HUP / VUP W a t e r s c h a p R i j n e n I J s s e l J a n u a r i Uitvoeringsprogramma Vergunningen en Handhaving

Transcriptie

1 HUP / VUP 2018 Handhavingsuitvoeringsprogramma Vergunningsuitvoeringsprogramma W a t e r s c h a p R i j n e n I J s s e l J a n u a r i Uitvoeringsprogramma Vergunningen en Handhaving

2 Handhavingsuitvoeringsprogramma en Vergunningsuitvoeringsprogramma 2018 Voor het opstellen van dit uitvoeringsprogramma is gebruik gemaakt van een format dat is opgesteld door de Noordelijke en Waterkracht waterschappen. De deelnemende waterschappen zijn: - Noorderzijlvest - Hunze en Aa - Drents Overijsselse Delta - Vechtstromen - Zuiderzeeland - Rijn en IJssel Uitvoeringsprogramma Vergunningen en Handhaving

3 Inhoudsopgave Samenvatting Inleiding Procedurele activiteiten Vergunningverlening Lean Tijdigheid Watertoets Toezicht en Handhaving Zaakgericht werken Invulling werkzaamheden Opleidingen Bevoegdheden, verantwoordelijkheden en scheiding Producten Hoofdthema Veiligheid Primaire en secundaire waterkeringen Hoofdthema VOLDOENDE water Watersysteem Grondwateronttrekkingen Oppervlaktewateronttrekkingen Hoofdthema SCHOON water Indirecte lozingen/industrie Rioolwaterzuiveringsinstallaties (RWZI s) Chemiesector BRZO (besluit risico s zware ongevallen) bedrijven Oppervlaktewaterlozingen bedrijven Agrarische lozingen en activiteiten Glastuinbouw Bodemkwaliteit (Bbk) Lozen buiten inrichtingen Lozing Afvalwater Huishoudens (IBA s) Vaarwegen Meldingen / calamiteiten Voorlichting Heffingen Uitvoeringsprogramma Vergunningen en Handhaving

4 4 Ontwikkelingen Voorbereiding op Omgevingswet Regionale uitvoeringsdienst (RUD) Samenwerking waterschappen Invoering kwaliteitscriteria en Wet VTH Deregulering, algemene regels en beleidsregels Interne ontwikkelingen Algemene randvoorwaarden en monitoring Handhavingstoets Monitoring prestaties en effecten Audits Prioritering en programma Verdeling werkzaamheden Vergunningen Taken en prioritering Projecten vergunningen Verdeling werkzaamheden Toezicht en Handhaving Relatie met de handhavingsstrategie en beleidsplannen Handhavingstaken en prioritering Prioritering Geplande zaken/controles Projecten toezicht Samenwerking Samenwerking Rijn-Oost Samenwerking andere partners Bijlage 1 Raming van middelen Vergunningen Handhaving Uitvoeringsprogramma Vergunningen en Handhaving

5 Samenvatting In dit uitvoeringsprogramma is beschreven welke werkzaamheden Waterschap Rijn en IJssel op het gebied van vergunningverlening, toezicht en handhaving en heffingen in 2018 gaat uitvoeren. Naast de reguliere uitvoering van de VTH-taken gaat het in 2018 om de volgende hoofdlijnen: Op basis van door de ILT uitgevoerde inspectie in 2017 wordt een verbeterplan gemaakt, om de aandachtspunten t.a.v. handhaving en vergunningverlening op te pakken. Als voorbereiding op de implementatie van de Omgevingswet wordt verder gewerkt aan intern en externe samenwerking, m.n. met de regionale omgevingsdiensten, voor zowel vergunningverlening, toezicht als handhaving. Afronden van de evaluatie van de werking van de sinds 2013 ingevoerde Algemene regels. Afronden van het opstellen van beleidsregels voor de primaire waterkeringen en vervolgen met beleidsregels voor watersystemen. Daarnaast wordt een bijdrage geleverd aan de actualisatie van de Keur en de doorvertaling daarvan naar de Waterverordening. Op basis van de nulmeting voor de invoering van de Wet VTH (o.a. invoering kwaliteitscriteria), wordt een plan van aanpak voor de vervolgstappen gemaakt. Vanuit de waterschapsstrategie Schoon water wordt bekeken hoe de rol van de toezichthouders verbreed kan worden. Toezichthouders zijn een goede ambassadeur voor schoon water. Continueren van het zaakgericht werken voor zowel vergunningverlening als toezicht en handhaving, met als aandachtspunt een goede informatievoorziening voor externe belanghebbenden. Voorlichting en communicatie blijven inzetten als instrumenten, waaronder informatievoorziening aan de glastuinbouw over de nieuwe zuiveringsplicht voor lozingen vanuit kassen. Meer aandacht besteden aan de toenemende georganiseerde activiteiten op of nabij de watergangen, met aandacht voor de risico's voor de volksgezondheid. Uitvoeringsprogramma Vergunningen en Handhaving

6 1 Inleiding Met dit uitvoeringsprogramma geeft Waterschap Rijn en IJssel inzicht in hoe in 2018 uitvoering gegeven wordt aan de taken vergunningverlening, toezicht en handhaving. Door uitvoering van deze taken zorgt het waterschap ervoor dat het watersysteem (watergangen, dijken, etc) in goede staat blijft, dat watervervuiling wordt voorkomen en dat er tegelijk ruimte is voor maatschappelijke ontwikkeling. De Waterwet en het Besluit Omgevingsrecht (BOR) bieden de juridische grondslag voor onze verantwoordelijkheid en taken op het gebied van vergunningverlening, toezicht en handhaving (VTH). Alle organisaties met toezichts- en handhavingstaken op het gebied van milieuwetgeving zijn op grond van het Besluit Omgevingsrecht (BOR) (artikel 7.3) verplicht een uitvoeringsprogramma op te stellen (HUP). Daarnaast is een programma voor de vergunningverlenging toegevoegd (VUP), hoewel dat nog niet wettelijk verplicht is. Dit programma is geschreven als basis voor de uit te voeren werkzaamheden. Daarnaast informeren wij hiermee de overige bevoegde overheden in ons beheergebied over de beoogde uitvoering in Uitvoeringsprogramma Vergunningen en Handhaving

7 2 Procedurele activiteiten 2.1 Vergunningverlening Lean In het vergunningenproces is voortdurend aandacht voor een klantgerichte, slimme en efficiëntere manier van werken. Eind 2016 is gestart met anders inrichten van o.a. de eerste stappen in het vergunningproces, met als doel het versterken van de intake en klantcontact. In 2018 zetten we deze werkwijze voort, monitoren het proces en stellen waar nodig bij Tijdigheid Voor het verlenen van vergunningen en meldingen zijn in de wet- en regelgeving vaste termijnen opgenomen. Onderstaande tabel geeft deze termijn aan. In 2017 heeft het waterschap gemiddeld 94% van de meldingen, adviezen en aanvragen afgehandeld binnen de genoemde termijnen. Ook in 2018 streven we dit percentage na. Wij sturen op een goed en efficiënt vooroverleg met onze klanten. Dit nadrukkelijk in samenwerking met de taakinhoudelijke units. Activiteit/ Procedure Meldingen Activiteitenbesluit Meldingen Besluit lozen buiten inrichtingen (Blbi) Meldingen grondwateronttrekking en lozing Advies Watervergunningen kwantiteit/ Keur Watervergunningen kwaliteit Termijn 4 weken 4 weken 5 dagen 4 weken 8 weken 26 weken Of aan de beoogde percentages van afhandeling kan worden voldaan, is o.a. afhankelijk van de volgende factoren: het aantal aanvragen dat wordt ingediend, de complexiteit van de aanvragen en het moment waarop een vergunning- of meldingsplichtige activiteit kenbaar wordt gemaakt. Een goed en tijdig vooroverleg met de aanvrager leidt in de regel tot een snellere afhandeling van de aanvraag en een vergunning die ook inhoudelijk goed is afgestemd op behoefte van zowel het waterschap als de aanvrager Aanbevelingen Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT) In 2017 is een audit uitgevoerd door de ILT op de zorgplicht voor de primaire waterkeringen. Het vergunningverlenings- en handhavingsproces bij de primaire waterkeringen maakte onderdeel uit van deze audit. Er zijn enkele aandachtspunten vastgesteld ter verbetering, ook op het vlak van toezicht en handhaving. Deze worden meegenomen in een op te stellen verbeterplan. 2.2 Toezicht en Handhaving Zaakgericht werken Aan de hand van de lean-principes zijn de afgelopen jaren verbeteringen in het toezichtsproces doorgevoerd. Hierbij is vooral aandacht besteed aan vermindering van de administratieve last bij de toezichthouders. Om deze last te verminderen werken we vanaf 1 januari 2017 volledig digitaal en zaakgericht. Zaakgericht werken is dan ook de basis voor de planning van In 2018 ronden we de in 2017 gestarte vervolstappen af om via Geoweb digitaal de vergunningen- en handhavingsdossiers te ontsluiten en de digitale ondersteuning van het Uitvoeringsprogramma Vergunningen en Handhaving

8 toezicht door de eerste lijn (buitendienst). In 2018 monitoren we het totale digitale werkproces en optimaliseren waar nodig deze processen Invulling werkzaamheden Voor de toezichtstaak is een raming gemaakt van de benodigde uren om deze op adequaat niveau te kunnen uitvoeren. De taken zijn geprioriteerd en verdeeld over de verschillende toezichthouders. Uitgangspunt daarbij is het BOR-kwaliteitscriterium dat elke taak door twee handhavers moet kunnen worden verricht om bedrijfszekerheid te garanderen. Deze vervangbaarheid kan ook over meerdere waterschappen worden georganiseerd. Bij de planning van toezicht wordt rekening gehouden met een roulatiesysteem bij objecten, partijen en inrichtingen en geografische gebieden om een onafhankelijke relatie te waarborgen. Ons uitgangspunt bij complexe bedrijven is om minimaal eens in de twee jaar de toezichthouders en handhavers te rouleren. 2.3 Opleidingen Het opleidings- en kennisniveau van de medewerkers krijgt continue aandacht door o.a. scholing te bieden bij nieuwe wetgeving. Waar mogelijk wordt deze scholing gezamenlijk met de Rijn-Oost waterschappen opgepakt. Daarnaast volgen de buitengewoon opsporingsambtenaren (BOA s) jaarlijks de verplichte her- en bijscholing. Specifiek voor vergunningverlening investeren wij komend jaar in een opleiding om de regie te kunnen voeren in het vergunningenproces (casemanagement). Tevens is aandacht voor de persoonlijke ontwikkeling van de medewerkers. Hiervoor worden interne en/of externe cursussen gevolgd dan wel coaching aangeboden. 2.4 Bevoegdheden, verantwoordelijkheden en scheiding De bevoegdheden en verantwoordelijkheden van vergunningverleners en toezichthouders liggen vast in mandateringsbesluiten, het functieboek met de functieprofielen en competentieprofielen. Er is een functiescheiding vergunning en handhaving op persoonsniveau. Uitvoeringsprogramma Vergunningen en Handhaving

9 3 Producten Het waterschap heeft als algemene doelstelling om veiligheid, voldoende water en schoon water te realiseren. Door vergunningverlening, toezicht en handhaving wordt aan deze doelstellingen een bijdrage geleverd. 3.1 Hoofdthema Veiligheid De doelen voor het thema veiligheid zijn uitgewerkt in drie lagen: 1. Waterkeringen o Voorkomen van overstroming door instandhouding en verbetering van primaire en regionale keringen en kunstwerken (dijken, sluizen, etc) overeenkomstig het vereiste beschermingsniveau. o Voorkomen van wateroverlast vanuit het regionale systeem door middel van verbetering en instandhouding van overige keringen. De overige keringen zijn onderdeel van het regionale watersysteem. Het beleid voor dit onderdeel is daarom uitgewerkt onder voldoende water. 2. Ruimtelijke inrichting o Het beperken van de gevolgen van overstromingen en wateroverlast o Het vergroten van het bewustzijn en de (resterende) eigen verantwoordelijkheid van inwoners, overheid en bedrijven bij wateroverlast en overstromingen 3. Crisisbeheersing o Een effectieve crisisorganisatie voor beheersing van crisissituaties Primaire en secundaire waterkeringen Om veiligheid te garanderen moet het waterschap garant staan voor veilige waterkeringen (dijken). De staat van de waterkeringen wordt daarom periodiek gecontroleerd. Vergunning, melding of advies is vereist voor werken of werkzaamheden boven, in, op of aan de waterkering. Toezicht vindt plaats of deze werkzaamheden volgens voorschriften worden uitgevoerd. Daarnaast vindt toezicht plaats of er voldoende onderhoud door derden aan de keringen is gedaan. In het kader van het landelijke toezicht op de zorgplicht primaire waterkeringen is in 2017 door de ILT een audit uitgevoerd. Het vergunningverlenings- en handhavingsproces bij de primaire waterkering was hier onderdeel van. Als vervolg hierop wordt een verbeterplan gemaakt met specifiek voor vergunningverlening aandacht voor het uitvoeren van de handhavingstoets en het archiveren van alle relevante documenten in het vergunningenproces. Voor toezicht en handhaving wordt in 2018 onderzocht welke prestatie-indicatoren benoemd kunnen worden voor waterveiligheid. Daarnaast worden voor 2018 expliciet uren opgenomen voor illegale activiteiten en vindt registratie van de controles en overtredingen eenduidig plaats. Uitvoeringsprogramma Vergunningen en Handhaving

10 3.2 Hoofdthema VOLDOENDE water De doelen voor het thema voldoende zijn uitgewerkt voor drie situaties die kunnen optreden: 1. In normale omstandigheden werken aan doeltreffend en doelmatig waterbeheer gericht op optimaal functiegebruik 2. In droge omstandigheden droogteschade zo lang mogelijk voorkomen 3. In natte omstandigheden wateroverlast en natschade zoveel mogelijk voorkomen Watersysteem Voor werken of werkzaamheden in watersystemen moet een watervergunning worden aangevraagd of een melding worden gedaan. De initiatiefnemer moet een melding doen of een vergunning aanvragen voor uitvoeren van de werkzaamheden. Vergunningen hebben daarnaast ook meldingsplicht voor start activiteiten. Toezicht en handhaving vindt niet alleen plaats op regels uit de Keur, algemene regels en beleidsregels, maar ook op voorwaarden uit de verleende watervergunningen. De nadruk met betrekking tot de controles vindt plaats op die vergunningen of meldingen die rechtstreeks van invloed zijn op onze infrastructuur. Daarnaast wordt gecontroleerd of onderhoudsroutes voldoende zijn vrijgehouden Grondwateronttrekkingen Grondwateronttrekkingen mogen geen nadelige gevolgen hebben voor de omgeving, zoals verzakkingen, gewasbeschadiging, etc. Het is daarom verboden om zonder vergunning van het waterschap en in een aantal gevallen van de provincie grondwater aan de bodem te onttrekken of water te infiltreren. In veel gevallen kan volstaan worden met een melding. Bij de locatiebezoeken, beoordeling van ingezonden gegevens, maar ook bij het afhandelen van klachten en opsporen van illegale activiteiten wordt de nadruk gelegd op controle van verleende vergunningen, daadwerkelijk melden van onttrekkingen en de opgave van de onttrokken hoeveelheid kubieke meters grondwater na afloop van bronnerinen. Daarnaast is in 2018 specifiek aandacht voor grondwater dat wordt gebruikt voor drinkwater. Dit is een vervolg op de in 2016 in samenwerking met de Provincie Gelderland uitgevoerde inventarisatie Oppervlaktewateronttrekkingen Het onttrekken van water aan een oppervlaktewaterlichaam gebeurt in hoofdzaak ten behoeve van het beregenen van akkerbouw en graslandpercelen. Zonder vergunning mag maximaal 1 m 3 water per uur worden onttrokken. Aanhoudende droogte in combinatie met beregening kan leiden tot een watertekort in de grond en/of in beken en rivieren. Met als gevolg verdroging, droogteschade, lage waterafvoeren en/of het droogvallen van waterlopen Controles op onttrekkingen vinden plaats naar aanleiding van klachten, perioden van droogte of een toevallige ontdekking op heterdaad in het veld. Bij extreme droogte kan het waterschap een algeheel verbod tot onttrekking opleggen. Uitvoeringsprogramma Vergunningen en Handhaving

11 3.3 Hoofdthema SCHOON water De doelen voor thema schoon water zijn: 1. Een goede ecologische kwaliteit van het oppervlaktewater. 2. Een chemische kwaliteit die de ecologie en het gebruik van het oppervlaktewater niet belemmert. 3. Een goede specifieke benoemde kwaliteit voor een aantal categorieën wateren, waaronder grondwater, stedelijk water, zwemwater en waardevolle wateren Indirecte lozingen/industrie Sinds de indirecte lozingen met het in werking treden van de Waterwet overgegaan zijn naar het Wm/Wabo bevoegd gezag, heeft het waterschap alleen nog een adviserende en toezichthoudende taak bij deze bedrijven. Deze bevoegdheden houdt het waterschap omdat deze bedrijven indirect op de zuiveringen lozen en mogelijk nadelige gevolgen hierop kunnen hebben dan wel via een gemeentelijk hemelwateriool in oppervlaktewater lozen. De vergunningverlening en het toezicht en handhaving wordt vanuit het Wm/Wabo bevoegd gezag (gemeente of provincie) door een regionale uitvoeringsdienst (RUD) uitgevoerd. In Rijn-Oost verband hebben de waterschappen gezamenlijk een dienstverleningsovereenkomst gesloten met de Overijsselse RUD s. Hierin zijn afspraken gemaakt over de wijze van advisering bij indirecte lozingen. De lozingen op het riool mogen de goede werking van de RWZI s en de kwaliteit van het oppervlaktewater niet nadelig beïnvloeden. De frequentie van het toezicht is bepaald met behulp van een prioriteringssystematiek. Met de Gelderse RUD s zijn wel werkafspraken gemaakt maar dit is niet vastgelegd in een dienstverleningsovereenkomst. Mede door een calamiteit in 2016 op een RWZI van het waterschap heeft de samenwerking een impuls gekregen. In 2017 is gestart om samen met de Omgevingsdienst Achterhoek en de gemeente leerpunten, aanbevelingen en vervolgacties in de samenwerking te benoemen. Gestart is met een eerste uitwerking om de samenwerking te versterken tussen de partners van de afvalwaterketen om nieuwe calamiteiten in de toekomst te voorkomen en om calamiteiten effectiever te bestrijden. Dit krijgt in 2018 een vervolg Rioolwaterzuiveringsinstallaties (RWZI s) Het toezicht op RWZI s gebeurt sinds enkele jaren niet meer alleen door de eigen toezichthouders om de schijn van belangenverstrengeling te voorkomen. Toezichthouders van een aangrenzend waterschap voeren ook controles uit. Het toezicht richt zich vooral op de controle van de apparatuur voor monstername, de wijze van monstername, melden van bijzondere omstandigheden en een administratieve controle. Eventueel voortvloeiende handhavingsacties worden door de eigen toezichthouders in gang gezet Chemiesector BRZO (besluit risico s zware ongevallen) bedrijven De overheid wil het toezicht op de naleving van regels efficiënter en effectiever uitvoeren, zodat bedrijven minder 'last' hebben van het toezicht. Bij de chemiesector en de afvalsector, zowel de grote en middelgrote bedrijven als het midden- en kleinbedrijf, wil de overheid de toezichtslast verminderen. Tevens is het doel om te zorgen voor een verbetering van het toezicht op risicovolle bedrijven. Dit moet worden bereikt door systeemtoezicht onder landelijke coördinatie en regie. Weinig waterschappen hebben gekwalificeerde BRZO toezichthouders in dienst. Daarom zijn enkele regiewaterschappen aangewezen die dit toezicht mogen doen. Voor de meeste Rijn- Oost waterschappen (waaronder WRIJ) verzorgt Waterschap Vallei en Veluwe dit toezicht, in Uitvoeringsprogramma Vergunningen en Handhaving

12 de vorm van een gezamenlijke inspectie met andere instanties zoals Regionale Uitvoeringsdienst, arbeidsinspectie, brandweer etc Oppervlaktewaterlozingen bedrijven Inrichtingen die direct op het oppervlaktewater lozen (de zgn. directe lozers) worden periodiek bezocht met als doel de kwaliteit van het oppervlaktewater te verbeteren. Het toezicht bestaat over het algemeen uit bedrijfsbezoeken (waarbij gecontroleerd wordt aan de hand van de vergunning of voorschriften Activiteitenbesluit) en afvalwaterbemonsteringen (waarbij een controle plaatsvindt van de aan het bedrijf opgelegde lozingsnormen) Agrarische lozingen en activiteiten Het waterschap voert controles uit bij agrarische bedrijven in het kader van het Activiteitenbesluit. Het gaat bij deze controles vooral om (vuil )water afspoeling van het erf. Dit water kan vervuild zijn met bijvoorbeeld perssappen van de voeropslag. Het verspreiden en opslag van mest zijn ook aspecten die binnen het kader van het Activiteitenbesluit uitvoerig gecontroleerd worden. Daarnaast wordt toezicht gehouden op gebruik gewasbeschermingsmiddelen. Het gebruik van de juiste apparatuur(kantdoppen), juiste instelling van apparatuur en het aanhouden van de spuitvrije zones. Overtredingen met gewasbeschermingsmiddelen worden via een boeterapport gemeld bij de NVWA (Nederlandse voedsel en warenautoriteit). Deze instantie legt een boete op en meldt de overtreding dan weer door bij de controle coördinatieautoriteit van de EU (CCA). Deze handelswijze valt onder de Cross-compliance. In de in 2018 vast te stellen waterschapsstrategie Schoon water is voorgesteld om de rol van de toezichthouder te verbreden. Toezichthouders zijn een goede ambassadeur voor schoon water. Bij de bedrijfsbezoeken kunnen zij de agariers stimuleren om verdere maatregelen dan wettelijk zijn voorgeschreven te treffen die passen bij o.a. DAW-projecten, Vruchtbare kringloop of de milieumeetlat. In 2018 werken we deze rol verder uit Glastuinbouw Directe en indirecte lozingen vanuit glastuinbouw worden gereguleerd via doelvoorschriften. Voor lozingen van onder meer hemelwater, schrobwater en terugspoelwater zijn uniforme lozingen gesteld. De controles zijn gericht op de volgende aspecten: Naleving van de meet- en registratieverplichting, de lozinginfrastructuur van bedrijven, Good housekeeping. Daarnaast geldt vanaf 1 januari 2018 een zuiveringsplicht voor afvalwater lozingen uit de glastuinbouw. Over deze verplichting en de gevolgen daarvan zullen wij actief met de sector en de bedrijven gaan communiceren Bodemkwaliteit (Bbk) Het Bbk stelt de milieu hygiënische randvoorwaarden voor de toepassing van grond, baggerspecie, en bouwstoffen in de bodem of oppervlaktewater. Meldingen worden bekeken of deze stoffen conform de regelgeving worden toegepast. Toezicht vindt plaats om te voorkomen dat er vervuilde grond wordt gebruikt Lozen buiten inrichtingen Het besluit regelt een groot aantal lozingen van diverse aard, die niet afkomstig zijn van inrichtingen in de zin van de Wet milieubeheer en particuliere huishoudens. Zoals overstorten en het baggeren van waterbodems. Het toepassen van de bagger valt onder het besluit bodemkwaliteit. Uitvoeringsprogramma Vergunningen en Handhaving

13 3.3.9 Lozing Afvalwater Huishoudens (IBA s) De doelgroep IBA's bestaat uit percelen in het buitengebied, die niet op de riolering zijn aangesloten en hun huishoudelijk afvalwater middels een eigen ondergrondse tank lozen op het oppervlaktewater. Door voorlichting en handhaving worden de eigenaren van IBA s aangespoord goed onderhoud te plegen, waardoor voldoende gezuiverd wordt geloosd Vaarwegen Het waterschap voert samen met andere toezichthoudende organisaties toezicht uit op de naleving van de verschillende wettelijke voorschriften op en rondom vaarwegen. Dat is nodig om de leefbaarheid en de veiligheid op en langs vaarwegen zo goed mogelijk te garanderen. Specifiek wordt gelet op de snelheid van varen, vaarbewijzen en alcoholgebruik. Hier werken we samen met de KPLD. Indien van toepassing wordt een vergunning voor het Binnenvaartpolitiereglement afgegeven. 3.4 Meldingen / calamiteiten Incidenten en calamiteiten zijn niet te programmeren. Deze doen zich op enig moment voor waarop we direct of binnen enige tijd moeten reageren. Omdat de impact van een incident en eventuele calamiteiten enorm kunnen zijn en niet te voorspellen, krijgt de incidentenbestrijding de hoogste prioriteit. Klachten en calamiteiten kunnen zowel binnen als buiten kantoortijd binnenkomen en worden zo snel mogelijk in behandeling genomen. Buiten kantoortijden is dit een taak voor de wachtdienst waarbij de toezichthouders/handhavers in de tweede lijn zitten. Hiervoor is een wachtdienstrooster ingesteld. Het waterschap is 24 uur per dag bereikbaar via een speciaal telefoonnummer. 3.5 Voorlichting Voorlichting wordt beschouwd als preventieve handhaving. Door goede informatie te verstrekken wordt het naleefgedrag verhoogd. Voorlichting kan onderdeel zijn van de bedrijfsbezoeken, maar gebeurt ook door middel van het opstellen van nieuwsbrieven, folders, persberichten en het verzorgen van presentaties. In 2018 wordt onder meer andere aandacht besteedt aan: Voorlichtingsbijeenkomsten gewasbescherming en erfafspoeling Communicatie toezicht hobby-boeren Communcatie zuiveringsplicht glastuinbouw Nieuwsbrieven (nav beleidsontwikkeling/wijzigingen maar ook ter ondersteuning van het toezicht in het veld (o.a. toezicht niet zijnde vaarwegen, afstoten kleine watergangen, loslopende honden)) Specifiek aandacht zullen wij besteden aan georganiseerde activiteiten op of nabij onze wateren, die in aantal toenemen. Vraagpunt hierbij is of deze activiteiten vanuit de volksgezondheid passend zijn. Voorbeeld zijn zwemevenementen in niet aangewezen zwemwateren, in tijden van droogte of daar waar overstorten door hevige regenbuien in werking zijn getreden. Uitvoeringsprogramma Vergunningen en Handhaving

14 3.6 Heffingen Meetbedrijven Bedrijven die jaarlijks 1000 vervuilingseenheden of meer lozen hebben een meetverplichting. Zij dienen het eigen afvalwater dagelijks te bemonsteren en de analyseresultaten aan te leven aan waterschap en belastingkantoor. Op basis van deze resultaten wordt de definitieve heffingsaanslag berekend. Tabelbedrijven Bedrijven die minder dan 1000 vervuilingseenheden lozen, zijn vrijgesteld van de meetverplichting en vallen onder het forfait tabelbedrijven. De tabel bestaat uit 15 klassen met een coëfficiënt die groter wordt naarmate de klasse hoger wordt. Bedrijven worden in de tabel ingedeeld op basis van de bedrijfsactiviteiten die een bedrijf ontplooit. Het aantal te betalen vervuilingseenheden wordt vastgesteld door de vastgestelde coëfficiënt te vermenigvuldigen met de totale hoeveelheid ingenomen water. Heffing grondwateronttrekkingen Aan ieder bedrijf dat loost op de riolering of op het oppervlaktewater, moet een correcte heffing worden opgelegd. Procesoptimalisatie Heffingen en samenwerking GBLT In 2014 is tussen GBLT en de waterschappen afgesproken om de onderlinge samenwerking en de wijze van werken te optimaliseren. De verbeteringen bestaan niet alleen uit medewerkers bij elkaar te brengen om samen te werken en kennis uit te wisselen, processen te verbeteren etc., maar ook zaakgerichter te gaan werken en de informatie-uitwisseling te verbeteren. Om de informatie-uitwisseling met zowel bedrijven als GBLT te verbeteren registreren en rapporteren de meetbedrijven vanaf 2016 voor de heffing hun meetgegevens in het webinformatiesysteem Webis-Meet. In 2018 wordt Webis-Meet aangevuld met een correspondentiemodule, digitale aangifte en een template voor de berekening in het web-informatiesysteem. Voor dit laatst moet eerst een uniforme meetbeschikking worden opgesteld. Uitvoeringsprogramma Vergunningen en Handhaving

15 4 Ontwikkelingen 4.1 Voorbereiding op Omgevingswet De invoering van de Omgevingswet zal voor de uitvoering van de VTH-taken gevolgen hebben omdat het uitgangspunt is dat voor een activiteit in de leefomgeving bij het bevoegde gezag (gemeente) één aanvraag wordt ingediend en dat vervolgens één vergunning wordt verleend. Belangrijk is om daarom om vroegtijdig met de netwerkpartners overleg te voeren en goede afspraken te maken over hoe het gezamenlijke werkproces vorm te geven. Van belang is dat de waterbeheerders voldoende mogelijkheden houden om hun taken, zoals direct handhavend op kunnen treden, efficiënt uit kunnen voeren. Belangrijke aandachtspunten zijn: bij verantwoordelijkheden horen ook bevoegdheden voor enkelvoudige gevallen is het waterschap bevoegd gezag aparte vergunning waterbeheerder bij samenloopsituaties'. Het waterschap is in 2017 gestart met de implementatie van de Omgevingswet. De veranderingen gaan verder dan alleen een verschuiving in de rol van bevoegd gezag. De focus van vergunningverlening verschuift gedeeltelijk naar toezicht en handhaving. In 2018 stellen we plannen van aanpak vast voor verschillende thema s en krijgen we de workflow inzichtelijk. Ook zal de Keur van het waterschap worden aangepast en worden gewijzigd in een nieuwe Waterverordening. 4.2 Regionale uitvoeringsdienst (RUD) Met de komst van de Omgevingswet waarin de Waterwet is opgenomen zal de samenwerking tussen de waterschappen en de RUD opnieuw moeten worden bezien. In dit kader is de visie van de Unie van Waterschappen op de samenwerking tussen de waterschappen en de RUD s van belang. Ook de in de Wabo opgenomen kwaliteitscriteria zullen voor de waterschappen en de VTH-medewerkers van de waterschappen gaan gelden. Op basis van de Wabo hebben de waterschappen de bevoegdheid tot geven van advies en toezicht op de indirecte lozingen en zijn daarom partner van de RUD s. De samenwerking wordt door de waterschappen op verschillende manieren ingevuld. De samenwerking met de Overijsselse RUD s is vastgelegd in een Wabo Dienstverleningsovereenkomst. Voor de provincie Gelderland zijn alleen werkafspraken gemaakt. 4.3 Samenwerking waterschappen In de afgelopen jaren is de samenwerking tussen de waterschappen op het gebied van de VTH-taken op operationeel niveau opgepakt. Het gaat om handhavingsplannen, VTH-beleid, processen, procedures en dergelijke. De resultaten hiervan zijn positief. Met de komst van de Omgevingswet, Omgevingsdienst en dergelijke moeten de waterschappen hun toekomstige werkwijze en dergelijke aanpassen en ligt het voor de hand om dit gezamenlijk op te pakken en de samenwerking voort te zetten (zie ook paragraaf 7.1). 4.4 Invoering kwaliteitscriteria en Wet VTH In 2016 hebben de kwaliteitscriteria een wettelijke grondslag gekregen en moeten alle organisaties die wettelijke taken uitvoeren in het Wabo-domein aan deze criteria voldoen. Uitvoeringsprogramma Vergunningen en Handhaving

16 De kwaliteitscriteria zijn afgestemd op vergunningverlening, toezicht en handhaving (VTH) in het waterbeheer en daarmee professionalisering van de taken in het waterbeheer. De kwaliteitscriteria geven invulling aan de verdere professionalisering van de taken in het waterbeheer voor toezicht en handhaving, maar ook voor vergunningverlening. In 2017 is gestart met een nulmeting voor het implementatietraject. In 2018 werken wij dit verder uit in een verbeterplan, met als doel om in 2021 aan de verplichtingen uit de Omgevingswet te voldoen. 4.5 Deregulering, algemene regels en beleidsregels Naast Algemene regels voor grondwater en aanbrengen of verwijderen struiken of beplanting beschikt het waterschap nu ook over algemene regels voor het aanbrengen van dammen en duikers, het leggen en/of verwijderen van kabels en leidingen, verwijderen van werken en voor het leggen, vervangen of behouden van bruggen over een watergang. Daarnaast wordt een algemene regel voor bepaalde recreatieve activiteiten voorbereid. In 2017 is gestart met een evaluatie van deze Algemene regels. Het doel is om in 2018 de evaluatie af te ronden, met antwoord op de vraag of het hoofddoel - minder regeldruk en administratieve lasten - is bereikt. Daarnaast is geconstateerd dat er verbeterslagen in het werken met Algemene regels doorgevoerd kunnen worden. Hier wordt in 2018 aan gewerkt. Zo worden de afzonderlijke kaders helderder omschreven en wordt er per Algemene regel een klantvriendelijk meldingsformulier (met ingebouwde uitsluitingsgronden) samengesteld dat de klanten eenvoudig via internet in kunnen vullen. Hiermee dient de klant niet alleen een melding in bij het waterschap, maar kan hij vooraf makkelijk toetsen of zijn voorgenomen plan onder de betreffende Algemene regel valt. De beleidsregels voor Waterkeringen (i.o.) worden in 2018 afgerond en vastgesteld. Vervolgens wordt het opstellen van beleidsregels voor (activiteiten in/aan) het watersysteem opgepakt. 4.6 Interne ontwikkelingen Intern zijn er diverse ontwikkelingen die gevolgen hebben voor de inzet van de medewerkers. Deze ontwikkelingen en veranderingen betreffen niet alleen het blijvend professionaliseren en verbeteren van onze taken op gebied van vergunningverlening en toezicht en handhaving. Ook de 'veranderopgave' en de kwaliteitscriteria zijn een impuls om te blijven ontwikkelen. Naast de doorontwikkeling binnen het werkgebied vergunningverlening en toezicht en handhaving blijven zaken als het verder optimaliseren van de samenwerking met de taakinhoudelijke units een speerpunt voor Hierbij wordt de in de afgelopen jaren ingezette lijn doorgezet. Uitgangspunt hierbij blijft een effectief (lean) ingericht en geborgd werkproces voor het gehele vergunningen en handhavingsproces. Uitvoeringsprogramma Vergunningen en Handhaving

17 5 Algemene randvoorwaarden en monitoring 5.1 Handhavingstoets Alle vergunningen met betrekking tot waterkwaliteit worden beoordeeld op handhaafbaarheid. Hierbij maken we onder andere gebruik van aanwezige toezichtsplannen en de geschiedenis van het desbetreffende bedrijf. De handhavingstoets waarborgt een goede afstemming tussen de vergunningverleners en handhavers en er wordt van elkaar geleerd. Ook de watervergunningen met betrekking tot waterkwantiteit of veiligheid voor grotere infrastructurele werken worden beoordeeld op handhaafbaarheid. 5.2 Monitoring prestaties en effecten Om te voldoen aan de planning & control cyclus wordt het uitvoeringsprogramma per triaal/kwartaal gemonitord. De geplande controles, het naleefgedrag, de afhandeltermijnen en ingezette uren voor handhaving en vergunningen worden dan bekeken. Indien nodig vindt bijstelling van doelen en prioriteiten plaats. Eind 2018 stellen we overeenkomstig het Besluit Kwaliteitseisen handhaving milieubeheer - een verslag op over de activiteiten die we het voorgaande jaar hebben uitgevoerd op gebied van toezicht en handhaving. Hierin nemen we vergunninglening mee. 5.3 Audits Voor vergunningverlening en toezicht en handhaving zijn er verschillende kwaliteit-, arbo- en milieu-procesbeschrijvingen (KAM). Regelmatig onderwerpen we deze aan een interne audit. Het jaarplan vermeldt welk proces voor een audit in aanmerking komt. Voor 2018 is geen audit gepland voor vergunningverlening en toezicht en handhaving. In 2018 worden 2 audits gepland voor de procedure vergunningverlening naar aanleiding van verbeterpunten uit de ILT audit. Uitvoeringsprogramma Vergunningen en Handhaving

18 6 Prioritering en programma 6.1 Verdeling werkzaamheden Vergunningen Taken en prioritering De toedeling van de uren van vergunningverlening is op voorhand moeilijk in te schatten en sterk afhankelijk van de inkomende vragen. De werkzaamheden kunnen ook niet worden geprioriteerd. De aanvragen moeten bij voorkeur binnen de beschikbare periode van meestal 8 weken worden afgehandeld. De prioriteit bij vergunningverlening is om de doorlooptijden van aanvragen zo kort mogelijk te houden. Indien mogelijk wordt met de aanvrager vooroverleg gevoerd, teneinde mee te denken en een goed ingevulde aanvraag te bewerkstelligen. Op basis van gegevens over 2015, 2016 en 2017 en de trend die in de aantallen te zien is, is een inschatting gemaakt van de reguliere aantallen aanvragen voor Omschrijving Aantal Vergunningen en meldingen waterkwantiteit 560 Vergunningen en meldingen waterkeringszorg 97 Vergunningen en meldingen vaarwegbeheer 15 Vergunningen en meldingen grondwater 277 Adviezen over indirecte lozingen 53 Vergunningen en meldingen directe lozingen 206 Vooroverleggen 267 Legalisatievragen Projecten vergunningen Naast de reguliere aanvragen, vraagt een aantal bijzondere procedures extra aandacht. In 2018 worden naast de bekende meerjarige projecten (aanleg/verbreding N18, A15, sluis Eefde, verbreding Twenthekanaal) diverse complexe initiatieven voorzien. Het gaat o.a. om initiatieven op basis van de waterkracht kansenkaart, initiatieven op gebied van mestverwerking en om stedelijke ontwikkelingen nabij de waterkeringen. Deze vergunningen en werkzaamheden maken geen onderdeel uit van de reguliere werkbelasting. Daarnaast zijn er diverse initiatieven uit het agrarische bedrijfsleven tot het oprichten van een mestverwerkingsinstallaties. De ervaringen bij eerdere initiatieven leert dat zowel het vooroverleg als formele vergunningsprocedures tijdrovende activiteiten zijn. 6.2 Verdeling werkzaamheden Toezicht en Handhaving Relatie met de handhavingsstrategie en beleidsplannen In het handhavingsbeleid liggen de risicoanalyse, de prioriteringssystematiek en de sanctiestrategie vast en hoe ze moeten worden uitgevoerd. Het handhavingsbeleid is vastgesteld in In dit uitvoeringsprogramma zijn de beleidsdoelen vertaald naar de concrete inzet van menskracht en middelen. Uitvoeringsprogramma Vergunningen en Handhaving

19 Figuur 1: Handhavingsbeleidscyclus Handhavingstaken en prioritering Het afwegingskader voor de inzet van toezicht en handhaving gebeurt op basis van risicoanalysemethodiek en de resultaten van de controles van voorgaande jaren. De volgende wetten en regelgeving zijn van toepassing bij het uitoefenen van onze toezichtstaak: - Waterwet - Activiteitenbesluit (voor zowel agrarische als industriële lozingen) - Besluit buiten inrichtingen - Besluit bodemkwaliteit - Besluit lozing afvalwater huishoudens - Wet gewasbeschermingsmiddelen en biociden - Scheepvaartverkeerswet en Binnenvaart Politiereglement - Keur van het Waterschap Rijn en IJssel 2009 Daarnaast voeren wij indirect toezicht uit. Het indirect toezicht heeft betrekking op inrichtingen die via de gemeentelijke riolering lozen op de RWZI's en die de werking hiervan kunnen beïnvloeden. Waar mogelijk combineren we handhavingscontroles met controles op de heffingen, in samenwerking met het GBLT Prioritering De prioriteiten vormen samen met de doelstellingen de basis voor dit uitvoeringsprogramma. Op basis van het in 2017 geactualiseerde handhavingsbeleid is de risico-inventarisatie en methodiek voor verschillende taakvelden en doelgroepen uitgebreid. Hiervoor wordt gebruik gemaakt van een rekenmodel (besturingsmodel), dat de grondslag is voor dit uitvoeringsprogramma. De methodiek en prioriteiten zijn in overeenstemming met de eisen uit de kwaliteitscriteria voor VTH. Uitvoeringsprogramma Vergunningen en Handhaving

20 Het risicomodel is uitgevoerd voor de volgende taakvelden en doelgroepen (niet limitatief): Keur Keringen Agrarische lozingen Watersystemen Primaire Agrarische waterkeringen lozingen/ activiteiten Indirecte lozingen Directe lozingen bedrijven (niet agrarisch) Wateronttrekking Oppervlakte- Wateronttrekking Baggeren van waterbodems Grondwateronttrekking Oppervlaktewateronttrekking Secundaire waterkeringen Bouwen opstal IBA's Glastuinbouw Indirecte lozingen bedrijven (niet agrarisch) Daarnaast zijn er taakvelden en doelgroepen waarvoor, gezien de aard en omvang, geen risicomodel is gebruikt om te komen tot een risico-inventarisatie (projecten en overige dienstverlening). Voorbeelden hiervan zijn: Bodemkwaliteit (Bbk) Vaarwegen Eigen inrichtingen (RWZI s) Vaste objecten (onderhoud/werkzaamheden aan objecten) Heffingen. In het besturingsmodel zijn de taken, prognoses en risico s doorgerekend en vertaald naar de benodigde capaciteit. Het model zet deze benodigde capaciteit af tegen de beschikbare capaciteit. Hiermee wordt direct inzichtelijk wat de gevolgen zijn van nieuwe wettelijke wijzigen en/of bestuurlijke- danwel managementbeslissingen in het werkproces. In onderstaande figuur is het uitkomstenblad van het model weergegeven Geplande zaken/ controles Uit het jaarverslag 2017 blijkt dat de voorschriften van verschillende wetgeving binnen ons beheergebied goed worden nageleefd. We willen dit goede naleefgedrag in 2018 behouden en mogelijk verder stimuleren. Uitvoeringsprogramma Vergunningen en Handhaving

21 Het waterschap houdt toezicht op verschillende doelgroepen, die we met de beschikbare capaciteit en middelen niet allemaal kunnen controleren. Daarom stellen we prioriteiten op basis van onze risico-analysemethodiek, waarbij o.a. naleefgedrag, soort lozing, geloosde stoffen en imagoschade een rol spelen. Afhankelijk van de milieuscore wordt een bedrijf frequent of minder frequent gecontroleerd. Verder wordt in de planning de uitkomst van de analyses van de jaarverslagen van voorgaande jaren meegenomen. Als laatste wordt expert judgement toegevoegd aan het geheel. Zo is de inzet van het toezicht afgestemd op de objecten die de grootste invloed (kunnen) hebben op het watersysteem. In het rekenmodel staat welke branches onder de verschillende groepen vallen. De aantallen geplande zaken zijn gelijk aan de o.b.v. risicoanalyse geplande controles, maar ook aan de ingeschatte controles en uren op basis van uit te voeren projecten. Afhankelijk van de uitvoering van de projecten kan de daadwerkelijk uitvoering van controles in de praktijk afwijken. Tabel: geplande zaken 2018 Groep Controles Indirecte lozingen (Industrie) 388 Directe lozingen: - Agrarisch Loon- en transportbedrijven 22 - Overige oppervlaktewaterlozingen (IBA s, bronneringen, baggerdepot, etc) 39 - RWZI s 24 Diffuse bronnen 4 Niet alle taken en bevoegdheden uit het besturingsmodel zijn te vertalen naar concrete uit te voeren zaken en controles. Het betreft hier vooral de taken en bevoegdheden rondom de Keur, grondwater, scheepvaart maar ook voor heffingen. Voor de uitvoering van deze taken hebben we op basis van de ervaringen en aantallen controles bij het toezicht van voorgaande jaren uren gereserveerd (inclusief eerste lijnstoezicht door de buitendienst). Vooralsnog zijn er geen concrete controles benoemd, maar ontwikkelen we het besturingsmodel in 2018 verder om hier mogelijk wel controles concreet te kunnen benoemen. Tabel: gereserveerde uren overige toezichtstaken Taakveld Uren Keur: - Watersysteem 2324* - Waterkeringen 450* Besluit bodemkwaliteit 260 Grondwater 1465 Scheepvaart 302 Heffingen 1250 *exclusief de uren adviserende units vanuit eerste lijns toezicht, inclusief uren projecten taakveld Keur (zie paragraaf 6.2.5) Projecten toezicht Naast de reguliere geplande controles worden ook toezicht op projecten uitgevoerd. Ten opzichte van voorgaande jaren zijn hierin geen grote veranderingen voorzien. Om deze projectcontrole correct uit te kunnen voeren is tijd en capaciteit gereserveerd en ook opgenomen in het besturingsmodel. Uitvoeringsprogramma Vergunningen en Handhaving

22 Tabel: toezicht projecten Projecten toezicht Agrarisch toezicht - Veranderende rol toezichthouder - Herzien bestuursbesluit 5 meter mestvrije zones - Voorlichtingsbijeenkomsten gewasbescherming en erfafspoeling - Communicatie toezicht hobbyboeren - Afronden project Bezem door de kast - Registratie glastuinbouw en zuiveringsplicht - Luchtsurveillances - NOOOT toezichtsplan Beoordelen GRP s IBA s project (strategie + opstarten toezicht) Heffingen (doorontwikkelen Webis Meet) Keur - toezicht grote werken - toezicht en communicatie afstoten kleine watergangen (communicatie) - surveillances loslopende honden/dijken - afronden implementatie mobiele app (optimalisatie proces- en informatieuitwisseling eerste lijns toezicht) Optimaliseren zaakgericht werken en lean werken voor toezicht en handhaving Kwaliteitscriteria Vergunningverlening, toezicht en handhaving Scheepvaart - samenwerking op het water - toezicht niet zijnde vaarwegen Gelderse Handhavingsweek (onder voorbehoud doorgang) Uitvoeringsprogramma Vergunningen en Handhaving

23 7 Samenwerking 7.1 Samenwerking Rijn-Oost Er worden met de Rijn-Oost waterschappen gezamenlijk beleidsnotities en formats opgesteld. Efficiëntieverbetering en verminderde toezichtlast zijn hiervoor de belangrijkste argumenten. De overige noordelijke waterschappen en Waterschap Vallei en Veluwe hebben aangegeven bij een aantal projecten/samenwerkingsvormen te willen aansluiten. In onderstaande tabel zijn de samenwerkingsvormen opgenomen zoals die gepland zijn voor 2018: Projecten en samenwerkingsvormen Toezicht RWZI, onderling toezicht Opleiding BOA Kwaliteitscriteria vergunningverlening, toezicht en handhaving Uniform jaarverslag VTH Stuurgroep VTH samenwerking in uitvoering en beleid 7.2 Samenwerking andere partners Het waterschap is agendalid bij het lokale handhavingsoverleg van gemeenten en op verzoek en indien nodig schuiven wij ook daadwerkelijk aan. Wij streven ernaar om met elke gemeente en provincie minimaal drie keer per jaar een overleg te hebben. Dit kan tijdens het handhavingsoverleg, maar ook bij een gezamenlijke handhavingsactie of een bezoek aan de gemeente. Met de komst van de Omgevingswet moet de samenwerking tussen de waterschappen en de RUD s opnieuw worden bezien. Vanaf 2016 voert het waterschap luchtsurveillance uit in een samenwerking met Rijkswaterstaat (RWS). Deze samenwerking vloeit voort uit het "Bestuursakkoord Water" en brengt de samenwerking op gebied van VTH-taken in de praktijk. Dit wordt in 2018 voortgezet. Uitvoeringsprogramma Vergunningen en Handhaving

24 Bijlage 1 Raming van middelen In deze bijlage is een raming van de benodigde capaciteit (uren en middelen) voor de VTHtaken opgenomen. Deze raming maakt onderdeel uit van de Begroting Loopt de geplande inzet gedurende het jaar achterstand op, bijvoorbeeld door wijziging in prioritering, calamiteit of personele oorzaken, dan moet worden bijgestuurd. Vergunningen In de begroting, het formatieplan en het jaarplan van Waterschap Rijn en IJssel is personele capaciteit gereserveerd voor vergunningverlening. Hierbij is de inzet van capaciteit en uren voor de vakspecifieke kennis met betrekking tot watersysteem, keringen, ecologie en hydrologie niet meegenomen. Voor 2018 ziet dit er als volgt uit: Tabel begroting Vergunningen Middelen Vergunningen Formatie totaal 7,80 fte Personeelslasten (incl. overige kosten) exploitatiekosten Tabel formatie Vergunningen Functie FTE Coördinator Vergunningen 1,00 Juridisch medewerker * 0,33 Medewerker vergunningen 3,00 Medewerker Vergunningen (senior) 3,80 *Juridisch medewerker niet meegenomen in totale formatie vergunningen Handhaving In de begroting, het formatieplan en het jaarplan van Waterschap Rijn en IJssel is personele capaciteit gereserveerd voor toezicht en handhaving. Hierbij is de inzet van capaciteit en uren voor de vakspecifieke kennis met betrekking tot watersysteem, keringen, ecologie en hydrologie niet meegenomen. Voor 2018 ziet dit er als volgt uit: Tabel begroting Handhaving Middelen Handhaving Formatie totaal 9,80 fte Personeelslasten (incl. overige kosten) Exploitatiekosten Tabel formatie team Handhaving Functie FTE Coördinator Handhaving 1,00 Juridisch medewerker * 0,33 Medewerker handhaving 5,80 Medewerker handhaving (senior) 3,00 *Juridisch medewerker niet meegenomen in totale formatie handhaving Uitvoeringsprogramma Vergunningen en Handhaving