen, de ontwikkelingen in het wetenschaps- en vakgebied, de arbeidsmarkt voor de afgestudeerden, de kennis omtrent leren en onderwijzen en relevante maatschappelijke ontwikkelingen; De keuzes die daarbij door de opleiding zijn gemaakt zijn helder en expliciet vastgelegd in het onderwijsbeleid van de opleiding en vertaald naar het opleidingsprofiel; De doelstellingen en eindtermen zijn helder en concreet. De eindtermen zijn beschreven aan de hand van bij de student waarneembaar gedrag; Het referentiekader 17

18 In de doelstellingen en eindtermen komt het wetenschappelijk niveau van de opleiding concreet tot uitdrukking; Doelstellingen en eindtermen zijn zowel geformuleerd op het niveau van de opleiding als op programmafase en cursusniveau; Het academisch personeel werkt aantoonbaar in het kader van de eindtermen van de opleiding; Er is sprake van een herkenbare samenhang tussen de eindtermen van de opleiding en de doelstellingen op cursusniveau, programmafase en programmaniveau; Eindtermen en doelstellingen zijn zo geformuleerd dat ze toetsbaar zijn. b. Vorm en inhoud van het onderwijsleerproces Studeerbaarheid De visie op leren en onderwijzen is concreet vertaald naar studeerbaarheidskenmerken waaraan de programmaorganisatie van de opleiding moet voldoen; Het programma dient door de student te kunnen worden gevolgd in de ervoor gestelde tijd en dient aan te zetten tot doelmatig tijdsgebruik; In de mate van het mogelijke dient rekening te worden gehouden met individuele variaties in studietempo; dit blijkt onder meer uit differentiatievoorzieningen binnen het programma; Werkvormen en didactiek De visie op leren en onderwijzen is concreet vertaald naar door de opleiding noodzakelijk geachte werkvormen en didactiek; Het onderwijsprogramma en de werkvormen dienen zo veel mogelijk te worden afgestemd op het leerproces van de student; Het leerproces van de student wordt ondersteund door een adequate didactische uitrusting en door goed aansluitend studie- en instructiemateriaal, dat in voldoende mate voor de studenten beschikbaar is; Er is een gevarieerd gebruik van aangepaste didactische werkvormen en een efficiënte begeleiding ervan met relevante technologieën waarbij actief gebruik wordt gemaakt van Computer Ondersteund en Computer Beheerd Onderwijs; De werkvormen zijn stimulerend en activerend; Naarmate studenten verder in het programma komen, verschuift het accent steeds meer naar zelfstudie en zelfwerkzaamheid en nemen minder docentafhankelijke onderwijsvormen een steeds belangrijker plaats in. c. Flexibilisering Het onderwijsprogramma en het curriculum laten ruimte voor flexibilisering (individuele studietrajecten, volgen van keuzeopleidingsonderdelen in andere faculteiten of instellingen, overstap van een bachelor aan een bepaalde instelling naar een master aan een andere instelling, minor - major, enz.); Er zijn herkenbare leerroutes voor studenten met verschillende vooropleidingen. d. Studenteninstroom en studiebegeleiding De opleiding voert een beleid gericht op het vroegtijdig signaleren van veranderingen in de instroom; In het onderwijs zijn mogelijkheden ingebouwd om de deficiënties in kennis en vaardigheden weg te werken; De opleiding voorziet in een systeem van studie- en studentenbegeleiding dat is gericht op het voorkomen en tijdig signaleren van studieproblemen en op het doen van suggesties voor en zorgen voor oplossingen; Studenten met een (leer)handicap kunnen op begrip en begeleiding rekenen zodat hun handicap hun slaagkans zo min mogelijk beïnvloedt; De begeleiding van de studenten is vanaf het begin gericht op zelfstandig leren werken; De opleiding neemt gericht maatregelen om de resultaten en de studievoortgang van de studenten te bevorderen; De opleiding voert een actief begeleidingsbeleid. Het referentiekader 18

19 e. Evaluatie De visie op leren en onderwijzen is concreet vertaald naar de vorm en inhoud van de evaluatie, met een onderscheid tussen permanente en periodegebonden evaluatie; De exameneisen en -vormen zijn vooraf aan de studenten duidelijk bekend gemaakt; De beoordeling vindt plaats op basis van vooraf vastgelegde beoordelingscriteria; De opleiding voorziet in feedback over de toetsresultaten aan de studenten. f. Kwaliteitseisen met betrekking tot de eindverhandeling/masterproef De eindverhandeling/masterproef is een individuele proeve van bekwaamheid en vormt het sluitstuk van de opleiding; De opleiding is zo ingericht dat de student zich op een adequate manier kan voorbereiden op het afleggen van een proeve van bekwaamheid; Met de eindverhandeling/masterproef tonen de studenten aan dat ze de relevante literatuur adequaat kunnen verwerken en dat ze een onderzoeksprobleem op een creatieve en wetenschappelijk verantwoorde manier kunnen doorgronden, aanpakken, uitvoeren, analyseren en de resultaten ervan helder kunnen rapporteren en verdedigen, zowel schriftelijk als mondeling; De eindverhandeling/masterproef heeft een omvang van ten minste één vijfde van het totale aantal studiepunten met een minimum van 15 en een maximum van 30 studiepunten; De beoordelingscriteria zijn helder en expliciet vastgelegd en bekendgemaakt. g. Internationalisering De opleiding maakt actief deel uit van een netwerk van onderwijsinstellingen; De studenten worden gestimuleerd onderwijs in het buitenland te volgen of om een deel van het onderzoek voor hun masterproef in het buitenland uit te voeren; Buitenlandse studenten worden gestimuleerd bij de opleiding onderwijs te volgen; De kwaliteit van het in het buitenland gevolgde onderwijs wordt getoetst; De infrastructuur van de opleiding is afgestemd op buitenlandstudies en de opvang van buitenlandse studenten; Er is aandacht voor buitenlandse culturen in de opleiding; In de eindtermen van de opleiding zijn eindtermen opgenomen over de beheersing van relevante vreemde talen; bij het geven van presentaties wordt bevorderd dat deze (deels) in de relevante vreemde taal (i.h.b. in het Engels) plaatsvinden. h. Faciliteiten Het onderwijsleerproces wordt ondersteund door voldoende en kwalitatieve accommodatie. 3 Onderwijsorganisatie De onderwijsorganisatie is zo ingericht dat sturing van het onderwijs mogelijk is; De onderwijsorganisatie is zodanig van opzet dat de samenhang in het onderwijsprogramma (zowel in de ontwikkelingsfase als in de uitvoerings- en verbeterfase) is gewaarborgd, met een efficiënte coördinatie binnen en tussen de opleidingsonderdelen; Het opleidingsbestuur heeft de bevoegdheid en verantwoordelijkheid om vanuit de doelstellingen en eindtermen en het daarop gebaseerde opleidingsprofiel vorm en inhoud te geven aan het onderwijs en de onderwijsorganisatie; De interne werk- en overlegstructuur (o.a. tussen de docenten afkomstig vanuit verschillende disciplines) is afgestemd op de noodzakelijke sturing van en afstemming binnen het programma; De opleiding heeft een studentenbegeleidingsysteem met duidelijk omschreven taken en verantwoordelijkheden; De studenten zijn voldoende betrokken bij de organisatie en sturing van het onderwijs. Het referentiekader 19

20 4 Personeelsbeleid en kwaliteitseisen onderwijzende staf Personeelsbeleid De selectie van personeel vindt mede plaats op basis van taakprofielen die afgestemd zijn op de onderwijstaken; Het periodiek voeren van functionerings- en beoordelingsgesprekken met expliciete aandacht voor onderwijs is een integraal onderdeel van het personeelsbeleid van de opleiding; De opleiding heeft een geëxpliciteerd scholingsbeleid dat is afgestemd op de eisen van het onderwijsprogramma en op de resultaten van functioneringsgesprekken; Resultaten van evaluaties o.a. door studenten vormen mede de basis van het te voeren personeelsbeleid; De opleiding werkt met normen voor het vaststellen van de docentlast; Docenten hebben een open ingesteldheid en zijn in voldoende mate aanspreekbaar en bereikbaar. Kwaliteitseisen onderwijzende staf De kwaliteitseisen van de onderwijzende staf hebben vooral betrekking op: de onderwijsdeskundigheid; de wetenschappelijke deskundigheid; de vertrouwdheid en de ervaring met het werkveld. Deze vereisten impliceren ook een op wetenschappelijk onderzoek gestoelde opleiding teneinde de continue evolutie in de wetenschappen in het algemeen en inzake politicologie in het bijzonder op de voet te kunnen volgen, en om actief deel te kunnen nemen aan de evaluatie van de ontwikkelingen binnen het werkveld. Daarenboven wordt continue bijscholing en voortgezette vorming noodzakelijk geacht. Qua bestaffing veronderstelt de opleiding academici van hoog niveau. Opdat bekendheid met en betrokkenheid bij het wetenschappelijk onderzoek kan gerealiseerd worden, wordt van de staf een wetenschappelijk curriculum en een actieve deelname in het wetenschappelijk onderzoek verondersteld. 5 Interne kwaliteitszorg De opleiding beschikt over een geëxpliciteerd kwaliteitszorgsysteem; Het kwaliteitsbeleid en -systeem is zowel preventiegericht, controlegericht, als verbeteringsgericht; De kwaliteitszorg betreft niet enkel het primaire proces, maar alle kwaliteitsaspecten in hun onderlinge samenhang en in relatie tot de verschillende verantwoordelijkheidsniveaus; De opleiding werkt zo veel mogelijk met streefnormen voor het beoordelen of en in welke mate de gewenste kwaliteit wordt gerealiseerd; Er is duidelijk vastgelegd waar de verantwoordelijkheden liggen voor de kwaliteitszorg en wie welke taken daarin heeft; De opleiding beschikt over de informatiesystemen nodig voor het tot stand brengen van kwaliteit en voor het bewaken en beoordelen van de geleverde kwaliteit; De kwaliteitsbewaking is afgestemd op de met het onderwijsontwerp beoogde doelen en de streefnormen die voor het halen daarvan zijn vastgesteld; De opleiding voert een beleid dat aandacht voor het leveren van kwaliteit bevordert; De opleiding bewaakt de inhoudelijke kwaliteit van de vakken met als specifiek aandachtspunt de samenhang en het vermijden van overlappingen tussen de verschillende vakken. Het referentiekader 20

21 III Tabel met scores, onderwerpen en facetten In de hierna volgende tabel wordt het oordeel van de Commissie over de opnieuw te beoordelen onderwerpen van het accreditatiekader en de onderliggende facetten weergegeven voor de academische opleiding (master-na-master) Master in de Internationale Betrekkingen en de Diplomatie. De Commissie doet enkel uitspraak over de opnieuw te evalueren facetten en neemt conform de uitgetekende procedure de scores van de visitatiecommissie Politieke Wetenschappen, 2007 over voor die onderwerpen die destijds als voldoende werden beoordeeld. Voor het toekennen van de scores heeft de Commissie zich gebaseerd op de minimale decretale eisen die aan een dergelijke opleiding mogen worden gesteld, zoals beschreven in de Dublin descriptoren en vertaald naar de situatie in het Structuurdecreet van het Hoger Onderwijs (2003) en het toetsingskader van de Nederlands- Accreditatie organisatie (2004). Bovendien heeft de Commissie het verbijzonderd referentiekader van de visitatie Politieke Wetenschappen gehanteerd, waarin o.a. de domeinspecifieke eisen worden geëxpliciteerd. De Commissie wil er nadrukkelijk op wijzen dat de toegekende score per onderwerp of per facet een samenvatting inhoudt van een groter aantal aandachtspunten en criteria. Achter elk facet zitten dus diverse aandachtspunten die meespelen in de beoordeling. Bij het toekennen van de scores heeft de Commissie een gewogen gemiddelde gemaakt van haar beoordeling van deze aandachtspunten. Deze tabel is aldus onlosmakelijk verbonden met de argumentatie die in het deelrapport wordt beschreven per facet en elke interpretatie, louter op basis van de scores in de tabel doet onrecht aan de opleiding en gaat voorbij aan de opdracht van deze visitatie. Verklaring van de scores op de facetten: E Excellent best practice, kan (internationaal) als voorbeeld dienen voor andere opleidingen G Goed de kwaliteit stijgt uit boven de basiskwaliteit V Voldoende voldoet aan de basiseisen O Onvoldoende voldoet niet aan de minimumeisen OK voldoen aan de formele eisen Verklaring van de scores op de facetten: + Voldoende voldoet minstens aan de minimum-eisen voor basiskwaliteit; er is geen verdere schaalverdeling om verdere graden van excellentie aan te duiden. - Onvoldoende voldoet niet aan de minimumeisen voor basiskwaliteit. De opnieuw beoordeelde facetten (2010) worden schuin weergegeven. Van de onderwerpen die tijdens de evaluatie van 2007 als positief beoordeeld werden, worden de onderliggende facetten niet opnieuw opgelijst. Scoretabel 21

Toetsplan Masteropleiding Midden-Oosten Studies

Toetsplan Masteropleiding Midden-Oosten Studies Toetsplan Masteropleiding Studies 2017-2018 JAAR 1 semester 1 Blok 1 Blok 2 vaktitel vakcode week 1-7 colleges week 8/9/10 (her)toetsing week 11-17 colleges week 18/19/20 (her)toetsing Conflicten in het

Nadere informatie

Bijlage V. Bij het advies van de Commissie NLQF EQF. Tabel vergelijking NLQF-niveaus 5 t/m 8 en Dublin descriptoren.

Bijlage V. Bij het advies van de Commissie NLQF EQF. Tabel vergelijking NLQF-niveaus 5 t/m 8 en Dublin descriptoren. Bijlage V Bij het advies van de Commissie NLQF EQF Tabel vergelijking NLQF-niveaus 5 t/m 8 en. Tabel ter vergelijking NLQF niveaus 5 t/m 8 en Dublindescriptoren NLQF Niveau 5 Context Een onbekende, wisselende

Nadere informatie

Bijlage V. Bij het advies van de Commissie NLQF EQF. Tabel vergelijking NLQF-niveaus 5 t/m 8 en Dublin descriptoren.

Bijlage V. Bij het advies van de Commissie NLQF EQF. Tabel vergelijking NLQF-niveaus 5 t/m 8 en Dublin descriptoren. Bijlage V Bij het advies van de Commissie NLQF EQF Tabel vergelijking NLQF-niveaus 5 t/m 8 en. Tabel ter vergelijking NLQF niveaus 5 t/m 8 en Dublindescriptoren NLQF Niveau 5 Context Een onbekende, wisselende

Nadere informatie

Deel 1 Algemeen deel

Deel 1 Algemeen deel Algemeen deel IDe onderwijsvisitatie Politieke Wetenschappen 1 Inleiding In dit rapport brengt de Commissie Politieke Wetenschappen verslag uit van haar bevindingen over de academische bachelor, master

Nadere informatie

HET REFERENTIEKADER VAN DE VISITATIECOMMISSIE MATERIAALKUNDE CHEMISCHE TECHNOLOGIE INLEIDING

HET REFERENTIEKADER VAN DE VISITATIECOMMISSIE MATERIAALKUNDE CHEMISCHE TECHNOLOGIE INLEIDING HET REFERENTIEKADER VAN DE VISITATIECOMMISSIE MATERIAALKUNDE CHEMISCHE TECHNOLOGIE INLEIDING Voor het beoordelen van het onderwijs gaat de visitatiecommissie uit van een referentiekader gebaseerd op geformuleerde

Nadere informatie

Het referentiekader van de visitatiecommissie Informatica-Toegepaste Informatica-Computerwetenschappen 2009

Het referentiekader van de visitatiecommissie Informatica-Toegepaste Informatica-Computerwetenschappen 2009 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33 34 35 36 37 38 39 40 41 42 43 44 45 46 47 INLEIDING Het referentiekader van de visitatiecommissie Informatica-Toegepaste

Nadere informatie

De onderwijsvisitatie Politieke Wetenschappen

De onderwijsvisitatie Politieke Wetenschappen De onderwijsvisitatie Politieke Wetenschappen Een evaluatie van de kwaliteit van de bachelor-, master- en master-na-masteropleidingen Politieke Wetenschappen aan de Vlaamse Universiteiten www.vlir.be Brussel

Nadere informatie

Beoordelingskader Pilot Bijzonder Kenmerk Ondernemen

Beoordelingskader Pilot Bijzonder Kenmerk Ondernemen Beoordelingskader Pilot Bijzonder Kenmerk Ondernemen 22 november 2011 Inhoud 1 Inleiding 3 2 Beoordeling van het bijzonder kenmerk ondernemen 5 2.1 Uitgangspunten voor de beoordeling van het bijzonder

Nadere informatie

Midden-Oostenstudies CROHO 60842

Midden-Oostenstudies CROHO 60842 Faculteit der Letteren Onderwijs- en Examenregeling (OER) Deel B: Masteropleiding Midden-Oostenstudies CROHO 60842 Programma Midden-Oostenstudies voor het studiejaar 2016-2017 Inhoud: 1. Algemene bepalingen

Nadere informatie

Neerlandistiek CROHO 60849

Neerlandistiek CROHO 60849 Faculteit der Letteren Onderwijs- en Eamenregeling (OER) Deel B: Masteropleiding CROHO 60849 voor het studiejaar 2017-2018 Inhoud: 1. Algemene bepalingen 2. Toelating 3. Inhoud en inrichting van de opleiding

Nadere informatie

Programma van toetsing

Programma van toetsing Programma van toetsing Inleiding In samenwerking met onderwijskundige experts hebben we ons programma van toetsing ontworpen. Het programma van toetsing is gevarieerd en bevat naast kennistoetsen en beoordelingen

Nadere informatie

Doelstellingen Onderwerp niet behandeld tijdens de verkorte procedure na tijdelijke erkenning.

Doelstellingen Onderwerp niet behandeld tijdens de verkorte procedure na tijdelijke erkenning. Ontwerp van accreditatierapport en -besluit met een positieve beoordeling van de accreditatieaanvraag voor de opleiding Master of Science in de architectuur (master) van de Universiteit Antwerpen (na tijdelijke

Nadere informatie

Programma van toetsing

Programma van toetsing Programma van toetsing Programma van toetsing Versie 1.1 Con Amore B.V. Inleiding In samenwerking met onderwijskundige experts hebben we een nieuw programma van toetsing ontworpen. We zijn afgestapt van

Nadere informatie

Toetsplan Bacheloropleiding Informatiekunde 2014-2015

Toetsplan Bacheloropleiding Informatiekunde 2014-2015 Toetsplan Bacheloropleiding 2014-2015 BA 1 IK Blok 1 Blok 2 Blok 3 Blok 4 7 collegewekeweken 3 toetsweken 7 college- 2 blok 1 weken blok 2 weken blok 3 toetsweken blok 4 opdrachten schr. tent. schr. tent.

Nadere informatie

Informatievergadering. Hervisitatie Specifieke lerarenopleiding

Informatievergadering. Hervisitatie Specifieke lerarenopleiding Informatievergadering Hervisitatie Specifieke lerarenopleiding Wie zijn we? Besluit Vlaamse Regering Visitatieprotocol Planning ZER en beoordelingskader Visitatieproces Visitatiecommissie 23/04/2014 2

Nadere informatie

Toetsplan Bachelor CIW 2014-2015

Toetsplan Bachelor CIW 2014-2015 Toetsplan Bachelor CIW 2014-2015 BA 1 CIW Blok 1 Blok 2 Blok 3 Blok 4 7 collegewekeweken blok 1 weken blok 2 weken blok 3 3 toetsweken 7 college- hertoetsweek 2 toetsweken 7 college- hertoetsweek 2 toetsweken

Nadere informatie

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. Faculteit der Filosofie, Theologie en Religiewetenschappen. Deel 2 (Opleidingsspecifiek deel): Bachelor Wijsbegeerte

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. Faculteit der Filosofie, Theologie en Religiewetenschappen. Deel 2 (Opleidingsspecifiek deel): Bachelor Wijsbegeerte ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING 2015-2016 Faculteit der Filosofie, Theologie en Religiewetenschappen Deel 2 (Opleidingsspecifiek deel): Bachelor Wijsbegeerte Deze onderwijs- en examenregeling (OER-FFTR) treedt

Nadere informatie

Doelstellingen van de opleiding Onderwerp niet behandeld tijdens de verkorte procedure na tijdelijke erkenning.

Doelstellingen van de opleiding Onderwerp niet behandeld tijdens de verkorte procedure na tijdelijke erkenning. nvao nederiands - viaamse accreditatieorganisatie Besluit datum 21 november 2016 onderwerp Definitief accreditatiebesluit (004107) bijlage 1 Intrekking en nieuwe vaststelling van het accreditatiebesluit

Nadere informatie

Toetsplan Bacheloropleiding Kunsten, Cultuur en Media 2014-2015

Toetsplan Bacheloropleiding Kunsten, Cultuur en Media 2014-2015 Toetsplan Bacheloropleiding Kunsten, Cultuur en Media 2014-2015 JAAR 1 semester 1 Blok 1 Blok 2 titel code week 1-7 colleges Introduction to Audiovisual Culture continue toetsing, wekelijks verschillende

Nadere informatie

DEEL B VAN DE ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING VAN DE BACHELOROPLEIDING ROEMEENSE TAAL EN CULTUUR

DEEL B VAN DE ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING VAN DE BACHELOROPLEIDING ROEMEENSE TAAL EN CULTUUR DEEL B VAN DE ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING VAN DE BACHELOROPLEIDING ROEMEENSE TAAL EN CULTUUR 2015-2016 Deel B: opleidingsspecifiek deel 1. Algemene bepalingen Artikel 1.1 Begripsbepalingen Artikel 1.2

Nadere informatie

JAAR 1 semester 1 Blok 1 Blok 2. (her)toetsing Griekse grammatica en

JAAR 1 semester 1 Blok 1 Blok 2. (her)toetsing Griekse grammatica en BIJLAGE 1 Toetsplan Bacheloropleiding Taal en Cultuur 2014-2015 JAAR 1 semester 1 Blok 1 Blok 2 week 1-7 colleges week 8/9/10, 20 week 11-16, 19 colleges week 21/22, 30 Griekse grammatica en LQG010P05

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling

Onderwijs- en examenregeling Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2017 Opleidingsspecifiek deel: Bacheloropleiding: Russische studies Deze onderwijs- en examenregeling is gebaseerd op de Wet op het hoger onderwijs

Nadere informatie

Competentie-invullingsmatrix

Competentie-invullingsmatrix Competentie-invullingsmatrix masterprf Master of Science in de wiskunde Academiejaar 2016-2017 Legende: W=didactische werkvormen E=evaluatievormen Competentie in één of meerdere wetenschappen Wetenschappelijke

Nadere informatie

De opleiding Master na master in de Actuariële Wetenschappen van de Vrije Universiteit Brussel

De opleiding Master na master in de Actuariële Wetenschappen van de Vrije Universiteit Brussel Visitatie Actuariële Wetenschappen De opleiding Master na master in de Actuariële Wetenschappen van de Vrije Universiteit Brussel Verkorte procedure www.vlir.be Brussel-december 2010 Exemplaren van dit

Nadere informatie

Opleidingsspecifieke deel OER, Opleiding / programma: BA Liberal Arts and Sciences

Opleidingsspecifieke deel OER, Opleiding / programma: BA Liberal Arts and Sciences Opleidingsspecifieke deel OER, 2017-2018 Opleiding / programma: Artikel Tekst 2.3 Colloquium doctum Het toelatingsonderzoek, bedoeld in art. 7.29 van de wet, heeft betrekking op de volgende vakken op het

Nadere informatie

Eindtermen. voor de. Bacheloropleiding Bewegingswetenschappen. Faculteit der Medische Wetenschappen. Rijksuniversiteit Groningen

Eindtermen. voor de. Bacheloropleiding Bewegingswetenschappen. Faculteit der Medische Wetenschappen. Rijksuniversiteit Groningen Eindtermen voor de Bacheloropleiding Bewegingswetenschappen Faculteit der Medische Wetenschappen Rijksuniversiteit Groningen 1 Opbouw eindtermen BW Groningen De bewegingswetenschapper is op bachelor niveau

Nadere informatie

De onderwijsvisitatie Manama s Economische wetenschappen Toegepaste economische wetenschappen Handelsingenieur

De onderwijsvisitatie Manama s Economische wetenschappen Toegepaste economische wetenschappen Handelsingenieur De onderwijsvisitatie Manama s Economische wetenschappen Toegepaste economische wetenschappen Handelsingenieur Een evaluatie van de kwaliteit van de master-na-masteropleidingen in de Economische wetenschappen,

Nadere informatie

Kwaliteitszorg en accreditatie

Kwaliteitszorg en accreditatie Infofiche Kwaliteitszorg en accreditatie Om kwaliteitsvol onderwijs te garanderen, worden opleidingen en instellingen beoordeeld. Enerzijds is er interne kwaliteitszorg die binnen de hogeschool of universiteit

Nadere informatie

Opleiding / programma: BA Liberal Arts and Sciences. Artikel Tekst 2.3 Colloquium doctum

Opleiding / programma: BA Liberal Arts and Sciences. Artikel Tekst 2.3 Colloquium doctum Opleidingsspecifieke deel OER, 2018-2019 Opleiding / programma: Artikel Tekst 2.3 Colloquium doctum Het toelatingsonderzoek, bedoeld in art. 7.29 van de wet, heeft betrekking op de volgende vakken op het

Nadere informatie

BA 1 NTC Blok 1 Blok 2 Blok 3 Blok 4 vaktitel vakcode 7 collegewekeweken. tentamen. schriftelijk. schriftelijk. tentamen. tentamen.

BA 1 NTC Blok 1 Blok 2 Blok 3 Blok 4 vaktitel vakcode 7 collegewekeweken. tentamen. schriftelijk. schriftelijk. tentamen. tentamen. BIJLAGE 1 Toetsplan Bacheloropleiding Nederlandse Taal en Cultuur 2014-2015 BA 1 NTC Blok 1 Blok 2 Blok 3 Blok 4 7 collegewekeweken 3 toetsweken 7 college- blok 1 weken blok 2 weken blok 3 Academisch schrijven

Nadere informatie

De onderwijsvisitatie Godgeleerdheid en godsdienstwetenschappen

De onderwijsvisitatie Godgeleerdheid en godsdienstwetenschappen De onderwijsvisitatie Godgeleerdheid en godsdienstwetenschappen Een evaluatie van de kwaliteit van de academische opleidingen Godgeleerdheid en godsdienstwetenschappen in Vlaanderen www.vlir.be [Brussel

Nadere informatie

Handreiking toelichting bij descriptoren NLQF

Handreiking toelichting bij descriptoren NLQF Handreiking toelichting bij descriptoren NLQF CONTEXT Context Instroom Een bekende, stabiele leef- en leeromgeving. 1 Een herkenbare leef- en werkomgeving. Tussen niveau 1 en 2 is geen verschil in context;

Nadere informatie

MINISTERIE VAN DE VLAAMSE GEMEENSCHAP DEPARTEMENT ALGEMENE ZAKEN EN FINANCIEN

MINISTERIE VAN DE VLAAMSE GEMEENSCHAP DEPARTEMENT ALGEMENE ZAKEN EN FINANCIEN MINISTERIE VAN DE VLAAMSE GEMEENSCHAP DEPARTEMENT ALGEMENE ZAKEN EN FINANCIEN Administratie Ambtenarenzaken. - Afdeling Wervingen en Personeelsbewegingen Vlaamse Raad voor Wetenschapsbeleid Ter uitvoering

Nadere informatie

Gedragscode Onderwijstaal Universiteit Antwerpen UITGANGSPUNTEN

Gedragscode Onderwijstaal Universiteit Antwerpen UITGANGSPUNTEN Gedragscode Onderwijstaal Universiteit Antwerpen (Raad van Bestuur, 23 april 2013, 27 mei 2014, 31 maart 2015, 12 april 2016, 28 maart 2017 en 27 maart 2018) UITGANGSPUNTEN De Universiteit Antwerpen wenst

Nadere informatie

De onderwijsvisitatie Pedagogische Wetenschappen - Sociale en Culturele Agogiek

De onderwijsvisitatie Pedagogische Wetenschappen - Sociale en Culturele Agogiek De onderwijsvisitatie Pedagogische Wetenschappen - Sociale en Culturele Agogiek Een evaluatie van de kwaliteit van de opleidingen pedagogische wetenschappen en sociale en culturele agogiek aan de Vlaamse

Nadere informatie

Juridische kennis en professionele vaardigheden

Juridische kennis en professionele vaardigheden Eindtermen Bachelor Rechtsgeleerdheid master rechtsgeleerdheid De bachelor heeft kennis van en inzicht in het geldende recht alsmede recht met elkaar verbonden zijn. De bachelor is in staat om vanuit het

Nadere informatie

De onderwijsvisitatie Biologie

De onderwijsvisitatie Biologie De onderwijsvisitatie Biologie Een evaluatie van de kwaliteit van de opleidingen Biologie en de master in Nematologie, de master in Mariene en Lacustriene Wetenschappen en de master in Ecologisch Marien

Nadere informatie

De onderwijsvisitatie Afrikaanse Talen en Culturen

De onderwijsvisitatie Afrikaanse Talen en Culturen De onderwijsvisitatie Afrikaanse Talen en Culturen Een evaluatie van de kwaliteit van de Bachelor en de Master in de Afrikaanse Talen en Culturen aan de Vlaamse Universiteiten www.vlir.be Brussel Juni

Nadere informatie

Opleidingsspecifiek deel bij de OER Bacheloropleiding Natuurwetenschap en Innovatiemanagement Undergraduate School Geosciences

Opleidingsspecifiek deel bij de OER Bacheloropleiding Natuurwetenschap en Innovatiemanagement Undergraduate School Geosciences Opleidingsspecifiek deel bij de OER 2016-2017 Bacheloropleiding Natuurwetenschap en Innovatiemanagement Undergraduate School Geosciences art. 2.1 Toelating 1. Naast de in de wet genoemde diploma s die

Nadere informatie

ERKENNING NIEUWE OPLEIDING VLAANDEREN SJABLOON AANVRAAGDOSSIER AMBTSHALVE GEREGISTREERDE INSTELLINGEN MACRODOELMATIGHEIDSTOETS TOETS NIEUWE OPLEIDING

ERKENNING NIEUWE OPLEIDING VLAANDEREN SJABLOON AANVRAAGDOSSIER AMBTSHALVE GEREGISTREERDE INSTELLINGEN MACRODOELMATIGHEIDSTOETS TOETS NIEUWE OPLEIDING ERKENNING NIEUWE OPLEIDING VLAANDEREN SJABLOON AANVRAAGDOSSIER AMBTSHALVE GEREGISTREERDE INSTELLINGEN MACRODOELMATIGHEIDSTOETS TOETS NIEUWE OPLEIDING Opzet en structuur De sjabloon van het aanvraagdossier

Nadere informatie

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. Faculteit der Filosofie, Theologie en Religiewetenschappen. Bachelor Religiewetenschappen

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. Faculteit der Filosofie, Theologie en Religiewetenschappen. Bachelor Religiewetenschappen ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING 2015-2016 Faculteit der Filosofie, Theologie en Religiewetenschappen Deel 2 (Opleidingsspecifiek deel) Bachelor Religiewetenschappen Deze onderwijs- en examenregeling (OER-FFTR)

Nadere informatie

Faculteit der Geesteswetenschappen Cluster Filosofie. Bachelor scriptiereglement voor de opleiding: Wijsbegeerte

Faculteit der Geesteswetenschappen Cluster Filosofie. Bachelor scriptiereglement voor de opleiding: Wijsbegeerte Faculteit der Geesteswetenschappen Cluster Filosofie Bachelor scriptiereglement voor de opleiding: Wijsbegeerte Vastgesteld door de Examencommissie CoH, clustercommissie Filosofie op 1-2-2019 Scriptiereglement

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling

Onderwijs- en examenregeling Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2016 Opleidingsspecifiek deel: Bacheloropleiding: Engelse taal en cultuur Deze Onderwijs- en examenregeling is opgesteld overeenkomstig artikel 7.13

Nadere informatie

2. Selectie van studenten geschiedt op basis van een oordeel over de volgende kerncompetenties van belangstellenden:

2. Selectie van studenten geschiedt op basis van een oordeel over de volgende kerncompetenties van belangstellenden: Opleidingsspecifieke deel OER, 2017-2018 Opleiding / programma: Theologie en Religiewetenschappen Programma: Religie en Samenleving Artikel Tekst 2.1 Toelatingseisen opleiding 1. Voor toelating tot de

Nadere informatie

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. Faculteit der Filosofie, Theologie en Religiewetenschappen

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. Faculteit der Filosofie, Theologie en Religiewetenschappen ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING 2016-2017 Faculteit der Filosofie, Theologie en Religiewetenschappen Master Filosofie (120 EC) Deze onderwijs- en examenregeling (OER-FFTR) treedt in werking op 1 september

Nadere informatie

Opleiding Master in de industriële wetenschappen: bouwkunde. Competenties en gedragsindicatoren

Opleiding Master in de industriële wetenschappen: bouwkunde. Competenties en gedragsindicatoren Opleiding Master in de industriële wetenschappen: bouwkunde Competenties en gedragsindicatoren IW&T De competenties werden uitgeschreven in een meer begrijpbare taal. Vervolgens werden daar uit een beperkt

Nadere informatie

10 Masteropleiding Filosofie & Maatschappij

10 Masteropleiding Filosofie & Maatschappij 10 Masteropleiding Filosofie & Maatschappij 10.1 Inleiding Dit hoofdstuk bevat gedetailleerde informatie over de doelstellingen, eindkwalificaties en opbouw van de Masteropleiding Filosofie & Maatschappij.

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2011

Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2011 Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2011 Opleidingsspecifiek deel Masteropleiding: Nederlandkunde/ Dutch Studies Deze Onderwijs- en examenregeling is opgesteld overeenkomstig artikel

Nadere informatie

De onderwijsvisitatie Vergelijkende Cultuurwetenschappen

De onderwijsvisitatie Vergelijkende Cultuurwetenschappen De onderwijsvisitatie Vergelijkende Cultuurwetenschappen Een evaluatie van de kwaliteit van de opleiding Vergelijkende Cultuurwetenschappen aan de Universiteit Gent www.vlir.be [Brussel - juni 2006] De

Nadere informatie

Nota. Generieke leerresultaten van FIIW. 1 Genese van het document

Nota. Generieke leerresultaten van FIIW. 1 Genese van het document GROEP WETENSCHAP & TECHNOLOGIE FACULTEIT INDUSTRIËLE INGENIEURSWETENSCHAPPEN W. DE CROYLAAN 6 BUS 2000 3001 HEVERLEE, BELGIË HEVERLEE 30 juli 2013 Nota Generieke leerresultaten van FIIW 1 Genese van het

Nadere informatie

DEEL B van de onderwijs- en examenregeling voor de bacheloropleiding Algemene cultuurwetenschappen, 2014-2015

DEEL B van de onderwijs- en examenregeling voor de bacheloropleiding Algemene cultuurwetenschappen, 2014-2015 DEEL B van de onderwijs- en examenregeling voor de bacheloropleiding Algemene cultuurwetenschappen, 2014-2015 1 Algemene bepalingen Artikel 1.1 Toepasselijkheid van de regeling Deze regeling bestaat uit

Nadere informatie

Deel B: Bacheloropleiding Nederlandse Taal en Cultuur voor het studiejaar 2015-2016 Inhoud:

Deel B: Bacheloropleiding Nederlandse Taal en Cultuur voor het studiejaar 2015-2016 Inhoud: FACULTEIT DER LETTEREN ONDERWIJS- EN EAMENREGELING (OER) Deel B: Bacheloropleiding Nederlandse Taal en Cultuur voor het studiejaar 2015-2016 Inhoud: 1 Algemene bepalingen 2 Vooropleiding 3 Inhoud en inrichting

Nadere informatie

Medewerker onderwijsontwikkeling

Medewerker onderwijsontwikkeling Medewerker onderwijsontwikkeling Doel Ontwikkelen van en adviseren over het onderwijsbeleid en ondersteunen bij de implementatie en toepassing ervan, uitgaande van de geformuleerde strategie van de instelling/faculteit

Nadere informatie

Formuleren van de onderwijsdoelen van de bacheloropleidingen aan de UA

Formuleren van de onderwijsdoelen van de bacheloropleidingen aan de UA Formuleren van de onderwijsdoelen van de bacheloropleidingen aan de UA Inleiding Tijdens de eerste studiedag van de BAMA-werkgroep op 10 oktober l.l. werd aan de BAMAcoördinatoren de opdracht gegeven om

Nadere informatie

Eindkwalificaties van de bacheloropleiding Geschiedenis

Eindkwalificaties van de bacheloropleiding Geschiedenis Eindkwalificaties van de bacheloropleiding Geschiedenis Afgestudeerden van de opleiding hebben de onderstaande eindkwalificaties bereikt: I. Kennis Basiskennis en inzicht: 1. kennis van en inzicht in het

Nadere informatie

2. Afgestudeerden in de bacheloropleiding Taalwetenschap:

2. Afgestudeerden in de bacheloropleiding Taalwetenschap: Opleidingsspecifieke deel OER, 2017-2018 Opleiding / programma: Artikel Tekst 2.3 Colloquium doctum Het toelatingsonderzoek, bedoeld in art. 7.29 van de wet, heeft betrekking op de volgende vakken op vwo-niveau:

Nadere informatie

De onderwijsvisitatie Verkeerskunde. Een evaluatie van de kwaliteit van de academische opleidingen Verkeerskunde aan de Universiteit Hasselt

De onderwijsvisitatie Verkeerskunde. Een evaluatie van de kwaliteit van de academische opleidingen Verkeerskunde aan de Universiteit Hasselt De onderwijsvisitatie Verkeerskunde Een evaluatie van de kwaliteit van de academische opleidingen Verkeerskunde aan de Universiteit Hasselt www.vluhr.be Brussel - oktober 2012 De onderwijsvisitatie Verkeerskunde

Nadere informatie

Vragenlijst deelnemers Vlaams Lerend Netwerk STEM SO

Vragenlijst deelnemers Vlaams Lerend Netwerk STEM SO Vragenlijst deelnemers Vlaams Lerend Netwerk STEM SO 1. Persoonlijke gegevens Naam school:.. Provincie school: o Antwerpen o Limburg o Oost- Vlaanderen o Vlaams- Brabant o West- Vlaanderen Wat is je functie?

Nadere informatie

Besluit. Oordeel en samenvattend advies van de visitatiecommissie. Doelstellingen. Programma

Besluit. Oordeel en samenvattend advies van de visitatiecommissie. Doelstellingen. Programma n ed erl a n ds - v I a a mse a ccr e ditati eo r ga ni sati e Besluit Accreditatierapport en -besluit met een positieve beoordeling van de accreditatieaanvreag voor de opleiding Master of Arts in de bedrijfscommunicatie*

Nadere informatie

Sjabloon aanvraag voor het aanbieden van een anderstalige initiële bachelor- en/of masteropleiding

Sjabloon aanvraag voor het aanbieden van een anderstalige initiële bachelor- en/of masteropleiding Sjabloon aanvraag voor het aanbieden van een anderstalige initiële bachelor- en/of masteropleiding Decretale context De aanvraag voor het aanbieden van een anderstalige initiële bachelor- of masteropleiding

Nadere informatie

In aanvulling op bovenstaande voorwaarden gelden de volgende aanvullende toelatingsvoorwaarden per track:

In aanvulling op bovenstaande voorwaarden gelden de volgende aanvullende toelatingsvoorwaarden per track: Opleidingsspecifieke deel OER, 2017-2018 De opleiding Kunst- en cultuurwetenschappen Arts and Culture bestaat uit de programma s: Gender Studies (see English EER) Arts & Society (voorheen Kunstbeleid en

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 September 2010

Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 September 2010 Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 September 2010 Opleidingsspecifiek deel Masteropleiding: Italiaanse taal en cultuur Deze Onderwijs- en examenregeling is opgesteld overeenkomstig artikel 7.13

Nadere informatie

DEEL B van de onderwijs- en examenregeling voor de bacheloropleiding Duitse taal en cultuur, 2014-2015

DEEL B van de onderwijs- en examenregeling voor de bacheloropleiding Duitse taal en cultuur, 2014-2015 DEEL B van de onderwijs- en examenregeling voor de bacheloropleiding e taal en cultuur, 2014-2015 1 - Algemene bepalingen Artikel 1.1 Toepasselijkheid van de regeling Deze regeling bestaat uit deel A en

Nadere informatie

Het domeinspecifieke referentiekader masteropleiding Monumenten- en landschapszorg

Het domeinspecifieke referentiekader masteropleiding Monumenten- en landschapszorg Uittreksel uit het visitatierapport, 7 december 2010 Het domeinspecifieke referentiekader masteropleiding Monumenten- en landschapszorg 1.1 Inleiding Voor iedere opleiding wordt een domeinspecifiek referentiekader

Nadere informatie

COMMISSIE HOGER ONDERWIJS VLAANDEREN

COMMISSIE HOGER ONDERWIJS VLAANDEREN COMMISSIE HOGER ONDERWIJS VLAANDEREN SJABLOON AANVRAAGDOSSIER AMBTSHALVE GEREGISTREERDE INSTELLINGEN MACRODOELMATIGHEIDSTOETS M.H.O. OP TOETS NIEUWE OPLEIDING Opzet en structuur Dit sjabloon met richtlijnen

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling

Onderwijs- en examenregeling Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2016 Opleidingsspecifiek deel: Bacheloropleiding: Taalwetenschap Deze Onderwijs- en examenregeling is opgesteld overeenkomstig artikel 7.13 van de

Nadere informatie

Het domeinspecifieke referentiekader professioneel gerichte bacheloropleiding Biomedische laboratoriumtechnologie

Het domeinspecifieke referentiekader professioneel gerichte bacheloropleiding Biomedische laboratoriumtechnologie Uittreksel uit het visitatierapport biomedische laboratoriumtechnologie voedings- en dieetkunde, 15 december 2008 Het domeinspecifieke referentiekader professioneel gerichte bacheloropleiding Biomedische

Nadere informatie

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. Faculteit der Filosofie, Theologie en Religiewetenschappen

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. Faculteit der Filosofie, Theologie en Religiewetenschappen ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING 2016-2017 Faculteit der Filosofie, Theologie en Religiewetenschappen Master Filosofie () Deze onderwijs- en examenregeling (OER-FFTR) treedt in werking op 1 september 2016.

Nadere informatie

Voor de te onderscheiden programma s van de opleiding gelden, in aanvulling op het in art. 2.1 bepaalde, geen aanvullende toelatingsvoorwaarden.

Voor de te onderscheiden programma s van de opleiding gelden, in aanvulling op het in art. 2.1 bepaalde, geen aanvullende toelatingsvoorwaarden. Opleidingsspecifiek deel Art.2.1 toelatingseisen opleiding 1. Toelaatbaar tot de opleiding is de bezitter van een Nederlands of een buitenlands diploma van hoger onderwijs, die aantoont te beschikken over

Nadere informatie

Nieuw accreditatiestelsel: de opleidingsbeoordeling

Nieuw accreditatiestelsel: de opleidingsbeoordeling Wie zijn wij? Patrick van den Bosch Expert Kwaliteitszorg Patrick.vandenbosch@vluhr.be Nieuw accreditatiestelsel: de opleidingsbeoordeling Wouter Teerlinck Expert Kwaliteitszorg Wouter.teerlinck@vluhr.be

Nadere informatie

Accreditatiekader bestaande opleidingen hoger onderwijs [hbo-bachelor]: uitwerking voor Associate degree-programma s tijdens de pilotfase

Accreditatiekader bestaande opleidingen hoger onderwijs [hbo-bachelor]: uitwerking voor Associate degree-programma s tijdens de pilotfase Accreditatiekader bestaande opleidingen hoger onderwijs [hbo-bachelor]: uitwerking voor Associate degree-programma s tijdens de pilotfase 11 februari 2008 Inhoud 1 Inleiding 3 2 Accreditatiekader, toegespitst

Nadere informatie

Handreiking bij het beoordelingskader voor het bijzonder kenmerk Kleinschalig en intensief onderwijs

Handreiking bij het beoordelingskader voor het bijzonder kenmerk Kleinschalig en intensief onderwijs Handreiking bij het beoordelingskader voor het bijzonder kenmerk Kleinschalig en intensief onderwijs 12 november 2012 Inhoudsopgave 1 Inleiding 3 2 Handreiking voor specifieke invulling van de standaarden

Nadere informatie

Samenvattende bevindingen en overwegingen De NVAO steunt haar inhoudelijke besluitvorming op de onderstaande elementen uit het visitatierapport.

Samenvattende bevindingen en overwegingen De NVAO steunt haar inhoudelijke besluitvorming op de onderstaande elementen uit het visitatierapport. nvao r n e d e rla n d s- viaam se accreditatieorganisatie Accreditatiebesluit met een positief eindoordeel voor de opleiding Bachelor of Science in de politieke wetenschappen (academisch gerichte bachelor)

Nadere informatie

PR V1. Beroepscompetentie- profiel RBCZ therapeuten

PR V1. Beroepscompetentie- profiel RBCZ therapeuten PR 180724 V1 Beroepscompetentie- profiel Afgeleid van de niveaubepaling NLQF, niveau 6 heeft RBCZ kerncompetenties benoemd voor de complementair/alternatief therapeut. Als uitgangspunt zijn de algemene

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling

Onderwijs- en examenregeling Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2011 Opleidingsspecifiek deel: Bacheloropleiding: Russische Studies Deze Onderwijs- en examenregeling is opgesteld overeenkomstig artikel 7.13 van

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling van de bacheloropleiding

Onderwijs- en examenregeling van de bacheloropleiding Faculteit der Exacte Wetenschappen Onderwijs- en examenregeling van de bacheloropleiding Bedrijfswiskunde en Informatica Deel B Preambule In dit document wordt een A en een B gedeelte onderscheiden. In

Nadere informatie

BESLUIT: HOOFDSTUK I. ALGEMENE BEPALINGEN

BESLUIT: HOOFDSTUK I. ALGEMENE BEPALINGEN Reglement betreffende de erkenning van evaluatieorganen die een coördinerende taak hebben ten aanzien van de externe beoordeling van hogeronderwijsopleidingen in de Vlaamse Gemeenschap Gelet op het decreet

Nadere informatie

De onderwijsvisitatie Oosterse Studies

De onderwijsvisitatie Oosterse Studies De onderwijsvisitatie Oosterse Studies Een evaluatie van de kwaliteit van de opleiding Oosterse Talen en Culturen aan de Universiteit Gent en de opleidingen Taal- en Regiostudies aan de Katholieke Universiteit

Nadere informatie

van onderwijs en onderwijsondersteuning binnen Directeur onderwijsinstituut

van onderwijs en onderwijsondersteuning binnen Directeur onderwijsinstituut Opleidingsmanager Doel Ontwikkelen van programma( s) van wetenschappenlijk onderwijs en (laten) uitvoeren en organiseren van onderwijs en onderwijsondersteuning binnen de faculteit, uitgaande van een faculteitsplan

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling

Onderwijs- en examenregeling Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2011 Opleidingsspecifiek deel: Bacheloropleiding: Islamitische Theologie Deze Onderwijs- en examenregeling is opgesteld overeenkomstig artikel 7.13

Nadere informatie

De onderwijsvisitatie Diergeneeskunde en Laboratory Animal Science

De onderwijsvisitatie Diergeneeskunde en Laboratory Animal Science De onderwijsvisitatie Diergeneeskunde en Laboratory Animal Science Een evaluatie van de kwaliteit van de bacheloropleiding in de Diergeneeskunde (Universiteit Antwerpen) en van de master-na-masteropleiding

Nadere informatie

Samenvattende bevindingen en overwegingen De NVAO steunt haar inhoudelijke besluitvorming op de onderstaande elementen uit het visitatierapport.

Samenvattende bevindingen en overwegingen De NVAO steunt haar inhoudelijke besluitvorming op de onderstaande elementen uit het visitatierapport. nvao nederlands - ulaamse accreditatieorganisatie Besluit Accreditatiebesluit met een positief eindoordeel voor de opleiding Master of Science in het overheidsmanagement en -beleid (master) van de Katholieke

Nadere informatie

De onderwijsvisitatie Bouwkunde/ Bachelor Ingenieurswetenschappen

De onderwijsvisitatie Bouwkunde/ Bachelor Ingenieurswetenschappen De onderwijsvisitatie Bouwkunde/ Bachelor Ingenieurswetenschappen Een evaluatie van de kwaliteit van de bachelor- en masteropleidingen Bouwkunde en de bacheloropleiding Ingenieurswetenschappen aan de Vlaamse

Nadere informatie

Format samenvatting aanvraag. Opmerking vooraf

Format samenvatting aanvraag. Opmerking vooraf Format samenvatting aanvraag Opmerking vooraf Mocht u de voorkeur geven aan openbaarmaking van de gehele aanvraag in plaats van uitsluitend onderstaande samenvatting dan kunt u dat kenbaar maken bij het

Nadere informatie

Certificaten Daltononderwijs KPZ Wenke Daltonconsultants

Certificaten Daltononderwijs KPZ Wenke Daltonconsultants Certificaten Daltononderwijs KPZ Wenke Daltonconsultants Vernieuwing op basis van traditie 2 Aanleiding en doelstelling Het vaststellen van de kwalificatie eisen, inhoud, eindtermen en studiebelasting

Nadere informatie

Opleidingsspecifiek deel Natuurwetenschap en Innovatiemanagement bij de OER Bacheloropleidingen Undergraduate School Geosciences

Opleidingsspecifiek deel Natuurwetenschap en Innovatiemanagement bij de OER Bacheloropleidingen Undergraduate School Geosciences Opleidingsspecifiek deel Natuurwetenschap en Innovatiemanagement bij de OER 2017-2018 Bacheloropleidingen Undergraduate School Geosciences art. 2.1 Toelating 1. Naast de in de wet genoemde diploma s die

Nadere informatie

Curriculumevaluatie BA Wijsbegeerte

Curriculumevaluatie BA Wijsbegeerte Curriculumevaluatie BA Wijsbegeerte Beste student, U heeft onlangs alle onderdelen van uw bacheloropleiding Wijsbegeerte afgerond en kunt nu het BA-diploma aanvragen. Het bestuur van het Instituut voor

Nadere informatie

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. Faculteit der Filosofie, Theologie en Religiewetenschappen. Deel 2 (Opleidingsspecifiek deel)

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. Faculteit der Filosofie, Theologie en Religiewetenschappen. Deel 2 (Opleidingsspecifiek deel) ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING 2016-2017 Faculteit der Filosofie, Theologie en Religiewetenschappen Deel 2 (Opleidingsspecifiek deel) Bachelor Religiewetenschappen Deze onderwijs- en examenregeling (OER-FFTR)

Nadere informatie

DEEL B van de onderwijs- en examenregeling voor de bacheloropleiding Spaanse taal en cultuur, 2014-2015

DEEL B van de onderwijs- en examenregeling voor de bacheloropleiding Spaanse taal en cultuur, 2014-2015 DEEL B van de onderwijs- en examenregeling voor de bacheloropleiding Spaanse taal en cultuur, 2014-2015 1 Algemene bepalingen Artikel 1.1 Toepasselijkheid van de regeling Deze regeling bestaat uit deel

Nadere informatie

FACULTEIT DER NATUURWETENSCHAPPEN, WISKUNDE EN INFORMATICA. ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING Masterschool Life and Earth Sciences studiejaar 2008-2009

FACULTEIT DER NATUURWETENSCHAPPEN, WISKUNDE EN INFORMATICA. ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING Masterschool Life and Earth Sciences studiejaar 2008-2009 UNIVERSITEIT VAN AMSTERDAM FACULTEIT DER NATUURWETENSCHAPPEN, WISKUNDE EN INFORMATICA ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING Masterschool Life and Earth Sciences studiejaar 2008-2009 DE MASTEROPLEIDING BIOMEDICAL

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling

Onderwijs- en examenregeling Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2011 Opleidingsspecifiek deel: Bacheloropleiding: Griekse en Latijnse taal en cultuur Deze Onderwijs- en examenregeling is opgesteld overeenkomstig

Nadere informatie

Men komt in aanmerking voor toelating tot het programma Kunstgeschiedenis indien men aantoont te beschikken over de volgende competenties:

Men komt in aanmerking voor toelating tot het programma Kunstgeschiedenis indien men aantoont te beschikken over de volgende competenties: Opleidingsspecifieke deel OER, 2016-2017 De opleiding Kunst- en cultuurwetenschappen Arts and Culture bestaat uit de programma s: Kunstgeschiedenis Gender Studies (see English EER) Arts & Society (voorheen

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 September 2010

Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 September 2010 Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 September 2010 Opleidingsspecifiek deel Masteropleiding: Nederlandkunde/ Dutch Studies Deze Onderwijs- en examenregeling is opgesteld overeenkomstig artikel

Nadere informatie

Commissie Hoger Onderwijs Vlaanderen

Commissie Hoger Onderwijs Vlaanderen Commissie Hoger Onderwijs Vlaanderen Oordeel bij de aanvraag tot inrichting van een anderstalige equivalente initiële bachelor- of masteropleiding (Codex Hoger Onderwijs dd. 20 december 2013, deel 2. Structuur

Nadere informatie

Aanvraagformulier nieuwe opleiding. Basisgegevens. Contactpersoon/contactpersonen Postbus GG Amsterdam

Aanvraagformulier nieuwe opleiding. Basisgegevens. Contactpersoon/contactpersonen Postbus GG Amsterdam Aanvraagformulier nieuwe opleiding Basisgegevens Naam instelling(en) Contactpersoon/contactpersonen Universiteit van Amsterdam Postbus 19268 1000 GG Amsterdam Contactgegevens Naam opleiding Internationale

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling

Onderwijs- en examenregeling Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2016 Opleidingsspecifiek deel: Bacheloropleiding: Duitse taal en cultuur Deze Onderwijs- en examenregeling is opgesteld overeenkomstig artikel 7.13

Nadere informatie

Besluit. Oordeel en samenvattend advies van de visitatiecommissie De beoordeling betreft een verkorte procedure na tijdelijke erkenning.

Besluit. Oordeel en samenvattend advies van de visitatiecommissie De beoordeling betreft een verkorte procedure na tijdelijke erkenning. se a ccr ed tati eorga n t s att e Besluit Accreditatierapport en -besluit met een positieve beoordeling van de accreditatieaanvraag voor de opleiding Bachelor of Arts in de taal- en letterkunde: combinatie

Nadere informatie

De onderwijsvisitatie master na master Geneeskunde

De onderwijsvisitatie master na master Geneeskunde De onderwijsvisitatie master na master Geneeskunde Een evaluatie van de kwaliteit van de master na masteropleidingen Arbeidsgeneeskunde, Bioethics, Gehandicaptenzorg / Handicapstudies, Jeugdgezondheidszorg,

Nadere informatie

Voor elke competentie dient u ten eerste aan te geven in welke mate deze vereist is om het stageproject succesvol te (kunnen) beëindigen.

Voor elke competentie dient u ten eerste aan te geven in welke mate deze vereist is om het stageproject succesvol te (kunnen) beëindigen. FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSWETENSCHAPPEN NAAMSESTRAAT 69 BUS 3500 3000 LEUVEN, BELGIË m Stageproject bijlage 1: Leidraad bij het functioneringsgesprek Naam stagiair(e):.. Studentennummer:. Huidige opleiding

Nadere informatie

Bekwaamheidseisen leraar primair onderwijs

Bekwaamheidseisen leraar primair onderwijs Bekwaamheidseisen leraar primair onderwijs Uit: Besluit van 16 maart 2017 tot wijziging van het Besluit bekwaamheidseisen onderwijspersoneel en het Besluit bekwaamheidseisen onderwijspersoneel BES in verband

Nadere informatie