1 ste graad 2 de graad 3 de graad. Communicatie. Creativiteit. Praatronde - klasraad (Vakoverschijdende eindtermen: Gemeenschappelijke stam)

Transcriptie

1 (Vakoverschijdende eindtermen: Gemeenschappelijke stam) 1 ste graad 2 de graad 3 de graad Communicatie manier een idee, gedachte verbaal en non-verbaal uiten. manier een idee, gedachte verbaal en non-verbaal uiten. manier een idee, gedachte verbaal en non-verbaal uiten. Leerlingen laten mekaar uitspreken. Leerlingen laten mekaar uitspreken Leerlingen laten mekaar uitspreken., beleefde manier reageren op een idee, gedachte van een medeleerling/leerkracht, beleefde manier reageren op een idee, gedachte van een medeleerling/leerkracht Leerlingen kunnen hun eigen communicatief handelen in praktijk evalueren en bijsturen door een gesprek met medeleerlingen en/of leerkracht Creativiteit Leerlingen kunnen originele en haalbare ideeën ontwikkelen/bedenken. Leerlingen kunnen originele en haalbare ideeën ontwikkelen/bedenken. Leerlingen kunnen originele en haalbare ideeën ontwikkelen/bedenken. Leerlingen kunnen andere leerlingen bijstaan en hulp verlenen bij de uitvoering van nieuwe goedgekeurde ideeên. Leerlingen kunnen een haalbaar stappenplan(nen) opstellen voor de uitvoering van hun ideeën. Leerlingen kunnen een haalbaar stappenplan(nen) opstellen voor de uitvoering van hun ideeën Leerlingen kunnen zelfstandig verantwoorde stappen ondernemen om haalbare vernieuwingen te realiseren

2 Empathie Leerlingen kunnen rekening houden met de situatie, opvattingen en emoties van Leerlingen kunnen rekening houden met de situatie, opvattingen en emoties van Leerlingen kunnen rekening houden met de situatie, opvattingen en emoties van Leerlingen kunnen zich inleven in de situatie en emoties van Leerlingen kunnen zich inleven in de situatie en emoties van manier reageren op de situatie, opvattingen en emoties van Initiatief Leerlingen zijn gemotiveerd om deel te nemen aan de klasvergadering, ze geven blijk van een positieve ingesteldheid. Leerlingen zijn gemotiveerd om deel te nemen aan de klasvergadering, ze geven blijk van een positieve ingesteldheid. Leerlingen zijn gemotiveerd om deel te nemen aan de klasvergadering, ze geven blijk van een positieve ingesteldheid. Leerlingen engageren zich spontaan. Leerlingen engageren zich spontaan.

3 Kritisch denken Leerlingen kunnen gegevens, handelswijzen en redeneringen ter discussie stellen. Leerlingen kunnen gegevens, handelswijzen en redeneringen ter discussie stellen. Leerlingen kunnen gegevens, handelswijzen en redeneringen ter discussie stellen. Leerlingen zijn bekwaam om alternatieven af te wegen. Leerlingen zijn bekwaam om alternatieven aan te bieden. Leerlingen zijn bekwaam om alternatieven aan te bieden en af te wegen. Leerlingen zijn bekwaam om bewust eigen keuzes te maken. Leerlingen zijn bekwaam om bewust eigen keuzes te maken. Leerlingen kunnen onderwerpen benaderen vanuit verschillende invalshoeken, rekening houdend met alle betrokken partijen. Respect Leerlingen gedragen zich respectvol ten opzichte van medeleerlingen, leerkrachten, directie, Leerlingen gedragen zich respectvol ten opzichte van medeleerlingen, leerkrachten, directie, Leerlingen gedragen zich respectvol ten opzichte van medeleerlingen, leerkrachten, directie, Leerlingen tonen respect voor mekaars mening. Leerlingen tonen respect voor mekaars mening. Leerlingen tonen respect voor mekaars mening.

4 Samenwerken Leerlingen zetten zich samen in voor de school. Leerlingen zetten zich samen in voor de school. Leerlingen zetten zich samen in voor de school. Leerlingen kunnen gemotiveerd met mekaar overleg plegen en een idee tot uitvoering brengen. Leerlingen kunnen gemotiveerd met mekaar overleg plegen en een idee tot uitvoering brengen. Leerlingen kunnen gemotiveerd met mekaar overleg plegen en een idee tot uitvoering brengen. Verantwoordelijkheid verantwoordelijkheid op voor hun eigen handelen. verantwoordelijkheid op voor hun eigen handelen. verantwoordelijkheid op voor hun eigen handelen. verantwoordelijkheid in relaties met anderen en de schoolse samenleving. verantwoordelijkheid in relaties met anderen en de schoolse samenleving. Leerlingen kunnen hun eigen handelen in vraag stellen en bijsturen. Zelfredzaamheid Leerlingen maken gebruik van gepaste kanalen (vb directie, leerlingbegeleider, ) om hun vragen, problemen, ideeën of meningen kenbaar te maken. Leerlingen maken gebruik van gepaste kanalen (vb directie, leerlingbegeleider, ) om hun vragen, problemen, ideeën of meningen kenbaar te maken.

5 1 ste graad 2 de graad 3 de graad Mentale gezondheid Leerlingen gaan gepast om met vreugde, verdriet, angst, boosheid, verlies en rouw. Leerlingen gaan gepast om met vreugde, verdriet, angst, boosheid, verlies en rouw. Leerlingen gaan gepast om met vreugde, verdriet, angst, boosheid, verlies en rouw. Leerlingen erkennen probleemsituaties en vragen. Leerlingen erkennen probleemsituaties en vragen. Leerlingen erkennen probleemsituaties en vragen. Leerlingen accepteren probleemsituaties en vragen en bieden hulp. Leerlingen accepteren probleemsituaties en vragen en bieden hulp. Leerlingen stellen zich weerbaar op. Leerlingen stellen zich weerbaar op. Sociorelationele ontwikkeling Leerlingen erkennen het bestaan van gezagsverhoudingen en het belang van gelijkwaardigheid, afspraken en regels. Leerlingen erkennen het bestaan van gezagsverhoudingen en het belang van gelijkwaardigheid, afspraken en regels. Leerlingen erkennen het bestaan van gezagsverhoudingen en het belang van gelijkwaardigheid, afspraken en regels.

6 Leerlingen kunnen ongelijk toegeven en zich verontschuldigen. Leerlingen kunnen discreet handelen in situaties die dat vereisen. Leerlingen kunnen ongelijk toegeven en zich verontschuldigen. Leerlingen kunnen discreet handelen in situaties die dat vereisen. Leerlingen zoeken naar constructieve oplossingen voor conflicten. Leerlingen kunnen ongelijk toegeven en zich verontschuldigen. Leerlingen kunnen discreet handelen in situaties die dat vereisen. Leerlingen zoeken naar constructieve oplossingen voor conflicten. Omgeving en duurzame ontwikkeling Leerlingen zoeken naar duurzame oplossingen om de lokale en globale leefomgeving te beïnvloeden en te verbeteren. Leerlingen zoeken naar duurzame oplossingen om de lokale en globale leefomgeving te beïnvloeden en te verbeteren. Leerlingen zoeken naar duurzame oplossingen om de lokale en globale leefomgeving te beïnvloeden en te verbeteren. Politiek-juridische samenleving Leerlingen passen inspraak, participatie en besluitvorming toe in reële schoolse situaties bv. leerlingenraad en klasvergadering. Leerlingen passen inspraak, participatie en besluitvorming toe in reële schoolse situaties bv. leerlingenraad en klasvergadering. Leerlingen zetten zich op een rechtvaardige en beleefde manier actief en opbouwend in voor hun eigen rechten. Leerlingen zetten zich op een rechtvaardige en beleefde manier actief en opbouwend in voor hun eigen rechten en die van Leerlingen zetten zich op een rechtvaardige en beleefde manier actief en opbouwend in voor hun eigen rechten en die van Socio-economische samenleving Leerlingen kunnen het budget en de administratie van de klas of leerlingenraad beheren.

7 Socioculturele samenleving Praatronde - klasraad Leerlingen gaan constructief om met verschillen tussen mensen en levensopvattingen. Leerlingen gaan constructief om met verschillen tussen mensen en levensopvattingen. Leerlingen gaan constructief om met verschillen tussen mensen en levensopvattingen. ICT eigen ideeën creatief vorm te geven. eigen ideeën creatief vorm te geven. eigen ideeën creatief vorm te geven. Leerlingen kunnen met behulp van ICT digitale informatie opzoeken, verwerken en bewaren. Leerlingen kunnen met behulp van ICT digitale informatie opzoeken, verwerken en bewaren. Leerlingen kunnen met behulp van ICT digitale informatie opzoeken, verwerken en bewaren. Leerlingen kunnen ICT gebruiken bij het voorstellen van informatie aan Leerlingen kunnen ICT gebruiken bij het voorstellen van informatie aan Leerlingen kunnen ICT gebruiken bij het voorstellen van informatie aan op een veilige, verantwoorde en doelmatige manier te communiceren. op een veilige, verantwoorde en doelmatige manier te communiceren. op een veilige, verantwoorde en doelmatige manier te communiceren.