De Rotterdamse Toetssteen Stedelijke rapportage Toetsservice

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "De Rotterdamse Toetssteen Stedelijke rapportage Toetsservice"

Transcriptie

1 De Rotterdamse Toetssteen Stedelijke rapportage Toetsservice Rotterdams primair en voortgezet onderwijs

2

3 De Rotterdamse Toetssteen Stedelijke rapportage Toetsservice Rotterdams primair en voortgezet onderwijs Datum: januari 2014 Afdeling: Onderzoek, Innovatie & Advies Auteur: Ellen Lacor m.m.v. Johan Wesseling Project: Toetsservice Versie: definitief

4

5 Inhoud Voorwoord Inleiding De Toetssteen, een stedelijke leerprestatiemonitor Dienstverlening en de Toetsservice Leeswijzer Samenvatting, conclusies en aanbevelingen Samenvatting Conclusies en aanbevelingen Scholen, leerlingen en toetsen Scholen Leerlingen Toetsen Resultaten Nieuwe normen Resultaten voorschoolse educatie - nulgroepen Inleiding Nulgroepen taal en rekenen Resultaten primair onderwijs Toetsresultaten primair onderwijs Longitudinale resultaten primair onderwijs Leerwinst in het primair onderwijs Bollebozen primair onderwijs Noord- en Zuidoever primair onderwijs Resultaten voortgezet onderwijs Toetsresultaten voortgezet onderwijs Longitudinale resultaten voortgezet onderwijs Leerwinst in het voortgezet onderwijs Bollebozen voortgezet onderwijs Noord- en Zuidoever voortgezet onderwijs Doorgaande lijn Resultaten doorgaande lijn nulgroep-po-vo Nadere analyse doorgaande lijn De Rotterdamse Toetssteen , 5/38

6 6/38, De Rotterdamse Toetssteen

7 Voorwoord Voor de zestiend keer wordt door de CED-Groep een Rotterdamse Toetssteen uitgebracht. Deze Toetssteen heeft als doel inzicht te geven in de cognitieve prestaties en vorderingen op taal- en rekengebied van de leerlingen in Rotterdams onderwijs. Naast de gegevens uit het primair onderwijs, worden in de Toetssteen voor de derde maal gegevens uit het voortgezet onderwijs gepresenteerd. Hierdoor is het nog beter mogelijk een bijdrage te leveren aan het onderwijsbeleid op stedelijk niveau. De Toetsservice voor Rotterdamse scholen wordt gefinancierd vanuit een geldelijke bijdrage van de gemeente Rotterdam (dj&o - dienst Jeugd & Onderwijs). De Toetssteen is een aantal jaar in twee versies verschenen, een zogenaamde kleine en GROTE Toetssteen. Vanaf de versie van wordt alleen een compacte digitale versie uitgegeven, waarbij de resultaatbeschrijvingen wel op uitgebreide resultaten en analyses zijn gebaseerd. In de meeste Toetsstenen zijn naast de standaardonderdelen extra onderdelen ongevraagd opgenomen. Een aantal onderdelen zijn inmiddels standaard deel van de Toetssteen gaan uitmaken. Een aantal jaar zijn de po-resultaten van deelgemeenten bestudeerd. Vanwege het feit dat deelgemeenten met ingang van 19 maart 2014 zijn opgeheven, is dit onderdeel niet meer in deze Toetssteen opgenomen. Een onderdeel wat we vernieuwd gaan opnemen is leerwinst. De eerdere uitbreiding van de Toetssteen met gegevens uit het voortgezet onderwijs voor de domeinen woordenschat en begrijpend lezen maakt het steeds beter mogelijk ook naar de doorgaande lijn van po naar vo voor beide domeinen te kijken. In is daar namelijk leerjaar 3 van het voortgezet onderwijs aan toegevoegd. Er zijn dit jaar wederom resultaten van de Noord- en Zuidoever opgenomen; deze worden met de Rotterdamse resultaten totaal vergeleken. Ook komen de prestaties van de bollebozen in het Rotterdamse onderwijs aan bod. Hopelijk is ook deze Toetssteen weer informatief en verhelderend en vormt het een grote inspiratiebron voor het Rotterdamse onderwijsbeleid. Wij danken alle deelnemende Rotterdamse scholen voor hun medewerking aan de totstandkoming van deze Rotterdamse Toetssteen. Voor informatie over de Toetsservice en de Toetssteen kunt u zich wenden tot de Toetsservice Helpdesk. Toetsservice Helpdesk bereikbaar: maandag, dinsdag en donderdag van uur; woensdag van uur telefoon: toetsservice@cedgroep.nl website: De Rotterdamse Toetssteen , 7/38

8 8/38, De Rotterdamse Toetssteen

9 1. Inleiding 1.1. De Toetssteen, een stedelijke leerprestatiemonitor Het belang van het volgen van leerprestaties voor het adequaat invullen van het onderwijs is al lange tijd bekend. Telkens weer wordt benadrukt dat met regelmaat toetsen tot betere leerprestaties leidt (zie onder andere Wat scholen toevoegen advies van de Onderwijsraad, juli 2003), waarbij naast het toetsen ook andere evaluatie-activiteiten een positieve bijdrage aan de verhoging van de leerprestaties kunnen leveren (Janssens, Frans J.G., 2008). Het merendeel van de basisscholen maakt gebruik van de toetsen uit het Cito Volgsysteem primair en speciaal onderwijs: het Cito-LOVS. Dit systeem bestaat uit diverse toetsen waarmee de vorderingen van leerlingen op allerlei onderwijsdomeinen gevolgd kunnen worden. Deze toetsen zijn gestandaardiseerd, genormeerd, betrouwbaar en valide. Bovendien beslaan ze de hele periode van het primair onderwijs. In de jaren negentig is de Toetsservice met subsidie van de gemeente Rotterdam gestart. De primaire doelstelling was het vergemakkelijken van de verwerking van de toetsresultaten uit het Cito-LOVS door het maken van handzame rapportages per toets, per groep en/of per leerling. Nog steeds wordt hier gebruik van gemaakt. De school krijgt hierdoor inzicht in de groeps- en leerlingresultaten. Een tweede belangrijke taak is het schrijven van monitorrapporten waarin de leerprestaties en -vorderingen per school en op bovenschools niveau (per bestuur, stad of regio) jaarlijks in beeld worden gebracht. Daarnaast is duidelijk geworden dat de toetsresultaten breder inzetbaar zijn. De Toetsservice fungeert als gegevensbank voor de evaluatie van onderwijs en onderwijsvernieuwing. Met de Toetsservice kan men de Cito-LOVS toetsen dus niet alleen inzetten als leerlingvolgsysteem, maar juist ook goed gebruiken als een school- en onderwijsvolgsysteem. In het kader van ROAP 1 I ( ) en ROAP II ( ) zijn afspraken gemaakt tussen de Toetsservice en de Rotterdamse scholen over het systematisch verwerken van toetsresultaten en het monitoren van leerprestaties in het kader van de verbetering van onderwijskwaliteit of verhoging van de leeropbrengst. Kwaliteitszorg was en is namelijk één van de stedelijke prioriteiten in het Rotterdamse beleid ter bestrijding van onderwijsachterstanden. Vanaf het schooljaar is de wijze van financiering gewijzigd, maar de afspraken over het monitoren van taal- en rekenprestaties voor de verbetering van onderwijskwaliteit zijn grotendeels gehandhaafd. Sinds 1998 kunnen scholen hun Cito LVS-toetsen bij de Toetsservice laten verwerken. Met de Rotterdamse scholen is afgesproken om ten minste de kerntoetsen af te nemen. Deze standaardisering maakt het goed mogelijk om resultaten te vergelijken en bovenschoolse rapportages te leveren. Bovendien is het, als scholen meerdere jaren aan de Toetsservice data leveren, zeer goed mogelijk om meerjarenoverzichten te maken. Uit deze meerjaren- of longitudinale overzichten wordt duidelijk of de leerprestaties veranderen en als dit het geval is, of dit bijvoorbeeld specifieke groepen leerlingen of domeinen betreft. 1 ROAP = Rotterdamse Onderwijsachterstandenplan De Rotterdamse Toetssteen , 9/38

10 1.2. Dienstverlening en de Toetsservice De Toetsservice is een dienstverlenende instantie voor scholen en schoolbesturen. De Toetsservice wordt aldoor afgestemd op de digitale leerlingvolgsystemen van de scholen, waardoor de scholen op relatief eenvoudige wijze toetsgegevens naar de Toetsservice kunnen exporteren. De Toetsservice zorgt ervoor dat haar monitorrapportages voor het onderwijs interessant zijn én blijven door aanpassing aan de wensen van de klant. Hierdoor vormen de rapportages een aanvulling op wat de scholen uit hun eigen leerlingvolgsysteem kunnen halen. Nieuwe onderdelen worden uitgeprobeerd en aan het arsenaal van activiteiten van de Toetsservice toegevoegd. Voor het vo-project Rotterdams (Taal)Effect maakt de Toetsservice de grafieken en tabellen die de basis vormen voor de rapportages van dit project op school-, bestuurs- en stedelijk niveau Leeswijzer Voordat ingegaan wordt op de Rotterdamse resultaten in hoofdstuk 4 (nulgroepen en po) en 5 (vo), geven we in hoofdstuk 2 eerst een samenvatting en enkele conclusies en aanbevelingen. Vervolgens staat er in hoofdstuk 3 een overzicht van de deelnemende scholen, de leerlingen en toetsen. Heeft u deze informatie niet nodig en wilt u preciezer weten hoe het met de Rotterdamse leerlingen en scholen gaat, dan kunt u direct verder met hoofdstuk 4! Tenslotte geven we in hoofdstuk 7 de doorgaande lijn nulgroep-po-vo weer. 10/38, De Rotterdamse Toetssteen

11 2. Samenvatting, conclusies en aanbevelingen In dit hoofdstuk geven we de samenvatting, conclusies en aanbevelingen weer van de Rotterdamse bevindingen taal en rekenen over Een uitgebreide beschrijving van en toelichting op de resultaten kunt u in de hoofdstukken 4 tot en met 7 terug vinden. In het Programma Beter Presteren (februari 2011) is het Rotterdamse Onderwijsbeleid voor uitgewerkt: De Rotterdamse onderwijsresultaten worden de komende jaren verhoogd door focus op de basisvaardigheden Taal en Rekenen en door focus op resultaat. Taal en Rekenen zijn het fundament waarop kinderen zich verder ontwikkelen en hun talenten tot bloei laten komen. Goede reken- en taalvaardigheden zijn een voorwaarde voor succes op school en op de arbeidsmarkt. Scholen, schoolbesturen en de gemeente gaan daarbij uit van resultaatgericht werken. De bevindingen in deze Toetssteen kunnen bij de evaluatie van het beleid behulpzaam zijn Samenvatting Scholen en leerlingen In de Toetssteen van zijn de gegevens opgenomen van acht nulgroepen, 60 scholen voor primair onderwijs en 53 scholen voor voortgezet onderwijs Nulgroepen primair onderwijs voortgezet onderwijs Nulgroepen Schooljaar is het tweede schooljaar dat er toetsresultaten van Rotterdamse nulgroepen zijn verzameld. Ook nu bleek weer dat in de meeste nulgroepen (nog) niet structureel met de Cito volgtoetsen voor peuters wordt gewerkt. Het aantal verzamelde toetsresultaten is klein, waardoor uitspraken over de leerprestaties van de Rotterdamse nulgroep-leerlingen slechts een indicatie geven. Bij de peuters van 3-3½ jaar (P1-afname) zijn de resultaten op de toets Taal voor Peuters in vergelijking met de landelijke cijfers wat lager, terwijl bij de 3½ -4-jarigen (P2-afname) de resultaten juist een stuk hoger zijn. Een zelfde resultaat is ook bij de uitkomsten op de toets Rekenen voor Peuters te zien. Primair onderwijs De Rotterdamse kleuters beginnen hun basisschoolloopbaan redelijk goed. Zowel de jongste als de oudste kleuters behalen op de toetsen voor taal en rekenen scores die vergelijkbaar zijn met de landelijke groep kleuters. Het landelijk gemiddelde ligt op 50, de gemiddelde scores van de Rotterdamse kleuters variëren van 49 tot 51, een verwaarloosbaar klein verschil. De rekenresultaten zijn beter dan de taalscores. Bij de gewichtenleerlingen, en dan vooral bij de 1.2-leerlingen, blijven de scores duidelijk achter. Dit geldt voor zowel taal als rekenen voor kleuters. In schooljaar presteren de Rotterdamse basisschoolleerlingen van groep 3-8 over het geheel genomen gemiddeld op het gebied van spelling en technisch lezen. Op deze De Rotterdamse Toetssteen , 11/38

12 toetsdomeinen scoren alle leerjaren op of rond het landelijke gemiddelde, alleen leerjaar 3 en 8 blijven bij spelling iets achter. Leerjaar 8 heeft een goede score voor technisch lezen. De prestaties van de Rotterdamse leerlingen op het gebied van woordenschat, begrijpend lezen en rekenen-wiskunde zijn lager dan het landelijk gemiddelde. De scores voor woordenschat en rekenen-wiskunde liggen daar ruimschoots onder. Op het gebied van begrijpend lezen liggen de Rotterdamse prestaties in leerjaar 3 wel rond het landelijk gemiddelde, maar in de andere leerjaren zijn de scores lager dan die van hun landelijke leeftijdgenoten. Bij woordenschat valt op de dat de scores van de groep 1.2-leerlingen laag zijn, ook in vergelijking met de groep 0.3-leerlingen. Voor spelling geldt dat de verschillen tussen deze gewichtengroepen per leerjaar anders liggen. Bij het technisch lezen bereikt de groep 1.2- leerlingen veelal een hogere score dan de 0.3-leerlingen, terwijl bij begrijpend lezen het omgekeerde het geval is. Tenslotte zijn er bij rekenen-wiskunde geen verschillen tussen de beide gewichtengroepen met uitzondering van leerjaar 7 en 8. De 0.3-leerlingen hebben een hogere score dan de 1.2-leerlingen bij leerjaar 7 en een lagere score bij leerjaar 8. Door de jaren heen hebben de leerjaar 8-leerlingen van het schooljaar redelijk gepresteerd. Bij woordenschat is een stabiele, maar wel lage trend zichtbaar. Ook bij spelling is de trend stabiel, maar lager dan het landelijk gemiddelde. Technisch lezen is wat wisselend over de jaren, maar geeft een voldoende resultaat. Bij begrijpend lezen en rekenen-wiskunde is sprake van een neerwaartse trend. De verschillende gewichtengroepen laten bij alle domeinen vergelijkbare trends zien. Voortgezet onderwijs De resultaten van het voortgezet onderwijs zijn in uitgebreid met de toetsgegevens woordenschat en begrijpend lezen van leerjaar 3. Ook in presteren de leerjaar 1-leerlingen in het praktijkonderwijs en het vwo zeer goed. Zowel op het gebied van woordenschat als op het gebied van begrijpend lezen behalen zij scores die ruim boven het landelijke gemiddelde liggen, net zoals in de twee schooljaren hiervoor. Dit jaar behalen ook de havo-leerlingen bovengemiddelde resultaten op begrijpend lezen. De leerlingen van de andere onderwijsniveaus presteren over het algemeen minder goed. Op beide toetsdomeinen scoren ze op of onder het landelijke gemiddelde. Bij de Rotterdamse leerjaar 2-leerlingen is het beeld van wat anders dan de twee schooljaren hiervoor. De onderwijsniveaus havo en vwo behalen een voldoende tot goed resultaat op woordenschat en begrijpend lezen en vmbo-tl op begrijpend lezen. De resultaten van het praktijkonderwijs zijn minder positief, vooral de score op begrijpend lezen. Van leerjaar 3 van het voortgezet onderwijs behaalt het praktijkonderwijs de beste resultaten op beide domeinen. Vmbo-b/k geeft ook een positief resultaat bij begrijpend lezen. 12/38, De Rotterdamse Toetssteen

13 Er is op twee manieren naar de longitudinale gegevens van het voortgezet onderwijs gekeken. Ten eerste is nagegaan hoe de cohorten leerjaar 1, 2 en 3 van door de jaren heen presteren. De prestaties van het leerjaar 1-cohort op de instroom- en leerjaar 1- toetsen van beide domeinen laten een licht stijgende lijn zien. Ook het leerjaar 2-cohort presteerde beter op de leerjaar 1-toetsen dan op de instroomtoets van zowel woordenschat als begrijpend lezen. Op beide domeinen zet de stijgende trend zich ook door in het tweede leerjaar. Het leerjaar 3-cohort zet een stijgende lijn in voor woordenschat, waarbij ze in leerjaar 3 boven het landelijk gemiddelde uitkomen. Voor begrijpend lezen wordt de hoogste score op de toets van leerjaar 1 behaald. De twee leerjaren daarna valt de score wat terug naar het landelijk niveau. Ten tweede zijn de resultaten van dezelfde toetsen in opeenvolgende schooljaren geanalyseerd. Uit deze resultaatvergelijking blijkt dat bij woordenschat de prestaties elk schooljaar wat beter zijn geworden of op dezelfde hoogte blijven. Bij begrijpend lezen is te zien dat de scores op de instroomtoets in hoger zijn dan in de drie voorgaande schooljaren. De scores op de leerjaar 1- en leerjaar 2-toetsen waren in iets lager dan in de voorgaande schooljaren, maar ze zijn in wel weer hoger. Leerwinst Voor het eerst sinds enkele jaren is in de Toetssteen weer een onderdeel leerwinst opgenomen. Leerwinst is in dit rapport gedefinieerd als de vergelijking van twee toetsprestaties op twee verschillende momenten waarbij een verschil gezien wordt als positieve of negatieve leerwinst. Voor twee cohorten primair onderwijs is bekeken of er sprake is van leerwinst tussen leerjaar 4 en 7. Voor beide cohorten is de leerwinst bij begrijpend lezen en rekenenwiskunde in meer of mindere mate negatief. Woordenschat en technisch lezen geven een kleine positieve leerwinst, terwijl bij spelling voor het ene cohort de leerwinst negatief is en het andere cohort juist positief. Bij de afzonderlijke gewichtengroepen is het resultaat over het geheel bekeken niet altijd duidelijk: bij het ene cohort is het positief, bij het andere cohort juist negatief. Echter, de groep 0.3-leerlingen heeft vaker dan de andere groepen een negatieve leerwinst behaald. Om de leerwinst voor het vo te bepalen was het mogelijk om de leerwinst tussen instroom en eind leerjaar 2 van twee cohorten voor woordenschat en begrijpend lezen te berekenen. De resultaten hiervan geven aan dat voor twee cohorten totaal er sprake is van leerwinst bij woordenschat en begrijpend lezen. Bij beide cohorten is bij het praktijkonderwijs sprake van een negatieve leerwinst. De hoogste leerwinst is te zien bij begrijpend lezen van het onderwijsniveau havo. Vmbo-tl behaalt leerwinst bij woordenschat. Doorgaande lijn: nulgroepen primair onderwijs voortgezet onderwijs Door gebruik te maken van standaardscores kan een doorgaande lijn gepresenteerd worden. De toetsen Taal voor Peuters en Kleuters sluiten aan op het domein woordenschat, waardoor we voor dit domein een doorgaande lijn van de nulgroepen (leerjaar 0) tot en met leerjaar 3 in het voortgezet onderwijs kunnen laten zien. Voor begrijpend lezen zijn er resultaten vanaf leerjaar 3 in het primair onderwijs. De Rotterdamse Toetssteen , 13/38

14 In de onderstaande grafieken voor de domeinen woordenschat en begrijpend lezen staan de gegevens van (paars), (lichtblauw) en (donkerblauw). 60 Woordenschat 55 standaardscore VO 1 Leerjaar VO 2 VO Ook In hebben de nulgroepen (0) een goede score voor woordenschat behaald. De jongste kleuters scoren minder goed, de oudste kleuters hebben wel een score boven het landelijk gemiddelde. In het primair onderwijs, leerjaar 3 tot en met 8, zijn de resultaten ondergemiddeld, vooral in leerjaar 8 is er sprake van een negatieve uitschieter. De prestaties in het voorgezet onderwijs zijn beter en zijn gelijk aan of hoger dan het landelijk gemiddelde van 50. Een vergelijking tussen de laatste twee schooljaren levert het volgende op: het is opvallend dat bij woordenschat de nulgroepen, leerjaar 1, 2 en 5 van het primair en alle leerjaren van het voortgezet onderwijs in gelijk of hoger scoren dan in De andere leerjaren van het primair onderwijs komen in ruim lager uit dan het jaar ervoor. Dit is voor een belangrijk deel het gevolg van de bijgestelde normen van woordenschat. In de grafiek op de volgende pagina staan de resultaten voor begrijpend lezen leerjaar 3 po tot en met leerjaar vo. 14/38, De Rotterdamse Toetssteen

15 60 Begrijpend Lezen 55 standaardscore VO 1 Leerjaar VO 2 VO De leerlingen in het voortgezet onderwijs presteren relatief beter op het gebied van begrijpend lezen dan de leerlingen in het primair onderwijs. De drie vo-leerjaren hebben een score gelijk aan of hoger dan het landelijke gemiddelde, terwijl in het primair onderwijs geen enkel leerjaar boven het landelijke gemiddelde uitkomt. Ook bij begrijpend lezen zijn in het primair onderwijs veelal lagere scores gehaald dan in Dat geldt voor leerjaar 4, 5 6, en 8. Ook hier zijn de nieuwe Cito-normen deels debet aan de lagere resultaten. In het voorgezet onderwijs zijn de resultaten gelijk of beter dan in Bollebozen Noord- en Zuidoever Bollebozen Dit jaar is wederom gekeken naar de percentages bollebozen of talentleerlingen in het primair en voorgezet onderwijs. Landelijk gezien valt 10% van de leerlingen in deze categorie leerlingen. De Rotterdamse resultaten van het primair onderwijs laten zien dat bij taal en rekenen voor kleuters, spelling, technisch lezen en begrijpend lezen het percentage bollebozen gelijk is aan of groter is dan 10%. Het percentage bollebozen is het hoogst bij technisch lezen, namelijk 17%. Uit de uitsplitsing naar leerlinggewicht blijkt dat de groep leerlingen zonder gewicht relatief de meeste bollebozen heeft. Van de kleuters is 8% een taal- én rekenbolleboos en zo n 1% van de po-leerlingen is een bolleboos op alle domeinen. De Rotterdamse Toetssteen , 15/38

16 In het voorgezet onderwijs is 11% van de Rotterdamse leerlingen een bolleboos bij woordenschat en 13% bij begrijpend lezen. Binnen de onderwijsniveaus kent havo een zeer hoog percentage (29%) bollebozen bij begrijpend lezen en een iets lager percentage bij woordenschat. Ook de onderwijsniveaus praktijkonderwijs en vwo herbergen relatief veel bollebozen. Zo n 4% van alle Rotterdamse vo-leerlingen is een bolleboos op beide domeinen. Noord- en Zuidoever De resultaten van het primair en voortgezet onderwijs op de Noord- en Zuidoever zijn met elkaar en met Rotterdam totaal vergeleken. In het primair onderwijs komen de prestaties op de diverse domeinen van de Noord- en Zuidoever overeen met de prestaties van Rotterdam totaal, uitgezonderd begrijpend lezen van de Zuidoever. Het voorgezet onderwijs laat een vergelijkbaar beeld zien. De scores op woordenschat en begrijpend lezen van de Noordoever komen overeen met Rotterdam totaal. Op de Zuidoever is de score op begrijpend lezen ook gelijk aan die van Rotterdam totaal, maar de score op woordenschat is lager Conclusies en aanbevelingen Conclusies Net zoals in eerdere jaren zijn de resultaten van de Rotterdamse peuters en kleuters relatief goed. Dat geldt ook voor de leerlingen in het voortgezet onderwijs. Leerjaar 3 van het voortgezet onderwijs heeft wel wat terugvallende resultaten: in het derde leerjaar wordt minder aandacht aan begrijpend lezen en woordenschat gegeven dan in de TaalEffectleerjaren. In het primair onderwijs zijn de resultaten een stuk minder positief. De scores van spelling en technisch lezen zijn voldoende, maar de resultaten op de andere domeinen zijn duidelijk lager dan verwacht mag worden. De minder goede resultaten in in het primair onderwijs zijn deels te verklaren door de gewijzigde Cito-normen voor woordenschat, begrijpend lezen en rekenen-wiskunde en deels door een groter aandeel so-/sbo-leerlingen waarvan de toetsgegevens in het databestand zijn opgenomen. De gewichtenleerlingen in het primair onderwijs vallen in negatieve zin op en de leerlingen van het praktijkonderwijs, de havo en het vwo in het voortgezet onderwijs vallen in positieve zin op. Eerdere jaren waren de resultaten van de leerlingen van het praktijkonderwijs en vwo al positief te noemen, dat de havo-leerlingen nu goed naar voren komen heeft deels te maken met het feit dat in minder strenge Diataal-normen voor het havo-niveau zijn gehanteerd. De minst goede resultaten zijn behaald op woordenschat in het primair onderwijs. Het technisch lezen in het primair onderwijs levert geen problemen op. De eerste resultaten van twee cohorten leerjaar 7 en 8 van en leerwinst van poleerlingen levert een wisselend beeld op. De leerwinst voor begrijpend lezen en rekenenwiskunde is negatief, terwijl bij woordenschat en technisch lezen het juist positief is. Voor het vo is er sprake van een positieve leerwinst bij zowel begrijpend lezen als bij woordenschat. Een hoge leerwinst bij het onderwijsniveau havo is waarschijnlijk voor een groot deel te danken aan de mindere strenge normen voor de havo. 16/38, De Rotterdamse Toetssteen

17 Een deel van de leerlingen in het Rotterdamse onderwijs zijn talentleerlingen. In het primair onderwijs varieert het percentage bollebozen per getoetst domein van 8% tot 17% en in het voorgezet onderwijs is de variatie van 11% tot 13%. De vergelijking van de Rotterdamse Noord- en Zuidoever met heel Rotterdam levert op dat op de Zuidoever de leerlingen in het po alleen (betekenisvol) lager scoren op begrijpend lezen en de leerlingen in het vo op woordenschat. De Rotterdamse leerlingen scoren aan het eind van het po bij zowel woordenschat als begrijpend lezen ver onder het landelijk gemiddelde, maar na één jaar vo scoren ze gelijk aan het landelijk gemiddelde. Een belangrijke verklaring is gelegen in het feit dat in het vo de leerlingresultaten worden vergeleken met de leerlingen van hetzelfde onderwijsniveau, terwijl in het po de leerlingen worden vergeleken met alle leerlingen, van alle (uitstroom)niveaus. Een tweede verklaring is het relatief groot aantal so-leerlingen dat het po-gemiddelde naar beneden haalt, terwijl in het vo geen resultaten van so-leerlingen zijn opgenomen. Na vergelijking van de gemiddelde Diataalscore van zowel woordenschat als begrijpend lezen op de instroomtoets met de gemiddelde leerjaar 8 score van de bao-leerlingen (dat is exclusief de scores van de so- en sbo-leerlingen) blijkt dat de leerprestaties op begrijpend lezen van de leerjaar 8-leerlingen vergelijkbaar is met die van de leerjaar 1 vo-leerlingen, ook al is er een groot verschil in gemiddelde standaardscores. Op basis van de resultaten worden hierna enkele aanbevelingen geformuleerd. Deze kunnen gebruikt worden voor een verdere uitwerking van het onderwijsbeleid op schoolniveau, bestuurlijk en stedelijk niveau. Aanbeveling 1 Blijvende aandacht voor de groepen leerlingen die minder goede resultaten behalen. In het primair onderwijs gaat het dan om zowel de groep 0.3- als om de groep 1.2-leerlingen. Aanbeveling 2 Vanuit het verleden zijn zorg en aandacht voor woordenschat en begrijpend lezen belangrijk in zowel het primair als het voortgezet onderwijs, maar in het primair onderwijs verdient rekenen-wiskunde zeker ook meer aandacht. Aanbeveling 3 Op de meeste domeinen en bij de meeste onderwijsniveaus is het aandeel bollebozen groter dan landelijk. Dat lijkt positief, want zonder extra aandacht zijn er dus voldoende bollebozen. Echter, juist het relatief grote aantal bollebozen is reden genoeg om daar ook aandacht aan te besteden. Naast aandacht voor de achterblijvers dus ook aandacht en zorg voor de bollebozen. De groep talentleerlingen moet zeker niet uit het oog worden verloren en steeds uitgedaagd blijven. Op dit terrein zou nader onderzoek interessant zijn: het verloop en de leerwinst binnen de groep talentleerlingen. De Rotterdamse Toetssteen , 17/38

18 Aanbeveling 4 De stedelijke leerprestatiemonitor uitbreiden naar het domein rekenen-wiskunde van het voortgezet onderwijs voor een completer beeld van het Rotterdamse onderwijs. Het is belangrijk voor een goed beeld van de aansluiting van het po op het vo en voor een beter beeld van de doorgaande lijn. Naast taal is rekenen-wiskunde een zeer belangrijk domein. Aanbeveling 5 In is een start gemaakt met leerwinstberekeningen en - analyses voor zowel het po als het vo. Het verdient aanbeveling deze analyses uit te breiden over meer cohorten en/of over andere/meer perioden (bijvoorbeeld van po leerjaar 7 naar vo leerjaar 3). 18/38, De Rotterdamse Toetssteen

19 3. Scholen, leerlingen en toetsen 3.1. Scholen In het schooljaar hebben 60 scholen of schoollocaties voor primair onderwijs zich bij de Toetsservice aangesloten geleverd. De verdeling over de types onderwijs is als volgt: 50 scholen voor regulier basisonderwijs; 5 scholen voor speciaal basisonderwijs; 5 scholen voor speciaal onderwijs. Vijf scholen hebben gegevens aangeleverd van acht nulgroepen. Van de scholen voor voortgezet onderwijs die in schooljaar hebben deelgenomen aan het project Rotterdams (Taal)Effect bevinden zich er 53 binnen de Rotterdamse gemeentegrenzen Leerlingen Leerlinggewichten basisonderwijs Wanneer de administratiegegevens van de scholen bij de export ook de leerlinggewichten van de leerlingen bevatten, zijn deze door de Toetsservice geregistreerd en in de gegevensbestanden opgenomen. Hierdoor is het mogelijk bij de resultaten onderscheid te maken naar de gewichtengroepen. De indeling staat hierna in box 3.1. Box 3.1 Leerlinggewichten De volgende groepen worden onderscheiden: het gewicht 0.0 (geen gewicht) wordt toegekend aan leerlingen van wie één van de ouders of beide ouders een opleiding heeft gehad uit categorie 3 (overig voortgezet onderwijs en hoger). het gewicht 0.3 wordt toegekend aan leerlingen van wie beide ouders of de ouder die belast is met de dagelijkse verzorging een opleiding uit categorie 2 (maximaal lbo/vbo, praktijkonderwijs of vmbo basis- of kaderberoepsgerichte leerweg) heeft gehad. het gewicht 1.2 wordt toegekend aan leerlingen van wie één van de ouders een opleiding uit categorie 1 (maximaal basisonderwijs of (v)so-zmlk) en de ander een opleiding uit categorie 1 óf 2 (maximaal lbo/vbo, praktijkonderwijs of vmbo basis- of kaderberoepsgerichte leerweg) heeft gehad. In tabel 3.1 zijn de aantallen leerlingen per gewichtengroep weergegeven voor de Rotterdamse scholen die aan de Toetsservice deelnemen, voor Rotterdam totaal en landelijk. Gewichtengegevens zijn alleen bekend van de (reguliere) basisscholen. De verdeling over de verschillende leerlinggewichten staat in de tabel op de volgende pagina. De Rotterdamse Toetssteen , 19/38

20 Tabel 3.1 Verdeling Rotterdamse en alle leerlingen naar leerlinggewicht Rotterdamse cijfers (TS-deelname) Rotterdamse cijfers (totaal) Landelijke cijfers Leerlinggewicht Aantal % Aantal % Aantal % % % % % % % % % % Totaal % % % bron: DUO informatieproducten De groep Toetsservice-leerlingen komt wat betreft de procentuele verdeling over de groepen leerlinggewichten overeen met de hele groep Rotterdamse leerlingen. Vergelijken we de Rotterdamse en TS-aantallen met de landelijke cijfers dan zien we een groot verschil tussen de percentages: landelijk is het percentage gewichtenleerlingen zo n 11%, terwijl dat in Rotterdam (totaal en Toetsservice) op 25% uitkomt Onderwijsniveaus voortgezet onderwijs De toetsen voor het voortgezet onderwijs kennen aparte normeringen voor de verschillende onderwijsniveaus. Diataal en het Cito Volgsysteem voortgezet onderwijs hanteren geen identieke indeling in onderwijsniveaus, maar op basis van inhoudelijke kenmerken zijn de verschillende onderwijsniveaus wel vergelijkbaar. In deze Toetssteen worden de volgende onderwijsniveaus en bijbehorende normen voor het voortgezet onderwijs onderscheiden: praktijkonderwijs; vmbo-b/k: vmbo-basis/kader; vmbo-tl: vmbo-gemengd/theoretisch; havo 2 en vwo. De onderwijsniveaus van de gemengde klassen vmbo-tl/havo en havo/vwo zijn respectievelijk bij vmbo-tl en havo ondergebracht Toetsen Toetsen nulgroepen De toetsen, die voor de nulgroepen worden gebruikt, Taal voor Peuters en Rekenen voor Peuters sluiten naadloos aan op de toetsen Taal en Rekenen voor Kleuters. Zo kunnen kinderen/leerlingen in een doorgaande lijn worden gevolgd. De peutertoetsen kennen twee afnamemomenten, namelijk de P1 en P2. Deze momenten zijn niet, zoals bij de toetsen voor het primair onderwijs gebaseerd op voorgeschreven 2 Tot en met had Diataal twee toetsniveaus voor havo-leerlingen: vmbo-tl/havo en havo/vwo. De meeste Rotterdamse havo-leerlingen (in havo-klassen of havo/vwo-klassen) werden getoetst op niveau havo/vwo. De normen voor dit havo/vwo-niveau zijn strenger dan die voor het nieuwe havo-niveau. 20/38, De Rotterdamse Toetssteen

21 afnamemomenten in het jaar, maar op de leeftijd van de kinderen. P1 wordt afgenomen bij kinderen tussen 3;0 en 3;6 jaar en P2 bij kinderen tussen 3;6 en 4;0 jaar Toetsen primair onderwijs In deze Toetssteen zijn de resultaten opgenomen van een aantal toetsen van het Cito Volgsysteem primair en speciaal onderwijs (LOVS). Het gaat om de toetsen van groep 1 en 2 (kleuterdomeinen taal en rekenen) en groep 3 tot en met 8 op het gebied van woordenschat, spelling, technisch lezen, begrijpend lezen en rekenen. In box 3.2 staat het overzicht van de Cito LVS-toetsen die opgenomen zijn in dit rapport. Box 3.2 Overzicht toetsen primair onderwijs Domein Code Toets Leerjaar Kleuters LTK LOVS Taal voor Kleuters 1 t/m 2 LRK LOVS Rekenen voor Kleuters 1 t/m 2 Woordenschat LWT LOVS Woordenschat 3 t/m 8 Spelling LSP LOVS Spelling (vanaf 2007) 3 t/m 8 Technisch Lezen LDM LOVS DMT (2010) 3 t/m 8 Begrijpend Lezen LBL LOVS Begrijpend Lezen (vanaf 2007) 3 t/m 8 Rekenen LRA LOVS Rekenen en Wiskunde (vanaf 2006) incl. Rekenen-Wiskunde 3.0 groep 3 3 t/m 8 Voor de nulgroepen zijn de resultaten van de toetsen Taal voor Peuters en Rekenen voor Peuters uit het Cito Volgsysteem jonge kind opgenomen Toetsen voortgezet onderwijs Voor het voortgezet onderwijs zijn de resultaten opgenomen van de toetsen die zijn afgenomen in het kader van het project Rotterdams (Taal)Effect. Het betreft de gegevens van de onderdelen Begrijpend Lezen en Woordenschat van de toetsen A en B voor leerjaar 1, toets 2 voor leerjaar 2 en toets 3 voor leerjaar 3 van Diataal en de gegevens van de onderdelen Begrijpend Lezen (Leesvaardigheid) en Woordenschat van de toetsen 0 en 1 voor leerjaar 1, toets 2 voor leerjaar 2 en toets 3 voor leerjaar 3 van het Cito Volgsysteem voortgezet onderwijs. Box 3.3 Overzicht toetsen voortgezet onderwijs Domein Toets Leerjaar Woordenschat Diataal A, B, 2 en 3 Cito Toets 0 t/m 3 Begrijpend Lezen Diataal A, B, 2 en 3 Cito Toets 0 t/m 3 1 t/m 3 1 t/m Resultaten In de Toetssteen worden twee maten gebruikt om de leerprestaties in beeld te brengen: de vaardigheidsniveaus en (gemiddelde) standaardscores. De Rotterdamse Toetssteen , 21/38

22 Voor de landelijke vergelijking van toetsresultaten wordt bij alle toetsen voor voorschool, po en vo gebruik gemaakt van vaardigheidsniveaus. Box 3.4 geeft een overzicht van deze vaardigheidsniveaus. Box 3.4 Vaardigheidsniveaus Bij de presentatie van de toetsresultaten gebruiken we de landelijke verdeling in scoreniveaus, namelijk: niveau A: de 25% hoogst scorende leerlingen niveau B: de 25% net boven de mediaan scorende leerlingen niveau C: de 25% net onder de mediaan scorende leerlingen niveau D: de 15% ruim onder de mediaan scorende leerlingen niveau E: de 10% laagst scorende leerlingen Bij de resultaten wordt gekeken of het percentage (zeer hoge) A- en (hoge) B-scores samen minimaal 50% is en het percentage (zwakke) D- en (zeer zwakke) E-scores maximaal 25%. Om de prestaties op de verschillende toetsdomeinen en van de verschillende leerjaren nog preciezer met elkaar te kunnen vergelijken, wordt ook gebruik gemaakt van standaardscores (t-scores). Box 3.5 Standaardscores De vaardigheidsscores, resultaten op de toetsen, zijn omgezet in gestandaardiseerde t-scores, waarbij het landelijk gemiddelde 50 en de standaarddeviatie 10 is. Hiervoor is het landelijk gemiddelde en de standaarddeviatie van de toetsen gebruikt, op basis van de landelijke normeringen van Cito en Diataal. 2/3 van de leerlingen scoort tussen de 40 en 60. Een score onder de 40 is bijzonder laag, een score boven de 60 is bijzonder hoog. Bij analyses van grote groepen, zoals in deze Toetssteen, wordt een verschil van twee of meer punten als betekenisvol geïnterpreteerd. Bij de resultaten waarbij de standaardscores zijn gebruikt, wordt vooral gekeken in hoeverre de scores afwijken van het landelijk gemiddelde van Nieuwe normen Vanaf zijn er diverse wijzigingen/aanpassingen door Cito en Diataal ingevoerd. Het gaat om de volgende zaken: er zijn nieuwe normen voor begrijpend lezen, spelling, woordenschat en rekenenwiskunde in het primair onderwijs en Diataal heeft nu nieuwe/aparte normen voor vmbo-bb, vmbo-kb, havo en vwo in het voortgezet onderwijs. Een en ander heeft geen gevolgen voor de absolute prestaties (vaardigheidsscores), maar wel voor de relatieve prestaties (vaardigheidsniveaus, standaardscores, vergelijking met landelijk). De oude en nieuwe normen zijn niet te vergelijken. Cito geeft dan ook het advies om, als wordt gekozen voor de nieuwe normen, deze ook bij de historische toetsgegevens door te voeren. Voor deze Toetssteen zijn de nieuwe normen voor het po gebruikt. 22/38, De Rotterdamse Toetssteen

23 4. Resultaten voorschoolse educatie - nulgroepen 4.1. Inleiding is het tweede jaar dat er gegevens van nulgroepen in de Toetssteen worden opgenomen. Van zo n vijf scholen en in totaal 103 leerlingen zijn er gegevens van hun nulgroepen binnengekomen. Aangezien het gestandaardiseerd opleveren van toetsdata voor de meeste instellingen (nog) problematisch is (of niet mogelijk vanwege het gebruik van andere methoden), is het ondanks herhaaldelijke inspanningen bij dit aantal gebleven Nulgroepen taal en rekenen Het aantal scholen en leerlingen is beperkt. Toch willen we op deze manier een indruk geven van de resultaten van de nulgroepen. Zoals in het vorige hoofdstuk al is vermeld, sluiten de toetsen Taal en Rekenen voor Peuters naadloos aan op de toetsen Taal en Rekenen voor Kleuters. Zo kunnen kinderen/leerlingen nog beter in een doorgaande lijn worden gevolgd. In tabel 4.1 staan de resultaten voor twee afnamen van de toets Taal voor Peuters. Tabel 4.1 Resultaten Taal voor Peuters Afname A B C D E standaardscore P1 (3;0 3;6) 25% 10% 25% 24% 15% 47 P2 (3;6 4;0) 39% 23% 8% 12% 19% 54 De taalresultaten laten zien dat bij de peuters tussen de 3 en 3,5 jaar de gemiddelde standaardscore onder het landelijk gemiddelde ligt, waarbij het percentages zwakke D- en zeer zwakke E-scores samen boven het verwachte percentage van 25% uitkomt. Vooral het percentage D-scores is hoog. Bij de peuters van 3, 5 tot 4 jaar is het gemiddelde een stuk hoger en komt boven het landelijk gemiddelde van 50 uit. Het percentage A- en B-scores is meer dan 50% en het percentage D- en E-scores komt boven de 25% uit. Daarbij is het percentage E-scores aan de hoge kant.. In de volgende tabel zijn de resultaten Rekenen voor Peuters opgenomen. Tabel 4.2 Resultaten Rekenen voor Peuters Afname A B C D E standaardscore P1 (3;0 3;6) 18% 23% 23% 9% 27% 49 P2 (3;6 4;0) 42% 17% 10% 22% 10% 53 De rekenresultaten laten een zelfde beeld zien als de taalresultaten bij de peuters: een gemiddelde net onder de landelijke grens van 50 bij de peuters van 3 tot 3,5 jaar en een hogere gemiddelde standaardscore bij de peuters van 3,5 tot 4 jaar. Bij beide groepen zijn de percentages zwakke D- en zeer zwakke E-scores hoog. Bij de eerste afname is het percentage E-scores hoog; bij de tweede afname juist het percentage D-scores. De Rotterdamse Toetssteen , 23/38

24 24/38, De Rotterdamse Toetssteen

25 5. Resultaten primair onderwijs 5.1. Toetsresultaten primair onderwijs In deze paragraaf worden de toetsresultaten gepresenteerd van de Rotterdamse basisschoolleerlingen in het schooljaar Het betreft de volgende domeinen: taal voor kleuters, rekenen voor kleuters, woordenschat, spelling, technisch lezen, begrijpend lezen en rekenen-wiskunde Taal voor Kleuters Uit grafiek wordt duidelijk dat Rotterdamse kleuters bij Taal voor Kleuters eind leerjaar 1 minder goed presteren dan verwacht mag worden. De percentages A- en B-scores samen liggen net onder de 50%. Het percentage D-scores ligt onder het landelijke niveau van 15%, maar het percentage E-scores is meer dan 10% (zo n 18%). De prestaties van de oudste kleuters zien er beter uit. Eind leerjaar 2 komt de verdeling van de Cito-niveaus goed overeen met de landelijke verdeling. Alleen het percentage E-scores is wat hoger dan 10% (12%). Grafiek Stapelgrafiek Taal voor Kleuters Tabel Standaardscores per leerjaar Taal voor Kleuters Leerjaar hele groep (n=997) 52 (n= 755) 45 (n=79) 40 (n=124) 2 51 (n=1.490) 53 (n=1.192) 47 (n=94) 45 (n=154) De Rotterdamse Toetssteen , 25/38

26 De standaardscores voor de verschillende (gewichten)groepen staan in tabel In leerjaar 1 ligt de standaardscore van 49 voor de hele groep Rotterdamse kleuters net onder het landelijk gemiddelde van 50. De 0.0-leerlingen behalen een standaardscore boven het landelijk gemiddelde, maar de gewichtengroepen 0.3 en 1.2 blijven ruim achter op het landelijk gemiddelde en de score van de hele groep. Daarbij scoren de 1.2-leerlingen nog eens ruim lager dan de 0.3-leerlingen. De groep leerlingen van leerjaar 2 heeft een gemiddelde score net boven het landelijk gemiddelde. De groep leerlingen zonder gewicht komt nog hoger uit. Ook de oudste kleuters met een gewicht blijven achter bij zowel het landelijk gemiddelde als bij het gemiddelde van de hele groep, hoewel hier de verschillen kleiner zijn dan bij leerjaar Rekenen voor Kleuters Uit grafiek komt leerjaar 1 met betere rekenresultaten naar voren dan leerjaar 2, dit in tegenstelling tot wat we bij Taal voor Kleuters zagen. Bij leerjaar 1 zijn de percentages D- en E-scores bij elkaar lager dan landelijk verwacht mag worden en de scores A en B voldoen ruim aan de landelijke percentages. Bij leerjaar 2 zijn de behaalde resultaten iets minder positief. Vooral de percentages zwakke D- en zeer zwakke E-scores zijn hoger dan landelijk verwacht. Grafiek Stapelgrafiek Rekenen voor Kleuters Tabel Standaardscores per leerjaar Rekenen voor Kleuters Leerjaar hele groep (n=995) 53 (n= 754) 48 (n=79) 43 (n=125) 2 50 (n=1.497) 52 (n=1.193) 45 (n=94) 45 (n=152) 26/38, De Rotterdamse Toetssteen

27 Uit tabel wordt duidelijk dat de hele groep leerlingen in leerjaar 1 net boven het landelijk gemiddelde zit, en leerjaar 2 heeft een score die gelijk is aan het landelijk gemiddelde. De 0.0-leerlingen zitten in beide leerjaren boven het landelijke en het Rotterdamse gemiddelde. Bij beide groepen gewichtenleerlingen (0.3 en 1.2) blijven de scores achter bij het landelijk gemiddelde en de hele groep. Tussen de scores van de gewichtengroepen 0.3 en 1.2 van leerjaar 1 is het verschil groot, terwijl bij leerjaar 2 de score van beide gewichtengroepen gelijk is Woordenschat Uit grafiek komt naar voren dat woordenschat voor veel leerlingen problemen oplevert. Het aandeel scores op A- en B-niveau is in alle leerjaren laag (samen minder dan 40%). Daarbij is het percentage D- en E-scores bij alle leerjaren erg hoog (samen meer dan 40%). Bij alle leerjaren is het percentage E-scores alleen al meer dan 25%, terwijl 10% E-scores landelijke gezien de norm is. Grafiek Stapelgrafiek Woordenschat Tabel Standaardscores en leerlingaantallen per leerjaar Woordenschat Leerjaar hele groep (n=1.115) 46 (n=842) 41 (n=105) 35 (n=161) 4 44 (n=1.162) 46 (n=898) 38 (n=98) 34 (n=159) 5 47 (n=1.140) 49 (n=833) 45 (n=99) 38 (n=187) 6 44 (n=991) 47 (n=700) 44 (n=65) 37 (n=188) 7 44 (n=1.115) 46 (n=742) 42 (n=121) 36 (n=221) 8 42 (n=917) 45 (n=550) 40 (n=116) 36 (n=210) De Rotterdamse Toetssteen , 27/38

28 Tabel toont dat bij woordenschat in geen enkel leerjaar het landelijk gemiddelde van 50 wordt gehaald, ongeacht het gewicht van de leerlingen. De laagste score van de totale groep is te zien bij leerjaar 8; de hoogste score bij leerjaar 5. De 1.2-leerlingen van leerjaar 4 scoren van de afzonderlijke groepen het laagst, terwijl de leerlingen zonder gewicht van leerjaar 5. het hoogst scoren Spelling De volgende stapelgrafiek, grafiek 5.1.4, laat zien dat bij spelling de beste resultaten in leerjaar 6 zijn behaald. Ook de resultaten in leerjaar 5 en 7 geven een voldoende resultaat. Voor de overige leerjaren geldt dat het percentage D- en E-scores boven de 25% uitstijgt en het percentage A- en B-scores beneden de 50% uitkomt. Grafiek Stapelgrafiek Spelling Tabel Standaardscores per leerjaar Spelling Leerjaar hele groep (n=1.458) 50 (n=1.093) 46 (n=126) 44 (n=198) 4 50 (n=1.478) 52 (n=1.113) 46 (n=115) 48 (n=197) 5 50 (n=1.466) 52 (n=1.060) 47 (n=120) 48 (n=218) 6 50 (n=1.499) 53 (n=1.069) 50 (n=93) 49 (n=237) 7 50 (n=1.455) 52 (n=1.005) 50 (n=136) 47 (n=240) 8 48 (n=1.451) 51 (n=953) 46 (n=157) 46 (n=240) Uit tabel komt naar voren dat de Rotterdamse leerlingen bij spelling gemiddeld op het landelijk gemiddelde uitkomen. De scores van leerjaar 3 en 8 liggen wel onder het landelijk 28/38, De Rotterdamse Toetssteen

29 gemiddelde van 50. De leerlingen zonder gewicht (0.0-leerlingen) behalen gemiddelde standaardscores op en voornamelijk boven het landelijk gemiddelde. Bij enkele leerjaren liggen de scores van de groep 0.3- en 1.2-leerlingen dicht bij elkaar of zijn gelijk. Bij leerjaar 4 en 5 scoren de 1.2-leerlingen hoger dan de 0.3-leerlingen Technisch Lezen Uit de volgende grafiek valt op te maken dat in Rotterdam hogere leerjaren betere scores halen voor technisch lezen. Vanaf leerjaar 6 zijn de resultaten positiever dan landelijk verwacht mag worden. Met het toenemen van de leerjaren neemt het percentage A- en B- scores ook toe. Het aandeel D- en E-scores blijft bij alle leerjaren onder de 25% en het percentage A- en B-scores is overal meer dan 50%, behalve bij leerjaar 3 (49%). Grafiek Stapelgrafiek Technisch Lezen Tabel Standaardscores per leerjaar Technisch Lezen Leerjaar hele groep (n=1.431) 52 (n=1.087) 48 (n=125) 50 (n=185) 4 51 (n=1.455) 52 (n=1.115) 49 (n=110) 51 (n=179) 5 51 (n=1.436) 52 (n=1.046) 49 (n=116) 50 (n=207) 6 51 (n=1.423) 53 (n=1.018) 49 (n=90) 51 (n=214) 7 51 (n=1.388) 53 (n=951) 51 (n=132) 51 (n=228) 8 53 (n=1.290) 55 (n=814) 53 (n=147) 55 (n=211) Ook tabel geeft de positieve gemiddelde resultaten voor technisch lezen weer. In alle leerjaren is door de hele groep leerlingen boven het landelijk gemiddelde gescoord. Dat geldt De Rotterdamse Toetssteen , 29/38

30 ook voor de leerlingen zonder gewicht. De 0.3-leerlingen van leerjaar 3 tot en met 6 scoren steeds (net) onder het landelijk gemiddelde. Opvallend is dat de 1.2-leerlingen gelijke of hogere scores halen dan de 0.3-leerlingen Begrijpend Lezen De resultaten van begrijpend lezen zijn voor alle leerjaren niet voldoende: de percentages A- en B-scores bereiken nergens de 50% en de percentages D- en E-scores overstijgen overal de 25%. Leerjaar 3 en 4 hebben de beste resultaten behaald en leerjaar 8 de minst goede. Grafiek Stapelgrafiek Begrijpend Lezen Tabel Standaardscores per leerjaar Begrijpend Lezen Leerjaar hele groep (n=1.307) 51 (n=997) 45 (n=107) 44 (n=177) 4 48 (n=1.481) 50 (n=1.122) 44 (n=115) 42 (n=194) 5 46 (n=1.439) 48 (n=1.050) 44 (n=114) 42 (n=231) 6 46 (n=1.481) 49 (n=1.062) 45 (n=92) 42 (n=230) 7 47 (n=1.450) 50 (n=1.004) 44 (n=133) 41 (n=236) 8 45 (n=1.460) 48 (n=948) 42 (n=159) 41 (n=242) Uit tabel valt af te lezen dat begrijpend lezen gemiddeld voor alle leerjaren in meer of mindere mate problemen oplevert. Leerjaar 3 en 4 behalen scores net onder het landelijk gemiddelde, maar daarna liggen de scores er steeds ruim onder. In de meeste leerjaren scoren de leerlingen zonder gewicht rond het landelijk gemiddelde. Het gemiddelde van leerjaar 5 en 8 ligt wel echt onder het gemiddelde van 50. De 0.3-leerlingen scoren ruim 30/38, De Rotterdamse Toetssteen

31 lager dan het landelijk gemiddelde en de 1.2-leerlingen scoren nog lager dan de 0.3- leerlingen Rekenen Uit grafiek komt naar voren dat ook voor rekenen geldt, dat het percentage A- en B- scores bij alle leerjaren onder de 50% uitkomt. Het aandeel zwakke D- en zeer zwakke E- scores bedraagt in alle leerjaren meer dan 30%. Grafiek Stapelgrafiek Rekenen-Wiskunde Tabel Standaardscores per leerjaar Rekenen-Wiskunde Leerjaar hele groep (n=1.456) 49 (n=1.097) 43 (n=126) 43 (n=197) 4 48 (n=1.490) 49 (n=1.127) 43 (n=118) 43 (n=197) 5 46 (n=1.466) 48 (n=1.069) 41 (n=121) 41 (n=220) 6 45 (n=1.497) 48 (n=1.075) 44 (n=91) 44 (n=234) 7 45 (n=1.460) 48 (n=1.013) 43 (n=136) 41 (n=237) 8 42 (n=1.447) 45 (n=935) 38 (n=158) 40 (n=241) Uit tabel wordt duidelijk dat leerjaar 8 gemiddeld het laagst scoort en leerjaar 4 het beste resultaat oplevert. De Rotterdamse basisschoolleerlingen zonder gewicht scoren bij alle leerjaren onder het landelijk gemiddelde en dat geldt ook voor de gewichtenleerlingen. De beide gewichtengroepen behalen nagenoeg dezelfde scores, waarbij in leerjaar 7 de 0.3- leerlingen een hoger gemiddelde behalen en in leerjaar 8 de 1.2-leerlingen. De Rotterdamse Toetssteen , 31/38

32 Resultaten basisonderwijs Aangezien in een deel van de po-populatie Toetsservice uit sbo- en so-leerlingen bestaat (bijna 8%, in was dit nog 4%), hebben we voor een tweetal domeinen (begrijpend lezen en rekenen-wiskunde) gekeken wat de verschillen in standaardscores zijn tussen de groep bao- en so/sbo-leerlingen. Tabel Standaardscores per leerjaar Begrijpend Lezen en Rekenen-Wiskunde begrijpend lezen rekenen-wiskunde Leerjaar so/sbo bao so/sbo bao Uit tabel blijkt dat de verschillen in scores groot zijn. Hieruit mogen we concluderen dat het aandeel so-/sbo-leerlingen bijdraagt aan de relatief lage Rotterdamse gemiddelden dit schooljaar Longitudinale resultaten primair onderwijs De hiervoor gepresenteerde resultaten van de toetsgegevens geven de stand van zaken van het schooljaar weer. In deze paragraaf volgen we de ontwikkeling van de leerlingen van leerjaar door de jaren heen. Van deze groep zijn de gegevens van leerjaar 3 tot en met 8 compleet. Om de prestaties van de leerjaar 8-leerlingen in de verschillende schooljaren met elkaar te kunnen vergelijken, kijken we naar de gemiddelde standaardscores die deze leerlingen op de verschillende toetsmomenten hebben behaald. Omdat we in deze Toetssteen alleen kijken naar de nieuwe Cito-toetsen, zijn er van dit cohort onvoldoende resultaten van de beide kleutertoetsen beschikbaar om deze in de longitudinale analyse op te nemen Woordenschat Grafiek laat de woordenschatscores van het cohort leerjaar zien. In leerjaar 3 (08/09) liggen die ruim onder het landelijk gemiddelde. In de leerjaren daaropvolgend zijn de scores hoger geworden, maar liggen nog steeds ruim onder de lijn van het landelijk gemiddelde. 32/38, De Rotterdamse Toetssteen

33 Grafiek Trendgrafiek Woordenschat Voor de diverse gewichtengroepen binnen het cohort zijn de gegevens in de volgende tabel opgenomen. In deze tabel is per leerjaar het resultaat op de eindtoets opgenomen, uitgezonderd leerjaar 8. Tabel Woordenschat Leerjaar hele groep E E E E E M Voor de hele groep geldt, zoals we dat in de trendgrafiek zagen dat de resultaten voor alle leerjaren laag zijn. De leerlingen zonder gewicht komen, zoals verwacht, als beste uit de bus. Voor deze groep leerlingen geldt leerjaar 3 als grootste struikelblok. Van de 0.3-leerlingen zijn er resultaten van leerjaar 5 tot en met 8, alle vier de scores zijn laag en liggen op of net onder de 40. Bij de 1.2-leerlingen heeft leerjaar 8 de hoogste score; de laagste is zeer laag: leerjaar Spelling Grafiek geeft de ontwikkeling op het gebied van spelling door de (school)jaren heen weer van de leerlingen die in schooljaar in leerjaar 8 zaten. De Rotterdamse Toetssteen , 33/38

34 Grafiek Trendgrafiek Spelling De grafiek geeft een licht wisselende trend op en onder het landelijk gemiddelde weer. De scores tot en met halverwege leerjaar 6 ( : M) liggen voornamelijk op of net onder het landelijk gemiddelde, maar in de periode daarna liggen de scores er steeds onder (48, een betekenisvol verschil). Tabel Longitudinale standaardscores Spelling Leerjaar hele groep E E E E E M Uit tabel blijkt dat de leerlingen zonder gewicht in alle leerjaren rond het landelijk gemiddelde score, variërend van net onder de landelijke 50 in leerjaar 3 tot ruim boven het landelijk gemiddelde in leerjaar 7. De hoogste score van de groep 0.3-leerlingen is 49 in leerjaar 4 en de laagste is 45, in leerjaar 6. Bij de groep 1.2-leerlingen ligt dat net wat anders: de hoogste score (48) is ook voor leerjaar 4 weggelegd, maar de laagste score (46) komt bij drie leerjaren voor (leerjaar 5, 6 en 8). 34/38, De Rotterdamse Toetssteen

35 Technisch Lezen In grafiek staan de longitudinale resultaten voor technisch lezen van dit cohort. Grafiek Trendgrafiek Technisch Lezen Het technisch lezen gaat het cohort groep goed af. Alle scores, uitgezonderd de score van eind leerjaar 4 (09/10 E), liggen op of boven het landelijk gemiddelde. Het beste resultaat (53) is in groep 8 behaald. In tabel staan de standaardscores per leerjaar en gewichtengroep vermeld. Tabel Longitudinale standaardscores Technisch Lezen Leerjaar hele groep E E E E E M Uit deze tabel komt naar voren dat bij alle gewichtengroepen de hoogste score in leerjaar 8 is behaald. Net zoals bij de totale groep leerlingen, ligt bij de groep 0.0-leerlingen de laagste score onder het landelijk gemiddelde. De beide gewichtengroepen hebben alleen scores op of boven het landelijk gemiddelde behaald. De Rotterdamse Toetssteen , 35/38

36 Begrijpend Lezen Grafiek geeft de ontwikkeling voor begrijpend lezen weer van de leerlingen die in schooljaar in leerjaar 8 zaten. Grafiek Trendgrafiek Begrijpend Lezen De trendlijn voor begrijpend lezen begint met scores net onder en op het landelijk gemiddelde eind leerjaar 3 (08/09 E) en midden leerjaar 4 (09/10 M). Daarna zet een licht dalende trend in. Alle scores begrijpend lezen liggen vanaf eind leerjaar 4 onder het landelijk gemiddelde. Het minst goede resultaat is in leerjaar 8 behaald. Tabel Longitudinale standaardscores Begrijpend Lezen Leerjaar hele groep E E M M M M Uit tabel blijkt dat de diverse groepen leerlingen licht wisselende scores hebben. De groep leerlingen zonder gewicht behalen de betere prestaties, veelal dicht tegen het landelijk gemiddelde aan. De gewichtengroepen 0.3 en 1.2 eindigen met een flinke achterstand ten opzichte van het landelijk gemiddelde, waarbij de 1.2-leerlingen lagere scores behalen dan de 0.3-leerlingen. 36/38, De Rotterdamse Toetssteen

37 Rekenen-Wiskunde Grafiek geeft inzage in de ontwikkeling op het gebied van rekenen-wiskunde van de leerlingen die in schooljaar in leerjaar 8 zaten. Grafiek Trendgrafiek Rekenen-Wiskunde De grafiek met de rekenresultaten toont een voornamelijk dalende trend. Tot medio leerjaar 4 (09/10 M) stijgen de scores richting het landelijk gemiddelde, maar daarna dalen ze, met uitzondering van de score halverwege leerjaar 6 (11/12 M). Tabel Longitudinale standaardscores Rekenen-Wiskunde Leerjaar hele groep E E E E E M Tabel laat voor de hele groep leerlingen dezelfde dalende trend zien vanaf leerjaar 5. Ook de scores van de leerlingen zonder gewicht liggen steeds onder het landelijke gemiddelde. Dat geldt ook voor de 0.3-en 1.2-leerlingen, zij scoren in alle leerjaren ruim onder het landelijk gemiddelde Leerwinst in het primair onderwijs Leerwinst en toegevoegde waarde zijn begrippen die in het onderwijs geen eenduidige betekenis hebben. Leerwinst (of zoals de Staatssecretaris later schreef: leergroei) wordt in het rapport gedefinieerd als de vergelijking van twee toetsprestaties op twee verschillende momenten waarbij een verschil gezien wordt als positieve of negatieve leerwinst. De leerwinst kan bijvoorbeeld elk leerjaar gemeten worden of alleen door middel van de afname van een begin- en een eindtoets. De Rotterdamse Toetssteen , 37/38

38 Onder toegevoegde waarde wordt verstaan de bijdrage die de school levert aan de leerwinst van alle leerlingen. De invloed van de school wordt statistisch berekend door rekening te houden met de verschillende factoren die de leerwinst kunnen hebben beïnvloed, maar die buiten de invloedssfeer van de school liggen. Zo n factor is bijvoorbeeld de samenstelling van de schoolbevolking: etniciteit, geslacht, sociaal-economische status en type zorgleerlingen. Door de leerwinst te corrigeren voor niet-schoolse factoren, wordt het effect van de school zichtbaar. Uit: Leerwinst en Toegevoegde Waarde, De CED-Toetsservice heeft jarenlang gepubliceerd over de Rotterdamse Toegevoegde Waarde. Echter, als we de hiervoor genoemde definities goed doorvoeren, hadden we het eigenlijk over leerwinst en niet over toegevoegde waarde. Leerwinst is in feite een beoordeling van de (vaardigheids)groei, de vergelijking van de groei van een leerling of een groep leerlingen met de gemiddelde of normale groei. Het leerwinstmodel uit de pilot Leerwinst Toegevoegde Waarde po dat Cito momenteel verder uitwerkt, gaat uit van een vergelijking met de gemiddelde groei van leerlingen met dezelfde startscore. Wij beschikken nog niet over de referentiegegevens die nodig zijn voor deze leerwinstberekening. Daarom gaan wij uit van een vergelijking met de gemiddelde groei van de gemiddelde leerling, oftewel de groei van het landelijk gemiddelde. Leerwinst is dan het verschil in t-score. Onze leerwinstberekening is iets minder precies dan het leerwinstmodel uit de pilot, maar geeft voldoende informatie om uitspraken over de leerwinst van een groep leerlingen te doen. In deze rapportage geven we de resultaten leerwinst van twee groepen/cohorten leerlingen weer. Het gaat dan om de leerlingen die in in leerjaar 7 hebben gezeten en de leerlingen die in leerjaar 8 hebben gezeten. Voor deze cohorten zijn de verschillen in t-scores tussen eind leerjaar 4 en eind leerjaar 7 berekend. Deze verschilscores zeggen iets over hun leerwinst op de verschillende domeinen. Wat betekenen deze verschilscores? een score 0 betekent: dezelfde score in leerjaar 7 als in leerjaar 4: de leerlingen zijn gemiddeld net zoveel gegroeid als het landelijk gemiddelde; er is geen sprake van leerwinst. een score betekent: een lagere score in leerjaar 7 dan in leerjaar 4: de leerlingen zijn gemiddeld minder gegroeid dan het landelijk gemiddelde; er is sprake van een negatieve leerwinst of leerverlies. een + score betekent: een hogere score in leerjaar 7 dan in leerjaar 4: de leerlingen zijn gemiddeld meer gegroeid dan het landelijk gemiddelde; er is sprake van leerwinst. Een verschilscore van +1 of -1 zegt weinig, dit resultaat kan voortkomen uit afrondingsverschillen. 38/38, De Rotterdamse Toetssteen

39 Het is nog niet geheel duidelijk wat voldoende groei is: is dat 2 of 6 of? Wel kan gesteld worden dat een verschil van 5 punten een significant verschil is en dat er vanaf 2 punten verschil sprake is van een relevant of betekenisvol verschil. In de volgende twee tabellen staat de leerwinst van het cohort leerjaar 7 in en van het cohort leerjaar 8 in Tabel Leerwinst cohort leerjaar 7 in Leerlinggewicht woordenschat spelling technisch lezen begrijpend lezen rekenenwiskunde Totaal Uit tabel blijkt, dat bij cohort leerjaar 7 in de verschilscores voor de totale groep bij alle domeinen, uitgezonderd woordenschat, geen leerwinst laten zien. De verschilscores bij spelling, technisch lezen, begrijpend lezen en rekenen-wiskunde zijn -1 of 1. Woordenschat heeft een verschilscore van 2, dat wil zeggen dat bij dit cohort sprake is van een (kleine) leerwinst op dit domein. Bij de verschillende gewichtengroepen is te zien dat de leerlingen zonder gewicht op de domeinen woordenschat, spelling en technisch lezen leerwinst hebben behaald. Bij de 0.3- leerlingen is er nauwelijks sprake van een betekenisvol verschil, maar er is wel een duidelijke afname (negatieve leerwinst) bij rekenen-wiskunde. De 1.2-leerlingen behalen leerwinst op woordenschat (met een verschilscore van 6) en spelling. Tabel Leerwinst cohort leerjaar 8 in Leerlinggewicht woordenschat spelling technisch lezen begrijpend lezen rekenenwiskunde Totaal Het totale cohort leerjaar 8 in heeft een betekenisvolle verschilscore op de domeinen technisch lezen, begrijpend lezen en rekenen-wiskunde. Bij het technisch lezen betreft het een leerwinst van 3, maar bij begrijpend lezen en rekenen-wiskunde is juist sprake van een leerverlies. De groep leerlingen zonder gewicht heeft leerwinst geboekt bij spelling en technisch lezen en er is leerverlies te zien bij begrijpend lezen. Bij de 0.3- leerlingen zien we geen leerwinst, maar wel verlies bij de domeinen spelling, begrijpend lezen en rekenen-wiskunde. De 1.2-leerlingen behalen een aanzienlijke leerwinst bij woordenschat en een kleine bij technisch lezen, terwijl er een klein leerverlies bij begrijpend lezen te zien is. De Rotterdamse Toetssteen , 39/38

40 5.4. Bollebozen primair onderwijs Uit diverse publicaties is gebleken dat Nederlandse leerlingen die goed presteren op school, in het huidige onderwijs onvoldoende de kans krijgen om zichzelf (optimaal) te ontwikkelen. Nederland is goed in staat om met achterstanden van minder presterende kinderen om te gaan, maar ons land is veel minder in staat om de zeer slimme kinderen passend onderwijs te bieden. Om te voorkomen dat het Rotterdamse onderwijs zich alleen op de gemiddelde of ondergemiddelde leerlingen richt, wil het gemeentebestuur dat ook de bovengemiddeld scorende leerlingen, de bollebozen, in kaart worden gebracht. In deze Toetssteen zijn de bollebozen of talentleerlingen de leerlingen die op een toetsdomein tot de landelijke 10% beste leerlingen behoren. Dat wil zeggen, dat zij een standaardscore hebben die gelijk is aan of hoger is dan 63. Tabel Bollebozen primair onderwijs Bolleboos op gebied van taal voor kleuters 14% rekenen voor kleuters 15% woordenschat 8% spelling 15% technisch lezen 17% begrijpend lezen 10% rekenen 8% Per definitie zijn er landelijk gezien 10% bollebozen. In vergelijking met landelijk zijn er onder de kleuters en op het gebied van spelling en technisch lezen in Rotterdam duidelijk meer bollebozen. Het percentage bollebozen op het gebied van begrijpend lezen is gelijk aan landelijk en het aandeel Rotterdamse bollebozen op het gebied van woordenschat en rekenen blijft met 8% iets achter op het landelijke aandeel bollebozen. Tabel Bollebozen naar leerlinggewicht Bolleboos op gebied van taal voor kleuters 17% 5% 3% rekenen voor kleuters 18% 4% 6% woordenschat 10% 4% 2% spelling 18% 9% 9% technisch lezen 19% 15% 17% begrijpend lezen 13% 3% 4% rekenen-wiskunde 10% 3% 4% De hoogste percentages bollebozen komen bij de 0.0-leerlingen voor. Voor alle domeinen geldt dat 10% of meer van de 0.0-leerlingen bollebozen zijn. Bij taal en rekenen voor 40/38, De Rotterdamse Toetssteen

41 kleuters, spelling en technisch lezen is zelfs bijna 20% van de 0.0-leerlingen een bolleboos. Bij technisch lezen is 15% van de 0.3- en zo n 17% van de 1.2-leerlingen een bolleboos. Er zijn ook leerlingen die op meerdere domeinen een bolleboos zijn. 8% van alle kleuters is zowel bij taal als bij rekenen een bolleboos. Bijna 1% van alle leerlingen in leerjaar 3 t/m 8 is een bolleboos op alle domeinen, terwijl 66% van alle leerlingen op geen enkel domein bolleboos is Noord- en Zuidoever primair onderwijs In dit rapport kijken we ook naar de resultaten van de beide oevers van Rotterdam: Noord en Zuid. Beide oevers worden met Rotterdam totaal vergeleken. Van de schoollocaties voor primair onderwijs staat 63% op de Noordoever en 37% op de Zuidoever. In tabel worden de resultaten van de Noord- en de Zuidoever en Rotterdam-totaal naast elkaar gezet. Tabel Resultaten oevers en Rotterdam Oever woordenschat spelling technisch lezen begrijpend lezen rekenenwiskunde Noord Zuid Totaal De Noordoever en de Zuidoever verschillen nauwelijks van het Rotterdamse gemiddelde. De uitzondering vormt begrijpend lezen: Noord verschilt amper van het totaal, maar het verschil van Zuid met het totaal is betekenisvol. De Rotterdamse Toetssteen , 41/38

42 42/38, De Rotterdamse Toetssteen

43 6. Resultaten voortgezet onderwijs 6.1. Toetsresultaten voortgezet onderwijs Evenals in de vorige schooljaren en zijn de toetsresultaten van het voortgezet onderwijs in deze Toetssteen afkomstig van de Rotterdamse scholen en schoollocaties die deelnemen aan het project Rotterdams (Taal)Effect. De vo-scholen hebben de resultaten van de toetsen voor woordenschat en begrijpend lezen van leerjaar 1 tot en met 3 geleverd. Leerjaar 3 maakt geen deel uit van project TaalEffect, maar deze resultaten zijn wel afkomstig van de TaalEffect-scholen. In de tabellen zijn de cellen (roze)rood gekleurd als het percentage D- en E-scores boven de 25% uitkomt. De cellen zijn blauw gekleurd als het percentage A- en B-scores boven de 50% uitstijgt Woordenschat Uit tabel komt naar voren wat de prestaties van de vo-leerlingen leerjaar op de woordenschattoetsen zijn. Tabel Woordenschat leerjaar 1 vo Onderwijsniveau n A B C D E standaardscore praktijkonderwijs % 24% 28% 12% 4% 53 vmbo-b/k % 18% 34% 19% 11% 48 vmbo-tl % 21% 27% 18% 19% 49 havo % 19% 33% 16% 12% 49 vwo % 27% 15% 12% 5% 53 Wat opvalt (en dat was de twee jaren hiervoor ook het geval) is, dat de leerlingen in het praktijkonderwijs en vwo goede resultaten behalen. In het praktijkonderwijs behaalt 57% van de leerlingen een A- of B-niveau en bij de vwo-leerlingen ligt dit percentage op 68%. Bij de andere onderwijsniveaus zijn de prestaties minder goed: het percentage D- en E- scores is bij vmbo-b/k, vmbo-tl en havo-leerlingen meer dan 25%. De verschillen tussen de onderwijsniveaus is ook af te lezen uit de laatste kolom met standaardscores: de gemiddelde scores van het praktijkonderwijs en vwo liggen boven het landelijk gemiddelde, van de andere onderwijsniveaus ligt de standaardscore er onder. In tabel op de volgende pagina zijn de resultaten van leerjaar 2 opgenomen. De Rotterdamse Toetssteen , 43/38

44 Tabel Woordenschat leerjaar 2 vo Onderwijsniveau n A B C D E standaardscore praktijkonderwijs % 31% 18% 15% 11% 51 vmbo-b/k % 20% 40% 12% 10% 49 vmbo-tl % 23% 29% 17% 14% 49 havo % 27% 24% 17% 8% 55 vwo % 27% 20% 9% 4% 54 Uit tabel blijkt dat ook voor leerjaar 2 geldt dat de leerlingen van het praktijkonderwijs en vwo de positieve uitschieters zijn met respectievelijk 54% en 67% A- en B-scores, alleen geldt voor het praktijkonderwijs dat het percentage D- en E-scores net boven de 25% uitkomt. Voor geldt dat ook onderwijsniveau havo meer dan 50% A- en B-scores heeft opgeleverd. Alle drie de genoemde onderwijsniveaus hebben een standaardscore boven het landelijk gemiddelde van 50. De leerlingen van de beide andere onderwijsniveaus scoren minder goed dan op basis van de landelijke verdeling verwacht mag worden, hoewel de standaardscores bijna gelijk zijn aan het landelijk gemiddelde. Tabel Woordenschat leerjaar 3 vo Onderwijsniveau n A B C D E standaardscore praktijkonderwijs % 25% 28% 10% 12% 52 vmbo-b/k % 23% 26% 11% 17% 51 vmbo-tl % 14% 27% 21% 22% 47 havo % 9% 25% 11% 15% 54 vwo 65 52% 5% 11% 9% 23% 52 Dit is het eerste jaar dat de resultaten van leerjaar 3 zijn meegenomen. Uit tabel komt naar voren dat bij leerjaar 3 het beeld van de onderwijsniveaus wat anders ligt dan in leerjaar 1 en 2. Het praktijkonderwijs levert resultaten nagenoeg conform de landelijke verdeling. Bij de andere onderwijsniveaus is het percentage D- en E-scores hoger dan het landelijke percentage. Vwo-leerlingen hebben aan de ene kant een hoog percentage zeer zwakke E-scores, maar aan de andere kant ook een zeer hoog percentage goede A-scores. De laagste gemiddelde standaardscore is van de leerlingen van vmbo-tl en de hoogste is behaald door de havo-leerlingen. In stapelgrafiek op de volgende pagina zijn de scores op woordenschat van alle Rotterdamse vo-leerlingen van de leerjaren 1 tot en met 3 per leerjaar bij elkaar gezet. 44/38, De Rotterdamse Toetssteen

45 Grafiek Woordenschat Rotterdam Uit deze grafiek blijkt dat de scores van de leerjaren 1 tot en met 3 in grote lijnen met elkaar overeenkomen. Als we dit met de landelijke verdeling over de niveaus vergelijken, dan constateren we dat in alle drie de leerjaren het percentage A- en B-scores onder de 50% blijft en dat het percentage D- en E-scores in leerjaar 1 en 3 boven de 25% uitkomt. Leerjaar 2 presteert nog het beste. Leerjaar 3 heeft een hoog percentage E-scores Begrijpend Lezen Tabel bevat de prestaties van de vo-leerlingen in leerjaar 1 op het gebied van begrijpend lezen. Tabel Begrijpend Lezen leerjaar Onderwijsniveau n A B C D E standaardscore praktijkonderwijs % 34% 25% 13% 4% 56 vmbo-b/k % 20% 27% 22% 14% 48 vmbo-tl % 23% 27% 15% 13% 49 havo % 39% 17% 6% 2% 56 vwo % 34% 23% 7% 4% 53 Net als bij woordenschat springen de resultaten van het praktijkonderwijs en vwo er positief uit met elk meer dan 50% A- en B-scores. Bij begrijpend lezen vallen ook de havo-leerlingen positief op met 76% A- en B-scores. De toetsresultaten van vmbo-b/k en vmbo-tl zijn wat minder goed over de niveaus verdeeld: het percentage A- en B-scores ligt onder de 50% en De Rotterdamse Toetssteen , 45/38

46 het percentage D- en E-scores komt boven de 25% uit. De gemiddelde standaardscores van beide onderwijsniveaus liggen (net) onder het landelijk gemiddelde, terwijl die van het praktijkonderwijs en havo significant hoger liggen dan het landelijk gemiddelde. In tabel staan de resultaten begrijpend lezen voor leerjaar 2. Tabel Begrijpend Lezen leerjaar Onderwijsniveau n A B C D E standaardscore praktijkonderwijs 239 7% 20% 44% 24% 5% 47 vmbo-b/k % 27% 24% 20% 10% 49 vmbo-tl % 32% 21% 13% 10% 49 havo % 7% 33% 3% 3% 59 vwo % 28% 17% 4% 2% 56 Uit tabel komt naar voren dat de beste prestaties zijn behaald door de leerlingen van havo en vwo. Beide groepen worden meer dan 60% A- en B-scores en minder dan 10% D- en E-scores behaald. Ook onderwijsniveau vmbo-tl behaalt meer dan 50% A- en B-scores, maar hier is het percentage D- en E-scores bijna gelijk aan de landelijke verdeling. Voor de beide andere onderwijsniveaus geldt het omgekeerde: minder dan 50% A- en B-scores en meer dan 25% D- en E-scores. Ook aan de standaardscores van de havo- en vwo-leerlingen valt af te lezen dat zij gemiddeld het hoogst scoren. In de volgende tabel zijn de resultaten van begrijpend lezen leerjaar opgenomen. Tabel Begrijpend Lezen leerjaar Onderwijsniveau n A B C D E standaardscore praktijkonderwijs % 25% 22% 16% 10% 51 vmbo-b/k % 27% 26% 10% 7% 52 vmbo-tl % 25% 23% 15% 14% 50 havo 155 8% 21% 18% 20% 32% 45 vwo 69 10% 10% 52% 13% 15% 46 Met uitzondering van onderwijsniveau vmbo-b/k hebben alle onderwijsniveaus meer D- en E-scores behaald dan in vergelijking met de landelijke verdeling verwacht mag worden. Ook komt uit de tabel naar voren dat zowel leerlingen in het praktijkonderwijs als van vmbo-b/k meer dan 50% A- en B-scores hebben behaald. De andere onderwijsniveaus hebben dit niet bereikt, vooral de havo-leerlingen hebben (te) weinig A- en B-scores behaald. Begrijpend lezen in leerjaar 3 is, als we kijken naar de gemiddelde standaardscores, gelijk aan of hoger dan het landelijk gemiddelde voor de onderwijsniveaus vmbo-tl, het praktijkonderwijs en vmbo-b/k. 46/38, De Rotterdamse Toetssteen

47 In grafiek staan de resultaten van leerjaar 1, 2 en 3 begrijpend lezen voor de hele groep leerlingen bij elkaar. Grafiek Begrijpend Lezen Rotterdam Uit bovenstaande grafiek blijkt dat de resultaten van leerjaar 2 het beste zijn. Het percentage A- en B-scores is groter dan 50% en het percentage D- en E-scores blijft onder de 25%. Ook bij leerjaar 1 is het percentage A- en B-scores meer dan 50% en blijft het percentage D- en E- scores onder de 25%, maar dat geldt niet voor leerjaar 3. De resultaten van leerjaar 1 en 2 zijn vergelijkbaar met de landelijke verdeling over de niveaus Longitudinale resultaten voortgezet onderwijs Ook voor het voortgezet onderwijs kunnen de toetsscores van leerlingen door de tijd heen gevolgd worden. Het aantal schooljaren is beperkter dan bij het po, omdat wij van het voortgezet onderwijs alleen beschikken over toetsresultaten uit de eerste drie leerjaren. We kijken op twee manieren naar de data van het voortgezet onderwijs. I. Resultaten van cohorten We beschikken over de gegevens van drie cohorten, waarvoor we per cohort hun opeenvolgende resultaten per domein bij elkaar zetten. De drie cohorten zijn: de leerjaar 1-leerlingen van het schooljaar , de leerjaar 2- leerlingen van en de leerjaar 3-leerlingen van De Rotterdamse Toetssteen , 47/38

48 Resultaten Woordenschat I In tabel staan de woordenschatresultaten van de vo-leerlingen die in het schooljaar in leerjaar 1 hebben gezeten. Tabel Woordenschat leerjaar 1 Onderwijsniveau Instroom Leerjaar praktijkonderwijs vmbo-b/k vmbo-tl havo vwo De onderwijsniveaus vmbo en havo zijn in het schooljaar op het gebied woordenschat vooruit gegaan, onderwijsniveau praktijkonderwijs is achteruit gegaan en vwo is gelijk gebleven. De grootste vooruitgang is te zien bij de vmbo-tl leerlingen. Op de instroomtoets hebben ze gemiddeld onder het landelijk gemiddelde gescoord en op de toets aan het eind van leerjaar 1 is hun score bijna gelijk aan het landelijk gemiddelde. Tabel geeft de woordenschatresultaten weer van de leerlingen die in het schooljaar in leerjaar 2 van het vo hebben gezeten. Van deze leerlingen zijn er gegevens van drie metingen. Tabel Woordenschat leerjaar 2 Onderwijsniveau Instroom Leerjaar Leerjaar praktijkonderwijs vmbo-b/k vmbo-tl havo vwo Drie van de vijf onderwijsniveaus, namelijk praktijkonderwijs, vmbo-t/l en vwo, laten een stijging zien van instroom naar eind leerjaar 1 en eindigen vervolgens leerjaar 2 lager dan leerjaar 1. Ook de Rotterdamse leerlingen van vmbo-b/k scoren aan het eind van leerjaar 1 hoger dan bij instroom, maar zij behouden in leerjaar 2 dezelfde gemiddelde score als eind leerjaar 1. De havo-leerlingen scoren in het eerste jaar aan het begin en aan het eind even hoog, maar behalen eind leerjaar 2 een veel hogere score. Eind leerjaar 2 hebben havo- en vwo-leerlingen een gemiddelde score ruim boven het landelijk gemiddelde, de andere drie onderwijsniveaus scoren rond het landelijk gemiddelde van /38, De Rotterdamse Toetssteen

49 In tabel staan de resultaten leerjaar in Tabel Woordenschat leerjaar 3 Onderwijsniveau Instroom Leerjaar Leerjaar Leerjaar praktijkonderwijs vmbo-b/k vmbo-tl havo vwo Drie van de vijf onderwijsniveaus, namelijk vmbo-t/l, havo en vwo, laten een stijging zien van instroom naar eind leerjaar 1, maar daarna is de score van leerjaar 2 lager. Vervolgens is de score van leerjaar 3 voor de havo-leerlingen weer hoger, maar de beide andere onderwijsniveaus scoren lager dan leerjaar 1 en 2. De leerlingen van vmbo-b/k scoren aan het eind van leerjaar 2 gelijk aan hun score bij instroom en eind leerjaar 1; in leerjaar 3 komen ze nog hoger uit. De leerlingen van het praktijkonderwijs scoren in het eerste jaar aan het begin en aan het eind even hoog, behalen eind leerjaar 2 een iets lagere score. De score van eind leerjaar 2 is gelijk aan de score van einde leerjaar 3 Eind leerjaar 3 hebben de leerlingen van alle onderwijsniveaus, uitgezonderd vmbo-tl, een gemiddelde score boven het landelijk gemiddelde. De volgende drie grafieken geven de ontwikkeling van alle Rotterdamse vo-leerlingen samen weer. Grafiek betreft leerjaar Woordenschat leerjaar 1 Rotterdam totaal 55 standaardscore instroom leerjaar 1 leerjaar 2 leerjaar 3 Afnamemoment Grafiek Longitudinale lijn leerjaar 1 Woordenschat De Rotterdamse Toetssteen , 49/38

50 De leerjaar 1-leerlingen van hebben op de instroomtoets onder het landelijk gemiddelde gescoord. Aan het eind van hun eerste leerjaar hebben zij hun achterstand goedgemaakt. De gemiddelde score woordenschat van de leerjaar 1-leerlingen ligt dan op het landelijk gemiddelde. De volgende grafiek betreft de resultaten van leerjaar Woordenschat leerjaar 2 Rotterdam totaal 55 standaardscore instroom leerjaar 1 leerjaar 2 leerjaar 3 Afnamemoment Grafiek Longitudinale lijn leerjaar 2 Woordenschat Voor de leerjaar 2-leerlingen van lag de startscore in het vo onder het landelijk gemiddelde, waarna ze aan het einde van leerjaar 1 op het landelijk gemiddelde zijn uitgekomen. In leerjaar 2 komen ze boven het landelijk gemiddelde uit. Grafiek op de volgende pagina bevat de resultaten van leerjaar 3 van schooljaar /38, De Rotterdamse Toetssteen

51 60 Woordenschat leerjaar 3 Rotterdam totaal 55 standaardscore instroom leerjaar 1 leerjaar 2 leerjaar 3 Afnamemoment Grafiek Longitudinale lijn leerjaar 3 Woordenschat Aangezien we nu ook de beschikking hebben over leerjaar 3-gegevens, kunnen we de groep leerjaar 3-leerlingen van volgen vanaf hun instroom in schooljaar Hun eerste woordenschatscore lag ruim onder het landelijk gemiddelde, de scores daaropvolgend, aan het eind van leerjaar 1 en aan het eind van leerjaar 2, zijn hoger en komen in de buurt van het landelijk gemiddelde. Hun leerjaar 3 score is nog weer wat hoger en komt boven de 50 uit Resultaten Begrijpend Lezen I Tabel geeft de resultaten van begrijpend lezen weer van de leerlingen die in het schooljaar in leerjaar 1 van het voortgezet onderwijs zaten. Tabel Begrijpend Lezen leerjaar 1 Onderwijsniveau Instroom Leerjaar praktijkonderwijs vmbo-b/k vmbo-tl havo vwo De leerlingen van de onderwijsniveaus vmbo-tl, havo en vwo zijn er in het schooljaar (licht ) op vooruitgegaan. De havo-leerlingen hebben de grootste sprong vooruit gemaakt. De score van de leerlingen van vmbo-b/k is gelijk gebleven en die van het praktijkonderwijs is iets lager geworden. Opvallend zijn de hoge scores van de leerlingen in het praktijkonderwijs. Aan het eind van hun eerste leerjaar scoren alleen de leerlingen in het vmbo-b/k en tl onder de landelijke grens. De Rotterdamse Toetssteen , 51/38

52 In tabel staan de resultaten begrijpend lezen van de leerlingen die in het schooljaar in leerjaar 2 van het voortgezet onderwijs hebben gezeten. Van deze leerlingen hebben we resultaten van drie metingen. Tabel Begrijpend Lezen leerjaar 2 Onderwijsniveau Instroom Leerjaar Leerjaar praktijkonderwijs vmbo-b/k vmbo-tl havo vwo De leerlingen in het praktijkonderwijs scoorden op de instroomtoets ruimschoots boven het landelijk gemiddelde en aan het eind van hun eerste leerjaar is hun score nog iets hoger.. Echter, aan het eind van hun tweede leerjaar is hun score flink teruggevallen en ligt nu onder het landelijk gemiddelde. De resultaten van de onderwijsniveaus vmbo-b/k en vwo zijn stabiel. De scores van vmbo-b/k liggen net onder het landelijk gemiddelde, terwijl die van vwo er ruim boven liggen. De leerlingen van vmbo-tl gaan tussen begin en eind leerjaar 1 vooruit, maar eind leerjaar 2 vallen ze iets terug waardoor hun score net onder de landelijke norm uitkomt. De havo-leerlingen zijn in hun eerste leerjaar duidelijk vooruit gegaan en hebben zich in hun tweede leerjaar nogmaals aanzienlijk verbeterd. Aan het eind van hun tweede leerjaar scoren de leerlingen in het praktijkonderwijs, vmbob/k en vmbo-tl onder het landelijk gemiddelde. Tenslotte, staan in tabel de resultaten begrijpend lezen van de leerlingen die in het schooljaar in leerjaar 3 van het vo zaten. Van deze leerlingen hebben we gegevens van vier metingen. Tabel Begrijpend Lezen leerjaar 3 Onderwijsniveau Instroom Leerjaar Leerjaar Leerjaar praktijkonderwijs vmbo-b/k vmbo-tl havo vwo Ook bij leerjaar 3 zien we dat de leerlingen in het praktijkonderwijs op de instroomtoets ruimschoots boven het landelijk gemiddelde hebben gescoord en aan het eind van hun eerste leerjaar een nog hogere score hebben bereikt. Ook hier is er sprake van een terugval aan het einde van leerjaar 2 en aan het einde van leerjaar 3 is hun score nog wat verder teruggevallen, maar bij beide leerjaren ligt hun score nog steeds boven het landelijk gemiddelde. 52/38, De Rotterdamse Toetssteen

53 De resultaten voor vmbo-b/k zijn de eerste twee jaar stabiel en liggen net onder het landelijk gemiddelde. In leerjaar 3 is de score hoger dan het landelijk gemiddelde. De leerlingen van vmbo-tl gaan tussen begin en eind leerjaar 1 vooruit, eind leerjaar 2 vallen ze terug, waardoor hun score onder de landelijke norm uitkomt en weer op het niveau van de instroomscore ligt. Eind leerjaar 3 zit deze groep leerlingen weer op het niveau van eind leerjaar 1 en is hun score gelijk aan het landelijk gemiddelde. De havo-leerlingen zijn in hun eerste leerjaar aanzienlijk vooruit gegaan. In hun tweede leerjaar is het resultaat nog wat beter geworden, maar eind leerjaar 3 is er sprake van een terugval. Al hun scores liggen onder het landelijk gemiddelde. De scores van de Rotterdamse vwo-leerlingen vertonen tot en met eind leerjaar 2 een stijgende trend, ruim boven het landelijk gemiddelde. Eind leerjaar 3 is de score een heel stuk lager en ligt onder het landelijk gemiddelde. Net zoals bij woordenschat zijn er ook voor begrijpend lezen grafieken gemaakt die de ontwikkeling van alle Rotterdamse vo-leerlingen samen weergeven. Grafieken geeft de resultaten weer voor leerjaar Begrijpend Lezen leerjaar 1 Rotterdam totaal 55 standaardscore instroom leerjaar 1 leerjaar 2 leerjaar 3 Afnamemoment Grafiek Longitudinale lijn leerjaar 1 Begrijpend Lezen De leerjaar 1-leerlingen van hebben op de instroomtoets van begrijpend lezen op het landelijk gemiddelde gescoord. Aan het einde van leerjaar 1 is hun score iets hoger geworden. De volgende grafiek toont de resultaten van leerjaar De Rotterdamse Toetssteen , 53/38

54 60 Begrijpend Lezen leerjaar 2 Rotterdam totaal 55 standaardscore instroom leerjaar 1 leerjaar 2 leerjaar 3 Afnamemoment Grafiek Longitudinale lijn leerjaar 2 Begrijpend Lezen Net zoals bij woordenschat ligt bij begrijpend lezen de startscore in het vo van de leerjaar 2- leerlingen van onder het landelijk gemiddelde van 50, waarna ze aan het einde van leerjaar 1 het landelijk gemiddelde hebben bereikt. In leerjaar 2 van schooljaar komen ze boven het landelijk gemiddelde uit. Tenslotte staan in grafiek de resultaten van leerjaar Begrijpend Lezen leerjaar 3 Rotterdam totaal 55 standaardscore instroom leerjaar 1 leerjaar 2 leerjaar 3 Afnamemoment Grafiek Longitudinale lijn leerjaar 3 Begrijpend Lezen De leerjaar 3 leerlingen van hebben op de instroomtoets ruim onder het landelijk gemiddelde gescoord. Bij de meting aan het einde van hun leerjaar 1 ligt hun score 54/38, De Rotterdamse Toetssteen

55 wel boven het landelijk gemiddelde. De scores van leerjaar en leerjaar zijn iets lager en hierdoor gelijk aan het landelijk gemiddelde II. Resultaten drie schooljaren per toetsmoment De tweede manier van het analyseren van longitudinale data is als volgt: we nemen de gegevens van vier schooljaren, tot en met , en zetten deze per toetsmoment naast elkaar. We kunnen dan antwoorden vinden op vragen zoals: scoren instroomgroepen in de loop der jaren anders? of blijven de resultaten van leerjaar 2 over de jaren stabiel? Resultaten Woordenschat II Er zijn gegevens beschikbaar van vier instroom- en leerjaren 1-toetsen, van drie leerjaar 2- toetsen en één leerjaar 3-toets. In tabel staan de resultaten. Tabel Woordenschat II Toets instroom leerjaar leerjaar leerjaar 3 51 De resultaten woordenschat van de instroomtoets zijn in de loop van de vier schooljaren steeds hoger geworden. Hetzelfde geldt voor de resultaten aan het einde van leerjaar 2. De scores van eind leerjaar 1 lijken zich gestabiliseerd te hebben. In liggen alle scores rondom het landelijk gemiddelde Resultaten Begrijpend lezen II In tabel staan de resultaten van begrijpend lezen op de verschillende toetsmomenten door de jaren heen. Tabel Begrijpend lezen II Toets instroom leerjaar leerjaar leerjaar 3 50 De resultaten bij begrijpend lezen liggen in vergelijking met het landelijk gemiddelde net iets hoger dan bij woordenschat. Op de instroomtoets is het resultaat van net weer wat hoger dan in de jaren ervoor. Voor de resultaten op de leerjaar 1- en 2-toetsen is het beeld over de jaren wisselend. Op de leerjaar 1-toets wordt in hoger gescoord dan in , de twee schooljaren daarna blijven de scores redelijk constant. Voor de leerjaar 2-toets zijn er drie schooljaarscores: in het derde schooljaar is de score weer wat De Rotterdamse Toetssteen , 55/38

56 hoger dan in de jaren ervoor. De laatste twee schooljaren liggen alle scores op of boven het landelijk gemiddelde Leerwinst in het voortgezet onderwijs Leerwinst voor het vo kan op dezelfde wijze worden berekend als voor het po, als aanvulling op de cohorten en de longitudinale analyses (zie voor een uitleg paragraaf 5.3). In deze Toetssteen hebben we voor twee cohorten de leerwinst berekend tussen instroom en eind leerjaar 2. Omdat we de daarbij over de normen beschikken voor de verschillende onderwijsniveaus, is onze leerwinstberekening voor het vo zelfs nog nauwkeuriger dan voor het po. In tabel 6.3 staan de scores leerwinst voor cohort leerjaar 2 en cohort leerjaar 3 in voor de gehele groep en de afzonderlijke onderwijsniveaus. Tabel 6.3 Leerwinst cohort leerjaar 2 en 3 vo in cohort leerjaar 2 cohort leerjaar 3 Onderwijsniveau woordenschat begrijpend lezen woordenschat begrijpend lezen praktijkonderwijs vmbo-b/k vmbo-tl havo vwo Totaal De leerwinst voor de hele groep is voor beide cohorten positief voor zowel woordenschat als begrijpend lezen. Voor een deel van de onderwijsniveaus en cohorten geldt dat er noch sprake is van leerwinst, noch van leerverlies: deze groepen hebben een score van 0 of 1. Het enige onderwijsniveau met een negatieve leerwinst oftewel leerverlies is het praktijkonderwijs. Bij beide cohorten is de hoogste leerwinst te zien bij begrijpend lezen van het onderwijsniveau havo. Dit heeft waarschijnlijk te maken met de gewijzigde en minder strenge normen voor de havo. Vmbo-tl behaalt leerwinst bij woordenschat Bollebozen voortgezet onderwijs Zoals eerder gesteld zijn in deze Toetssteen de bollebozen of talentleerlingen de leerlingen die op een toetsdomein tot de landelijk 10% beste leerlingen behoren, dat wil zeggen dat zij een standaardscore hebben die gelijk is aan of hoger is dan 63 (het landelijk gemiddelde ligt op 50). Uit tabel op de volgende pagina kunnen we aflezen wat het percentage bollebozen in het Rotterdamse vo is. 56/38, De Rotterdamse Toetssteen

57 Tabel Bollebozen voortgezet onderwijs Bolleboos op gebied van woordenschat 11% begrijpend lezen 13% In het Rotterdamse voorgezet onderwijs is bij woordenschat en bij begrijpend lezen het percentage bollebozen hoger dan de landelijke 10%. Er is ook per onderwijsniveau naar de percentages bollebozen gekeken. In tabel staan de resultaten. Tabel Bollebozen voortgezet onderwijs naar onderwijsniveau Bolleboos op gebied van woordenschat begrijpend lezen praktijkonderwijs 15% 14% vmbo-b/k 5% 2% vmbo-tl 8% 11% havo 16% 29% vwo 17% 15% Hoge percentages bollebozen, zowel op het gebied van woordenschat als op het gebied van begrijpend lezen, zien we bij vwo, havo en praktijkonderwijs. Vooral het percentage bollebozen begrijpend lezen bij de havo-leerlingen is hoog (29%). In vergelijking met de landelijke 10% is het percentage bollebozen voor beide domeinen bij de leerlingen van vmbo-b/k laag. Van het totaal aantal Rotterdamse vo-leerlingen is 16% een bolleboos op het gebied van woordenschat of op het gebied van begrijpend lezen en 4% is bolleboos op beide domeinen, terwijl 80% van de leerlingen op geen van beide domeinen een bolleboos is Noord- en Zuidoever voortgezet onderwijs Ook voor het voorgezet onderwijs kijken we naar de resultaten van de Noord- en Zuidoever ten opzichte van Rotterdam totaal. Van de Rotterdamse vo-scholen/-locaties bevindt zich 64% op de Noord- en 36% op de Zuidoever. Bij de resultaten van Noord en Zuid dienen we wel in ons achterhoofd te houden dat er wordt gekeken naar de scores van de leerlingen die op de Noord- respectievelijk de Zuidoever naar school gaan en niet naar de scores van de leerlingen die op de Noordrespectievelijk Zuidoever wonen. Bij het primair onderwijs zit daar weinig verschil tussen, maar bij het voortgezet onderwijs wel. Zo n 40% van de vo-leerlingen die op de Zuidoever wonen, gaat daar ook werkelijk naar school. De Rotterdamse Toetssteen , 57/38

58 In tabel worden de resultaten van de Noord- en de Zuidoever in vergelijking met Rotterdam-totaal weergegeven. Tabel Resultaten oevers en Rotterdam Oever woordenschat begrijpend lezen Noord Zuid Rotterdam Zowel Noord als Zuid verschillen op het domein begrijpend lezen nauwelijks van het Rotterdams gemiddelde. Bij woordenschat verschilt Noord amper van Rotterdam totaal, maar is het verschil van Zuid met Rotterdam totaal betekenisvol. Tabel Resultaten oevers naar onderwijsniveau woordenschat begrijpend lezen Onderwijsniveau Noord Zuid Noord Zuid praktijkonderwijs vmbo-b/k vmbo-tl havo vwo Bekijken we de resultaten van de oevers naar onderwijsniveau (tabel 6.5.2), dan komen de volgende resultaten voor woordenschat en begrijpend lezen naar voren. Op woordenschatgebied zijn er grote verschillen tussen de resultaten van de Noord- en de Zuidoever, alleen bij vmbo-b/k is het verschil verwaarloosbaar. In de meeste gevallen zijn de scores van Noord hoger, maar bij praktijkonderwijs ligt dat andersom. Bij begrijpend lezen zijn de verschillen tussen de onderwijsniveaus van de beide oevers kleiner. Alleen bij vmbo-tl en havo zijn de verschillen betekenisvol. De havo-leerlingen van Noord scoren bij begrijpend lezen hoger dan die van Zuid en bij vmbo-tl ligt dat precies andersom. 58/38, De Rotterdamse Toetssteen

59 7. Doorgaande lijn Voor de toetsdomeinen woordenschat en begrijpend lezen hebben we de beschikking over resultaten uit zowel het primair als het voortgezet onderwijs. Door deze resultaten naast elkaar te zetten, kunnen we de prestaties met elkaar vergelijken en een indicatie geven van de doorgaande lijn van het primair naar het voortgezet onderwijs. In dit hoofdstuk worden de toetsresultaten uit de schooljaren , en van de verschillende leerjaren naast elkaar gezet Resultaten doorgaande lijn nulgroep-po-vo Grafiek 7.1 laat de doorgaande lijn van het domein woordenschat zien. Hier zijn de resultaten van po en vo op de woordenschattoetsen uit (paarse kolommen), (lichtblauwe kolommen) en (donkerblauwe kolommen) naast elkaar gezet. Voor dit domein zijn ook de resultaten van de toets Taal voor Kleuters meegenomen, en voor en ook de resultaten van de toets Taal voor Peuters. 60 Woordenschat 55 standaardscore VO 1 Leerjaar VO 2 VO Grafiek 7.1 Woordenschat , en Uit deze grafiek komt naar voren dat de resultaten woordenschat in van de nulgroepen, leerjaar 1, 2 en 5 van het primair onderwijs en leerjaar 1 van het voortgezet onderwijs ongeveer gelijk zijn aan de die van De grootste verschillen in negatieve zin tussen de laatste twee schooljaren zijn te zien bij leerjaar 3, 4, 6, en 7 van het primair onderwijs en in positieve zin bij leerjaar 2 van het voortgezet onderwijs. Woordenschat heeft de minst goede resultaten in de leerjaren 3 tot en met 8 van het po. De Rotterdamse Toetssteen , 59/38

60 Alle woordenschatresultaten met uitzondering van de nulgroep, leerjaar 2 en alle leerjaren van het vo liggen onder het landelijk gemiddelde. De laagste score is ook in weer van leerjaar 8. In grafiek 7.2 zijn de resultaten van de begrijpend leestoetsen naast elkaar gezet. Voor dit domein zijn er resultaten vanaf leerjaar 3 in het primair onderwijs. 60 Begrijpend Lezen 55 standaardscore VO 1 Leerjaar VO 2 VO Grafiek 7.2 Begrijpend Lezen , en Was bij begrijpend lezen tussen de schooljaren en de trend van beide schooljaren nagenoeg hetzelfde, in ziet het er anders uit. In het primair onderwijs zijn de scores van leerjaar 4, 5, 6 en 8 in beduidend lager dan in het jaar ervoor. Alle scores van het begrijpend lezen in het primair onderwijs liggen onder het landelijk gemiddelde, de laagste score ligt net zoals bij woordenschat bij leerjaar 8. In het voorgezet onderwijs komen de scores op of boven het landelijk gemiddelde uit Nadere analyse doorgaande lijn De resultaten bij de doorgaande lijn geven aanleiding tot een nadere analyse van de resultaten woordenschat en begrijpend lezen. Het lijkt vreemd dat de Rotterdamse leerlingen aan het eind van het po bij zowel woordenschat als begrijpend lezen zo ver onder het landelijk gemiddelde scoren en dat ze na één jaar vo gelijk aan het landelijk gemiddelde scoren. 1. De belangrijkste verklaring van dat verschil ligt in de gekozen referentiegroep. In het vo worden de leerlingen vergeleken met alleen de leerlingen van hetzelfde onderwijsniveau, 60/38, De Rotterdamse Toetssteen

61 terwijl in het po de leerlingen worden vergeleken met alle leerlingen, van alle (uitstroom)niveaus. 2. Een tweede verklaring is het relatief groot aantal so-leerlingen die het po-gemiddelde naar beneden halen, terwijl in het vo geen resultaten van so-leerlingen zijn opgenomen. Een verdere uitwerking van de eerste verklaring is gedaan door de gemiddelde standaard Dia-taalscore van zowel woordenschat als begrijpend lezen op de instroomtoets te vergelijken met de gemiddelde leerjaar 8 score van de bao-leerlingen (dat is exclusief de scores van de so- en sbo-leerlingen). Het blijkt dat de gemiddelde Diataal-score voor begrijpend lezen op de instroomtoets in overeen komt met de score van een gemiddelde vmbo-leerling (deze score geeft voor vmbo-bb/kb een B-niveau en voor vmbo-tl een C-niveau). De gemiddelde Diataal-score voor begrijpend lezen eind leerjaar 1 in komt overeen met de score van een gemiddelde vmbo-tl leerling. De gemiddelde t-score voor begrijpend lezen van leerjaar 8 bao in komt overeen met het uitstroomniveau van een gemiddelde vmbo-t leerling. De leerprestatie op begrijpend lezen van de leerjaar 8-leerlingen is vergelijkbaar met die van de leerjaar 1 vo-leerlingen, ook al is er een groot verschil in gemiddelde t-score. Voor woordenschat in het vo geldt hetzelfde als voor begrijpend lezen. De gemiddelde t- score voor woordenschat van leerjaar 8 bao in is iets lager dan die voor begrijpend lezen, en komt overeen met het uitstroomniveau van een goede vmbo-bb/kb leerling of een zwakke vmbo-tl leerling. Ook voor woordenschat kunne we stellen dat de leerprestaties van leerjaar 8 bao en leerjaar 1 vo vergelijkbaar zijn. De Rotterdamse Toetssteen , 61/38

62 62/38, De Rotterdamse Toetssteen

De Rotterdamse Toetssteen Stedelijke rapportage Toetsservice

De Rotterdamse Toetssteen Stedelijke rapportage Toetsservice De Rotterdamse Toetssteen 2012-2013 Stedelijke rapportage Toetsservice Rotterdams primair en voortgezet onderwijs De Rotterdamse Toetssteen 2012-2013 Stedelijke rapportage Toetsservice Rotterdams primair

Nadere informatie

De kleine Rotterdamse Toetssteen

De kleine Rotterdamse Toetssteen De kleine Rotterdamse Toetssteen 2011-2012 Stedelijke rapportage Toetsservice Rotterdams primair en voortgezet onderwijs De kleine Rotterdamse Toetssteen 2011-2012 Stedelijke rapportage Toetsservice Rotterdams

Nadere informatie

Taalresultaten Giessenlanden. Toetsresultaten basisscholen en

Taalresultaten Giessenlanden. Toetsresultaten basisscholen en Taalresultaten Giessenlanden Toetsresultaten basisscholen 2014-2015 en 2015-2016 1 Taalresultaten Giessenlanden Toetsresultaten basisscholen 2014-2015 en 2015-2016 Rotterdam, juni 2016 CED-Groep: Ellen

Nadere informatie

Drentse Onderwijs monitor

Drentse Onderwijs monitor Drentse Onderwijs monitor Feitenbladen Gemeente Assen Kern cijfers uit de periode 2010-2015 OM_Assen-DEF.indd 1 18-05-16 11:13 Drentse Onderwijsmonitor 2015 Primair onderwijs Onlangs verscheen de 10 de

Nadere informatie

Het Almeerse basisonderwijs

Het Almeerse basisonderwijs dit is een LEA plus project -www.lea.almere.nl- -Dit is een LEA plus project-www.leaplusalmere.nl Het Almeerse basisonderwijs Monitor Taal, Lezen en Rekenen 2013/2014 April 2015 Gemeente Almere, Onderzoek

Nadere informatie

Drentse Onderwijs monitor

Drentse Onderwijs monitor Drentse Onderwijs monitor Feitenbladen Gemeente Midden- Kern cijfers uit de periode 2010-2015 OM_Midden--DEF.indd 1 18-05-16 11:16 Drentse Onderwijsmonitor 2015 Primair onderwijs Onlangs verscheen de 10

Nadere informatie

Drentse Onderwijs monitor

Drentse Onderwijs monitor Drentse Onderwijs monitor Feitenbladen Gemeente Kern cijfers uit de periode 2010-2015 OM_-DEF.indd 1 18-05-16 11:14 Drentse Onderwijsmonitor 2015 Primair onderwijs Onlangs verscheen de 10 de editie van

Nadere informatie

Drentse Onderwijs monitor

Drentse Onderwijs monitor Drentse Onderwijs monitor Feitenbladen Gemeente Kern cijfers uit de periode 2010-2015 OM_-DEF.indd 1 18-05-16 11:13 Drentse Onderwijsmonitor 2015 Primair onderwijs Onlangs verscheen de 10 de editie van

Nadere informatie

Drentse Onderwijsmonitor

Drentse Onderwijsmonitor Drentse Onderwijsmonitor Feitenbladen Gemeente Midden- Kerncijfers uit de periode 2009-2014 Drentse Onderwijsmonitor 2014 Primair onderwijs Onlangs verscheen de 9 de editie van de Drentse Onderwijsmonitor.

Nadere informatie

Het Almeerse basisonderwijs

Het Almeerse basisonderwijs dit is een LEA plus project -www.lea.almere.nl- -Dit is een LEA plus project-www.leaplusalmere.nl Het Almeerse basisonderwijs Monitor Taal, Lezen en Rekenen 2012/2013 Januari 2014 Gemeente Almere, Onderzoek

Nadere informatie

Drentse Onderwijs monitor

Drentse Onderwijs monitor Drentse Onderwijs monitor Feitenbladen Gemeente Assen Kern cijfers uit de periode 2012-2017 Drentse Onderwijsmonitor 2017 Primair onderwijs Onlangs verscheen de 12de editie van de Drentse Onderwijsmonitor.

Nadere informatie

Drentse Onderwijs monitor

Drentse Onderwijs monitor Drentse Onderwijs monitor Feitenbladen Gemeente Kern cijfers uit de periode 2010-2015 OM_-DEF.indd 1 18-05-16 11:16 Drentse Onderwijsmonitor 2015 Primair onderwijs Onlangs verscheen de 10 de editie van

Nadere informatie

Drentse Onderwijs monitor

Drentse Onderwijs monitor Drentse Onderwijs monitor Feitenbladen Gemeente Kern cijfers uit de periode 2010-2015 OM_-DEF.indd 1 18-05-16 11:16 Drentse Onderwijsmonitor 2015 Primair onderwijs Onlangs verscheen de 10 de editie van

Nadere informatie

Drentse Onderwijsmonitor 2014

Drentse Onderwijsmonitor 2014 Drentse Onderwijsmonitor 2014 9 de editie Imke Oosting CMO Groningen Wat is de Drentse onderwijsmonitor? In beeld brengen van onderwijspositie en prestaties van Drentse leerlingen Van basisschool tot en

Nadere informatie

Drentse Onderwijs monitor

Drentse Onderwijs monitor Drentse Onderwijs monitor Feitenbladen Gemeente Kern cijfers uit de periode 2010-2015 OM_-DEF.indd 1 18-05-16 11:16 Drentse Onderwijsmonitor 2015 Primair onderwijs Onlangs verscheen de 10 de editie van

Nadere informatie

Drentse Onderwijs monitor

Drentse Onderwijs monitor Drentse Onderwijs monitor Feitenbladen Gemeente Kern cijfers uit de periode 2010-2015 OM_-DEF.indd 1 18-05-16 11:15 Drentse Onderwijsmonitor 2015 Primair onderwijs Onlangs verscheen de 10 de editie van

Nadere informatie

Drentse Onderwijs monitor

Drentse Onderwijs monitor Drentse Onderwijs monitor Feitenbladen Gemeente Emmen Kern cijfers uit de periode 2010-2015 OM_Emmen-DEF.indd 1 18-05-16 11:15 Drentse Onderwijsmonitor 2015 Primair onderwijs Onlangs verscheen de 10 de

Nadere informatie

Drentse Onderwijs monitor

Drentse Onderwijs monitor Drentse Onderwijs monitor Feitenbladen Gemeente Kern cijfers uit de periode 2010-2015 OM_Aa_Hunze-DEF.indd 1 18-05-16 11:1 Drentse Onderwijsmonitor 2015 Primair onderwijs Onlangs verscheen de 10 de editie

Nadere informatie

Drentse Onderwijs monitor

Drentse Onderwijs monitor Drentse Onderwijs monitor Feitenbladen Gemeente Coevorden Kern cijfers uit de periode 2012-2017 Drentse Onderwijsmonitor 2017 Primair onderwijs Onlangs verscheen de 12de editie van de Drentse Onderwijsmonitor.

Nadere informatie

Drentse Onderwijs monitor

Drentse Onderwijs monitor Drentse Onderwijs monitor Feitenbladen Gemeente Westerveld Kern cijfers uit de periode 2012-2017 Drentse Onderwijsmonitor 2017 Primair onderwijs Onlangs verscheen de 12de editie van de Drentse Onderwijsmonitor.

Nadere informatie

Drentse Onderwijsmonitor

Drentse Onderwijsmonitor Drentse Onderwijsmonitor Feitenbladen Gemeente Kerncijfers uit de periode 2009-2014 Drentse Onderwijsmonitor 2014 Primair onderwijs Onlangs verscheen de 9 de editie van de Drentse Onderwijsmonitor. Dit

Nadere informatie

Drentse Onderwijs monitor

Drentse Onderwijs monitor Drentse Onderwijs monitor Feitenbladen Gemeente Midden- Kern cijfers uit de periode 2012-2017 Drentse Onderwijsmonitor 2017 Primair onderwijs Onlangs verscheen de 12de editie van de Drentse Onderwijsmonitor.

Nadere informatie

Drentse Onderwijs monitor

Drentse Onderwijs monitor Drentse Onderwijs monitor Feitenbladen Gemeente Emmen Kern cijfers uit de periode 2012-2017 Drentse Onderwijsmonitor 2017 Primair onderwijs Onlangs verscheen de 12de editie van de Drentse Onderwijsmonitor.

Nadere informatie

Drentse Onderwijs monitor

Drentse Onderwijs monitor Drentse Onderwijs monitor Feitenbladen Gemeente Borger-Odoorn Kern cijfers uit de periode 2012-2017 Drentse Onderwijsmonitor 2017 Primair onderwijs Onlangs verscheen de 12de editie van de Drentse Onderwijsmonitor.

Nadere informatie

Drentse Onderwijs monitor

Drentse Onderwijs monitor Drentse Onderwijs monitor Feitenbladen Gemeente De Wolden Kern cijfers uit de periode 2012-2017 Drentse Onderwijsmonitor 2017 Primair onderwijs Onlangs verscheen de 12de editie van de Drentse Onderwijsmonitor.

Nadere informatie

Drentse Onderwijsmonitor

Drentse Onderwijsmonitor Drentse Onderwijsmonitor Feitenbladen Gemeente Emmen Kerncijfers uit de periode 2008-2013 Drentse Onderwijsmonitor 2013 Primair onderwijs Onlangs verscheen de 8ste editie van de Drentse Onderwijsmonitor.

Nadere informatie

Drentse Onderwijs monitor

Drentse Onderwijs monitor Drentse Onderwijs monitor Feitenbladen Gemeente Hoogeveen Kern cijfers uit de periode 2012-2017 Drentse Onderwijsmonitor 2017 Primair onderwijs Onlangs verscheen de 12de editie van de Drentse Onderwijsmonitor.

Nadere informatie

Drentse Onderwijs monitor

Drentse Onderwijs monitor Drentse Onderwijs monitor Feitenbladen Gemeente Aa en Hunze Kern cijfers uit de periode 2012-2017 Drentse Onderwijsmonitor 2017 Primair onderwijs Onlangs verscheen de 12de editie van de Drentse Onderwijsmonitor.

Nadere informatie

Drentse Onderwijsmonitor

Drentse Onderwijsmonitor Drentse Onderwijsmonitor Feitenbladen Kerncijfers uit de periode - Drentse Onderwijsmonitor Feitenblad Onlangs verscheen de de editie van de Drentse Onderwijsmonitor. Dit rapport brengt de onderwijspositie

Nadere informatie

Drentse Onderwijsmonitor

Drentse Onderwijsmonitor Drentse Onderwijsmonitor Feitenbladen Kerncijfers uit de periode 2012-20 Feitenblad Na 12 jaren van schriftelijke edities is vanaf april 2019 de Drentse Onderwijsmonitor online beschikbaar via de website

Nadere informatie

Drentse Onderwijsmonitor

Drentse Onderwijsmonitor Drentse Onderwijsmonitor Feitenbladen Kerncijfers uit de periode 20-20 Feitenblad Onlangs verscheen de de editie van de Drentse Onderwijsmonitor. Dit rapport brengt de onderwijspositie en -prestaties van

Nadere informatie

Drentse Onderwijsmonitor

Drentse Onderwijsmonitor Drentse Onderwijsmonitor Feitenbladen Midden- Kerncijfers uit de periode - Feitenblad Midden- Leerlingen op de basisscholen in de gemeente Midden- De gemeente Midden heeft basisscholen. In waren er nog

Nadere informatie

Drentse Onderwijsmonitor

Drentse Onderwijsmonitor Drentse Onderwijsmonitor Feitenbladen Kerncijfers uit de periode 20-20 Drentse Onderwijsmonitor 20 Feitenblad Onlangs verscheen de de editie van de Drentse Onderwijsmonitor. Dit rapport brengt de onderwijspositie

Nadere informatie

Drentse Onderwijsmonitor

Drentse Onderwijsmonitor Drentse Onderwijsmonitor Feitenbladen Kerncijfers uit de periode 2011-201 Feitenblad Onlangs verscheen de 11 de editie van de Drentse Onderwijsmonitor. Dit rapport brengt de onderwijspositie en -prestaties

Nadere informatie

Drentse Onderwijsmonitor

Drentse Onderwijsmonitor Drentse Onderwijsmonitor Feitenbladen Gemeente Kerncijfers uit de periode 2012-201 Feitenblad Gemeente Leerlingen op de basisscholen in de gemeente De gemeente heeft basisscholen. Dit is één minder dan

Nadere informatie

Drentse Onderwijsmonitor

Drentse Onderwijsmonitor Drentse Onderwijsmonitor Feitenbladen Kerncijfers uit de periode - Drentse Onderwijsmonitor Feitenblad Onlangs verscheen de de editie van de Drentse Onderwijsmonitor. Dit rapport brengt de onderwijspositie

Nadere informatie

Drentse Onderwijsmonitor

Drentse Onderwijsmonitor Drentse Onderwijsmonitor Feitenbladen Kerncijfers uit de periode - Feitenblad Onlangs verscheen de de editie van de Drentse Onderwijsmonitor. Dit rapport brengt de onderwijspositie en -prestaties van Drentse

Nadere informatie

Monitor Taal, Lezen en Rekenen 2011/2012

Monitor Taal, Lezen en Rekenen 2011/2012 Monitor Taal, Lezen en Rekenen 2011/2012 Monitor Taal, Lezen en Rekenen 2011/2012 Opdrachtgever: Gemeente Almere en Almeerse schoolbesturen PO Utrecht, maart 2012 Oberon (Klaske Grimmerink, Anne Luc van

Nadere informatie

Drentse Onderwijsmonitor

Drentse Onderwijsmonitor Drentse Onderwijsmonitor Feitenbladen Kerncijfers uit de periode 20-20 Drentse Onderwijsmonitor 20 Feitenblad Onlangs verscheen de de editie van de Drentse Onderwijsmonitor. Dit rapport brengt de onderwijspositie

Nadere informatie

Drentse Onderwijsmonitor

Drentse Onderwijsmonitor Drentse Onderwijsmonitor Feitenbladen Kerncijfers uit de periode 01-01 Feitenblad Na 1 jaren van schriftelijke edities is vanaf april 019 de Drentse Onderwijsmonitor online beschikbaar via de website van

Nadere informatie

Drentse Onderwijsmonitor

Drentse Onderwijsmonitor Drentse Onderwijsmonitor Feitenbladen Kerncijfers uit de periode 0-0 Drentse Onderwijsmonitor 0 Feitenblad Onlangs verscheen de de editie van de Drentse Onderwijsmonitor. Dit rapport brengt de onderwijspositie

Nadere informatie

Drentse Onderwijsmonitor

Drentse Onderwijsmonitor Drentse Onderwijsmonitor Feitenbladen Kerncijfers uit de periode 20-20 Drentse Onderwijsmonitor 20 Feitenblad Onlangs verscheen de de editie van de Drentse Onderwijsmonitor. Dit rapport brengt de onderwijspositie

Nadere informatie

Drentse Onderwijsmonitor

Drentse Onderwijsmonitor Drentse Onderwijsmonitor Feitenbladen Kerncijfers uit de periode 2012-201 Feitenblad Na 12 jaren van schriftelijke edities is vanaf april 2019 de Drentse Onderwijsmonitor online beschikbaar via de website

Nadere informatie

Drentse Onderwijsmonitor

Drentse Onderwijsmonitor Drentse Onderwijsmonitor Feitenbladen Kerncijfers uit de periode 20-201 Feitenblad Na jaren van schriftelijke edities is vanaf april 2019 de Drentse Onderwijsmonitor online beschikbaar via de website van

Nadere informatie

Drentse Onderwijsmonitor

Drentse Onderwijsmonitor Drentse Onderwijsmonitor Feitenbladen Kerncijfers uit de periode 2012-20 Feitenblad Na 12 jaren van schriftelijke edities is vanaf april 201 de Drentse Onderwijsmonitor online beschikbaar via de website

Nadere informatie

Drentse Onderwijsmonitor

Drentse Onderwijsmonitor Drentse Onderwijsmonitor Feitenbladen Kerncijfers uit de periode - Drentse Onderwijsmonitor Feitenblad Onlangs verscheen de de editie van de Drentse Onderwijsmonitor. Dit rapport brengt de onderwijspositie

Nadere informatie

Drentse Onderwijsmonitor

Drentse Onderwijsmonitor Drentse Onderwijsmonitor Feitenbladen Midden- Kerncijfers uit de periode 01-0 Feitenblad Midden- Na 1 jaren van schriftelijke edities is vanaf april 019 de Drentse Onderwijsmonitor online beschikbaar via

Nadere informatie

Monitor Taal, Lezen en Rekenen 2010/2011

Monitor Taal, Lezen en Rekenen 2010/2011 Monitor Taal, Lezen en Rekenen 2010/2011 Monitor Taal, Lezen en Rekenen 2010/2011 Opdrachtgever: Gemeente Almere en Almeerse schoolbesturen PO Utrecht, juni 2012 Oberon (Klaske Grimmerink, Anne Luc

Nadere informatie

Drentse Onderwijsmonitor

Drentse Onderwijsmonitor Drentse Onderwijsmonitor Feitenbladen Kerncijfers uit de periode 20-20 Feitenblad Na jaren van schriftelijke edities is vanaf april 2019 de Drentse Onderwijsmonitor online beschikbaar via de website van

Nadere informatie

Uitleg van de figuren PO 1

Uitleg van de figuren PO 1 Uitleg van de figuren PO 1 Uitleg van de figuren - PO In dit document worden de verschillende figuren nader toegelicht die in het NCO rapport Waar blijven uw oud-leerlingen? worden getoond. Voor ieder

Nadere informatie

Opbrengstgericht werken (OGW)

Opbrengstgericht werken (OGW) Opbrengstgericht werken () Heldere overzichten van toetsresultaten als basis voor gesprek Inleiding In deze zal algemene informatie gegeven worden over de meest relevante overzichten van toetsresultaten

Nadere informatie

Drentse Onderwijsmonitor

Drentse Onderwijsmonitor Drentse Onderwijsmonitor Feitenbladen Kerncijfers uit de periode 20-208 Feitenblad Na jaren van schriftelijke edities is vanaf april 209 de Drentse Onderwijsmonitor online beschikbaar via de website van

Nadere informatie

Tabellen tussenopbrengsten CITO LOVS versie: augustus 2015

Tabellen tussenopbrengsten CITO LOVS versie: augustus 2015 Tabellen tussenopbrengsten CITO LOVS versie: augustus 2015 Inleiding In dit document staan voor de meest voorkomende CITO-toetsen van het leerlingvolgsysteem weergegeven welke vaardigheidsscores bij welk

Nadere informatie

Drentse Onderwijsmonitor

Drentse Onderwijsmonitor Drentse Onderwijsmonitor Feitenbladen Gemeente Kerncijfers uit de periode 2008-2013 Drentse Onderwijsmonitor 2013 Primair onderwijs Onlangs verscheen de 8ste editie van de Drentse Onderwijsmonitor. Dit

Nadere informatie

Rapportage Eindresultaten Wat zijn de prestaties van onze scholen?

Rapportage Eindresultaten Wat zijn de prestaties van onze scholen? Rapportage Eindresultaten 2015 Wat zijn de prestaties van onze scholen? pagina 2 van 9 Inhoudsopgave 1 Inleiding pagina 3 2 Hoe normeert de inspectie? pagina 4 3 Werkwijze pagina 6 4 Resultaten pagina

Nadere informatie

HANDREIKING. Heldere overzichten van toetsresultaten als basis voor gesprek. Inleiding. Dwarsdoorsnede. Opbrengstgericht werken

HANDREIKING. Heldere overzichten van toetsresultaten als basis voor gesprek. Inleiding. Dwarsdoorsnede. Opbrengstgericht werken HANDREIKING Opbrengstgericht werken Heldere overzichten van toetsresultaten als basis voor gesprek PO Inleiding In deze kaart zal algemene informatie gegeven worden over de meest relevante overzichten

Nadere informatie

Tabellen tussenopbrengsten CITO LOVS versie: januari 2015

Tabellen tussenopbrengsten CITO LOVS versie: januari 2015 Tabellen tussenopbrengsten CITO LOVS versie: januari 2015 Inleiding In dit document staan voor de meest voorkomende CITO-toetsen van het leerlingvolgsysteem weergegeven welke vaardigheidsscores bij welk

Nadere informatie

toetsresultaten vmbo en mbo in de regio Den Haag oktober 2011

toetsresultaten vmbo en mbo in de regio Den Haag oktober 2011 TAAL EN REKENEN VAN BELANG toetsresultaten vmbo en mbo in de regio Den Haag oktober 2011 INHOUD Inleiding... 5 Hoofdstuk 1 Resultaten VMBO in de regio Den Haag... 7 1.1 Totaal overzicht van de afgenomen

Nadere informatie

Resultaten instaptoetsen Rekenen en Nederlands 2010 Rapportage aan de Profijtscholen

Resultaten instaptoetsen Rekenen en Nederlands 2010 Rapportage aan de Profijtscholen Resultaten instaptoetsen Rekenen en Nederlands 2010 Rapportage aan de Profijtscholen Rapportage: Analyse en tabellen: 4 Februari 2011 Mariëlle Verhoef Mike van der Leest Inleiding Het Graafschap College

Nadere informatie

Tabellen tussenopbrengsten CITO LOVS versie: januari 2016

Tabellen tussenopbrengsten CITO LOVS versie: januari 2016 Tabellen tussenopbrengsten CITO LOVS versie: januari 2016 Inleiding Dit document wordt al enkele jaren gemaakt en bijgehouden door Schoolbegeleiding Zaanstreek Waterland (SBZW). De tabellen worden in heel

Nadere informatie

Rapportage Eindresultaten 2013

Rapportage Eindresultaten 2013 Rapportage Eindresultaten 2013 Wat zijn de prestaties van onze scholen? Colofon datum 23 mei 2013 auteur Jan Vermeulen status Definitief datum 23-05-2013 pagina 2 van 8 Inhoudsopgave 1 Inleiding pagina

Nadere informatie

Samenvatting Leidse Monitor 2010-2011

Samenvatting Leidse Monitor 2010-2011 Samenvatting Leidse Monitor 2010-2011 De Leidse Monitor verzamelt informatie over de ontwikkeling van Leidse kinderen vanaf het moment dat zij en/of hun ouders deelnemen aan een voor- en vroegschools programma

Nadere informatie

1 Deelname peuters aan voor- en vroegschoolse educatie Peuters op VVE- en niet-vve-speelzalen Gewichten en etniciteit peuters 3

1 Deelname peuters aan voor- en vroegschoolse educatie Peuters op VVE- en niet-vve-speelzalen Gewichten en etniciteit peuters 3 Inhoudsopgave 1 Deelname peuters aan voor- en vroegschoolse educatie 2 1.1 Peuters op VVE- en niet-vve-speelzalen 2 1.2 Gewichten en etniciteit peuters 3 1.2.1 Gewichtenpeuters op 1 januari 2008 3 1.2.2

Nadere informatie

/ aant. % aant. % aant. % aant. % aant. % aant. % ,3 5 3,3 8 5, , ,7 153

/ aant. % aant. % aant. % aant. % aant. % aant. % ,3 5 3,3 8 5, , ,7 153 Inhoudsopgave 1 Leerlingpopulatie... 3 1.1 Gewogen gewichten... 3 1.2 Land van herkomst... 4 2 Schoolresultaten... 5 2.1 Instroom in de kleuterbouw... 5 2.1.1 Uitstroom naar het Speciaal basisonderwijs

Nadere informatie

Rapportage Eindresultaten 2014

Rapportage Eindresultaten 2014 Rapportage Eindresultaten 2014 Wat zijn de prestaties van onze scholen? Colofon datum 7 mei 2014 auteur Jan Vermeulen status Definitief Rapportage eindresultaten 2014 pagina 2 van 8 status concept Inhoudsopgave

Nadere informatie

Schoolrapport onderwijstijdverlenging 2010

Schoolrapport onderwijstijdverlenging 2010 Schoolrapport onderwijstijdverlenging 2010 Basisschool het Voorbeeld 1 Inleiding 1.1 Doel van dit rapport Dit rapport is het eerste in de reeks van vier schoolrapporten die u ontvangt in het kader van

Nadere informatie

Resultaten van het eerste gebruikersjaar met Veilig leren lezen-kim overtreffen landelijk gemiddelde en de 2 e maanversie

Resultaten van het eerste gebruikersjaar met Veilig leren lezen-kim overtreffen landelijk gemiddelde en de 2 e maanversie Resultaten van het eerste gebruikersjaar met Veilig leren lezen-kim overtreffen landelijk gemiddelde en de 2 e maanversie In het schooljaar 2014-2015 is de vernieuwde versie van Veilig leren lezen de kimversie

Nadere informatie

Tabellen tussenopbrengsten CITO LOVS versie: februari 2014

Tabellen tussenopbrengsten CITO LOVS versie: februari 2014 Tabellen tussenopbrengsten CITO LOVS versie: februari 2014 Inleiding In dit document staan voor de meest voorkomende CITO-toetsen van het leerlingvolgsysteem weergegeven welke vaardigheidsscores bij welk

Nadere informatie

Rapportage resultatenanalyse

Rapportage resultatenanalyse Rapportage resultatenanalyse Naam basisschool: Mariaschool Datum analyse: Juli 2016 Opgesteld door: Yvonne de Ruijter Inleiding Voor u ligt het verslag van de resultatenanalyse van de Mariaschool. In deze

Nadere informatie

Opbrengsten rapportage Entree- en Eindtoets Columbusschool

Opbrengsten rapportage Entree- en Eindtoets Columbusschool Opbrengsten rapportage Entree- en Eindtoets Columbusschool Schooljaar 2013-2014 Willemijn Visser 25-8-2014 Opbrengsten rapportage Entree- en Eindtoets Columbusschool 2014 1 Opbrengstrapportage Entree-

Nadere informatie

Computerprogramma LOVS

Computerprogramma LOVS Primair onderwijs Cito Volgsysteem Computerprogramma LOVS Groep 1 t/m 8 Snelle verwerking toetsen Cito Volgsysteem primair en speciaal onderwijs (LOVS) Geavanceerde analyses op leerling-, groeps- en schoolniveau

Nadere informatie

Resultaten kim-versie van Veilig leren lezen blijven overtreffen

Resultaten kim-versie van Veilig leren lezen blijven overtreffen Resultaten kim-versie van Veilig leren lezen blijven overtreffen In het schooljaar 2014-2015 is de kim-versie van Veilig leren lezen op de markt gekomen. Inmiddels zijn veel scholen al aardig gewend aan

Nadere informatie

Samenvatting Leidse Monitor

Samenvatting Leidse Monitor Samenvatting Leidse Monitor 2007-2008 December 2009 Dr. Jaap van Lakerveld Drs. Ingrid Gussen Dr. Kees de Brabander Drs. Theresa Steeman PLATO Platform Opleiding, Onderwijs en Organisatie BV Universiteit

Nadere informatie

Tabellen tussenopbrengsten CITO LOVS versie: Januari 2015 Leerlingniveau (ten bate van de individuele analyse van de leerlingen)

Tabellen tussenopbrengsten CITO LOVS versie: Januari 2015 Leerlingniveau (ten bate van de individuele analyse van de leerlingen) 2015 Tabellen tussenopbrengsten CITO LOVS versie: Januari 2015 Leerlingniveau (ten bate van de individuele analyse van de leerlingen) Inleiding In dit document staan voor de meest voorkomende CITO-toetsen

Nadere informatie

Drentse Onderwijsmonitor 2013

Drentse Onderwijsmonitor 2013 Drentse Onderwijsmonitor 2013 Drentse Onderwijsmonitor 2013 januari 2014 Colofon Titel: Drentse Onderwijsmonitor 2013 Datum: januari 2014 Opdrachtgever: Provincie Drenthe, Vereniging Drentse Gemeenten

Nadere informatie

Van de tweejarigen zit het merendeel op een VVE-speelzaal, bij de driejarigen zit het grootste deel op een niet-vve-speelzaal (zie figuur 1).

Van de tweejarigen zit het merendeel op een VVE-speelzaal, bij de driejarigen zit het grootste deel op een niet-vve-speelzaal (zie figuur 1). 1 Deelname van peuters aan voorschoolse educatie In dit hoofdstuk wordt een beeld geschetst van de deelname van Leidse peuters aan VVE (voor- en vroegschoolse educatie). In Leiden wordt in het kader van

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 18920 4 april 2018 Regeling van de Minister voor Basis- en Voorgezet Onderwijs en Media van 1 april 2018, nr. 1323045,

Nadere informatie

Tabellen tussenopbrengsten CITO LOVS versie: juli 2016

Tabellen tussenopbrengsten CITO LOVS versie: juli 2016 Tabellen tussenopbrengsten CITO LOVS versie: juli 2016 Inleiding Dit document wordt al enkele jaren gemaakt en bijgehouden door Schoolbegeleiding Zaanstreek Waterland (SBZW). De tabellen worden in heel

Nadere informatie

Tabellen tussenopbrengsten CITO LOVS versie januari 2018 Leerlingniveau (ten bate van de individuele analyse van de leerlingen)

Tabellen tussenopbrengsten CITO LOVS versie januari 2018 Leerlingniveau (ten bate van de individuele analyse van de leerlingen) Tabellen tussenopbrengsten CITO LOVS versie januari 2018 Leerlingniveau (ten bate van de individuele analyse van de leerlingen) Inleiding In dit document staan voor de meest voorkomende CITO-toetsen van

Nadere informatie

Om de kwaliteit van ons onderwijs te bewaken en de vorderingen van uw kind te volgen, nemen wij in iedere groep niet-methode gebonden toetsen af.

Om de kwaliteit van ons onderwijs te bewaken en de vorderingen van uw kind te volgen, nemen wij in iedere groep niet-methode gebonden toetsen af. Leerlingvolgsysteem. Leerkrachten volgen de ontwikkeling van de kinderen in hun groep nauwgezet. Veel methoden die wij gebruiken, leveren toetsen die wij afnemen om vast te stellen of het kind de leerstof

Nadere informatie

Opbrengsten. Basisschool Pius X

Opbrengsten. Basisschool Pius X Opbrengsten 014 Basisschool Pius X Opbrengsten Met dit verslag willen wij u een overzicht geven van de belangrijkste gegevens/aantallen betreffende de opbrengsten van Basisschool Pius X. Naast de evaluaties

Nadere informatie

Richtlijnen plaatsing voortgezet onderwijs

Richtlijnen plaatsing voortgezet onderwijs Richtlijnen plaatsing voortgezet onderwijs Tessa Pouwels, 28-10-2014 Plaatsingscommissie Carmel College Salland Richtlijnen plaatsing voortgezet onderwijs De plaatsingscommissie van het Carmel College

Nadere informatie

Tabellen tussenopbrengsten CITO LOVS versie januari 2017 Leerlingniveau (ten bate van de individuele analyse van de leerlingen)

Tabellen tussenopbrengsten CITO LOVS versie januari 2017 Leerlingniveau (ten bate van de individuele analyse van de leerlingen) Tabellen tussenopbrengsten CITO LOVS versie januari 2017 Leerlingniveau (ten bate van de individuele analyse van de leerlingen) Inleiding In dit document staan voor de meest voorkomende CITO-toetsen van

Nadere informatie

De ontwikkeling van uw kind wordt gevolgd en gemonitord met:

De ontwikkeling van uw kind wordt gevolgd en gemonitord met: De ontwikkeling van uw kind wordt gevolgd en gemonitord met: KIJK (kleuters) en KIJK op Sociaal Emotionele Ontwikkeling (SEO) (vanaf groep 3) Cito Leerling Volg Systeem (LVS) Methode gebonden toetsen Derde

Nadere informatie

CvE-bijlage bij rapportage 2012-2013 invoering centrale toetsing en examinering referentieniveaus Nederlandse taal en rekenen

CvE-bijlage bij rapportage 2012-2013 invoering centrale toetsing en examinering referentieniveaus Nederlandse taal en rekenen CvE-bijlage bij rapportage 2012-2013 invoering centrale toetsing en examinering referentieniveaus Nederlandse taal en rekenen In dit document geeft het College voor Examens gegevens rondom de resultaten

Nadere informatie

Resultaatafspraken voor VVE in gemeente Westvoorne

Resultaatafspraken voor VVE in gemeente Westvoorne Resultaatafspraken voor VVE in gemeente Westvoorne Partijen Schoolbesturen VCO De Kring (CNS De Nieuwe Weg, Baron de Vos van Steenwijkschool) Onderwijsgroep PRIMOvpr (De Driehoek, Obs Mildenburg, Obs Het

Nadere informatie

Opbrengstgericht werken 1. Early Warning

Opbrengstgericht werken 1. Early Warning Opbrengstgericht werken 1 Early Warning 1 Vooraf: deze notitie vervangt de notitie Opbrengstgericht werken van december 2010 1. Strategisch beleidsplan Al enkele jaren werken we met een Early Warning System

Nadere informatie

Tabellen tussenopbrengsten CITO LOVS versie: december 2017

Tabellen tussenopbrengsten CITO LOVS versie: december 2017 1 Tabellen tussenopbrengsten CITO LOVS versie: december 2017 Inleiding Dit document wordt al enkele jaren gemaakt en bijgehouden door Schoolbegeleiding Zaanstreek Waterland (SBZW). De tabellen worden in

Nadere informatie

Onder- en overadvisering in beeld 2006/ /2009 Gemeente Helmond

Onder- en overadvisering in beeld 2006/ /2009 Gemeente Helmond Onder- en overadvisering in beeld 6/7-8/9 Gemeente Helmond November 9 Mevrouw drs. Marian Calis OCGH Advies Samenvatting Een goede aansluiting tussen het basisonderwijs en het voortgezet onderwijs is in

Nadere informatie

Richtlijnen plaatsing voortgezet onderwijs

Richtlijnen plaatsing voortgezet onderwijs Richtlijnen plaatsing voortgezet onderwijs 28-10-2014 Plaatsingscommissie Carmel College Salland Richtlijnen plaatsing voortgezet onderwijs De plaatsingscommissie van het Carmel College Salland plaatst

Nadere informatie

Tabellen tussenopbrengsten CITO LOVS versie: januari 2017

Tabellen tussenopbrengsten CITO LOVS versie: januari 2017 1 Tabellen tussenopbrengsten CITO LOVS versie: januari 2017 Inleiding Dit document wordt al enkele jaren gemaakt en bijgehouden door Schoolbegeleiding Zaanstreek Waterland (SBZW). De tabellen worden in

Nadere informatie

Trends in passend onderwijs

Trends in passend onderwijs DEFINITIEF Trends in passend onderwijs 2014-2017 DUO Informatieproducten Susan Borggreve, Daniël van Eck & Thijs Nielen 12 juni 2018 Inhoud 1 SAMENVATTING... 3 2 LEESWIJZER... 5 3 ONTWIKKELINGEN IN LEERLINGAANTALLEN...

Nadere informatie

De leerling heeft in groep 6 t/m 8 op de toetsen die deel uitmaken van het leerlingvolgsysteem over

De leerling heeft in groep 6 t/m 8 op de toetsen die deel uitmaken van het leerlingvolgsysteem over ADVIESWIJZER VOOR PLAATSING IN HET VOORTGEZET ONDERWIJS Inleiding Het Primair en Voortgezet Onderwijs in Noord-Kennemerland hebben samen besloten om de advisering door de basisschool naar het vervolgonderwijs

Nadere informatie

Trendanalyse Midden Toetsen Cito. Schooljaar Vakgebieden:

Trendanalyse Midden Toetsen Cito. Schooljaar Vakgebieden: KONINGIN JULIANASCHOOL Trendanalyse Midden Toetsen Cito Schooljaar 2014-2015 Vakgebieden: 1. Taal voor kleuters 2. Rekenen voor kleuters 3. Technisch Lezen (DMT) 4. Begrijpend Lezen 5. Spelling 6. Rekenen

Nadere informatie

Een scherpere blik op Beter Presteren - Highlights uit het breedteonderzoek

Een scherpere blik op Beter Presteren - Highlights uit het breedteonderzoek Een scherpere blik op Beter Presteren - Highlights uit het breedteonderzoek Oberon, september 2013 1 Vooraf In opdracht van het programmabureau Beter Presteren onderzoekt Oberon welke ontwikkeling de se

Nadere informatie

Uw kind duidelijk in beeld

Uw kind duidelijk in beeld Primair en speciaal onderwijs Cito Volgsysteem Uw kind duidelijk in beeld Informatiefolder voor ouders Uw kind duidelijk in beeld Informatiefolder voor ouders Om de ontwikkeling van uw zoon of dochter

Nadere informatie

Toets DMT E3 DMT E4 Rekenen / Wiskunde E4 Begrijpend Lezen M6 Rekenen / Wiskunde E6

Toets DMT E3 DMT E4 Rekenen / Wiskunde E4 Begrijpend Lezen M6 Rekenen / Wiskunde E6 Analyse resultaten juni 2018 De voor onderwijs kijkt bij het beoordelen van de kwaliteit naar de resultaten van de Eindtoets basisonderwijs, die in april wordt afgenomen. IKC Stella Nova heeft als Eindtoets

Nadere informatie

HANDREIKING Advieswijzer voor plaatsing in het voortgezet onderwijs

HANDREIKING Advieswijzer voor plaatsing in het voortgezet onderwijs HANDREIKING Advieswijzer voor plaatsing in het voortgezet onderwijs Inleiding Deze advieswijzer is opgesteld door de werkgroep POVO en kan door basisscholen gebruikt worden als hulpmiddel om het advies

Nadere informatie

HANDREIKING. Overzichten van toetsresultaten: LOVS Cito. Dwarsdoorsnede. Opbrengstgericht werken

HANDREIKING. Overzichten van toetsresultaten: LOVS Cito. Dwarsdoorsnede. Opbrengstgericht werken HANDREIKING Opbrengstgericht werken Overzichten van toetsresultaten: LOVS Cito PO Praktische handvatten voor het taallees- en rekenonderwijs zoals deze Kwaliteitskaart Opbrengstgericht Werken zijn te vinden

Nadere informatie

Onderwerp Vooronderzoek en vrije afnames van diagnostische toetsen taal en rekenen Resultaten mbo. Kenmerk. Datum november 2009

Onderwerp Vooronderzoek en vrije afnames van diagnostische toetsen taal en rekenen Resultaten mbo. Kenmerk. Datum november 2009 Onderwerp Vooronderzoek en vrije afnames van diagnostische toetsen taal en rekenen Resultaten mbo Kenmerk Datum november 2009 Stichting Cito Instituut voor Toetsontwikkeling / KvK 09103470 1 Inleiding

Nadere informatie