VERSLAG VAN DE RAAD VOOR MAATSCHAPPELIJK WELZIJN VAN. 27 maart 2008

Transcriptie

1 VERSLAG VAN DE RAAD VOOR MAATSCHAPPELIJK WELZIJN VAN 27 maart 2008 Aanwezig Voorzitter: mevrouw Charlotta Ory Raadsleden: Jo Dardenne, Jean Jans, Antoine Goffings, Patrick Carnotensis, Rudi Vandermeeren, mevrouw Ingrid Moens, mevrouw Maria Vrancken Secretaris: Jean - Bernard Croux. Verontschuldigd Eric Awouters, burgemeester en Joël Schoofs, raadslid Raadslid Ingrid Moens betreedt de vergadering tijdens de behandeling van agendapunt Raadslid Rudi Vandermeeren verlaat de zitting tijdens de behandeling van agendapunt en betreedt opnieuw de vergadering tijdens de behandeling van agendapunt De vergadering wordt geopend om uur OPENBARE ZITTING Goedkeuring van de notulen van de openbare raadszitting van 28 februari 2008 Met eenparigheid van stemmen worden de notulen goedgekeurd. Financiën Prijsindexatie voor DZC in WZV Bloesemhof Met éénparigheid van stemmen worden volgende tarieven goedgekeurd vanaf 01/04/2008. Dagprijs ( 8.00 uur tot à uur) 13,48 Dagprijs niet - inwoners( 8.00 uur tot à uur) 17,28 Avondmaal ( uur tot uur) 2,75 Dienstvoertuig per km ( wettelijke tarief) 0, Exploitatiebudget 2008 Het exploitatiebudget wordt éénparig goedgekeurd. Het exploitatiebudget bestaat uit: een algemene beleidsnota het exploitatiebudget het schema van financiële stromen ( = liquiditeitenbudget en de gemeentelijke bijdrage) code werkingsopbrengsten ( stijgingspercentage ) 70/ , ,67 = 12,48% ,91 = -1,61% financiële opbrengsten , , ,70 uitzonderlijke opbrengsten , ,66 12,48 bezoldigingen ( stijgingspercentage ) , ,94 = 7,69% ,44 = 3,63% 1

2 sociale dienst ( stijgingspercentage ) , ,26 = 55,93% ,69 = -21,37% andere werkingskosten code 62 / 608 ( stijgingspercentage ) 60/ , ,75 = 22,09% ,09 = - 19,48% financiële kosten , , ,71 uitzonderlijke kosten resultaat van het boekjaar 7/ , , ,05 Werkingskosten + aflossingen ,25 Bijdrage stad in de werking en de aflossingen, investeringen ,05 16,75% Aandeel Gemeentefonds ,20 4,10% Schuldenlast per jaar (inclusief leasing Avondrood) ,82 3,12% Schuldenlast per jaar (exclusief leasing Avondrood) ,01 1,55% Totale openstaande schuld in kapitaal op 01/01/ ,27 Totale openstaande intresten op het openstaande kapitaal ,90 Totaal openstaande schuld ,17 25,37% Bedenkingen: Raadslid Jo Dardenne stelt zich de vraag of het OCMW niet moet nadenken in hoeverre nieuwe initiatieven ontwikkeld kunnen worden. Stilstaan is achteruitgaan. Momenteel worden geen nieuwe initiatieven ontwikkeld omwille van de geplande investeringen voor Bloesemhof. Raadslid Jo Dardenne ( in naam van zijn fractie) wil niet alleen de secretaris bedanken voor zijn deskundige uitleg over het budget, doch ook alle medewerkers van het OCMW die meegewerkt hebben aan de voorbereiding en opstelling van het budget. Raadleden Jean Jans ( in naam van zijn fractie) en Patrick Carnotensis ( in naam van zijn fractie) willen zich volledig aansluiten bij deze laatste woorden van raadlid Jo Dardenne Toewijzing van de overheidsopdracht voor de levering van brood en gebak Gelet op de wet van 24 december 1993 betreffende de overheidsopdrachten en op de Koninklijke besluiten van 8 januari 1996 (zoals gewijzigd bij KB van 25 maart 1999) en 26 september 1996 (zoals gewijzigd bij KB van 29 april 1999); Gelet op de bepalingen van de organieke wet van 8 juli 1976; Gelet op de wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen; Gelet op de wet van 12 november 1997 betreffende openbaarheid van bestuur in de provincies en de gemeenten; Gelet op artikel 51 van het KB van 8 januari 1996, zoals gewijzigd bij KB van 25 maart 1999; Gelet op het proces-verbaal van opening van de inschrijvingen voor de levering van brood & gebak; Gelet op ons besluit van de raad van 31 januari 2008 houdende goedkeuring van het lastenboek en de keuze van onderhandelingsprocedure; Gelet op het administratieve verslag waarin de resultaten van de onderhandelingsprocedure werden geanalyseerd; Overwegende dat uit het administratieve verslag blijkt dat de meest voordelige inschrijving werd gedaan door de heer Danny Vrancken Lambertusstraat 132 a 3840 Borgloon; Overwegende dat de gepaste kredieten zijn voorzien in het exploitatiebudget 2008; Met algemeenheid van stemmen; Beslissing De opdracht betreffende de levering van brood & gebak wordt gegund aan de heer Danny Vrancken, Lambertusstraat 132 a Borgloon conform de offerte voor een globale prijs van ,26 inclusief BTW 2

3 In toepassing van artikel 25 3 van het KB van 8 januari 1996 worden de niet weerhouden inschrijvers onverwijld op de hoogte gebracht van hun niet-aanduiding Aankoop van 10 verpleegbedden en 4 eettafels: wijziging van de raadsbeslissing van 27/09/2007 Gelet op de beslissing (met algemeenheid van stemmen) van 27 september 2007 betreffende de toewijzing van de overheidsopdracht voor de aankoop van 10 verpleegbedden en 4 eettafels aan Schell Industries Witveldweg AV BELFELD. Deze opdracht werd toegewezen conform de offerte voor een globale prijs van ,00 euro (excl. 21 % BTW). Overwegende dat de opdracht zou gefinancierd worden dmv een leasing met een duurtijd van 5 jaar bij de Firma Schell Industries voor een totaal bedrag van ,00 excl. 21 % BTW. Gelet op de beschikbaarheid van voldoende financieringsmiddelen in het investeringsbudget onder rekeningnummer 8341/230000/90, Met algemeenheid van stemmen; Beslissing De financiering van de aankoop van 10 verpleegbedden en 4 eettafels wordt in één keer betaald vanuit het investeringsbudget 8341/230000/90 in plaats van met een leasing en dit voor een totaal bedrag van ,00 excl. 21 % BTW. Maatschappelijke dienstverlening Jaarverslag 2007 van de juridische dienst OCMW Borgloon Het OCMW van Borgloon heeft in 2002 een intergemeentelijke dienst voor rechtshulp en schuldbemiddeling gesloten. Deze samenwerkingsvorm stelt aan de deelnemende OCMW s een juriste ter beschikking die één dag per week zitdag houdt in de verschillende OCMW s. Iedere vrijdag is de juriste, Inge Van Eyck, aanwezig op het OCMW van Borgloon. Telkens iemand beroep doet op de juridische dienst wordt er een dossier geopend. Per cliënt is er een dossier, ongeacht de uiteenlopende vragen die sommige cliënten hebben. Er dient wel opgemerkt te worden dat er ook dikwijls korte en kleine vragen telefonisch door cliënten zelf of door de maatschappelijk assistenten worden gesteld, die niet genoteerd worden en dus niet voorkomen in het bestand van de nieuwe dossiers. Het jaarverslag behelst een overzicht van de meest voorkomende vragen, alsook van het publiek dat een beroep doet op de juridische dienst. Het jaarverslag dient enkel als een richtlijn beschouwd te worden, daar de juridische dienst zoveel meer inhoudt dan het verslag weergeeft. 1. Aantal bezoeken In 2007 zijn er in totaal 99 kantoorbezoeken geweest. Dit is een serieuze stijging in vergelijking met voorgaande jaren (in 2006 waren er 45 kantoorbezoeken en in 2005 een 58 tal). Dit kan deels te verklaren zijn omdat vanaf dit jaar een beroep op de juridische dienst kosteloos is. 2. Aantal dossiers In 2007 werden er 61 dossiers geopend, wat ook een stijging is ten opzichte van voorgaand jaar (in 2006 werden 38 dossiers geopend). Telkens iemand een beroep doet op de juridische dienst wordt een dossier geopend, ongeacht de soms uiteenlopende vragen die gesteld worden. 3. Aanmelden Net zoals voorgaande jaren kiezen de meeste mensen voor een kantoorbezoek. Het komt wel voor dat mensen die een bezoek hebben gebracht, schriftelijk of telefonisch een antwoord krijgen. 3

4 Soms wordt een dossier van de sociale dienst doorgegeven aan de juridische dienst. Het dossier wordt dan bestudeerd zonder dat de cliënt hierbij altijd aanwezig is. Dat zijn de gevallen die gekwalificeerd worden onder sociale dienst. 4. Aanbrenger Nog steeds komen de meeste mensen op eigen initiatief naar de juridische dienst, doch er is ook doorverwijzing vanuit de sociale dienst. Wanneer de sociale dienst in hun dossiers juridische problemen/vragen hebben, verwijzen zij de mensen door naar de juridische dienst. Soms neemt ook familie van de cliënt contact op met de juridische dienst (bijvoorbeeld een moeder voor haar zoon). 5. Burgerlijke staat Het grootste gedeelte is getrouwd, gevolgd door de personen die ongehuwd en gescheiden zijn. Cliënten die hun vragen via telefoon/brief/ stellen en waarvan de burgerlijke staat niet gekend is worden gekwalificeerd onder de rubriek niet gekend. 6. Economische activiteit De juridische dienst wordt geraadpleegd door mensen met allerhande inkomens, waarvan de werklozen en de actieven de grootste groepen zijn, gevolgd door de gepensioneerden. 7. Beschrijving hulp Informatie, uitleg en advies wordt het meeste aan de cliënten gegeven. Van hieruit kunnen verdere stappen genomen worden zoals het opstellen van brieven, het opmaken van een verzoekschrift (juridische argumentatie opstellen) of het doorsturen naar een advocaat, notaris. 8. Dossier gekend op het OCMW? Zijn de mensen die een beroep doen op de juridische dienst gekend op het OCMW m.a.w. hebben deze mensen al in het verleden een beroep op de sociale of juridische dienst gedaan? 9. Vragen In totaal werden er 175 vragen gesteld. Uit het overzicht blijkt dat alle takken van het recht aan bod komen. 10. Vergelijking met voorgaande jaren bezoeken dossiers 11. Besluit Uit het overzicht blijkt dat de juridische dienst meer succes heeft dan de voorgaande jaren. Het feit dat de mensen die een beroep doen op de juridische dienst geen bijdrage meer dienen te betalen zal het succes enigszins verklaren. Ook dat de juridische dienst al enkele jaren bestaat en dat het bestaan van de juridische dienst kenbaar wordt gemaakt via publicatie en/of mondelinge reclame. 4

5 08.45 Wijziging van het reglement van orde voor de geneesheren De raad keurt eenparig volgend reglement goed. In overweging nemend: Artikel 48 van de organieke wet op de openbare centra voor maatschappelijk welzijn bepaalt: " de raad voor maatschappelijk welzijn bepaalt de regelen volgens dewelke de beoefenaars van de geneeskunst toegelaten worden tot de uitoefening van hun beroep in de instellingen en diensten van het centrum. Ingeval die beoefenaars van de geneeskunst niet benoemd worden noch bezoldigd volgens statutaire bepalingen, dan worden hun betrekkingen met het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn, dat de inrichting of de dienst beheert, geregeld op basis van een schriftelijke overeenkomst. Artikel 1 van het KB dd. 12 oktober 1993 tot wijziging van het KB dd. 2 december 1982 houdende vaststelling van de normen voor de bijzondere erkenning van rust- en verzorgingstehuizen bepaalt: " Alle bezoekende geneesheren die één of meerdere verzorgingsbehoevenden in het rust- en verzorgingstehuis behandelen dienen er zich ten aanzien van de directie toe te verbinden optimaal mee te werken aan de bestaande interne medische organisatie van de instelling, waaronder de bezoekuren en het opmaken van een uniform patiëntendossier. Deze organisatie wordt vastgesteld in een reglement van orde. Is overeengekomen het geen wat volgt: Dit reglement van orde maakt werkafspraken tussen het rusthuis voor bejaarden, Graethempoort 3A, 3840 BORGLOON en de geneesheren die residenten van het rusthuis behandelen. Artikel 1 Elke bewoner heeft te allen tijde het recht een beroep te doen op een geneesheer van zijn keuze of voorkeur. Dit recht op vrije keuze moet door alle betrokken partijen voortdurend gewaarborgd worden en blijven. Het is zinvol dat elke bewoner niet veelvuldig van huisarts verandert. Artikel 2 De coordinerende geneesheer net als alle artsen die door de bewoners van het RVT of rusthuis geconsulteerd worden, kunnen enkel patiënten in het RVT of rusthuis behandelen, indien zij zich strikt aan het reglement van inwendige orde van de instelling houden. Bij artsen die het reglement niet respecteren zal de CRA bemiddelend optreden gebeurlijk na overleg met de huisartsenkring. Wanneer de arts in gebreke blijft na schriftelijke aanmaning door het OCMW kan het OCMW de overeenkomst beëindigen in uitvoering van artikel 48 van de organieke wet op de openbare centra voor maatschappelijk welzijn. Artikel 3 Alvorens een consultatie te verrichten tekent de arts dit reglement van inwendige orde voor akkoord. Artikel 4 De arts meldt zich voor elk bezoek bij de hoofdverpleegkundige of zijn plaatsvervanger, die hem zo nodig, vergezelt bij zijn bezoek aan de bewoner. Artikel 5 De geneesheer zal voor elk van zijn residenten een medisch dossier aanleggen en bijhouden in het rusthuis. Dit medische dossier wordt door de instelling ter beschikking gesteld. 5

6 Het protocol van het onderzoek dat de opname voorafgaat, met een verslag van de gezondheidstoestand van de betrokken resident(e) zal het basisdocument zijn van het medische dossier. Het inzagerecht van het medische dossier berust uitsluitend bij de behandelende geneesheer, zijn vervanger of desgevallend de geneesheer van wacht. Artikel 6 De geneesheer vult na elk bezoek het medisch dossier in. Hij overtuigt zich ervan dat de nodige instructies naar het personeel ter behandeling van de resident(e) juist begrepen werden en correct neergeschreven zijn in het verpleegdossier. Artikel 7 De geneesheer vult na onderzoek van een resident(e) het bijzonder register in dat zich bij de hoofdverpleegkundige bevindt. Gezien de wettelijke verplichting tot het bijhouden van dit register worden enkel die prestaties vergoed die in het register zijn vermeld en dit op de wettelijke opgelegde wijze: datum, naam en kamernummer van de bewoner, RIZIV - nomenclatuur der verstrekking, stempel en handtekening van de geneesheer. Artikel 8 Bij het vaststellen van een besmettelijke ziekte of bijzonder ernstige gevallen, neemt de geneesheer persoonlijk contact op met de CRA die niet nalaat de arbeidsgeneesheer en de directie van het OCMW onmiddellijk hiervan in kennis te stellen om eventuele preventieve maatregelen zo snel mogelijk uit te werken. Artikel 9 Indien een opname van een resident(e) in een ziekenhuis aangewezen is, zorgt de geneesheer steeds voor een schriftelijke verwijsbrief. Het is belangrijk dat ernstig zieke of terminale bewoners alleen op gegronde indicatie worden overgebracht naar het ziekenhuis. Verzorging gebeurt zoveel mogelijk in de vertrouwde omgeving. Bij hospitalisatie worden afspraken gemaakt om overbodige onderzoeken zoveel als mogelijk te vermijden. Artikel 10 De geneesheer zal voor de patiënten die naar zijn mening niet langer naar behoren kunnen verzorgd worden in het rusthuis, de overbrenging naar een andere instelling adviseren. Artikel 11 Bij elk bezoek controleert de arts samen met de hoofdverpleegkundige of zijn plaatsvervanger of er voldoende medicatie werd voorgeschreven tot het volgende bezoek, of kine - en fysiovoorschriften nog toereikend zijn en of alle administratieve formulieren tot verlenging of tegemoetkoming van verzorging, aanvragen tot opname, medisch administratieve inlichtingen enzovoort, naar behoren zijn ingevuld en ondertekend. Artikel 12 De arts informeerde bewoner en/of diens familie zoveel mogelijk over de evolutie van de medische toestand. Het is aan te bevelen dat de arts bij overlijden zich in verbinding stelt met de familie. Artikel 13 De arts organiseert zich zodanig dat dringende oproepen zo snel en efficiënt mogelijk kunnen worden beantwoord. Artikel 14 I.v.m. de facturatie kan er door de geneesheren een keuze gemaakt worden uit twee systemen: 6

7 1) De geneesheer dient per bewoner ( waarvan het financiële beheer gedaan wordt door het OCMW) een maandelijkse staat in die het volgende vermeldt: datum van de verstrekking, aard van de prestatie (verstrekkingsnummer) en het verschuldigde bedrag voor die prestatie. Tenslotte vermeldt de maandelijkse staat het verschuldigde totaalbedrag voor de bewoner. Bij elke individuele maandelijkse staat dienen de daarbij horende getuigschriften voor verstrekte hulp bijgevoegd te zijn. De afrekening dient aan het diensthoofd instellingen overgemaakt te worden binnen de vijftien kalenderdagen na het afsluiten van de periode. 2) De geneesheer rekent zijn getuigschriften voor de verstrekte hulp zelf af met de resident(e) en/of haar/zijn familieleden. Er is geen enkele tussenkomst vanwege de instelling. De geneesheer zal voor het aanrekenen van zijn honoraria de wettelijke en deontologische richtlijnen terzake respecteren. Artikel 15 De geneesheer zal zich organisatorisch voldoende in de bestaande werkgemeenschap integreren en geen bezoeken afleggen tijdens de maaltijden of perioden van intensieve verzorging. Hij zal de paramedici en verpleegkundigen de nodige informatie verstrekken om aan zijn patiënten de passende verzorging en begeleiding te bieden. Hij zal regelmatig overleg plegen met de hoofdverpleegkundige en de door het rusthuis aangewezen geneesheer. Artikel 16 De geneesheer zal bij afwezigheid wegens ziekte, verlof of enige andere reden, ingeval geen persoonlijke vervanging voorzien is, de instelling verwittigen. Indien een huisarts, diens plaatsvervanger of de geneesheer van wacht in hoogdringende gevallen niet kan voorzien in medische zorgen kan de (hoofd-) verpleegkundige beslissen om de CRA te verwittigen om zo nodig andere maatregelen te treffen. Indien tijdens de weekends en op feestdagen de geneesheer niet te bereiken is zal beroep gedaan worden op de geneesheer van wacht. Artikel 17 Is de resident(e) tijdelijk of blijvend niet (meer) in staat zelf een voorkeur kenbaar te maken, dan contacteert het rusthuis de voorlopige bewindvoerder indien aangeduid, zoniet de als zaakgelastigde aangeduide persoon vermeld in de schriftelijke overeenkomst bij opname, zoniet het meest nabije familielid. Bij ontstentenis van een eigen behandelende geneesheer moet de resident(e) beroep kunnen doen op een door de inrichtende macht aangewezen geneesheer. Artikel 18 Dit reglement kan na overleg tussen de verschillende partijen en huisartsenkring enerzijds en directie anderzijds, gewijzigd worden om de goede werking van de instelling te garanderen Procedure tot opname in WZV Bloesemhof: wijziging van de raadsbeslissing van 28 maart 2002 Raadsbeslissing 6 juni 1991 De beslissing over de opname gebeurt op basis van een voorafgaand administratief, financieel, sociaal en medisch onderzoek Het administratieve, sociaal en medische onderzoek moet tot uiting komen via de vastlegging van een prioriteitenlijst. Van deze prioriteitenlijst kan niet worden afgeweken, behoudens met een zeer gemotiveerde beslissing. Vastlegging van de prioriteitenlijst De prioriteitenlijst wordt opgesplitst in twee delen. Aanvragers ingeschreven in de bevolkingsregisters van Borgloon. Aanvragers niet ingeschreven in de bevolkingsregisters van Borgloon. 7

8 Elk deel heeft vier afdelingen zijnde de categorieën 0 A B C ( CD). De categorie wordt bepaald aan de hand van de evaluatieschaal en het medische verslag zoals voorgeschreven door het RIZIV. De rangorde op de prioriteitenlijst wordt bepaald door de datum van aanvraag tot opname (aanvragen worden ingeschreven in een register met vermelding van naam en adres van de aanvrager, datum van aanvraag + handtekening). Het afwijken van de rangorde in de prioriteitenlijst kan enkel mits een zeer gemotiveerde beslissing die minimaal moet stoelen op sociaal psychische factoren (eenzaamheid en relatie met kinderen/familieleden) en woonsituatie van de aanvrager. Voorbeeld. Wanneer een bejaarde overlijdt die bijvoorbeeld behoort tot categorie A dan zal de prioriteit tot opname bepaald wordt als volgt A B C ( Cd) - O Wanneer een bejaarde overlijdt die behoort tot categorie B dan zal de prioriteit tot opname bepaald worden als volgt B C ( Cd) A - O Drie maanden na de aanvraagdatum wordt de evaluatieschaal opnieuw ingevuld door de geneesheer en wordt de prioriteitenlijst als dusdanig hieraan al of niet aangepast. Om de drie maanden wordt deze procedure herhaald. Raadsbeslissing 28 maart 2002 Volgende aanvullingen worden ingevoegd bij de raadsbeslissing van 6 juni Dr. Vaes zal contact opnemen met zijn confraters om een juiste profielbepaling op te maken los van allerlei druk van familie of anderen. Dr. Vaes zal voortaan, in opdracht van de secretaris, een evaluatieschaal opmaken van de toekomstige bewoners; daartoe zal het vast bureau een lijst goedkeuren, in volgorde van prioriteit, van minimaal vijf kandidaten voor opname. Deze lijst zal ieder vast bureau geactualiseerd worden. De evaluatieschaal geldt als een advies naar het vast bureau. Toekomstige kandidaat bewoners moeten zich akkoord verklaren met: een effectieve aanvraag tot opname of een aanvraag uit voorzorgsmaatregel de evaluatieschaal binnen de vier weken na de aanvraag ingediend te hebben, zoniet ontvangt men een herinneringsschrijven met het uiterlijke verzoek het dossier binnen de vijf dagen in orde te maken. Na de herinnering nog niet in orde wordt men ambtshalve geschrapt van de wachtlijst. Een wachtlijst wordt aangelegd voor effectieven, voorzorgsmaatregel, voorlopig verblijf in andere rusthuizen, schrappingen Een volledig ingediend dossier om op de wachtlijst te komen ( aanvraagformulier registratie en domeinen, attest thorax, ingevulde evaluatieschaal) Nieuwe procedure en bepalen van de punten van prioriteit ( eenparig akkoord) 1. Bepalen van de KATZ schaal via drie stappen: Behandelende arts van de kandidaat bewoner Profielbepaling door de CRA Profielbepaling door de hoofdverpleging, bijgestaan door een verpleegkundige en de maatschappelijk werker Bloesemhof Bij consensus van de KATZ schaal wordt de kandidaat bewoner ingeschreven op de wachtlijst. Indien er geen consensus is in de KATZ schaal wordt er overleg gepleegd. Dit overleg kan resulteren in een nieuwe consensus of niet. 8

9 Bij consensus wordt de kandidaat bewoner ingeschreven op de wachtlijst. Indien geen consensus wordt de profielbepaling van de hoofdverpleging vastgelegd. 2. Als datum van inschrijving op de wachtlijst wordt vastgelegd de datum waarop het volledige dossier klaar is met alle verantwoordingsstukken. De datum wordt vastgelegd door de secretaris OCMW bijgestaan door de directeur van de instellingen. 3. De prioriteitenlijst wordt samengesteld aan de hand van volgend puntensysteem. Profielbepaling Profiel CD = 25 punten Profiel C = 20 punten Profiel B = 15 punten Profiel A = 5 punten Profiel O = 0 punten Inschrijving in de bevolkingsregisters Borgloon meer dan 1 jaar = 15 punten Borgloon minder dan 1 jaar = 10 punten Kind(eren) van de kandidaat resident wonende in Borgloon = 5 punten Ingeschreven in een andere gemeente = 0 punten Effectieve inschrijving of voorzorgsmaatregel Effectieve inschrijving = 25 punten Voorzorgsmaatregel = 0 punten Aantal maanden op de wachtlijst als effectieve kandidaat Per maand = 5 punten ( maand wordt afgesloten op 16 of 31 dag) Een dossier voorzorgsmaatregel kan omgezet worden naar een effectief dossier. Als datum van inschrijving geldt de datum van effectieve kandidaat en niet deze van kandidaat uit voorzorgsmaatregel. 4. Per vast bureau wordt de aangepaste wachtlijst ter kennis gebracht en goedgekeurd. 5. De opname van een kandidaat bewoner gebeurt aan de hand van deze wachtlijst. Het afwijken van de rangorde in de prioriteitenlijst kan enkel mits een zeer gemotiveerde beslissing die minimaal moet stoelen op sociaal psychische factoren (eenzaamheid en relatie met kinderen/familieleden) en woonsituatie van de aanvrager. Patrimonium Erfpachtovereenkomst gasthuiskapel Gelet op het besluit van het college van burgemeester en schepenen van 25 maart 2008 betreffende de principiële goedkeuring tot het afsluiten van een erfpachtovereenkomst; Gelet op het besluit van het vast bureau van 10 maart 2008 ; Gelet op de onder opschortende voorwaarde afgesloten erfpachtovereenkomst; Overwegende dat door de erfpachter een aantal voorwaarden moeten nageleefd worden; Overwegende dat de overeenkomst kan afgesloten worden voor 1 symbolische euro, vermits de betrokken partijen, aanverwante besturen zijn; Gelet op het bodemattest dd ; Gelet op het stedenbouwkundige uittreksel van 16 januari 2008; Gelet op de wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen; Gelet op het decreet van 26 maart 2004 betreffende de openbaarheid van bestuur; Gelet op de bepalingen van de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de OCMW s; Gelet op de eenparige uitslag van de hoofdelijke stemming; 9

10 Beslissing: Artikel 1: Onder de vastgestelde voorwaarden en lasten wordt overgegaan tot het verlenen van een erfpacht op de hierna vermelde goederen, eigendom van het OCMW Borgloon: perceel grond met gebouw, genaamd Gasthuiskapel, gelegen te Borgloon, gekadastreerd 1 e afdeling, sectie E nr. 21K, met een oppervlakte van 4a 40 ca. Artikel 2 De vergoeding voor het erfpachtrecht bedraagt 1 symbolische euro. Artikel 3 Het recht van erfpacht wordt toegestaan voor een termijn van 27 jaar. De erfpacht is na het verstrijken van voornoemde termijn, met inachtneming van de wettelijk toegelaten maximumtermijn, verlengbaar bij onderlinge toestemming van de partijen na een besluit in die zin van hun bevoegde organen. Artikel 4 De erfpacht wordt verleend met inachtneming van de in de erfpachtovereenkomst dd 27/03/08 vastgestelde voorwaarden. Voornoemde overeenkomst wordt aan dit besluit gehecht en maakt er integrerend deel van uit. Artikel 5 Voor alles wat niet geregeld wordt in de erfpachtovereenkomst, gelden de bepalingen van de wet van 10 januari 1824 over het recht van erfpacht. Artikel 6 De voorzitter en de secretaris zullen het OCMW vertegenwoordigen bij het verlijden van de authentieke akte door de burgemeester. Artikel 7 Alle voorgaande besluiten, waarin tussen de stad en het OCMW een regeling is opgenomen met betrekking tot het gebruik van de Gasthuiskapel door de stad, worden opgeheven en de daaruit volgende overeenkomsten tussen de stad en het OCMW worden minnelijk ontbonden. Overeenkomst Artikel 1: Voorwerp Onder de in dit besluit vastgestelde voorwaarden en lasten wordt overgegaan tot het aanvaarden van een erfpacht op de hierna vermelde goederen, eigendom van het OCMW Borgloon: perceel grond met gebouw, genaamd Gasthuiskapel, gelegen te Borgloon, gekadastreerd 1 e afdeling, sectie E nr. 21K, met een oppervlakte van 4a 40 ca. Artikel 2: Oorsprong en titel van eigendom De vermelde goederen behoren aan het bestuur sinds onheuglijke tijden en alleszins sinds meer dan 30 jaar vóór heden. De begunstigde stelt zich met deze oorsprong van eigendom tevreden en vraagt van het bestuur geen andere titel dan een uitgifte van deze akte. Artikel 3: Toestand De goederen worden in erfpacht gegeven in de staat en de ligging waarin zij zich thans bevinden met de voor- en nadelige, zicht- en onzichtbare, voortdurende en niet-voortdurende, actieve en passieve erfdienstbaarheden die op de goederen rusten, met recht voor de begunstigde de ene in zijn voordeel te doen gelden en zich tegen de andere te verzetten doch zulks op zijn kosten, lasten en risico, zonder tussenkomst van het OCMW - bestuur noch verhaal tegen laatstgenoemde en zonder dat deze bepaling aan wie dan ook meer rechten zal kunnen verstrekken dan deze gegrond op rechtmatige titels of op de wet. De begunstigde dient het erfpachtrecht te aanvaarden zonder waarborg van de oppervlakte. Het verschil in oppervlakte zal ten voordele of ten nadele van de begunstigde zijn, zelfs al bedraagt dit meer dan 1/20 ste. 10

11 De goederen die het voorwerp van de erfpachtovereenkomst zullen uitmaken worden in erfpacht gegeven voor vrij en onbelast van alle lasten en hypotheken van alle aard, de gronden zijn vrij van alle pachtverplichtingen. Artikel 4: De Prijs De vergoeding voor het erfpachtrecht bedraagt 1 symbolische euro. Artikel 5: Duur Het recht van erfpacht wordt toegestaan voor een termijn van 27 jaar. De erfpacht is na het verstrijken van voornoemde termijn, met inachtneming van de wettelijk toegelaten maximumtermijn, verlengbaar bij onderlinge toestemming van de partijen na een besluit in die zin van hun bevoegde organen. De erfpacht kan in geen geval stilzwijgend worden verlengd. Artikel 6: Bestemming De begunstigde mag de in erfpacht gegeven goederen uitsluitend bestemmen voor de cultuurparticipatie, gemeenschapsvorming en cultuurspreiding ten behoeve van de lokale bevolking. Tijdens de gehele duur van het recht van erfpacht dient de hierboven vermelde bestemming behouden te blijven behoudens voorafgaande schriftelijke toestemming van het OCMW - bestuur. Artikel 7: Rechten begunstigde De begunstigde is, onder voorbehoud van wat bepaald is in de artikelen 14 en 15 betreffende stedenbouw en milieuwetgeving, gerechtigd nieuwe gebouwen, werken en beplantingen op te richten en uit te voeren op of aan de in erfpacht gegeven goederen, voor zover deze noodzakelijk of nuttig zijn voor de in artikel 6 vernoemde bestemming, zoals het aanbrengen van nieuwe verlichting. Het OCMW - bestuur doet afstand ten voordele van de begunstigde van het recht van natrekking dat het bij toepassing van de bepalingen van het burgerlijk wetboek heeft op de gebouwen, bouwwerken en beplantingen die op de in erfpacht gegeven gronden worden opgericht en dit voor de gehele duur van de erfpachtperiode. Het is de begunstigde evenwel verboden de op het ogenblik van de aanvang van het erfpachtrecht bestaande opstallen geheel of gedeeltelijk af te breken zonder voorafgaande schriftelijke toelating van het OCMW - bestuur. De begunstigde mag verder noch de erfpacht zelf, noch de in erfpacht gegeven goederen, noch de gebouwen en opstallen die door hemzelf of voor hem zouden worden opgericht, hypotheken, vervreemden, er zakelijke rechten of erfdienstbaarheden op vestigen of er daden van beschikking over stellen zonder de voorafgaande schriftelijke toestemming van het OCMW - bestuur. Artikel 8: Belastingen en plichten Alle belastingen en taksen van welke aard ook, inclusief de onroerende voorheffing met betrekking tot de in erfpacht gegeven goederen en/of op de door de begunstigde opgerichte onroerende goederen, met betrekking tot de bezetting van deze goederen of de activiteit die er door de begunstigde wordt uitgeoefend, zijn ten laste van de begunstigde, vanaf de eerste maand volgend op de datum van de authentieke akte. Artikel 9: Onderhoud, herstellingen, aanpassingen en aansluitingen De begunstigde is ertoe gehouden de in erfpacht gegeven goederen, evenals alle door hemzelf of voor hem verwezenlijkte of aangebrachte opstallen van welke aard ook, te onderhouden op zijn kosten en er alle grote en kleine herstellingen van alle aard uit te voeren. Het OCMW - bestuur is tot geen enkele herstelling gehouden Het OCMW - bestuur kan evenmin verantwoordelijk gesteld worden voor hinder, schade, afwijkingen, toevallige onderbrekingen enz, wat ook de oorzaak moge zijn, die zich aan de in erfpacht gegeven goederen of aan de technische installaties ten dienste van de gebouwen zouden kunnen voordoen. De begunstigde is verplicht het geheel in goede staat van onderhoud of herstelling terug te geven aan het OCMW - bestuur bij afloop van het recht van erfpacht. De kosten voor aansluiting, abonnementen en gebruik van nutsvoorzieningen, zoals onder meer water, gas, elektriciteit, telefoon, kabeldistributie, fax, Internet e.a. zijn ten laste van de begunstigde. Het OCMW - bestuur staat echter niet garant voor de aansluiting op en het behoorlijk functioneren van eender welk distributienet. 11

12 Alle kosten die voortvloeien uit verbouwingen, herstellingen of uitbreidingen van de in erfpacht gegeven goederen, alsook de kosten die het gevolg zijn van de uitvoering van wettelijke, administratieve of andere voorschriften inzake hygiëne, openbare gezondheid, veiligheid, arbeidsveiligheid of milieuvoorschriften, zijn ten laste van de begunstigde. Artikel 10: Verzekeringen Tijdens de gehele duur van de erfpacht dient de begunstigde de in erfpacht gegeven gebouwen evenals de door of voor hem opgerichte gebouwen voor de volle waarde te verzekeren tegen brand en aanverwante risico s bij een door het bestuur aanvaarde verzekeringsmaatschappij. Op eerste aanvraag van het OCMW - bestuur zal de begunstigde het bestaan van de verzekeringen en de regelmatige betaling van de premies moeten bewijzen. De begunstigde staat verder op eigen kosten tevens in voor het nemen van alle bij wetten, decreten of besluiten van de hogere overheid verplichte verzekeringen met betrekking tot de in erfpacht gegeven gebouwen en de door of voor hem opgerichte gebouwen. Artikel 11: Hoofdelijkheid, afstand, overdracht en verhuring De verplichtingen aangegaan door de begunstigde zijn hoofdelijk en ondeelbaar tussen zijn rechthebbenden of rechtsopvolgers uit welken hoofde ook. De begunstigde mag zijn rechten op de erfpacht noch geheel noch gedeeltelijk afstaan of overdragen aan derden behoudens na voorafgaande schriftelijke toestemming van het OCMW - bestuur. In geval van afstand of overdracht van de rechten betreffende de erfpacht, blijft de begunstigde hoofdelijk borg voor de goede uitvoering van de uit de aanvankelijke erfpacht voortvloeiende verplichtingen. Artikel 12: Einde van de erfpacht De erfpacht neemt een einde door het verstrijken van de in artikel 5 vermelde termijn. Bij de beëindiging van de erfpacht, komen de gebouwen en opstallen, evenals alle verbetering en aanplantingen die de begunstigde heeft aangebracht of uitgevoerd tijdens de duur van de erfpacht in volle eigendom en zonder dat de begunstigde aanspraak kan maken op enige vergoeding ter zake, toe aan het OCMW - bestuur. Indien het bestuur voor het verstrijken van de in deze overeenkomst vermelde termijn eenzijdig een einde stelt aan het recht van erfpacht zonder dat de begunstigde in gebreke is gebleven omdat het, om reden van algemeen belang of van lokaal belang een andere bestemming wenst te geven aan de onder artikel 1 van deze overeenkomst vermelde goederen, zal het de begunstigde voor de door of voor hem/haar opgerichte opstallen vergoeden zoals gebruikelijk is op het gebied van onteigeningen om reden van openbaar nut, gesteund op een schatting door de ontvanger der registratie en na afhouding van de door de begunstigde eventueel aan het bestuur nog verschuldigde bedragen. Artikel 13: Sanctie Het OCMW - bestuur heeft het recht om voor de bevoegde rechtbanken de ontbinding van de erfpacht met schadevergoeding te vorderen bij wanprestatie door de begunstigde en bij zware of herhaalde lichte inbreuk door de begunstigde op de verplichtingen die hem bij overeenkomst worden opgelegd. Als zware inbreuken worden zonder dat deze opsomming als limitatief geldt, onder meer beschouwd: de wijziging van de bestemming door de begunstigde, het gebrekkig onderhoud of herstel van de in erfpacht gegeven goederen en opstallen, het zonder reden beëindigen of verwaarlozen van de uitoefening van zijn recht of van de overeengekomen exploitatie. Daarnaast zal tevens toepassing gemaakt worden van hetgeen hoger vermeld is onder artikel 12 wat de vergoeding voor de opstallen betreft. Artikel 14: Stedenbouw Er kan geen verzekering gegeven worden over de mogelijkheid om nog verder op het in erfpacht gegeven goed te bouwen of om daarop enige vaste of verplaatsbare inrichting op te stellen. De begunstigde dient zich ertoe te verbinden de stedenbouwkundige voorschriften na te leven. Hij zal niet met de oprichting of wijziging van gebouwen beginnen dan nadat hij de nodige vergunningen en goedkeuringen heeft bekomen. 12

13 Het in erfpacht gegeven goed is niet gelegen in een beschermd landschap, maar is zelf wel een beschermd monument. Het valt niet onder de wetgeving op de ruilverkaveling van landeigendommen. Het goed maakt bij weten van het bestuur geenszins het voorwerp uit van een geplande onteigening. Artikel 15: Milieuwetgeving Het OCMW - bestuur kan geen zekerheid geven omtrent de mogelijkheid om op of in de in erfpacht gegeven goederen activiteiten uit te oefenen die bij toepassing van het milieuvergunningdecreet van 28 juni 1985 en zijn uitvoeringsbesluiten, vergunningsplichtige zijn. De begunstigde mag op of in de in erfpacht gegeven goederen geen vergunningsplichtige activiteit in voormelde zin uitoefenen, zolang de voorgeschreven milieuvergunning niet is verkregen. Op de grond die in erfpacht gegeven wordt, is of was bij weten van het OCMW -bestuur geen inrichting gevestigd, of wordt of werd geen activiteit uitgevoerd die opgenomen is in de lijst van inrichtingen en activiteiten die bodemverontreiniging kunnen veroorzaken, zoals bedoeld in artikel 3, paragraaf 1 van het Bodemsaneringdecreet. Volgens het bodemattest afgeleverd door OVAM op 7/12/2007, zijn er voor dit kadastrale perceel geen gegevens beschikbaar in het register van verontreinigde gronden omdat er geen gegevens beschikbaar zijn bij OVAM. Het OCMW bestuur heeft met betrekking tot het goed geen weet van bodemverontreiniging die schade kan berokkenen aan de begunstigde of aan derden, of die aanleiding kan geven tot een saneringsverplichting, tot gebruiksbeperkingen of tot andere maatregelen die de overheid in dit verband kan opleggen. Het bestuur is in geen geval waarborg noch schadevergoeding verschuldigd voor dergelijke gebreken. Artikel 16: Kosten Alle kosten en rechten, voortvloeiend uit de af te sluiten overeenkomst, evenals de kosten voortvloeiend uit het verlijden van de authentieke erfpachtakte, met inbegrip van de opmetingskosten, de registratierechten, de overschrijvingskosten der hypotheken en andere, vallen ten laste van de begunstigde. Artikel 17: Exploitatieclausule Zo de bestemming van de in deze overeenkomst vermelde goederen kadert in een culturele exploitatie, zal de begunstigde in overeenstemming met artikel 4 van het decreet van 28 januari 1974 betreffende het cultuurpact, erop toezien dat ten aanzien van de gebruikers iedere vorm van discriminatie, uitsluiting, beperking of voorkeur om ideologische of filosofische redenen zal vermeden worden. Artikel 18: De overeenkomst wordt aangegaan voor reden van openbaar nut. Artikel 19: Voor alles wat niet geregeld wordt in de af te sluiten erfpachtovereenkomst, gelden de bepalingen van de wet van 10 januari 1824 over het recht van erfpacht. Artikel 20: Erfpacht De erfpachtakte zal verleden worden door de burgemeester. De ingenottreding zal ingaan op de dag van het verlijden van de erfpacht Pachtoverdracht voor perceel sectie B nr. 370a, gelegen te Borgloon 12 afdeling Hoepertingen Deze pachtoverdracht van Florent Lux, Bergstraat 9 naar Jean Marie Lux, Kasteelstraat 14 wordt éénparig toegestaan met ingang van 30/11/2007. Tegelijkertijd wordt een pachtovereenkomst afgesloten met de nieuwe pachter. 13

14 Artikel 1 Voorwerp van de pacht. Het bestuur geeft aan de pachter het perceel boomgaard - laagstam in pacht gelegen te HOEPERTINGEN 12 Afd. BORGLOON, kadastraal gesitueerd sectie B, nr. 370A, met een oppervlakte van 14a 26ca, volkomen bekend aan beide partijen, die daarvan geen nadere omschrijving vragen. De bovenvermelde oppervlakte wordt de pachter gewaarborgd in overeenstemming met artikel 15 van de pachtwet. Artikel 2 - Staat van het goed. De pachter erkent het gepachte goed te aanvaarden in de goede staat van onderhoud waarin het zich vandaag bevindt zodat hij geen vordering heeft tegen het bestuur wegens onvoldoende staat bij de levering, behoudens de wettelijke vrijwaring voor ernstige gebreken die het gebruik van het gepachte goed mochten verhinderen. Artikel 3 - Duur van de pacht. Deze pachtovereenkomst is aangegaan voor 9 achtereenvolgende jaren en gaat in op 30/11/2007, zodat de contractuele termijn, hierna te noemen "eerste periode", verstrijkt op 01/12/2016, waarna in overeenstemming met en binnen de perken van de wet de nieuwe negenjarige periodes volgen; dit alles onder voorbehoud van vroegere opzegging in overeenstemming met de wet. De onderpacht en de pachtoverdracht toegestaan krachtens artikel 31 en 34 van de pachtwet kunnen niet tot gevolg hebben dat de vaste duur van de eerste pachtperiode wordt overschreden. Aan de verpachting van de percelen gelegen te Hoepertingen 12 afd. Borgloon, die door de partijen als bouwgronden/als voor industriële doeleinden bestemde gronden/als gronden door het bestuur bekomen als gevolg van een onteigeningsbesluit aangemerkt worden, kan door het bestuur steeds een einde gesteld worden na een voorafgaande opzegging van drie maanden die derwijze verlengd wordt dat de pachter de gelegenheid heeft om de wassende vruchten te oogsten. Artikel 4 De pachtprijs. De pachtprijs bedraagt per jaar 46,41 EUR door de pachter te betalen per overschrijving via de post of een financiële instelling op rekeningnummer: van het bestuur en dit ten laatste op 30 november van ieder jaar. Bij vertraging in de betaling is vanaf de 15de dag na de dag van verzuim van betaling van rechtswege en zonder ingebrekestelling de wettelijke intrest verschuldigd. Het hierboven als pachtprijs genoemde bedrag van 46,41 EUR wordt aangepast volgens de wetgeving op de beperking van de pachtprijzen. Bij het verstrijken van elke wettelijk voorziene termijn kan elke partij binnen de 6 maanden bij aangetekend schrijven een herziening van de pachtprijs vorderen. De nieuwe pachtprijs is slechts verschuldigd vanaf de vervaldag volgend op de betekening. Wanneer er geen akkoord bereikt wordt, kan het bestuur of de pachter bij de vrederechter de herziening vorderen van de bedongen pachtprijs in overeenstemming met artikel 17 van de pachtwet. Artikel 5 - Bijkomende lasten. Alle belastingen, taksen of onverschillig welke andere last die door het verpachtende bestuur verschuldigd is krachtens de wet of krachtens tegenover derden aangegane verbintenissen betreffende het gepachte goed worden door het bestuur gedragen. Zijn wel ten laste van de pachter: de belastingsverhogingen wegens gebouwen, werken of aanplantingen welke de pachter zelf op het verpachte goed opricht, evenals de kosten van ruiming van grachten en niet bevaarbare waterlopen welke door of langs het verpachte goed lopen. Artikel 6 - Schade door toeval. De gevolgen van het gewone toeval, zoals hagel, bliksem, vorst en te voorziene overstromingen, blijven ten laste van de pachter. De pachter zal hiervoor geen ontbinding van de pacht of pachtvermindering kunnen eisen. Artikel 7 - Jacht - en visrecht. Het jachtrecht op de gronden wordt niet mee verpacht en kan door het bestuur eventueel verhuurd worden aan derden. 14

15 Artikel 8 - Gebruik, onderhoud, herstellingen. De pachter moet het gepachte goed gebruiken als een goede landbouwer zonder de bestemming ervan te veranderen en het zuiver houden van onkruid en schadelijke insecten, distels uitroeien en alle politieverordeningen dienaangaande naleven. Bodemverontreiniging moet vermeden worden. Eventueel daaraan verbonden kosten zijn ten laste van de pachter. Gedraineerde gronden moeten met bijzondere zorg onderhouden worden om de afloop van het water te vergemakkelijken en te voorkomen dat de buizen zouden verzanden of verstoppen. De pachter moet al de wegen, beken, sloten, riolen, grachten en greppels onderhouden, de hagen scheren, de hekken, balies, afsluitingen, bruggen en leuningen, die zich op het verpachte goed bevinden, onderhouden en desnoods op zijn kosten vernieuwen. Indien de pachter in gebreke blijft de huurherstellingen te doen die krachtens de wet en de plaatselijke gebruiken te zijnen laste vallen, heeft het bestuur, na aanmaning, het recht deze herstellingen op kosten van de pachter te laten uitvoeren. De pachter moet het goed bij het verstrijken van de pacht teruggeven in een gelijkwaardige staat van wisselbouw, vruchtbaarheid, bemesting en zuiverheid aan die waarin het goed zich bevindt bij de ingenottreding en welke uit de plaatsbeschrijving zal blijken. Al de overige herstellingen zullen door het bestuur op zijn kosten uitgevoerd worden zodra zij nodig blijken te zijn; de pachter zal het bestuur onmiddellijk en schriftelijk op de hoogte brengen van de noodzakelijke herstellingen zoniet zal hij persoonlijk aansprakelijk kunnen gesteld worden voor de ontstane meerschade. De pachter dient de uitvoering van de nodige werkzaamheden toe te staan zonder aanspraak te kunnen maken op de vermindering of verbreking van de pacht zelfs indien de werken langer dan 40 dagen zouden duren. De pachter mag geen hout kappen, op straffe van schadevergoeding en intrest, zonder het verpachtende bestuur schriftelijk te verwittigen. Bovendien dient hij in het bezit te zijn van de vereiste kapvergunningen. Zonder schriftelijke toestemming van het bestuur mag de pachter geen nieuwe doorweg of andere nieuwe erfdienstbaarheid gedogen, op straffe van schadevergoeding en intrest. De pachter mag geen nieuwe aanplantingen verrichten zonder schriftelijke toestemming van het bestuur. Beplantingen die noodzakelijk zijn voor de bewaring van het goed mogen wel zonder toestemming van het bestuur uitgevoerd worden en zolang er geen geldige opzegging is gedaan, mag de pachter dode of gevelde laag- of hoogstammige fruitbomen en woudbomen vervangen. Het bestuur mag te allen tijden het gepachte goed doen opnemen en bezichtigen om de staat van onderhoud en instandhouding vast te stellen. Artikel 9 - Meldingsplicht van genotstoornissen. De pachter is gehouden het bestuur onmiddellijk te verwittigen van alle geweld en rechtsaanmatigingen die een derde zich op het gepachte goed mocht veroorloven. Zoniet zal hij persoonlijk aansprakelijk gesteld worden voor de ontstane schade. Hij zal het recht verliezen om pachtontbinding of vermindering van pacht te verkrijgen. Artikel 10 - Overdracht van pacht en onderverpachting. De pachter mag het gepachte goed noch geheel noch gedeeltelijk in onderpacht geven. De pacht mag wel overgedragen worden aan de personen vermeld in artikel 31 en 34 van de pachtwet, vooral de afstammelingen of aangenomen kinderen van de pachter of van zijn echtgenoot, evenals aan de echtgenoten van de vermelde afstammelingen of aangenomen kinderen. In dit geval is de pachter wel verplicht het bestuur hiervan schriftelijk in kennis te stellen met vermelding van de naam, voornamen, adres en beroep van de overnemer(s). Pachtoverdracht aan andere personen dan deze bedoeld in de artikelen 31 en 34 van de pachtwet, kan door het verpachtende bestuur worden toegelaten met een voorafgaande schriftelijke toelating. De kandidaat-overnemer moet voldoen aan de algemene voorwaarden zoals vastgelegd in artikel 1 van het besluit van de bestendige deputatie van 23 december

16 Pachtoverdracht kan daarenboven alleen worden toegestaan indien de kandidaat- overnemer het volledige bedrijf overneemt van de uittredende pachter, ofwel aangrenzend pachter is ofwel uitweg geeft of krijgt via het over te dragen perceel. De pachter dient schriftelijk een aanvraag in te dienen tot pachtoverdracht waarin de naam, het volledige adres en beroep van de overnemer vermeld worden, alsook de aard en kadastrale gegevens van de desbetreffende percelen. De kosten zijn ten laste van de overdragend pachter. Artikel 11 - Overlijden van de pachter. Het bestuur behoudt zich het recht voor, bij overlijden van de pachter, de pacht op te zeggen zonder vermelding van redenen voor zover de overleden pachter geen overlevende echtgenoot, afstammeling of aangenomen kinderen of geen afstammelingen of aangenomen kinderen van zijn echtgenoot nalaat. De erfgenamen of rechtverkrijgenden van de overleden pachter kunnen de pacht beëindigen op voorwaarde dat zij, binnen één jaar na het overlijden, de pacht opzeggen; de opzegtermijn bedraagt drie maanden. Diegene die de exploitatie voortzet, moet het bestuur hiervan schriftelijk op de hoogte brengen. Zolang de kennisgeving niet gebeurd is, blijven de erfgenamen en rechthebbenden hoofdelijk verbonden tegenover het bestuur. Artikel 12 - Sancties. Elke inbreuk op de verplichtingen van de pachter kan leiden tot pachtontbinding, onverminderd schadeloosstelling, indien daartoe aanleiding is. Artikel 13 - Kosten. Alle kosten verbonden aan het afsluiten van de pacht zoals registratiekosten, zegels, boetes, behoudens de bepaling van artikel 11, zijn ten laste van de pachter. Daarenboven dient de pachter de kosten te betalen voor afschriften of uittreksels die hij eventueel van de akte wenst. Artikel 14 - Allerlei. Voor alles wat niet uitdrukkelijk bepaald is in deze overeenkomst gelden de bepalingen van het burgerlijke wetboek en de plaatselijke gebruiken. GEHEIME ZITTING Dossiers tot en met worden behandeld. De vergadering wordt beëindigd om uur Namens het OCMW Jean - Bernard Croux secretaris OCMW mevrouw Charlotta Ory voorzitter OCMW 16