INHOUDSOPGAVE. Voorwoord College van Bestuur blz. 2 Raad van Toezicht blz Onderwijsgroep Noord a) Organisatie blz. 9 b) Bedrijfsvoering blz.

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "INHOUDSOPGAVE. Voorwoord College van Bestuur blz. 2 Raad van Toezicht blz Onderwijsgroep Noord a) Organisatie blz. 9 b) Bedrijfsvoering blz."

Transcriptie

1

2 INHOUDSOPGAVE Voorwoord College van Bestuur blz. 2 Raad van Toezicht blz Onderwijsgroep Noord a) Organisatie blz. 9 b) Bedrijfsvoering blz Stichting Onderwijsgroep Noord a) Beleid blz. 17 b) Medewerkers blz Financiën: a) Geconsolideerde jaarrekening blz. 20 b) Enkelvoudige jaarrekening blz. 23 o Resultaat en kengetallen blz. 23 o Continuiteitsparagraaf blz. 24 o Treasury blz. 28 Bijlagen Bijlage A Instellingsgegevens blz. 30 Bijlage B Nevenfuncties blz. 33 Bijlage C Afkortingen blz. 35 Jaarrekening 1

3 VOORWOORD COLLEGE VAN BESTUUR Alweer een jaar voorbij. Een jaar om trots op te zijn en daarom blikken wij graag met u terug op Wij zijn heel blij dat we kunnen melden dat de onderwijskwaliteit in het voortgezet onderwijs op onze scholen door de inspectie van het onderwijs overal als voldoende tot goed is bestempeld. Bij het mbo is dat nog niet overal het geval, maar er wordt hard gewerkt om ook daar verbeterplannen in de praktijk te brengen. De positieve beoordeling door de inspectie is een geweldige beloning voor de scholen waar hard gewerkt is aan verbetertrajecten. Maar wij zijn ambitieus en daarom zijn we er nog niet. Op alle scholen wordt met veel inzet gewerkt aan een veilige, inspirerende leeromgeving waar onze leerlingen tot bloei kunnen komen. Om leerlingen deze kans te bieden is het belangrijk dat wij als werkgever ook de medewerker ruime ontwikkelkansen bieden. Een gemotiveerde leraar die enthousiast en geïnspireerd voor de klas staat is essentieel om ook de leerling te bieden wat hij/zij nodig heeft. Transitie In de transitie stappen we verder. In 2016 zijn nieuwe managementstatuten vastgesteld en zijn de (regio)directeuren benoemd. Bij drie van de vier stichtingen zijn de plaatsingsprocedures voor de tweede managementlaag, de afdelingsdirecteuren/adjunct-directeuren afgerond. Hierdoor was 2016 nogal een technisch jaar, maar dat was nodig om verder te kunnen. Nu is de leidinggevende laag min of meer in positie en kunnen de eerste stappen worden gezet richting teamvorming om teamgecentreerd te gaan werken. Ook hierin kiezen de stichtingen hun eigen methode en tempo. Gedurende het hele jaar hebben we ons laten inspireren door interessante sprekers en workshops. Sharda Nandram, Jasmijn Kester en Ben van der Hilst inspireerden een grote groep collega s tijdens een warme, zonnige dag in juni. Ben van der Hilst heeft ons op weg geholpen met teamvorming en blijft een aantal van onze scholen hier voorlopig in ondersteunen. Het symposium op de Dag van de Leraar was een groot succes, de hele zaal luisterde ademloos naar Claire Boonstra en ging daarna aan het werk in diverse workshops. Alexander Minnaert heeft zijn kennis en ervaring gedeeld met betrekking tot motivatie in teams door het benutten en inzetten van talenten. En ook binnen de stichtingen zijn mooie studiedagen georganiseerd door en voor collega s. Als bestuur spreken we een aantal keren per jaar met Adriaan Bekman die ons helpt in onze zelfreflectie. Naast deze prachtige bijeenkomsten met inspirerende mensen willen we ook graag benoemen dat wij vaak zeer geïnspireerd worden door onze collegae en leerlingen. We zien prachtige dingen gebeuren binnen onze stichtingen. Er ontstaan mooie samenwerkingen en innovatieve ideeën met durf om buiten de gebaande paden te stappen. En dat allemaal om goed onderwijs aan onze leerlingen te geven. Wij willen medewerkers graag aansporen hiermee verder te gaan en vooral leerlingen motiveren om hierover mee te blijven denken. Bestuurlijke agenda De vier stichtingen hebben in de afgelopen jaren vele pagina s ambities geformuleerd in beleidsstukken zoals strategische beleidsplannen, toekomstplannen/ontwikkelplannen en schoolplannen. Als College van Bestuur willen we graag faciliteren dat deze plannen ook daadwerkelijk uitgevoerd gaan worden. Daarom hebben we een bestuurlijke agenda opgesteld. Dit is niet meer en niet minder dan een selectie van de volgens ons belangrijkste thema s die overkoepelend zijn bij alle stichtingen en die zorgen voor het mogelijk maken van de plannen. Er zijn vier hoofdthema s: informatiebeleid, HRM, kwaliteit & control en Onderwijsgroep Noord in de maatschappij. Per hoofdthema is een regiegroep benoemd die gevormd wordt door directeuren waarbij inhoudelijke experts aanschuiven. De regiegroepen zijn net van start gegaan en zoeken nog naar de beste werkwijze. Zij zullen voor het betreffende thema de prioritering van projecten bepalen en de voortgang monitoren. Terugkoppeling vindt plaats in het OGN-beraad (voorheen 2

4 concernberaad). Omdat dit zeer omvangrijk en complex is hebben we de inhoud van de bestuurlijke agenda bijeengebracht in het Programma Instrumenten Bedrijfsvoering (werktitel) waarbij de programmasecretaris zorgt voor ondersteuning van projectleiders en monitoring van de voortgang. Constructie Onderwijsgroep Noord Onderwijsgroep Noord bestaat uit vier stichtingen die door middel van een personele unie (dezelfde personen vormen het College van Bestuur en dat geldt ook voor de Raad van Toezicht) aan elkaar verbonden zijn. Wat delen zij nog meer behalve het bestuur en het toezicht? Dat is een vraag die in 2016 regelmatig gesteld is. De drie onderwijsinstellingen (Dollard College, rsg de Borgen en Terra) delen ook de dienstverlening van de Ondersteunende Diensten (Stichting Onderwijsgroep Noord). Verder kunnen de stichtingen natuurlijk met elkaar samenwerken, van en met elkaar leren en best practices uitwisselen. Een wederzijdse verplichting is er niet, het moet vooral toegevoegde waarde hebben. Als bestuur hebben wij wel de ambitie om deze samenwerking zo goed mogelijk te faciliteren. Dat doen we door bijvoorbeeld een OGN-symposium te organiseren voor alle medewerkers, zodat collega s van de verschillende stichtingen elkaar leren kennen en door de bestuurlijke agenda OGNbreed uit te voeren. Aangezien wij met zijn tweeën het College van Bestuur zijn van vier stichtingen wisselen wij regelmatig van pet. Vergaderingen waarin besluiten genomen worden betreffen een van de stichtingen. Als een besluit geldt voor alle vier de stichtingen, dan wordt dat besluit dus vier keer genomen en wordt dit opgenomen in vier verschillende besluitenlijsten. In theorie zou deze constructie een lastige situatie kunnen opleveren, denk aan belangenverstrengeling. In de praktijk hebben wij dat nog nooit ervaren. Wij hebben nog geen besluiten hoeven nemen voor een van de stichtingen waarbij een van de andere stichtingen benadeeld werd. Als gevolg van onze constructie hebben wij te maken met twee cao s, de WMS en de WOR en met twee Codes Goed Bestuur. Omdat het aandeel van de vier stichtingen dat onder de cao mbo valt net iets groter is, kiezen wij ervoor ons te verantwoorden volgens de branchecode goed bestuur in het mbo. Overigens bevat de branchecode VO vergelijkbare thema s en inzichten, dus ook hierin herkennen wij ons. De inhoud van de code sluit aan bij de werkwijze die wij ook nastreven met onze stichtingen. Bijvoorbeeld het voeren van de horizontale dialoog met belanghebbenden over strategisch beleid. Zo hebben wij gesprekken met externe stakeholders gevoerd als input van de strategische beleidsplannen. De Raad van Toezicht ziet erop toe dat deze gesprekken gevoerd worden en was tegelijkertijd deelnemer. Goed bestuur De branchecode goed bestuur in het mbo maakt onderscheid tussen hard controls en soft controls. Dit herkennen wij volledig en dat is eigenlijk de kern van de transitie waar wij middenin zitten. Wij willen ruimte geven aan medewerkers en meer zeggenschap daar waar ook de beïnvloeding plaatsvindt. Tegelijk moet ook de kwaliteit geborgd worden en moet verantwoording afgelegd worden. Hoe krijg en houd je deze aspecten in balans? De start is gemaakt: veel dialoog, vallen en opstaan zullen uiteindelijk ook tot een antwoord op deze vraag leiden, maar daar zijn we nog niet. Een actueel onderwerp dat ook veel in de media is geweest is het declaratiegedrag van bestuurders. Om zo zuiver mogelijk te werken, tekent het ene CvB-lid de declaraties van de ander voor akkoord. Ook controleert de voorzitter Raad van Toezicht periodiek de declaraties van het College van Bestuur en rapporteert hierover in de RvT-vergadering. Ton Wennink trad in augustus 2015 aan als lid College van Bestuur. De rest van het jaar 2015 hebben we gebruikt om in te werken en op elkaar ingespeeld te raken. Daarom hebben we toen zoveel mogelijk samen gedaan. In 2016 hebben we een portefeuilleverdeling gemaakt. Ton is meer gericht op bedrijfsvoering, financiën en huisvesting, Astrid meer op de onderwijs(innovatie)kant, zoals het platform V(S)O-MBO in de provincie Groningen. Een aantal zaken doen we samen, zoals landelijk: de VO-raad, MBO-raad en AOC-raad. Eventuele werkgroepen of expertisegroepen verdelen we. Interne overleggen zoals het OGN-beraad of overleggen met de regiodirectie per stichting doen we samen. 3

5 Thema s als onderwijskwaliteit en de aansturing van de directeuren hebben we bewust niet verdeeld, dat doen we samen. Overigens kan deze portefeuilleverdeling slechts gezien worden als een verdeling van aandachtsgebieden, want het spreekt vanzelf dat we samen verantwoordelijk zijn voor het geheel. Verantwoording Als College van Bestuur zijn we gesprekspartner van de medezeggenschap. In ons geval betekent dat twee ondernemingsraden en twee medezeggenschapsraden. Sinds de (regio)directeuren zijn benoemd is een andere verdeling van bevoegdheden van toepassing en zijn we met de betrokken partijen in gesprek over wie het gesprek met de medezeggenschap voert op welk moment met welke agenda. Volgens de managementstatuten is de directie samen met het College van Bestuur gesprekspartner van de medezeggenschap. Binnen drie van de vier stichtingen wordt hier al handen en voeten aan gegeven, bij één stichting zijn we nog niet zo ver. Hoe dan ook zijn we regelmatig met elkaar in gesprek over wanneer de directie gesprekspartner is van de OR of MR, wanneer het bestuur en wanneer samen. Bij een aantal thema s is dat duidelijk, maar bij sommige ook niet. Gelukkig zijn we goed in dialoog met de betrokken partijen en hebben wij er alle vertrouwen in dat we hier op korte termijn goede, duidelijke afspraken over kunnen maken. Natuurlijk leggen wij als bestuur verantwoording af aan de inspectie van het onderwijs. Wij ervaren bij de inspectie steeds vaker een dialoog, waarbij de inspectie open staat voor onze zienswijze en ideeën. Daardoor ervaren we steeds vaker samenwerking met de inspectie en minder eenrichtingsverkeer waarbij wij verantwoording afleggen en de inspectie toezicht houdt. Wij zijn erg positief over deze ontwikkeling en vinden deze ook passen bij de transitie die wij als organisatie doormaken. Samenwerking Onderwijsgroep Noord beslaat met zijn vier stichtingen een groot geografisch gebied. Wij hebben vestigingen in de drie noordelijke provincies en dat betekent automatisch dat wij een groot netwerk hebben. Wij hebben te maken met veel verschillende partijen; overheden, onderwijsinstellingen, bedrijfsleven, samenwerkingsverbanden et cetera. Dat is een dynamisch geheel waarin veel belangen spelen. Wij zijn ons er zeer van bewust dat wij als onderwijsinstelling deze andere partijen nodig hebben. Wij hebben voor het uitoefenen van onze maatschappelijke taak andere partners nodig. Heel blij zijn wij met het Platform V(S)O-MBO in de provincie Groningen. In dit platform participeren alle onderwijsbesturen en de doelstelling van dit platform is om er samen voor te zorgen dat we kwalitatief goed onderwijs in de hele provincie kunnen bieden in deze tijden van leerlingen/bevolkingskrimp. In Drenthe is een mooie samenwerkingsovereenkomst met betrekking tot entree-opleidingen gesloten. Ook hier weten onderwijspartners elkaar te vinden. Ook op kleinere schaal werken we nauw samen met andere scholen, lokale overheden en soms andere maatschappelijke partners. Ook vindt ons onderwijs regelmatig de weg naar het bedrijfsleven waar we prachtige samenwerkingen mee aangaan. Kortom, als onderwijsinstelling staan we middenin de maatschappij. In 2016 hebben we al veel bereikt. We hebben de stip op de horizon nog niet binnen handbereik. Daarom kijken wij uit naar de volgende jaren. Het jaar 2017 zal vooral in het teken staan van vooruitkijken. Systemen aanpassen aan de nieuwe organisatiestructuur en aan de slag met meerjarenhuisvestingsplannen, strategische personeelsplanning, beleidsrijke meerjarenbegrotingen, nieuwe onderwijsconcepten en een beter beeld krijgen van de toekomst van Onderwijsgroep Noord. En dat alles voor duurzaam betekenisvol onderwijs voor onze leerlingen en studenten in onze regio s. Groningen, 15 maart 2017 Astrid Berendsen en Ton Wennink College van Bestuur 4

6 RAAD VAN TOEZICHT Onderwijsgroep Noord is in ontwikkeling. Van een centrale aansturing is enkele jaren geleden gekozen voor een meer decentrale aansturing. Medewerkers krijgen meer zeggenschap en invloed op hun eigen werk. Om deze verandering mogelijk te maken was een andere organisatiestructuur nodig. Vele voorbereidingen gingen hier aan vooraf en in 2016 hebben diverse van deze structuurwijzigingen hun beslag gekregen. De Raad van Toezicht heeft deze veranderingen aangegrepen om ook naar zichzelf te kijken. Hoe zie je je rol als Raad van Toezicht binnen deze veranderende organisatie? In het najaar van 2015 hebben wij als Raad van Toezicht een governancetraject doorlopen onder begeleiding van een externe gespreksleider. De uitkomst van dit traject bestaat uit meerdere inzichten, waaronder een visie op toezicht houden die wij in begin 2016 hebben vastgesteld. Vanzelfsprekend heeft dit geleid tot onderlinge gesprekken over de gevolgen van deze visie. Een visie formuleren is een mooi uitgangspunt, maar wat betekent dit in de praktijk? Ook heeft dit traject geleid tot een kritische houding ten aanzien van de vergaderingen. Wij hebben afgesproken iedere vergadering te besluiten met een korte evaluatie van de vergadering in zijn geheel en van de verschillende deelnemers. Wij zetten ons graag in voor de organisatie, maar willen ook wezenlijk iets bijdragen. Wij kiezen voor een zelfkritische houding, omdat we vooral efficiënt en effectief willen zijn als Raad van Toezicht. Met een nieuwe organisatiestructuur en bijbehorende bevoegdheden vonden wij het vanzelfsprekend om ook te kijken naar onze eigen positie binnen de organisatie. Als alle rollen veranderen, verandert die van de toezichthouder ook. Als gevolg hiervan hebben we besloten dat wij actief willen uitdragen dat we de transitie een belangrijke en goede ontwikkeling vinden en daarom hebben wij als Raad van Toezicht het initiatief genomen voor een inspiratiedag voor medewerkers uit alle geledingen. Ook willen wij graag vaker in gesprek met medewerkers. Wij willen in deze gesprekken het vak centraal zetten en met dit uitgangspunt willen we graag luisteren naar wat de medewerkers ons te vertellen hebben. Wij starten dit als experiment, maar we hebben er alle vertrouwen in dat we in de loop van de tijd een mooie manier zullen vinden om met alle geledingen van de organisatie in gesprek te zijn. Wij zijn ons er terdege van bewust dat onze rol in deze contacten heel duidelijk is: wij halen informatie, ervaringen en denkbeelden op, maar brengen weinig anders dan een luisterend oor. De eerste afspraak voor zo n horizontale dialoog staat gepland in Bijeenkomsten In 2016 heeft de raad zeven maal met het bestuur vergaderd. Vier keer bij Ondersteunende Diensten (voorheen het bestuursbureau) en drie keer op onderwijslocaties. Tijdens de informele bijeenkomsten op de onderwijslocaties wordt per keer een onderwijsstichting bezocht en spreekt de Raad van Toezicht ook de medezeggenschapsraad of ondernemingsraad van de betreffende stichting. Door het informele contact met medewerkers en leerlingen heeft de raad de mogelijkheid om de school beter te leren kennen. Tijdens een van de vergaderingen bij Ondersteunende Diensten heeft de raad de ondernemingsraad van stichting Onderwijsgroep Noord ontmoet. Verder is er extra overleg geweest, omdat het College van Bestuur de raad wilde informeren over een aantal risicodossiers en heeft de raad tijdens een extra bijeenkomst aan het bestuur een terugkoppeling gegeven op het governancetraject (waaronder de visie op toezicht houden van de RvT) van Alle bijeenkomsten worden voorbereid door de voorzitter Raad van Toezicht, het College van Bestuur en de bestuurssecretaris. Enkele onderwerpen keren periodiek terug op de agenda van de vergaderingen. Sommige jaarlijks, sommige enkele keren per jaar. Wanneer dat toegevoegde waarde heeft, wordt een interne of externe deskundige uitgenodigd in de vergadering om een toelichting op een bepaald onderwerp te geven. De accountant schuift eenmaal per jaar aan om het jaarverslag toe te lichten. 5

7 Onderwerpen die in 2016 aan bod kwamen Externe ontwikkelingen: regiotafels provincie Groningen, specifiek samenwerking Dollard College - Ubbo Emmius; de Raad van Toezicht is vele malen geïnformeerd door het College van Bestuur en heeft ingestemd met het voorstel om een regiestichting op te richten; (ingestemd met) samenwerkingsovereenkomst Drentse aanpak Entree-opleidingen; terrein suikerfabriek Groningen, Gebiedscoöperatie Westerkwartier, nieuwbouwplannen verschillende locaties; OGN 2032: welke ontwikkelingen zien wij in het onderwijs en wat betekent dat voor Onderwijsgroep Noord. Bedrijfsvoering/onderwijs(kwaliteit): jaarrekeningen en jaarverslagen 2015 (goedgekeurd); begrotingen 2016 (goedgekeurd); risicodossiers; onderwijskwaliteit: in gesprek op twee verschillende niveaus. Hoe staan de onderwijsinstellingen ervoor en hoe houd je hier toezicht op als Raad van Toezicht; inspectieonderzoek naar organisatievorm Onderwijsgroep Noord in oktober 2016 (hiervan is het rapport nog niet ontvangen, maar wel een telefonische terugkoppeling) tractorsimulator (Terra); informatie van Platform Raden van Toezicht + vereniging van Toezichthouders in Onderwijsinstellingen (VTOI) + andere relevante informatie; portefeuilleverdeling College van Bestuur besproken (goedgekeurd); transitie Onderwijsgroep Noord, in totaal + specifieke situatie per stichting; nieuw treasurystatuut: nieuwe regeling beleggen, lenen en derivaten met ingang van 1 juli 2016 (15 december 2016 vastgesteld door Raad van Toezicht ); beleidsrijke begroting: nieuwe manier van Planning & Control cyclus inrichten, inclusief beleidsrijk begroten. Interne Raad van Toezicht onderwerpen: gesprekken met medezeggenschap; WNT: bezoldiging College van Bestuur en Raad van Toezicht; twee keer de procedure werving en selectie met aandacht voor diversiteit in combinatie met specifieke kennis/ervaring en het zich kunnen vinden in de door de Raad van Toezicht geformuleerde visie op toezicht houden. Dit heeft geleid tot twee benoemingen van een nieuw lid Raad van Toezicht; interne zaken; declaraties Raad van Toezicht en College van Bestuur, afschaffing fictief dienstverband, hoogte bedrag afscheidscadeau Raad van Toezicht; bestuurlijke agenda als input voor werkagenda Raad van Toezicht; in 2016 is er geen zelfevaluatie gedaan in verband met de relatief nieuwe samenstelling Raad van Toezicht en het eind 2015 afgeronde governancetraject. Wel is binnen de raad gesproken over nevenactiviteiten van de leden en het voorkomen van/alert zijn op eventuele belangenverstrengeling. Informatie Als Raad van Toezicht vinden wij het belangrijk om informatie via verschillende bronnen te verkrijgen. Dat is in lijn met de branchecode waarin genoemd wordt dat goed bestuur en goed toezicht wint aan kwaliteit wanneer voldoende tegenspraak georganiseerd wordt. Daarom woont (een vertegenwoordiging van) de raad informele bijeenkomsten, symposia en lezingen bij die intern georganiseerd worden. Ook zijn diverse bijeenkomsten georganiseerd over de samenwerking tussen 6

8 Dollard College en Ubbo Emmius en vanzelfsprekend was ook hier de raad aanwezig. Tijdens de locatievergaderingen benutten we de gelegenheid om in gesprek te gaan met de medezeggenschapsorganen, medewerkers en leerlingen. Ook willen wij onze kennis met betrekking tot toezichthouden up-to-date houden. Zo hebben wij de Dag van het Toezicht, georganiseerd door de VTOI (Vereniging van Toezichthouders in Onderwijsinstellingen) bijgewoond, bezoekt de voorzitter de bijeenkomsten van het Platform Raden van Toezicht, een open netwerk van/voor Raden van Toezicht in het MBO georganiseerd door de MBO-raad en wordt de informatie van dit platform altijd gedeeld onder alle leden van de raad. Het spreekt vanzelf dat wij ook ontwikkelingen volgen waar het gaat om ontwikkelingen met betrekking tot toezicht houden of gewijzigde wet- en regelgeving. De VTOI, VO-raad en MBO-raad zijn belangrijke informatiebronnen, maar ook halen wij informatie en inspiratie van websites, uit boeken en natuurlijk uit onze gesprekken met medewerkers en leerlingen. Werkgever De Raad van Toezicht is werkgever van het College van Bestuur. De remuneratiecommissie adviseert de raad over de werkgeversrol. De commissie voert namens de raad het HRM-gesprek met het College van Bestuur. In 2016 is het HRM-gesprek gevoerd met het lid College van Bestuur en naast functioneren en ontwikkeling van persoon en organisatie was ook de bezoldiging een gespreksonderwerp. De remuneratiecommissie heeft de inhoud van het gesprek voorbereid in een besloten RvT-vergadering en heeft ook deze wijze een terugkoppeling op het HRM-gesprek gegeven. Het gesprek met de voorzitter College van Bestuur heeft pas begin 2017 plaatsgevonden. Bezetting Raad van Toezicht In 2016 eindigde van twee leden van de Raad van Toezicht de tweede en laatste termijn. Er is in het voorjaar van 2016 een werving en selectieprocedure uitgevoerd. Omdat de vertrekkende leden ook de auditcommissie vormden, werd gezocht naar geschikte kandidaten die niet alleen passen in het algemene profiel, maar ook een financieel/bestuurlijke achtergrond meebrengen. De selectiecommissie heeft Klaas Johan Roffel voorgedragen als opvolger van Frits Migchelbrink en dit advies heeft de raad overgenomen. In het najaar van 2016 is opnieuw een werving- en selectieprocedure gestart. Naar aanleiding van deze procedure is mevrouw Pipien Silvius-Voogd benoemd als nieuw lid van de Raad van Toezicht en opvolger van Harm Holman. De beide nieuwe leden vormen ook samen de auditcommissie. Met de benoeming van twee relatief jonge leden, van wie één vrouw, is de wens van de raad om de diversiteit in het team te vergroten vervuld. Rooster van aftreden Raad van Toezicht Onderwijsgroep Noord per 1 januari 2017 Naam Aftredend en Aftredend en niet Rol / Commissie herkiesbaar per herkiesbaar per Mevr. E.M. Pastoor- Meuleman Voorzitter RvT / Remuneratiecommissie Dhr. T. Wagenaar Vice-voorzitter RvT / Remuneratiecommissie Dhr. E. van Zuidam Kwaliteitszorgcommissie Dhr. M. Krijnsen Kwaliteitszorgcommissie Dhr. K.J. Roffel Auditcommissie Mevr. C. Silvius-Voogd Auditcommissie Sparringpartner Als actieve en betrokken Raad van Toezicht zijn wij voortdurend in gesprek met het College van Bestuur, medewerkers en leerlingen over onze toezichthoudende rol. Hoe willen wij toezicht houden? Hoe weten wij dat de onderwijskwaliteit op voldoende niveau is en wie bepaalt waar de lat ligt? Hoe 7

9 weten we dat de organisatie financieel gezond is en de continuïteit geborgd is? Wij willen niet herhalen wat de inspectie van het onderwijs al doet en de rol van het ministerie van OCW willen we ook niet kopiëren, maar hoe krijgen we toch antwoord op onze vragen? Wij vragen rapportages waarin het College van Bestuur verantwoording aflegt over belangrijke onderwerpen. Samen bespreken we waar de lat ligt, deels bepaald door extern opgelegde kaders (wet- en regelgeving) en deels door eigen ambities van de organisatie. Hierin verschillen de stichtingen soms van inzicht en dat is mooi. De drie onderwijsstichtingen zijn erg verschillend in veel opzichten. Dat maakt het voor de hand liggend dat ambities ook verschillen. Wij treden de stichtingen met grote belangstelling tegemoet, maar zijn tegelijk ook kritisch. Wij zijn geïnteresseerd in de motivatie die ten grondslag ligt aan de zelf geformuleerde ambitie en in de reden waarom bepaalde doelstellingen wel of niet behaald zijn. Gezien de complexe wereld waarin wij leven en de dynamiek die dat oplevert voor een onderwijsinstelling zijn wij als Raad van Toezicht naast toezichthouder ook graag sparringpartner van het College van Bestuur. Wij werken samen op basis van transparantie en vertrouwen en dat maakt dat we informatie vaak al in een vroeg stadium met elkaar delen. Hierdoor kunnen wij actief meedenken met het bestuur en kunnen we ook regelmatig optreden als sparringpartner van het bestuur. De transitie waar de organisatie middenin zit in combinatie met externe ontwikkelingen zoals leerlingenkrimp, razendsnelle technologische ontwikkelingen en wijzigingen in wet- en regelgeving maken het niet gemakkelijk om altijd de juiste beslissingen op het goede moment te nemen en dan pakken wij graag onze rol als sparringpartner. Vanuit de commissies Raad van Toezicht Remuneratiecommissie De remuneratiecommissie heeft een HRM-gesprek met het lid College van Bestuur gevoerd. Het gesprek met de voorzitter College van Bestuur zal plaatsvinden in Ook het onderwerp scholing komt als aan bod. De remuneratiecommissie heeft de inhoud van het gesprek voorbereid in een besloten Raard van Toezicht-vergadering en heeft ook op deze wijze een terugkoppeling op het HRMgesprek gegeven. Verder heeft de remuneratiecommissie zitting genomen in de beide sollicitatieprocedures voor lid Raad van Toezicht. In totaal heeft de remuneratiecommissie in 2016 deelgenomen aan vijf bijeenkomsten. Auditcommissie De auditcommissie heeft drie maal vergaderd, waarvan twee maal ook met de accountant. Onderwerpen waar de auditcommissie zich in verdiept heeft zijn: begroting; jaarverslag/jaarrekening; nieuwbouw Emmen; financiële situatie rsg de Borgen. Kwaliteitscommissie De kwaliteitscommissie is vier maal bij elkaar geweest en heeft zich gebogen over de volgende vraagstukken: hoe houd je als Raad van Toezicht toezicht op onderwijskwaliteit (anders dan bijvoorbeeld de inspectie); het begrip kwaliteit wordt breed opgevat. Hieronder valt bijvoorbeeld ook : hoe gaat het met de transitie, hoe tevreden zijn medewerkers, leerlingen en ouders; initiatief genomen om een congres met Wouter Hart en Danielle Braun te organiseren; in gesprek met teams in de scholen: experiment starten. Groningen, 15 maart 2017 Namens de Raad van Toezicht, Elly Pastoor-Meuleman, voorzitter 8

10 Dit jaarverslag gaat over: Onderwijsgroep Noord, als bestuurlijke samenwerking van Dollard College, rsg de Borgen en Terra, en alle stichtingsoverstijgende zaken De afzonderlijke Stichting Onderwijsgroep Noord waarin College van Bestuur, CvB-staf en Ondersteunende Diensten zijn ondergebracht 1. Onderwijsgroep Noord a. ORGANISATIE Onderwijsgroep Noord is een bestuurlijke samenwerking van Terra, het Dollard College en rsg de Borgen. Terra biedt opleidingen op het gebied van groen, voeding, dier, natuur & milieu in het praktijkonderwijs, lwoo, vmbo-groen, het Groene Lyceum, mbo en cursusonderwijs. Het Dollard College en rsg de Borgen zijn brede scholengemeenschappen voor praktijkonderwijs, mbo, havo, atheneum en gymnasium. Het Dollard College heeft daarnaast zesjarige havo, vwo tweetalig onderwijs en een internationale schakelklas en rsg de Borgen het technasium. Terra en het Dollard College nemen samen met het Noorderpoort deel in de Campus Winschoten. Naast het bijbrengen van brede vaardigheden kenmerkt dit onderwijs zich evenzeer door de zorg voor een goede doorstroom. Bovenal streeft Onderwijsgroep Noord naar een zorgzame en veilige omgeving waarin persoonlijk talent tot ontwikkeling komt. Binnen Onderwijsgroep Noord werken ruim 1400 medewerkers op 23 vestigingen in Groningen, Friesland en Drenthe. Het College van Bestuur en de Ondersteunende Diensten zijn gevestigd in de stad Groningen. Door middel van een personele unie bestaan de Colleges van Bestuur van Onderwijsgroep Noord, Terra, het Dollard College en rsg de Borgen uit dezelfde personen. Onderwijsgroep Noord levert beleidsvoorbereidende en ondersteunende diensten aan alle hierboven genoemde instellingen. Organogram van de bestuurlijke samenwerking 9

11 Governance Bestuurlijke autonomie gaat hand in hand met verantwoording afleggen en toezicht houden. Instellingen moeten daarom voldoen aan de eisen van goed bestuur, intern toezicht en verantwoording. Het interne toezicht wordt bij Onderwijsgroep Noord uitgeoefend door de Raad van Toezicht. Naarmate de instellingen hun corporate governance beter op orde hebben, kan het toezicht vanuit de rijksoverheid worden beperkt, zonder ooit geheel te verdwijnen. Er moet sprake zijn van een goede balans tussen intern toezicht, bestuur, verantwoording en extern toezicht. In de statuten van Onderwijsgroep Noord is rekening gehouden met de bepalingen van de Governance Code BVE. In verband hiermee zijn tevens reglementen opgesteld voor de Raad van Toezicht en het College van Bestuur. Deze reglementen zijn door de Raad van Toezicht vastgesteld. Daarnaast is een klokkenluidersregeling voor het omgaan met een vermoeden van een misstand vastgesteld. Identiteit Onze identiteit is vastgelegd in een zogenaamd identiteitsbewijs. Daarin staat welke belofte wij doen aan onze leerlingen en wat onze kernwaarden zijn. Kort samengevat: we willen mensen laten ontdekken wat belangrijk en waardevol voor hen is; we zien mensen; we verbinden ons aan onze belanghebbenden; we zoeken anderen op en stellen hun belang voorop; we zijn bewust, bekwaam, betekenisvol; gemeenschappelijk versterkend; gericht werken aan oplossen van gemeenschappelijke vraagstukken; bewust persoonlijk; elkaar kennen en erkennen, weten wat je voor elkaar kunt betekenen. Missie Wij willen jongeren en volwassen helpen om een waardevol leven te leiden, zowel in hun eigen ogen als in de ogen van anderen. Wij helpen hen om succesvol te zijn in de samenleving, in het vervolgonderwijs en in het beroep van hun keuze. Een belangrijk onderdeel van onze rol is dat wij hen zelf leren ontdekken, keuzes maken en kansen zien. Wij willen hen daarbij begeleiden en hen zo goed mogelijk toerusten om hun doelen te bereiken. We willen mensen laten ontdekken en bepalen wat waardevol en belangrijk voor hen is. Onderwijsgroep Noord neemt geen genoegen met de rol van traditionele (beroeps)opleider, hoe goed we dat ook doen. We willen daarbovenop mensen uitdagen om betekenisbewust te worden. Hiermee bedoelen we dat mensen die afkomstig zijn van Onderwijsgroep Noord bekwame (vak)mensen zijn die bovendien weten welke bijzondere waarde ze voor anderen kunnen en willen hebben. We drukken deze missie uit in onze merkbelofte: Bij Onderwijsgroep Noord worden mensen bewust, bekwaam en betekenisvol. 10

12 Visie We willen onderwijs zien dat de toon zet waar het gaat om leren, talentontwikkeling en het vinden van antwoorden op maatschappelijke vraagstukken. Wij willen betekenisvol onderwijs zien, onderwijs dat geen andere grenzen accepteert dan de grenzen van de ambities en talenten van mensen die aan haar worden toevertrouwd. Betekenisvol onderwijs dat (jonge) mensen uitdaagt om te ontdekken waarvoor ze staan, wat hen drijft, waarin ze goed zijn en wat ze waard zijn. Steevast vanuit de overtuiging dat elk mens iets wil en kan betekenen voor anderen. Zo creëert onderwijs mede de voorwaarden voor mensen om waardevol te zijn en te kunnen presteren: in hun persoonlijke leven, in hun professionele leven en als burger in onze samenleving (een leven lang leren). Dat geldt niet alleen voor onze leerlingen, maar ook voor onze medewerkers. Besturingsfilosofie De identiteit is de basis voor de besturingsfilosofie. Waar in ons identiteitsbewijs nadrukkelijk de leerling centraal staat, geldt in het verlengde daarvan dat in onze besturingsfilosofie de medewerker centraal staat. Wat hebben onze medewerkers nodig om de belofte aan de leerling waar te maken? Centraal staat de professional, in zijn betekenis voor leerlingen. Medewerkers zijn zich bewust van hun drijfveren, passie en mogelijkheden. Verantwoordelijkheden zo laag mogelijk in de organisatie. De medewerker krijgt professionele ruimte om bewust, bekwaam, betekenisvol te handelen. De verantwoordelijkheden worden zo laag mogelijk in de organisatie belegd, daar waar de beïnvloeding mogelijk is. Samen werken = samen sterker. Inspirerend en coachend leiderschap. Management creëert condities waaronder medewerkers hun verantwoordelijkheid kunnen waarmaken. Professionaliseren is een verantwoordelijkheid van iedere medewerker. Talentontwikkeling. Een heldere verantwoordelijkheidsverdeling. Centraal wordt het wat vastgesteld, decentraal het hoe. Op weg naar 2032 Wat hebben onze toekomstige leerlingen aan kennis en vaardigheden nodig als ze straks in 2032 aan hun werkende leven beginnen? Hoe ziet de wereld en het onderwijs er dan uit? Wat betekent dit voor Onderwijsgroep Noord? Deze vragen waren voor de Raad van Toezicht en het College van Bestuur aanleiding tot een discussie over de toekomst van Onderwijsgroep Noord. De discussie is verbeeld door een cartoonist. Beeld en tekst is gebundeld in een digitaal boekwerkje. Het is in eerste instantie bedoeld voor de Raad van Toezicht en het OGN-beraad. Het OGN-beraad wordt gevormd door het College van Bestuur, de regiodirecteuren van het Dollard College, rsg de Borgen en Terra en de directeur van de Ondersteunende Diensten. In een latere fase zal dit gebruikt worden voor de discussie met adjunct-directeuren, collega s binnen Onderwijsgroep Noord en onze partners in de regio. Samenwerking Playing for Success Onderwijsgroep Noord maakt deel uit van Playing for Success. Dit is een naschools programma voor 11

13 leerlingen van 9 tot en met 14 jaar, die een extra steuntje in de rug kunnen gebruiken, met name op het gebied van sociaal- emotionele ontwikkeling. Gedurende tien weken volgen de leerlingen een programma van een dagdeel in de week. Dit doen ze in het Playing for Success leercentrum, de Arjen Robben skybox, gevestigd in het stadion de Euroborg. Ze gaan aan de slag met praktische taal-, reken- en ict-opdrachten. Voetbal is hierbij de rode draad. Naast Onderwijsgroep Noord participeren O2G2, Penta Primair, Marenland, Ubbo Emmius, VCOG en FC Groningen in Playing for Success. Leerlingen van de drie onderwijsstichtingen kunnen aan dit programma deelnemen. Het aanmelden van leerlingen gebeurt op advies/selectie van de school. Het is vaak de leraar of zorgbegeleider die de ouders van de leerling aanraadt om deel te nemen aan Playing for Success. Als het kind ook graag wil meedoen, regelt de school vervolgens de aanmelding. Deelname aan het project is kosteloos voor de leerlingen. In maart 2016 bestond Playing for Succes vijf jaar. Ter gelegenheid daarvan is een jubileumkrant verschenen. Deze krant is verspreid op alle scholen van de deelnemende partners van Playing for Success Groningen en onder diverse relaties. Regiotafels De bestuurders van vrijwel alle VO-scholen in de provincie Groningen hebben het Onderwijsmanifest Groningen getekend. Onderwijsgroep Noord heeft ook haar handtekening gezet. Er zijn tal van ontwikkelingen op het voortgezet onderwijs af komen die het nodig maken om tijdig stappen te zetten en beslissingen te nemen. Eén ontwikkeling is het dalende aantal leerlingen. De scholen hebben de handen ineen geslagen om de negatieve gevolgen van krimp om te zetten in een kans. Daartoe wordt overlegd aan een aantal zogenaamde regiotafels. Onderwijsgroep Noord is deelnemer aan drie regiotafels: Noordoost Groningen: Terra Winsum, Dollard College Woldendorp, Christelijke Scholengemeenschap Groningen, Eemsdeltacollege en Lauwers en Eems. Gelet op de uiteenlopende voedingsgebieden heeft de regiegroep besloten om aan deze regiotafel onderscheid te maken in twee deelregio s: o Winsum (Terra), Warffum, Wehe-den-Hoorn en Uithuizen o Woldendorp (Dollard College), Delfzijl, Appingedam en Siddeburen; Oost Groningen: Dollard College en Ubbo Emmius; West Groningen: rsg de Borgen en Terra Oldekerk. In 2016 is begonnen met het onderzoek naar een aantal scenario s met als doel goed onderwijs op termijn in het gebied te behouden en er (een) levensvatbare en voor de regio aantrekkelijke school / scholen van te maken. Relatiemagazine Morgen De RvT wil Onderwijsgroep Noord als grote onderwijskoepel presenteren, waarbij de onderwijsstichtingen wel voorop staan. Gekozen is dit onder andere te doen door een jaarlijks magazine voor alle relaties, genaamd Morgen. In dit magazine zijn onze parels aan bod gekomen: verhalen, foto s en quotes over en van leerlingen, docenten, projecten en contacten waar we trots op (mogen) zijn. Hoe werken we aan de kwaliteit van ons onderwijs? Hoe werken we samen in de regio? Met al deze verhalen willen we onze identiteit en strategische koers zichtbaar maken. Het blad is in mei verzonden naar alle relaties van Onderwijsgroep Noord en de onderwijsstichtingen. Privacybeleid Per 1 januari 2016 is de Wet meldplicht datalekken van kracht geworden. Voortaan moet een datalek (lekken van tot een natuurlijk persoon herleidbare gegevens) binnen 72 uur gemeld worden aan de Autoriteit Persoonsgegevens (AP, voorheen College Bescherming Persoonsgegevens). De AP kan bij een datalek een boete van maximaal ,- opleggen. Of een boete daadwerkelijk wordt 12

14 opgelegd zal onder meer afhangen van de getroffen voorzorgsmaatregelen, de juiste aanpak en de adequate afhandeling. Bovendien wordt 25 mei 2018 de Europese Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) van kracht. Hierin worden (nog) strengere eisen aan de bescherming en verwerking van persoonsgegevens gesteld. Dit betekent enerzijds een versterking en uitbreiding van privacyrechten van betrokkenen en anderzijds meer verantwoordelijkheden voor organisaties. Om te kunnen voldoen aan eisen wet- en regelgeving is in opdracht van het College van Bestuur binnen de Ondersteunende Diensten de projectgroep IBP (Informatie Beveiliging en Privacy) geformeerd met daarin vertegenwoordigers van verschillende afdelingen. Deze projectgroep is in feite de kwartiermaker voor het te ontwikkelen IBP-beleid. De eerste fase van het traject is gericht op deskundigheidsbevordering en informatievoorziening. Op de portal van de verschillende stichtingen is een begin gemaakt met het verspreiden van informatie over IBP. Op uitnodiging van afdelingen en vestigingen wordt vanuit de projectgroep gesproken over dit thema. Om de staat van het IBP-beleid goed in beeld te krijgen, heeft Kennisnet een nulmeting ontwikkeld. Deze vrij omvangrijke nulmeting -85 stellingen- wordt nu als eerste uitgezet binnen de Ondersteunende Diensten. Op basis daarvan wordt een eerste prioritering gemaakt, waarmee zo snel mogelijk de vestigingen benaderd worden. Op deze manier willen we uiteindelijk komen tot een gedragen IBP-beleid en nog belangrijker een algehele bewustwording waar het de privacy van leerlingen, studenten, ouders en medewerkers betreft. Als eerste concrete stap zal de projectgroep een voorstel voor een IBP-beleidsplan (basisdocument) en een stappenplan datalekken opleveren. b. Bedrijfsvoering Leerlingenlaptops Binnen alle stichtingen zijn trajecten gestart waarbij leerlingen een device van de school gebruiken en waarbij de ouders in termijnen een bijdrage betalen. In totaal zijn hiervoor in 2015 en 2016 circa 2300 laptops aangeschaft. In 2016 is door productieproblemen de bestelling te laat geleverd op de scholen. Er zijn gesprekken met de leverancier gevoerd om te late levering in de toekomst te voorkomen. Onderwijsgroep Noord heeft veel aandacht besteed aan het optimaliseren van het beheer van de laptops. Dit heeft geresulteerd in minder vragen rondom beheer en gebruik van de apparatuur. Een belangrijk aandachtspunt m.b.t. de leerlingenlaptops is het afhandelen van schades door onzorgvuldig gebruik (schades die buiten de garantie vallen). Samen met de leverancier wordt naar een geschikte oplossing voor dit probleem gezocht. Infrastructuur In 2016 is gestart met de vervanging van alle apparatuur m.b.t. bedrade en draadloze verbindingen. Dit is een groot project bestaande uit de volgende fases: Metingen op alle vestigingen t.b.v. plaatsbepaling van apparatuur draadloze dekking (accesspoints). Adequate bekabeling op alle vestigingen. Plaatsen van de benodigde apparatuur ten behoeve van draadloze dekking (accesspoints). Inrichten en testen door Ondersteunende Diensten of de basisinrichting voldoet aan onze eisen en wensen van gebruikers. Uitrol van de nieuwe apparatuur (switches) en ingebruikname van nieuwe netwerk. Begin 2017 is het project afgerond. De ervaringen met het nieuwe netwerk zijn positief. 13

15 Huisvesting Op de eerste verdieping van het gebouw van de Ondersteunende Diensten is een trainings- en vergadercentrum gerealiseerd. Zo is een inspirerende, flexibel bruikbare ruimte ontstaan voor ontmoetingen, trainingen, vergaderingen en andere gemeenschappelijke activiteiten voor alle stichtingen. De OGN-academie maakt al veel gebruik van deze verdieping. In 2016 zijn de voorbereidingen getroffen voor een opname van de actuele onderhoudsstaat van alle gebouwen van de onderwijsstichtingen. Op basis van deze opnames wordt dan een meerjaren onderhoudsplan opgesteld, waarop vervolgens ook strategisch en financieel gefundeerd huisvestingsbeleid gebaseerd wordt. Hiermee wordt de basis voor vastgoedbeleid en beheer op orde gebracht. Arbo & Veiligheidsbeleid Op advies van de Arbodienst is in het verslagjaar aandacht besteed aan de risico s uit de Risico Inventarisatie en Evaluatie (RI&E). De Arbodienst heeft in 2015 geadviseerd om niet vierjaarlijks de vestigingen te bezoeken maar dit minstens jaarlijks te doen. Zo wordt de Arbo-expertise van de Ondersteunende Diensten beter benut en worden risico s geminimaliseerd. Om het veiligheidsbewustzijn bij de scholen te vergroten is de afdeling Huisvesting & Facilitaire zaken in november 2016 gestart met Arbo- en veiligheidsaudits op basis van branchevragenlijst van de Arboscan VO. Uit deze lijst wordt jaarlijks een aantal onderwerpen gekozen waarop de nadruk ligt. In 2016 en 2017 zijn dit de bedrijfshulpverlening, brandpreventie, liften, legionella, orde en netheid handvaardigheid/technieklokalen, keuringen (elektrische) handgereedschappen, ladders, gevaarlijke stoffen en elektriciteit en gassen. De meest in het oog springende adviezen van de Arbodienst waren: Overweeg om formeel tijd beschikbaar te stellen aan de veiligheidscoördinatoren van de vestigingen om hun preventietaken goed te kunnen uitvoeren. Gebruik de output van de RI&E maar vooral ook de input van gebruikers en veiligheidsfunctionarissen in een zo vroeg mogelijk stadium bij nieuw- en verbouwplannen. Gebleken is dat het schoolveiligheidsbeleid en het eigenaarschap nog verder verbeterd kunnen worden. De afdelingen Onderwijs en Kwaliteitszorg (sociale veiligheid leerlingen), Personeel en Organisatie (sociale veiligheid medewerkers) en Huisvesting en Facilitaire zaken (fysieke veiligheid) werken deze vraagstukken samen uit. Inkoop en contractbeheer Het overgrote deel van goederen en diensten wordt doelmatig en rechtmatig ingekocht. Om dit nog beter te bewaken is op advies van de accountant gestart om per kwartaal een voortschrijdend jaargemiddelde van de uitgaven te maken. Hierdoor kan eerder wordt gesignaleerd of er Europees, nationaal, dan wel meervoudig onderhands moet worden aanbesteed. Op basis van één van de kwartaal spendanalyses is bijvoorbeeld bij Terra in 2016 eenmaal geconstateerd dat niet is voldaan aan de aanbestedingsrichtlijnen. Hierover is gerapporteerd aan het College van Bestuur die dit vervolgens heeft opgenomen met de betreffende vestiging. Afgeronde Europese aanbestedingen 2016 Per 1 februari 2016 is de Noord Nederlandse Reinigingsdienst (NNRD) uit Drachten de nieuwe dienstverlener voor afvaldiensten. Per 1 mei 2016 is Asito de nieuwe schoonmaakdienstverlener. Per 1 april 2016 is Axians de nieuwe leverancier voor het draadloze ICT netwerk. 14

16 Lopende Europese aanbestedingen In oktober 2016 is gestart met de aanbesteding Marketing en Communicatie dienstverlening. Contractbeheer Goed contractbeheer is een belangrijke basis onder de bedrijfsvoering. In september 2016 is gestart met het op orde brengen van deze basis door het opzoeken en registreren van alle contracten in een centraal contractenregister. Dit omvat alle contracten die de stichtingen en Ondersteunende Diensten hebben afgesloten voor leveringen en diensten; ook worden de huur- en verhuurcontracten geregistreerd. Op 31 december 2016 waren al 310 contracten geregistreerd en daarvan heeft het merendeel betrekking op Huisvesting & Facilitaire zaken. Het doel van de registratie is enerzijds het inzichtelijk maken van contracten en anderzijds de bewaking van contracten op haar termijnen en rechtmatigheid. Eveneens wordt inzichtelijk welke verplichtingen de instellingen zijn aangegaan. Professionalisering en OGN-academie Scholing De OGN-academie pakt allerlei vragen met betrekking tot professionalisering op. Die scholingsactiviteiten zijn voornamelijk in gesprek met de scholen tot stand gekomen. Ook vernieuwde wet- en regelgeving kan aanleiding geven tot scholing. Afgelopen jaar is er zowel weer een open aanbod alsmede een aantal maatwerktrajecten georganiseerd. Verder heeft de OGN-academie een symposium georganiseerd rondom teamontwikkeling en teamvorming, het OGN congres en een masterclass over motivatie georganiseerd. Het uiteindelijke streven is dat de OGN-academie waar nodig tegemoet kan komen aan diverse collectieve professionaliseringsvragen van de organisatie: van een training op een vestiging tot loopbaangerichte opleidingen en workshops, van kenniscafé tot leernetwerk. Daarbij geldt: de OGNacademie is er voor iedereen: voor docenten, voor onderwijsondersteunend personeel en voor het management. In 2016 hebben 602 medewerkers een training, cursus of bijeenkomst gevolgd. Over de periode na de zomervakantie zijn de gemiddelde feedback cijfers nog niet verwerkt. De feedback zelf was echter positief. In de rapportageperiode zijn de volgende activiteiten door de OGN-academie aangeboden/ontwikkeld: Aantallen cursisten 2016 Voorjaar 2016 Cursus Mentortraining 12 Docentencoaches 16 Rekenspecialist 10 Excel (dec+ jan+ feb) 38 Excel Financiën 9 Excel voor administratie Dollard College 9 Sociale veiligheid op internet 5 Online tools in de les 8 Coördinerend docenten: samenwerken en feedback 21 coördinerend docenten: leidinggeven aan vergaderingen 32 Opleidingstraject voor Onderwijsassistent/Technisch onderwijsassistent 10 Correct Nederlands 9 Symposium Teamvorming en teamontwikkeling 119 EHBO voor LO van het Dollard College 16 Werkdruk - Loopbaangesprekken voor het MBO Aantal deelnemers

17 Vertrouwenscontactpersonen Update & lezing van de Zedenpolitie 19 Totaal 343 Najaar 2016 Cursus Opleidingstraject voor Onderwijsassistent en technisch onderwijsassistent Vertrouwenscontactpersonen Beginnende training 3 LOB (loopbaan oriëntatie en begeleiding) VO Dollard College 9 LOB MBO 7 Mentortraining basis 11 ECNO Effectief communiceren (Gesprekstechnieken) 10 ECNO Persoonlijk leiderschap 9 ECNO Samenwerken & feedback 7 ECNO Groepsprocessen 9 Organisatie breed OGN-congres (Time to share) 216 Mentortraining verdiepingstraining 9 ECNO Leidinggeven aan bijeenkomsten 11 LOB VO Emmen 10 Masterclass van Prof. Alexander Minnaert 67 Totaal 378 Aantal deelnemers Heel AFAS Ter voorbereiding op een toekomstige uitrol van e-hrm is in 2016 het personeelsinformatie- en salarisverwerkingssysteem van leverancier AFAS opnieuw (toekomstbestendig) ingericht en geïmplementeerd bij de afdeling personeels- en salarisadministratie. Alle personeelsgegevens zijn succesvol geconverteerd naar het nieuwe systeem. Ook is, in samenwerking met de afdeling ICT, het genereren van ICT-accounts gedigitaliseerd. 16

18 2. Stichting Onderwijsgroep Noord In de Stichting Onderwijsgroep Noord zijn het College van Bestuur en de Ondersteunende Diensten ondergebracht. Het verslag van de afzonderlijke stichting is in dit deel opgenomen en de resultaten van de stichting Onderwijsgroep Noord zijn weergegeven in de Enkelvoudige jaarrekening. a. Beleid Ontwikkelproces Ondersteunende Diensten In 2013 is een ontwikkeltraject gestart onder de noemer herontwerp Bestuursbureau. Opdracht was om een professionaliseringsslag te maken met het bestuursbureau om de dienstverlening optimaal ondersteunend te laten zijn aan het onderwijsproces in de scholen. Per 1 augustus 2015 is een kwartiermaker / beoogd directeur aangesteld, die op 1 augustus 2016 is benoemd tot directeur van het bestuursbureau. Hij heeft in opdracht van het CvB in het voorjaar van 2016 een Ontwikkelplan opgeleverd, waarin de strategie en de ambities van het bestuursbureau worden onderbouwd en geconcretiseerd. Het Ontwikkelplan is met betrokkenheid van de medewerkers en in goed overleg met de OR tot stand gekomen. Vanaf zomer 2016 wordt gewerkt aan de implementatie van de beschreven ambities. Een zichtbare verandering is de aanpassing van de naamgeving van het bestuursbureau: per 1 augustus 2016 is de naam Ondersteunende Diensten, daarmee recht doend aan de (beoogde) toegevoegde waarde voor het onderwijsproces. Per 1 september 2016 is ook een nieuw managementteam gestart bij de Ondersteunende Diensten. Gekozen is voor vier adjunct-directeuren die ieder leiding geven aan een aantal stafafdelingen. Daarnaast zijn zij, samen met de directeur, gezamenlijk verantwoordelijk voor de gehele bedrijfsvoering van de Ondersteunende Diensten. Drie van de vier adjunct-directeuren zijn extern geworven. Naast deze structuurwijzigingen is ingezet op een aantal verbetertrajecten. Deels per afdeling, deels afdelingsoverstijgend. In 2016 is onder meer gestart met een Lean-traject, waarbij vier daarop geschoolde medewerkers het Lean-denken en handelen zullen verspreiden binnen de afdelingen. Daarnaast is er veel aandacht geweest voor de integrale samenwerking tussen afdelingen en voor het investeren in de relatie met de collega s van de scholen. Eerste aanzetten zijn gemaakt met teamontwikkeling; per afdeling/team kent dit vaak een eigen tempo en inhoud. b. Medewerkers Nieuw functiegebouw Het herontwerp van de Ondersteunende Diensten en de daaruit voortvloeiende transitie hebben aanleiding gegeven om in 2016 te starten met het ontwerp van een nieuw functiegebouw. Via een projectmatige aanpak is gewerkt aan het realiseren van een generiek functiegebouw. Als doelstelling is geformuleerd: Het functiegebouw is toekomstbestendig, professioneel en samenhangend ingericht. Alle functies zijn generiek, resultaatgericht en toekomstgericht beschreven en gewaardeerd. Het functiegebouw is zodanig ingericht dat meebewegen met organisatieontwikkelingen mogelijk is. Nieuwe rollen en taken passen binnen de beschreven functies. Het aantal functies is met minimaal 50% teruggebracht. Rollen en verantwoordelijkheden passen bij de transitie van de Ondersteunende Diensten. 17

19 Eind 2016 is het proces nog niet gereed, maar wel in een vergevorderd stadium. Er zijn medewerkersbijeenkomsten georganiseerd, in de teams is het nieuwe functiegebouw onderwerp van gesprek geweest en met de OR is constructief overleg gevoerd. Met de OR is ook gesproken over de (arbeids)voorwaarden waaronder het nieuwe functiegebouw in 2017 geïmplementeerd zal worden. Naar verwachting zullen de nieuwe functies medio 2017 van toepassing worden. Medewerkersonderzoek Binnen alle stichtingen van Onderwijsgroep Noord is in december 2016 een medewerkersonderzoek uitgevoerd, en zo ook binnen de Ondersteunende Diensten. Onderzoeksbureau Effectory, die in vrijwel alle mbo-instellingen en veel vo-instellingen onderzoek uitvoert, heeft alle medewerkers digitaal uitgenodigd een vragenlijst in te vullen met ca. 80 vragen. De respons van de Ondersteunende Diensten bedraagt ruim 85%. De uitkomsten worden in het nieuwe jaar bekend gemaakt. Daarna zullen de teams binnen de stichting om tafel gaan om plannen te maken voor het behoud van de positieve punten en de aanpak van de verbeterpunten. Personeelsbestand Ondersteunende Diensten Formatie Bij de Ondersteunende Diensten van Onderwijsgroep Noord werken eind medewerkers. Dit aantal is opgebouwd uit medewerkers in loondienst (bepaalde en onbepaalde tijd) en externe inhuur. Ten opzichte van eind 2015 is dit een stijging van 10,5%. In onderstaande tabel is de verdeling in fte te zien. Aanstellingen fte % Onbepaalde tijd 58,5 76,4 % Bepaalde tijd eigen dienst 14,6 19 % Flex / detachering / ZZP 3,5 4,6 % Totaal 76,6 100 % Flexibele schil De totale flexibele schil bedraagt ruim 23%. Daarbij dient te worden aangetekend dat de (vier) medewerkers die door de overgangsregeling rsg de Borgen <> Onderwijsgroep Noord sinds 2007 op detacheringsbasis werkzaam zijn, geen flex-medewerkers zijn volgens de juridische betekenis. Zonder deze groep is de flexibele schil 20%. Onderwijsgroep Noord breed streeft men naar een flexibele schil tussen de 10 en 15%. Man-vrouwverdeling In de grafiek rechts is de man-vrouw verdeling van het personeelsbestand van de Ondersteunende Diensten af te lezen. Deze is verdeeld in 46% vrouw en 54% man. man-vrouw verdeling Vrouw 46% Man 54% 18

20 Leeftijdsverdeling De leeftijdsverdeling binnen de Ondersteunende Diensten ziet er als volgt uit. 35 Leeftijdsverdeling tot tot tot tot en 65+ Ziekteverzuim Ondersteunende diensten Voor de Ondersteunende Diensten van Onderwijsgroep Noord is het voortschrijdend verzuimcijfer eind 2016 vastgesteld op 3,7%. Daarmee ligt het verzuim boven de afgesproken bovengrens van 3,5%. De Ondersteunende Diensten hebben op het gebied van verzuim een grillig jaar gehad. Naast het kort verzuim was er helaas ook sprake van een aantal langdurige verzuimgevallen. Het vervangingsbudget van 2016 is mede hierdoor volledig besteed Ziekteverzuim ZV1 ZV2 Bovengrens VG Legenda: BG De BG (bovengrens) is het maximaal geaccepteerde ziekteverzuim in een kalenderjaar. In 2014 is de bovengrens vastgesteld op 3,5%. ZV1 Aantal gewogen kalenderdagen ziekteverlof van het reguliere personeel, gedeeld door de gemiddelde personeelssterkte (GAP) en gedeeld door het aantal kalenderdagen van de rapportageperiode, maal 100% ZV2 Idem als ZV1 maar exclusief ziektegevallen die langer dan een jaar hebben geduurd VG Het voortschrijdend gemiddelde ziekteverzuim op basis van ZV1 19

21 FINANCIËN a. Geconsolideerde Jaarrekening Geconsolideerd Resultaat Consolidatie Onderwijsgroep Noord heeft de Stichting AOC Terra, Stichting Dollard College en Stichting rsg de Borgen op basis van zeggenschap en invloed van betekenis in de consolidatie betrokken. Resultaat Onderwijsgroep Noord heeft het jaar 2016 afgesloten met een negatief geconsolideerd resultaat van bijna - 3,3 miljoen (2015: 2,5 miljoen). Het resultaat is verminderd op het groepsvermogen Toevoeging aan het Groepsvermogen Exploitatieresultaat Geconsolideerd De totale baten zijn 2,3 miljoen hoger dan in Deze toename van de baten is met name het gevolg van een toename van de rijksbijdragen met 3,5 miljoen. Het betreft hier een toename van de lumpsumbekostiging met 2,8 miljoen, toename van de overige subsidies van het Ministerie van Economische Zaken met 0,3 miljoen en een toename van de overige subsidies van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur & Wetenschappen met 0,4 miljoen. Voor het overige is sprake van afgenomen baten uit werk in opdracht van derden, overige overheidsbijdragen en -subsidies en de overige baten voor een totaalbedrag van 1,2 miljoen. In voorgaande jaren werden onder de overige subsidies OCW/EZ de, in het kader van de onderwijsbekostiging in het verleden ontvangen en in het boekjaar vrijgevallen subsidies, verantwoord, die aangewend zijn voor het doen van investeringen. Met ingang van 2016 wordt deze bate van 1,0 miljoen (investeringssubsidies) gesaldeerd met de afschrijvingen. De lasten stijgen ten opzichte van 2015 met 8,0 miljoen. Het grootste aandeel hierin hebben de personeelslasten met 6,0 miljoen. De loonkosten van personeel met een aanstelling en van extern personeel nemen toe als gevolg van de CAO-verhoging van 3,0% per 1 januari 2016, alsmede als gevolg van uitbreiding van het personeelsbestand. Daarnaast zijn de personeelslasten gestegen als gevolg van het opnemen van een seniorenverlof ( 2,6 miljoen). De afschrijvingslasten zijn gestegen terwijl bij de huisvestingslasten sprake is van een daling. De overige lasten nemen met 1,2 miljoen toe ten opzichte van Deze stijging wordt nagenoeg geheel veroorzaakt door hogere kosten voor onderwijskundige projecten (Terra). Deze onderwijskundige projecten worden bekostigd uit de ontvangen projectsubsidies. Tegenover de kosten staat een zelfde bedrag aan opbrengsten die zijn opgenomen bij de baten. Ook is sprake van extra kosten door de activiteiten van TerraRijschool BV, die in 2015 nog niet bestond en van hogere lasten voor inhuur van externe adviseurs voor diverse projecten. De overige lasten zijn tevens gestegen door uitbesteding van het onderwijs aan alleenstaande minderjarige vreemdelingen. Het Dollard College verzorgd het onderwijs aan deze leerlingen niet zelf maar heeft dat uitbesteed. De hiervoor ontvangen bekostiging van overheidswege, wordt daarom doorbetaald en verantwoord als kosten voor uitbesteed onderwijs. De financiële baten en lasten zijn flink gedaald ten opzichte van Er is sprake van lagere rentebaten door een daling van de geldmarkttarieven, maar ook van lagere rentelasten als gevolg van aflossingen op de leningen. 20

22 Financiële kengetallen (geconsolideerd) Op basis van de geconsolideerde jaarrekening kunnen de volgende financiële kengetallen worden berekend: Solvabiliteit 1 0,56 0,60 Solvabiliteit 2 0,62 0,63 Liquiditeit (current ratio) 1,34 1,44 Liquiditeit (quick ratio) 1,24 1,35 Rentabiliteit -2,93 2,29 De solvabiliteit 1 (verhouding eigen vermogen / totaal vermogen) is lager dan in De ratio blijft binnen de, door de Inspectie van het Onderwijs in het Toezichtkader bve 2012 gehanteerde bandbreedte van 0,20 tot 0,60. Het eigen vermogen is door het negatieve exploitatieresultaat afgenomen. Relatief gezien is de daling van het eigen vermogen groter dan de daling van het totale vermogen, waardoor de solvabiliteitsratio daalt. Het eigen vermogen is voldoende groot om bij te sturen in het geval van veranderende omstandigheden die een nadelige invloed hebben op de exploitatie. Solvabiliteit 2 (verhouding eigen vermogen + voorzieningen / totaal vermogen) is in ,01 lager en blijft boven de, door de Inspectie van het Onderwijs in het Toezichtkader bve 2012 gehanteerde, bandbreedte van 0,20 tot 0,60. Het eigen vermogen is afgenomen door het negatieve resultaat van De voorzieningen nemen echter toe door het opnemen van de voorziening voor het seniorenverlof. Per saldo neemt het bedrag van het eigen vermogen + de voorzieningen af ten opzichte van De liquiditeit - current ratio (vlottende activa / vlottende passiva) is gedaald ten opzichte van 2015 maar ligt nog ruim boven de door de Inspectie van het Onderwijs in het Toezichtkader bve 2012 gehanteerde ondergrens van 0,5. Zowel de vlottende activa als de vlottende passiva zijn toegenomen, maar de relatieve toename van de vlottende passiva is groter. De liquiditeit kan als voldoende worden beschouwd. Ook de liquiditeit - quick ratio (vlottende activa, exclusief voorraden / vlottende passiva) is gedaald ten opzichte van 2015, maar ligt boven de door de Inspectie van het Onderwijs in het Toezichtkader bve 2012 gehanteerde ondergrens van 0,50. Ook hier geldt dat zowel de vlottende activa als de vlottende passiva zijn toegenomen, maar de relatieve toename van de vlottende passiva groter is. De rentabiliteit (resultaat gewone bedrijfsvoering / totale baten uit gewone bedrijfsvoering x100) is lager dan in 2015 en zelfs negatief door het negatieve resultaat van Het negatieve resultaat wordt veroorzaakt door drie incidentele posten: de waardevermindering van het terrein in Emmen, de extra afschrijvingslast van de gebouwen in Oldekerk en de opname van een voorziening seniorenverlof. Wanneer het resultaat wordt gecorrigeerd met deze posten is er sprake van een positief resultaat. Ondanks de negatieve rentabiliteit kan worden geconcludeerd dat de exploitatie op orde is. Financiële instrumenten (geconsolideerd) Algemeen Onderwijsgroep Noord maakt in de normale bedrijfsuitoefening gebruik van financiële instrumenten die Onderwijsgroep Noord blootstellen aan markt- en/of kredietrisico s. Deze betreffen financiële instrumenten die in de balans zijn opgenomen, zoals vorderingen en schulden. Onderwijsgroep Noord handelt niet in deze financiële instrumenten en heeft procedures en gedragslijnen om de omvang van 21

23 het kredietrisico bij elke tegenpartij of markt te beperken. Bij het niet nakomen door een tegenpartij van aan Onderwijsgroep Noord verschuldigde betalingen blijven eventuele daaruit voortvloeiende verliezen beperkt tot de marktwaarde van de desbetreffende instrumenten. De contractwaarde of fictieve hoofdsommen van de financiële instrumenten zijn slechts een indicatie van de mate waarin van dergelijke financiële instrumenten gebruik wordt gemaakt en niet van het bedrag van de kredietof marktrisico s. Kredietrisico De vorderingen uit hoofde van handelsdebiteuren betreffen vorderingen op subsidieverstrekkers en vorderingen op overige debiteuren. Het kredietrisico inzake deze vorderingen is beperkt. Renterisico Het renterisico is beperkt tot eventuele veranderingen in de marktwaarde van opgenomen en uitgegeven leningen. Bij deze leningen is sprake van een vast rentepercentage over de gehele looptijd. De leningen worden aangehouden tot het einde van de looptijd. Kredietfaciliteit ABN-AMRO Bank Terra heeft bij de ABN AMRO Bank een langlopende schuld van 16,2 miljoen met een variabele rente die afhankelijk is van de 1-maands Euribor. Om het renterisico te beperken is een renteswap afgesloten met een initiële onderliggende waarde van 16,2 miljoen die gedurende de looptijd minder wordt, waardoor Terra over de totale lening een vast rentepercentage betaald. De hoofdsom van de langlopende schuld was aanvankelijk 16,2 miljoen maar is ultimo ,7 miljoen. 20-jarige roll-over lening van 16,2 miljoen. Stand van de lening per 31 december 2016 is 6,7 miljoen. De einddatum van de lening is 2 november Rente op basis van 1-maands Euribor met een opslag van 0, jarige rente swap van 16,2 miljoen. Stand van de swap per 31 december 2016 is 7,4 miljoen. De einddatum van de swap is 1 november Vaste rente van 3,9%. Verwacht wordt dat de swap per balansdatum tot het einde van de looptijd, naar beste inschatting, niet effectief zal zijn. De huidige ineffectieve swap is gewaardeerd als kortlopende schuld op basis van de huidige waarde van de swap en daarmee beste inschatting van management per ultimo verslagjaar. Het verschil tussen de lening en de swap is ontstaan door een extra aflossing op de lening in De hedge-relatie is voor een deel ineffectief als gevolg van de over-hedging die hierdoor is ontstaan. Het verschil in waarde van deze ineffectiviteit tussen ultimo 2015 en ultimo 2016 wordt meegenomen als last in de exploitatie. In 2016 is sprake van een negatieve aanpassing van Het afsluiten van de nieuwe swap in 2008 kende een effect van , welke gedurende de resterende looptijd wordt gealloceerd naar de Staat van baten en lasten. Voor 2016 gaat het om een vrijval van Kredietfaciliteit ING Bank Terra heeft bij de ING Bank een langlopende lening van 6,0 miljoen met een vaste rente van 2,00% per jaar. Deze lening heeft een looptijd van 10 jaren waarvan de rentevaste periode 5 jaren bedraagt. De hoofdsom van deze langlopende schuld was aanvankelijk 6,0 miljoen, maar is ultimo ,5 miljoen. In 2015 is bij de ING Bank een lening op roll-over basis van afgesloten ten behoeve van de voorgenomen nieuwbouw in Emmen. Deze lening heeft een looptijd tot uiterlijk 1 januari 2018 en 22

24 de rente is gebaseerd op het 3-maands Euribor tarief met een opslag van 1,3% per jaar. De rente wordt berekend over het opgenomen bedrag. Deze lening is ultimo 2016 nog niet opgenomen. Over het niet opgenomen bedrag wordt een bereidstellingsprovisie in rekening gebracht van 0,1% per kwartaal (0,4% per jaar). ING Rentevastlening van 6,0 miljoen. De rentevastperiode bedraagt 60 maanden. De stand van de lening per 31 december 2016 is 5,5 miljoen. De einddatum van de rentevastlening is 1 april De rentevastperiode bedraagt 60 maanden. De vaste rente bedraagt 2,00% per jaar. Roll-over lening ad 8,0 miljoen. De einddatum van de lening is 1 januari Deze lening is ultimo 2016 nog niet opgenomen. Rente op basis van 3-maands Euribor met een opslag van 1,30%. Over het niet opgenomen bedrag wordt een bereidstellingsprovisie in rekening gebracht van 0,1% per kwartaal (0,4% per jaar). Liquiditeitsrisico Onderwijsgroep Noord bewaakt de liquiditeitspositie door middel van opvolgende liquiditeitsbegrotingen. Het management ziet erop toe dat voor Onderwijsgroep Noord steeds voldoende liquiditeiten beschikbaar zijn om aan de verplichtingen te kunnen voldoen en dat tevens voldoende financiële ruimte onder de beschikbare faciliteiten beschikbaar blijft om steeds binnen de gestelde lening convenanten te blijven. Reële waarde De reële waarde van de meeste in de balans verantwoorde financiële instrumenten, waaronder vorderingen, liquide middelen en kortlopende schulden, benadert de boekwaarde ervan. b. Stichting Onderwijsgroep Noord (enkelvoudig) Enkelvoudige Jaarrekening RESULTAAT Het enkelvoudig resultaat over 2016 komt uit op bedrag van Er was sprake van een sluitende begroting Exploitatieresultaat De baten zijn lager dan begroot. Daarbij zijn de opbrengsten van de OGN-academie hoger, maar daar tegenover staan lagere opbrengsten voor detachering en inzet op projecten. De lasten komen ten opzichte van de begroting lager uit. De personeelslasten zijn hoger dan is begroot. De kosten van personeel met een aanstelling komen hoger uit door uitbreiding van het personeelsbestand en door de cao-verhoging van 3,0% per 1 januari De sociale lasten 23

25 en de pensioenpremies zijn hoger dan begroot als gevolg van een hoger premiepercentage dan waar bij het opmaken van de begroting rekening is gehouden. De dotaties personele voorzieningen zijn hoger dan begroot. Dit is voornamelijk het gevolg van het opnemen van een voorziening seniorenverlof. De afschrijvingslasten zijn lager dan begroot als gevolg van het later of helemaal niet uitvoeren van geplande investeringen. Bij de huisvestingslasten is sprake van lagere lasten dan begroot. Het gaat hier om een bedrag van vanwege lagere onderhoudskosten en schoonmaakkosten. De overige lasten zijn lager dan begroot als gevolg van het niet aanwenden van de begrote post voor onvoorziene uitgaven. Daarnaast is nauwelijks gebruik gemaakt van het begrote bedrag voor innovatie. De rentebaten komen lager uit dan begroot en de rentelasten zijn conform begroting. Een uitgebreide toelichting op de verschillen staat bij de afzonderlijke posten in de jaarrekening. Financiële kengetallen (enkelvoudig) Op basis van de enkelvoudige jaarrekening kunnen de volgende financiële kengetallen worden berekend: Solvabiliteit 1 0,30 0,26 Solvabiliteit 2 0,38 0,30 Liquiditeit (current ratio) 1,11 1,52 Weerstandsvermogen 0,17 0,18 Rentabiliteit -0,06% 0,3% Het eigen vermogen is door het negatieve exploitatieresultaat iets afgenomen. Maar door afname van het balanstotaal zijn zowel solvabiliteit 1 als 2 gestegen. Het eigen vermogen is voldoende groot om bij te sturen in het geval van veranderende omstandigheden die een nadelige invloed hebben op de exploitatie. De liquiditeit - current ratio (vlottende activa / vlottende passiva) is gedaald ten opzichte van De activa zijn toegenomen en de vlottende passiva zijn afgenomen. De liquiditeit kan als voldoende worden beschouwd. Het weerstandvermogen is iets afgenomen tov 2016 door een nagenoeg gelijkblijvende eigen vermogen en hogere baten dan in Continuiteitsparagraaf Begroting (enkelvoudig) De cyclus van plannen maken, begroten, uitvoeren, rapporteren en verantwoorden start met de begrotingsbrief van het College van Bestuur. Deze begrotingsbrief 2017 is op 26 september 2016 in het CvB-overleg vastgesteld. De begrotingsbrief is tevens besproken met de Raad van Toezicht. In de begrotingsbrief staan de financiële kaders, de omgevingsfactoren en de financiële effecten daarvan, evenals de vastgestelde strategische thema s die vertaald worden naar budgetten. Deze begrotingsbrief vormt de basis van de budgetverdeling en omvat tevens de opdracht aan de directeur Ondersteunende Diensten om de verdere keuzes te maken die leiden tot een sluitende, realistische, maar bovenal breed gedragen begroting. 24

26 Hiermee beoogt het College van Bestuur het verbeteren van de beheersing van de organisatie en de afzonderlijke organisatieonderdelen. De begrotingssystematiek is daarmee een strategisch instrument en gelet op de ontwikkeling van de organisatie is het noodzakelijk om deze duidelijk te positioneren op centraal niveau. Daarbij wordt de budgetverantwoordelijkheid zo laag mogelijk in de organisatie neergelegd. Lasten worden zoveel mogelijk aan de afdelingen toegerekend. Door meer lasten op een lager budgetniveau toe te rekenen, ontstaat een grotere transparantie en een grotere invloed en eigenaarschap van de budgethouder op de afdelingsexploitatie. Met ingang van het begrotingsjaar 2017 is de begrotingscyclus anders ingericht. Onderwijsgroep Noord heeft voor deze begroting een verdere stap gemaakt om een meer beleidsrijke begroting te presenteren. Belangrijk uitgangspunt daarbij is geweest om de begroting zo op te stellen dat daar waar de verantwoordelijkheid voor de besteding ligt ook de verantwoording ligt. Continuïteit Deze continuïteitsparagraaf beoogt inzicht te verschaffen in de wijze waarop het College van Bestuur van Onderwijsgroep Noord omgaat met de financiële gevolgen in de jaren 2017 tot en met 2019 als gevolg van het gevoerde en te voeren beleid. In deze paragraaf wordt zicht geboden op het verwachte exploitatieresultaat in de komende jaren en de ontwikkeling van de vermogenspositie. Het proces om majeure ontwikkelingen in de nabije toekomst en de gevolgen hiervan voor het resultaat en de vermogenspositie te identificeren, is structureel ingebed in de organisatie van Onderwijsgroep Noord. Hiertoe wordt in de meerjarenbegroting een tijdshorizon gehanteerd die nog drie jaren verder ligt dan de tijdshorizon in deze continuïteitsparagraaf. Kengetallen Personele bezetting Op 1 augustus 2016 is er een directeur van de Ondersteunende Diensten benoemd en daarnaast zijn er in 2016 vier adjunct-directeuren aangesteld. Een zichtbare verandering is de aanpassing van de naamgeving van het bestuursbureau: per 1 augustus 2016 is de naam Ondersteunende Diensten, daarmee recht doend aan de beoogde toegevoegde waarde voor het onderwijsproces. Vanaf zomer 2016 wordt gewerkt aan de implementatie van de beschreven ambities. Ook in 2017 zullen per afdeling en afdelingsoverstijgend concrete en zichtbare verbetertrajecten worden uitgevoerd, waaronder het doorlichten en optimaliseren van de belangrijkste bedrijfsprocessen met behulp van de Lean-methodiek. Daarnaast wordt geïnvesteerd in strategische personeelsplanning, strategisch huisvestingsplan, herijking van het functiebouwwerk en wordt de professionalisering van alle medewerkers van het Ondersteunende Diensten geïntensiveerd. Gestreefd wordt naar een flexibel en, qua leeftijd, evenwichtig opgebouwd personeelsbestand en een grotere personele mobiliteit. Maatregelen om dit te realiseren zullen in de komende jaren geïmplementeerd worden. Voor de personele lasten is de formatie voor het schooljaar en de daarbij behorende loonsom als uitgangspunt genomen. In de meerjarenbegroting wordt uitgegaan van een jaarlijkse loonkostenstijging voor periodieke verhogingen op grond van het carrièrepatroon van de medewerkers. Daarnaast wordt aangenomen dat de jaarlijkse stijging van de premies voor sociale lasten minimaal zullen zijn. De pensioenpremie gaat wel stijgen in de komende jaren. In de begroting 2017 is rekening gehouden met een stijging van 2,0%. Ook voor 2018 wordt een verdere stijging voorzien. 25

27 Samenvattend overzicht personele bezetting KENGETALLEN stand per werkelijk begroot prognose prognose College van Bestuur (fte) 4,9 4,9 4,9 4,9 Ondersteunend en beheerspersoneel (fte) 67,3 67,3 67,3 67,3 Totale personele bezetting (fte) 72,2 72,2 72,2 72,2 Balans (enkelvoudig) BALANS per (x 1.000) werkelijk begroot prognose prognose ACTIVA VASTE ACTIVA Materiële vaste activa TOTAAL VASTE ACTIVA VLOTTENDE ACTIVA Vorderingen Liquide middelen TOTAAL VLOTTENDE ACTIVA TOTAAL ACTIVA PASSIVA EIGEN VERMOGEN Bestemmingsreserves VOORZIENINGEN LANGLOPENDE SCHULDEN KORTLOPENDE SCHULDEN TOTAAL PASSIVA Het binnen 1 jaar af te lossen deel van de langlopende lening is in 2016 onder kortlopende schulden opgenomen. In 2017 en volgende jaren is de volledige lening onder langlopende schulden weergegeven. Balansratio's Solvabiliteit 1 0,30 0,32 0,33 0,34 Solvabiliteit 2 0,38 0,37 0,38 0,39 Liquiditeitsratio - current ratio 1,11 0,71 0,87 1,03 Huisvestingsratio 0,04 0,05 0,05 0,05 Weerstandsvermogen 0,17 0,18 0,18 0,19 Rentabiliteit -0,06% De onderwijsinspectie vindt het onwenselijk dat het vermogen van Onderwijsgroep Noord verder wordt versterkt met publieke middelen. Hier geldt dat er tenminste sprake moet zijn van een sluitende exploitatie, zodat niet wordt ingeteerd op het vermogen. Het bestaande vermogen bestaat geheel uit het bestemmingsfonds publieke onderwijsgelden waarmee zichtbaar wordt gemaakt dat dit vermogen niet aan de publieke middelen wordt onttrokken. Er is op dit moment geen sprake van een vrije algemene reserve. De solvabiliteit van Onderwijsgroep Noord bedraagt 0,30 per ultimo 2016 en deze zal zich in de komende jaren, op basis van de meerjarenbegroting, ontwikkelen tot 0,34% per ultimo Rekening houdend met het gegeven dat 26

28 de onderwijsinspectie het onwenselijk vindt dat het vermogen van Onderwijsgroep Noord verder wordt versterkt vanuit de publieke middelen, is het actief versterken van het vermogen niet aan de orde. De liquiditeitspositie van Onderwijsgroep Noord is voldoende. De liquiditeitsratio (current ratio) bedraagt per ultimo ,11. De liquide middelen hebben het niveau dat voor een normale bedrijfsvoering gewenst is, maar bij het uitvoeren van grote investeringen zal de liquiditeitspositie nadrukkelijk betrokken moeten worden. De huisvestingsratio zijn de huisvestingslasten + de afschrijvingen op gebouwen en terreinen, uitgedrukt in een percentage van de totale lasten. De signaleringsgrens is > 0,10. Het weerstandsvermogen is het eigen vermogen, inclusief het resultaat voor het jaar, uitgedrukt in een percentage van de totale baten in een jaar, inclusief de financiële baten en exclusief de buitengewone baten. Het weerstandsvermogen geeft aan in hoeverre de instelling in staat is om onverwachte financiële tegenvallers op te vangen. Het weerstandsvermogen van Onderwijsgroep Noord ligt boven de signaleringswaarde van < 0,05 De rentabiliteit geeft het resultaat uit de gewone bedrijfsvoering weer in een percentage van de totale baten uit gewone bedrijfsvoering, inclusief de rentebaten. Dit kengetal geeft aan of er 'winst of verlies' is gemaakt met de beschikbare baten. De signaleringswaarden zijn: 3-jarig < 0 2-jarig < -0,05 1-jarig < -0,10 Door het negatieve resultaat over 2016 is er sprake van een negatieve rentabiliteit. Voor de komende jaren worden er geen resultaat verwacht. De rentabiliteit is dan nul. Staat van Baten en Lasten (enkelvoudig) Staat van Baten en Lasten (x 1.000) werkelijk begroot prognose prognose BATEN Baten werk in opdracht van derden Overige baten TOTAAL BATEN LASTEN Personele lasten Afschrijvingslasten Huisvestingslasten Overige lasten TOTAAL LASTEN Saldo Baten en Lasten Saldo financiële baten en lasten NETTO RESULTAAT De begrote en geprognosticeerde cijfers voor de jaren 2017 tot en met 2019 zijn ontleend aan de (meerjaren)begroting Deze begroting is vastgesteld door het College van Bestuur en goedgekeurd door de Raad van Toezicht. 27

29 Zoals uit de geprognosticeerde (enkelvoudige) Staat van Baten en Lasten blijkt, zal er in de komende jaren sprake zijn van sluitende of positieve exploitatieresultaten. De baten zullen in de komende jaren afnemen als gevolg van teruglopende leerlingenaantallen. Er is echter voldoende natuurlijk verloop, op basis van de leeftijdsopbouw van het personeel, te verwachten om met deze ontwikkeling mee te kunnen bewegen. Tevens wordt hierop al geanticipeerd bij het aannemen van nieuwe medewerkers. Intern risicobeheersings- en controlesysteem Bij Onderwijsgroep Noord is een aanvang gemaakt met de implementatie van een dynamisch risicomanagementsysteem voor de gehele organisatie. In 2016 is met name aandacht gegeven aan de ontwikkeling en versterking van de PDCA-cyclus. De (meerjaren)begroting 2017 heeft een andere opzet gekregen en de opbouw van de begroting is verbeterd. Hierdoor kunnen (de effecten van) een aantal risico s beter in kaart worden gebracht en nemen de mogelijkheden voor een goede risicobeheersing toe (bijvoorbeeld effect van afnemende leerlingen aantallen). Ook is gestart met het strategisch huisvestingsplan en strategisch personeelsplan. Er wordt daarmee eerst aandacht besteed aan een goed fundament voor de verdere ontwikkeling van het risico-managementsysteem en daarmee is de basis verder op orde gebracht. In 2017 zal het risico-managementsysteem zelf weer verder worden ontwikkeld. Belangrijke aandachtspunten zijn o.a. - Krimp van het aantal leerlingen. - Ontwikkelingen t.a.v. personeel. - Huisvesting. - Kwaliteit van de opleidingen. - Ontwikkelingen in bekostiging. Om bovengenoemde risico s te beheersen worden verschillende instrumenten ingezet zoals de eerder genoemde ontwikkeling van het strategisch personeelsplan en het strategisch huisvestingsplan. Hierbij worden zowel de kwantitatieve als kwalitatieve aspecten van huisvesting en personeel in beeld worden gebracht en wordt inzichtelijk gemaakt waar op korte of langere termijn knelpunten gaan ontstaan. Er kan dan geanticipeerd worden op deze risico s. De effecten zijn, voor zover op dit moment beschikbaar, meegenomen in de meerjarenbegroting. Rapportage toezichthoudend orgaan Zoals uit het verslag van de Raad van Toezicht blijkt, laat de Raad zich informeren over de belangrijke ontwikkelingen en grote beleidsvraagstukken zodat de Raad haar toezichthoudende rol goed kan vervullen. Bij deze thema s denkt de Raad van Toezicht mee met het College van Bestuur en geeft tevens adviezen (zie ook het verslag van de Raad van Toezicht). Treasury Stichting Onderwijsgroep Noord handelt binnen de kaders van het treasurystatuut. Dit statuut is gebaseerd op de Regeling beleggen en belenen door instellingen voor onderwijs en onderzoek Doel van het treasurystatuut is om het primaire proces van stichting Onderwijsgroep Noord te ondersteunen. Met het beheer van financiële posities en financiële stromen streeft stichting Onderwijsgroep Noord er naar de kosten en risico s te minimaliseren en de opbrengsten te maximaliseren. Het treasurystatuut is verankerd in de administratieve organisatie. Stichting Onderwijsgroep Noord heeft het Treasurystatuut in 2016 gewijzigd naar aanleiding van de nieuwe regeling 'Beleggen, lenen en derivaten OCW 2016', welke de oude regeling 'Beleggen en Belenen door instellingen voor onderwijs en onderzoek 2010' vervangt. Het statuut is opgesteld in 28

30 overeenstemming met artikel 10 van de nieuwe regeling 'Beleggen, lenen en derivaten OCW 2016'. Het statuut is vastgesteld door de raad van toezicht. Het financieel beleid wordt gevoerd in lijn met de regeling. Stichting Onderwijsgroep Noord heeft per einde 2016 de beschikking over 1,950 miljoen aan liquide middelen. De liquide middelen zijn direct opvraagbaar en risicoloos weggezet bij gezonde en solide Nederlandse banken, conform het treasurystatuut. Stichting Onderwijsgroep Noord heeft tevens een langlopende lening van 2,85 miljoen. Hierop wordt jaarlijks 0,12 miljoen afgelost. Er zijn in 2016 geen nieuwe leningen aangetrokken en gedurende 2016 heeft stichting Onderwijsgroep Noord geen beleggingen uitstaan. Het saldo van liquide middelen is teruggelopen met ca. 0,9 mln. (van ca. 1,95 mln per tot 1,03 mln per eind 2016). Over het jaar 2016 is er steeds voldoende saldo op de betaalrekening aangehouden om aan de verplichtingen te kunnen voldoen. Het saldo op direct opvraagbare spaarrekeningen bedraagt per eind 2016 ca. 0,8 mln. Er is geen behoefte aan externe financiering. Financiële instrumenten (enkelvoudig) Algemeen Onderwijsgroep Noord maakt in de normale bedrijfsuitoefening gebruik van financiële instrumenten die Onderwijsgroep Noord blootstellen aan markt- en/of kredietrisico s. Deze betreffen financiële instrumenten die in de balans zijn opgenomen, zoals vorderingen en schulden. Onderwijsgroep Noord handelt niet in deze financiële instrumenten en heeft procedures en gedragslijnen om de omvang van het kredietrisico bij elke tegenpartij of markt te beperken. Bij het niet nakomen door een tegenpartij van aan Onderwijsgroep Noord verschuldigde betalingen blijven eventuele daaruit voortvloeiende verliezen beperkt tot de marktwaarde van de desbetreffende instrumenten. De contractwaarde of fictieve hoofdsommen van de financiële instrumenten zijn slechts een indicatie van de mate waarin van dergelijke financiële instrumenten gebruik wordt gemaakt en niet van het bedrag van de kredietof marktrisico s. Kredietrisico De vorderingen uit hoofde van handelsdebiteuren betreffen vorderingen op subsidieverstrekkers en vorderingen op overige debiteuren. Het kredietrisico inzake deze vorderingen is beperkt. Renterisico Het renterisico is beperkt tot eventuele veranderingen in de marktwaarde van opgenomen en uitgegeven leningen. Bij deze leningen is sprake van een vast rentepercentage over de gehele looptijd. De leningen worden aangehouden tot het einde van de looptijd. Liquiditeitsrisico Onderwijsgroep Noord bewaakt de liquiditeitspositie door middel van opvolgende liquiditeitsbegrotingen. Het management ziet erop toe dat voor Onderwijsgroep Noord steeds voldoende liquiditeiten beschikbaar zijn om aan de verplichtingen te kunnen voldoen en dat tevens voldoende financiële ruimte onder de beschikbare faciliteiten beschikbaar blijft om steeds binnen de gestelde lening convenanten te blijven. Reële waarde De reële waarde van de meeste in de balans verantwoorde financiële instrumenten, waaronder vorderingen, liquide middelen en kortlopende schulden, benadert de boekwaarde ervan. 29

31 Bijlage A - Instellingsgegevens De onderstaande gegevens zijn gebaseerd op de situatie per 31 december Instellingsgegevens Naam instelling: Stichting Onderwijsgroep Noord Bezoekadres: Hereweg 101 Postadres: Postbus 17 Postcode/Plaats: 9700 AA Groningen Telefoon: (050) cvb@onderwijsgroepnoord.nl Internetsite: www. onderwijsgroepnoord.nl Handelsregister: Contactpersoon: dhr. P. Reitsma, adjunct-directeur Planning & Control p.reitsma@onderwijsgroepnoord.nl College van Bestuur mw. A. Berendsen MBA dhr. A.G. Wennink Bunne, voorzitter Enschede, lid Raad van Toezicht mw. E. Pastoor, voorzitter dhr. H. Holman, lid dhr. F. Migchelbrink, lid (tot ) dhr. M. Krijnsen, lid dhr. T. Wagenaar, lid dhr. E. van Zuidam, lid dhr. K.J. Roffel, lid (m.i.v ) De Raad van Toezicht kent drie commissies, de remuneratiecommissie, de auditcommissie en de commissie kwaliteitszorg. Remuneratiecommissie De remuneratiecommissie is verantwoordelijk voor: a) 1. voorstellen betreffende het te voeren vergoedingsbeleid voor leden van de Raad van Toezicht ter vaststelling door de Raad van Toezicht; 2. voorstellen betreffende het te voeren bezoldigingsbeleid voor leden van het College van Bestuur ter vaststelling door de Raad van Toezicht; 3. voorstellen inzake de hoogte van de bezoldiging, afvloeiingsregelingen en overige vergoedingen, van individuele leden van het College van Bestuur ter vaststelling door de Raad van Toezicht. b) De commissie is verantwoordelijk voor het geven van advies aan de Raad van Toezicht met betrekking tot de periodieke beoordeling van het functioneren van het College van Bestuur en de rapportage hierover aan de Raad van Toezicht. De remuneratie-commissie bereidt gesprekken met het College van Bestuur voor en voert ze uit. c) De commissie stelt jaarlijks een verslag op van haar beraadslagingen en bevindingen. d) De commissie kan naar eigen goedvinden ieder onderzoek dat zij voor de vervulling van haar taken nodig of wenselijk acht uitvoeren. Zij heeft daartoe onbeperkt toegang tot 30

32 documenten van en informatie betreffende het Dollard College. De voorzitter pleegt daartoe tevoren overleg met het College van Bestuur. De remuneratiecommissie heeft een HRM gesprek met het lid CvB gevoerd. Het gesprek met de voorzitter CvB vond plaats in Ook het onderwerp scholing komt als onderwerp aan bod. De remuneratiecommissie heeft de inhoud van het gesprek voorbereid in een besloten RvT-vergadering en heeft ook deze wijze een terugkoppeling op het HRM-gesprek gegeven. Verder heeft de remuneratiecommissie zitting genomen in de beide sollicitatieprocedures voor lid Raad van Toezicht. In totaal heeft de remuneratiecommissie in 2016 deelgenomen aan vijf bijeenkomsten. Samenstelling remuneratiecommissie: mw. E. Pastoor, voorzitter dhr. T. Wagenaar, lid Auditcommissie De auditcommissie is verantwoordelijk voor het geven van advies aan de Raad van Toezicht met betrekking tot: a) het voorbereiden van de besluitvorming van de Raad van Toezicht over de financiële gang van zaken bij Onderwijsgroep Noord en de daarvan deel uitmakende instellingen en over de toetsing van de werking van de administratieve organisatie en controle; onder de financiële gang van zaken vallen de begroting, het jaarplan, het financieel jaarverslag, het algemeen jaarverslag en de accountantscontrole (inclusief de managementletter); b) het jaarlijks rapporteren aan de Raad van Toezicht over de ontwikkelingen in de relatie met de externe accountant, waaronder in het bijzonder zijn onafhankelijkheid en eventuele nietcontrolewerkzaamheden voor Onderwijsgroep Noord; c) het voorbereiden van de besluitvorming van de Raad van Toezicht met betrekking tot de financiering van Onderwijsgroep Noord en de daartoe behorende instellingen. De auditcommissie heeft drie maal vergaderd, waarvan twee maal ook met de accountant. Onderwerpen waar de auditcommissie zich in verdiept heeft zijn: - Begroting - Jaarverslag / jaarrekening - Nieuwbouw Emmen - Financiële situatie rsg Samenstelling auditcommissie: dhr. F. Migchelbrink ((tot ) dhr. H. Holman dhr. K.J. Roffel (m.i.v ) Commissie kwaliteitszorg De commissie kwaliteitszorg is verantwoordelijk voor het geven van advies aan de Raad van Toezicht met betrekking tot kwaliteitszorg in brede zin. a) Onderwijskwaliteit: is de basis op orde? Is de onderwijskwaliteit van het gewenste niveau? b) Medewerkers: medewerkers bepalen de kwaliteit van de organisatie. Hoe gaat de organisatie om met professionalisering? c) Beweging: de organisatie maakt een transitie door, is in beweging. Hoe verloopt deze beweging? De kwaliteitscommissie is vier maal bij elkaar geweest en heeft zich gebogen over de volgende vraagstukken: Hoe houd je als Raad van Toezicht toezicht op onderwijskwaliteit (anders dan bijvoorbeeld inspectie)? 31

33 Het begrip kwaliteit wordt breed opgevat. Hieronder valt bijvoorbeeld ook: hoe gaat het met de transitie, hoe tevreden zijn medewerkers, leerlingen en ouders. Initiatief genomen om een congres met Wouter Hart en Danielle Braun te organiseren. In gesprek met teams in de scholen: experiment starten. Samenstelling commissie kwaliteitszorg: dhr. M. Krijnsen dhr. E. van Zuidam 32

34 Bijlage B - Nevenfuncties (Neven)functies van bestuurders en toezichthouders per 31 december 2016 College van Bestuur A.A. Berendsen, Bunne, voorzitter Voorzitter College van Bestuur Stichting Onderwijsgroep Noord Voorzitter College van Bestuur Stichting Dollard College Voorzitter College van Bestuur Stichting rsg de Borgen Voorzitter College van Bestuur Stichting AOC Terra Lid Thema Advies Commissie bpv van de SBB Lid Raad van Toezicht Bevolkingsonderzoek Noord (tot ) Lid Raad van Toezicht De Noorderbrug Lid Raad van Commissarissen Ommelander Ziekenhuis Groningen A.G. Wennink, Enschede, lid Lid College van Bestuur Stichting Onderwijsgroep Noord Lid College van Bestuur Stichting Dollard College Lid College van Bestuur Stichting rsg de Borgen Lid College van Bestuur Stichting AOC Terra Lid Vereniging AOC Raad, Brancheorganisatie van het AOC-Onderwijs Lid MBO Raad Lid Raad van Toezicht, Kaliber Kunstenschool. Lid Raad van Toezicht, Centrum voor de Kunsten Twente Lid Raad van Toezicht, Twentse Welle Lid Bestuur, Stichting Personeelsbelangen Enschedese musea Lid stuurgroep Energy College Lid adviesraad UniPartners Twente Raad van Toezicht E.M. Pastoor-Meuleman, Haren, voorzitter Elly Pastoor Advies, sociale en duurzame innovatie; zelfstandig ondernemer Wethouder gemeente Grootegast (parttime) Lid jury NPGZ Stimuleringsprijs (Noordelijk Platform Gehandicapten Zorg) Voorzitter vereniging Noorden Duurzaam Lid Raad van Toezicht Stichting Het Kopland Lid bestuur Stichting Nieuw Nabuurschap Voorzitter Raad van Toezicht Stichting Onderwijsgroep Noord Voorzitter Raad van Toezicht Stichting Dollard College Voorzitter Raad van Toezicht Stichting rsg de Borgen Voorzitter Raad van Toezicht Stichting AOC Terra H. Holman, Steenbergen, lid Melkveehouder Vicevoorzitter European Dairy Farmers Europa Gemeenteraadslid Noordenveld Lid Raad van Toezicht Stichting Onderwijsgroep Noord Lid Raad van Toezicht Stichting Dollard College Lid Raad van Toezicht Stichting rsg de Borgen Lid Raad van Toezicht Stichting AOC Terra 33

35 F. Migchelbrink, Roden, lid (tot ) Lid Raad van Toezicht Certe, Groningen Lid Raad van Commissarissen Twaron BV, Arnhem Lid Raad van Commissarissen Sportstad Heerenveen, Heerenveen Lid Raad van Commissarissen Target Holding, Groningen Lid Raad van Advies Sameen, Groningen Lid Raad van Advies Kredietunie Eemsregio, Delfzijl Voorzitter Raad van Toezicht Stichting KwamUTegen, Rijswijk Lid Raad van Toezicht Stichting Onderwijsgroep Noord Lid Raad van Toezicht Stichting Dollard College Lid Raad van Toezicht Stichting rsg de Borgen Lid Raad van Toezicht Stichting AOC Terra M. Krijnsen, Gasteren, lid Voorzitter van de tafel Duurzame Inzetbaarheid bij de Vereniging Noorden Duurzaam Voorzitter van de stuurgroep Glas van Aa tot Hunze Lid Raad van Toezicht Stichting Onderwijsgroep Noord Lid Raad van Toezicht Stichting Dollard College Lid Raad van Toezicht Stichting rsg de Borgen Lid Raad van Toezicht Stichting AOC Terra T. Wagenaar, Bontebok, lid Zelfstandig ondernemer voor interim werkzaamheden en advisering Lid van de Raad van Toezicht van Penta Primair Lid Raad van Toezicht Stichting Onderwijsgroep Noord Lid Raad van Toezicht Stichting Dollard College Lid Raad van Toezicht Stichting rsg de Borgen Lid Raad van Toezicht Stichting AOC Terra E. van Zuidam, Roden, lid Directeur Veiligheidsregio Groningen Lid Raad van Toezicht Regionaal Expertise Centrum Noord Nederland Cluster 4 Bijzonder Onderwijs (RENN4) Bestuurslid Stichting Vrienden van de Jeugdbrandweer Groningen Lid Raad van Advies Stichting Het Kopland Lid Raad van Toezicht Stichting Onderwijsgroep Noord Lid Raad van Toezicht Stichting Dollard College Lid Raad van Toezicht Stichting rsg de Borgen Lid Raad van Toezicht Stichting AOC Terra K.J. Roffel, Leek, lid (per ) Directeur Financiën en Bedrijfsvoering Certe Lid Raad van Toezicht Willem Lodewijk Gymnasium Parttime docent Hogeschool Windesheim, Zwolle Lid Raad van Toezicht Stichting Onderwijsgroep Noord Lid Raad van Toezicht Stichting Dollard College Lid Raad van Toezicht Stichting rsg de Borgen Lid Raad van Toezicht Stichting AOC Terra 34

36 Bijlage C - Afkortingen AOC cao EHBO havo HRM IBP ICT LO LOB lwoo mavo mbo MR OCW OGN OR PrO RI&E RvT vmbo VO VTOI vwo WMS WOR Agrarisch opleidingscentrum Collectieve arbeidsovereenkomst Eerste hulp bij ongelukken Hoger algemeen vormend onderwijs Human resource management Informatie beveiliging en privacy Informatie- en communicatietechnologie Lichamelijke opvoeding Loopbaanleren Leerweg ondersteunend onderwijs Middelbaar algemeen vormend onderwijs Middelbaar beroeps onderwijs Medezeggenschapsraad Onderwijs Cultuur en wetenschappen Onderwijsgroep Noord Ondernemingsraad Praktijkonderwijs Risico Inventarisatie en Evaluatie Raad van Toezicht Voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs Voortgezet onderwijs Vereniging van Toezichthouders in Onderwijsinstellingen Voorbereidend wetenschappelijk onderwijs Wet medezeggenschap op school Wet op de ondernemingsraden 35

37 Jaarrekening

38 Jaarrekening Geconsolideerde jaarrekening Geconsolideerde balans per 31 december 2016 Geconsolideerde staat van baten en lasten over 2016 Geconsolideerd kasstroomoverzicht over 2016 Gehanteerde grondslagen bij de opstelling van de geconsolideerde jaarrekening Toelichting behorende tot de geconsolideerde balans Niet in de balans opgenomen verplichtingen en vorderingen Toelichting behorende tot de geconsolideerde staat van baten en lasten Enkelvoudige jaarrekening Enkelvoudige balans per 31 december 2016 Enkelvoudige staat van baten en lasten over 2016 Gehanteerde grondslagen bij de opstelling van de enkelvoudige jaarrekening Toelichting behorende tot de enkelvoudige balans Toelichting behorende tot de enkelvoudige staat van baten en lasten Verbonden partijen Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector Overige gegevens Controleverklaring van de onafhankelijke accountant Bestemming van het exploitatiesaldo Gebeurtenissen na balansdatum

39 Geconsolideerde jaarrekening

40 Geconsolideerde balans per 31 december 2016 (na resultaatbestemming) Vaste activa 1.2 Materiële vaste activa Totaal vaste activa Vlottende activa 1.4 Voorraden Vorderingen Liquide middelen Totaal vlottende activa Totaal activa Eigen Vermogen Voorzieningen Langlopende schulden Kortlopende schulden Totaal passiva

41 Geconsolideerde staat van baten en lasten over Baten 3.1 Rijksbijdragen Overige overheidsbijdragen en -subsidies College-, cursus-, les- en examengelden Baten werk in opdracht van derden Overige baten Totaal baten Lasten 4.1 Personeelslasten Afschrijvingen Huisvestingslasten Overige lasten Totaal lasten Saldo baten en lasten Financiële baten en lasten Netto resultaat

42 Geconsolideerd kasstroomoverzicht over Kasstroom uit operationele activiteiten Saldo baten en lasten Aanpassingen voor: - afschrijvingen vrijval uit investeringssubsidies mutaties voorzieningen Veranderingen in vlottende middelen: - voorraden vorderingen schulden Kasstroom uit bedrijfsoperaties Ontvangen interest Betaalde interest Totaal kasstroom uit operationele activiteiten Kasstroom uit investeringsactiviteiten Investeringen in materiële vaste activa Desinvesteringen in materiële vaste activa Mutatie wegens correctie Eigen Vermogen Totaal kasstroom uit investeringsactiviteiten Kasstroom uit financieringsactiviteiten Nieuw opgenomen leningen 0 0 Aflossing langlopende schulden Totaal kasstroom uit financieringsactiviteiten Mutatie liquide middelen Stand per 1 januari Mutatie boekjaar Stand per 31 december

43 Gehanteerde grondslagen bij de opstelling van de geconsolideerde jaarrekening Algemene toelichting Rechtspersoon en voornaamste activiteiten Onderwijsgroep Noord is een stichting en is gevestigd aan de Hereweg 101 te Groningen en is ingeschreven bij het handelsregister onder nummer Onderwijsgroep Noord levert beleidsvoorbereidende en ondersteunende diensten aan de onderwijsinstellingen die deel uitmaken van de groep. Deze onderwijsinstellingen zijn AOC Terra (een Agrarisch Opleidingscentrum), Dollard College en rsg de Borgen (onderwijsinstellingen voor Voortgezet Onderwijs). Continuïteit De in de onderhavige jaarrekening gehanteerde grondslagen van waardering en resultaatbepaling zijn gebaseerd op de veronderstelling van continuïteit. Gebruik van schattingen De opstelling van de jaarrekening vereist dat het management oordelen vormt en schattingen en veronderstellingen maakt die van invloed zijn op de toepassing van grondslagen en de gerapporteerde waarde van activa en verplichtingen, en van baten en lasten. De daadwerkelijke uitkomsten kunnen afwijken van deze schattingen. De schattingen en onderliggende veronderstellingen worden voortdurend beoordeeld. Herzieningen van schattingen worden opgenomen in de periode waarin de schatting wordt herzien en in toekomstige perioden waarvoor de herziening gevolgen heeft. De volgende waarderingsgrondslagen zijn naar de mening van het management het meest kritisch voor het weergeven van de financiële positie en vereisen schattingen en veronderstellingen: - Inschatting van de levensduur van activa. - Inschattingen in het kader van personele voorzieningen. Consolidatie In de consolidatie worden de financiële gegevens opgenomen van Onderwijsgroep Noord samen met haar groepsmaatschappijen en andere rechtspersonen waarop zij overheersende zeggenschap kan uitoefenen of waarover zij de centrale leiding heeft. Groepsmaatschappijen zijn rechtspersonen waarin Onderwijsgroep Noord direct of indirect overheersende zeggenschap kan uitoefenen doordat zij beschikt over de meerderheid van de stemrechten of op enige andere wijze de financiële en operationele activiteiten kan beheersen. Hierbij wordt tevens rekening gehouden met potentiële stemrechten die direct kunnen worden uitgeoefend op balansdatum. De groepsmaatschappijen en andere rechtspersonen waarop zij een overheersende zeggenschap kan uitoefenen of waarover zij de centrale leiding heeft, worden voor 100% in de consolidatie betrokken. Het aandeel van derden in het groepsvermogen en in het groepsresultaat wordt afzonderlijk vermeld. Deelnemingen waarop geen overheersende zeggenschap kan worden uitgeoefend (geassocieerde deelnemingen) worden niet betrokken in de consolidatie. Intercompany-transacties, intercompany-winsten en onderlinge vorderingen en schulden tussen groepsmaatschappijen en andere in de consolidatie opgenomen rechtspersonen worden geëlimineerd, voor zover de resultaten niet door transacties met derden buiten de Groep zijn gerealiseerd. Ongerealiseerde verliezen op intercompany-transacties worden ook geëlimineerd tenzij er sprake is van een bijzondere waardevermindering. Waarderingsgrondslagen van groepsmaatschappijen en andere in de consolidatie opgenomen rechtspersonen zijn waar nodig gewijzigd om aansluiting te krijgen bij de geldende waarderingsgrondslagen voor de Groep. De in de consolidatie begrepen groepsmaatschappijen zijn: Stichting AOC Terra, Groningen (100%) Stichting Dollard College, Groningen (100%) Stichting rsg de Borgen, Groningen (100%) Verbonden partijen Als verbonden partij worden alle rechtspersonen aangemerkt waarover overheersende zeggenschap, gezamenlijke zeggenschap of invloed van betekenis kan worden uitgeoefend. Ook rechtspersonen die overwegende zeggenschap kunnen uitoefenen worden aangemerkt als verbonden partij. Ook de statutaire directieleden, andere sleutelfunctionarissen in het management van Terra of de moedermaatschappij van Terra en nauwe verwanten zijn verbonden partijen. Transacties van betekenis met verbonden partijen worden toegelicht voor zover deze niet onder normale marktvoorwaarden zijn aangegaan. Hiervan wordt toegelicht de aard en de omvang van de transactie en andere informatie die nodig is voor het verschaffen van het inzicht. Toelichting op het kasstroomoverzicht Het kasstroomoverzicht is opgesteld volgens de indirecte methode. De geldmiddelen in het kasstroomoverzicht bestaan uit liquide middelen. Ontvangsten en uitgaven uit hoofde van interest, ontvangen dividenden en winstbelastingen zijn opgenomen onder de kasstroom uit operationele activiteiten. De verkrijgingsprijs van de verworven groepsmaatschappij is opgenomen onder de kasstroom uit investeringsactiviteiten, voor zover betaling in geld heeft plaatsgevonden. De geldmiddelen die in de verworven groepsmaatschappij aanwezig zijn, zijn op de aankoopprijs in mindering gebracht. Transacties waarbij geen instroom of uitstroom van kasmiddelen plaatsvindt zijn niet in het kasstroomoverzicht opgenomen.

44 Algemene grondslagen Algemeen De geconsolideerde jaarrekening is opgesteld volgens de Regeling jaarverslaggeving onderwijs. In deze regeling is bepaald dat de bepalingen van Titel 9 Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek en de Richtlijnen voor de Jaarverslaggeving (in het bijzonder RJ 660 Onderwijsinstellingen) van toepassing zijn, met inachtneming van de daarin aangeduide uitzonderingen. Activa en verplichtingen worden in het algemeen gewaardeerd tegen de verkrijgings- of vervaardigingsprijs of de actuele waarde. Indien geen specifieke waarderingsgrondslag is vermeld vindt waardering plaats tegen de verkrijgingsprijs. In de balans, de winst-en-verliesrekening en het kasstroomoverzicht zijn referenties opgenomen. Met deze referenties wordt verwezen naar de toelichting. Vergelijking met voorgaand jaar De gehanteerde grondslagen van waardering en van resultaatbepaling zijn ongewijzigd gebleven ten opzichte van het voorgaande jaar, met uitzondering van de toegepaste stelsel- en schattingswijzigingen zoals opgenomen in de desbetreffende paragrafen. Tot 1 januari 2016 werden de in het boekjaar vrijgevallen investeringssubsidies die betrekking hebben op een deel van de afschrijvingslasten, verantwoord als bate bij de Overige subsidies OCW/EZ en de Overige overheidsbijdragen en -subsidies. Vanaf 2016 worden deze baten gesaldeerd met de afschrijvingen. De vergelijkende cijfers over 2015 zijn dienovereenkomstig aangepast. Operationele leasing Bij Onderwijsgroep Noord zijn er leasecontracten waarbij een groot deel van de voor- en nadelen die aan de eigendom verbonden zijn, niet bij Onderwijsgroep Noord ligt. Deze leasecontracten worden verantwoord als operationele leasing. Leasebetalingen worden, rekening houdend met ontvangen vergoedingen van de lessor, op lineaire basis verwerkt in de winsten-verliesrekening over de looptijd van het contract. Financiële instrumenten Financiële instrumenten omvatten vorderingen, geldmiddelen, langlopende en kortlopende schulden en overige financiële verplichtingen, waaronder derivaten. Financiële instrumenten omvatten tevens in contracten besloten afgeleide financiële instrumenten (derivaten). Deze derivaten worden door de instelling niet gesepareerd van het basiscontract en derhalve in overeenstemming met het basiscontract verwerkt. Financiële instrumenten worden bij de eerste opname verwerkt tegen reële waarde. Indien instrumenten niet zijn gewaardeerd tegen reële waarde met verwerking van waarde veranderingen in de staat van baten en lasten maken eventuele direct toerekenbare transactie kosten deel uit van de eerste waardering. Na de eerste opname worden financiële instrumenten op de hierna beschreven manier gewaardeerd. Afgeleide financiële instrumenten (derivaten) De eerste waardering voor afgeleide financiële instrumenten is de reële waarde. Na eerste waardering worden afgeleide financiële instrumenten gewaardeerd op kostprijs of lagere marktwaarde. De wijze van verwerking van waardeveranderingen van het afgeleide financieel instrument hangt af van de vraag of er hedge-accounting wordt toegepast. Terra maakt gebruik van renteswaps om de renterisico s af te dekken die voortvloeien uit de afgesloten leningen. Doordat kostprijs hedge-accounting wordt toegepast en het afgeleide instrument betrekking heeft op afdekking van het specifieke risico van een toekomstige transactie die naar verwachting zal plaatsvinden, vindt geen herwaardering van dit instrument plaats. Zodra de verwachte toekomstige transactie leidt tot verantwoording in de winst-en-verliesrekening, wordt de met het afgeleide instrument samenhangende winst of het met het afgeleide instrument samenhangende verlies in de winst-enverliesrekening verwerkt. Indien afgeleide instrumenten aflopen of worden verkocht, dient de cumulatieve winst die of het cumulatieve verlies dat tot dat moment nog niet in de winst-en-verliesrekening was verwerkt, als overlopende post in de balans opgenomen te worden, totdat de afgedekte transacties plaatsvinden. Indien de transacties naar verwachting niet meer plaatsvinden, wordt de cumulatieve winst of het cumulatieve verlies overgeboekt naar de winst-en-verliesrekening. Indien afgeleide instrumenten niet langer voldoen aan de voorwaarden voor hedge-accounting, maar het financiële instrument niet wordt verkocht, wordt ook de hedgeaccounting beëindigd. Dan dient het financiële instrument tegen kostprijs of lagere marktwaarde te worden verwerkt. Terra documenteert de hedgerelaties in hedgedocumentatie en toetst periodiek de effectiviteit van de hedgerelaties door vast te stellen dat er geen sprake is van overhedges. Een verlies als gevolg van een overhedge wordt op basis van kostprijs of lagere marktwaarde direct in de winst-en-verliesrekening verwerkt. Grondslagen voor waardering van activa en passiva Materiële vaste activa Bedrijfsgebouwen en terreinen worden gewaardeerd tegen verkrijgingsprijs plus bijkomende kosten of vervaardigingsprijs onder aftrek van lineaire afschrijvingen gedurende de verwachte toekomstige gebruiksduur. Op terreinen wordt niet afgeschreven. Er wordt rekening gehouden met de bijzondere waardeverminderingen die op balansdatum worden verwacht. Voor de vaststelling of voor een materieel vast actief sprake is van een bijzondere waardevermindering wordt verwezen naar betreffende paragraaf. Indien grond gekocht is met opstallen, met de intentie de opstallen te slopen of teniet te laten gaan en vervolgens op de grond nieuwbouw te realiseren, dan maken de eventuele boekwaarde van de opstallen en de gemaakte sloopkosten deel uit van de verkrijgingsprijs van de grond. Overige vaste activa worden gewaardeerd tegen verkrijgings- of vervaardigingsprijs inclusief direct toerekenbare kosten, onder aftrek van lineaire afschrijvingen gedurende de verwachte toekomstige gebruiksduur en bijzondere waardeverminderingen.

45 Activeren vindt plaats voor investeringen met een verkrijgings- of vervaardigingsprijs vanaf 500. De afschrijvingen worden berekend als een percentage over de aanschafprijs volgens de lineaire methode op basis van de economische levensduur. Op terreinen en op materiële vaste activa in uitvoering en vooruitbetalingen op materiële vaste activa wordt niet afgeschreven. Deze levensduur wordt voor de onderscheiden activa gesteld op: Gebouwen Semi-permanente gebouwen en verbouwingen/renovatie Apparatuur, machines en installaties Meubilair Hard- en software 30 jaar 10 jaar 4-10 jaar jaar 3 jaar Onderhoudsuitgaven worden slechts geactiveerd, indien zij de gebruiksduur van het object verlengen. Investeringssubsidies welke betrekking hebben op de materiële vaste activa worden in mindering gebracht op de materiële vaste activa (vooruit ontvangen investeringssubsidies) en vallen jaarlijks vrij ten gunste van de rijksbijdragen danwel de overige overheidsbijdragen. Voor de toekomstige kosten van groot onderhoud aan de bedrijfsgebouwen wordt geen voorziening voor groot onderhoud gevormd. De kosten worden rechtstreeks in de resultatenrekening verantwoord. Financiële vaste activa Deelnemingen Deelnemingen waarin invloed van betekenis kan worden uitgeoefend worden gewaardeerd volgens de vermogensmutatiemethode (nettovermogenswaarde). Wanneer 20% of meer van de stemrechten uitgebracht kan worden, wordt ervan uitgegaan dat er invloed van betekenis is. De nettovermogenswaarde wordt berekend volgens de grondslagen die gelden voor deze jaarrekening; voor deelnemingen waarvan onvoldoende gegevens beschikbaar zijn voor aanpassing aan deze grondslagen, wordt uitgegaan van de waarderingsgrondslagen van de desbetreffende deelneming. Indien de waardering van een deelneming volgens de nettovermogenswaarde negatief is, wordt deze op nihil gewaardeerd. Indien en voor zover Onderwijsgroep Noord in deze situatie geheel of gedeeltelijk instaat voor de schulden van de deelneming, dan wel het stellige voornemen heeft de deelneming tot betaling van haar schulden in staat te stellen, wordt hiervoor een voorziening getroffen. De eerste waardering van gekochte deelnemingen is gebaseerd op de reële waarde van de identificeerbare activa en passiva op het moment van acquisitie. Voor de vervolgwaardering worden de grondslagen toegepast die gelden voor deze jaarrekening, uitgaande van de waarden bij eerste waardering. Als resultaat wordt verantwoord het bedrag waarmee de boekwaarde van de deelneming sinds de voorafgaande jaarrekening is gewijzigd als gevolg van het door de deelneming behaalde resultaat. Deelnemingen waarop geen invloed van betekenis kan worden uitgeoefend, worden gewaardeerd tegen verkrijgingsprijs. Als resultaat wordt in aanmerking genomen het in het verslagjaar gedeclareerde dividend van de deelneming, waarbij niet in contanten uitgekeerde dividenden worden gewaardeerd tegen reële waarde. Indien sprake is van een bijzondere waardevermindering vindt waardering plaats tegen de realiseerbare waarde (zie verder de paragraaf Bijzondere waardeverminderingen van vaste activa ); afwaardering vindt plaats ten laste van de winst-enverliesrekening. Bijzondere waardeverminderingen Voor materiële vaste activa wordt op iedere balansdatum beoordeeld of er aanwijzingen zijn dat deze activa onderhevig zijn aan bijzondere waardeverminderingen. Als dergelijke indicaties aanwezig zijn, wordt de realiseerbare waarde van het actief geschat. De realiseerbare waarde is de hoogte van de bedrijfswaarde en de opbrengstwaarde. Als het niet mogelijk is de realiseerbare waarde te bepalen voor een individueel actief, wordt de realiseerbare waarde bepaald van de kasstroom-genererende eenheid waartoe het actief behoort. Wanneer de boekwaarde van een actief of een kasstroom-genererende eenheid hoger is dan de realiseerbare waarde, wordt een bijzonder waardeverminderingsverlies verantwoord voor het verschil tussen de boekwaarde en de realiseerbare waarde. Een bijzonder-waardeverminderingsverlies wordt direct als last verwerkt in de winst-en-verliesrekening onder gelijktijdige verlaging van de boekwaarde van het betreffende actief. Indien sprake is van een bijzonder waardeverminderingsverlies van een kasstroom-genererende eenheid, wordt het verlies allereerst toegerekend aan goodwill die is toegerekend aan de kasstroom-genererende eenheid. Een eventueel restant verlies wordt toegerekend aan de andere activa van de eenheid naar rato van hun boekwaarden. Verder wordt op iedere balansdatum beoordeeld of er enige indicatie is dat een in eerdere jaren verantwoord bijzonder waardeverminderingsverlies is verminderd. Als een dergelijke indicatie aanwezig is, wordt de realiseerbare waarde van het betreffende actief of kasstroom-genererende eenheid geschat. Terugneming van een eerder verantwoord bijzonder waardeverminderingsverlies vindt alleen plaats als sprake is van een wijziging van de gehanteerde schattingen bij het bepalen van de realiseerbare waarde sinds de verantwoording van het laatste bijzonder waardeverminderingsverlies. In dat geval wordt de boekwaarde van het actief (of kasstroom-genererende eenheid) opgehoogd tot de geschatte realiseerbare waarde, maar niet hoger dan de boekwaarde die bepaald zou zijn (na afschrijvingen) als in voorgaande jaren geen bijzonder waardevermindering voor het actief (of kasstroom-genererende eenheid) zou zijn verantwoord.

46 Voorraden De voorraden betreffen de lesboeken en laptops die aan de leerlingen in bruikleen worden gegeven en zijn gewaardeerd tegen de verkrijgingsprijs onder toepassing van de FIFI-methode ( first in, first out ) of lagere opbrengstwaarde. De verkrijgingsprijs omvat de inkoopprijs en bijkomende kosten, zoals invoerrechten, transportkosten en andere kosten die direct kunnen worden toegerekend aan de verwerving van voorraden. Handelskortingen, rabatten en soortgelijke (te) ontvangen vergoedingen met betrekking tot de inkoop worden in mindering gebracht op de verkrijgingsprijs. Bij de waardering van de voorraden wordt rekening gehouden met de eventueel op balansdatum opgetreden waardeverminderingen. Op basis van de verwachte gemiddelde gebruiksduur van de lesboeken en de laptops vindt een jaarlijkse afwaardering van 25% van de aanschafwaarde plaats. Vorderingen Vorderingen worden bij eerste verwerking gewaardeerd tegen de reële waarde van de tegenprestatie. Vorderingen worden na eerste verwerking gewaardeerd tegen de geamortiseerde kostprijs. Als de ontvangst van de vordering is uitgesteld op grond van een verlengde overeengekomen betalingstermijn wordt de reële waarde bepaald aan de hand van de contante waarde van de verwachte ontvangsten en worden er op basis van de effectieve rente rente-inkomsten ten gunste van de winst-enverliesrekening gebracht. Voorzieningen wegens oninbaarheid worden in mindering gebracht op de boekwaarde van de vordering. Liquide middelen Liquide middelen bestaan uit kas en banktegoeden met een looptijd korter dan twaalf maanden. Rekening-courantschulden bij banken zijn opgenomen onder schulden aan kredietinstellingen onder kortlopende schulden. Liquide middelen worden gewaardeerd tegen nominale waarde. Eigen vermogen Omdat het vermogen van Onderwijsgroep Noord indirect ontstaat uit de publieke middelen van de drie onderwijsinstellingen binnen de groep, heeft het College van Bestuur van Onderwijsgroep Noord en de drie onderwijsinstellingen gemeend hiervoor een bestemmingsfonds publieke onderwijsgelden te moeten instellen waarmee zichtbaar wordt gemaakt dat dit vermogen niet aan de publieke middelen wordt onttrokken. Aandeel derden Het aandeel derden als onderdeel van het groepsvermogen wordt gewaardeerd tegen het bedrag van het netto-belang in de netto-activa van de desbetreffende groepsmaatschappijen. Voor zover de desbetreffende groepsmaatschappij een negatieve nettovermogenswaarde heeft, worden de negatieve waarde en de eventuele verdere verliezen niet toegewezen aan het aandeel derden, tenzij de derden-aandeelhouders een feitelijke verplichting hebben en in staat zijn om de verliezen voor hun rekening te nemen. Zodra de nettovermogenswaarde van de groepsmaatschappij weer positief is, worden resultaten toegekend aan het aandeel derden. Voorzieningen De personeelsvoorzieningen bestaan uit een voorziening wachtgelden, een voorziening ambtsjubilea, een voorziening langdurig zieken een voorziening spaarverlof en een voorziening seniorenverlof. Algemeen Een voorziening wordt in de balans opgenomen, wanneer er sprake is van: een in rechte afdwingbare of feitelijke verplichting die het gevolg is van een gebeurtenis in het verleden; en waarvan een betrouwbare schatting kan worden gemaakt; en het waarschijnlijk is dat voor afwikkeling van die verplichting een uitstroom van middelen nodig is. Indien (een deel van) de uitgaven die noodzakelijk zijn om een voorziening af te wikkelen waarschijnlijk geheel of gedeeltelijk door een derde worden vergoed bij afwikkeling van de voorziening, wordt de vergoeding als afzonderlijk actief gepresenteerd. Voorzieningen worden gewaardeerd tegen de nominale waarde van de uitgaven die naar verwachting noodzakelijk zijn om de verplichtingen en verliezen af te wikkelen. De voorziening wachtgelden is voor wachtgeldverplichtingen ten aanzien van voormalig personeel. De omvang van de voorziening is bepaald op basis van de contante waarde van de huidige wachtgeldverplichtingen. Bij het berekenen van de contante waarde wordt een rentepercentage van 0,356% gehanteerd. Dit is het tarief van de 10-jaars kapitaalmarktrente voor Nederland per ultimo De voorziening ambtsjubilea is voor de verplichting ten aanzien van de toekomstige uitkering bij ambtsjubilea van personeel. De hoogte van de voorziening wordt jaarlijks bepaald op basis van de gemiddelde verplichting in de afgelopen vijf jaren. Contant maken van deze verplichting leidt niet tot een materiële afwijking ten opzichte van de huidige berekening. De voorziening langdurig zieken is gevormd voor de op balansdatum bestaande verplichting tot het in de toekomst doorbetalen van beloningen aan personeelsleden die op balansdatum naar verwachting blijvend geheel of gedeeltelijk niet in staat zijn om werkzaamheden te verrichten door ziekte of arbeidsongeschiktheid. De voorziening spaarverlof is gevormd voor de verplichting, uit hoofde van het levensfase bewust personeelsbeleid ten aanzien van het persoonlijk budget van 50 uur per jaar op grond van de CAO-VO. Medewerkers waarop de CAO-VO van toepassing is kunnen ervoor kiezen deze uren te sparen. Voor deze gespaarde uren is een voorziening getroffen. De voorziening seniorenverlof is gevormd voor de op balansdatum bestaande verplichting tot het in de toekomst nog op te nemen verlof die ontstaat bij toekomstige deelname van medewerkers aan deze regeling en de verplichting aan huidige deelnemers aan de regeling voor de komende vijf jaar. Deze voorziening is alleen opgenomen voor medewerkers die niet onder de overgangsregelingen vallen.

47 Langlopende schulden Langlopende schulden worden na eerste opname gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs op basis van de effectieverentemethode, waarbij een verschil tussen de geamortiseerde kostprijs en het aflossingsbedrag op basis van de effectieverentemethode in de winst- en verliesrekening wordt opgenomen over de looptijd van de leningen. Indien er geen sprake is van agio of disagio of transactiekosten is de geamortiseerde kostprijs gelijk aan de nominale waarde van de schuld. Bij vervroegde aflossingen wordt de in rekening gebrachte boeterente verwerkt in de winst- en verliesrekening als financiële baten en lasten. Voor alle langlopende leningen zijn zakelijke zekerheidstellingen verstrekt. De aflossingsverplichtingen voor het komend jaar van de langlopende schulden worden opgenomen onder kortlopende schulden. Kortlopende schulden en overige financiële verplichtingen Kortlopende schulden worden bij de eerste verwerking gewaardeerd tegen reële waarde. De kortlopende schulden zijn, tenzij anders is aangegeven, opeisbaar binnen één jaar. Grondslagen voor bepaling van het resultaat Resultaatbepaling In de staat van baten en lasten worden verantwoord, met inachtneming van de eerder genoemde waarderingsgrondslagen, de baten en lasten welke aan het boekjaar toegerekend moeten worden. Lasten worden verantwoord als deze voorzienbaar zijn; baten worden verantwoord als deze gerealiseerd zijn. Dit met uitzondering van de bijdragen van leerlingen en cursisten, welke worden verantwoord in het jaar waarin het schooljaar, respectievelijk de cursus, een aanvang neemt. Baten en lasten uit voorgaande jaren die in dit boekjaar zijn geconstateerd, worden aan dit boekjaar toegerekend. Opbrengstverantwoording Rijksbijdragen, overige overheidsbijdragen en -subsidies Rijksbijdragen, overige overheidsbijdragen en -subsidies uit hoofde van de basisbekostiging worden in het jaar waarop de toekenning betrekking heeft, volledig verwerkt als baten in de staat van baten en lasten. Indien deze opbrengsten betrekking hebben op een specifiek doel, dan worden deze naar rato van de verrichte werkzaamheden als baten verantwoord. Baten werk in opdracht van derden Verantwoording van opbrengsten uit de levering van diensten geschiedt naar rato van de geleverde prestaties, gebaseerd op de verrichte diensten tot aan de balansdatum in verhouding tot de in totaal te verrichten diensten. Overige baten Onder overige bedrijfsopbrengsten worden resultaten verantwoord die niet rechtstreeks samenhangen met de levering van diensten in het kader van de normale, niet-incidentele bedrijfsactiviteiten. Deze opbrengsten worden toegerekend aan de verslagperiode in overeenstemming met de inhoud van de overeenkomst. Personeelslasten Onder personeelslasten is begrepen de in het boekjaar verschuldigde salarissen, sociale lasten, pensioenpremies, inleenkrachten en overige personeelskosten verminderd met de ontvangen uitkeringen van sociale fondsen. Pensioenen Stichting onderwijswijsgroep Noord is aangesloten bij Stichting Pensioenfonds ABP. ABP is een bedrijfstakpensioenfonds met een toegezegde pensioenregeling (multi-employer defined benefit-regeling). Gezien het feit dat de pensioenregeling een multiemployer regeling betreft is de pensioenregeling als een toegezegde bijdrageregeling (defined contribution-regeling) verantwoord. Uitgangspunt is dat de in de verslagperiode te verwerken pensioenlast gelijk is aan de over die periode aan het pensioenfonds verschuldigde pensioenpremies. Voor zover de verschuldigde premies op balansdatum nog niet zijn voldaan, wordt hiervoor een verplichting opgenomen. Als de op balansdatum reeds betaalde premies de verschuldigde premies overtreffen, wordt een overlopende actiefpost opgenomen voor zover sprake zal zijn van terugbetaling door het fonds of van verrekening met in de toekomst verschuldigde premies. Verder wordt op balansdatum een voorziening opgenomen voor bestaande additionele verplichtingen ten opzichte van het fonds en de werknemers, indien het waarschijnlijk is dat voor de afwikkeling van die verplichtingen een uitstroom van middelen zal plaatsvinden en de omvang van de verplichtingen betrouwbaar kan worden geschat. Het al dan niet bestaan van additionele verplichtingen wordt beoordeeld aan de hand van de uitvoeringsovereenkomst met het fonds, de pensioenovereenkomst met de werknemers en andere (expliciete of impliciete) toezeggingen aan de werknemers. De voorziening wordt gewaardeerd tegen de beste schatting van de contante waarde van de bedragen die noodzakelijk zijn om de verplichtingen op balansdatum af te wikkelen. Voor een op balansdatum bestaand overschot bij het pensioenfonds wordt een vordering opgenomen als de onderneming de beschikkingsmacht heeft over dit overschot, het waarschijnlijk is dat het overschot naar de onderneming zal toevloeien en de vordering betrouwbaar kan worden vastgesteld. Afschrijvingen Materiële vaste activa worden vanaf het moment van gereedheid voor ingebruikneming afgeschreven over de verwachte toekomstige gebruiksduur van het actief. Over terreinen en in uitvoering en vooruitbetaling wordt niet afgeschreven. Indien een schattingswijziging plaatsvindt van de toekomstige gebruiksduur, dan worden de toekomstige afschrijvingen aangepast. Boekwinsten en -verliezen uit de incidentele verkoop van materiële vaste activa zijn begrepen onder de overige baten respectievelijk onder overige lasten.

48 Segmentatie Dollard College In dit jaarverslag zijn overeenkomstig de 'Regeling Jaarverslaggeving Onderwijs' afzonderlijke staten van baten en lasten, alsmede de daarbij behorende toelichting, opgenomen per BRIN-nummer. Het betreft hier BRIN-nummer 20CM 'Scholengemeenschap Dollard College voor Lyc Havo Mavo Vbo Lwoo' en BRIN-nummer 19UR 'School voor Praktijkonderwijs De Flint'. Bij de verdeling van de resultatenrekening per segment is aangesloten op de activiteiten van het bedrijfsproces. De directe kosten van de segmenten zijn volledig toegerekend aan het betreffende segment. Financiële baten en lasten Rentebaten en rentelasten Rentebaten en rentelasten worden tijdsevenredig verwerkt, rekening houdend met de effectieve rentevoet van de desbetreffende activa en passiva. Bij de verwerking van de rentelasten wordt rekening gehouden met de verantwoorde transactiekosten op de ontvangen leningen.

49 Toelichting behorende tot de geconsolideerde balans 1.2 Materiële vaste activa Aanschafprijs Cumulatieve Boekwaarde Investeringen Desinvesteringen Afschrijvingen Aanschafprijs Cumulatieve Boekwaarde 1 januari 2016 afschrijvingen 1 januari december 2016 afschrijvingen 31 december 2016 en waarde- en waardeverminderingen verminderingen 1 januari december Gebouwen en terreinen Inventaris en apparatuur In uitvoering en vooruitbetalingen Niet aan het proces dienstbare materiële vaste activa Materiële vaste activa Vooruitontvangen investeringssubsidies Materiële vaste activa Het bedrag aan investeringen bij Gebouwen en terreinen omvat tevens een bedrag uit de bij in uitvoering en vooruitbetalingen vermelde desinvesteringen. Het gaat hierbij om een bedrag van 0,1 miljoen.het restant van het bedrag is ten laste van de exploitatie gebracht. Het betreft hier de voorbereidingskosten van de nieuwbouw aan de Langgrafweg in Emmen. De boekwaarde van de materiële vaste activa (exclusief de investeringssubsidies) is ten opzichte van 2015 afgenomen met een bedrag van 1,7 miljoen. In 2016 is voor een netto bedrag van 6,0 miljoen geïnvesteerd. De totale afschrijvingslast bedroeg 7,2 miljoen. In 2016 is voor een relatief klein bedrag geinvesteerd in gebouwen. Investeringen in gebouwen en terreinen vonden plaats bij Terra Groningen MBO, Terra Wolvega VO en bij Onderwijsgroep Noord Ondersteunende Diensten. Het bedrag afschrijving gebouwen en terreinen bestaat uit afschrijvingen van gebouwen 3,5 miljoen en het bedrag van de waardevermindering van het terrein Langgrafweg 2.0 miljoen. De waardevermindering is het gevolg van een nieuw uitgevoerde externe taxatie van de grondpositie te Emmen. Het bedrag van de waardevermindering is bepaald op basis van de verwachte opbrengstwaarde van de activa op een actieve markt. De waardevermindering is ten laste gebracht van de staat van baten en lasten over het kalenderjaar De investeringen in inventaris bedroeg 3,0 miljoen en vonden bij alle vestigingen plaats. Hiervan heeft 0,7 miljoen betrekking op ICT-apparatuur en van 1,7 miljoen in machines en apparatuur (met name klimaatbeheersing Hommesplein). Voor het overige is sprake van investeringen in school- en kantoormeubilair en transportmiddelen. De vrijgevallen investeringssubsidies zijn verantwoord onder de rijksbijdragen, de overige overheidsbijdragen en -subsidies en de overige baten. In verband met de vervangende nieuwbouw voor de vestigingen in Emmen werd de boekwaarde op de bestaande gebouwen in Emmen, met ingang van het jaar 2014, over de resterende gebruiksjaren tot april 2018 versneld afgeschreven; 0,46 miljoen per jaar. Omdat de bouw op de geplande locatie niet doorgaat, schuift de datum van vermoedelijke ingebruikname op. Op dit moment wordt uitgegaan van een ingebruikname in augustus De afschrijvingen zijn opnieuw berekend over de nieuwe looptijd van 1 januari 2016 tot augustus Uitgangspunt voor de herberekening is de boekwaarde van de betreffende gebouwen per Deze boekwaarde wordt afgeschreven over de resterende looptijd; 0,25 miljoen per jaar. Dit bedrag is opgenomen in het totaalbedrag van de aangegeven afschrijvingen. Voor het kalenderjaar 2016 betekent dit een verlaging van de afschrijving van 0,21 miljoen. 1.4 Voorraden Gebruiksgoederen Voorraden Stand per 1 januari Verkrijgingsprijs gebruiksgoederen Af: Waardevermindering Af: Voorziening incourantheid Gebruiksgoederen

50 De voorraad betreft het boekenfonds van de onderwijsinstellingen waarvan zowel de lesboeken als de digitale devices (laptops en ipads) deel uitmaken. De boeken en devices worden gedurende het schooljaar aan de leerlingen in bruikleen gegeven. Op basis van de verwachte gemiddelde gebruiksduur van de boeken en devices vindt een jaarlijkse afwaardering van 25% van de aanschafwaarde plaats. In 2016 is voor een bedrag van 1,1 miljoen aan boeken en devices aangeschaft. Het betreft deels nieuwe boeken in verband met de toename van het aantal leerlingen en deels nieuwe boeken ter vervanging van oude methoden Daarnaast betreft het de aanschaf van devices, zoals laptops, ipads en Thinkpads, voor de leerlingen. De waardevermindering van ruim 0,7 miljoen betreft zowel de lesboeken als de devices. 1.5 Vorderingen Debiteuren OCW/EZ Studenten / deelnemers / cursisten Overige overheden Overige vorderingen Overlopende activa Af: Voorzieningen wegens oninbaarheid Vorderingen Personeel Overige Overige vorderingen Vooruitbetaalde kosten Verstrekte voorschotten Overige Overlopende activa Stand per 1 januari Onttrekking Dotatie Af: Voorzieningen wegens oninbaarheid Alle vorderingen hebben een looptijd korter dan één jaar. De vorderingen zijn ten opzichte van 2015 gedaald met 0,03 miljoen. De hoogte van de vorderingen op debiteuren is afhankelijk van het moment van factureren en betalen en kan daardoor per jaar verschillen. Ten opzichte van 2015 zijn de vorderingen op debiteuren met 0,3 miljoen afgenomen. Het debiteurensaldo is lager omdat vorderingen op Samenwerkingsverbanden, die per periode worden betaald maar waarvan de totale vordering is opgenomen, zijn gesaldeerd met de overige overlopende passiva. De vorderingen op de ministeries van OCW en EZ en op de studenten, deelnemers en cursisten zijn ook met 0,3 miljoen afgenomen. De vordering van 2015 op het Ministerie van Economische zaken is afgewikkeld. De overlopende activa zijn toegenomen als gevolg van een aanpassing in de berekening van de ineffectiviteit van de renteswap. Dit bedrag valt in de komende vijf jaren vrij ten laste van de exploitatie. 1.7 Liquide middelen Kasmiddelen Tegoeden op bankrekeningen Liquide middelen Alle liquide middelen zijn direct opeisbaar. 2.1 Eigen vermogen Saldo Resultaat Overige mutaties Stand per 1 januari december Groepsvermogen Eigen vermogen Voor een nadere toelichting wordt verwezen naar de de opstelling bij het eigen vermogen in de enkelvoudige jaarrekening.

51 2.2 Voorzieningen Stand per Dotaties Onttrekkingen Vrijval Stand per Kortlopende Langlopende 1 januari december 2016 deel < 1 jaar deel > 1 jaar Personeelsvoorzieningen Voorziening wachtgelden Voorziening ambtsjubilea Voorziening langdurig zieken Voorziening spaarverlof Voorziening seniorenverlof Voorzieningen De voorziening wachtgelden is voor wachtgeldverplichtingen ten aanzien van voormalig personeel. De looptijd en omvang van de voorziening is bepaald op basis van de contante waarde van de huidige wachtgeldverplichtingen per individuele (voormalige) medewerker. Bij het berekenen van de contante waarde wordt een rentepercentage van 0,356% gehanteerd. Dit is het tarief van de 10-jaars kapitaalmarktrente voor Nederland per ultimo De voorziening ambtsjubilea is voor de verplichting ten aanzien van de toekomstige uitkering bij ambtsjubilea van personeel. De hoogte van de voorziening wordt jaarlijks bepaald op basis van de gemiddelde verplichting in de afgelopen vijf jaren. Contant maken van deze verplichting leidt niet tot een materiële afwijking ten opzichte van de huidige berekening. De voorziening langdurig zieken is gevormd voor de op balansdatum bestaande verplichting tot het in de toekomst doorbetalen van beloningen aan personeelsleden die op balansdatum naar verwachting blijvend geheel of gedeeltelijk niet in staat zijn om werkzaamheden te verrichten door ziekte of arbeidsongeschiktheid. De voorziening spaarverlof is gevormd voor de verplichting, uit hoofde van het levensfase bewust personeelsbeleid ten aanzien van het persoonlijk budget van 50 uur per jaar op grond van de CAO-VO. Medewerkers waarop de CAO-VO van toepassing is kunnen ervoor kiezen deze uren te sparen. Voor deze gespaarde uren is een voorziening getroffen. De voorziening seniorenverlof is een voorziening voor de verplichting voor nog op te nemen verlof die ontstaat bij toekomstige deelname van medewerkers aan deze regeling en de verplichting aan huidige deelnemers aan de regeling voor de komende vijf jaar. Deze voorziening is alleen opgenomen voor medewerkers die niet onder de overgangsregelingen vallen. 2.3 Langlopende schulden Aflossings- Stand per Aangegane verplichtingen Stand per Looptijd Looptijd Rente 1 januari 2016 leningen december 2016 > 1 jaar > 5 jaar voet % ABN-AMRO Bank N.V variabel ABN-AMRO Bank N.V ,350 ING Bank N.V , Kredietinstellingen Langlopende schulden Het verloopoverzicht toont het verloop van het langlopende deel van de leningen. De aflossingsverplichtingen voor het komend jaar zijn opgenomen onder de kortlopende schulden. Lening 1 is een lening op roll-over basis van met een looptijd van 20 jaren. Per 1 november 2005 is van deze lening een bedrag van opgenomen en per 1 december 2009 het restant van De rente is gebaseerd op één-maands euribor vermeerderd met een opslag van 0,55% en wordt berekend over het opgenomen bedrag. Het renterisico voor lening 1 is middels een rente-swap afgedekt vanaf 1 november 2005 tot 2 november 2020 op het niveau van 3,90%. Met betrekking tot lening 1 zijn de volgende zakelijke zekerheidstellingen verstrekt:. Eerste recht van hypotheek op de onroerende zaken in eigendom bij Terra, met uitzondering van de onroerende zaken die bij lening 3 in hypotheek zijn gegeven;. Eerste pandrecht op alle zaken, waardepapieren en effecten die de financier, of een derde voor haar uit welken hoofde ook, van of voor Terra onder zich heeft of krijgt, aandelen in verzameldepots als bedoeld in de Wet giraal effectenverkeer die de financier onder haar beheer heeft of krijgt, en alle bestaande en toekomstige vorderingen van Terra op de financier uit welke hoofde ook.. Een negatieve verklaring met belofte betreffende de activa van Terra welke niet zonder voorafgaande en uitdrukkelijke toestemming van de financier geheel of gedeeltelijk mogen worden vervreemd, ten behoeve van derden belast, noch het aangaan van een verbintenis jegens derden tot vervreemden of belasten. Lening 2 is een rentevastlening voor een bedrag van met een vaste rente van 2,00% per jaar. Deze rentevastlening loopt tot uiterlijk 1 april De rentevastperiode bedraagt 60 maanden. Voor deze lening zijn de volgende zekerheden verstrekt:. Recht van eerste hypotheek voor de hoofdsom, vermeerderd met 40% voor rente en kosten, op de onroerend zaken in eigendom bij Terra, met uitzondering van de onroerende zaken die bij lening 1 in hypotheek zijn gegeven;. Verstrekking tot zekerheid van het pandrecht op de roerende zaken die behoren tot de in onderpand gegeven onroerende zaken;. Afgifte van een compte joint- en mede-aansprakelijkheidsovereenkomst en een negative pledge / pari passu en cross default verklaring. In 2015 is bij de ING Bank een lening op roll-over basis van afgesloten ten behoeve van de voorgenomen nieuwbouw in Emmen. Deze lening heeft een looptijd tot uiterlijk 1 januari 2018 en de rente is gebaseerd op het 3-maands EURIBOR tarief met een opslag van 1,3% per jaar. Deze lening is ultimo 2016 nog niet opgenomen. De rente wordt berekend over het opgenomen bedrag. Over het niet opgenomen bedrag wordt een bereidstellingsprovisie in rekening gebracht van 0,1% per kwartaal (0,4% per jaar).

52 Terra heeft bij de ABN AMRO Bank een langlopende schuld van 16,2 miljoen met een variabele rente die afhankelijk is van de 1-maands Euribor. Om het renterisico te beperken is voor 16,2 miljoen een renteswap afgesloten met een initiële onderliggende waarde van 16,2 miljoen die gedurende de looptijd minder wordt, waardoor Terra over de totale lening een vast rentepercentage betaald. De hoofdsom van de langlopende schuld was aanvankelijk 16,2 miljoen maar is ultimo ,7 miljoen. 2.4 Kortlopende schulden Kredietinstellingen Crediteuren OCW/ELI Belastingen en premies sociale verzekeringen Schulden terzake van pensioenen Overige kortlopende schulden Overlopende passiva Kortlopende schulden Loonheffing Omzetbelasting Premies sociale verzekeringen Belastingen en premies sociale verzekeringen Overige 0 0 Overige kortlopende schulden Vooruitontvangen subsidies OCW/EZ geoormerkt Terug te betalen subsidies OCW/EZ geoormerkt 0 0 Vooruitontvangen subsidies OCW/EZ niet-geoormerkt Vooruitontvangen termijnen Vakantiegeld en -dagen Accountants- en administratiekosten Rente Overige Overlopende passiva Alle kortlopende schulden hebben een lootijd korter dan één jaar. De kortlopende schulden zijn bijna 2,0 miljoen hoger dan ultimo Het crediteurensaldo is lager dan per ultimo Het saldo is echter afhankelijk van het moment van factureren en betalen en verschilt per jaar. Ultimo 2015 was sprake van een aantal projectafrekeningen met deelnemende onderwijsinstellingen. Voor het overige is bij de crediteuren geen sprake van bijzonderheden. Met betrekking tot belastingen en sociale premies is sprake van een stijding van bijna 0,2 miljoen. Dit is het gevolg van een toename van het aantal personeelsleden. De overlopende passiva zijn ultimo 2016 met 2,3 miljoen gestegen. De vooruit ontvangen subsidies van OCW/EZ zijn toegenomen met 1,2 miljoen. De geoormerkte subsidies zijn nagenoeg gelijk gebleven, maar de niet-geoormerkte subsidies zijn toegenomen met 1,2 miljoen. De toename bestaat voornamelijk uit subsidies voor de kwaliteitsafspraken (prestatiedeel en studiewaarde) en een nieuwe subsidie uit de Regionale Investerings Fondsen, waarvan met de besteding nog een start moet worden gemaakt. Daarnaast is er minder subsidie ingezet in Dit laatste wil niet zeggen dat de projecten niet zijn uitgevoerd, maar dat kosten voor eigen rekening zijn genomen. Het bedrag van de vooruitontvangen termijnen is ultimo 2016 hoger dan ultimo De oorzaak hiervan is de mogelijkheid om de vrijwillige bijdrage voor de leerlingdevices in één keer te betalen in plaats van in vier termijnen. DaarnaastBij de is het bedrag aan voorgefactureerde schoolreizen hoger dan vorig jaar. Bij de overige overlopende passiva wordt de toename van 0,6 miljoen overwegend veroorzaakt door een stijging van nog te besteden projectgelden en middelen van de regionale samenwerkingsverbanden, waarvan de besteding over een langere periode plaatsvindt. Tevens is hierin een bedrag voor de ineffectiviteit van de renteswap opgenomen. De ineffectiviteit wordt jaarlijks berekend op basis van een opgave van de bank. Financiële instrumenten Algemeen Onderwijsgroep Noord maakt in de normale bedrijfsuitoefening gebruik van financiële instrumenten die Onderwijsgroep Noord blootstellen aan markten/of kredietrisico s. Deze betreffen financiële instrumenten die in de balans zijn opgenomen, zoals vorderingen en schulden. Onderwijsgroep Noord handelt niet in deze financiële instrumenten en heeft procedures en gedragslijnen om de omvang van het kredietrisico bij elke tegenpartij of markt te beperken. Bij het niet nakomen door een tegenpartij van aan Onderwijsgroep Noord verschuldigde betalingen blijven eventuele daaruit voortvloeiende verliezen beperkt tot de marktwaarde van de desbetreffende instrumenten. De contractwaarde of fictieve hoofdsommen van de financiële instrumenten zijn slechts een indicatie van de mate waarin van dergelijke financiële instrumenten gebruik wordt gemaakt en niet van het bedrag van de krediet- of marktrisico s. Kredietrisico De vorderingen uit hoofde van handelsdebiteuren betreffen vorderingen op subsidieverstrekkers en vorderingen op overige debiteuren. Het kredietrisico inzake deze vorderingen is beperkt.

53 Renterisico Het renterisico is beperkt tot eventuele veranderingen in de marktwaarde van opgenomen en uitgegeven leningen. Bij deze leningen is sprake van een vast rentepercentage over de gehele looptijd. De leningen worden aangehouden tot het einde van de looptijd. Terra heeft bij de ABN AMRO Bank een langlopende schuld van 16,2 miljoen met een variabele rente die afhankelijk is van de 1-maands Euribor. Om het renterisico te beperken is een renteswap afgesloten met een initiële onderliggende waarde van 16,2 miljoen die gedurende de looptijd minder wordt, waardoor Terra over de totale lening een vast rentepercentage betaald. De hoofdsom van de langlopende schuld was aanvankelijk 16,2 miljoen maar is ultimo ,7 miljoen. Terra heeft bij de ING Bank een langlopende schuld van 6,0 miljoen met een vaste rente van 2,00% per jaar. Deze schuld heeft een looptijd van 10 jaren waarvan de rentevaste periode 5 jaren bedraagt. De hoofdsom van deze langlopende schuld was aanvankelijk 6,0 miljoen, maar is ultimo ,5 miljoen. In 2015 is bij de ING Bank een lening op roll-over basis van afgesloten ten behoeve van de voorgenomen nieuwbouw in Emmen. Deze lening heeft een looptijd tot uiterlijk 1 januari 2018 en de rente is geb.aseerd op het 3-maands EURIBOR tarief met een opslag van 1,3% per jaar. De rente wordt berekend over het opgenomen bedrag. Deze lening is ultimo 2016 nog niet opgenomen. Over het niet opgenomen bedrag wordt een Terra maakt gebruik van renteswaps om de renterisico s af te dekken die voortvloeien uit de afgesloten leningen. Doordat kostprijs hedge accounting wordt toegepast en het afgeleide instrument betrekking heeft op afdekking van het specifieke risico van een toekomstige transactie die naar verwachting zal plaatsvinden, vindt geen herwaardering van dit instrument plaats. Zodra de verwachte toekomstige transactie leidt tot verantwoording in de winst-en-verliesrekening, wordt de met het afgeleide instrument samenhangende winst of het met het afgeleide instrument samenhangende verlies in de winst-en-verliesrekening verwerkt. Indien afgeleide instrumenten aflopen of worden verkocht, dient de cumulatieve winst die of het cumulatieve verlies dat tot dat moment nog niet in de winst-en-verliesrekening was verwerkt, als overlopende post in de balans opgenomen te worden, totdat de afgedekte transacties plaatsvinden. Indien de transacties naar verwachting niet meer plaatsvinden, wordt de cumulatieve winst of het cumulatieve verlies overgeboekt naar de winst-enverliesrekening. Indien afgeleide instrumenten niet langer voldoen aan de voorwaarden voor hedge accounting, maar het financiële instrument niet wordt verkocht, wordt ook de hedge accounting beëindigd. Dan dient het financiële instrument tegen kostprijs of lagere marktwaarde te worden verwerkt. Terra documenteert de hedgerelaties in hedgedocumentatie en toetst periodiek de effectiviteit van de hedgerelaties. Een verlies als gevolg van een overhedge wordt op basis van kostprijs of lagere marktwaarde direct in de winst-en-verliesrekening verwerkt. Lening ABN AMRO Bank 20-jarige roll-over lening ad 16,20 miljoen Stand van de lening per 31 december 2016 is 6,7 miljoen De einddatum van de lening is 2 november 2025 Rente op basis van 1-maands Euribor met een opslag van 0,55 Swap 15-jarige rente swap ad 16,20 miljoen Stand van de swap per 31 december 2016 is 7,4 miljoen De actuele waarde van de swap bedraagt per ,22 miljoen negatief De actuele waarde van de swap bedraagt per ,97 miljoen negatief De einddatum van de swap is 1 november 2020 Vaste rente van 3,9% Verwacht wordt dat de swap per balansdatum tot het einde van de looptijd, naar beste inschatting, niet effectief zal zijn. De huidige ineffectieve swap is gewaardeerd als kortlopende schuld op basis van de huidige waarde van de swap en daarmee beste inschatting van management per ultimo verslagjaar. Het afsluiten van de nieuwe swap in 2008 kende een effect van , welke gedurende de resterende looptijd wordt gealloceerd naar de Staat van baten en lasten. Voor 2016 gaat het om een vrijval van Het verschil tussen de lening en de swap is ontstaan door een extra aflossing op de lening in De hedge-relatie is voor een deel ineffectief als gevolg van de over-hedging die hierdoor is ontstaan. Het verschil in waarde van deze ineffectiviteit tussen ultimo 2015 en ultimo 2016 wordt meegenomen als last in de exploitatie. In 2016 is sprake van een negatieve aanpassing van Lening 1 ING Bank 10-jarige rentevastlening ad 6,0 miljoen. Stand van de lening per 31 december 2016 is 5,5 miljoen De einddatum van de lening is 1 april 2025 Vaste rente van 2,0% per jaar De rentevastperiode bedraagt 60 maanden Lening 2 ING Bank Roll-over lening ad 8,0 miljoen De einddatum van de lening is 1 januari 2018 Deze lening is ultimo 2016 nog niet opgenomen Rente op basis van 3-maands Euribor met een opslag van 1,30% Over het niet opgenomen bedrag wordt een bereidstellingsprovisie in rekening gebracht van 0,1% per kwartaal (0,4% per jaar) Liquiditeitsrisico Onderwijsgroep Noord bewaakt de liquiditeitspositie door middel van opvolgende liquiditeitsbegrotingen. Het management ziet erop toe dat voor Onderwijsgroep Noord steeds voldoende liquiditeiten beschikbaar zijn om aan de verplichtingen te kunnen voldoen en dat tevens voldoende financiële ruimte onder de beschikbare faciliteiten beschikbaar blijft om steeds binnen de gestelde lening convenanten te blijven. Reële waarde De reële waarde van de meeste in de balans verantwoorde financiële instrumenten, waaronder vorderingen, liquide middelen en kortlopende schulden, benadert de boekwaarde ervan.

54 Niet in de balans opgenomen activa en verplichtingen Huren Het jaarbedrag van met derden aangegane erfpacht-, huur- en leaseverplichtingen bedraagt De huurverplichtingen hebben een looptijd van één tot vijfentwintig jaar. Investeringsverplichtingen Terzake van reeds verstrekte opdrachten ultimo 2016 belopen de geldelijke verplichtingen Hiervan heeft betrekking op gebouwen en betrekking op inventaris en apparatuur. Terra heeft een perceel grond in Meppel verkocht aan een projectontwikkelaar. De verkoopprijs, alsmede de datum van feitelijke levering, zijn afhankelijk van de planologische mogelijkheden en de beschikbaarheid van een bouwvergunning voor de betreffende projectontwikkelaar. Overige verplichtingen Naast huur en investeringsverplichtingen is sprake van contractuele verplichtingen naar derden voor leveringen en diensten. Het betreft hier onder andere energie, schoonmaak, verzekeringen, schoolboeken, kantoorartikelen en uitzendkrachten. Deze contracten zijn Europees aanbesteed voor zover de omvang van deze contracten de geldende grensbedragen te boven gaan. Europese aanbestedingen Onderwijsgroep Noord is zelf als stichting niet aanbestedingsplichtig en lift mee op de aanbestedingen van Terra, Dollard College en rsg de Borgen. Onderstaand een overzicht van het jaarbedrag van met derden aangegane verplichtingen naar aanleiding van Europese aanbestedingen: Contractant Goed of dienst Einddatum contract Totale verplichting Verplichting < 1 jaar Verplichting 1-5 jaar Verplichting > 5 jaar Scholten Awater Computers 1 maart 2019 P.M. P.M. P.M. 0 Maetis Arbo diensten 31 december 2017 P.M. P.M. P.M. Iddink Schoolboeken 1 april 2019 P.M. P.M. P.M. 0 E.ON via Hellemans Elektriciteit 1 januari 2017 P.M. P.M. P.M. Consultancy BV 0 Eneco via Hellemans Gas 1 januari 2017 P.M. P.M. P.M. 0 Consultancy BV USG People Inhuur uitzendkrachten 31 juli 2018 P.M. P.M. P.M. 0 Deli XL Kantine inkopen 1 oktober 2017 P.M. P.M. P.M. 0 Staples Kantoorartikelen 1 april 2017 P.M. P.M. P.M. 0 NNRD Afval en reiningdiensten 31 januari 2022 P.M. P.M. P.M. 0 Konica Minolta Multifunctionals 1 februari Axians Draadloos netwerk 1 april Groot Haar + Orth Reclame-activiteiten 1 april 2017 P.M. P.M. P.M. 0 Asito Schoonmaak 30 april 2026 P.M. P.M. P.M. 0 Amlin + Raetshagen Verzekeringen gebouwen 31 december 2017 P.M. P.M. P.M. 0 Daar waar P.M. is opgenomen betreft het in alle gevallen raamovereenkomsten waarbij geen vaste afname verplichtingen zijn aangegaan. Konica Minolta heeft de huur van de multifunctionals die de stichtingen moeten betalen voor 4 jaar bij een lease maatschapppij ondergebracht. Alle bedragen zijn indicatief en exclusief BTW en gebaseerd op het boekjaar 2016 of ander relevant jaar. Garanties Stichting AOC Terra heeft een verplichting jegens het Waarborgfonds BVE waarbij sprake is van een latente claim van 2% van de jaarlijkse rijksbijdrage. In het geval het Waarborgfonds BVE niet aan haar verplichtingen kan voldoen, kan de Stichting AOC Terra worden aangesproken tot het maximum van deze claim. Stichting Onderwijsgroep Noord, Stichting Dollard College en Stichting rsg de Borgen hebben aan de ING Bank een compte joint- en medeaansprakelijkheidsovereenkomst en een negative pledge / pari passu en cross default verklaring afgegeven. Deze afgegegeven verklaringen gelden als zekerheid voor de door de ING Bank N.V. verstrekte kredietfaciliteit van aan Stichting AOC Terra. De negatieve pledge heeft een waarde van

55 Hoofdelijke aansprakelijkheid Statutair is bepaald dat Stichting Onderwijsgroep Noord hoofdelijk aansprakelijk is voor schulden, nu en in de toekomst, van Stichting AOC Terra, Stichting Dollard College en Stichting rsg de Borgen. Gerechtelijke procedures Er is bij Terra sprake van twee geschillen met medewerkers. In beide geschillen is geen sprake van een rechtzaak. In één geschil is sprake van onderhandelingen tussen advocaten over een vaststellingsovereenkomst. Hierbij gaat het op dit moment om een bedrag van Er is nog geen overeenstemming en er is nog geen vaststellingsovereenkomst getekend. Bij het tweede geschil is het nog niet tot onderhandeling gekomen. In dit geval is er dus nog geen bedrag te bepalen. Vordering op het Ministerie van Economische Zaken Terra heeft een vordering van op het Ministerie van Economische Zaken wegens in mei 1992 betaald vakantiegeld over de maanden juni en juli 1991 en de in 1996 betaalde IZK/IBIZA april tot en met december Deze maanden behoorden nog tot de periode van declaratiebekostiging. Het ministerie zal deze vorderingen verrekenen indien Terra ophoudt te bestaan. Dit betreft een in de praktijk niet invorderbare vordering, tenzij op een moment daadwerkelijk de school wordt opgeheven. Om die reden is in 2007 besloten de vordering op het ministerie af te boeken en op te nemen als een niet in de balans opgenomen activum. Vordering op het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen De vorderingen op het Ministerie van Onderwijs Cultuur en Wetenschappen betreft de periode van declaratiebekostiging. Deze vordering worden verrekend indien Stichting Dollard College ophoudt te bestaan. Stichting rsg de Borgen heeft een vordering van op het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen. Het betreft de personeelskosten over het jaar 2005 die, door de invoering van de kalenderjaarbekostiging, niet is ontvangen. Het ministerie zal deze vordering verrekenen wanneer Stichting rsg de Borgen ophoudt te bestaan. Dit betreft een in de praktijk niet invorderbare vorderingen, tenzij op een moment daadwerkelijk de scholen worden opgeheven. Om die reden is in 2007 besloten de vorderingen op het ministerie af te boeken en op te nemen als een niet in de balans opgenomen activum. Kredietfaciliteit Terra heeft de beschikking over een krediet in rekening -courant bij de bank tot een bedrag van Van deze kredietfaciliteit was ultimo 2016 geen gebruik gemaakt. De hiervoor verstrekte zekerheden zijn vermeld bij de toelichting behorende bij de balans onder de langlopende schulden (lening 2). In 2015 is bij de ING Bank een lening op roll-over basis van afgesloten ten behoeve van de voorgenomen nieuwbouw in Emmen. Deze lening heeft een looptijd tot uiterlijk 1 januari 2018 en de rente is gebaseerd op het 3-maands EURIBOR tarief met een opslag van 1,3% per jaar. De rente wordt berekend over het opgenomen bedrag. Deze lening is ultimo 2016 nog niet opgenomen. Over het niet opgenomen bedrag wordt een bereidstellingsprovisie in rekening gebracht van 0,1% per kwartaal (0,4% per jaar). Regeling Duurzame Inzetbaarheid De regeling duurzame inzetbaarheid is bedoeld om werknemers in de gelegenheid te stellen afspraken te maken die hen helpen om ook op langere termijn het werk goed, gezond en met plezier te blijven doen. Eigen verantwoordelijkheid en keuze van de werknemer staan daarbij voorop. De werknemer heeft recht op een persoonlijk (basis)budget van 50 uur ten behoeve van zijn duurzame inzetbaarheid. Indien de werknemer gebruik maakt van seniorenverlof dan wel van één van de overgangsregelingen, dan vervalt het recht op het persoonlijk budget. Aangezien deze uren niet kunnen worden gespaard is ultimo boekjaar geen sprake van een saldo te waarderen verlofuren. Fiscale eenheid Stichting Onderwijsgroep Noord vormt een fiscale eenheid voor de omzetbelasting met Stichting AOC Terra, Stichting Dollard College en Stichting rsg de Borgen. Op grond van de Invorderingswet zijn de individuele stichtingen ieder hoofdelijk aansprakelijk voor ter zake door de combinatie verschuldigde belasting.

56 Toelichting behorende tot de geconsolideerde staat van baten en lasten 3.1 Rijksbijdragen Rijksbijdrage OCW/EZ Overige subsidies OCW/EZ Rijksbijdragen Rijksbijdrage OCW Rijksbijdrage EZ Rijksbijdrage OCW/EZ Geoormerkte subsidies Niet-geoormerkte subsidies Toerekening investeringssubsidies Overige subsidies OCW Geoormerkte subsidies Niet-geoormerkte subsidies Toerekening investeringssubsidies Overige subsidies EZ De rijksbijdragen zijn ten opzichte van 2015 gestegen met 3,5 miljoen. De normatieve rijksbijdrage is gestegen met 2,8 miljoen als gevolg van de toename van het aantal leerlingen en verhoging van de bijdrage per leerling. De overige subsidies zijn per saldo toegenomen met 0,6 miljoen. De geoormerkte subsidies zijn gedaald als gevolg van het eindigen van een aantal geoormerkte subsidies in 2016, maar deze daling wordt nagenoeg geheel gecompenseerd door een aantal nieuwe (meerjarige) subsidies in De niet-geoormerkte subsidies zijn daarentegen toegenomen. Voor VSV zijn prestatiesubsidie ontvangen, de bijdrage per leerling van de prestatiebox VO is verhoogd, een hogere subsidie voor de 1e opvang vreemdelingen / nieuwkomers als gevolg van meer leerlingen en een nieuwe regeling en de rijksbijdrage Kwaliteitsafspraken MBO is toegenomen. Met ingang van boekjaar 2016 zijn de in het verleden ontvangen en in het boekjaar vrijgevallen subsidies, gesaldeerd onder de afschrijvingskosten. Deze subsidies zijn in het verleden aangewend voor het doen van investeringen. 3.2 Overige overheidsbijdragen en -subsidies Overige overheidsbijdragen en -subsidies Overige overheidsbijdragen en -subsidies De gemeentelijke bijdragen en subsidies zijn ten opzichte van 2015 gedaald. Enerzijds is er een extra bedrag ontvangen ( ) ter compensatie voor de kosten van asbestsanering op het Hommesplein en anderzijds is er sprake van minder ontvangen subsidies omdat de investeringssubsidies voor 2016 anders worden verwerkt. In voorgaande jaren werden bij de overige overheidsbijdragen en -subsidies de, in het kader van de gemeentelijke verantwoordelijkheid voor de huisvesting, in het verleden ontvangen en in het boekjaar vrijgevallen subsidies verantwoord die aangewend zijn voor het doen van investeringen. Met ingang van 2016 wordt deze bate gesaldeerd met de afschrijvingen. 3.3 College-, cursus-, les- en examengelden Cursusgelden sector BVE College-, cursus-, les- en examengelden

57 De ontvangen cursusgelden worden afgedragen aan het Ministerie van Onderwijs, Cultuur & Wetenschap. Deze afdracht wordt verantwoordt onder de overige lasten. Het gaat hierbij om het wettelijk cursusgeld voor BBL leerlingen van 18 jaar en ouder. De ontvangsten in 2016 zijn hoger dan in Het aantal studenten is weliswaar lager, maar omdat er sprake is van meer studenten in niveau 3/4, zijn de ontvangsten toch hoger dan in Baten werk in opdracht van derden Contractonderwijs Overige baten werk in opdracht van derden Baten in opdracht van derden Overige baten in opdracht van derden Overige baten in opdracht van derden De baten uit niet-bekostigd onderwijs zijn licht afgenomen ten opzichte van Eind 2015 is TerraStart begonnen met het op projectbasis aanbieden van contractonderwijs via Gemeenten. Dit is in 2016 verder uitgebouwd. Dit heeft (nog) niet de omzet kunnen genereren die is weggevallen door de gewijzigde regelgeving, waardoor de omzet lager uitkomt dan in Overige baten Verhuur Detachering personeel Schenking Ouderbijdragen Overige Overige baten De overige baten zijn gedaald met ruim 0,5 miljoen ten opzichte van De opbrengsten uit detachering van personeel is per saldo afgenomen. Een stijging doet zich voor bij Dollard College doordat er meer medewerkers zijn gedetacheerd aan Terra en aan het Samenwerkingsverband. Bij Terra zijn de opbrengsten uit detacheringen lager. In 2015 was sprake van tripartite overeenkomsten met RENN4 en de nieuwe Samenwerkingsverbanden. De bijdrage van RENN4 was eenmalig. Het bedrag dat via de Samenwerkingsverbanden wordt ontvangen wordt in de komende jaren afgebouwd. Dit verschilt echter per samenwerkingsverband. De ouderbijdragen zijn iets lager dan in De vrijwillige (ouder)bijdrage wordt vanaf 2016 geïnd via WIS collect. Dit betekent dat het verzoek om een bijdrage digitaal wordt verstuurd en niet meer via een factuur. De opbrengst wordt gerealiseerd op het moment dat de ouders/verzorgers/leerling een keuze van de te betalen bijdrage(n) hebben gemaakt en niet meer op het moment van het aanmaken van de factuur. Daar staat tegenover dat er geen voorziening voor niet betaalde facturen nodig is voor deze bijdragen. De daling van de overige baten wordt veroorzaakt omdat een deel van de baten van het Samenwerkingsverband zijn overgeheveld naar Daarnaast was er in 2015 sprake van eenmalige baten. 4.1 Personele lasten Lonen en salarissen Overige personele lasten Af: uitkeringen Personeelslasten Bruto lonen en salarissen Sociale lasten

58 Pensioenpremies Lonen en salarissen Dotaties personele voorzieningen Personeel niet in loondienst Overige Overige personele lasten Gemiddeld aantal personeelsleden (in fte's) College van Bestuur 4,9 1,4 Directie en (onderwijs)ondersteunend- en beheerspersoneel 268,2 250,2 Onderwijsgevend personeel 835,4 858,2 Totaal (exclusief inhuur) 1.108, ,8 De personeelslasten zijn gestegen ten opzichte van De lonen en salarissen van het personeel met een aanstelling zijn gestegen met ruim 3,4 miljoen. De stijging wordt veroorzaakt door de CAO-verhoging van 3,0% per 1 januari 2016, alsmede als gevolg van uitbreiding van het personeelsbestand. Daarnaast is er sprake van een stijging van de bedragen voor sociale lasten. De pensioenpremies zijn iets hoger dan in In eerste instantie was er sprake van een lager premiepercentage,maar per april 2016 is de premie weer verhoogd. De overige personele lasten zijn ten opzichte van 2015 gestegen met bijna 2,6 miljoen. Dit is voornamelijk het gevolg van het opnemen van een voorziening seniorenverlof. Met betrekking tot de personele voorzieningen is sprake van een hogere totale dotatie in vergelijking met De voorziening langdurig zieken is toegenomen door meer langdurig zieken ultimo De voorziening spaarverlof is opnieuw bepaald (nieuwe berekeningsmethode) op basis van de inventarisatie onder medewerkers. Daarnaast is de omvang van de voorziening voor ambtsjubilea en voor wachtgelden opnieuw bepaald, rekening houdend met de huidige wachtgeldverplichtingen. In 2016 is, naast nieuwe verplichtingen, ook sprake van lagere verplichtingen voor enkele wachtgelders die elders werk hebben gevonden. Per saldo nemen de totale verplichtingen toe waardoor de totale dotatie in ,6 miljoen hoger uitkomt. De kosten voor personeel niet in loondienst zijn hoger dan in Er is in toenemende mate sprake van inhuur van externe personeelsleden, zoals uitzendkrachten, gedetacheerden en ZZP-ers, zowel voor projecten, reguliere onderwijswerkzaamheden als voor vervanging bij ziekte. Vanaf 2016 is de TerraRijschool actief. TerraRijschool heeft zelf geen personeel in dienst. Al het personeel dat nodig is voor de verschillende activiteiten wordt ingehuurd. De overige personele lasten zijn ten opzichte van 2015 licht gedaald. Het betreft hier lagere kosten voor woonwerkverkeer, personele attenties en studietoelagen. De uitkeringen uit sociale fondsen zijn ten opzichte van ,07 miljoen hoger als gevolg van toegenomen ZW en WAO-uitkeringen. Het personeelsbestand per 31 december betreft uitsluitend medewerkers met een dienstverband. De toename van het aantal fte's wordt veroorzaakt door de invulling van vacatures, onder andere in verband met de transitie. Pensioenfondsen zijn wettelijk verplicht om financiële buffers te hebben: extra geld voor tijden dat het financieel slechter gaat. De pensioenregels schrijven voor dat de beleidsdekkingsgraad van het Algemeen Burgerlijk Pensioenfonds (ABP) 128% moet zijn. Daarnaast is ook wettelijk bepaald dat de beleidsdekkingsgraad niet langer dan vijf jaren onder de 104,2% mag liggen. De beleidsdekkingsgraad wordt berekend uit de dekkingsgraden, de verhouding tussen de bezittingen en verplichtingen, in een periode van twaalf maanden. Ultimo 2016 bedroeg de beleidsdekkingsgraad van het ABP 96,6%. 4.2 Afschrijvingen Materiële vaste activa Afschrijvingen

59 De afschrijvingslasten van de materiële vaste activa zijn ten opzichte van 2015 gestegen met 1,1 miljoen. Dit wordt met name veroorzaakt omdat er ten laste van het resultaat van het boekjaar een bijzondere waardevermindering is gebracht van 2,0 miljoen. Dit houdt verband met een nieuw uitgevoerde taxatie van de grondpositie te Emmen. Omdat een deel van de geplande investeringen later of helemaal niet zijn uitgevoerd blijft de toename van de lasten beperkt. Tot 1 januari 2016 werden de in het boekjaar vrijgevallen investeringssubsidies die betrekking hebben op een deel van de afschrijvingslasten, verantwoord als bate. Vanaf 2016 worden deze baten gesaldeerd met de afschrijvingen. 4.3 Huisvestingslasten Huur Verzekeringen Onderhoud Energie en water Schoonmaakkosten Heffingen Huisvestingslasten De huisvestingslasten zijn ten opzichte van 2015 gedaald met ruim 0,3 miljoen. Deze daling wordt voornamelijk veroorzaakt door lagere kosten voor onderhoud en voor schoonmaakkosten. Dit is als gevolg van nieuwe contracten voor zowel de schoonmaak als de afvalverwerking. De toename van de kosten voor Energie en water zijn het gevolg van hogere kosten voor gas en elektra. De kosten voor water zijn daarentegen afgenomen. 4.4 Overige lasten Administratie- en beheerslasten Inventaris, apparatuur en leermiddelen Dotatie overige voorzieningen Overige Overige lasten De overige lasten zijn met 1,2 miljoen toegenomen ten opzichte van Deze stijging komt met name voor rekening van de kosten van inventaris, apparatuur en leermiddelen. De administratie- en beheerslasten zijn licht gestegen en de dotaties aan de overige voorzieningen zijn daarentegen licht gedaald. De overige lasten zijn nagenoeg ongewijzigd gebleven. Bij de administratie- en beheerslasten zijn de kosten voor het kopieren, ICT-voorzieningen en de inhuur van externe adviseurs gestegen ten opzichte van Ook is sprake van extra kosten door de activiteiten van TerraRijschool BV, die in 2015 nog niet bestond. De kosten van inhuur van externe adviseurs komen hoger omdat er spoedadvies is ingewonnen bij BMC inzake een bekostigingsvraagstuk en vanwege inhuur externen voor examentraining/surveillanten. Er is daarnaast sprake van lagere kosten door het niet aanwenden van de post 'onvoorzien' en niet gerealiseerde kosten van de post 'transitie'.

60 De sterke stijging van 1,2 miljoen bij de kosten voor inventaris, apparatuur en leermiddelen wordt nagenoeg geheel veroorzaakt door hogere kosten voor onderwijskundige projecten (Terra). Deze onderwijskundige projecten worden bekostigd uit de ontvangen projectsubsidies. Tegenover de kosten staat een zelfde bedrag aan opbrengsten die zijn opgenomen bij de baten. Ook is sprake van extra kosten door de activiteiten van TerraRijschool BV, die in 2015 nog niet bestond. Daarnaast zijn de kosten gestegen door uitbesteding van het onderwijs aan alleenstaande minderjarige vreemdelingen. Het Dollard College verzorgd het onderwijs aan deze leerlingen niet zelf maar heeft dat uitbesteed. De hiervoor ontvangen bekostiging van overheidswege, verantwoord onder Rijksbijdragen, wordt doorbetaald en hier verantwoord als kosten voor uitbesteed onderwijs. Daarnaast is sprake van een stijging van de kosten van boeken, lesmaterialen en kleine inventaris. De dotatie overige voorzieningen betreft de dotatie aan de voorziening wegens oninbaarheid van vorderingen op debiteuren, inclusief de oninbare ouderbijdragen. De lasten zijn lager dan in 2015 omdat er in 2015 een groot aantal oude vorderingen alsnog is afgeboekt, omdat deze definitief oninbaar werden geacht. Na bepaling van deze oninbare vorderingen op debiteuren en niet te ontvangen vrijwillige ouderbijdragen, was in 2015 een hogere dotatie nodig om de voorziening weer op peil te brengen. De dotatie is tevens lager omdat de vrijwillige (ouder)bijdrage in 2016 via WIS collect wordt geind en niet meer aan alle ouders wordt gefactureerd. De post overige is nagenoeg gelijk aan Het betreft hier de inkoopkosten van de kantine waar ook opbrengsten tegenover staan. Accountant Honorarium controle jaarrekening en bekostiging Honorarium overige controles Honorarium fiscale adviezen Honorarium overige dienstverlening Accountantslasten Bovenstaande honoraria betreffen de werkzaamheden die bij de stichting en de in de consolidatie betrokken maatschappijen zijn uitgevoerd door accountantsorganisaties en externe accountants zoals bedoeld in artikel 1, lid 1 Wta (Wet toezicht accountantsorganisaties) en de in rekening gebrachte honoraria van het gehele netwerk waartoe de accountantsorganisatie behoort. Deze honoraria hebben betrekking op het onderzoek van de jaarrekening over het boekjaar 2016, ongeacht of de werkzaamheden reeds gedurende het boekjaar zijn verricht. Het honorarium dienstverlening heeft grotendeels betrekking op advies dat is gevraagd met betrekking tot de nieuwbouw in Emmen en externe projecten. 5 Financiële baten en lasten Rentebaten Rentelasten Ineffectiviteit derivaten Financiële baten en lasten De financiële baten en lasten zijn gedaald ten opzichte van De rentebaten zijn lager dan in Er is weliswaar sprake van een toename van de voorraad liquide middelen in 2015 maar als gevolg van lagere geldmarkttarieven komen de rentebaten toch lager uit. Ook de rentelasten zijn in 2016 iets lager dan in 2015 als gevolg van aflossingen op de leningen. Terra heeft in 2005 gekozen om het risico van een rentestijging af te dekken door middel van een renteswap. Het verschil tussen de lening en de swap is ontstaan door een extra aflossing op de lening in De hedgerelatie is voor een deel ineffectief als gevolg van de over-hedging die hierdoor is ontstaan. De waarde van deze ineffectiviteit wordt ieder jaar opnieuw vastgesteld. De last van de ineffectiviteit voor 2016 bedraagt nog geen Als gevolg van een nieuwe berekeningswijze was de last van de ineffectiviteit van de renteswap in 2015 hoger. De nieuwe berekeningswijze doet meer recht aan de werkelijke waarde van de ineffectiviteit in relatie tot de resterende looptijd van de renteswap.

61 Enkelvoudige jaarrekening

62 Enkelvoudige balans per 31 december 2016 (na resultaatbestemming) Vaste activa 1.2 Materiële vaste activa Totaal vaste activa Vlottende activa 1.5 Vorderingen Liquide middelen Totaal vlottende activa Totaal activa Eigen Vermogen Voorzieningen Langlopende schulden Kortlopende schulden Totaal passiva

63 Enkelvoudige staat van baten en lasten over Begroting Baten 3.4 Baten werk in opdracht van derden Overige baten Totaal baten Lasten 4.1 Personeelslasten Afschrijvingen Huisvestingslasten Overige lasten Totaal lasten Saldo baten en lasten Financiële baten en lasten Netto resultaat

64 Gehanteerde grondslagen bij de opstelling van de enkelvoudige jaarrekening De grondslagen bij de enkelvoudige jaarrekening, voor zover deze van toepassing zijn, wijken niet af van de grondslagen zoals deze staan aangegeven bij de geconsolideerde jaarrekening. Voor de grondslagen van de enkelvoudige jaarrekening verwijzen wij u naar de grondslagen bij de opstelling van de geconsolideerde jaarrekening.

65 Toelichting behorende tot de enkelvoudige balans 1.2 Materiële vaste activa Aanschafprijs Cumulatieve Boekwaarde Investeringen Desinvesteringen Afschrijvingen Aanschafprijs Cumulatieve Boekwaarde 1 januari 2016 afschrijvingen 1 januari december 2016 afschrijvingen 31 december 2016 en waarde- en waardeverminderingen verminderingen 1 januari december Gebouwen en terreinen Inventaris en apparatuur In uitvoering en vooruitbetalingen Materiële vaste activa Materiële vaste activa Het bedrag uit de bij In uitvoering en vooruitbetalingen vermelde investeringen betreft de vervanging van het draadloos netwerk. Het project is in 2016 gestart maar in dit boekjaar nog niet volledig afgerond. De boekwaarde van de materiële vaste activa is ten opzichte van 2015 gestegen met een bedrag van In 2016 is voor een netto bedrag van geïnvesteerd in inventaris en apparatuur. Investeringen in gebouwen en terreinen hebben plaatsgevonden voor De desinvesteringen bedroegen 43 en de totale afschrijvingslast bedroeg Vorderingen Debiteuren Groepsmaatschappijen Overige overheden Overige vorderingen Overlopende activa Vorderingen Overige Overige vorderingen Vooruitbetaalde kosten Overlopende activa Alle vorderingen hebben een looptijd korter dan 1 jaar. De openstaande vorderingen op debiteuren en overlopende activa (vooruitbetaalde kosten) zijn ten opzichte van 2015 afgenomen. 1.7 Liquide middelen Kasmiddelen Tegoeden op bankrekeningen Liquide middelen Alle liquide middelen zijn direct opeisbaar.

66 2.1 Eigen vermogen Saldo Resultaat Overige mutaties Stand per 1 januari december Bestemmingsfonds (publiek) Eigen vermogen Bestemmingsfonds Publieke onderwijsgelden Bestemmingsfonds (publiek) Het vermogen van Onderwijsgroep Noord is indirect ontstaan uit de publieke middelen van de drie onderwijsinstellingen binnen de groep. Om die reden heeft het College van Bestuur van Onderwijsgroep Noord en de drie onderwijsinstellingen gemeend hiervoor een bestemmingsfonds publieke onderwijsgelden te moeten instellen. Hiermee wordt zichtbaar gemaakt dat dit vermogen niet aan de publieke middelen wordt onttrokken. Consolidatie vindt plaats op basis van overwegende zeggenschap en niet op basis van kapitaalbelang. Om die reden wijkt het enkelvoudig vermogen af van het geconsolideerd vermogen. Het verschil tussen enkelvoudig en geconsolideerd vermogen wordt in onderstaand overzicht inzichtelijk gemaakt. Saldo Resultaat Overige mutaties Stand per Enkelvoudig vermogen Onderwijsgroep Noord Vermogen Stichting AOC Terra Vermogen Stichting Dollard College Vermogen Stichting rsg de Borgen Geconsolideerd Vermogen Onderwijsgroep Noord Voorzieningen Stand per Dotaties Onttrekkingen Vrijval Stand per Kortlopende Langlopende 1 januari december 2016 deel < 1 jaar deel > 1 jaar Personeelsvoorzieningen Voorziening wachtgelden Voorziening ambtsjubilea Voorziening langdurig zieken Voorziening seniorenverlof Voorzieningen De voorziening wachtgelden is voor wachtgeldverplichtingen ten aanzien van voormalig personeel. De voorziening langdurig zieken is voor bestaande verplichtingen tot het in de toekomst doorbetalen van beloningen aan personeelsleden die op balansdatum naar verwachting blijvend geheel of gedeeltelijk niet in staat zijn om werkzaamheden ter verrichten door ziekte of arbeidsongeschiktheid. De omvang van de voorziening is bepaald op basis van de contante waarde van de huidige verplichtingen per individuele (voormalige) medewerker. Bij het berekenen van de contante waarde wordt een rentepercentage van 0,3560% gehanteerd. Dit is het tarief van de 10-jaars kapitaalmarktrente voor Nederland per ultimo De voorziening ambtsjubilea is voor de verplichting ten aanzien van de toekomstige uitkering bij ambtsjubilea van personeel. De hoogte van de voorziening wordt jaarlijks bepaald op basis van de gemiddelde verplichting in de afgelopen vijf jaren. Contant maken van deze verplichting leidt niet tot een materiële afwijking ten opzichte van de huidige berekening. De voorziening seniorenverlof is een voorziening voor de verplichting voor nog op te nemen verlof die ontstaat bij toekomstige deelname van medewerkers aan deze regeling en de verplichting aan huidige deelnemers aan de regeling voor de komende vijf jaar. Deze voorziening is alleen opgenomen voor medewerkers die niet onder de overgangsregelingen vallen. 2.3 Langlopende schulden Aflossings- Stand per Aangegane verplichtingen Stand per Looptijd Looptijd Rente 1 januari 2016 leningen december 2016 > 1 jaar > 5 jaar voet % ABN-AMRO Bank N.V , Kredietinstellingen Langlopende schulden Het verloopoverzicht toont het verloop van het langlopende deel van de leningen.

67 Het betreft hier een hypothecaire lening welke is afgesloten voor aankoop van het kantoorpand aan de Hereweg 101 te Groningen. Voor deze lening zijn de volgende zekerheden verstrekt:. Recht van eerste hypotheek voor de hoofdsom, vermeerderd met 40% voor rente en kosten, op het recht van opstal c.q. erfpacht;. Verstrekking tot zekerheid van het pandrecht op de huidige en toekomstige vorderingen, voor zover het toekomstige vorderingen betreft bij voorbaat, op de kredietgever aan de kredietgever. De aflossingsverplichtingen voor het komend jaar zijn opgenomen onder de kortlopende schulden. 2.4 Kortlopende schulden Kredietinstellingen Crediteuren Schulden aan groepsmaatschappijen Belastingen en premies sociale verzekeringen Schulden terzake van pensioenen Overlopende passiva Kortlopende schulden Loonheffing Premies sociale verzekeringen Belastingen en premies sociale verzekeringen Vakantiegeld en -dagen Accountants- en administratiekosten Rente Overige Overlopende passiva Alle kortlopende schulden hebben een looptijd korter dan 1 jaar. De schulden terzake pensioenen, de belastingen en premies sociale verzekeringen en de overlopende passiva zijn in 2016 toegenomen. De schulden aan groepsmaatschappijen en crediteuren zijn daarentegen gedaald. De overlopende passiva nemen toe door een additionele reservering voor nabetalingen die kunnen voortvloeien uit de invoering van het nieuwe functiebouwwerk. Per saldo is, ten opzichte van 2015, sprake van een afname van de kortlopende schulden.

68 Toelichting behorende tot de enkelvoudige staat van baten en lasten 3.4 Baten werk in opdracht van derden 2016 Begroting Overige baten werk in opdracht van derden Baten in opdracht van derden Overige baten in opdracht van derden Overige baten in opdracht van derden De opbrengsten voor de dienstverlening zijn hoger dan in De stijging wordt veroorzaakt door een stijging van de baten bij de drie onderwijsinstellingen, onder andere door een toename van het aantal leerlingen. Ten opzichte van de begroting zijn de opbrengsten nagenoeg gelijk. Voor 2016 is 6,60% als doorbelastings-percentage gehanteerd. 3.5 Overige baten 2016 Begroting Verhuur Detachering personeel Overige Overige baten De opbrengsten vanwege verhuur betreft de verhuur van een kantoor aan het samenwerkingsverband. De opbrengsten uit detachering van personeel komen lager uit dan in Ook waren deze lager dan is begroot. Er is sprake van een afname van het aantal detacheringen. De overige baten hebben betrekking op de organisatie van de OGN-academie. De baten zijn iets lager dan in 2015, maar wel hoger dan begroot. Er zijn meer cursussen georganiseerd dan waar in de begroting van 2016 rekening mee is gehouden, waardoor de baten hoger uitkomen dan begroot. Hier staan ook hogere lasten tegenover die zijn verantwoord bij de administratie- en beheerslasten. 4.1 Personele lasten 2016 Begroting Lonen en salarissen Overige personele lasten Af: uitkeringen Personeelslasten Bruto lonen en salarissen Sociale lasten Pensioenpremies Lonen en salarissen Dotaties personele voorzieningen Personeel niet in loondienst Overige Overige personele lasten

69 Gemiddeld aantal personeelsleden (in fte's) College van Bestuur 4,9 1,4 Ondersteunend- en beheerspersoneel 67,5 62,9 Totaal 72,4 64,3 De personele lasten zijn gestegen ten opzichte van 2015 met Ten opzichte van de begroting is sprake van een stijging van De lonen en salarissen zijn met gestegen ten opzichte van De stijging is voornamelijk het gevolg van de CAO-verhoging van 3,0% per 1 januari 2016 alsmede als gevolg van uitbreiding van het personeelsbestand. Daarnaast is er sprake van een stijging van de sociale lasten en de pensioenpremies. In eerste instantie was sprake van een lager premiepercentage, maar per april 2016 is de premie weer verhoogd. Ten opzichte van de begroting is sprake van een vergelijkbaar beeld en komen de lonen en salarissen hoger uit. De dotaties aan de personele voorzieningen vallen aanmerkelijk hoger uit. Dit is voornamelijk het gevolg van het opnemen van een voorziening seniorenverlof van Daarnaast zijn er in 2016 minder afspraken (vrijval) met betrekking tot wachtgeld gemaakt dan begroot. De kosten voor personeel niet in loondienst zijn lager dan in 2015, maar vallen wel hoger uit dan was begroot. Er is slechts in geringe mate sprake van inhuur van uitzendpersoneel maar wel in toenemende mate van het inhuren van externe personeelsleden, zoals gedetacheerden of ZZP-ers. Het personeelsbestand per 31 december betreft uitsluitend medewerkers met een dienstverband. De toename van het gemiddeld aantal fte's wordt veroorzaakt door de invulling van vacatures. Wet normering bezoldiging topfunctionarissen De bezoldiging toelichting publieke is opgenomen na de toelichting op de financiële baten en lasten. 4.2 Afschrijvingen 2016 Begroting Materiële vaste activa Afschrijvingen De afschrijvingslasten zijn gedaald met ten opzichte van 2015 en met ten opzichte van de begroting. De daling ten opzichte van 2015 wordt veroorzaakt door het beperkt uitvoeren van vervangingsinvesteringen. De daling ten opzichte van de begroting is het gevolg van het later of helemaal niet uitvoeren van geplande investeringen. 4.3 Huisvestingslasten 2016 Begroting Huur Verzekeringen Onderhoud Energie en water Schoonmaakkosten Heffingen Huisvestingslasten De huisvestingslasten zijn in 2016 lager dan ten opzichte van 2015 en de begroting. Als gevolg van minder uitgevoerde onderhoud aan het kantoorpand zijn de onderhoudskosten lager dan in 2015 en ten opzichte van de begroting. Voor zowel de schoonmaak als de afvalverwerking zijn nieuwe contracten afgesloten, waardoor de kosten voor deze posten lager uitkomen.

70 4.4 Overige lasten 2016 Begroting Administratie- en beheerslasten Inventaris, apparatuur en leermiddelen Overige lasten De overige lasten zijn hoger dan in 2015, maar lager dan is begroot. De administratie- en beheerslasten zijn hoger dan in De kosten voor ICT-voorzieningen, contributies, kopieerkosten, pr-activiteiten, representatiekosten en personeelsvoorziening zijn gestegen ten opzichte van Daarentegen zijn de kosten van inhuur van externe adviseurs gedaald ten opzichte van De kosten van inhuur van externe adviseurs waren in 2015 hoog in verband met diverse projecten en de transitie van de organisatie. De hogere kosten voor inventaris, apparatuur en leermiddelen ten opzichte van 2015 worden veroorzaakt door aanschaf van vergaderstoelen voor de vergaderruimte op de 1e etage. De administratie en beheerslasten zijn lager dan begroot. Er is sprake van hogere kosten voor ICTvoorzieningen, contributies, pr-activiteiten, kopieerkosten en personeelsvoorziening. Daarnaast zijn minder kosten gemaakt voor telecommunicatie, drukwerk en formulieren, kosten externe adviseurs en bij-,her- en nascholing. Tevens zijn de lasten lager door het niet aanwenden van de begrote post voor onvoorziene uitgaven. De kosten voor inventaris, apparatuur en leermiddelen zijn per saldo lager dan de begroting. Enerzijds wordt dit veroorzaakt door hogere lasten voor de post kleine inventarisaanschaffing (vergaderstoelen) en anderzijds door lagere lasten omdat er nauwelijks gebruik is gemaakt van het begrote bedrag voor innovatie. Accountant Honorarium controle jaarrekening Honorarium fiscale adviezen Honorarium overige dienstverlening Accountantslasten Bovenstaande honoraria betreffen de werkzaamheden die bij de stichting en de in de consolidatie betrokken maatschappijen zijn uitgevoerd door accountantsorganisaties en externe accountants zoals bedoeld in artikel 1, lid 1 Wta (Wet toezicht accountantsorganisaties) en de in rekening gebrachte honoraria van het gehele netwerk waartoe de accountantsorganisatie behoort. Deze honoraria hebben betrekking op het onderzoek van de jaarrekening over het boekjaar 2016, ongeacht of de werkzaamheden reeds gedurende het boekjaar zijn verricht. 5 Financiële baten en lasten 2016 Begroting Rentebaten Rentelasten Financiële baten en lasten De rentebaten zijn lager dan in Door een lagere (en in sommige gevallen geen) rentevergoeding komen de rentebaten lager uit en zijn de opbrengsten door een daling van de liquide middelen verder afgenomen. De rentebaten zijn ook lager dan begroot omdat de renteverlaging groter is dan waarmee bij het opstellen van de begroting rekening is gehouden. De rentelasten zijn lager dan in 2015 als gevolg van aflossingen op de lening.

71 Verbonden Partijen Naam Juridische Statutaire Code Eigen Resultaat Art. 2:403 Deelname Consolidatie vorm 2016 zetel activiteiten Vermogen jaar 2016 BW Ja/Nee % Ja/Nee Stichting AOC Terra stichting Groningen nee 0 nee Stichting Dollard College stichting Groningen nee 0 nee Stichting RSG de Borgen stichting Groningen nee 0 nee Naam Onschrijving doelstelling Samenstelling Bestuur en directie Stichting AOC Terra Onderwijs mw. A.A. Berendsen (Voorzitter College van Bestuur) en drs. A.G. Wennink MBA (College van Bestuur) Stichting Dollard College Onderwijs mw. A.A. Berendsen (Voorzitter College van Bestuur) en drs. A.G. Wennink MBA (College van Bestuur) Stichting Onderwijsgroep Noord Onderwijs mw. A.A. Berendsen (Voorzitter College van Bestuur) en drs. A.G. Wennink MBA (College van Bestuur) Stichting AOC Terra, Stichting Dollard College en Stichting rsg de Borgen maken deel uit van Onderwijsgroep Noord. Deze zijn verbonden op grond van overwegende zeggenschap en niet op basis van kapitaalbelang.

72 WNT-verantwoording 2016 Stichting Onderwijsgroep Noord. Per 1 januari 2013 is de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector (WNT) ingegaan. Deze verantwoording is opgesteld op basis van de volgende op Stichting Onderwijsgroep Noord van toepassing zijnde regelgeving: WNT-maximum voor het onderwijs; klasse F. Het bezoldigingsmaximum in 2016 voor Stichting Onderwijsgroep Noord is Dit geldt naar rato van de duur en/of omvang van het dienstverband. Voor topfunctionarissen zonder dienstbetrekking geldt met ingang van 1 januari 2016 voor de eerste 12 kalendermaanden een afwijkende normering, zowel voor de duur van de opdracht als voor het uurtarief. De leden van het College van Bestuur en van de Raad van Toezicht zijn bestuurder respectievelijk toezichthouder van Onderwijsgroep Noord als geheel. Voor de volledigheid is in onderstaande WNT verantwoording de totale bezoldiging van deze functionarissen opgenomen. De vermelde gegevens hebben betrekking op de WNT-entiteiten Stichting Onderwijsgroep Noord, Stichting Agrarischopleidingscentrum Terra, Stichting Dollard College en Stichting rsg de Borgen. Op deze functionarissen is klasse F (8-4-5) van toepassing met een bezoldigingsmaximum van Bezoldiging topfunctionarissen 1a. Leidinggevende topfunctionarissen en gewezen topfunctionarissen met dienstbetrekking. Tevens leidinggevende topfunctionarissen zonder dienstbetrekking vanaf de 13 e maand van de functievervulling bedragen x 1 A.A. Berendsen A.G. Wennink T. Praamstra Functiegegevens Voorzitter CvB Lid CvB Directeur Ondersteunende diensten Aanvang en einde functievervulling in /1-31/12 1/1-31/12 1/8 31/12 Omvang dienstverband (in fte) 1,0 1,0 1,0 Gewezen topfunctionaris? Nee Nee Nee (Fictieve) dienstbetrekking? Nee Nee Nee Individueel WNT-maximum Beloning Belastbare onkostenvergoedingen Beloningen betaalbaar op termijn Subtotaal /- Onverschuldigd betaald bedrag Totaal bezoldiging Verplichte motivering indien overschrijding Overgangsrecht van toepassing n.v.t. n.v.t.

73 Gegevens 2015 Aanvang en einde functievervulling in /1-31/12 1/8-31/12 Geen topfunctionaris volgens de WNT Omvang dienstverband 2015 (in fte) 1,0 1,0 - Beloning Belastbare onkostenvergoedingen Beloningen betaalbaar op termijn Totaal bezoldiging n.v.t. 1b. Leidinggevende topfunctionarissen zonder dienstbetrekking kalendermaand 1-12 Geen sprake van leidinggevende topfunctionarissen zonder dienstbetrekking in 2016, voor 2015 eveneens niet van toepassing. 2. Uitkeringen wegens beëindiging dienstverband aan topfunctionarissen met of zonder dienstbetrekking Geen sprake van uitkeringen wegens beëindiging dienstverband aan topfunctionaris met of zonder dienstbetrekking in 2016, voor 2015 eveneens niet van toepassing. 3. Overige rapportageverplichtingen op grond van de WNT Naast de hierboven vermelde topfunctionarissen zijn er geen overige functionarissen met dienstbetrekking die in 2016 een bezoldiging boven het individuele WNT-maximum hebben ontvangen. Er zijn in 2016 geen ontslaguitkeringen betaald aan overige functionarissen die op grond van de WNT dienen te worden vermeld, of die in eerdere jaren op grond van de WOPT of de WNT vermeld zijn of hadden moeten worden.

74 WNT-verantwoording 2016 Raad van Toezicht Onderwijsgroep Noord/AOC Terra/Dollard College/rsg De Borgen Per 1 januari 2013 is de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector (WNT) ingegaan. Deze verantwoording is opgesteld op basis van de volgende op Onderwijsgroep Noord van toepassing zijnde regelgeving: WNT-maximum voor het onderwijs; klasse F (8-4-5). Het bezoldigingsmaximum in 2016 voor Onderwijsgroep Noord is Dit geldt naar rato van de duur en/of omvang van het dienstverband. Voor topfunctionarissen zonder dienstbetrekking geldt met ingang van 1 januari 2016 voor de eerste 12 kalendermaanden een afwijkende normering, zowel voor de duur van de opdracht als voor het uurtarief. 1. Bezoldiging topfunctionarissen 1a. Leidinggevende topfunctionarissen en gewezen topfunctionarissen met dienstbetrekking. Tevens leidinggevende topfunctionarissen zonder dienstbetrekking vanaf de 13 e maand van de functievervulling. (zie aparte overzichten) 1b. Leidinggevende topfunctionarissen zonder dienstbetrekking (n.v.t.) 1c. Toezichthoudende topfunctionarissen bedragen x 1 E.M. Pastoor- Meuleman H. Holman F. Migchelbrink T. Wagenaar E. van Zuidam M. Krijnsen K.J. Roffel Functiegegevens Voorzitter Lid Lid Lid Lid Lid Lid Aanvang en einde functievervulling in /1-31/12 1/1-31/12 1/1 31/5 1/1 31/12 1/1 31/12 1/ /5 31/12 Individueel WNT-maximum Beloning Belastbare onkostenvergoedingen Beloningen betaalbaar op termijn Subtotaal /- Onverschuldigd betaald bedrag Totaal bezoldiging Verplichte motivering indien overschrijding n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. Gegevens 2015 Aanvang en einde functievervulling in /1 31/12 1/1 31/12 1/1 31/12 1/1 31/12 1/1 31/12 1/1 31/12 n.v.t. Beloning Belastbare onkostenvergoedingen Beloningen betaalbaar op termijn Totaal bezoldiging Uitkeringen wegens beëindiging dienstverband aan topfunctionarissen met of zonder dienstbetrekking (n.v.t.) 3. Overige rapportageverplichtingen op grond van de WNT (n.v.t.)

75 Overige gegevens

76 Controleverklaring van de onafhankelijke accountant Aan: het college van bestuur en de raad van toezicht van Stichting Onderwijsgroep Noord Verklaring over de jaarrekening 2016 Ons oordeel Naar ons oordeel geeft de in dit jaarverslag opgenomen jaarrekening een getrouw beeld van de grootte en de samenstelling van het vermogen van Stichting Onderwijsgroep Noord op 31 december 2016 en van het resultaat over 2016 in overeenstemming met Richtlijn 640 Organisaties zonder winststreven van de Nederlandse Raad voor de Jaarverslaggeving (RJ 640) en de bepalingen bij en krachtens de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector (WNT). Wat we hebben gecontroleerd Wij hebben de in dit jaarverslag opgenomen jaarrekening 2016 van Stichting Onderwijsgroep Noord te Groningen ( de stichting ) gecontroleerd. De jaarrekening omvat de geconsolideerde jaarrekening van Stichting Onderwijsgroep Noord en haar dochtermaatschappijen (samen: de groep ) en de enkelvoudige jaarrekening. De jaarrekening bestaat uit: de geconsolideerde en enkelvoudige balans per 31 december 2016; de geconsolideerde en enkelvoudige staat van baten en lasten over 2016; en de toelichting met een overzicht van de gehanteerde grondslagen voor financiële verslaggeving en overige toelichtingen. Het stelsel voor financiële verslaggeving dat is gebruikt voor het opmaken van de jaarrekening is RJ 640 en de bepalingen bij en krachtens de WNT. De basis voor ons oordeel Wij hebben onze controle uitgevoerd volgens Nederlands recht, waaronder ook de Nederlandse controlestandaarden en de Regeling Controleprotocol WNT 2016 vallen. Onze verantwoordelijkheden op grond hiervan zijn beschreven in de paragraaf Onze verantwoordelijkheden voor de controle van de jaarrekening. Onafhankelijkheid Wij zijn onafhankelijk van Stichting Onderwijsgroep Noord zoals vereist in de Verordening inzake de onafhankelijkheid van accountants bij assuranceopdrachten (ViO) en andere voor de opdracht relevante onafhankelijkheidsregels in Nederland. Verder hebben wij voldaan aan de Verordening gedrags- en beroepsregels accountants (VGBA). Wij vinden dat de door ons verkregen controle-informatie voldoende en geschikt is als basis voor ons oordeel. PricewaterhouseCoopers Accountants N.V., Newtonlaan 205, 3584 BH Utrecht, Postbus 85096, 3508 AB Utrecht T: , F: , PwC is het merk waaronder PricewaterhouseCoopers Accountants N.V. (KvK ), PricewaterhouseCoopers Belastingadviseurs N.V. (KvK ), PricewaterhouseCoopers Advisory N.V. (KvK ), PricewaterhouseCoopers Compliance Services B.V. (KvK ), PricewaterhouseCoopers Pensions, Actuarial & Insurance Services B.V. (KvK ), PricewaterhouseCoopers B.V. (KvK ) en andere vennootschappen handelen en diensten verlenen. Op deze diensten zijn algemene voorwaarden van toepassing, waarin onder meer aansprakelijkheidsvoorwaarden zijn opgenomen. Op leveringen aan deze vennootschappen zijn algemene inkoopvoorwaarden van toepassing. Op treft u meer informatie over deze vennootschappen, waaronder deze algemene (inkoop)voorwaarden die ook zijn gedeponeerd bij de Kamer van Koophandel te Amsterdam.

77 Verklaring over de in het jaarverslag opgenomen andere informatie Naast de jaarrekening en onze controleverklaring daarbij, omvat het jaarverslag andere informatie, die bestaat uit: het bestuursverslag. Op grond van onderstaande werkzaamheden zijn wij van mening dat de andere informatie: met de jaarrekening verenigbaar is en geen materiële afwijkingen bevat; alle informatie bevat die op grond van RJ 640 is vereist. Wij hebben de andere informatie gelezen en hebben op basis van onze kennis en ons begrip, verkregen vanuit de jaarrekeningcontrole of anderszins, overwogen of de andere informatie materiële afwijkingen bevat. Met onze werkzaamheden hebben wij voldaan aan de vereisten in de Nederlandse Standaard 720. Deze werkzaamheden hebben niet dezelfde diepgang als onze controlewerkzaamheden bij de jaarrekening. Het college van bestuur is verantwoordelijk voor het opstellen van de andere informatie, waaronder het bestuursverslag in overeenstemming met RJ 640. Verantwoordelijkheden met betrekking tot de jaarrekening en de accountantscontrole Verantwoordelijkheden van het college van bestuur en de raad van toezicht voor de jaarrekening Het college van bestuur is verantwoordelijk voor: het opmaken en het getrouw weergeven van de jaarrekening in overeenstemming met RJ 640 en de bepalingen bij en krachtens de WNT; en voor een zodanige interne beheersing die het college van bestuur noodzakelijk acht om het opmaken van de jaarrekening mogelijk te maken zonder afwijkingen van materieel belang als gevolg van fouten of fraude. Bij het opmaken van de jaarrekening moet het college van bestuur afwegen of de stichting in staat is om haar werkzaamheden in continuïteit voort te zetten. Op grond van genoemde verslaggevingsstelsel moet het college van bestuur de jaarrekening opmaken op basis van de continuïteitsveronderstelling, tenzij het college van bestuur het voornemen heeft om de stichting te liquideren of de bedrijfsactiviteiten te beëindigen of als beëindiging het enige realistische alternatief is. Het college van bestuur moet gebeurtenissen en omstandigheden waardoor gerede twijfel zou kunnen bestaan of de stichting haar bedrijfsactiviteiten kan voortzetten, toelichten in de jaarrekening. De raad van toezicht is verantwoordelijk voor het uitoefenen van toezicht op het proces van financiële verslaggeving van de stichting. Onze verantwoordelijkheden voor de controle van de jaarrekening Onze verantwoordelijkheid is het zodanig plannen en uitvoeren van een controleopdracht dat wij daarmee voldoende en geschikte controle-informatie verkrijgen voor het door ons af te geven oordeel. Pagina 2 van 5

78 Ons controleoordeel beoogt een redelijke mate van zekerheid te geven dat de jaarrekening geen afwijkingen van materieel belang bevat. Een redelijke mate van zekerheid is een hoge mate maar geen absolute mate van zekerheid waardoor het mogelijk is dat wij tijdens onze controle niet alle afwijkingen ontdekken. Afwijkingen kunnen ontstaan als gevolg van fraude of fouten en zijn materieel indien redelijkerwijs kan worden verwacht dat deze, afzonderlijk of gezamenlijk, van invloed kunnen zijn op de economische beslissingen die gebruikers op basis van deze jaarrekening nemen. De materialiteit beïnvloedt de aard, timing en omvang van onze controlewerkzaamheden en de evaluatie van het effect van onderkende afwijkingen op ons oordeel. Een meer gedetailleerde beschrijving van onze verantwoordelijkheden is opgenomen in de bijlage bij onze controleverklaring. Utrecht, 29 juni 2017 PricewaterhouseCoopers Accountants N.V. Origineel getekend door prof. dr. P.W.A. Eimers RA Pagina 3 van 5

79 Bijlage bij onze controleverklaring over de jaarrekening 2016 van Stichting Onderwijsgroep Noord In aanvulling op wat is vermeld in onze controleverklaring hebben wij in deze bijlage onze verantwoordelijkheden voor de controle van de jaarrekening nader uiteengezet en toegelicht wat een controle inhoudt. De verantwoordelijkheden van de accountant voor de controle van de jaarrekening Wij hebben deze accountantscontrole professioneel-kritisch uitgevoerd en hebben waar relevant professionele oordeelsvorming toegepast in overeenstemming met de Nederlandse controlestandaarden, de Regeling Controleprotocol WNT 2016, ethische voorschriften en de onafhankelijkheidseisen. Onze doelstelling is om een redelijke mate van zekerheid te verkrijgen dat de jaarrekening vrij van materiële afwijkingen als gevolg van fouten of fraude is. Onze controle bestond onder andere uit: Het identificeren en inschatten van de risico s dat de jaarrekening afwijkingen van materieel belang bevat als gevolg van fouten of fraude, het in reactie op deze risico s bepalen en uitvoeren van controlewerkzaamheden en het verkrijgen van controle-informatie die voldoende en geschikt is als basis voor ons oordeel. Bij fraude is het risico dat een afwijking van materieel belang niet ontdekt wordt groter dan bij fouten. Bij fraude kan sprake zijn van samenspanning, valsheid in geschrifte, het opzettelijk nalaten transacties vast te leggen, het opzettelijk verkeerd voorstellen van zaken of het doorbreken van de interne beheersing. Het verkrijgen van inzicht in de interne beheersing die relevant is voor de controle met als doel controlewerkzaamheden te selecteren die passend zijn in de omstandigheden. Deze werkzaamheden hebben niet als doel om een oordeel uit te spreken over de effectiviteit van de interne beheersing van de stichting. Het evalueren van de geschiktheid van de gebruikte grondslagen voor financiële verslaggeving en het evalueren van de redelijkheid van schattingen door het college van bestuur en de toelichtingen die daarover in de jaarrekening staan. Het vaststellen dat de door het college van bestuur gehanteerde continuïteitsveronderstelling aanvaardbaar is. Tevens op basis van de verkregen controle-informatie vaststellen of er gebeurtenissen en omstandigheden zijn waardoor gerede twijfel zou kunnen bestaan of de stichting haar bedrijfsactiviteiten in continuïteit kan voortzetten. Als wij concluderen dat er een onzekerheid van materieel belang bestaat, zijn wij verplicht om aandacht in onze controleverklaring te vestigen op de relevante gerelateerde toelichtingen in de jaarrekening. Als de toelichtingen inadequaat zijn, moeten wij onze verklaring aanpassen. Onze conclusies zijn gebaseerd op de controle-informatie die verkregen is tot de datum van onze controleverklaring. Toekomstige gebeurtenissen of omstandigheden kunnen er echter toe leiden dat een organisatie haar continuïteit niet langer kan handhaven. Het evalueren van de presentatie, structuur en inhoud van de jaarrekening en de daarin opgenomen toelichtingen en het evalueren of de jaarrekening een getrouw beeld geeft van de onderliggende transacties en gebeurtenissen Gegeven onze eindverantwoordelijkheid voor het oordeel zijn wij verantwoordelijk voor de aansturing van, het toezicht op en de uitvoering van de groepscontrole. In dit kader hebben wij de aard en omvang van de uit te voeren werkzaamheden voor de groepsonderdelen bepaald om te waarborgen dat we voldoende controlewerkzaamheden verrichten om in staat te zijn een oordeel te geven over de jaarrekening als geheel. Bepalend hierbij zijn de geografische structuur van de groep, de omvang en/of Pagina 4 van 5

80 het risicoprofiel van de groepsonderdelen of de activiteiten, de bedrijfsprocessen en interne beheersingsmaatregelen en de bedrijfstak waarin de stichting opereert. Op grond hiervan hebben wij de groepsonderdelen geselecteerd waarbij een controle of beoordeling van de financiële informatie of specifieke posten noodzakelijk was. Wij communiceren met de raad van toezicht onder andere over de geplande reikwijdte en timing van de controle en over de significante bevindingen die uit onze controle naar voren zijn gekomen, waaronder eventuele significante tekortkomingen in de interne beheersing. Pagina 5 van 5

identiteitsbewijs identiteitsbewijs onderwijsgroep noord

identiteitsbewijs identiteitsbewijs onderwijsgroep noord 1 identiteitsbewijs identiteitsbewijs onderwijsgroep noord identiteitsbewijs onderwijsgroep noord I Zijn wie je bent. Dat is geluk. I Erasmus 2 Onderwijs draait om mensen Als we met elkaar in het onderwijs

Nadere informatie

onderwijsgroep noord identiteitsbewijs

onderwijsgroep noord identiteitsbewijs onderwijsgroep noord identiteitsbewijs 'Zijn wie je bent. Dat is geluk.' Erasmus 4 Onderwijs draait om mensen Als we met elkaar in het onderwijs iets willen bereiken, dan draait alles om passie, energie

Nadere informatie

' Zijn wie je bent. Dat is geluk.'

' Zijn wie je bent. Dat is geluk.' identiteitsbewijs ' Zijn wie je bent. Dat is geluk.' Erasmus 4 Onderwijs draait om mensen Onderwijs draait om mensen. Als we met elkaar in het onderwijs iets willen bereiken, dan draait alles om passie,

Nadere informatie

' Dit is de tijd die niet verloren gaat: iedre minuut zet zich in toekomst om.' M. Vasalis

' Dit is de tijd die niet verloren gaat: iedre minuut zet zich in toekomst om.' M. Vasalis IDENTITEITS- BEWIJS ' Dit is de tijd die niet verloren gaat: iedre minuut zet zich in toekomst om.' M. Vasalis 2 Onderwijs draait om mensen Als wij in onze onderwijsinstelling iets willen bereiken, dan

Nadere informatie

JAARVERSLAG Bewust, bekwaam, betekenisvol

JAARVERSLAG Bewust, bekwaam, betekenisvol Bewust, bekwaam, betekenisvol INHOUD VOORWOORD COLLEGE VAN BESTUUR 3 VERSLAG VAN RAAD VAN TOEZICHT 6 1. ORGANISATIE 10 1.1 TERRA 10 1.2 IDENTITEIT, VISIE, MISSIE EN BESTURINGSFILOSOFIE 12 1.3 STRATEGISCHE

Nadere informatie

Artikel 7 Opdracht Stichting Onderwijs Primair heeft de opdracht uitgewerkt naar vijf kernwaarden:

Artikel 7 Opdracht Stichting Onderwijs Primair heeft de opdracht uitgewerkt naar vijf kernwaarden: Concretisering Code Goed Bestuur voor Onderwijs Primair Inleiding De leden van de PO-Raad hebben in 2010 de Code Goed Bestuur vastgesteld als leidraad voor goed bestuur in het primair onderwijs. Het bestuur

Nadere informatie

Jaarverslag Dollard College

Jaarverslag Dollard College Jaarverslag Dollard College 2016 Bewust, bekwaam, betekenisvol 1 2 Inhoudsopgave Voorwoord College van Bestuur >> 4 Verslag Raad van Toezicht >> 7 HOOFDSTUK 1 - Organisatie 1.1 Dollard College 11 1.2 De

Nadere informatie

Toetsingskader Raad van Toezicht van de onderwijsstichting Esprit. Onderwijsstichting Esprit

Toetsingskader Raad van Toezicht van de onderwijsstichting Esprit. Onderwijsstichting Esprit Toetsingskader Raad van Toezicht van de onderwijsstichting Esprit Onderwijsstichting Esprit Toetsingskader Raad van Toezicht van de onderwijsstichting Esprit Visie en Toezicht Conform artikel 2 lid 2 van

Nadere informatie

Jaarverslag. ontdek je talent op rsg de borgen!

Jaarverslag. ontdek je talent op rsg de borgen! Jaarverslag 2016 ontdek je talent op rsg de borgen! Inhoudsopgave Voorwoord College van Bestuur 3 Verslag Raad van Toezicht 6 Hoofdstuk 1 - Organisatie 10 1.1 rsg de Borgen 11 1.2 Organogram 11 1.3 Identiteit,

Nadere informatie

Reglement intern toezicht

Reglement intern toezicht Reglement intern toezicht De raad van toezicht van de Stichting Scala College en Coenecoop College besluit gelet op richtlijn 23 van de Code Goed Onderwijsbestuur VO d.d. 4 juni 2015 en artikel 2 lid 1

Nadere informatie

TOEZICHTSVISIE RAAD VAN TOEZICHT NOVA COLLEGE. 8 februari

TOEZICHTSVISIE RAAD VAN TOEZICHT NOVA COLLEGE. 8 februari TOEZICHTSVISIE RAAD VAN TOEZICHT NOVA COLLEGE 8 februari 2017 1 Inleiding In deze toezichtvisie geven wij als de Raad van Toezicht van het Nova College aan waarom wij toezicht houden, wat we daarmee willen

Nadere informatie

Reglement van de Raad van Toezicht

Reglement van de Raad van Toezicht Van de besluit gelet op richtlijn 23 van de Code Goed Onderwijsbestuur VO d.d. 4 juni 2015 en artikel 11 lid 4 van de statuten van de stichting tot vaststelling van het onderstaande Reglement van de Raad

Nadere informatie

VISIE OP TOEZICHT LAVERHOF

VISIE OP TOEZICHT LAVERHOF VISIE OP TOEZICHT LAVERHOF Inleiding De raad van toezicht van Laverhof heeft de wettelijke taak toezicht te houden op de besturing door de raad van bestuur en op de algemene gang van zaken binnen Laverhof

Nadere informatie

FUNCTIEPROFIEL 1. ORGANISATIE. Noorderpoort

FUNCTIEPROFIEL 1. ORGANISATIE. Noorderpoort FUNCTIEPROFIEL Opdrachtgever: Functienaam: Deskundigheid Noorderpoort Lid Raad van Toezicht Sociale domein 1. ORGANISATIE Noorderpoort Noorderpoort bereidt jongeren en volwassenen voor op hun rol in de

Nadere informatie

TWEE LEDEN RAAD VAN TOEZICHT

TWEE LEDEN RAAD VAN TOEZICHT PROFIELSCHETS TWEE LEDEN RAAD VAN TOEZICHT SPECIFIEK PROFIEL: EXPERTISE IN ORGANISATIEONTWIKKELING EN HRM SPECIFIEK PROFIEL: EXPERTISE IN ONDERNEMERSCHAP (BEDRIJFSLEVEN) OPENBARE SCHOLENGROEP VLAARDINGEN

Nadere informatie

Toezichtkader Raad van Toezicht Stichting Bravoo. 25 november 2018/definitieve versie/toezichtkader/raad van Toezicht Stichting Bravoo

Toezichtkader Raad van Toezicht Stichting Bravoo. 25 november 2018/definitieve versie/toezichtkader/raad van Toezicht Stichting Bravoo 1 Toezichtkader Raad van Toezicht Stichting Bravoo 2 3 1 Inleiding De Raad van Toezicht van Stichting Bravoo houdt als intern toezichthouder integraal toezicht op de gang van zaken binnen de stichting

Nadere informatie

Functieprofiel Bestuurslid IEKC Lichtenvoorde

Functieprofiel Bestuurslid IEKC Lichtenvoorde Functieprofiel Bestuurslid IEKC Lichtenvoorde Inhoudsopgave 1. IEKC (Integraal Educatief Kind Centrum) Lichtenvoorde... 2 1.1 De structuur... 2 1.2 De organisatie van het IEKC... 3 1.3 Ambitie, visie en

Nadere informatie

FUNCTIEPROFIEL. Lid Raad van Toezicht

FUNCTIEPROFIEL. Lid Raad van Toezicht FUNCTIEPROFIEL Lid Raad van Toezicht met financiële expertise Samen leren, samen leven! PublicSpirit drs. Marylin E.A. Demers senior consultant Amersfoort, maart 2019 1 van 5 Organisatie & context Stichting

Nadere informatie

SCHOOLONTWIKKELPLAN SAMEN UNIEK

SCHOOLONTWIKKELPLAN SAMEN UNIEK SCHOOLONTWIKKELPLAN 2017-2021 SAMEN UNIEK Instemming van de medezeggenschapsraad: 23 januari 2017 1 Inhoud 1. Voorwoord... 3 2. Missie... 4 3. Visie... 4 4. Zes pijlers... 5 5. Kernwaarden en ambities...

Nadere informatie

Profiel Raad van Toezicht. Stichting de Woonmensen/ KWZA

Profiel Raad van Toezicht. Stichting de Woonmensen/ KWZA Profiel Raad van Toezicht Stichting de Woonmensen/ KWZA KP 14 november 2012 1 Inleiding Uitgangspunt voor de bezetting van de Raad van Toezicht is, dat deze bestaat uit generalisten die gezamenlijk een

Nadere informatie

Vacatures Raad van Toezicht CVO Noord-Fryslân

Vacatures Raad van Toezicht CVO Noord-Fryslân Vacatures Raad van Toezicht CVO Noord-Fryslân Inleiding CVO Noord-Fryslân is een Vereniging voor Christelijk Voortgezet Onderwijs in het noorden van Friesland. De Vereniging bestaat uit drie scholen: Christelijk

Nadere informatie

Toezichtkader Raad van Toezicht SGR

Toezichtkader Raad van Toezicht SGR Toezichtkader Raad van Toezicht SGR Vastgesteld door de Raad van Toezicht van SGR op 14 april 2015 Inleiding Vanaf 2011 zijn bij de SGR de functies van bestuur en intern toezicht gescheiden. Deze functiescheiding

Nadere informatie

SKPO Profielschets Lid College van Bestuur

SKPO Profielschets Lid College van Bestuur SKPO Profielschets Lid College van Bestuur 1 Missie, visie SKPO De SKPO verzorgt goed primair onderwijs waarbij het kind centraal staat. Wij ondersteunen kinderen om een stap te zetten richting zelfstandigheid,

Nadere informatie

PROACTIEF TOEZICHT VOBO

PROACTIEF TOEZICHT VOBO PROACTIEF TOEZICHT VOBO Concept Door: Raad van Toezicht Voortgezet Onderwijs Best Oirschot PROACTIEF TOEZICHT VOBO 2 Inhoudsopgave Inleiding... 3 Toezichtvisie Vobo... 4 Doel van de Raad van Toezicht Vobo...

Nadere informatie

Ontdek je wereld. Koersplan THUIS IN DE WERELD. Hoogen Dries 3, 5051 WK Goirle

Ontdek je wereld. Koersplan THUIS IN DE WERELD. Hoogen Dries 3, 5051 WK Goirle Ontdek je wereld Koersplan 2019-2023 THUIS IN DE WERELD Hoogen Dries 3, 5051 WK Goirle 013-530 25 48 info@edu-ley.nl www.edu-ley.nl Betekenis geven aan ambities Missie: Waar staan onze scholen voor? Edu-Ley

Nadere informatie

HOOFDSTUK 8 VERSLAG RAAD VAN TOEZICHT

HOOFDSTUK 8 VERSLAG RAAD VAN TOEZICHT HOOFDSTUK 8 VERSLAG RAAD VAN TOEZICHT INLEIDING Sinds 24 oktober 2011 is het Raad van Toezichtmodel bij de Meerwaarde operationeel. De dagelijkse leiding is vanaf die datum in handen van een eenhoofdig

Nadere informatie

Overleg met de Toezichthouder

Overleg met de Toezichthouder Overleg met de Toezichthouder Handreiking Goede Medezeggenschap Handreiking goede medezeggenschap Overleg met de toezichthouder Inleiding Deze handreiking goede medezeggenschap is onderdeel van een reeks

Nadere informatie

Profiel. Strategisch HR adviseur. 8 december 2015. Opdrachtgever Stichting Openbaar Onderwijs Noord

Profiel. Strategisch HR adviseur. 8 december 2015. Opdrachtgever Stichting Openbaar Onderwijs Noord Profiel Strategisch HR adviseur 8 december 2015 Opdrachtgever Stichting Openbaar Onderwijs Noord Voor meer informatie over de functie Erik Frieling, adviseur Leeuwendaal Telefoon (070) 414 27 00 evt. mobielnummer

Nadere informatie

Profiel. Strategisch beleidsadviseur HRM. 29 april 2016. Opdrachtgever Stichting Christelijke Onderwijsgroep Vallei & Gelderland-Midden

Profiel. Strategisch beleidsadviseur HRM. 29 april 2016. Opdrachtgever Stichting Christelijke Onderwijsgroep Vallei & Gelderland-Midden Profiel Strategisch beleidsadviseur HRM 29 april 2016 Opdrachtgever Stichting Christelijke Onderwijsgroep Vallei & Gelderland-Midden Voor meer informatie over de functie Erik Frieling, adviseur Leeuwendaal

Nadere informatie

GMR SVOL. Jaarverslag Vastgesteld en ondertekend door de leden in de GMR-vergadering van 14 juni 2018

GMR SVOL. Jaarverslag Vastgesteld en ondertekend door de leden in de GMR-vergadering van 14 juni 2018 GMR SVOL Jaarverslag 2017 2018 Vastgesteld en ondertekend door de leden in de GMR-vergadering van 14 juni 2018 Hoofdstuk 1 De visie en missie blz. 1 Hoofdstuk 2 De besproken thema s blz. 2 Hoofdstuk 3

Nadere informatie

bewegelijke tegenkracht Visie op toezicht Raad van Toezicht WZC Humanitas november 2018

bewegelijke tegenkracht Visie op toezicht Raad van Toezicht WZC Humanitas november 2018 bewegelijke tegenkracht Visie op toezicht Raad van Toezicht WZC Humanitas november 2018 Pagina 1 van 6 Inhoudsopgave 1. Visie op toezicht... 3 1.1 Inleiding... 3 1.2 Visie op toezichthouden... 3 1.3 Doel

Nadere informatie

Reglement voor de raad van toezicht

Reglement voor de raad van toezicht Reglement voor de raad van toezicht Stichting V.O. Amsterdam-Zuid Versie 1.0 11 juli 2019 Stichting V.O. Amsterdam-Zuid Jan van Eijckstraat 47 1077 LH AMSTERDAM www.svoaz.nl info@svoaz.nl 020 676 3868

Nadere informatie

Directiestatuut van de stichting Voortgezet Montessori Onderwijs Nijmegen en Groesbeek e.o. Herziene versie, 1 februari 2018

Directiestatuut van de stichting Voortgezet Montessori Onderwijs Nijmegen en Groesbeek e.o. Herziene versie, 1 februari 2018 Directiestatuut van de stichting Voortgezet Montessori Onderwijs Nijmegen en Groesbeek e.o. Herziene versie, 1 februari 2018 Preambule Dit reglement is een directiestatuut in de zin van artikel 32 van

Nadere informatie

Jaarverslag. Stichting Christelijk Voortgezet Onderwijs Alblasserwaard-Vijfheerenlanden

Jaarverslag. Stichting Christelijk Voortgezet Onderwijs Alblasserwaard-Vijfheerenlanden Jaarverslag Stichting Christelijk Voortgezet Onderwijs Alblasserwaard-Vijfheerenlanden 2015 VOORWOORD Ontwikkeling en herijking. Dat zijn misschien wel de meest kenmerkende woorden voor onze Stichting

Nadere informatie

VERSLAG van de 149e vergadering van de GMR

VERSLAG van de 149e vergadering van de GMR GEMEENSCHAPPELIJKE MEDEZEGGENSCHAPSRAAD secretariaat: Marisja Zych en Inge van der Linden e-mail: secretariaat@bmtskpo.nl Website: www.skpo.nl VERSLAG van de 149e vergadering van de GMR Datum: Woensdag

Nadere informatie

Profielschets leden van de raad van toezicht

Profielschets leden van de raad van toezicht Profielschets leden van de raad van toezicht Competentieprofiel voor de raad van toezicht behorend bij de statuten van Stichting Confessioneel Onderwijs Leiden 23 mei 2016 Preambule In het licht van good

Nadere informatie

Organisatie- en functieprofiel lid college van bestuur

Organisatie- en functieprofiel lid college van bestuur Organisatie- en functieprofiel lid college van bestuur Datum: 4 oktober 2019 Organisatie De huidige bestuurder is per 1 april 2020 benoemd tot voorzitter college van bestuur. Hierdoor is Achterhoek VO

Nadere informatie

Reglement Raad van Toezicht Stichting Gereformeerde Scholengroep Januari 2015 (en tekstuele update maart 2019)

Reglement Raad van Toezicht Stichting Gereformeerde Scholengroep Januari 2015 (en tekstuele update maart 2019) Pagina 1 van 5 Reglement Raad van Toezicht Stichting Gereformeerde Scholengroep Januari 2015 (en tekstuele update maart 2019) Artikel 1. Algemeen De Raad van Toezicht van de Stichting Gereformeerde Scholengroep,

Nadere informatie

Functieprofiel. VOORZITTER EN LID RAAD VAN TOEZICHT Fidarda - SKOD

Functieprofiel. VOORZITTER EN LID RAAD VAN TOEZICHT Fidarda - SKOD bezoekadres Stationsstraat 29 a 9401 KW Assen postadres Postbus 479 9400 AL Assen telefoon (0592) 30 84 58 fax (0592) 33 15 35 e-mail info@ypsylon.nl KvK Friesland 56.48.77.54 www.ypsylon.nl Functieprofiel

Nadere informatie

Workshop Wat draagt werken met een toezichtsplan bij aan de kwaliteit van intern toezicht?

Workshop Wat draagt werken met een toezichtsplan bij aan de kwaliteit van intern toezicht? VTOI, 17 april 2015 Workshop Wat draagt werken met een toezichtsplan bij aan de kwaliteit van intern toezicht? clemens.geenen@dyade.nl 1 Programma 1. Toezichtplan 2. Wat is de relatie tussen kwaliteit

Nadere informatie

Opleidingen met perspectief. Jaarverslag Bewust, bekwaam, betekenisvol

Opleidingen met perspectief. Jaarverslag Bewust, bekwaam, betekenisvol Opleidingen met perspectief Jaarverslag 2017 Bewust, bekwaam, betekenisvol INHOUDSOPGAVE BESTUURSVERSLAG Voorwoord College van Bestuur blz. 2 Raad van Toezicht blz. 5 1. Onderwijsgroep Noord a) Organisatie

Nadere informatie

Toezichtkader Raad van toezicht van De Haagse Scholen, stichting voor primair en speciaal openbaar onderwijs

Toezichtkader Raad van toezicht van De Haagse Scholen, stichting voor primair en speciaal openbaar onderwijs Toezichtkader Raad van toezicht van De Haagse Scholen, stichting voor primair en speciaal openbaar onderwijs Inleiding. Vanaf 1 augustus 2011 zijn bij De Haagse Scholen, stichting voor primair en speciaal

Nadere informatie

Wervingsprofiel. Lid Raad van Toezicht. 19 juli Opdrachtgever Van Hall Larenstein University of Applied Sciences

Wervingsprofiel. Lid Raad van Toezicht. 19 juli Opdrachtgever Van Hall Larenstein University of Applied Sciences Wervingsprofiel Lid Raad van Toezicht 19 juli 2019 Opdrachtgever Van Hall Larenstein University of Applied Sciences Voor meer informatie over de functie Marcel ten Berge, senior adviseur Leeuwendaal Telefoon

Nadere informatie

LID RAAD VAN TOEZICHT

LID RAAD VAN TOEZICHT FUNCTIEPROFIEL LID RAAD VAN TOEZICHT STICHTING VOOR KATHOLIEK PRIMAIR ONDERWIJS AMERSFOORT E.O. Inhoudsopgave 1 Stichting voor Katholiek Primair Onderwijs Amersfoort e.o. 3 De organisatie 3 De missie en

Nadere informatie

MAATWERK VERBINDEN OPMAAT NAAR DE TOEKOMST DRAAGVLAK 1

MAATWERK VERBINDEN OPMAAT NAAR DE TOEKOMST DRAAGVLAK 1 MAATWERK VERBINDEN OPMAAT NAAR DE TOEKOMST BRUG DRAAGVLAK 1 VOORSTELLEN AGENDA EVEN VOORSTELLEN Meta t Lam, Lid Raad van Bestuur Rick van Dam, manager Strategie & Innovatie René Bosman, manager Informatie

Nadere informatie

Samenstelling Raad van Toezicht Biblionet Groningen

Samenstelling Raad van Toezicht Biblionet Groningen Datum Onderwerp 7 december 2012 Profiel Raad van Toezicht Memo Samenstelling Raad van Toezicht Biblionet Groningen Voor de samenstelling van de Raad van Toezicht wordt uitgegaan van: 1. Profiel Raad van

Nadere informatie

LID RAAD VAN TOEZICHT: GOVERNANCE & JURIDISCH

LID RAAD VAN TOEZICHT: GOVERNANCE & JURIDISCH FUNCTIEPROFIEL LID RAAD VAN TOEZICHT: GOVERNANCE & JURIDISCH Stichting Katholiek Voortgezet Onderwijs De Breul Inhoudsopgave 1 Stichting Katholiek Voortgezet Onderwijs De Breul 3 De organisatie 3 De Raad

Nadere informatie

REGLEMENT RAAD VAN TOEZICHT ROC MONDRIAAN

REGLEMENT RAAD VAN TOEZICHT ROC MONDRIAAN REGLEMENT RAAD VAN TOEZICHT ROC MONDRIAAN Inhoudsopgave Preambule 2 0. Definities 2 1. Status en werkingsduur 3 2. Vergaderingen 3 3. Informatievoorziening 3 4. Evaluatie 4 5. Taakverdeling 4 6. Commissies

Nadere informatie

Functieprofiel TWEE LEDEN RAAD VAN TOEZICHT RIJN IJSSEL

Functieprofiel TWEE LEDEN RAAD VAN TOEZICHT RIJN IJSSEL Functieprofiel TWEE LEDEN RAAD VAN TOEZICHT RIJN IJSSEL Rijn IJssel Rijn IJssel is een school voor middelbaar beroepsonderwijs en volwasseneneducatie in de regio Arnhem. We bieden jongeren en volwassenen

Nadere informatie

BIJLAGE E: PROCEDURE ZELFEVALUATIE RAAD VAN TOEZICHT

BIJLAGE E: PROCEDURE ZELFEVALUATIE RAAD VAN TOEZICHT BIJLAGE E: PROCEDURE ZELFEVALUATIE RAAD VAN TOEZICHT In de zelfevaluatie Raad van Toezicht worden de volgende onderwerpen besproken, met behulp van een vragenlijst: De mate waarin de Raad van Toezicht

Nadere informatie

Profiel. Hoofd P&O (0,6-1 fte) 22 december Opdrachtgever Stichting Proceon

Profiel. Hoofd P&O (0,6-1 fte) 22 december Opdrachtgever Stichting Proceon Profiel Hoofd P&O (0,6-1 fte) 22 december 2017 Opdrachtgever Stichting Proceon Voor meer informatie over de functie Marcel ten Berge, adviseur Leeuwendaal Telefoon (088) 00 868 00 Voor sollicitatie www.leeuwendaal.nl

Nadere informatie

Succesvolle leerlingen in een kleurrijke omgeving februari 2015

Succesvolle leerlingen in een kleurrijke omgeving februari 2015 - Missie/Visie - Succesvolle leerlingen in een kleurrijke omgeving februari 2015 Op AMS staat de leerling centraal. Dat betekent dat alles wat we doen er op gericht is om iedere leerling zo goed mogelijk

Nadere informatie

T O E Z I C H T S K A D E R

T O E Z I C H T S K A D E R T O E Z I C H T S K A D E R Eindversie; vastgesteld door bestuur SWV PO de Meierij d.d. 4 februari 2016 Preambule Het Toezichthoudend bestuur past de Code Goed Onderwijsbestuur toe zoals deze is opgesteld

Nadere informatie

Managementsstatuut 22.09 6.5

Managementsstatuut 22.09 6.5 Managementsstatuut 22.09 6.5 Artikel 1. In dit statuut wordt verstaan onder: a. managementstatuut: een reglement met taken en bevoegdheden van het college van bestuur en de van bestuurswege gemandateerde

Nadere informatie

STRATEGISCH BELEIDSPLAN

STRATEGISCH BELEIDSPLAN STRATEGISCH BELEIDSPLAN 2016 2020 Strategisch beleidsplan PCO Gelderse Vallei Inleiding Voor u ligt het strategische beleidsplan (SBP) 2016 tot en met 2020. Bij het tot stand komen van dit SBP is als eerste

Nadere informatie

Piter Jelles Strategisch Perspectief

Piter Jelles Strategisch Perspectief Piter Jelles Strategisch Perspectief Strategisch Perspectief Inhoudsopgave Vooraf 05 Piter Jelles Onze missie 07 Onze ambities 07 Kernthema s Verbinden 09 Verbeteren 15 Vernieuwen 19 Ten slotte 23 02 03

Nadere informatie

Lid Raad van Toezicht Met een achtergrond in het agrarisch bedrijfsleven en afkomstig uit Noord-Nederland

Lid Raad van Toezicht Met een achtergrond in het agrarisch bedrijfsleven en afkomstig uit Noord-Nederland Profiel Lid Raad van Toezicht Met een achtergrond in het agrarisch bedrijfsleven en afkomstig uit Noord-Nederland 9 november 2016 Opdrachtgever Van Hall Larenstein University of Applied Sciences Voor meer

Nadere informatie

Samen werken, samen ontwikkelen

Samen werken, samen ontwikkelen Samen werken, samen ontwikkelen Strategisch beleid ROOBOL 2015-2019 Willem Wouda/ Reiny Kas Siderius SAMENVATTING Het strategisch beleidsplan 2015-2019 bevat de missie en visie van Stichting ROOBOL. De

Nadere informatie

Profiel. Lid Algemeen Bestuur met het aandachtsgebied financiën & ICT. Stichting BOOR

Profiel. Lid Algemeen Bestuur met het aandachtsgebied financiën & ICT. Stichting BOOR Profiel Lid Algemeen Bestuur met het aandachtsgebied financiën & ICT Stichting BOOR 1 Stichting BOOR Lid Algemeen Bestuur met het aandachtsgebied financiën en ICT Organisatie BOOR verzorgt het openbaar

Nadere informatie

Organisatie- en functieprofiel. Achterhoek VO. Lid college van bestuur - Doetinchem met focus op bedrijfsvoering

Organisatie- en functieprofiel. Achterhoek VO. Lid college van bestuur - Doetinchem met focus op bedrijfsvoering Organisatie- en functieprofiel Achterhoek VO Lid college van bestuur - Doetinchem met focus op bedrijfsvoering Versie 20 januari 2017 Sollicitatieprocedure Informatie: Neem voor meer informatie contact

Nadere informatie

Toezichtkader Montessori Vereniging Haarlemmermeer

Toezichtkader Montessori Vereniging Haarlemmermeer Toezichtkader Montessori Vereniging Haarlemmermeer Inhoud Inleiding... 3 Wat houdt het (intern) toezicht in?... 4 Werkwijze toezichthoudende deel van het bestuur/ toezichtkader... 6 1. Openbare identiteit...

Nadere informatie

Zelfevaluatie Raad van Toezicht RvT

Zelfevaluatie Raad van Toezicht RvT werkveld datum Instemming/advies GMR Vaststelling RvT Vastgesteld CvB Organisatie 28-11-2012 n.v.t. 28-11-2012 n.v.t. Zelfevaluatie Raad van Toezicht RvT Inhoudsopgave 1. Procedure zelfevaluatie Raad van

Nadere informatie

E. (Edward) Moolenburgh Directeur. VBS, september VBS Verbindend voor diversiteit in onderwijs 1

E. (Edward) Moolenburgh Directeur. VBS, september VBS Verbindend voor diversiteit in onderwijs 1 E. (Edward) Moolenburgh Directeur VBS, september 2018 VBS Verbindend voor diversiteit in onderwijs 1 INHOUD VBS Verbindend voor diversiteit in onderwijs 2 1. Het bevoegd gezag draagt zorg voor een scheiding

Nadere informatie

Reglement Raad van toezicht

Reglement Raad van toezicht Reglement Raad van toezicht Meerwegen scholengroep Stichting PCVOE Versie 1.1 Vastgesteld door de Raad van Toezicht op: 18 december 2017 Preambule Dit Reglement Raad van Toezicht is opgesteld conform de

Nadere informatie

VOORBEELDMODEL CHECKLIST VERANTWOORDING RAAD VAN TOEZICHT IN HET JAARVERSLAG

VOORBEELDMODEL CHECKLIST VERANTWOORDING RAAD VAN TOEZICHT IN HET JAARVERSLAG VOORBEELDMODEL CHECKLIST VERANTWOORDING RAAD VAN TOEZICHT IN HET JAARVERSLAG VERENIGING VAN TOEZICHTHOUDERS IN ONDERWIJSINSTELLINGEN VTOI januari 2016 Checklist verantwoording RvT in het jaarverslag Pagina

Nadere informatie

Profiel. Vanboeijen. Twee leden raad van toezicht

Profiel. Vanboeijen. Twee leden raad van toezicht Profiel Vanboeijen Twee leden raad van toezicht 1 Vanboeijen Twee leden raad van toezicht Organisatie Vanboeijen biedt overwegend in Drenthe zorg en ondersteuning aan ruim 700 kinderen, jongeren, volwassenen

Nadere informatie

Werkveld Datum Instemming/Advies GMR Vastgesteld R v T

Werkveld Datum Instemming/Advies GMR Vastgesteld R v T Werkveld Datum Instemming/Advies GMR Vastgesteld R v T Organisatie Januari 2012 nvt 18 Januari 2012 Zelfevaluatie Raad van Toezicht Organisatie/Zelfevaluatie Inhoudsopgave 1. PROCEDURE ZELFEVALUATIE RAAD

Nadere informatie

Raad van Toezicht. Profielschetsen. Lid portefeuille onderwijs. Lid portefeuille bedrijfsvoering

Raad van Toezicht. Profielschetsen. Lid portefeuille onderwijs. Lid portefeuille bedrijfsvoering Raad van Toezicht Profielschetsen Lid portefeuille onderwijs Lid portefeuille bedrijfsvoering Vastgesteld door de Raad van Toezicht Oktober 2018 Algemeen biedt onderwijs voor studenten en professionals

Nadere informatie

NAAR VERNIEUWD TOEZICHT EXCELLENTE SCHOLEN

NAAR VERNIEUWD TOEZICHT EXCELLENTE SCHOLEN NAAR VERNIEUWD TOEZICHT EXCELLENTE SCHOLEN juni 2016 1 Inleiding 1.1 Achtergrond In 2012 heeft de toenmalige minister van Onderwijs het predicaat Excellente School in het leven geroepen om goed presterende

Nadere informatie

Toekomstgericht, professioneel, verbonden. Strategisch Beleidsplan OSG Schoonoord

Toekomstgericht, professioneel, verbonden. Strategisch Beleidsplan OSG Schoonoord Toekomstgericht, professioneel, verbonden Strategisch Beleidsplan OSG Schoonoord 2017 2021 2 / 7 Inhoudsopgave 1 Voorwoord 3 2 Missie, Visie en Kernwaarden 3 2.1 Missie 3 2.2 Visie 4 2.3 Kernwaarden 4

Nadere informatie

Jaarverslag van de Raad van Toezicht

Jaarverslag van de Raad van Toezicht Jaarverslag van de Raad van Toezicht over het functioneren van het interne toezicht Periode januari december 2016 1 / 8 Samenvatting Dit verslag geeft weer waar de Raad van Toezicht (RvT) zich op heeft

Nadere informatie

Binnen. creëren wij kansen

Binnen. creëren wij kansen Binnen creëren wij kansen Het Meerrijk O.B.S. De Schakel O.J.S. Het Scala Dirk van Dijkschool (Hfd) O.D.S. Engelenberg Dirk van Dijkschool (dep) Stichting openbaar onderwijs Kampen wil haar nieuwe status

Nadere informatie

E. (Edward) Moolenburgh Directeur. VBS, september VBS Verbindend voor diversiteit in onderwijs 1

E. (Edward) Moolenburgh Directeur. VBS, september VBS Verbindend voor diversiteit in onderwijs 1 E. (Edward) Moolenburgh Directeur VBS, september 2018 VBS Verbindend voor diversiteit in onderwijs 1 INHOUD VBS Verbindend voor diversiteit in onderwijs 2 1. Hoeveel leden telt uw intern toezicht? 2. Wat

Nadere informatie

Profielschets. Voorzitter en lid college van bestuur

Profielschets. Voorzitter en lid college van bestuur Profielschets Voorzitter en lid college van bestuur September 2018 Openbaar Primair Onderwijs Zoetermeer (OPOZ) Tot het Openbaar Primair Onderwijs Zoetermeer (OPOZ) behoren 19 scholen, goed verspreid over

Nadere informatie

Reglement College van Bestuur. Onderwijsstichting Esprit

Reglement College van Bestuur. Onderwijsstichting Esprit Reglement College van Bestuur Onderwijsstichting Esprit Amsterdam, vastgesteld, na goedkeuring door de Raad van Toezicht op 4 december 2015, door het College van Bestuur in haar vergadering van 7 december

Nadere informatie

Toezichtkader RSV Breda VO Inleiding.

Toezichtkader RSV Breda VO Inleiding. Toezichtkader RSV Breda VO 3003. Inleiding. In het toezichtkader van de Inspectie voor het Onderwijs is onder kwaliteitsaspect management en organisatie de indicator 2.6. als volgt beschreven: Het samenwerkingsverband

Nadere informatie

Niets uit dit profiel mag zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van Leeuwendaal gereproduceerd worden

Niets uit dit profiel mag zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van Leeuwendaal gereproduceerd worden Profiel Lid Raad van Toezicht met onderwijs profiel 18 december 2015 Opdrachtgever Hogeschool Van Hall Larenstein Voor meer informatie over de functie Jeannette van der Vorm, senior adviseur Leeuwendaal

Nadere informatie

Profielschets. Voorzitter college van bestuur

Profielschets. Voorzitter college van bestuur Profielschets Voorzitter college van bestuur December 2018 Openbaar Primair Onderwijs Zoetermeer (OPOZ) Tot het Openbaar Primair Onderwijs Zoetermeer (OPOZ) behoren 19 scholen, goed verspreid over de wijken

Nadere informatie

Toezichtvisie Inleiding

Toezichtvisie Inleiding Toezichtvisie 2017 Inleiding Met invoering van de Woningwet 2015 per 1 juli 2015 en de nieuwe governancecode woningcorporaties per 1 mei 2015, is het speelveld voor woningcorporaties sterk veranderd. Onderdeel

Nadere informatie

VISIE OP TOEZICHT Vastgesteld door Raad van Commissarissen op 15 september 2016

VISIE OP TOEZICHT Vastgesteld door Raad van Commissarissen op 15 september 2016 VISIE OP TOEZICHT Vastgesteld door Raad van Commissarissen op 15 september 2016 Woningcorporaties staan voor het huisvesten van mensen met een bescheiden inkomen en voor kwetsbare groepen. Woningcorporaties

Nadere informatie

Schoolleider tussen functie en beroep

Schoolleider tussen functie en beroep Schoolleider tussen functie en beroep Resultaten van twee enquête-onderzoeken onder schoolleiders en bestuurders 2015 September 2015 Inhoud 1. Inleiding... 3 2. Schoolleider tussen functie en beroep...

Nadere informatie

Toezichtvisie, toezichtkader, toetsingskader Riederborgh. 1. Inleiding. 2. Toezichtvisie

Toezichtvisie, toezichtkader, toetsingskader Riederborgh. 1. Inleiding. 2. Toezichtvisie Toezichtvisie, toezichtkader, toetsingskader Riederborgh 1. Inleiding Het vernieuwde wettelijk kader en de Zorgbrede Governancecode 2017 schrijft onder meer voor dat de raad van toezicht haar toezichtvisie,

Nadere informatie

Inleiding. Toezichtvisie

Inleiding. Toezichtvisie Toezichtvisie Inleiding De raad van toezicht van de Stichting Zorggroep West- en Midden Brabant (hierna: Thebe) ziet de raad van toezicht als een orgaan dat namens de samenleving toezicht uitoefent. Deze

Nadere informatie

Situatie- en profielschets SKO West- Friesland

Situatie- en profielschets SKO West- Friesland Situatie- en profielschets SKO West- Friesland Werving en selectie 2 leden raad van toezicht Hoorn, juli 2015 Marja de Kruif, senior adviseur Samen inspirerend lerend de toekomst in 1 Wie zijn wij? De

Nadere informatie

FUNCTIEPROFIEL. Lid Raad van Toezicht, portefeuille Financiën, Lid Raad van Toezicht, portefeuille Onderwijs (-kwaliteit)

FUNCTIEPROFIEL. Lid Raad van Toezicht, portefeuille Financiën, Lid Raad van Toezicht, portefeuille Onderwijs (-kwaliteit) FUNCTIEPROFIEL Functies: Lid Raad van Toezicht, portefeuille Financiën, Lid Raad van Toezicht, portefeuille Onderwijs (-kwaliteit) 1. ORGANISATIEBESCHRIJVING De Meerwegen scholengroep is een christelijke

Nadere informatie

Landstede Groep Lid Raad van Toezicht met onderwijskundig profiel

Landstede Groep Lid Raad van Toezicht met onderwijskundig profiel Landstede Groep Lid Raad van Toezicht met onderwijskundig profiel Organisatie Landstede Groep) is een onderwijsorganisatie die voortgezet onderwijs, middelbaar beroepsonderwijs en onderwijs voor volwassenen

Nadere informatie

VERTROUWEN IS DE BASIS

VERTROUWEN IS DE BASIS VERTROUWEN IS DE BASIS 1 STICHTING ALGEMEEN BIJZONDERE SCHOLENGROEP AMSTERDAM 2 INHOUDSOPGAVE Voorwoord 1 Inleiding 2 Missie, visie, kernwaarden en motto 2 Onze scholen 4 Strategie en aanpak 7 ABSA beleidspunten

Nadere informatie

Toezichtvisie Raad van Toezicht. september 2018

Toezichtvisie Raad van Toezicht. september 2018 Toezichtvisie Raad van Toezicht september 2018 Inleiding In dit document is de visie op toezicht door de Raad van Toezicht (RvT) van s Heeren Loo vastgelegd. Hoe zien wij onze rol en welke uitgangspunten

Nadere informatie

Profiel- en situatieschets

Profiel- en situatieschets Profiel- en situatieschets Werving en selectie leden raad van toezicht Samenwerkingsverband IJssel l Berkel Amsterdam, augustus 2018 Henk Hendriks Leden raad van toezicht SWV IJssel l Berkel Samenwerkingsverband

Nadere informatie

Governance Groenhuysen 2017

Governance Groenhuysen 2017 Governance Groenhuysen 2017 Roosendaal, 23 mei 2018 1 Normen voor goed bestuur Bij Groenhuysen nemen bestuurders en toezichthouders de zorgbrede governance code en de Wet toelating zorginstellingen (WTZi)

Nadere informatie

Raad van Toezicht Quickscan en checklist

Raad van Toezicht Quickscan en checklist Raad van Toezicht Quickscan en checklist Stade Advies BV Kwaliteit van samenleven Quickscan Raad van Toezicht (0 = onbekend; 1 = slecht; 2 = onvoldoende; 3 = voldoende; 4 = goed; 5 = uitstekend) 1. Hoe

Nadere informatie

Lid voor het College van Bestuur van Onderwijsgroep Noord

Lid voor het College van Bestuur van Onderwijsgroep Noord Lid voor het College van Bestuur van Onderwijsgroep Noord met accent op bedrijfsvoering in een organisatie die volop in transitie is Onderwijsgroep Noord (1.400 medewerkers en 23 onderwijsvestigingen in

Nadere informatie

Visie op besturen en toezicht houden

Visie op besturen en toezicht houden Visie op besturen en toezicht houden Vastgesteld door directeur-bestuurder en raad van commissarissen op 14 februari 2018 Inleiding De nieuwe woningwet die op 1 juli 2015 in werking is getreden en de nieuwe

Nadere informatie

Colofon : ZAAM interconfessioneel voortgezet onderwijs Vastgesteld door College van Bestuur : 9 februari 2016

Colofon : ZAAM interconfessioneel voortgezet onderwijs Vastgesteld door College van Bestuur : 9 februari 2016 Reglement Adviesraad Colofon Uitgave : ZAAM interconfessioneel voortgezet onderwijs Vastgesteld door College van Bestuur : 9 februari 2016 Kenmerk CvB : 2016/000171/CvB-REG Woord vooraf Dit reglement heeft

Nadere informatie

Reglement College van Bestuur. Onderwijsstichting Esprit

Reglement College van Bestuur. Onderwijsstichting Esprit Reglement College van Bestuur Onderwijsstichting Esprit Amsterdam, vastgesteld, na goedkeuring door de Raad van Toezicht op 17 maart 2017, door het College van Bestuur in haar vergadering van 20 maart

Nadere informatie

Kadernotitie professionalisering

Kadernotitie professionalisering Kadernotitie professionalisering 2015-2020 Colofon Uitgave : ZAAM interconfessioneel voortgezet onderwijs Voorgenomen besluit College van Bestuur : 31 maart 2015 Instemming GMR : 24 april 2015 Vastgesteld

Nadere informatie

DE KRACHT VAN HET COLLECTIEF ONDERWIJS VAN MORGEN

DE KRACHT VAN HET COLLECTIEF ONDERWIJS VAN MORGEN Op weg naar 2020 Dit is het verhaal van de NUOVO scholengroep. Verantwoordelijk voor voortgezet onderwijs aan ruim 5.000 leerlingen in de stad Utrecht. Tien openbare scholen bieden samen een breed aanbod:

Nadere informatie

Activiteitenplan MR Ter Tolne 2015-2016

Activiteitenplan MR Ter Tolne 2015-2016 Activiteitenplan MR Ter Tolne 2015-2016 Vastgesteld mei 2015 Doel MR Ter Tolne 3 Visie 3 Uitgangspunten 3 Kernissues MR 4 Besluitvorming 4 Beleidsinitiërend 4 Planning MR 4 Kernthema s 4 Speerpunten 4

Nadere informatie

twee nieuwe leden waaronder een beoogd voorzitter

twee nieuwe leden waaronder een beoogd voorzitter Vacature twee leden Raad van Toezicht waaronder een beoogd voorzitter Stichting Voortgezet Vrijeschool Onderwijs Noord-Holland De Stichting De Stichting Voortgezet Vrijeschool Onderwijs Noord-Holland (SVVONH),

Nadere informatie