Seksueel onderwijs onder studenten met een Islamitische achtergrond

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Seksueel onderwijs onder studenten met een Islamitische achtergrond"

Transcriptie

1 Seksueel onderwijs onder studenten met een Islamitische achtergrond Afstudeeronderzoek Marlous Schuilenburg Student nummer: Opdrachtgever: Rutgers WPF & Charlotte van Besouw Eerste beoordelaar: Arjen Nieuwenhuis Tweede beoordelaar & Afstudeercoach: Hanske Douwenga Utrecht, 22 mei 2015

2 Voorwoord Beste lezer, Mijn naam is Marlous Schuilenburg en ik volg momenteel het vierde jaar van de opleiding Ecologische Pedagogiek van de Hogeschool Utrecht, locatie Amersfoort. Voor u ligt het afstudeeronderzoek die ik in opdracht van Rutgers WPF en de coördinator van de minor Agressie en huiselijk geweld heb uitgevoerd. Met dit onderzoek wordt duidelijk wat de normen en waarden zijn van studenten met een islamitische achtergrond richting het krijgen van seksueel onderwijs op de opleiding Ecologische Pedagogiek, te Hogeschool Utrecht. Als eerste wil ik de opdrachtgever bedanken voor de mogelijkheid om dit afstudeeronderzoek bij hen uit te voeren. Wetende dat het onderzoek wordt gebruikt in de praktijk en het interessante onderwerp maakte het dubbel en dwars waard om elke drempel over te gaan. Ook wil ik mijn leerteamcoach Hanske Douwenga bedanken, die bij elk belletje en mailtje mij voorzag van advies om weer verder te gaan in het proces. Mijn zusje Suzanne Schuilenburg en huisgenootje Sandi Wieferink wil ik als laatste bedanken voor hun onvoorwaardelijke steun en opbouwende feedback die ze mij hebben gegeven. Utrecht, 22 mei 2015 Marlous Schuilenburg 2

3 Inhoudsopgave Samenvatting... 5 Hoofdstuk 1 - Inleiding... 7 Hoofdstuk 2 - Opdrachtomschrijving Aanleiding Organisatie omschrijving Relevantie Probleemstelling Doelstelling Vraagstelling Deelvragen Hoofdstuk 3 - Theoretisch kader Seksualiteit Seksuele vorming Uitstroomprofiel jeugdzorgwerker Late adolescentiefase Islamitische studenten en seksualiteit Normen en waarden in de seksualiteit Opleiding voltijd bachelor Ecologische Pedagogiek, Hogeschool Utrecht Het ecologisch perspectief Hoofdstuk 4 - Methode Dataverzamelingsmethoden Meetinstrument Steekproef Betrouwbaarheid, validiteit en bruikbaarheid Hoofdstuk 5 Resultaten Enquête studenten Ecologische Pedagogiek Interviews studenten met een islamitische achtergrond Hoofdstuk 6 Conclusie Conclusie hoofdvraag Hoofdstuk 7- Discussie Hoofdstuk 8- Aanbevelingen

4 Hoofdstuk 9 - Literatuurlijst Bijlage Beoordeling student: Interviews docenten Ecologische pedagogiek Onderzoek Rutgers WPF, Seks onder je 25 ste (aanvulling theoretisch kader) Voorbeeld enquête Topiclijst interview studenten met een Islamitische Achtergrond Uitgewerkt interview Codering interviews

5 Samenvatting De aanleiding van dit onderzoek is tot stand gekomen door publicatie van het onderzoeksrapport van de commissie Samson (2012), omringd door zorg, maar toch niet veilig. In dit onderzoek is bekend gemaakt dat jongeren onder de verantwoordelijkheid van Jeugdzorg onvoldoende zijn beschermd tegen seksueel misbruik. Als aanbeveling geeft de commissie mee dat beroepsopleidingen aanstaande jeugdzorgwerkers meer moet opleiden om gezond en ongezond seksueel gedrag te signaleren en te bespreken. Hiervoor is Rutgers WPF, de opdrachtgever van dit onderzoek, begonnen met een project waarin de trainer, de docent traint in het voorlichten van studenten in het kader van seksuele voorlichting. Omdat tot op heden niet bekend is hoe studenten in het Hoger Sociaal Agogisch Onderwijs denken over het krijgen van les in de seksualiteit, is er gevraagd of er een aantal vierdejaars studenten zijn die dit willen onderzoeken. Hierop volgend was de vraag vanuit Rutgers WPF en de coördinator van de minor agressie en huiselijk geweld of er misschien verschil is in de normen en waarden van studenten met een geloofsovertuiging en met die van studenten zonder een geloofsovertuiging. Met dit onderzoek is in kaart gebracht wat de normen en waarden zijn van studenten met een islamitische achtergrond in het bespreekbaar maken van het onderwerp seksualiteit zodat docenten hier op aan kunnen sluiten. Daarom luidt de hoofdvraag van dit onderzoek: Hoe kan het bespreekbaar maken van de seksuele vorming, in het kader van seksueel onderwijs, gegeven door docenten van de Hogeschool Utrecht opleiding Ecologische Pedagogiek, aansluiten op de normen en waarden van studenten met een islamitische achtergrond? Er is gebruik gemaakt van kwalitatief en kwantitatief onderzoek. Door een internet enquête (Survey onderzoek) zijn alle studenten van de opleiding Ecologische Pedagogiek gevraagd om hun visie te delen over het krijgen van les in het onderwerp seksualiteit. Met de resultaten en voorgaand literatuuronderzoek zijn studenten met een islamitische achtergrond geïnterviewd door middel van een diepte interview, over de normen en waarden die zij ervaren richting de seksualiteit en de islam, de seksuele voorlichting vanuit thuis en het bespreekbaar maken van het onderwerp in de klas. De steekproef van de studenten met een islamitische achtergrond is select. Door gebruik te maken van een doelgerichte steekproef kon er specifiek gericht op de studenten met een islamitische achtergrond een selectie gemaakt worden. Bij de enquêtes is er gebruik gemaakt van een enkelvoudige aselecte steekproef. Honderd twintig respondenten hebben de enquête ingevuld en er zijn zeven respondenten geïnterviewd plus twee docenten. De uitkomsten van het onderzoek zijn opgedeeld in vier deelvragen en een uiteindelijke conclusie op de hoofdvraag. De belangrijkste conclusies die zijn gegeven: driekwart van de respondenten geeft aan geen les te hebben gehad in het onderwerp seksualiteit. Wel is de vraag bij alle respondenten naar meer les in het onderwerp seksualiteit sterk aanwezig. Competenties in het uitstroomprofiel van de jeugdzorgwerker geven een goede leidraad voor de opleiding Pedagogiek om studenten verantwoorder op te leiden in het signaleren en bespreekbaar maken van gezond en risicovol seksueel gedrag. Studenten met een islamitische achtergrond willen graag eigen normen en waarden gevormd vanuit de islam richting de seksualiteit delen in de klas. Voor de studenten is het belangrijk dat de docent verantwoordt aansluit op de normen en waarden van studenten door open minded zijn of haar vak te presenteren. De docent kan reageren op de output en de sfeer in de klas. De docent respecteert de grenzen van de studenten. Gebruik maken van de juiste bronnen die gelden vanuit de islam, wat betreft het onderwerp seksualiteit, heeft ook de voorkeur van studenten met een islamitische achtergrond. 5

6 Aanbevelingen voor de opdrachtgever zijn vooral gericht op nieuw onderzoek. Vragen die hierbij zijn ontstaan zijn: wat zijn de normen en waarden van studenten met een andere geloofsovertuiging in het bespreekbaar maken van het onderwerp seksualiteit? Is er verschil tussen studenten met een geloofsovertuiging en studenten zonder geloofsovertuiging in het bespreekbaar maken van seksualiteit? En wat is de belevingswereld van de HBO student in eigen seksualiteit? Door het brede onderwerp van dit onderzoek zijn er nog vele mogelijkheden en vragen die beantwoord kunnen worden om studenten in het Hoger Sociaal Agogisch Onderwijs verantwoorder te ondersteunen in de ontwikkeling naar een professional die seksualiteit erkend, toepast en uitdraagt naar de samenleving. 6

7 Hoofdstuk 1 - Inleiding Het volgen van de minor Agressie en Huiselijk Geweld heeft in eerste plaats gezorgd voor de interesse in dit onderzoek. De eerste drie jaar van de opleiding Ecologische Pedagogiek, stonden in het teken van het aanleren van competenties, kennis en vaardigheden die mij hebben gevormd tot een aanstaand Ecologisch Pedagoog. Het onderwerp seksualiteit was toen nog weinig ingebed in het lesaanbod van de opleiding. Hier wilde ik als professional meer over leren waardoor ik in de eerste week van september de colleges ging volgen van de minor Agressie en Huiselijk Geweld. Ik was bekend met het gegeven dat kinderen, jongeren, volwassenen en ouderen weleens het slachtoffer konden zijn van huiselijk geweld of zoals nu gezegd: geweld in afhankelijkheidsrelaties. Alleen was ik niet bekend met de cijfers, de impact, de signalen, de methodes en het bespreekbaar maken van huiselijk geweld, kindermishandeling, seksueel misbruik, eergerelateerd geweld, genitale verminking, agressie, verwaarlozing, ouderenmishandeling en oudermishandeling. Daarom wilde ik graag na het volgen van de minor ook een bijdrage leveren om bovenstaande onderwerpen meer in het zicht te brengen van andere professionals. Toen ik het mailtje ontving van de coördinator van de minor, met de vraag of er studenten geïnteresseerd waren om voor haar en de organisatie Rutgers WPF een onderzoek te starten, zag ik mijn kans schoon. Met dit onderzoek moet duidelijk worden wat de visie, wensen en ervaringen zijn van studenten richting het onderwerp seksualiteit op HBO s die een opleiding volgen vanuit het Hoger Sociaal Agogisch Onderwijs. 7

8 Hoofdstuk 2 - Opdrachtomschrijving 2.1 Aanleiding De coördinator van de minor Agressie en Huiselijk geweld, drs. C. van Besouw, van de Hogeschool Utrecht benadrukt naar aanleiding van dit onderzoek, het rapport van de commissie Samson ( omringd door zorg, maar toch niet veilig ) over seksueel misbruik binnen de Jeugdzorg. Het rapport toont het belang aan om de kwaliteit van de seksuele opvoeding en begeleiding in de jeugdzorg te verbeteren. Jongeren onder de verantwoordelijkheid van jeugdzorg zijn tot op heden onvoldoende beschermd tegen seksueel misbruik. Daarom moeten jeugdzorgwerkers leren seksualiteit bespreekbaar te maken en jongeren te begeleiden bij hun seksuele en relationele ontwikkeling. Ze moeten leren seksueel geweld te signaleren en aan te pakken. Hiertoe dienen studenten op ROC s en HBO s die een beroepsopleiding volgen, gericht op het werken met jongeren, lessen te krijgen over de seksuele vorming en opvoeding en de preventie van seksueel geweld. Het thema seksualiteit is nog weinig ingebed in de reguliere onderwijspraktijk en docenten hebben daarom ook behoefte aan ondersteuning en handvaten om hierin gericht onderwijs te geven (commissie Samson, 2012). Naar aanleiding van het rapport van de commissie Samson (2012) is de organisatie Rutgers WPF begonnen met een project waarin de trainer, de beroepskracht traint in het voorlichten van studenten in het kader van seksuele voorlichting. De organisatie Rutgers WPF houdt zich door voorlichting, onderzoek en training op nationaal en internationaal niveau bezig om de maatschappij bewust te maken van het thema seksualiteit. Deze trainingen zijn gebaseerd op eigen onderzoek en competenties waaraan een beroepskracht in de zorg moet voldoen om seksualiteit bespreekbaar te kunnen maken. Rutgers WPF richt zich in dit project alleen op de docenten van opleidingen waar studenten opgeleid worden tot aanstaande hulpverleners. Daarom is de volgende vraag ontstaan: wat zijn de normen en waarden van de student zelf, in het signaleren en bespreekbaar maken van de seksuele vorming, seksuele opvoeding en preventie seksueel misbruik. Zodat Rutgers WPF en de docent beter bij studenten kunnen aansluiten als het gaat over de seksuele ontwikkeling van het kind/jongere. In dit onderzoek wordt daarom in kaart gebracht wat de normen en waarden zijn in het bespreekbaar maken van het onderwerp seksualiteit bij studenten van de opleiding Ecologische Pedagogiek. Zodat de organisatie Rutgers WPF lesmateriaal kan ontwikkelen die verantwoorder aansluit op de student zelf waardoor er gerichter naar de behoefte van de student, les kan worden gegeven door docenten. Hierdoor ontwikkelt de student vaardigheden op basis van eigen normen en waarden in het signaleren en bespreekbaar maken van gezond en ongezond seksueel gedrag. Daarop volgend is vanuit Rutgers WPF de vraag ontstaan hoe het bespreekbaar maken van het onderwerp seksualiteit verantwoordt kan aansluiten op de normen en waarden van studenten met een geloofsovertuiging. In dit onderzoek is er daarom voor gekozen om te onderzoeken wat de normen en waarden zijn van studenten met een islamitische achtergrond. Hoe ervaarde zij de seksuele opvoeding van thuis uit? Wat zijn belangrijke waarden van de islam in de seksualiteit? En welke waarden vinden studenten met een islamitische achtergrond belangrijk om zo verantwoord seksualiteit in de klas te bespreken? Met deze vragen wordt in kaart gebracht wat de behoefte is van islamitische studenten op de opleiding Ecologische Pedagogiek. Waardoor docenten verantwoorder kunnen aansluiten op de diversiteit in het lesgeven van het onderwerp seksualiteit. 8

9 2.2 Organisatie omschrijving Rutgers WPF streeft naar een wereld waarin ieder individu, man of vrouw zijn of haar eigen seksualiteit op een vrijwillige, prettige, veilige en gelijkwaardige manier kan beleven. Rutgers WPF ziet seksualiteit als een basis onderdeel van ieders leven. In een maatschappij waarin iedereen de vrijheid en het recht heeft om zijn eigen keuzes te maken en in openheid met elkaar over dit onderwerp kan praten, ontstaan er gelijkwaardige relaties en verbeteren seksuele en reproductieve gezondheid en rechten. De grondbeginselen voor een dergelijke maatschappij beginnen al bij een gezonde relationele en seksuele ontwikkeling van kinderen en jongeren (Rutgers WPF, 2015). Missie: Rutgers WPF speelt een leidende rol in het versterken van de seksuele en reproductieve gezondheid en rechten van mensen in Nederland en in Europa, Afrika en Azië. Ze hebben speciale aandacht voor de positie van jongeren, voor gelijkwaardigheid van vrouwen en mannen én voor kwetsbare groepen (Rutgers WPF, 2015). De aanpak van Rutgers WPF (2015) in het verbeteren van de seksuele gezondheid en rechten gebeurd vanuit drie pijlers: - Met onderzoek, hierdoor heeft Rutgers WPF inzicht in de stand van zaken rond het onderwerp seksuele gezondheid en rechten waardoor zij hun werk kunnen onderbouwen met bewijsvoering. - Met informatie, door het ontwikkelen van voorlichtingsmateriaal, adviezen, trainingen en handige tools voor professionals in het onderwijs en in de zorg. Stelt Rutgers WPF in staat dat professionals mensen kunnen informeren en ondersteunen. - Met pleitbezorging, zorgt Rutgers WPF bij overheden en beleidsmakers om de seksuele en reproductieve gezondheid en rechten in te bedden in wet- en regelgeving om er zo voor te zorgen dat deze ook nageleefd wordt. Door het samenwerken met organisaties en internationale netwerken met vergelijkbare of aanvullende doelen werkt Rutgers WPF aan zijn doelstellingen. Daarbij gaat Rutgers WPF altijd uit van gelijkwaardigheid van mannen en vrouwen en respecteren zij het verschil in culturen en religie(rutgers WPF, 2015). 2.3 Relevantie Dit onderzoek is relevant voor docenten, studenten en beroepsopleidingen in het Hoger Sociaal Agogisch Onderwijs en voor de Organisatie Rutgers WPF. Docenten: het onderzoek is relevant voor docenten die lesgeven in het Hoger Sociaal Agogisch Onderwijs, in het onderwerp seksualiteit. Door middel van de resultaten wordt in kaart gebracht wat de normen en waarden zijn van studenten met een islamitische achtergrond, van de opleiding Ecologische Pedagogiek aan de Hogeschool Utrecht, in het bespreekbaar maken van het onderwerp seksualiteit. Hierdoor kunnen docenten door een verantwoorde manier van lesgeven, aansluiten op deze normen en waarden zodat kennis en vaardigheden beter overgebracht kunnen worden. Studenten: door middel van dit onderzoek krijgen studenten de kans om hun normen en waarden uit te spreken waardoor hier rekening mee gehouden kan worden door docenten in de les. Dit maakt hun persoonlijke leeromgeving veiliger waardoor ze op een meer verantwoorde manier, competenties kunnen aanleren, in het signaleren van seksueel gezond- en ongezond gedrag en hoe bespreekbaar te maken. 9

10 Rutgers WPF: dit onderzoek is relevant voor Rutgers WPF omdat zij door middel van de resultaten inzicht krijgen in de normen en waarden van studenten waardoor zij gerichter lesmateriaal kunnen ontwikkelen voor Hoger Beroepsopleidingen. Dit geeft de organisatie meer winst en naamsbekendheid waardoor zij meer mogelijkheden hebben om hun missie en visie te behalen. Werkveld: door middel van dit onderzoek kunnen docenten beter aansluiten op de normen en waarden van de studenten. Waardoor de aanstaande professionals op een meer verantwoorde en veilige manier worden opgeleid tot jeugdzorgwerkers. De jeugdzorgwerker is dan competent in voorlichting geven in het onderwerp seksualiteit, heeft kennis van eigen normen en waarden en kan seksueel misbruik signaleren en bespreekbaar maken. Hierdoor zijn aanstaande jeugdzorgwerkers beter opgeleid om seksualiteit te erkennen in de ontwikkeling van kinderen en jongeren. Het werkveld profiteert hier uiteindelijk van omdat jongeren en kinderen onder de verantwoordelijkheid van Jeugdzorg verantwoorde begeleiding krijgen in de seksuele ontwikkeling waardoor zij beter beschermd zijn tegen misbruik of risicovol gedrag. Daarbij wordt het probleem van seksueel misbruik in de samenleving veel meer erkend door aanstaande jeugdzorgwerkers waardoor dit bewust terug wordt gebracht naar een minimum. 2.4 Probleemstelling Commissie Samson stelt met het rapport Omringt door zorg, maar toch niet veilig vast dat jongeren in de residentiële hulpverlening, onder de verantwoordelijkheid van de overheid, onvoldoende worden beschermd tegen seksueel misbruik (commissie Samson, 2012). Als aanbeveling geeft Commissie Samson aan dat (aanstaande) professionals meer vaardigheden moeten aanleren om seksueel misbruik en seksueel gezond gedrag te kunnen signaleren en bespreekbaar te maken met cliënten. Hierdoor is het belangrijk dat studenten les krijgen in het onderwerp seksualiteit zodat zij vanuit deze basis beter voorbereid zijn in hun latere beroepspraktijk. Om als beroepsopleiding studenten zo op te leiden dat zij voldoende competent zijn om seksualiteit te bespreken in hun eigen colleges, is er de voorwaarde dat de opleiding zelf ook rekening houdt met de diversiteit in de klas en de individuele normen en waarden van de student(rutgers WPF, 2015). Omdat de normen en waarden van studenten in het bespreekbaar maken van het onderwerp seksualiteit op de opleiding Ecologische Pedagogiek (Hogeschool Utrecht) tot op heden niet bekend is, kunnen docenten hier ook niet op aansluiten. Om seksueel onderwijs verantwoord aan te laten sluiten bij de student zelf wordt er met dit onderzoek gelegenheid gecreëerd voor studenten om hun eigen normen en waarden te delen waardoor docenten hierop kunnen participeren. 2.5 Doelstelling Na afronding van dit onderzoek zijn de normen en waarden van studenten met een islamitische achtergrond inzichtelijk gemaakt met betrekking tot het krijgen van seksueel onderwijs richting het bespreekbaar maken van de seksuele vorming in de les. Docenten vanuit de opleiding Ecologische Pedagogiek kunnen na de uitkomsten van dit onderzoek een betere aansluiting maken in het bespreekbaar maken van de seksuele vorming naar studenten met een islamitische achtergrond, waardoor zij gerichter seksueel onderwijs kunnen bieden. Dit sluit volgens het onderzoek van Samson(2012) aan bij de hulpvraag vanuit het werkveld. 2.6 Vraagstelling Voor een praktijkgericht onderzoek binnen het Hoger Sociaal Agogisch Onderwijs van de Hogeschool Utrecht en de organisatie Rutgers WPF luidt de volgende vraagstelling: Hoe kan het bespreekbaar maken van de seksuele vorming in het kader van seksueel onderwijs, gegeven door docenten van de Hogeschool Utrecht opleiding Ecologische Pedagogiek, aansluiten op de normen en waarden van studenten met een islamitische achtergrond?. 10

11 2.7 Deelvragen 1) Welke competenties zijn vereist in het kader van seksueel onderwijs voor studenten vanuit het Hoger Sociaal Agogisch Onderwijs om seksualiteit en dus de seksuele vorming verantwoord te signaleren en te bespreken? 2) Wat is er tot op heden aan seksueel onderwijs gegeven aan studenten op de opleiding Ecologische Pedagogiek? 3) Wat betekent de islam voor de seksuele ontwikkeling van studenten met een islamitische achtergrond? a) Hoe was de seksuele opvoeding van studenten met een islamitische achtergrond die zij van thuis uit hebben genoten? 4) Wat zijn de normen en waarden van studenten met een islamitische achtergrond rond het verantwoord bespreekbaar maken van de seksuele vorming in het kader van seksueel onderwijs in de les? 11

12 Hoofdstuk 3 - Theoretisch kader Om antwoord te geven op de vraag; Hoe kan het bespreekbaar maken van de seksuele vorming in het kader van seksueel onderwijs, gegeven door docenten van de Hogeschool Utrecht opleiding Ecologische Pedagogiek, aansluiten op de normen en waarden van studenten met een islamitische achtergrond?, wordt er in dit theoretisch kader een beeld geschetst en verbinding gemaakt tussen de volgende onderwerpen: - seksualiteit; - seksuele vorming; - uitstroomprofiel jeugdzorgwerker; - late adolescentiefase; - islamitische studenten en seksualiteit - normen en waarden; - bacheloropleiding Ecologische Pedagogiek Hogeschool Utrecht; - ecologisch perspectief. 3.1 Seksualiteit De Dikke van Dale beschrijft seksualiteit als: alles wat het geslachtsverkeer betreft. Van Lankveld, Ter Kuile, en Leusink (2010) beschrijven seksualiteit als een seksuele beleving en seksueel gedrag dat wordt gestuurd door biologische, psychologische en sociaal-culturele invloeden. Ebbers (2002) verwoordt het begrip door: seksualiteit omvat het hele scala van genieten van jezelf, zelfbevrediging, intimiteit, naar elkaar kijken, samen douchen, strelen, liefkozen, vrijen tot geslachtsgemeenschap. Daarbij is seksualiteit niet alleen verbonden aan relatie maar kan ook alleen beleefd worden, evenmin is het gebonden aan een bepaalde seksuele voorkeur, huidskleur, sekse, religie of het al dan niet hebben van een handicap. Bovenstaande beschrijvingen laten zien dat seksualiteit niet een statisch begrip is maar het onderwerp leeft in alle vormen en maten in onze samenleving door eigen ervaringen, wensen, culturen, geloofsovertuigingen, voorkeuren en normen en waarden. Seksualiteit neemt voor ieder zijn eigen vorm aan waardoor het uitermate belangrijk is voor dit onderzoek om rekening te houden met de individuele normen en waarden van de studenten met een islamitische achtergrond zelf. Hierdoor kan er een beter beeld geschetst worden van de manier waarop deze groep studenten de seksuele vorming beleven en op welke wijze dit volgens hen het best bespreekbaar gemaakt kan worden. 3.2 Seksuele vorming De voorwaarde om op een verantwoorde manier studenten seksualiteit bespreekbaar te laten maken met cliënten, is in eerste plaats het krijgen van onderwijs over het verloop van de seksuele vorming van kinderen en jongeren. Wat is gezond seksueel gedrag en wat neigt naar bijvoorbeeld seksueel geweld of grensoverschrijdend? Daarbij is het leren herkennen en erkennen van eigen normen en waarden en leerpunten erg belangrijk om zo objectief mogelijk het gesprek met cliënten aan te gaan. Hierdoor blijft het onderwerp bespreekbaar aangezien de cliënt minder het gevoel zal hebben dat hij of zij veroordeeld wordt (Mouthaan, Gurses, Ohlrichs, Boer & Ruijken, 2012). De seksuele vorming is de ontwikkeling van kinderen, jongeren en jong volwassene in het leren van de cognitieve, sociale, emotionele en fysieke aspecten van seksualiteit. Hierdoor kunnen zij door de verkregen kennis, vaardigheden en ontwikkelde normen en waarden, verantwoordelijkheid nemen voor hun eigen seksuele gezondheid en daarbij ook genieten van hun eigen seksualiteit en het aangaan van een veilige en vertrouwde relatie met zichzelf en anderen (WHO Europese Afdeling en BZgA, 2010). 12

13 Mouthaan, et al. (2012) hebben, onder leiding van Rutgers WPF, een handleiding samengesteld voor leerkrachten van lerarenopleidingen die studenten opleidt in het bespreekbaar maken van de seksuele en relationele vorming met jongeren in het voortgezet onderwijs. De handleiding is samengesteld naar aanleiding van zes competenties waaraan de student uiteindelijk moet voldoen om in een vertrouwde omgeving de jongeren aan te leren om: - Met respect om te gaan met hun eigen en andermans lichaam en identiteit; - In staat zijn om intieme relaties aan te gaan, te onderhouden en te beëindigen; - Verantwoordelijk leren omgaan met seksualiteit en hierin gezonde keuzes te maken. De zes competenties waarin de student zichzelf vaardigheden, kennis en attitudes eigen maakt om de seksuele en relationele vorming bespreekbaar te maken zijn: 1. De leraar voortgezet onderwijs onderkent het belang van seksuele en relationele vorming voor leerlingen en onderkent zijn of haar leerpunten bij het geven van seksuele en relationele vorming. 2. De leraar voortgezet onderwijs is in staat bij lessen seksuele en relationele vorming aan te sluiten bij de seksuele ontwikkeling van jongeren en houdt hierin rekening met het ontwikkelingsniveau, de ervaring, kennis en behoeften van leerlingen en de invloeden die hierin een rol kunnen spelen. 3. De leraar voortgezet onderwijs is in staat tijdens de lessen over seksuele en relationele vorming een zodanige veilige, vertrouwde leeromgeving tot stand te brengen en te bewaken dat leerlingen op een respectvolle manier met elkaar praten over seksualiteit en relaties. 4. De leraar voortgezet onderwijs is zich bewust van diversiteit in seksuele waarden en normen, staat open voor deze diversiteit en toont hier respect en begrip voor. 5. De leraar voortgezet onderwijs kan signalen duiden op seksuele en relationele problematiek, benoemen en kan leerlingen zo nodig verwijzen naar relevante hulpverleningsinstanties. 6. De leraar voortgezet onderwijs kan lessen en relationele vorming verzorgen en daarbij gebruik maken van bestaande, bij voorkeur effectieve, methodieken voor seksuele en relationele vorming (Mouthaan, et al., 2012). Bovengenoemde handleiding is vooral van toepassing voor studenten die later als leerkracht in het voorgezet onderwijs willen gaan werken. Dit betekent niet dat de handleiding alleen bestemd is voor aanstaande leerkrachten. De handleiding is ook een goede leidraad voor studenten van de opleiding Ecologische Pedagogiek. De competenties geven goed weer wat een aanstaand professional aan vaardigheden en kennis moet hebben om de seksuele en relationele vorming met jongeren bespreekbaar te maken. 13

14 3.3 Uitstroomprofiel jeugdzorgwerker Na publicatie van het rapport: omringt door zorg, maar toch niet veilig van Commissie Samson, nam Jeugdzorg Nederland de volledige verantwoordelijkheid voor de aanpak om seksueel misbruik te voorkomen. Hiervoor is de commissie: Voorkomen van seksueel misbruik in de Jeugdzorg ingesteld die verantwoordelijk werd voor het maken van een kwaliteitskader. Daarom is er door Jeugdzorg Nederland en in samenwerking met Vereniging Hogescholen afgesproken om een themacompetentie seksuele ontwikkeling te maken. Genaamd het Addendum voor het uitstroomprofiel Jeugdzorgwerker. Hier staan competenties in die de student in het Hoger Sociaal Agogisch Onderwijs competent maakt in het signaleren van een gezonde of afwijkende seksuele ontwikkeling en het handelen bij seksueel risicogedrag en seksueel misbruik (Jeugdzorg Nederland en Vereniging Hogescholen, 2013). Hieronder worden de gedragskenmerken en kennis die een startbekwame jeugdzorgwerker na afronding van een HBO Bachelor moet hanteren volgens het Addendum. De startbekwame jeugdzorgwerker: - Erkent dat seksualiteit zijn plaats heeft in het dagelijks leven en dat het aan de jeugdzorgwerker is om dit op de juiste manier te begeleiden. - Benoemt persoonlijke dilemma s op het gebied van seksualiteit en intimiteit, en gaat hierover in dialoog met anderen. - Toont zich doordrongen van het risico dat hij de neiging kan hebben om de ogen te sluiten voor seksueel risicogedrag en seksueel misbruik en bespreekt dit risico met anderen. - Is bekend met het risico van secundaire traumatisering voor zichzelf en collega s ten gevolge van frequent horen van schokkende verhalen en gaat daarover het gesprek aan met anderen. - Gedraagt zich als rolmodel op het gebied van seksualiteit en intimiteit; hanteert kleding- en gedragsnormen passend bij beroep en context. - Kan uitleggen waarom de invulling van seksuele voorlichting afhankelijk is van de specifieke context. - Kent actuele interventies, gericht op het geven van seksuele voorlichting en het waarborgen van een gezonde seksuele ontwikkeling van jeugdigen. - Biedt de jeugdige/opvoeder veiligheid in gesprekken over seksualiteit, seksueel risicogedrag en seksueel misbruik; sluit aan bij beleving en tempo van de jeugdige/opvoeder en toont zich meerzijdig partijdig. - Is alert op signalen van seksueel risicogedrag, seksueel overschrijdend gedrag en seksueel misbruik door jeugdigen en/of opvoeders, en handelt bij signalen, conform de wet- en regelgeving (meldcode en protocol) - Maakt in samenspraak met collega s en leidinggevende een veiligheidsinschatting en zet stappen om de jeugdige te beschermen. - Beschouwt de problematiek van seksueel risicogedrag en seksueel misbruik als mogelijk onderdeel van de multi problematiek van jeugdige/opvoeders. - Kent risicofactoren die de kans op seksueel risicogedrag en seksueel misbruik door professionals doen toenemen, en stelt zichzelf en anderen vragen over het handelen op het gebied van seksualiteit en intimiteit tussen jeugdzorgwerkers en jeugdigen en jeugdigen onderling (Jeugdzorg Nederland & Vereniging Hogescholen, 2013). 14

15 De startbekwame jeugdzorgwerker dient de volgende kennis van de seksuele ontwikkeling en seksueel misbruik te hebben: - Kennis van ontwikkelingstaken van jeugdigen, een gezonde seksuele ontwikkeling en de risico s die bij seksuele ontwikkeling horen. - Kennis van een afwijkende seksuele ontwikkeling en bijbehorende lichamelijke- en gedragssignalen. - Kennis van methodieken om seksueel risicogedrag en seksueel misbruik te signaleren en te duiden - Kennis van risicofactoren bij jeugdigen, opvoeder en professionals (risico s om seksueel misbruik te plegen of om slachtoffer te worden). - Kennis van de gevolgen van seksueel misbruik voor jeugdigen en opvoeders. - Kennis van feiten en cijfers op het gebied van seksueel risicogedrag en seksueel misbruik in de jeugdzorg. - Kennis van wet- en regelgeving op het gebied van seksualiteit, seksueel risicogedrag en seksueel misbruik (o.a. de meldcode). - Kennis van protocollen, richtlijnen en normen binnen de organisatie (gericht op het thema seksuele ontwikkeling en seksueel misbruik ) - Kennis van de normen en grenzen op het gebied van seksualiteit die in de beroepscode beschreven staan. - Kennis van instanties die hulp bieden aan plegers en slachtoffers (Jeugdzorg Nederland en Vereniging Hogescholen, 2013). Volgens het uitstroomprofiel moet een aanstaand jeugdzorgwerker seksueel gezond en afwijkend gedrag kunnen signaleren, als rolmodel fungeren, persoonlijke dilemma s benoemen op het gebied van seksualiteit en intimiteit, seksuele voorlichting kunnen geven en handelen bij seksueel risicogedrag of seksueel misbruik. Om bovenstaande competenties eigen te maken, is het belangrijk voor de student om kennis te hebben van zijn of haar seksuele vorming, grenzen en normen en waarden op het gebied van seksualiteit. Hiervoor is ruimte nodig voor het krijgen van informatie en daarnaast de ruimte om dit op een veilige en verantwoorde manier bespreekbaar te maken. Onder een verantwoorde manier van lesgeven in de seksualiteit op beroepsopleidingen wordt verstaan: het creëren van een veilige sfeer in de klas waarin de docent rekening houdt met de normen en waarden van de student en de diversiteit van bijvoorbeeld cultuur, geloofsovertuiging, werkervaring, leeftijd en sekse. De docent is bewust van de competenties waaraan het lesmateriaal is verbonden waardoor studenten in staat zijn de benodigde kennis, houding en vaardigheden eigen te maken. Daarbij kan de docent reactie geven op de output die studenten naar aanleiding van de gekregen informatie geven, waardoor het onderwerp bespreekbaar blijft in de klas (Rutgers WPF, 2015). 15

16 3.4 Late adolescentiefase De studenten vanuit de onderzoeksgroep bevinden zich in de late adolescentiefase. Deze fase begint ongeveer op zestien jarige leeftijd en is voldaan rond hun tweeëntwintigste jaar. In deze fase zijn de hersenen van een jongere gerijpt en houdt hij of zij meer rekening met de sociale en emotionele gevolgen van hun eigen gedrag. De eigen identiteit staat in deze fase voorop waardoor jongeren veel zelfbewuster zijn en keuzes gaan maken voor hun eigen toekomst. Zoals het beginnen van een studie of juist gaan werken, het krijgen van een vaste relatie of op kamers gaan in een andere stad. De jongeren stellen zich in deze fase veel verantwoordelijker op en kijken naar de lange termijn effecten van hun gemaakte keuzes. Ook kunnen de jongeren in deze fase nog terugvallen naar meer onvolwassenheid waardoor de begeleiding en steun van ouders erg belangrijk is om de ontwikkeling van hun eigen identiteit weer voor te zetten (puberenco.nl, 2014). De seksuele identiteit staat in deze fase centraal voor de student. De student ontdekt de mogelijkheden en eigen wensen in zijn of haar eigen seksualiteit en in relaties met andere. Deze kennis komt voort uit drie verschillende factoren: de biologie, de sociologie en de psychologie. De biologische factoren van de seksualiteit hebben de studenten in deze fase al doorlopen. Dit is vooral gebaseerd op de lichamelijke veranderingen van een individu, zoals borstgroei, haargroei en de menstruatie die opgang komt door de hormonale processen. Deze processen beginnen in de vroege adolescentie en eindigen rond het vijftiende levensjaar (De Bil & De Bil, 2009). De sociologische factoren van de seksualiteit zijn vooral gebaseerd op het proces waarin een student leert omgaan met seksualiteit door verkregen informatie uit zijn of haar omgeving. Ook wel het socialisatieproces genoemd. De normen en waarden die de student meekrijgt richting seksueel gedrag zijn vaak afkomstig van ouders, leeftijdsgenoten, andere volwassenen en de media. Deze normen en waarden in de seksualiteit zijn vaak gevormd door cultuur, religie, land van herkomst en woongebied. De normen en waarden die gevormd zijn vanuit de omgeving, hebben ook een hele grote invloed op de uiteindelijke seksuele identiteit van de student (De Bil & De Bil, 2009). De psychologische factoren voor de ontwikkeling van de seksuele identiteit is vooral gebaseerd op twee begrippen; het seksueel script en het lichaamsbeeld. Het seksueel script houdt in dat de individuele mens zich houdt aan bepaalde codes of normen en waarden in zijn of haar seksueel gedrag dat geaccepteerd wordt door de maatschappij. Hier in Nederland is er bijvoorbeeld de code dat je niet midden op straat seksueel intiem bent maar dat dit meer plaatsvindt in privé omstandigheden. Deze codes maakt dat een individu zijn eigen seksueel script ontwikkelt in bijvoorbeeld seksuele voorkeur richting sekse, seksuele activiteiten en normen en waarden in bijvoorbeeld de keuze wel of geen geslachtsgemeenschap voor het huwelijk. Het seksueel script staat voor een individu niet vast deze kan veranderen door ervaring, tijd of een ontmoeting met het seksueel script van een ander(de Bil & De Bil, 2009). Het tweede begrip in de psychologische factoren is het lichaamsbeeld. Het beeld dat een individu heeft naar zijn of haar lichaam heeft veel invloed in het positief of negatief ervaren van seksualiteit. Vooral door de komst van de media is het lichaamsbeeld van jongeren sterk afhankelijk in het ervaren van seksualiteit. Het uiterlijk is tegenwoordig erg belangrijk voor jongeren om een positief zelfbeeld te ontwikkelen. Wanneer jongeren een negatief zelfbeeld ontwikkelen, kunnen zij minder genieten van hun eigen seksualiteit en die met andere. Hierdoor is het belangrijk voor de seksuele identiteit van jongeren dat zij ook ontwikkelen in een positief lichaamsbeeld voor een goede ervaring met seksualiteit (De Bil & De Bil, 2009). 16

17 3.5 Islamitische studenten en seksualiteit Religie draait om het geloof in een hogere, bovennatuurlijke macht, het Goddelijke of God. Het geloof en de aanname van de daar bijbehorende ideeën en voorschriften hebben invloed op waarden en normen, opvattingen en gedrag van mensen (Van Ginneken, Ohlrichs, en Van der Vlugt, 2007). De islam is dus van grote waarde voor de ontwikkeling van de waarden en normen waarnaar de studenten met een islamitische afkomst leven. De studenten zijn dagelijks bezig met de invulling van hun leven die grotendeels gevormd is door hun geloof en de cultuur waarin ze zijn opgegroeid. De islam staat voor vrede of onderwerping. Een moslim leeft naar de invulling van de islam en onderwerpt zich aan Allah. Hierdoor vinden ze vrede in zichzelf en tussen volkeren. Moslims geloven en leven naar hun heilige boek de Koran, die in hun geloofsovertuiging is geschreven, begin ter tijden door Allah. Islamitische jongeren die opgegroeid zijn in deze maatschappij leven met de traditionele en religieuze opvattingen van hun families die vooral gebaseerd zijn op de wij cultuur. Dit betekent vaak voor de islamitische jongeren dat ze leven in een maatschappij waarin ze binnenhuis opgevoed worden door rekening te houden met de eer van de familie. En anderzijds worden de jongeren door de westerse cultuur, de ik cultuur gestimuleerd om meer voor jezelf te kiezen, te gaan voor je eigen wensen, dromen en ontwikkeling. Het verschil tussen deze twee culturen leidt soms tot innerlijke of inter-familiale conflicten voor islamitische jongeren (Van Ginneken, et al., 2007). De invulling van de islam is ook van grote betekenis in de seksualiteit en het bespreekbaar maken van de seksuele vorming bij jongeren van islamitische afkomst. De islam erkent de seksuele gevoelens van de mens. Seksueel contact tussen twee mensen is daarom ook een vorm van godsverering. De Islam maakt wel heel duidelijk onderscheid tussen legitieme(nikah) en illegitieme (zinah) seksualiteit. Alleen seksueel contact tussen man en vrouw in het huwelijk wordt toegestaan (Bouhdiba, 2008). Kuisgedrag geldt dus zowel voor de man als voor de vrouw. In de Koran wordt dit voor de vrouw beschreven als: Zeg tot de gelovige vrouwen dat zij hun ogen neerslaan en hun schaamstreek kuis bewaren en dat zij hun sieraad niet openlijk tonen, behalve wat gewoon al zichtbaar is (Buitelaar, 2002, p. 139). Voor de man wordt dit beschreven als: Zeg tot de gelovige mannen dat zij hun ogen neerslaan en hun schaamstreek kuis bewaren (Buitelaar, 2002, p. 139). De uitwerking van de controle op kuisgedrag van de man en vrouw wordt cultureel vaker toegepast door sociale controle op de vrouw dan op de man. De man heeft meer bewegingsvrijheid dan de vrouw door culturele uitwerkingen. Het belangrijke voor dit theoretisch kader is om mee te nemen dat de vrouw en de man gelijke rechten volgens de islam wat betreft seksualiteit (Buitelaar, 2002). Uit onderzoek van De Graaf, Kruijer, Van Acker en Meijer (2012)waarvan de resultaten in de bijlage vermeldt staan, blijkt dat islamitische jongeren en dan vooral gericht op de meisjes, op een andere manier bezig zijn met seksualiteit dan niet gelovigen meisjes. De resultaten geven weer dat de normen en waarden van de islamitische meiden meer gevormd zijn aan de hand van religie en de opvoeding vanuit ouders. Hierdoor maken zij meer de keuze om geen geslachtsgemeenschap te hebben voor het huwelijk of in een vaste relatie. De kijk van islamitische meisjes naar hun eigen lichaamsbeeld is positiever dan bij niet gelovigen meisjes. Dit kan bevorderlijk zijn voor de ontwikkeling van de seksuele identiteit. Homonegativiteit is ook een onderwerp die duidelijk naar voren komt en waarbij iets meer dan de helft geen behoefte heeft om geconfronteerd te worden met homoseksualiteit in het openbaar. Kennis op het gebied van voortplanting, soa, anticonceptie en maagdelijkheid is bij islamitische meiden minder dan bij niet gelovigen meiden. Daarnaast komt de autonomie in de keuzevrijheid van islamitische meiden in het zelf bepalen van hun eigen partnerkeuze, anticonceptie en het hebben van geslachtsgemeenschap naar voren. Islamitische meiden laten hierin de keuze nog veel liggen bij hun ouders (De Graaf, et al., 2012). 17

18 3.6 Normen en waarden in de seksualiteit Met dit kwalitatieve onderzoek worden studenten met een islamitische achtergrond geïnterviewd naar aanleiding van hun individuele normen en waarden richting het bespreekbaar maken van de seksuele vorming in de klas. De verschillende thema s waarin de studenten hun mening geven zijn gebaseerd op de thema s vanuit het theoretisch kader en de resultaten van de enquêtes. Onder het begrip Normen wordt in dit onderzoek verstaan; de invulling van de waardes die de student belangrijk vind richting het bespreekbaar maken van de verschillende thema s in de seksuele vorming. Wat verwacht de omgeving van de student in haar gedragingen richting dit onderwerp door te leven naar de maatstaven van haar ontwikkelde waardes? Onder het begrip Waarden wordt in dit onderzoek verstaan; de fundamentele en gemeenschappelijke ideeën van mensen over wat zij belangrijk vinden om naar te leven. Het zijn maatstaven die mensen gebruiken om te bepalen of ze iets goed of slecht vinden, denk hierbij aan; betrouwbaarheid, eerlijkheid en respect (Ebbers, 2002). 3.7 Opleiding voltijd bachelor Ecologische Pedagogiek, Hogeschool Utrecht De bacheloropleiding voltijd Ecologische Pedagogiek maakt deel uit van het instituut voor Ecologische Pedagogiek van de Hogeschool Utrecht. Ze werken vanuit het opleidingsconcept Levend Leren. Studenten worden opgeleid tot zelfverantwoordelijke, zelfinzichtelijke individuen die zich betrokken voelen bij hun eigen leerproces en die van hun (toekomstige) cliënten (Hogeschool Utrecht, 2014a). De gezamenlijke verantwoordelijkheid ligt bij de student, medestudent en leerteamcoach in het gehele proces van Levend Leren in de studieperiode. De opleiding heeft vier opleidingsjaren waarbij het eerste jaar onder de propedeuse valt en de jaren twee tot en met vier onder de hoofdfase. In het schooljaar volgen 758 mannelijke en vrouwelijke studenten de opleiding Ecologische Pedagogiek. De opleiding richt zich op de maatschappelijke integratie en participatie van kinderen en jongeren in het algemeen en van risicokinderen en jongeren. Persoonlijkheidsvorming, sociaal-culturele ontwikkeling, cultivatie van normbesef en sociaal gedrag waarbij de student leert samenwerken in multidisciplinaire context, in het aanleren van beroepsgerichte kwaliteiten en persoonlijke kwaliteiten, maken dat de opleiding zich onderscheidt van andere opleidingen in de Pedagogiek. Daarbij leert de student allesomvattend denken en beroepsmatig te handelen in de verschillende milieus (gezin, school, buurt en digitale wereld) betreft de opvoeding binnen- en buitenshuis (Hogeschool Utrecht, 2014a). 18

19 3.8 Het ecologisch perspectief Eén van de kernbegrippen die in de Ecologische Pedagogiek wordt beschreven is: het gesprek opzoeken met een ander, vooral met hen die niet gehoord worden (Hogeschool Utrecht, 2014b, p. 8). Hier wordt het ecologisch perspectief in dit onderzoek vooral op gericht. De student krijgt de mogelijkheid om haar stem te geven in het creëren van een ander perspectief voor docenten uit het Hoger Sociaal Agogisch Onderwijs en/of belanghebbende organisaties. In dit onderzoek wordt betekenis gegeven aan de kleine verhalen van studenten met een islamitische achtergrond. De beleving van ieder individu is belangrijk om gehoord te worden en te begrijpen omdat ieder individu nieuwe kennis en informatie kan toevoegen aan dit onderzoek. De studenten hebben tot op heden hun normen en waarden betreft het krijgen van seksueel onderwijs nog niet gedeeld op de opleiding. Waardoor met dit onderzoek aan hen een stem is gegeven die nog niet gehoord was (Hogeschool Utrecht, 2014b.) Door het actief betrekken van de studenten wordt er volgens de kritisch emancipatorische stroming een situatie gecreëerd waarbij de studenten hun eigen normen en waarden mede onderzoeken en mede bepalen wat voor hen een veiligere leeromgeving is om in te ontwikkelen (Malschaert & Traas, 2009). Hier kan de docent dan weer op een verantwoordelijke manier op aansluiten waardoor de studenten in een veiligere leeromgeving kunnen ontwikkelen naar een Ecologisch Pedagoog die seksualiteit erkent en bespreekt met cliënten. De kracht van de pedagogiek is het verhaal van kinderen en jongeren, opvoeders en andere betrokkenen begrijpen en verstaan. Dat betekent onder meer voor de pedagoog met een ecologisch perspectief: niet te snel conclusies trekken of verhalen van kinderen en jongeren vanuit één theorie verklaren in een zoektocht naar een dominante waarheid, maar juist meerdere perspectieven ontdekken (Hogeschool Utrecht, 2014b, p. 7). Bovenstaande laat zien dat een pedagoog uitgaat van meerdere perspectieven en ruimte geeft aan het verhaal van ieder individu. Het onderzoek sluit hierop aan doordat er meerdere perspectieven zijn gebruikt. Het eerste perspectief bestaat uit literatuuronderzoek. Door gebruik te maken van meerdere bronnen betekende elk nieuw stukje theorie, een verbreding en dus een verdieping in al gemaakte vraagstukken van het onderwerp seksualiteit en de islam of seksueel onderwijs. Hierdoor konden er vragen voor het tweede perspectief van dit onderzoek worden gevormd namelijk de enquête. Door het versturen van de enquête kon er een algemeen beeld worden geschetst hoe de student dacht over het les krijgen in het onderwerp seksualiteit. Met de resultaten van de enquête zijn er vragen gemaakt voor de diepte interviews met de studenten met een islamitische achtergrond(derde perspectief). In de interviews is er ook gebruik gemaakt van de verschillende systemen namelijk: het gezin (microsysteem), studenten werden gevraagd hoe zij keken naar hun eigen seksuele opvoeding vanuit thuis. De studenten werden gevraagd naar eigen normen en waarden in het bespreekbaar maken van het onderwerp seksualiteit op school (mesosysteem). En als laatste werden studenten gevraagd om belangrijke waarden vanuit de islam (macrosysteem) richting de seksualiteit te delen in dit onderzoek (Ploeg, van der, 2005). Het vierde perspectief van het onderzoek zijn de interviews met docenten die lesgeven in het onderwerp seksualiteit. Het ecologisch perspectief is op deze wijze terug te vinden in het onderzoeksproces. 19

20 Hoofdstuk 4 - Methode 4.1 Dataverzamelingsmethoden In dit onderzoek is er gebruik gemaakt van een kwalitatieve en kwantitatieve dataverzameling. De kwantitatieve dataverzameling bestond uit een surveyonderzoek. Hierbij zijn studenten van de opleiding Ecologische Pedagogiek, te Hogeschool Utrecht via een internetenquête gevraagd, om via de link in de de enquête in te vullen. Surveyonderzoek is een gestructureerde dataverzamelingsmethode waarbij de vraagstelling van te voren is vastgesteld. Door het geven van weinig antwoordmogelijkheden wordt er door middel van een kwantitatieve analyse een betrouwbaar beeld geschetst van de behoefte van de student (Verhoeven, 2010). Het nadeel van een surveyonderzoek is dat de waarom vraag van de student, voor het maken van zijn of haar keuze niet wordt beantwoordt. Daarom is er bij elke vraag de mogelijkheid gegeven voor het beschrijven van een toelichting. Deze resultaten worden per vraag weer gecodeerd door een kwalitatieve analyse waardoor de beweegredenen per onderwerp duidelijk worden van de student. De vragen van de enquête (Voorbeeld enquête, blz. 47) zijn naar aanleiding van de literatuur in het theoretisch kader samengesteld. Hierdoor zijn de vragen afgebakend naar het onderwerp seksueel onderwijs en de behoefte van de student zelf. De resultaten van de enquête werden hierdoor een weergave van hoe de studenten van de opleiding Ecologische pedagogiek, denken over het krijgen van seksueel onderwijs, wat hun behoefte daarin is en hoe de docent hier verantwoordt op aan kan sluiten. De enquête is verstuurd naar 758 studenten, waarvan 120 studenten de enquête hebben ingevuld. Een aantal vragen die zijn gesteld: krijg je les in het onderwerp seksualiteit? Zou het een probleem zijn om seksualiteit bespreekbaar te maken in de klas? Welke drie waarden zijn voor jou belangrijk in het bespreekbaar maken van het onderwerp seksualiteit? Wat is voor jou een veilige sfeer om seksualiteit te bespreken en heb je een voorkeur voor een mannelijke of vrouwelijk docent of maakt dit niet uit? Met de resultaten van de enquête, zijn zeven studenten met een islamitische achtergrond geïnterviewd, zes uit het eerste jaar en één uit het vierde jaar (Topiclijst interviews, blz. 53). De kwalitatieve dataverzameling gaf het onderzoek een verdiepingsslag door de mogelijkheid voor deze groep studenten om hun normen en waarden vanuit de islam, ten overstaan van het onderwerp seksualiteit te delen. Hierin staat de beleving van de student met een islamitische achtergrond voorop. Ook is er gekozen voor een diepte interview omdat de omvang van de populatie een beperkte groep is waardoor de mening van elke student nieuwe informatie toevoegt aan dit onderzoek (Verhoeven, 2010). Daarbij is het onderwerp seksualiteit een onderwerp waar ieder individu een eigen interpretatie aan kan geven waardoor het houden van een diepte interview de mogelijkheid geeft om deze uit te spreken. 4.2 Meetinstrument De meetinstrumenten van dit onderzoek zijn een internetenquête en een half gestructureerd interview. De topiclijst van de half gestructureerde interviews zijn samengesteld naar de onderwerpen waaruit blijkt (in het theoretisch kader en de resultaten van de enquête) dat de respondenten meer waarden aan hechten in het bespreekbaar maken van het onderwerp seksualiteit. Er is gekozen voor een half gestructureerd interview zodat alle onderwerpen van de topiclijst aanbod komen. Hierdoor kan er gerichter antwoord worden gegeven op de hoofdvraag van dit onderzoek. 20

21 Verder is er gekozen voor een half gestructureerd interview omdat de mening van de respondent meer inzicht geeft in het verantwoord bespreekbaar maken van de seksuele vorming. Door het gebruik van een half gestructureerd interview is naast de vragen van de topiclijst, ook ruimte voor de mening van de respondent zelf. De interviews worden mondeling en één op één afgenomen zodat de respondent of de interviewer niet afgeleid wordt door een derde partij. De anonimiteit van de respondenten staan ook voorop doordat hun identiteit niet kenbaar wordt gemaakt. Dit maakt het onderzoek meer betrouwbaarder omdat respondenten dan minder geneigd zijn om sociaal wenselijke antwoorden te geven De vragen van de interviews met studenten met een islamitische achtergrond zijn verbonden aan vier thema s: thema 1: seksueel onderwijs tot nu toe, thema 2: waarden vanuit de Islam, thema 3; eigen opvoeding en thema 4: waarden vanuit de student richting het bespreekbaar maken van het onderwerp seksualiteit in de klas. De vier thema s worden met de resultaten van de enquêtes en de interviews met de docenten gekoppeld aan de deelvragen in het beantwoorden van de hoofdvraag. Deze indeling staat beschreven in hoofdstuk zes: conclusie. 4.3 Steekproef Onder de populatie van dit onderzoek vallen de vrouwelijke studentes met een islamitische achtergrond die de opleiding Ecologische Pedagogiek volgen aan de Hogeschool Utrecht in Amersfoort. De studentes zijn in de leeftijd van 18 tot en met 24 jaar en zitten in leerjaar één of vier. De studenten die de opleiding Ecologische Pedagogiek aan de Hogeschool Utrecht volgen en in de leeftijd van 17 tot en met 25 jaar zijn en in de leerjaren één tot en met vier zitten vallen ook onder de populatie. De steekproef van de studenten met een islamitische achtergrond is select. Door gebruik te maken van een doelgerichte steekproef kon er specifiek gericht op de studenten met een islamitische achtergrond een selectie gemaakt worden. Bij de enquêtes is er gebruik gemaakt van een enkelvoudige aselecte steekproef. Door de enquête over de gehele opleiding te versturen, had iedere student een berekenbare kans om onder de respons van dit onderzoek te vallen. De docenten die lesgeven in het onderwerp seksualiteit op de opleiding Ecologische Pedagogiek, te Hogeschool Utrecht vallen onder de populatie van dit onderzoek. De steekproef van de docenten is select getrokken dit komt doordat ongeveer drie docenten op de opleiding lesgeven in het onderwerp seksualiteit(verhoeven, 2010). De populatie van dit onderzoek is via de mail benaderd voor het invullen van de enquête, hier werd bij de laatste vraag gevraagd of ze geïnteresseerd waren om deel te nemen aan de interviews. Hierbij konden zij een adres invullen waardoor ze benaderd konden worden. Ook is er een mail verstuurd naar de docenten van de opleiding Ecologische Pedagogiek met de vraag of zij studenten met een islamitische achtergrond wilde benaderen om deel te nemen aan de interviews. Daarbij zijn er studenten met een islamitische achtergrond benaderd door hen op school aan te spreken of ze geïnteresseerd waren om ook deel te nemen aan dit onderzoek. 4.4 Betrouwbaarheid, validiteit en bruikbaarheid: Onder de betrouwbaarheid wordt nagegaan welke toevallige fouten kunnen voorkomen in het proces van dit onderzoek (Verhoeven, 2010). Het interview kan worden verstoord door omgevingsfactoren zoals geluid van andere personen, dieren of dingen waardoor de respondent minder geconcentreerd is op het interview. Daarom wordt er een ruimte gereserveerd voor het afnemen van de interviews die zo min mogelijk ruis geeft. Ook bij het analyseren van de interviews kan de onderzoeker een verkeerde interpretatie of typefout maken waardoor analyse van de resultaten minder betrouwbaar is. Daarom wordt er bij elk interview gevraagd of het gesprek mag worden opgenomen waardoor de onderzoeker de vraag meerdere malen kan terug luisteren. Na verwerking van de resultaten wordt het opgeslagen luistermateriaal meteen verwijderd zodat de anonimiteit van de respondent gewaarborgd blijft. 21

22 De validiteit van dit onderzoek betekent de mate waarin systematische fouten worden gemaakt (Verhoeven, 2010) Wanneer de respondenten onderwerpen van de topiclijst anders interpreteren kan dit ervoor zorgen dat zij andere antwoorden geven dan die bedoeld waren. Om dit zoveel mogelijk te voorkomen zal elk onderwerp van de topiclijst kort worden toegelicht en zal er een lijst met voorbeelden van waarden aanwezig zijn. Ook kan het bij het afnemen van de interviews voorkomen dat een onderwerp gevoelig ligt bij de respondent waardoor zij zich genoodzaakt voelt om een sociaal wenselijk antwoord te geven. Dit maakt het antwoord dan niet bruikbaar voor de analyse van de resultaten. Door de anonimiteit van de respondent wordt het geven van sociaal wenselijke antwoorden zo min mogelijk beperkt. Ook zijn de randvoorwaarden voor elk interview op elkaar afgestemd. Zo is er gebruik gemaakt van hetzelfde lokaal waar de respondenten werden geïnterviewd, elk interview werd ingeleid met een korte aanleiding van dit onderzoek, dezelfde vragen zijn in elk interview gesteld, onderwerpen zoals normen en waarden werden van te voren uitgelegd en elk interview is er gevraagd of het gesprek mocht worden opgenomen. Om de validiteit verder te verhogen worden de resultaten van de enquête en de resultaten van de interviews met elkaar vergeleken. Wanneer de resultaten nagenoeg aan elkaar aansluiten kan er worden geconcludeerd dat er geen sociaal wenselijke antwoorden zijn gegeven. Wanneer de resultaten niet overheen komen, kan er geconcludeerd worden dat er sociaal wenselijke antwoorden zijn gegeven of de respondenten uit de interviews verschillen in gevormde normen en waarden in vergelijking met de totaliteit van de respondenten. De bruikbaarheid van het onderzoek wordt door meerdere facetten aangetoond. Door het gebruik van literatuur gebaseerd op onderzoek en theorie is het mogelijk een afgebakend begrippenlijst te creëren die in kaart brengt wat de normen en waarden zijn van de respondenten. Door gebruik te maken van de samengestelde literatuur van de opdrachtgever geeft dit ook meer naamsbekendheid. Waardoor het onderzoek interessanter is om in deel te nemen. Doordat het onderzoek plaatsvindt op de opleiding van de onderzoeker zelf, is de omgeving en zijn de docenten bekend. De onderzoeker heeft een korter lijntje naar de nodige mensen om met de respondenten in contact te komen. Ook wordt de bruikbaarheid van het onderzoek versterkt door het interviewen van twee verschillende groepen respondenten waardoor beide kunnen worden toegevoegd aan de resultaten. 22

23 Hoofdstuk 5 Resultaten 5.1 Enquête studenten Ecologische Pedagogiek De internet enquête is door 120 respondenten ingevuld. De resultaten geven een algemeen beeld over hoe de studenten (Hogeschool Utrecht, opleiding Ecologische Pedagogiek) seksueel onderwijs zullen of willen ervaren. De resultaten van de enquête worden in de conclusie vergeleken met de resultaten van de diepte-interviews met de studenten van islamitische afkomst. Vraag 1: In welk leerjaar zit je nu van de opleiding Ecologische Pedagogiek? Vraag 2: Ik ben een Man/Vrouw. 23

24 Vraag 3: Heb je een geloofsoverstuiging? Vraag 4: In het volgen van mijn studie, is mijn geloofsovertuiging? 24

25 Vraag 5: krijg je les in het onderwerp seksualiteit op de opleiding Ecologische Pedagogiek? Respondenten die vraag 5 beantwoordde met een Ja; gaven 21 respondenten van de 32 respondenten aan, wel de seksuele ontwikkeling van baby tot en met puber te hebben behandeld in de les. 10 respondenten van de 32 respondenten die vraag 5 beantwoordde met een Ja; gaven aan wel Seksueel misbruik te hebben besproken op de opleiding. En 2 respondenten van de 32 respondenten die vraag 5 beantwoordde met een Ja, gaven aan wel Weerbaarheid in de seksualiteit, te hebben besproken op de opleiding. Vraag 6: Hoe vind je het of zul je het vinden om college te krijgen in het onderwerp seksualiteit? (twee antwoord mogelijkheden) 1. Geen probleem, ik heb geen moeite met om seksualiteit bespreekbaar te maken. 2. Liever wel, omdat ik het nuttig vind voor een goede voorbereiding in mijn latere beroepspraktijk. 3. Liever niet, omdat ik denk dat de colleges de normen en waarden in mijn geloof tegengaan. 4. Liever niet, omdat ik denk dat de colleges mijn eigen normen en waarden tegengaan. 5. Liever niet, omdat ik het moeilijk vind om over seksualiteit te praten. 57 respondenten kiezen voor optie één, 69 respondenten kiezen voor optie twee, één respondent kiest voor optie drie, nul respondenten kiezen voor optie vier en één respondent kiest voor optie vijf. 25

26 Vraag 7: In welke omgeving van onderstaande opties, voel je je het veiligst om college te krijgen in het onderwerp seksualiteit? Vraag 8: heb je een voorkeur voor een mannelijke of een vrouwelijke docent, in het veilig bespreekbaar maken van het onderwerp seksualiteit? 26

27 Vraag 9: kies uit onderstaande lijst 5 waarden die voor jou belangrijk zijn in het bespreekbaar maken van het onderwerp seksualiteit. In totaal hebben 111 respondenten deze vraag beantwoord. Vertrouwen en respect staan op een eerste gedeelde plek, waarbij de respondenten het belangrijk vinden dat met die waarden, rekening gehouden wordt in het bespreekbaar maken van het onderwerp seksualiteit. Op de tweede plaats staat veiligheid als belangrijkste waarde voor het bespreekbaar maken van het onderwerp seksualiteit. Op de derde plek is openheid het belangrijkst. Voor de vierde plaats is er door de respondenten gekozen voor de waarde privacy en als laatste staat op de vijfde plek de waarde deskundugheid.

28 Vraag 10: kies uit onderstaande situaties, de twee die voor jou het belangrijkst zijn om seksualiteit te bespreken. De docent creert een veilige sfeer in de klas door; 1. Klassikaal over het onderwerp te praten. 2. Rekening te houden met de diversiteit in de klas van cultuur, geloofsovertuiging, werkervaring, leeftijd en sekse. 3. Rekening te houden met de normen en waarden van ieder individu en bespreekt eerst ieders grenzen hierover over wat er wel en niet besproken kan worden in de klas. 4. Bewust te zijn van de competenties waaraan een student uiteindelijk moet voldoen. 5. Door te kunnen reageren op de output van de klas zodat het onderwerp seksualiteit bespreekbaar blijft. Situatie 1 Situatie 2 Situatie 3 Situatie 4 Situatie 5 Bovenstaande situaties zijn geformuleerd na de theorie van Rutgers WPF, die met deze vijf punten een verantwoorde manier van lesgeven verstaat. 80 respondenten van de 119 respondenten in totaal, vinden situaties twee (87 respondenten) en drie (73 respondenten) het belangrijkst in het creeren van een veilige sfeer in de klas door de docent. 28

Blauwdruk Leerlijn Seksualiteit

Blauwdruk Leerlijn Seksualiteit RAAK-Pro project: ezond seksueel gedrag in de residentiële jeugdzorg Blauwdruk Leerlijn Seksualiteit Het project Seksueel gezond gedrag in de RJ heeft twee doelstellingen: 1. De handelingsverlegenheid

Nadere informatie

WORKSHOP LANDELIJKE STUDIEDAG: IS HET ONDERWIJS TOE AAN SEKS? 28 januari 2016 Instituut voor Sociale Opleidingen

WORKSHOP LANDELIJKE STUDIEDAG: IS HET ONDERWIJS TOE AAN SEKS? 28 januari 2016 Instituut voor Sociale Opleidingen WORKSHOP LANDELIJKE STUDIEDAG: IS HET ONDERWIJS TOE AAN SEKS? 28 januari 2016 Instituut voor Sociale Opleidingen ONDERWERPEN Waarom willen we hier eigenlijk les over geven? Onze didactische uitgangspunten.

Nadere informatie

3 Competenties en indicatoren...11

3 Competenties en indicatoren...11 Inhoudsopgave 1 Achtergronden... 5 1.1 Seksuele gezondheid jongeren nog niet altijd optimaal...5 1.2 Belangrijke rol voortgezet onderwijs...6 1.3 Aandacht voor het thema in de kennisbases...7 1.4 Leervraag

Nadere informatie

Is het HBO onderwijs aan seks toe?

Is het HBO onderwijs aan seks toe? Is het HBO onderwijs aan seks toe? Studiemiddag 28 januari 2016 Vergadercentrum Domstad Dit project wordt mede mogelijk gemaakt door gelden van Nationaal Regieorgaan Praktijkgericht Onderzoek (SIA RAAK-Pro

Nadere informatie

Eerste effectmeting van de training ouderverstoting voor professionals in opdracht van De FamilieAcademie

Eerste effectmeting van de training ouderverstoting voor professionals in opdracht van De FamilieAcademie Eerste effectmeting van de training ouderverstoting voor professionals in opdracht van De FamilieAcademie 1 Samenvatting In opdracht van de FamilieAcademie is een eerste effectmeting gedaan naar de training

Nadere informatie

TBN - Beroepscode Tarotprofessional

TBN - Beroepscode Tarotprofessional De Tarot Beroepsvereniging Nederland zet zich in voor de belangen van tarotprofessionals in Nederland. De bij de Tarot beroepsvereniging aangesloten leden werken door het hele land. Door opleiding en nascholing

Nadere informatie

Workshop Cultureel sensitief werken met het Vlaggensysteem

Workshop Cultureel sensitief werken met het Vlaggensysteem Slotcongres Vlaggensysteem RJ Workshop Cultureel sensitief werken met het Vlaggensysteem 6 april 2017 Aanleiding Buiten de lijnen Buiten de Lijnen: Verdieping, onderbouwing en aanvulling van het Vlaggensysteem

Nadere informatie

Fase II: Onderzoeksrapport

Fase II: Onderzoeksrapport Fase II: Onderzoeksrapport Naam: Anne-Lotte van Asseldonk Studentnummer: 2048173 Opdrachtgever: Expertisecentrum Veiligheid Avans Hogeschool Begeleider opdrachtgever: Anne Boer Eerste beoordelaar: Frank

Nadere informatie

Kindermishandeling, hoe gaan pedagogisch medewerkers het tegen? Onderzoek in opdracht van e-academy The Next Page, onderdeel van de Augeo-Foundation

Kindermishandeling, hoe gaan pedagogisch medewerkers het tegen? Onderzoek in opdracht van e-academy The Next Page, onderdeel van de Augeo-Foundation Kindermishandeling, hoe gaan pedagogisch medewerkers het tegen? Onderzoek in opdracht van e-academy The Next Page, onderdeel van de Augeo-Foundation Student: Nynke Dijkstra Studentnummer S1032406 Student:

Nadere informatie

Richtlijn JGZ-richtlijn Seksuele ontwikkeling

Richtlijn JGZ-richtlijn Seksuele ontwikkeling Richtlijn JGZ-richtlijn Seksuele ontwikkeling 5. Determinanten van seksuele gezondheid-aanbevelingen Om kinderen en jongeren te kunnen ondersteunen in hun seksuele ontwikkeling is het van belang om de

Nadere informatie

Omgaan met lichamelijkheid, intimiteit en seksualiteit in de kinderopvang

Omgaan met lichamelijkheid, intimiteit en seksualiteit in de kinderopvang >Specificaties Titel: Soort: Werksituatie: Eindproduct: Omgaan met lichamelijkheid, intimiteit en seksualiteit in de kinderopvang Cursus Als pedagogisch medewerker ben je verantwoordelijk voor het welzijn

Nadere informatie

Seksuele vorming en seksuele ontwikkeling van kinderen. Marianne Cense (Rutgers WPF) & Jos Poelman (Soa Aids Nederland)

Seksuele vorming en seksuele ontwikkeling van kinderen. Marianne Cense (Rutgers WPF) & Jos Poelman (Soa Aids Nederland) Seksuele vorming en seksuele ontwikkeling van kinderen Marianne Cense (Rutgers WPF) & Jos Poelman (Soa Aids Nederland) Programma 1. Seksuele ontwikkeling van kinderen en jongeren 2. Criteria om normaal

Nadere informatie

Het onderwijsprogramma van de opleidingen Pedagogiek mei 2013

Het onderwijsprogramma van de opleidingen Pedagogiek mei 2013 Bijlage 7: Het onderwijsprogramma van de opleidingen Pedagogiek mei 2013 Visie opleidingen Pedagogiek Hogeschool van Amsterdam Wij dragen als gemeenschap en daarom ieder van ons als individu, gezamenlijk

Nadere informatie

Menukaart Gezonde School basisonderwijs: Relaties & Seksualiteit

Menukaart Gezonde School basisonderwijs: Relaties & Seksualiteit Menukaart Gezonde basisonderwijs: Relaties & Seksualiteit : Plaats: Locatie: Contactpersoon: Telefoonnummer: E-mailadres: Datum invullen: Inhoud: Om op een effectieve manier invulling te geven aan gezondheidsthema

Nadere informatie

Inhoudsopgave. Seksualiteit, intimiteit en hulpverlening Mathieu Heemelaar 5e druk VOORWOORD INLEIDING 1 BELEVING VAN SEKSUALITEIT EN INTIMITEIT

Inhoudsopgave. Seksualiteit, intimiteit en hulpverlening Mathieu Heemelaar 5e druk VOORWOORD INLEIDING 1 BELEVING VAN SEKSUALITEIT EN INTIMITEIT Inhoudsopgave Seksualiteit, intimiteit en hulpverlening Mathieu Heemelaar 5e druk VOORWOORD INLEIDING Plaatsbepaling ten opzichte van andere vakliteratuur Visie op hulpverlening Doelgroep Themataken Gebruik

Nadere informatie

PROCESDOEL 1 VRIJ EN ZELFSTANDIG LEREN DENKEN EN HANDELEN

PROCESDOEL 1 VRIJ EN ZELFSTANDIG LEREN DENKEN EN HANDELEN PROCESDOEL 1 VRIJ EN ZELFSTANDIG LEREN DENKEN EN HANDELEN Bijzondere procesdoelen 1.1. Groei naar volwassenheid 1.2. Zelfstandig denken 1.3. Zelfstandig handelen 1.4. Postconventionele instelling 1.1 Groei

Nadere informatie

Identiteitsdocument van Jenaplanschool de Sterrenwachter

Identiteitsdocument van Jenaplanschool de Sterrenwachter Identiteitsdocument van Jenaplanschool de Sterrenwachter Onze ideologie We zien iedereen als uniek en waardevol. Ieder kind heeft talenten en samen gaan we die ontdekken en ontwikkelen. Hierdoor kunnen

Nadere informatie

Seksuele gezondheid bij adolescenten

Seksuele gezondheid bij adolescenten Seksuele gezondheid bij adolescenten Lieve Peremans 18-3-2014 pag. 1 Seksualiteit en seksueel gedrag Seksualiteit is een wezenlijk onderdeel van het mens-zijn gedurende het ganse leven Is veel meer dan

Nadere informatie

Meldcode Huiselijk geweld en kindermishandeling

Meldcode Huiselijk geweld en kindermishandeling Meldcode Huiselijk geweld en kindermishandeling 28-11-2018 Inleiding Een meldcode voor huiselijk geweld en kindermishandeling helpt professionals goed te reageren bij signalen van dit soort geweld. Professionals

Nadere informatie

Safeguarding children and youth in residential and foster care: Supporting healthy sexual development Uitkomsten inventariserend onderzoek

Safeguarding children and youth in residential and foster care: Supporting healthy sexual development Uitkomsten inventariserend onderzoek Safeguarding children and youth in residential and foster care: Supporting healthy sexual development Uitkomsten inventariserend onderzoek Claire Bernaards, Mirjam Walpot, Leonieke Boendermaker, (Amsterdam

Nadere informatie

Inhoudsopgave. Voorwoord. Dankwoord. Inleiding Kerndoelen Leeswijzer Opbouw Woordgebruik en begrippen Afkortingen en aanspreekvorm Website

Inhoudsopgave. Voorwoord. Dankwoord. Inleiding Kerndoelen Leeswijzer Opbouw Woordgebruik en begrippen Afkortingen en aanspreekvorm Website Inhoudsopgave Seksuele vorming en diversiteit - Inclusieve burgerschapsvorming op school Mathieu Heemelaar Uitgeverij Coutinho Publicatie: eind april 2019 ISBN 978 90 469 0675 0 Boek + website: 25 Inhoudsopgave

Nadere informatie

Keuzekaart Loverboyspreventie Zwolle 2015

Keuzekaart Loverboyspreventie Zwolle 2015 Keuzekaart Loverboyspreventie Zwolle 2015 Overzicht van preventieactiviteiten op het gebied van loverboyproblematiek, weerbaarheid en seksueel grensoverschrijdend gedrag Samen werken aan gezondheid Voorwoord

Nadere informatie

Heeft u kennis genomen van het artikel 'GGD moet stoppen met seksvragen aan 13-jarigen' in het algemeen Dagblad van 18 februari 2014?

Heeft u kennis genomen van het artikel 'GGD moet stoppen met seksvragen aan 13-jarigen' in het algemeen Dagblad van 18 februari 2014? VVD-fractie Harderwijk C. Van der Wal-Zeggeling p/a Spiekerweg 9 3849 PT HARDERWIJK datum: ons kenmerk: uw brief van: uw kenmerk: onderwerp: 17 april 2014 U14.002313 Beantwoording van schriftelijke vragen

Nadere informatie

Achtergrond. Missie Onze missie op basis van deze situatie luidt:

Achtergrond. Missie Onze missie op basis van deze situatie luidt: Achtergrond Basisschool De Regenboog staat in de wijk Zuid-west in Boekel en valt onder het bestuur van Zicht PO. Evenals de andere scholen onder dit bestuur gaan wij de komende periode vorm geven aan

Nadere informatie

Handreiking Seksualiteit

Handreiking Seksualiteit Handreiking Seksualiteit Mannelijke seksualiteit speelt een centrale rol in belangrijke maatschappelijke vraagstukken rondom seksualisering, pornoficatie, en grensoverschrijdend gedrag. Emancipatiebeleid

Nadere informatie

Doelen relationele vorming

Doelen relationele vorming Doelen relationele vorming RV 1 Kinderen hebben vertrouwen in zichzelf RV 1.1. Ontdekken dat ieder uniek is. RV 1.2. Zich bewust worden van hun eigen kwetsbaarheid en ermee kunnen omgaan. RV 1.3. Eigen

Nadere informatie

Onderzoeksopzet. Marktonderzoek Klantbeleving

Onderzoeksopzet. Marktonderzoek Klantbeleving Onderzoeksopzet Marktonderzoek Klantbeleving Utrecht, september 2009 1. Inleiding De beleving van de klant ten opzichte van dienstverlening wordt een steeds belangrijker onderwerp in het ontwikkelen van

Nadere informatie

Ouderbijeenkomst Week van de Lentekriebels

Ouderbijeenkomst Week van de Lentekriebels Ouderbijeenkomst Week van de Lentekriebels Relationele en seksuele opvoeding op school en thuis Naam Christel van Helvoirt GGD Hart voor Brabant Waar denken jullie aan bij seksualiteit? Gevoelens Veiligheid

Nadere informatie

Het bespreekbaar maken van seksualiteit

Het bespreekbaar maken van seksualiteit Het bespreekbaar maken van seksualiteit Hoe je als (toekomstig) professional tegemoet kunt komen aan de wensen en behoeften van jongeren binnen de residentiële jeugdzorg Groep 26 Carmen van Heel (2037239)

Nadere informatie

Workshop 7. Seksuele opvoeding en afstemming met ouders

Workshop 7. Seksuele opvoeding en afstemming met ouders Workshop 7. Seksuele opvoeding en afstemming met Sanna Maris (Rutgers) & Tim Micklinghoff (CED-Groep) Welkom! Seksuele opvoeding: verschillende petten Ouderbetrokkenheid: verschillende vormen Ouderbetrokkenheid:

Nadere informatie

MELDCODE HUISHOUDELIJK GEWELD EN KINDERMISHANDELING

MELDCODE HUISHOUDELIJK GEWELD EN KINDERMISHANDELING MELDCODE HUISHOUDELIJK GEWELD EN KINDERMISHANDELING Inhoud Inhoud... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. Voorwoord... 2 Enkele begrippen... 3 Stappenplan bij signalen van huiselijk geweld en kindermishandeling...

Nadere informatie

Trainingen, workshops en coaching

Trainingen, workshops en coaching Trainingen, workshops en coaching Aanbod 2015-2016 professionals en gemeenten Beschermen & Versterken Trainingen, workshops en coaching De Jeugd- & Gezinsbeschermers zet zich in voor de bescherming van

Nadere informatie

Persoonlijk Plan Aandachtspunten omgangsvormen, verzorging, lichaamsbeleving, weerbaarheid relaties en seksualiteit

Persoonlijk Plan Aandachtspunten omgangsvormen, verzorging, lichaamsbeleving, weerbaarheid relaties en seksualiteit Persoonlijk Plan Aandachtspunten omgangsvormen, verzorging, lichaamsbeleving, weerbaarheid relaties en seksualiteit Het is belangrijk dat de begeleiding rond omgangsvormen, weerbaarheid en seksualiteit

Nadere informatie

Allemaal (een beetje) anders Jongeren, seksualiteit en culturele diversiteit

Allemaal (een beetje) anders Jongeren, seksualiteit en culturele diversiteit Permanente Vorming Actuele Filosofie 2007-2008 Seksualiteit, Globalisering en Ethiek Allemaal (een beetje) anders Jongeren, seksualiteit en culturele diversiteit Telidja Klaï Sensoa & Vrije Universiteit

Nadere informatie

Cursus. Creëer een veilig seksueel klimaat

Cursus. Creëer een veilig seksueel klimaat Cursus Creëer een veilig seksueel klimaat Colofon Uitgeverij: Edu Actief b.v. 0522-235235 info@edu-actief.nl www.edu-actief.nl Auteur: Annemieke Loos Inhoudelijke redactie: Floortje Vissers Titel: Creëer

Nadere informatie

Meldcode huiselijk geweld & kindermishandeling Kindcheck

Meldcode huiselijk geweld & kindermishandeling Kindcheck Meldcode huiselijk geweld & kindermishandeling Kindcheck Datum mei 2019 Team Processen Auteur Kees de Groot 1 1. Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling 1.1 Wat verstaan we onder huiselijk geweld

Nadere informatie

De e-learning van Gastouderland

De e-learning van Gastouderland De e-learning van Gastouderland Ook voor gastouders is het belangrijk te blijven ontwikkelen. Daarom bieden wij diverse modules aan die speciaal ontwikkeld zijn voor de kinderopvang. Gastouderland werkt

Nadere informatie

Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling

Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling Inhoudsopgave Overeenkomst meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling 2 Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling 3 Toelichting meldcode huiselijk

Nadere informatie

Missie van de Oosteinder: Het verzorgen van primair onderwijs in Aalsmeer Oost vanuit een integratieve aanpak en katholieke geloofsovertuiging.

Missie van de Oosteinder: Het verzorgen van primair onderwijs in Aalsmeer Oost vanuit een integratieve aanpak en katholieke geloofsovertuiging. Missie van de Oosteinder: Het verzorgen van primair onderwijs in Aalsmeer Oost vanuit een integratieve aanpak en katholieke geloofsovertuiging. Wij zijn een katholieke school en daarom vinden het belangrijk

Nadere informatie

: Mw F. Langerak- Oostrom

: Mw F. Langerak- Oostrom RAADSVOORSTEL ter besluitvorming in de raad Datum Forum vergadering : 1 december 2015 Zaaknummer :203787 Datum Raadsvergadering : 14 december 2015 Portefeuillehouder Verantwoordelijk MT-lid : Mw F. Langerak-

Nadere informatie

Opleiding consulent seksuele gezondheid NVVS

Opleiding consulent seksuele gezondheid NVVS Dat vind ik een van de mooiste dingen aan de seksuologie: dat de geestelijke en de somatische gezondheidszorg erin samen komen. evaluatie deelnemer mensenkennis Opleiding consulent seksuele gezondheid

Nadere informatie

Eindbeoordeling van het assessment Startbekwaam (op grond van portfolio, presentatie en criterium gericht interview)

Eindbeoordeling van het assessment Startbekwaam (op grond van portfolio, presentatie en criterium gericht interview) Eindbeoordeling van het assessment Startbekwaam (op grond van portfolio, presentatie en criterium gericht interview) Student: Opleidingsassessor: Studentnummer:. Veldassessor:. Datum: Een startbekwaam

Nadere informatie

Hogeschool van Arnhem en Nijmegen Faculteit Educatie Instituut voor Leraar en School

Hogeschool van Arnhem en Nijmegen Faculteit Educatie Instituut voor Leraar en School Hogeschool van Arnhem en Nijmegen Faculteit Educatie Instituut voor Leraar en School Beoordeling Afstudeeronderzoek eindfase 2014-2015 VT-DT ONDERZOEKSVERSLAG 1 Bijlage 5c Beoordelingsformulier onderzoeksverslag

Nadere informatie

Annette Koops: Een dialoog in de klas

Annette Koops: Een dialoog in de klas Annette Koops: Een dialoog in de klas Als ondersteuning bij het houden van een dialoog vindt u hier een compilatie aan van Spreken is zilver, luisteren is goud : een handleiding voor het houden van een

Nadere informatie

Menukaart Gezonde School basisonderwijs: Relaties & Seksualiteit

Menukaart Gezonde School basisonderwijs: Relaties & Seksualiteit Menukaart Gezonde basisonderwijs: Relaties & Seksualiteit : Plaats: Locatie: Contactpersoon: Telefoonnummer: E-mailadres: Datum invullen: Inhoud: Om op een effectieve manier invulling te geven aan gezondheidsthema

Nadere informatie

Vlaggensysteem RJ Inbedding in de organisatie / dia 2

Vlaggensysteem RJ Inbedding in de organisatie / dia 2 Vlaggensysteem RJ Inbedding in de organisatie 23-2-2015 / dia 2 Welkom en kennismaking 23-2-2015 / dia 3 Enkele stellingen 23-2-2015 / dia 4 Begeleiders moeten verplicht worden met kinderen en jongeren

Nadere informatie

Lessen en leerdoelen Kriebels in je buik

Lessen en leerdoelen Kriebels in je buik Lessen en leerdoelen Kriebels in je buik Groep 1 Les 1: Wie ben ik De leerlingen kennen hun eigen lichaam De leerlingen krijgen inzicht in de overeenkomsten en verschillen in lichaamskenmerken De leerlingen

Nadere informatie

Families onder druk. Huiselijk geweld binnen Marokkaanse en Turkse gezinnen. Drs. Ibrahim Yerden. Probleemstelling

Families onder druk. Huiselijk geweld binnen Marokkaanse en Turkse gezinnen. Drs. Ibrahim Yerden. Probleemstelling Families onder druk Huiselijk geweld binnen Marokkaanse en Turkse gezinnen Drs. Ibrahim Yerden Probleemstelling Hoe gaan Marokkaanse en Turkse gezinsleden, zowel slachtoffers als plegers om met huiselijk

Nadere informatie

Doelenlijst Relationele Vorming in de Basisschool in combinatie met de IK-zinnen

Doelenlijst Relationele Vorming in de Basisschool in combinatie met de IK-zinnen Doelenlijst Relationele Vorming in de Basisschool in combinatie met de IK-zinnen RV 1 Kinderen hebben vertrouwen in zichzelf. RV1.1 RV1.2 RV1.3 RV1.4 Ontdekken dat iedereen uniek is. Ik heb door dat iedereen

Nadere informatie

Nationale Bijscholingsdag

Nationale Bijscholingsdag Nationale Bijscholingsdag Voor Jeugd- en Gezinsprofessionals Trainer: Anja Roosendaal Programma Vormen huiselijk geweld /kindermishandeling Signaleren en handelen Risicofactoren en beschermende factoren

Nadere informatie

ONDERZOEKSRAPPORT. Seksualiteit

ONDERZOEKSRAPPORT. Seksualiteit ONDERZOEKSRAPPORT Seksualiteit -Hoe kan het vak seksualiteit zo aangeboden worden dat het zowel voor derdejaars studenten als docenten op de opleiding Ecologische Pedagogiek van Hogeschool Utrecht als

Nadere informatie

Oog voor elkaar! Meldcode. Meldcode bij huiselijk geweld en kindermishandeling

Oog voor elkaar! Meldcode. Meldcode bij huiselijk geweld en kindermishandeling Oog voor elkaar! Meldcode Meldcode bij huiselijk geweld en kindermishandeling Mw. A. Janssen 2015 Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling Aanleiding In het kader van kwaliteitszorg zijn wij verplicht

Nadere informatie

Inhoud. Inleiding 9. 5 Planning 83 5.1 Leerdoelen en persoonlijke doelen 84 5.2 Het ontwerpen van het leerproces 87 5.3 Planning in de tijd 89

Inhoud. Inleiding 9. 5 Planning 83 5.1 Leerdoelen en persoonlijke doelen 84 5.2 Het ontwerpen van het leerproces 87 5.3 Planning in de tijd 89 Inhoud Inleiding 9 1 Zelfsturend leren 13 1.1 Zelfsturing 13 1.2 Leren 16 1.3 Leeractiviteiten 19 1.4 Sturingsactiviteiten 22 1.5 Aspecten van zelfsturing 25 1.6 Leerproces vastleggen 30 2 Oriëntatie op

Nadere informatie

-dat de Pionier in deze code ook vastlegt op welke wijze zij de beroepskrachten bij deze stappen ondersteunt;

-dat de Pionier in deze code ook vastlegt op welke wijze zij de beroepskrachten bij deze stappen ondersteunt; Protocol meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling kindermishandeling aan het Steunpunt Huiselijk Geweld. De directie van de Pionier Locatie: OBS de Duinroos Floraronde 293, te Velserbroek + OBS

Nadere informatie

Bijeenkomst afstudeerbegeleiders. 13 januari 2009 Bespreking opzet scriptie

Bijeenkomst afstudeerbegeleiders. 13 januari 2009 Bespreking opzet scriptie Bijeenkomst afstudeerbegeleiders 13 januari 2009 Bespreking opzet scriptie Doel deel II bijeenkomst vandaag Afstudeerbegeleiders zijn geinformeerd over inhoud Medmec jaar vier (scriptievaardigheden) Afstudeerbegeleiders

Nadere informatie

Seksuele Vorming en weerbaarheid

Seksuele Vorming en weerbaarheid Seksuele Vorming en weerbaarheid Workshop Orion Event woensdag 13 maart 2019 Van Koetsveldschool- ZML-Amsterdam (van pionier naar excellent) Even voorstellen.. Presentatie: Urmila Munshi Leerkracht Van

Nadere informatie

5 juni 2012 ONDERZOEK BEPERKT WEERBAAR

5 juni 2012 ONDERZOEK BEPERKT WEERBAAR 5 juni 2012 ONDERZOEK BEPERKT WEERBAAR HET ONDERZOEK In opdracht van het ministerie van volksgezondheid, welzijn en sport Uitgevoerd door onderzoekers van Rutgers WPF en Movisie Hoofdvragen Hoe vaak komt

Nadere informatie

Informatie voor assessoren bij het 2 e jaars gedragsassessment

Informatie voor assessoren bij het 2 e jaars gedragsassessment Hogeschool van Amsterdam Informatie voor assessoren bij het 2 e jaars gedragsassessment Bachelor: Sociaal Pedagogische Hulpverlening Voltijd Domein: Maatschappij en Recht December 2012 1. Inleiding Deze

Nadere informatie

Seksualiteit en seksuele ontwikkeling

Seksualiteit en seksuele ontwikkeling Seksualiteit en seksuele ontwikkeling Platform Smith Magenis syndroom 15 november 2014 - Leusden Yvonne Stoots Vanmiddag Seksualiteit Seksuele ontwikkeling Begeleiding bij seksuele ontwikkeling Seksualiteit

Nadere informatie

VEILIG SEKSUEEL OPGROEIEN

VEILIG SEKSUEEL OPGROEIEN "Ik vind het fijn dat ik altijd alles met mijn hulpverlener kan bespreken en alles kan vragen, zonder dat zij daar een oordeel over heeft." (Sophie, 17 jaar) "Dankzij Qpido is mijn zoon sterker geworden

Nadere informatie

Scriptiegroep. Bijeenkomst 08

Scriptiegroep. Bijeenkomst 08 Scriptiegroep Bijeenkomst 08 Inhoudselementen van een scriptie Inhoudsopgave Voorwoord Inleiding Bronnenonderzoek Afstudeerproject Conclusie Samenvatting Literatuurlijst Bijlagen Inhoudsopgave Routekaart

Nadere informatie

Inhoudsopgave Inhoudsopgave Inleiding Meldcode Meldcode/Richtlijn

Inhoudsopgave Inhoudsopgave Inleiding Meldcode Meldcode/Richtlijn Inhoudsopgave Inhoudsopgave 2 Inleiding 3 Wat is misbruik en mishandeling? 3 Wat is huiselijk geweld? 4 Meldcode 5 Meldcode/Richtlijn 6 Wie gaat het gesprek voeren? 6 Mogelijke gevolgen Fout! Bladwijzer

Nadere informatie

Functieprofiel. Leraar. op OBS Het Toverkruid LA, 1,0 FTE. Aanstelling voor een jaar welke bij goed functioneren kan leiden tot een vaste aanstelling.

Functieprofiel. Leraar. op OBS Het Toverkruid LA, 1,0 FTE. Aanstelling voor een jaar welke bij goed functioneren kan leiden tot een vaste aanstelling. Functieprofiel Leraar op OBS Het Toverkruid LA, 1,0 FTE Aanstelling voor een jaar welke bij goed functioneren kan leiden tot een vaste aanstelling. April 2018 Specifieke competenties teamlid OBS Het Toverkruid

Nadere informatie

Ouderbijeenkomst Basisschool Eerschot Week van de Lentekriebels

Ouderbijeenkomst Basisschool Eerschot Week van de Lentekriebels Ouderbijeenkomst Basisschool Eerschot Week van de Lentekriebels Relationele en seksuele opvoeding op school en thuis Christel van Helvoirt medewerker Gezondheidsbevordering GGD Hart voor Brabant Bovenbouw:

Nadere informatie

Les 1. Wensen & Grenzen. Praten over seks... Hoe en hoezo?

Les 1. Wensen & Grenzen. Praten over seks... Hoe en hoezo? Les 1 Wensen & Grenzen Praten over seks... Hoe en hoezo? In deze eerste les wordt het thema 'Seksueel gedrag' geïntroduceerd. Het is aan jou als mentor / docent om te bepalen of de sfeer in de groep veilig

Nadere informatie

Inleiding 15 Waarom deze methode? 15 Voor de student 16 Legenda gebruikte icoontjes 18 Personages: wie is wie? 18. In de startblokken 19

Inleiding 15 Waarom deze methode? 15 Voor de student 16 Legenda gebruikte icoontjes 18 Personages: wie is wie? 18. In de startblokken 19 Inleiding 15 Waarom deze methode? 15 Voor de student 16 Legenda gebruikte icoontjes 18 Personages: wie is wie? 18 In de startblokken 19 STAP 1 Van interesse tot brainstormen over het onderwerp 29 Beschrijvende

Nadere informatie

Grondhouding voor bejegening

Grondhouding voor bejegening Grondhouding voor bejegening Gedragscode hoe te handelen naar het vertrouwen dat je krijgt 1. Gedragscode hoe te handelen naar het vertrouwen dat je krijgt 2. Uitgangspunten vanuit de ODE en Zorgvisie

Nadere informatie

Evaluatie Curriculum Onderzoek in de opleiding

Evaluatie Curriculum Onderzoek in de opleiding Evaluatie Curriculum Onderzoek in de opleiding Helmond, 16 juni 2016 Puck Lamers Master Onderwijswetenschappen Radboud Universiteit Nijmegen drs. Monique van der Heijden dr. Jeannette Geldens Kempelonderzoekscentrum

Nadere informatie

Meldcode bij signalen van huiselijk geweld en kindermishandeling

Meldcode bij signalen van huiselijk geweld en kindermishandeling Meldcode bij signalen van huiselijk geweld en kindermishandeling Het bevoegd gezag van Met het Hart, overwegende dat Met het Hart verantwoordelijk is voor een goede kwaliteit van de dienstverlening aan

Nadere informatie

Studiehandleiding. Opleiding: hbo-masteropleiding Islamitische Geestelijke Verzorging

Studiehandleiding. Opleiding: hbo-masteropleiding Islamitische Geestelijke Verzorging Studiehandleiding Opleiding: hbo-masteropleiding Islamitische Geestelijke Verzorging Naam onderwijseenheid: Capita selecta: Maatschappelijke activering en gezinsbegeleiding Code onderwijseenheid: HBOMIGV20151MA

Nadere informatie

Meldcode bij signalen van huiselijk geweld en kindermishandeling

Meldcode bij signalen van huiselijk geweld en kindermishandeling Meldcode bij signalen van huiselijk geweld en kindermishandeling Het bevoegd gezag van Avila coaching Overwegende dat Avila coaching verantwoordelijk is voor een goede kwaliteit van de dienstverlening

Nadere informatie

Relaties en seksualiteit

Relaties en seksualiteit Seksualiteit ontwikkelt zich vanaf de geboorte en is een wezenlijk onderdeel van het mens-zijn gedurende het hele leven. Seksualiteit wordt geuit en ervaren in gevoelens, gedachten, opvattingen, rollen

Nadere informatie

Het bevoegd gezag van de stichting Onderwijsgroep Amersfoort Overwegende

Het bevoegd gezag van de stichting Onderwijsgroep Amersfoort Overwegende MELDCODE STICHTING ONDERWIJ SGROEP AMERS FOORT HUISELIJK GEWELD EN KINDERMISHANDELING De Onderwijsgroep hanteert de basis meldcode die daar waar nodig en mogelijk is toegeschreven op (de scholen van) de

Nadere informatie

Meldcode bij signalen van huiselijk geweld en kindermishandeling

Meldcode bij signalen van huiselijk geweld en kindermishandeling Meldcode bij signalen van huiselijk geweld en kindermishandeling Het bevoegd gezag van de Adriaan Roland Holstschool Overwegende dat de Adriaan Roland Holstschool verantwoordelijk is voor een goede kwaliteit

Nadere informatie

PDF created with pdffactory Pro trial version www.pdffactory.com

PDF created with pdffactory Pro trial version www.pdffactory.com Invloed van autisme op relaties en seksualiteit Sylvie Carette Autisme Centraal 23 februari 2010 Overzicht Invloed van autisme op seksualiteit Seksualiteitsprofiel volwassenen met AS (Hénault enattwood)

Nadere informatie

Seksuele gezondheid in Nederland 2017

Seksuele gezondheid in Nederland 2017 Seksuele gezondheid in Nederland 2017 Samenvatting Seksuele gezondheid in Nederland 2017 is een grootschalig representatief onderzoek naar de seksuele gezondheid van volwassenen van 18 tot 80 jaar in Nederland.

Nadere informatie

Datum 1 april 2019 Betreft Kamervragen over kindermishandeling (ingezonden 5 februari 2019)

Datum 1 april 2019 Betreft Kamervragen over kindermishandeling (ingezonden 5 februari 2019) >Retouradres Postbus 16375 2500 BJ Den Haag Aan de voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 20018 2500 EA DEN HAAG Voortgezet Onderwijs Rijnstraat 50 Den Haag Postbus 16375 2500

Nadere informatie

Trainingsaanbod. Studiecentrum Bureau Jeugdzorg Utrecht Voor beroepskrachten die met ouders en kinderen werken

Trainingsaanbod. Studiecentrum Bureau Jeugdzorg Utrecht Voor beroepskrachten die met ouders en kinderen werken Trainingsaanbod Studiecentrum Bureau Jeugdzorg Utrecht Voor beroepskrachten die met ouders en kinderen werken 1 Trainingsaanbod Als beroepskracht hoort en ziet u veel en bent u vaak de eerste die mogelijke

Nadere informatie

Afstudeeronderzoek Seksualiteit

Afstudeeronderzoek Seksualiteit Afstudeeronderzoek Seksualiteit De verhouding tussen de visie van vierdejaars Ecologisch Pedagogiek studenten, de gehanteerde norm van de maatschappij en de eisen vanuit het werkveld betreffende seksualiteit

Nadere informatie

Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling HZ. Gelet op het Besluit verplichte meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling;

Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling HZ. Gelet op het Besluit verplichte meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling; Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling HZ Het college van bestuur van de Stichting HZ University of Applied Sciences; Gelet op het Besluit verplichte meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling;

Nadere informatie

Themacompetentie seksuele ontwikkeling, seksueel risicogedrag en seksueel misbruik

Themacompetentie seksuele ontwikkeling, seksueel risicogedrag en seksueel misbruik Themacompetentie seksuele ontwikkeling, seksueel risicogedrag en seksueel misbruik addendum voor het competentieprofiel jeugdzorgwerker Inhoudsopgave 1. Inleiding... 3 2. Stadia van beroepsbeoefening...

Nadere informatie

Opleiding ouderbegeleiding

Opleiding ouderbegeleiding Opleiding ouderbegeleiding me nse nkennis vanuit een visie op ouderschap in ontwikkeling Als je krachtgericht werken met het netwerk rond het kind wilt invullen, dan zit hier alles in. Vanuit een betere

Nadere informatie

Programma workshop seksuele opvoeding: Daar praat je toch niet over met je kinderen?

Programma workshop seksuele opvoeding: Daar praat je toch niet over met je kinderen? Programma workshop seksuele opvoeding: Daar praat je toch niet over met je kinderen? Korte kennismaking Wat dragen ouders bij? Presentatie Stelling Presentatie Opdracht Voorbeeld opzet cursus en afsluiting

Nadere informatie

Vak- specifieke criteria volgens de student

Vak- specifieke criteria volgens de student Vak- specifieke criteria volgens de student Beroepsproduct Naam student: Alysha Merkx Studentnummer: 2052216 Academie: Avans Academie voor Sociale Studies s-hertogenbosch Programma: Afstudeertraject ASH

Nadere informatie

Meldcode bij signalen van huiselijk geweld en kindermishandeling

Meldcode bij signalen van huiselijk geweld en kindermishandeling Reusel, 16 oktober 2018 Meldcode bij signalen van huiselijk geweld en kindermishandeling Het bevoegd gezag van basisschool de Leilinde overwegende dat basisschool de Leilinde verantwoordelijk is voor een

Nadere informatie

SEKSUEEL GRENSOVERSCHRIJDEND GEDRAG in en om de school. Oka Storms Ben Serkei

SEKSUEEL GRENSOVERSCHRIJDEND GEDRAG in en om de school. Oka Storms Ben Serkei SEKSUEEL GRENSOVERSCHRIJDEND GEDRAG in en om de school Oka Storms Ben Serkei Wat gaan we doen? * Achtergronden seksualiteit * Invloed beeldcultuur en gevolgen * Oefening Wat is grensoverschrijdend? * Seksueel

Nadere informatie

Aantekenformulier van het assessment PDG

Aantekenformulier van het assessment PDG Aantekenformulier van het assessment PDG Kandidaat: Assessor: Datum: Een startbekwaam docent voldoet aan de bekwaamheidseisen voor leraren in het tweedegraadsgebied (zie competentie 1 t/m 7 op de volgende

Nadere informatie

SW-B-K1-W2 (C) Maakt een plan van aanpak. Oefenopdracht C Niveau 4 Crebo: Cohort: Geldig vanaf

SW-B-K1-W2 (C) Maakt een plan van aanpak. Oefenopdracht C Niveau 4 Crebo: Cohort: Geldig vanaf SW-B-K1-W2 (C) Maakt een plan van aanpak Oefenopdracht C Niveau 4 Crebo: 23185 Cohort: Geldig vanaf 01-08-2015 Colofon * Daar waar hij staat, wordt ook zij bedoeld en omgekeerd. * Waar cliënt staat, kan

Nadere informatie

Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling, Atlas College, versie maart 2014

Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling, Atlas College, versie maart 2014 Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling, Atlas College, versie maart 2014 Het College van Bestuur van het Atlas College Overwegende - dat het Atlas College verantwoordelijk is voor een goede kwaliteit

Nadere informatie

Meldcode Huiselijk Geweld en Kindermishandeling. Stichting Werkplaats Kindergemeenschap. Voortgezet Onderwijs

Meldcode Huiselijk Geweld en Kindermishandeling. Stichting Werkplaats Kindergemeenschap. Voortgezet Onderwijs Meldcode Huiselijk Geweld en Kindermishandeling Stichting Werkplaats Kindergemeenschap Voortgezet Onderwijs Stichting Werkplaats Kindergemeenschap 2013 Inleiding Het opstellen van deze meldcode vloeit

Nadere informatie

SAMENVATTING VERNIEUWDE MELDCODE HUISELIJK GEWELD & KINDERMISHANDELING

SAMENVATTING VERNIEUWDE MELDCODE HUISELIJK GEWELD & KINDERMISHANDELING Pagina 1 van 8 SAMENVATTING VERNIEUWDE MELDCODE HUISELIJK GEWELD & KINDERMISHANDELING Protocol kindermishandeling en grensoverschrijdend gedrag voor de kinderopvang Kindermishandeling; iedereen weet dat

Nadere informatie

stelt de volgende Meldcode Huiselijk Geweld en Kindermishandeling, uitgewerkt in een stappenplan en geldend voor alle agogische medewerkers, vast:

stelt de volgende Meldcode Huiselijk Geweld en Kindermishandeling, uitgewerkt in een stappenplan en geldend voor alle agogische medewerkers, vast: Het bevoegd gezag van Stichting Welzijnswerk Hoogeveen, overwegende, - dat Stichting Welzijnswerk Hoogeveen verantwoordelijk is voor een goede kwaliteit van de dienstverlening aan zijn cliënten en dat

Nadere informatie

Workshop Positieve gezondheid in hbo-onderwijs Hélène van den Nieuwenhoff

Workshop Positieve gezondheid in hbo-onderwijs Hélène van den Nieuwenhoff Workshop Positieve gezondheid in hbo-onderwijs Werkconferentie Positieve gezondheid in opleiding en praktijk Zorgacademie Midden-Brabant, 25 oktober 2017 Hélène van den Nieuwenhoff Fontys Hogeschool Mens

Nadere informatie

Competenties van leerkrachten in scholen met een katholiek geïnspireerd opvoedingsproject

Competenties van leerkrachten in scholen met een katholiek geïnspireerd opvoedingsproject Competenties van leerkrachten in scholen met een katholiek geïnspireerd opvoedingsproject Deze lijst is het onderzoekresultaat van een PWO-traject binnen de lerarenopleidingen van de KAHO Sint-Lieven,

Nadere informatie

Meldcode bij signalen van huiselijk geweld en kindermishandeling

Meldcode bij signalen van huiselijk geweld en kindermishandeling Meldcode bij signalen van huiselijk geweld en kindermishandeling Opgesteld door Rhea Mommers en Marrig van de Velde, 10 maart 2016 Het bevoegd gezag van: Educonsult Zeeland Overwegende dat Educonsult Zeeland

Nadere informatie

Schoolveiligheidsplan Versie 1.0

Schoolveiligheidsplan Versie 1.0 Schoolveiligheidsplan Versie 1.0 1. Inleiding In dit schoolveiligheidsplan wordt aan de hand van de visie van Educatis op het gebied van sociale veiligheid gestalte gegeven aan het veiligheidsbeleid op

Nadere informatie

Meldcode/Werkwijze bij (vermoedens van) huiselijk geweld, kindermishandeling en ouderenmishandeling bij SZZ

Meldcode/Werkwijze bij (vermoedens van) huiselijk geweld, kindermishandeling en ouderenmishandeling bij SZZ Meldcode/Werkwijze bij (vermoedens van) huiselijk geweld, kindermishandeling en ouderenmishandeling bij SZZ Doel Richtlijn voor handelen bij (vermoedens van) huiselijk geweld, ouderenmishandeling of kindermishandeling.

Nadere informatie

Het College van Bestuur van Hogeschool ipabo,

Het College van Bestuur van Hogeschool ipabo, Het College van Bestuur van Hogeschool ipabo, Gelet op het Besluit verplichte meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling; Gelet op het bepaalde in art. 1.21 van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk

Nadere informatie