Uitwerkingen Basischemie hoofdstuk 6

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Uitwerkingen Basischemie hoofdstuk 6"

Transcriptie

1 Uitwerkinen Basischeie hoofdstuk 6 pave 6. Tellen et verschillende eenheden trio s = b. een half ros = 7 c. Met twee klassen van totaal 66 leerlinen kun je 66/ = 6 elftallen voren. d. 5,66667 six pack = flesjes e. Met een klas van 8 leerlinen kun je elftallen voren. f. 0 leden = 6 dozijn en 8 stuks.,5 ros watereculen zijn er 60. h. = 6,0 0 =,807 0 i., = pave 6. Grote en kleine etallen 0,0 aantal eculen = 7, 0, b. aantal eculen = 0 0,05, 67 0 pave 6. Hoeveel is een? b. c. 890 unten opp. aarde 5,0 0 opp. aarde 5,0 0 6, k 6, 0 0 aantal laen 9, 6 0 hoote 6,50 7 5, unten 6, 5 0,50 6 5,0 0 9, unten pave 6. Betekenis reactieverelijkin Na + + Cl - NaCl b. N + N c. N + N d. Na + + Cl - NaCl Dit betekent dat de verhoudin tussen het aantal atoen natriu en het aantal atoen chloor elijk is aan :. Dit betekent niet dat de verhoudin tussen de assa van de beide stoffen : bedraat! uitwerkinen hoofdstuk 6 Basischeie 07 Vervoort Boeken

2 pave 6.5 Het berip in andere situaties 0 japotjes te aken heb je 0 potjes en 0 dekseltjes nodi. b. japotjes heb je potjes en dekseltjes nodi. c. 5 potjes + 5 dekseltjes = 5 japotjes d. frae + wielen = fiets pave 6.6 ionen + atoo reaeert et atoo tot ecuul b. ros atoen reaeert et ros atoen tot ros eculen c. 6,0 0 atoen reaeren et 6,0 0 atoen tot 6,0 0 eculen d. atoen reaeren et atoen tot eculen e. Je hebt zuurstofatoen nodi o zuurstofeculen te voren. pave 6.7 Verbrandin van waterstof + Aantal zuurstofatoen is voor en na de reactie verschillend. b. H + H + Nee over en vul in: c. ecuul reaeert et eculen H tot eculen H. d. ros eculen reaeert et ros eculen H tot ros eculen H. e. eculen reaeert et eculen H tot eculen H. f. 0,80 water te aken is 0,8 waterstofas H en 0, zuurstofas nodi uitwerkinen hoofdstuk 6 Basischeie 07 Vervoort Boeken

3 pave 6.8 Waterstofperoxide + + Voor en na de reactie zijn er H-atoen en -atoen. b. H (l) () + H (l) c.,5 H kot vrij bij ontledin van,5 H (H : H = : = : ) d. Er is dan 0,75 evord (H : = : ) pave 6.9 Verbrandin van aardas + + Voor en na de reactie zijn er evenveel C, H en -atoen. b. CH + C + H Er is 0, H evord. c. Er is ½ 0, = 0, CH verbrand. (CH : H = : ) d. Er was 0, zuurstof nodi ( : H = : = : ) hoeveel C is ontstaan? Er is ½ 0, = 0, C ontstaan. (C : H = : ) e. V(C ) = n V = 0,, L/ =,8 L (op: nauwkeuriheid wordt bepaald door de nauwkeuriheid van het aantal ) uitwerkinen hoofdstuk 6 Basischeie 07 Vervoort Boeken

4 pave 6.0 efenen ethaaneculen bestaat uit koolstofatoen en waterstofatoen b. + c. C te verbranden is ½ nodi. (C : = : ) pave 6. Atoen en eculen In ecuul zitten 6 atoen. b. Etheen bestaat uit koolstof en waterstofatoen. c. etheen bestaat uit 6 atoen d. Aantal eculen = n N A = 5, 6,0 0 =,5 0 eculen e. In etheen zitten 6 6,0 0 =,6 0 atoen pave 6. Atoen en eculen Hoeveel van iedere soort atoen bevat : zwavelzuur H S bevat H-atoen, S-atoen en -atoen b.,5 aoniak NH bevat,5 N-atoen en 7,5 H-atoen pave 6. Maazuur aantal zuurdeeltjes = 0 -,5 =,6 0 - pave 6. Hoeveel kerndeeltjes? Gebruik indien van toepassin tabel 5 en tabel 99 van BINAS In de natuur koen C- en C- isotopen voor b koolstofatoen bestaan uit 9889 C- atoen en C- atoen 9889 u,0055 u 0. c. C,0 u aferond C =,0 u d. atoo zuurstof -6 heeft 6 kerndeeltjes. e. weet 6,00 f. weet,00 Chloor heeft een relatieve atooassa van 5,5 en het atoonuer is 7.. In de natuur koen de isotopen Cl-5 en Cl-7 voor. Het assaetal van Cl-5 (75,5%) is 5 en van Cl-7 (,5%) is 7. uitwerkinen hoofdstuk 6 Basischeie 07 Vervoort Boeken

5 pave 6.5 rekenen n en n chlooratoen weet 5,5 570 b. n 0,8 M 8 pave 6.6 Atoaire assa-eenheid De assa van een koolstofatoo (C- en C-) is dus,0 u. b. 00,59 u is de eiddelde assa van een kwikatoo (H) pave 6.7 efenen et rootheden atookern atoo waterstof H heliu He stikstof N zuurstof fluor F atoonuer relatieve atooassa A r,008,00,0 6,00 9,00 atooassa (u),008,00,0 6,00 9,00 assa van (),008,00,0 6,00 9,00 pave 6.8 Molassa of aire assa waterecuul bestaat uit atoo en atoen H b. water bestaat uit en H c. water weet dus 6,00 +,008 = 8,06 d. Dus M(H ) = M() + M(H) = 6,00 +,008 = 8,06 / assa atoo 6,00 u e. 5, 87 assa H atoo,008 u f. = n M =,008 / =,06 pave 6.9 Keukenzout M(NaCl) = M(Na) + M(Cl) =,99 + 5,5 = 58, / M = n M = 58, / = 6,9 b. M(H S ) = M(H) + M(S) + M() =,008 +,06 + 6,00=98,076 / 85 H S = M 85,00 98,076 0,8667 H S 5 uitwerkinen hoofdstuk 6 Basischeie 07 Vervoort Boeken

6 pave 6.0 Zoutzuur M(HCl) = M(H) + M(Cl) =, ,5 = 6,58 / M = n M = 0, 6,58 / =,655 b. n(h + ) = 0, L - c. n(cl - ) = 0, L - d. n c V n 0, 0 L ( Cl ) n M 5, 05 5,5 50 L 5, pave 6. Welk as is het? Geeven: Losse atoen en V =,67 L V( ) =, L V,67 L n 0,9 ( ), L V b. (as) =,76. M n,76 0,9 0,0 c. Dit zou aron kunnen zijn. pave 6. Glucose Geeven:,6 lucose af (ecuulforule C 6 H 6 ). M( C6H6) 6 M( C) M( H) 6 M( ) 6,0,008 66,0080,56 n M,6 80,56 0,0755 pave 6. Kaliuperananaat Geeven: 500 L KMn oplossin te aken et een concentratie van 0, L -. n(kmn ) 0, c V 0,500L 0,0500 L b. c. M( KMn ) M( K) M( Mn) M( ) 9,05,9 6,0058,0 n M 0,050058,0 7,90 6 uitwerkinen hoofdstuk 6 Basischeie 07 Vervoort Boeken

7 pave 6. plossen Geeven:,00 keukenzout lost op in liter water. b. c,00,00 L,00 L M ( NaCl),99 5,5 58, n M,00 58, 0,0 c. 0,0 c 0,0,00 L L d. NaCl (s) Na + (aq) + Cl (aq) (H ) n M 0,8 8,06 e. Nee over en vul in: ecuul NaCl valt uit elkaar in ion Na + en ion Cl. eculen NaCl valt uit elkaar in ionen Na + en ionen Cl. f. Als je keukenzout oplost ontstaat 0,0 Na + en 0,0 Cl - pave 6.5 Brandstofcel H () + () H (l) b. Nee over en vul in: eculen reaeert et eculen H tot eculen H. c. 0,80 waterstof te verbranden is 0, zuurstof nodi d. Er ontstaat dan 0,8 water. e. M (H ) (H) (),008 6,00 8,06 M M f., (H ) n M 0,8,06,6 ( ) 0,,00 n M,80 pave 6.6 Manesiu M(s) + () M(s) b. n (M) : n ( ) : n (M) = : : Er wordt,5 anesiupoeder verbrand. c.,500 n(m) M, n( ) 0,0 0,070 0,0 c. =, L n( ) = 0,070 V( )= 0,070, L =,6 L =60 L d. ( ) = n M ( ) = 0,070,00 / =,0 7 uitwerkinen hoofdstuk 6 Basischeie 07 Vervoort Boeken

8 pave 6.7 Aoniak N () + H () NH () b. Voordelen van ebruik van een schea: - overzichtelijkee weerave van de eevens - overzichtelijke weerave van de berekende waardes - assa in = assa uit akkelijk te controleren Schea reactie aoniak Stoffen N H NH verhoudin assa (k) 50 5, 5, 060, 8, 57 7, 0 60, 8 aire assa M (k/k) 8,0,06 7,0 50 aantal k n, 78, 78 5, 5, 78, 57 8, 0 c k k 50 k d. n( N ),78 k M 8,0 k zie schea k n(h ) : n(n ) : e. zie schea n(h ),78 5,5 k f. (H ) n M 5,5, 06 0, 8 k zie schea. n(nh ) : n(n ) : n(nh ), 78,57 (NH ) n M , 8 k zie schea h. assa N + assa = ,8 = 60,8 k assa NH = 60,8 k klopt! pave 6.8 Capinas Geeven 0 C H 0 hoeveel zuurstof nodi is o de inhoud van een tank te verbranden; hoeveel C evord is; hoeveel dat is. 8 uitwerkinen hoofdstuk 6 Basischeie 07 Vervoort Boeken

9 C H 0 () + 6½ () C () + 5 H () C H 0 () + () 8 C () + 0 H () Schea reactie butaan Stoffen C H 0 C H verhoudin 8 0 assa () 0 9,, 00, ,, 0, 0 aire assa M (/) 58,,00,0 8, aantal n 7, 57 7, 57 9, 7, 57 0, 58, b. 0 n(c H0 ) 7, 57 58, n( ) : n(c H ) : n( ) 7, 57 9, ( ) n M 9,, n(c H0 ) 7, 57 58, n(c ) : n(c H ) 8 : 8 n(c ) 7, 57 0, ( ) n M 0,,0 0,57 0, 0 zie schea zie schea c. V(C ) = 0,, L/ = 679 L = 0,679 pave 6.9 plossen KI(s) K n M (aq) I, 66 (aq), 0 9 uitwerkinen hoofdstuk 6 Basischeie 07 Vervoort Boeken

10 b. Na P (s) Na + (aq) + P - (aq) 0, 75 n, 9 0 Na P M 6,9 n(na ) : n(na P ) : n(na ),9 0 n(p c. - ) : n(na P ) : n(p - ),9 0 6,87 0 c(na n ) V - 6,87 0 0,500 L,7 0 L pave 6.0 plossen Geeven : concentratie Cu + = 0,65 L - CuS opelost in,00 L deiwater CuS n(cus c n V M (CuS (CuS (s) Cu ) : n(cu n(cu S ) : ) c V 0,65,00 L 0,65 n(cus L ) M (Cu) M (S) M () 6,55,06 6,00 59,6 ) n M 0,65 59,0 pave 6. Gisten van lucose (suiker) C 6 H 6 (s) C H 5 H (l) + C () 0,5 ) 0,65 aferond :,0 0 Schea reactie isten lucose Stoffen C 6 H 6 C H 5 H C verhoudin assa () 00, 6,068 5, aire assa M (/) 80,56 6,068,0 00 aantal n 0, 555 0,555, 80,56 \ 0 uitwerkinen hoofdstuk 6 Basischeie 07 Vervoort Boeken

11 n(c H n(c 6 n(c H (C ) M H H) : n(c ,555 80,56 H ) : H) 0, 555, H H) n M, 6, b. antwoord klopt et de tekst onder vraa b. c. In L water zit 5, ethanol 5, zie schea 5, V (ethanol ) 6 L 0,80 L V (ethanol ) voluepercentae 00% V (totaal) % 6,0 % pave 6. Hoeveel waterstofperoxide bevat Glorix? x verdunnen betekent: deel Glorix op delen water Stoffen H (l) H (l) () verhoudin assa () 0,005,06 0, 699 0,007,00 0, 9 volue (L) 0 aire assa M (/),06 8,06,00 aantal n, 07 0, , 0, 07 0, uitwerkinen hoofdstuk 6 Basischeie 07 Vervoort Boeken

12 H (l) H (l)+ () b. V 0, 0 L n( ), 0 0 zie schea V L, c. d. n(h ) : n( ) : n(h ), 0 0, 05 0 ( ),, n M , 699 zie schea zie schea e. f. 0,699 c(h ) 0,0500 L 8,0 8,0 L H L c c v c c c oud oud nieuw f oud nieuw (per) ehalte H 00 % 00 % 0, % (totaal) 08 pave 6. Waterzuiverin Geeven: neersla van 5 k FeP Fe + (aq) + P - (aq) FeP (s) b. M (FeP n(fep ) n(fe n(fe ) M (Fe) M (P) M () 55,85 0,97 6,00 50,8 M ) : n(fep ) n(fep n(fecl ) : n(fe 5 k 0,508 k ) : 88,9 ) 88,9 (Fe ) : (FeCl ) n M 88,9 6, ) n M 88,9 55,85 M (FeCl ) (Fe) (Cl) 55,85 5,5 6, M M.8, k 6.9 6, k uitwerkinen hoofdstuk 6 Basischeie 07 Vervoort Boeken

13 pave 6. Neerslareactie Geeven:,50 A + slaat neer. A + (aq) + Cl - (aq) ACl (s) NaCl (s) Na + (aq) + Cl - (aq) n(a - ) M n(cl ) : n(a,50 07,9 ) : 0,09 n(cl M (NaCl) M (Na) M (Cl),99 5,5 58, (NaCl) n M 0,09 58, 0,8 ) 0,09 pave 6.5 Zuur neutraliseren Geeven: 00 k zoutzuuroplossin bevat 0 k HCl De netto reactie is: HCl + NaH H + NaCl M (HCl) M (H) M (Cl),008 5,5 6,58 b. n(hcl) M ,58 M (NaH) M (Na) M () M (H),99 6,00,008 0,00 (NaH) n M 58,6 0,00 n(hcl) : n(h ) : 58,6 n(nah) 58,6.9,9 k n(h ) 58,6 (H ) 58,6 8, ,88 k pave 6.6 Aardas verbranden CH () + () C ()+ H (l) V n(ch ) V n( ) : n(ch ) : n( ) 000,6,,6 89,8 V ( ) n V 89,8, L,00 0 L,00 Als de reactanten en producten asvori is de verhoudin hetzelfde als de volueverhoudin. In dit eval kun je dan eteen zien dat per aardas zuurstof nodi is. uitwerkinen hoofdstuk 6 Basischeie 07 Vervoort Boeken

14 pave 6.7 Sandwiches aken Vul in: In dit eval is er een overaat van schijf vlees. Een overaat aan ha betekent ook een onderaat van x snee brood en kaas. b. die overaat we te werken heb je x snee brood en kaas nodi. c. overaat: snee brood, vlees en kaas onderaat: 5x snee brood en kaas d. N ()+ H () NH () In siulatie: N ()+ 6 H () NH () e. fiuur 6. overaat: N en H -ecuul onderaat: H eculen f. CH () + () C ()+ H (l) In siulatie: CH () + () C ()+ H (l) Na reactie: C, H en CH pave 6.8 Cakes bakken Cake aken: hoeveel cakes kun je aken en hoeveel inrediënten houd je over? Je hebt: pakken zelfrijzend bakeel van k Inrediënten cake 50 suiker pakjes boter van boter pakken suiker van k 50 zelfrijzend bakeel eieren dozen et 6 eieren suiker 000 boter 000 bakeel 000 eieren 8 stuks b. Het beperkende inrediënt is het eerste op. c. suiker boter bakeel eieren stuks , , De beperkende inrediënt zijn de eieren. uitwerkinen hoofdstuk 6 Basischeie 07 Vervoort Boeken

15 d. Je kunt 6 cakes bakken. e. Er blijft over: (suiker) = = 00 (boter) = = 00 (bakeel) = = 00 f. De hoeveelheid suiker is de rootste overaat. Zie tabel bij c. pave 6.9 Eurounten en bier Een las bier kost,0. 8 n(0 cent ),0 unt 07 n(0 cent ) 5,7 unt 58 unten 6 unten. Je kunt 5 bier kopen ( unten van 0 ct en unten van 0 ct) Andere cobinaties even hetzelfde antwoord. h. kun je verelijken et unt, een bepaalde hoeveelheid. Als je de totale assa weet en de assa van unt kun je het aantal unten berekenen. Als je totale assa weet en de assa van kun je het aantal berekenen. pave 6.0 Manesiu verbranden: wat blijft er over? Geeven:,0 ra anesiupoeder en,00 ra zuivere zuurstof. M + M Stoffen M M verhoudin assa (),0,00 aire assa M (/),,00 0,,0,00 aantal aanwezi n 0, 09 0, 0,,00, 0, 00 n(m) 0, 09 n( ) M, M, 00 n( ) : n(m) : n( ) 0, 09 0, 07 Er is 0,0 aanwezi, dus een overaat zuurstof! 0, 0 zie schea 5 uitwerkinen hoofdstuk 6 Basischeie 07 Vervoort Boeken

16 b. Je houdt dus 0,0 0,07 = 0,0066 over (zie tabel onder) c. n(m) : n(m) : n(m) 0, 09 0, 09 (zie tabel onder) (M) n M 0,09 0,, 99 Stoffen voor () n voor () n na () na () M,0 0,09 - -,00 0,0 0,0 0,07 0, ,0066,00 0, M - - 0,09 0,09 0,, 99 pave 6. Waterstofchloride aken (HCl) Geeven: 0 waterstof en 0 chloor H + Cl HCl Schea Reactie HCl Stoffen H Cl HCl verhoudin assa () 0 0 aire assa M (/),06 70,90 6,58 aantal aanwezi n 0 0, 96 0,,06 70,90, 0 n(h ) M, 06 veraat H n(hcl) : n( Cl, 96 ) : n(hcl) (HCl) n M 0, 8 6, 58 zie tabel hierna n(cl ) 0, 0, 8 M 0,, 00 70, 90 0, 6 uitwerkinen hoofdstuk 6 Basischeie 07 Vervoort Boeken

17 b. over : n(h ), 96 0,, 89 over : (H ) n M, 89,06 9,7 Stoffen voor () n voor () n na () na () H 0,96,96 0,, 89,89,06 9, 7 Cl 0 0, - - HCl - - 0, 0, 8 0,8 6,58 0, 7 uitwerkinen hoofdstuk 6 Basischeie 07 Vervoort Boeken

Uitwerkingen Basischemie hoofdstuk 6 paragraaf 6.4

Uitwerkingen Basischemie hoofdstuk 6 paragraaf 6.4 Uitwerkinen Basischeie hoofdstuk 6 pararaaf 6. Opave 6.6 Oplossen Geeven:,00 keukenzout lost op in liter water. b. c,00,00 L,00 L ( NaCl ),99 5,5 58, n,00 58, 0,0 0,0 c 0,0,00 L L d. NaCl (s) Na (aq) Cl

Nadere informatie

Uitwerkingen Basischemie hoofdstuk 6

Uitwerkingen Basischemie hoofdstuk 6 Uitwerkinen Basischemie hoofdstuk 6 pave 6. Tellen met verschillende eenheden a. trio s = 33 een half ros = 7 c. Met twee klassen van totaal 66 leerlinen kun je elftallen vormen. d. 5,66667 six pack =

Nadere informatie

Uitwerkingen Basischemie hoofdstuk 8

Uitwerkingen Basischemie hoofdstuk 8 Uitwerkinen Basischemie hoofdstuk 8 Opave 8. Opave 8. Zuur of basisch? Van vier oplossinen, enummerd A, B, C en D, wordt de ph met een ph-meter bepaald. Hieronder staan de resultaten. Opl. A: ph = 8,5

Nadere informatie

Uitwerkingen Basischemie hoofdstuk 9

Uitwerkingen Basischemie hoofdstuk 9 Uitwerkinen Basischeie hoofdstuk 9 Opave 9.1 Berekenin directe titratie eevens HCl zuur 20,00 NaOH bein 12,85 eind 6,0 c 0,105 / NaOH (s) Na + (aq) + OH - (aq) b. c(oh ) = 0,105 / =0,105 / c. ( NaOH) eind

Nadere informatie

a) Bereken de molariteit van deze basisoplossing zwavelzuur.

a) Bereken de molariteit van deze basisoplossing zwavelzuur. 1.1 Vraen 1.1.1 Zwavelzuur verdunnen Antwoord op p. 4 Een TOA (Technische Onderwijs Assistent) heeft verdund zwavelzuur (H 2 SO 4 ) nodi. Hij/zij heeft de beschikkin over zwavelzuur met een dichtheid van

Nadere informatie

4 e Internationale Chemieolympiade, Moskou, 1972, Sovjet Unie

4 e Internationale Chemieolympiade, Moskou, 1972, Sovjet Unie 4 e Internationale Chemieolympiade, Moskou, 1972, Sovjet Unie Theorie pgave 1 1,52 g mengsel van twee vaste elementen reageert met een overmaat zoutzuur. ierbij komt 0,896 L gas vrij en 0,56 g van een

Nadere informatie

Natuurlijk heb je nu nog géén massa s berekend. Maar dat kan altijd later nog. En dan kun je mooi kiezen, van welke stoffen je de massa wil berekenen.

Natuurlijk heb je nu nog géén massa s berekend. Maar dat kan altijd later nog. En dan kun je mooi kiezen, van welke stoffen je de massa wil berekenen. Hoofdstuk 17: Rekenen in molverhoudingen 17.1 Rekenen aan reacties: een terugblik én een alternatief In hoofdstuk 11 hebben we gerekend aan reacties. Het achterliggende idee was vaak, dat je bij een reactie

Nadere informatie

Uitwerkingen 3.7.1. Uitwerkingen 3.7.4

Uitwerkingen 3.7.1. Uitwerkingen 3.7.4 Uitwerkingen 3.7.1 1 1,5 12 = 18 eieren 2 3,25 144 = 468 figuurzaagjes 3 25 24 = 600 bierflesjes 4 3,75 20.000 = 75.000 korrels hagelslag 5 2,25 10.000.000 = 22.500.000 zoutkorrels 6 1,5 6 10 23 = 9 10

Nadere informatie

Uitwerkingen Uitwerkingen 4.3.4

Uitwerkingen Uitwerkingen 4.3.4 Uitwerkingen 4.3.1 1 1,5 12 = 18 eieren 2 3,25 144 = 468 figuurzaagjes 3 25 24 = 600 bierflesjes 4 3,75 20.000 = 75.000 korrels hagelslag 5 2,25 10.000.000 = 22.500.000 zoutkorrels 6 1,5 6 10 23 = 9 10

Nadere informatie

Rekenen aan reacties (de mol)

Rekenen aan reacties (de mol) Rekenen aan reacties (de mol) 1. Reactievergelijkingen oefenen: Scheikunde Deze opgaven zijn bedoeld voor diegenen die moeite hebben met rekenen aan reacties 1. Reactievergelijkingen http://www.nassau-sg.nl/scheikunde/tutorials/deeltjes/deeltjes.html

Nadere informatie

5 Formules en reactievergelijkingen

5 Formules en reactievergelijkingen 5 Formules en reactievergelijkingen Stoffen bestaan uit moleculen en moleculen uit atomen (5.1) Stoffen bestaan uit moleculen. Een zuivere stof bestaat uit één soort moleculen. Een molecuul is een groepje

Nadere informatie

Fosfor kan met waterstof reageren. d Geef de vergelijking van de reactie van fosfor met waterstof.

Fosfor kan met waterstof reageren. d Geef de vergelijking van de reactie van fosfor met waterstof. 1 Een oplossing van zwavelzuur en een oplossing van bariumhydroxide geladen beide elektriciteit. Wordt bij de zwavelzuuroplossing een oplossing van bariumhydroxide gedruppeld, dan neemt het elektrisch

Nadere informatie

Weet je het nog? Welke bewerking moet in afbeelding 21.1 langs elke pijl staan?

Weet je het nog? Welke bewerking moet in afbeelding 21.1 langs elke pijl staan? Hoofdstuk 21 Chemisch rekenen (4) bladzijde 1 Opgave 1 Weet je het nog? Welke bewerking moet in afbeelding 21.1 langs elke pijl staan? Opgave 2 We lossen op: 25,0 g NaCl in een maatkolf tot 100 ml. De

Nadere informatie

Opgave 1. n = m / M. e 500 mg soda (Na 2CO 3) = 0,00472 mol. Opgave 2. m = n x M

Opgave 1. n = m / M. e 500 mg soda (Na 2CO 3) = 0,00472 mol. Opgave 2. m = n x M Hoofdstuk 8 Rekenen met de mol bladzijde 1 Opgave 1 n = m / M a 64,0 g zuurstofgas (O 2) = 2,00 mol (want n = 64,0 / 32,0) enz b 10,0 g butaan (C 4H 10) = 0,172 mol c 1,00 g suiker (C 12H 22O 11) = 0,00292

Nadere informatie

Uitwerkingen Basischemie hoofdstuk 2

Uitwerkingen Basischemie hoofdstuk 2 Uitwerkingen Basischemie hoofdstuk 2 Opgave 2.1 Opgave 2.2 Elementen leren Maak met de afbeeldingen 2.1A en 2.1B kaartjes met aan de ene kant de naam van het element en aan de andere kant het symbool en

Nadere informatie

m = = ρ ρ V V V V R4 m in kg en V in m 3 hoort bij ( coherent) ρ in kg/m 3 m in g en V in ml hoort bij ( coherent) ρ in g/ml

m = = ρ ρ V V V V R4 m in kg en V in m 3 hoort bij ( coherent) ρ in kg/m 3 m in g en V in ml hoort bij ( coherent) ρ in g/ml Reflectievraen versie 21 Per edachte..1 R1 R2 1 d is elijk aan 1 c en daaro heb je de nijin te zeen dat 1 k/d elijk is aan 1 k/c. Het is dus eienlijk eer slordiheidsfout dan een denkfout. Model: 1 k/d

Nadere informatie

3.7 Rekenen in de chemie extra oefening 4HAVO

3.7 Rekenen in de chemie extra oefening 4HAVO 3.7 Rekenen in de chemie extra oefening 4HAVO 3.7.1 Tellen met grote getallen In het dagelijks leven tellen we regelmatig het aantal van bepaalde voorwerpen. Vaak bepalen we dan hoeveel voorwerpen er precies

Nadere informatie

Chemisch rekenen, zo doe je dat!

Chemisch rekenen, zo doe je dat! 1 Chemisch rekenen, zo doe je dat! GOE Opmerkingen vooraf: 1. Belangrijke schrijfwijzen: 100 = 10 2 ; 1000 = 10 3, enz. 0,1 = 1/10 = 10-1 ; 0,001 = 1/1000 = 10-3 ; 0,000.000.1 = 10-7, enz. gram/kg = gram

Nadere informatie

4.1.5 OPLOSSINGEN OEFENINGEN MASSADICHTHEID

4.1.5 OPLOSSINGEN OEFENINGEN MASSADICHTHEID 4.1.5 OPLOSSINGEN OEFENINGEN MASSADICHTHEID P Los de rekenvraastukken op een apart blad op volens de ethode Geeven Gevraad Oplossin Forule Berekenin Antwoord P P Soie vraastukken oet je in eerdere stappen

Nadere informatie

Curie Hoofdstuk 6 HAVO 4

Curie Hoofdstuk 6 HAVO 4 Rekenen aan reacties Curie Hoofdstuk 6 HAVO 4 6.1 Rekenen met de mol 6.2 Rekenen met massa s 6.3 Concentratie 6.4 SPA en Stappenplan 6.1 Rekenen met de mol Eenheden en grootheden 1d dozijn potloden 12

Nadere informatie

Fysica hoofdstuk 1 : Mechanica. 1 e jaar 2 e graad (1uur)

Fysica hoofdstuk 1 : Mechanica. 1 e jaar 2 e graad (1uur) Fysica hoofdstuk 1 : Mechanica 1 e jaar e raad (1uur) Fysica 1 e jaar e raad (1uur): hoofdstuk 1 : Mechanica pa. 5 1. Dichtheid 1..1 Inleidin Wanneer we voorwerpen et een zelfde volue neen dan is de assa

Nadere informatie

5 Water, het begrip ph

5 Water, het begrip ph 5 Water, het begrip ph 5.1 Water Waterstofchloride is een sterk zuur, het reageert als volgt met water: HCI(g) + H 2 0(I) Cl (aq) + H 3 O + (aq) z b Hierbij reageert water als base. Ammoniak is een zwakke

Nadere informatie

Uitwerkingen Basischemie hoofdstuk 8

Uitwerkingen Basischemie hoofdstuk 8 Uitwerkie Basischemie hoofdstuk 8 Opave 8. Opave 8. Zuur of basisch? Va vier oplossie, eummerd A, B, C e D, wordt de ph met ee ph-meter bepaald. Hieroder staa de resultate. Opl. A: ph = 8,5 Opl. B: ph

Nadere informatie

Cursus Chemie 5-1. Hoofdstuk 5: KWANTITATIEVE ASPECTEN VAN CHEMISCHE REACTIES 1. BELANGRIJKE BEGRIPPEN. 1.1. Relatieve Atoommassa (A r)

Cursus Chemie 5-1. Hoofdstuk 5: KWANTITATIEVE ASPECTEN VAN CHEMISCHE REACTIES 1. BELANGRIJKE BEGRIPPEN. 1.1. Relatieve Atoommassa (A r) Cursus Chemie 5-1 Hoofdstuk 5: KWANTITATIEVE ASPECTEN VAN CHEMISCHE REACTIES 1. BELANGRIJKE BEGRIPPEN 1.1. Relatieve Atoommassa (A r) A r = een onbenoemd getal dat de verhouding weergeeft van de atoommassa

Nadere informatie

SCHEIKUNDE VWO 4 MOLBEREKENINGEN ANTW.

SCHEIKUNDE VWO 4 MOLBEREKENINGEN ANTW. OPGAVE 1 LEVEL 1 Uit de opgave haal je dat koper en zuurstof links van de pijl moeten staan en koper(ii)oxide rechts van de pijl. Daarna maak je de reactievergelijking kloppend. 2 Cu + O 2 à 2 CuO Filmpje

Nadere informatie

Aluminium reageert met zuurstof tot aluminiumoxide. Geeft het reactieschema van deze reactie.

Aluminium reageert met zuurstof tot aluminiumoxide. Geeft het reactieschema van deze reactie. RECTIESCHEM S EINDS LEVEL 2 RECTIESCHEM S EINDS C LEVEL 2 luminium reageert met zuurstof tot aluminiumoxide. Geeft het reactieschema van deze reactie. IJzer reageert met zuurstof tot IJzer(III)oxide. Geef

Nadere informatie

ßCalciumChloride oplossing

ßCalciumChloride oplossing Samenvatting door R. 1673 woorden 17 februari 2013 8 1 keer beoordeeld Vak Methode Scheikunde Pulsar chemie Additiereactie Bij een reactie tussen hexeen en broom springt de C=C binding open. Aan het molecuul

Nadere informatie

Uitwerkingen van de opgaven uit: CHEMISCHE ANALYSE ISBN , 1 e druk, Uitgeverij Syntax Media Hoofdstuk 5 Argentometrie bladzijde 1

Uitwerkingen van de opgaven uit: CHEMISCHE ANALYSE ISBN , 1 e druk, Uitgeverij Syntax Media Hoofdstuk 5 Argentometrie bladzijde 1 Hoofdstuk 5 Argentometrie bladzijde 1 Opgave 1 Bereken met behulp van het oplosbaarheidsproduct de oplosbaarheid (g/l) in zuiver water bij kamertemperatuur, van: a CuBr K s = 5,2 x 10-9 CuBr Cu + + Br

Nadere informatie

- Cl) Examen LBO-MAVO-D. c :::::s ~

- Cl) Examen LBO-MAVO-D. c :::::s ~ Examen LO-MVO- Cl) "tj :::::s ~ - Cl). u en Laer eroeps Onderwijs Middelbaar lemeen Voortezet Onderwijs 19 Tijdvak 1 Maanda 22 mei 9.00--11.00 uur 89 it examen bestaat uit 42 vraen voor zowel de - als

Nadere informatie

OEFENOPGAVEN MOLBEREKENINGEN

OEFENOPGAVEN MOLBEREKENINGEN OEFENOPGAVEN MOLBEREKENINGEN * = voor VWO Salmiak, NH 4 Cl(s), kan gemaakt worden door waterstofchloride, HCl(g), te laten reageren met ammoniak, NH 3 (g) 01 Wat is de chemische naam voor salmiak? 02 Geef

Nadere informatie

Eindexamen scheikunde havo 2007-II

Eindexamen scheikunde havo 2007-II Beoordelingsmodel Kwik 1 maximumscore 2 aantal protonen: 160 aantal elektronen: 158 aantal protonen: 160 1 aantal elektronen: het gegeven aantal protonen verminderd met 2 1 2 maximumscore 2 g 2 Cl 2 Indien

Nadere informatie

Uitwerkingen van de opgaven uit: BASISCHEMIE voor het MLO ISBN 9789077423875, 3 e druk, Uitgeverij Syntax Media Hoofdstuk 10 Concentratie bladzijde 1

Uitwerkingen van de opgaven uit: BASISCHEMIE voor het MLO ISBN 9789077423875, 3 e druk, Uitgeverij Syntax Media Hoofdstuk 10 Concentratie bladzijde 1 Hoofdstuk 10 Concentratie bladzijde 1 Opgave 1 rekenformule: c(b) = ------- toepassen: n B V opl. Bereken de analytische concentratie (mol/l) in elk van de volgende oplossingen: a 5,00 mol NaCl in 5,00

Nadere informatie

2 e Internationale Chemieolympiade, Katowice 1969, Polen

2 e Internationale Chemieolympiade, Katowice 1969, Polen 2 e Internationale Chemieolympiade, Katowice 1969, Polen Theorie pgave 1 20 g kaliumsulfaat wordt opgelost in 150 ml water. De oplossing wordt vervolgens geëlektrolyseerd. Na elektrolyse bevat de oplossing

Nadere informatie

EXAMEN MIDDELBAAR ALGEMEEN VOORTGEZET ONDERWIJS IN Dit examen bestaat voor iedere kandidaat uit 8 OPGAVEN

EXAMEN MIDDELBAAR ALGEMEEN VOORTGEZET ONDERWIJS IN Dit examen bestaat voor iedere kandidaat uit 8 OPGAVEN MAVO-4 I EXAMEN MIDDELBAAR ALGEMEEN VOORTGEZET ONDERWIJS IN 1973 MAVO-4 Woensdag 9 mei, 9.00 11.00 NATUUR-EN SCHEIKUNDE II (Scheikunde) OPEN VRAGEN Dit examen bestaat voor iedere kandidaat uit 8 OPGAVEN

Nadere informatie

Het is echter waarschijnlijker dat rood kwik bestaat uit Hg 2+ ionen en het biantimonaation met de formule Sb2O7 4.

Het is echter waarschijnlijker dat rood kwik bestaat uit Hg 2+ ionen en het biantimonaation met de formule Sb2O7 4. Lyceum Oudehoven Hoefslag 4 4205 NK Gorinchem Schoolexamen Leerjaar: 4 Vak: Scheikunde Datum: 26-06-2013 Tijd: 13.00 14.30 uur Uitdelen: opgavenvellen + proefwerkpapier Toegestaan: rekenmachine, potlood,

Nadere informatie

Oplossingen oefeningenreeks 1

Oplossingen oefeningenreeks 1 Oplossingen oefeningenreeks 1 4. Door diffractie van X-stralen in natriumchloride-kristallen stelt men vast dat de eenheidscel van dit zout een kubus is waarvan de ribbe een lengte heeft van 5.64 10-10

Nadere informatie

6 VWO SK Extra (reken)opgaven Buffers.

6 VWO SK Extra (reken)opgaven Buffers. 6 VWO SK Extra (reken)opgaven Buffers. Opgave I. 1 Je wilt een buffermengsel maken met ph = 4,20. Welke stoffen kun je het beste als uitgangsstoffen nemen? Opgave II. 2 In 1,00 liter water is opgelost

Nadere informatie

EXAMEN MIDDELBAAR ALGEMEEN VOORTGEZET ONDERWIJS IN Dit examen bestaat voor iedere kandidaat uit 5 OPGAVEN

EXAMEN MIDDELBAAR ALGEMEEN VOORTGEZET ONDERWIJS IN Dit examen bestaat voor iedere kandidaat uit 5 OPGAVEN MAVO-4 I EXAMEN MIDDELBAAR ALGEMEEN VOORTGEZET ONDERWIJS IN 1974 MAVO-4 Woensdag 8 mei, 9.00 11.00 NATUUR-EN SCHEIKUNDE II (Scheikunde) OPEN VRAGEN Dit examen bestaat voor iedere kandidaat uit 5 OPGAVEN

Nadere informatie

Hoofdstuk 3-5. Reacties. Klas

Hoofdstuk 3-5. Reacties. Klas Hoofdstuk 3-5 Reacties Klas 3 MOLECUULFORMULES OPDRACHT 1: MOLECUULFORMULES LEVEL 1 A H 2O C 2H 6 C C 2H 6O D CO 2 E F C 4H 8O CHN OPDRACHT 2: MOLECUULFORMULES LEVEL 1 A HNO C 3H 6O C C 2H 2 D C 6H 5NO

Nadere informatie

2 Concentratie in oplossingen

2 Concentratie in oplossingen 2 Concentratie in oplossingen 2.1 Concentratiebegrippen gehalte Er zijn veel manieren om de samenstelling van een mengsel op te geven. De samenstelling van voedingsmiddelen staat op de verpakking vermeld.

Nadere informatie

Eindexamen scheikunde havo 2005-I

Eindexamen scheikunde havo 2005-I 4 Beoordelingsmodel Zeewater 1 Sr 2+ juist symbool 1 juiste lading bij gegeven symbool 1 2 aantal protonen: 6 aantal neutronen: 8 juiste aantal protonen 1 aantal neutronen: 14 verminderen met het aantal

Nadere informatie

4 Mathematiseren. Uitwerkingen hoofdstuk 4 versie Verdunnen van een zoutoplossing. Tip: Maak eerst een schets van de gegevens.

4 Mathematiseren. Uitwerkingen hoofdstuk 4 versie Verdunnen van een zoutoplossing. Tip: Maak eerst een schets van de gegevens. Uitwerkinen hoofdstuk versie 0 Mthetiseren. Opve. Verdunnen vn een zoutoplossin. ip: Mk eerst een shets vn de eevens. V b V 0, 0, 0,667 0,5 hoeveelheid zout blijft hetzelfde 0,50, 0,5 Opdrht. V 0 V 0,

Nadere informatie

I. Basiskennis. Zuivere stof*: Is materie die uit 1 stof bestaat en niet meer gescheiden kan worden door fysische scheidingstechnieken.

I. Basiskennis. Zuivere stof*: Is materie die uit 1 stof bestaat en niet meer gescheiden kan worden door fysische scheidingstechnieken. Basiskennis 5 chemie 3 de graad, 1 ste jaar = 5avv, 5av, 5bv 1 1.1 Opbouw van de materie I. Basiskennis Zuivere stof*: Is materie die uit 1 stof bestaat en niet meer gescheiden kan worden door fysische

Nadere informatie

Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 1 + 2

Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 1 + 2 Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 1 + 2 Samenvatting door K. 1077 woorden 22 maart 2016 6,1 9 keer beoordeeld Vak Scheikunde Impact 3 vwo Scheikunde hoofdstuk 1 + 2 Paragraaf 1: Stoffen bijv. Glas en hout,

Nadere informatie

SCHEIKUNDE KLAS 3 REACTIES SKILL TREE

SCHEIKUNDE KLAS 3 REACTIES SKILL TREE SKILL TREE MOLECUULFORMULES OPDRACHT 1: MOLECUULFORMULES LEVEL 1 A H 2 O C 2 H 6 C C 2 H 6 O D CO 2 E F C 4 H 8 O CHN OPDRACHT 2: MOLECUULFORMULES LEVEL 1 A HNO C 3 H 6 O C C 2 H 2 D C 6 H 5 NO E C 5 H

Nadere informatie

T2: Verbranden en Ontleden, De snelheid van een reactie en Verbindingen en elementen

T2: Verbranden en Ontleden, De snelheid van een reactie en Verbindingen en elementen T2: Verbranden en Ontleden, De snelheid van een reactie en Verbindingen en elementen 2008 Voorbeeld toets dinsdag 29 februari 60 minuten NASK 2, 2(3) VMBO-TGK, DEEL B. H5: VERBRANDEN EN ONTLEDEN 3(4) VMBO-TGK,

Nadere informatie

3. Welke van onderstaande formules geeft een zout aan? A. Al 2O 3 B. P 2O 3 C. C 2H 6 D. NH 3

3. Welke van onderstaande formules geeft een zout aan? A. Al 2O 3 B. P 2O 3 C. C 2H 6 D. NH 3 Toelatingsexamens en Ondersteunend Onderwijs VOORBLAD EXAMENOPGAVEN Toetsdatum: n.v.t. Vak: Scheikunde voorbeeldexamen 2015 Tijdsduur: 2 uur en 30 minuten De volgende hulpmiddelen zijn toegestaan bij het

Nadere informatie

Zelfs zuiver water geleidt in zeer kleine mate elektrische stroom en dus wijst dit op de aanwezigheid van geladen deeltjes.

Zelfs zuiver water geleidt in zeer kleine mate elektrische stroom en dus wijst dit op de aanwezigheid van geladen deeltjes. Cursus Chemie 4-1 Hoofdstuk 4: CHEMISCH EVENWICHT 1. DE STERKTE VAN ZUREN EN BASEN Als HCl in water opgelost wordt dan bekomen we een oplossing die bijna geen enkele covalente HCl meer bevat. In de reactievergelijking

Nadere informatie

Opgaven zuurgraad (ph) berekenen. ph = -log [H + ] poh = -log [OH - ] [H + ] = 10 -ph [OH - ] = 10 -poh. ph = 14 poh poh = 14 ph ph + poh = 14

Opgaven zuurgraad (ph) berekenen. ph = -log [H + ] poh = -log [OH - ] [H + ] = 10 -ph [OH - ] = 10 -poh. ph = 14 poh poh = 14 ph ph + poh = 14 Opgaven zuurgraad (ph) berekenen Met behulp van deze formules dien je berekeningen te kunnen uitvoeren. Deze hoef je niet uit je hoofd te leren, maar je moet ze wel kunnen toepassen. Bij een toets zullen

Nadere informatie

I. Basiskennis. ijs. Een chemisch verschijnsel is het verschijnsel waarbij wel nieuwe stoffen ontstaan.

I. Basiskennis. ijs. Een chemisch verschijnsel is het verschijnsel waarbij wel nieuwe stoffen ontstaan. Basiskennis 4 chemie 2 de graad, 2 de jaar = 4avv & 4bav 1 1. Natuurwetenschappen I. Basiskennis De studie van de natuurverschijnselen kan je ruwweg onderverdelen in: Biologie: Studie van de levende materie.

Nadere informatie

Informatica. Hoofdstuk 1

Informatica. Hoofdstuk 1 Hoofdstuk 1 Informatica Vraag 1.1 Beschouw onderstaand algoritme dat inwerkt op twee gehele getallen a en b. 1. Stel t=0 2. Herhaal zolang a < b 2.1 verhoog a met 2 2.2 verhoog b met 1 2.3 verhoog t met

Nadere informatie

Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 3

Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 3 Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 3 Samenvatting door K. 1467 woorden 5 maart 2016 5,5 2 keer beoordeeld Vak Scheikunde Scheikunde Samenvatting H3 3V 3.1 Energie Fossiele brandstoffen -> nu nog er afhankelijk

Nadere informatie

Bollen, kolommen, platen en achtvlakken

Bollen, kolommen, platen en achtvlakken Bollen, kolommen, platen en achtvlakken 1 D (het aantal moleculen is evenredig met de dichtheid gedeeld door de molecuulmassa) C (De loopsnelheid van Q is hier in beide proeven groter dan die van P) 3

Nadere informatie

Scheikunde Samenvatting H4+H5

Scheikunde Samenvatting H4+H5 Scheikunde Samenvatting H4+H5 Hoofdstuk 4 4.2 Stoffen worden ingedeeld op grond van hun eigenschappen. Er zijn niet-ontleedbare stoffen en ontleedbare stoffen. De niet-ontleedbare stoffen zijn verdeeld

Nadere informatie

Hoofdstuk 4 Kwantitatieve aspecten

Hoofdstuk 4 Kwantitatieve aspecten Hoofdstuk 4 Kwantitatieve aspecten 4.1 Deeltjesmassa 4.1.1 Atoommassa De SI-eenheid van massa is het kilogram (kg). De massa van een H-atoom is gelijk aan 1,66 10 27 kg. m(h) = 0,000 000 000 000 000 000

Nadere informatie

Aantekening Scheikunde Chemie Overal

Aantekening Scheikunde Chemie Overal Aantekening Scheikunde Chemie Overal Aantekening door Jenayra 772 woorden 11 februari 2018 5,5 1 keer beoordeeld Vak Methode Scheikunde Chemie overal Hoofdstuk 3 Scheikunde Paragraaf 3.1 Fossiele brandstoffen:

Nadere informatie

Oefen opgaven rekenen 4 HAVO bladzijde 1

Oefen opgaven rekenen 4 HAVO bladzijde 1 Oefen opgaven rekenen 4 HAVO bladzijde 1 Opgave 1 uitrekenen en afronden Bij +/- rond je af op het kleinste aantal DECIMALEN, bij x/ rond je af op het kleinste aantal SIGNIFICANTE CIJFERS. Bij gecombineerde

Nadere informatie

Oefenopgaven BEREKENINGEN

Oefenopgaven BEREKENINGEN Oefenopgaven BEREKENINGEN havo Inleiding De oefenopgaven over berekeningen zijn onderverdeeld in groepen. Vet gedrukt staat aangegeven om wat voor soort berekeningen het gaat. Kies uit wat het beste past

Nadere informatie

Uitwerkingen van de opgaven uit: CHEMISCHE ANALYSE ISBN , 1 e druk, Uitgeverij Syntax Media Hoofdstuk 4 Oxidimetrie bladzijde 1

Uitwerkingen van de opgaven uit: CHEMISCHE ANALYSE ISBN , 1 e druk, Uitgeverij Syntax Media Hoofdstuk 4 Oxidimetrie bladzijde 1 Hoofdstuk 4 Oxidimetrie bladzijde 1 Opgave 1 Hoe groot is het oxidatiegetal van elk atoom in de onderstaande deeltjes? Uitgangspunten: H = +1 O = 2 metaalion (K + ) krijgt ionlading. som van de ladingen

Nadere informatie

Hoofdstuk 17 Redoxreacties

Hoofdstuk 17 Redoxreacties Hoofdstuk 17 Redoxreacties bladzijde 1 Opgave 1 Bepaal de oxidatiegetallen van alle atomen in: Waterstof H: altijd +1 Zuurstof O: altijd 2 Som ladingen steeds 0 a H 2O H: +1 O: 2 2 x +1 + 2 = 0 b SO 2

Nadere informatie

07 MOLECUULFORMULES & CHEMISCHE BINDINGEN PROCESTECHNIEK

07 MOLECUULFORMULES & CHEMISCHE BINDINGEN PROCESTECHNIEK PROCESTECHNIEK Wat leer je? het verschil uitleggen tussen symbolenformules en molecuulformules; molecuulformules opstellen aan de hand van tekeningen van moleculen; het aantal en de soort atomen van een

Nadere informatie

woensdag 14 december 2011 16:06:43 Midden-Europese standaardtijd

woensdag 14 december 2011 16:06:43 Midden-Europese standaardtijd INLEIDING Geef de reactievergelijking van de ontleding van aluminiumoxide. 2 Al 2 O 3 4 Al + 3 O 2 Massaverhouding tussen Al en O 2 1,00 : 0,889 Hoeveel ton Al 2 O 3 is er nodig om 1,50 ton O 2 te produceren?

Nadere informatie

SEPTEMBERCURSUS CHEMIE HOOFDSTUK 3: STOICHIOMETRIE

SEPTEMBERCURSUS CHEMIE HOOFDSTUK 3: STOICHIOMETRIE SEPTEMBERCURSUS CHEMIE HOOFDSTUK 3: STOICHIOMETRIE 1 OVERZICHT 1. Basisgrootheden en eenheden 2. Berekening van het aantal mol 3. Berekening in niet-normale omstandigheden 4. Oplossingen 5. Berekeningen

Nadere informatie

SCHEIKUNDE 4 HAVO UITWERKINGEN

SCHEIKUNDE 4 HAVO UITWERKINGEN SCHEIKUNDE 4 HAVO UITWERKINGEN Auteurs Tessa Lodewijks Toon de Valk Eindredactie Aonne Kerkstra Eerste editie Malmberg s-hertogenbosch www.nova-malmberg.nl 3 Rekenen aan reacties Praktijk Zorgen voor morgen

Nadere informatie

Verband tussen aantal mol en de massa symbool naam eenheid voorbeeld

Verband tussen aantal mol en de massa symbool naam eenheid voorbeeld Naam : Klas: Datum: Rekenen in de chemie Informatie over de massa van 1 deeltje A a A r M a M r u (1 atoom) Relatieve (1 atoom) molecuulmassa (1 molecule) Relatieve (1 molecule) referentiemassa (1 proton)

Nadere informatie

EXAMEN MIDDELBAAR ALGEMEEN VOORTGEZET ONDERWIJS IN Dit examen bestaat voor iedere kandidaat uit 5 OPGAVEN

EXAMEN MIDDELBAAR ALGEMEEN VOORTGEZET ONDERWIJS IN Dit examen bestaat voor iedere kandidaat uit 5 OPGAVEN MAVO-4 II EXAMEN MIDDELBAAR ALGEMEEN VOORTGEZET ONDERWIJS IN 1974 MAVO-4 Dinsdag 11 juni, 9.00 11.00 NATUUR-EN SCHEIKUNDE II (Scheikunde) OPEN VRAGEN Dit examen bestaat voor iedere kandidaat uit 5 OPGAVEN

Nadere informatie

::s ~ G) Examen VBO-MAVO-C

::s ~ G) Examen VBO-MAVO-C -G) " ::s ~ G).c (.) u, xamen VO-MVO- Voorbereidend eroeps Onderwijs Middelbaar lemeen Voortezet Onderwijs Tijdvak 1 insda 21 mei 13.30-15.30 uur it examen bestaat uit 42 vraen. Voor elk vraanummer is

Nadere informatie

Het smelten van tin is géén reactie.

Het smelten van tin is géén reactie. 3 Reacties Reacties herkennen (3.1 en 3.2 ) Een chemische reactie is een gebeurtenis waarbij stoffen verdwijnen en nieuwe stoffen ontstaan. Bij een reactie verdwijnen de beginstoffen. Er ontstaan nieuwe

Nadere informatie

Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 1

Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 1 Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 1 Samenvatting door W. 1173 woorden 23 juni 2016 6,9 16 keer beoordeeld Vak Methode Scheikunde Nova Scheikunde Samenvatting H1 1 t/m 7 1 Atoombouw: Atoom: Opgebouwd uit

Nadere informatie

4. Van twee stoffen is hieronder de structuurformule weergegeven.

4. Van twee stoffen is hieronder de structuurformule weergegeven. MAVO Herexamen 1976 1. Beantwoord de volgende vragen over het element calcium. a. Hoeveel protonen bevat een atoom van dit element? Licht het antwoord toe. b. Hoe zijn de elektronen over de schillen verdeeld?

Nadere informatie

Eén mol vrachtauto s wegen ook meer dan één mol zandkorrels en nemen ook veel meer ruimte in. Maar het aantal vrachtauto s in een mol is exact evengro

Eén mol vrachtauto s wegen ook meer dan één mol zandkorrels en nemen ook veel meer ruimte in. Maar het aantal vrachtauto s in een mol is exact evengro Hoofstuk 13: rekenen met mol 13.1 De eenheid mol en de molaire massa Er zijn allerlei manieren om aan te geven hoeveel je van een stof hebt. Je kunt de massa van een stof geven (in g of kg of...). Je kunt

Nadere informatie

Basisscheikunde voor het hbo ISBN e druk Uitgeverij Syntax media

Basisscheikunde voor het hbo ISBN e druk Uitgeverij Syntax media Hoofdstuk 13 Redoxreacties bladzijde 1 Opgave 1 In de volgende halfreacties zijn de elektronen weggelaten. Zet zelf de elektronen erbij en vermeld of het deeltje geoxideerd of gereduceerd wordt. Links

Nadere informatie

Is er een verband tussen de massa (m) en het volume (V) van een homogeen voorwerp? Alle PET-cilinders zijn vervaardigd uit...

Is er een verband tussen de massa (m) en het volume (V) van een homogeen voorwerp? Alle PET-cilinders zijn vervaardigd uit... LABO : erband tussen assa en volue van een voorwerp: MASSADICHTHEID BENODIGDHEDEN schuifpasser (nk:.............. c) diitale balans (nk:.............. ) ruitersbalans (nk:.............. ) 8 cilinders vervaardid

Nadere informatie

Rekenen aan reacties 2. Deze les. Zelfstudieopdrachten. Zelfstudieopdrachten voor volgende week. Zelfstudieopdrachten voor deze week 18-4-2016

Rekenen aan reacties 2. Deze les. Zelfstudieopdrachten. Zelfstudieopdrachten voor volgende week. Zelfstudieopdrachten voor deze week 18-4-2016 Rekenen aan reacties 2 Scheikunde Niveau 4 Jaar 1 Periode 3 Week 4 Deze les Rekenen aan reactievergelijkingen Samenvatting Vragen Huiswerk voor volgende week Bestuderen Lezen voor deze week Bestuderen

Nadere informatie

S S. Errata Nova scheikunde uitwerkingen leerjaar 4 havo 140,71. Met dank aan Mariëlle Marsman, Mill-Hill College, Goirle. Hoofdstuk 1 Atoombouw

S S. Errata Nova scheikunde uitwerkingen leerjaar 4 havo 140,71. Met dank aan Mariëlle Marsman, Mill-Hill College, Goirle. Hoofdstuk 1 Atoombouw Errata Nova scheikunde uitwerkingen leerjaar 4 havo Met dank aan Mariëlle Marsman, Mill-Hill College, Goirle Hoofdstuk 1 Atoombouw Theorie 19 b 78,99 23,98504 10,00 24,98584 11,01 25,98259 24, 31 100 20

Nadere informatie

Wennen aan het idee dat je de eenheden eerst aanpast aan de nieuwe grootheid. Hier: eerst omrekenen naar gram en liter.

Wennen aan het idee dat je de eenheden eerst aanpast aan de nieuwe grootheid. Hier: eerst omrekenen naar gram en liter. Hoofdstuk 4 Massaconcentratie bladzijde 1 Opgave 1 Wennen aan het idee dat je de eenheden eerst aanpast aan de nieuwe grootheid. Hier: eerst omrekenen naar gram en liter. a 25,0 mg ethanol in 100 ml 0,025

Nadere informatie

Basiskennis 5 chemie 1. I. Basiskennis

Basiskennis 5 chemie 1. I. Basiskennis Basiskennis 5 chemie 1 1.1 Opbouw van de materie I. Basiskennis Zuivere stof*: Is materie die uit 1 stof bestaat en niet meer gescheiden kan worden door fysische scheidingstechnieken. Mengsel*: Is materie

Nadere informatie

SCHEIKUNDEOLYMPIADE 2017

SCHEIKUNDEOLYMPIADE 2017 SCHEIKUNDEOLYMPIADE 2017 CORRECTIEMODEL VOORRONDE 1 af te nemen in de periode van 18 tot en met 25 januari 2017 Deze voorronde bestaat uit 20 meerkeuzevragen verdeeld over 8 onderwerpen en 2 opgaven met

Nadere informatie

OEFENSET 2007_1 OPGAVEN

OEFENSET 2007_1 OPGAVEN EFENSET 2007_1 PGAVEN werk: Evelien Veltman (secretaresse) Instituut voor eerplanontwikkeling Postbus 2041/7500 CA Enschede Telefoon: (053)4840339 privé: P.A.M. de Groot Kamperzand 1/1274 HK Huizen Telefoon:

Nadere informatie

Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 3

Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 3 Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 3 Samenvatting door H. 1029 woorden 6 jaar geleden 7,7 88 keer beoordeeld Vak Methode Scheikunde Chemie overal 3.1 inleiding Chemische reactie: een proces waarbij één

Nadere informatie

Uitwerkingen van de opgaven uit: BASISCHEMIE voor het MLO ISBN , 3 e druk, Uitgeverij Syntax Media Hoofdstuk 18 Oxidimetrie bladzijde 1

Uitwerkingen van de opgaven uit: BASISCHEMIE voor het MLO ISBN , 3 e druk, Uitgeverij Syntax Media Hoofdstuk 18 Oxidimetrie bladzijde 1 Hoofdstuk 18 Oxidimetrie bladzijde 1 Opgave 1 Bepaal met behulp van tabel II de reactie tussen kaliumpermanganaat in zuur milieu met: a Sn 2+ ionen MnO 4 + 8 H 3O + + 5 e Mn 2+ + 12 H 2O x 2 Sn 2+ Sn 4+

Nadere informatie

- Cl> Examen VBO-MAVO-C. .c: C: ::J ~

- Cl> Examen VBO-MAVO-C. .c: C: ::J ~ -l> ' : ::J ~ - l>.c: 0 l) Examen VO-MVO- Voorbereidend eroeps Onderwijs Middelbaar lemeen Voortezet Onderwijs Tijdvak 2 Dinsda 17 juni 13.30-15.30 uur Dit examen bestaat uit 42 vraen. Voor elk vraanummer

Nadere informatie

Module 2 Chemische berekeningen Antwoorden

Module 2 Chemische berekeningen Antwoorden 2 Meten is weten 1 Nee, want bijvoorbeeld 0,0010 kg is net zo nauwkeurig als 1,0 gram. 2 De minst betrouwbare meting is de volumemeting. Deze variabele bepaald het aantal significante cijfers. 3 IJs: 1,5

Nadere informatie

Inleiding in de RedOx chemie

Inleiding in de RedOx chemie Even opfrissen: Drie hoofdcategorieën stoffen: Inleiding in de RedOx chemie Moleculaire stoffen: Atoombinding in molecuul (sterk), Van der Waals binding tussen moleculen (zwak), polaire/apolaire (atoom)bindingen,

Nadere informatie

Chemie 4: Atoommodellen

Chemie 4: Atoommodellen Chemie 4: Atoommodellen Van de oude Grieken tot het kwantummodel Het woord atoom komt va, het Griekse woord atomos dat ondeelbaar betekent. Voor de Griekse geleerde Democritos die leefde in het jaar 400

Nadere informatie

Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 9, 10, 11 Zuren/Basen, Evenwichtsconstanten

Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 9, 10, 11 Zuren/Basen, Evenwichtsconstanten Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 9, 10, 11 Zuren/Basen, Evenwichtsconstanten Samenvatting door een scholier 1087 woorden 22 januari 2009 6 42 keer beoordeeld Vak Methode Scheikunde Pulsar chemie Scheikunde

Nadere informatie

Redoxreacties; een aanvulling op hoofdstuk 13

Redoxreacties; een aanvulling op hoofdstuk 13 Redoxreacties; een aanvulling op hoofdstuk 13 1. Elektronenoverdracht In dit hoofdstuk maken we kennis met zogenaamde redoxreacties. Dit zijn reacties waarbij elektronenoverdracht plaatsvindt. De naam

Nadere informatie

Chemie (ph) bij het inkuilen Scheikunde klas V41a en V41b door Erik Held

Chemie (ph) bij het inkuilen Scheikunde klas V41a en V41b door Erik Held Chemie (ph) bij het inkuilen Scheikunde klas V41a en V41b door Erik Held Inkuilproces Proces bij het inkuilen: In de kuil ondergaat het gewas een biochemisch proces onder invloed van micro-organismen Een

Nadere informatie

namen formules ionogene stoffen van Als je de negatieve ionen (behalve OH - ) koppelt aan H + - ionen ontstaan verbindingen die men zuren noemt.

namen formules ionogene stoffen van Als je de negatieve ionen (behalve OH - ) koppelt aan H + - ionen ontstaan verbindingen die men zuren noemt. namen en formules van ionogene stoffen CH 3 COO - acetaat afkomstig van azijnzuur (ethaanzuur) C 2 O 4 samengestelde ionen HC 2 O 4 - oxalaat beide afkomstig van oxaalzuur (ethaandizuur) waterstofoxalaat

Nadere informatie

14 DE ATOOMTHEORIE VAN DALTON PROCESTECHNIEK

14 DE ATOOMTHEORIE VAN DALTON PROCESTECHNIEK PROCESTECHNIEK Wat leer je? uitleggen wat een reactieschema is; reactieschema's in woorden en symbolen opstellen; de kenmerken van de atoomtheorie van Dalton noemen; moleculen en atomen tekenen; scheikundige

Nadere informatie

Samenvatting Scheikunde H7 en H8

Samenvatting Scheikunde H7 en H8 Samenvatting Scheikunde H7 en H8 Samenvatting door een scholier 1312 woorden 1 jaar geleden 5,5 2 keer beoordeeld Vak Methode Scheikunde Chemie overal Scheikunde tentamenweek Hoofdstuk 7 en 8 H7 Paragraaf

Nadere informatie

13. Evenwichten van zuren en basen

13. Evenwichten van zuren en basen 1. Evenwichten van zuren en basen Exact Basis Chemie 1. Evenwichten van zuren en basen 019 Vervoort Boeken 1 1.1 Evenwichten Een speciaal geval van een evenwicht wordt gevormd door de evenwichten van zuren

Nadere informatie

BUFFEROPLOSSINGEN. Inleiding

BUFFEROPLOSSINGEN. Inleiding BUFFEROPLOSSINGEN Inleiding Zowel in de analytische chemie als in de biochemie is het van belang de ph van een oplossing te regelen. Denk bijvoorbeeld aan een complexometrische titratie met behulp van

Nadere informatie

Basisscheikunde voor het hbo ISBN e druk Uitgeverij Syntax media

Basisscheikunde voor het hbo ISBN e druk Uitgeverij Syntax media Hoofdstuk 14 Chemische processen bladzijde 1 Opgave 1 Wat denk je, zijn de volgende processen continuprocessen of batch-processen? a productie van verschillende soorten medicijnen b productie van verschillende

Nadere informatie

1. Elementaire chemie en chemisch rekenen

1. Elementaire chemie en chemisch rekenen In onderstaande zelftest zijn de vragen gebundeld die als voorbeeldvragen zijn opgenomen in het bijhorend overzicht van de verwachte voorkennis chemie 1. Elementaire chemie en chemisch rekenen 1.1 Grootheden

Nadere informatie

1) Stoffen, moleculen en atomen

1) Stoffen, moleculen en atomen Herhaling leerstof klas 3 1) Stoffen, moleculen en atomen Scheikundigen houden zich bezig met stoffen. Betekenissen van stof zijn onder andere: - Het materiaal waar kleding van gemaakt is; - Fijne vuildeeltjes;

Nadere informatie

Basiskennis 4 chemie 1. I. Basiskennis

Basiskennis 4 chemie 1. I. Basiskennis Basiskennis 4 chemie 1 1. Natuurwetenschappen I. Basiskennis De studie van de natuurverschijnselen kan je ruwweg onderverdelen in: Biologie: Studie van de levende materie. Fysica: Studie van de materie

Nadere informatie

3.1. 1. In een reactieschema staan de beginstoffen en de reactieproducten van een chemische reactie.

3.1. 1. In een reactieschema staan de beginstoffen en de reactieproducten van een chemische reactie. 3.1 1. In een reactieschema staan de beginstoffen en de reactieproducten van een chemische reactie. 2. De pijl in een reactieschema (bijvoorbeeld: A + B C) betekent: - A en B reageren tot C of - Er vindt

Nadere informatie

Hierbij is sprake van elektronenoverdracht; elk Na atoom draagt een elektron over aan Cl-atoom onder vorming van een ionrooster.

Hierbij is sprake van elektronenoverdracht; elk Na atoom draagt een elektron over aan Cl-atoom onder vorming van een ionrooster. Redoxreacties 1. Elektronenoverdracht In dit hoofdstuk maken we kennis met zogenaamde redoxreacties. Dit zijn reacties waarbij elektronenoverdracht plaatsvindt. De naam redoxreactie is een samentrekking

Nadere informatie

oefenbundeltje voor het vierde leerjaar

oefenbundeltje voor het vierde leerjaar oefenbundeltje voor het vierde leerjaar bevat: 4 werkbladen uit de ap van Wibbel bij Rekenspron Plus 4, aansluitend bij de wiskundeopdrachten op de poster; de correctiesleutel bij deze werkbladen. Meer

Nadere informatie