WOORDENLIJST THEMA 7 WERK VINDEN

Transcriptie

1 WOORDENLIJST THEMA 7 WERK VINDEN 7.1 Ervaring opdoen afstuderen ervaring opdoen, deed op, deden op, hebben opgedaan de handicap, de handicaps de instelling, de instellingen onbetaald werk het psychische probleem, de psychische problemen de vergoeding, de vergoedingen het vrijwilligerswerk de werkervaringsplaats, de werkervaringsplaatsen Je studie afmaken. Ervaring krijgen. Een beperking waardoor je een deel van je lichaam of geest niet goed kunt gebruiken. Het tehuis. Werk waar je geen geld voor krijgt. Problemen die met je gedachten en gevoel te maken hebben. Deze problemen hebben niet te maken met je lichaam. Geld dat je krijgt voor iets wat je hebt gedaan. Werk waarmee je andere mensen of een bedrijf helpt. Je krijgt geen geld voor dit werk. Werk dat je doet om ervaring te krijgen. Je krijgt geen geld voor dit werk. Dit is meer dan een stage, maar nog geen echte baan. de bijbaan, de bijbanen de conclusie, de conclusies de docent, de docenten de gehandicapte, de gehandicapten de groenteman, de groentemannen het heden Werk dat je naast je studie doet. Je hebt nagedacht, en dit is het resultaat. Iemand die lesgeeft. Iemand die een deel van zijn lichaam of geest niet goed kan gebruiken. Iemand met een handicap. Iemand die groente en fruit verkoopt. Nu. TaalCompleet ONA 1

2 de hond uitlaten, liet(en) uit, hebben uitgelaten de jeugdgroep, de jeugdgroepen de schilder, de schilders de verpleegster, de verpleegsters zelfverzekerd Een stukje wandelen met een hond om hem ergens te laten plassen en poepen. Een groep van jonge mensen. Iemand die huizen en gebouwen schildert. Een vrouw die voor zieke mensen zorgt. Je hebt veel vertrouwen in jezelf. 7.2 Sollicitatiebrieven de aanhef de bijlage, de bijlagen het cv, de cv s erg in plaats van initiatief tonen, toonde(n), hebben getoond inloggen, logde(n) in, hebben ingelogd kans maken op, maakte(n), hebben gemaakt onder vermelding van onderstaand(e) de open sollicitatie, de open sollicitaties het slot opvallen, viel(en) op, zijn opgevallen Het begin van je brief. Bijvoorbeeld: Geachte mevrouw De Wit. Iets wat je los bij een brief of doet. Het curriculum vitae. Hier staan jouw gegevens in. En er staat welke opleidingen je hebt gedaan en welke banen je hebt gehad. Vervelend. Je doet niet het één, maar het ander. Laten zien dat je eigen ideeën hebt. Je op internet aanmelden. Als iets waarschijnlijk is. Voorbeeldzin: Ik maak kans op een goede baan. Het is waarschijnlijk dat ik een goede baan krijg. Iets wat je moet noemen. Hieronder. Een sollicitatie terwijl er geen vacature is. Aandacht trekken. Het einde. TaalCompleet ONA 2

3 het telefonisch contact, de telefonische contacten ter attentie van toelichten, lichtte(n) toe, hebben toegelicht de training, de trainingen uiterlijk verwijzen naar, verwees, verwezen, hebben verwezen voldoen aan, voldeed, voldeden, hebben voldaan Contact via de telefoon. Voor. Hierna komt altijd een naam. Duidelijk maken wat je precies bedoelt. De cursus. Niet later dan. Iets noemen wat ermee te maken heeft. Dit kan iets zijn wat al geweest is. Het kan ook iets zijn waar je iemand naartoe stuurt, of waar iemand kan kijken voor meer informatie. Voorbeeldzin: Ik verwijs u naar mijn cv voor een overzicht van mijn werkervaring. Doen wat er van je gevraagd wordt. Voorbeeldzin: Zij voldoet aan de wensen van haar werkgever. Hij is heel blij met haar! creatief, creatieve de docent, de docenten het lettertype, de lettertypes de schoonmaker, de schoonmakers de verkoopmedewerker, de verkoopmedewerkers de verkoper, de verkopers Je kunt goed nieuwe dingen maken of bedenken. Iemand die lesgeeft. Hoe de letters eruitzien. Iemand die gebouwen schoonmaakt. Iemand die in een winkel helpt met het verkopen van spullen. Iemand die spullen verkoopt. 7.3 Sollicitatieformulieren behalen, behaalde(n), hebben behaald het dienstverband, de dienstverbanden Krijgen omdat je er je best voor hebt gedaan. De manier waarop je baan is geregeld. Je kunt bijvoorbeeld een fulltime of een parttime dienstverband hebben. TaalCompleet ONA 3

4 leesbaar, leesbare naar waarheid de ondergetekende, de ondergetekenden de sollicitant, de sollicitanten verklaren, verklaarde(n), hebben verklaard Iets wat je goed kunt lezen. Je bent eerlijk geweest. De persoon die de brief heeft geschreven of die het formulier heeft ingevuld. Iemand die solliciteert. Zeggen dat 7.4 Curriculum vitae (cv) de kwaliteit, de kwaliteiten de omschrijving, de omschrijvingen ondersteunen, ondersteunde(n), hebben ondersteund overig(e) het profiel, de profielen het terrein, de terreinen Iets wat je goed kunt. De woorden waarmee je vertelt of schrijft hoe iets is. Helpen. Wat je nog niet eerder hebt gezegd. Een beschrijving van alle eigenschappen van iemand. Het gebied dat bij een vak of hobby hoort. de administratie bijhouden, hield(en) bij, hebben bijgehouden de excursie, de excursies fotograferen, fotografeerde(n), hebben gefotografeerd het lettertype, de lettertypes de maaltijd, de maaltijden het meubel, de meubels omschrijven, omschreef, omschreven, hebben omschreven De administratie doen en netjes houden. Een reisje om iets te leren. Foto s maken. Hoe de letters eruitzien. Het eten. Iets voor in huis. Bijvoorbeeld een stoel, tafel of kast. Met woorden schrijven of vertellen hoe iets is. TaalCompleet ONA 4

5 7.5 Sollicitatiegesprek aankijken, keek aan, keken aan, hebben aangekeken bloot, blote een goede indruk maken, maakte(n), hebben gemaakt de make-up rechtop het sieraad, de sieraden tandenpoetsen, poetste(n), hebben gepoetst verzinnen, verzon(nen), hebben verzonnen verzorgd(e) In de ogen van iemand kijken. Zonder kleren. Zorgen dat een ander een positief idee over jou heeft. Iets voor op je gezicht. Bijvoorbeeld een kleur voor op je lippen. Recht omhoog. Iets wat je draagt om er mooier uit te zien. Bijvoorbeeld een ring. Je tanden schoonmaken. Iets bedenken wat (nog) niet echt is gebeurd. Netjes. TaalCompleet ONA 5