Facultaire aanvullingen op de Onderwijs- en ExamenRegeling

Transcriptie

1 Facultaire aanvullingen op de Onderwijs- en ExamenRegeling Titel 1 Algemene bepalingen Art 1. Ingangsdatum Deze aanvullingen gaan in aan de vooravond van het academiejaar en vervangen alle vorige versies van departementale/facultaire aanvullingen op de onderwijs- en examenregeling, inclusief hun bijlagen. Art 2. Opleidingsaanbod van de faculteit Basisopleidingen Bachelor in de toegepaste taalkunde (180 studiepunten) Master in het vertalen (60 studiepunten) Master in het tolken (60 studiepunten) Master in de meertalige communicatie (60 studiepunten) Tot deze categorie behoren ook de voorbereidings- en schakelprogramma s en de programma s met geformaliseerde studieomvangvermindering. Vervolgopleidingen Postgraduaat getuigschrift Conferentietolken (60 studiepunten) Postgraduaat getuigschrift Dutch & Translation (60 studiepunten) Postgraduaat getuigschrift Complementaire Internationale Studies (60 studiepunten) Titel 2 Inschrijvingen en toelatingsvoorwaarden Art 3. Inschrijvingswijzen Voor de basisopleidingen kan men zich inschrijven bij wijze van diplomacontract, creditcontract of examencontract. De (kandidaat-)studenten die de colleges kunnen bijwonen, schrijven zich in bij wijze van diplomacontract of creditcontract. De (kandidaat-)studenten die om een gegronde reden niet alle colleges kunnen bijwonen, kunnen zich inschrijven bij wijze van examencontract. Voor de opleidingsonderdelen die niet bij wijze van examencontract kunnen worden gevolgd, schrijven zij zich in bij wijze van diplomacontract. Wie zich wil inschrijven bij wijze van examencontract gaat hiervoor langs bij de studietrajectbegeleider. Inschrijven bij wijze van examencontract is Groot-Brittanniëlaan Gent tel fax gtt@hogent.be

2 slechts mogelijk na goedkeuring door de faculteitsraad, bij delegatie de decaan. Volgende opleidingsonderdelen kunnen niet bij wijze van examencontract worden gevolgd: De opleidingsonderdelen met permanente evaluatie Het opleidingsonderdeel Bachelorproef De opleidingsonderdelen Stage De opleidingsonderdelen Masterproef Studenten die zich voor opleidingsonderdelen van het eerste semester niet meer met een diploma- of creditcontract kunnen inschrijven omdat de termijn hiervoor verstreken is, kunnen zich binnen de algemene regels voor inschrijving, maar in afwijking van het bovenstaande inschrijven bij wijze van examencontract voor opleidingsonderdelen met permanente evaluatie, uitsluitend met het oog op deelname aan de tweede zittijd. Voor de vervolgopleidingen gelden afwijkende regels: Het postgraduaat getuigschrift Conferentietolken wordt bij wijze van diplomacontract gevolgd. De verschillende modules of opleidingsonderdelen kunnen ook bij wijze van creditcontract worden gevolgd. Wie een module of opleidingsonderdeel al eerder bij wijze van diploma- of creditcontract heeft gevolgd, kan zich voor dit opleidingsonderdeel opnieuw inschrijven bij wijze van examencontract. Het postgraduaat getuigschrift Dutch & Translation wordt bij wijze van diplomacontract gevolgd. De verschillende modules of opleidingsonderdelen kunnen ook bij wijze van creditcontract worden gevolgd. Postgraduaat getuigschrift Complementaire Internationale Studies wordt voltijds bij wijze van diplomacontract gevolgd. 2/13 Art 4. Minimum aantal inschrijvingen Voor de basisopleidingen is er geen minimum aantal inschrijvingen vereist. Een tolkmodule van het postgraduaat getuigschrift Conferentietolken wordt slechts georganiseerd indien er voor die module minimum 3 inschrijvingen zijn. De faculteit kan ervoor opteren om een module toch aan te bieden, zelfs bij een lager aantal inschrijvingen. Voor de andere vervolgopleidingen is er geen minimum aantal inschrijvingen vereist. Art 5. Inschrijvingsgelden Voor de basisopleidingen zijn er geen afwijkende inschrijvingsgelden. De inschrijvingsgelden voor de vervolgopleidingen worden jaarlijks vastgelegd door het bestuurscollege van de Hogeschool Gent op voorstel van de faculteitsraad Toegepaste Taalkunde ( : GTT/DR/2012/B/OND/0004).

3 Art 6. Studiekosten Studenten in een basisopleiding, ingeschreven bij wijze van diplomacontract of creditcontract, betalen een forfaitair bedrag als bijdrage in de bijkomende studiekosten die door de faculteit worden gedragen. Dit forfaitair bedrag dekt een aantal kosten die verbonden zijn aan het verstrekken van de onderwijsactiviteiten. Zij hebben betrekking op bepaalde tussenkomsten bij uitstappen, het ter beschikking stellen van extra kopieën, de aankoop van verbruiksgoederen en specifiek studiemateriaal, zoals geavanceerde software, en de kosten voor de reproductie van de masterproef. Het bedrag wordt geïnd bij inschrijving en wordt berekend als volgt: Studenten met een programma van meer dan 20 studiepunten betalen 40 euro. Studenten met een programma van maximum 20 studiepunten en studenten die bij wijze van examencontract zijn ingeschreven, betalen geen bijdrage. De studenten in vervolgopleidingen vallen buiten deze regeling. 3/13 Art 7. Specifieke of afwijkende toelatingsvoorwaarden Voor de basisopleidingen zijn er geen specifieke toelatingsvoorwaarden. Studenten met een anderstalig academisch diploma van bachelor in de toegepaste taalkunde met drie corresponderende talen op niveau C1 van het Europees Referentiekader hebben rechtstreeks toegang tot de masteropleiding van hun keuze. Het postgraduaat getuigschrift Conferentietolken staat open voor afgestudeerde masters in om het even welke discipline en afgestudeerde professionele bachelors met een vierjarige tolkopleiding. In afwijking van de algemene taalvoorwaarden moet wie zich aanmeldt voor de volledige opleiding of voor opleidingsonderdelen uit een pakket tolkpraktijk, zich onderwerpen aan een toelatingsproef waarin de praktische taalvaardigheid, de formuleervaardigheid en de synthesevaardigheid van de kandidaat in de verschillende talen van zijn keuze wordt getest. Slagen is vereist om te worden toegelaten. Masters in het tolken (voor zover hun diploma overeenkomstige talen betreft) worden vrijgesteld van deze toelatingsproef. Het postgraduaat getuigschrift Dutch & Translation staat open voor niet- Nederlandstalige studenten in het bezit van een diploma van bachelor of master in de talen (toegepaste taalkunde, taal- en letteren, bedrijfsvertaler-tolk, ) die zich (verder) willen toeleggen op het Nederlands als vreemde taal en zich willen bekwamen in de vertaalkunde. Kandidaat-studenten moeten één van volgende attesten voorleggen die een voldoende kennis van het Engels garanderen: een diploma van een Engelstalige opleiding aan een secundaire school of aan een instelling voor hoger onderwijs een recent IELTS certificaat van de British Council met een minimum score van 6.0

4 een recent TOEFL certificaat met een minimum score van 570 (papier) of 87 (internet) een recent certificaat proficiency in English (CEFR B2 of hoger) van het Universitair Centrum voor Taalonderwijs (UGent) Studenten kunnen maar herinschrijven voor deze opleiding na goedkeuring door de faculteitsraad, bij delegatie de decaan. Studenten kunnen bij herinschrijving worden geweigerd wanneer uit hun gedrag een onvoldoende motivatie blijkt (bvb. niet volgen van de colleges). Het postgraduaat getuigschrift Complementaire Internationale Studies staat open voor houders van het diploma van master in het vertalen, master in het tolken en master in de meertalige communicatie, behaald aan de Hogeschool Gent. Om te worden toegelaten mag er maximum één academiejaar zijn verstreken tussen het behalen van het masterdiploma en de aanvang van het postgraduaat. Art 8. Afwijkingen van de specifieke toelatingsvoorwaarden zijn enkel mogelijk met toestemming van de faculteitsraad, bij delegatie de decaan, die binnen de 14 dagen een beslissing neemt op basis van een gemotiveerde aanvraag. Deeltijds studeren 4/13 Art 9. De basisopleidingen kunnen zowel voltijds (60 studiepunten) als deeltijds (ongeveer 30 studiepunten) worden gevolgd. Studenten volgen het deeltijds programma zoals opgenomen in de studiegids. Dit deeltijds programma wordt beschouwd als een modeltraject. Studenten kunnen bij de faculteitsraad, bij delegatie de decaan, ook een geïndividualiseerd traject aanvragen, volgens de voorwaarden en regels opgenomen in de onderwijs- en examenregeling. Laattijdige inschrijvingen Wie zich laattijdig inschrijft, heeft pas recht op deelname aan de onderwijs- en examenactiviteiten, zodra de inschrijving effectief is, en dit al naargelang de inschrijvingswijze. Studenten die door een laattijdige inschrijving niet konden deelnemen aan de permanente evaluatie, praktijkopdrachten of de examens van de januarizittijd, kunnen de betrokken opleidingsonderdelen enkel afleggen in de tweede zittijd. Titel 3 Studeren na eerdere ervaring Art 10. Studievoortgang op basis van eerder verworven competenties Bewijzen van bekwaamheid uitgereikt door het EVC-orgaan van de Associatie Universiteit Gent kunnen maar aanleiding geven tot vrijstelling voor een bepaald opleidingsonderdeel indien, krachtens deze bewijzen, alle eindcompetenties van een opleidingsonderdeel werden verworven. Art 11. Studievoortgang op basis van in een andere opleiding dan toegepaste taalkunde Credits met betrekking tot taalpraktijkvakken behaald in een andere opleiding dan toegepaste taalkunde kunnen maar aanleiding geven tot

5 vrijstelling op basis van EVK indien de credits op het moment van inschrijving niet meer dan vijf academiejaren geleden werden behaald. Art 12. Studievoortgang op basis van eerder verworven kwalificaties Creditbewijzen behaald in de opleiding tot bachelor in de toegepaste taalkunde of in een schakel- of voorbereidingsprogramma in de toegepaste taalkunde, kunnen geen aanleiding geven tot vrijstellingen in de daaropvolgende masters. Art 13. Studievoortzetting op basis van een schakel- of voorbereidingsprogramma De faculteit organiseert vaste programma s die toegang geven tot de masteropleidingen voor studenten die niet in het bezit zijn van een diploma van bachelor in de toegepaste taalkunde. Het gaat om schakelprogramma s voor (professionele) bachelors in het office management (bedrijfsvertaler-tolk of management assistant) en voor (professionele) bachelors in het onderwijs: secundair onderwijs (met Engels en Frans, Engels en Nederlands of Frans en Nederlands) en om voorbereidingsprogramma s voor (academische) bachelors in de taalen letterkunde (met twee corresponderende vreemde talen, met één corresponderende vreemde taal en Nederlands en met één corresponderende vreemde taal zonder Nederlands). Een student komt in aanmerking voor een schakel- of voorbereidingsprogramma, zoals vastgelegd bij VETO/DR/2011/B/OND/0035, op voorwaarde dat het programma van zijn vooropleiding minstens 24 studiepunten per corresponderende vreemde taal omvat. Studenten kunnen op basis van hun dossier een afwijking krijgen op deze grens van 24 studiepunten. Desgevallend kan het schakel- of voorbereidingsprogramma met één of meerdere opleidingsonderdelen worden uitgebreid. 5/13 Studenten met een (anderstalig) diploma van een bacheloropleiding dat voldoende gelijkenis vertoont met de hierboven vermelde diploma s krijgen een geïndividualiseerd schakelprogramma of voorbereidingsprogramma opgelegd dat de ontbrekende competenties in vergelijking met de bacheloropleiding van de faculteit wegwerkt. Studenten die het getuigschrift van een schakel- of voorbereidingsprogramma hebben behaald met het oog op een masterstudie in de toegepaste taalkunde, kunnen zich maar voor deze studie inschrijven indien het getuigschrift op het moment van inschrijving niet meer dan twee academiejaren geleden werd behaald. Art 14. Studievoortzetting op basis van credits uit een opleiding in de toegepaste taalkunde, maar zonder diploma van bachelor of master (of licentiaat) in de toegepaste taalkunde Indien een student met credits uit een opleiding in de toegepaste taalkunde, maar zonder diploma van bachelor of master (of licentiaat) na een onderbreking verder studeert, worden de door hem behaalde credits gecontroleerd. Wanneer hij de credits van een gelijk of volledig equivalent opleidingsonderdeel heeft behaald, krijgt hij een vrijstelling met overdracht van het eerder door hem behaalde cijfer. Wanneer hij de credits van een niet-volledig equivalent opleidingsonderdeel heeft behaald, krijgt hij een vrijstelling zonder overdracht van de door hem behaalde cijfers. Het al dan niet equivalent zijn van

6 opleidingsonderdelen kan worden afgeleid uit de tabel equivalenties en actualisering. Art 15. Studievoortzetting na een diploma van bachelor of master (of licentiaat) in de toegepaste taalkunde met het oog op eenzelfde diploma met een andere talencombinatie Een student met een diploma van bachelor of master (of licentiaat) in de toegepaste taalkunde die een tweede diploma wil behalen met een andere talencombinatie, krijgt voor gelijke of volledig equivalente opleidingsonderdelen van het eerste en het tweede jaar bachelor waarvan hij de credits heeft behaald een vrijstelling met overdracht van het eerder door hem behaalde cijfer. Wanneer hij de credits van een niet-volledig equivalent opleidingsonderdeel heeft behaald of wanneer hij de credits van deze opleidingsonderdelen niet heeft behaald, krijgt hij een vrijstelling zonder overdracht van de door hem behaalde cijfers. Het al dan niet equivalent zijn van opleidingsonderdelen kan worden afgeleid uit de tabel equivalenties en actualisering. Wat het derde jaar bachelor en de masters betreft, worden de door de student behaalde credits gecontroleerd. Wanneer hij de credits van een gelijk of volledig equivalent opleidingsonderdeel heeft behaald, krijgt hij een vrijstelling met overdracht van het eerder door hem behaalde cijfer. Wanneer hij de credits van een niet-volledig equivalent opleidingsonderdeel heeft behaald, krijgt hij een vrijstelling zonder overdracht van de door hem behaalde cijfers. Het al dan niet equivalent zijn van opleidingsonderdelen kan worden afgeleid uit de tabel equivalenties en actualisering. 6/13 Wanneer de student kan aantonen dat hij voor een opleidingsonderdeel de e en hij het opleidingsonderdeel actief is blijven onderhouden, kan hij in afwijking van deze tabel toch een vrijstelling op basis van EVK krijgen, ook als de credits meer dan vijf jaar geleden werden behaald. De student kan een vrijstelling volgens bovenstaande regels bekomen voor het opleidingsonderdeel Stage en voor de opleidingsonderdelen Inleiding taal en cultuur, maar kan niet worden vrijgesteld voor het opleidingsonderdeel Masterproef (scriptie). Een tweede Masterproef (scriptie) moet in een andere taal worden geschreven dan de eerste Masterproef (scriptie). Een student kan zich evenwel slechts een tweede maal inschrijven voor een masteropleiding waarvan hij reeds het diploma (licentiaat of master) bezit, wanneer hij nog opleidingsonderdelen voor een studieomvang van ten minste 30 studiepunten moet volgen. Art 16. Studievoortzetting na een diploma van bachelor of master (of licentiaat) in de toegepaste taalkunde met het oog op een ander masterdiploma (of optie) Indien een student met een diploma van bachelor of master (of licentiaat) in de toegepaste taalkunde een (ander) masterdiploma wil behalen, worden de door de student reeds behaalde credits van de master gecontroleerd. De student krijgt een vrijstelling op basis van EVK voor de equivalente opleidingsonderdelen conform de regels opgenomen in de tabel equivalenties en actualisering.

7 Wanneer de student kan aantonen dat hij voor een opleidingsonderdeel de e en hij het opleidingsonderdeel actief is blijven onderhouden, kan hij in afwijking van deze tabel toch een vrijstelling op basis van EVK, ook als de credits meer dan vijf jaar geleden werden behaald. Wanneer meer dan vijf academiejaren verstreken zijn tussen het behalen van het bachelor- of masterdiploma (of het diploma van licentiaat) in de toegepaste taalkunde, volgt de student bij wijze van opfrissing vooraf volgende taalpraktijkvakken uit het derde jaar bachelor: Vertaling Tekstvaardigheid Mondelinge vaardigheid De student sluit voor deze taalpraktijkvakken een creditcontract af. Wanneer de student kan aantonen dat hij een opleidingsonderdeel actief is blijven onderhouden, kan hij van het volgen van en slagen voor deze vakken worden vrijgesteld. De student kan op basis van zijn eerder behaald diploma geen vrijstelling bekomen voor het opleidingsonderdeel Stage en het opleidingsonderdeel Masterproef (scriptie). 7/13 Titel 4 Organisatie van het onderwijs Art 17. Studievoortgang De studievoortgang en in het geval van een creditcontract de inschrijvingsmogelijkheden in de basisopleidingen wordt gemodelleerd via de studie-efficiëntie en het systeem van volgtijdelijkheid van opleidingsonderdelen. Art 18. Studie-efficiëntie In verdere toepassing van de algemene regels rond de samenstelling van het jaarprogramma van een student en van de studievoortgangbewaking modelleert de faculteit de toegang tot de opleiding via de studie-efficiëntie van de student. De studie-efficiëntie wordt uitgedrukt als percentage van het behaalde aantal studiepunten ten opzichte van het aantal studiepunten waarvoor de student zich heeft ingeschreven. Studenten die in het voorafgaand academiejaar minder dan 50% studie-efficiëntie behaalden, kunnen zich enkel inschrijven voor opleidingsonderdelen waarvoor zij in het voorafgaande academiejaar al waren ingeschreven. Studenten die in het voorafgaand academiejaar minstens 50%, maar minder dan 70% studie-efficiëntie behaalden, kunnen zich inschrijven voor een maximum van 63 studiepunten. Studenten die in het voorafgaand academiejaar minstens 70%, maar minder dan 85% studie-efficiëntie behaalden, kunnen zich inschrijven voor een maximum van 66 studiepunten.

8 Studenten die in het voorafgaand academiejaar minstens 85%, maar minder dan 100% studie-efficiëntie behaalden, kunnen zich inschrijven voor een maximum van 69 studiepunten. Studenten die in het voorafgaand academiejaar 100% studie-efficiëntie behaalden, kunnen zich inschrijven voor een maximum van 72 studiepunten. Hetzelfde maximum van 72 studiepunten geldt voor alle studenten die in het betrokken academiejaar kunnen afstuderen in hun opleiding. Voor studenten die in het voorafgaand academiejaar in een opleiding studeerden via een combinatie van diplomacontract en examencontract, wordt voor de toepassing van bovenstaande regels de gezamenlijke studie-efficiëntie over beide contracten heen in rekening gebracht. Voor studenten die in het voorafgaand academiejaar in meerdere opeenvolgende opleidingen studeerden, wordt voor de toepassing van bovenstaande regels de studie-efficiëntie van de onderliggende opleiding in rekening gebracht. Studenten die in het voorafgaand academiejaar minder dan 50% studie-efficiëntie behaalden in een andere opleiding dan diegene die werden aangeboden door de faculteit en studenten die zich pas na 1 december van het voorafgaand academiejaar inschreven, kunnen zich enkel inschrijven voor opleidingsonderdelen van het eerste jaar van de door hen gekozen opleiding. 8/13 In uitzonderlijke situaties (bvb. ernstige medische redenen, ) kan de faculteitsraad, bij delegatie de decaan, afwijkingen toestaan op deze modellering. Art 19. Volgtijdelijkheid Volgtijdelijkheid betekent dat men zich kan inschrijven voor een bepaald opleidingsonderdeel indien men zich eerder of tegelijk heeft ingeschreven voor de opleidingsonderdelen die aan dat bepaald opleidingsonderdeel inhoudelijk voorafgaan. Bij de aanvraag van zijn jaarprogramma hanteert de student de logische volgorde van de opleidingsonderdelen, zoals die kan worden afgeleid uit de begincompetenties van de opleidingsonderdelen. Masters in het vertalen, tolken of meertalige communicatie en masters in de taal- en letterkunde die afzonderlijke opleidingsonderdelen willen volgen met een reeds bestudeerde taal tot voorwerp, kunnen zich in afwijking van art. 16 hiervoor bij wijze van creditcontract inschrijven desgevallend zonder rekening te houden met de volgtijdelijkheid binnen een periode van vijf academiejaren na het behalen van het betrokken masterdiploma. Art 20. Volgtijdelijkheid en gelijktijdige inschrijving van opleidingen die elkaar opvolgen Een inschrijving voor een bacheloropleiding in de toegepaste taalkunde kan worden gecombineerd met een inschrijving voor een daaropvolgende masteropleiding, rekening houdende met art. 18 en art. 19 van deze facultaire aanvullingen. Studenten die de bacheloropleiding, het schakelprogramma of het voorbereidingsprogramma hebben afgewerkt, kunnen zich inschrijven

9 voor de masteropleiding, ongeacht hun studie-efficiëntie in de voorafgaande opleiding. In voorkomend geval wordt consecutief gedelibereerd over het bachelorprogramma en het programma van de masteropleiding. Een inschrijving voor een voorbereidingsprogramma, schakelprogramma of programma met geformaliseerde studieomvangvermindering kan worden gecombineerd met een inschrijving voor een daaropvolgende masteropleiding, rekening houdende met art. 18 en art. 19 van deze facultaire aanvullingen. In voorkomend geval wordt consecutief gedelibereerd over het voorbereidingsprogramma, schakelprogramma of programma met geformaliseerde studieomvangvermindering en het programma van de master. Een inschrijving voor een andere bacheloropleiding dan die in de toegepaste taalkunde kan worden gecombineerd met een inschrijving voor een voorbereidingsprogramma, schakelprogramma of programma met geformaliseerde studieomvangvermindering op voorwaarde dat de student minstens 120 studiepunten van de betreffende bacheloropleiding heeft gerealiseerd (d.i. geslaagd, gedelibereerd en/of vrijgesteld voor een opleidingsonderdeel). Beide inschrijvingen samen mogen maximum 70 studiepunten omvatten. Het slagen voor een voorbereidingsprogramma, schakelprogramma of programma met geformaliseerde studieomvangvermindering kan maar door de examencommissie worden vastgesteld, indien de student het bewijs levert geslaagd te zijn voor zijn bacheloropleiding. Het is niet mogelijk om zich gelijktijdig in te schrijven voor opleidingsonderdelen van én een bacheloropleiding, én een voorbereidingsprogramma, schakelprogramma of programma met geformaliseerde studieomvangvermindering, én een daaropvolgende masteropleiding. 9/13 Een inschrijving voor een masteropleiding kan worden gecombineerd met een inschrijving voor een vervolgopleiding. Beide inschrijvingen samen mogen maximum 70 studiepunten omvatten. In voorkomend geval wordt consecutief gedelibereerd over het masterprogramma en het programma van de vervolgopleiding. In uitzonderlijke gevallen kan de faculteitsraad, bij delegatie de decaan, op gemotiveerde beslissing afwijken van het maximum van 70 studiepunten. Art 21. Studeren in het buitenland / het buitenlandverblijf Studenten studeren tijdens de bacheloropleiding in de toegepaste taalkunde gedurende één semester in een andere instelling. Vanaf het academiejaar maakt een buitenlandverblijf onder de vorm van het opleidingsonderdeel Immersie: taal en interculturaliteit deel uit van het standaardbachelorprogramma in de toegepaste taalkunde. Het buitenlandverblijf vindt plaats in een partnerinstelling van de faculteit tijdens het eerste semester van het academiejaar waarin de student in de bacheloropleiding afstudeert, eventueel met uitzondering van het opleidingsonderdeel bachelorproef. Dit laatste impliceert dat de student in voorkomend geval zijn masterproef uitstelt. Om effectief in de partnerinstelling te kunnen gaan studeren moet een student op het ogenblik van de aanvang van zijn buitenlandverblijf nog maximum 72 studiepunten van zijn bacheloropleiding af te leggen hebben.

10 De studenten die in het daaropvolgend academiejaar in aanmerking komen voor het buitenlandverblijf, worden door de faculteit aangeschreven en kunnen de instelling waar ze willen studeren, kiezen uit een lijst van partnerinstellingen. De studenten worden gerangschikt op basis van hun gemiddelde score op de opleidingsonderdelen van het eerste semester van het tweede modeltraject, waarbij een nog niet-gerealiseerd opleidingsonderdeel wordt verrekend a rato van 0/20. Op basis van deze rangschikking en rekening houdende met hun keuzes en het aantal beschikbare plaatsen, wordt hen een partnerinstelling toegewezen. De student volgt in de partnerinstelling opleidingsonderdelen die corresponderen met de studiefiche van het opleidingsonderdeel Immersie: taal en interculturaliteit. Een student die op uitwisseling gaat, kan zich bijkomend aan het opleidingsonderdeel Immersie: taal en interculturaliteit in de eigen instelling enkel inschrijven voor opleidingsonderdelen die in het tweede semester staan geprogrammeerd. Uitwisselingsstudenten die nog enkele opleidingsonderdelen van het eerste of het tweede jaar bachelor moeten doen, kunnen zich in het jaar van hun uitwisseling ook inschrijven voor die opleidingsonderdelen van het eerste of het tweede jaar bachelor op voorwaarde dat ze die opleidingsonderdelen al eerder hebben gevolgd. Studenten kunnen op basis van hun dossier een afwijking krijgen op deze bepaling. 10/13 Het toestaan van afwijkingen gebeurt op advies van de stafmedewerkers internationalisering en studietrajectbegeleiding en/of de stuurgroep internationalisering. Studenten die in een volgend academiejaar om gegronde redenen niet in de mogelijkheid zijn om een buitenlandverblijf op te nemen, dienen via de stafmedewerker internationalisering bij de decaan een gemotiveerde aanvraag in tot het volgen van een binnenlands vervangprogramma. Over de toekenning van een binnenlands vervangprogramma wordt beslist door de faculteitsraad, bij delegatie de decaan, op advies van de stuurgroep internationalisering. Art 22. Contacturen Art 23. Stage In afwijking van de studiefiche kan, na advies van de opleidingscommissie, een deel van de voorziene contacturen (A- of B- kolom van de studiefiche) van een opleidingsonderdeel worden omgezet in andere werkvormen zoals werkveldgebonden activiteiten (kolom C in de studiefiche). Het aandeel van de andere werkvormen in de evaluatie wordt omschreven in de studiefiche onder de rubriek evaluatievorm. Een stage met een minimumduur van twee weken vormt een onderdeel van het programma van de masters. In de academische kalender wordt hiervoor geen specifieke periode vastgelegd: de stage kan dus ook plaatsvinden tijdens de vakantie. De student legt zijn stageperiode in samenspraak met de stagebegeleider vast. Hij kan zijn stage doen zodra hij 150 studiepunten in de bacheloropleiding heeft gerealiseerd (d.i. geslaagd, gedelibereerd en/of vrijgesteld voor een

11 opleidingsonderdeel). Studenten kunnen op basis van hun dossier een afwijking krijgen op deze bepaling. Titel 5 Examenreglement Art 24. Studentenkaart Een student moet zich bij elke evaluatie kunnen identificeren aan de hand van zijn studentenkaart. Slechts in uitzonderlijke omstandigheden kan een identiteitskaart of paspoort voor de identificatie worden gebruikt. Art 25. Evaluatievormen De faculteit onderscheidt vier evaluatievormen: mondeling examen, schriftelijk examen, permanente evaluatie, praktijkopdracht. Aan eenzelfde opleidingsonderdeel kunnen er meerdere evaluaties en meerdere evaluatievormen worden verbonden. De evaluaties en evaluatievormen staan beschreven in de studiefiche van het opleidingsonderdeel. Een schriftelijk examen betreft een schriftelijke proef, die wordt geprogrammeerd in de examenperiodes. Een mondeling examen betreft een mondelinge proef, die wordt geprogrammeerd in de examenperiodes. Permanente evaluatie vindt plaats in de collegeweken en omvat minimum 2 evaluatiemomenten. Een praktijkopdracht is een door de student uit te voeren opdracht van enige omvang, gelinkt aan een aspect van de beroepspraktijk. Voorbeelden zijn: een paper, een portfolio bij een vertaalproject, een seminariewerk, een uitgewerkte presentatie, 11/13 Eventuele bijkomende gegevens en details omtrent deze evaluatievormen worden opgenomen in de studiefiches van de afzonderlijke opleidingsonderdelen. Art 26. Deelname aan evaluaties Om een geldig cijfer en desgevallend een credit te bekomen voor een opleidingsonderdeel, dient de student aan alle evaluaties van het opleidingsonderdeel te hebben deelgenomen. Indien een student occasioneel afwezig is voor een opleidingsonderdeel waarvoor in permanente evaluatie is voorzien, kan een vervangende opdracht worden gegeven. Bij herhaalde afwezigheid voor een opleidingsonderdeel waarvoor in permanente evaluatie is voorzien, wordt de student gelijkgesteld aan een student die niet aan het examen heeft deelgenomen. De lesgever toont de afwezigheid van de studenten aan, bijvoorbeeld aan de hand van aanwezigheidslijsten waarop de studenten tekenen. Een student kan in toepassing van de Onderwijs- en Examenregeling op basis van ernstige redenen of in geval van overmacht de toestemming krijgen om via een andere vorm dan voorgeschreven geëvalueerd te worden. Hij richt daartoe een schriftelijk verzoek aan de decaan, vóór de start van de voorgeschreven evaluatie.

12 Indien een student een praktijkopdracht, die de student buiten de contacturen dient uit te voeren, niet uitvoert, wordt hij gelijkgesteld aan een student die niet aan de evaluatie heeft deelgenomen. Art 27. Opleidingsonderdelen met permanente evaluatie en/of een praktijkopdracht in de tweede zittijd Als het eindcijfer voor een bepaald opleidingsonderdeel voor de eerste zittijd geheel of gedeeltelijk wordt bepaald door een permanente evaluatie en/of een praktijkopdracht, wordt in de studiefiche aangegeven welke vorm de evaluatie aanneemt in de tweede zittijd. Art 28. Gebruik van elektronische woordenboeken / laptops Wanneer het gebruik van woordenboeken op een examen is toegestaan, mogen ook elektronische woordenboeken worden gebruikt die zich op een CD-rom, een DVD-rom of de harde schijf van een door de student meegebrachte laptop bevinden. De student dient er in dat geval voor te zorgen dat de laptop over een goede en voldoende opgeladen batterij beschikt. De hogeschool of de faculteit zijn niet verantwoordelijk voor een gebrekkige of onvoldoende stroomvoorziening. 12/13 Bij het gebruik van de laptop mag enkel de applicatie worden gebruikt die het papieren woordenboek vervangt. Tijdens de duur van het examen moet de volledige taakbalk zichtbaar blijven. Bedrog wordt, conform de Onderwijs- en Examenregeling, onmiddellijk gesanctioneerd. Art 29. Masterproef Plagiaat vastgesteld na het indienen van de masterproef wordt beschouwd als een onregelmatigheid, zoals beschreven in art. 60 van de Onderwijs- en Examenregeling, en als dusdanig behandeld. Art 30. Toekennen en verwerven van credits Credits worden toegekend en verworven over het geheel van een opleidingsonderdeel. Er worden geen credits toegekend voor deelvakken of delen van opleidingsonderdelen. Art 31. Feedback De faculteit organiseert feedback na elke examenperiode (januari / juni / september) over de in die periode georganiseerde examens. Op de feedback staan de examinatoren ter beschikking van de studenten om de afgelegde examens te bespreken. Studenten met tekorten die wensen verder te studeren, worden geacht aanwezig te zijn op de feedback. Titel 6 Overgangsmaatregelen Art 32. Met het oog op de implementatie van de tweejarige masteropleiding Een student die tijdens het academiejaar voorafgaand aan de start van de tweejarige masteropleiding al een gedeelte van de masteropleiding volgt, heeft in het daaropvolgende academiejaar de keuze om hetzij af

13 te studeren in de eenjarige masteropleiding van zijn keuze, hetzij af te studeren in de nieuwe tweejarige masteropleiding. Een student die zich in het academiejaar voorafgaand aan de start van de tweejarige masteropleiding niet voor de volledige masteropleiding inschrijft, kan zich tijdens dat academiejaar niet inschrijven voor het opleidingsonderdeel Masterproef. Een student die zich in het academiejaar voorafgaand aan de start van de tweejarige masteropleiding niet voor de volledige masteropleiding inschrijft, kan zich tijdens dat academiejaar enkel inschrijven voor het opleidingsonderdeel Stage, indien hij ervoor kiest om af te studeren in de eenjarige masteropleiding. Een student die in het academiejaar waarin de tweejarige master van start gaat kiest voor de eenjarige masteropleiding, krijgt het oude programma met de oude studiepunten en volgt de facto de corresponderende opleidingsonderdelen van het nieuwe programma (volgens de nieuwe studiefiches), met uitzondering van de opleidingsonderdelen Stage en Masterproef die volgens de oude studiefiches worden georganiseerd. Indien deze student niet slaagt, kan hij ten laatste in het daaropvolgende academiejaar zijn masterjaar afwerken volgens het oude programma, conform bovenstaande regels. Een student die in het academiejaar waarin de tweejarige master van start gaat kiest voor de tweejarige masteropleiding, krijgt het nieuwe programma met de nieuwe studiepunten en volgt de corresponderende opleidingsonderdelen van het nieuwe programma. De student krijgt voor de reeds verworven oude corresponderende opleidingsonderdelen hetzij een vrijstelling, hetzij een overdracht van de behaalde punten. 13/13 Art 33. Met het oog op de implementatie van de vernieuwde bacheloropleiding vanaf Met ingang van het academiejaar werd het opleidingsprogramma van de bacheloropleiding hervormd. Het nieuwe programma wordt tegelijk ingevoerd over de verschillende modeltrajecten heen. Studenten in de bacheloropleiding behouden alle eerder verworven credits en cijfers a rato van het aantal studiepunten van toepassing in het academiejaar dat ze werden behaald. Het individueel opleidingsprogramma van elke student wordt aangevuld conform het nieuwe bachelorprogramma ten belope van minimum 180 studiepunten. Bijlagen Bijlage 1: tabel equivalenties en actualisering (FOER, titel 3)

14 bijlage 1: equivalenties en actualisering BACHELOR IN DE TOEGEPASTE TAALKUNDE / B1 MEMO HUIDIG OPLEIDINGSONDERDEEL EQUIVALENT OPLEIDINGSONDERDEEL CIJFERBEHOUD OF VRIJSTELLING MOGELIJK ALS A1EC Algemene economie Economie 1 A1GS Wereldgeschiedenis Geschiedenis A1RE Inleiding tot het recht Inleiding tot het recht (A2RE) of Recht 1 A1TK Toegepaste Taalkunde 1 - N1SA Nederlands : taalstructuren A Nederlandse taalkunde 1 of combinatie van de opleidingsonderdelen: Basistaal - grammatica 1 en Basistaal - tekstanalyse en schrijfvaardigheid N1SB Nederlands : taalstructuren B Nederlandse taalkunde 1 of combinatie van de opleidingsonderdelen: Basistaal - grammatica 1 en Basistaal - tekstanalyse en schrijfvaardigheid N1TV Nederlands : taalvaardigheid Nederlands : taalpraktijk A of Nederlandse taalbeheersing 1 of Lexicologie en woordenschat *1SA Taalstructuren A Grammatica 1 < 5 jaar of voor *GR2 *1SB Taalstructuren B Grammatica 1 < 5 jaar of voor *GR2 *1PA Taalpraktijk A Combinatie van de opleidingsonderdelen: Taal- en tekstvaardigheid 1 (of: taalvaardigheid 1) en Voorbereiding tot het vertalen 1 *1PB Taalpraktijk B Combinatie van de opleidingsonderdelen: Taal- en tekstvaardigheid 1 (of: taalvaardigheid 1) en Voorbereiding tot het vertalen 1 BACHELOR IN DE TOEGEPASTE TAALKUNDE /B2 < 5 jaar of voor *TT2 en *VV2 < 5 jaar of voor *TT2 en *VV2 MEMO HUIDIG OPLEIDINGSONDERDEEL EQUIVALENT OPLEIDINGSONDERDEEL CIJFERBEHOUD OF VRIJSTELLING MOGELIJK ALS A2TK Toegepaste taalkunde 2 - N2SC Nederlands : taalstructuren C Nederlandse taalkunde 2 of Basistaal grammatica 2 N2SV N2SP Nederlands: schrijfvaardigheid Nederlands: spreekvaardigheid Nederlands : taalpraktijk B of Nederlandse taalbeheersing 2 of Basistaal - Schrijfvaardigheid Nederlands : taalpraktijk C of Nederlandse taalbeheersing 2 of Basistaal - Spreekvaardigheid

15 *2SC Taalstructuren C Grammatica 2 < 5 jaar of voor 2/3 van de taalpraktijkvakken van B3 *2SD Taalstructuren D Grammatica 2 < 5 jaar of voor 2/3 van de taalpraktijkvakken van B3 *2PC Taalpraktijk C Combinatie van de opleidingsonderdelen: Taal- en tekstvaardigheid 2 (of: taalvaardigheid 2) en Voorbereiding tot het vertalen 2 *2PD Taalpraktijk D Combinatie van de opleidingsonderdelen: Taal- en tekstvaardigheid 2 (of: taalvaardigheid 2) en Voorbereiding tot het vertalen 2 *2CG Cultuurgeschiedenis van het taalgebied Cultuurgeschiedenis van het taalgebied (*3CG) of Maatschappij en instellingen BACHELOR IN DE TOEGEPASTE TAALKUNDE / B3 < 5 jaar of voor 2/3 van de taalpraktijkvakken van B3 < 5 jaar of voor 2/3 van de taalpraktijkvakken van B3 MEMO HUIDIG OPLEIDINGSONDERDEEL EQUIVALENT OPLEIDINGSONDERDEEL CIJFERBEHOUD OF VRIJSTELLING MOGELIJK ALS A3IM Immersie: taal en interculturaliteit Een semester in het buitenland in een programma Toegepaste Taalkunde A3BP Bachelorproef Academische vaardigheden, met seminariewerk A3TT Inleiding tot de taaltechnologie ICT-vaardigheden N3MI Maatschappij en instellingen van de Lage Landen Basistaal: maatschappij en instellingen Nederlands: revisie Nederlands: taalpraktijk D of N3RV Nederlands: taalbeheersing 3 of Basistaal: Nederlandse taalbeheersing 1 *3LI Literatuur van het taalgebied Literatuur *3VT Vertaling Taalvaardigheid en vertaalpraktijk 1 < 5 jaar *3TV Tekstvaardigheid Combinatie van de opleidingsonderdelen Taalvaardigheid en vertaalpraktijk 2 en de twee opleidingsonderdelen van Bedrijf & administratie of Media & cultuur of Wetenschap & techniek *3MV Mondelinge vaardigheid Combinatie van de twee opleidingsonderdelen mondelinge vaardigheden A3RE Internationaal recht Recht 1 (6 stpt) en Recht 2 (3) of Inleiding tot het recht (6) + Internationaal Recht (3) of Een semester in het buitenland in een programma Toegepaste Taalkunde < 5 jaar < 5 jaar

16 A3SG Studium Generale Een semester in het buitenland in een programma Toegepaste Taalkunde A3TF Interculturaliteit: taalfilosofisch perspectief Een semester in het buitenland in een programma Toegepaste Taalkunde *3IP Intercultureel project Een semester in het buitenland in een programma Toegepaste Taalkunde *3EX Extern vak Een semester in het buitenland in een programma Toegepaste Taalkunde MASTER IN DE MEERTALIGE COMMUNICATIE / MAMC MEMO HUIDIG OPLEIDINGSONDERDEEL EQUIVALENT OPLEIDINGSONDERDEEL CIJFERBEHOUD OF VRIJSTELLING MOGELIJK ALS A4MC Theorie van de meertalige en interculturele communicatie - A4OC Organisaties en communicatie - K4** Keuzevak - N4TC Nederlands: taal en beroep copywriting Basistaal: Nederlandse taalbeheersing 3, taal en beroep N4CC Nederlands: communicatieve vaardigheden Basistaal: Nederlandse taalbeheersing 2, communicatieve technieken *4MO Maatschappelijke ontwikkelingen in het taalgebied Maatschappij en instellingen 2 *4TB D/E/F/S: taal en bedrijf Combinatie van de twee opleidingsonderdelen van de stroom Bedrijf & administratie (L2) < 5 jaar *4TM D/E/F/S: taal en media Combinatie van de twee opleidingsonderdelen van < 5 jaar de stroom Media & Cultuur (L2) *4TA I/R: taalbeheersing Taalvaardigheid en vertaalpraktijk 3 en 4 < 5 jaar of R: taalpraktijk *4BM I/R: taal, bedrijf en media - < 5 jaar *4TA T/U: taalbeheersing Taalvaardigheid en vertaalpraktijk 3 en 4 < 5 jaar of T/U: taalpraktijk *4TB T/U: taal en beroep - < 5 jaar K4I* Inleiding taal en cultuur - A4ST Stage meertalige communicatie - A4MP Masterproef meertalige communicatie - MASTER IN HET VERTALEN / MAV MEMO HUIDIG OPLEIDINGSONDERDEEL EQUIVALENT OPLEIDINGSONDERDEEL CIJFERBEHOUD OF VRIJSTELLING MOGELIJK ALS A4VW Vertaalwetenschap - A4TV Terminologie en vertaaltechnologie - K4** Keuzevak - N4TV Nederlands: taal en beroep vertaalrevisie Basistaal: Nederlandse taalbeheersing 3, taal en beroep

17 *4MO Maatschappelijke ontwikkelingen in het taalgebied Maatschappij en instellingen 2 *4AV D/E/F/S: algemene vertaalpraktijk Taalvaardigheid en vertaalpraktijk 3 en 4 < 5 jaar *4GV D/E/F/S: gespecialiseerde vertaalpraktijk Combinatie van de twee opleidingsonderdelen van < 5 jaar een stroom gespecialiseerde vaardigheden (L2) *4TA I/R: taalbeheersing Taalvaardigheid en vertaalpraktijk 3 en 4 < 5 jaar of R: taalpraktijk *4VP I/R: vertaalpraktijk Combinatie van de twee opleidingsonderdelen van < 5 jaar een stroom gespecialiseerde vaardigheden (L2) *4TA T/U: taalbeheersing Taalvaardigheid en vertaalpraktijk 3 en 4 < 5 jaar of T/U: taalpraktijk *4VP T/U: vertaalpraktijk Combinatie van de twee opleidingsonderdelen van < 5 jaar een stroom gespecialiseerde vaardigheden (L2) A4ST Stage vertalen - A4MP Masterproef vertalen - MASTER IN HET TOLKEN / MAT MEMO HUIDIG OPLEIDINGSONDERDEEL EQUIVALENT OPLEIDINGSONDERDEEL CIJFERBEHOUD OF VRIJSTELLING MOGELIJK ALS A4TW Tolkwetenschap - A4DO Deontologie - K4** Keuzevak - N4TT Nederlands: taal en beroep tolken - N4MT Nederlands: mondelinge formuleervaardigheid Basistaal: Nederlands taalbeheersing tolken 1 *4MO Maatschappelijke ontwikkelingen in het taalgebied Maatschappij en instellingen 2 *4AT D/E/F/S: algemene tolkpraktijk Tolken < 5 jaar *4CT D/E/F/S: gespecialiseerd tolkpraktijk: community Tolken < 5 jaar *4BT D/E/F/S: gespecialiseerde tolkpraktijk: bedrijf Tolken < 5 jaar *4TA I/R: taalbeheersing Tolken of R: taalpraktijk < 5 jaar *4TO I/R: tolkpraktijk Tolken < 5 jaar *4TA T/U: taalbeheersing Tolken of T/U: taalpraktijk < 5 jaar *4TO T/U: tolkpraktijk Tolken < 5 jaar A4ST Stage tolken - A4MP Masterproef tolken -